10 19
NL P
1. BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
De gasflessen dienen volgens de op het betreffende gebied geldende voorschriften gebruikt en
bewaard te worden.
Indien de generator langdurig met maximaal vermogen gebruikt wordt kan er ten gevolge van te hoge
verdamping ijsvorming ontstaan op het reservoir.Richt de heteluchtstroom nooit op het reservoir.
Gebruik enkel en alleen de bijgeleverde drukregelaar.
Gebruik de generator nooit zonder de externe afscherming.
Breng geen veranderingen aan aan de in- en uitlaatstukken van de generator.
Raadpleeg in geval van slechte werking de technischeservicedienst.
De heteluchtgeneratoren waarop deze handleiding betrekking heeft mogen enkel en alleen buiten
gebruikt worden of in ruimtes waar doorlopend ventilatie plaatsvindt.
Er dient een opening naar buiten aangebracht te worden ter grootte van 25 cm
2
per elke kW warm-
tevermogen,en wel evenredig verdeeld over het bovenste en het onderste gedeelte van de ruimte,met
een minimale afmeting van 250 cm
2
.
Uitgaand van een lege ruimte, mag een waarde van 100 W/m
3
niet overschreden worden. De inhoud
van de ruimte mag in ieder geval niet minder bedragen dan 100 m
3
.
Gebruik de generator niet in kelders of op ondergronds niveau.
De generator dient met behulp van een sperklep van de gasfles afgesloten te zijn.
Tijdens het vervangen van de gasfles dienen alle veiligheidsvoorschriften opgevolgd te worden,waarbij
de aanwezigheid van een vrije vlam ten strengste verboden is.
De flexibele gasslangen mogen niet blootgesteld worden aan draaibewegingen.
De generator dient zodanig opgesteld te zijn dat brandgevaar uitgesloten is;de uitlaatopening voor de
hetelucht dient zich op minimaal 3 meter afstand van brandbare wanden of plafonds te bevinden en
mag in geen geval gericht zijn op de gasfles.
Maak uitsluitend gebruik van bijgeleverde gasslangen of originele onderdelen.
De apparaten waarop deze handleiding betrekking heeft zijn niet geschikt voor huishoudelijk gebruik.
Indien de heteluchtgenerator gedurende lange tijd met maximaal vermogen werkt,kan door de hoge
gasverdamping aan de buitenkant van de
reservoirs ijsvorming ontstaan, waardoor
het vermogen vermindert.
Bij het gebruik van een te klein reservoir
vindt er, ook al ontstaat er aan de bui-
tenkant geen ijsvorming,toch een drukda-
ling plaats waardoor de generator buiten
gebruik kan raken.
Indien het toestel langdurig met maximaal
vermogen wordt gebruikt,is het raadzaam
dereservoirs parallel op te stellen (Afb.1)
2. INSTALLATIE
Sluit het toestel aan op 230V ~ 50Hz.
Het toestel dient enkel en alleen gevoed te worden door een elektrische installatie voorzien van een
differentiaalschakelaar.
Zorg ervoor dat het toestel geaard is.
Verbind de gastoevoerslang met de drukverminderingsklep op de LPG fles.
Draai de kraan op de fles open en controleer de slang en de fittings op eventuele lekkage met behulp
van schuim.MAAK NOOIT GEBRUIK VAN EEN OPEN VLAM.
De in de ruimte bestaande thermostaat met de desbetreffende stop van de generator en stel de
gewenste temperatuur in.
Afb.1
1. INSTRUÇÕES DE SEGURANÇA
As botijas de gàs devem ser utilizadas e conservadas segundo as disposiçoes legais em vigor.
Se o gerador funciona muito tempo no maximo da sua potencia pode acontecer que por causa
de evaporaçao excessiva,geada se forma na botija. Nao deve absolutamente por essa razao ou
por outras, orientar o debito do ar quente para a botija.A fins de evitar ou pelo menos reduzir
o fenomeno de formaçao de geada utilize uma botija maior ou varias botijas ligadas juntas.
Utilize exclusivamente o regulador de origem.
Nao utilize o aparelho sem a tampa.
O aparelho de aquecimento nao deve ser utilizado perto de materiais inflamaveis. Nao por em
qualquer caso um objecto, mesmo ininflamavel, a menos de um metro do aparelho.
Nao reduzir a seccao de saida do gerador.
Em caso de funcionamento defeituoso consultar o serviço depois de venda.
Os geradores de ar quente,cujo este manual se reporta,devem ser utilizados exclusivamente em
pleno ar ou em pèças com aereaçao continua.
Uma abertura de 25 cm
2
para o exterior para cada kW de potencia termica è necesaria e equi-
tavelmente distribuida entre a parte superior e inferior da pèça, com um minimo de 250 cm
2
.
Nao ultrapassar 100W/m
3
considerando o volume vazio.O volume da pèça nao deve ser inferior
a 100 m
3
.
Nao utilizar o gerador em caves ou por cima do nivel do chao.
O gerador deve estar isolado da botija de gàs com uma valvula de parragem.
A mudança da botija de gàs deve ser feita segundo as normas de segurança e em ausencia de cha-
mas.
O tubos de gàs nao devem suportar esforços de torsao.
O gerador deve ser posto de tal manei-
ra a evitar os risgos de incendio.A saida
do ar quente deve estar a uma distancia
minima de 3 m ètros de qualque muro
ou teto inflamave e nao deve ser dirigi-
do para a botija.
Utilizar unicamente os tubos de gàs em
dotaçao aux equipamentos ou pèças de
origem.
Os equipamentos cujo este manual se
reporta nao sao concebidos para uma
utilizaçao domestica.
2. INSTALACAO
Ligar o aparelho numa tomada de corrente 230 V ~ 50 Hz.
Verificar que o aparelho està correctamente ligado com mainstalaçao de posto em terra.
Ligar o tubo de alimentaçao do gàs ao reductor de pressao e este numa botija de gàs propano
liquido.
Abrir a torneira da botija e controlar o tubo de alimentaçao e as junçoes para detectar eventuais
fugas utilizando exclusivamente de espuma de sabao.
NUNCA UTILIZAR UMA CHAMA.
Se for necessario ligue o termostato de ambiente na tomada posicionada no lado do gerador e
por na temperatura desejada.
Fig.1