51
B. De draad sleeprollen kunnen de handen verwonden.
C. De lasdraad en de draad sleepgroep staan tijdens het
lassen onder spanning. Houd uw handen en metalen
voorwerpen op een afstand.
1. De elektrische schokken die door de laselektrode of de
kabel veroorzaakt worden, kunnen dodelijk zijn. Zorg
voor voldoende bescherming tegen elektrische schok-
ken.
1.1 Draag isolerende handschoenen. Raak de elektrode
nooit met blote handen aan. Draag nooit vochtige of
beschadigde handschoenen.
1.2 Controleer of u van het te lassen stuk en de vloer geïso-
leerd bent.
1.3 Haal de stekker van de voedingskabel uit het stopcon-
tact alvorens u werkzaamheden aan de machine verri-
cht.
2. De inhalatie van de dampen die tijdens het lassen
geproduceerd worden, kan schadelijk voor de gezond-
heid zijn.
2.1 Houd uw hoofd buiten het bereik van de dampen.
2.2 Maak gebruik van een geforceerd ventilatie- of afzuig-
systeem om de dampen te verwijderen.
2.3 Maak gebruik van een afzuigventilator om de dampen
te verwijderen.
3. De vonken die door het lassen veroorzaakt worden,
kunnen ontploffingen of brand veroorzaken.
3.1 Houd brandbare materialen buiten het bereik van de
laszone.
3.2 De vonken die door het lassen veroorzaakt worden,
kunnen brand veroorzaken. Houd een blusapparaat
binnen handbereik en zorg ervoor dat iemand altijd ger-
eed is om het te gebruiken.
3.3 Voer nooit lassen uit op gesloten houders.
4. De stralen van de boog kunnen uw ogen en huid ver-
branden.
4.1 Draag een veiligheidshelm en -bril. Draag een passen-
de gehoorbescherming en overalls met gesloten kraag.
Draag helmmaskers met filters met de juiste filtergraad.
Draag altijd een complete bescherming voor uw licha-
am.
5. Lees de aanwijzingen door alvorens u van de machine
gebruik maakt of er werkzaamheden aan verricht.
6. Verwijder de waarschuwingsetiketten nooit en dek ze
nooit af
2 ALGEMENE BESCHRIJVING
2.1 SPECIFICATIES
Dit lasapparaat is een stroombron die ontwikkeld is met
inverter-technologie en geschikt is voor MIG-, TIG- en
MMA-lassen.
Dit lasapparaat mag niet worden gebruikt om bevroren
leidingen te ontdooien.
2.2 VERKLARING VAN DE TECHNISCHE SPECIFI-
CATIES
Het apparaat is gebouwd in overeenstemming met de
volgende normen: IEC 60974.1 -IEC 60974.10 Cl. A - IEC
61000-3-11 (zie opmerking 2) - IEC 61000-3-12.
N°. Serienummer. Dit nummer dient te worden
vermeld bij elk verzoek betreffende het las-
apparaat.
Driefasige statische transformator-gelijkrich-
ter-frequentieomzetter.
MIG Geschikt voor MIG/MAG-lassen.
MMA Geschikt voor lassen met beklede elektroden.
TIG Geschikt voor TIG-lassen.
U0. Secundaire open-kringspanning.
X. Inschakelduur:
De inschakelduur drukt het percentage van
10 minuten uit gedurende welke het lasappa-
raat met een bepaalde stroom kan werken
zonder oververhit te raken.
I2. Lasstroom
U2. Secundaire spanning met stroom I2
U1. Nominale voedingsspanning
1~ 50/60Hz Eenfasige voeding bij een frequentie van 50
of 60 Hz.
I1 Max Max. opgenomen stroom bij de overeenkom-
stige stroom I2 en spanning U2.
I1 eff Dit is de maximumwaarde van de werkelijk
opgenomen stroom, rekening houdend met
de inschakelduur. Deze waarde komt
gewoonlijk overeen met de capaciteit van de
te gebruiken zekering (trage type) die het
apparaat beschermt.
IP23S Beschermingsgraad van de behuizing.
Graad 3 als tweede cijfers geeft aan dat dit
apparaat opgeslagen kan worden, maar dat
het niet geschikt is voor gebruik in de regen,
tenzij het beschermd wordt.
Geschikt voor gebruik in omgevingen met
hoog risico.
OPMERKINGEN:
1-Het apparaat is ontworpen om te functioneren in een
omgeving met een vervuilingsgraad 3 (Zie IEC 60664).
2-Deze apparatuur voldoet aan de norm IEC 61000-3-11,
mits de maximum toelaatbare impedantie Zmax van de
installatie lager of gelijk is aan 0,459 op het interfacepunt
tussen de installatie van de gebruiker en het lichtnet. De
installateur of de gebruiker van de apparatuur zijn verant-
woordelijk voor en moeten waarborgen dat de apparatuur
aangesloten is op een stroomvoorziening met een maxi-
mum toelaatbare impedantie Zmax lager of gelijk aan
0,459. Raadpleeg eventueel het elektriciteitsbedrijf.
2.3 BEVEILIGINGEN
2.3.1 Blokkeerbeveiliging
In geval van een storing kan een knipperend nummer op
het display M verschijnen met de volgende betekenis:
52 = Startknop ingedrukt tijdens het opstarten.
53 = Startknop ingedrukt tijdens het terugstellen van de
thermische beveiliging.
56 = Langdurige kortsluiting tussen de laselektrode en
het te lassen materiaal.
Zet het apparaat uit en weer aan.
Neem contact op met de technische dienst als andere
nummers op het display verschijnen.
2.3.2 Thermische beveiliging
Dit apparaat is beveiligd met een thermostaat, die de
werking van het apparaat blokkeert als de toegestane
S