Pottinger TOP 762 C CLASSIC Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Handleiding
Vertaling van de originele handleiding
Nr.
Dubbele zwadhark
TOP 762 C classic
(Type SK 2724 :
+ . . 00001
)
(Type SK 2723 :
+ . . 00001
)
(Type SK 2722 :
+ . . 00001
)
(Type SK 2720 :
+ . . 00001
)
99+2723.NL.80T.1
1500_NL-BLADZIJDE2
Productaansprakelijkheid, informatieplicht
De productaansprakelijkheid verplicht de producent en de dealer de handleiding bij de verkoop van machines beschikbaar te stellen.
Bovendien moet de gebruiker bij de machine worden geïnstrueerd omtrent bedienings-, veiligheids- en onderhoudsvoorschriften.
Het feit dat de machine en de handleiding volgens de voorschriften zijn afgeleverd, dient te worden bevestigd.
Hiervoor dient het
document A
ondertekend te worden toegestuurd aan de firma Pöttinger of via internet (www.poettinger.at) te worden verstuurd.
Document B
blijft bij de dealer die de machine levert.
Document C
is voor de klant.
Iedere landbouwkundige is ondernemer in de zin van de productaansprakelijkheidswet.
Materiële schade in de zin van de productaansprakelijkheidswet is schade die door een machine wordt veroorzaakt, maar niet aan
de machine wordt veroorzaakt; voor de aansprakelijkheid is een eigen risico voorzien van euro 500,-
Zakelijke materiële schade in de zin van de productaansprakelijkheidswet is uitgesloten.
Attentie!
Als de machine van eigenaar wisselt, dient de handleiding te worden doorgegeven. De nieuwe gebruiker moet volgens
de voorschriften worden geïnstrueerd.
Pöttinger - Vertrouwen binnen handbereik - sinds 1871
Kwaliteit is een waarde die rendeert. Daarom beschikken wij over de hoogste kwaliteitsstandaarden voor onze producten. Deze
worden door ons eigen kwaliteitsmanagement en door onze bedrijfsleiding permanent gecontroleerd. Want veiligheid, probleemloos
functioneren, hoogste kwaliteit en absolute betrouwbaarheid van onze machine tijdens het gebruik vormen onze kerncompetenties,
waarvoor wij staan.
Omdat wij permanent werken aan de ontwikkeling van onze producten, kan deze handleiding afwijken van het product. Er kunnen
daarom geen rechten worden ontleend aan de gegevens, afbeeldingen en beschrijvingen. Bindende informatie omtrent bepaalde
eigenschappen van de machine dient bij de service-dealer te worden opgevraagd.
Wij vragen om begrip voor het feit dat wijzigingen in de leveringsomvang, wat betreft de vorm, uitrusting en techniek mogelijk zijn.
Nadruk, vertaling en kopieën in welke vorm dan ook, ook als samenvatting, zijn alleen toegestaan met schriftelijke toestemming
van Pöttinger Landtechnik GmbH.
Alle auteursrechten blijven Alois Pöttinger Maschinenfabrik Ges.m.b.H. uitdrukkelijk voorbehouden.
© Pöttinger Landtechnik GmbH – 31 oktober 2012
Vind extra informatie over uw machine op PÖTPRO:
U bent op zoek naar passende onderdelen of accessoires voor uw machine? Geen probleem, hier vindt u alle benodigde informatie.
QR-code op het typeplaatje van de machine scannen of op
www.poettinger.at/poetpro
www.poettinger.at/poetpro
Als u toch niet kunt vinden wat u nodig heeft, kunt u altijd terecht bij uw service-dealer. Hij adviseert u graag.
NL-1901 Dokum D Aanbouwmachines
- 3 -
PÖTTINGER Landtechnik GmbH
Industriegelände 1
A-4710 Grieskirchen
Tel. 07248 / 600 -0
Telefax 07248 / 600-2511
Aankruisen hetgeen van toepassing is.
X
X
Wij verzoeken U de volgende punten i.v.m. de wet op de productaansprakelijkheid te controleren.
INSTRUCTIES VOOR DE OVERDRACHT VAN MACHINES
Ter controle van de juiste overdracht van de machine en de handleiding is het gewenst dat dit aan de fabrikant wordt bevestigd. U heeft hiervoor
een bevestigingsmail van Pöttinger ontvangen. Als u deze mail niet heeft ontvangen, moet u contact opnemen met uw verantwoordelijke dealer.
Uw dealer kan de overdrachtsverklaring online invullen.
Machine aan de hand van de pakbon gecontroleerd. Alle verpakte delen verwijderd en uitgepakt. Alle veiligheidsinrichtingen,
aftakas en bedieningselementen zijn aanwezig.
Bediening, ingebruikname en onderhoud van de machine of het werktuig is aan de hand van de handleiding met de klant
besproken en uitgelegd.
Bandenspanning gecontroleerd.
Wielbouten en moeren op vastzitten gecontroleerd.
Op het juiste toerental van de aftakas gewezen.
Aanpassingen aan de tractor zijn gerealiseerd: Driepuntsbevestiging
Informatie verstrekt over lengtebepaling van de aftakas.
Proefgedraaid met de machine en geen gebreken geconstateerd.
Tijdens het proefdraaien de werking van de machine uitgelegd.
Het zwenken in werk- en transportstand uitgelegd.
Informatie is verstrekt omtrent opties en extra mogelijkheden.
Er is gewezen op het belang van het bestuderen van de handleiding.
NL
- 4 -
1400_NL-INHALT_2723
NL
InhOUDsOPGAVE
De veilig
-
heidsvoor
-
schriften
in aanhangsel A
navolgen!
Inhoudsopgave
I
NH
OUD
S
OPGAVE
CE-kenmerk
...............................................................
5
Betekenis van de waarschuwings afbeeldingen
........
5
Inleiding
.....................................................................
6
G
EBRUI
K
TE
S
Y
MBO
L
EN
CE-kenmerk
...............................................................
7
Veiligheidsaanwijzingen:
............................................
7
W
AARSCHUWINGSA
WAARSCHUWINGSAW
F
BEE
L
DINGEN
Waarschuwingsafbeelding
.........................................
8
Positie van de waarschuwingsafbeeldingen
............
10
AL
GEMENE
VEI
L
IGHEIDSAANWI
JZ
INGEN
Rijden met aangekoppeld werktuig
..........................
12
Aan- en afkoppelen van het werktuig
......................
12
Voor het bestemmingsgebruik verwijzen
.................
12
Transport over de openbare weg
.............................
12
Voor het in gebruik nemen
.......................................
12
Controle voor de ingebruikname
..............................
12
P
RESTATIEBESCHRI
J
VING
Overzicht
..................................................................
13
T
RE
KK
ER
VOORWAARDEN
Trekker
......................................................................
14
Ballastgewichten
.......................................................
14
Hefinrichting (driepuntskoppeling)
............................
14
Noodzakelijke hydraulische aansluitingen
...............
15
Noodzakelijke stroomaansluitingen
.........................
15
A
ANBOUW
VAN
DE
MACHINE
Veiligheidsaanwijzingen
...........................................
16
Machine aanbouwen
................................................
16
Steunpoot omhoogklappen
......................................
16
Elektrische verbinding leggen
..................................
16
Hydraulische aansluitingen
.......................................
17
Cardanas monteren
..................................................
17
Trekkabel
..................................................................
17
Beveiligen van ongeremde machines met
trekketting
.................................................................
17
- Cirkelharkstabilisatie
..............................................
18
Wegzetten van de machine
.....................................
18
T
RANSPORT
Veiligheidsaanwijzingen
...........................................
19
Veranderen van arbeidspositie in transportpositie
...
19
Veranderen van positie wendakker in
transportpositie
........................................................
19
Rijden op de openbare weg
.....................................
20
Tandenafdekkingen
..................................................
20
Machine-afmetingen in transportpositie
...................
21
Frame - chassis
.......................................................
21
Transporthoogte verlagen
.......................................
22
G
EBRUI
K
Algemene richtlijnen bij werkzaamheden met de
machine
...................................................................
23
G
EBRUI
K
Algemene richtlijnen bij werkzaamheden met de
machine
...................................................................
25
Veranderen van transport- in werkpositie
................
25
Instellingen aan het cirkelharkchassis
.....................
26
Dwarshelling instellen
..............................................
26
Harkhoogte instellen
................................................
26
Afstand van het buitenste tastwiel instellen
.............
27
Voorbeeld - linker cirkelhark met tandemchassis:
....
28
Weergaven op elkaar afstemmen
............................
29
Toerental cardanas
..................................................
29
Zwaddoek
................................................................
29
Zwaddoek bij TOP 612 C
.........................................
30
Enkele cirkelharkbediening (optie)
...........................
30
Omzetten van arbeids- in veldtransportpositie
.........
31
Mechanische werkbreedteverstelling
.......................
31
hydraulische werkbreedteverstelling (optie)
.............
32
Instelling van de bochtenbaan
.................................
32
G
EBRUI
K
OP
HE
LL
INGEN
Voorzichtig bij manoeuvres op een helling!
.............
33
AL
GEMEEN
ONDERHOUD
Veiligheidsaanwijzingen
...........................................
34
Algemene onderhoudsaanwijzingen
........................
34
Reinigen van machinedelen
.....................................
34
Parkeren in de open lucht
........................................
34
Winterklaar maken
...................................................
34
Cardanassen
...........................................................
35
Hydraulische installatie
............................................
35
ONDERHOUD
Transmissie
..............................................................
36
Chassis
....................................................................
36
Spoor van de banden instellen (alleen bij gestuurd
chassis)
....................................................................
36
Bandenmaat
............................................................
37
Tandenarmen
...........................................................
38
Cirkelharkunit
...........................................................
39
Smeerschema
..........................................................
40
Veertanden
...............................................................
41
Verwerking van niet-bruikbare machine-
onderdelen
................................................................
41
Heffen van de machine
.............................................
41
Smeerschema
..........................................................
42
HY
DRAU
L
ISCH
SCHEMA
Hydraulisch schema TOP 762 C /TOP 762 C classic /
TOP 702 C Standard
...............................................
43
Hydraulisch schema
TOP 612 C
.............................
43
Hydraulisch schema TOP 762 C classic / TOP 762 C
/ TOP 702 C met arbeidsbreedteverstelling (optie)
..
44
Hydraulisch schema TOP 762 C / TOP 762 C classic
/ TOP 702 C met afzonderlijke cirkelharkbediening
(optie)
.......................................................................
45
Hydraulisch schema TOP 762 C / TOP 762 C classic /
TOP 702 C met volumeverdeler (optie)
...................
46
Hydraulisch schema TOP 762 C / TOP 762 C classic
/ TOP 702 C met afzonderlijke cirkelharkbediening en
volumeverdeler (optie)
.............................................
47
T
ECHNISCHE
GEGEVENS
Technische gegevens
..............................................
48
Noodzakelijke aansluitingen
...................................
49
Optie
........................................................................
49
Gebruik conform bestemming van de
zwadcirkelhark
.........................................................
49
Positie van het typeplaatje
.......................................
49
Typeplaatje
...............................................................
49
Bandenmaat
............................................................
50
A
ANHANGSE
L
V
EI
L
IGHEIDSAANWI
JZ
INGEN
Smeermiddelen
........................................................
59
Combinatie van trekker en aanbouwwerktuig
..........
62
- 5 -
1400_NL-INHALT_2723
InhOUDsOPGAVE
NL
CE-kenmerk
Het door de fabrikant aan te brengen CE-kenmerk, geeft aan dat de machine beantwoord
aan de EG-richtlijnen.
EG conform verklaring (zie bijlage)
Met het ondertekenen van de EG conform-verklaring verklaart de fabrikant dat de afgeleverde
machine aan alle voorgeschreven veiligheids- en medische voorschriften beantwoordt.
Betekenis van de waarschuwings
afbeeldingen
Blijf uit het werkbereik van de zwadhark zolang de
trekkermotor nog draait.
Nooit in de machine grijpen, zolang zich daar nog delen
kunnen bewegen.
Buiten het zwenkbereik van de machine blijven.
495.173
- 6 -
NL
Inle
I
InleIInle
d
I
ng
IngI
1700_NL-inleiding
Inleiding
Geachte gebruiker!
Met behulp van deze handleiding kunt u de machine leren
kennen. De handleiding informeert u bovendien op een
overzichtelijke manier over een veilig en juist gebruik,
onderhoud en reparatie. Het verdient daarom aanbeveling
om de handleiding te lezen.
De handleiding maakt deel uit van de machine. De hand
-
leiding moet tijdens de levensduur van de machine op een
geschikte plaats worden bewaard en op ieder moment
voor het personeel toegankelijk zijn. Aanwijzingen over
nationale voorschriften met betrekking tot het voorkomen
van ongevallen, wegenverkeerswet en milieubescherming
moeten worden aangevuld.
Alle personen die de machine gebruiken, onderhouden
of transporteren, moeten deze handleiding, met name
de veiligheidsaanwijzigen, hebben gelezen en begrepen,
voordat met de werkzaamheden wordt begonnen. Als de
handleiding niet wordt nageleefd, komen evt. garantieclaims
te vervallen.
Heeft u vragen met betrekking tot de inhoud van de
handleiding of andere vragen over de machine, neem dan
contact op met uw dealer.
Door tijdige en correcte onderhoud en reparatie overeen
-
komstig de vastgelegde onderhoudsintervallen, wordt de
bedrijfs- en de verkeersveiligheid gegarandeerd. Ook komt
dit de betrouwbaarheid van de machine ten goede.
Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen en toebe
-
horen van Pöttinger of reserveonderdelen en toebehoren
die zijn goedgekeurd door Pöttinger. Van deze onderdelen
is de betrouwbaarheid, veiligheid en geschiktheid voor
machines van Pöttinger vastgesteld. Wordt gebruik ge
-
maakt van niet goedgekeurde onderdelen, dan komt de
garantie te vervallen. Om het prestatievermogen van de
machine ook op de langere duur te garanderen, verdient
het aanbeveling om de originele onderdelen ook na afloop
van de garantietermijn te gebruiken.
De productaansprakelijkheidswetgeving verplicht de produ
-
cent en de dealer bij de verkoop van de machines een hand
-
leiding mee te leveren en de klant bij de machine te instrueren
over de veiligheids- bedienings- en onderhoudsvoorschriften.
Ter controle van de juiste overdracht van de machine en
de handleiding is een bevestiging in de vorm van een over
-
drachtsverklaring noodzakelijk. De overdrachtsverklaring
bevindt zich bij de machine op het moment van aflevering.
In de zin van de productaansprakelijkheid is iedere zelf
-
standige en landbouwer ondernemer. Bedrijfsschade in de
zin van de productaansprakelijkheid valt daarom niet onder
de aansprakelijkheid van Pöttinger. Als bedrijfsschade in
de zin van de productaansprakelijkheid geldt schade die
door de machine ontstaat, maar niet aan de machine.
De handleiding maakt deel uit van de machine. Geef ze
daarom door aan volgende eigenaar van de machine.
De volgende eigenaar moet worden geïnstrueerd en op
genoemde voorschriften worden gewezen.
Uw Pöttinger-serviceteam wenst u veel succes.
- 7 -
1800_D-Veiligheid ANSI
NL
G
E
br
UI
kt
UIktUI
E
ktEkt
symb
E symbE
O
l
E
n
EnE
CE-kenmerk
Het door de fabrikant aan te brengen CE-kenmerk geeft aan dat de machine beantwoordt aan de machinerichtlijn en
andere toepasselijke EG-richtlijnen.
EG-conformiteitsverklaring (zie bijlage)
Met het ondertekenen van de EG-conform-verklaring verklaart de fabrikant dat de afgeleverde
machine aan alle voorgeschreven veiligheids- en medische voorschriften beantwoordt.
Het door de fabrikant aan te brengen CE-kenmerk geeft aan dat de machine beantwoordt aan de machinerichtlijn en
Veiligheidsaanwijzingen:
In de handleiding vindt u de volgende symbolen
met aanwijzingen:
GEVAAR
GEVAAR
Als de aanwijzingen in een dergelijke tekst niet worden
opgevolgd, bestaat de
kans op een dodelijk of een
kans op een dodelijk of een
levensbedreigend letsel.
levensbedreigend letsel.
•
Alle aanwijzingen in dergelijke teksten die
-
nen absoluut te worden opgevolgd!
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Als de aanwijzingen in een dergelijke tekst niet worden
opgevolgd, bestaat de kans op een zwaar letsel.
•
Alle aanwijzingen in dergelijke teksten die
-
nen absoluut te worden opgevolgd!
VOOR
VOOR
Z
ICHTIG
Als de aanwijzingen in een dergelijke tekst niet worden
opgevolgd, bestaat de kans op een letsel.
•
Alle aanwijzingen in dergelijke teksten die
-
nen absoluut te worden opgevolgd!
AANWI
JZ
ING
Als de aanwijzingen in een dergelijke tekst niet worden
opgevolgd, bestaat de kans op materiële schade.
•
Alle aanwijzingen in dergelijke teksten die
-
nen absoluut te worden opgevolgd!
TIP
Dergelijke teksten geven bijzondere aanbevelingen en
adviezen met betrekking tot het economisch gebruik
van de machine.
MI
L
IEU
Dergelijke teksten geven u handelwijzen en advies inzake
milieubescherming.
Als (optie) aangegeven uitrustingen zijn alleen standaard
beschikbaar bij bepaalde uitvoeringen van de machine of
worden alleen voor bepaalde uitvoeringen als speciale
uitrusting geleverd of worden alleen in bepaalde landen
aangeboden.
Afbeeldingen kunnen in detail afwijken van de machine
en dienen te worden begrepen als principe-afbeelding.
Aanduidingen als links en rechts gelden altijd in rijrichting,
als niet anders blijkt uit tekst of beeld.
- 8 -
NL
1800_NL-Waarschuwingsafbeeldingen_2723
W
AA
WAAW
rsch
UWI
n
UWInUWI
G
s
A
sAs
fb
EE
l
EElEE
DI
n
DInDI
GE
n
GEnGE
Waarschuwingsafbeelding
#
(Aantal)
afbeelding
Beschrijving
(Bestelnummer)
1
(1)
Kort de cardanas pas in voor de eerste ingebruikname met de
betreffende trekker. Zie handleiding hoofdstuk “bijlage cardanas”
(495.851).
2
(1)
Aanspraak maken op de productgarantie is alleen mogelijk als de
overdrachtsverklaring is ondertekend (495.713)
3
(1)
494.695
Nach den er
sten Betriebsstunden
Muttern bz
w.
Schrauben nachziehen.
Resserer les vis écr
ous après les 10
premières heures de f
onctionnement.
Tighten nuts and scre
ws after the
fir
st 10 hour
s of operation.
Na de eer
ste 10 werkuren bouton en
moeren natrekken.
Na de eerste bedrijfsuren alle schroefverbindingen natrekken!
(494.695)
4
(2)
Nooit in de machine grijpen, zolang zich daar nog delen kunnen
bewegen. (495.154)
5
(1)
Voor onderhouds- en reparatiewerkzaamheden de motor stopzetten
en de contactsleutel verwijderen. (495.165)
6
(1)
540
Maximale hydraulische druk en cardanassnelheid. (495.310)
7
(2)
De gevarenzone rond de cirkelharken niet betreden zolang de
cirkelharken draaien. Wacht totdat de cirkelharken tot stilstand zijn
gekomen. (495.173)
8
(2)
Nooit in de machine grijpen, zolang zich daar nog delen kunnen
bewegen. (495.171)
- 9 -
NL
1800_NL-Waarschuwingsafbeeldingen_2723
Waarschu
W
ingsafbeeldingen
WingsafbeeldingenW
9
(2)
Opening voor een transporthaak (495.404)
10
(1)
494.529
Lees de handleiding voordat u de machine in gebruik neemt! (494.529)
11
(2)
bsb 449 567
495.166
Blijf buiten het zwenkbereik van de cirkelharkarmen. (495.166)
12
(2)
Voorgeschreven bandendruk (495.668)
13
(18)
Smeernippelpositie voor de vetsmering (494.646)
- 10 -
NL
1800_NL-Waarschuwingsafbeeldingen_2723
Waarschu
W
ingsafbeeldingen
WingsafbeeldingenW
Positie van de waarschuwingsafbeeldingen
2
3
4
5
13 13
12
11 4
001-18-081
66
88
13
13
12
11
10
1
- 11 -
NL
1800_NL-Waarschuwingsafbeeldingen_2723
Waarschu
W
ingsafbeeldingen
WingsafbeeldingenW
13
13
13
13
13
13
13
13
13
13
13
13
9
9
002-18-081
- 12 -
1800_NL-AllgSicherheit_3842
NL
Algemene veiligheids
AA
Algemene veiligheidsAAAlgemene veiligheids
nwijzingen
Rijden met aangekoppeld werktuig
De rijeigenschappen van een trekvoertuig worden
beïnvloed door het aangekoppelde werktuig.
Bij het werken op hellingen bestaat gevaar voor
omslaan.
Rijstijl aan de omstandigheden aanpassen.
De trekker moet voor en achter voldoende
van ballastgewichten
worden voorzien om
de bestuurbaarheid
en de remkracht
te waarborgen.
(Minstens 20% van
het
leeggewicht van
het voertuig moet op
de vooras rusten).
Het is niet toegestaan
personen te vervoeren op het werktuig.
Aan- en afkoppelen van het werktuig
Bij het aankoppelen van machines aan de trekker
ontstaat beklemmingsgevaar.
Bij het aankoppelen niet tussen werktuig en trekker
staan zolang de trekker achteruitrijdt.
Er mag niemand plaats nemen tussen de tractor en
het werktuig tenzij de voertuigen door middel van
wiggen beveiligd zijn tegen wegrollen!
Aftakas alleen aan- en afkoppelen als te trekkermotor
stil staat.
Voor het bestemmingsgebruik verwijzen
Voor het bestemmingsgebruik verwijzen wij u naar de
technische gegevens.
De capaciteitsgrenzen (zoals asdruk, oplegdruk en
totaalgewicht) mogen niet zodanig overschreden
worden, dat de wagen overbelast wordt. De
gegevens zijn ook op de rechterkant van de wagen
aangebracht.
Neem ook de capaciteitsgrenzen van de trekker in
acht.
Transport over de openbare weg
Leef de wettelijke bepalingen na.
Voor het in gebruik nemen
a.
Voordat met de werkzaamheden begonnen wordt moet
de bestuurder zich met alle bedieningsvoorschriften
vertrouwd maken. Tijden het werk is dit te laat!
b.
Voor iedere ingebruikneming moet de verkeers- en
bedrijfsveiligheid van het werktuig gecontroleerd
worden.
c.
Wanneer men hydraulische apparatuur gaat bedienen
en de aandrijving ingeschakeld wordt, mogen zich geen
personen in de nabije omgeving bevinden.
d.
Bij het voorwaarts of achterwaarts in gang zetten van
het voertuig moet de chauffeur zich ervan vergewissen
dat hij niemand in gevaar brengt. Als de chauffer de
rijbaan direct achter het werktuig niet kan zien en
overzien, moet hij een beroep doen op seingever bij
het achteruitrijden.
e.
Houd u aan de veiligheidsaanwijzingen die aangebracht
zijn op het werktuig.De gevarentekens zijn uitgelegd
op bladzijde
5.
f.
Let ook op de aanwijzingen die verderop in verschillende
hoofdstukken worden aangegeven.
Controle voor de ingebruikname
De hierna gegeven aanwijzingen zijn bedoeld om
de ingebruikneming van het werktuig voor u te
vergemakkelijken. Gedetailleerde informatie treft u in de
desbetreffende hoofdstukken aan.
1.
Controleer of alle veiligheidsvoorzieningen
(afschermingen, beschermkappen enz.) in goede
staat verkeren en correct aangebracht zijn op het
werktuig.
2.
Smeer het werktuig overeenkomstig het smeerschema.
Tevens controleren of asafdichtingen dicht zijn.
3.
Controleer of de banden de juiste spanning hebben.
4.
Controleer of de wielmoeren goed vastzitten.
5.
Let er op dat het juiste aftakastoerental wordt
gebruikt.
6.
De elektrische aansluiting moet worden gecontroleerd
op eventuele beschadiging aan kabels en verbindingen.
Aanwijzingen in de handleiding in acht nemen!
7.
Eventuele aanpassingen aan de trekker uitvoeren
voor:
Hoogte van de dissel
Lengte van de aftakas
8.
Het werktuig mag alleen bevestigd worden met de
inrichtingen die daarvoor bedoeld zijn.
9.
Controleer de werking van de scharnieras en de
overbelastingsbeveiliging (zie bijlage).
10.
De werking van de electrische installatie controleren.
11.
De hydrauliekslangen worden aan de trekker
bevestigd.
de slangen moeten worden gecontroleerd op
beschadigingen
let er op dat de slangen aan het juiste systeem worden
aangesloten (pers en retour niet verwisselen)
12.
Alle draaibare machinedelen moeten tegen verandering
van positie, die gevaren kunnen geven, geborgd worden
en moeten veilig zijn.
13.
De remmen moeten worden gecontroleerd.
20%
Kg
- 13 -
1500-NL_Übersicht_2723
NL
Pr
E
st
EstE
A
stAst
t
IE
tIEt
b
E
schr
EschrE
I
j
IjI
VI
n
VInVI
G
Overzicht
Aanduidingen:
1.
Chassis
2.
Cirkelharkunit rechts
3.
Zwaddoek
4.
Cirkelharkunit links
5.
Hefarmaanbouw met steunpoot
6.
binnenste tastwiel
7.
buitenste tastwiel (optie)
8.
Reservewielophanging
9.
Slanghouder
10.
Collisiemarkering
Aanduidingen:
2
3
5
6
4
1
7
8
9
10
- 14 -
1801-NL_Trekkervoorwaarden_2723
t
r
trt
E
kk
EkkE
E
kkEkk
r
Er E
VOO
r
WAA
r
DE
n
DEnDE
NL
Trekker
Voor het gebruik van deze machine moet de trekker aan
de volgende voorwaarden voldoen:
- Trekkervermogen:
TOP 762 C
TOP 762 C Classic
vanaf 44 kW / 60 pk
vanaf 44 kW / 60 pk
TOP 702 C
vanaf 37 kW / 50 pk
TOP 612 C
vanaf 30 kW / 40 pk
- Aanbouw:
Hefarm cat. II
- Aansluitingen: zie tabel 'Noodzakelijke hydrauliek en
stroomaansluitingen'
Ballastgewichten
Ballastgewichten
De trekker moet aan de voorzijde van voldoende
ballastgewichten worden voorzien, zodat het stuur- en
remvermogen wordt gegarandeerd.
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar of materiële schade - door een verkeerd
ballastgewicht op de trekker.
•
De vooras van de trekker moet altijd met ten
minste 20% van het onbelaste gewicht van
de trekker worden belast om de stuur- en
remcapaciteit van de trekker te waarborgen.
20%
Kg
Hefinrichting (driepuntskoppeling)
37
1-08-1
6
371-08-16
- De hefinrichting (driepuntskoppeling) van de trekker
moet berekend zijn op de optredende belasting. (Zie
technische gegevens)
- De hefsteunen moeten middels de verstelinrichting op
gelijke lengte worden ingesteld (4).
(Zie handleiding van de trekkerproducent)
- Kunnen de hefsteunen aan de hefarmen in verschillende
posities worden gestoken, dan moet de achterste positie
worden gekozen. Daardoor wordt de hydraulische
installatie van de trekker ontlast.
- De begrenzingskettingen of stabilisatoren van de hefarmen
(5) moeten zo worden ingesteld dat
geen
zijdelingse
bewegingen van de aanbouwwerktuigen mogelijk zijn.
(Veiligheidsmaatregel voor transportritten)
- 15 -
1801-NL_Trekkervoorwaarden_2723
Trekker voorwaarden
NL
Noodzakelijke hydraulische aansluitingen
Uitvoering
Verbruiker
Enkelvoudig
werkende
hydraulische
aansluiting
Dubbel werkende
hydraulische
aansluiting
Standaard
Heffen en neerlaten van de cirkelharkunits
X*)
Optioneel
hydraulische werkbreedteverstelling
(niet voor TOP 612 C)
X
*) Zweefstand noodzakelijk
Noodzakelijke stroomaansluitingen
Uitvoering
Verbruiker
Pool
Volt
Stroomaansluiting
Standaard
Verlichting
7-polig
12 VDC
volgens DIN-ISO 1724
Optie
Afzonderlijke
cirkelharkbediening
2- polig
12 VDC
volgens DIN-9680
- 16 -
1800-NL_Aanbouw_2723
NL
A
A
nb
OUW
VA
n
DE
m
DE mDE
A
mA m
ch
I
chIch
n
InI
E
nEn
Veiligheids
-
aanwijzin
-
gen:
zie bijlage-A1 pt.
8a. - h.)
Veiligheidsaanwijzingen
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar - bij onvoorspelbare bewegingen van
de trekker of de machine
•
Plaats de trekker alleen op een stevige en
vlakke ondergrond.
•
De trekker tegen onbedoeld wegrollen
beveiligen.
•
Zet de motor af.
•
Verwijder de sleutel.
•
Beveilig de machine met steunelementen
tegen kantelen.
Machine aanbouwen
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Risico op ernstige verwonding door beknelling bij
het aankoppelen van de machine aan de hefarm!
•
Let er bij het aankoppelen aan de hefarm
vooral op dat u niet bekneld raakt, of ergens
tussen geraakt.
AANWI
JZ
ING
Beschadigingen door zijdelingse bewegingen van
de machine in de aanbouwbok.
•
Stel de begrenzingskettingen of stabilisato
-
ren van de hefarmen zo in dat een zijdeling
-
se beweging van het aanbouwwerktuig niet
mogelijk is.
AANWI
JZ
ING
Beschadigingen bij onjuiste aanbouw aan de
machine.
•
Monteer het frame horizontaal aan de hefin
-
richting van de trekker.
L
et op!
De begrenzings
-
kettingen of
stabilisatoren
van de hefarmen
moeten zo worden
ingesteld dat
geen zijdelingse
beweging van het
aanbouwwerktuig
mogelijk is.
Z
wadhark aanbouwen:
- Aanbouwbok aan de hefarm van de trekker
aankoppelen
- de koppelbouten op de juiste manier beveiligen
- Chassisframe in horizontale positie brengen
Steunpoot omhoogklappen
VOOR
VOOR
Z
ICHTIG
Risico op een verwonding door de omhoogklappende
steunpoot.
•
Let er bij het ontgrendelen van de steunpoot
op dat deze vanzelf kan opklappen.
- Na het aanbouwen van de machine steunpoot
omhoogklappen (5b).
- Steunpoot met de voet naar beneden drukken en
omhoogklappen
-
De vergrendelingsbout klikt automatisch vast
Elektrische verbinding leggen
Verlichting
-7-polige stekker aan de trekker koppelen (E3)
- Functie van de verlichting aan de machine controleren
- 17 -
1800-NL_Aanbouw_2723
NL
A
A
nbouw v
A
nbouw vAnbouw v
n de m
A
n de mAn de m
chine
Hydraulische aansluitingen
Hydraulische leidingen bij de tractor aansluiten
- Voor het aankoppelen de aftakas uitschakelen
- Hendel aan het regelventiel van de trekker in
zweefstand (0) schakelen.
- Let op schone stekkerkoppelingen
- Hydraulische slangen aansluiten
- Kabel naar de trekkercabine leggen
Cardanas monteren
- Motor afzetten en contactsleutel verwijderen.
- Voor montage van de cardanas de aansluitprofielen
van de machine en de aftakas van de trekker reinigen
en invetten.
- Monteer eerst het groothoekscharnier met de vrijloop
aan de kant van de machine. Vervolgens de cardanas
op de aftakas van de trekker plaatsen.
- Beveilig de beschermingsafdekking van alle
cardanassen tegen meelopen door het inhangen
van de vangkettingen.
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar bij niet-aangepaste lengte van de
cardanas
•
Voor de eerste ingebruikname moet de
lengte van de cardanas worden gecontro
-
leerd en eventueel worden aangepast.
•
Een trekkerwissel geldt als eerste ingebruik
-
name.
•
zie hoofdstuk 'Aanpassen cardanas' in
bijlage-B.
025-05-04
L2
Kortst mogelijke bedrijfspositie (L2):
1. Hefinrichting helemaal beneden
2. Stuurinrichting is helemaal ingeschoven.
(Zie afbeelding hiernaast)
Passend maken
- Voor de lengteaanpassing de cardanas-helften in de
kortste bedrijfspositie (L2) naast elkaar houden en
aftekenen.
Details zie hoofdstuk 'Aanpassen cardanas' in bijlage B
van deze handleiding.
Trekkabel
- Kabel (S) naar de trekkercabine leggen.
Beveiligen van ongeremde machines
met trekketting
Ongeremde machines moeten door de bediener met een
trekketting worden beveiligd tegen verlies tijdens de rit.
Aanbouwpunten aan de kant van de machine hangen
af van de aard van de verbinding. Deze vindt u in de
afbeeldingen hieronder:
1.
Trekketting voor hefarmaankoppeling:
094-18-402
2.
Trekketting voor starre dissel:
094-18-403
- 18 -
1800-NL_Aanbouw_2723
NL
A
A
nbouw v
A
nbouw vAnbouw v
n de m
A
n de mAn de m
chine
- Cirkelharkstabilisatie
Instellingen af fabriek:
-
Afstand cirkelharkmidden - veerhouder op
tastwielarm: 540 mm (alleen TOP 612)
540 mm
- Houdspil (1) van de stabilisatieveer en uiteinde van
de instelconsole hebben dezelfde lengte
Instellen van de cirkelharkstabilisatie:
- Plaats de machine op een vlakke en stevige
ondergrond.
- Breng de cirkelharken in arbeidspositie.
1.
Verstel het uiteinde van de houdspil (1) van de
stabilisatieveer ten opzichte van het uiteinde van
de instelconsole (2).
TOP 762 C / TOP 762 C classic/ TOP 702 C
1
2
TOP 612 C
1
2
Wegzetten van de machine
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar - bij onvoorspelbare bewegingen van
trekker of machine
•
Plaats de trekker alleen op een stevige en
vlakke ondergrond.
•
De trekker tegen onbedoeld wegrollen
beveiligen.
•
Zet de motor af.
•
Verwijder de sleutel.
•
Beveilig de machine met steunelementen
tegen omvallen.
TIP
De machine kan worden weggezet zowel vanuit
arbeidspositie als ook vanuit transportpositie.
- Motor afzetten en contactsleutel verwijderen.
- Regelventiel in positie zweefstand
- Veerbelaste bout (B) ontgrendelen
- Steunpoot plaatsen (5a) en vastzetten
- Cardanas (GW) verwijderen en op de steun plaatsen.
- Hydraulische kabels (DW) van de trekker afkoppelen en
op de kabelhouder (6) plaatsen
- Trekkoord uit de trekkercabine verwijderen
- Elektrokabels (EL) van de trekker afkoppelen en op de
kabelhouder (6) plaatsen.
6
- Machine van de trekker losmaken.
-
Machine met diefstalbeveiliging beveiligen
1.
Diefstalbeveiliging op de koppeling aanbrengen
2.
Diefstalbeveiliging met hangslot beveiligen.
NL
1800_NL-TRANSPORT_2723
- 19 -
t
r
trt
A
rAr
ns
PO
rt
Veiligheidsaanwijzingen
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar door kantelende machine.
•
Voer een wijziging van arbeids- in trans
-
portpositie en omgekeerd alleen uit op een
vlakke, stevige ondergrond.
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar door bewegende onderdelen bij het
ombouwen van transport- naar arbeidspositie
•
Stel vast of de ruimte waarin de machine
zwenkt vrij is en of zich verder geen per
-
sonen in de gevarenzone rond de machine
bevinden.
•
Zelf niet de gevarenzone binnentreden!
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar door draaiende cirkelharken bij het
verkleinen van de transporthoogte.
•
Schakel de aftakas uit.
•
Verwijder de sleutel van de trekker.
•
Wacht totdat de cirkelharken tot stilstand zijn
gekomen.
Veranderen van arbeidspositie in
transportpositie
075-09-07
1.
Heffen van de cirkelharken
-
Stel de cirkelhark in op de geringste werkbreedte, voordat
de cirkelharken worden geheven. (niet bij TOP 612 C /
TOP 762 C classic)
-
Kabel (6) aantrekken om de transportvergrendeling los
te maken
-
Met het enkele regelventiel de cirkelharken in
transportpositie heffen.
-
Kabel loslaten
-
Juiste vergrendeling van de transportbeveiliging (7)
controleren.
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar door onbeveiligde cirkelharkarmen.
•
Controleer de transportbeveiliging voor elke
transportrit! De cirkelharkarmen moeten met
de haak worden vergrendeld. De vergrende
-
lingshaken van de transportbeveiliging (7)
moeten helemaal in de tap van de hefarm
haken.
6
7
TIP
Als de vergrendeling niet kan worden ingehaakt:
• Controleer
de
positie
van
de
hefcilinder.
Deze
moeten in de kleinste positie staan.
• Maak
de
contramoer
los
aan
de
buitenste
hydraulische cilinder en verklein de afstand
tussen de heffende hydraulische cilinders aan de
cirkelharkarm.
Veranderen van positie wendakker in
transportpositie
075-09-38
1.
Heffen van de cirkelharken
-
Met het enkele regelventiel (1) de cirkelharken enigszins
laten zakken
-
Kabel (6) aantrekken om de transportvergrendeling los
te maken
-
Met het enkele regelventiel (1) de cirkelharken in
transportpositie heffen.
-
Kabel loslaten
-
Juiste vergrendeling van de transportbeveiliging (7)
controleren.
NL
Transpor
T
1800_NL-TRANSPORT_2723
- 20 -
Rijden op de openbare weg
• Let
op
de
wettelijke
nationale
voorschriften.
• Rijden
op
de
openbare
weg
mag
alleen
volgens
de
instructies in het hoofdstuk "Transportpositie".
• De
beschermingen
moeten
in
goede
staat
zijn.
• De
beweegbare
delen
moeten
voor
het
rijden
in
de
goede positie gezet worden en er moet voor gezorgd
worden dat ze niet van plaats kunnen veranderen.
• Voor
het
begin
van
de
rit
de
verlichting
controleren.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Risico op ernstig letsel door uitstekende tanden in
transportpositie.
•
Plaats de beschermlijsten (1) op de tanden
voordat de cirkelharkarmen in transportposi
-
tie worden geheven.
Tandenafdekkingen
In sommige landen is het verplicht om de tanden van de
cirkelhark tijdens een rit over de openbare weg af te dekken.
Pöttinger heeft zulke tandbeschermingen in het assortiment.
De TOP zwadmachine is aan de voorzijde van de machine
voorzien van een constructie om deze afdekkingen aan
elkaar te bevestigen, zodat de afdekkingen op het veld
niet verloren gaan en altijd bij de hand zijn.
1
1.
Rijg de tandenafdekkingen volgens onderstaande
afbeelding aan elkaar.
2.
Beveilig de afdekkingen steeds met een borgpen aan
positie (1).
1
340-13-09
TOP 762 C
13 tanden per zijde
TOP 762 C classic
11 tanden per zijde
TOP 702 C
11 tanden per zijde
TOP 612 C
11 tanden per zijde
NL
Transpor
T
1800_NL-TRANSPORT_2723
- 21 -
Machine-afmetingen in transportpositie
Bij een juiste instelling van de transportpositie worden de
volgende afmetingen niet overschreden:
Type
Hoogte
(m)
Breedte
(m)
L
engte
(m)
TOP 762 C
3,99
2,54
5,90
TOP 762 C met breed
chassis
3,99
2,90
5,90
TOP 762 C classic
3,99
2,54
5,90
TOP 762 C classic met
breed chassis
3,99
2,90
5,90
TOP 702 C
3,82
2,54
5,90
TOP 702 C met breed
chassis
3,82
2,90
5,90
TOP 612 C
3,51
2,54
5,35
Frame - chassis
Het frame - chassis is stuurbaar. De draaibare aanbouwbok
brengt middels een stuurstang de stuurbeweging over op
het frame - chassis.
Bij een optimale basisinstelling van het frame - chassis ligt
deze in één lijn met de trekker als rechtuit wordt gereden.
(zie afbeelding)
TIP
Vóór de transportrit moet het chassis op zicht worden
gecontroleerd om te zien of de naloop in één lijn is!
Als de naloop niet in één lijn is, kan de lengte van de
stuurstang worden bijgesteld.
De verstelunit bevindt zich aan de aanbouwbok.
1.
Borgpen onder de dwarsstangkop verwijderen
2.
Moer losmaken
3.
Lengte van de stuurstang bijstellen
4.
Moer aanhalen
5.
Borgpen opnieuw monteren.
A Dwarsstangkop moet worden ingeschroefd.
B Dwarsstangkop moet worden uitgeschroefd.
M
044-01-009
A
B
NL
Transpor
T
1800_NL-TRANSPORT_2723
- 22 -
Transporthoogte verlagen
Om de transporthoogte te verkleinen, moeten de volgende
stappen worden uitgevoerd:
TIP
Verklein de transporthoogte zeker als u banden met
van de maat 15.0/55-17 gebruikt. Vanaf deze banden
-
maat overschrijdt de machine de maximale, wettelijke
transporthoogte.
1.
In arbeidspositie: Verwijder de drie bovenste tandenarmen
van de beide cirkelharken. De tandenarmen zijn steeds
met een veersluitpen beveiligd. Plaats de verwijderde
tandenarmen in de daarvoor bedoelde houder aan het
achterste uiteinde van de machine. De tanden moeten
daarbij in de richting wijzen zoals staat aangegeven in
de afbeelding rechts.
TOP 762 C / TOP 762 C classic / TOP 702 C
TOP 762 C / TOP 762 C classic / TOP 702 C
TOP 612 C
TOP 612 C
AANWI
jz
ING
Risico op beschadigingen door verlies van tanden.
•
Let bij het plaatsen van de tanden en de
veersluitpen op de draairichting van de tan
-
den. De veersluitpen moet in draairichting
sluiten.
TIP
Let bij het terugplaatsen van de tanden op de draairichting
van de tanden en de veersluitpen. De veersluitpen moet
in draairichting sluiten.
2.
Veiligheidsbeugel neerklappen: Verwijder eerst de
veersluitpen (uit opening 1) en klap vervolgens de
veiligheidsbeugel helemaal terug. Daarna weer met
de veersluitpen beveiligen (opening 2).
1
2
3.
Met het regelventiel in transportpositie gaan.
- 23 -
1800-D AlgGebruik_2441
NL
G
E
br
UI
k
UIkUI
Algemene richtlijnen bij
werkzaamheden met de machine
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar door roterende cirkelharken en
klappende cirkelharkarmen
•
Voor instel-, onderhouds- en reparatie
-
werkzaamheden de motor stopzetten en de
contactsleutel verwijderen.
•
Werkzaamheden binnen het bereik van de
cirkelharken alleen uitvoeren als de aftakas
is uitgeschakeld.
•
Niet in de buurt van de cirkelharken komen
zolang de aandrijfmotor draait.
•
Stel vast of de arbeidsruimte vrij is en of
zich verder geen personen in de gevaren
-
zone rond de machine bevinden, voordat de
aandrijfmotor wordt ingeschakeld.
495.173
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar door zwenkende en klappende
cirkelharkarmen.
•
Buiten het zwenkbereik van de cirkelharkar
-
men blijven.
•
Stel vast of de ruimte waarin de machine
zwenkt vrij is en of zich verder geen per
-
sonen in de gevarenzone rond de machine
bevinden, voordat de cirkelharkarmen op- of
neergezwenkt worden.
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar door kantelen van de combinatie op
hellingen, vooral in transportpositie en bij het nemen
van bochten.
•
Hou wat betreft de snelheid rekening met de
omgevingsomstandigheden, vooral bij het
nemen van bochten en op hellingen.
•
Op een helling kunt u beter achteruit rijden
dan een riskante draai te maken.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Risico op ernstig letsel door langdurige
werkzaamheden met verhoogd geluidsniveau.
Afhankelijk van de verschillende trekkercabines kan het
geluidsniveau op de werkplek afwijken van de gemeten
waarde (zie Technische gegevens).
•
Wanneer een geluidsniveau van 85 dB(A)
wordt bereikt of overschreden, moet de
ondernemer (landbouwer) een passende
gehoorbescherming ter beschikking stellen
(UVV
1.1 § 2).
•
Wanneer een geluidsniveau van 90 dB(A)
wordt bereikt of overschreden, moet een
gehoorbescherming worden gedragen
(UVV
1.1 § 16).
AANWI
JZ
ING
Beschadigingen aan de trekker door een ongeschikt
trekvoertuig
•
Let op de technische beperkingen van de
trekker met betrekking tot asbelasting en
steunbelasting.
- 24 -
1800-D AlgGebruik_2441
Gebruik
NL
Belangrijke informatie voordat met de
werkzaamheden wordt begonnen
(zie bijlage-A1 pt. 1, 2, 3 en 4
)
1.
De aftakasaandrijving inschakelen
De aftakasaandrijving alleen inschakelen als alle
veiligheidsvoorzieningen (afdekkingen, afdekdoeken,
bekledingen enz.) zich in goede conditie bevinden en
op de juiste wijze aan de machine zijn aangebracht.
2.
Schakel de machine alleen in in arbeidspositie
en overschrijd het voorg e s chr eve n
aftakastoerental niet!
Een sticker die naast de transmissie is aangebracht, laat
zien voor welk aftakastoerental uw machine geschikt
is.
-
Aftakas bij stationair toerental inschakelen.
-
Aftakas pas inschakelen als de machine zich ten minste
in de veld-transportpositie bevindt!
3.
Aftakastoerental
-
Max. aftakastoerental 540 omw/min.
Het gunstigste aftakastoerental is ca. 450 omw./min.
-
Wanneer het voer uit de zwad door de tanden weer
in de weggeharkte strepen wordt getrokken (vervuild
werk), moet het aftakastoerental worden verlaagd.
4. Werksnelheid
-
Rijsnelheid zo instellen dat alle oogstgoed schoon wordt
opgenomen.
- Bij overbelasting een versnelling terugschakelen.
-
Om zo schoon mogelijk te harken, moet de cirkelhark
een lichte helling richting de zwad hebben. Voor de
exacte instelling zie hoofdstuk 'Gebruik'.
5. Instellingen en controles
-
De tandenhoogte aan de bodemomstandigheden
aanpassen. De tanden moeten licht over de bodem
strijken. Bij een te diepe instelling raakt het voer vervuild
of wordt het gras beschadigd.
-
Instelling tijdens de werkzaamheden regelmatig
controleren.
-
Controleer regelmatig de luchtdruk!
-
de hydrauliekslangen regelmatig controleren en bij
beschadiging en/of veroudering direct vervangen (zie
reserve-onderdelenlijst).
-
Remsystemen regelmatig onderwerpen aan een
grondige controle.
-
De bevestigingsbouten moeten regelmatig worden
gecontroleerd en eventueel worden nagetrokken.
-
Tanden regelmatig controleren op juiste toestand!
Alle tandenhouders aan de cirkelharken
monteren
-
Tandenhouders op de cirkelharkarmen plaatsen en met
klepspiebout borgen.
NL
1800_NL-Gebruik_2723
- 25 -
G
E
br
UI
k
UIkUI
Algemene richtlijnen bij werkzaamheden
met de machine
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar door roterende cirkelharken en
klappende cirkelharkarmen
•
Schakel de zwadhark uit voordat u de cabi
-
ne verlaat.
•
Voor instel-, onderhouds- en reparatie
-
werkzaamheden de motor stopzetten en de
contactsleutel verwijderen.
•
Werkzaamheden binnen het bereik van de
cirkelharken alleen uitvoeren als de aftakas
is uitgeschakeld.
•
Niet in de buurt van de cirkelharken komen
zolang de aandrijfmotor draait.
•
Stel vast of de arbeidsruimte vrij is en of
zich verder geen personen in de gevaren
-
zone rond de machine bevinden, voordat de
aandrijfmotor wordt ingeschakeld.
495.173
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Risico op zware verwonding door opspringend
materiaal en stenen.
•
Start de zwadhark pas als zich geen perso
-
nen in de gevarenzone bevinden.
•
Let erop dat zich tijdens de werkzaamhe
-
den geen personen in de omgeving van de
zwadhark bevinden.
•
De machine dient onmiddellijk te worden
uitgeschakeld wanneer personen de geva
-
renzone naderen.
TIP
Rijsnelheid zo instellen dat alle oogstgoed schoon wordt
opgenomen.
Veranderen van transport- in werkpositie
075-09-05
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar door kantelende machine.
•
Voer een wijziging van arbeids- in trans
-
portpositie en omgekeerd alleen uit op een
vlakke, stevige ondergrond.
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar door bewegende onderdelen bij het
ombouwen van transport- naar arbeidspositie
•
Stel vast of de ruimte waarin de machine
zwenkt vrij is en of zich verder geen per
-
sonen in de gevarenzone rond de machine
bevinden.
•
Schakel de aandrijving van de aftakas pas
in als alle veiligheidsvoorzieningen zich in
werkpositie bevinden.
•
Zelf niet de gevarenzone binnentreden!
TIP
De cirkelharken moeten in één keer worden neergelaten.
Wanneer tussentijds wordt gestopt met neerlaten, is het
mogelijk dat afzonderlijke cirkelharken niet-gedefinieerde
hef- / zakbewegingen maken.
1.
Neerlaten van de cirkelharken
-
Met het enkele regelventiel de cirkelharken kort heffen,
om de transportbeveiliging (10) los te maken.
10
-
Kabel aantrekken om de transportbeveiliging (10) te
heffen.
-
Met het enkele regelventiel in zweefstand de cirkelhark
helemaal laten zakken
-
Kabel loslaten
NL
Gebruik
1800_NL-Gebruik_2723
- 26 -
TIP
De zaksnelheid van de cirkelhark kan met de smoorspoel
aan de hefcilinder worden ingesteld.
• voor
TOP
612
C
Standard
• voor
TOP
702
C/
TOP762
C
alleen
met
de
optie
hydraulische werkbreedteverstelling
Instellingen aan het cirkelharkchassis
Voorwaarden:
-
vlakke en stevige ondergrond
-
1,5 bar luchtdruk in alle banden
- Het aanbouwwerktuig is aan de trekker gehangen en is
in arbeidspositie
Dwarshelling instellen
(alleen bij optie Tandemchassis)
Om zo schoon mogelijk te harken, moet de
cirkelhark een lichte helling richting de zwad
hebben. De kant begin van de hark moet daarbij
ca. 1,0-1,5 cm hoger liggen.
1.
Laten zakken van de cirkelharkunit middels de
handslinger (1) - tot de binnenste tanden de bodem
licht aanraken.
TIP
Beveilig de kruk (1) met behulp van de houdbeugel
nadat de instelling succesvol is uitgevoerd.
1
2.
Instellen van de buitenste tanden middels excenterschroef
(2) - ca. 1,0 - 1,5 cm boven de bodem.
3
2
a1
b1
b1
b2
c
a2
a.
Maak de moer (3) een klein beetje los met een
steeksleutel nr. 36.
b.
Stel met behulp van de excenterschroef (2) en een
steeksleutel nr. 36 de gewenste helling in.
c.
Draai de moer (3) weer vast. (Aanhaalmoment 280
Nm)
TIP
Alle wielen (a-c) kunnen op deze manier worden
ingesteld.
De wielen die op dezelfde zijde van de cirkelharkunit
liggen (a1, a2 en b1, b2) moeten op dezelfde hoogte
worden ingesteld.
Harkhoogte instellen
TIP
De hoogte-instelling van het chassis en het tastwiel
aan de binnenzijde hoeft niet bij iedere wijziging van de
harkhoogte opnieuw te worden aangepast.
1.
Harkhoogte met de handslinger (1) instellen - voor iedere
cirkelharkunit afzonderlijk. Handslinger (1) tegen de klok
in draaien om de afstand van de tanden ten opzichte
van de bodem te vergroten. Handslinger (1) met de klok
mee draaien om de afstand van de tanden ten opzichte
van de bodem te verkleinen.
- De binnenste tanden moeten afhankelijk van de
hoeveelheid voer licht over de bodem (ca. 2,0 cm)
strijken.
NL
Gebruik
1800_NL-Gebruik_2723
- 27 -
075-09-05
2,0 cm
-
De werkhoogte moet aan de bodemomstandigheden
worden aangepast.
-
Bij een te diepe instelling raakt het voer vervuild of
wordt het gras beschadigd.
-
Instelling tijdens de werkzaamheden regelmatig
controleren.
Afstand van het buitenste tastwiel
instellen
1.
Beide klemringen (1, 2) losmaken.
2.
Aanslag over de gewenste ankers (3, 4, 5) schuiven
3.
Beide klemringen vastdraaien (aanhaalmoment)
1
2
3
4
5
NL
Gebruik
1800_NL-Gebruik_2723
- 28 -
639-13-12
3
,
5
c
m
2
,
0
c
m
2
,
5
c
m
Harkbegin
Harkuiteinde
Voorbeeld - linker cirkelhark met tandemchassis:
Voorwaarden:
-
vlakke en stevige ondergrond
-
1,5 bar luchtdruk in alle banden
- Het aanbouwwerktuig is aan de trekker gehangen en is in arbeidspositie
1. Stap
Neerlaten van de tanden middels handslinger. De diepste
tand mag net niet meer over de bodem strijken, als de
cirkelhark draait.
2. Stap:
Instellen van de dwarshelling middels excenterschroeven
op positie harkbegin, zodat bij de eerste ingestuurde
tand (harkbegin) een bodemafstand van ca. 1 - 1,5 cm
meetbaar is.
TIP
Beide excenterschroeven aan dezelfde kant van een
cirkelharkunit gelijk instellen.
3. Stap:
Instellen van de harkhoogte middels handslinger. De
bodemafstand bij positie harkbegin moet nu ca. 3,5 cm
bedragen. De bodemafstand bij positie harkbuiteinde moet
nu ca. 2,0 cm bedragen.
3. Stap
3. Stap
5. Stap
4. Stap
4. Stap:
AANWI
JZ
ING
Beschadigingen door gebruik zonder binnenliggend
tastwiel
•
Gebruik de machine altijd met binnenlig
-
gend tastwiel. De drager en houder van het
buitenliggende tastwiel zijn niet geconstru
-
eerd op solobedrijf.
Instellen van het binnenste tastwiel, zodat aan de tand
ervoor een bodemafstand van 2,5 cm meetbaar is.
5. Stap:
Instellen van de bodemafstand van het buitenste tastwiel
(multitastwiel), zodat het slechts gering is belast.
6. Stap:
Instellen van de afstand van het buitenste tastwiel ten
opzichte van de cirkelhark. De afstand (A) van het
buitenste tastwiel ten opzichte van de tandencirkelhark
is instelbaar in afstanden van 10 cm. Er zijn drie
instelmogelijkheden.
• Bij
kort
voer
het
tandwiel
zo
dicht
mogelijk
bij
de
cirkelhark plaatsen.
NL
Gebruik
1800_NL-Gebruik_2723
- 29 -
• Bij
lang
voer
de
afstand
tot
de
tanden
verhogen,
om
te voorkomen dat het voer het tandwiel omwikkelt
en blokkeert.
AANWI
JZ
ING
Beschadigingen door botsing van het buitenste
tastwiel met de trekker bij het nemen van bochten.
(alleen bij maximaal uitgeschoven tastwiel)
•
Controleer voor gebruik of het buitenste
tastwiel bij het nemen van een maximale
bocht met de trekker in botsing komt.
•
Wijzig de instelling overeenkomstig.
A
Weergaven op elkaar afstemmen
Voorwaarde:
Harkhoogte van beide cirkelharken is op dezelfde hoogte
ingesteld.
1.
Afstemmen van de hoogteweergave (4) op de beide
cirkelharkunits.
a. Schroefmof (5) onder de cirkelharkunit openen
b. Weergavepeil op de schaal op die van de andere
cirkelharkunit afstemmen.
c. Schroefmof (5) weer vastdraaien.
4
5
Nu wordt op de linker en de rechter cirkelhark hetzelfde
aangegeven.
Toerental cardanas
Het maximale toerental van de cardanas bedraagt:
540
omw/min
Het aanbevolen toerental van de cardanas bedraagt: ca.
450 omw/min
TIP
Verklein het toerental van de cardanas bij vervuilde
werkzaamheden (d.w.z.: als het maaigoed door de
tanden weer terug op het reeds geharkte oppervlak
wordt gebracht).
Zwaddoek
(Optioneel bij TOP 762C, TOP 762C classic, TOP 702C)
Montage van het zwaddoek:
1.
Bevestig het zwaddoek met 4 schroeven aan de console
onder de transmissie (1)
1
2.
Bevestig het zwaddoek aan de console (2)
2
3.
Borg de bout met de moer (3) aan het draaipunt.
3
NL
Gebruik
1800_NL-Gebruik_2723
- 30 -
4.
Monteer de stoppers (alleen hydraulische variant).
4
AANWI
JZ
ING
Risico op materiële schade bij botsing tussen
hefarmen en zwaddoek.
•
Monteer de stoppers aan de console
Demontage van het zwaddoek:
1.
Verwijder de stoppers (alleen hydraulische variant)
2.
Verwijder de bout (3) aan het draaipunt.
3.
Demonteer de console van het zwaddoek (2)
4.
Demonteer de console van het zwaddoek onder de
transmissie (1).
5.
Verwijder het zwaddoek.
Zwaddoek bij TOP 612 C
Demontage van het zwaddoek:
1.
Verwijderen van de borgring (5).
5
2.
Demonteer de console van het zwaddoek (2)
3.
Demonteer de console van het zwaddoek onder de
transmissie (1).
4.
Verwijder het zwaddoek.
Enkele cirkelharkbediening (optie)
Om aan de rand van het perceel efficiënter te kunnen
werken, is het mogelijk om de linker of de rechter cirkelhark
afzonderlijk te heffen en met de andere cirkelhark verder
te werken.
Heffen van een cirkelhark
1.
Selecteer de cirkelhark die moet worden geheven
op de enkele cirkelharkregeling
2.
Stel het regelventiel van de trekker in op Heffen, om
de geselecteerde cirkelhark te heffen.
3.
Stel het regelventiel van de trekker in op Neutraal,
om te voorkomen dat de tweede cirkelhark eveneens
wordt geheven.
4.
Selecteer nu de cirkelhark waarmee moet worden
gewerkt op de enkele cirkelharkregeling.
5.
Plaats het regelventiel van de trekker in zweefstand
Verder werken met 2 cirkelharken met
volumeverdeler
Om verder te werken na het leegmaken van de perceelrand:
1.
Selecteer de cirkelhark die moet worden neergelaten
op de enkele cirkelharkregeling
2.
Plaats het regelventiel van de trekker in zweefstand.
Op deze manier zakt de cirkelhark.
Verder werken met 2 cirkelharken zonder
volumeverdeler
1.
Selecteer de cirkelhark die moet worden neergelaten
op de enkele cirkelharkregeling, of selecteer de beide
cirkelharken op de enkele cirkelharkregeling.
2.
Plaats het regelventiel van de trekker in zweefstand.
Op deze manier zakt de cirkelhark.
L
aten zakken van een cirkelhark
1.
Selecteer de cirkelhark die moet worden neergelaten
op de enkele cirkelharkregeling
2.
Stel het regelventiel van de trekker in op Zweefstand,
om de geselecteerde cirkelhark te laten zakken.
TIP
Als u in deze situatie de hendel van de enkele
cirkelharkregeling in Middenpositie stelt, dan kunt
u ook de tweede cirkelhark laten zakken. Vanwege
het feit dat de tractorhydraulica zich al in zweefstand
bevindt, zakt de tweede cirkelhark.
TIP
Stel de zaksnelheid van de cirkelhark in via de
smoorspoel op de hefcilinder.
Heffen van de tweede cirkelhark met volumeverdeler
Om om te draaien na het leegmaken van de perceelrand:
1.
Selecteer de neergelaten cirkelhark op de enkele
cirkelharkregeling.
2.
Stel daarvoor het enkele regelventiel in op 'heffen'.
NL
Gebruik
1800_NL-Gebruik_2723
- 31 -
Heffen van de tweede cirkelhark zonder
volumeverdeler
1
Selecteer de neergelaten cirkelhark of beide
cirkelharken (= middenpositie) op de enkele
cirkelharkregeling.
2.
Stel het enkele regelventiel in op 'heffen'
Bedieningseenheid: Enkele cirkelharkregeling
Met de bedieningseenheid kan worden geselecteerd welke
cirkelhark moet worden bediend
links - linker cirkelhark
midden - beide cirkelharken
rechts - rechter cirkelhark
Positie van de terminal bij geparkeerde machine:
De terminal kan bij de geparkeerde machine met een
vleugelmoer aan de as (4) onder de kabelbeker worden
aangebracht.
4
Omzetten van arbeids- in
veldtransportpositie
075-09-10
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar door kantelende machine.
•
Voer een wijziging van arbeids- in trans
-
portpositie en omgekeerd alleen uit op een
vlakke, stevige ondergrond.
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar door bewegende onderdelen bij het
ombouwen van transport- naar arbeidspositie
•
Stel vast of de ruimte waarin de machine
zwenkt vrij is en of zich verder geen per
-
sonen in de gevarenzone rond de machine
bevinden.
•
Schakel de aandrijving van de aftakas pas
in als alle veiligheidsvoorzieningen zich in
werkpositie bevinden.
•
Zelf niet de gevarenzone binnentreden!
Het zwenken van arbeids- naar veldtransportpositie gebeurt
via een enkele hydraulische aansluiting (zweefstand
noodzakelijk).
- De aandrijving van de cardanas hoeft niet te worden
uitgeschakeld.
TIP
Voor een schone bodemaanpassing:
1.
Breng de machine in arbeidspositie
2.
Plaats het regelventiel van de trekker in zweefstand.
Mechanische werkbreedteverstelling
TOP 762 C
TOP 762 C classic
mechanisch: (met zwaddoek)
Werkbreedte tussen 6,9m en 7,4m
instelbaar.
TOP 702C
mechanisch: (met zwaddoek)
Werkbreedte tussen 6,45m en
6,85m instelbaar.
TIP
Een arbeidsbreedteverstelling is bij de TOP 612 C niet
beschikbaar.
NL
Gebruik
1800_NL-Gebruik_2723
- 32 -
Mechanisch instellen van de werkbreedte aan
de hefarm:
1.
Veiligheidsverbindingsstuk (1) losmaken
2.
Bout (2) uit het langsgat (4) trekken.
3.
Spil (3) verstellen.
4.
Bout in het langsgat fixeren.
De bout moet ook na het verstellen van de spil nog
zonder problemen in het langsgat kunnen worden
geplaatst.
5.
Spil met veiligheidsverbindingsstuk borgen
2
1
3
4
hydraulische werkbreedteverstelling
(optie)
TOP 762 C
TOP 762 C
classic
Werkbreedte traploos instelbaar
TOP 702 C
Werkbreedte traploos instelbaar
De werkbreedte wordt omgesteld via de dubbele
hydraulische aansluiting.
TIP
Een arbeidsbreedteverstelling is bij de TOP 612 C niet
beschikbaar.
Instelling van de bochtenbaan
Als gras buiten het zwad blijft liggen, kan de bochtenbaan
worden ingesteld.
1.
Machine op een vlakke ondergrond plaatsen en tegen
wegrollen beveiligen. (Wielblokken plaatsen)
2.
Verwijderen van de plastic pluggen (1) uit de openingen
aan de onderzijde van de cirkelharkunit om de schroeven
(2) op de bochtenbaan toegankelijk te maken.
1
3.
De drie schroeven (2) op de bochtenbaan losmaken.
4.
Instellen van de bochtenbaan: De bochtenbaan in het
langsgat instellen door de cirkelharkunit middels de
tandendragers te verdraaien, zodat het voer beter wordt
gegrepen.
2
5.
Drie schroeven (2) aanhalen.
6.
Stop de plastic pluggen (1) opnieuw in de openingen.
7.
Testloop uitvoeren. Herhaal de procedure net zolang
tot het resultaat tevredenstellend is.
- 33 -
1800-NL Gebruik op he
LL
i
NG
e
N
_288
NL
Voorzichtig bij manoeuvres op een
helling!
GEVAAR
GEVAAR
L
evensgevaar door kantelen van de combinatie op
hellingen, vooral bij transportritten en bij het nemen
van bochten.
•
Pas het tempo aan aan de omstandigheden,
vooral in bochten.
•
Op een helling kunt u beter achteruit rijden
dan een riskante draai te maken.
Door het gewicht (G) van de cirkelharkeenheid worden
de rijeigenschappen van de trekker beïnvloed. Dit kan,
speciaal op hellingen, tot gevaarlijke situaties leiden.
Er bestaat kantelgevaar
 tijdens
het
hydraulische
heffen
van
cirkelharkunits
-
vooral als hellingopwaarts de gepositioneerde
cirkelharkunit eerst omhoog wordt gezwenkt.
Daardoor verschuift het zwaartepunt van de
combinatie hellingafwaarts en de kracht van het
gewicht heeft een excentrisch effect.
TD 33/97/
1
G
G
E
br
UI
k
UIk UI
OP
h
OP hOP
E
ll
EllE
I
n
InI
GE
n
GEn GE
 bij
het
nemen
van
bochten
met
cirkelharkunits
in
transportpositie.
TD 33/97/
2
TD 33/97/2
TD 33/97/
- 34 -
1800_NL-Algemeen-Onderhoud_BA
NL
Parkeren in de open lucht
Als de machine langere tijd in de open lucht moet blijven
staan, moeten de cylinderstangen worden gereinigd en
worden ingevet.
FETT
TD
49
/
9
/9
/
3/2
Reinigen van machinedelen
L
et op!
Gebruik geen hogedrukreiniger voor het reinigen
van lagers en hydraulische delen.
- Kans op roestvorming!
- Na het reinigen de machine volgens het smeerschema
doorsmeren en de machine korte tijd laten draaien.
- Reinigen met te hoge druk kan beschadigingen aan de
lak veroorzaken.
Veiligheidsaanwijzingen
GEVAAR
GEVAAR
L
etselgevaar door bewegende of roterende
onderdelen.
Voer het onderhoud pas uit wanneer u het apparaat
•
veilig en stabiel buiten bedrijf hebt gesteld
op een vlakke, vaste ondergrond.
•
met wielblokken heeft beveiligd tegen weg
-
rollen.
•
de motor van de trekker uitgeschakeld is en
de aftakas stationair is.
•
alle bewegende of roterende delen (in het
bijzonder de maaischijven) tot stilstand
gekomen zijn. (Hoortest!)
•
de contactsleutel van de trekker uitgetrok
-
ken is.
•
Indien nodig de cardanas demonteren.
L
evensgevaar wanneer men te lang onder de machine
blijft staan
•
Onderdelen waaronder u zult blijven staan
goed ondersteunen.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Risico op zware verwonding door lekkende olie
•
Let op opengescheurde of klemzittende
plekken op de slang.
•
Maak de koppelingen van olieslangen en
-contactdozen voor elke koppeling schoon!
•
Draag geschikte beschermende kleding.
AANWI
JZ
ING
Materiële schade door vuil in het hydraulisch systeem
•
Maak de koppelingen van olieslangen en
-contactdozen voor elke koppeling schoon!
Algemene onderhoudsaanwijzingen
Leef de volgende aanwijzingen na om de machine
gedurende langere tijd in goede conditie te houden:
- Na de eerste gebruiksuren alle bouten en moeren
natrekken.
Speciaal gecontroleerd moeten worden:
Mesbouten bij maaiers
Bouten in de tandbevestiging van schudders en van
zwadharken
Winterklaar maken
- De machine voor de
winter goed schoon maken.
- Beschermd tegen weersinvloeden wegzetten.
- Olie verversen of bijvullen
- Blanke delen tegen roest beschermen.
- Alle smeerpunten doorsmeren.
- Terminal losmaken, droog en vorstvrij bewaren.
Reserve-onderdelen
a.
Originele onderdelen en toebehoren
zijn speciaal voor
deze machines en werktuigen ontwikkeld.
b. Wij maken u er uitdrukkelijk op
attent dat niet door ons
geleverde originele onderdelen en toebehoor ook niet
door ons zijn gecontroleerd en vrijgegeven.
c. De inbouw en/of het gebruik van dergelijke producten
kan daarom de constructie en de eigenschappen van de
machine eventueel negatief veranderen of beïnvloeden.
Voor schade die ontstaat door het gebruik van niet-
originele onderdelen en toebehoor kan de fabrikant in
geen geval aansprakelijk worden gesteld.
d. Eigenhandig aangebrachte wijzigingen en het gebruik
van bouw- en aanbouwelementen aan de machine
vallen buiten de aansprakelijkheid van de producent!
Al
GE
m
GEmGE
EE
mEEm
n
EEn EE
O
n
DE
nDEn
rh
DErhDE
OUD
- 35 -
1800_NL-Algemeen-Onderhoud_BA
NL
Hydraulische installatie
L
et op verwondings- en infectiegevaar!
Vloeistoffen die onder hoge druk uittreden kunnen
de huid binnendringen en zware verwondingen
veroorzaken. Raadpleeg in dat geval onmiddellijk een
arts!
Voordat de hydraulische leidingen worden aangesloten,
moet worden gecontroleerd of de hydraulische installatie
geschikt is voor de tractor.
Na de eerste 10 bedrijfsuren en alle volgende 50
bedrijfsuren
- Hydraulisch aggregaat en leidingen controleren op lekkage
en evt. schroefverbindingen aandraaien.
Voor iedere ingebruikname
- hydraulische slangen op slijtage controleren.
Versleten of beschadigde hydraulische slangen moeten
direct worden vervangen. De nieuwe slangen moeten
voldoen aan de techn. eisen van de producent.
Slangen zijn onderhevig aan een natuurlijke veroudering,
gebruiksduur niet langer dan 5-6 jaar.
Cardanassen
- zie ook de aanwijzingen in de bijlage
Voor het plegen van onderhoud in acht nemen!
In principe gelden de aanwijzingen die in de handleiding
worden gegeven.
Als hier geen speciale aanwijzingen worden gegeven,
gelden de aanwijzingen in de meegeleverde handleiding
van de betreffende cardanassenproducent.
Algemeen onderhoud
- 36 -
1900-NL Onderhoud_2723
NL
O
n
DE
nDEn
rh
DErhDE
OUD
Transmissie
Hoeveelheid olie:
1,2 liter SAE 80
Oliepeil controle:
Het oliepeil is correct als de olie tot
aan de vulschroef komt.
Olie verversen:
na de eerste 50h
vervolgens om de 50h
1
Chassis
Star chassis
Serie: TOP 612 C
Niet verkrijgbaar voor TOP 762 C/ TOP 762 C classic/
TOP 702 C
geen instellingsmogelijkheden:
Gestuurd chassis
Standaard: TOP 762 C/ TOP 762 C classic/ TOP 702 C
Optioneel: TOP 612 C
Instelling van de stuuras:
Alleen wanneer het frame - chassis niet in één lijn met de
trekker naloopt als rechtuit wordt gereden!
1.
Contramoer bij positie (1) losmaken
2.
Borgpen (2) verwijderen en moer (2) aan het begin
van de stuurstang - direct achter de tractor - losmaken
3.
Stuurstang naar boven toe wegtrekken.
4.
Draai de spil (3) tot de gewenste positie van de
stuuras is bereikt.
5.
Draaikoppeling opnieuw monteren.
6.
Borgpen bij positie (2) weer monteren en moer bij
posities (2, 1) weer aanhalen.
1
3
2
Spoor van de banden instellen (alleen bij
gestuurd chassis)
Achter de stuurframeconstructie kan het spoor van de
linker en de rechter band worden versteld.
1.
Draai de moeren (1, 2) los (links- en rechtsschroefdraad)
2.
Draai de spoorstang (3) tot het spoor correct is
ingesteld.
3.
Zet de stang met de moeren (1, 2) vast.
- Stel het toespoor op maximaal 5mm in. Dat betekent
dat de positie van de voorwielvelgen aan hun voorste
punt maximaal 5mm dichter bij elkaar moet staan dan
achteraan. (in rijrichting)
- De afstand van de dwarsstangkoppen bij linker en rechter
dwarsstang moet gelijk zijn.
2
3
1
- 37 -
1900-NL Onderhoud_2723
ONDERHOUD
NL
Bandenmaat
Bandenmaat
Dimensie
L
uchtdruk
Chassis
260 / 70 - 15,3 122A8 Flot+ ET 0
*340/55 - 16 133A8 Flot+ ET -50/6L
*15.0 / 55 - 17 12PR AS ET -54/6L
**260 / 70 / 15,3 AS ET -5
1,5 bar
1,5 bar
1,5 bar
1,5 bar
Cirkelhark
16 / 6,50 - 8 10PR
1,5 bar
** Deze band is alleen toegestaan voor TOP 612 C.
AANWI
JZ
ING
Risico op materiële schade door te hoge krachten op de besturing.
•
Met een * gemarkeerde banden mogen alleen in de positie worden gemonteerd die vanwege de
inzakdiepte smaller is, omdat anders te grote krachten op de besturing worden uitgeoefend. Dit
geldt machines met gestuurd chassis. Bij star chassis kunnen de banden in beide posities worden
gemonteerd.
TIP
Alleen TOP 612 C:
De spatborden en de waarschuwingsplaatjes moeten altijd worden aangepast aan de buitenkant van de band.
289-12-34
ET -50 / -54
- 38 -
1900-NL Onderhoud_2723
ONDERHOUD
NL
Tandenarmen
Tandenarm vervangen
- Afdekschroeven (1) losmaken.
1
-
1. 2x schroeven (2) M12x110 verwijderen
2. 4x schroeven (3) M12x110 losmaken.
3
2
- Afdekking verwijderen
- Tandenarm uittrekken. Draai de cirkelharkunit zo dat
de oude tandenarm tussen in- en uitsturen (zie
onder) wordt uitgetrokken.
-
Nieuwe tandenarm plaatsen. Draai de cirkelharkunit
zo dat de nieuwe tandenarm tussen in- en uitsturen
(zie onder) wordt ingezet.
Rijrichting
-
Schroeven M12x110 met 1x moer en 2x Nordlock
ringen weer aanhalen (zie afb.)
(Aanhaalkoppel: 140 Nm)
Plaats de Nord-Lock-ringen met de grove frezing
binnen op elkaar. Dit betekent tegelijkertijd dat bij
beide ringen zich de fijne frezing aan de buitenkant
bevindt.
-
Afdekking op de nieuwe tandenarm plaatsen, tussen
de afdekkingen inpassen en schroef aanhalen. Alle
losgemaakte schroeven (1) voor de afdekkingen
aanhalen.
-
Controleer na ca. 50 bedrijfsuren moeren en
schroeven of deze vastzitten, evt. aanhalen.
- Let op de positie van de spanstiften ten opzichte van
elkaar. Zie afbeelding hieronder - detail B
B
- 39 -
1900-NL Onderhoud_2723
ONDERHOUD
NL
L
agerbus van de tandenarmen vervangen
TIP
Afstand (A) van de as (W) ten minste 1x per jaar
controleren.
• De
afstand
(A)
moet
in
normaal
bedrijf
ca.
1
mm
bedragen. Als de speling van de as (W) groter wordt,
kan dit met opvulringen worden gecorrigeerd.
• Als
de
afstand
(A)
groter
is
dan
4mm,
dan
moeten
de
voeringen (B)aan de binnenkant van de tandenarmen
worden vervangen. Anders kan de machine worden
beschadigd.
Cirkelharkunit
Cirkelbaan
1.
Interval:
50h
2.
Procedure:
- Vetspuit op smeernippel (1) zetten
- Cirkelhark draaien zodat het vet goed wordt verdeeld
-
Per omwenteling 3-4 slagen aanbrengen
-
3-4 volle omwentelingen uitvoeren
1
TOP 762C
TOP 762C classic
1
TOP 702C
TOP 612C
Transmissie cirkelharkunit: Vet bijvullen
1.
Interval:
indien nodig
De transmissie van de cirkelharkunit is voor de hele
levensduur gesmeerd. Controleer toch één keer per
jaar of de tandwielen nog bedekt zijn.
2.
Procedure:
1.
Vulplug (1) openen. Bij geopende vulplug is de
vertanding van het tandwiel goed zichtbaar.
2.
Vloeibaar vet door vulplug (1) bijvullen tot het tandwiel
helemaal bedekt is.
3.
Indien nodig teveel aan vloeibaar vet afzuigen.
4.
Vulplug (1) sluiten
1
3.
Hoeveelheden vet:
Indicatieve hoeveelheden na het volledig leegmaken van
de cirkelharkunit:
TOP 612 C
~0,80 kg Mobilplex 44
TOP 702 C
~0,80 kg Mobilplex 44
TOP 762 C
~0,80 kg Mobilplex 44
TOP 762 C classic
~1,30kg Mobilplex 44
In principe te werk gaan zoals beschreven onder het
punt ‘Vloeibaar vet bijvullen’: Tot op ooghoogte vullen en
overtollig vloeibaar vet afzuigen.
- 40 -
1900-NL Onderhoud_2723
ONDERHOUD
NL
Smeerschema
50
( ) Smeernippel tussen haakjes alleen bij gestuurd chassis.
1
De smeernippels bevinden zich - in rijrichting rechts - boven en - in rijrichting links - onder aan het chassis.
Voor exactere informatie over het gebruik van smeermiddelen zie bijlage Bedrijfsstoffen.
2
alleen TOP 702C, TOP 762C en TOP 762C classic: De scharnieren van de cardanas zijn permanent gesmeerd.
3
alleen TOP 612C
20h
FETT FETT
FETT
FETT
FETT
FETT
340-13-46
20h
FETTFETT
FETT
GREASE (V)
TOP 612 C 0,8 kg
TOP 702 C 0,8 kg
TOP 762 C 0,8 kg
TOP 762 C classic 1,3 kg
GREASE (V)
TOP 612 C 0,8 kg
TOP 702 C 0,8 kg
TOP 762 C 0,8 kg
TOP 762 C classic 1,3 kg
1
2
1
2
2
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
( )
3
3
3
- 41 -
1900-NL Onderhoud_2723
ONDERHOUD
NL
Veertanden
De bevestigingsschroeven (S) van de veertanden na de
eerste 10 bedrijfsuren controleren en indien nodig aanhalen
(aanhaalmoment: 100 Nm).
De buitenste tanden zijn korter en sterker.
De machine is voorzien van een tandenverliesbeveiliging.
Dit betekent dat de beide buitenste tanden met elkaar zijn
verbonden. Wanneer één van de beide buitenste tanden
moet worden vervangen, dient de schroef van de andere
tand eveneens te worden verwijderd
Z
S
Verwerking van niet-bruikbare machine-
onderdelen
Machines en machine-onderdelen die niet meer bruikbaar
zijn, dienen volgens de wettelijke voorschriften met
betrekking tot afvalverwerking te worden afgevoerd.
Heffen van de machine
De positie (1) waarop de wagenhefinrichting mag worden
gebruikt, wordt aangegeven door stickers aan beide
asuiteinden, links en rechts.
1
Smeerschema
X
h
alle X bedrijfsuren
40
f
alle 40 wagenladingen
80
f
alle 80 wagenladingen
1
j
1 x jaarlijks
100 ha
alle 100 hectaren
BB
Indien nodig
FETT
VET
Olie
=
Aantal smeernippels
=
=
Aantal smeernippels
(III), (IV)
Zie aanhangsel "Smeermiddelen"
[l]
Liter
Variante
zie gebruiksaanwijzing van de fabrikant

Rotaties per minuut
100-12-06
Peilstok altijd tot aan de aanslag inschroeven
43
1800_NL-HYDRAULIKPLAN_2723
NL
h
y
D
yDy
r
AU
rAUr
l
I
sch sch
Isch schI
E
m
EmE
A
mAm
0
3
5
.
2
4
4
0
3
5
.
2
4
4
E
W
B
A
44
5
.089
B
A
445
.
089
639-13-09
Hydraulisch schema TOP 612 C
9
5
3
.
2
4
4
9
5
3
.
2
4
4
E
W
340-13-37
Hydraulisch schema TOP 762 C /TOP 762 C classic / TOP 702 C Standard
Cirkelhark heffen/laten zakken
Cirkelhark heffen/laten zakken
44
1800_NL-HYDRAULIKPLAN_2723
NL
Hydraulisc
H
sc
H scH
H
ema
0
,
8
m
m
0
,
8
m
m
B
A
B
A
4
4
5.089
445.
0
89
4
4
2.44
5
(
T
O
P
7
0
2
C)
4
4
2.49
8
(
T
O
P
7
6
2
C)
4
4
2.359
4
4
2.359
E
W
D
W
442.
4
45
(
T
O
P
702
C
)
442.
4
98
(
T
O
P
762
C
)
340-13-36
Hydraulisch schema TOP 762 C classic / TOP 762 C / TOP 702 C met
arbeidsbreedteverstelling (optie)
Cirkelhark heffen/laten zakken
/
Cirkelhark heffen/laten zakken
/
Werkbreedteverstelling
45
1800_NL-HYDRAULIKPLAN_2723
NL
Hydraulisc
H
sc
H scH
H
ema
1
2
3
1
3
2
l
h
b
/
ke
445.
5
26
4
4
5.526
(
T
O
P
612
C
) 442.
5
30
(
T
O
P
762
C
/ TOP 762 C classic
/
T
O
P
702
C
)
442
.
3
59
E
W
4
4
2.53
0
(
T
O
P
6
1
2
C)
4
4
2
.
35
9
(
T
O
P
7
6
2
C
/ TOP 762 C classic
/
T
O
P
7
02
C)
639-13-10
Hydraulisch schema TOP 762 C / TOP 762 C classic / TOP 702 C met afzonderlijke
cirkelharkbediening (optie)
Cirkelhark heffen/laten zakken
l
Cirkelhark heffen/laten zakken
l
h
Cirkelhark heffen/laten zakken
h
b
Cirkelhark heffen/laten zakken
b
/
Cirkelhark heffen/laten zakken
/
ke
Cirkelhark heffen/laten zakken
ke
Cirkelhark heffen/laten zakken
Afzonderlijke cirkelharkbediening
Afzonderlijke cirkelharkbediening
Afzonderlijke cirkelharkbediening
46
1800_NL-HYDRAULIKPLAN_2723
NL
Hydraulisc
H
sc
H scH
H
ema
0,
5
m
m
445.
0
88
(
T
O
P
612
C
)
4
42.
5
30
(
T
O
P
762
C /
T
O
P
762
C
classic
/
T
O
P
702
C
)
4
42
.
3
59
E
W
442
.
530
(
T
O
P
612
C
)
442
.
359
(
T
O
P
762
C /
T
O
P
762
C
classic
/
T
O
P
702
C
)
639-13-11
Hydraulisch schema TOP 762 C / TOP 762 C classic / TOP 702 C met volumeverdeler
(optie)
Cirkelhark heffen/laten zakken
47
1800_NL-HYDRAULIKPLAN_2723
NL
Hydraulisc
H
sc
H scH
H
ema
Hydraulisch schema TOP 762 C / TOP 762 C classic / TOP 702 C met afzonderlijke
cirkelharkbediening en volumeverdeler (optie)
1
2
3
1
3
2
445
.
526
4
45.5
2
6
(
T
O
P
612
C
) 442
.
530
(
T
O
P
762
C
/
T
O
P
762
C
classic
/
T
O
P
702
C
)
442
.
359
E
W
4
42
.
5
3
0
(
T
O
P
6
12
C)
4
42.3
5
9
(
T
O
P
762
C
/
T
O
P
762
C
classic
/
T
O
P
702
C
)
0
,
5
m
m
445
.
088
639-13-19
Cirkelhark heffen/laten zakken
Cirkelhark heffen/laten zakken
- 48 -
1801-NL TECHN. DATEN_2723
NL
tE
chn
I
chnIchn
sch
IschI
E
GEGEVE
ns
GEGEVEnsGEGEVE
Technische gegevens
Beschrijving
TOP 762 C (type 2723)
TOP 762 C classic (type 2724)
TOP 702 C (type 2722)
TOP 612 C (type 2720)
Cirkelharkaantal
2
2
2
2
Aantal tandenarmen per cirkelhark
13
11
11
11
Aantal tanden per tandenarm
4
4
4
4
Cirkelharkdiameter
3,3m
3,3m
3,07m
2,8 m
Werkbreedte
6,75 m - 7,5 m
6,85 m
6,25 m - 6,9 m
5,9 m
Transportbreedte
2,54 m / 2,90 m
2,54 m / 2,90 m
2,54 m / 2,90 m
2,54 m
Transportlengte
5,9 m
5,9 m
5,9 m
5,35 m
Transporthoogte
3,99 m
3,99 m
3,82 m
3,51 m
Wegzethoogte (tandenarmen
gedemonteerd)
3,5 m
3,5 m
3,35 m
2,92 m
Noodzakelijke aandrijfcapaciteit
vanaf 44 kW (60 pk)
vanaf 44 kW (60 pk)
vanaf 37 kW / (50 pk)
vanaf 30 kW (60 pk)
Gewicht met cardanas (standaard
/ maximaal)
2000 kg
/ 2255 kg
2000 kg
/ 2255 kg
1830 kg
/ 2050 kg
1480 kg
/ 1830 kg
Steunbelasting (standaard /
maximaal)
800 kg
/ 880 kg
800 kg
/ 880 kg
720 kg
/ 800 kg
595 kg
/ 670 kg
Aftakastoerental max. omw/min
540 omw/min
540 omw/min
540 omw/min
540 omw/min
Banden aan de cirkelharken
16 / 6,50 - 8 10PR
16 / 6,50 - 8 10PR
16 / 6,50 - 8 10PR
16 / 6,50 - 8 10PR
Banden aan het chassis
260 / 70 - 15,3 122A8 Flot+ ET 0
340 / 55 - 16 133A8 Flot+ ET -50/6L
380 / 55 -17 138A8 Flot+ ET -54/6L
15.0 / 55 - 17 12PR AS ET -54/6L *
260 / 70 - 15,3 122A8 Flot+ ET 0
340 / 55 - 16 133A8 Flot+ ET -50/6L
380 / 55 -17 138A8 Flot+ ET -54/6L
15.0 / 55 - 17 12PR AS ET -54/6L *
260 / 70 - 15,3 122A8 Flot+ ET 0
340 / 55 - 16 133A8 Flot+ ET -50/6L
380 / 55 -17 138A8 Flot+ ET -54/6L
15.0 / 55 - 17 12PR AS ET -54/6L *
260 / 70 - 15,3 122A8 Flot+ ET 0
340 / 55 - 16 133A8 Flot+ ET -50/6L
15.0 / 55 - 17 12PR AS ET -54/6L *
260/70-15,3 ET -5 AS *
Aandrijfcardanas
groothoek aan de kant van de
machine
groothoek aan de kant van de
machine
groothoek aan de kant van de
machine
groothoek aan de kant van de
machine
maximale bouwtypesnelheid
50 km/u
50 km/u
50 km/u
50 km/u
Continu geluidsniveau
84,8 dB (A)
84,8 dB (A)
84,8 dB (A)
84,8 dB (A)
Alle gegevens niet bindend
Alle gegevens niet bindend
* Met deze banden mag, onafhankelijk van het chassis, slechts maximaal 40 km/h worden gereden.
- 49 -
1801-NL TECHN. DATEN_2723
TECHNISCHE GEGEVENS
NL
Gebruik conform bestemming van de zwadcirkelhark
De zwadcirkelhark is uitsluitend bestemd voor de gebruikelijke werkzaamheden in de landbouw.
• Voor
het
zwaden
van
gehakseld
groenvoer,
ruw
voer,
kuilvoer
en
stro.
Ieder ander gebruik geldt als niet conform bestemming.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor eventuele hieruit voortvloeiende schade; dit risico is geheel en al voor de
gebruiker.
 Tot
gebruik
conform
bestemming
behoort
ook
het
nakomen
van
de
door
de
fabrikant
voorgeschreven
onderhouds-
en
reparatievoorwaarden.
Typeplaatje
Het chassisnummer is te vinden op het typeplaatje, zie
afbeelding hiernaast. Bij garantieclaims, vragen over de
machine en bestellingen van reserveonderdelen dient het
chassisnummer altijd te worden vermeld.
Het verdient daarom aanbeveling om het chassisnummer
van het voertuig of de machine direct na aankoop op het
titelblad van de handleiding over te nemen.
Optie
• Zwaddoek
Werkbreedteverstelling
mechanisch
/
hydraulisch
(niet
voor
TOP
612
C)
• Buitenste
tastwiel
16"
• Dubbele
banden
voor
cirkelharkchassis
• Reservewiel
16"
voor
cirkelharkchassis
• Elektrohydraulische
afzonderlijke
cirkelharkbediening
• Volumeverdeler
• Chassis
breed
(=2,90
m
breed)
• Chassis
smal
(=2,55
m
breed)
• Chassis
gestuurd
(=2,55
m
breed)
alleen
TOP
612
C
Noodzakelijke aansluitingen
• 1
enkele
hydraulische
stekkeraansluiting
met
zweefstand
(bedrijfsdruk
min.:
150
bar
/
max.:
200
bar)
• 7-polige
aansluiting
voor
de
verlichtingsinrichting
(12
volt)
extra aansluitingen voor opties:
• bij
werkbreedteverstelling:
1
dubbele
hydraulische
stekkeraansluiting
• bij
afzonderlijke
cirkelharkbediening:
2-polige
aansluiting
(12
volt)
Positie van het typeplaatje
Het typeplaatje (1) is vóór op de machine, aan het frame
na de aanbouwbok in rijrichting rechts, aangebracht.(zie
afbeelding)
1
- 50 -
1801-NL TECHN. DATEN_2723
TECHNISCHE GEGEVENS
NL
Bandenmaat
L
ast per band (kg) 260/70 Bandenspanning (bar)
Snelh.
(km/h)
1,0
1,4
1,6
2,0
2,4
3,0
3,4
4,0
925
1070
1280
1420
1640
50
790
870
1030
1190
1420
1580
1820
40
710
885
975
1150
1330
1590
1770
2040
30
795
995
1100
1290
1490
1790
1990
2290
20
885
1110
1220
1440
1660
1990
2210
2550
10
Bandenaanduiding
260/70 -15.3
Last index
122 A8
Loopvlakprofiel
Flotatie +
Velgen
161/205/6/E2 , ET 0
Bandenbreedte
270 mm
Banden buitendiameter
755 mm
statische radius
345 mm
Afrolomvang (gerekend)
2370 mm
L
ast per band (kg) 340/55 -16
Bandenspanning (bar)
Snelh.
(km/h)
1,0
1,4
1,6
2,0
2,4
3,0
3,4
4,0
1300
1480
1760
1950
2220
50
1130
1240
1440
1650
1960
2160
2470
40
1040
1270
1380
1720
1850
2190
2420
2770
30
1170
1430
1560
1820
2080
2470
2730
3120
20
1300
1590
1730
2020
2310
2740
3020
3460
10
Bandenaanduiding
340/55-16
Last index
133 A8
Loopvlakprofiel
Flotatie +
Velgen
161/205/67B2, ET -50
Bandenbreedte
345 mm
Banden buitendiameter
780 mm
statische radius
365 mm
Afrolomvang (gerekend)
2450 mm
NL-Anhang Titelblatt _BA-Allgemein
NL
A
A
AAA
nh
A
nhAnh
ngsel
NL-Anhang Titelblatt _BA-Allgemein
NL
U maakt de beslissing ‘Original’ of ‘namaak? De beslissing wordt vaak op grond van
de prijs genomen. Een ‘goedkope aanschaf’ kan echter zeer duur worden.
Let dus bij de aanschaf op het ‘Original’ teken met het
klaverblad!
• Kwaliteit
en
nauwkeurige
passing
- Bedrijfszekerheid
• Betrouwbaar
functioneren
• Lagere
levensduur
- Economisch werken
 Beschikbaarheid
van de onderdelen
Het werken gaat beter
met Originele Pöttinger
onderdelen
Het origineel laat zich niet vervalsen…
- 53 -
1800_NL-BIJLAGEA_VEILIGHEID
Bijlage -
a
Bijlage -aBijlage -
NL
TIP
In deze handleiding worden alle plaatsen waarop de
veiligheid van personen betrekking heeft met dit symbool
aangeduid.
1) Handleiding
a.
De handleiding is een belangrijk onderdeel van de
machine. Zorg ervoor dat de handleiding op de plaats
waar de machine wordt gebruikt altijd direct beschikbaar
is.
b.
Bewaar de handleiding gedurende de gehele levensduur
van de machine.
c.
Als de machine wordt verkocht of geruild, geef ze dan
met de machine mee.
d.
Houd de veiligheids- en gevarenaanwijzingen op
de machine volledig en in leesbare toestand. De
gevarenaanwijzingen zijn belangrijk voor veilig gebruik
van de machine en dienen dus uw eigen veiligheid.
2) Gekwalificeerd personeel
a.
Alleen personen die de wettelijke minimumleeftijd
hebben bereikt, die fysiek en mentaal geschikt zijn
en die erin geschoold of opgeleid zijn, mogen met de
machine werken.
b.
Personeel dat noch geschoold, getraind of opgeleid is
of dat een algemene opleiding volgt, mag alleen onder
toezicht van een ervaren persoon aan of met de machine
werken.
c.
Controle-, instel- en reparatiewerkzaamheden mogen
alleen door bevoegd personeel worden uitgevoerd.
3.) Uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden
a.
In deze handleiding worden alleen onderhouds-,
service- en reparatiewerkzaamheden beschreven die
de exploitant zelfstandig kan uitvoeren. Alle andere
werkzaamheden mogen alleen door een vakmonteur
worden uitgevoerd.
b.
Reparaties van het elektrische of hydraulische
systeem, voorgespannen veren, drukaccumulatoren,
enz.vereisen voldoende kennis, voorgeschreven
montagegereedschap en beschermende kleding en
mogen alleen door een vakmonteur worden uitgevoerd.
4.) Na onderhoudswerkzaamheden aan de
remmen
a.
Na elke herstelling aan de remmen moet een
werkingscontrole resp. een proefrit worden gemaakt,
om de correcte werking van de remmen te waarborgen.
Nieuwe trommels resp. rembeslag hebben pas na
enkele keren remmen een optimale remwerking. Plots
hard remmen moet worden vermeden.
5) Aanpassingswerkzaamheden
a.
Breng geen eigenmachtige aan- en ombouwingen of
veranderingen aan de machine aan. Dit geldt ook voor
de inbouw en de instelling van veiligheidsvoorzieningen
en voor het lassen of boren aan dragende delen.
6) Gebruik conform bestemming
a.
Zie de technische gegevens
b.
Het gebruik conform bestemming omvat ook de
inachtneming van de door de fabrikant voorgeschreven
gebruiks-, service- en onderhoudsvoorschriften.
7) Reserve-onderdelen
a.
Originele onderdelen en toebehoren
zijn speciaal
ontworpen voor de machines of apparaten.
b. Wij maken u er uitdrukkelijk op
attent dat niet door ons
geleverde originele onderdelen en toebehoor ook niet
door ons zijn gecontroleerd en vrijgegeven.
c. De inbouw en/of het gebruik van dergelijke producten
kan daarom de constructie en de eigenschappen van de
machine eventueel negatief veranderen of beïnvloeden.
Voor schade die ontstaat door het gebruik van niet-
originele onderdelen en toebehoor kan de fabrikant in
geen geval aansprakelijk worden gesteld.
d.
Eigenmachtige veranderingen, evenals het gebruik
van bouw- en aanbouwdelen aan de machine sluiten
de aansprakelijkheid van de fabrikant uit.
8)
Veiligheidsvoorzieningen
a.
Alle veiligheidsvoorzieningen moeten op de machine
worden aangebracht en moeten in goede toestand
zijn. Versleten en beschadigde afschermingen en
beveiligingen dienen onmiddellijk te worden vervangen.
9) Vóór de inbedrijfstelling
a.
Voor de aanvang van het werk moet de operator zich
vertrouwd maken met alle bedieningsinrichtingen en
met de werking ervan. Tijden het werk is dit te laat!
b.
Controleer vóór elke inbedrijfstelling het voertuig of de
machine op verkeers- en bedrijfsveiligheid.
V
EI
VEIV
l
IG
h
EID
s
AA
sAAs
n
WI
jz
WIjzWI
I
jzIjz
n
InI
GE
n
GEnGE
- 54 -
1800_NL-BIJLAGEA_VEILIGHEID
Bijlage -
a
Bijlage -aBijlage -
NL
V
V
EI
VEI V
l
IG
h
EID
s
AA
sAAs
n
WI
jz
WIjzWI
I
jzIjz
n
InI
GE
n
GEnGE
10) Asbest
a.
Bepaalde ingekochte onderdelen van het voertuig
kunnen om technische redenen asbest bevatten. Let
op de markering van reserveonderdelen.
11) Personen meenemen is verboden
a.
Het is niet toegestaan personen mee te nemen op de
machine.
b.
De machine mag alleen in de beschreven positie voor
wegvervoer op openbare wegen worden vervoerd.
12) Rijprestaties met aanhangwagens
a.
De trekker moet vooraan of achteraan van voldoende
ballast worden voorzien om de stuur- en remvaardigheid
te waarborgen (min. 20% van het gewicht van de trekker
op de vooras.
20%
Kg
b.
De rijprestaties worden beïnvloed door de rijbaan en
de aanbouwmachines. De manier van rijden moet
worden aangepast aan de respectieve terrein- en
bodemomstandigheden.
c.
Houd bij het nemen van bochten met een aanhangwagen
ook rekening met de uitstekende lading en de
bewegende massa van de machine!
d.
Houd bij het nemen van bochten met aan de trekker
gekoppelde of gemonteerde machines ook rekening
met de verder uitstekende lading en de bewegende
massa van de machine!
13) Algemeen
a.
Alvorens machines aan de driepuntsophanging te
koppelen, de positiebedieningshefboom in de stand
brengen waarin heffen of neerlaten uitgesloten is!
b.
Bij het koppelen van de machine aan de trekker bestaat
het risico een verwonding op te lopen!
c.
Binnen het bereik van de driepuntskoppeling bestaat
het risico een verwonding op te lopen door verplettering
en knelling!
d.
Bij gebruik van de buitenbediening voor de
driepuntsaanbouw niet tussen de trekker en de machine
gaan staan!
e.
De geleide as alleen aan- of afkoppelen wanneer de
motor uitgeschakeld is.
f.
Bij het rijden op de weg met de machine opgeheven,
moet de bedieningshendel worden vergrendeld tegen
neerlaten.
g.
Alvorens de trekker te verlaten, aanbouwmachines op
de grond laten zakken. De contactsleutel uittrekken!
h.
Niemand mag tussen de trekker en de machine gaan
staan zonder dat het voertuig tegen wegrollen beveiligd
is door middel van de parkeerrem en/of met wielblokken.
i.
Voor alle onderhouds-, service- en
ombouwwerkzaamheden de aandrijfmotor uitzetten
en de aandrijfkoppeling verwijderen.
14) Reiniging van de machine
a.
Geen hogedrukreiniger gebruiken voor de reiniging van
lager- en hydraulische onderdelen.
- 55 -
1200_NL-ANHANGA1_SICHERHEIT_SCHWADKREISEL
AAnhAngsel -A
NL
Aanwijzingen voor veilig werken
Aanwijzingen voor de arbeidsveiligheid
In deze handleiding zijn alle plaatsen die
te maken hebben met veiligheid voorzien
van dit teken.
1.
Algemeen
a.
Neem naast de aanwijzingen in deze handleiding
ook de algemeen geldende veiligheids- en
vakbondsvoorschriften in acht (alleen Duitsland).
b.
De aangebrachte waarschuwings- en
aanwijzingsstickers bevatten belangrijke aanwijzingen
voor veilig gebruik; het naleven ervan dient uw veiligheid!
c.
Bij gebruik van de openbare weg moeten de geldende
bepalingen in acht worden genomen!
d.
Voordat met de werkzaamheden wordt begonnen,
moet de gebruiker bekend worden gemaakt met alle
inrichtingen, bedieningselementen en hun functies.
e.
De gebruiker moet nauw-aansluitende kleding dragen.
Wijde kleding vermijden!
f.
Tijdens de werkzaamheden en de transportrit mag niet
op de machine worden meegereden!
g.
De machine moet volgens de voorschriften worden
aangekoppeld en mag alleen aan de voorgeschreven
inrichtingen worden bevestigd en beveiligd!
h.
Bij het aan- en afbouwen moeten de steunvoorzieningen
in de juiste positie worden gebracht! (Standveiligheid!).
Bij het aan- en afkoppelen van de machine aan of van
de tractor moet voorzichtig te werk worden gegaan!
i.
Ballastgewichten moeten altijd volgens de voorschriften
aan de daarvoor bestemde bevestigingspunten worden
aangebracht!
j.
Toegelaten transportafmetingen in acht nemen!
k.
Transportuitrusting - zoals bijv. verlichting,
waarschuwingsinrichtingen en evt.
veiligheidsvoorzieningen controleren en aanbouwen!
l.
Bedieningsinrichtingen (kabels, kettingen,
frameconstructies enz.) behorend bij inrichtingen
bediend op afstand moeten zo gepositioneerd zijn
dat zij in alle transport- en arbeidsposities nooit een
onbedoelde beweging activeren!
m.
Machine voor een rit over de weg in voorgeschreven
toestand brengen en volgens voorschrift van de
producent vergrendelen!
n.
Tijdens het rijden mag de bestuurderszitplaats nooit
worden verlaten!
o.
De snelheid tijdens het rijden moet altijd worden
aangepast aan de omstandigheden! Bij het rijden in
berg- en heuvelachtig gebied moet het nemen van
plotselinge bochten worden vermeden!
p.
Het rijgedrag en het stuur- en remvermogen worden
beïnvloed door aangehangen of aangebouwde
werktuigen en ballastgewichten! Let daarom op
voldoende stuur- en remcapaciteiten!
q.
Hou bij bochten rekening met de breedte en de
rotatiemassa van het werktuig!
r.
Neem de machine alleen in gebruik als alle
veiligheidsvoorzieningen zijn aangebracht en zich in
veiligheidspositie bevinden!
s.
Personen mogen zich niet in het werkbereik en in de
gevarenzone bevinden!
t.
Personen mogen zich niet in het draai- en zwenkbereik
van de machine bevinden!
u.
Aan extern bediende onderdelen (bijv. hydrauliek)
bevinden zich punten met beknellingsgevaar!
v.
Voordat de tractor wordt verlaten, moet de machine
worden beveiligd!
w.
Aanbouwwerktuigen helemaal laten zakken! Motor
afzetten en contactsleutel verwijderen!
x.
Tussen de tractor en het werktuig mogen zich geen
personen bevinden, als het voertuig niet tegen wegrollen
is beveiligd door de parkeerrem en/of door wielblokken!
2.
Aangebouwde werktuigen
a.
Voor het aan- en afbouwen van de machine aan de
driepuntsophanging
b.
Bedieningsinrichting in de positie brengen, waarbij het
onbedoeld heffen of laten zakken is uitgesloten!
c.
Bij driepuntsaanbouw moeten de aanbouwcategorieën
van tractor en werktuig absoluut overeenkomen of
worden afgestemd!
d.
In het bereik van de driepuntskoppeling bestaat kans
op letsel door beknelling!
e.
Bij gebruik van de externe bediening voor de
driepuntsaanbouw niet tussen tractor en machine
komen!
f.
In de transportpositie van de machine altijd letten op
een voldoende zijdelingse vergrendeling van de tractor-
driepuntskoppeling!
g.
Bij ritten over de weg met geheven machine moet de
bedieningshendel tegen zakken zijn beveiligd!
3.
Aangehangen werktuigen
a.
Werktuigen tegen wegrollen beveiligen!
b.
Max. toegelaten belasting van de aanhangerkoppeling,
zwaaihaak of hitch in acht nemen!
c.
Let bij aanhangen aan de dissel op of het ophangpunt
voldoende bewegingsvrijheid heeft!
4.
Aftakas
a.
Alleen aftakassen die door de producent zijn
voorgeschreven mogen worden gebruikt!
b.
Beschermbuis en beschermtrechter van de cardanas
en de aftakasbescherming moeten zijn aangebracht
en moeten zich in goede conditie bevinden!
c.
Bij cardanassen moet worden gelet op de voorgeschreven
buisafdekkingen in transport- en arbeidspositie!
d.
Aan- en afbouw van de cardanas mag alleen als de
aftakas is uitgeschakeld, de motor is afgezet en de
contactsleutel is verwijderd!
e.
Bij gebruik van de cardanassen met overbelasting
of vrijloopkoppelingen die niet door de
veiligheidsvoorziening aan de tractor worden afgedekt,
moeten overbelasting of vrijloopkoppelingen aan de
kant van het werktuig worden aangebracht!
f.
Let altijd op de juiste montage en beveiliging van de
cardanas!
- 56 -
1200_NL-ANHANGA1_SICHERHEIT_SCHWADKREISEL
AAnhAngsel -A
NL
g.
Cardanasbescherming tegen meelopen beveiligen door
inhangen van de ketting!
h.
Voor het inschakelen van de aftakas controleren of het
gekozen toerental en de draairichting van de aftakas
van de tractor overeenkomt met het toegelaten toerental
en de draairichting van het werktuig!
i.
Voor het inschakelen van de aftakas controleren of
zich geen personen binnen de gevarenzone van het
werktuig bevinden!
j.
Aftakas nooit inschakelen als de motor is afgezet!
k.
Bij werkzaamheden met de aftakas mogen zich geen
personen binnen het bereik van de draaiende aftak- of
cardanas ophouden!
l.
Aftakas altijd uitschakelen als te grote buigingen
voorkomen of als deze niet nodig is!
m.
Let op! Na het uitschakelen van de aftakas bestaat
gevaar door nalopende rotatiemassa! Op dat moment
mag het werktuig niet te dicht worden genaderd! Pas
wanneer het helemaal stilstaat, mogen werkzaamheden
aan het werktuig worden verricht!
n.
Reinigen, smeren of instellen van het aftakasaangedreven
werktuig of van de cardanas alleen als de aftakas is
uitgeschakeld, de motor is afgezet en de contactsleutel
is verwijderd!
o.
Afgekoppelde cardanas in de daarvoor bedoelde houder
plaatsen, of met ketting ophangen!
p.
Na afbouw van de cardanas beschermhuls op het
aftakasuiteinde plaatsen!
q.
Beschadigingen herstellen voordat met de machine
werkzaamheden worden verricht!
5. Hydraulische
installatie
a.
De hydraulische installatie staat onder hoge druk! Bij het
aansluiten van de hydraulische cilinders en hydraulische
motoren moet worden gelet op de voorgeschreven
aansluiting van de hydraulische slangen!
b.
Bij het aansluiten van de hydraulische slangen aan de
hydrauliek van de tractor moet erop worden gelet dat
de hydrauliek aan zowel de kant van de tractor als ook
aan de kant van het werktuig drukloos is!
c.
Bij hydraulische functieverbindingen tussen tractor en
werktuig moeten koppelmoffen en -stekkers worden
gekenmerkt, zodat fouten in de bediening worden
uitgesloten! Bij het verwisselen van de aansluitingen
omgekeerde functie (bijv. heffen / zakken) - ongevalrisico!
d.
Hydraulische leidingen regelmatig controleren en bij
beschadiging en slijtage vervangen! De vervangende
leidingen moeten overeenkomen met de technische
eisen van de producent!
e.
Bij het zoeken naar lekkage moeten daarvoor
geschikte hulpmiddelen worden gebruikt, vanwege
verwondingsgevaar!
f.
Vloeistoffen die onder hoge druk uittreden (hydraulische
olie) kunnen de huid binnendringen en zware
verwondingen veroorzaken! Bij verwondingen dient
direct een arts te worden geraadpleegd! Infectiegevaar!
g.
Voordat werkzaamheden aan de hydraulische installatie
van de machine kunnen worden verricht, moet de
machine worden neergelaten, de installatie moet
drukloos worden gemaakt en de motor moet worden
afgezet!
6.
Banden
a.
Bij werkzaamheden aan de banden moet erop worden
gelet dat het werktuig veilig is neergezet en tegen
wegrollen is beveiligd (wielblokken)!
b.
Het monteren van banden en wielen vereist voldoende
kennis en passend montagegereedschap!
c.
Reparatiewerkzaamheden aan banden en wielen mogen
alleen worden uitgevoerd door deskundig personeel,
met behulp van geschikt gereedschap!
d.
Bandenspanning regelmatig controleren! Let op de
voorgeschreven spanning!
7.
Onderhoud
a.
Onderhouds-, reparatie- en reinigingswerkzaamheden,
en het oplossen van functiestoringen mogen altijd alleen
worden uitgevoerd als de aandrijving en de motor zijn
uitgeschakeld - contactsleutel verwijderen!
b.
Wacht tot de machine helemaal tot stilstand is gekomen!
Reparaties aan voorgespannen onderdelen (veren,
drukreservoirs, enz.) vereisen voldoende kennis en
passend gereedschap. Deze mogen alleen worden
uitgevoerd in dealerwerkplaatsen!
c.
Moeren en schroeven regelmatig controleren of deze
vastzitten en evt. aanhalen!
d.
Bij onderhoudswerkzaamheden aan een geheven
machine veiligheid in acht nemen door gebruik van
passende steunelementen!
e.
Bij het verwisselen van werktuigen moeten passend
gereedschap en handschoenen worden gebruikt!
f.
Oliën, vetten en filters volgens de voorschriften verwerken!
Voordat wordt begonnen met werkzaamheden aan de
elektrische installatie moet de stroomtoevoer worden
afgesloten!
g.
Veiligheidsvoorzieningen die onderhevig zijn aan slijtage
moeten regelmatig worden gecontroleerd en op tijd
worden vervangen!
h.
Reserveonderdelen moeten ten minste voldoen aan
de technische eisen zoals die door de producent zijn
vastgelegd! Dit is bijv. het geval bij originele onderdelen!
Bij het uitvoeren van elektrische laswerkzaamheden aan
de tractor en aan aangebouwde werktuigen moeten de
kabels aan de generator en de accu worden losgemaakt!
- 57 -
1600_ NL-Gelenkwelle_50h_BA-ALLG
NL
Cardanas
Aanhangsel - B
Aanhangsel - B
Tijdens het werk
Bij het gebruik van de machine mag het toegestane afta
-
kastoerental niet worden overschreden.
-
Na het uitschakelen van de aftakas kan het gemonteerde
apparaat nalopen. Pas wanneer het volledig stilstaat,
mag eraan worden gewerkt.
-
Bij het uitschakelen van de machine moet de cardanas
volgens de voorschriften worden verwijderd of met
kettingen worden geborgd. De borgingsketting (H) niet
voor het ophangen van de cardanas gebruiken
Groothoekkoppeling:
Maximale verdraaiing tijdens het werk en niet
ingeschakeld 70°.
Normale koppeling:
Maximale hoek bij stilstand 90°.
Maximale hoek bij werking 35°.
Onderhoud
Versleten beschermdelen direct
vernieuwen.
- Bij het in bedrijf stellen en na alle 50 werkuren de aftakas
doorsmeren met een kwaliteitsvet.
-
Gedurende langere rustperiodes cardanas schoonmaken
en
doorsmeren
Tijdens winterwerkzaamheden de
beschermbuizen
invetten om te voor
komen dat ze vastvriezen.
50
Cardanas aanpassen
De juiste lengte wordt bepaald door de cardanas-helften
naast elkaar te houden.
1.
Cardanas uit elkaar trekken
2.
Eén helft aan de trekker monteren
3.
Eén helft aan de machine monteren
Passend maken
-
Voor de lengteaanpassing de cardanas-helften in de
kortste bedrijfspositie (L2) naast elkaar houden en
aftekenen.
L
et op!
•Lengte

(L1)
niet
overschrijden
-
Een zo groot mogelijke buisoverlapping (min. 1/2 X)
nastreven
• Beschermingsbuis
binnen
en
buiten
gelijkmatig
inkorten
• Overbelastingsbescherming
(2)
aan
apparaatzijde
plaatsen!
Voor
elk
gebruik
van
de
cardanas
controleren,
of
de
gaffels goed vergrendeld zijn.
Blokkeerketting
- Beschermbuis van de cardanas borgen tegen meedraaien.
Op een voldoende zwenkbereik van de cardanas letten!
-
De borgingsketting zodanig doorsnijden dat deze zich
niet rond de cardanas kan wikkelen.
L
et op!
Gebruik alleen de
opgegeven of
meegeleverde
cardanas, anders
hebt u geen recht
op garantie bij
eventuele schade.
- 58 -
1600_ NL-Gelenkwelle_50h_BA-ALLG
NL
Cardanas
Aanhangsel - B
Aanhangsel - B
L
L
K92E,K92/4E
K90,K90/4,K94/1
Belangrijk voor cardanassen met een platenslipkoppeling
Bij overbelasting en kortdurende koppelpieken wordt
het koppel begrensd en tijdens de slipduur gelijkmatig
overgebracht.
Tijdens het eerste gebruik en na langere tijd buiten gebruik
te zijn, de platenslipkoppeling op goede werking controleren.
a)Maat „L“ aan drukveer bij K90, K90/4 en K94/1 resp.
aan stelschroef bij K92E en K92/4E vaststellen.
b)Schroeven losdraaien, waardoor de frictieplaten
ontlast worden.
Koppeling doordraaien.
c)Schroeven op maat „L“ instellen.
Koppeling is weer gebruiksklaar.
Informatie in geval van het gebruik van een nokkenschakelkoppeling
De nokkenschakelkoppeling is een
beveiliging, die het
draaimoment bij
overbelasting tot “nul” reduceert. De
uitgeschakelde koppeling kan weer
ingeschakeld worden
als de
aftakasaandrijving wordt uitgeschakeld.
Het inschakeltoerental van deze
koppeling ligt onder de
200 omw./min.
L
et op!
Opnieuw inschakelen ook bij verminderen
van het aftakas-toerental mogelijk.
AANWI
JZ
ING!
De nokkenschakelkoppeling van de
aftakas is geen
“beladingsgraadmeter”. Het is een echte beveiliging, die
Uw machine beschermen moet tegen
beschadigingen.
Door verstandig rijden vermijdt u het overmatig belasten
van de koppeling en beschermt u deze en de machine
tegen onnodige slijtage.
Smeerinterval: 500 uur
(speciaal vet)
- 59 -
1400_NL-BETRIEBSSTOFFE
NL
prestaties en levensduur van de machines zijn afhankelijk van een zorgvuldig onderhoud en het gebruik van goede smeermiddelen. Dit schema vergemakkelijkt de goede keuze van de juiste smeer-middelen.
Olie in aandrijvingen volgens de ge-bruiksaanwijzing verwisselen - echter tenminste 1 x jaarlijks.
- Aftapplug er uit nemen, de olie aftappen en milieuvriendelijk verwerken.
Voor het buiten gebruik stellen (win-terperiode) de olie-wissel uitvoeren en alle vetnippel smeerpunten doorsmeren. Blanke metaaldelen (koppelingen enz.) met een product uit groep "Iv" van de navolgende tabel
tegen corrosie beschermen.
Corrosiebescherming: FLUID 466
Smeermiddelen
Uitgave 2013
Smeermiddelen
code
I
(II)
ÖL
III
(IV)
FETT
V
VI
VII
caratteristica richiesta di
qualità
HYDRAULIKöL HLP
DIN 51524 Teil 2
Siehe Anmerkungen
*
**
***
Motorenöl SAE 30 gemäß API
CD/SF
Getriebeöl SAE 90 bzw. SAE 85 W-140 gemäß
API-GL 4 oder API-GL 5
Li-Fett (DIN 51 502,
KP 2K)
Getriebefließfett (DIN 51
502:GOH
Komplexfett (DIN 51 502:
KP 1R)
smeerolie SAE 90 of 85 W-140 volgens
API-GL 5
- 60 -
1400_NL-BETRIEBSSTOFFE
Firma Company
Société Societá
I
(II)
ÖL
III
(IV)
FETT
V
VI
VIII
OPMER
k
INGEN
AGIP
OSO 32/46/68
ARNICA 22/46
MOTOROIL HD 30
SIGMA MULTI 15W-40
SUPER TRACTOROIL UNIVERS. 15W-30
ROTRA HY 80W-90/85W-140
ROTRA MP 80W-90/85W-140
GR MU 2
GR SLL
GR LFO
-
ROTRA MP 80W-90
ROTRA MP 85W-140
*
B i j
gecombineerde
werkzaamheden
met tractoren met
natte platenrem is
de internationale
specificatie J 20
A noodzakelijk
**
Hydraulische
oliën H LP-(D) +
HV
***
Hydraulische
oliën op basis
van plantaardige
olie HLP + HV
Biologisch
afbreekbaar,
daarom bijzonder
milieuvriendelijk
ARAL
VITAM GF 32/46/68
VITAM HF 32/46
SUPER KOWAL 30 MULTI TURBORAL
SUPER TRAKTORAL 15W-30
GETRIEBEÖL EP 90 GETRIEBEÖL
HYP 85W-90
ARALUB HL 2
ARALUB FDP 00
ARALUB FK 2
GETRIEBEÖL HYP 90
AVIA
AVILUB RL 32/46
AVILUB VG 32/46
MOTOROIL HD 30
MULTIGRADE HDC 15W-40 TRACTAVIA HF
SUPER 10 W-30
GETRIEBEÖL MZ 90 M MULTIHYP
85W-140
AVIA MEHRZWECKFETT
AVIA ABSCHMIERFETT
A V I A
GETRIEBEFLIESSFETT
A V I A L U B
SPEZIALFETT LD
GETRIEBEÖL HYP 90
EP MULTIHYP 85W-
140 EP
BAYWA
HYDRAULIKÖL HLP 32/46/68
SUPER 2000 CD-MC *
HYDRA HYDR. FLUID *
HYDRAULIKÖL MC 530 **
PLANTOHYD 40N ***
SUPER 2000 CD-MC
SUPER 2000 CD
HD SUPERIOR 20 W-30
HD SUPERIOR SAE 30
SUPER 8090 MC
HYPOID 80W-90
HYPOID 85W-140
MULTI FETT 2
SPEZIALFETT FLM
PLANTOGEL 2 N
GETRIEBEFLIESSFETT
NLGI 0
RENOLIT DURAPLEX
EP 00 PLANTOGEL 00N
RENOPLEX EP 1
HYPOID 85W-140
BP
ENERGOL SHF 32/46/68
VISCO 2000
ENERGOL HD 30
VANELLUS M 30
GEAR OIL 90 EP
HYPOGEAR 90 EP
ENERGREASE LS-EP 2
FLIESSFETT NO
ENERGREASE HTO
OLEX PR 9142
HYPOGEAR 90 EP
HYPOGEAR 85W-140
EP
CASTROL
HYSPIN AWS 32/46/68 HYSPIN
AWH 32/46
RX SUPER DIESEL 15W-40 POWERTRANS
EPX 80W-90
HYPOY C 80W-140
CASTROLGREASE LM
IMPERVIA MMO
CASTROLGREASE
LMX
EPX 80W-90
HYPOY C 80W-140
ELAN
HLP 32/46/68
HLP-M M32/M46
MOTORÖL 100 MS SAE 30 MOTORÖL 104
CM 15W-40 AUSTROTRAC 15W-30
GETRIEBEÖL MP 85W-
90 GETRIEBEÖL B 85W-90
GETRIEBEÖL C 85W-90
LORENA 46
LITORA 27
RHENOX 34
-
GETRIEBEÖL B 85W-
90 GETRIEBEÖL C
85W-140
ELF
OLNA 32/46/68
HYDRELF 46/68
PERFORMANCE 2 B SAE 30 8000 TOURS
20W-30 TRACTORELF ST 15W-30
TRANSELF TYP B 90 85W-140
TRANSELF EP 90 85W-140
EPEXA 2
ROLEXA 2
MULTI 2
GA O EP
POLY G O
MULTIMOTIVE 1
TRANSELF TYP B 90
85W-140 TRANSELF
TYP BLS 80 W-90
ESSO
NUTO H 32/46/68
NUTO HP 32/46/68
PLUS MOTORÖL 20W-30 UNIFARM 15W-30
GEAROIL GP 80W-90 GEAROIL
GP 85W-140
MULTI PURPOSE
GREASE H
FIBRAX EP 370
NEBULA EP 1
GP GREASE
GEAR OIL GX 80W-90
GEAR OIL GX 85W-140
EVVA
ENAK HLP 32/46/68
ENAK MULTI 46/68
SUPER EVVAROL HD/B SAE 30 UNIVERSAL
TRACTOROIL SUPER
HYPOID GA 90
HYPOID GB 90
HOCHDRUCKFETT LT/
SC 280
GETRIEBEFETT MO 370
EVVA CA 300
HYPOID GB 90
FINA
HYDRAN 32/46/68
DELTA PLUS SAE 30
SUPER UNIVERSAL OIL
PONTONIC N 85W-90 PONTONIC
MP 85W-90 85W-140
SUPER UNIVERSAL OIL
MARSON EP L 2
NATRAN 00
MARSON AX 2
PONTONIC MP 85W-
140
FUCHS
TITAN
HYD
1030
AGRIFARM
STOU
MC
10W-30
AGRIFARM
UTTO
MP
PLANTOHYD
40N
***
AGRIFARM
STOU
MC
10W-30
TITAN
UNIVERSAL
HD
AGRIFARM
GEAR
80W90
AGRIAFRM
GEAR
85W-140
AGRIFARM
GEAR
LS
90
AGRIFARM
HITEC
2
AGRIFARM
PROTEC
2
RENOLIT
MP
RENOLIT
FLM
2
PLANTOGEL
2-N
AGRIFARM
FLOWTEC
000
RENOLIT
SO-GFO
35
RENOLIT
DURAPLEX
EP 00
PLANTOGEL
00N
RENOLIT
DURAPLEX EP 1
AGRIFARM
GEAR
8090
AGRIFARM
GEAR
85W-140
AGRIFARM
GEAR
LS90
GENOL
HYDRAULIKÖL HLP/32/46/68
HYDRAMOT 1030 MC *
HYDRAULIKÖL 520 **
PLANTOHYD 40N ***
MULTI 2030
2000 TC
HYDRAMOT 15W-30 HYDRAMOT 1030 MC
GETRIEBEÖL MP 90
HYPOID EW 90
HYPOID 85W-140
MEHRZWECKFETT
SPEZIALFETT GLM
PLANTOGEL 2 N
GETRIEBEFLIESSFETT
PLANTOGEL 00N
RENOPLEX EP 1
HYPOID EW 90
HYPOID 85W-140
MOBIL
DTE 22/24/25
DTE 13/15
HD 20W-20
DELVAC 1230
SUPER UNIVERSAL 15W-30
MOBILUBE GX 90
MOBILUBE HD 90
MOBILUBE HD 85W-140
MOBILGREASE MP
MOBILUX EP 004
MOBILPLEX 47
MOBILUBE HD 90
MOBILUBE HD 85W-
140
RHG
RENOLIN B 10/15/20 RENOLIN
B 32 HVI/46HVI
EXTRA HD 30
SUPER HD 20 W-30
MEHRZWECKGETRIEBEÖlSAE90
HYPOID EW 90
MEHRZWECKFETT
RENOLIT MP
DURAPLEX EP
RENOSOD GFO 35
RENOPLEX EP 1
HYPOID EW 90
- 61 -
1400_NL-BETRIEBSSTOFFE
Firma Company
Société Societá
I
(II)
ÖL
III
(IV)
FETT
V
VI
VIII
OPMER
k
INGEN
SHELL
TELLUS S32/S 46/S68 TELLUS
T 32/T46
AGROMA 15W-30
ROTELLA X 30
RIMULA X 15W-40
SPIRAX 90 EP
SPIRAX HD 90
SPIRAX HD 85/140
RETINAX A
ALVANIA EP 2
SPEZ. GETRIEBEFETT
H SIMMNIA GREASE O
AEROSHELL
GREASE 22
DOLIUM GREASE
R
SPIRAX HD 90
SPIRAX HD 85W-140
*
Bij gecombineerde
werkzaamheden
met tractoren met
natte platenrem is
de internationale
specificatie J 20
A noodzakelijk
**
Hydraulische oliën
H LP-(D) + HV
***
Hydraulische
oliën op basis
van plantaardige
olie HLP + HV
Biologisch
afbreekbaar,
daarom bijzonder
milieuvriendelijk
TOTAL
AZOLLA ZS 32, 46, 68 EQUIVIS
ZS 32, 46, 68
RUBIA H 30
MULTAGRI TM 15W-20
TOTAL EP 85W-90
TOTAL EP B 85W-90
MULTIS EP 2
MULTIS EP 200
MULTIS HT 1
TOTAL EP B 85W-90
VALVOLINE
ULTRAMAX HLP 32/46/68
SUPER TRAC FE 10W-30*
ULTRAMAX HVLP 32 **
ULTRAPLANT 40 ***
SUPER HPO 30
STOU 15W-30
SUPER TRAC FE 10W-30
ALL FLEET PLUS 15W-40
HP GEAR OIL 90
oder 85W-140
TRANS GEAR OIL 80W-90
MULTILUBE EP 2
VAL-PLEX EP 2
PLANTOGEL 2 N
RENOLIT LZR 000
DEGRALUB ZSA 000
DURAPLEX EP 1
HP GEAR OIL 90
oder 85W-140
VEEDOL
ANDARIN 32/46/68
HD PLUS SAE 30
MULTIGRADE SAE 80/90
MULTIGEAR B 90
MULTIGEAR C SAE 85W-140
MULTIPURPOSE
-
-
MULTIGEAR B 90
MULTI C SAE 85W-140
WINTERSHALL
WIOLAN HS (HG) 32/46/68
WIOLAN HVG 46 **
WIOLAN HR 32/46 ***
HYDROLFLUID *
MULTI-REKORD 15W-40
PRIMANOL
REKORD 30
HYPOID-GETRIEBEÖL
80W-90, 85W-140
MEHRZWECKGETRIEBEÖL
80W-90
WIOLUB LFP 2
WIOLUB GFW
WIOLUB AFK 2
HYPOID-GETRIEBEÖL
80W-90, 85W-140
MOTOREX
COREX HLP 32 46 68**
COREX HLPD 32 46 68**
COREX HV 32 46 68**
OEKOSYNT 32 46 68***
EXTRA SAE 30
FARMER TRAC 10W/30
GEAR OIL UNIVERSAL
80W/90
GEAR OIL UNIVERSAL
85W/140
FETT 176 GP
FETT 190 EP
FETT 3000
FETT 174
FETT 189 EP
FETT 190 EP
FETT 3000
GEAR OIL UNIVERSAL
80W/90
GEAR OIL UNIVERSAL
85W/140
0000-NL zusi
N
fo / Ba-e
L
aLL
g.
NL
- Z.62 -
Belangrijke extra-informatie voor uw veiligheid
Zie gebruikershandleiding trekker
Zie prijslijst en/of gebruikershandleiding van de machines
Nameten
Driepuntsmachine of front-/driepuntscombinatie
1. Berekening van het minste frontballastgewicht
G
V min
Breng het berekende minste frontbalastgewicht, dat voor op de trekker aanwezig moet zijn, over in de tabel.
Frontaanbouwmachine
2. Berekening van het minste ballastgewicht in de driepuntshefinrichting G
H min
Breng het berekende minste ballastgewicht, dat achter op de trekker aanwezig moet zijn, over in de tabel.
T
L
[kg]
T
V
[kg]
V [kg]
V
T
H
[kg]
G
H
[kg]
G
V
[kg]
V [kg]
V
leeggewicht van de trekker
belasting van de voor-as bij een lege trekker
belasting van de achteras bij een lege trekker
hartafstand van de assen
totaalgewicht driepuntsmachine/driepuntsballastgewicht
totaalgewicht frontaanbouwmachine/ frontballast
afstand tussen zwaartepunt frontaanbouw
machine/frontballast en het hart van de
voor-as
afstand hart achteras tot hart hefkogel
afstand hart achteras tot hart hefkogel
hartafstand hefkogel en zwaartepunt
driepuntsmachine / driepuntsballast
a
[m]
b
[m]
c
[m]
d
[m]
2
3
1
1
1
1
1
2
2
2
3
3
1
3
2
Combinatie van trekker en aanbouwwerktuig
De combinatie van machines in de front en in de driepuntshefinrichting mag niet leiden tot een overschrijding van de toegestane
totaalgewichten, de toegestane asbelastingen en de maximale bandenbelasting van de trekker. De voor-as van de trekker moet alti
jd
met tenminste 20% van het ledige gewicht van de trekker belast blijven.
Overtuig u er van voor het aankopen van een machine, dat deze voorwaarden aanwezig zijn, door de volgende berekening uit te
voeren of de combinatie van trekker en werktuig(en) te wegen.
Berekening van het totaalgewicht, de asbelastingen en de belasting van de banden, als ook de minste
ballasttoevoeging
Voor de berekening hebt u de volgende gegevens nodig:
0000-NL zusi
N
fo / Ba-e
L
aLL
g.
NL
- Z.63 -
Belangrijke extra-informatie voor uw veiligheid
Minste ballastgewicht
front/driepuntshef
Totaalgewicht
Voor-as belasting
Achteras belasting
Daadwerkelijke waarde
vlg. berekening
Toegestane waarde vlg.
gebruikershandleiding
Dubbele toegestane
bandenbelasting
(twee banden)
(twee banden)
Het minste ballastgewicht moet als aanbouwwerktuig of in de vorm van ballastgewichten op de trekker
worden aangebracht!
De berekende waarden moeten lager / gelijk (≤) zijn aan de toeg
estane waarden!
3. Berekening van de daadwerkelijk voor-as belasting T
V tat
(Als het minste frontballastgewicht (G
V min
) niet wordt bereikt door het gewicht van de machine (G
V
), moet het gewicht in het front worden
V), moet het gewicht in het front worden
V
verhoogd tot de berekende waarde)
Voer de berekende daadwerkelijke waarde en de in de gebruikershandleiding van de trekker aangegeven toegestane voor-as belastin
g in de
tabel in.
4. Berekening van het daadwerkelijke totaalgewicht G
tat
(Als het minste ballastgewicht (G
H min
) niet wordt bereikt moet het gewicht van de driepunts-machine (G
H
) worden verhoogd tot minste
ballastgewichtswaarde)
Voer de berekende daadwerkelijke waarde en de in de gebruikershandleiding van de trekker aangegeven toegestane totaal-belasting
in de tabel in.
5. Berekening van de daadwerkelijke achteras belasting T
H tat
Voer de berekende daadwerkelijke waarde en de in de gebruikershandleiding van de trekker aangegeven toegestane achteras belasti
ng in de
tabel in.
6. Bandenbelasting
Voer de dubbele waarde (twee banden) van de toegestane bandenbelasting (zie bijv. gegevens van de bandenleverancier in de tabel
in).
Tabel
Firmanaam en adres van de producent:
PÖTTINGER Landtechnik GmbH
Industriegelände 1
AT - 4710 Grieskirchen
Machine (vervangbare uitrusting):
Zwadhark
Type
Serienummer
De producent verklaart uitdrukkelijk dat de machine overeenkomt met alle desbetreffende
bepalingen van de volgende EG-richtlijn:
Machines 2006/42/EG
Bovendien wordt de overeenstemming met de volgende andere EG-richtlijnen en/of
desbetreffende bepalingen verklaard
Vindplaats van de toegepaste geharmoniseerde normen:
EN ISO 12100 EN ISO 4254-1 EN ISO 4254-10
Vindplaats van de toegepaste overige technische normen en/of specificaties:
Documentatiegemachtigde:
Josef Mairhuber
Industriegelände 1
A-4710 Grieskirchen
EG-conformiteitsverklaring
Originele conformiteitsverklaring
Markus Baldinger,
Bedrijfsleiding F&E
Grieskirchen, 01.08.2016
Jörg Lechner,
Bedrijfsleiding Productie
TOP 762 C
classic
TOP 762 C
TOP 702 C
TOP 612 C
2724
2723
2722
2720
A empresa PÖTTINGER Landtechnik GmbH
esforçase continuamente por melhorar os
seus produtos, adaptando-os à evolução
técnica.
Por este motivo, reservamonos o direito de modificar
as figuras e as descrições constantes no presente
manual, sem incorrer na obrigação de modificar
máquinas já fornecidas.
As características técnicas, as dimensões e os pesos
não são vinculativos.
A reprodução ou a tradução do presente manual de
instruções, seja ela total ou parcial, requer a autorização
por escrito da
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen
Todos os direitos estão protegidos pela lei da prop-
riedade intelectual.
Im Zuge der technischen Weiterentwicklung
arbeitet die PÖTTINGER Landtechnik
Im Zuge der technischen Weiterentwicklung
arbeitet die PÖTTINGER Landtechnik
Im Zuge der technischen Weiterentwicklung
GmbH ständig an der Verbesserung ihrer
Produkte.
Änderungen gegenüber den Abbildungen und
Beschreibungen dieser Betriebsanleitung müssen wir
uns darum vorbehalten, ein Anspruch auf Änderungen
an bereits ausgelieferten Maschinen kann daraus nicht
abgeleitet werden.
Technische Angaben, Maße und Gewichte sind
unverbindlich. Irrtümer vorbehalten.
Nachdruck oder Übersetzung, auch auszugsweise,
nur mit schriftlicher Genehmigung der
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Alle Rechte nach dem Gesetz des Urheberrecht
vorbehalten.
La société PÖTTINGER Landtechnik GmbH
améliore constamment ses produits grâce
au progrès technique.
C'est pourquoi nous nous réser-vons le droit de
modifier descriptions et illustrations de cette notice
d'utilisation, sans qu'on en puisse faire découler un
droit à modifications sur des machines déjà livrées.
Caractéristiques techniques, dimensions et poids sont
sans engagement. Des erreurs sont possibles.
Copie ou traduction, même d'extraits, seulement avec
la permission écrite de
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Tous droits réservés selon la réglementation des
droits d'auteurs.
Following the policy of the PÖTTINGER
Landtechnik GmbH to improve their products
as technical developments continue,
PÖTTINGER reserve the right to make alterations which
must not necessarily correspond to text and illustrations
contai-ned in this publication, and without incurring
obligation to alter any machines previously delivered.
Technical data, dimensions and weights are given as
an indication only. Responsibility for errors or omissions
not accepted.
Reproduction or translation of this publication, in whole
or part, is not permitted without the written consent of the
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
All rights under the provision of the copyright Act are
reserved.
PÖTTINGER Landtechnik GmbH werkt
permanent aan de verbetering van hun
producten in het kader van hun technische
ontwikkelingen. Daarom moeten wij ons
veranderingen van de afbeeldingen en beschrijvingen
van deze gebruiksaanwijzing voorbehouden, zonder
dat daaruit een aanspraak op veranderingen van reeds
geieverde machines kan worden afgeleid.
Technische gegevens, maten en gewichten zijn niet
bindend. Vergissingen voorbehouden.
Nadruk of vertaling, ook gedeeltelijk, slechts met
schriftelijke toestemming van
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Alle rechten naar de wet over het auteursrecht voor-
behouden.
La empresa PÖTTINGER Landtechnik
GmbH se esfuerza contínuamente en
la mejora constante de sus productos,
adaptándolos a la evolución técnica. Por ello
nos vemos obligados a reservarnos todos los derechos
de cualquier modificación de los productos con relación
a las ilustraciones y a los textos del presente manual,
sin que por ello pueda ser deducido derecho alguno a
la modificación de máquinas ya suministradas.
Los datos técnicos, las medidas y los pesos se
entienden sin compromiso alguno.
La reproducción o la traducción del presente manual
de instrucciones, aunque sea tan solo parcial, requiere
de la autorización por escrito de
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Todos los derechos están protegidos por la ley de la
propiedad industrial.
La PÖTTINGER Landtechnik GmbH è
costantemente al lavoro per migliorare i suoi
prodotti mantenendoli aggiornati rispetto allo
sviluppo della tecnica.
Per questo motivo siamo costretti a riservarci la facoltà
di apportare eventuali modifiche alle illustrazioni e alle
descrizioni di queste istruzioni per l’uso. Allo stesso
tempo ciò non comporta il diritto di fare apportare
modifiche a macchine già fornite.
I dati tecnici, le misure e i pesi non sono impegnativi. Non
rispondiamo di eventuali errori. Ristampa o traduzione,
anche solo parziale, solo dietro consenso scritto della
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Ci riserviamo tutti i diritti previsti dalla legge sul diritto
d’autore.
EN
EN
IT
PT
PT
NL
NL
DE
DE
ES
ES
FR
FR
PÖTTINGER Deutschland GmbH
Servicecenter
L
andsberg
Spöttinger-Straße 24
Postfach 1561
D-86 899 LANDSBERG / LECH
Telefon:
Ersatzteildienst: +49 8191 9299 - 166 od. 169
Kundendienst: +49 8191 9299 - 130 od. 231
Telefax:
+49 8191 59656
e-Mail:
landsberg@poettinger.at
landsberg@poettinger.at
PÖTTINGER
L
andtechnik GmbH
Industriegelände 1
A-4710 Grieskirchen
Telefon:
+43 7248 600-0
Telefax:
+43 7248 600-2513
e-Mail:
info@poettinger.at
info@poettinger.at
Internet:
http://www.poettinger.at
PÖTTINGER Deutschland GmbH
Verkaufs- und Servicecenter Recke
Steinbecker Strasse 15
D-49509 Recke
Telefon:
+49 5453 9114-0
Telefax:
+49 5453 9114-14
e-Mail:
recke@poettinger.at
recke@poettinger.at
Pöttinger
F
rance S.A.R.
L
.
129 b, la Chapelle
F-68650 Le Bonhomme
Tél.:
+33 (0) 3 89 47 28 30
e-Mail:
france@poettinger.at
france@poettinger.at
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66

Pottinger TOP 762 C CLASSIC Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor