Pottinger TOP 652 Handleiding

Type
Handleiding
Handleiding
Vertaling van de originele handleiding
Nr.
TOP 652
(Type SK 2858 : + . . 01001)
99+2858.NL.80T.1
Dubbele zwadhark
1500_NL-BLADZIJDE2
Productaansprakelijkheid, informatieplicht
De productaansprakelijkheid verplicht de producent en de dealer de handleiding bij de verkoop van machines beschikbaar te stellen.
Bovendien moet de gebruiker bij de machine worden geïnstrueerd omtrent bedienings-, veiligheids- en onderhoudsvoorschriften.
Het feit dat de machine en de handleiding volgens de voorschriften zijn afgeleverd, dient te worden bevestigd.
Hiervoor dient het
document Aondertekend te worden toegestuurd aan de firma Pöttinger of via internet (www.poettinger.at) te worden verstuurd.
Document B blijft bij de dealer die de machine levert.
Document C is voor de klant.
Iedere landbouwkundige is ondernemer in de zin van de productaansprakelijkheidswet.
Materiële schade in de zin van de productaansprakelijkheidswet is schade die door een machine wordt veroorzaakt, maar niet aan
de machine wordt veroorzaakt; voor de aansprakelijkheid is een eigen risico voorzien van euro 500,-
Zakelijke materiële schade in de zin van de productaansprakelijkheidswet is uitgesloten.
Attentie! Als de machine van eigenaar wisselt, dient de handleiding te worden doorgegeven. De nieuwe gebruiker moet volgens
de voorschriften worden geïnstrueerd.
Pöttinger - Vertrouwen binnen handbereik - sinds 1871
Kwaliteit is een waarde die rendeert. Daarom beschikken wij over de hoogste kwaliteitsstandaarden voor onze producten. Deze
worden door ons eigen kwaliteitsmanagement en door onze bedrijfsleiding permanent gecontroleerd. Want veiligheid, probleemloos
functioneren, hoogste kwaliteit en absolute betrouwbaarheid van onze machine tijdens het gebruik vormen onze kerncompetenties,
waarvoor wij staan.
Omdat wij permanent werken aan de ontwikkeling van onze producten, kan deze handleiding afwijken van het product. Er kunnen
daarom geen rechten worden ontleend aan de gegevens, afbeeldingen en beschrijvingen. Bindende informatie omtrent bepaalde
eigenschappen van de machine dient bij de service-dealer te worden opgevraagd.
Wij vragen om begrip voor het feit dat wijzigingen in de leveringsomvang, wat betreft de vorm, uitrusting en techniek mogelijk zijn.
Nadruk, vertaling en kopieën in welke vorm dan ook, ook als samenvatting, zijn alleen toegestaan met schriftelijke toestemming
van Pöttinger Landtechnik GmbH.
Alle auteursrechten blijven Alois Pöttinger Maschinenfabrik Ges.m.b.H. uitdrukkelijk voorbehouden.
© Pöttinger Landtechnik GmbH – 31 oktober 2012
Vind extra informatie over uw machine op PÖTPRO:
U bent op zoek naar passende onderdelen of accessoires voor uw machine? Geen probleem, hier vindt u alle benodigde informatie.
QR-code op het typeplaatje van de machine scannen of op www.poettinger.at/poetpro
Als u toch niet kunt vinden wat u nodig heeft, kunt u altijd terecht bij uw service-dealer. Hij adviseert u graag.
NL-1901 Dokum D Aanbouwmachines - 3 -
PÖTTINGER Landtechnik GmbH
Industriegelände 1
A-4710 Grieskirchen
Tel. 07248 / 600 -0
Telefax 07248 / 600-2511
Aankruisen hetgeen van toepassing is. X
Wij verzoeken U de volgende punten i.v.m. de wet op de productaansprakelijkheid te controleren.
INSTRUCTIES VOOR DE OVERDRACHT VAN MACHINES
Ter controle van de juiste overdracht van de machine en de handleiding is het gewenst dat dit aan de fabrikant wordt bevestigd. U heeft hiervoor
een bevestigingsmail van Pöttinger ontvangen. Als u deze mail niet heeft ontvangen, moet u contact opnemen met uw verantwoordelijke dealer.
Uw dealer kan de overdrachtsverklaring online invullen.
Machine aan de hand van de pakbon gecontroleerd. Alle verpakte delen verwijderd en uitgepakt. Alle veiligheidsinrichtingen,
aftakas en bedieningselementen zijn aanwezig.
Bediening, ingebruikname en onderhoud van de machine of het werktuig is aan de hand van de handleiding met de klant
besproken en uitgelegd.
Bandenspanning gecontroleerd.
Wielbouten en moeren op vastzitten gecontroleerd.
Op het juiste toerental van de aftakas gewezen.
Aanpassingen aan de tractor zijn gerealiseerd: Driepuntsbevestiging
Informatie verstrekt over lengtebepaling van de aftakas.
Proefgedraaid met de machine en geen gebreken geconstateerd.
Tijdens het proefdraaien de werking van de machine uitgelegd.
Het zwenken in werk- en transportstand uitgelegd.
Informatie is verstrekt omtrent opties en extra mogelijkheden.
Er is gewezen op het belang van het bestuderen van de handleiding.
NL
- 4 -
1100_NL-INHALT_2858
NL
InhOUDsOPGAVE
De veilig-
heidsvoor-
schriften
in aanhangsel A
navolgen!
Inhoudsopgave
INHOUDSOPGAVE
CE-kenmerk ............................................................... 5
Betekenis van de waarschuwings afbeeldingen ........ 5
Inleiding ..................................................................... 6
GEBRUIKTE SYMBOLEN
CE-kenmerk ............................................................... 7
Veiligheidsaanwijzingen: ............................................ 7
AANBOUW
Machine aanbouwen aan de hefinrichting ............... 10
Steunpoot omhoogklappen ...................................... 10
Hydraulische aansluiting .......................................... 10
Cardanas monteren ................................................. 10
Trekkabel ..................................................................11
Beveiligen van ongeremde machines met
trekketting .................................................................11
Wegzetten van de machine ......................................11
TRANSPORTPOSITIE
Veiligheidsaanwijzingen ........................................... 13
Veranderen van arbeidspositie in transportpositie ... 13
Rijden op de openbare weg ..................................... 15
ARBEIDSPOSITIE
Veiligheidsaanwijzingen ........................................... 16
Veranderen van transport- in werkpositie ................ 16
Voorbereidingen voor het gebruik .............................17
Tastwiel instellen .......................................................17
Volgorde voor het laten zakken van de cirkelharken
instellen .....................................................................17
Volgorde voor het heffen van de cirkelharken
instellen .....................................................................17
ARBEIDSPOSITIE
HET SYSTEEM 'MULTITAST'
Zwadhark met systeem 'MULTITAST' ...................... 18
GEBRUIK
Algemene richtlijnen bij werkzaamheden met de
machine ................................................................... 19
Veiligheidsaanwijzingen ........................................... 21
Algemene richtlijnen bij werkzaamheden met de
machine ................................................................... 21
Aftakastoerental ...................................................... 22
Wenden in arbeidspositie ....................................... 22
Instellingen aan het cirkelharkchassis ..................... 22
1. Dwarshelling instellen .......................................... 22
2. Harkhoogte instellen ............................................ 23
Voorbeeld - linker cirkelhark .................................... 24
GEBRUIK OP HELLINGEN
Voorzichtig bij manoeuvres op een helling! ............. 25
ALGEMEEN ONDERHOUD
Veiligheidsaanwijzingen ........................................... 26
Algemene onderhoudsaanwijzingen ........................ 26
Reinigen van machinedelen..................................... 26
Parkeren in de open lucht ........................................ 26
Winterklaar maken ................................................... 26
Cardanassen ........................................................... 27
Hydraulische installatie ............................................ 27
ONDERHOUD
Algemene veiligheidsaanwijzingen .......................... 28
Werkzaamheden aan de hydraulische installatie .... 28
Werkzaamheden aan de cardanassen .................... 28
Schroefverbindingen ............................................... 28
Bandenmaat ............................................................ 29
Spoor van de banden instellen ................................ 29
Naloop van het chassis instellen .............................. 29
Veiligheidsvoorzieningen ......................................... 30
Tandenarmen ........................................................... 30
Cirkelharkunit .......................................................... 32
Transmissie (1,2) ...................................................... 33
Veertanden .............................................................. 33
Verwerking van niet-bruikbare machine-
onderdelen ............................................................... 33
Heffen van de machine ............................................ 34
Smeerschema .......................................................... 36
TECHNISCHE GEGEVENS
Technische gegevens .............................................. 37
Noodzakelijke aansluitingen .................................... 37
Gebruik conform bestemming van de
zwadcirkelhark ......................................................... 37
Opties ...................................................................... 38
Typeplaatje.............................................................. 38
Positie van het typeplaatje ....................................... 38
AANHANGSEL
Smeermiddelen ........................................................ 45
Combinatie van trekker en aanbouwmachine .......... 48
- 5 -
1100_NL-INHALT_2858
InhOUDsOPGAVE NL
CE-kenmerk
Het door de fabrikant aan te brengen CE-kenmerk, geeft aan dat de machine beantwoord
aan de EG-richtlijnen.
EG conform verklaring (zie bijlage)
Met het ondertekenen van de EG conform-verklaring verklaart de fabrikant dat de afgeleverde
machine aan alle voorgeschreven veiligheids- en medische voorschriften beantwoordt.
Betekenis van de waarschuwings
afbeeldingen
Blijf uit het werkbereik van de zwadhark zolang de
trekkermotor nog draait.
Nooit in de machine grijpen, zolang zich daar nog delen
kunnen bewegen.
Buiten het zwenkbereik van de machine blijven.
495.173
- 6 -
NL
InlEIDInG
1700_NL-inleiding
Inleiding
Geachte gebruiker!
Met behulp van deze handleiding kunt u de machine leren
kennen. De handleiding informeert u bovendien op een
overzichtelijke manier over een veilig en juist gebruik,
onderhoud en reparatie. Het verdient daarom aanbeveling
om de handleiding te lezen.
De handleiding maakt deel uit van de machine. De hand-
leiding moet tijdens de levensduur van de machine op een
geschikte plaats worden bewaard en op ieder moment
voor het personeel toegankelijk zijn. Aanwijzingen over
nationale voorschriften met betrekking tot het voorkomen
van ongevallen, wegenverkeerswet en milieubescherming
moeten worden aangevuld.
Alle personen die de machine gebruiken, onderhouden
of transporteren, moeten deze handleiding, met name
de veiligheidsaanwijzigen, hebben gelezen en begrepen,
voordat met de werkzaamheden wordt begonnen. Als de
handleiding niet wordt nageleefd, komen evt. garantieclaims
te vervallen.
Heeft u vragen met betrekking tot de inhoud van de
handleiding of andere vragen over de machine, neem dan
contact op met uw dealer.
Door tijdige en correcte onderhoud en reparatie overeen-
komstig de vastgelegde onderhoudsintervallen, wordt de
bedrijfs- en de verkeersveiligheid gegarandeerd. Ook komt
dit de betrouwbaarheid van de machine ten goede.
Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen en toebe-
horen van Pöttinger of reserveonderdelen en toebehoren
die zijn goedgekeurd door Pöttinger. Van deze onderdelen
is de betrouwbaarheid, veiligheid en geschiktheid voor
machines van Pöttinger vastgesteld. Wordt gebruik ge-
maakt van niet goedgekeurde onderdelen, dan komt de
garantie te vervallen. Om het prestatievermogen van de
machine ook op de langere duur te garanderen, verdient
het aanbeveling om de originele onderdelen ook na afloop
van de garantietermijn te gebruiken.
De productaansprakelijkheidswetgeving verplicht de produ-
cent en de dealer bij de verkoop van de machines een hand-
leiding mee te leveren en de klant bij de machine te instrueren
over de veiligheids- bedienings- en onderhoudsvoorschriften.
Ter controle van de juiste overdracht van de machine en
de handleiding is een bevestiging in de vorm van een over-
drachtsverklaring noodzakelijk. De overdrachtsverklaring
bevindt zich bij de machine op het moment van aflevering.
In de zin van de productaansprakelijkheid is iedere zelf-
standige en landbouwer ondernemer. Bedrijfsschade in de
zin van de productaansprakelijkheid valt daarom niet onder
de aansprakelijkheid van Pöttinger. Als bedrijfsschade in
de zin van de productaansprakelijkheid geldt schade die
door de machine ontstaat, maar niet aan de machine.
De handleiding maakt deel uit van de machine. Geef ze
daarom door aan volgende eigenaar van de machine.
De volgende eigenaar moet worden geïnstrueerd en op
genoemde voorschriften worden gewezen.
Uw Pöttinger-serviceteam wenst u veel succes.
- 7 -
1800_D-Veiligheid ANSI
NL
GEbrUIktE symbOlEn
CE-kenmerk
Het door de fabrikant aan te brengen CE-kenmerk geeft aan dat de machine beantwoordt aan de machinerichtlijn en
andere toepasselijke EG-richtlijnen.
EG-conformiteitsverklaring (zie bijlage)
Met het ondertekenen van de EG-conform-verklaring verklaart de fabrikant dat de afgeleverde
machine aan alle voorgeschreven veiligheids- en medische voorschriften beantwoordt.
Veiligheidsaanwijzingen:
In de handleiding vindt u de volgende symbolen
met aanwijzingen:
GEVAAR
Als de aanwijzingen in een dergelijke tekst niet worden
opgevolgd, bestaat de kans op een dodelijk of een
levensbedreigend letsel.
• Alle aanwijzingen in dergelijke teksten die-
nen absoluut te worden opgevolgd!
WAARSCHUWING
Als de aanwijzingen in een dergelijke tekst niet worden
opgevolgd, bestaat de kans op een zwaar letsel.
• Alle aanwijzingen in dergelijke teksten die-
nen absoluut te worden opgevolgd!
VOORZICHTIG
Als de aanwijzingen in een dergelijke tekst niet worden
opgevolgd, bestaat de kans op een letsel.
• Alle aanwijzingen in dergelijke teksten die-
nen absoluut te worden opgevolgd!
AANWIJZING
Als de aanwijzingen in een dergelijke tekst niet worden
opgevolgd, bestaat de kans op materiële schade.
• Alle aanwijzingen in dergelijke teksten die-
nen absoluut te worden opgevolgd!
TIP
Dergelijke teksten geven bijzondere aanbevelingen en
adviezen met betrekking tot het economisch gebruik
van de machine.
MILIEU
Dergelijke teksten geven u handelwijzen en advies inzake
milieubescherming.
Als (optie) aangegeven uitrustingen zijn alleen standaard
beschikbaar bij bepaalde uitvoeringen van de machine of
worden alleen voor bepaalde uitvoeringen als speciale
uitrusting geleverd of worden alleen in bepaalde landen
aangeboden.
Afbeeldingen kunnen in detail afwijken van de machine
en dienen te worden begrepen als principe-afbeelding.
Aanduidingen als links en rechts gelden altijd in rijrichting,
als niet anders blijkt uit tekst of beeld.
- 8 -
1800_NL-Waarschuwingsafbeelding_2858
wAArsChUwInGsAfbEElDInG Nl
11. Nooit in de machine grijpen, zolang zich daar nog delen kunnen
bewegen.
2
540
Geprefereerde hydraulische druk en cardanassnelheid.
3Voor onderhouds- en reparatiewerkzaamheden de motor stopzetten
en de contactsleutel verwijderen.
097-17-09
1
4
3
1
1
2
7
6
7
5
6
- 9 -
1800_NL-Waarschuwingsafbeelding_2858
wAArsChUwInGsAfbEElDInG Nl
4Aanspraak maken op de productgarantie is alleen mogelijk als de
overdrachtsverklaring is ondertekend.
5
Voordat de cardanas passend wordt gemaakt, moet de handleiding
worden geraadpleegd.
6
X
M12 86 Nm
M14 135 Nm
M16 215 Nm
X
X
Aanhaalmoment voor de aangeduide schroeven.
7Niet in de gevarenzone van de roterende cirkelharken komen. Wacht
totdat deze volledig tot stilstand zijn gekomen.
- 10 -
1800_NL-AANBOUW_2858
Nl
AAnbOUw
Hydraulische aansluiting
De trekker moet beschikken over een enkele hydraulische
aansluiting (EW).
Hydraulische leiding bij de tractor aansluiten
- Voor het aankoppelen de aftakas uitschakelen
- Het regelventiel in Zweefstand brengen
- Let op schone stekkerkoppelingen
- Hydraulische kabel alleen bij gesloten afsluitkraan
(positie A) bij de tractor aansluiten.
A
E
TD44/94/8
ST
TD 78-98-02
Cardanas monteren
GEVAAR
Levensgevaar bij niet-aangepaste lengte van de
cardanas
• Voor de eerste ingebruikname moet de
lengte van de cardanas worden gecontro-
leerd en eventueel worden aangepast.
• Een trekkerwissel geldt als eerste ingebruik-
name.
• zie hoofdstuk 'Aanpassen cardanas' in
bijlage-B.
- Motor afzetten en contactsleutel verwijderen.
- Voor montage van de cardanas (GW) de aansluitprofielen
van de machine en de aftakas van de trekker reinigen
en invetten.
Machine aanbouwen aan de
hefinrichting
WAARSCHUWING
Risico op ernstige verwonding door beknelling bij
het aankoppelen van de machine aan de hefarm!
• Let er bij het aankoppelen aan de hefarm
vooral op dat u niet bekneld raakt, of ergens
tussen geraakt.
- Machine aan de hefinrichting van de trekker
aankoppelen.
- De hefarmen (U) zodanig vastzetten dat de machine
niet zijwaarts kan wegzwenken.
Steunpoot omhoogklappen
VOORZICHTIG
Risico op een verwonding door de omhoogklappende
steunpoot.
• Let er bij het ontgrendelen van de steunpoot
op dat deze vanzelf kan opklappen.
- Steunpoot met poot enigszins naar voren drukken
- Vergrendelingsbout (1) losmaken
- Steunpoot wordt door de veer omhoog geklapt
- De vergrendelingsbout (1) klikt automatisch vast
- Vergrendeling controleren: Controleer aan de
tegenovergelegen kant of de vergrendelingsbout door
de opening uitsteekt.
1
- 11 -
1800_NL-AANBOUW_2858
AAnbOUw Nl
- Het groothoekscharnier (WW) eerst aan de kant van
de machine monteren. Vervolgens de cardanas op de
aftakas van de trekker plaatsen.
- Beveilig de beschermingsafdekking van alle cardanassen
tegen meelopen door het inhangen van de kettingen.
104-03-02
EW
W
W
WW
E
Trekkabel
- Kabel (S) naar de trekkercabine leggen.
Beveiligen van ongeremde machines
met trekketting
Ongeremde machines moeten door de bediener met een
trekketting worden beveiligd tegen verlies tijdens de rit.
Aanbouwpunten aan de kant van de machine hangen af
van de aard van de verbinding. Deze vindt u in de afbeel-
dingen hieronder:
1. Trekketting voor hefarmaankoppeling:
094-18-402
2. Trekketting voor starre dissel:
094-18-403
Wegzetten van de machine
GEVAAR
Levensgevaar - bij onvoorspelbare bewegingen van
de trekker of de machine
• Plaats de machine alleen op een stevige en
vlakke ondergrond.
• De trekker tegen onbedoeld wegrollen
beveiligen.
• Zet de motor af.
• Verwijder de sleutel.
• Beveilig de machine met steunelementen
tegen omvallen.
TIP
De machine kan worden weggezet zowel vanuit arbeids-
positie als ook vanuit transportpositie.
- Vergrendelingsbout (1) losmaken
- Steunpoot handmatig naar beneden brengen (5a)
- Vergrendelingsbout (1) vastzetten
1
- Cardanas verwijderen en op de steun leggen.
Veiligheidsketting niet gebruiken voor het ophangen
van de cardanas!
- 12 -
1800_NL-AANBOUW_2858
AAnbOUw Nl
- Afsluitkraan sluiten (pos. A)
- Hydrauliek instellen op zweefstand om de restdruk in
de hydraulische leiding te verkleinen.
- Hydraulische slang (EW) van de trekker loskoppelen.
A
E
TD 26/92/16
s
h
0
ST
TD 28/99/14
EW
EL
- Trekkabel uit de trekkercabine verwijderen.
- Machine met wielblokken beveiligen.
- Machine van de trekker losmaken.
- Machine met diefstalbeveiliging beveiligen
1. Diefstalbeveiliging op de koppeling aanbrengen
2. Diefstalbeveiliging met hangslot beveiligen.
TIP
Door de tandenarmen (1a) te demonteren, kan de weg-
zethoogte of de wegzetbreedte worden verkleind.
Nl
1800_NL-TRANSPORT_2858 - 13 -
trAnsPOrtPOsItIE
Veiligheidsaanwijzingen
GEVAAR
Levensgevaar door kantelen van de machine.
• Voer het wijzigen van arbeids- naar trans-
portpositie en omgekeerd alleen uit op een
vlakke, stevige ondergrond.
GEVAAR
Levensgevaar door bewegende onderdelen bij het
ombouwen van transport- naar arbeidspositie
• Stel vast of de ruimte waarin de machine
zwenkt vrij is en of zich verder geen per-
sonen in de gevarenzone rond de machine
bevinden.
Veranderen van arbeidspositie in
transportpositie
075-09-07
1. Afsluitkraan open (positie E)
A
E
TD44/94/8
ST
2. Tandendragers van beide cirkelharken
verwijderen.
GEVAAR
Levensgevaar door draaiende cirkelharken bij het
verkleinen van de transporthoogte.
• Schakel de aftakas uit.
• Verwijder de sleutel van de trekker.
• Wacht totdat de cirkelharken tot stilstand zijn
gekomen.
VOORZICHTIG
Risico op verwonding door scherpe kanten van de
veertanden.
• Voorzichtigheid is geboden bij de omgang
met veertanden.
VOORZICHTIG
Risico op verwonding door scherpe kanten van de
veertanden.
• Op de overgebleven veertanden moet be-
scherming worden aangebracht.
Dit afnemen van de tandendragers (1a) hoeft alleen te
worden uitgevoerd indien noodzakelijk, bijv. voor het
reduceren van de totale hoogte van de machine.
Per cirkelhark 4 tandenhouders (1a) op de
meeneembouten aan het chassis plaatsen en met
klapspiebout borgen.
3. Links en rechts de stootbeugel (6) naar binnen
zwenken en met veersluitpen (6a) beveiligen.
4. Controleer of de ruimte waarin de machine
zwenkt vrij is en dat er zich niemand in de
gevarenzone rond de machine bevindt.
AANWIJZING
Risico op beschadigingen door collisie van
onderdelen
• Breng de beschermbuis (10) in positie 'A'
voordat de cirkelharkunits worden gezwenkt
5. Beschermbuis (10) in positie 'A' brengen
Nl
trAnsPOrtPOsItIE
1800_NL-TRANSPORT_2858 - 14 -
6. Beide cirkelharkunits in de transportpositie
(H2) omhoogzwenken.
• Daarvoorhetenkeleregelventiel(ST)bedienen.
7. Inhaken van de transportbeveiliging controleren
Iedere cirkelharkarm moet zichtbaar vergrendeld zijn.
GEVAAR
Levensgevaar door onbeveiligde cirkelharkarmen.
• Controleer de transportbeveiliging (10)!
Iedere cirkelharkarm moet met de haak
worden vergrendeld!
• Sluit de afsluitkranen.
8. Afsluitkranen sluiten
GEVAAR
Levensgevaar bij het overschrijden van de wettelijke
transportbreedte.
• Controleer de transportbeveiliging (10)!
Iedere cirkelharkarm moet met de haak wor-
den vergrendeld.
Als dit niet het geval is, kan
onder bepaalde omstandigheden de transport-
breedte groter zijn dan 3 meter.
021-06-01
< 3 m
10
TD 78-98-03
Nl
trAnsPOrtPOsItIE
1800_NL-TRANSPORT_2858 - 15 -
Rijden op de openbare weg
GEVAAR
Levensgevaar door onbeveiligde cirkelharkarmen.
• Sluit de afsluitkranen om onbedoelde
bediening van de hydraulische regeling te
voorkomen.
• Houd aan de zijkant minimaal 1,50 m af-
stand ten opzichte van andere verkeersdeel-
nemers of voetgangers
• Machinealleenintransportpositie(H2)vervoeren!
• Letopdewettelijkenationalevoorschriften.
• Rijden op de openbare weg mag alleen volgens de
instructies in het hoofdstuk 'Transportpositie'.
• Debeschermingenmoeteningoedestaatzijn.
• De beweegbare delen moeten voor het rijden in de
goede positie gezet worden en er moet voor gezorgd
worden dat ze niet van plaats kunnen veranderen.
• Voorhetbeginvanderitdeverlichtingcontroleren.
• Belangrijkeinformatievindtuverderindebijlagevan
deze gebruiksaanwijzing.
- 16 -
1800_NL-ARBEIDSPOSITIE_2858
NL
ArbEIDsPOsItIE
3. Beide cirkelharkunits in de arbeidspositie
zwenken.
• Hetenkeleregelventiel(ST)kortinpositie'Heffen'
brengen en tegelijkertijd aan de kabel (S) trekken.
Daardoor worden de vergrendelingshaken (10)
losgemaakt.
10
TD 78-98-03a
• Aansluitendhetregelventiel(ST)op'Zakken'instellen
en de cirkelharkunits tot de bodem laten zwenken.
4. Links en rechts de stootbeugels (6) naar buiten
zwenken en met veersluitpen (6a) beveiligen.
Veiligheidsaanwijzingen
GEVAAR
Levensgevaar door kantelende machine.
• Voer een wijziging van arbeids- in trans-
portpositie en omgekeerd alleen uit op een
vlakke, stevige ondergrond.
GEVAAR
Levensgevaar door bewegende onderdelen
• Stel vast of de ruimte waarin de machine
zwenkt vrij is en of zich verder geen per-
sonen in de gevarenzone rond de machine
bevinden.
• Zelf niet de gevarenzone binnentreden!
Veranderen van transport- in werkpositie
075-09-05
1. Afsluitkraan open (positie E)
2. Controleer of de ruimte waarin de machine
zwenkt vrij is en dat er zich niemand in de
gevarenzone rond de machine bevindt.
- 17 -
1800_NL-ARBEIDSPOSITIE_2858
NL
ArbEIDsPOsItIE
Voorbereidingen voor het gebruik
GEVAAR
Levensgevaar door draaiende cirkelharken
• Schakel de aftakas uit voordat de cabine
wordt verlaten.
• Let erop dat zich tijdens de werkzaamhe-
den geen personen in de omgeving van de
machine bevinden.
• De machine dient onmiddellijk te worden
uitgeschakeld wanneer personen de geva-
renzone naderen.
• Let erop dat opspattend materiaal of rond-
slingerende stenen gevaarlijke situaties
kunnen opleveren.
1. Alle tandenhouders aan beide cirkelharken
monteren.
• Tandenhoudersopdecirkelharkarmenplaatsenen
met klepspiebout borgen.
96 cm (12x)
90 cm (10x)
96 cm
90 cm
2. Links en rechts de stootbeugels (6) naar buiten
zwenken en met veersluitpen (6a) beveiligen.
TD 44/94/11
6
6a
40 cm
3. Zwaddoek uittrekken en met vleugelmoer
fixeren.
Normale instelling ongeveer 40 cm van de tanden.
Tastwiel instellen
• Deafstandtussentastwielentanden(A)zokleinmogelijk
kiezen, zodat een zo schoon mogelijk harkresultaat
ontstaat.
- afhankelijk van de hoeveelheid voer de bout in de
juiste positie plaatsen
- aansluitend de lagerbuis middels zeskantschroef
(SK) spelingvrij vastspannen.
A
SK
TD 62/97/1
Volgorde voor het laten zakken van de
cirkelharken instellen
- Stel de uithaalsnelheid van de achterste cirkelhark
middels het handwiel (D) in.
D
H
021-06-03
Volgorde voor het heffen van de
cirkelharken instellen
- Stel het heftijdstip van de achterste cirkelhark afhankelijk
van de positie van de voorste cirkelhark aan het frame
(H) in.
Zwadhark met systeem 'MULTITAST'
Draaikoppeling (1)
De cirkelharkunits zijn niet stijf gelagerd, maar via een draaikoppeling (1)
Tastwiel (2)
Bij gebruik van het tastwiel wordt, bij extreem oneffen oppervlakken, een optimale bodemaanpassing (6°) van de tanden verkregen.
Aangezien de tanden zich in de buurt van het tastwiel bevinden, kunnen deze ook optimaal de bodemoneffenheden volgen. Het resultaat is
een bijzonder net harkresultaat.
NL
Het systeem 'multitast'
- 18 -
0000-D MULTITAST (272)
- 19 -
1800-D AlgGebruik_2441
NL
GEbrUIk
Algemene richtlijnen bij
werkzaamheden met de machine
GEVAAR
Levensgevaar door roterende cirkelharken en
klappende cirkelharkarmen
• Voor instel-, onderhouds- en reparatie-
werkzaamheden de motor stopzetten en de
contactsleutel verwijderen.
• Werkzaamheden binnen het bereik van de
cirkelharken alleen uitvoeren als de aftakas
is uitgeschakeld.
• Niet in de buurt van de cirkelharken komen
zolang de aandrijfmotor draait.
• Stel vast of de arbeidsruimte vrij is en of
zich verder geen personen in de gevaren-
zone rond de machine bevinden, voordat de
aandrijfmotor wordt ingeschakeld.
495.173
GEVAAR
Levensgevaar door zwenkende en klappende
cirkelharkarmen.
• Buiten het zwenkbereik van de cirkelharkar-
men blijven.
• Stel vast of de ruimte waarin de machine
zwenkt vrij is en of zich verder geen per-
sonen in de gevarenzone rond de machine
bevinden, voordat de cirkelharkarmen op- of
neergezwenkt worden.
GEVAAR
Levensgevaar door kantelen van de combinatie op
hellingen, vooral in transportpositie en bij het nemen
van bochten.
• Hou wat betreft de snelheid rekening met de
omgevingsomstandigheden, vooral bij het
nemen van bochten en op hellingen.
• Op een helling kunt u beter achteruit rijden
dan een riskante draai te maken.
WAARSCHUWING
Risico op ernstig letsel door langdurige
werkzaamheden met verhoogd geluidsniveau.
Afhankelijk van de verschillende trekkercabines kan het
geluidsniveau op de werkplek afwijken van de gemeten
waarde (zie Technische gegevens).
• Wanneer een geluidsniveau van 85 dB(A)
wordt bereikt of overschreden, moet de
ondernemer (landbouwer) een passende
gehoorbescherming ter beschikking stellen
(UVV 1.1 § 2).
• Wanneer een geluidsniveau van 90 dB(A)
wordt bereikt of overschreden, moet een
gehoorbescherming worden gedragen
(UVV 1.1 § 16).
AANWIJZING
Beschadigingen aan de trekker door een ongeschikt
trekvoertuig
• Let op de technische beperkingen van de
trekker met betrekking tot asbelasting en
steunbelasting.
- 20 -
1800-D AlgGebruik_2441
GEbrUIk
NL
Belangrijke informatie voordat met de
werkzaamheden wordt begonnen
(zie bijlage-A1 pt. 1, 2, 3 en 4)
1. De aftakasaandrijving inschakelen
De aftakasaandrijving alleen inschakelen als alle
veiligheidsvoorzieningen (afdekkingen, afdekdoeken,
bekledingen enz.) zich in goede conditie bevinden en
op de juiste wijze aan de machine zijn aangebracht.
2. Schakel de machine alleen in in arbeidspositie
en overschrijd het voorgeschreven
aftakastoerental niet!
Een sticker die naast de transmissie is aangebracht, laat
zien voor welk aftakastoerental uw machine geschikt
is.
- Aftakas bij stationair toerental inschakelen.
- Aftakas pas inschakelen als de machine zich ten minste
in de veld-transportpositie bevindt!
3. Aftakastoerental
- Max. aftakastoerental 540 omw/min.
Het gunstigste aftakastoerental is ca. 450 omw./min.
- Wanneer het voer uit de zwad door de tanden weer
in de weggeharkte strepen wordt getrokken (vervuild
werk), moet het aftakastoerental worden verlaagd.
4. Werksnelheid
- Rijsnelheid zo instellen dat alle oogstgoed schoon wordt
opgenomen.
- Bij overbelasting een versnelling terugschakelen.
- Om zo schoon mogelijk te harken, moet de cirkelhark
een lichte helling richting de zwad hebben. Voor de
exacte instelling zie hoofdstuk 'Gebruik'.
5. Instellingen en controles
- De tandenhoogte aan de bodemomstandigheden
aanpassen. De tanden moeten licht over de bodem
strijken. Bij een te diepe instelling raakt het voer vervuild
of wordt het gras beschadigd.
- Instelling tijdens de werkzaamheden regelmatig
controleren.
- Controleer regelmatig de luchtdruk!
- de hydrauliekslangen regelmatig controleren en bij
beschadiging en/of veroudering direct vervangen (zie
reserve-onderdelenlijst).
- Remsystemen regelmatig onderwerpen aan een
grondige controle.
- De bevestigingsbouten moeten regelmatig worden
gecontroleerd en eventueel worden nagetrokken.
- Tanden regelmatig controleren op juiste toestand!
Alle tandenhouders aan de cirkelharken
monteren
- Tandenhouders op de cirkelharkarmen plaatsen en met
klepspiebout borgen.
- 21 -
1900_NL-GEBRUIK 2858
GEbrUIk NL
Veiligheidsaanwijzingen
GEVAAR
Levensgevaar door draaiende cirkelharken
• Schakel de aftakas uit voordat de cabine
wordt verlaten.
• Let erop dat zich tijdens de werkzaamhe-
den geen personen in de omgeving van de
machine bevinden.
• De machine dient onmiddellijk te worden
uitgeschakeld wanneer personen de geva-
renzone naderen.
• Let erop dat opspattend materiaal of rond-
slingerende stenen gevaarlijke situaties
kunnen opleveren.
495.173
1. De aftakasaandrijving inschakelen
De aftakasaandrijving alleen inschakelen als alle
veiligheidsvoorzieningen (afdekkingen, afdekdoeken,
bekledingen enz.) zich in goede conditie bevinden en
op de juiste wijze aan de machine zijn aangebracht.
2. Schakel de machine alleen in als ze in
arbeidsstand is en overschrijd het maximum
toerental (bijv. max. 540 tpm) niet!
Een sticker die naast de transmissie is aangebracht, laat
zien voor welk aftakastoerental uw machine geschikt
is.
Algemene richtlijnen bij werkzaamheden
met de machine
Rijsnelheid zo instellen dat alle oogstgoed
schoon wordt opgenomen.
- Bij overbelasting snelheid reduceren.
Regelventiel (ST) in positie 'Zweefstand of
zakken' brengen
De zuigers van de beide hefcilinders kunnen zich dan
vrij bewegen en de cirkelharkunits passen zich daardoor
aan bodemoneffenheden aan.
A
E
TD 26/92/16
s
h
0
ST
Hoogtepositie van de hefinrichting instellen
(H1)
- Om een zuiver harkresultaat te verkrijgen, moet de
kring zo loodrecht mogelijk zijn. Een kleine helling
naar voren is toegestaan.
TD 27/99/11
H1
TIP
Belangrijke opmerkingen voordat met werkzaamheden
wordt begonnen (zie bijlage-A pt. 1, 2, 3 en 4)
- 22 -
1900_NL-GEBRUIK 2858
GEbrUIk NL
Aftakastoerental
Max. aftakastoerental = 540 omw/min.
Het gunstigste aftakastoerental is ca. 450 omw/min.
- Wanneer het voer uit de zwad door de tanden weer in
de weggeharkte stroken moet worden getrokken (niet-
toegestaan gebruik), moet het aftakastoerental worden
verlaagd.
- De cirkelbaan voor de regeling van de tandenarmen kan
worden versteld (optimaliseren van de tandenregeling)
- De hefarmen (U) van de trekker moeten zijdelings
zonder speling worden vergrendeld, om te voorkomen
dat de machine heen en weer zwenkt.
Wenden in arbeidspositie
De cirkelharken kunnen omhoog worden gezwenkt
(pos. H1), door het enkele regelventiel (ST) te
bedienen. Daarbij hoeft de aandrijving niet te worden
uitgeschakeld.
TD 50/96/17
H1
Instellingen aan het cirkelharkchassis
Om het cirkelharkchassis op de juiste manier af te stellen,
moet de machine op een vlakke en stevige ondergrond
staan. Het aanbouwwerktuig is aan de trekker gehangen
en is in arbeidspositie
1. Dwarshelling instellen
Om zo schoon mogelijk te harken, moet de
cirkelhark een lichte helling richting de zwad
hebben. De kant verder weg van de zwad moet
daarbij ca. 10-15 mm hoger liggen.
1. Laten zakken van de cirkelharkunit middels handslinger
(8): tot de binnenste tanden de bodem aanraken.
2. Instellen van de hoogte van de buitenste tanden middels
de excenterschroef aan de tandemas (2) - ca. 1,0 - 1,5
cm boven de bodem.
a. Maak de moer (3) een klein beetje los met een
steeksleutel nr. 36.
b. Stel met behulp van de excenterschroef (2) en een
steeksleutel nr. 36 de gewenste helling in.
c. Draai de moer (3) weer vast. (Aanhaalmoment 280
Nm)
3
2
a1
b1 b2
a2
TIP
Alle wielen a2 en b2 kunnen op deze manier worden
ingesteld.
- 23 -
1900_NL-GEBRUIK 2858
GEbrUIk NL
2. Harkhoogte instellen
Pas de harkhoogte aan de bodemomstandigheden aan.
De harkhoogte kan voor iedere cirkelharkunit afzonderlijk
worden ingesteld.
- De binnenste tanden moeten afhankelijk van de
hoeveelheid voer licht over de bodem (ca. 2,0 cm)
strijken. Bij een te diepe instelling raakt het voer
vervuild of wordt het gras beschadigd.
075-09-05
2,0 cm
340-13-43
- Instelling tijdens de werkzaamheden regelmatig
controleren.
1. Cirkelharkunit instellen:
De harkhoogte van de cirkelharkunit met de handslinger
(8) instellen.
- Veiligheidsbeugel omhoogklappen
- Handslinger (8) naar links of naar rechts draaien
Linksdraaiing = cirkelharkunit heffen
Rechtsdraaiing = cirkelharkunit laten
zakken
- Handslinger met veiligheidsbeugel weer beveiligen
2. Tastwiel instellen
A
2
- Na een wijziging van de tandenhoogte moet ook
de instelling van de hoogte van het tastwiel met de
veersluitpen (2) worden bijgesteld.
TIP
• Voor schoon harken moet de afstand (A) tussen
tastwiel en tanden zo klein mogelijk zijn.
• Bijgroterehoeveelhedenvoerofbijlangervoerbegint
het maaigoed zich om de tanden heen te wikkelen.
In deze situaties moet de afstand (A) van het tastwiel
trapsgewijs worden vergroot.
- 24 -
1900_NL-GEBRUIK 2858
GEbrUIk NL
Voorwaarden:
- vlakke en stevige ondergrond
- 1,5 bar luchtdruk in alle banden
- Het aanbouwwerktuig is aan de trekker gehangen en
is in arbeidspositie
1. Stap
Neerlaten van de tanden middels handslinger op bodem-
niveau. De diepste tand mag net niet meer over de bodem
strijken, als de cirkelhark draait.
2. Stap:
Instellen van de dwarshelling middels excenterschroeven
op positie harkbegin, zodat bij de eerste ingestuurde
tand (harkbegin) een bodemafstand van ca. 1 - 1,5 cm
meetbaar is.
3. Stap:
Instellen van de harkhoogte middels handslinger. De
bodemafstand bij positie harkbegin moet nu ca. 3,5 cm
bedragen. De bodemafstand bij positie harkbuiteinde moet
nu ca. 2,0 cm bedragen.
4. Stap:
Instellen van het buitenste tastwiel (multitastwiel), zodat
het slechts gering is belast.
6. Stap:
Instellen van de afstand van het buitenste tastwiel
ten opzichte van de cirkelhark. De afstand (A) van
het voorste, buitenste tastwiel ten opzichte van de
tandencirkelhark is instelbaar in afstanden van 8,5 cm.
Er zijn drie instelmogelijkheden.
Het tastwiel in principe zo dicht mogelijk bij de cirkelhark
plaatsen. Bij lang voer verder weg van de tanden.
AANWIJZING
Beschadigingen door botsing van het buitenste
tastwiel met de trekker bij het nemen van bochten.
(alleen bij maximaal uitgeschoven tastwiel)
• Controleer voor gebruik of het buitenste
tastwiel bij het nemen van een maximale
bocht met de trekker in botsing komt.
• Wijzig de instelling overeenkomstig.
A
2
639-13-12
3,
5 c
m
2,0 cm
2,5
cm
Harkbegin
Harkuiteinde
3. Stap
3. Stap
5. Stap
4. Stap
Voorbeeld - linker cirkelhark
- 25 -
1800-NL GEBRUIk OP HELLINGEN_288
NL
Voorzichtig bij manoeuvres op een
helling!
GEVAAR
Levensgevaar door kantelen van de combinatie op
hellingen, vooral bij transportritten en bij het nemen
van bochten.
• Pas het tempo aan aan de omstandigheden,
vooral in bochten.
• Op een helling kunt u beter achteruit rijden
dan een riskante draai te maken.
Door het gewicht (G) van de cirkelharkeenheid worden
de rijeigenschappen van de trekker beïnvloed. Dit kan,
speciaal op hellingen, tot gevaarlijke situaties leiden.
Er bestaat kantelgevaar
• tijdenshethydraulischeheffenvancirkelharkunits
- vooral als hellingopwaarts de gepositioneerde
cirkelharkunit eerst omhoog wordt gezwenkt.
Daardoor verschuift het zwaartepunt van de
combinatie hellingafwaarts en de kracht van het
gewicht heeft een excentrisch effect.
TD 33/97/1
G
GEbrUIk OP hEllInGEn
• bij het nemen van bochten met cirkelharkunits in
transportpositie.
TD 33/97/2
- 26 -
1800_NL-Algemeen-Onderhoud_BA
NL
Parkeren in de open lucht
Als de machine langere tijd in de open lucht moet blijven
staan, moeten de cylinderstangen worden gereinigd en
worden ingevet.
FETT
TD 49/93/2
Reinigen van machinedelen
Let op! Gebruik geen hogedrukreiniger voor het reinigen
van lagers en hydraulische delen.
- Kans op roestvorming!
- Na het reinigen de machine volgens het smeerschema
doorsmeren en de machine korte tijd laten draaien.
- Reinigen met te hoge druk kan beschadigingen aan de
lak veroorzaken.
Veiligheidsaanwijzingen
GEVAAR
Letselgevaar door bewegende of roterende
onderdelen.
Voer het onderhoud pas uit wanneer u het apparaat
• veilig en stabiel buiten bedrijf hebt gesteld
op een vlakke, vaste ondergrond.
• met wielblokken heeft beveiligd tegen weg-
rollen.
• de motor van de trekker uitgeschakeld is en
de aftakas stationair is.
• alle bewegende of roterende delen (in het
bijzonder de maaischijven) tot stilstand
gekomen zijn. (Hoortest!)
• de contactsleutel van de trekker uitgetrok-
ken is.
• Indien nodig de cardanas demonteren.
Levensgevaar wanneer men te lang onder de machine
blijft staan
• Onderdelen waaronder u zult blijven staan
goed ondersteunen.
WAARSCHUWING
Risico op zware verwonding door lekkende olie
• Let op opengescheurde of klemzittende
plekken op de slang.
• Maak de koppelingen van olieslangen en
-contactdozen voor elke koppeling schoon!
• Draag geschikte beschermende kleding.
AANWIJZING
Materiële schade door vuil in het hydraulisch systeem
• Maak de koppelingen van olieslangen en
-contactdozen voor elke koppeling schoon!
Algemene onderhoudsaanwijzingen
Leef de volgende aanwijzingen na om de machine
gedurende langere tijd in goede conditie te houden:
- Na de eerste gebruiksuren alle bouten en moeren
natrekken.
Speciaal gecontroleerd moeten worden:
Mesbouten bij maaiers
Bouten in de tandbevestiging van schudders en van
zwadharken
Winterklaar maken
- De machine voor de winter goed schoon maken.
- Beschermd tegen weersinvloeden wegzetten.
- Olie verversen of bijvullen
- Blanke delen tegen roest beschermen.
- Alle smeerpunten doorsmeren.
- Terminal losmaken, droog en vorstvrij bewaren.
Reserve-onderdelen
a. Originele onderdelen en toebehoren zijn speciaal voor
deze machines en werktuigen ontwikkeld.
b. Wij maken u er uitdrukkelijk op attent dat niet door ons
geleverde originele onderdelen en toebehoor ook niet
door ons zijn gecontroleerd en vrijgegeven.
c. De inbouw en/of het gebruik van dergelijke producten
kan daarom de constructie en de eigenschappen van de
machine eventueel negatief veranderen of beïnvloeden.
Voor schade die ontstaat door het gebruik van niet-
originele onderdelen en toebehoor kan de fabrikant in
geen geval aansprakelijk worden gesteld.
d. Eigenhandig aangebrachte wijzigingen en het gebruik
van bouw- en aanbouwelementen aan de machine
vallen buiten de aansprakelijkheid van de producent!
AlGEmEEn OnDErhOUD
- 27 -
1800_NL-Algemeen-Onderhoud_BA
NL
Hydraulische installatie
Let op verwondings- en infectiegevaar!
Vloeistoffen die onder hoge druk uittreden kunnen
de huid binnendringen en zware verwondingen
veroorzaken. Raadpleeg in dat geval onmiddellijk een
arts!
Voordat de hydraulische leidingen worden aangesloten,
moet worden gecontroleerd of de hydraulische installatie
geschikt is voor de tractor.
Na de eerste 10 bedrijfsuren en alle volgende 50
bedrijfsuren
- Hydraulisch aggregaat en leidingen controleren op lekkage
en evt. schroefverbindingen aandraaien.
Voor iedere ingebruikname
- hydraulische slangen op slijtage controleren.
Versleten of beschadigde hydraulische slangen moeten
direct worden vervangen. De nieuwe slangen moeten
voldoen aan de techn. eisen van de producent.
Slangen zijn onderhevig aan een natuurlijke veroudering,
gebruiksduur niet langer dan 5-6 jaar.
Cardanassen
- zie ook de aanwijzingen in de bijlage
Voor het plegen van onderhoud in acht nemen!
In principe gelden de aanwijzingen die in de handleiding
worden gegeven.
Als hier geen speciale aanwijzingen worden gegeven,
gelden de aanwijzingen in de meegeleverde handleiding
van de betreffende cardanassenproducent.
AlGEmEEn OnDErhOUD
- 28 -
1901-NL Wartung_2858
NL
OnDErhOUD
Algemene veiligheidsaanwijzingen
GEVAAR
Levensgevaar - Een andere persoon neemt de trekker
in gebruik en rijdt weg of bedient de stuurhendel van
het hydraulische systeem, terwijl u bezig bent met
het onderhoud.
• Voor onderhouds- en reparatiewerkzaamhe-
den de motor stopzetten en de contactsleu-
tel verwijderen.
GEVAAR
Levensgevaar - machine komt in beweging of kantelt.
• Voor onderhouds- en reparatiewerkzaam-
heden de machine op een vlakke, vaste
ondergrond plaatsen.
• Beveilig de machine met wielblokken tegen
wegrollen.
• •Werkzaamhedenonderdemachinealleen
uitvoeren, wanneer de machine vast en
zeker staat en goed wordt ondersteund.
Werkzaamheden aan de hydraulische
installatie
Om te werken aan de hydraulische installatie:
- Reparatiewerkzaamheden aan de hydraulische
installatie mogen alleen worden uitgevoerd door
TTINGER - vakwerkplaatsen.
- Omhooggeheven cirkelelementen op de grond laten
zakken.
- Hydraulische installatie altijd drukloos maken.
- Bij het zoeken naar lekkage moeten daarvoor
geschikte hulpmiddelen worden gebruikt, vanwege
verwondingsgevaar!
Werkzaamheden aan de cardanassen
De cardanas moet volgens de aanwijzingen van de pro-
ducent worden onderhouden - zie handleiding van de
cardanasproducent.
Veiligheidsbepalingen van de producent in acht nemen!
Algemene aanwijzingen bij de cardanassen
GEVAAR
Levensgevaar door ingebruikname van de machine
als de cardanas is beschadigd of als de bescherming
is beschadigd of ontbreekt.
• Let erop dat de cardanas bij ingebruikname
intact is.
• Let erop dat de cardanasbescherming bij de
ingebruikname aanwezig is en intact is.
- Cardanbescherming en beschermbuizen monteren.
- Beschermbuis borgen tegen meedraaien!
- Cardanassen mogen alleen worden gebruikt als zij in
een perfecte conditie verkeren.
- Alleen CE-gecertificeerde cardanassen mogen worden
gebruikt.
Beschadigde of ontbrekende beschermbuizen, bescherm-
trechters of bevestigingskettingen moeten direct worden
vervangen.
De cardanassen tegen weersinvloeden beschermen.
Na het seizoen alle delen van de cardanassen grondig
reinigen en smeren.
Tijdens winterwerkzaamheden de beschermbuizen invetten
om te voorkomen dat ze vastvriezen.
Na langere tijd buiten gebruik moeten de cardanassen
vóór het opnieuw in gebruik nemen worden gesmeerd en
moet de conditie worden gecontroleerd.
Schroefverbindingen
Na 10 bedrijfsuren moeten alle schroeven en moeren van
de machine nogmaals worden gecontroleerd en worden
aangehaald. Regelmatig controleren!
- 29 -
1901-NL Wartung_2858
OnDErhOUD NL
Bandenmaat
GEVAAR
Levensgevaar door plotseling drukverlies van een
band, vooral op hellingen en bij snelle transportritten.
• Controleer de banden regelmatig op be-
schadigingen, veroudering en bandenspan-
ning.
- Reparatiewerkzaamheden aan banden mogen alleen
worden uitgevoerd door deskundig personeel, met
behulp van geschikt gereedschap!
Als de banden van teveel lucht worden voorzien, kunnen
ze knappen!
- Blijf tijdens het oppompen van de banden op een veilige
afstand!
- Gebruik alleen perslucht om de banden op te pompen.
- Let op de maximaal toelaatbare bandenspanning.
Maximale bandenspanning - zie hoofdstuk "Technische
gegevens".
Bandenmaat Dimensie Druk
Chassis 340 / 55 - 16 ET -50 *
260 / 70 - 15 ET 0
15.0 / 55 -17 12 PR AS -54/6L
1,5 bar
1,5 bar
1,5 bar
Cirkelhark 16 / 6,50 - 8 10PR 1,5 bar
* Deze band mag alleen in de positie worden gemonteerd die vanwege de inzakdiepte smaller is,
omdat anders te grote krachten op de besturing worden uitgeoefend. (zie afbeelding)
289-12-34
ET -50 / -54
Spoor van de banden instellen
Achter de stuurframeconstructie kan het spoor van de linker
en de rechter band apart worden versteld.
2
3
1
4
1. Maak de contramoer (1) los.
2. Spanstift (2) verwijderen
3. Volgring (3) bewaren
4. Stuurstang naar boven toe wegtrekken.
5. Draai de spil (4) tot de gewenste positie van de
stuuras is bereikt.
6. Stuurstang weer monteren en met spanstift (2)
beveiligen.
- Stel het toespoor op maximaal 5mm in. Dat betekent
dat de positie van de voorwielvelgen aan hun voorste
punt maximaal 5mm dichter bij elkaar moet staan dan
achteraan. (in rijrichting)
Naloop van het chassis instellen
Het chassis is stuurbaar. De draaibare aanbouwbok brengt
middels een stuurstang de stuurbeweging over op het chas-
sis. Bij een optimale basisinstelling van het chassis ligt deze
in één lijn met de trekker als rechtuit wordt gereden. (M)
De naloop kan via de lengte van de stuurstang worden
ingesteld.
A Spil (3) moet worden ingeschroefd.
B Spil (3) moet worden uitgedraaid.
M
044-01-009
A B
- 30 -
1901-NL Wartung_2858
OnDErhOUD NL
De verstelunit bevindt zich aan de aanbouwbok.
12
4
3
1. Maak de contramoer (2) los.
2. Spanstift (1) verwijderen
3. Volgring (4) bewaren
4. Stuurstang naar boven toe wegtrekken.
5. Draai de spil (3) tot de gewenste positie van de
stuuras is bereikt.
6. Stuurstang weer monteren en met spanstift (1)
beveiligen.
Veiligheidsvoorzieningen
Veiligheidsvoorzieningen beschermen de gevaarlijke
plaatsen aan de machine.
GEVAAR
Levensgevaar door roterende machinedelen
• Voor instel-, onderhouds- en reparatie-
werkzaamheden de motor stopzetten en de
contactsleutel verwijderen.
• Werkzaamheden bij geopende of verwij-
derde veiligheidsvoorzieningen alleen bij
stilstaande aftakas uitvoeren.
• Niet in de omgeving, achter de veiligheids-
voorzieningen, komen of grijpen zolang de
aandrijfmotor draait.
Na onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moeten de
veiligheidsvoorzieningen weer worden gemonteerd.
Tandenarmen
Tandenarm vervangen
- Afdekschroeven (1) losmaken.
1
- 1. 2x schroeven (2) M12x110 verwijderen
2. 4x schroeven (3) M12x110 losmaken.
3
2
- Afdekking verwijderen
- Tandenarm uittrekken. Draai de cirkelharkunit zo dat de
oude tandenarm tussen in- en uitsturen (zie onder)
wordt uitgetrokken.
- Nieuwe tandenarm plaatsen. Draai de cirkelharkunit
zo dat de nieuwe tandenarm tussen in- en uitsturen
(zie onder) wordt ingezet.
Rijrichting
- Schroeven M12x110 met 1x moer en 2x Nordlock
ringen weer aanhalen (zie afb.)
- 31 -
1901-NL Wartung_2858
OnDErhOUD NL
(Aanhaalkoppel: 140 Nm)
Plaats de Nord-Lock-ringen met de grove frezing
binnen op elkaar. Dit betekent tegelijkertijd dat bij
beide ringen zich de fijne frezing aan de buitenkant
bevindt.
- Afdekking op de nieuwe tandenarm plaatsen, tussen
de afdekkingen inpassen en schroef aanhalen. Alle
losgemaakte schroeven (1) voor de afdekkingen
aanhalen.
- Controleer na ca. 50 bedrijfsuren moeren en
schroeven of deze vastzitten, evt. aanhalen.
AANWIJZING
Beschadigingen doordat de spanstiften los zijn
gegaan
• Controleer na iedere reparatie of onder-
houdsbeurt aan de cirkelharkunit de positie
van de spanstiften (zie detail B)
• Controleer de positie van de spanstiften ten
minste eenmaal per jaar (zie detail B)
B
Lagerbus van de tandenarmen vervangen
AANWIJZING
Beschadigingen doordat de as W los is gegaan en
te grote afstand A
• Controleer ten minste 1x per jaar de afstand
A.
• De afstand (A) moet bij normaal gebruik ca.
1 mm bedragen. Als de speling van de as
(W) groter wordt, kan dit met opvulringen
worden gecorrigeerd.
• Als de afstand (A) groter is dan 4mm, dan
moeten de voeringen (B) aan de binnenkant
van de tandenarmen worden vervangen.
- 32 -
1901-NL Wartung_2858
OnDErhOUD NL
Cirkelharkunit
Instelling van de bochtenbaan
Als het oogstgoed buiten het zwad blijft liggen, kan dit
worden gecorrigeerd door de bochtenbaan te verdraaien.
1. Machine op een vlakke ondergrond plaatsen en tegen
wegrollen beveiligen. (Wielblokken plaatsen)
2. Verwijderen van de drie afdekkingen (1) uit de openingen
aan de onderzijde van de cirkelharkunit om de schroeven
(2) op de bochtenbaan toegankelijk te maken.
1
3. De drie schroeven (2) op de bochtenbaan losmaken.
4. Instellen van de bochtenbaan: De bochtenbaan in het
langsgat instellen door de cirkelharkunit middels de
tandendragers te verdraaien, zodat het oogstgoed beter
wordt gegrepen.
2
5. Drie schroeven (2) aanhalen.
6. Monteren van de afdekkingen (1).
7. Testloop uitvoeren. Herhaal de procedure net zolang
tot het resultaat tevredenstellend is.
Smeren van de bochtenbaan
Interval: 50h
Procedure:
- Vetspuit op smeernippel (1) zetten
- Cirkelhark draaien zodat het vet goed wordt verdeeld
- Per omwenteling 3-4 slagen aanbrengen
- 3-4 volle omwentelingen uitvoeren
1
Transmissie cirkelharkunit: Vet bijvullen
1. Interval: indien nodig
De transmissie van de cirkelharkunit is voor de hele
levensduur gesmeerd. Controleer toch één keer per
jaar of de tandwielen nog bedekt zijn.
2. Procedure:
1. Vulplug (1) openen. Bij geopende vulplug is de
vertanding van het tandwiel goed zichtbaar.
2. Vloeibaar vet door vulplug (1) bijvullen tot het tandwiel
bijna helemaal bedekt is.
3. Indien nodig teveel aan vloeibaar vet afzuigen.
4. Schroeven (1) vastdraaien
1
Hoeveelheid vet:
Indicatieve hoeveelheden na het volledig leegmaken van
de cirkelharkunit:
TOP 652 ~0,80 kg Mobilplex 44
In principe te werk gaan zoals beschreven onder het punt
‘Vloeibaar vet bijvullen’: Tot op ooghoogte vullen en over-
tollig vloeibaar vet afzuigen.
- 33 -
1901-NL Wartung_2858
OnDErhOUD NL
GEVAAR
Levensgevaar - Een andere persoon neemt de trekker
in gebruik en rijdt weg of bedient de stuurhendel van
het hydraulische systeem, terwijl u bezig bent met
het onderhoud.
• Voor onderhouds- en reparatiewerkzaamhe-
den de motor stopzetten en de contactsleu-
tel verwijderen.
GEVAAR
Levensgevaar - machine komt in beweging of kantelt.
• Voor onderhouds- en reparatiewerkzaam-
heden de machine op een vlakke, vaste
ondergrond plaatsen.
• Beveilig de machine met wielblokken tegen
wegrollen.
• •Werkzaamhedenonderdemachinealleen
uitvoeren, wanneer de machine vast en
zeker staat en goed wordt ondersteund.
GEVAAR
Levensgevaar door het betreden van de gevarenzone
rond om de cirkelhark
• Betreed de gevarenzone alleen als er geen
andere mogelijkheid is.
• Controleer of de motor van de trekker is
afgezet en de sleutel van de trekker is
verwijderd.
• Controleer of de kogelkraan van de enkele
hydraulische leiding gesloten is.
• Controleer of de cirkelharkarmen zich in
arbeidspositie bevinden en de cirkelharken
stilstaan.
• Controleer of de combinatie op de parkeer-
rem staat en tegen wegrollen is beveiligd.
Transmissie (1,2)
AANWIJZING
Beschadigingen doordat een transmissie droogloopt
• Zorg ervoor dat het oliepeil niet onder het
minimum zakt.
• Vul op tijd olie bij.
Hoeveelheid olie: 0,3 Liter SAE 90
Oliepeil controle: Het oliepeil is correct als de olie tot
aan de vulschroef (3) komt.
Olie verversen: voor het eerst na 50 h
daarna steeds na 500 ha.
12
3
Veertanden
De bevestigingsschroeven (S) van de veertanden na de
eerste 10 bedrijfsuren controleren en indien nodig aanhalen
(aanhaalmoment: 100 Nm).
De buitenste tanden zijn korter en sterker.
Als de machine is voorzien van een tandenverliesbeveili-
ging, zijn de beide buitenste tanden met elkaar verbonden.
Wanneer één van de beide buitenste tanden moet worden
vervangen, dient de schroef van de andere tand eveneens
te worden verwijderd
Z
S
Verwerking van niet-bruikbare machine-
onderdelen
Machines en machine-onderdelen die niet meer bruikbaar
zijn, dienen volgens de wettelijke voorschriften met betrek-
king tot afvalverwerking te worden afgevoerd.
- 34 -
1901-NL Wartung_2858
OnDErhOUD NL
Heffen van de machine
De positie (1) waarop de wagenhefinrichting mag worden
gebruikt, wordt aangegeven door stickers aan beide asui-
teinden, links en rechts.
1
1800 SCHMIERPL_2858 - 35 -
100h
20h
100h
20h
33 19
3 3
42 1 1
0,8 [kg]
(V)
Ö L
0,8 [kg]
(V)
Ö L
0,3 [l] sAE 90
(III)
Ö L
0,3 [l] sAE 90
(III)
Ö L
2x
2858.91.910.0
Smeerschema
Xh alle X bedrijfsuren
40 F alle 40 wagenladingen
80 F alle 80 wagenladingen
1 J 1 x jaarlijks
100 ha alle 100 hectaren
BB Indien nodig
FETT
VET
Olie
= Aantal smeernippels
= Aantal smeernippels
(III), (IV) Zie aanhangsel "Smeermiddelen"
[l] Liter
Variante
zie gebruiksaanwijzing van de fabrikant
 Rotaties per minuut
15 mm
10 mm
100-12-06
Peilstok altijd tot aan de aanslag inschroeven
- 37 -
1800_NL-TECHGEGEVENS_285800
NL
tEChnIsChE GEGEVEns
Technische gegevens
TOP 652 Type SK 2858
Cirkelharkaantal 2
Aantal tandenarmen per cirkelhark 10 / 12
Werkbreedte 6,4 m
Machinebreedte in arbeidspositie 5,4 - 6,4 m
Transportbreedte opgeklapt 2,9 m
Arbeidslengte 7,9 m
Transportlengte 7,9 m
Transporthoogte cirkelhark opgeklapt max. 4,0 m
Transporthoogte cirkelhark opgeklapt min. 3,4 m
Noodzakelijke aandrijfcapaciteit vanaf 36 kW (50 PS)
Gewicht met cardanas 1770 kg
Aftakastoerental max. omw/min 540
Banden aan de cirkelharken 16x6,5-8 6 Ply rating 1,2 bar
15x6-6 6 Ply rating 1,2 bar
Banden aan het chassis 0/80-12 6 Ply rating 2 - 2,5 bar
Toegestane max.snelheid 30 km/u (40 km/u enkel Duitsland)
Continu geluidsniveau 81 dB (A)
Alle gegevens niet bindend
Noodzakelijke aansluitingen
• 1enkelwerkendehydraulischesteekaansluiting
Bedrijfsdruk min.: 120 bar
Bedrijfsdruk max.: 180 bar
•7-poligeaansluitingvoordeverlichtingsinrichting(12volt)
Gebruik conform bestemming van de
zwadcirkelhark
Zwadcirkelhark “TOP 652” is uitsluiten bestemd voor
de gebruikelijke toepassingen voor landbouwkundige
doeleinden.
• Voor het zwaden van gehakseld groenvoer, ruw voer,
kuilvoer en stro.
Ieder ander gebruik geldt als niet conform bestemming.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor eventuele hieruit
voortvloeiende schade; dit risico is geheel en al voor
de gebruiker.
•Totgebruikconformbestemmingbehoortookhetnakomen
van de door de fabrikant voorgeschreven onderhouds-
en reparatievoorwaarden.
- 38 -
1800_NL-TECHGEGEVENS_285800
tEChnIsChE GEGEVEns
NL
Opties
Tandembanden
Typeplaatje
Het chassisnummer is te vinden op het typeplaatje, zie
afbeelding hiernaast. Bij garantieclaims, vragen over de
machine en bestellingen van reserveonderdelen dient het
chassisnummer altijd te worden vermeld.
Het verdient daarom aanbeveling om het chassisnummer
van het voertuig of de machine direct na aankoop op het
titelblad van de handleiding over te nemen.
Positie van het typeplaatje
Het typeplaatje bevindt zich in de rijrichting gezien rechts
in het voorste derde van het frame.
1
NL-Anhang Titelblatt _BA-Allgemein
NL
aanHangsel
NL-Anhang Titelblatt _BA-Allgemein
NL
U maakt de beslissing ‘Original’ of ‘namaak? De beslissing wordt vaak op grond van
de prijs genomen. Een ‘goedkope aanschaf’ kan echter zeer duur worden.
Let dus bij de aanschaf op het ‘Original’ teken met het
klaverblad!
• Kwaliteitennauwkeurigepassing
- Bedrijfszekerheid
• Betrouwbaarfunctioneren
• Lagerelevensduur
- Economisch werken
• Beschikbaarheidvan de onderdelen
Het werken gaat beter
met Originele Pöttinger
onderdelen
Het origineel laat zich niet vervalsen…
- 41 -
1200_NL-ANHANGA1_SICHERHEIT_SCHWADkREISEL
aanHangsel -a NL
Aanwijzingen voor veilig werken
Aanwijzingenvoordearbeidsveiligheid
In deze handleiding zijn alle plaatsen die
temakenhebbenmetveiligheidvoorzien
van dit teken.
1. Algemeen
a. Neem naast de aanwijzingen in deze handleiding
ook de algemeen geldende veiligheids- en
vakbondsvoorschriften in acht (alleen Duitsland).
b. De aangebrachte waarschuwings- en
aanwijzingsstickers bevatten belangrijke aanwijzingen
voor veilig gebruik; het naleven ervan dient uw veiligheid!
c. Bij gebruik van de openbare weg moeten de geldende
bepalingen in acht worden genomen!
d. Voordat met de werkzaamheden wordt begonnen,
moet de gebruiker bekend worden gemaakt met alle
inrichtingen, bedieningselementen en hun functies.
e. De gebruiker moet nauw-aansluitende kleding dragen.
Wijde kleding vermijden!
f. Tijdens de werkzaamheden en de transportrit mag niet
op de machine worden meegereden!
g. De machine moet volgens de voorschriften worden
aangekoppeld en mag alleen aan de voorgeschreven
inrichtingen worden bevestigd en beveiligd!
h. Bij het aan- en afbouwen moeten de steunvoorzieningen
in de juiste positie worden gebracht! (Standveiligheid!).
Bij het aan- en afkoppelen van de machine aan of van
de tractor moet voorzichtig te werk worden gegaan!
i. Ballastgewichten moeten altijd volgens de voorschriften
aan de daarvoor bestemde bevestigingspunten worden
aangebracht!
j. Toegelaten transportafmetingen in acht nemen!
k. Transportuitrusting - zoals bijv. verlichting,
waarschuwingsinrichtingen en evt.
veiligheidsvoorzieningen controleren en aanbouwen!
l. Bedieningsinrichtingen (kabels, kettingen,
frameconstructies enz.) behorend bij inrichtingen
bediend op afstand moeten zo gepositioneerd zijn
dat zij in alle transport- en arbeidsposities nooit een
onbedoelde beweging activeren!
m. Machine voor een rit over de weg in voorgeschreven
toestand brengen en volgens voorschrift van de
producent vergrendelen!
n. Tijdens het rijden mag de bestuurderszitplaats nooit
worden verlaten!
o. De snelheid tijdens het rijden moet altijd worden
aangepast aan de omstandigheden! Bij het rijden in
berg- en heuvelachtig gebied moet het nemen van
plotselinge bochten worden vermeden!
p. Het rijgedrag en het stuur- en remvermogen worden
beïnvloed door aangehangen of aangebouwde
werktuigen en ballastgewichten! Let daarom op
voldoende stuur- en remcapaciteiten!
q. Hou bij bochten rekening met de breedte en de
rotatiemassa van het werktuig!
r. Neem de machine alleen in gebruik als alle
veiligheidsvoorzieningen zijn aangebracht en zich in
veiligheidspositie bevinden!
s. Personen mogen zich niet in het werkbereik en in de
gevarenzone bevinden!
t. Personen mogen zich niet in het draai- en zwenkbereik
van de machine bevinden!
u. Aan extern bediende onderdelen (bijv. hydrauliek)
bevinden zich punten met beknellingsgevaar!
v. Voordat de tractor wordt verlaten, moet de machine
worden beveiligd!
w. Aanbouwwerktuigen helemaal laten zakken! Motor
afzetten en contactsleutel verwijderen!
x. Tussen de tractor en het werktuig mogen zich geen
personen bevinden, als het voertuig niet tegen wegrollen
is beveiligd door de parkeerrem en/of door wielblokken!
2. Aangebouwdewerktuigen
a. Voor het aan- en afbouwen van de machine aan de
driepuntsophanging
b. Bedieningsinrichting in de positie brengen, waarbij het
onbedoeld heffen of laten zakken is uitgesloten!
c. Bij driepuntsaanbouw moeten de aanbouwcategorieën
van tractor en werktuig absoluut overeenkomen of
worden afgestemd!
d. In het bereik van de driepuntskoppeling bestaat kans
op letsel door beknelling!
e. Bij gebruik van de externe bediening voor de
driepuntsaanbouw niet tussen tractor en machine
komen!
f. In de transportpositie van de machine altijd letten op
een voldoende zijdelingse vergrendeling van de tractor-
driepuntskoppeling!
g. Bij ritten over de weg met geheven machine moet de
bedieningshendel tegen zakken zijn beveiligd!
3. Aangehangen werktuigen
a. Werktuigen tegen wegrollen beveiligen!
b. Max. toegelaten belasting van de aanhangerkoppeling,
zwaaihaak of hitch in acht nemen!
c. Let bij aanhangen aan de dissel op of het ophangpunt
voldoende bewegingsvrijheid heeft!
4. Aftakas
a. Alleen aftakassen die door de producent zijn
voorgeschreven mogen worden gebruikt!
b. Beschermbuis en beschermtrechter van de cardanas
en de aftakasbescherming moeten zijn aangebracht
en moeten zich in goede conditie bevinden!
c. Bij cardanassen moet worden gelet op de voorgeschreven
buisafdekkingen in transport- en arbeidspositie!
d. Aan- en afbouw van de cardanas mag alleen als de
aftakas is uitgeschakeld, de motor is afgezet en de
contactsleutel is verwijderd!
e. Bij gebruik van de cardanassen met overbelasting
of vrijloopkoppelingen die niet door de
veiligheidsvoorziening aan de tractor worden afgedekt,
moeten overbelasting of vrijloopkoppelingen aan de
kant van het werktuig worden aangebracht!
f. Let altijd op de juiste montage en beveiliging van de
cardanas!
- 42 -
1200_NL-ANHANGA1_SICHERHEIT_SCHWADkREISEL
aanHangsel -a NL
g. Cardanasbescherming tegen meelopen beveiligen door
inhangen van de ketting!
h. Voor het inschakelen van de aftakas controleren of het
gekozen toerental en de draairichting van de aftakas
van de tractor overeenkomt met het toegelaten toerental
en de draairichting van het werktuig!
i. Voor het inschakelen van de aftakas controleren of
zich geen personen binnen de gevarenzone van het
werktuig bevinden!
j. Aftakas nooit inschakelen als de motor is afgezet!
k. Bij werkzaamheden met de aftakas mogen zich geen
personen binnen het bereik van de draaiende aftak- of
cardanas ophouden!
l. Aftakas altijd uitschakelen als te grote buigingen
voorkomen of als deze niet nodig is!
m. Let op! Na het uitschakelen van de aftakas bestaat
gevaar door nalopende rotatiemassa! Op dat moment
mag het werktuig niet te dicht worden genaderd! Pas
wanneer het helemaal stilstaat, mogen werkzaamheden
aan het werktuig worden verricht!
n. Reinigen, smeren of instellen van het aftakasaangedreven
werktuig of van de cardanas alleen als de aftakas is
uitgeschakeld, de motor is afgezet en de contactsleutel
is verwijderd!
o. Afgekoppelde cardanas in de daarvoor bedoelde houder
plaatsen, of met ketting ophangen!
p. Na afbouw van de cardanas beschermhuls op het
aftakasuiteinde plaatsen!
q. Beschadigingen herstellen voordat met de machine
werkzaamheden worden verricht!
5. Hydraulischeinstallatie
a. De hydraulische installatie staat onder hoge druk! Bij het
aansluiten van de hydraulische cilinders en hydraulische
motoren moet worden gelet op de voorgeschreven
aansluiting van de hydraulische slangen!
b. Bij het aansluiten van de hydraulische slangen aan de
hydrauliek van de tractor moet erop worden gelet dat
de hydrauliek aan zowel de kant van de tractor als ook
aan de kant van het werktuig drukloos is!
c. Bij hydraulische functieverbindingen tussen tractor en
werktuig moeten koppelmoffen en -stekkers worden
gekenmerkt, zodat fouten in de bediening worden
uitgesloten! Bij het verwisselen van de aansluitingen
omgekeerde functie (bijv. heffen / zakken) - ongevalrisico!
d. Hydraulische leidingen regelmatig controleren en bij
beschadiging en slijtage vervangen! De vervangende
leidingen moeten overeenkomen met de technische
eisen van de producent!
e. Bij het zoeken naar lekkage moeten daarvoor
geschikte hulpmiddelen worden gebruikt, vanwege
verwondingsgevaar!
f. Vloeistoffen die onder hoge druk uittreden (hydraulische
olie) kunnen de huid binnendringen en zware
verwondingen veroorzaken! Bij verwondingen dient
direct een arts te worden geraadpleegd! Infectiegevaar!
g. Voordat werkzaamheden aan de hydraulische installatie
van de machine kunnen worden verricht, moet de
machine worden neergelaten, de installatie moet
drukloos worden gemaakt en de motor moet worden
afgezet!
6. Banden
a. Bij werkzaamheden aan de banden moet erop worden
gelet dat het werktuig veilig is neergezet en tegen
wegrollen is beveiligd (wielblokken)!
b. Het monteren van banden en wielen vereist voldoende
kennis en passend montagegereedschap!
c. Reparatiewerkzaamheden aan banden en wielen mogen
alleen worden uitgevoerd door deskundig personeel,
met behulp van geschikt gereedschap!
d. Bandenspanning regelmatig controleren! Let op de
voorgeschreven spanning!
7. Onderhoud
a. Onderhouds-, reparatie- en reinigingswerkzaamheden,
en het oplossen van functiestoringen mogen altijd alleen
worden uitgevoerd als de aandrijving en de motor zijn
uitgeschakeld - contactsleutel verwijderen!
b. Wacht tot de machine helemaal tot stilstand is gekomen!
Reparaties aan voorgespannen onderdelen (veren,
drukreservoirs, enz.) vereisen voldoende kennis en
passend gereedschap. Deze mogen alleen worden
uitgevoerd in dealerwerkplaatsen!
c. Moeren en schroeven regelmatig controleren of deze
vastzitten en evt. aanhalen!
d. Bij onderhoudswerkzaamheden aan een geheven
machine veiligheid in acht nemen door gebruik van
passende steunelementen!
e. Bij het verwisselen van werktuigen moeten passend
gereedschap en handschoenen worden gebruikt!
f. Oliën, vetten en filters volgens de voorschriften verwerken!
Voordat wordt begonnen met werkzaamheden aan de
elektrische installatie moet de stroomtoevoer worden
afgesloten!
g. Veiligheidsvoorzieningen die onderhevig zijn aan slijtage
moeten regelmatig worden gecontroleerd en op tijd
worden vervangen!
h. Reserveonderdelen moeten ten minste voldoen aan
de technische eisen zoals die door de producent zijn
vastgelegd! Dit is bijv. het geval bij originele onderdelen!
Bij het uitvoeren van elektrische laswerkzaamheden aan
de tractor en aan aangebouwde werktuigen moeten de
kabels aan de generator en de accu worden losgemaakt!
- 43 -
1700_ NL-Cardanas_BA-ALG
NL
Cardanas
Aanhangsel - B
Blokkeerketting
- Beschermbuis van de cardanas borgen tegen meedraaien.
Op een voldoende zwenkbereik van de cardanas letten!
- De borgingsketting zodanig doorsnijden dat deze zich
niet rond de cardanas kan wikkelen.
Tijdens het werk
Bij het gebruik van de machine mag het toegestane
aftakastoerental niet worden overschreden.
- Na het uitschakelen van de aftakas kan het gemonteerde
apparaat nalopen. Pas wanneer het volledig stilstaat,
mag eraan worden gewerkt.
- Bij het uitschakelen van de machine moet de cardanas
volgens de voorschriften worden verwijderd of met
kettingen worden geborgd. De borgingsketting (H) niet
voor het ophangen van de cardanas gebruiken
Groothoekkoppeling:
Maximale verdraaiing tijdens het werk en niet
ingeschakeld 70°.
Normale koppeling:
Maximale hoek bij stilstand 90°.
Maximale hoek bij werking 35°.
GEVAAR
Levensgevaar - door versleten afdekkingen
• Versleten afdekkingen meteen vernieuwen
Cardanas aanpassen
AANWIJZING
Beschadigingen - door minderwaardige
reserveonderdelen
• Gebruik alleen de opgegeven of meegele-
verde cardanas, anders hebt u geen recht
op garantie bij eventuele schade.
De juiste lengte wordt bepaald door de cardanas-helften
naast elkaar te houden.
Passend maken
- Voor de lengteaanpassing de cardanas-helften in de
kortste bedrijfspositie (L2) naast elkaar houden en
aftekenen.
Let op!
•Lengte(L1)nietoverschrijden
- Een zo groot mogelijke buisoverlapping (min. 1/2 X)
nastreven
• Beschermingsbuisbinnenenbuitengelijkmatiginkorten
• Overbelastingsbescherming (2) aan apparaatzijde
plaatsen!
• Voor elk gebruik van de cardanas controleren, of de
gaffels goed vergrendeld zijn.
- 44 -
1700_ NL-Cardanas_BA-ALG
NL
Cardanas
Aanhangsel - B
- Bij het in bedrijf stellen en na alle 8 werkuren de aftakas
doorsmeren met een kwaliteitsvet.
-Gedurende langere rustperiodes cardanas schoonmaken
en doorsmeren
Tijdens winterwerkzaamheden de beschermbuizen
invetten om te voorkomen dat deze vastvriezen.
8
Informatie in geval van het gebruik van
een nokkenschakelkoppeling
De nokkenschakelkoppeling is een beveiliging, die het
draaimoment bij overbelasting tot “nul” reduceert. De
uitgeschakelde koppeling kan weer ingeschakeld worden
als de aftakasaandrijving wordt uitgeschakeld.
Het inschakeltoerental van deze koppeling ligt onder de
200 omw./min.
TIP
Opnieuw inschakelen ook bij afnemend aftakas-toerental
mogelijk.
TIP
De nokkenschakelkoppeling van de aftakas is geen
“beladingsgraadmeter”. Het is een echte beveiliging, die
Uw machine beschermen moet tegen beschadigingen.
Door verstandig rijden vermijdt u het overmatig belasten
van de koppeling en beschermt u deze en de machine
tegen onnodige slijtage.
Smeerinterval: 500 uur (speciaal vet)
Belangrijk voor cardanassen met een
platenslipkoppeling
Bij overbelasting en kortdurende koppelpieken wordt
het koppel begrensd en tijdens de slipduur gelijkmatig
overgebracht.
Tijdens het eerste gebruik en na langere tijd buiten gebruik
te zijn, de platenslipkoppeling op goede werking controleren.
a)Maat „L“ aan drukveer bij K90, K90/4 en K94/1 resp.
aan stelschroef bij K92E en K92/4E vaststellen.
b)Schroeven losdraaien, waardoor de frictieplaten
ontlast worden.
Koppeling doordraaien.
c)Schroeven op maat „L“ instellen.
Koppeling is weer gebruiksklaar.
L
L
K92E,K92/4E
K90,K90/4,K94/1
- 45 -
1400_NL-BETRIEBSSTOFFE
NL
prestaties en levensduur van de machines zijn afhankelijk van een zorgvuldig onderhoud en het gebruik van goede smeermiddelen. Dit schema vergemakkelijkt de goede keuze van de juiste smeer-middelen.
Olie in aandrijvingen volgens de ge-bruiksaanwijzing verwisselen - echter tenminste 1 x jaarlijks.
- Aftapplug er uit nemen, de olie aftappen en milieuvriendelijk verwerken.
Voor het buiten gebruik stellen (win-terperiode) de olie-wissel uitvoeren en alle vetnippel smeerpunten doorsmeren. Blanke metaaldelen (koppelingen enz.) met een product uit groep "Iv" van de navolgende tabel
tegen corrosie beschermen.
Corrosiebescherming: FLUID 466
Smeermiddelen
Uitgave 2013
Smeermiddelen
code I
(II)
ÖL
III
(IV)
FETT
V VI VII
caratteristica richiesta di
qualità HYDRAULIKöL HLP
DIN 51524 Teil 2
Siehe Anmerkungen
*
**
***
Motorenöl SAE 30 gemäß API
CD/SF Getriebeöl SAE 90 bzw. SAE 85 W-140 gemäß
API-GL 4 oder API-GL 5 Li-Fett (DIN 51 502,
KP 2K) Getriebefließfett (DIN 51
502:GOH Komplexfett (DIN 51 502:
KP 1R) smeerolie SAE 90 of 85 W-140 volgens
API-GL 5
- 46 -
1400_NL-BETRIEBSSTOFFE
Firma Company
Société Societá
I
(II)
ÖL
III
(IV)
FETT
V VI VIII OPMERKINGEN
AGIP OSO 32/46/68
ARNICA 22/46
MOTOROIL HD 30
SIGMA MULTI 15W-40
SUPER TRACTOROIL UNIVERS. 15W-30
ROTRA HY 80W-90/85W-140
ROTRA MP 80W-90/85W-140 GR MU 2 GR SLL
GR LFO
- ROTRA MP 80W-90
ROTRA MP 85W-140
* B i j
gecombineerde
werkzaamheden
met tractoren met
natte platenrem is
de internationale
specificatie J 20
A noodzakelijk
** Hydraulische
oliën H LP-(D) +
HV
*** Hydraulische
oliën op basis
van plantaardige
olie HLP + HV
Biologisch
afbreekbaar,
daarom bijzonder
milieuvriendelijk
ARAL VITAM GF 32/46/68
VITAM HF 32/46
SUPER KOWAL 30 MULTI TURBORAL
SUPER TRAKTORAL 15W-30 GETRIEBEÖL EP 90 GETRIEBEÖL
HYP 85W-90 ARALUB HL 2 ARALUB FDP 00 ARALUB FK 2 GETRIEBEÖL HYP 90
AVIA AVILUB RL 32/46
AVILUB VG 32/46
MOTOROIL HD 30
MULTIGRADE HDC 15W-40 TRACTAVIA HF
SUPER 10 W-30
GETRIEBEÖL MZ 90 M MULTIHYP
85W-140 AVIA MEHRZWECKFETT
AVIA ABSCHMIERFETT
AVIA
GETRIEBEFLIESSFETT AVIALUB
SPEZIALFETT LD GETRIEBEÖL HYP 90
EP MULTIHYP 85W-
140 EP
BAYWA HYDRAULIKÖL HLP 32/46/68
SUPER 2000 CD-MC *
HYDRA HYDR. FLUID *
HYDRAULIKÖL MC 530 **
PLANTOHYD 40N ***
SUPER 2000 CD-MC
SUPER 2000 CD
HD SUPERIOR 20 W-30
HD SUPERIOR SAE 30
SUPER 8090 MC
HYPOID 80W-90
HYPOID 85W-140
MULTI FETT 2
SPEZIALFETT FLM
PLANTOGEL 2 N
GETRIEBEFLIESSFETT
NLGI 0
RENOLIT DURAPLEX
EP 00 PLANTOGEL 00N
RENOPLEX EP 1 HYPOID 85W-140
BP ENERGOL SHF 32/46/68 VISCO 2000
ENERGOL HD 30
VANELLUS M 30
GEAR OIL 90 EP
HYPOGEAR 90 EP
ENERGREASE LS-EP 2 FLIESSFETT NO
ENERGREASE HTO
OLEX PR 9142 HYPOGEAR 90 EP
HYPOGEAR 85W-140
EP
CASTROL HYSPIN AWS 32/46/68 HYSPIN
AWH 32/46 RX SUPER DIESEL 15W-40 POWERTRANS EPX 80W-90
HYPOY C 80W-140
CASTROLGREASE LM IMPERVIA MMO CASTROLGREASE
LMX EPX 80W-90
HYPOY C 80W-140
ELAN HLP 32/46/68
HLP-M M32/M46
MOTORÖL 100 MS SAE 30 MOTORÖL 104
CM 15W-40 AUSTROTRAC 15W-30 GETRIEBEÖL MP 85W-
90 GETRIEBEÖL B 85W-90
GETRIEBEÖL C 85W-90
LORENA 46
LITORA 27
RHENOX 34 - GETRIEBEÖL B 85W-
90 GETRIEBEÖL C
85W-140
ELF OLNA 32/46/68
HYDRELF 46/68
PERFORMANCE 2 B SAE 30 8000 TOURS
20W-30 TRACTORELF ST 15W-30 TRANSELF TYP B 90 85W-140
TRANSELF EP 90 85W-140 EPEXA 2
ROLEXA 2
MULTI 2
GA O EP
POLY G O
MULTIMOTIVE 1 TRANSELF TYP B 90
85W-140 TRANSELF
TYP BLS 80 W-90
ESSO NUTO H 32/46/68
NUTO HP 32/46/68
PLUS MOTORÖL 20W-30 UNIFARM 15W-30 GEAROIL GP 80W-90 GEAROIL
GP 85W-140 MULTI PURPOSE
GREASE H FIBRAX EP 370 NEBULA EP 1
GP GREASE
GEAR OIL GX 80W-90
GEAR OIL GX 85W-140
EVVA ENAK HLP 32/46/68
ENAK MULTI 46/68
SUPER EVVAROL HD/B SAE 30 UNIVERSAL
TRACTOROIL SUPER HYPOID GA 90
HYPOID GB 90
HOCHDRUCKFETT LT/
SC 280 GETRIEBEFETT MO 370 EVVA CA 300 HYPOID GB 90
FINA HYDRAN 32/46/68 DELTA PLUS SAE 30
SUPER UNIVERSAL OIL
PONTONIC N 85W-90 PONTONIC
MP 85W-90 85W-140
SUPER UNIVERSAL OIL
MARSON EP L 2 NATRAN 00 MARSON AX 2 PONTONIC MP 85W-
140
FUCHS •TITANHYD1030
•AGRIFARMSTOUMC10W-30
•AGRIFARMUTTOMP
•PLANTOHYD40N***
•AGRIFARMSTOUMC10W-30
•TITANUNIVERSALHD
•AGRIFARMGEAR80W90
•AGRIAFRMGEAR85W-140
•AGRIFARMGEARLS90
•AGRIFARMHITEC2
•AGRIFARMPROTEC2
•RENOLITMP
•RENOLITFLM2
•PLANTOGEL2-N
•AGRIFARMFLOWTEC
000
•RENOLITSO-GFO35
• RENOLIT DURAPLEX
EP 00
•PLANTOGEL00N
• RENOLIT
DURAPLEX EP 1 • AGRIFARM GEAR
8090
• AGRIFARM GEAR
85W-140
• AGRIFARM GEAR
LS90
GENOL HYDRAULIKÖL HLP/32/46/68
HYDRAMOT 1030 MC *
HYDRAULIKÖL 520 **
PLANTOHYD 40N ***
MULTI 2030
2000 TC
HYDRAMOT 15W-30 HYDRAMOT 1030 MC
GETRIEBEÖL MP 90
HYPOID EW 90
HYPOID 85W-140
MEHRZWECKFETT
SPEZIALFETT GLM
PLANTOGEL 2 N
GETRIEBEFLIESSFETT
PLANTOGEL 00N
RENOPLEX EP 1 HYPOID EW 90
HYPOID 85W-140
MOBIL DTE 22/24/25
DTE 13/15
HD 20W-20
DELVAC 1230
SUPER UNIVERSAL 15W-30
MOBILUBE GX 90
MOBILUBE HD 90
MOBILUBE HD 85W-140
MOBILGREASE MP MOBILUX EP 004 MOBILPLEX 47 MOBILUBE HD 90
MOBILUBE HD 85W-
140
RHG RENOLIN B 10/15/20 RENOLIN
B 32 HVI/46HVI EXTRA HD 30
SUPER HD 20 W-30
MEHRZWECKGETRIEBEÖlSAE90
HYPOID EW 90
MEHRZWECKFETT
RENOLIT MP
DURAPLEX EP
RENOSOD GFO 35 RENOPLEX EP 1 HYPOID EW 90
- 47 -
1400_NL-BETRIEBSSTOFFE
Firma Company
Société Societá
I
(II)
ÖL
III
(IV)
FETT
V VI VIII OPMERKINGEN
SHELL TELLUS S32/S 46/S68 TELLUS
T 32/T46 AGROMA 15W-30
ROTELLA X 30
RIMULA X 15W-40
SPIRAX 90 EP
SPIRAX HD 90
SPIRAX HD 85/140
RETINAX A
ALVANIA EP 2
SPEZ. GETRIEBEFETT
H SIMMNIA GREASE O AEROSHELL
GREASE 22
DOLIUM GREASE
R
SPIRAX HD 90
SPIRAX HD 85W-140
* Bij gecombineerde
werkzaamheden
met tractoren met
natte platenrem is
de internationale
specificatie J 20
A noodzakelijk
** Hydraulische oliën
H LP-(D) + HV
*** Hydraulische
oliën op basis
van plantaardige
olie HLP + HV
Biologisch
afbreekbaar,
daarom bijzonder
milieuvriendelijk
TOTAL AZOLLA ZS 32, 46, 68 EQUIVIS
ZS 32, 46, 68 RUBIA H 30
MULTAGRI TM 15W-20
TOTAL EP 85W-90
TOTAL EP B 85W-90
MULTIS EP 2 MULTIS EP 200 MULTIS HT 1 TOTAL EP B 85W-90
VALVOLINE ULTRAMAX HLP 32/46/68
SUPER TRAC FE 10W-30*
ULTRAMAX HVLP 32 **
ULTRAPLANT 40 ***
SUPER HPO 30
STOU 15W-30
SUPER TRAC FE 10W-30
ALL FLEET PLUS 15W-40
HP GEAR OIL 90
oder 85W-140
TRANS GEAR OIL 80W-90
MULTILUBE EP 2
VAL-PLEX EP 2
PLANTOGEL 2 N
RENOLIT LZR 000
DEGRALUB ZSA 000
DURAPLEX EP 1 HP GEAR OIL 90
oder 85W-140
VEEDOL ANDARIN 32/46/68 HD PLUS SAE 30 MULTIGRADE SAE 80/90
MULTIGEAR B 90
MULTIGEAR C SAE 85W-140
MULTIPURPOSE - - MULTIGEAR B 90
MULTI C SAE 85W-140
WINTERSHALL WIOLAN HS (HG) 32/46/68
WIOLAN HVG 46 **
WIOLAN HR 32/46 ***
HYDROLFLUID *
MULTI-REKORD 15W-40
PRIMANOL
REKORD 30
HYPOID-GETRIEBEÖL
80W-90, 85W-140
MEHRZWECKGETRIEBEÖL
80W-90
WIOLUB LFP 2 WIOLUB GFW WIOLUB AFK 2 HYPOID-GETRIEBEÖL
80W-90, 85W-140
MOTOREX COREX HLP 32 46 68**
COREX HLPD 32 46 68**
COREX HV 32 46 68**
OEKOSYNT 32 46 68***
EXTRA SAE 30
FARMER TRAC 10W/30
GEAR OIL UNIVERSAL
80W/90
GEAR OIL UNIVERSAL
85W/140
FETT 176 GP
FETT 190 EP
FETT 3000
FETT 174 FETT 189 EP
FETT 190 EP
FETT 3000
GEAR OIL UNIVERSAL
80W/90
GEAR OIL UNIVERSAL
85W/140
1700-NL ZUSINfO / BA-EL ALLG.
NL
- Z.48 -
Belangrijke aanvullende informatie voor uw veiligHeid
- 48 . Sectie 1 -
Combinatievantrekkerenaanbouwmachine
GEVAAR
Levensgevaar of materiële schade - door overbelasting van de trekker of een verkeerd ballastgewicht van de trekker.
• Zorg ervoor dat door de aanbouw van de machine (aan de driepuntskoppeling vooraan en achteraan) het maximaal toe-
laatbare totaalgewicht van de trekker, de asbelasting of het draagvermogen van de banden niet overschreden worden. De
vooras van de trekker moet altijd met tenminste 20% van het ledige gewicht van de trekker belast blijven.
• Overtuig u er voor het aankopen van een machine van dat deze voorwaarden aanwezig zijn, door de volgende bereke-
ning uit te voeren of de combinatie van trekker en werktuig(en) te wegen.
Bepalingvanhettotaalgewicht,deasbelastingenhetdraagvermogenvandebandenenhetvereiste
minimaleballastgewicht.
Zie gebruikershandleiding trekker
Zie prijslijst en/of gebruikershandleiding van de machines
Nameten
Achteraanbouwmachineoffront-achtercombinatie
1. BEREKENINGVANHETMINIMALEFRONTBALLASTGEWICHTGVmin
Voer het berekende minimale frontballastgewicht, dat voor op de trekker aanwezig moet zijn, in de tabel in.
Frontaanbouwmachine
2. BEREKENINGVANHETMINIMALEACHTERBALLASTGEWICHTGH min
Voer het berekende minimale ballastgewicht, dat achter op de trekker aanwezig moet zijn, in de tabel in.
Voordeberekeninghebtudevol- gende gegevens nodig:
TL [kg]
TV [kg]
TH [kg]
GH [kg]
GV [kg]
leeggewicht van de trekker
belasting van de vooras bij een lege trekker
belasting van de achteras bij een lege trekker
totaalgewicht driepuntsmachine/
driepuntsballastgewicht
totaalgewicht frontaanbouwmachine/ frontballast
afstand tussen zwaartepunt frontaanbouw
machine/frontballast en het hart van de
vooras
wielbasis van de trekker
afstand hart achteras tot hart hefkogel
afstand hart hefkogel tot zwaartepunt
driepuntsmachine / driepuntsballast
a [m]
b [m]
c [m]
d [m]
2
3
1
1
1
1
1
2
2
2
3
3
1
3
2
1700-NL ZUSINfO / BA-EL ALLG.
NL
- Z.49 -
Belangrijke aanvullende informatie voor uw veiligHeid
- 49 . Sectie 1 -
Minimaal
ballastgewicht
front/driepuntshef
Totaalgewicht
Voor-asbelasting
Achterasbelasting
Daadwerkelijke waarde
vlg. berekening
Toegestane waarde vlg.
gebruikershandleiding
Dubbele toegestane
bandenbelasting
(twee banden)
Deminimaleballastmoetalsaanbouwmachineofballastgewichtaandetrekkerwordenbevestigd!
Deberekendewaardenmoetenkleinerdan/gelijkzijnaan(≤)detoelaatbarewaarden!
3. BEREKENINGVANDEDAADWERKELIJKEVOORASBELASTINGTVtat
(Indien het vereiste minimale frontballastgewicht (GV min) niet bereikt wordt met de frontaanbouwmachine (GV), dient het gewicht van de
frontaanbouwmachine te worden verhoogd tot het het minimale frontballastgewicht!)
Voer de berekende daadwerkelijke waarde en de in de gebruikershandleiding van de trekker aangegeven toegestane voor-asbelasting in de tabel in.
4. BEREKENINGVANHETDAADWERKELIJKETOTAALGEWICHTGtat
(Indien het vereiste minimale achterballastgewicht (GH min) niet bereikt wordt met de achteraanbouwmachine (GH), dient het gewicht van de
achteraanbouwmachine te worden verhoogd tot het het minimale achterballastgewicht!)
Voer de berekende daadwerkelijke waarde en de in de gebruikershandleiding van de trekker aangegeven toegestane totaal-belasting in de tabel in.
5. BEREKENINGVANDEDAADWERKELIJKEACHTERASBELASTINGTH tat
Voer de berekende daadwerkelijke waarde en de in de gebruikershandleiding van de trekker aangegeven toegestane achteras belasting in de
tabel in.
6. DRAAGVERMOGENVANDEBANDEN
Voer de dubbele waarde (twee banden) van het toelaatbare draagvermogen van de banden (zie bv. de documentatie van de bandenfabrikant)
in de tabel in.
Tabel
Firmanaam en adres van de producent:
PÖTTINGER Landtechnik GmbH
Industriegelände 1
AT - 4710 Grieskirchen
Machine (vervangbare uitrusting):
Zwadhark
Type
Serienummer
De producent verklaart uitdrukkelijk dat de machine overeenkomt met alle desbetreffende
bepalingen van de volgende EG-richtlijn:
Machines 2006/42/EG
Bovendien wordt de overeenstemming met de volgende andere EG-richtlijnen en/of
desbetreffende bepalingen verklaard
Vindplaats van de toegepaste geharmoniseerde normen:
EN ISO 12100 EN ISO 4254-1 EN ISO 4254-10
Vindplaats van de toegepaste overige technische normen en/of specificaties:
Documentatiegemachtigde:
Josef Mairhuber
Industriegelände 1
A-4710 Grieskirchen
EG-conformiteitsverklaring
Originele conformiteitsverklaring
Markus Baldinger,
Bedrijfsleiding F&E
Grieskirchen, 01.08.2016
Jörg Lechner,
Bedrijfsleiding Productie
EUROTOP 652
2858
A empresa PÖTTINGER Landtechnik GmbH
esforçase continuamente por melhorar os
seus produtos, adaptando-os à evolução
técnica.
Por este motivo, reservamonos o direito de modificar
as figuras e as descrições constantes no presente
manual, sem incorrer na obrigação de modificar
máquinas já fornecidas.
As características técnicas, as dimensões e os pesos
não são vinculativos.
A reprodução ou a tradução do presente manual de
instruções, seja ela total ou parcial, requer a autorização
por escrito da
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen
Todos os direitos estão protegidos pela lei da prop-
riedade intelectual.
Im Zuge der technischen Weiterentwicklung
arbeitet die PÖTTINGER Landtechnik
GmbH ständig an der Verbesserung ihrer
Produkte.
Änderungen gegenüber den Abbildungen und
Beschreibungen dieser Betriebsanleitung müssen wir
uns darum vorbehalten, ein Anspruch auf Änderungen
an bereits ausgelieferten Maschinen kann daraus nicht
abgeleitet werden.
Technische Angaben, Maße und Gewichte sind
unverbindlich. Irrtümer vorbehalten.
Nachdruck oder Übersetzung, auch auszugsweise,
nur mit schriftlicher Genehmigung der
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Alle Rechte nach dem Gesetz des Urheberrecht
vorbehalten.
La société PÖTTINGER Landtechnik GmbH
améliore constamment ses produits grâce
au progrès technique.
C'est pourquoi nous nous réser-vons le droit de
modifier descriptions et illustrations de cette notice
d'utilisation, sans qu'on en puisse faire découler un
droit à modifications sur des machines déjà livrées.
Caractéristiques techniques, dimensions et poids sont
sans engagement. Des erreurs sont possibles.
Copie ou traduction, même d'extraits, seulement avec
la permission écrite de
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Tous droits réservés selon la réglementation des
droits d'auteurs.
Following the policy of the PÖTTINGER
Landtechnik GmbH to improve their products
as technical developments continue,
PÖTTINGER reserve the right to make alterations which
must not necessarily correspond to text and illustrations
contai-ned in this publication, and without incurring
obligation to alter any machines previously delivered.
Technical data, dimensions and weights are given as
an indication only. Responsibility for errors or omissions
not accepted.
Reproduction or translation of this publication, in whole
or part, is not permitted without the written consent of the
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
All rights under the provision of the copyright Act are
reserved.
PÖTTINGER Landtechnik GmbH werkt
permanent aan de verbetering van hun
producten in het kader van hun technische
ontwikkelingen. Daarom moeten wij ons
veranderingen van de afbeeldingen en beschrijvingen
van deze gebruiksaanwijzing voorbehouden, zonder
dat daaruit een aanspraak op veranderingen van reeds
geieverde machines kan worden afgeleid.
Technische gegevens, maten en gewichten zijn niet
bindend. Vergissingen voorbehouden.
Nadruk of vertaling, ook gedeeltelijk, slechts met
schriftelijke toestemming van
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Alle rechten naar de wet over het auteursrecht voor-
behouden.
La empresa PÖTTINGER Landtechnik
GmbH se esfuerza contínuamente en
la mejora constante de sus productos,
adaptándolos a la evolución técnica. Por ello
nos vemos obligados a reservarnos todos los derechos
de cualquier modificación de los productos con relación
a las ilustraciones y a los textos del presente manual,
sin que por ello pueda ser deducido derecho alguno a
la modificación de máquinas ya suministradas.
Los datos técnicos, las medidas y los pesos se
entienden sin compromiso alguno.
La reproducción o la traducción del presente manual
de instrucciones, aunque sea tan solo parcial, requiere
de la autorización por escrito de
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Todos los derechos están protegidos por la ley de la
propiedad industrial.
La PÖTTINGER Landtechnik GmbH è
costantemente al lavoro per migliorare i suoi
prodotti mantenendoli aggiornati rispetto allo
sviluppo della tecnica.
Per questo motivo siamo costretti a riservarci la facoltà
di apportare eventuali modifiche alle illustrazioni e alle
descrizioni di queste istruzioni per l’uso. Allo stesso
tempo ciò non comporta il diritto di fare apportare
modifiche a macchine già fornite.
I dati tecnici, le misure e i pesi non sono impegnativi. Non
rispondiamo di eventuali errori. Ristampa o traduzione,
anche solo parziale, solo dietro consenso scritto della
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Ci riserviamo tutti i diritti previsti dalla legge sul diritto
d’autore.
EN
IT
PT
NL
DE ES
FR
PÖTTINGER Deutschland GmbH
Servicecenter Landsberg
Spöttinger-Straße 24
Postfach 1561
D-86 899 LANDSBERG / LECH
Telefon:
Ersatzteildienst: +49 8191 9299 - 166 od. 169
Kundendienst: +49 8191 9299 - 130 od. 231
Telefax: +49 8191 59656
e-Mail: landsberg@poettinger.at
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
Industriegelände 1
A-4710 Grieskirchen
Telefon: +43 7248 600-0
Telefax: +43 7248 600-2513
e-Mail: info@poettinger.at
Internet: http://www.poettinger.at
PÖTTINGER Deutschland GmbH
Verkaufs- und Servicecenter Recke
Steinbecker Strasse 15
D-49509 Recke
Telefon: +49 5453 9114-0
Telefax: +49 5453 9114-14
e-Mail: recke@poettinger.at
Pöttinger France S.A.R.L.
129 b, la Chapelle
F-68650 Le Bonhomme
Tél.: +33 (0) 3 89 47 28 30
e-Mail: france@poettinger.at
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52

Pottinger TOP 652 Handleiding

Type
Handleiding