114
NEDERLANDS
NL
Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
Het remlampje brandt als de parkeerrem
(1:B6) actief is.
Zie 3.4.2.6.
3.5.4 Acculampje (1:I4)
Laat de motor nooit lopen als het acculampje
brandt. In dat geval zou de accu volledig wor-
den ontladen.
Het lampje voor het opladen van de accu
werkt alleen als de ontsteking in de be-
drijfsstand staat.
Het acculampje waarschuwt als de dynamo de
accu niet meer oplaadt. Dit lampje moet branden
als de motor niet loopt, omdat de dynamo de accu
dan niet bijlaadt.
Dit lampje zou uit moeten blijven als de motor
loopt. Als dit lampje tijdens het werken brandt,
wordt de accu niet bijgeladen en kan de motor niet
worden gestart. Breng de machine voor reparatie
naar een erkende dealer.
3.5.5 Lampje voor temperatuur van hy-
draulische olie (1:I5)
De motor mag niet worden gebruikt als
dit temperatuurlampje brandt. Risico
op ernstige schade aan de motor.
Het lampje voor de temperatuur van de
hydraulische olie werkt alleen als de ont-
steking in de bedrijfsstand staat.
Het lampje waarschuwt als de temperatuur van de
hydraulische olie zo hoog wordt dat schade aan de
motor kan optreden.
Dit lampje zou uit moeten blijven als de motor
loopt. Ga als volgt te werk als dit lampje tijdens het
werken brandt:
• Zet de gashendel in de stand stationair. Zet de
motor niet uit.
• Verwijder bladeren, gras of andere voorwerpen
van de buitenkant van de oliekoeler. Zie 5.12.
• Laat de motor stationair lopen tot de tempera-
tuur is gedaald en het lampje uit is. Daarna kan
de machine weer normaal worden gebruikt.
• Als de temperatuur na 5 minuten nog steeds te
hoog is, zet de motor dan uit en breng de machi-
ne naar een erkende dealer voor reparatie.
3.5.6 Motortemperatuurlampje (1:I6)
Als de temperatuur van de motor te hoog wordt,
gaat het temperatuurlampje branden en hoort u een
waarschuwingstoon.
Als dit lampje brandt of de waarschu-
wingstoon klinkt, mag de motor niet
zwaar worden belast en alleen statio-
nair lopen. Risico op ernstige schade
aan de motor.
Het lampje en de waarschuwingstoon
voor een te hoge motortemperatuur wer-
ken alleen als de ontsteking in de bedrijfs-
stand staat.
Het lampje en de waarschuwingstoon waarschu-
wen als de motortemperatuur zo hoog wordt dat
schade aan de motor kan optreden.
Als de motor loopt, moet dit lampje uit blijven en
de waarschuwingstoon achterwege blijven. Ga als
volgt te werk als dit lampje tijdens het werken
brandt of als de waarschuwingstoon klinkt:
• Zet de gashendel in de stand stationair. Zet de
motor niet uit.
• Verwijder bladeren, gras of andere voorwerpen
van de buitenkant van de radiator. Zie 5.12.
• Laat de motor stationair lopen tot de tempera-
tuur is gedaald, het lampje uit gaat en de waar-
schuwingstoon stopt. Daarna kan de machine
weer normaal worden gebruikt.
• Zet de motor uit als de temperatuur na 5 minu-
ten nog steeds te hoog is en breng de machine
naar een erkende dealer voor reparatie.
Controleer of er voldoende koelvloeistof aanwezig
is als er wordt aangegeven dat de motortempera-
tuur te hoog is. Zie 5.4.
3.5.7 Oliedruklampje (1:I7)
Als dit lampje brandt, moet de motor
onmiddellijk worden uitgezet. Risico op
ernstige schade aan de motor.
Het oliedruklampje werkt alleen als de
ontsteking in de bedrijfsstand staat.
Het oliedruklampje waarschuwt als de oliedruk in
de motor zo laag wordt dat schade aan de motor
kan optreden. Dit lampje moet gaan branden als de
motor niet loopt, omdat er dan geen oliedruk is.
Dit lampje zou uit moeten blijven als de motor
loopt. Zet de motor meteen uit als het lampje gaat
branden en breng de machine naar een erkende
dealer voor reparatie.
3.5.8 Urenteller motor (1:I8)
Toont het aantal bedrijfsuren. Werkt alleen bij
draaiende motor.
3
.5.9 Luchtfilterlampje (5,6:I9)
Dit lampje waarschuwt voor een verstopt luchtfil-
ter. Als het lampje rood brandt, moet het luchtfilter
worden vervangen. Druk na het vervangen van het
filter op de knop om het lampje te resetten.
3.5.10 Peilglas voor hydraulische olie (8:I10)
Het oliepeil moet zichtbaar zijn door het kijkglas
als de machine horizontaal staat.
Bij een te hoog oliepeil kan er olie uit de ontlucht-
klep gaan lekken. Bij een te laag oliepeil kan de
olietemperatuur te hoog worden en schade aan het
hydraulische systeem optreden.