Sony HT-NT3 de handleiding

Categorie
Dvd spelers
Type
de handleiding
48
GB
Additional Information
Press and light
Press MENU / to select
Press MENU +/– to select See page
SURR button
EFFECT LEVEL depends on sound mode (in 16 steps)
Settings Using SURR, LEVEL, and SET UP buttons
You can make various settings using the LEVEL, SURR, SET UP, MENU / and MENU +/– buttons. The table below
shows each of the settings that these buttons can make.
30
WALL TYPE between –8 to +8 (in 1 increment steps)
REVERBERATION TIME between –8 to +8 (in 1 increment steps)
FRONT BALANCE
between –8 to +8 (in 1 increment steps)
SURR BALANCE
between –8 to +8 (in 1 increment steps)
CENTER LEVEL
between –10 dB to +6 dB (in 1 dB steps)
SUB WOOFER LEVEL
between –10 dB to +6 dB (in 1 dB steps)
LFE MIX LEVEL
OFF, or –20 dB to 0 dB (in 1 dB steps)
LEVEL button
SURR LEVEL
between –10 dB to +6 dB (in 1 dB steps)
31
DYNAMIC RANGE COMP OFF, 0.1 to 0.9 (in 0.1 dB steps), STD, or MAX
L
R
(FRONT) LARGE or SMALL 15
C
(CENTER) LARGE, SMALL, or NO
SL
SR
(SURR) LARGE, SMALL, or NO
SL
SR
(SURR) PL. XXX PL. SIDE or PL. BEHD.
SL
SR
(SURR) HGT. XXX HGT. LOW or HGT. HIGH
S.W. (SUB WOOFER) S.W. YES or S.W. NO
L
R
(FRONT) XX.X m between 3 feet (1.0 meters) and 40 feet (12.0
meters) (in 1 foot (0.1 meter) steps)
C
(CENTER) XX.X m between FRONT and 5 feet (1.5 meters) (in 1 foot
(0.1 meter) steps)
SL
SR
(SURR) XX.X m between FRONT and 15 feet (4.5 meters) (in 1
foot (0.1 meter) steps)
*SET UP
DIM.RANGE NARROW or WIDE
* When you press the SET UP button, you can select NORM. SP. (for normal speakers) or MICRO SP. (for Micro Satellite speakers).
(page 16)
43
MULTI CH IN
VISUAL XXX V-TV/SAT, V-DVD/LD, V-VIDEO
2
NL
Veiligheid
• Mocht er vloeistof of een voorwerp in de
tuner/versterker terechtkomen, trek dan
de stekker uit het stopcontact en laat het
apparaat eerst nakijken door een
deskundige, alvorens het weer in
gebruik te nemen.
• Om brand te voorkomen mogen de
verluchtingsopeningen van de receiver
niet worden afgedekt met kranten,
tafelkleedjes, gordijnen, enz.. Plaats geen
brandende kaarsen op het toestel.
• Plaats evenmin vazen op de receiver om
brand of elektrocutie te voorkomen.
Stroomvoorziening
• Controleer voor het aansluiten van de
tuner/versterker eerst of de
bedrijfspanning ervan wel overeenkomt
met de plaatselijke netspanning. De
bedrijfsspanning staat aangegeven op
het naamplaatje aan de achterzijde van
het apparaat.
• Zolang het netsnoer op het stopcontact is
aangesloten, blijft er spanning op het
apparaat staan, zelfs nadat het apparaat
is uitgeschakeld.
• Trek de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact wanneer u denkt de tuner/
versterker geruime tijd niet te zullen
gebruiken. Om de aansluiting op het
stopcontact te verbreken, mag u
uitsluitend aan de stekker trekken; trek
nooit aan het snoer.
• Indien het netsnoer vervangen moet
worden, mag dit alleen uitgevoerd
worden door een erkend
onderhoudscentrum.
Opstelling
• Zet de tuner/versterker op een goed
geventileerde plaats, met rondom vrije
luchtdoorstroming, om oververhitting
van de inwendige onderdelen te
voorkomen, in het belang van een
langdurige betrouwbare werking.
• Plaats de tuner/versterker niet in de
buurt van een warmtebron of in direct
zonlicht. Vermijd tevens plaatsen met
veel stof, vocht en mechanische trillingen
of schokken.
• Zet niets bovenop de tuner/versterker.
De ventilatie-openingen aan de
bovenzijde mogen niet geblokkeerd
worden, in het belang van een juist
functioneren van het apparaat en een
langere levensduur van de
componenten.
• De receiver warmt op terwijl hij in
werking is. Dat is normaal en wijst niet
op een defect. Wanneer deze receiver
langdurig met hoog volume werkt, kan
de bovenkant, zijkant en onderkant van
de behuizing sterk opwarmen. Raak de
behuizing niet aan om verbranding te
voorkomen.
Bediening
Zorg ervoor dat de stekkers van de
netsnoeren van de apparatuur niet in het
stopcontact zitten, alvorens de
aansluitingen te maken. Sluit de
netsnoeren pas als allerlaatste aan.
Reiniging
Gebruik voor het reinigen van de ombouw,
het voorpaneel en de bedieningsorganen
een zachte doek, licht bevochtigd met wat
milde vloeibare zeep. Gebruik geen
schuurspons, schuurmiddelen of vluchtige
stoffen zoals spiritus of benzine.
Mocht u na het doorlezen van de
gebruiksaanwijzing nog vragen over
of problemen met de tuner/versterker
hebben, aarzel dan niet contact op te
nemen met de dichtstbijzijnde Sony
handelaar.
VoorzorgsmaatregelenWAARSCHUWING
Stel het apparaat niet
bloot aan regen of vocht,
om gevaar voor brand of
een elektrische schok te
voorkomen.
Open nooit de behuizing,
om gevaar voor
elektrische schokken te
vermijden. Laat reparaties
aan de erkende vakhandel
over.
Plaats het apparaat niet in
een gesloten ruimte, zoals
een boekenrek of
ingebouwde kast.
Gooi de batterij niet weg,
maar lever hem in als
KCA.
3
NL
Omtrent deze handleiding
Deze gebruiksaanwijzing geldt voor model STR-DE475.
Controleer uw modelnummer in de rechter benedenhoek
van het voorpaneel.
Algemene opzet
Alle aanwijzingen in de tekst beschrijven de bediening
met de toetsen op de tuner/versterker zelf. U kunt
echter ook de toetsen van de afstandsbediening
gebruiken met dezelfde of soortgelijke namen als die op
de tuner/versterker.
Op een aantal plaatsen in deze gebruiksaanwijzing treft
u het onderstaande symbool aan:
z Dit symbool vestigt uw aandacht op handige tips,
die de bediening vergemakkelijken.
Deze tuner/versterker is uitgerust met Dolby* Digital en
Pro Logic Surround akoestiek en het DTS** Digital
Surround akoestieksysteem.
* Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories. “Dolby”, “Pro
Logic” en het dubbele D-symbool ; zijn handelsmerken van Dolby
Laboratories.
Vertrouwelijke onuitgegeven werken. Copyright 1992-1997 Dolby
Laboratories, Inc. Alle rechten voorbehouden.
** Gefabriceerd onder licentie van Digital Theater Systems, Inc. US
Pat. No. 5,451,942, 5,956,674, 5,974,380, 5,978,762 en andere
wereldwijde patenten verkregen en aangevraagd. “DTS” en “DTS
Digital Surround” zijn handelsmerken van Digital Theater Systems,
Inc. Copyright 1996, 2000 Digital Theater Systems, Inc. Alle rechten
voorbehouden.
NL
INHOUDSOPGAVE
Aansluiten van de apparatuur 4
Uitpakken 4
Aansluiten van de antennes 5
Aansluiten van audio-apparatuur 6
Aansluiten van video-apparatuur 7
Aansluiten van digitale apparatuur 8
Aansluiten MULTI CH IN 9
Andere aansluitingen 10
Aansluiten en opstellen van de
luidsprekers 11
Aansluiten van de luidsprekers 12
Voorbereidingen treffen voor weergave 14
Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek 15
Alvorens uw tuner/versterker in gebruik te nemen 19
Bedienings-organen en basisbediening
van de tuner/versterker 20
Bedieningsorganen op het voorpaneel 20
Genieten van Surround Sound
akoestiek 24
Keuze van een klankbeeld 25
Uitleg van de meerkanaals-akoestiekaanduidingen 28
Bijregelen van de klankbeelden 30
Radio-ontvangst 34
Automatische FM zenderopslag in alfabetische
volgorde (“Autobetical select”) 36
Directe afstemming 36
Automatische zoekafstemming 37
Geheugenafstemming 37
Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS) 38
Overige bedienings-functies 40
Naamgeving van voorkeurzenders en beeld/
geluidsbronnen 41
Opnemen 41
Automatisch uitschakelen met de sluimerfunctie 42
Instellingen met de SET UP toets 43
Aanvullende informatie 44
Verhelpen van storingen 44
Technische gegevens 46
Verklarende woordenlijst 47
Instellingen waarvoor de SURR, LEVEL, en SET UP
toetsen worden gebruikt 48
Beschrijving van de afstandsbediening 49
Index 52
4
NL
}
}
]
]
Aansluiten van
de apparatuur
In dit hoofdstuk wordt beschreven
hoe u diverse audio- en video-
apparatuur kunt aansluiten op de
tuner/versterker. Lees vooral de
relevante paragrafen voor uw
apparatuur alvorens u enig apparaat
op de tuner/versterker gaat
aansluiten.
Uitpakken
Kontroleer of het onderstaande bijgeleverd toebehoren
inderdaad in de verpakking van de tuner/versterker
aanwezig is:
FM draadantenne (1)
AM kaderantenne (1)
R6 (AA-formaat) batterijen (2)
• Afstandsbediening (1)
Aanbrengen van batterijen in de
afstandsbediening
Leg de R6 (AA-formaat) batterijen in de
afstandsbediening, met de juiste polariteit van (+) en (–),
zoals aangegeven in het batterijvak. Voor gebruik van de
afstandsbediening richt u deze op de g
afstandsbedieningssensor voorop de tuner/versterker.
z
Wanneer de batterijen te vervangen
Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer 6 maanden
meegaan. Als de tuner/versterker niet meer naar behoren op de
afstandsbediening reageert, is het tijd alle batterijen door nieuwe
te vervangen.
Opmerkingen
• Leg de afstandsbediening niet op een al te warme of vochtige
plaats.
• Gebruik geen oude en nieuwe batterijen naast elkaar.
• Let op dat de afstandsbedieningssensor van de tuner/
versterker niet wordt blootgesteld aan directe zonnestraling of
fel lamplicht, anders zal de afstandsbediening niet naar
behoren functioneren.
• Wanneer u denkt de afstandsbediening geruime tijd niet te
gebruiken, kunt u de batterijen er beter uit verwijderen, om
eventuele beschadiging door batterijlekkage en corrosie te
voorkomen.
Alvorens met aansluiten te beginnen
Schakel eerst alle betrokken apparatuur uit, alvorens u
begint met het aansluiten ervan.
Sluit de netsnoeren van de apparatuur pas op het
stopcontact aan nadat alle andere aansluitingen in orde
zijn.
Zorg dat alle aansluitingen stevig vast zitten, om brom
en andere bijgeluiden te voorkomen.
Let bij het aansluiten van de audio/videosnoeren op
dat u links en rechts niet verwisselt: sluit de gele
stekkers aan op de gele stekkerbussen (voor het
videosignaal); witte stekkers op witte stekkerbussen
(voor het linker audiokanaal) en rode stekkers op rode
stekkerbussen (voor het rechter kanaal).
5
NL
Aansluiten van de apparatuur
Aansluiten van de antennes
SUB
WOOFER
IN OUT IN AUDIO IN AUDIO IN AUDIO OUT
AUDIO
OUT
FRONTCENTERSURROUND
AUDIO IN
RL
RL
RL
RL
MULTI CH IN
DIGITAL
ANTENNA
CD MD/TAPE VIDEO
SPEAKERS
FRONT
TV/SAT
IN
OPTICAL
DVD/LD
IN
SURROUND
R
L
R
L
CENTER
VIDEO IN
VIDEO IN
VIDEO OUT
VIDEO IN
VIDEO OUT
IMPEDANCE USE 8 – 16
ANTENNA
AM
FM
75
COAXIAL
TV/SAT
MONITOR
DVD/LD
SUB
WOOFER
COAXIAL
ANTENNA
AM
FM
75
COAXIAL
FM draadantenne
(bijgeleverd)
AM kaderantenne
(bijgeleverd)
Antenne-aansluitingen
Verbind de Met de
AM kaderantenne AM aansluitklemmen
FM draadantenne FM 75 COAXIAL stekkerbus
Na het aansluiten van de antennes
Om het oppikken van stoorsignalen te voorkomen, mag
u de AM kaderantenne niet te dicht bij de tuner/
versterker andere apparatuur zetten.
Strek de FM draadantenne zo ver mogelijk uit.
Na het aansluiten van de FM draadantenne legt of
hangt u deze zo horizontaal mogelijk.
z
Op plaatsen met een problematische FM-ontvangst
Sluit via een 75-ohm coaxiaalkabel (niet bijgeleverd) een
FM buitenantenne aan op de tuner/versterker, zoals
hieronder aangegeven.
Belangrijk
Als u de tuner/versterker aansluit op een buitenantenne,
dient deze geaard te worden, ter bescherming tegen
blikseminslag. Sluit de aardingsdraad nooit aan op een
gasleiding; gezien de kans op een gasexplosie is dit uiterst
gevaarlijk.
Aardleiding
(niet bijgeleverd)
naar een aardpunt
Tuner/versterker
FM buitenantenne
6
NL
Aansluiten van de apparatuur
Vereiste aansluitsnoeren
Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur
aan op de stekkerbussen met dezelfde kleur, op de
betreffende apparaten.
Aansluiten van audio-apparatuur
IN OUT
ç
ç
LINE
L
R
OUTPUT
LINE
L
R
OUTPUT
LINE
INPUT
SUB
WOOFER
IN OUT IN AUDIO IN AUDIO IN AUDIO OUT
AUDIO
OUT
FRONTCENTERSURROUND
AUDIO IN
RL
RL
RL
RL
MULTI CH IN
DIGITAL
ANTENNA
CD MD/TAPE VIDEO
SPEAKERS
FRONT
TV/SAT
IN
OPTICAL
DVD/LD
IN
SURROUND
R
L
R
L
CENTER
VIDEO IN
VIDEO IN
VIDEO OUT
VIDEO IN
VIDEO OUT
IMPEDANCE USE 8 16
ANTENNA
AM
FM
75
COAXIAL
TV/SAT
MONITOR
DVD/LD
SUB
WOOFER
COAXIAL
wit (L) wit (L)
rood (R) rood (R)
Minidisc-recorder/
cassettedeck
Compact disc speler
Audio-aansluitingen
Verbind een Met de
Compact disc speler CD stekkerbussen
Minidisc-recorder of cassettedeck MD/TAPE
stekkerbussen
7
NL
Aansluiten van de apparatuur
Betreffende de video-aansluitingen
U kunt de audio-uitgangsaansluitingen van uw TV-toestel
verbinden met de TV/SAT AUDIO IN stekkerbussen van
de tuner/versterker, om het geluid van de TV weer te
geven met een akoestiekeffect naar keuze. In dit geval
mag u de video-uitgangsaansluiting van het TV-toestel
niet verbinden met de TV/SAT VIDEO IN stekkerbus van
de tuner/versterker. Als u een aparte TV-afstemeenheid
(of een satelliet-ontvanger) aansluit, verbind dan de
audio- en video-uitgangen daarvan met de tuner/
versterker zoals aangegeven in bovenstaand
aansluitschema.
Vereiste aansluitsnoeren
Audio/video-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur aan op de
stekkerbussen met dezelfde kleur, op de betreffende apparaten.
Videosnoer voor het aansluiten van een TV of videomonitor (niet
bijgeleverd)
Aansluiten van video-apparatuur
VIDEO
IN
INPUT
RL
AUDIO OUT VIDEO
OUT
OUTPUT
RL
AUDIO OUT VIDEO
OUT
OUTPUT
IN OUT
VIDEO
OUT
R
VIDEO
IN
AUDIO
OUT
AUDIO
IN
INPUT OUTPUT
L
ç
ç
SUB
WOOFER
IN OUT IN AUDIO IN AUDIO IN AUDIO OUT
AUDIO
OUT
FRONTCENTERSURROUND
AUDIO IN
RL
RL
RL
RL
MULTI CH IN
DIGITAL
ANTENNA
CD MD/TAPE
SPEAKERS
FRONT
TV/SAT
IN
OPTICAL
DVD/LD
IN
SURROUND
R
L
R
L
CENTER
VIDEO IN
VIDEO IN
VIDEO OUT
VIDEO IN
VIDEO OUT
IMPEDANCE USE 8 16
ANTENNA
AM
FM
75
COAXIAL
TV/SAT
MONITOR
DVD/LD
SUB
WOOFER
COAXIAL
VIDEO
geel geel
geel (video) geel (video)
wit (audio L) wit (audio L)
rood (audio R) rood (audio R)
TV of satelliet-tuner
DVD of LD speler
TV of
videomonitor
Videorecorder
Video-aansluitingen
Verbind een Met de
TV of satelliet-tuner TV/SAT stekkerbussen
Videorecorder VIDEO stekkerbussen
DVD of LD speler DVD/LD stekkerbussen
TV of videomonitor MONITOR VIDEO OUT
stekkerbus
8
NL
Aansluiten van de apparatuur
DVD videospeler (e.d.)
Vereiste aansluitsnoeren
Optisch digitaal aansluitsnoer (niet bijgeleverd)
Coaxiaal digitaal aansluitsnoer (niet bijgeleverd)
Audio/video-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur aan op de
stekkerbussen met dezelfde kleur, op de betreffende apparaten.
U kunt de digitale uitgangsaansluitingen van uw DVD
videospeler (enz.) en satelliet-ontvanger verbinden met de
digitale ingangsaansluitingen van deze tuner/versterker,
om thuis te genieten van een indrukwekkend
bioscoopgeluid met meerkanaals Surround akoestiek. Om
deze meerkanaals Surround Sound op zijn best te horen,
zijn er vijf gewone luidsprekers nodig (twee
voorluidsprekers, twee surroundluidsprekers en een
middenluidspreker) plus een speciale
lagetonenluidspreker. Daarnaast kunt u tevens een
laserdisc-speler met een RF OUT stekkerbus aansluiten
via een RF demodulator, zoals de Sony MOD-RF1 (niet
bijgeleverd).
Aansluiten van digitale apparatuur
U kunt de AC-3 RF OUT stekkerbus van een laserdisc-speler niet rechtstreeks aansluiten op de digitale ingangen van deze
tuner/versterker. U moet een RF-signaal eerst omzetten in een digitaal coaxiaalsignaal. Verbind de LD speler met de RF
demodulator en vervolgens de digitale coaxiaaluitgang van de RF demodulator met COAXIAL DVD/LD IN op de
receiver. Zie voor nadere bijzonderheden over de AC-3 RF aansluitingen de gebruiksaanwijzing van de RF demodulator.
Voorbeeld voor het aansluiten van een laserdisc-speler via een RF demodulator
RF demodulatorLaserdisc-speler
Opmerking
Bij het aansluiten op de hierboven getoonde wijze dient u de INPUT MODE schakelaar (qa op blz. 22) handmatig in de juiste stand te
zetten. Dit apparaat kan niet naar behoren werken als de INPUT MODE schakelaar in de “AUTO” stand staat.
Opmerking
• De optische en coaxiale digitale ingangsaansluitingen van dit
apparaat zijn geschikt voor bemonsteringsfrequenties van
32 kHz, 44,1 kHz en 48 kHz.
• De digitale coaxiaalingang is ook compatibel met een
bemonsteringsfrequentie van 96 kHz.
DIGITAL
COAXIAL
OUTPUT
VIDEO
OUT
R
AUDIO
OUT
OUTPUT
L
VIDEO
OUT
AUDIO
OUT
OUTPUT
DIGITAL
OPTICAL
OUTPUT
SUB
WOOFER
IN OUT IN AUDIO IN AUDIO IN AUDIO OUT
AUDIO
OUT
FRONTCENTERSURROUND
AUDIO IN
RL
RL
RL
RL
MULTI CH IN
DIGITAL
ANTENNA
CD MD/TAPE VIDEO
SPEAKERS
FRONT
TV/SAT
IN
OPTICAL
DVD/LD
IN
SURROUND
R
L
R
L
CENTER
VIDEO IN
VIDEO IN
VIDEO OUT
VIDEO IN
VIDEO OUT
IMPEDANCE USE 8 16
ANTENNA
AM
FM
75
COAXIAL
TV/SAT
MONITOR
DVD/LD
SUB
WOOFER
COAXIAL
TV of Satelliet
tuner
DVD/LD
VIDEO IN
AC-3 RF
OUT
VIDEO OUT
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
+
MULTI CH IN INPUT MODE
BASS
MUTING
A.F.D.
ENTER
NAME
VIDEO DVD/LD TV/SAT
MD/TAPE CD TUNER
SET UP
MENU
LEVEL SURR
SOUND CONTROL
SOUND FIELD
MODE 2CH
DIMMER
PHONES
? / 1
TREBLE
–+
TUNING
–+
PRESET/
PTY SELECT
MEMORY SHIFT PTY FM MODE FM/AM
–+
+
DIGITAL
DVD/LD IN
(COAXIAL)
geel (video) geel (video)
wit (audio L) wit (audio L)
rood (audio R) rood (audio R)
zwart zwart
geel geel
9
NL
Aansluiten van de apparatuur
Aansluiten MULTI CH IN
Vereiste aansluitsnoeren
Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Twee stuks, voor de MULTI CH IN FRONT en SURROUND
aansluitingen
wit (L) wit (L)
rood (R) rood (R)
Mono-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Twee stuks, voor de MULTI CH IN CENTER en SUB WOOFER
aansluitingen
zwart zwart
Videosnoer (niet bijgeleverd)
Eén snoer, voor de DVD/LD VIDEO IN aansluiting (enz.)
geel geel
Opmerking
Bij het maken van de hieronder beschreven aansluitingen, dient u
de geluidssterkte van de akoestiekluidsprekers en de
lagetonenluidspreker in te stellen op uw DVD videospeler of
meerkanaals-decodeerapparaat.
Voorbeeld voor het aansluiten van een DVD videospeler met behulp van de MULTI CH IN
stekkerbussen
Opmerking
Zie blz. 12 e.v. voor nadere details over het aansluiten van de luidsprekers.
DVD videospeler
DVD/LD
VIDEO IN enz.
SUB
WOOFER
IN OUT IN AUDIO IN AUDIO IN AUDIO OUT
AUDIO
OUT
FRONTCENTERSURROUND
AUDIO IN
RL
RL
RL
RL
ANTENNA
VIDEO
SPEAKERS
FRONT
TV/SAT
IN
OPTICAL
DVD/LD
IN
SURROUND
R
L
R
L
CENTER
VIDEO IN
VIDEO IN
VIDEO OUT
VIDEO IN
VIDEO OUT
IMPEDANCE USE 8 16
ANTENNA
AM
FM
75
COAXIAL
TV/SAT
MONITOR
DVD/LD
SUB
WOOFER
COAXIAL
SURROUND
CENTER
WOOFER
MULTI CH OUTPUT
FRONT
SUB
CD MD/TAPE
MULTI CH IN
DIGITAL
MULTI CH IN
VIDEO OUT
SUB WOOFER
SPEAKERS
SURROUND/CENTER
SPEAKERS
FRONT
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
+
MULTI CH IN INPUT MODE
BASS
MUTING
A.F.D.
ENTER
NAME
VIDEO DVD/LD TV/SAT
MD/TAPE CD TUNER
SET UP
MENU
LEVEL SURR
SOUND CONTROL
SOUND FIELD
MODE 2CH
DIMMER
PHONES
? / 1
TREBLE
+
TUNING
+
PRESET/
PTY SELECT
MEMORY SHIFT PTY FM MODE FM/AM
+
+
DVD videospeler,
meerkanaals-
decodeereenheid, enz.
Linker voorluidspreker
Rechter voorluidspreker
Linker surroundluidspreker
Rechter surroundluidspreker
Middenluidspreker
Actieve
lagetonenluidspreker
Alhoewel deze tuner/versterker is uitgerust met een eigen
meerkanaals-decodeertrap, is hij tevens voorzien van een
compleet stel MULTI CH IN meerkanaals-
ingangsaansluitingen die u kunt gebruiken voor weergave
van meerkanaals-software gecodeerd in andere formaten dan
Dolby Digital en DTS. Als uw DVD videospeler beschikt over
MULTI CH OUTPUT meerkanaals-uitgangen, kunt u deze
rechtstreeks aansluiten op dit apparaat om te luisteren naar
de geluidsweergave via de meerkanaals-decodeertrap van de
DVD videospeler. Bovendien kunt u op de MULTI CH IN
desgewenst ook een externe meerkanaals-decodeereenheid
aansluiten.
Om de meerkanaals Surround Sound op zijn best te horen,
zijn er vijf gewone luidsprekers nodig (twee
voorluidsprekers, twee surroundluidsprekers en een
middenluidspreker) plus een speciale lagetonenluidspreker.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw DVD-speler,
multikanaals decoder enz. voor details omtrent de
multikanaalsaansluitingen.
10
NL
Aansluiten van de apparatuur
Andere aansluitingen
SUB
WOOFER
IN OUT IN AUDIO IN AUDIO IN AUDIO OUT
AUDIO
OUT
FRONTCENTERSURROUND
AUDIO IN
RL
RL
RL
RL
MULTI CH IN
DIGITAL
ANTENNA
CD MD/TAPE VIDEO
SPEAKERS
FRONT
TV/SAT
IN
OPTICAL
DVD/LD
IN
SURROUND
R
L
R
L
CENTER
VIDEO IN
VIDEO IN
VIDEO OUT
VIDEO IN
VIDEO OUT
IMPEDANCE USE 8 16
ANTENNA
AM
FM
75
COAXIAL
TV/SAT
MONITOR
DVD/LD
SUB
WOOFER
COAXIAL
Netsnoer
naar een stopcontact
Aansluiten van het netsnoer
Alvorens u de netsnoerstekker van deze tuner/versterker
in het stopcontact steekt:
Sluit eerst alle luidsprekers op de tuner/versterker aan
(zie blz. 12).
Sluit de netsnoeren van uw audio/video-apparatuur aan
op een gewoon wandstopcontact.
Opmerking
Wanneer het netsnoer ongeveer een week lang losgekoppeld is,
wordt het geheugen van de receiver volledig gewist en start de
demonstratie.
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
11
NL
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
+
MULTI CH IN INPUT MODE
BASS
MUTING
A.F.D.
ENTER
NAME
VIDEO DVD/LD TV/SAT
MD/TAPE CD TUNER
SET UP
MENU
LEVEL SURR
SOUND CONTROL
SOUND FIELD
MODE 2CH
DIMMER
PHONES
? / 1
TREBLE
–+
TUNING
–+
PRESET/
PTY SELECT
MEMORY SHIFT PTY FM MODE FM/AM
–+
+
SET UP
MENU +/–
MENU I/i
Aansluiten en
opstellen van
de
luidsprekers
In dit hoofdstuk volgt een
beschrijving voor het aansluiten van
de luidsprekers op de tuner/
versterker, het opstellen van de
luidsprekers en het afregelen ervan
voor de beste meerkanaals Surround
Sound kwaliteit.
Kort overzicht van de toetsen en regelaars
die u gebruikt voor het instellen van de
luidsprekers
Insteltoets (SET UP): Druk op deze toets wanneer u
instellingen wilt maken voor het soort luidsprekers en de
luidsprekerafstanden.
MENU
/ tonen-toets: Voor het kiezen van de
parameters na indrukken van de SET UP toets.
MENU +/ tonen-toets: Draai hieraan om de gekozen
parameters naar wens in te stellen.
12
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Vereiste aansluitsnoeren
Luidsprekersnoeren (niet bijgeleverd)
Eén voor elke voorluidspreker, surroundluidspreker en
middenluidspreker
(+) (+)
()()
Mono-aansluitsnoer (niet bijgeleverd)
Eén, voor de actieve lagetonenluidspreker
zwart zwart
SUB
WOOFER
IN OUT IN AUDIO IN AUDIO IN AUDIO OUT
AUDIO
OUT
FRONTCENTERSURROUND
AUDIO IN
RL
RL
RL
RL
MULTI CH IN
DIGITAL
ANTENNA
CD MD/TAPE VIDEO
SPEAKERS
FRONT
TV/SAT
IN
OPTICAL
DVD/LD
IN
SURROUND
R
L
R
L
CENTER
VIDEO IN
VIDEO IN
VIDEO OUT
VIDEO IN
VIDEO OUT
IMPEDANCE USE 8 – 16
ANTENNA
AM
FM
75
COAXIAL
TV/SAT
MONITOR
DVD/LD
SUB
WOOFER
COAXIAL
}
]
}
]
}
]
}
]
}
]
INPUT
AUDIO
IN
Aansluiten van de luidsprekers
Rechter
voorluidspreker
Linker
voorluidspreker
Middenluidspreker
Rechter
surroundluidspreker
Linker
surroundluidspreker
Actieve
lagetonenluidspreker
Luidspreker-aansluitingen
Verbind de Met de
Voorluidsprekers (8 ohm) SPEAKERS FRONT
stekkerbussen
Surroundluidsprekers (8 ohm) SPEAKERS SURROUND
stekkerbussen
Middenluidspreker (8 ohm) SPEAKERS CENTER
stekkerbussen
Actieve lagetonenluidspreker SUB WOOFER AUDIO OUT
stekkerbus
Opmerkingen over het aansluiten van de
luidsprekers
Aan de luidsprekerkant stript u ongeveer 10 mm van de
isolatie van het snoer en draait u de kerndraden ineen.
Let bij elk snoer op dat u de draden niet verwisselt: sluit
+ aan op + en – op –. Als de draden verwisseld worden,
zal bij weergave de positie van de muziekinstrumenten
onduidelijk zijn, terwijl de lage tonen grotendeels zullen
ontbreken.
Als u luidsprekers gebruikt met een relatief gering
maximaal ingangsvermogen, stel dan de geluidssterkte
erg voorzichtig in, om overbelasting van de
luidsprekers te vermijden.
13
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Voorkom beschadiging van de
luidsprekers
Zorg ervoor dat u het volume dicht zet alvorens de tuner/
versterker af te zetten. Bij het afzetten van de tuner/
versterker blijft de volume-instelling immers behouden.
Om kortsluiting van de luidsprekers te
voorkomen
Kortsluiting in de luidsprekercircuits kan schade aan de
tuner/versterker veroorzaken. Om dit te voorkomen,
dient u bij het aansluiten van de luidsprekers de volgende
aanwijzingen in acht te nemen.
Zorg dat de gestripte uiteinden van de
luidsprekerdraden elkaar niet raken; laat ze niet
zover uitsteken dat ze kortsluiting met andere
aansluitpunten kunnen maken.
Onjuist aangesloten luidsprekersnoeren
De draad van een luidsprekersnoer raakt een andere
aansluitklem.
De gestripte uiteinden van de luidsprekerdraden raken
elkaar, omdat er teveel van de isolatie is verwijderd.
Na het aansluiten van alle geluidsbronnen,
luidsprekers en het netsnoer dient u voor het
gebruik eerst een testtoon weer te geven om te
controleren of alle luidsprekers naar behoren zijn
aangesloten. Nadere aanwijzingen voor het
weergeven van een testtoon vindt u op bladzijde
18.
Als een van de luidsprekers geen geluid geeft bij
weergave van de testtoon of als het geluid klinkt via een
andere luidspreker dan er op de tuner/versterker wordt
aangegeven, kan er kortsluiting zijn in de luidspreker-
aansluitingen. In dat geval dient u de aansluitingen van
de luidsprekers nog eens te controleren.
14
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Nadat u de luidsprekers hebt aangesloten en de tuner/
versterker voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u het
geheugen van het apparaat te wissen. Vervolgens kiest u
het luidsprekerformaat en de luidspreker-opstelling en treft
u de andere voorbereidingen die nodig zijn voor weergave.
Het geheugen van de tuner/versterker
wissen
Voor het eerste gebruik van de tuner/versterker of
wanneer u het geheugen van het apparaat wilt wissen,
gaat u als volgt te werk. Als er automatisch een
demonstratie begint wanneer u het apparaat inschakelt,
hoeft u het geheugen niet te wissen.
1 Schakel de tuner/versterker uit.
2 Houd de ?/1 aan/uit-schakelaar vier seconden lang
ingedrukt.
Nu toont het uitleesvenster eerst de gekozen
geluidsbron en dan een aankondiging van de
demonstratie, terwijl de volgende onderdelen worden
gewist of teruggesteld in de uitgangsstand:
Alle vastgelegde voorkeurzenders verdwijnen uit
het geheugen.
Alle klankbeeldparameters worden teruggesteld op
de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
Alle vastgelegde namen (van de voorkeurzenders
en andere geluidsbronnen) worden gewist.
Alle instellingen die zijn gemaakt met de SET UP
toets keren terug naar de fabrieksinstellingen.
De klankbeelden die zijn gekozen voor afzonderlijke
weergavebronnen en voorkeurzenders verdwijnen
uit het geheugen.
Voorbereidingen treffen voor weergave
?/1
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
+
MULTI CH IN INPUT MODE
BASS
MUTING
A.F.D.
ENTER
NAME
VIDEO DVD/LD TV/SAT
MD/TAPE CD TUNER
SET UP
MENU
LEVEL SURR
SOUND CONTROL
SOUND FIELD
MODE 2CH
DIMMER
PHONES
? / 1
TREBLE
+
TUNING
+
PRESET/
PTY SELECT
MEMORY SHIFT PTY FM MODE FM/AM
+
+
Voorbereiden van de tuner/versterker
voor weergave
Voor het eerste gebruik van de de tuner/versterker dient
u met de SET UP toets bepaalde instellingen aan te passen
aan de configuratie van uw stereo-installatie. Het gaat om
de onderste instellingen. Zie voor nadere aanwijzingen
over het instellen de tussen haakjes aangegeven
bladzijden.
Luidsprekerformaat (blz. 15).
Luidsprekerafstanden (blz. 17).
Keuze van het videosignaal voor MULTI CH IN
meerkanaals-weergave (blz. 43).
Al dan niet uitschakelen van het uitleesvenster bij
indrukken van de DIMMER toets (blz. 43).
Demonstratiefunctie
De demonstratiefunctie wordt automatisch geactiveerd
wanneer u het apparaat de eerste maal inschakelt. Wanneer
de demonstratie begint, verschijnt in het uitleesvenster de
volgende mededeling:
“NOW DEMONSTRATION MODE IF YOU FINISH
DEMONSTRATION PLEASE PRESS POWER KEY
WHILE THIS MESSAGE APPEARS IN THE DISPLAY
THANK YOU”
Annuleren van de demonstratiefunctie
Druk op +/1 om de tuner/versterker uit te schakelen terwijl
bovenstaande mededeling in het uitleesvenster wordt
getoond. De volgende keer dat u het apparaat inschakelt, zal
de demonstratiefunctie niet geactiveerd worden.
Activeren van de demonstratiefunctie
Houd de SET UP toets ingedrukt en druk dan op de +/1
toets om de tuner/versterker in te schakelen.
Opmerkingenen
• Wanneer de tuner/versterker een demonstratie geeft,
wordt het geheugen gewist. Zie “Het geheugen van de
tuner/versterker wissen” op deze pagina voor nadere
bijzonderheden betreffende hetgeen er gewist wordt.
• El sonido no se oye mientras el modo de demostración está
activado.
• U kunt de demonstratie niet annuleren wanneer u niet op
?/1 hebt gedrukt terwijl het bovenstaande bericht
zichtbaar was. Om de demonstratie te annuleren nadat het
bovenstaande bericht is verschenen, drukt u tweemaal op
?/1 om de demonstratie opnieuw te activeren. Druk dan
op ?/1 terwijl het bovenstaande bericht zichtbaar is.
15
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek
Voor de beste, ruimtelijk klinkende akoestiekweergave
zouden alle luidsprekers in principe op gelijke afstand
van uw luisterplaats (A) moeten staan.
(Deze tuner/versterker biedt u echter de mogelijkheid de
middenluidspreker tot ongeveer 1,5 meter dichterbij te
zetten (B) en de surroundluidsprekers tot ongeveer
4,5 meter dichterbij uw luisterplaats (C). Bovendien
kunnen de voorluidsprekers zowel dichterbij als verderaf
gezet worden, van 1,0 tot 12,0 meter van uw luisterplaats
(A).)
U kunt kiezen of u de surroundluidsprekers achter uw
luisterplaats wilt zetten of aan weerszijden er naast,
afhankelijk van de vorm van uw kamer (enz.).
Opmerking
Zet de middenluidspreker niet verder van uw luisterplaats dan
de voorluidsprekers.
Met de akoestiekluidsprekers naast u
Met de akoestiekluidsprekers surround u
45°
90°
20°
A A
B
CC
45°
90°
20°
A A
B
CC
Vaststellen van het type luidsprekers
1 Druk op de +/1 toets om de tuner/versterker in te
schakelen.
2 Druk op de SET UP toets.
3 Druk op MENU / om de parameter te kiezen
die u wilt instellen.
4 Druk op MENU +/ om de gewenste instelling te
kiezen.
De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd.
5 Herhaal de stappen 3 en 4 tot u alle hieronder
genoemde parameters hebt ingesteld.
z Gewone luidspreker en microsatellietluidspreker
Kies NORM. SP. met gewone luidsprekers en MICRO SP. met
microsatellietluidsprekers. Als u NORM. SP. kiest, kunt u
luidsprekergrootte en subwoofer kiezen zoals hieronder
aangegeven. Als u echter MICRO SP. kiest, zijn
luidsprekergrootte en subwoofer als volgt geconfigureerd:
Luidsprekers Instelling
Voor SMALL (Klein)
Midden SMALL (Klein)
Surround SMALL (Klein)
Woofer YES (Ja)
U kunt de configuratie niet wijzigen als u MICRO SP. kiest.
De micro-satellietluidspreker (MICRO SP.) is geprogrammeerd
met het oog op een optimale geluidsbalans. Kies MICRO SP.
wanneer u gebruik maakt van Sony micro-satellietluidsprekers.
Wanneer u gebruik maakt van micro-satellietluidsprekers en het
luidsprekerformaat is ingesteld op LARGE, kunt u eventueel niet
de juiste geluidsinstelling verkrijgen. Bij hoog volume kan de
luidspreker ook worden beschadigd.
16
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek
45°
90°
20°
B
B
A
A
x Formaat van de voorluidsprekers (
L
R
)
Oorspronkelijke instelling: LARGE
Zijn er grote voorluidsprekers aangesloten die alle lage
tonen zonder problemen kunnen weergeven, dan kiest u
de stand “LARGE”. Gewoonlijk zal de stand “LARGE”
het best voldoen.
Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave
van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te
weinig basweergave, dan kiest u de stand “SMALL” om
de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste
frequenties van de voorkanalen worden overgeheveld
naar de aparte lagetonen-luidspreker.
Als u voor de voorluidsprekers de stand “SMALL” kiest,
worden de middenluidspreker en de
surroundluidsprekers ook automatisch ingesteld op
“SMALL” (tenzij u eerder de stand “NO” hebt gekozen).
x Formaat van de middenluidspreker (
C
)
Oorspronkelijke instelling: LARGE
Is er een grote middenluidspreker aangesloten die alle
lage tonen zonder problemen kan weergeven, dan kiest u
de stand “LARGE”. Gewoonlijk zal de stand “LARGE”
het best voldoen. Als de voorluidsprekers echter zijn
ingesteld op “SMALL”, kunt u de middenluidspreker
niet instellen op “LARGE”.
Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave
van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te
weinig basweergave, dan kiest u de stand “SMALL” om
de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste
frequenties van het middenkanaal worden overgeheveld
naar de voorluidsprekers (als die op “LARGE” zijn
ingesteld) of naar de aparte lagetonen-luidspreker.
*1
Sluit u geen middenluidspreker aan, kies dan de stand
“NO”. Al het geluid van het middenkanaal wordt dan
weergegeven door de voorluidsprekers.
*2
x Formaat van de surroundluidsprekers (
SL
SR
)
Oorspronkelijke instelling: LARGE
Zijn er grote surroundluidsprekers aangesloten die alle
lage tonen zonder problemen kunnen weergeven, dan
kiest u de stand “LARGE”. Gewoonlijk zal de stand
“LARGE” het best voldoen. Als de voorluidsprekers
echter zijn ingesteld op “SMALL”, kunt u de
surroundluidsprekers niet instellen op “LARGE”.
Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave
van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te
weinig basweergave, dan kiest u de stand “SMALL” om
de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste
frequenties van de surroundkanalen worden
overgeheveld naar de aparte lagetonen-luidspreker of
naar een ander stel “LARGE” luidsprekers die hier beter
op zijn berekend.
Sluit u geen surroundluidsprekers aan, kies dan de stand
“NO”.
*3
z
*1~*3 komen overeen met de volgende Dolby Pro Logic
standen voor de middenkanaal-aanpassing
*
1
NORMAL
*
2
PHANTOM
*
3
3 STEREO
z
Betreffende de luidsprekerformaten (LARGE en SMALL)
Bij de interne signaalverwerking bepaalt de keuze van het
LARGE of SMALL luidsprekerformaat voor elk stel luidsprekers
of de ingebouwde akoestiekprocessor de laagste frequenties al
dan niet naar de betreffende luidspreker(s) zal uitsturen. Als de
lage tonen uit een bepaald kanaal worden verwijderd, zullen de
basverdelingscircuits die frequenties overbrengen naar de aparte
lagetonen-luidspreker of naar een ander stel “LARGE”
luidsprekers die er beter op zijn berekend.
Aangezien echter ook de lage tonen een zekere mate van
richtingsgevoeligheid hebben, is het beter het gehele
frequentiespectrum van de verschillende kanalen intact te laten,
indien mogelijk. Daarom kunt u zelfs met een stel kleine
luidsprekers toch de stand “LARGE” kiezen als u de lage tonen
ook door die luidsprekers wilt laten weergeven. En andersom,
als u grote luidsprekers aansluit maar niet wilt dat ze de laagste
tonen weergeven, kunt u voor die luidsprekers best “SMALL”
kiezen.
Als de totale geluidsindruk minder is dan gewenst, kiest u dan
voor alle luidsprekers de stand “LARGE”. Wanneer er
onvoldoende bass is, kunt u BASS +/– gebruiken om de lage
tonen te versterken. Voor het regelen van de lage tonen, zie blz.
32.
x Opstelling van de surroundluidsprekers
(
SL
SR
)*
Oorspronkelijke instelling: PL. BEHD.
Met deze parameter kunt u de plaats van uw
surrounduidsprekers invoeren, voor een juiste werking
van de Digital Cinema Sound klankbeelden in het
VIRTUAL genre. Zie de onderstaande afbeelding.
Stel in op “PL. SIDE” als de plaats van uw
surroundluidsprekers binnen het zijgebied A valt.
Stel in op “PL. BEHD.” als uw surroundluidsprekers
helemaal achteraan staan, in het gebied B.
Deze instelling is alleen van invloed op de klankbeelden
in het VIRTUAL genre.
* Deze parameters zijn niet beschikbaar als er eerder voor
de surrounduidsprekers “NO” is gekozen.
17
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
60
30
A
B
A
B
x
Hoogte van de surroundluidsprekers (
SL
SR
)*
Oorspronkelijke instelling: HGT. LOW
Met deze parameter kiest u de hoogte van uw
surroundluidsprekers, voor een juiste werking van de
Digital Cinema Sound klankbeelden in het VIRTUAL
genre.
Zie de onderstaande afbeelding.
Stel in op “HGT. LOW” als uw surroundluidsprekers op
de grond staan of vrij laag zijn opgehangen, in het gebied
A.
Stel in op “HGT. HIGH” als uw surroundluidsprekers
relatief hoog aan de wand hangen, in het gebied B.
Deze instelling is alleen van invloed op de klankbeelden
in het VIRTUAL genre.
* Deze parameters zijn niet beschikbaar als er eerder voor
de surroundluidsprekers “NO” is gekozen.
z
Betreffende de opstelling van de surroundluidsprekers
(PL. SIDE, en PL. BEHD.)
Deze instelling is speciaal bestemd voor de Digital Cinema
Sound klankbeelden in het VIRTUAL genre. Bij deze
klankbeelden is de luidspreker-opstelling niet zo’n
overheersende factor als bij de andere akoestiekfuncties. Al de
VIRTUAL klankbeelden zijn gebaseerd op de veronderstelling
dat de surroundluidsprekers geheel surround de luisterplaats
zouden staan of hangen, maar het klankbeeld blijft grotendeels
zoals bedoeld, ook wanneer de surroundluidsprekers nogal
opzij en ver uiteen staan. Als de surroundluidsprekers echter
pal naast de luisteraar hangen en recht op oorhoogte gericht
zijn, zullen de VIRTUAL klankbeelden alleen klinken zoals
bedoeld wanneer u voor de opstelling van de
surroundluidsprekers de stand “PL. SIDE” hebt gekozen. Ook
dat geldt echter niet in alle gevallen, aangezien de akoestiek van
elke luisterruimte wordt bepaald door een heel stel variabelen,
zodat u misschien wel betere resultaten bereikt met de “PL.
BEHD.” opstelling als de luidsprekers hoog boven uw
luisterplaats hangen, ook al is dat pal ter weerszijden ervan.
Daarom kunt u wellicht het best een favoriete geluidsbron met
meerkanaals Surround Sound afspelen en dan goed luisteren
welk effect elke instelling op de uiteindelijke klank heeft, ook al
kan dit wel eens leiden tot een andere instelling dan hierboven
aangegeven onder “Opstelling van de surroundluidsprekers”.
Kies de stand die een fraai open, ruimtelijk gevoel oplevert, met
een zo hecht mogelijke samenhang tussen het geluid van de
voorluidsprekers en dat van de surroundluidsprekers.
Als u geen duidelijke voorkeur kunt uitspreken tussen de
verschillende instellingen, kies dan de stand “PL. BEHD.” en
gebruik dan de luidsprekerafstand-parameter en de
geluidssterkte-instellingen om de weergave optimaal af te
regelen.
x Aanwezigheid van een lagetonen-luidspreker
Oorspronkelijke instelling: S.W. YES
Als u een lagetonen-luidspreker hebt aangesloten, stelt
u hierbij in op “S.W. YES”.
Gebruikt u geen aparte lagetonen-luidspreker, dan stelt
u in op “S.W. NO”. Hiermee schakelt u de
basverdelingscircuits in, zodat de LFE laagfrequente
signalen worden overgenomen door de andere
luidsprekers.
Om volledig profijt te trekken van de Dolby Digital
(AC-3) basverdelingscircuits willen wij u aanbevelen
om de bovengrensfrequentie voor de lagetonen-
luidspreker zo hoog mogelijk in te stellen.
x Afstand van de voorluidsprekers (
L
R
)
Oorspronkelijke instelling: DIST. 5.0 m (5,0 meter)
Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de linker of
rechter voorluidspreker (afstand A op blz. 15).
De afstand van de voorluidsprekers is instelbaar in
stapjes van 0,1 meter, van minimaal 1,0 meter tot
maximaal 12,0 meter van uw luisterplaats.
Als de beide voorluidsprekers niet precies even ver van
uw luisterplaats staan, kiest u hier de afstand van de
dichtstbijzijnde luidspreker.
x Afstand van de middenluidspreker (
C
)
Oorspronkelijke instelling: DIST. 5.0 m (5,0 meter)
Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de
middenluidspreker.
De afstand van de middenluidspreker is instelbaar in
stapjes van 0,1 meter, van (maximaal) dezelfde afstand
als de voorluidsprekers (afstand A op blz. 15) tot
1,5 meter dichter bij uw luisterplaats (afstand B op blz.
15).
Plaats de middenluidspreker niet op grotere afstand
van uw luisterplaats dan de voorluidsprekers.
x Afstand van de surroundluidsprekers (
SL
SR
)
Oorspronkelijke instelling: DIST. 3.5 m (3,5 meter)
Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de linker of
rechter surroundluidspreker.
De afstand van de surroundluidsprekers is instelbaar in
stapjes van 0,1 meter, van (maximaal) dezelfde afstand
als de voorluidsprekers (afstand A op blz. 15) tot
4,5 meter dichter bij uw luisterplaats (afstand C op blz.
15).
Plaats de surroundluidsprekers niet op grotere afstand
van uw luisterplaats dan de voorluidsprekers.
Als de beide surroundluidsprekers niet precies even ver
van uw luisterplaats verwijderd zijn, kiest u hier de
afstand van de dichtstbijzijnde luidspreker.
18
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek
z
Betreffende de afstand van de luidsprekers
U kunt de weergave van dit apparaat aanpassen aan de plaats
van de aangesloten luidsprekers, door de luidsprekerafstand in te
stellen. Het is echter niet mogelijk de middenluidspreker verder
af te zetten dan de linker en rechter voorluidsprekers. Bovendien
kunt u de middenluidspreker niet meer dan 1,5 meter dichter bij
uw luisterplaats zetten dan de voorluidsprekers.
Evenmin kunt u de surroundluidsprekers verder van uw
luisterplaats zetten dan de voorluidsprekers. En ook weer niet
meer dan 4,5 meter dichterbij.
Deze beperkingen gelden omdat een onevenwichtige opstelling
van de luidsprekers niet geschikt is voor de weergave van
akoestiekeffecten.
Wanneer u de luidsprekerafstand dichterbij kiest dan de feitelijke
afstand, zal het geluid via die luidspreker(s) met een grotere
vertraging worden weergegeven. Met andere wooden, de
luidsprekers klinken dan verder weg.
Als u bijvoorbeeld de afstand van de middenluidspreker 1 tot 2
meter dichterbij instelt dan de feitelijke afstand, zal dit een vrij
natuurgetrouw effect geven, alsof u zich “in” de actie op het
beeldscherm bevindt. En als u geen goed akoestiekeffect verkrijgt
omdat de surroundluidsprekers te dichtbij staan, kunt u door het
verminderen van de luidsprekerafstand (dichterbij kiezen dan de
werkelijke afstand) een dieper ruimtelijk effect creëren. (1 voet
komt overeen met 1 milliseconde vertragingstijd.)
Door deze parameter bij te regelen terwijl u aandachtig naar een
geluidsbron luistert, kunt u vaak een aanzienlijke verbetering in
akoestiek bewerkstelligen. Probeer het maar eens!
Bijregelen van de geluidssterkte van de
luidsprekers
Stel alle luidsprekers op een evenredige geluidssterkte in
vanaf uw luisterplaats, met de afstandsbediening.
Opmerking
Dit apparaat is voorzien van een nieuwe testtoon in de
frequentieband rond 800 Hz, om het instellen van de luidsprekers
te vergemakkelijken.
1 Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker in te
schakelen.
2 Druk op de TEST TONE toets van de bijgeleverde
afstandsbediening.
Nu zult u een testtoon horen die achtereenvolgens
door elk van de luidsprekers wordt weergegeven.
3 Stel de geluidssterkte zo in dat de testtoon op uw
luisterplaats voor uw gehoor via alle luidsprekers
even luid doorkomt.
Voor het bijregelen van de balans van de linker en
rechter voorluidsprekers gebruikt u de voorbalans-
parameter (FRONT BALANCE) in het LEVEL menu
(zie blz. 31).
Voor het bijregelen van de balans van de linker en
rechter surroundluidsprekers gebruikt u de
surroundbalans-parameter (SURR BALANCE) in
het LEVEL menu (zie blz. 31).
Om de geluidssterkte van de middenluidspreker in
te stellen, drukt u op MENU </> om de parameter
“center” te kiezen.
Gebruik MENU +/– op de afstandsbediening om de
geluidssterkte te regelen.
Om de geluidssterkte van de surroundluidspreker
in te stellen, drukt u op MENU </> om de
parameter “surround” te kiezen.
Gebruik MENU +/– op de afstandsbediening om de
geluidssterkte te regelen.
4 Druk weer op de TEST TONE toets van de
afstandsbediening om de testtoon uit te schakelen.
Opmerking
Er kan geen testtoon worden weergegeven wanneer de tuner/
versterker staat ingesteld op MULTI CH IN meerkanaals-weergave.
z
U kunt ook alle luidsprekers tegelijk harder of zachter zetten:
Draai aan de MASTER VOLUME knop van de tuner/versterker
of druk op de MASTER VOL +/– toetsen van de
afstandsbediening.
Opmerkingen
• Tijdens het bijregelen toont het uitleesvenster de balans van de
voorluidsprekers, de surroundluidsprekers, de geluidssterkte
van de middenluidspreker en die van de surroundluidsprekers.
Alhoewel u deze instellingen via het LEVEL menu ook kunt
maken met de toetsen op het voorpaneel (bij weergave van de
testtoon schakelt de tuner/versterker automatisch over naar het
LEVEL menu), is het aanbevolen de hierboven beschreven
werkwijze te volgen en het instellen van de diverse luidsprekers
te verrichten vanaf uw luisterplaats met de afstandsbediening.
z
Bijregelen van de geluidssterkte voor elke luidspreker
afzonderlijk
Laten we eens aannemen dat u de geluidssterkte van alle
luidsprekers via de testtoon gelijkmatig hebt ingesteld. Daarmee
is dan voldaan aan een van de hoofdvoorwaarden voor een
uitstekende akoestiekweergave, maar er kan toch nog wel eens
een extra aanpassing nodig blijken wanneer u luistert naar de
weergave van een stuk muziek of een film. Dit komt omdat veel
beeld- en geluidsmateriaal wordt geleverd met een
middenkanaal en surroundkanalen die iets zachter zijn
opgenomen dan de beide voorkanalen.
Bij het afspelen van een dergelijke geluidsbron met meerkanaals
Surround Sound zult u merken dat het verhogen van de geluidssterkte
van het middenkanaal en de surroundluidsprekers vaak een betere
samenhang geeft tussen de voorluidsprekers en de middenluidspreker
en een natuurlijker balans van het klankbeeld voor en achter.
Ongeveer 1 dB luider zetten van de middenluidspreker en ongeveer 1 -
2 dB extra voor de surroundluidsprekers geeft vaak het beste resultaat.
Anders gezegd, voor een beter geïntegreerd klankbeeld met een
natuurlijk klinkende dialoog is het aanbevolen de nodige aanpassingen
te maken tijdens het luisteren naar uw favoriete muziek of speelfilms.
Een geringe aanpassing van slechts 1 dB kan vaak een enorm verschil
maken in de klank van uw thuistheater.
19
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Controleren van de aansluitingen
Na het aansluiten van al uw audio/video-apparatuur op
de tuner/versterker volgt u de onderstaande
aanwijzingen om te controleren of alle aansluitingen in
orde zijn.
1 Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker in te
schakelen.
2 Druk op een van de weergavebron-keuzetoetsen
om in te stellen op een component (beeld/
geluidsbron) die u hebt aangesloten (bijvoorbeeld
de CD-speler of het cassettedeck).
3 Schakel het betreffende apparaat in en start de
weergave van de geluidsbron.
4 Draai aan de MASTER VOLUME regelaar om de
geluidssterkte naar wens in te stellen.
Wanneer u geen normale geluidsweergave krijgt nadat u
deze procedure hebt gevolgd, dient u de volgende
checklist te overlopen en de nodige maatregelen te treffen
om het probleem op te lossen.
Er klinkt geen geluid, ongeacht welke
geluidsbron wordt gekozen.
, Controleer of de tuner/versterker en de
aangesloten apparatuur naar behoren zijn
ingeschakeld.
, Controleer met MASTER VOLUME of het volume
in het uitleesvenster niet op VOL MIN staat.
, Controleer of alle luidsprekersnoeren naar
behoren zijn aangesloten.
, Druk op MUTING wanneer MUTING verschijnt
in het uitleesvenster.
, Controleer of er een hoofdtelefoon is aangesloten
op PHONES. Wanneer er een hoofdtelefoon is
aangesloten, komt er geen geluid uit de
luidsprekers.
, Controleer of de receiver niet in de
“Demonstratiestand” staat (zie pagina 14).
Alvorens uw tuner/versterker in gebruik te nemen
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
+
MULTI CH IN INPUT MODE
BASS
MUTING
A.F.D.
ENTER
NAME
VIDEO DVD/LD TV/SAT
MD/TAPE CD TUNER
SET UP
MENU
LEVEL SURR
SOUND CONTROL
SOUND FIELD
MODE 2CH
DIMMER
PHONES
? / 1
TREBLE
+
TUNING
+
PRESET/
PTY SELECT
MEMORY SHIFT PTY FM MODE FM/AM
+
+
MASTER VOLUME
?/1
Een bepaalde geluidsbron is niet te horen.
, Controleer of de component correct is aangesloten
op de audio-ingangen voor die component.
, Controleer of de stekkers van het aansluitsnoer aan
beide zijden, op de tuner/versterker en het
weergave-apparaat zelf, stevig in de stekkerbussen
zijn gestoken.
Eén van de voorluidsprekers geeft geen geluid.
, Sluit een hoofdtelefoon aan op PHONES om na te
gaan of er geluid hoorbaar is via de hoofdtelefoon
(zie “w; PHONES aansluiting” op pagina 23).
Als ook bij de aangesloten hoofdtelefoon slechts
via één kanaal geluid te horen is, kan er iets mis
zijn met de aansluitingen van het weergave-
apparaat op de tuner/versterker. Controleer dan of
de stekkers van het aansluitsnoer aan beide einden,
op de tuner/versterker en de geluidsbron zelf,
stevig in de stekkerbussen zijn gestoken.
Als de hoofdtelefoon wel via beide kanalen geluid
geeft, kan er iets mis zijn met de aansluiting van de
niet werkende voorluidspreker op de tuner/
versterker. Controleer dan de aansluitingen van de
voorluidspreker die geen geluid geeft.
Doet zich een probleem voor dat hierboven niet vermeld
staat, zie dan het hoofdstuk “Verhelpen van storingen” op
blz. 44.
Weergavebron-
keuzetoetsen
20
NL
v
Bedienings-
organen en
basisbediening
van de tuner/
versterker
In dit hoofdstuk wordt de plaats en
functie van de toetsen en regelaars op
het voorpaneel beschreven, met een
uitleg van de voornaamste
bedieningshandelingen van de tuner/
versterker.
Bedieningsorganen op het
voorpaneel
1 ?/1 aan/uit-schakelaar
Druk hierop om de tuner/versterker in te schakelen.
2 Aanduidingskeuzetoets (DISPLAY)
Druk meermalen op deze toets om de aanduidingen in
het uitleesvenster als volgt om te schakelen:
v
Zelf ingevoerde naam van de beeld/geluidsbron*
v
Stand van de FUNCTION knop
v
Klankbeeld dat vast is gekozen voor
dit weergave-apparaat
Bij keuze van de tuner voor radio-ontvangst
v
Ingevoerde naam van de voorkeurzender* of vaste
zendernaam**
v
Afstemfrequentie
v
Programmatype-aanduiding**
v
Radiotekst**
v
Juiste tijd**
v
Klankbeeld dat vast is gekozen voor deze
afstemband of voorkeurzender
* De gekozen “index” naam verschijnt alleen als u zelf een naam
voor deze beeld/geluidsbron of voorkeurzender hebt ingevoerd (zie
blz. 41). De gekozen naam verschijnt niet als er alleen spaties zijn
ingevoerd of als de naam gelijk is aan die van de functietoets.
** Deze aanduidingen verschijnen alleen tijdens RDS ontvangst
(zie blz. 38).
21
NL
Bedienings-organen en basisbediening van de tuner/versterker
3 Uitleesvenster-verlichtingstoets (DIMMER)
Druk enkele malen op deze toets om de helderheid
van het uitleesvenster naar wens in te stellen. Als u het
uitleesvenster geheel wilt uitschakelen, kunt u hierop
instellen via de “DIM.RANGE” parameter in het SET
UP instelmenu (blz. 43).
4 De volgende toetsen zijn voor de bediening van de
ingebouwde tuner. Zie voor nadere bijzonderheden
het hoofdstuk “Radio-ontvangst” vanaf blz. 34.
Voorkeurzender/programmatype-toestsen
PRESET/PTY SELECT +/–
Druk hierop om alle te ontvangen radiozenders te
doorzoeken. Met deze toets kiest u tevens de
programmatypen bij gebruik van de PTY afstemming.
Afstemtoetsen (TUNING +/–)
Voor het afstemmen via het doorzoeken van alle
beschikbare radiozenders.
Geheugentoets (MEMORY)
Druk hierop om een radiozender in het geheugen vast
te leggen als voorkeurzender.
Geheugengroep-keuzetoets (SHIFT)
Hiermee kiest u een groep voorkeurzenders in het
afstemgeheugen.
Programmatype-keuzetoets (PTY)
Druk hierop om radiozenders op te zoeken aan de
hand van het programmatype dat ze uitzenden. Deze
PTY toets werkt niet tijdens AM ontvangst.
FM stereo/mono-keuzetoets (FM MODE)
Als de aanduiding “STEREO” in het uitleesvenster
knippert en de FM stereo uitzending niet erg goed
klinkt, drukt u op deze toets. Dan zal er geen stereo-
effect meer zijn, maar de ontvangst zal beter klinken.
Afstemband-keuzetoets (FM/AM)
Hiermee kiest u de FM of AM afstemband.
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
+
MULTI CH IN INPUT MODE
BASS
MUTING
A.F.D.
ENTER
NAME
VIDEO DVD/LD TV/SAT
MD/TAPE CD TUNER
SET UP
MENU
LEVEL SURR
SOUND CONTROL
SOUND FIELD
MODE 2CH
DIMMER
PHONES
? / 1
TREBLE
–+
TUNING
–+
PRESET/
PTY SELECT
MEMORY SHIFT PTY FM MODE FM/AM
–+
+
23
4
1
6
7
5
5 Insteltoets/indicator (SET UP)
Druk hierop om de voorbereidingsstand in te
schakelen en druk dan op de MENU
/ (ql) om in
te stellen op een van de onderstaande
voorbereidingsfuncties te kiezen. U kunt diverse
instellingen verrichten met de MENU +/– toetsen (qk).
Door keuze van de Kunt u
Luidsprekertype Luidsprekertype opgeven.
(pagina 15)
Luidspreker- Het luidsprekerformaat kiezen voor
instellingen de voor-, midden- en
surroundluidsprekers, de plaats van
de surroundluidsprekers instellen en
de aan- of afwezigheid van een
aparte lagetonen-luidspreker (zie blz.
15).
Luidspreker-afstanden
De afstand van de voor-, midden- en
surroundluidsprekers kiezen (zie blz. 17).
Helderheidsbereik Het uitleesvenster laten uitschakelen
van het uitleesvenster bij meermalen indrukken van de
DIMMER toets (zie blz. 43).
MULTI CH IN Kiezen welke videobron u wilt
videobron weergeven samen met het geluid dat
binnenkomt via de MULTI CH IN
aansluitingen (zie blz. 43).
6 Meerkanaals-decodeerlampje (MULTI CHANNEL
DECODING)
Dit indicatorlampje licht op wanneer het apparaat
signalen in een meerkanaals-formaat aan het
decoderen is.
7 Luidsprekermenu-keuzetoets /indicator (LEVEL)
Druk hierop voor keuze van de luidsprekerniveau-
parameters (zie blz. 31). De indicator van de toets licht
op en dan kunt u de verschillende luidsprekerniveau-
parameters (voorbalans, surroundbalans e.d.)
instellen.
22
NL
Bedienings-organen en basisbediening van de tuner/versterker
8 Akoestiekmenu-keuzetoets/indicator (SURR)
Druk hierop voor keuze van de akoestiekparameters
(zie blz. 30). De indicator van de toets licht op en dan
kunt u de verschillende akoestiekparameters
(effectniveau, wandbekleding e.d.) gaan instellen.
9 MULTI CH IN-keuzetoets
Druk hierop om het geluid van de apparatuur
aangesloten op de MULTI CH IN aansluitingen te
horen, samen met de beeldweergave van de gekozen
videocomponent. Druk nogmaals om MULTI CH IN te
annuleren.
• Wanneer MULTI CH IN is gekozen, werken toon-,
geluidsveld- en surroundregelingen niet.
0 Toonregelingsknoppen
TREBLE +/– tonen-toets
Druk hierop om de toon te regelen (treble) (blz 32).
BASS +/– tonen-toets
Druk hierop om de toon te regelen (bass) (blz 32).
qa Ingangssignaal-keuzetoets (INPUT MODE)
Druk hierop om het gewenste audiosignaal te kiezen
voor uw digitale apparatuur (DVD/LD en TV/SAT).
Bij elke druk op de toets wordt omgeschakeld tussen
de ingangssignalen van de ingestelde component.
Kies de stand Om
AUTO Voorrang te geven aan de digitale
signalen wanneer er zowel digitale
als analoge signalen beschikbaar zijn.
Als er geen digitale signalen zijn,
worden de analoge signalen gekozen.
DIGITAL (OPTICAL) In te stellen op de digitale
audiosignalen die via de DIGITAL
OPTICAL ingangsaansluiting
binnenkomen. (alleen op de TV/
SAT)
DIGITAL (COAXIAL) In te stellen op de digitale
audiosignalen die via de DIGITAL
COAXIAL ingangsaansluiting
binnenkomen. (alleen op de DVD/
LD)
ANALOG In te stellen op de analoge
audiosignalen die via de AUDIO IN
(L en R) aansluitingen binnenkomen.
Bedieningsorganen op het voorpaneel
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
+
MULTI CH IN INPUT MODE
BASS
MUTING
A.F.D.
ENTER
NAME
VIDEO DVD/LD TV/SAT
MD/TAPE CD TUNER
SET UP
MENU
LEVEL SURR
SOUND CONTROL
SOUND FIELD
MODE 2CH
DIMMER
PHONES
? / 1
TREBLE
+
TUNING
+
PRESET/
PTY SELECT
MEMORY SHIFT PTY FM MODE FM/AM
+
+
9qaqs
80
qdqfw;
qgqhqj
qkql
Opmerking
Wanneer een digitaal signaal van 96 kHz wordt ingevoerd,
functioneren de toon-, geluidsveld- en surroundregeling niet.
23
NL
Bedienings-organen en basisbediening van de tuner/versterker
qs Weergavebron-keuzetoetsen
Druk op een van deze toetsen om in te stellen op het
apparaat dat u wilt gebruiken.
Voor keuze van de Drukt u op
Videorecorder VIDEO
DVD of LD speler DVD/LD
TV of satelliet-tuner TV/SAT
Minidisc-recorder of MD/TAPE
cassettedeck
Compact disc speler CD
Ingebouwde tuner TUNER
Na het kiezen van het weergave-apparaat schakelt u dat
apparaat in en start u de weergave van de geluidsbron.
• Na het kiezen van een videorecorder, DVD videospeler of
laserdisc-speler schakelt u ook het TV-toestel in en stelt u
dit in op weergave van de gekozen component/beeldbron.
qd Totaalvolumeregelaar (MASTER VOLUME)
Na instellen op de gewenste geluidsbron draait u aan
deze knop om de geluidssterkte naar wens in te stellen.
qf Geluiddempingstoets (MUTING)
Druk hierop om de geluidsweergave te dempen.
MUTING verschijnt in het uitleesvenster wanneer het
geluid is onderdrukt.
qg SOUND FIELD
Gebruik de klankbeeldtoetsen (SOUND FIELD) voor
weergave met een akoestiekeffect. Zie voor nadere
bijzonderheden het hoofdstuk “Genieten van
Surround Sound akoestiek” vanaf blz. 24.
Decodeertoets/indicator (A.F.D.)
Druk deze toets in om de tuner/versterker
automatisch te laten waarnemen wat voor
geluidssignaal er binnenkomt en de vereiste
decodering toe te passen (indien nodig).
Klankbeeld-keuzetoets/indicator (MODE)
Druk hierop om het gewenste klankbeeld te gaan
kiezen (zie blz. 25).
Stereo-weergavetoets/indicator (2CH)
Druk hierop om alleen geluid te horen via de linker en
rechter voorluidsprekers.
qh Naamgevingstoets/indicator (NAME)
Druk hierop om de naamgevingsfunctie in te
schakelen en namen in te voeren voor de
voorkeurzenders en andere weergavebronnen
(zie blz. 41).
qj Invoertoets (ENTER)
Druk hierop om de gekozen lettertekens vast te leggen
bij naamgeving van de voorkeurzenders en andere
weergavebronnen.
qk MENU +/– tonen-toets
Druk hierop om luidsprekerniveau en surround
parameters (enz.) in te stellen.
ql MENU
/ tonen-toets
Druk hierop om luidsprekerniveau en surround
parameters (enz.) te kiezen.
w; Hoofdtelefoon-aansluiting (PHONES)
Hierop kunt u een hoofdtelefoon aansluiten.
• Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, produceren de
luidsprekers geen geluid.
24
NL
U kunt genieten van een fraaie ruimtelijke
geluidsweergave door eenvoudigweg een van de
voorgeprogrammeerde “klankbeelden” te kiezen die de
tuner/versterker biedt. Zo kunt u uw luisterkamer laten
klinken als een bioscoopzaal of een concertzaal. U kunt de
klankbeelden ook naar eigen inzicht aanpassen door de
diverse akoestiekparameters bij te stellen.
Deze tuner/versterker beschikt over een aantal
verschillende klankbeeldfuncties.
De “cinema” klankbeelden zijn bedoeld voor de weergave
van video- of filmgeluid (van DVD discs of laserdiscs)
met meerkanaals-geluidssporen of Dolby Pro Logic
geluid. Naast het decoderen van de diverse kanalen,
bieden enkele van deze klankbeelden ook
akoestiekeffecten zoals u die in de bioscoop kunt horen.
De “virtuele” klankbeelden bieden enkele
indrukwekkende toepassingen van de Sony Digital
Cinema Sound technologie voor digitale
signaalverwerking. Deze kunnen het geluid weg
verplaatsen van de feitelijke luidspreker-opstelling om de
aanwezigheid van een aantal “virtuele” luidsprekers te
simuleren.
De klankbeelden voor muziek (enz.) zijn bedoeld voor
weergave van gewone muziekbronnen en TV-
uitzendingen. Hierbij wordt er aan het signaal van de
geluidsbron een nagalm toegevoegd om het ruimtelijk
effect van een concertzaal of een stadion (enz.) te
simuleren. Gebruik deze klankbeelden voor de weergave
van gewone stereo geluidsbronnen zoals muziek-CD’s of
stereo radio-uitzendingen van muziek of
sportevenementen e.d.
Zie voor nadere bijzonderheden over de diverse
klankbeelden de beschrijving op blz. 26 t/m 27.
A.F.D. decodering
Dit “Auto Format Decoding” klankbeeld presenteert het
geluid precies zo als het is gecodeerd, zonder enige
bijregeling, nagalm e.d.
Voor een optimaal gebruik van de Surround
akoestiekfuncties zult u het aantal en de opstelling van
uw luidsprekers in de tuner/versterker moeten
vastleggen. Zie het hoofdstuk “Opstelling voor
meerkanaals Surround akoestiek” vanaf blz. 15 voor de
nodige instellingen van de luidspreker-parameters om ten
volle te kunnen genieten van de Surround Sound
akoestiek.
Genieten van
Surround
Sound
akoestiek
Dit hoofdstuk geeft aan hoe u de
tuner/versterker kunt instellen voor
geluidsweergave met
akoestiekeffecten en vaste
klankbeelden. Hiermee kunt u
genieten van meerkanaals Surround
Sound bij het afspelen van Dolby
Digital of DTS of videomateriaal.
25
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
+
MULTI CH IN INPUT MODE
BASS
MUTING
A.F.D.
ENTER
NAME
VIDEO DVD/LD TV/SAT
MD/TAPE CD TUNER
SET UP
MENU
LEVEL SURR
SOUND CONTROL
SOUND FIELD
MODE 2CH
DIMMER
PHONES
? / 1
TREBLE
–+
TUNING
–+
PRESET/
PTY SELECT
MEMORY SHIFT PTY FM MODE FM/AM
–+
+
BASS +/–
SURR
MENU
MENU +/–
SOUND FIELD
TREBLE +/–
/
Kort overzicht van de toetsen die u
gebruikt voor de klankbeeld-akoestiek
Luidsprekermenu-keuzetoets (LEVEL): Druk hierop om
de niveauparameters te personaliseren.
Akoestiekmenu-keuzetoets (SURR): Druk hierop om de
akoestiek-parameters in het huidige klankbeeld naar
wens aan te passen.
BASS +/ tonen-toets : Druk hierop om de toon te
regelen (bass).
TREBLE +/ tonen-toets : Druk hierop om de toon de
regelen (treble).
MENU
/ tonen-toets: Druk hierop om de gewenste
parameters te kiezen na indrukken van de LEVEL, SURR,
of SET UP toets.
MENU +/ tonen-toets : Draai hieraan om de gekozen
parameter in te stellen of het gewenste klankbeeld te
kiezen (enz.).
Klankbeeldtoetsen (SOUND FIELD)
Decodeertoets (A.F.D.): Druk deze toets in om de
tuner/versterker automatisch te laten waarnemen
wat voor geluidssignaal er binnenkomt en de
vereiste decodering toe te passen (indien nodig).
Klankbeeld-keuzetoets (MODE): Druk hierop om
de klankbeeld-keuzestand in te schakelen.
Stereo-weergavetoets (2CH): Druk hierop om
alleen geluid te horen via de linker en rechter
voorluidsprekers.
Keuze van een klankbeeld
U kunt genieten van een fraaie ruimtelijke
geluidsweergave door eenvoudigweg uit de
voorgeprogrammeerde klankbeelden datgene te kiezen
dat het best past bij de geluidsbron die u wilt horen.
1 Druk op de MODE toets.
Het laatst gekozen klankbeeld wordt in het
uitleesvenster aangegeven.
2 Druk op MENU / of MENU +/ om het
gewenste sound field te kiezen.
Zie het overzicht op blz. 26 en verder voor nadere
informatie over de beschikbare klankbeelden.
Uitschakelen van het klankbeeld
Druk op de A.F.D. decodeertoets of de 2CH stereo-
weergavetoets (zie blz. 23).
z
De tuner/versterker onthoudt het laatst gekozen klankbeeld
van iedere weergavebron (Sound Field Link)
Wanneer u een bepaalde weergavebron kiest, wordt automatisch
het klankbeeld ingesteld dat het laatst bij deze bron werd
gebruikt. Als u bijvoorbeeld naar een compact disc luistert met
HALL ingesteld als klankbeeld, vervolgens naar een andere
weergavebron overschakelt en dan weer terug naar de compact
disc, zal weer automatisch het HALL klankbeeld worden
ingesteld. Bij de tuner worden er afzonderlijke klankbeelden
onthouden voor AM, FM en alle voorkeurzenders.
z
Aan de verpakking kunt u zien of de video e.d. is opgenomen
met Dolby Surround geluid.
Alle officiële Dolby Digital discs zijn voorzien van het
beeldmerk en Dolby Surround discs zijn voorzien van het
A beeldmerk.
26
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Keuze van een klankbeeld
LCR
LS
RS
RSLS
SRSL
LCR
LS
RS
SRSL
RSLS
LCR
LS
RS
RSLS
RSLS
* “VIRTUAL” klankbeeld: Klankbeeld met gesimuleerde extra luidsprekers.
Geluidsmateriaal met meerkanaals akoestieksignalen
wordt weergegeven zoals het is opgenomen.
Standaard tweekanaals geluid wordt gedecodeerd
volgens het Dolby Pro Logic systeem om er een
akoestiekeffect aan toe te voegen.
Reproduceert de geluidskarakteristieken van een
klassieke montagestudio van Sony Pictures
Entertainment.
Reproduceert de geluidskarakteristieken van de
mengstudio van Sony Pictures Entertainment,
momenteel één van de meest geavanceerde in
Hollywood.
Reproduceert de geluidskarakteristieken van een BGM-
opnamestudio van Sony Pictures Entertainment.
Creëert met 3D geluidsverwerking een heel stel
“virtuele surroundluidsprekers” boven normale
luisterhoogte, op basis van slechts twee werkelijke
surroundluidsprekers. Dit klankbeeld omvat vier paar
virtuele luidsprekers rondom en in een hoek van
ongeveer 30° boven de luisteraar.
Creëert met 3D geluidsverwerking een aantal virtuele
surroundluidsprekers uit het geluid van de
voorkanalen, zonder werkelijke surroundluidsprekers
te gebruiken. Dit klankbeeld omvat vijf paar virtuele
luidsprekers rondom en in een hoek van ongeveer 30°
boven de luisteraar.
NORM. SURR.
(NORMAL SURROUND)
STUDIO A
(CINEMA STUDIO A)
STUDIO B
(CINEMA STUDIO B)
STUDIO C
(CINEMA STUDIO C)
V.M.DIMENS.*
(VIRTUAL MULTI
DIMENSION)
(Virtuele luidsprekers overal
rondom)
V. SEMI M.D.*
(VIRTUAL SEMI-MULTI
DIMENSION)
(Virtuele luidsprekers overal
gesimuleerd)
Een fraaie standaard akoestiek, geschikt
voor alle soorten speelfilms.
Ideaal voor science-fiction of actiefilms met
veel speciale geluidseffecten.
Ideaal voor musicals en klassieke films met
veel achtergrondmuziek.
Informatie over klankbeelden
Naam klankbeeld Effect op de geluidsweergave Opmerkingen
SIDE**
BEHIND**
** Zie blz. 16
27
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Naam klankbeeld Effect op de geluidsweergave Opmerkingen
Opmerkingen
• De effecten van de gesimuleerde virtuele luidsprekers kunnen soms bijgeluiden in de weergave veroorzaken.
• Bij weergave van klankbeelden met gesimuleerde virtuele luidsprekers zal er geen direct geluid van de surroundluidsprekers te horen
zijn.
HALL
JAZZ
(JAZZ CLUB)
L. HOUSE
(LIVE HOUSE)
GAME
Informatie over klankbeelden
Geeft de akoestiek van een rechthoekige concertzaal.
Geeft de akoestiek van een jazz-club.
Geeft de akoestiek van een muziektheater met 300
zitplaatsen.
Geeft de meest treffende geluids- en akoestiekeffecten
van videospelletjes.
Ideaal voor zachtere akoestische muziek.
Ideaal voor rock en popmuziek.
Zet hierbij uw videospel-apparaat in de
stereo stand voor een spel met stereo
geluidsspoor.
Neemt automatisch waar welk soort geluidssignaal er
binnenkomt (Dolby Digital, Dolby Pro Logic of
standaard twee-kanaals stereo) en zorgt voor een juiste
decodering waar nodig. Deze functie neemt het
geluidsspoor zoals het is opgenomen/gecodeerd, en
presenteert het zonder enige bijregeling, nagalm of
effecten.
Hierbij wordt het geluid alleen weergegeven door de
linker en rechter voorluidsprekers. Gewoon twee-
kanaals stereo geluid wordt weergegeven zonder door
de klankbeeld-circuits te passeren. Meerkanaals-geluid
wordt ook samengemengd tot gewone stereo weergave.
A.F.D.
AUTO FORMAT DECODING
(Druk op de A.F.D.
decodeertoets)
2CH ST.
2 CHANNEL
(Druk op de 2CH stereo-
weergavetoets)
Deze functie kunt u gebruiken ter
referentie.
Met deze functie kunt u elke geluidsbron
weergeven via alleen de linker en rechter
voorluidsprekers.
Gebruik de toetsen op het voorpaneel om de volgende weergavefuncties in te schakelen
Opmerkingen
• Bij instellen op de 2 CHANNEL tweekanaals-weergave zal de lagetonenluidspreker geen geluid weergeven. Om gewoon twee-kanaals
stereo geluid weer te geven via de linker en rechter voorluidsprekers plus een lagetonenluidspreker, gebruikt u de AUTO FORMAT
DECODING functie.
• Wanneer u “Micro Satellite Speaker” kiest, stuurt de geïntegreerde sound processor bass-geluid automatisch naar de subwoofer. Om met
deze instelling 2-kanaals (stereo) bronnen te beluisteren, raden wij u aan de AUTO FORMAT DECODING stand te kiezen zodat u uw
subwoofer kunt benutten om het juiste bass-signaal te verkrijgen.
28
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Uitleg van de meerkanaals-akoestiekaanduidingen
PRO LOGIC
D.RANGE TA NEWS INFO
MONO RDSDTS
STEREO
OPTSP. OFF
SL
S SR
L C R
MEMORY
L F E
DIGITAL
a
COAX
9
10 2 3
56
4
7
8
7 OPT
Deze aanduiding licht op bij weergave van een
digitaal signaal dat binnenkomt via de OPT
aansluiting.
8 Weergavekanaal-aanduidingen
Aan de oplichtende letters kunt u zien welke
geluidskanalen er worden weergegeven.
L: linksvoor R: rechtsvoor
C: midden (mono) SL: linksachter
SR: rechtsachter
S: achterluidsprekers (mono of alleen de
surroundweergave na Pro Logic verwerking)
Aan de oplichtende vakjes rond de letters kunt u zien
via welke luidsprekers het geluid wordt weergegeven.
Zie het overzicht op de volgende pagina voor nadere
bijzonderheden over de weergavekanaal-
aanduidingen.
9
L F E
L F E
lichten op wanneer de disc die speelt een
LFE (Low Frequency Effect) kanaal bevat en het geluid
van het LFE kanaal effectief wordt weergegeven.
0 SP. OFF
Licht op wanneer een hoofdtelefoon is aangesloten.
1 ; DIGITAL
Deze indicator licht op wanneer de receiver signalen
decodeert die zijn opgenomen in Dolby Digital
formaat.
2 PRO LOGIC
Deze aanduiding licht op wanneer het apparaat een
twee-kanaals signaal verwerkt met Pro Logic
technieken om zo een middenkanaal en akoestiek-
achterkanalen samen te stellen.*
* Deze indicator licht echter niet op als de midden- en
surroundluidsprekers zijn ingesteld op “NO” en het A.F.D. of
NORMAL SURROUND geluidsveld is geselecteerd.
3 DTS
Licht op wanneer DTS-signalen binnenkomen.
Opmerking
Bij het afspelen van een disc in DTS formaat moet u
erop toezien dat u digitale aansluitingen heeft
gemaakt en dat “INPUT MODE” NIET op ANALOG
staat (zie qaop blz 22).
4 Afstemaanduidingen
Deze aanduidingen lichten op bij gebruik van de tuner
voor het afstemmen op radiozenders e.d.
Zie blz. 34 t/m 39 voor de bediening van de tuner
voor radio-ontvangst.
5 D. RANGE
Deze aanduiding licht op wanneer de
compressiefunctie voor het dynamisch bereik is
ingeschakeld. Zie blz. 32 voor het instellen van de
dynamiek-compressie.
6 COAX
Deze aanduiding licht op bij weergave van een
digitaal signaal dat binnenkomt via de COAX
aansluiting.
29
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Overzicht van de geluidsbronkanaal-aanduidingen
De oplichtende letters (L, C, R, enz.) geven aan welke geluidsbronkanalen er worden weergegeven. De vakjes lichten op om
aan te geven hoe de tuner/versterker het geluid mengt, voor weergave via welke luidsprekers (afhankelijk van de
luidspreker-instellingen). Bij de klankbeelden voor muziek, zoals HALL of JAZZ CLUB, voegt de tuner/versterker nagalm
toe op basis van het inkomende geluid.
De volgende tabel geeft aan welke indicators oplichten bij gebruik van de AUTO FORMAT DECODING functie.
Deze tabel toont vrijwel alle mogelijke configuraties voor meerkanaals Surround Sound weergave, maar de met een “
sterretje gemarkeerde configuraties zijn het meest gebruikelijk.
* Signalen met de Dolby Surround aanduiding OFF
** Signalen met de Dolby Surround aanduiding ON
*** Hierbij wordt de bemonsteringsfrequentie aangegeven.
Opmerkingen
• De tuner/versterker decodeert volgens het Pro Logic systeem en de aanduidingen geven de 2/0** ingangskanalen aan bij de volgende
filmgeluid-klankbeelden met 2/0* of STEREO PCM ingangssignalen. (STUDIO A, B, C, V.M.DIMENS. en V. SEMI M.D.)
• Bij gebruik van de klankbeelden voor muziek, zoals HALL of JAZZ CLUB met standaard audio-systemen zoals PCM, creëert
de tuner/versterker signalen voor de surroundkanalen op basis van de linker en rechter voorkanaal-signalen. In dit geval geven de
surroundluidsprekers wel geluid weer, maar de uitgangsaanduidingen voor de surroundluidsprekers lichten niet op.
1/0
2/0*
3/0
2/1
3/1
2/2
3/2
2/0**
DOLBY DIGITAL [1/0]
DTS [1/0]
DOLBY PRO LOGIC
PCM XX kHz***
DIGITAL C
C
DOLBY DIGITAL [2/0]
DTS [2/0]
DOLBY DIGITAL [3/0]
DTS [3/0]
DOLBY DIGITAL [2/1]
DTS [2/1]
DOLBY DIGITAL [3/1]
DTS [3/1]
DOLBY DIGITAL [2/2]
DTS [2/2]
DOLBY DIGITAL [3/2]
DTS [3/2]
DOLBY DIGITAL [2/0]
DIGITAL C
dts
C
DIGITAL C
dts
C
DIGITAL C
dts
C
DIGITAL L C R
L C R
DIGITAL L C R
L C R
DIGITAL L CR
L CR
DIGITAL L CR
L CR
L R L R L R
dts
L R
DIGITAL L
S
R
L
S
R
DIGITAL L
S
R
L
S
R
DIGITAL L
S
R
L
S
R
DIGITAL L
S
R
L
S
R
DIGITAL L C
S
R
L C
S
R
DIGITAL
a
L C
S
R
L C
S
R
DIGITAL
a
L C
S
R
L C
S
R
DIGITAL L C
S
R
L C
S
R
DIGITAL L
SL
R
SR
L
SL
R
SR
DIGITAL L
SL
R
SR
L
SL
R
SR
DIGITAL L
SL
R
SR
L
SL
R
SR
DIGITAL L
SL
R
SR
L
SL
R
SR
DIGITAL L
SL
C R
SR
L
SL
C R
SR
DIGITAL L
SL
C R
SR
L
SL
C R
SR
DIGITAL L
SL
CR
SR
L
SL
CR
SR
DIGITAL L
SL
CR
SR
L
SL
CR
SR
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
L R L R L R L R
L R L R L R L R
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
;;;;
DIGITAL DIGITAL DIGITAL DIGITAL
;;;;
;;;;
;;;;
;
;
;
;
;
;
;
;
;
;
DIGITAL DIGITAL DIGITAL DIGITAL
;;;;
Aantal ingangskanalen
Opname-
kanalen
(voor/
surround)
Geluidsbron-kanalen en gebruikte weergavekanalen
Alle luidsprekers
aangesloten
Zonder
surroundluid-
sprekers
Zonder
middenluid-
spreker
Zonder midden/
surroundluidsprekers
30
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Bijregelen van de klankbeelden
U kunt de klankbeelden naar wens aanpassen door de
akoestiekparameters en de klankkleur van de
voorluidsprekers zo in te stellen dat het geluid in uw
luisterruimte optimaal klinkt.
Wanneer u een klankbeeld bijgeregeld heeft, zullen de
nieuwe instellingen in het geheugen bewaard blijven
(tenzij de tuner/versterker langer dan ongeveer twee
weken niet op een stopcontact aangesloten is). Om een
bijgeregeld klankbeeld opnieuw te wijzigen, hoeft u enkel
de gewenste veranderingen aan te brengen.
Zie het overzicht op blz. 33 voor de parameters waarmee
u een bepaald klankbeeld kunt bijregelen.
Voor de beste weergave van meerkanaals
Surround Sound
Zorg voor een juiste luidspreker-opstelling en volg de
aanwijzingen onder Opstelling voor meerkanaals
Surround akoestiek vanaf blz. 15, alvorens u een
klankbeeld gaat aanpassen.
Aanpassen van de akoestiekparameters
Het SURR menu biedt een aantal parameters waarmee u
allerlei verschillende aspecten van het gekozen
klankbeeld kunt aanpassen. De instellingen die u in dit
menu kiest worden voor elk klankbeeld afzonderlijk
vastgelegd.
1 Start de weergave van een geluidsbron die is
gecodeerd met een meerkanaals Surround
geluidsspoor.
2 Druk op de SURR toets.
De toets licht op en de eerste parameter wordt
aangegeven.
3 Druk op MENU / om de parameter te kiezen
die u wilt instellen.
4 Druk op MENU +/ om de gewenste instelling te
kiezen.
De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd.
Effectniveau (EFFECT)
Oorspronkelijke instelling: (afhankelijk van de
geluidsveldstand)
Met deze parameter kunt u de sterkte of nadruk van het
gekozen klankbeeld naar wens instellen.
Wandbekleding
Oorspronkelijke instelling: WALL MID
Wanneer geluid weerkaatst wordt door een wand die
bekleed is met relatief zacht materiaal of door gordijnen,
worden de hoge tonen verzwakt. Een hardere
wandbekleding daarentegen reflecteert het geluid meer
gelijkmatig en zal de frequentiekarakteristiek van het
geluid daarom minder sterk beïnvloeden. Deze WALL
parameter simuleert de hardheid van de wandbekleding,
door het variëren van de hoeveelheid hoge tonen. De S
(soft) instelling geeft een zachte wandbekleding aan en de
H (hard) instelling een harde wandbekleding.
Het muurtype kan in 17 stappen worden ingesteld van
WALL S. 1 ~ WALL S. 8 (zacht) tot WALL H. 1 ~ WALL
H. 8 (hard).
De gemiddelde stand (WALL MID) geldt voor een
standaard halfharde wand (van hout).
Weerkaatsing
Oorspronkelijke instelling: REVB. MID
Bij een muziekuitvoering zal het geluid altijd een aantal
malen heen en weer kaatsen tussen de linker en rechter
wanden, het plafond en de vloer, vóór het onze oren
bereikt. Hoe groter de ruimte, des te langer zullen de
weerkaatsingen duren. Met deze parameter kunt u de
tijdsduur van de vroege weerkaatsingen bijregelen om zo
een grotere (L) of een kleinere (S) ruimte te simuleren.
De weerkaatsingen zijn instelbaar van REVB. S. 1 ~
REVB. S. 8 (short - kort) tot REVB. L. 1 ~ REVB. L. 8
(lang) in 17 stappen.
De gemiddelde stand (REVB. MID) geeft een standaard
ruimte, zonder bijregeling.
31
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
*
Niveau van de lagetonen-luidspreker
Oorspronkelijke instelling: S.W. 0 dB
Hiermee kunt u de geluidssterkte van de lagetonen-
luidspreker instellen.
De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van
10 dB tot + 6 dB.
* De parameters kunnen afzonderlijk worden geregeld voor MULTI
CH IN.
Laagfrequent Effect mengniveau
Oorspronkelijke instelling: L.F.E. 0 dB
Met deze parameter kunt u de geluidssterkte bijregelen
van het afzonderlijke LFE (Low Frequency Effect) kanaal
dat wordt weergegeven via de lagetonen-luidspreker,
zonder hierbij de gewone lage tonen te beïnvloeden die
door de basverdelingscircuits van de voor-, midden- en
surroundkanalen worden overgeheveld naar de aparte
lagetonen-luidspreker.
Het LFE niveau is instelbaar in stapjes van 1 dB, van
20.0 dB tot 0 dB (lijnniveau). Bij 0 dB wordt het
volledige LFE signaal weergegeven met het
mengniveau gekozen door de opnametechnicus.
Bij instellen op OFF wordt het geluid van het LFE
kanaal door de lagetonen-luidspreker gedempt. De lage
tonen van de voor-, midden- en surroundkanalen die
door de basverdelingscircuits worden overgeheveld
naar de lagetonen-luidspreker worden echter wel
weergegeven, volgens de keuze gemaakt voor elk
luidsprekerpaar bij de luidspreker-instellingen (zie blz.
15).
Bijregelen van de luidspreker-instelparameters
Het LEVEL luidspreker-instelmenu biedt een aantal
parameters waarmee u de balans en de geluidssterkte van
elke luidspreker naar wens kunt instellen. De instellingen
die u in dit menu maakt, zijn van toepassing op alle
klankbeelden.
1
Start de weergave van een geluidsbron die is gecodeerd
met een meerkanaals Surround geluidsspoor.
2 Druk op de LEVEL toets.
De toets licht op en de eerste parameter wordt
aangegeven.
3 Druk op MENU / om de parameter te kiezen
die u wilt instellen.
4
Druk op MENU +/ om de gewenste instelling te kiezen.
De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd.
* Voorluidspreker-balans (
L
R
)
Oorspronkelijke instelling: BALANCE
Hiermee kunt u de onderlinge geluidsbalans van de
linker en rechter luidsprekers naar wens bijregelen.
De balans kan in ±8 stappen worden geregeld.
Deze instelling is ook direct regelbaar met de
bijgeleverde afstandsbediening. Zie Bijregelen van de
geluidssterkte van de luidsprekers (op blz. 18).
* Balans van de surroundluidsprekers (
SL
SR
)
Oorspronkelijke instelling: BALANCE
Hiermee kunt u de balans van de linker en rechter
surroundluidsprekers bijregelen.
De balans kan in ±8 stappen worden geregeld.
Deze instelling is ook regelbaar met de bijgeleverde
afstandsbediening. Zie Bijregelen van de
geluidssterkte van de luidsprekers (op blz. 18).
* Niveau van de surroundluidsprekers
Oorspronkelijke instelling: SURR 0 dB
Hiermee kunt u de geluidssterkte van beide
surroundluidsprekers (links en rechts) instellen.
De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van
10 dB tot + 6 dB.
Deze instelling is ook direct regelbaar met de
bijgeleverde afstandsbediening. Zie Bijregelen van de
geluidssterkte van de luidsprekers (op blz. 18).
*
Niveau van de middenluidspreker
Oorspronkelijke instelling: CTR 0 dB
Hiermee kunt u de geluidssterkte van de
middenluidspreker instellen.
De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van
10 dB tot + 6 dB.
32
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Bijregelen van de klankbeelden
Dynamiekcompressie (
D. RANGE
)
Oorspronkelijke instelling: COMP. OFF (uit)
Hiermee kunt u het dynamisch bereik van een speelfilm-
geluidsspoor comprimeren, dus verkleinen. Dit kan
bijvoorbeeld handig zijn als u s avonds laat een speelfilm
wilt bekijken; dan kunt u het geluid zacht zetten en toch
een rijke, volle klank behouden.
In de COMP. OFF stand wordt het geluidsspoor
normaal weergegeven, zonder compressie.
In de COMP. STD stand wordt het geluidsspoor
weergegeven met het volledig dynamisch bereik, zoals
gekozen door de opnamestudio-technicus.
Met de standen COMP. 0.1 - 0.9 kunt u het dynamisch
bereik geleidelijk steeds meer comprimeren, om precies
het gewenste effect te bereiken.
In de COMP. MAX stand wordt het dynamisch bereik
drastisch beperkt.
Opmerking
De dynamiekcompressie is niet te gebruiken voor DTS
geluidsbronnen.
z
Betreffende de dynamiekcompressie
Met deze parameter wordt het dynamisch bereik van een
speelfilm-geluidsspoor gecomprimeerd volgens de dynamiek-
informatie in het Dolby Digital signaal. COMP. STD geeft de
standaard compressie, maar omdat de meeste geluidsbronnen
slechts een geringe compressie hebben, zult u waarschijnlijk
weinig verschil bemerken met de standen COMP. 0.1 - 0.9.
Daarom kunnen we u aanbevelen de COMP. MAX compressie
te gebruiken. Hiermee wordt het dynamisch bereik drastisch
beperkt, zodat u zonder bezwaar ook s avonds laat kunt
genieten van een speelfilm met zacht ingesteld geluid. In
tegenstelling tot analoge compressiefuncties zijn de niveaus
hierbij vooraf bepaald, voor een natuurlijk klinkende compressie.
De lage/hoge tonen regelen
Met de BASS +/ of TREBLE +/ toets kunt u de toon
(lage of hoge tonen) van de voorluidsprekers regelen voor
een optimale geluidsweergave. U kunt de toon regelen
voor elk afzonderlijk klankbeeld.
1 Start de weergave van een geluidsbron die is
gecodeerd met een meerkanaals Surround
geluidsspoor.
2 Druk op BASS +/ om de lage tonen te regelen en
TREBLE +/ om de hoge tonen te regelen.
De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd.
De toonregeling is instelbaar van 6 dB tot +6 dB in
stapjes van 2 dB tegelizk.
Terugstellen van de bijgeregelde klankbeelden
op de oorspronkelijke fabrieksinstelling
1 Als de tuner/versterker aan staat, drukt u op de
?/1 toets om het apparaat uit te schakelen.
2 Houd de MODE toets ingedrukt en schakel het
apparaat weer in met de ?/1 toets.
De aanduiding S.F. CLR verschijnt in het
uitleesvenster en dan zijn alle klankbeelden tegelijk
teruggesteld op de fabrieksinstellingen.
33
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Instelbare parameters voor de verschillende klankbeelden
EFFECT WALL REVERB FRONT SURR SURR CENTER
SUB WOOFER
LFE
LEVEL TYPE TIME BAL. BAL. LEVEL LEVEL
LEVEL
MIX
2CH rr
A.F.D. rrrrrr
NORMAL SURROUND rrrrrr
CINEMA STUDIO A r rrrrrr
CINEMA STUDIO B r rrrrrr
CINEMA STUDIO C r rrrrrr
V. MULTI DIMENSION rrrrrr
V. SEMIM. DIMENSION r rrr
HALL rr r r rrr r r
JAZZ CLUB rr r r rrr r r
LIVE HOUSE rr r r rrr r r
GAME rr r r rrr r r
MULTI CH IN rrrrr
D.RANGE
BASS/TREBLE
COMP.
2CH rr
A.F.D. rr
NORMAL SURROUND rr
CINEMA STUDIO A rr
CINEMA STUDIO B rr
CINEMA STUDIO C rr
V. MULTI DIMENSION rr
V. SEMIM. DIMENSION rr
HALL rr
JAZZ CLUB rr
LIVE HOUSE rr
GAME rr
MULTI CH IN
34
NL
Radio-
ontvangst
In dit hoofdstuk wordt beschreven
hoe u op FM of AM radiozenders
afstemt en hoe u voorkeurzenders in
het geheugen vastlegt.
Met deze tuner/versterker kunt u op radiozenders
afstemmen op de volgende manieren:
Automatische FM zenderopslag in alfabetische
volgorde (“Autobetical select”)
U kunt de tuner/versterker automatisch 30 van de best
doorkomende FM radiozenders en FM RDS zenders in het
afstemgeheugen laten vastleggen (zie blz. 36).
Directe afstemming
Als u de zendfrequentie van de gewenste radiozender
kent, kunt u deze direct kiezen met de cijfertoetsen
(zie blz. 36).
Automatische zoekafstemming
Als u de zendfrequentie van de afstandsbediening van de
gewenste radiozender niet kent, kunt u de tuner/
versterker alle beschikbare zenders in uw gebied laten
doorzoeken (zie blz. 37).
Geheugenafstemming
Na het afstemmen op een zender met de directe
afstemming of de automatische zoekafstemming kunt u
de zender, als die goed klinkt, vastleggen in het
afstemgeheugen van de tuner/versterker (zie blz. 37).
Dan kunt u voortaan die zogenoemde voorkeurzender
rechtstreeks kiezen, door de letter-en-cijfer code ervan in
te voeren (zie blz. 38). Zo kunt u tot 30 voorkeurzenders
voor de FM en AM voorinstellen. U kunt de tuner/
versterker ook alle vastgelegde voorkeurzenders laten
doorzoeken (zie blz. 38).
RDS informatiezenders
RDS (Radio Data Systeem) is een radio-informatiesysteem
waarmee radiozenders naast de gewone radio-uitzending
allerlei nuttige informatie kunnen uitzenden. Deze
receiver beschikt over twee handige RDS-functies:
Aangeven van RDS informatie in het uitleesvenster
(zie blz. 38)
— Opzoeken van een radiozender aan de hand van het
programmatype (PTY) (zie blz. 39)
De RDS informatie wordt alleen uitgezonden door FM
zenders.*
* Niet alle FM radiozenders bieden de RDS informatie en niet alle
RDS zenders bieden dezelfde functies. Als u niet bekend bent met de
plaatselijk beschikbare RDS functies, kunt u voor nadere
bijzonderheden het best contact opnemen met de plaatselijke
radiozenders.
Alvorens u begint, dient u te zorgen dat:
Er een FM en een AM antenne op de tuner/versterker
zijn aangesloten (zie blz. 5).
Radio-ontvangst
35
NL
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
+
MULTI CH IN INPUT MODE
BASS
MUTING
A.F.D.
ENTER
NAME
VIDEO DVD/LD TV/SAT
MD/TAPE CD TUNER
SET UP
MENU
LEVEL SURR
SOUND CONTROL
SOUND FIELD
MODE 2CH
DIMMER
PHONES
? / 1
TREBLE
–+
TUNING
–+
PRESET/
PTY SELECT
MEMORY SHIFT PTY FM MODE FM/AM
–+
+
FM MODE
MEMORY
PRESET/PTY SELECT +/–
TUNING +/–
PTY
FM/AM
SHIFT
P
p
DISC
9
(
0
)
=
+
>10
0
789
456
123
ENTER
CD/SACD
AUX
TUNER
VIDEO
MD/TAPE
VIDEO 2
PHONO
VIDEO 1
VIDEO 3
SYSTEM
STANDBY
FUNCTION
SHIFT
POSITION
DISPLAY
MODE
JUMP
A.F.D.
MUTING
2CH/OFF
WIDE
P IN P
SWAP
D.SKIP/
CH/PRESET
– /– –
– SUB CH +
ANT
TV/VTR
TV/
VIDEO
MULTI CH/
2 CH DIRECT
SOUND FIELD
+
MAIN MENU
RM-U305
g
MENU
MASTER
VOL
TEST TONE
D.TUNING
RETURN
MENU
ENTER
TITLE
f
F
G
g
SLEEP
AV
?/1
?/1
DVD/LD
TV/SAT
FN SHIFT
AV SYSTEM
D.TUNING
Cijfertoetsen
Kort overzicht van de toetsen die u
gebruikt voor radio-ontvangst
Afstemtoetsen (TUNING +/): Druk hierop om alle
beschikbare radiozenders te overlopen.
Aanduidingskeuzetoets (DISPLAY): Druk hierop om de
RDS informatie in het uitleesvenster te zien.
Geheugentoets (MEMORY): Gebruik deze om
radiozenders in het geheugen vast te leggen als
voorkeurzenders.
Voorkeurzender/programmatype-toetsen (PRESET/PTY
SELECT +/): Druk hierop om alle vastgelegde
voorkeurzenders te overlopen of om programmatypes te
kiezen.
Programmatype-keuzetoets (PTY): Hiermee kunt u
radiozenders opzoeken aan de hand van het
programmatype dat ze uitzenden.
FM stereo/mono-keuzetoets (FM MODE): Als de
aanduiding “STEREO” in het uitleesvenster knippert en
de FM stereo uitzending niet erg goed klinkt, drukt u op
deze toets. Dan zal er geen stereo-effect meer zijn, maar de
ontvangst zal beter klinken.
Opmerking
Als de “STEREO” aanduiding helemaal niet oplicht bij normale
ontvangst van een FM radio-uitzending, drukt u op deze toets
zodat de “STEREO” aanduiding gaat branden.
Afstemband-keuzetoets (FM/AM): Druk hierop om de
FM of AM afstemband te kiezen.
Geheugengroep-keuzetoets (SHIFT): Hiermee kiest u
een geheugengroep (A, B of C) voor het vastleggen van of
afstemmen op een voorkeurzender in het
afstemgeheugen.
Radio-ontvangst-keuzetoets (TUNER): Druk hierop om
in te stellen op de tuner, voor-ontvangst.
Op de afstandsbediening:
D. TUNING: Druk op deze toets om rechtstreeks een
frequentie in te voeren met behulp van de cijfertoetsen.
Cijfertoetsen: Hiermee voert u een cijferwaarde in om de
frequentie rechtstreeks in te voeren, radiozenders vast te
leggen of af te stemmen op voorkeurzenders.
36
NL
Radio-ontvangst
Met deze automatische zenderopslag functie kunt u
maximaal 30 FM radiozenders en FM RDS zenders in het
afstemgeheugen van de tuner/versterker vastleggen,
zonder doublures.
Hierbij kiest de tuner/versterker automatisch alleen de
best doorkomende zenders.
Als u bepaalde FM of AM zenders handmatig in het
afstemgeheugen wilt vastleggen, volg dan de
aanwijzingen onder “Voorinstellen van radiozenders” op
blz. 37.
Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte
toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt
voor de radio-ontvangst” op blz. 35.
1 Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker uit te
schakelen.
2 Houd de MEMORY toets ingedrukt en druk
nogmaals op de ?/1 toets om de tuner/versterker
weer in te schakelen.
De aanduiding “AUTO-BETICAL SELECT” verschijnt
en de tuner/versterker gaat op zoek naar alle
plaatselijk te ontvangen FM radiozenders en FM RDS
zenders en legt deze in het afstemgeheugen vast.
Bij elke RDS informatiezender controleert de tuner/
versterker eerst of er andere zenders zijn die hetzelfde
programma uitzenden, om daarvan dan alleen de
duidelijkst doorkomende zender vast te leggen. De
gekozen RDS informatiezenders worden gesorteerd op
alfabetische volgorde van hun officiële Program
Service zendernaam, en krijgen dan elk een letter-
plus-cijfer voorinstelcode toegewezen. Zie voor nadere
bijzonderheden betreffende de RDS informatiezenders
blz. 38.
De gewone FM radiozenders krijgen ook een letter-
plus-cijfer code en worden dan na de RDS zenders
vastgelegd.
Na afloop van het vastleggen verschijnt de aanduiding
“FINISH” even in het uitleesvenster en dan keert de
tuner/versterker terug naar de normale
bedieningsfuncties.
Opmerkingen
• Druk niet op enige toets tot de tuner/versterker klaar is met
het doorzoeken van de beschikbare zenders.
• Als u verhuist naar een andere streek, kan het nodig zijn deze
procedure opnieuw uit te voeren, om de best te ontvangen
zenders in uw nieuwe woongebied vast te leggen.
• Zie voor het afstemmen op de vastgelegde voorkeurzenders de
aanwijzingen op blz. 37.
• De FM MODE stereo/mono instelling wordt ook samen met
elke zender vastgelegd.
Automatische FM
zenderopslag in
alfabetische volgorde
(“Autobetical select”)
bbbb
025
0
1
b
3
1
bb
5
0
Directe afstemming
Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte
toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt
voor radio-ontvangst” op blz. 35.
1 Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
2 Kies met de FM/AM toets de FM of AM
afstemband.
3 Druk op de D. TUNING toets van de
afstandsbediening.
4 Voer met de cijfertoetsen de gewenste
afstemfrequentie in van de afstandsbediening.
Voorbeeld 1: FM 102,50 MHz
Voorbeeld 2: AM 1350 kHz
Als u niet op een bepaalde zender kunt
afstemmen en de ingevoerde cijfers
knipperen
Controleer of u de juiste frequentie hebt ingevoerd. Bij
een vergissing herhaalt u de stappen 3 en 4.
Als de ingevoerde cijfers nog steeds knipperen, wordt
deze frequentie in uw ontvangstgebied niet gebruikt.
5 Bij afstemmen op een AM radiozender verstelt u
de richting van de AM kaderantenne zo dat de
ontvangst optimaal klinkt.
6 Herhaal stappen 2 tot 5 om af te stemmen op
andere zenders.
z
Als u voor de frekwentie een getal invoert dat niet deelbaar
is door het geldende afsteminterval
De ingevoerde waarde zal automatisch naar boven of beneden
worden afgerond.
Het interval van de afstemschaal is:
FM: 50 kHz
AM: 9 kHz
• Als u na het opslaan van zenders met deze functie uw FM
antenne verplaatst, kunnen de vastgelegde instellingen niet
meer geldig zijn. In dat geval volgt u weer de bovenstaande
aanwijzingen om de FM zenders opnieuw vast te leggen.
Radio-ontvangst
37
NL
Automatische
zoekafstemming
Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte
toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt
voor de radio-ontvangst ” op blz. 35.
1 Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
2 Kies met de FM/AM toets de FM of AM
afstemband.
3 Druk op de TUNING + of TUNING toets.
Druk op de + toets om de afstemband in oplopende
volgorde te doorzoeken; op de – toets om van hoog
naar laag te zoeken.
Wanneer de tuner/versterker het einde van de
afstemschaal bereikt
Dan wordt de zoekafstemming vanaf het andere einde
herhaald in dezelfde richting.
Telkens wanneer er een zender wordt gevonden, stopt
de tuner/versterker met zoeken.
4 Om door te gaan met zoeken, drukt u nogmaals op
de TUNING + of TUNING toets.
Geheugenafstemming
Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte
toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt
voor de radio-ontvangst” op blz. 35.
Voor u kunt afstemmen op een voorkeurzender, dient u
eerst het “Voorinstellen van radiozenders” te verrichten
volgens de onderstaande aanwijzingen.
Voorinstellen van radiozenders
1 Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
2 Stem af op de radiozender die u wilt voorinstellen,
met de directe afstemming (zie blz. 36) of de
automatische zoekafstemming (deze pagina).
3 Druk op de MEMORY toets.
In het uitleesvenster licht enkele seconden lang de
aanduiding “MEMORY” op.
Verricht de stappen 4 t/m 6 voordat deze aanduiding
dooft.
4 Druk op de SHIFT toets om een geheugengroep (A,
B of C) te kiezen.
Telkens wanneer u op de SHIFT toets drukt, verschijnt
de volgende groepsletter, “A”, “B” of “C” in het
uitleesvenster.
5 Kies een zendernummer door op PRESET/PTY
SELECT + of PRESET/PTY SELECT te drukken.
Als de “MEMORY” aanduiding dooft voordat u de
zender hebt kunnen vastleggen, gaat u terug naar stap
3.
6 Druk nogmaals op de MEMORY toets om de
ontvangen radiozender in het geheugen vast te
leggen.
Als de “MEMORY” aanduiding dooft voordat u de
zender hebt kunnen vastleggen, gaat u terug naar stap
3.
7 Herhaal de stappen 2 t/m 6 voor elk van de
voorkeurzenders die u wilt vastleggen.
Een andere zender voorinstellen onder een reeds
gebruikt nummer
Herhaal de stappen 1 t/m 6 om een nieuwe zender onder
hetzelfde nummer vast te leggen.
Opmerking
Wanneer het netsnoer ongeveer een week losgekoppeld is,
worden alle voorinstelzenders uit het geheugen van de receiver
gewist en moeten de zenders opnieuw worden vooringesteld.
38
NL
Radio-ontvangst
nA1˜A2˜...˜A0˜B1˜B2˜...˜B0N
nC0˜...C2˜C1N
Afstemmen op vastgelegde
voorkeurzenders
Op radiozenders die in het afstemgeheugen zijn
vastgelegd, kunt u afstemmen op een van de volgende
twee manieren.
Afstemmen door alle voorkeurzenders te
doorlopen
1 Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
2 Druk enkele malen op de PRESET/PTY SELECT + of
PRESET/PTY SELECT toets om te zoeken naar de
gewenste zender.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, gaat de tuner/
versterker één voorkeurzender verder in de gekozen
richting en de onderstaande volgorde:
z U kunt de voorkeurzenders automatisch doornemen op zoek
naar een bepaald programmatype.
Zie blz. 39.
Afstemmen op een voorkeurzender waarvan u
het nummer kent
1 Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
2 Druk op de SHIFT toets om een geheugengroep (A,
B of C) te kiezen en kies dan het nummer van de
gewenste voorkeurzender met de cijfertoetsen.
Ontvangst van RDS informatie-
uitzendingen
Kies eenvoudigweg een radiozender uit de FM
band.
Bij afstemming op een zender die RDS informatie
uitzendt, verschijnt de zendernaam in het uitleesvenster.
Opmerking
De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen zijn, als de
zender waarop u hebt afgestemd de RDS signalen niet duidelijk
genoeg uitzendt of als de signaalsterkte onvoldoende is.
Aangeven van RDS informatie in het
uitleesvenster
Druk op de DISPLAY toets. Iedere keer dat u op de
DISPLAY toets drukt, verspringen de aanduidingen in het
uitleesvenster stap voor stap, om de volgende informatie
aan te geven.
**Deze informatie wordt ook aangegeven voor FM radiozenders
die geen RDS informatie uitzenden.
Opmerkingen
Als er een speciale mededeling of waarschuwingsbericht van
overheidswege doorkomt, zal in het uitleesvenster de
aanduiding ALARM gaan knipperen.
Als een aanduiding uit 9 of meer letters bestaat, zal de tekst
over het scherm lopen.
De volgende aanduidingen kunnen verschijnen als een zender
een bepaald type RDS informatie niet uitzendt:
NO PTY (er wordt geen programmatype-informatie
uitgezonden);
NO TEXT (er wordt geen radiotekst uitgezonden);
NO TIME (de juiste tijd wordt niet uitgezonden).
Afhankelijk van de methode die door de radiozender wordt
gebruikt om de tekst door te sturen, is het mogelijk dat
bepaalde tekstboodschappen onvolledig zijn.
Aangegeven informatie Hiermee kunt u:
Zendernaam** De zender aan de hand van de
zendernaam (bijv. WDR) in
plaats van via de frekwentie
opzoeken.
Afstemfrekwentie** De zender aan de hand van de
frekwentie opzoeken.
Programmatype Een bepaald programmatype
opsporen. (Zie bladzijde 39 voor
de programmatypes waaruit u
kunt kiezen.)
Radiotekst De tekstberichten aangeven die
door de RDS zender worden
uitgezonden.
Juiste tijd (24-uurs cyclus) De huidige tijd aangeven.
Actief geluidsveld** Het actieve geluidsveld
aangeven.
Gebruik van het Radio Data
Systeem (RDS)
Geheugenafstemming
Radio-ontvangst
39
NL
Opzoeken van een radiozender aan de
hand van het programmatype (PTY)
U kunt een radiozender van uw keuze opzoeken door in
te stellen op het gewenste programmatype. De tuner
stemt dan af op een uitzending van het gekozen type,
verzorgd door een van de RDS zenders die zijn
vastgelegd in het afstemgeheugen van de tuner.
1
Druk op PTY om het huidige PTY type weer te geven.
Druk op PRESET/PTY SELECT + of tot het gewenste
programmatype in het uitleesvenster verschijnt.
Hieronder vindt u een overzicht van de beschikbare
programmatypes.
2 Druk op de PTY toets terwijl het programmatype
in het uitleesvenster wordt aangegeven.
De tuner doorloopt dan de vooringestelde RDS
radiozenders op zoek naar het gekozen soort
programma. (De aanduiding SEARCH en het
programmatype verschijnen afwisselend in het
uitleesvenster.) Wanneer de tuner/versterker een
programma van het door u gekozen type vindt, stopt
het apparaat met zoeken. Dan knippert het
voorinstelnummer van de radiozender die het
gekozen soort programma uitzendt, en vervolgens
schakelt de tuner/versterker over op ontvangst en
weergave van de betreffende uitzending.
Opmerking
De aanduiding NO PTY verschijnt wanneer het door u
gekozen programmatype niet wordt uitgezonden; de tuner keert
dan terug naar de oorspronkelijke zender.
Overzicht van de beschikbare
programmatypen
Programmatype U luistert naar
NONE Ieder type uitzending dat niet
onder een van de volgende
categorieën valt.
NEWS Nieuwsberichten.
AFFAIRS Aktualiteitenprogrammas over
onderwerpen die recentelijk in
het nieuws zijn.
INFO Uitzendingen over
consumentenzaken, medisch
advies, weersinformatie, etc.
SPORT Sportuitzendingen.
EDUCATE Educatieve programmas en
uitzendingen met advies op
verschillende gebieden.
DRAMA Hoorspelen en radioseries.
CULTURE Radio-uitzendingen over
nationale of regionale culturele
aangelegenheden, zoals religie,
taal en sociale vraagstukken.
Programmatype U luistert naar
SCIENCE Programmas over
natuurwetenschappen en
technologie.
VARIED Gevarieerd amusement, zoals
interviews met bekende
persoonlijkheden,
quizprogramma's en komedies.
POP M Populaire muziek.
ROCK M Rockmuziek.
EASY M Easy listening ("middle of the
road" muziek).
LIGHT M Lichte klassieke muziek, zowel
instrumentaal als vokaal.
CLASSICS Uitvoeringen van klassieke
muziek door grote orkesten,
kamermuziek, opera, enz.
OTHER M Muziek die in geen enkele van de
bovenstaande categorieën
thuishoort, zoals bijvoorbeeld
rhythm & blues en reggae.
WEATHER Weerberichten.
FINANCE Beursberichten en financieel-
economische programma's.
CHILDREN Jongerenprogramma's.
SOCIAL Programma's over sociologie,
geschiedenis, aardrijkskunde,
psychologie, en
maatschappijwetenschappen.
RELIGION Programma's over religieuze
aangelegenheden.
PHONE IN Meningsuiting via telefoon of
panelgesprekken.
TRAVEL Informatieprogramma's over
reizen.
LEISURE Vrijetijdsprogramma's waar
luisteraars aan kunnen
deelnemen.
JAZZ Polyfonische, gesyncopeerde
muziek.
COUNTRY Muziek uit het zuiden van de VS.
NATION M Hedendaagse populaire muziek
uit land of streek.
OLDIES Golden age muziek.
FOLK M Muziek die stamt uit de
muziekcultuur van een bepaald
land.
DOCUMENT Duidingsprogramma's.
40
NL
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
+
MULTI CH IN INPUT MODE
BASS
MUTING
A.F.D.
ENTER
NAME
VIDEO DVD/LD TV/SAT
MD/TAPE CD TUNER
SET UP
MENU
LEVEL SURR
SOUND CONTROL
SOUND FIELD
MODE 2CH
DIMMER
PHONES
? / 1
TREBLE
–+
TUNING
–+
PRESET/
PTY SELECT
MEMORY SHIFT PTY FM MODE FM/AM
–+
+
TUNER
NAME
MENU +/–
SET UP
ENTER
MENU
/
Overige
bedienings-
functies
Kort overzicht van de toetsen en regelaars
die u in dit hoofdstuk tegenkomt
Naamgevingstoets (NAME): Druk hierop om uw
voorkeurzenders en andere weergavebronnen elk een
eigen naam te geven.
MENU + / tonen-toets: Kies hiermee de lettertekens bij
de naamgeving van voorkeurzenders en andere
weergavebronnen.
MENU
/ tonen-toets: Zet hiermee de cursor op de
gewenste plaats bij het invoeren van namen voor de
voorkeurzenders en andere weergavebronnen.
Radio-ontvangst keuzetoets (TUNER): Druk hierop om
in te stellen op de tuner, voor radio-ontvangst.
Insteltoets (SET UP): Druk hierop om de bedienings-
instelling te maken.
Invoertoets (ENTER): Druk hierop om de ingevoerde
naam voor een voorkeurzender of andere weergavebron
in het geheugen vast te leggen.
41
NL
Overige bedienings-functies
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
+
MULTI CH IN INPUT MODE
BASS
MUTING
A.F.D.
ENTER
NAME
VIDEO DVD/LD TV/SAT
MD/TAPE CD TUNER
SET UP
MENU
LEVEL SURR
SOUND CONTROL
SOUND FIELD
MODE 2CH
DIMMER
PHONES
? / 1
TREBLE
+
TUNING
+
PRESET/
PTY SELECT
MEMORY SHIFT PTY FM MODE FM/AM
+
+
Naamgeving van
voorkeurzenders en beeld/
geluidsbronnen
U kunt een naam (indexnaam) van maximum 8 tekens
invoeren voor voorkeurzenders en beeld/geluidsbronnen.
Deze “index” namen (zoals bijvoorbeeld “VHS”) worden
dan in het uitleesvenster aangegeven wanneer u instelt op
weergave van de betreffende beeld/geluidsbron.
U kunt niet meer dan één naam tegelijk invoeren voor
elke voorkeurzender of beeld/geluidsbron.
Deze functie kan handig zijn voor het uit elkaar houden
van soortgelijke apparatuur. Zo kunt u bijvoorbeeld twee
videorecorders onderscheiden met de typenamen “VHS”
en “8MM”. Bovendien kunt u hiermee componenten
benoemen die zijn aangesloten op stekkerbussen bedoeld
voor andere apparatuur, zoals een tweede CD-speler die
is aangesloten op de MD/TAPE aansluitingen.
1
Om een naam te geven aan een voorkeurzender
Druk op de TUNER toets om in te stellen op de tuner.
Dan wordt er afgestemd op de laatst ontvangen zender.
Om een naam te geven aan een beeld/geluidsbron
Stel in op de beeld/geluidsbron (component) die u
een naam wilt geven en ga dan door naar stap 3.
2 Stem af op de voorkeurzender die u van een
index naam wilt voorzien.
Als u niet weet hoe u kunt afstemmen op een
voorkeurzender¨ volgt u de aanwijzingen onder
“Afstemmen op vastgelegde voorkeurzenders” op
blz. 38.
3 Druk op de NAME toets.
4 Geef een indexnaam met behulp van de MENU +/
en MENU
/ toetsen :
Druk op MENU +/– om een teken te kiezen en druk
vervolgens op
om de cursor naar de volgende
positie te verplaatsen.
Invoegen van een spatie
Druk op MENU +/– tot er een blanco spatie
verschijnt in het uitleesvenster (het spatieteken
bevindt zich tussen “
]
” en “A”).
Bij een vergissing in de letterkeuze
Druk herhaaldelijk op MENU
of tot het teken
dat u wilt wijzigen knippert en druk vervolgens op
MENU + of – om het juiste teken te kiezen.
5 Druk op de ENTER toets.
Invoeren van “index” namen voor nog andere
voorkeurzenders
Herhaal de stappen 2 t/m 5.
Opmerking
U kunt geen andere naam kiezen voor een RDS zender.
c
ç
ç
c
Weergavebron-
keuzetoetsen
Deze tuner/versterker maakt het opnemen vanaf en op de
aangesloten apparatuur bijzonder eenvoudig. U hoeft de
apparaten voor weergave en voor opname niet
afzonderlijk op elkaar aan te sluiten; na het kiezen van
een weergavebron op de tuner/versterker kunt u gewoon
gaan opnemen met behulp van de bedieningsorganen op
de betrokken apparatuur.
Voor u begint dient u te controleren of alle apparaten naar
behoren zijn aangesloten.
l: Audio-signaalstroom
.: Video-signaalstroom
Opnemen op een audiocassette of
minidisc
Via deze tuner/versterker kunt u opnamen maken op een
cassette of een minidisc. Zie voor nadere details van de
bediening de gebruiksaanwijzing van uw cassettedeck of
minidisc-recorder.
1 Stel in op de geluidsbron die u wilt opnemen.
2 Breng het weergave-apparaat in gereedheid voor
afspelen.
Plaats bijvoorbeeld de op te nemen compact disc in de
CD-speler.
3 Plaats een voor opnemen geschikte cassette of
minidisc in het opname-apparaat en stel zo nodig
het opnameniveau in.
4 Start het opnemen op het opname-apparaat en
start dan de weergave van de geluidsbron.
Opnemen
Weergavebron
(afspeelapparatuur)
Opname-apparatuur
(cassettedeck, minidisc-
recorder, videorecorder)
42
NL
Overige bedienings-functies
n 2-00-00 n 1-30-00n 1-00-00 n 0-30-00 n OFF
Opnemen
Opnemen op een videocassette
Met deze tuner/versterker kunt u beelden opnemen vanaf
een TV of laserdisc-speler. Ook bestaat de mogelijkheid
om tijdens kopiëren of monteren van video-opnamen een
nieuw geluidsspoor in te voegen vanaf een geluidsbron
naar keuze. Zie voor nadere bijzonderheden de
gebruiksaanwijzing van uw laserdisc-speler.
1 Stel in op de beeld/geluidsbron die u wilt
opnemen.
2 Breng het weergave-apparaat in gereedheid voor
afspelen.
Plaats bijvoorbeeld de op te nemen laserdisc in de
laserdisc-speler.
3 Plaats een voor opnemen geschikte videocassette
in de videorecorder die u voor opnemen gebruikt.
4 Start het opÆemen op de opname-videorecorder en
start dan de weergave van de laserdisc die u wilt
opnemen.
z
U kunt het geluid van om het even welke geluidsbron
opnemen op videocassette bij opname vanaf een laser disc
Zoek op de videoband het punt op waar u het nieuwe geluid wilt
invoegen, stel in op de geluidsbron en start de weergave daarvan.
Het geluid van het gekozen weergave-apparaat zal op het
geluidsspoor van de videoband worden opgenomen, in plaats
van het oorspronkelijke geluidsspoor.
Om terug te keren naar het oorspronkelijke geluidsspoor voor de
rest van de video-opnamen, stelt u weer in op de video-
geluidsbron.
Opmerkingen
U kunt geen digitale geluidssignalen opnemen met een
opname-apparaat dat is aangesloten op de analoge MD/TAPE
OUT of VIDEO OUT aansluitingen.
De instellingen die u voor weergave maakt zijn niet van
invloed op de signalen die worden doorgegeven via de MD/
TAPE OUT of VIDEO OUT aansluitingen.
Wanneer MULTI CH IN is geselecteerd, worden geen
audiosignalen uitgevoerd via MD/TAPE OUT of VIDEO OUT.
Automatisch uitschakelen
met de sluimerfunctie
U kunt de tuner/versterker automatisch laten
uitschakelen na een tijdsduur die u zelf kiest, zodat u
gerust met muziek in slaap kunt vallen.
Druk op de SLEEP toets van de afstandsbediening
wanneer de tuner/versterker staat ingeschakeld.
Telkens wanneer u op de SLEEP toets drukt, verspringt de
sluimertijd als volgt.
Het uitleesvenster dooft nadat u de sluimertijd hebt
ingesteld.
z
U kunt de sluimertijd precies naar wens instellen
Druk eerst op SLEEP op de afstandsbediening en voer dan de
gewenste tijd in met MENU +/ op de receiver. Daarmee kunt u
de tijd precies tot op de minuut instellen. De maximaal instelbare
tijdsduur is 5 uur lang.
z
U kunt de resterende sluimertijd totdat de tuner/versterker
uitschakelt controleren
Druk op de SLEEP toets van de afstandsbediening. De resterende
tijd tot het uitschakelen verschijnt in het uitleesvenster.
43
NL
Overige bedienings-functies
Instellingen met de SET UP
toets
Met de SET UP toets kunt u de volgende instellingen
maken.
Keuze van de MULTI CH IN
videoweergavebron
Met deze instelling kunt u kiezen welke videobron er
moet worden weergegeven, samen met het geluid dat
binnenkomt via de MULTI CH IN aansluitingen. Bij
aflevering staat de MULTI CH IN videobron ingesteld op
de DVD/LD videospeler.
1 Druk op de SET UP toets.
2 Druk op MENU / om
MULTI CH IN
VISUAL te
kiezen.
3 Druk op MENU +/ om de gewenste video-ingang
te kiezen.
Keuze of u het uitleesvenster geheel wilt
uitschakelen
Met deze parameter kunt u kiezen of het uitleesvenster al
dan niet geheel moet doven na enkele malen indrukken
van de DIMMER toets. Om het uitleesvenster geheel uit te
schakelen, stelt u in op WIDE; met NARROW dooft
het nooit helemaal. De oorspronkelijke instelling is
NARROW.
1 Druk op de SET UP toets.
2 Druk op MENU / om DIM.RANGE te kiezen.
3 Druk op MENU +/ om NARROW of WIDE te
kiezen.
44
NL
Aanvullende
informatie
Verhelpen van storingen
Als bij het gebruik van de tuner/versterker een van de
volgende problemen zich voordoet, neemt u dan de
controlepunten even door om het probleem te verhelpen.
Zie ook de paragraaf “Controleren van de aansluitingen”
op blz. 19 om zeker te stellen dat alle aansluitingen in
orde zijn. Mocht de storing niet zo gemakkelijk te
verhelpen zijn, raadpleeg dan a.u.b. de dichtstbijzijnde
Sony handelaar.
Er klinkt niet of nauwelijks geluid.
, Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
, Controleer of de tuner/versterker wel is ingesteld
op de juiste geluidsbron.
, Druk op MUTING wanner MUTING verschijnt in
het uitleesvenster.
, Het beveiligingscircuit van de tuner/versterker is
in werking getreden, vanwege een kortsluiting.
Schakel de tuner/versterker uit, verhelp de
kortsluiting en schakel het apparaat weer in.
De weergave van links en rechts klinkt
onevenwichtig of de kanalen zijn verwisseld.
, Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
, Stel de weergave beter in met de voorbalans-
parameter (FRONT BALANCE) in het LEVEL
menu.
Er klinkt een storende bromtoon of andere
bijgeluiden.
, Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
, Houd de aansluitsnoeren uit de buurt van een
transformator of een motor en ten minste 3 meter
van een TV-toestel of tl-verlichting.
, Plaats de geluidsapparatuur niet te dicht in de
buurt van een ingeschakeld TV-toestel.
, Wellicht zijn de stekkers en aansluitbussen vuil.
Veeg ze schoon met een doekje met wat spiritus of
zuivere alcohol.
De middenluidspreker geeft geen geluid.
, Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld
(druk op de SOUND FIELD MODE toets).
, Kies de CENTER MODE instelling die past bij uw
luidspreker-opstelling (zie blz. 25 t/m 27).
, Stel de geluidssterkte van de luidsprekers
evenwichtig in (zie blz. 18).
, Zorg dat de formaatparameter voor de
middenluidspreker is ingesteld op “SMALL” of
“LARGE” (zie blz. 16).
45
NL
Aanvullende informatie
De gewenste RDS informatie verschijnt niet in
het uitleesvenster.
, Neem contact op met de radiozender en informeer
of deze wel of geen RDS signalen uitzendt. Ook
zenders die gewoonlijk wel RDS informatie
uitzenden kunnen deze soms tijdelijk buiten
werking stellen.
Het geluid wordt niet met akoestiekeffect
weergegeven.
, Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld
(druk op de SOUND FIELD MODE toets).
“PCM--kHz” verschijnt in het uitleesvenster.
, De bemonsteringsfrequentie ligt hoger dan 48 kHz.
Zet de ingangsspelerinstelling op 48 kHz.
Er verschijnt niets in het uitleesvenster
, Als het uitleesvenster meteen na het aanschakelen
van de receiver dooft, druk dan op DIMMER om
de weergavestand te wijzigen.
Op het TV-scherm is geen beeld of slechts een
onduidelijk beeld zichtbaar.
, Stel de tuner/versterker op de juiste beeld/
geluidsbron in.
, Stel het TV-toestel in op de gewenste
beeldweergave.
, Zet het TV-toestel iets verder van de audio-
apparatuur vandaan.
De afstandsbediening werkt niet.
, Richt de afstandsbediening recht op de
afstandsbedieningssensor voorop de tuner/
versterker.
, Verwijder eventuele obstakels tussen de
afstandsbediening en de tuner/versterker.
, Als de batterijen in d afstandsbediening leeg
kunnen zijn, vervangt u ze dan beide door nieuwe.
, Controleer of u wel de juiste toets op de
afstandsbediening hebt ingedrukt.
, Als de afstandsbediening staat ingesteld op
bediening van alleen het TV-toestel, kies dan eerst
met de component-keuzetoets op de
afstandsbediening een andere beeld/geluidsbron
dan de TV, dan kunt u daarna het gewenste
apparaat bedienen.
Pagina’s met aanwijzingen voor het wissen
van het geheugen van de tuner/versterker
Voor wissen van Leest u
Het gehele geheugen Pagina 14
De zelf aangepaste klankbeelden Pagina 32
De surroundluidsprekers geven niet of
nauwelijks geluid.
, Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld
(druk op de SOUND FIELD MODE toets).
, Kies de CENTER MODE instelling die past bij uw
luidspreker-opstelling (zie blz. 25 t/m 27).
, Stel de geluidssterkte van de luidsprekers
evenwichtig in (zie blz. 18).
, Zorg dat de formaatparameter voor de
surroundluidsprekers is ingesteld op “SMALL” of
“LARGE” (zie blz. 16).
De lagetonen-luidspreker geeft geen geluid.
, Controleer of de lagetonen-luidspreker op YES
staat (zie blz 17).
, Controleer of de 2CH mode niet is geselecteerd (zie
blz 27).
Het opnemen lukt niet.
, Controleer of alle audio/video-apparatuur naar
behoren is aangesloten.
, Stel met een van de weergavebron-keuzetoetsen in
op de gewenste geluidsbron.
, Bij het opnemen van een digitale geluidsbron dient
u de INPUT MODE ingangssignaal-keuzetoets op
ANALOG te zetten (zie blz. 22) voor u gaat
opnemen met een opname-apparaat dat is
aangesloten op de analoge MD/TAPE
aansluitingen.
Het afstemmen op een radiozender lukt niet.
, Controleer of de antennes goed zijn aangesloten.
Verstel zonodig de stand van de antennes en sluit
een buitenantenne aan.
, Mogelijk is de signaalsterkte te gering voor
ontvangst (bij gebruik van de automatische
zoekafstemming). Gebruik de directe afstemming.
, Er zijn nog geen zenders vooringesteld of de
vastgelegde voorkeurzenders zijn uit het geheugen
gewist (bij gebruik van de geheugenafstemming).
Leg de gewenste zenders in het afstemgeheugen
vast (zie blz. 37).
, Druk op de DISPLAY toets zodat de
afstemfrequentie in het uitleesvenster verschijnt.
De RDS informatiefuncties werken niet.
, Controleer of de tuner/versterker wel is afgestemd
op een RDS informatiezender op de FM
afstemband.
, Stem af op een krachtiger FM RDS zender.
46
NL
Aanvullende informatie
Uitgangen
MD/TAPE (OUT);
VIDEO (AUDIO
OUT):
Uitgangsspanning:
250 mV
Impedantie: 10
kOhm
SUB WOOFER:
Uitgangsspanning:
2 V
Impedantie: 1
kOhm
PHONES:
Geschikt voor hoog-
en laagohmige
hoofdtelefoons
TONE ±6 dB bij 100 Hz en
10 kHz
Bemonsteringsfrequentie
48 kHz (OPTICAl IN)
96 kHz (COAXIAL IN)
FM tuner-gedeelte
Afstembereik
87,5 – 108,0 MHz
Antenne-aansluitingen
75 ohm, asymmetrisch
Tussenfrequentie
10,7 MHz
Gevoeligheid
Mono: 18,3 dBf,
2,2 µV/75 ohm
Stereo: 38,3 dBf,
22,5 µV/75 ohm
Bruikbare gevoeligheid
11,2 dBf, 1µV/75 ohm
Signaal/ruisverhouding
Mono: 76 dB
Stereo: 70 dB
Harmonische vervorming bij 1 kHz
Mono: 0,3%
Stereo: 0,5%
Kanaalscheiding
45 dB bij 1 kHz
Frequentiebereik
30 Hz – 15 kHz
+0,5/–2 dB
Selectiviteit 60 dB bij 400 kHz
AM tuner-gedeelte
Afstemberei 531 – 1.602 kHz
Antenne Kaderantenne
Tussenfrequentie
450 kHz
Bruikbare gevoeligheid
50 dB/meter (bij 999 kHz)
Signaal/ruisverhouding
54 dB (bij 50 mV/meter)
Harmonische vervorming
0,5 % (bij 50 mV/meter,
400 Hz)
Selectiviteit bij 9 kHz: 35 dB
Video-gedeelte
Ingangsspanning
Video: 1 Vt-t, 75 ohm
Uitgangsspanning
Video: 1 Vt-t, 75 ohm
Algemeen
Systeem Tuner-gedeelte:
Quartz PLL kwarts-
en fasegekoppeld
digitaal synthesizer
afstemsysteem
Voorversterker-gedeelte:
Ruisarme NF-type
equalizerversterker
Eindversterker-
gedeelte: Zuiver
complementaire
SEPP versterker
Stroomvoorziening
230 V wisselstroom,
50/60 Hz
Stroomverbruik
175 watt
Wachtstand: 1 watt
Afmetingen (b/h/d)
430 x 297 x 145 mm,
incl. uitstekende
onderdelen en knoppen
Gewicht (ca.)
7,2 kg
Bijgeleverd toebehoren
Zie blz. 4.
Wijzigingen in ontwerp en technische
gegevens voorbehouden, zonder
kennisgeving.
Technische gegevens
Versterker-gedeelte
UITGANGSVERMOGEN
Nominaal uitgangsvermogen in
Stereo Mode
(aan 8 ohm, 1 kHz,
THD 0.7%)
80 watt + 80 watt
Referentie-uitgangsvermogen
(aan 8 ohm,1 kHz, THD
0.7%)
Voor: 80 watt/ch
Midden: 80 watt
Surround: 80 watt/ch
Frequentiebereik
MULTI CH IN, CD,
MD/TAPE, DVD/
LD, TV/SAT, VIDEO:
20 Hz - 20 kHz
0/–0,5 dB (sound
field en toonregeling
uitgeschakeld.
Ingangen (analoog)
MULTI CH IN, CD,
DVD/LD, MD/
TAPE, TV/SAT,
VIDEO:
Gevoeligheid: 250 mV
Impedantie:
50 kOhm
Signaal/
ruisverhouding
a)
:
85 dB (A, 250 mV
b)
)
a) INPUT SHORT
b) Netwerk-gewogen, ingangsniveau
Ingangen (digitaal)
DVD/LD (coaxiaal):
Gevoeligheid: –
Impedantie: 75 Ohm
Signaal/
ruisverhouding:
100 dB (A, 20 kHz
LPF)
TV/SAT:
Gevoeligheid: –
Impedantie: –
Signaal/
ruisverhouding:
100 dB (A, 20 kHz
LPF)
47
NL
Aanvullende informatie
Akoestiek-weergave
Geluidsweergave die bestaat uit drie
geluidscomponenten: direct geluid,
rechtstreeks weerkaatst geluid (vroege
weerkaatsingen) en een (latere)
nagalm. De akoestiek van de ruimte
waarin u luistert beïnvloedt de wijze
waarop u deze drie
geluidscomponenten hoort. De
akoestiek-weergavecombineert deze
geluidscomponentenop een
dusdanige manier dat diverse
luisteromgevingen, zoals een
concertzaal, kunnen worden
nagebootst.
• Geluidscomponenten
Weergave van het geluid via de
surroundluidsprekers
Dolby Pro Logic Surround
Een van de decodeersystemen voor
Dolby Surround geluid, waarmee een
twee-kanaals geluidsspoor wordt
omgezet in vier gescheiden kanalen.
Vergeleken met het eerdere Dolby
Surround systeem, zorgt de Dolby Pro
Logic Surround voor een meer
natuurlijk klankbeeld met vloeiender
verlopende bewegingen en precieser
gelokaliseerd geluid. Om de
voordelen van Dolby Pro Logic
Surround optimaal te horen, heeft u
een paar surroundluidsprekers en een
middenluidspreker nodig. De
surroundluidsprekers geven het
geluid in mono weer.
Dolby Digital
Dit is een weergavesysteem voor de
bioscoop, meer geavanceerd dan de
Dolby Pro Logic Surround. Hierbij
geven de surroundluidsprekers stereo
geluid weer met een breder
frequentiebereik, en is tevens
voorzien in een afzonderlijk
“subwoofer” lagetonenkanaal voor de
diepste bassen. Dit systeem wordt ook
aangeduid als “5.1”, met vijf gewone
voor-, midden- en
surroundluidsprekers plus het
subwooferkanaal dat voor 0.1 telt
(aangezien het alleen dient voor de
ultralage tonen). Alle zes kanalen
worden bij dit systeem afzonderlijk
opgenomen, voor een optimale
kanaalscheiding. n omdat alle
signalen digitaal verwerkt worden, is
er minder verlies aan kwaliteit.
Digital Cinema Sound
Dit is een algemene term voor de
akoestiek-weergave die geboden
wordt door de digitale
signaalverwerkingstechniek
ontwikkeld door Sony. In
tegenstelling tot de eerdere
akoestische klankbeelden die
voornamelijk bedoeld waren voor
muziekweergave, is de Digital
Cinema Sound specifiek ontworpen
voor het weergeven van filmgeluid.
Verklarende woordenlijst
Nagalm
Vroege
weerkaat-
singen
Nagalm
Vroege weerkaatsingstijd
Vroege
weerkaatsingen
Direct geluid
Tijd
Niveau
Direct geluid
48
NL
Aanvullende informatie
Druk op de onderstaande toets
zodat deze oplicht:
Druk op de MENU /
cursortoets om in te stellen
op:
Druk op de MENU +/– om in te
stellen op:
Zie blz.
SURR toets
EFFECT LEVEL
Instellingen waarvoor de SURR, LEVEL, en SET UP toetsen
worden gebruikt
U kunt een heel stel geluidsinstellingen zelf naar wens aanpassen met de SURR, LEVEL, SET UP, MENU / et
MENU +/– toetsen. Hieronder volgt een overzicht van de beschikbare instellingen.
30
WALL TYPE
REVERBERATION TIME
FRONT BALANCE
SURR BALANCE
CENTER LEVEL
SUB WOOFER LEVEL
LFE MIX LEVEL
LEVEL toets
SURR LEVEL
31
DYNAMIC RANGE COMP
L
R
(FRONT) 15
C
(CENTER)
SL
SR
(SURR)
SL
SR
(SURR) PL. XXX
SL
SR
(SURR) HGT. XXX
S.W. (SUB WOOFER)
L
R
(FRONT) XX.X m
C
(CENTER) XX.X m
SL
SR
(SURR) XX.X m
*SET UP
DIM.RANGE NARROW of WIDE
* Als u op de SET UP toets drukt, kunt u NORM. SP. (gewone luidsprekers) of MICRO SP. (microsatellietluidsprekers) kiezen. (pagina 16)
afhankelijk van het klankbeeld (in 16 stapjes)
van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk)
van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk)
van –20 dB tot 0 dB (in stapjes van 1 dB) of
OFF
van 0.1 tot 0.9 (in stapjes van 0,1 dB) of STD,
MAX of OFF
van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk)
van –10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB)
van –10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB)
van –10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB)
van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk)
PL. SIDE of PL. BEHD.
HGT. LOW of HGT. HIGH
S.W. YES of S.W. NO
LARGE of SMALL
LARGE, SMALL of NO
LARGE, SMALL of NO
van 1,0 meter (3 feet) en 12,0 meter (40 feet) in
stapjes van 10 cm (of stapjes van 0,1 meter)
van FRONT tot 1,5 meter (5 feet) in stapjes van
10 cm (of stapjes van 0,1 meter)
van FRONT tot 4,5 meter (15 feet) in stapjes van
10 cm (of stapjes van 0,1 meter)
MULTI CH IN
VISUAL XXX V-TV/SAT, V-DVD/LD, V-VIDEO
43
49
NL
Aanvullende informatie
Beschrijving van de afstandsbediening
De systeemcomponenten kunnen worden bediend met de afstandsbediening. De onderstaande tabellen geven een overzicht
van de instellingen van elke toets.
Toets Voor bediening Funktie
van
SLEEP Tuner/versterker Activateert de sluimerfunctie en
de tijdsspanne waarna de
receiver automatisch uitschakelt.
AV ?/1 TV/VCR/ In/uitschakelen van de stroom.
CD-speler/
DVD-speler/
minidisc-recorder/
VCD-speler/
laserdisc-speler/
DAT deck
?/1 Tuner/versterker Om de receiver aan of af te zetten.
VIDEO/ Tuner/versterker Om video te kijken.
VIDEO 1 (VTR mode 3)
VIDEO 2 Tuner/versterker Om video te kijken.
(VTR mode 1)
VIDEO 3 Tuner/versterker Om video te kijken.
(VTR mode 2)
DVD/LD Tuner/versterker Om een DVD of beeldplaat te
bekijken.
TV/SAT Tuner/versterker Om TV-beelden of beelden van een
satellietontvanger te bekijken.
MD/TAPE Tuner/versterker Om een Minidisc of audiocassette
te beluisteren.
CD/SACD Tuner/versterker Om een compact disc te
beluisteren.
TUNER Tuner/versterker Om radioprogramma’s te
beluisteren.
PHONO Tuner/versterker Om een platenspeler te beluisteren.
AUX Tuner/versterker Om audio-apparatuur te
beluisteren.
FN SHIFT* Afstandsbediening Samen gebruiken om een andere
functie te selecteren.
0-9 Tuner/versterker Gebruik de “SHIFT” toets om het
voorinstelzendernummer te kiezen
tijdens DIRECT TUNING of
MEMORY mode.
CD-speler/ Kiezen van muziekstuk-nummers.
minidisc-recorder/ Met 0 kiest u muziekstuknummer
VCD-speler/ 10.
laserdisc-speler/
DAT deck
TV/ Kiezen van kanaalnummers.
videorecorder/
SAT
>10 CD-speler/ Kiezen van muziekstuk-nummers
cassettedeck/ boven de 10.
minidisc-recorder/
VCD-speler/
laserdisc-speler
ENTER TV/ Druk hierop om de waarde in te
videorecorder/ voeren na het kiezen van een
SAT/ kanaal, disc of muziekstuk.
cassettedeck/
laserdisc-speler/
VCD-speler/
minidisc-recorder/
DAT deck
Toets Voor bediening Funktie
van
SHIFT Tuner/versterker Druk herhaaldelijk om een
geheugenpagina te kiezen voor het
voorinstellen van radiozenders of
het afstemmen op vooringestelde
radiozenders.
-/-- TV Om met de nummertoetsen
kanaalnummers te kunnen kiezen,
bestaande uit één of twee cijfers.
D.TUNING Tuner/versterker Direct invoeren van radiozenders.
./> CD-speler/ Overslaan van muziekstukken.
minidisc-recorder/
DVD-speler/
laserdisc-speler/
VCD-speler/
cassettedeck/
videorecorder/
DAT deck
m/M CD-speler/ Zoeken van muziekstukken
DVD-speler/ (voorwaarts of terugwaarts).
VCD-speler
cassettedeck/ Vooruitspoelen of terugspoelen.
minidisc-recorder/
videorecorder/
laserdisc-speler/
DAT deck
n Cassettedeck Starten van de weergave van de
achterkant van de cassette.
N CD-speler/ Starten van de weergave.
cassettedeck/
minidisc-recorder/
videorecorder/
DVD-speler/
VCD-speler/
laserdisc-speler/
DAT deck
X CD-speler/ Tijdelijk onderbreken van de
cassettedeck/ weergave of opname. (Ook voor
minidisc-recorder/ het starten van de opname van
videorecorder/ apparatuur die in de opname-
DVD-speler/ pauzestand staat.)
VCD-speler/
laserdisc-speler/
DAT deck
* De VIDEO 1, VIDEO 2, VIDEO 3, PHONO en MD/TAPE
functie werkt met 2 toetsen. Om een bovenvermelde functie te
kiezen, drukt u tegelijkertijd op FN SHIFT (function shift) en de
gewenste functietoets.
Druk bijvoorbeeld op FN SHIFT en CD/SACD om de MD/TAPE
functie te kiezen.
Opmerking
Wanneer een functietoets (VIDEO, DVD/LD, TV/SAT) wordt
ingedrukt, kan de ingangsmode van de TV mogelijk niet naar de
gewenste mode overschakelen. Druk dan op de TV/VIDEO toets
om de ingangsmode van de TV te wijzigen.
50
NL
Aanvullende informatie
Beschrijving van de afstandsbediening
Toets Voor bediening Funktie
van
x CD-speler/ Stoppen van de weergave.
cassettedeck/
minidisc-recorder/
videorecorder/
DVD speler/
VCD-speler/
laserdisc-speler/
DAT deck
POSITION** TV Veranderen van de plaats van het
inzetbeeld.
SWAP** TV Verwisselen van het inzetbeeld en
het gewone beeld.
DISC CD-speler Discs kiezen. (Enkel Mega
Storage-CD-speler.)
SUB CH +/–** TV Om voorinstelkanalen voor het
kleine beeld te kiezen.
D. SKIP/CH/ Tuner/versterker Doorlopen en kiezen van
PRESET +/– vooringestelde zenders.
TV/VCR/SAT Kiezen van kanalen.
CD-speler Overslaan van compact discs
(alleen voor een CD-speler met
een multi-disc wisselaar).
DISPLAY TV/ Om informatie op het TV-scherm
videorecorder/ te selecteren.
DVD speler/
VCD-speler/
laserdisc-speler
P IN P** TV In werking stellen van de beeld-
in-beeld funktie.
JUMP TV Schakelt om tussen vorige en
huidige kanalen.
WIDE TV Kiest de breedbeeldstand.
ANT TV/ Videorecorder Kiezen van het uitgangssignaal
VTR van de antenne-aansluiting: TV-
signaal of videoprogramma.
TV/VIDEO TV/videorecorder Kiezen van het ingangssignaal:
TV-signaal of videoprogramma.
A. F. D. Tuner/versterker Auto Format Decoding.
2CH/OFF Tuner/versterker Om geluidsveld af te zetten of
2CH mode te kiezen.
MODE +/– Tuner/versterker Om de geluidsveldstand te kiezen.
MULTI CH/ Tuner/versterker Om MULTI CH IN te kiezen
2 CH DIRECT
MUTING Tuner/versterker Om het geluid van de receiver uit
te schakelen.
TEST TONE Tuner/versterker Indrukken om de testtoon te laten
horen.
MAIN Tuner/versterker Druk herhaaldelijk op deze toets
MENU om één van de twee cursor modes
te kiezen: LEVEL en SURROUND
MASTER Tuner/versterker Om het hoofdvolume van de
VOL +/– receiver te regelen.
MENU </> Tuner/versterker Om een menu item te kiezen.
MENU +/– Tuner/versterker Om instellingen te verrichten of te
wijzigen.
MENU DVD speler Om het DVD menu te tonen.
Toets Voor bediening Funktie
van
F/f/G/g DVD speler Om een menu item te kiezen.
ENTER DVD speler Om de selectie in te voeren.
RETURN DVD speler Om terug te keren naar het vorige
menu of het menu te verlaten.
TITLE DVD speler Om de DVD titel te tonen.
** Uitsluitend voor Sony TV’s voorzien van de beeld-in-beeld funktie.
Opmerkingen
• Sommige functies die in dit hoofdstuk uitgelegd staan werken
niet met bepaalde receivermodellen.
• De bovenstaande uitleg is louter bedoeld als voorbeeld.
Sommige componenten werken dan ook niet of worden anders
bediend dan hierboven beschreven.
• Bij de instelling zijn de functies VIDEO 1, VIDEO 2, VIDEO 3,
PHONO en AUX niet beschikbaar.
51
NL
Aanvullende informatie
1 Houd de Funktiekeuzetoetsen waarvan u de
toewijzing wilt veranderen, ingedrukt (bijvoorbeeld
CD/SACD).
2 Druk op de betreffende toets van de component die
u aan de functietoets wilt toekennen (bijvoorbeeld 4-
cassettedeck).
De volgende cijfertoetsen zijn bedoeld om de functies te
selecteren:
* Sony videorecorders worden bediend in een VTR 1, 2 of 3
stand. Deze bedieningsstanden komen overeen met
resp. Beta, 8mm en VHS.
Nu kan het cassettedeck worden bediend met de CD/
SACD-toets.
Een toets in de fabrieksinstelling zetten
Voer de bovenstaande procedure opnieuw uit.
Alle functietoetsen in de fabrieksinstelling zetten
Druk tegelijk op ?/1, AV ?/1 en MASTER VOL –.
Bedienen
CD-speler
DAT deck
Minidisc-recorder
Cassettedeck A
Cassettedeck B
Laserdisc-speler
Videorecorder (bedieningsstand VTR 1*)
Videorecorder (bedieningsstand VTR 2*)
Videorecorder (bedieningsstand VTR 3*)
TV-toestel
DSS (Digital Satellite System)
DVD
VCD-speler
Drukt u op
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
>10
ENTER
.
P
p
DISC
9
(
0
)
=
+
>10
0
789
456
123
ENTER
CD/SACD
TUNER
VIDEO
AUX
MD/TAPE
VIDEO 2
PHONO
VIDEO 1
VIDEO 3
SYSTEM
STANDBY
FUNCTION
SHIFT
POSITION
DISPLAY
MODE
JUMP
A.F.D.
MUTING
2CH/OFF
WIDE
P IN P
SWAP
D.SKIP/
CH/PRESET
– /– –
– SUB CH +
ANT
TV/VTR
TV/
VIDEO
MULTI CH/
2 CH DIRECT
SOUND FIELD
+
MAIN MENU
MENU
MASTER
VOL
TEST TONE
D.TUNING
RETURN
MENU
ENTER
TITLE
f
F
G
g
SLEEP
AV
?/1
?/1
DVD/LD
TV/SAT
FN SHIFT
>10
ENTER
?/1
AV ?/1
MASTER VOL –
=
Funktiekeuze-
toetsen
Nummertoetsen
Veranderen van de toewijzingen van een
funktiekeuzetoets
Als de toewijzingen van de FUNCTION toetsen
(hierboven) zoals deze in de fabriek zijn ingesteld, niet
overeenstemmen met die van uw apparatuur, is het
mogelijk om deze instellingen aan te passen.Indien u
bijvoorbeeld beschikt over een MD-speler en een
cassettedeck, en niet over een CD-speler, kunt u de CD/
SACD-toets toekennen aan uw cassettedeck.
Merk op dat de instellingen van de TUNER en FN SHIFT
functies (VIDEO 1, VIDEO 2, VIDEO 3, PHONO en MD/
TAPE) niet kan worden gewijzigd.
52
NL
Aanvullende informatie
Index
A
Aanduidingen in het
uitleesvenster 21
Aanpassen van de klankbeelden
30
Aansluiten
MULTI CH IN 9
antennes 5
audio-apparatuur 6
digitale componenten 8
luidsprekersysteem 12
netsnoer 10
video-apparatuur 7
AC-3. Zie Dolby Digital (AC-3)
Afstemmen
direct 36
doornemen van zenders. Zie
Automatische zoekafstemming
op voorkeurzenders 37
Akoestiek-weergave 24 - 32
Automatische zoekafstemming
37
B
Basisbediening 20 - 23
Batterijen 4
Bijgeleverd toebehoren 4
Bijregelen. Zie Instellen
C
Controleren van de
aansluitingen 19
D
Digital Cinema Sound 47
Directe afstemming 36
Dolby Digital (AC-3) 47
Dolby Pro Logic Surround 47
Doornemen van zenders
radiozenders. Zie Automatische
zoekafstemming
voorkeurzenders.
Zie Geheugenafstemming
E, F
Effectniveau 30
EON. Zie RDS
G, H
Geheugenafstemming
automatisch voorinstellen 37
voorkeurzender kiezen 37
voorinstellen van zenders 37
I, J
Indexfunctie. Zie Naamgeving
Instellen
akoestiekparameters 30
effectniveau 30
toonregeling 32
helderheid van het
uitleesvenster 21
klankkleur 33
luidsprekervolume 18
K
Kiezen
klankbeelden 28
weergave-component 23
Klankbeeld
aanpassen 30
instelbare parameters 33
kiezen 25
terugstellen 32
voorgeprogrammeerd 25 - 27
Klankkleur 33
Kopiëren. Zie Opnemen
L
Luidsprekers
aansluiten 12
opstelling 16
volumeregeling 18
M
Monteren. Zie Opnemen
N
Naamgeving
geluidsbronnen 41
voorkeurzenders 41
O
Ontvangen van zenders. Zie
Afstemmen
Opnemen
audiocassette of minidisc 41
videocassette 42
P, Q
Parameters 30, 33
R
Radio-ontvangst.
Zie Afstemmen
S
Sluimerfunctie 42
Surround akoestiek 24 - 32
T
Testtoon 18
U
Uitpakken 4
V
Voorkeurzenders
afstemmen 37
automatisch vastleggen 36
vastleggen 37
W, X, Y
Wissen van het geheugen 14
Z
Zendernamen. Zie Naamgeving

Documenttranscriptie

Settings Using SURR, LEVEL, and SET UP buttons You can make various settings using the LEVEL, SURR, SET UP, MENU shows each of the settings that these buttons can make. Press and light Press MENU SURR button LEVEL button *SET UP See page EFFECT LEVEL depends on sound mode (in 16 steps) 30 WALL TYPE between –8 to +8 (in 1 increment steps) REVERBERATION TIME between –8 to +8 (in 1 increment steps) FRONT BALANCE between –8 to +8 (in 1 increment steps) SURR BALANCE between –8 to +8 (in 1 increment steps) SURR LEVEL between –10 dB to +6 dB (in 1 dB steps) CENTER LEVEL between –10 dB to +6 dB (in 1 dB steps) SUB WOOFER LEVEL between –10 dB to +6 dB (in 1 dB steps) LFE MIX LEVEL OFF, or –20 dB to 0 dB (in 1 dB steps) DYNAMIC RANGE COMP OFF, 0.1 to 0.9 (in 0.1 dB steps), STD, or MAX R to select and MENU +/– buttons. The table below Press MENU +/– to select L / / (FRONT) LARGE or SMALL (CENTER) LARGE, SMALL, or NO SL SR (SURR) LARGE, SMALL, or NO SL SR (SURR) PL. XXX PL. SIDE or PL. BEHD. SL SR (SURR) HGT. XXX HGT. LOW or HGT. HIGH C S.W. (SUB WOOFER) Additional Information L C R (FRONT) XX.X m (CENTER) XX.X m SL SR (SURR) XX.X m DIM.RANGE MULTI CH IN VISUAL XXX 31 15 S.W. YES or S.W. NO between 3 feet (1.0 meters) and 40 feet (12.0 meters) (in 1 foot (0.1 meter) steps) between FRONT and 5 feet (1.5 meters) (in 1 foot (0.1 meter) steps) between FRONT and 15 feet (4.5 meters) (in 1 foot (0.1 meter) steps) NARROW or WIDE 43 V-TV/SAT, V-DVD/LD, V-VIDEO * When you press the SET UP button, you can select NORM. SP. (for normal speakers) or MICRO SP. (for Micro Satellite speakers). (page 16) 48GB WAARSCHUWING Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen. Open nooit de behuizing, om gevaar voor elektrische schokken te vermijden. Laat reparaties aan de erkende vakhandel over. Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte, zoals een boekenrek of ingebouwde kast. Gooi de batterij niet weg, maar lever hem in als KCA. Voorzorgsmaatregelen Veiligheid Opstelling • Mocht er vloeistof of een voorwerp in de tuner/versterker terechtkomen, trek dan de stekker uit het stopcontact en laat het apparaat eerst nakijken door een deskundige, alvorens het weer in gebruik te nemen. • Om brand te voorkomen mogen de verluchtingsopeningen van de receiver niet worden afgedekt met kranten, tafelkleedjes, gordijnen, enz.. Plaats geen brandende kaarsen op het toestel. • Plaats evenmin vazen op de receiver om brand of elektrocutie te voorkomen. • Zet de tuner/versterker op een goed geventileerde plaats, met rondom vrije luchtdoorstroming, om oververhitting van de inwendige onderdelen te voorkomen, in het belang van een langdurige betrouwbare werking. • Plaats de tuner/versterker niet in de buurt van een warmtebron of in direct zonlicht. Vermijd tevens plaatsen met veel stof, vocht en mechanische trillingen of schokken. • Zet niets bovenop de tuner/versterker. De ventilatie-openingen aan de bovenzijde mogen niet geblokkeerd worden, in het belang van een juist functioneren van het apparaat en een langere levensduur van de componenten. • De receiver warmt op terwijl hij in werking is. Dat is normaal en wijst niet op een defect. Wanneer deze receiver langdurig met hoog volume werkt, kan de bovenkant, zijkant en onderkant van de behuizing sterk opwarmen. Raak de behuizing niet aan om verbranding te voorkomen. Stroomvoorziening • Controleer voor het aansluiten van de tuner/versterker eerst of de bedrijfspanning ervan wel overeenkomt met de plaatselijke netspanning. De bedrijfsspanning staat aangegeven op het naamplaatje aan de achterzijde van het apparaat. • Zolang het netsnoer op het stopcontact is aangesloten, blijft er spanning op het apparaat staan, zelfs nadat het apparaat is uitgeschakeld. • Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact wanneer u denkt de tuner/ versterker geruime tijd niet te zullen gebruiken. Om de aansluiting op het stopcontact te verbreken, mag u uitsluitend aan de stekker trekken; trek nooit aan het snoer. • Indien het netsnoer vervangen moet worden, mag dit alleen uitgevoerd worden door een erkend onderhoudscentrum. Bediening Zorg ervoor dat de stekkers van de netsnoeren van de apparatuur niet in het stopcontact zitten, alvorens de aansluitingen te maken. Sluit de netsnoeren pas als allerlaatste aan. Reiniging Gebruik voor het reinigen van de ombouw, het voorpaneel en de bedieningsorganen een zachte doek, licht bevochtigd met wat milde vloeibare zeep. Gebruik geen schuurspons, schuurmiddelen of vluchtige stoffen zoals spiritus of benzine. Mocht u na het doorlezen van de gebruiksaanwijzing nog vragen over of problemen met de tuner/versterker hebben, aarzel dan niet contact op te nemen met de dichtstbijzijnde Sony handelaar. 2NL Omtrent deze handleiding INHOUDSOPGAVE Deze gebruiksaanwijzing geldt voor model STR-DE475. Controleer uw modelnummer in de rechter benedenhoek van het voorpaneel. Aansluiten van de apparatuur Algemene opzet • Alle aanwijzingen in de tekst beschrijven de bediening met de toetsen op de tuner/versterker zelf. U kunt echter ook de toetsen van de afstandsbediening gebruiken met dezelfde of soortgelijke namen als die op de tuner/versterker. • Op een aantal plaatsen in deze gebruiksaanwijzing treft u het onderstaande symbool aan: z Dit symbool vestigt uw aandacht op handige tips, die de bediening vergemakkelijken. Deze tuner/versterker is uitgerust met Dolby* Digital en Pro Logic Surround akoestiek en het DTS** Digital Surround akoestieksysteem. * Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories. “Dolby”, “Pro Logic” en het dubbele D-symbool ; zijn handelsmerken van Dolby Laboratories. Vertrouwelijke onuitgegeven werken. Copyright 1992-1997 Dolby Laboratories, Inc. Alle rechten voorbehouden. ** Gefabriceerd onder licentie van Digital Theater Systems, Inc. US Pat. No. 5,451,942, 5,956,674, 5,974,380, 5,978,762 en andere wereldwijde patenten verkregen en aangevraagd. “DTS” en “DTS Digital Surround” zijn handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc. Copyright 1996, 2000 Digital Theater Systems, Inc. Alle rechten voorbehouden. 4 Uitpakken 4 Aansluiten van de antennes 5 Aansluiten van audio-apparatuur 6 Aansluiten van video-apparatuur 7 Aansluiten van digitale apparatuur 8 Aansluiten MULTI CH IN 9 Andere aansluitingen 10 Aansluiten en opstellen van de luidsprekers 11 Aansluiten van de luidsprekers 12 Voorbereidingen treffen voor weergave 14 Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek 15 Alvorens uw tuner/versterker in gebruik te nemen 19 Bedienings-organen en basisbediening van de tuner/versterker 20 Bedieningsorganen op het voorpaneel 20 Genieten van Surround Sound akoestiek 24 NL Keuze van een klankbeeld 25 Uitleg van de meerkanaals-akoestiekaanduidingen 28 Bijregelen van de klankbeelden 30 Radio-ontvangst 34 Automatische FM zenderopslag in alfabetische volgorde (“Autobetical select”) 36 Directe afstemming 36 Automatische zoekafstemming 37 Geheugenafstemming 37 Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS) 38 Overige bedienings-functies 40 Naamgeving van voorkeurzenders en beeld/ geluidsbronnen 41 Opnemen 41 Automatisch uitschakelen met de sluimerfunctie 42 Instellingen met de SET UP toets 43 Aanvullende informatie 44 Verhelpen van storingen 44 Technische gegevens 46 Verklarende woordenlijst 47 Instellingen waarvoor de SURR, LEVEL, en SET UP toetsen worden gebruikt 48 Beschrijving van de afstandsbediening 49 Index 52 3NL Aansluiten van de apparatuur In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u diverse audio- en videoapparatuur kunt aansluiten op de tuner/versterker. Lees vooral de relevante paragrafen voor uw apparatuur alvorens u enig apparaat op de tuner/versterker gaat aansluiten. Uitpakken Kontroleer of het onderstaande bijgeleverd toebehoren inderdaad in de verpakking van de tuner/versterker aanwezig is: • FM draadantenne (1) • AM kaderantenne (1) • R6 (AA-formaat) batterijen (2) • Afstandsbediening (1) Aanbrengen van batterijen in de afstandsbediening Leg de R6 (AA-formaat) batterijen in de afstandsbediening, met de juiste polariteit van (+) en (–), zoals aangegeven in het batterijvak. Voor gebruik van de afstandsbediening richt u deze op de g afstandsbedieningssensor voorop de tuner/versterker. ] } } ] z Wanneer de batterijen te vervangen Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer 6 maanden meegaan. Als de tuner/versterker niet meer naar behoren op de afstandsbediening reageert, is het tijd alle batterijen door nieuwe te vervangen. Opmerkingen • Leg de afstandsbediening niet op een al te warme of vochtige plaats. • Gebruik geen oude en nieuwe batterijen naast elkaar. • Let op dat de afstandsbedieningssensor van de tuner/ versterker niet wordt blootgesteld aan directe zonnestraling of fel lamplicht, anders zal de afstandsbediening niet naar behoren functioneren. • Wanneer u denkt de afstandsbediening geruime tijd niet te gebruiken, kunt u de batterijen er beter uit verwijderen, om eventuele beschadiging door batterijlekkage en corrosie te voorkomen. Alvorens met aansluiten te beginnen • Schakel eerst alle betrokken apparatuur uit, alvorens u begint met het aansluiten ervan. • Sluit de netsnoeren van de apparatuur pas op het stopcontact aan nadat alle andere aansluitingen in orde zijn. • Zorg dat alle aansluitingen stevig vast zitten, om brom en andere bijgeluiden te voorkomen. • Let bij het aansluiten van de audio/videosnoeren op dat u links en rechts niet verwisselt: sluit de gele stekkers aan op de gele stekkerbussen (voor het videosignaal); witte stekkers op witte stekkerbussen (voor het linker audiokanaal) en rode stekkers op rode stekkerbussen (voor het rechter kanaal). 4NL Aansluiten van de antennes Aansluiten van de apparatuur AM kaderantenne (bijgeleverd) FM draadantenne (bijgeleverd) FM 75Ω COAXIAL MONITOR DIGITAL TV/SAT IN DVD/LD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT AM SPEAKERS ANTENNA SURROUND R L COAXIAL OPTICAL ANTENNA IMPEDANCE USE 8 – 16Ω CENTER FRONT R L R L CENTER L AUDIO OUT L R R FRONT SURROUND R SUB WOOFER MULTI CH IN IN CD OUT IN AUDIO IN AUDIO IN MD/TAPE TV/SAT DVD/LD AUDIO OUT AUDIO IN VIDEO SUB WOOFER Antenne-aansluitingen Verbind de Met de AM kaderantenne AM aansluitklemmen FM draadantenne FM 75Ω COAXIAL stekkerbus L z Op plaatsen met een problematische FM-ontvangst Sluit via een 75-ohm coaxiaalkabel (niet bijgeleverd) een FM buitenantenne aan op de tuner/versterker, zoals hieronder aangegeven. FM buitenantenne Tuner/versterker Na het aansluiten van de antennes • Om het oppikken van stoorsignalen te voorkomen, mag u de AM kaderantenne niet te dicht bij de tuner/ versterker andere apparatuur zetten. • Strek de FM draadantenne zo ver mogelijk uit. • Na het aansluiten van de FM draadantenne legt of hangt u deze zo horizontaal mogelijk. FM 75Ω COAXIAL AM ANTENNA Aardleiding (niet bijgeleverd) naar een aardpunt Belangrijk Als u de tuner/versterker aansluit op een buitenantenne, dient deze geaard te worden, ter bescherming tegen blikseminslag. Sluit de aardingsdraad nooit aan op een gasleiding; gezien de kans op een gasexplosie is dit uiterst gevaarlijk. 5NL Aansluiten van audio-apparatuur Vereiste aansluitsnoeren Aansluiten van de apparatuur Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd) Minidisc-recorder/ cassettedeck Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur aan op de stekkerbussen met dezelfde kleur, op de betreffende apparaten. INPUT OUTPUT LINE LINE L IN OUT ç R ç FM 75Ω COAXIAL wit (L) wit (L) rood (R) rood (R) MONITOR DIGITAL TV/SAT IN DVD/LD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT AM SPEAKERS ANTENNA SURROUND R L COAXIAL OPTICAL ANTENNA IMPEDANCE USE 8 – 16Ω CENTER FRONT R L R L CENTER L AUDIO OUT L R R FRONT SURROUND R SUB WOOFER MULTI CH IN IN OUT IN AUDIO IN AUDIO IN MD/TAPE TV/SAT DVD/LD CD AUDIO OUT AUDIO IN VIDEO OUTPUT LINE L R Compact disc speler Audio-aansluitingen Verbind een Met de Compact disc speler CD stekkerbussen Minidisc-recorder of cassettedeck MD/TAPE stekkerbussen 6NL SUB WOOFER L Aansluiten van video-apparatuur Vereiste aansluitsnoeren Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur aan op de stekkerbussen met dezelfde kleur, op de betreffende apparaten. TV of satelliet-tuner INPUT OUTPUT OUTPUT AUDIO OUT R L TV of videomonitor DVD of LD speler AUDIO OUT R L VIDEO OUT geel (video) wit (audio L) wit (audio L) rood (audio R) rood (audio R) Videosnoer voor het aansluiten van een TV of videomonitor (niet bijgeleverd) VIDEO IN VIDEO OUT geel (video) geel FM 75Ω COAXIAL geel MONITOR DIGITAL TV/SAT IN DVD/LD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO OUT VIDEO IN AM SPEAKERS ANTENNA SURROUND R L COAXIAL OPTICAL ANTENNA IMPEDANCE USE 8 – 16Ω CENTER FRONT R L R L CENTER L AUDIO OUT L R R R SUB WOOFER MULTI CH IN IN CD OUT IN AUDIO IN AUDIO IN MD/TAPE TV/SAT DVD/LD AUDIO OUT AUDIO IN VIDEO L SUB WOOFER ç FRONT SURROUND ç IN OUT INPUT OUTPUT VIDEO IN VIDEO OUT AUDIO IN AUDIO OUT L R Videorecorder Betreffende de video-aansluitingen Video-aansluitingen Verbind een Met de TV of satelliet-tuner TV/SAT stekkerbussen Videorecorder VIDEO stekkerbussen DVD of LD speler DVD/LD stekkerbussen TV of videomonitor MONITOR VIDEO OUT stekkerbus U kunt de audio-uitgangsaansluitingen van uw TV-toestel verbinden met de TV/SAT AUDIO IN stekkerbussen van de tuner/versterker, om het geluid van de TV weer te geven met een akoestiekeffect naar keuze. In dit geval mag u de video-uitgangsaansluiting van het TV-toestel niet verbinden met de TV/SAT VIDEO IN stekkerbus van de tuner/versterker. Als u een aparte TV-afstemeenheid (of een satelliet-ontvanger) aansluit, verbind dan de audio- en video-uitgangen daarvan met de tuner/ versterker zoals aangegeven in bovenstaand aansluitschema. 7NL Aansluiten van de apparatuur Audio/video-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd) Aansluiten van digitale apparatuur Aansluiten van de apparatuur U kunt de digitale uitgangsaansluitingen van uw DVD videospeler (enz.) en satelliet-ontvanger verbinden met de digitale ingangsaansluitingen van deze tuner/versterker, om thuis te genieten van een indrukwekkend bioscoopgeluid met meerkanaals Surround akoestiek. Om deze meerkanaals Surround Sound op zijn best te horen, zijn er vijf gewone luidsprekers nodig (twee voorluidsprekers, twee surroundluidsprekers en een middenluidspreker) plus een speciale lagetonenluidspreker. Daarnaast kunt u tevens een laserdisc-speler met een RF OUT stekkerbus aansluiten via een RF demodulator, zoals de Sony MOD-RF1 (niet bijgeleverd). TV of Satelliet tuner DVD videospeler (e.d.) OUTPUT OUTPUT VIDEO OUT VIDEO OUT AUDIO OUT OUTPUT AUDIO OUT OUTPUT L DIGITAL OPTICAL DIGITAL COAXIAL Vereiste aansluitsnoeren Optisch digitaal aansluitsnoer (niet bijgeleverd) zwart zwart Coaxiaal digitaal aansluitsnoer (niet bijgeleverd) geel geel Audio/video-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd) Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur aan op de stekkerbussen met dezelfde kleur, op de betreffende apparaten. geel (video) geel (video) wit (audio L) wit (audio L) rood (audio R) rood (audio R) Opmerking • De optische en coaxiale digitale ingangsaansluitingen van dit apparaat zijn geschikt voor bemonsteringsfrequenties van 32 kHz, 44,1 kHz en 48 kHz. • De digitale coaxiaalingang is ook compatibel met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz. R FM 75Ω COAXIAL MONITOR DIGITAL TV/SAT IN DVD/LD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT AM SPEAKERS ANTENNA SURROUND R L COAXIAL OPTICAL ANTENNA IMPEDANCE USE 8 – 16Ω CENTER FRONT R L R L CENTER L AUDIO OUT L R R R FRONT SURROUND SUB WOOFER MULTI CH IN IN CD OUT IN AUDIO IN AUDIO IN MD/TAPE TV/SAT DVD/LD AUDIO OUT AUDIO IN VIDEO L SUB WOOFER Voorbeeld voor het aansluiten van een laserdisc-speler via een RF demodulator U kunt de AC-3 RF OUT stekkerbus van een laserdisc-speler niet rechtstreeks aansluiten op de digitale ingangen van deze tuner/versterker. U moet een RF-signaal eerst omzetten in een digitaal coaxiaalsignaal. Verbind de LD speler met de RF demodulator en vervolgens de digitale coaxiaaluitgang van de RF demodulator met COAXIAL DVD/LD IN op de receiver. Zie voor nadere bijzonderheden over de AC-3 RF aansluitingen de gebruiksaanwijzing van de RF demodulator. DVD/LD VIDEO IN VIDEO OUT Laserdisc-speler AC-3 RF OUT RF demodulator DIGITAL DVD/LD IN (COAXIAL) MULTI CHANNEL DECODING VIDEO DVD/LD TV/SAT MD/TAPE CD TUNER ?/1 MULTI CH IN INPUT MODE MASTER VOLUME + DISPLAY SET UP DIMMER – TREBLE + PRESET/ – PTY SELECT + MEMORY PHONES SHIFT NAME – PTY TUNING FM MODE + FM/AM – LEVEL SOUND CONTROL SURR MENU SOUND FIELD ENTER A.F.D. MODE – 2CH BASS + MUTING Opmerking Bij het aansluiten op de hierboven getoonde wijze dient u de INPUT MODE schakelaar (qa op blz. 22) handmatig in de juiste stand te zetten. Dit apparaat kan niet naar behoren werken als de INPUT MODE schakelaar in de “AUTO” stand staat. 8NL Aansluiten MULTI CH IN Alhoewel deze tuner/versterker is uitgerust met een eigen meerkanaals-decodeertrap, is hij tevens voorzien van een compleet stel MULTI CH IN meerkanaalsingangsaansluitingen die u kunt gebruiken voor weergave van meerkanaals-software gecodeerd in andere formaten dan Dolby Digital en DTS. Als uw DVD videospeler beschikt over MULTI CH OUTPUT meerkanaals-uitgangen, kunt u deze rechtstreeks aansluiten op dit apparaat om te luisteren naar de geluidsweergave via de meerkanaals-decodeertrap van de DVD videospeler. Bovendien kunt u op de MULTI CH IN desgewenst ook een externe meerkanaals-decodeereenheid aansluiten. Om de meerkanaals Surround Sound op zijn best te horen, zijn er vijf gewone luidsprekers nodig (twee voorluidsprekers, twee surroundluidsprekers en een middenluidspreker) plus een speciale lagetonenluidspreker. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw DVD-speler, multikanaals decoder enz. voor details omtrent de multikanaalsaansluitingen. Vereiste aansluitsnoeren Twee stuks, voor de MULTI CH IN FRONT en SURROUND aansluitingen wit (L) wit (L) rood (R) rood (R) Mono-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd) Twee stuks, voor de MULTI CH IN CENTER en SUB WOOFER aansluitingen zwart zwart Videosnoer (niet bijgeleverd) Eén snoer, voor de DVD/LD VIDEO IN aansluiting (enz.) geel DVD videospeler, meerkanaalsdecodeereenheid, enz. Opmerking Bij het maken van de hieronder beschreven aansluitingen, dient u de geluidssterkte van de akoestiekluidsprekers en de lagetonenluidspreker in te stellen op uw DVD videospeler of meerkanaals-decodeerapparaat. MULTI CH OUTPUT SURROUND geel FRONT CENTER SUB WOOFER FM 75Ω COAXIAL MONITOR DIGITAL TV/SAT IN DVD/LD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO OUT VIDEO IN AM SPEAKERS ANTENNA SURROUND R L COAXIAL OPTICAL ANTENNA IMPEDANCE USE 8 – 16Ω CENTER FRONT R L R L CENTER L AUDIO OUT L R R FRONT SURROUND R SUB WOOFER MULTI CH IN IN CD OUT IN AUDIO IN AUDIO IN AUDIO OUT AUDIO IN MD/TAPE TV/SAT DVD/LD L SUB WOOFER VIDEO Voorbeeld voor het aansluiten van een DVD videospeler met behulp van de MULTI CH IN stekkerbussen Linker voorluidspreker Rechter voorluidspreker VIDEO OUT DVD/LD VIDEO IN enz. MULTI CH IN MULTI CHANNEL DECODING SPEAKERS FRONT VIDEO DVD/LD TV/SAT MD/TAPE CD TUNER Linker surroundluidspreker Rechter surroundluidspreker ?/1 MULTI CH IN INPUT MODE MASTER VOLUME + DVD videospeler DISPLAY SET UP DIMMER SHIFT NAME – TREBLE + PRESET/ – PTY SELECT + MEMORY PHONES – PTY TUNING FM MODE + FM/AM – LEVEL SOUND CONTROL SURR MENU SOUND FIELD ENTER A.F.D. MODE – 2CH BASS + MUTING SPEAKERS SURROUND/CENTER SUB WOOFER Middenluidspreker Actieve lagetonenluidspreker Opmerking Zie blz. 12 e.v. voor nadere details over het aansluiten van de luidsprekers. 9NL Aansluiten van de apparatuur Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd) Andere aansluitingen Aansluiten van de apparatuur FM 75Ω COAXIAL MONITOR DIGITAL TV/SAT IN DVD/LD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT AM SPEAKERS ANTENNA SURROUND R L COAXIAL OPTICAL ANTENNA IMPEDANCE USE 8 – 16Ω CENTER FRONT R L R L CENTER L AUDIO OUT L R R FRONT SURROUND R SUB WOOFER MULTI CH IN IN CD OUT IN AUDIO IN AUDIO IN MD/TAPE TV/SAT DVD/LD AUDIO OUT AUDIO IN VIDEO L SUB WOOFER naar een stopcontact Netsnoer Aansluiten van het netsnoer Alvorens u de netsnoerstekker van deze tuner/versterker in het stopcontact steekt: • Sluit eerst alle luidsprekers op de tuner/versterker aan (zie blz. 12). Sluit de netsnoeren van uw audio/video-apparatuur aan op een gewoon wandstopcontact. 10NL Opmerking Wanneer het netsnoer ongeveer een week lang losgekoppeld is, wordt het geheugen van de receiver volledig gewist en start de demonstratie. In dit hoofdstuk volgt een beschrijving voor het aansluiten van de luidsprekers op de tuner/ versterker, het opstellen van de luidsprekers en het afregelen ervan voor de beste meerkanaals Surround Sound kwaliteit. MENU +/– MULTI CHANNEL DECODING VIDEO DVD/LD TV/SAT MD/TAPE CD TUNER ?/1 MULTI CH IN INPUT MODE MASTER VOLUME + DISPLAY SET UP DIMMER PHONES SHIFT NAME – TREBLE + PRESET/ – PTY SELECT + MEMORY – PTY TUNING FM MODE + – LEVEL SOUND CONTROL SURR FM/AM MENU SOUND FIELD ENTER A.F.D. MODE – 2CH BASS + MUTING MENU I/i Kort overzicht van de toetsen en regelaars die u gebruikt voor het instellen van de luidsprekers Insteltoets (SET UP): Druk op deze toets wanneer u instellingen wilt maken voor het soort luidsprekers en de luidsprekerafstanden. MENU / tonen-toets: Voor het kiezen van de parameters na indrukken van de SET UP toets. MENU +/– tonen-toets: Draai hieraan om de gekozen parameters naar wens in te stellen. 11NL Aansluiten en opstellen van de luidsprekers Aansluiten en opstellen van de luidsprekers SET UP Aansluiten van de luidsprekers Vereiste aansluitsnoeren Luidsprekersnoeren (niet bijgeleverd) Eén voor elke voorluidspreker, surroundluidspreker en middenluidspreker Aansluiten en opstellen van de luidsprekers (+) (+) (–) (–) Rechter voorluidspreker ] } Linker voorluidspreker ] } Mono-aansluitsnoer (niet bijgeleverd) Eén, voor de actieve lagetonenluidspreker zwart zwart FM 75Ω COAXIAL MONITOR DIGITAL TV/SAT IN DVD/LD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT AM SPEAKERS ANTENNA SURROUND R L COAXIAL OPTICAL ANTENNA IMPEDANCE USE 8 – 16Ω CENTER FRONT R L R L CENTER L AUDIO OUT L R R FRONT SURROUND R SUB WOOFER MULTI CH IN IN CD OUT IN AUDIO IN AUDIO IN MD/TAPE TV/SAT DVD/LD AUDIO OUT AUDIO IN VIDEO L SUB WOOFER INPUT AUDIO IN Actieve lagetonenluidspreker } ] Rechter surroundluidspreker } Linker surroundluidspreker Luidspreker-aansluitingen Verbind de Met de Voorluidsprekers (8 ohm) SPEAKERS FRONT stekkerbussen Surroundluidsprekers (8 ohm) SPEAKERS SURROUND stekkerbussen Middenluidspreker (8 ohm) SPEAKERS CENTER stekkerbussen Actieve lagetonenluidspreker SUB WOOFER AUDIO OUT stekkerbus 12NL ] } ] Middenluidspreker Opmerkingen over het aansluiten van de luidsprekers • Aan de luidsprekerkant stript u ongeveer 10 mm van de isolatie van het snoer en draait u de kerndraden ineen. Let bij elk snoer op dat u de draden niet verwisselt: sluit + aan op + en – op –. Als de draden verwisseld worden, zal bij weergave de positie van de muziekinstrumenten onduidelijk zijn, terwijl de lage tonen grotendeels zullen ontbreken. • Als u luidsprekers gebruikt met een relatief gering maximaal ingangsvermogen, stel dan de geluidssterkte erg voorzichtig in, om overbelasting van de luidsprekers te vermijden. Om kortsluiting van de luidsprekers te voorkomen Zorg ervoor dat u het volume dicht zet alvorens de tuner/ versterker af te zetten. Bij het afzetten van de tuner/ versterker blijft de volume-instelling immers behouden. Aansluiten en opstellen van de luidsprekers Kortsluiting in de luidsprekercircuits kan schade aan de tuner/versterker veroorzaken. Om dit te voorkomen, dient u bij het aansluiten van de luidsprekers de volgende aanwijzingen in acht te nemen. Voorkom beschadiging van de luidsprekers Zorg dat de gestripte uiteinden van de luidsprekerdraden elkaar niet raken; laat ze niet zover uitsteken dat ze kortsluiting met andere aansluitpunten kunnen maken. Onjuist aangesloten luidsprekersnoeren De draad van een luidsprekersnoer raakt een andere aansluitklem. De gestripte uiteinden van de luidsprekerdraden raken elkaar, omdat er teveel van de isolatie is verwijderd. Na het aansluiten van alle geluidsbronnen, luidsprekers en het netsnoer dient u voor het gebruik eerst een testtoon weer te geven om te controleren of alle luidsprekers naar behoren zijn aangesloten. Nadere aanwijzingen voor het weergeven van een testtoon vindt u op bladzijde 18. Als een van de luidsprekers geen geluid geeft bij weergave van de testtoon of als het geluid klinkt via een andere luidspreker dan er op de tuner/versterker wordt aangegeven, kan er kortsluiting zijn in de luidsprekeraansluitingen. In dat geval dient u de aansluitingen van de luidsprekers nog eens te controleren. 13NL Voorbereidingen treffen voor weergave Nadat u de luidsprekers hebt aangesloten en de tuner/ versterker voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u het geheugen van het apparaat te wissen. Vervolgens kiest u het luidsprekerformaat en de luidspreker-opstelling en treft u de andere voorbereidingen die nodig zijn voor weergave. Aansluiten en opstellen van de luidsprekers Het geheugen van de tuner/versterker wissen Voor het eerste gebruik van de tuner/versterker of wanneer u het geheugen van het apparaat wilt wissen, gaat u als volgt te werk. Als er automatisch een demonstratie begint wanneer u het apparaat inschakelt, hoeft u het geheugen niet te wissen. Voorbereiden van de tuner/versterker voor weergave Voor het eerste gebruik van de de tuner/versterker dient u met de SET UP toets bepaalde instellingen aan te passen aan de configuratie van uw stereo-installatie. Het gaat om de onderste instellingen. Zie voor nadere aanwijzingen over het instellen de tussen haakjes aangegeven bladzijden. • Luidsprekerformaat (blz. 15). • Luidsprekerafstanden (blz. 17). • Keuze van het videosignaal voor MULTI CH IN meerkanaals-weergave (blz. 43). • Al dan niet uitschakelen van het uitleesvenster bij indrukken van de DIMMER toets (blz. 43). ?/1 Demonstratiefunctie MULTI CHANNEL DECODING VIDEO DVD/LD TV/SAT MD/TAPE CD TUNER ?/1 MULTI CH IN INPUT MODE MASTER VOLUME + DISPLAY SET UP DIMMER PHONES SHIFT NAME – TREBLE + PRESET/ – PTY SELECT + MEMORY – PTY TUNING FM MODE + FM/AM – LEVEL SOUND CONTROL SURR MENU SOUND FIELD ENTER A.F.D. MODE – 2CH BASS + MUTING 1 Schakel de tuner/versterker uit. 2 Houd de ?/1 aan/uit-schakelaar vier seconden lang ingedrukt. Nu toont het uitleesvenster eerst de gekozen geluidsbron en dan een aankondiging van de demonstratie, terwijl de volgende onderdelen worden gewist of teruggesteld in de uitgangsstand: • Alle vastgelegde voorkeurzenders verdwijnen uit het geheugen. • Alle klankbeeldparameters worden teruggesteld op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen. • Alle vastgelegde namen (van de voorkeurzenders en andere geluidsbronnen) worden gewist. • Alle instellingen die zijn gemaakt met de SET UP toets keren terug naar de fabrieksinstellingen. • De klankbeelden die zijn gekozen voor afzonderlijke weergavebronnen en voorkeurzenders verdwijnen uit het geheugen. 14NL De demonstratiefunctie wordt automatisch geactiveerd wanneer u het apparaat de eerste maal inschakelt. Wanneer de demonstratie begint, verschijnt in het uitleesvenster de volgende mededeling: “NOW DEMONSTRATION MODE IF YOU FINISH DEMONSTRATION PLEASE PRESS POWER KEY WHILE THIS MESSAGE APPEARS IN THE DISPLAY THANK YOU” Annuleren van de demonstratiefunctie Druk op +/1 om de tuner/versterker uit te schakelen terwijl bovenstaande mededeling in het uitleesvenster wordt getoond. De volgende keer dat u het apparaat inschakelt, zal de demonstratiefunctie niet geactiveerd worden. Activeren van de demonstratiefunctie Houd de SET UP toets ingedrukt en druk dan op de +/1 toets om de tuner/versterker in te schakelen. Opmerkingenen • Wanneer de tuner/versterker een demonstratie geeft, wordt het geheugen gewist. Zie “Het geheugen van de tuner/versterker wissen” op deze pagina voor nadere bijzonderheden betreffende hetgeen er gewist wordt. • El sonido no se oye mientras el modo de demostración está activado. • U kunt de demonstratie niet annuleren wanneer u niet op ?/1 hebt gedrukt terwijl het bovenstaande bericht zichtbaar was. Om de demonstratie te annuleren nadat het bovenstaande bericht is verschenen, drukt u tweemaal op ?/1 om de demonstratie opnieuw te activeren. Druk dan op ?/1 terwijl het bovenstaande bericht zichtbaar is. Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek U kunt kiezen of u de surroundluidsprekers achter uw luisterplaats wilt zetten of aan weerszijden er naast, afhankelijk van de vorm van uw kamer (enz.). Met de akoestiekluidsprekers naast u Vaststellen van het type luidsprekers 1 Druk op de +/1 toets om de tuner/versterker in te schakelen. 2 Druk op de SET UP toets. 3 Druk op MENU / die u wilt instellen. 4 Druk op MENU +/– om de gewenste instelling te kiezen. De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd. 5 Herhaal de stappen 3 en 4 tot u alle hieronder genoemde parameters hebt ingesteld. om de parameter te kiezen z Gewone luidspreker en microsatellietluidspreker B A Kies NORM. SP. met gewone luidsprekers en MICRO SP. met microsatellietluidsprekers. Als u NORM. SP. kiest, kunt u luidsprekergrootte en subwoofer kiezen zoals hieronder aangegeven. Als u echter MICRO SP. kiest, zijn luidsprekergrootte en subwoofer als volgt geconfigureerd: A 45° C C 90° Luidsprekers Instelling Voor SMALL (Klein) Midden SMALL (Klein) Surround SMALL (Klein) Woofer YES (Ja) 20° U kunt de configuratie niet wijzigen als u MICRO SP. kiest. Met de akoestiekluidsprekers surround u B A A 45° C De micro-satellietluidspreker (MICRO SP.) is geprogrammeerd met het oog op een optimale geluidsbalans. Kies MICRO SP. wanneer u gebruik maakt van Sony micro-satellietluidsprekers. Wanneer u gebruik maakt van micro-satellietluidsprekers en het luidsprekerformaat is ingesteld op LARGE, kunt u eventueel niet de juiste geluidsinstelling verkrijgen. Bij hoog volume kan de luidspreker ook worden beschadigd. C 90° 20° Opmerking Zet de middenluidspreker niet verder van uw luisterplaats dan de voorluidsprekers. 15NL Aansluiten en opstellen van de luidsprekers Voor de beste, ruimtelijk klinkende akoestiekweergave zouden alle luidsprekers in principe op gelijke afstand van uw luisterplaats (A) moeten staan. (Deze tuner/versterker biedt u echter de mogelijkheid de middenluidspreker tot ongeveer 1,5 meter dichterbij te zetten (B) en de surroundluidsprekers tot ongeveer 4,5 meter dichterbij uw luisterplaats (C). Bovendien kunnen de voorluidsprekers zowel dichterbij als verderaf gezet worden, van 1,0 tot 12,0 meter van uw luisterplaats (A).) Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek Aansluiten en opstellen van de luidsprekers R ) x Formaat van de voorluidsprekers ( L Oorspronkelijke instelling: LARGE • Zijn er grote voorluidsprekers aangesloten die alle lage tonen zonder problemen kunnen weergeven, dan kiest u de stand “LARGE”. Gewoonlijk zal de stand “LARGE” het best voldoen. • Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te weinig basweergave, dan kiest u de stand “SMALL” om de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste frequenties van de voorkanalen worden overgeheveld naar de aparte lagetonen-luidspreker. • Als u voor de voorluidsprekers de stand “SMALL” kiest, worden de middenluidspreker en de surroundluidsprekers ook automatisch ingesteld op “SMALL” (tenzij u eerder de stand “NO” hebt gekozen). x Formaat van de middenluidspreker ( C ) Oorspronkelijke instelling: LARGE • Is er een grote middenluidspreker aangesloten die alle lage tonen zonder problemen kan weergeven, dan kiest u de stand “LARGE”. Gewoonlijk zal de stand “LARGE” het best voldoen. Als de voorluidsprekers echter zijn ingesteld op “SMALL”, kunt u de middenluidspreker niet instellen op “LARGE”. • Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te weinig basweergave, dan kiest u de stand “SMALL” om de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste frequenties van het middenkanaal worden overgeheveld naar de voorluidsprekers (als die op “LARGE” zijn ingesteld) of naar de aparte lagetonen-luidspreker.*1 • Sluit u geen middenluidspreker aan, kies dan de stand “NO”. Al het geluid van het middenkanaal wordt dan weergegeven door de voorluidsprekers.*2 x Formaat van de surroundluidsprekers ( SL SR ) Oorspronkelijke instelling: LARGE • Zijn er grote surroundluidsprekers aangesloten die alle lage tonen zonder problemen kunnen weergeven, dan kiest u de stand “LARGE”. Gewoonlijk zal de stand “LARGE” het best voldoen. Als de voorluidsprekers echter zijn ingesteld op “SMALL”, kunt u de surroundluidsprekers niet instellen op “LARGE”. • Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te weinig basweergave, dan kiest u de stand “SMALL” om de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste frequenties van de surroundkanalen worden overgeheveld naar de aparte lagetonen-luidspreker of naar een ander stel “LARGE” luidsprekers die hier beter op zijn berekend. • Sluit u geen surroundluidsprekers aan, kies dan de stand “NO”.*3 z *1~*3 komen overeen met de volgende Dolby Pro Logic standen voor de middenkanaal-aanpassing *1 NORMAL *2 PHANTOM *3 3 STEREO 16NL z Betreffende de luidsprekerformaten (LARGE en SMALL) Bij de interne signaalverwerking bepaalt de keuze van het LARGE of SMALL luidsprekerformaat voor elk stel luidsprekers of de ingebouwde akoestiekprocessor de laagste frequenties al dan niet naar de betreffende luidspreker(s) zal uitsturen. Als de lage tonen uit een bepaald kanaal worden verwijderd, zullen de basverdelingscircuits die frequenties overbrengen naar de aparte lagetonen-luidspreker of naar een ander stel “LARGE” luidsprekers die er beter op zijn berekend. Aangezien echter ook de lage tonen een zekere mate van richtingsgevoeligheid hebben, is het beter het gehele frequentiespectrum van de verschillende kanalen intact te laten, indien mogelijk. Daarom kunt u zelfs met een stel kleine luidsprekers toch de stand “LARGE” kiezen als u de lage tonen ook door die luidsprekers wilt laten weergeven. En andersom, als u grote luidsprekers aansluit maar niet wilt dat ze de laagste tonen weergeven, kunt u voor die luidsprekers best “SMALL” kiezen. Als de totale geluidsindruk minder is dan gewenst, kiest u dan voor alle luidsprekers de stand “LARGE”. Wanneer er onvoldoende bass is, kunt u BASS +/– gebruiken om de lage tonen te versterken. Voor het regelen van de lage tonen, zie blz. 32. x Opstelling van de surroundluidsprekers ( SL SR )* Oorspronkelijke instelling: PL. BEHD. Met deze parameter kunt u de plaats van uw surrounduidsprekers invoeren, voor een juiste werking van de Digital Cinema Sound klankbeelden in het VIRTUAL genre. Zie de onderstaande afbeelding. • Stel in op “PL. SIDE” als de plaats van uw surroundluidsprekers binnen het zijgebied A valt. • Stel in op “PL. BEHD.” als uw surroundluidsprekers helemaal achteraan staan, in het gebied B. Deze instelling is alleen van invloed op de klankbeelden in het VIRTUAL genre. 90° A A 45° B B 20° * Deze parameters zijn niet beschikbaar als er eerder voor de surrounduidsprekers “NO” is gekozen. B A B 60 A 30 * Deze parameters zijn niet beschikbaar als er eerder voor de surroundluidsprekers “NO” is gekozen. z Betreffende de opstelling van de surroundluidsprekers (PL. SIDE, en PL. BEHD.) Deze instelling is speciaal bestemd voor de Digital Cinema Sound klankbeelden in het VIRTUAL genre. Bij deze klankbeelden is de luidspreker-opstelling niet zo’n overheersende factor als bij de andere akoestiekfuncties. Al de VIRTUAL klankbeelden zijn gebaseerd op de veronderstelling dat de surroundluidsprekers geheel surround de luisterplaats zouden staan of hangen, maar het klankbeeld blijft grotendeels zoals bedoeld, ook wanneer de surroundluidsprekers nogal opzij en ver uiteen staan. Als de surroundluidsprekers echter pal naast de luisteraar hangen en recht op oorhoogte gericht zijn, zullen de VIRTUAL klankbeelden alleen klinken zoals bedoeld wanneer u voor de opstelling van de surroundluidsprekers de stand “PL. SIDE” hebt gekozen. Ook dat geldt echter niet in alle gevallen, aangezien de akoestiek van elke luisterruimte wordt bepaald door een heel stel variabelen, zodat u misschien wel betere resultaten bereikt met de “PL. BEHD.” opstelling als de luidsprekers hoog boven uw luisterplaats hangen, ook al is dat pal ter weerszijden ervan. Daarom kunt u wellicht het best een favoriete geluidsbron met meerkanaals Surround Sound afspelen en dan goed luisteren welk effect elke instelling op de uiteindelijke klank heeft, ook al kan dit wel eens leiden tot een andere instelling dan hierboven aangegeven onder “Opstelling van de surroundluidsprekers”. Kies de stand die een fraai open, ruimtelijk gevoel oplevert, met een zo hecht mogelijke samenhang tussen het geluid van de voorluidsprekers en dat van de surroundluidsprekers. Als u geen duidelijke voorkeur kunt uitspreken tussen de verschillende instellingen, kies dan de stand “PL. BEHD.” en gebruik dan de luidsprekerafstand-parameter en de geluidssterkte-instellingen om de weergave optimaal af te regelen. x Aanwezigheid van een lagetonen-luidspreker Oorspronkelijke instelling: S.W. YES • Als u een lagetonen-luidspreker hebt aangesloten, stelt u hierbij in op “S.W. YES”. • Gebruikt u geen aparte lagetonen-luidspreker, dan stelt u in op “S.W. NO”. Hiermee schakelt u de basverdelingscircuits in, zodat de LFE laagfrequente signalen worden overgenomen door de andere luidsprekers. • Om volledig profijt te trekken van de Dolby Digital (AC-3) basverdelingscircuits willen wij u aanbevelen om de bovengrensfrequentie voor de lagetonenluidspreker zo hoog mogelijk in te stellen. R ) x Afstand van de voorluidsprekers ( L Oorspronkelijke instelling: DIST. 5.0 m (5,0 meter) Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de linker of rechter voorluidspreker (afstand A op blz. 15). • De afstand van de voorluidsprekers is instelbaar in stapjes van 0,1 meter, van minimaal 1,0 meter tot maximaal 12,0 meter van uw luisterplaats. • Als de beide voorluidsprekers niet precies even ver van uw luisterplaats staan, kiest u hier de afstand van de dichtstbijzijnde luidspreker. x Afstand van de middenluidspreker ( C ) Oorspronkelijke instelling: DIST. 5.0 m (5,0 meter) Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de middenluidspreker. • De afstand van de middenluidspreker is instelbaar in stapjes van 0,1 meter, van (maximaal) dezelfde afstand als de voorluidsprekers (afstand A op blz. 15) tot 1,5 meter dichter bij uw luisterplaats (afstand B op blz. 15). • Plaats de middenluidspreker niet op grotere afstand van uw luisterplaats dan de voorluidsprekers. x Afstand van de surroundluidsprekers ( SL SR ) Oorspronkelijke instelling: DIST. 3.5 m (3,5 meter) Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de linker of rechter surroundluidspreker. • De afstand van de surroundluidsprekers is instelbaar in stapjes van 0,1 meter, van (maximaal) dezelfde afstand als de voorluidsprekers (afstand A op blz. 15) tot 4,5 meter dichter bij uw luisterplaats (afstand C op blz. 15). • Plaats de surroundluidsprekers niet op grotere afstand van uw luisterplaats dan de voorluidsprekers. • Als de beide surroundluidsprekers niet precies even ver van uw luisterplaats verwijderd zijn, kiest u hier de afstand van de dichtstbijzijnde luidspreker. 17NL Aansluiten en opstellen van de luidsprekers x Hoogte van de surroundluidsprekers ( SL SR )* Oorspronkelijke instelling: HGT. LOW Met deze parameter kiest u de hoogte van uw surroundluidsprekers, voor een juiste werking van de Digital Cinema Sound klankbeelden in het VIRTUAL genre. Zie de onderstaande afbeelding. • Stel in op “HGT. LOW” als uw surroundluidsprekers op de grond staan of vrij laag zijn opgehangen, in het gebied A. • Stel in op “HGT. HIGH” als uw surroundluidsprekers relatief hoog aan de wand hangen, in het gebied B. Deze instelling is alleen van invloed op de klankbeelden in het VIRTUAL genre. Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek z Betreffende de afstand van de luidsprekers Aansluiten en opstellen van de luidsprekers U kunt de weergave van dit apparaat aanpassen aan de plaats van de aangesloten luidsprekers, door de luidsprekerafstand in te stellen. Het is echter niet mogelijk de middenluidspreker verder af te zetten dan de linker en rechter voorluidsprekers. Bovendien kunt u de middenluidspreker niet meer dan 1,5 meter dichter bij uw luisterplaats zetten dan de voorluidsprekers. Evenmin kunt u de surroundluidsprekers verder van uw luisterplaats zetten dan de voorluidsprekers. En ook weer niet meer dan 4,5 meter dichterbij. Deze beperkingen gelden omdat een onevenwichtige opstelling van de luidsprekers niet geschikt is voor de weergave van akoestiekeffecten. Wanneer u de luidsprekerafstand dichterbij kiest dan de feitelijke afstand, zal het geluid via die luidspreker(s) met een grotere vertraging worden weergegeven. Met andere wooden, de luidsprekers klinken dan verder weg. Als u bijvoorbeeld de afstand van de middenluidspreker 1 tot 2 meter dichterbij instelt dan de feitelijke afstand, zal dit een vrij natuurgetrouw effect geven, alsof u zich “in” de actie op het beeldscherm bevindt. En als u geen goed akoestiekeffect verkrijgt omdat de surroundluidsprekers te dichtbij staan, kunt u door het verminderen van de luidsprekerafstand (dichterbij kiezen dan de werkelijke afstand) een dieper ruimtelijk effect creëren. (1 voet komt overeen met 1 milliseconde vertragingstijd.) Door deze parameter bij te regelen terwijl u aandachtig naar een geluidsbron luistert, kunt u vaak een aanzienlijke verbetering in akoestiek bewerkstelligen. Probeer het maar eens! • Voor het bijregelen van de balans van de linker en rechter surroundluidsprekers gebruikt u de surroundbalans-parameter (SURR BALANCE) in het LEVEL menu (zie blz. 31). • Om de geluidssterkte van de middenluidspreker in te stellen, drukt u op MENU </> om de parameter “center” te kiezen. Gebruik MENU +/– op de afstandsbediening om de geluidssterkte te regelen. • Om de geluidssterkte van de surroundluidspreker in te stellen, drukt u op MENU </> om de parameter “surround” te kiezen. Gebruik MENU +/– op de afstandsbediening om de geluidssterkte te regelen. 4 Druk weer op de TEST TONE toets van de afstandsbediening om de testtoon uit te schakelen. Opmerking Er kan geen testtoon worden weergegeven wanneer de tuner/ versterker staat ingesteld op MULTI CH IN meerkanaals-weergave. z U kunt ook alle luidsprekers tegelijk harder of zachter zetten: Draai aan de MASTER VOLUME knop van de tuner/versterker of druk op de MASTER VOL +/– toetsen van de afstandsbediening. Opmerkingen Bijregelen van de geluidssterkte van de luidsprekers Stel alle luidsprekers op een evenredige geluidssterkte in vanaf uw luisterplaats, met de afstandsbediening. Opmerking Dit apparaat is voorzien van een nieuwe testtoon in de frequentieband rond 800 Hz, om het instellen van de luidsprekers te vergemakkelijken. 1 Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker in te schakelen. 2 Druk op de TEST TONE toets van de bijgeleverde afstandsbediening. Nu zult u een testtoon horen die achtereenvolgens door elk van de luidsprekers wordt weergegeven. 3 Stel de geluidssterkte zo in dat de testtoon op uw luisterplaats voor uw gehoor via alle luidsprekers even luid doorkomt. • Voor het bijregelen van de balans van de linker en rechter voorluidsprekers gebruikt u de voorbalansparameter (FRONT BALANCE) in het LEVEL menu (zie blz. 31). 18NL • Tijdens het bijregelen toont het uitleesvenster de balans van de voorluidsprekers, de surroundluidsprekers, de geluidssterkte van de middenluidspreker en die van de surroundluidsprekers. • Alhoewel u deze instellingen via het LEVEL menu ook kunt maken met de toetsen op het voorpaneel (bij weergave van de testtoon schakelt de tuner/versterker automatisch over naar het LEVEL menu), is het aanbevolen de hierboven beschreven werkwijze te volgen en het instellen van de diverse luidsprekers te verrichten vanaf uw luisterplaats met de afstandsbediening. z Bijregelen van de geluidssterkte voor elke luidspreker afzonderlijk Laten we eens aannemen dat u de geluidssterkte van alle luidsprekers via de testtoon gelijkmatig hebt ingesteld. Daarmee is dan voldaan aan een van de hoofdvoorwaarden voor een uitstekende akoestiekweergave, maar er kan toch nog wel eens een extra aanpassing nodig blijken wanneer u luistert naar de weergave van een stuk muziek of een film. Dit komt omdat veel beeld- en geluidsmateriaal wordt geleverd met een middenkanaal en surroundkanalen die iets zachter zijn opgenomen dan de beide voorkanalen. Bij het afspelen van een dergelijke geluidsbron met meerkanaals Surround Sound zult u merken dat het verhogen van de geluidssterkte van het middenkanaal en de surroundluidsprekers vaak een betere samenhang geeft tussen de voorluidsprekers en de middenluidspreker en een natuurlijker balans van het klankbeeld voor en achter. Ongeveer 1 dB luider zetten van de middenluidspreker en ongeveer 1 2 dB extra voor de surroundluidsprekers geeft vaak het beste resultaat. Anders gezegd, voor een beter geïntegreerd klankbeeld met een natuurlijk klinkende dialoog is het aanbevolen de nodige aanpassingen te maken tijdens het luisteren naar uw favoriete muziek of speelfilms. Een geringe aanpassing van slechts 1 dB kan vaak een enorm verschil maken in de klank van uw thuistheater. Alvorens uw tuner/versterker in gebruik te nemen Controleren van de aansluitingen Na het aansluiten van al uw audio/video-apparatuur op de tuner/versterker volgt u de onderstaande aanwijzingen om te controleren of alle aansluitingen in orde zijn. MULTI CHANNEL DECODING VIDEO DVD/LD TV/SAT MD/TAPE CD TUNER ?/1 MULTI CH IN INPUT MODE MASTER VOLUME + DISPLAY SET UP DIMMER PHONES SHIFT NAME – TREBLE + PRESET/ – PTY SELECT + MEMORY – PTY TUNING FM MODE + FM/AM – LEVEL SOUND CONTROL SURR MENU SOUND FIELD ENTER A.F.D. MODE – 2CH BASS + MUTING MASTER VOLUME 1 Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker in te schakelen. 2 Druk op een van de weergavebron-keuzetoetsen om in te stellen op een component (beeld/ geluidsbron) die u hebt aangesloten (bijvoorbeeld de CD-speler of het cassettedeck). 3 Schakel het betreffende apparaat in en start de weergave van de geluidsbron. 4 Draai aan de MASTER VOLUME regelaar om de geluidssterkte naar wens in te stellen. Eén van de voorluidsprekers geeft geen geluid. , Sluit een hoofdtelefoon aan op PHONES om na te gaan of er geluid hoorbaar is via de hoofdtelefoon (zie “w; PHONES aansluiting” op pagina 23). Als ook bij de aangesloten hoofdtelefoon slechts via één kanaal geluid te horen is, kan er iets mis zijn met de aansluitingen van het weergaveapparaat op de tuner/versterker. Controleer dan of de stekkers van het aansluitsnoer aan beide einden, op de tuner/versterker en de geluidsbron zelf, stevig in de stekkerbussen zijn gestoken. Als de hoofdtelefoon wel via beide kanalen geluid geeft, kan er iets mis zijn met de aansluiting van de niet werkende voorluidspreker op de tuner/ versterker. Controleer dan de aansluitingen van de voorluidspreker die geen geluid geeft. Doet zich een probleem voor dat hierboven niet vermeld staat, zie dan het hoofdstuk “Verhelpen van storingen” op blz. 44. Wanneer u geen normale geluidsweergave krijgt nadat u deze procedure hebt gevolgd, dient u de volgende checklist te overlopen en de nodige maatregelen te treffen om het probleem op te lossen. Er klinkt geen geluid, ongeacht welke geluidsbron wordt gekozen. , Controleer of de tuner/versterker en de aangesloten apparatuur naar behoren zijn ingeschakeld. , Controleer met MASTER VOLUME of het volume in het uitleesvenster niet op VOL MIN staat. , Controleer of alle luidsprekersnoeren naar behoren zijn aangesloten. , Druk op MUTING wanneer MUTING verschijnt in het uitleesvenster. , Controleer of er een hoofdtelefoon is aangesloten op PHONES. Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten, komt er geen geluid uit de luidsprekers. , Controleer of de receiver niet in de “Demonstratiestand” staat (zie pagina 14). 19NL Aansluiten en opstellen van de luidsprekers Weergavebronkeuzetoetsen ?/1 Een bepaalde geluidsbron is niet te horen. , Controleer of de component correct is aangesloten op de audio-ingangen voor die component. , Controleer of de stekkers van het aansluitsnoer aan beide zijden, op de tuner/versterker en het weergave-apparaat zelf, stevig in de stekkerbussen zijn gestoken. Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/ versterker In dit hoofdstuk wordt de plaats en functie van de toetsen en regelaars op het voorpaneel beschreven, met een uitleg van de voornaamste bedieningshandelingen van de tuner/ versterker. Bedieningsorganen op het voorpaneel 1 ?/1 aan/uit-schakelaar Druk hierop om de tuner/versterker in te schakelen. 2 Aanduidingskeuzetoets (DISPLAY) Druk meermalen op deze toets om de aanduidingen in het uitleesvenster als volgt om te schakelen: v Zelf ingevoerde naam van de beeld/geluidsbron* v Stand van de FUNCTION knop v Klankbeeld dat vast is gekozen voor dit weergave-apparaat Bij keuze van de tuner voor radio-ontvangst v Ingevoerde naam van de voorkeurzender* of vaste zendernaam** v Afstemfrequentie v Programmatype-aanduiding** v Radiotekst** v Juiste tijd** v Klankbeeld dat vast is gekozen voor deze afstemband of voorkeurzender * De gekozen “index” naam verschijnt alleen als u zelf een naam voor deze beeld/geluidsbron of voorkeurzender hebt ingevoerd (zie blz. 41). De gekozen naam verschijnt niet als er alleen spaties zijn ingevoerd of als de naam gelijk is aan die van de functietoets. ** Deze aanduidingen verschijnen alleen tijdens RDS ontvangst (zie blz. 38). 20NL 1 4 23 5 7 6 MULTI CHANNEL DECODING VIDEO DVD/LD TV/SAT MD/TAPE CD TUNER ?/1 MULTI CH IN INPUT MODE MASTER VOLUME + DISPLAY SET UP DIMMER SHIFT – PTY TUNING FM MODE + FM/AM PHONES 3 Uitleesvenster-verlichtingstoets (DIMMER) Druk enkele malen op deze toets om de helderheid van het uitleesvenster naar wens in te stellen. Als u het uitleesvenster geheel wilt uitschakelen, kunt u hierop instellen via de “DIM.RANGE” parameter in het SET UP instelmenu (blz. 43). 4 De volgende toetsen zijn voor de bediening van de ingebouwde tuner. Zie voor nadere bijzonderheden het hoofdstuk “Radio-ontvangst” vanaf blz. 34. Voorkeurzender/programmatype-toestsen PRESET/PTY SELECT +/– Druk hierop om alle te ontvangen radiozenders te doorzoeken. Met deze toets kiest u tevens de programmatypen bij gebruik van de PTY afstemming. Afstemtoetsen (TUNING +/–) Voor het afstemmen via het doorzoeken van alle beschikbare radiozenders. Geheugentoets (MEMORY) Druk hierop om een radiozender in het geheugen vast te leggen als voorkeurzender. Geheugengroep-keuzetoets (SHIFT) Hiermee kiest u een groep voorkeurzenders in het afstemgeheugen. Programmatype-keuzetoets (PTY) Druk hierop om radiozenders op te zoeken aan de hand van het programmatype dat ze uitzenden. Deze PTY toets werkt niet tijdens AM ontvangst. FM stereo/mono-keuzetoets (FM MODE) Als de aanduiding “STEREO” in het uitleesvenster knippert en de FM stereo uitzending niet erg goed klinkt, drukt u op deze toets. Dan zal er geen stereoeffect meer zijn, maar de ontvangst zal beter klinken. Afstemband-keuzetoets (FM/AM) Hiermee kiest u de FM of AM afstemband. – LEVEL SOUND CONTROL SURR MENU SOUND FIELD ENTER A.F.D. MODE – BASS + MUTING 2CH 5 Insteltoets/indicator (SET UP) Druk hierop om de voorbereidingsstand in te schakelen en druk dan op de MENU / (ql) om in te stellen op een van de onderstaande voorbereidingsfuncties te kiezen. U kunt diverse instellingen verrichten met de MENU +/– toetsen (qk). Door keuze van de Kunt u Luidsprekertype Luidsprekertype opgeven. (pagina 15) Luidsprekerinstellingen Het luidsprekerformaat kiezen voor de voor-, midden- en surroundluidsprekers, de plaats van de surroundluidsprekers instellen en de aan- of afwezigheid van een aparte lagetonen-luidspreker (zie blz. 15). Luidspreker-afstanden De afstand van de voor-, midden- en surroundluidsprekers kiezen (zie blz. 17). Helderheidsbereik Het uitleesvenster laten uitschakelen van het uitleesvenster bij meermalen indrukken van de DIMMER toets (zie blz. 43). MULTI CH IN videobron Kiezen welke videobron u wilt weergeven samen met het geluid dat binnenkomt via de MULTI CH IN aansluitingen (zie blz. 43). 6 Meerkanaals-decodeerlampje (MULTI CHANNEL DECODING) Dit indicatorlampje licht op wanneer het apparaat signalen in een meerkanaals-formaat aan het decoderen is. 7 Luidsprekermenu-keuzetoets /indicator (LEVEL) Druk hierop voor keuze van de luidsprekerniveauparameters (zie blz. 31). De indicator van de toets licht op en dan kunt u de verschillende luidsprekerniveauparameters (voorbalans, surroundbalans e.d.) instellen. 21NL Bedienings-organen en basisbediening van de tuner/versterker MEMORY NAME – TREBLE + PRESET/ – PTY SELECT + Bedieningsorganen op het voorpaneel 8 9 0 qa qs MULTI CHANNEL DECODING VIDEO DVD/LD TV/SAT MD/TAPE CD TUNER ?/1 MULTI CH IN INPUT MODE MASTER VOLUME + DISPLAY SET UP DIMMER Bedienings-organen en basisbediening van de tuner/versterker MEMORY SHIFT NAME – TREBLE + PRESET/ – PTY SELECT + – PTY TUNING FM MODE + MENU FM/AM PHONES w; – LEVEL SOUND CONTROL SURR SOUND FIELD ENTER A.F.D. ql qk qj qh 8 Akoestiekmenu-keuzetoets/indicator (SURR) Druk hierop voor keuze van de akoestiekparameters (zie blz. 30). De indicator van de toets licht op en dan kunt u de verschillende akoestiekparameters (effectniveau, wandbekleding e.d.) gaan instellen. 9 MULTI CH IN-keuzetoets Druk hierop om het geluid van de apparatuur aangesloten op de MULTI CH IN aansluitingen te horen, samen met de beeldweergave van de gekozen videocomponent. Druk nogmaals om MULTI CH IN te annuleren. MODE TREBLE +/– tonen-toets Druk hierop om de toon te regelen (treble) (blz 32). BASS +/– tonen-toets Druk hierop om de toon te regelen (bass) (blz 32). BASS + MUTING qg qf qd qa Ingangssignaal-keuzetoets (INPUT MODE) Druk hierop om het gewenste audiosignaal te kiezen voor uw digitale apparatuur (DVD/LD en TV/SAT). Bij elke druk op de toets wordt omgeschakeld tussen de ingangssignalen van de ingestelde component. Kies de stand Om AUTO Voorrang te geven aan de digitale signalen wanneer er zowel digitale als analoge signalen beschikbaar zijn. Als er geen digitale signalen zijn, worden de analoge signalen gekozen. DIGITAL (OPTICAL) In te stellen op de digitale audiosignalen die via de DIGITAL OPTICAL ingangsaansluiting binnenkomen. (alleen op de TV/ SAT) • Wanneer MULTI CH IN is gekozen, werken toon-, geluidsveld- en surroundregelingen niet. 0 Toonregelingsknoppen – 2CH DIGITAL (COAXIAL) In te stellen op de digitale audiosignalen die via de DIGITAL COAXIAL ingangsaansluiting binnenkomen. (alleen op de DVD/ LD) ANALOG In te stellen op de analoge audiosignalen die via de AUDIO IN (L en R) aansluitingen binnenkomen. Opmerking Wanneer een digitaal signaal van 96 kHz wordt ingevoerd, functioneren de toon-, geluidsveld- en surroundregeling niet. 22NL qs Weergavebron-keuzetoetsen Druk op een van deze toetsen om in te stellen op het apparaat dat u wilt gebruiken. Drukt u op Videorecorder VIDEO DVD of LD speler DVD/LD TV of satelliet-tuner TV/SAT Minidisc-recorder of cassettedeck MD/TAPE Compact disc speler CD Ingebouwde tuner TUNER Na het kiezen van het weergave-apparaat schakelt u dat apparaat in en start u de weergave van de geluidsbron. • Na het kiezen van een videorecorder, DVD videospeler of laserdisc-speler schakelt u ook het TV-toestel in en stelt u dit in op weergave van de gekozen component/beeldbron. qd Totaalvolumeregelaar (MASTER VOLUME) Na instellen op de gewenste geluidsbron draait u aan deze knop om de geluidssterkte naar wens in te stellen. qj Invoertoets (ENTER) Druk hierop om de gekozen lettertekens vast te leggen bij naamgeving van de voorkeurzenders en andere weergavebronnen. qk MENU +/– tonen-toets Druk hierop om luidsprekerniveau en surround parameters (enz.) in te stellen. ql MENU / tonen-toets Druk hierop om luidsprekerniveau en surround parameters (enz.) te kiezen. w; Hoofdtelefoon-aansluiting (PHONES) Hierop kunt u een hoofdtelefoon aansluiten. • Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, produceren de luidsprekers geen geluid. qf Geluiddempingstoets (MUTING) Druk hierop om de geluidsweergave te dempen. MUTING verschijnt in het uitleesvenster wanneer het geluid is onderdrukt. qg SOUND FIELD Gebruik de klankbeeldtoetsen (SOUND FIELD) voor weergave met een akoestiekeffect. Zie voor nadere bijzonderheden het hoofdstuk “Genieten van Surround Sound akoestiek” vanaf blz. 24. Decodeertoets/indicator (A.F.D.) Druk deze toets in om de tuner/versterker automatisch te laten waarnemen wat voor geluidssignaal er binnenkomt en de vereiste decodering toe te passen (indien nodig). Klankbeeld-keuzetoets/indicator (MODE) Druk hierop om het gewenste klankbeeld te gaan kiezen (zie blz. 25). Stereo-weergavetoets/indicator (2CH) Druk hierop om alleen geluid te horen via de linker en rechter voorluidsprekers. 23NL Bedienings-organen en basisbediening van de tuner/versterker Voor keuze van de qh Naamgevingstoets/indicator (NAME) Druk hierop om de naamgevingsfunctie in te schakelen en namen in te voeren voor de voorkeurzenders en andere weergavebronnen (zie blz. 41). Genieten van Surround Sound akoestiek Dit hoofdstuk geeft aan hoe u de tuner/versterker kunt instellen voor geluidsweergave met akoestiekeffecten en vaste klankbeelden. Hiermee kunt u genieten van meerkanaals Surround Sound bij het afspelen van Dolby Digital of DTS of videomateriaal. U kunt genieten van een fraaie ruimtelijke geluidsweergave door eenvoudigweg een van de voorgeprogrammeerde “klankbeelden” te kiezen die de tuner/versterker biedt. Zo kunt u uw luisterkamer laten klinken als een bioscoopzaal of een concertzaal. U kunt de klankbeelden ook naar eigen inzicht aanpassen door de diverse akoestiekparameters bij te stellen. Deze tuner/versterker beschikt over een aantal verschillende klankbeeldfuncties. De “cinema” klankbeelden zijn bedoeld voor de weergave van video- of filmgeluid (van DVD discs of laserdiscs) met meerkanaals-geluidssporen of Dolby Pro Logic geluid. Naast het decoderen van de diverse kanalen, bieden enkele van deze klankbeelden ook akoestiekeffecten zoals u die in de bioscoop kunt horen. De “virtuele” klankbeelden bieden enkele indrukwekkende toepassingen van de Sony Digital Cinema Sound technologie voor digitale signaalverwerking. Deze kunnen het geluid weg verplaatsen van de feitelijke luidspreker-opstelling om de aanwezigheid van een aantal “virtuele” luidsprekers te simuleren. De klankbeelden voor muziek (enz.) zijn bedoeld voor weergave van gewone muziekbronnen en TVuitzendingen. Hierbij wordt er aan het signaal van de geluidsbron een nagalm toegevoegd om het ruimtelijk effect van een concertzaal of een stadion (enz.) te simuleren. Gebruik deze klankbeelden voor de weergave van gewone stereo geluidsbronnen zoals muziek-CD’s of stereo radio-uitzendingen van muziek of sportevenementen e.d. Zie voor nadere bijzonderheden over de diverse klankbeelden de beschrijving op blz. 26 t/m 27. A.F.D. decodering Dit “Auto Format Decoding” klankbeeld presenteert het geluid precies zo als het is gecodeerd, zonder enige bijregeling, nagalm e.d. Voor een optimaal gebruik van de Surround akoestiekfuncties zult u het aantal en de opstelling van uw luidsprekers in de tuner/versterker moeten vastleggen. Zie het hoofdstuk “Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek” vanaf blz. 15 voor de nodige instellingen van de luidspreker-parameters om ten volle te kunnen genieten van de Surround Sound akoestiek. 24NL MENU Keuze van een klankbeeld TREBLE +/– / SURR VIDEO DVD/LD TV/SAT MD/TAPE CD TUNER MULTI CHANNEL DECODING ?/1 MULTI CH IN INPUT MODE MASTER VOLUME + DISPLAY SET UP DIMMER MEMORY SHIFT NAME – TREBLE + PRESET/ – PTY SELECT + – PTY TUNING FM MODE + FM/AM – LEVEL SOUND CONTROL SURR MENU SOUND FIELD PHONES ENTER A.F.D. MODE MENU +/– – U kunt genieten van een fraaie ruimtelijke geluidsweergave door eenvoudigweg uit de voorgeprogrammeerde klankbeelden datgene te kiezen dat het best past bij de geluidsbron die u wilt horen. BASS + MUTING 2CH 1 Druk op de MODE toets. Het laatst gekozen klankbeeld wordt in het uitleesvenster aangegeven. 2 Druk op MENU / of MENU +/– om het gewenste sound field te kiezen. Zie het overzicht op blz. 26 en verder voor nadere informatie over de beschikbare klankbeelden. BASS +/– SOUND FIELD Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt voor de klankbeeld-akoestiek Akoestiekmenu-keuzetoets (SURR): Druk hierop om de akoestiek-parameters in het huidige klankbeeld naar wens aan te passen. BASS +/– tonen-toets : Druk hierop om de toon te regelen (bass). TREBLE +/– tonen-toets : Druk hierop om de toon de regelen (treble). MENU / tonen-toets: Druk hierop om de gewenste parameters te kiezen na indrukken van de LEVEL, SURR, of SET UP toets. MENU +/– tonen-toets : Draai hieraan om de gekozen parameter in te stellen of het gewenste klankbeeld te kiezen (enz.). Uitschakelen van het klankbeeld Druk op de A.F.D. decodeertoets of de 2CH stereoweergavetoets (zie blz. 23). z De tuner/versterker onthoudt het laatst gekozen klankbeeld van iedere weergavebron (Sound Field Link) Wanneer u een bepaalde weergavebron kiest, wordt automatisch het klankbeeld ingesteld dat het laatst bij deze bron werd gebruikt. Als u bijvoorbeeld naar een compact disc luistert met HALL ingesteld als klankbeeld, vervolgens naar een andere weergavebron overschakelt en dan weer terug naar de compact disc, zal weer automatisch het HALL klankbeeld worden ingesteld. Bij de tuner worden er afzonderlijke klankbeelden onthouden voor AM, FM en alle voorkeurzenders. z Aan de verpakking kunt u zien of de video e.d. is opgenomen met Dolby Surround geluid. Alle officiële Dolby Digital discs zijn voorzien van het beeldmerk en Dolby Surround discs zijn voorzien van het A beeldmerk. Klankbeeldtoetsen (SOUND FIELD) Decodeertoets (A.F.D.): Druk deze toets in om de tuner/versterker automatisch te laten waarnemen wat voor geluidssignaal er binnenkomt en de vereiste decodering toe te passen (indien nodig). Klankbeeld-keuzetoets (MODE): Druk hierop om de klankbeeld-keuzestand in te schakelen. Stereo-weergavetoets (2CH): Druk hierop om alleen geluid te horen via de linker en rechter voorluidsprekers. 25NL Genieten van Surround Sound akoestiek Luidsprekermenu-keuzetoets (LEVEL): Druk hierop om de niveauparameters te personaliseren. Keuze van een klankbeeld Informatie over klankbeelden Genieten van Surround Sound akoestiek Naam klankbeeld Effect op de geluidsweergave Opmerkingen NORM. SURR. (NORMAL SURROUND) Geluidsmateriaal met meerkanaals akoestieksignalen wordt weergegeven zoals het is opgenomen. Standaard tweekanaals geluid wordt gedecodeerd volgens het Dolby Pro Logic systeem om er een akoestiekeffect aan toe te voegen. STUDIO A (CINEMA STUDIO A) Reproduceert de geluidskarakteristieken van een klassieke montagestudio van Sony Pictures Entertainment. Een fraaie standaard akoestiek, geschikt voor alle soorten speelfilms. STUDIO B (CINEMA STUDIO B) Reproduceert de geluidskarakteristieken van de mengstudio van Sony Pictures Entertainment, momenteel één van de meest geavanceerde in Hollywood. Ideaal voor science-fiction of actiefilms met veel speciale geluidseffecten. STUDIO C (CINEMA STUDIO C) Reproduceert de geluidskarakteristieken van een BGMopnamestudio van Sony Pictures Entertainment. Ideaal voor musicals en klassieke films met veel achtergrondmuziek. V.M.DIMENS.* (VIRTUAL MULTI DIMENSION) (Virtuele luidsprekers overal rondom) Creëert met 3D geluidsverwerking een heel stel “virtuele surroundluidsprekers” boven normale luisterhoogte, op basis van slechts twee werkelijke surroundluidsprekers. Dit klankbeeld omvat vier paar virtuele luidsprekers rondom en in een hoek van ongeveer 30° boven de luisteraar. L SIDE** C R SL SR LS RS LS L BEHIND** RS C R LS RS LS RS SL V. SEMI M.D.* (VIRTUAL SEMI-MULTI DIMENSION) (Virtuele luidsprekers overal gesimuleerd) Creëert met 3D geluidsverwerking een aantal virtuele surroundluidsprekers uit het geluid van de voorkanalen, zonder werkelijke surroundluidsprekers te gebruiken. Dit klankbeeld omvat vijf paar virtuele luidsprekers rondom en in een hoek van ongeveer 30° boven de luisteraar. L C 26NL ** Zie blz. 16 R LS RS LS RS LS * “VIRTUAL” klankbeeld: Klankbeeld met gesimuleerde extra luidsprekers. SR RS Informatie over klankbeelden Naam klankbeeld Effect op de geluidsweergave Opmerkingen HALL Geeft de akoestiek van een rechthoekige concertzaal. Ideaal voor zachtere akoestische muziek. JAZZ (JAZZ CLUB) Geeft de akoestiek van een jazz-club. L. HOUSE (LIVE HOUSE) Geeft de akoestiek van een muziektheater met 300 zitplaatsen. Ideaal voor rock en popmuziek. GAME Geeft de meest treffende geluids- en akoestiekeffecten van videospelletjes. Zet hierbij uw videospel-apparaat in de stereo stand voor een spel met stereo geluidsspoor. Opmerkingen Gebruik de toetsen op het voorpaneel om de volgende weergavefuncties in te schakelen A.F.D. AUTO FORMAT DECODING (Druk op de A.F.D. decodeertoets) Neemt automatisch waar welk soort geluidssignaal er binnenkomt (Dolby Digital, Dolby Pro Logic of standaard twee-kanaals stereo) en zorgt voor een juiste decodering waar nodig. Deze functie neemt het geluidsspoor zoals het is opgenomen/gecodeerd, en presenteert het zonder enige bijregeling, nagalm of effecten. Deze functie kunt u gebruiken ter referentie. 2CH ST. 2 CHANNEL (Druk op de 2CH stereoweergavetoets) Hierbij wordt het geluid alleen weergegeven door de linker en rechter voorluidsprekers. Gewoon tweekanaals stereo geluid wordt weergegeven zonder door de klankbeeld-circuits te passeren. Meerkanaals-geluid wordt ook samengemengd tot gewone stereo weergave. Met deze functie kunt u elke geluidsbron weergeven via alleen de linker en rechter voorluidsprekers. Opmerkingen • Bij instellen op de 2 CHANNEL tweekanaals-weergave zal de lagetonenluidspreker geen geluid weergeven. Om gewoon twee-kanaals stereo geluid weer te geven via de linker en rechter voorluidsprekers plus een lagetonenluidspreker, gebruikt u de AUTO FORMAT DECODING functie. • Wanneer u “Micro Satellite Speaker” kiest, stuurt de geïntegreerde sound processor bass-geluid automatisch naar de subwoofer. Om met deze instelling 2-kanaals (stereo) bronnen te beluisteren, raden wij u aan de AUTO FORMAT DECODING stand te kiezen zodat u uw subwoofer kunt benutten om het juiste bass-signaal te verkrijgen. 27NL Genieten van Surround Sound akoestiek • De effecten van de gesimuleerde virtuele luidsprekers kunnen soms bijgeluiden in de weergave veroorzaken. • Bij weergave van klankbeelden met gesimuleerde virtuele luidsprekers zal er geen direct geluid van de surroundluidsprekers te horen zijn. Uitleg van de meerkanaals-akoestiekaanduidingen 0 1 2 4 3 a DIGITAL PRO LOGIC DTS SP. OFF OPT COAX L C R LFE SL S SR 8 7 6 STEREO MONO RDS D.RANGE MEMORY TA NEWS INFO 5 9 Genieten van Surround Sound akoestiek 1 ; DIGITAL Deze indicator licht op wanneer de receiver signalen decodeert die zijn opgenomen in Dolby Digital formaat. 7 OPT Deze aanduiding licht op bij weergave van een digitaal signaal dat binnenkomt via de OPT aansluiting. 2 PRO LOGIC Deze aanduiding licht op wanneer het apparaat een twee-kanaals signaal verwerkt met Pro Logic technieken om zo een middenkanaal en akoestiekachterkanalen samen te stellen.* 8 Weergavekanaal-aanduidingen Aan de oplichtende letters kunt u zien welke geluidskanalen er worden weergegeven. L: linksvoor R: rechtsvoor C: midden (mono) SL: linksachter SR: rechtsachter S: achterluidsprekers (mono of alleen de surroundweergave na Pro Logic verwerking) Aan de oplichtende vakjes rond de letters kunt u zien via welke luidsprekers het geluid wordt weergegeven. Zie het overzicht op de volgende pagina voor nadere bijzonderheden over de weergavekanaalaanduidingen. * Deze indicator licht echter niet op als de midden- en surroundluidsprekers zijn ingesteld op “NO” en het A.F.D. of NORMAL SURROUND geluidsveld is geselecteerd. 3 DTS Licht op wanneer DTS-signalen binnenkomen. Opmerking Bij het afspelen van een disc in DTS formaat moet u erop toezien dat u digitale aansluitingen heeft gemaakt en dat “INPUT MODE” NIET op ANALOG staat (zie qaop blz 22). 4 Afstemaanduidingen Deze aanduidingen lichten op bij gebruik van de tuner voor het afstemmen op radiozenders e.d. Zie blz. 34 t/m 39 voor de bediening van de tuner voor radio-ontvangst. 5 D. RANGE Deze aanduiding licht op wanneer de compressiefunctie voor het dynamisch bereik is ingeschakeld. Zie blz. 32 voor het instellen van de dynamiek-compressie. 6 COAX Deze aanduiding licht op bij weergave van een digitaal signaal dat binnenkomt via de COAX aansluiting. 28NL 9 LFE LFE lichten op wanneer de disc die speelt een LFE (Low Frequency Effect) kanaal bevat en het geluid van het LFE kanaal effectief wordt weergegeven. 0 SP. OFF Licht op wanneer een hoofdtelefoon is aangesloten. Overzicht van de geluidsbronkanaal-aanduidingen De oplichtende letters (L, C, R, enz.) geven aan welke geluidsbronkanalen er worden weergegeven. De vakjes lichten op om aan te geven hoe de tuner/versterker het geluid mengt, voor weergave via welke luidsprekers (afhankelijk van de luidspreker-instellingen). Bij de klankbeelden voor muziek, zoals HALL of JAZZ CLUB, voegt de tuner/versterker nagalm toe op basis van het inkomende geluid. De volgende tabel geeft aan welke indicators oplichten bij gebruik van de AUTO FORMAT DECODING functie. Deze tabel toont vrijwel alle mogelijke configuraties voor meerkanaals Surround Sound weergave, maar de met een “ ” sterretje gemarkeerde configuraties zijn het meest gebruikelijk. Opnamekanalen (voor/ surround) Geluidsbron-kanalen en gebruikte weergavekanalen Aantal ingangskanalen Alle luidsprekers aangesloten DOLBY DIGITAL [1/0] ; DIGITAL ; DIGITAL C Zonder middenluidspreker Zonder surroundluidsprekers ; DIGITAL C Zonder midden/ surroundluidsprekers ; DIGITAL C C 1/0 DOLBY DIGITAL [2/0] C C ; DIGITAL C dts dts L R L R ; DIGITAL C dts L R L R ; DIGITAL dts L R L R ; DIGITAL L R L R 2/0* DTS [2/0] DOLBY DIGITAL [3/0] dts dts ; DIGITAL L C R L C R ; DIGITAL dts L C R L C R ; DIGITAL dts L C R L C R ; DIGITAL L C R L C R 3/0 DTS [3/0] DOLBY DIGITAL [2/1] dts dts ; DIGITAL L DOLBY DIGITAL [3/1] L dts ; DIGITAL DOLBY DIGITAL [2/2] ; DIGITAL 2/2 DTS [2/2] DOLBY DIGITAL [3/2] dts ; DIGITAL 3/2 DTS [3/2] dts ; DIGITAL 2/0** DOLBY DIGITAL [2/0] PRO LOGIC DOLBY PRO LOGIC PRO LOGIC R L C S R R SR L SL R SR L C R SL SR L C R SL SR L ; DIGITAL L a DIGITAL C S R C S R ; DIGITAL dts ; DIGITAL dts ; DIGITAL R L C S R R SR L SL R SR L C R SL SR L C R SL SR L L ; DIGITAL a DIGITAL C S R C S R ; DIGITAL dts ; DIGITAL dts ; DIGITAL R L C S R R SR L SL R SR L C R SL SR L C R SL SR L L ; DIGITAL C S R C S R ; DIGITAL dts ; DIGITAL dts ; DIGITAL L C S R L C S R L SL R SR L SL R SR L C R SL SR L C R SL SR L C S R L C S R PRO LOGIC PRO LOGIC R R S dts L SL L L dts C S PRO LOGIC R R L PRO LOGIC R L S S dts L SL PRO LOGIC R dts C S L L R L PRO LOGIC R S S dts L SL L L dts C S L PCM XX kHz*** R L dts R L dts S S 3/1 DTS [3/1] ; DIGITAL S 2/1 DTS [2/1] R dts L R * Signalen met de Dolby Surround aanduiding OFF ** Signalen met de Dolby Surround aanduiding ON *** Hierbij wordt de bemonsteringsfrequentie aangegeven. Opmerkingen • De tuner/versterker decodeert volgens het Pro Logic systeem en de aanduidingen geven de 2/0** ingangskanalen aan bij de volgende filmgeluid-klankbeelden met 2/0* of STEREO PCM ingangssignalen. (STUDIO A, B, C, V.M.DIMENS. en V. SEMI M.D.) • Bij gebruik van de klankbeelden voor muziek, zoals HALL of JAZZ CLUB met standaard audio-systemen zoals PCM, creëert de tuner/versterker signalen voor de surroundkanalen op basis van de linker en rechter voorkanaal-signalen. In dit geval geven de surroundluidsprekers wel geluid weer, maar de uitgangsaanduidingen voor de surroundluidsprekers lichten niet op. 29NL Genieten van Surround Sound akoestiek DTS [1/0] Bijregelen van de klankbeelden U kunt de klankbeelden naar wens aanpassen door de akoestiekparameters en de klankkleur van de voorluidsprekers zo in te stellen dat het geluid in uw luisterruimte optimaal klinkt. Wanneer u een klankbeeld bijgeregeld heeft, zullen de nieuwe instellingen in het geheugen bewaard blijven (tenzij de tuner/versterker langer dan ongeveer twee weken niet op een stopcontact aangesloten is). Om een bijgeregeld klankbeeld opnieuw te wijzigen, hoeft u enkel de gewenste veranderingen aan te brengen. Zie het overzicht op blz. 33 voor de parameters waarmee u een bepaald klankbeeld kunt bijregelen. Genieten van Surround Sound akoestiek Voor de beste weergave van meerkanaals Surround Sound Zorg voor een juiste luidspreker-opstelling en volg de aanwijzingen onder “Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek” vanaf blz. 15, alvorens u een klankbeeld gaat aanpassen. Aanpassen van de akoestiekparameters Het SURR menu biedt een aantal parameters waarmee u allerlei verschillende aspecten van het gekozen klankbeeld kunt aanpassen. De instellingen die u in dit menu kiest worden voor elk klankbeeld afzonderlijk vastgelegd. 1 Start de weergave van een geluidsbron die is gecodeerd met een meerkanaals Surround geluidsspoor. 2 Druk op de SURR toets. De toets licht op en de eerste parameter wordt aangegeven. 3 Druk op MENU / die u wilt instellen. 4 Druk op MENU +/– om de gewenste instelling te kiezen. De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd. om de parameter te kiezen Effectniveau (EFFECT) Oorspronkelijke instelling: (afhankelijk van de geluidsveldstand) Met deze parameter kunt u de sterkte of nadruk van het gekozen klankbeeld naar wens instellen. 30NL Wandbekleding Oorspronkelijke instelling: WALL MID Wanneer geluid weerkaatst wordt door een wand die bekleed is met relatief zacht materiaal of door gordijnen, worden de hoge tonen verzwakt. Een hardere wandbekleding daarentegen reflecteert het geluid meer gelijkmatig en zal de frequentiekarakteristiek van het geluid daarom minder sterk beïnvloeden. Deze “WALL” parameter simuleert de hardheid van de wandbekleding, door het variëren van de hoeveelheid hoge tonen. De S (soft) instelling geeft een zachte wandbekleding aan en de H (hard) instelling een harde wandbekleding. • Het muurtype kan in 17 stappen worden ingesteld van WALL S. 1 ~ WALL S. 8 (zacht) tot WALL H. 1 ~ WALL H. 8 (hard). • De gemiddelde stand (WALL MID) geldt voor een standaard halfharde wand (van hout). Weerkaatsing Oorspronkelijke instelling: REVB. MID Bij een muziekuitvoering zal het geluid altijd een aantal malen heen en weer kaatsen tussen de linker en rechter wanden, het plafond en de vloer, vóór het onze oren bereikt. Hoe groter de ruimte, des te langer zullen de weerkaatsingen duren. Met deze parameter kunt u de tijdsduur van de vroege weerkaatsingen bijregelen om zo een grotere (L) of een kleinere (S) ruimte te simuleren. • De weerkaatsingen zijn instelbaar van REVB. S. 1 ~ REVB. S. 8 (short - kort) tot REVB. L. 1 ~ REVB. L. 8 (lang) in 17 stappen. • De gemiddelde stand (REVB. MID) geeft een standaard ruimte, zonder bijregeling. Bijregelen van de luidspreker-instelparameters Het LEVEL luidspreker-instelmenu biedt een aantal parameters waarmee u de balans en de geluidssterkte van elke luidspreker naar wens kunt instellen. De instellingen die u in dit menu maakt, zijn van toepassing op alle klankbeelden. 1 Start de weergave van een geluidsbron die is gecodeerd met een meerkanaals Surround geluidsspoor. Druk op de LEVEL toets. De toets licht op en de eerste parameter wordt aangegeven. 3 Druk op MENU / die u wilt instellen. 4 Druk op MENU +/– om de gewenste instelling te kiezen. De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd. om de parameter te kiezen R ) * Voorluidspreker-balans ( L Oorspronkelijke instelling: BALANCE Hiermee kunt u de onderlinge geluidsbalans van de linker en rechter luidsprekers naar wens bijregelen. • De balans kan in ±8 stappen worden geregeld. • Deze instelling is ook direct regelbaar met de bijgeleverde afstandsbediening. Zie “Bijregelen van de geluidssterkte van de luidsprekers” (op blz. 18). * De parameters kunnen afzonderlijk worden geregeld voor MULTI CH IN. Laagfrequent Effect mengniveau Oorspronkelijke instelling: L.F.E. 0 dB Met deze parameter kunt u de geluidssterkte bijregelen van het afzonderlijke LFE (Low Frequency Effect) kanaal dat wordt weergegeven via de lagetonen-luidspreker, zonder hierbij de gewone lage tonen te beïnvloeden die door de basverdelingscircuits van de voor-, midden- en surroundkanalen worden overgeheveld naar de aparte lagetonen-luidspreker. • Het LFE niveau is instelbaar in stapjes van 1 dB, van – 20.0 dB tot 0 dB (lijnniveau). Bij 0 dB wordt het volledige LFE signaal weergegeven met het mengniveau gekozen door de opnametechnicus. • Bij instellen op OFF wordt het geluid van het LFE kanaal door de lagetonen-luidspreker gedempt. De lage tonen van de voor-, midden- en surroundkanalen die door de basverdelingscircuits worden overgeheveld naar de lagetonen-luidspreker worden echter wel weergegeven, volgens de keuze gemaakt voor elk luidsprekerpaar bij de luidspreker-instellingen (zie blz. 15). * Balans van de surroundluidsprekers ( SL SR ) Oorspronkelijke instelling: BALANCE Hiermee kunt u de balans van de linker en rechter surroundluidsprekers bijregelen. • De balans kan in ±8 stappen worden geregeld. • Deze instelling is ook regelbaar met de bijgeleverde afstandsbediening. Zie “Bijregelen van de geluidssterkte van de luidsprekers” (op blz. 18). * Niveau van de surroundluidsprekers Oorspronkelijke instelling: SURR 0 dB Hiermee kunt u de geluidssterkte van beide surroundluidsprekers (links en rechts) instellen. • De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van –10 dB tot + 6 dB. • Deze instelling is ook direct regelbaar met de bijgeleverde afstandsbediening. Zie “Bijregelen van de geluidssterkte van de luidsprekers” (op blz. 18). * Niveau van de middenluidspreker Oorspronkelijke instelling: CTR 0 dB Hiermee kunt u de geluidssterkte van de middenluidspreker instellen. • De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van –10 dB tot + 6 dB. 31NL Genieten van Surround Sound akoestiek 2 * Niveau van de lagetonen-luidspreker Oorspronkelijke instelling: S.W. 0 dB Hiermee kunt u de geluidssterkte van de lagetonenluidspreker instellen. • De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van –10 dB tot + 6 dB. Bijregelen van de klankbeelden Genieten van Surround Sound akoestiek Dynamiekcompressie ( D. RANGE ) Oorspronkelijke instelling: COMP. OFF (uit) Hiermee kunt u het dynamisch bereik van een speelfilmgeluidsspoor comprimeren, dus verkleinen. Dit kan bijvoorbeeld handig zijn als u ‘s avonds laat een speelfilm wilt bekijken; dan kunt u het geluid zacht zetten en toch een rijke, volle klank behouden. • In de COMP. OFF stand wordt het geluidsspoor normaal weergegeven, zonder compressie. • In de COMP. STD stand wordt het geluidsspoor weergegeven met het volledig dynamisch bereik, zoals gekozen door de opnamestudio-technicus. • Met de standen COMP. 0.1 - 0.9 kunt u het dynamisch bereik geleidelijk steeds meer comprimeren, om precies het gewenste effect te bereiken. • In de COMP. MAX stand wordt het dynamisch bereik drastisch beperkt. De lage/hoge tonen regelen Met de BASS +/– of TREBLE +/– toets kunt u de toon (lage of hoge tonen) van de voorluidsprekers regelen voor een optimale geluidsweergave. U kunt de toon regelen voor elk afzonderlijk klankbeeld. 1 Start de weergave van een geluidsbron die is gecodeerd met een meerkanaals Surround geluidsspoor. 2 Druk op BASS +/– om de lage tonen te regelen en TREBLE +/– om de hoge tonen te regelen. De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd. De toonregeling is instelbaar van –6 dB tot +6 dB in stapjes van 2 dB tegelizk. Terugstellen van de bijgeregelde klankbeelden op de oorspronkelijke fabrieksinstelling Opmerking De dynamiekcompressie is niet te gebruiken voor DTS geluidsbronnen. z Betreffende de dynamiekcompressie Met deze parameter wordt het dynamisch bereik van een speelfilm-geluidsspoor gecomprimeerd volgens de dynamiekinformatie in het Dolby Digital signaal. “COMP. STD” geeft de standaard compressie, maar omdat de meeste geluidsbronnen slechts een geringe compressie hebben, zult u waarschijnlijk weinig verschil bemerken met de standen COMP. 0.1 - 0.9. Daarom kunnen we u aanbevelen de “COMP. MAX” compressie te gebruiken. Hiermee wordt het dynamisch bereik drastisch beperkt, zodat u zonder bezwaar ook ‘s avonds laat kunt genieten van een speelfilm met zacht ingesteld geluid. In tegenstelling tot analoge compressiefuncties zijn de niveaus hierbij vooraf bepaald, voor een natuurlijk klinkende compressie. 32NL 1 Als de tuner/versterker aan staat, drukt u op de ?/1 toets om het apparaat uit te schakelen. 2 Houd de MODE toets ingedrukt en schakel het apparaat weer in met de ?/1 toets. De aanduiding “S.F. CLR” verschijnt in het uitleesvenster en dan zijn alle klankbeelden tegelijk teruggesteld op de fabrieksinstellingen. Instelbare parameters voor de verschillende klankbeelden EFFECT LEVEL WALL TYPE REVERB TIME FRONT BAL. SURR BAL. SURR LEVEL CENTER LEVEL SUB WOOFER LEVEL LFE MIX 2CH r r A.F.D. r r r r r r NORMAL SURROUND r r r r r r CINEMA STUDIO A r r r r r r r CINEMA STUDIO B r r r r r r r CINEMA STUDIO C r r r r r r r V. MULTI DIMENSION r r r r r r V. SEMI–M. DIMENSION r r r r r r r r r r r r r JAZZ CLUB r r r r r r r r r LIVE HOUSE r r r r r r r r r GAME r r r r r r r r r r r r r r MULTI CH IN D.RANGE BASS/TREBLE COMP. 2CH r r A.F.D. r r NORMAL SURROUND r r CINEMA STUDIO A r r CINEMA STUDIO B r r CINEMA STUDIO C r r V. MULTI DIMENSION r r V. SEMI–M. DIMENSION r r HALL r r JAZZ CLUB r r LIVE HOUSE r r GAME r r MULTI CH IN 33NL Genieten van Surround Sound akoestiek HALL Radioontvangst In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u op FM of AM radiozenders afstemt en hoe u voorkeurzenders in het geheugen vastlegt. Met deze tuner/versterker kunt u op radiozenders afstemmen op de volgende manieren: Automatische FM zenderopslag in alfabetische volgorde (“Autobetical select”) U kunt de tuner/versterker automatisch 30 van de best doorkomende FM radiozenders en FM RDS zenders in het afstemgeheugen laten vastleggen (zie blz. 36). Directe afstemming Als u de zendfrequentie van de gewenste radiozender kent, kunt u deze direct kiezen met de cijfertoetsen (zie blz. 36). Automatische zoekafstemming Als u de zendfrequentie van de afstandsbediening van de gewenste radiozender niet kent, kunt u de tuner/ versterker alle beschikbare zenders in uw gebied laten doorzoeken (zie blz. 37). Geheugenafstemming Na het afstemmen op een zender met de directe afstemming of de automatische zoekafstemming kunt u de zender, als die goed klinkt, vastleggen in het afstemgeheugen van de tuner/versterker (zie blz. 37). Dan kunt u voortaan die zogenoemde voorkeurzender rechtstreeks kiezen, door de letter-en-cijfer code ervan in te voeren (zie blz. 38). Zo kunt u tot 30 voorkeurzenders voor de FM en AM voorinstellen. U kunt de tuner/ versterker ook alle vastgelegde voorkeurzenders laten doorzoeken (zie blz. 38). RDS informatiezenders RDS (Radio Data Systeem) is een radio-informatiesysteem waarmee radiozenders naast de gewone radio-uitzending allerlei nuttige informatie kunnen uitzenden. Deze receiver beschikt over twee handige RDS-functies: — Aangeven van RDS informatie in het uitleesvenster (zie blz. 38) — Opzoeken van een radiozender aan de hand van het programmatype (PTY) (zie blz. 39) De RDS informatie wordt alleen uitgezonden door FM zenders.* * Niet alle FM radiozenders bieden de RDS informatie en niet alle RDS zenders bieden dezelfde functies. Als u niet bekend bent met de plaatselijk beschikbare RDS functies, kunt u voor nadere bijzonderheden het best contact opnemen met de plaatselijke radiozenders. Alvorens u begint, dient u te zorgen dat: • Er een FM en een AM antenne op de tuner/versterker zijn aangesloten (zie blz. 5). 34NL PRESET/PTY SELECT +/– Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt voor radio-ontvangst TUNING +/– MULTI CHANNEL DECODING VIDEO DVD/LD TV/SAT MD/TAPE CD TUNER ?/1 MULTI CH IN INPUT MODE MASTER VOLUME + Afstemtoetsen (TUNING +/–): Druk hierop om alle beschikbare radiozenders te overlopen. DISPLAY SET UP MEMORY SHIFT NAME – TREBLE + PRESET/ – PTY SELECT + DIMMER – PTY TUNING FM MODE + – LEVEL SOUND CONTROL SURR MENU FM/AM PHONES SOUND FIELD ENTER A.F.D. MODE – 2CH BASS + MUTING Geheugentoets (MEMORY): Gebruik deze om radiozenders in het geheugen vast te leggen als voorkeurzenders. FM MODE SHIFT FM/AM MEMORY Aanduidingskeuzetoets (DISPLAY): Druk hierop om de RDS informatie in het uitleesvenster te zien. PTY AV ?/1 SLEEP Voorkeurzender/programmatype-toetsen (PRESET/PTY SELECT +/–): Druk hierop om alle vastgelegde voorkeurzenders te overlopen of om programmatypes te kiezen. ?/1 SYSTEM STANDBY FUNCTION VIDEO 2 VIDEO 3 DVD/LD TV/SAT PHONO MD/TAPE FN SHIFT AUX CD/SACD TUNER 1 MENU F 2 G 4 3 g ENTER 5 6 Cijfertoetsen f TITLE 7 Programmatype-keuzetoets (PTY): Hiermee kunt u radiozenders opzoeken aan de hand van het programmatype dat ze uitzenden. 8 9 SHIFT RETURN 0 >10 – /– – POSITION SWAP = + ENTER D.TUNING D.SKIP/ CH/PRESET – SUB CH + 0 ) DISPLAY P IN P ANT TV/VTR 9 ( DISC JUMP WIDE TV/ VIDEO P p SOUND FIELD 2CH/OFF A.F.D. MULTI CH/ 2 CH DIRECT – MODE + MUTING TEST TONE MAIN MENU MASTER VOL MENU RM-U305 g AV SYSTEM D.TUNING FM stereo/mono-keuzetoets (FM MODE): Als de aanduiding “STEREO” in het uitleesvenster knippert en de FM stereo uitzending niet erg goed klinkt, drukt u op deze toets. Dan zal er geen stereo-effect meer zijn, maar de ontvangst zal beter klinken. Opmerking Als de “STEREO” aanduiding helemaal niet oplicht bij normale ontvangst van een FM radio-uitzending, drukt u op deze toets zodat de “STEREO” aanduiding gaat branden. Afstemband-keuzetoets (FM/AM): Druk hierop om de FM of AM afstemband te kiezen. Geheugengroep-keuzetoets (SHIFT): Hiermee kiest u een geheugengroep (A, B of C) voor het vastleggen van of afstemmen op een voorkeurzender in het afstemgeheugen. Radio-ontvangst-keuzetoets (TUNER): Druk hierop om in te stellen op de tuner, voor-ontvangst. Op de afstandsbediening: D. TUNING: Druk op deze toets om rechtstreeks een frequentie in te voeren met behulp van de cijfertoetsen. Cijfertoetsen: Hiermee voert u een cijferwaarde in om de frequentie rechtstreeks in te voeren, radiozenders vast te leggen of af te stemmen op voorkeurzenders. 35NL Radio-ontvangst VIDEO 1 VIDEO Automatische FM zenderopslag in alfabetische volgorde • Als u na het opslaan van zenders met deze functie uw FM antenne verplaatst, kunnen de vastgelegde instellingen niet meer geldig zijn. In dat geval volgt u weer de bovenstaande aanwijzingen om de FM zenders opnieuw vast te leggen. (“Autobetical select”) Met deze automatische zenderopslag functie kunt u maximaal 30 FM radiozenders en FM RDS zenders in het afstemgeheugen van de tuner/versterker vastleggen, zonder doublures. Hierbij kiest de tuner/versterker automatisch alleen de best doorkomende zenders. Als u bepaalde FM of AM zenders handmatig in het afstemgeheugen wilt vastleggen, volg dan de aanwijzingen onder “Voorinstellen van radiozenders” op blz. 37. Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt voor de radio-ontvangst” op blz. 35. Directe afstemming Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt voor radio-ontvangst” op blz. 35. 1 Druk op de TUNER toets. Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender. 2 Kies met de FM/AM toets de FM of AM afstemband. Radio-ontvangst 1 Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker uit te schakelen. 3 Druk op de D. TUNING toets van de afstandsbediening. 2 Houd de MEMORY toets ingedrukt en druk nogmaals op de ?/1 toets om de tuner/versterker weer in te schakelen. De aanduiding “AUTO-BETICAL SELECT” verschijnt en de tuner/versterker gaat op zoek naar alle plaatselijk te ontvangen FM radiozenders en FM RDS zenders en legt deze in het afstemgeheugen vast. Bij elke RDS informatiezender controleert de tuner/ versterker eerst of er andere zenders zijn die hetzelfde programma uitzenden, om daarvan dan alleen de duidelijkst doorkomende zender vast te leggen. De gekozen RDS informatiezenders worden gesorteerd op alfabetische volgorde van hun officiële Program Service zendernaam, en krijgen dan elk een letterplus-cijfer voorinstelcode toegewezen. Zie voor nadere bijzonderheden betreffende de RDS informatiezenders blz. 38. De gewone FM radiozenders krijgen ook een letterplus-cijfer code en worden dan na de RDS zenders vastgelegd. Na afloop van het vastleggen verschijnt de aanduiding “FINISH” even in het uitleesvenster en dan keert de tuner/versterker terug naar de normale bedieningsfuncties. 4 Voer met de cijfertoetsen de gewenste afstemfrequentie in van de afstandsbediening. Opmerkingen • Druk niet op enige toets tot de tuner/versterker klaar is met het doorzoeken van de beschikbare zenders. • Als u verhuist naar een andere streek, kan het nodig zijn deze procedure opnieuw uit te voeren, om de best te ontvangen zenders in uw nieuwe woongebied vast te leggen. • Zie voor het afstemmen op de vastgelegde voorkeurzenders de aanwijzingen op blz. 37. • De FM MODE stereo/mono instelling wordt ook samen met elke zender vastgelegd. 36NL Voorbeeld 1: FM 102,50 MHz 1 b 0 b 2 b 5 b 0 Voorbeeld 2: AM 1350 kHz 1 b 3 b 5 b 0 Als u niet op een bepaalde zender kunt afstemmen en de ingevoerde cijfers knipperen Controleer of u de juiste frequentie hebt ingevoerd. Bij een vergissing herhaalt u de stappen 3 en 4. Als de ingevoerde cijfers nog steeds knipperen, wordt deze frequentie in uw ontvangstgebied niet gebruikt. 5 Bij afstemmen op een AM radiozender verstelt u de richting van de AM kaderantenne zo dat de ontvangst optimaal klinkt. 6 Herhaal stappen 2 tot 5 om af te stemmen op andere zenders. z Als u voor de frekwentie een getal invoert dat niet deelbaar is door het geldende afsteminterval De ingevoerde waarde zal automatisch naar boven of beneden worden afgerond. Het interval van de afstemschaal is: FM: 50 kHz AM: 9 kHz Automatische zoekafstemming Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt voor de radio-ontvangst ” op blz. 35. 1 Druk op de TUNER toets. Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender. 2 Kies met de FM/AM toets de FM of AM afstemband. 3 Druk op de TUNING + of TUNING – toets. Druk op de + toets om de afstemband in oplopende volgorde te doorzoeken; op de – toets om van hoog naar laag te zoeken. Telkens wanneer er een zender wordt gevonden, stopt de tuner/versterker met zoeken. 4 Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt voor de radio-ontvangst” op blz. 35. Voor u kunt afstemmen op een voorkeurzender, dient u eerst het “Voorinstellen van radiozenders” te verrichten volgens de onderstaande aanwijzingen. Voorinstellen van radiozenders 1 Druk op de TUNER toets. Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender. 2 Stem af op de radiozender die u wilt voorinstellen, met de directe afstemming (zie blz. 36) of de automatische zoekafstemming (deze pagina). 3 Druk op de MEMORY toets. In het uitleesvenster licht enkele seconden lang de aanduiding “MEMORY” op. Verricht de stappen 4 t/m 6 voordat deze aanduiding dooft. 4 Druk op de SHIFT toets om een geheugengroep (A, B of C) te kiezen. Telkens wanneer u op de SHIFT toets drukt, verschijnt de volgende groepsletter, “A”, “B” of “C” in het uitleesvenster. 5 Kies een zendernummer door op PRESET/PTY SELECT + of PRESET/PTY SELECT – te drukken. Als de “MEMORY” aanduiding dooft voordat u de zender hebt kunnen vastleggen, gaat u terug naar stap 3. 6 Druk nogmaals op de MEMORY toets om de ontvangen radiozender in het geheugen vast te leggen. Als de “MEMORY” aanduiding dooft voordat u de zender hebt kunnen vastleggen, gaat u terug naar stap 3. 7 Herhaal de stappen 2 t/m 6 voor elk van de voorkeurzenders die u wilt vastleggen. Om door te gaan met zoeken, drukt u nogmaals op de TUNING + of TUNING – toets. Een andere zender voorinstellen onder een reeds gebruikt nummer Herhaal de stappen 1 t/m 6 om een nieuwe zender onder hetzelfde nummer vast te leggen. Opmerking Wanneer het netsnoer ongeveer een week losgekoppeld is, worden alle voorinstelzenders uit het geheugen van de receiver gewist en moeten de zenders opnieuw worden vooringesteld. 37NL Radio-ontvangst Wanneer de tuner/versterker het einde van de afstemschaal bereikt Dan wordt de zoekafstemming vanaf het andere einde herhaald in dezelfde richting. Geheugenafstemming Geheugenafstemming Afstemmen op vastgelegde voorkeurzenders Op radiozenders die in het afstemgeheugen zijn vastgelegd, kunt u afstemmen op een van de volgende twee manieren. Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS) Ontvangst van RDS informatieuitzendingen Kies eenvoudigweg een radiozender uit de FM band. Bij afstemming op een zender die RDS informatie uitzendt, verschijnt de zendernaam in het uitleesvenster. Afstemmen door alle voorkeurzenders te doorlopen Opmerking 1 Druk op de TUNER toets. Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender. De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen zijn, als de zender waarop u hebt afgestemd de RDS signalen niet duidelijk genoeg uitzendt of als de signaalsterkte onvoldoende is. 2 Druk enkele malen op de PRESET/PTY SELECT + of PRESET/PTY SELECT – toets om te zoeken naar de gewenste zender. Telkens wanneer u op deze toets drukt, gaat de tuner/ versterker één voorkeurzender verder in de gekozen richting en de onderstaande volgorde: nA1˜A2˜...˜A0˜B1˜B2˜...˜B0N Aangeven van RDS informatie in het uitleesvenster Druk op de DISPLAY toets. Iedere keer dat u op de DISPLAY toets drukt, verspringen de aanduidingen in het uitleesvenster stap voor stap, om de volgende informatie aan te geven. Radio-ontvangst Aangegeven informatie Hiermee kunt u: Zendernaam** De zender aan de hand van de zendernaam (bijv. WDR) in plaats van via de frekwentie opzoeken. Afstemfrekwentie** De zender aan de hand van de frekwentie opzoeken. Programmatype Een bepaald programmatype opsporen. (Zie bladzijde 39 voor de programmatypes waaruit u kunt kiezen.) Radiotekst De tekstberichten aangeven die door de RDS zender worden uitgezonden. Juiste tijd (24-uurs cyclus) De huidige tijd aangeven. Actief geluidsveld** Het actieve geluidsveld aangeven. nC0˜...C2˜C1N z U kunt de voorkeurzenders automatisch doornemen op zoek naar een bepaald programmatype. Zie blz. 39. Afstemmen op een voorkeurzender waarvan u het nummer kent 1 2 Druk op de TUNER toets. Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender. Druk op de SHIFT toets om een geheugengroep (A, B of C) te kiezen en kies dan het nummer van de gewenste voorkeurzender met de cijfertoetsen. ** Deze informatie wordt ook aangegeven voor FM radiozenders die geen RDS informatie uitzenden. Opmerkingen • Als er een speciale mededeling of waarschuwingsbericht van overheidswege doorkomt, zal in het uitleesvenster de aanduiding “ALARM” gaan knipperen. • Als een aanduiding uit 9 of meer letters bestaat, zal de tekst over het scherm lopen. • De volgende aanduidingen kunnen verschijnen als een zender een bepaald type RDS informatie niet uitzendt: “NO PTY” (er wordt geen programmatype-informatie uitgezonden); “NO TEXT” (er wordt geen radiotekst uitgezonden); “NO TIME” (de juiste tijd wordt niet uitgezonden). • Afhankelijk van de methode die door de radiozender wordt gebruikt om de tekst door te sturen, is het mogelijk dat bepaalde tekstboodschappen onvolledig zijn. 38NL Opzoeken van een radiozender aan de hand van het programmatype (PTY) U kunt een radiozender van uw keuze opzoeken door in te stellen op het gewenste programmatype. De tuner stemt dan af op een uitzending van het gekozen type, verzorgd door een van de RDS zenders die zijn vastgelegd in het afstemgeheugen van de tuner. 1 2 Druk op PTY om het huidige PTY type weer te geven. Druk op PRESET/PTY SELECT + of – tot het gewenste programmatype in het uitleesvenster verschijnt. Hieronder vindt u een overzicht van de beschikbare programmatypes. Opmerking SCIENCE Programma’s over natuurwetenschappen en technologie. VARIED Gevarieerd amusement, zoals interviews met bekende persoonlijkheden, quizprogramma's en komedies. POP M Populaire muziek. ROCK M Rockmuziek. EASY M Easy listening ("middle of the road" muziek). LIGHT M Lichte klassieke muziek, zowel instrumentaal als vokaal. CLASSICS Uitvoeringen van klassieke muziek door grote orkesten, kamermuziek, opera, enz. OTHER M Muziek die in geen enkele van de bovenstaande categorieën thuishoort, zoals bijvoorbeeld rhythm & blues en reggae. WEATHER Weerberichten. FINANCE Beursberichten en financieeleconomische programma's. CHILDREN Jongerenprogramma's. SOCIAL Programma's over sociologie, geschiedenis, aardrijkskunde, psychologie, en maatschappijwetenschappen. RELIGION Programma's over religieuze aangelegenheden. PHONE IN Meningsuiting via telefoon of panelgesprekken. TRAVEL Informatieprogramma's over reizen. LEISURE Vrijetijdsprogramma's waar luisteraars aan kunnen deelnemen. JAZZ Polyfonische, gesyncopeerde muziek. De aanduiding “NO PTY” verschijnt wanneer het door u gekozen programmatype niet wordt uitgezonden; de tuner keert dan terug naar de oorspronkelijke zender. Overzicht van de beschikbare programmatypen Programmatype U luistert naar NONE Ieder type uitzending dat niet onder een van de volgende categorieën valt. U luistert naar NEWS Nieuwsberichten. AFFAIRS Aktualiteitenprogramma’s over onderwerpen die recentelijk in het nieuws zijn. COUNTRY Muziek uit het zuiden van de VS. INFO Uitzendingen over consumentenzaken, medisch advies, weersinformatie, etc. NATION M Hedendaagse populaire muziek uit land of streek. SPORT Sportuitzendingen. OLDIES “Golden age” muziek. EDUCATE Educatieve programma’s en uitzendingen met advies op verschillende gebieden. FOLK M Muziek die stamt uit de muziekcultuur van een bepaald land. DRAMA Hoorspelen en radioseries. DOCUMENT Duidingsprogramma's. CULTURE Radio-uitzendingen over nationale of regionale culturele aangelegenheden, zoals religie, taal en sociale vraagstukken. 39NL Radio-ontvangst Druk op de PTY toets terwijl het programmatype in het uitleesvenster wordt aangegeven. De tuner doorloopt dan de vooringestelde RDS radiozenders op zoek naar het gekozen soort programma. (De aanduiding “SEARCH” en het programmatype verschijnen afwisselend in het uitleesvenster.) Wanneer de tuner/versterker een programma van het door u gekozen type vindt, stopt het apparaat met zoeken. Dan knippert het voorinstelnummer van de radiozender die het gekozen soort programma uitzendt, en vervolgens schakelt de tuner/versterker over op ontvangst en weergave van de betreffende uitzending. Programmatype Overige bedieningsfuncties MENU / NAME SET UP MULTI CHANNEL DECODING VIDEO DVD/LD TV/SAT MD/TAPE CD TUNER ?/1 MULTI CH IN INPUT MODE MASTER VOLUME + DISPLAY SET UP DIMMER SHIFT NAME – TREBLE + PRESET/ – PTY SELECT + MEMORY – PTY TUNING FM MODE + FM/AM – LEVEL SOUND CONTROL SURR MENU PHONES SOUND FIELD ENTER A.F.D. MENU +/– MODE – 2CH ENTER BASS + MUTING TUNER Kort overzicht van de toetsen en regelaars die u in dit hoofdstuk tegenkomt Naamgevingstoets (NAME): Druk hierop om uw voorkeurzenders en andere weergavebronnen elk een eigen naam te geven. MENU + /– tonen-toets: Kies hiermee de lettertekens bij de naamgeving van voorkeurzenders en andere weergavebronnen. MENU / tonen-toets: Zet hiermee de cursor op de gewenste plaats bij het invoeren van namen voor de voorkeurzenders en andere weergavebronnen. Radio-ontvangst keuzetoets (TUNER): Druk hierop om in te stellen op de tuner, voor radio-ontvangst. Insteltoets (SET UP): Druk hierop om de bedieningsinstelling te maken. Invoertoets (ENTER): Druk hierop om de ingevoerde naam voor een voorkeurzender of andere weergavebron in het geheugen vast te leggen. 40NL Naamgeving van voorkeurzenders en beeld/ geluidsbronnen U kunt een naam (indexnaam) van maximum 8 tekens invoeren voor voorkeurzenders en beeld/geluidsbronnen. Deze “index” namen (zoals bijvoorbeeld “VHS”) worden dan in het uitleesvenster aangegeven wanneer u instelt op weergave van de betreffende beeld/geluidsbron. U kunt niet meer dan één naam tegelijk invoeren voor elke voorkeurzender of beeld/geluidsbron. Deze functie kan handig zijn voor het uit elkaar houden van soortgelijke apparatuur. Zo kunt u bijvoorbeeld twee videorecorders onderscheiden met de typenamen “VHS” en “8MM”. Bovendien kunt u hiermee componenten benoemen die zijn aangesloten op stekkerbussen bedoeld voor andere apparatuur, zoals een tweede CD-speler die is aangesloten op de MD/TAPE aansluitingen. Opnemen Deze tuner/versterker maakt het opnemen vanaf en op de aangesloten apparatuur bijzonder eenvoudig. U hoeft de apparaten voor weergave en voor opname niet afzonderlijk op elkaar aan te sluiten; na het kiezen van een weergavebron op de tuner/versterker kunt u gewoon gaan opnemen met behulp van de bedieningsorganen op de betrokken apparatuur. Voor u begint dient u te controleren of alle apparaten naar behoren zijn aangesloten. Weergavebronkeuzetoetsen MULTI CHANNEL DECODING VIDEO DVD/LD TV/SAT MD/TAPE CD TUNER ?/1 MULTI CH IN INPUT MODE MASTER VOLUME + DISPLAY SET UP DIMMER Om een naam te geven aan een voorkeurzender Druk op de TUNER toets om in te stellen op de tuner. Dan wordt er afgestemd op de laatst ontvangen zender. MEMORY 4 Geef een indexnaam met behulp van de MENU +/– en MENU / toetsen : Druk op MENU +/– om een teken te kiezen en druk vervolgens op om de cursor naar de volgende positie te verplaatsen. Invoegen van een spatie Druk op MENU +/– tot er een blanco spatie verschijnt in het uitleesvenster (het spatieteken bevindt zich tussen “] ” en “A”). Bij een vergissing in de letterkeuze Druk herhaaldelijk op MENU of tot het teken dat u wilt wijzigen knippert en druk vervolgens op MENU + of – om het juiste teken te kiezen. 5 – LEVEL SOUND CONTROL SURR SOUND FIELD ENTER A.F.D. MODE – BASS + MUTING 2CH Opname-apparatuur (cassettedeck, minidiscrecorder, videorecorder) ç Weergavebron (afspeelapparatuur) l: Audio-signaalstroom .: Video-signaalstroom Opnemen op een audiocassette of minidisc Via deze tuner/versterker kunt u opnamen maken op een cassette of een minidisc. Zie voor nadere details van de bediening de gebruiksaanwijzing van uw cassettedeck of minidisc-recorder. 1 Stel in op de geluidsbron die u wilt opnemen. 2 Breng het weergave-apparaat in gereedheid voor afspelen. Plaats bijvoorbeeld de op te nemen compact disc in de CD-speler. 3 Plaats een voor opnemen geschikte cassette of minidisc in het opname-apparaat en stel zo nodig het opnameniveau in. 4 Start het opnemen op het opname-apparaat en start dan de weergave van de geluidsbron. Druk op de ENTER toets. Invoeren van “index” namen voor nog andere voorkeurzenders Herhaal de stappen 2 t/m 5. Opmerking U kunt geen andere naam kiezen voor een RDS zender. 41NL Overige bedienings-functies Druk op de NAME toets. FM/AM MENU c 3 FM MODE + ç Stem af op de voorkeurzender die u van een “index” naam wilt voorzien. Als u niet weet hoe u kunt afstemmen op een voorkeurzender¨ volgt u de aanwijzingen onder “Afstemmen op vastgelegde voorkeurzenders” op blz. 38. NAME – TREBLE + PTY TUNING PHONES Om een naam te geven aan een beeld/geluidsbron Stel in op de beeld/geluidsbron (component) die u een naam wilt geven en ga dan door naar stap 3. 2 SHIFT – c 1 PRESET/ – PTY SELECT + Opnemen Automatisch uitschakelen met de sluimerfunctie Opnemen op een videocassette Met deze tuner/versterker kunt u beelden opnemen vanaf een TV of laserdisc-speler. Ook bestaat de mogelijkheid om tijdens kopiëren of monteren van video-opnamen een nieuw geluidsspoor in te voegen vanaf een geluidsbron naar keuze. Zie voor nadere bijzonderheden de gebruiksaanwijzing van uw laserdisc-speler. 1 Stel in op de beeld/geluidsbron die u wilt opnemen. 2 Breng het weergave-apparaat in gereedheid voor afspelen. Plaats bijvoorbeeld de op te nemen laserdisc in de laserdisc-speler. 3 Plaats een voor opnemen geschikte videocassette in de videorecorder die u voor opnemen gebruikt. 4 Start het opÆemen op de opname-videorecorder en start dan de weergave van de laserdisc die u wilt opnemen. U kunt de tuner/versterker automatisch laten uitschakelen na een tijdsduur die u zelf kiest, zodat u gerust met muziek in slaap kunt vallen. Druk op de SLEEP toets van de afstandsbediening wanneer de tuner/versterker staat ingeschakeld. Telkens wanneer u op de SLEEP toets drukt, verspringt de sluimertijd als volgt. n 2-00-00 n 1-30-00n 1-00-00 n 0-30-00 n OFF Het uitleesvenster dooft nadat u de sluimertijd hebt ingesteld. z U kunt de sluimertijd precies naar wens instellen Druk eerst op SLEEP op de afstandsbediening en voer dan de gewenste tijd in met MENU +/– op de receiver. Daarmee kunt u de tijd precies tot op de minuut instellen. De maximaal instelbare tijdsduur is 5 uur lang. Overige bedienings-functies z U kunt het geluid van om het even welke geluidsbron opnemen op videocassette bij opname vanaf een laser disc z U kunt de resterende sluimertijd totdat de tuner/versterker uitschakelt controleren Zoek op de videoband het punt op waar u het nieuwe geluid wilt invoegen, stel in op de geluidsbron en start de weergave daarvan. Het geluid van het gekozen weergave-apparaat zal op het geluidsspoor van de videoband worden opgenomen, in plaats van het oorspronkelijke geluidsspoor. Druk op de SLEEP toets van de afstandsbediening. De resterende tijd tot het uitschakelen verschijnt in het uitleesvenster. Om terug te keren naar het oorspronkelijke geluidsspoor voor de rest van de video-opnamen, stelt u weer in op de videogeluidsbron. Opmerkingen • U kunt geen digitale geluidssignalen opnemen met een opname-apparaat dat is aangesloten op de analoge MD/TAPE OUT of VIDEO OUT aansluitingen. • De instellingen die u voor weergave maakt zijn niet van invloed op de signalen die worden doorgegeven via de MD/ TAPE OUT of VIDEO OUT aansluitingen. • Wanneer MULTI CH IN is geselecteerd, worden geen audiosignalen uitgevoerd via MD/TAPE OUT of VIDEO OUT. 42NL Instellingen met de SET UP toets Met de SET UP toets kunt u de volgende instellingen maken. Keuze van de MULTI CH IN videoweergavebron Met deze instelling kunt u kiezen welke videobron er moet worden weergegeven, samen met het geluid dat binnenkomt via de MULTI CH IN aansluitingen. Bij aflevering staat de MULTI CH IN videobron ingesteld op de DVD/LD videospeler. 1 Druk op de SET UP toets. 2 Druk op MENU kiezen. 3 Druk op MENU +/– om de gewenste video-ingang te kiezen. / om “ MULTI CH IN VISUAL” te Keuze of u het uitleesvenster geheel wilt uitschakelen Overige bedienings-functies Met deze parameter kunt u kiezen of het uitleesvenster al dan niet geheel moet doven na enkele malen indrukken van de DIMMER toets. Om het uitleesvenster geheel uit te schakelen, stelt u in op “WIDE”; met “NARROW” dooft het nooit helemaal. De oorspronkelijke instelling is “NARROW”. 1 Druk op de SET UP toets. 2 Druk op MENU 3 Druk op MENU +/– om “NARROW” of “WIDE” te kiezen. / om “DIM.RANGE” te kiezen. 43NL Aanvullende informatie Verhelpen van storingen Als bij het gebruik van de tuner/versterker een van de volgende problemen zich voordoet, neemt u dan de controlepunten even door om het probleem te verhelpen. Zie ook de paragraaf “Controleren van de aansluitingen” op blz. 19 om zeker te stellen dat alle aansluitingen in orde zijn. Mocht de storing niet zo gemakkelijk te verhelpen zijn, raadpleeg dan a.u.b. de dichtstbijzijnde Sony handelaar. Er klinkt niet of nauwelijks geluid. , Controleer of alle luidsprekers en andere apparaten juist en stevig zijn aangesloten. , Controleer of de tuner/versterker wel is ingesteld op de juiste geluidsbron. , Druk op MUTING wanner MUTING verschijnt in het uitleesvenster. , Het beveiligingscircuit van de tuner/versterker is in werking getreden, vanwege een kortsluiting. Schakel de tuner/versterker uit, verhelp de kortsluiting en schakel het apparaat weer in. De weergave van links en rechts klinkt onevenwichtig of de kanalen zijn verwisseld. , Controleer of alle luidsprekers en andere apparaten juist en stevig zijn aangesloten. , Stel de weergave beter in met de voorbalansparameter (FRONT BALANCE) in het LEVEL menu. Er klinkt een storende bromtoon of andere bijgeluiden. , Controleer of alle luidsprekers en andere apparaten juist en stevig zijn aangesloten. , Houd de aansluitsnoeren uit de buurt van een transformator of een motor en ten minste 3 meter van een TV-toestel of tl-verlichting. , Plaats de geluidsapparatuur niet te dicht in de buurt van een ingeschakeld TV-toestel. , Wellicht zijn de stekkers en aansluitbussen vuil. Veeg ze schoon met een doekje met wat spiritus of zuivere alcohol. De middenluidspreker geeft geen geluid. , Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld (druk op de SOUND FIELD MODE toets). , Kies de CENTER MODE instelling die past bij uw luidspreker-opstelling (zie blz. 25 t/m 27). , Stel de geluidssterkte van de luidsprekers evenwichtig in (zie blz. 18). , Zorg dat de formaatparameter voor de middenluidspreker is ingesteld op “SMALL” of “LARGE” (zie blz. 16). 44NL De surroundluidsprekers geven niet of nauwelijks geluid. , Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld (druk op de SOUND FIELD MODE toets). , Kies de CENTER MODE instelling die past bij uw luidspreker-opstelling (zie blz. 25 t/m 27). , Stel de geluidssterkte van de luidsprekers evenwichtig in (zie blz. 18). , Zorg dat de formaatparameter voor de surroundluidsprekers is ingesteld op “SMALL” of “LARGE” (zie blz. 16). De gewenste RDS informatie verschijnt niet in het uitleesvenster. , Neem contact op met de radiozender en informeer of deze wel of geen RDS signalen uitzendt. Ook zenders die gewoonlijk wel RDS informatie uitzenden kunnen deze soms tijdelijk buiten werking stellen. De lagetonen-luidspreker geeft geen geluid. , Controleer of de lagetonen-luidspreker op YES staat (zie blz 17). “PCM--kHz” verschijnt in het uitleesvenster. , De bemonsteringsfrequentie ligt hoger dan 48 kHz. Zet de ingangsspelerinstelling op 48 kHz. , Controleer of de 2CH mode niet is geselecteerd (zie blz 27). Het opnemen lukt niet. , Controleer of alle audio/video-apparatuur naar behoren is aangesloten. , Stel met een van de weergavebron-keuzetoetsen in op de gewenste geluidsbron. , Bij het opnemen van een digitale geluidsbron dient u de INPUT MODE ingangssignaal-keuzetoets op ANALOG te zetten (zie blz. 22) voor u gaat opnemen met een opname-apparaat dat is aangesloten op de analoge MD/TAPE aansluitingen. De RDS informatiefuncties werken niet. , Controleer of de tuner/versterker wel is afgestemd op een RDS informatiezender op de FM afstemband. , Stem af op een krachtiger FM RDS zender. Er verschijnt niets in het uitleesvenster , Als het uitleesvenster meteen na het aanschakelen van de receiver dooft, druk dan op DIMMER om de weergavestand te wijzigen. Op het TV-scherm is geen beeld of slechts een onduidelijk beeld zichtbaar. , Stel de tuner/versterker op de juiste beeld/ geluidsbron in. , Stel het TV-toestel in op de gewenste beeldweergave. , Zet het TV-toestel iets verder van de audioapparatuur vandaan. De afstandsbediening werkt niet. , Richt de afstandsbediening recht op de afstandsbedieningssensor voorop de tuner/ versterker. , Verwijder eventuele obstakels tussen de afstandsbediening en de tuner/versterker. , Als de batterijen in d afstandsbediening leeg kunnen zijn, vervangt u ze dan beide door nieuwe. , Controleer of u wel de juiste toets op de afstandsbediening hebt ingedrukt. , Als de afstandsbediening staat ingesteld op bediening van alleen het TV-toestel, kies dan eerst met de component-keuzetoets op de afstandsbediening een andere beeld/geluidsbron dan de TV, dan kunt u daarna het gewenste apparaat bedienen. Pagina’s met aanwijzingen voor het wissen van het geheugen van de tuner/versterker Voor wissen van Leest u Het gehele geheugen Pagina 14 De zelf aangepaste klankbeelden Pagina 32 45NL Aanvullende informatie Het afstemmen op een radiozender lukt niet. , Controleer of de antennes goed zijn aangesloten. Verstel zonodig de stand van de antennes en sluit een buitenantenne aan. , Mogelijk is de signaalsterkte te gering voor ontvangst (bij gebruik van de automatische zoekafstemming). Gebruik de directe afstemming. , Er zijn nog geen zenders vooringesteld of de vastgelegde voorkeurzenders zijn uit het geheugen gewist (bij gebruik van de geheugenafstemming). Leg de gewenste zenders in het afstemgeheugen vast (zie blz. 37). , Druk op de DISPLAY toets zodat de afstemfrequentie in het uitleesvenster verschijnt. Het geluid wordt niet met akoestiekeffect weergegeven. , Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld (druk op de SOUND FIELD MODE toets). Technische gegevens Versterker-gedeelte Uitgangen MD/TAPE (OUT); VIDEO (AUDIO OUT): Uitgangsspanning: 250 mV Impedantie: 10 kOhm SUB WOOFER: Uitgangsspanning: 2V Impedantie: 1 kOhm PHONES: Geschikt voor hoogen laagohmige hoofdtelefoons UITGANGSVERMOGEN Nominaal uitgangsvermogen in Stereo Mode (aan 8 ohm, 1 kHz, THD 0.7%) 80 watt + 80 watt Referentie-uitgangsvermogen (aan 8 ohm,1 kHz, THD 0.7%) Voor: 80 watt/ch Midden: 80 watt Surround: 80 watt/ch Frequentiebereik MULTI CH IN, CD, MD/TAPE, DVD/ LD, TV/SAT, VIDEO: 20 Hz - 20 kHz 0/–0,5 dB (sound field en toonregeling uitgeschakeld. Aanvullende informatie Ingangen (analoog) MULTI CH IN, CD, DVD/LD, MD/ TAPE, TV/SAT, VIDEO: Gevoeligheid: 250 mV Impedantie: 50 kOhm Signaal/ ruisverhoudinga): 85 dB (A, 250 mVb)) a) INPUT SHORT b) Netwerk-gewogen, ingangsniveau Ingangen (digitaal) DVD/LD (coaxiaal): Gevoeligheid: – Impedantie: 75 Ohm Signaal/ ruisverhouding: 100 dB (A, 20 kHz LPF) TV/SAT: Gevoeligheid: – Impedantie: – Signaal/ ruisverhouding: 100 dB (A, 20 kHz LPF) TONE ±6 dB bij 100 Hz en 10 kHz Bemonsteringsfrequentie 48 kHz (OPTICAl IN) 96 kHz (COAXIAL IN) FM tuner-gedeelte Afstembereik 87,5 – 108,0 MHz Afstemberei 531 – 1.602 kHz Antenne Bruikbare gevoeligheid 50 dB/meter (bij 999 kHz) Signaal/ruisverhouding 54 dB (bij 50 mV/meter) Harmonische vervorming 0,5 % (bij 50 mV/meter, 400 Hz) Selectiviteit bij 9 kHz: 35 dB Video-gedeelte Ingangsspanning Video: 1 Vt-t, 75 ohm Uitgangsspanning Video: 1 Vt-t, 75 ohm Algemeen Systeem Tussenfrequentie 10,7 MHz Gevoeligheid Mono: 18,3 dBf, 2,2 µV/75 ohm Stereo: 38,3 dBf, 22,5 µV/75 ohm Bruikbare gevoeligheid 11,2 dBf, 1µV/75 ohm Signaal/ruisverhouding Mono: 76 dB Stereo: 70 dB Kaderantenne Tussenfrequentie 450 kHz Antenne-aansluitingen 75 ohm, asymmetrisch Tuner-gedeelte: Quartz PLL kwartsen fasegekoppeld digitaal synthesizer afstemsysteem Voorversterker-gedeelte: Ruisarme NF-type equalizerversterker Eindversterkergedeelte: Zuiver complementaire SEPP versterker Stroomvoorziening 230 V wisselstroom, 50/60 Hz Stroomverbruik 175 watt Wachtstand: 1 watt Harmonische vervorming bij 1 kHz Mono: 0,3% Stereo: 0,5% Afmetingen (b/h/d) 430 x 297 x 145 mm, incl. uitstekende onderdelen en knoppen Kanaalscheiding 45 dB bij 1 kHz Gewicht (ca.) Frequentiebereik 30 Hz – 15 kHz +0,5/–2 dB Bijgeleverd toebehoren Zie blz. 4. Selectiviteit 60 dB bij 400 kHz 46NL AM tuner-gedeelte 7,2 kg Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden, zonder kennisgeving. Verklarende woordenlijst Akoestiek-weergave Geluidsweergave die bestaat uit drie geluidscomponenten: direct geluid, rechtstreeks weerkaatst geluid (vroege weerkaatsingen) en een (latere) nagalm. De akoestiek van de ruimte waarin u luistert beïnvloedt de wijze waarop u deze drie geluidscomponenten hoort. De akoestiek-weergavecombineert deze geluidscomponentenop een dusdanige manier dat diverse luisteromgevingen, zoals een concertzaal, kunnen worden nagebootst. • Geluidscomponenten Nagalm Vroege weerkaatsingen • Weergave van het geluid via de surroundluidsprekers Direct geluid Vroege weerkaatsingen Nagalm Vroege weerkaatsingstijd Aanvullende informatie Digital Cinema Sound Dit is een algemene term voor de akoestiek-weergave die geboden wordt door de digitale signaalverwerkingstechniek ontwikkeld door Sony. In tegenstelling tot de eerdere akoestische klankbeelden die voornamelijk bedoeld waren voor muziekweergave, is de Digital Cinema Sound specifiek ontworpen voor het weergeven van filmgeluid. Direct geluid Niveau Dolby Digital Dit is een weergavesysteem voor de bioscoop, meer geavanceerd dan de Dolby Pro Logic Surround. Hierbij geven de surroundluidsprekers stereo geluid weer met een breder frequentiebereik, en is tevens voorzien in een afzonderlijk “subwoofer” lagetonenkanaal voor de diepste bassen. Dit systeem wordt ook aangeduid als “5.1”, met vijf gewone voor-, midden- en surroundluidsprekers plus het subwooferkanaal dat voor 0.1 telt (aangezien het alleen dient voor de ultralage tonen). Alle zes kanalen worden bij dit systeem afzonderlijk opgenomen, voor een optimale kanaalscheiding. n omdat alle signalen digitaal verwerkt worden, is er minder verlies aan kwaliteit. Tijd Dolby Pro Logic Surround Een van de decodeersystemen voor Dolby Surround geluid, waarmee een twee-kanaals geluidsspoor wordt omgezet in vier gescheiden kanalen. Vergeleken met het eerdere Dolby Surround systeem, zorgt de Dolby Pro Logic Surround voor een meer natuurlijk klankbeeld met vloeiender verlopende bewegingen en precieser gelokaliseerd geluid. Om de voordelen van Dolby Pro Logic Surround optimaal te horen, heeft u een paar surroundluidsprekers en een middenluidspreker nodig. De surroundluidsprekers geven het geluid in mono weer. 47NL Instellingen waarvoor de SURR, LEVEL, en SET UP toetsen worden gebruikt U kunt een heel stel geluidsinstellingen zelf naar wens aanpassen met de SURR, LEVEL, SET UP, MENU MENU +/– toetsen. Hieronder volgt een overzicht van de beschikbare instellingen. / Druk op de onderstaande toets zodat deze oplicht: Druk op de MENU / cursortoets om in te stellen op: Druk op de MENU +/– om in te stellen op: Zie blz. SURR toets EFFECT LEVEL afhankelijk van het klankbeeld (in 16 stapjes) 30 WALL TYPE van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk) REVERBERATION TIME van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk) FRONT BALANCE van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk) SURR BALANCE van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk) SURR LEVEL van –10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB) CENTER LEVEL van –10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB) SUB WOOFER LEVEL van –10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB) LFE MIX LEVEL van –20 dB tot 0 dB (in stapjes van 1 dB) of OFF DYNAMIC RANGE COMP van 0.1 tot 0.9 (in stapjes van 0,1 dB) of STD, MAX of OFF LEVEL toets *SET UP L R (FRONT) LARGE of SMALL (CENTER) LARGE, SMALL of NO SL SR (SURR) LARGE, SMALL of NO SL SR (SURR) PL. XXX PL. SIDE of PL. BEHD. SL SR (SURR) HGT. XXX HGT. LOW of HGT. HIGH C Aanvullende informatie S.W. (SUB WOOFER) L C R (FRONT) XX.X m (CENTER) XX.X m SL SR (SURR) XX.X m DIM.RANGE MULTI CH IN VISUAL XXX et 31 15 S.W. YES of S.W. NO van 1,0 meter (3 feet) en 12,0 meter (40 feet) in stapjes van 10 cm (of stapjes van 0,1 meter) van FRONT tot 1,5 meter (5 feet) in stapjes van 10 cm (of stapjes van 0,1 meter) van FRONT tot 4,5 meter (15 feet) in stapjes van 10 cm (of stapjes van 0,1 meter) NARROW of WIDE 43 V-TV/SAT, V-DVD/LD, V-VIDEO * Als u op de SET UP toets drukt, kunt u NORM. SP. (gewone luidsprekers) of MICRO SP. (microsatellietluidsprekers) kiezen. (pagina 16) 48NL Beschrijving van de afstandsbediening De systeemcomponenten kunnen worden bediend met de afstandsbediening. De onderstaande tabellen geven een overzicht van de instellingen van elke toets. Toets Voor bediening van Funktie Toets Voor bediening van Funktie SLEEP Tuner/versterker Activateert de sluimerfunctie en de tijdsspanne waarna de receiver automatisch uitschakelt. SHIFT Tuner/versterker AV ?/1 TV/VCR/ In/uitschakelen van de stroom. CD-speler/ DVD-speler/ minidisc-recorder/ VCD-speler/ laserdisc-speler/ DAT deck Druk herhaaldelijk om een geheugenpagina te kiezen voor het voorinstellen van radiozenders of het afstemmen op vooringestelde radiozenders. -/-- TV Om met de nummertoetsen kanaalnummers te kunnen kiezen, bestaande uit één of twee cijfers. D.TUNING Tuner/versterker Direct invoeren van radiozenders. ./> CD-speler/ Overslaan van muziekstukken. minidisc-recorder/ DVD-speler/ laserdisc-speler/ VCD-speler/ cassettedeck/ videorecorder/ DAT deck m/M CD-speler/ DVD-speler/ VCD-speler ?/1 Tuner/versterker Om de receiver aan of af te zetten. VIDEO/ VIDEO 1 Tuner/versterker Om video te kijken. (VTR mode 3) VIDEO 2 Tuner/versterker Om video te kijken. (VTR mode 1) VIDEO 3 Tuner/versterker Om video te kijken. (VTR mode 2) DVD/LD Tuner/versterker Om een DVD of beeldplaat te bekijken. TV/SAT Tuner/versterker Om TV-beelden of beelden van een satellietontvanger te bekijken. MD/TAPE Tuner/versterker Om een Minidisc of audiocassette te beluisteren. CD/SACD Tuner/versterker Om een compact disc te beluisteren. n Cassettedeck TUNER Tuner/versterker Om radioprogramma’s te beluisteren. N PHONO Tuner/versterker Om een platenspeler te beluisteren. AUX Tuner/versterker Om audio-apparatuur te beluisteren. FN SHIFT* Afstandsbediening Samen gebruiken om een andere functie te selecteren. CD-speler/ Starten van de weergave. cassettedeck/ minidisc-recorder/ videorecorder/ DVD-speler/ VCD-speler/ laserdisc-speler/ DAT deck X 0-9 Tuner/versterker CD-speler/ Tijdelijk onderbreken van de cassettedeck/ weergave of opname. (Ook voor minidisc-recorder/ het starten van de opname van videorecorder/ apparatuur die in de opnameDVD-speler/ pauzestand staat.) VCD-speler/ laserdisc-speler/ DAT deck >10 ENTER Kiezen van kanaalnummers. CD-speler/ Kiezen van muziekstuk-nummers cassettedeck/ boven de 10. minidisc-recorder/ VCD-speler/ laserdisc-speler TV/ Druk hierop om de waarde in te videorecorder/ voeren na het kiezen van een SAT/ kanaal, disc of muziekstuk. cassettedeck/ laserdisc-speler/ VCD-speler/ minidisc-recorder/ DAT deck Starten van de weergave van de achterkant van de cassette. * De VIDEO 1, VIDEO 2, VIDEO 3, PHONO en MD/TAPE functie werkt met 2 toetsen. Om een bovenvermelde functie te kiezen, drukt u tegelijkertijd op FN SHIFT (function shift) en de gewenste functietoets. Druk bijvoorbeeld op FN SHIFT en CD/SACD om de MD/TAPE functie te kiezen. Opmerking Wanneer een functietoets (VIDEO, DVD/LD, TV/SAT) wordt ingedrukt, kan de ingangsmode van de TV mogelijk niet naar de gewenste mode overschakelen. Druk dan op de TV/VIDEO toets om de ingangsmode van de TV te wijzigen. 49NL Aanvullende informatie TV/ videorecorder/ SAT cassettedeck/ Vooruitspoelen of terugspoelen. minidisc-recorder/ videorecorder/ laserdisc-speler/ DAT deck Gebruik de “SHIFT” toets om het voorinstelzendernummer te kiezen tijdens DIRECT TUNING of MEMORY mode. CD-speler/ Kiezen van muziekstuk-nummers. minidisc-recorder/ Met 0 kiest u muziekstuknummer VCD-speler/ 10. laserdisc-speler/ DAT deck Zoeken van muziekstukken (voorwaarts of terugwaarts). Beschrijving van de afstandsbediening Toets x Voor bediening van Funktie CD-speler/ Stoppen van de weergave. cassettedeck/ minidisc-recorder/ videorecorder/ DVD speler/ VCD-speler/ laserdisc-speler/ DAT deck POSITION** TV Veranderen van de plaats van het inzetbeeld. SWAP** TV Verwisselen van het inzetbeeld en het gewone beeld. DISC CD-speler Discs kiezen. (Enkel Mega Storage-CD-speler.) SUB CH +/–** TV Om voorinstelkanalen voor het kleine beeld te kiezen. D. SKIP/CH/ Tuner/versterker PRESET +/– Doorlopen en kiezen van vooringestelde zenders. TV/VCR/SAT Kiezen van kanalen. CD-speler Overslaan van compact discs (alleen voor een CD-speler met een multi-disc wisselaar). DISPLAY TV/ videorecorder/ DVD speler/ VCD-speler/ laserdisc-speler Om informatie op het TV-scherm te selecteren. P IN P** TV In werking stellen van de beeldin-beeld funktie. JUMP TV Schakelt om tussen vorige en huidige kanalen. Aanvullende informatie WIDE TV Kiest de breedbeeldstand. ANT TV/ VTR Videorecorder Kiezen van het uitgangssignaal van de antenne-aansluiting: TVsignaal of videoprogramma. TV/VIDEO TV/videorecorder Kiezen van het ingangssignaal: TV-signaal of videoprogramma. A. F. D. Tuner/versterker Auto Format Decoding. 2CH/OFF Tuner/versterker Om geluidsveld af te zetten of 2CH mode te kiezen. MODE +/– Tuner/versterker Om de geluidsveldstand te kiezen. MULTI CH/ Tuner/versterker Om MULTI CH IN te kiezen 2 CH DIRECT MUTING Tuner/versterker Om het geluid van de receiver uit te schakelen. TEST TONE Tuner/versterker Indrukken om de testtoon te laten horen. MAIN MENU Tuner/versterker Druk herhaaldelijk op deze toets om één van de twee cursor modes te kiezen: LEVEL en SURROUND MASTER VOL +/– Tuner/versterker Om het hoofdvolume van de receiver te regelen. MENU </> Tuner/versterker Om een menu item te kiezen. MENU +/– Tuner/versterker Om instellingen te verrichten of te wijzigen. MENU DVD speler Om het DVD menu te tonen. 50NL Toets Voor bediening van Funktie F/f/G/g DVD speler Om een menu item te kiezen. ENTER DVD speler Om de selectie in te voeren. RETURN DVD speler Om terug te keren naar het vorige menu of het menu te verlaten. TITLE DVD speler Om de DVD titel te tonen. ** Uitsluitend voor Sony TV’s voorzien van de beeld-in-beeld funktie. Opmerkingen • Sommige functies die in dit hoofdstuk uitgelegd staan werken niet met bepaalde receivermodellen. • De bovenstaande uitleg is louter bedoeld als voorbeeld. Sommige componenten werken dan ook niet of worden anders bediend dan hierboven beschreven. • Bij de instelling zijn de functies VIDEO 1, VIDEO 2, VIDEO 3, PHONO en AUX niet beschikbaar. Veranderen van de toewijzingen van een funktiekeuzetoets Als de toewijzingen van de FUNCTION toetsen (hierboven) zoals deze in de fabriek zijn ingesteld, niet overeenstemmen met die van uw apparatuur, is het mogelijk om deze instellingen aan te passen.Indien u bijvoorbeeld beschikt over een MD-speler en een cassettedeck, en niet over een CD-speler, kunt u de CD/ SACD-toets toekennen aan uw cassettedeck. AV ?/1 FUNCTION VIDEO 2 VIDEO 3 DVD/LD TV/SAT PHONO MD/TAPE FN SHIFT AUX CD/SACD TUNER 2 G 4 = g 6 1 DAT deck 2 AV ?/1 Minidisc-recorder 3 ?/1 Cassettedeck A 4 Cassettedeck B 5 Laserdisc-speler 6 Videorecorder (bedieningsstand VTR 1*) 7 Videorecorder (bedieningsstand VTR 2*) 8 Videorecorder (bedieningsstand VTR 3*) 9 SHIFT TV-toestel 0 Nummertoetsen 9 RETURN 0 – /– – Funktiekeuzetoetsen f 8 >10 POSITION SWAP = + – SUB CH + 0 ) DISPLAY P IN P De volgende cijfertoetsen zijn bedoeld om de functies te selecteren: CD-speler 3 ENTER TITLE >10 F 5 7 Druk op de betreffende toets van de component die u aan de functietoets wilt toekennen (bijvoorbeeld 4cassettedeck). ?/1 VIDEO 1 VIDEO MENU 2 Drukt u op SYSTEM STANDBY 1 Houd de Funktiekeuzetoetsen waarvan u de toewijzing wilt veranderen, ingedrukt (bijvoorbeeld CD/SACD). Bedienen Merk op dat de instellingen van de TUNER en FN SHIFT functies (VIDEO 1, VIDEO 2, VIDEO 3, PHONO en MD/ TAPE) niet kan worden gewijzigd. SLEEP 1 ENTER D.TUNING ENTER DSS (Digital Satellite System) D.SKIP/ CH/PRESET DVD ANT TV/VTR ( DISC WIDE TV/ VIDEO P p SOUND FIELD 2CH/OFF A.F.D. MULTI CH/ 2 CH DIRECT – MODE + MUTING TEST TONE MAIN MENU MASTER VOL VCD-speler ENTER . * Sony videorecorders worden bediend in een VTR 1, 2 of 3 stand. Deze bedieningsstanden komen overeen met resp. Beta, 8mm en VHS. Nu kan het cassettedeck worden bediend met de CD/ SACD-toets. MENU MASTER VOL – Een toets in de fabrieksinstelling zetten Voer de bovenstaande procedure opnieuw uit. Alle functietoetsen in de fabrieksinstelling zetten Druk tegelijk op ?/1, AV ?/1 en MASTER VOL –. 51NL Aanvullende informatie 9 JUMP >10 Index A E, F Aanduidingen in het uitleesvenster 21 Aanpassen van de klankbeelden 30 Aansluiten MULTI CH IN 9 antennes 5 audio-apparatuur 6 digitale componenten 8 luidsprekersysteem 12 netsnoer 10 video-apparatuur 7 AC-3. Zie Dolby Digital (AC-3) Afstemmen direct 36 doornemen van zenders. Zie Automatische zoekafstemming op voorkeurzenders 37 Akoestiek-weergave 24 - 32 Automatische zoekafstemming 37 Geheugenafstemming automatisch voorinstellen 37 voorkeurzender kiezen 37 voorinstellen van zenders 37 O Ontvangen van zenders. Zie Afstemmen Opnemen audiocassette of minidisc 41 videocassette 42 I, J Indexfunctie. Zie Naamgeving Instellen akoestiekparameters 30 effectniveau 30 toonregeling 32 helderheid van het uitleesvenster 21 klankkleur 33 luidsprekervolume 18 P, Q Parameters 30, 33 R Radio-ontvangst. Zie Afstemmen S Sluimerfunctie 42 Surround akoestiek 24 - 32 K Kiezen klankbeelden 28 weergave-component 23 Klankbeeld aanpassen 30 instelbare parameters 33 kiezen 25 terugstellen 32 voorgeprogrammeerd 25 - 27 Klankkleur 33 Kopiëren. Zie Opnemen Basisbediening 20 - 23 Batterijen 4 Bijgeleverd toebehoren 4 Bijregelen. Zie Instellen Aanvullende informatie C Controleren van de aansluitingen 19 D 52NL Naamgeving geluidsbronnen 41 voorkeurzenders 41 G, H B Digital Cinema Sound 47 Directe afstemming 36 Dolby Digital (AC-3) 47 Dolby Pro Logic Surround 47 Doornemen van zenders radiozenders. Zie Automatische zoekafstemming voorkeurzenders. Zie Geheugenafstemming N Effectniveau 30 EON. Zie RDS T Testtoon 18 U Uitpakken 4 V Voorkeurzenders afstemmen 37 automatisch vastleggen 36 vastleggen 37 L Luidsprekers aansluiten 12 opstelling 16 volumeregeling 18 W, X, Y Wissen van het geheugen 14 Z Zendernamen. Zie Naamgeving M Monteren. Zie Opnemen
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206

Sony HT-NT3 de handleiding

Categorie
Dvd spelers
Type
de handleiding