Documenttranscriptie
Settings Using SUR, LEVEL, BASS/TREBLE, and SET UP
buttons
You can make various settings using the LEVEL, SUR, BASS/TREBLE, SET UP buttons, jog dial, and cursor buttons. The
table below shows each of the settings that these buttons can make.
Press and light
Press
SUR button
LEVEL button
BASS/TREBLE button
*SET UP
Turn jog dial to select
See page
EFFECT LEVEL
depends on sound mode (in 16 steps)
33
WALL TYPE
between –8 to +8 (in 1 increment steps)
REVERBERATION TIME
between –8 to +8 (in 1 increment steps)
FRONT BALANCE
between –8 to +8 (in 1 increment steps)
REAR BALANCE
between –8 to +8 (in 1 increment steps)
REAR LEVEL
between –10 dB to +6 dB (in 1 dB steps)
CENTER LEVEL
between –10 dB to +6 dB (in 1 dB steps)
SUB WOOFER LEVEL
between –10 dB to +6 dB (in 1 dB steps)
LFE MIX LEVEL
OFF, or –20 dB to 0 dB (in 1 dB steps)
dts LFE MIX LEVEL
OFF, or –20 dB to +10 dB (in 1 dB steps)
DYNAMIC RANGE COMP
OFF, 0.1 to 0.9 (in 0.1 dB steps), STD, or MAX
BASS
between –6 dB to +6 dB (2 dB step)
TREBLE
between –6 dB to +6 dB (2 dB step)
L
C
R
or
to select
(FRONT)
LARGE or SMALL
(CENTER)
LARGE, SMALL, or NO
(REAR)
LARGE, SMALL, or NO
LS RS
PL. SIDE or PL. BEHD.
REAR HGT.
HGT. LOW or HGT. HIGH
SUB WOOFER
S.W. YES or S.W. NO
L
C
R
(FRONT) XX.X METER
(CENTER) XX.X METER
LS RS
(REAR) XX.X METER
5.1 V. IN [XXX]
35
16
Additional Information
REAR PL.
34
between 3 feet (1.0 meters) and 40 feet (12.0
meters) (in 1 foot (0.1 meter) steps)
between FRONT and 5 feet (1.5 meters) (in 1 foot
(0.1 meter) steps)
between FRONT and 15 feet (4.5 meters) (in 1
foot (0.1 meter) steps)
V-TV/SAT, V-DVD/LD, V-VIDEO
47
* When you press the SET UP button, you can select NORM. SP (for normal speakers) or MICRO SP (for Micro Satellite speakers).
(page 16)
53GB
Reiniging
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet
bloot aan regen of vocht,
om gevaar voor brand of
een elektrische schok te
voorkomen.
Open nooit de behuizing,
om gevaar voor
elektrische schokken te
vermijden. Laat reparaties
aan de erkende vakhandel
over.
Plaats het apparaat niet in
een gesloten ruimte, zoals
een boekenrek of
ingebouwde kast.
Bij dit product zijn batterijen
geleverd. Wanneer deze leeg
zijn, moet u ze niet weggooien
maar inleveren als KCA.
Voorzorgsmaatregelen
Veiligheid
Mocht er vloeistof of een voorwerp in de
tuner/versterker terechtkomen, trek dan
de stekker uit het stopcontact en laat het
apparaat eerst nakijken door een
deskundige, alvorens het weer in gebruik
te nemen.
Stroomvoorziening
• Controleer voor het aansluiten van de
tuner/versterker eerst of de
bedrijfspanning ervan wel overeenkomt
met de plaatselijke netspanning. De
bedrijfsspanning staat aangegeven op
het naamplaatje aan de achterzijde van
het apparaat.
• Zolang het netsnoer op het stopcontact is
aangesloten, blijft er spanning op het
apparaat staan, zelfs nadat het apparaat
is uitgeschakeld.
• Trek de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact wanneer u denkt de tuner/
versterker geruime tijd niet te zullen
gebruiken. Om de aansluiting op het
stopcontact te verbreken, mag u
uitsluitend aan de stekker trekken; trek
nooit aan het snoer.
• Indien het netsnoer vervangen moet
worden, mag dit alleen uitgevoerd
worden door een erkend
onderhoudscentrum.
Opstelling
• Zet de tuner/versterker op een goed
geventileerde plaats, met rondom vrije
luchtdoorstroming, om oververhitting
van de inwendige onderdelen te
voorkomen, in het belang van een
langdurige betrouwbare werking.
• Plaats de tuner/versterker niet in de
buurt van een warmtebron of in direct
zonlicht. Vermijd tevens plaatsen met
veel stof, vocht en mechanische trillingen
of schokken.
• Zet niets bovenop de tuner/versterker.
De ventilatie-openingen aan de
bovenzijde mogen niet geblokkeerd
worden, in het belang van een juist
functioneren van het apparaat en een
langere levensduur van de
componenten.
Bediening
Zorg ervoor dat de stekkers van de
netsnoeren van de apparatuur niet in het
stopcontact zitten, alvorens de
aansluitingen te maken. Sluit de
netsnoeren pas als allerlaatste aan.
2NL
Gebruik voor het reinigen van de ombouw,
het voorpaneel en de bedieningsorganen
een zachte doek, licht bevochtigd met wat
milde vloeibare zeep. Gebruik geen
schuurspons, schuurmiddelen of vluchtige
stoffen zoals spiritus of benzine.
Mocht u na het doorlezen van de
gebruiksaanwijzing nog vragen over
of problemen met de tuner/versterker
hebben, aarzel dan niet contact op te
nemen met de dichtstbijzijnde Sony
handelaar.
Omtrent deze handleiding
De aanwijzingen in deze handleiding gelden voor het models
STR-DE545, STR-DE445 en STR-SE501. Controleer het
modelnummer rechtsboven op het voorpaneel of rechtsonder op
de afstandsbediening. In deze gebruiksaanwijzing zijn telkens de
STR-DE545 en de afstandsbediening RM-U304 afgebeeld.
Verschillen in de bediening zijn duidelijk aangegeven in de tekst,
bijvoorbeeld met “alleen op de STR-DE545”.
Verschillen tussen de modellen
Model
Voorziening
DE545
CONTROL A1-II
SPEAKERS FRONT B
S-Video
TV/SAT OPTICAL IN
AC OUTLET
DE445
•
•
•
•
•
SE501
•
•
•
•
•
Algemene opzet
• Alle aanwijzingen in de tekst beschrijven de bediening met
de toetsen op de tuner/versterker zelf. U kunt echter ook
de toetsen van de afstandsbediening gebruiken met
dezelfde of soortgelijke namen als die op de tuner/
versterker. Details betreffende het gebruik van de
afstandsbediening RM-PP404 (alleen op de STR-DE545
en STR-SE501) vindt u in de afzonderlijke
gebruiksaanwijzing van de afstandsbediening.
• Op een aantal plaatsen in deze gebruiksaanwijzing treft
u het onderstaande symbool aan:
z Dit symbool vestigt uw aandacht op handige tips,
die de bediening vergemakkelijken.
Deze tuner/versterker is uitgerust met Dolby* Digital en
Pro Logic Surround akoestiek en het DTS** Digital
Surround akoestieksysteem.
* Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories. “Dolby”, “AC-3”,
“Pro Logic” en het dubbele D-symbool ; zijn handelsmerken van
Dolby Laboratories.
** Vervaardigd onder licentie van Digital Theater Systems, Inc.
Patentnummer 5.451.942 in de Verenigde Staten. Patenten in andere
landen zijn aangevraagd. “DTS” en “DTS Digital Surround” zijn de
handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc. © 1996 Digital
Theater Systems, Inc. Alle rechten voorbehouden.
Demonstratiefunctie
De demonstratiefunctie wordt automatisch geactiveerd wanneer u het
apparaat de eerste maal inschakelt. Wanneer de demonstratie begint,
verschijnt in het uitleesvenster de volgende mededeling:
“NOW DEMONSTRATION MODE IF YOU FINISH
DEMONSTRATION PLEASE PRESS POWER KEY WHILE
THIS MESSAGE APPEARS IN THE DISPLAY THANK YOU”
INHOUDSOPGAVE
Aansluiten van de apparatuur 4
Uitpakken 4
Aansluiten van de antennes 5
Aansluiten van audio-apparatuur 6
Aansluiten van video-apparatuur 7
Aansluiten van digitale apparatuur 8
5.1CH ingangsaansluitingen 9
Andere aansluitingen 10
Aansluiten en opstellen van de
luidsprekers 12
Aansluiten van de luidsprekers 13
Voorbereidingen treffen voor weergave 15
Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek 16
Alvorens uw tuner/versterker in gebruik te nemen 20
Bedieningsorganen en basisbediening
van de tuner/versterker 22
Bedieningsorganen op het voorpaneel 22
Genieten van Surround Sound akoestiek 27
Keuze van een klankbeeld 28
Uitleg van de meerkanaals-akoestiekaanduidingen 31
Bijregelen van de klankbeelden 33
Radio-ontvangst 37
Automatische FM zenderopslag in alfabetische
volgorde (“Autobetical select”) 39
Directe afstemming 39
Automatische zoekafstemming 40
Geheugenafstemming 40
Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS) 41
Overige bedieningsfuncties 44
Naamgeving van voorkeurzenders en beeld/
geluidsbronnen 45
Opnemen 45
Automatisch uitschakelen met de sluimerfunctie 46
Instellingen met de SET UP toets 47
Annuleren van de demonstratiefunctie
Druk op +/1 om de tuner/versterker uit te schakelen terwijl
bovenstaande mededeling in het uitleesvenster wordt getoond. De
volgende keer dat u het apparaat inschakelt, zal de
demonstratiefunctie niet geactiveerd worden.
Activeren van de demonstratiefunctie
Houd de SET UP toets ingedrukt en druk dan op de +/1 toets om de
tuner/versterker in te schakelen.
Opmerkingenen
• Wanneer de tuner/versterker een demonstratie geeft, wordt het
geheugen gewist. Zie “Het geheugen van de tuner/versterker
wissen” op blz. 15 voor nadere bijzonderheden betreffende hetgeen
er gewist wordt.
• El sonido no se oye mientras el modo de demostración está
activado.
Aanvullende informatie 48
Verhelpen van storingen 48
Technische gegevens 50
Verklarende woordenlijst 52
Instellingen waarvoor de SUR, LEVEL, BASS/
TREBLE, en SET UP toetsen worden gebruikt 53
Beschrijving van de afstandsbediening (alleen op de
STR-DE445) 54
Index 57
3NL
NL
Aansluiten van
de apparatuur
In dit hoofdstuk wordt beschreven
hoe u diverse audio- en videoapparatuur kunt aansluiten op de
tuner/versterker. Lees vooral de
relevante paragrafen voor uw
apparatuur alvorens u enig apparaat
op de tuner/versterker gaat
aansluiten.
Uitpakken
Kontroleer of het onderstaande bijgeleverd toebehoren
inderdaad in de verpakking van de tuner/versterker
aanwezig is:
• FM draadantenne (1)
• AM kaderantenne (1)
• R6 (AA-formaat) batterijen (2)
• Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501
• Afstandsbediening RM-PP404 (1)
• Gebruiksaanwijzing voor de afstandsbediening (1)
• Gebruiksaanwijzing voor CONTROL A1 II (1)
• Alleen op de STR-DE445
• Afstandsbediening RM-U304 (1)
Aanbrengen van batterijen in de
afstandsbediening
Leg de R6 (AA-formaat) batterijen in de
afstandsbediening, met de juiste polariteit van (+) en (–),
zoals aangegeven in het batterijvak. Voor gebruik van de
afstandsbediening richt u deze op de g
afstandsbedieningssensor voorop de tuner/versterker.
]
}
}
]
Zie voor een gedetailleerde beschrijving van de
afstandsbediening de daarbij geleverde afzonderlijke
gebruiksaanwijzing. (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
z Wanneer de batterijen te vervangen
Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer 6 maanden
meegaan. Als de tuner/versterker niet meer naar behoren op de
afstandsbediening reageert, is het tijd alle batterijen door nieuwe
te vervangen.
Opmerkingen
• Leg de afstandsbediening niet op een al te warme of vochtige
plaats.
• Gebruik geen oude en nieuwe batterijen naast elkaar.
• Let op dat de afstandsbedieningssensor van de tuner/
versterker niet wordt blootgesteld aan directe zonnestraling of
fel lamplicht, anders zal de afstandsbediening niet naar
behoren functioneren.
• Wanneer u denkt de afstandsbediening geruime tijd niet te
gebruiken, kunt u de batterijen er beter uit verwijderen, om
eventuele beschadiging door batterijlekkage en corrosie te
voorkomen.
Alvorens met aansluiten te beginnen
4NL
• Schakel eerst alle betrokken apparatuur uit, alvorens u
begint met het aansluiten ervan.
• Sluit de netsnoeren van de apparatuur pas op het
stopcontact aan nadat alle andere aansluitingen in orde zijn.
• Zorg dat alle aansluitingen stevig vast zitten, om brom
en andere bijgeluiden te voorkomen.
• Let bij het aansluiten van de audio/videosnoeren op
dat u links en rechts niet verwisselt: sluit de gele
stekkers aan op de gele stekkerbussen (voor het
videosignaal); witte stekkers op witte stekkerbussen
(voor het linker audiokanaal) en rode stekkers op rode
stekkerbussen (voor het rechter kanaal).
Aansluiten van de antennes
Aansluiten van de apparatuur
AM kaderantenne
(bijgeleverd)
FM draadantenne
(bijgeleverd)
FM
75Ω
COAXIAL
MONITOR CTRL
A1 I I
DIGITAL IN
TV/SAT
VIDEO IN
DVD/LD
VIDEO IN
VIDEO OUT VIDEO IN
VIDEO OUT
AM
SPEAKERS
REAR
R
ANTENNA
OPTICAL
L
OPTICAL
S-VIDEO
IN
COAXIAL
L
L
L
R
REAR
SUB
WOOFER
5.1 CH INPUT
AUX
R
AUDIO IN
CD
REC OUT
R
IN
MD/TAPE
AUDIO IN
R
L
R
L
AC OUTLET
AUDIO
OUT
AUDIO IN
B FRONT A
R
L
CENTER
FRONT
CENTER
L
S-VIDEO
OUT
AUDIO IN
TV/SAT DVD/LD
8Ω
R
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO
SWITCHED 120W/1A MAX
FRONT
4Ω
R
L
R
L
R
AC 120V 60Hz
L
SUB IMPEDANCE
WOOFER SELECTOR
Antenne-aansluitingen
Verbind de
met de
AM kaderantenne
AM aansluitklemmen
FM draadantenne
FM 75Ω COAXIAL stekkerbus
z Op plaatsen met een problematische FM-ontvangst
Sluit via een 75-ohm coaxiaalkabel (niet bijgeleverd) een
FM buitenantenne aan op de tuner/versterker, zoals
hieronder aangegeven.
FM buitenantenne
Tuner/versterker
Na het aansluiten van de antennes
• Om het oppikken van stoorsignalen te voorkomen, mag
u de AM kaderantenne niet te dicht bij de tuner/
versterker andere apparatuur zetten.
• Strek de FM draadantenne zo ver mogelijk uit.
• Na het aansluiten van de FM draadantenne legt of
hangt u deze zo horizontaal mogelijk.
FM
75Ω
COAXIAL
Aardleiding
(niet bijgeleverd)
AM
ANTENNA
naar een aardpunt
Belangrijk
Als u de tuner/versterker aansluit op een buitenantenne,
dient deze geaard te worden, ter bescherming tegen
blikseminslag. Sluit de aardingsdraad nooit aan op een
gasleiding; gezien de kans op een gasexplosie is dit uiterst
gevaarlijk.
5NL
Aansluiten van audio-apparatuur
Vereiste aansluitsnoeren
Aansluiten van de apparatuur
Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Minidisc-recorder/
cassettedeck
Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur
aan op de stekkerbussen met dezelfde kleur, op de
betreffende apparaten.
INPUT OUTPUT
LINE
LINE
L
R
IN
OUT
ç
ç
wit (L)
wit (L)
rood (R)
rood (R)
FM
75Ω
COAXIAL
MONITOR CTRL
A1 I I
DIGITAL IN
TV/SAT
VIDEO IN
DVD/LD
VIDEO IN
VIDEO OUT VIDEO IN
VIDEO OUT
AM
SPEAKERS
REAR
R
ANTENNA
OPTICAL
L
OPTICAL
S-VIDEO
IN
COAXIAL
L
L
L
R
REAR
SUB
WOOFER
5.1 CH INPUT
AUX
R
AUDIO IN
REC OUT
CD
R
IN
MD/TAPE
AUDIO IN
R
AUDIO IN
TV/SAT DVD/LD
R
L
FRONT
4Ω
8Ω
R
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO
R
SUB IMPEDANCE
WOOFER SELECTOR
OUTPUT
LINE
L
R
Compact disc speler
Audio-aansluitingen
Verbind een
met de
Compact disc speler
CD stekkerbussen
Minidisc-recorder of cassettedeck
MD/TAPE
stekkerbussen
6NL
L
AC OUTLET
AUDIO
OUT
AUDIO IN
B FRONT A
R
L
CENTER
FRONT
CENTER
L
S-VIDEO
OUT
L
R
L
R
L
Aansluiten van video-apparatuur
Vereiste aansluitsnoeren
Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur aan op de
stekkerbussen met dezelfde kleur, op de betreffende apparaten.
TV of satelliet-tuner
OUTPUT
OUTPUT
AUDIO OUT
R
L
TV of
videomonitor
DVD of LD speler
AUDIO OUT
R
L
VIDEO
OUT
VIDEO
OUT
S-VIDEO
INPUT
S-VIDEO
OUT
VIDEO
IN
IN
geel (video)
geel (video)
wit (audio L)
wit (audio L)
rood (audio R)
rood (audio R)
Videosnoer voor het aansluiten van een TV of videomonitor (niet
bijgeleverd)
geel
geel
FM
75Ω
COAXIAL
MONITOR CTRL
A1 I I
DIGITAL IN
TV/SAT
VIDEO IN
DVD/LD
VIDEO IN
VIDEO OUT VIDEO IN
VIDEO OUT
AM
SPEAKERS
REAR
R
ANTENNA
OPTICAL
L
OPTICAL
S-VIDEO
IN
COAXIAL
L
L
L
R
REAR
SUB
WOOFER
AUX
R
AUDIO IN
CD
REC OUT
R
IN
MD/TAPE
AUDIO IN
R
R
L
AC OUTLET
FRONT
AUDIO
OUT
AUDIO IN
L
L
AUDIO IN
TV/SAT DVD/LD
4Ω
8Ω
R
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO
R
L
R
L
R
L
SUB IMPEDANCE
WOOFER SELECTOR
ç
ç
5.1 CH INPUT
B FRONT A
R
S-VIDEO
OUT
CENTER
FRONT
CENTER
L
IN
OUT
INPUT OUTPUT
VIDEO
IN
VIDEO
OUT
AUDIO
IN
AUDIO
OUT
L
R
Videorecorder
Video-aansluitingen
Betreffende de video-aansluitingen
Verbind een
met de
TV of satelliet-tuner
TV/SAT stekkerbussen
Videorecorder
VIDEO stekkerbussen
DVD of LD speler
DVD/LD stekkerbussen
TV of videomonitor
MONITOR VIDEO OUT
stekkerbus
U kunt de audio-uitgangsaansluitingen van uw TV-toestel
verbinden met de TV/SAT AUDIO IN stekkerbussen van
de tuner/versterker, om het geluid van de TV weer te
geven met een akoestiekeffect naar keuze. In dit geval
mag u de video-uitgangsaansluiting van het TV-toestel
niet verbinden met de TV/SAT VIDEO IN stekkerbus van
de tuner/versterker. Als u een aparte TV-afstemeenheid
(of een satelliet-ontvanger) aansluit, verbind dan de
audio- en video-uitgangen daarvan met de tuner/
versterker zoals aangegeven in bovenstaand
aansluitschema.
z Bij gebruik van de S-video stekkerbussen in plaats van de
gewone video-aansluitingen (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
In dit geval zult u het TV-toestel of de videomonitor ook moeten
aansluiten op de S-video stekkerbus. De S-video signalen worden
alleen uitgestuurd via de S-video stekkerbussen, dus u zult via de
gewone video-aansluitingen geen signaal kunnen weergeven.
NL
7
Aansluiten van de apparatuur
Audio/video-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Aansluiten van digitale apparatuur
Aansluiten van de apparatuur
U kunt de digitale uitgangsaansluitingen van uw DVD
videospeler (enz.) en satelliet-ontvanger verbinden met de
digitale ingangsaansluitingen van deze tuner/versterker,
om thuis te genieten van een indrukwekkend
bioscoopgeluid met meerkanaals Surround akoestiek. Om
deze meerkanaals Surround Sound op zijn best te horen,
zijn er vijf gewone luidsprekers nodig (twee
voorluidsprekers, twee achterluidsprekers en een
middenluidspreker) plus een speciale
lagetonenluidspreker. Daarnaast kunt u tevens een
laserdisc-speler met een RF OUT stekkerbus aansluiten
via een RF demodulator, zoals de Sony MOD-RF1 (niet
bijgeleverd).
TV of satelliettuner
**
OUTPUT
Vereiste aansluitsnoeren
Optisch digitaal aansluitsnoer (niet bijgeleverd)
zwart
Coaxiaal digitaal aansluitsnoer (niet bijgeleverd)
geel
OUTPUT
VIDEO
OUT
VIDEO
OUT
AUDIO
OUT
AUDIO
OUT
L
DIGITAL
OPTICAL
OUTPUT
OUTPUT
DIGITAL
OPTICAL
DIGITAL
COAXIAL
geel
Audio/video-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur aan op de
stekkerbussen met dezelfde kleur, op de betreffende apparaten.
DVD videospeler (e.d.)*
OUTPUT
zwart
geel (video)
geel (video)
wit (audio L)
wit (audio L)
rood (audio R)
rood (audio R)
Opmerking
De optische en coaxiale digitale ingangsaansluitingen van dit
apparaat zijn geschikt voor bemonsteringsfrequenties van
32 kHz, 44,1 kHz en 48 kHz.
R
FM
75Ω
COAXIAL
MONITOR CTRL
A1 I I
DIGITAL IN
TV/SAT
AM
VIDEO IN
DVD/LD
VIDEO IN
VIDEO OUT VIDEO IN
VIDEO OUT
**
SPEAKERS
REAR
R
ANTENNA
OPTICAL
L
OPTICAL
S-VIDEO
IN
COAXIAL
L
L
L
R
REAR
SUB
WOOFER
5.1 CH INPUT
AUX
R
AUDIO IN
REC OUT
CD
R
IN
MD/TAPE
AUDIO IN
R
L
R
L
AC OUTLET
L
AUDIO
OUT
AUDIO IN
B FRONT A
R
S-VIDEO
OUT
CENTER
FRONT
CENTER
L
AUDIO IN
TV/SAT DVD/LD
8Ω
R
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO
SWITCHED 120W/1A MAX
FRONT
4Ω
R
L
R
L
R
AC 120V 60Hz
L
SUB IMPEDANCE
WOOFER SELECTOR
* Om digitale audio-aansluitingen te maken voor een DVD videospeler, sluit u deze aan op de coaxiale OF de optische digitale aansluitbus,
NIET op allebei. Het is aanbevolen voor de digitale audio-aansluitingen de coaxiale aansluitbus te gebruiken.
** alleen op de STR-DE545 en STR-SE501.
Voorbeeld voor het aansluiten van een laserdisc-speler via een RF demodulator
U kunt de AC-3 RF OUT stekkerbus van een laserdisc-speler niet rechtstreeks aansluiten op de digitale ingangen van deze
tuner/versterker. De RF uitgangssignalen moeten eerst worden omgezet in optische of coaxiale digitale signalen. Hiervoor
sluit u de laserdisc-speler aan op een RF demodulator en dan verbindt u de optische of coaxiale digitale uitgang van de RF
demodulator met de OPTICAL of COAXIAL DVD/LD IN aansluiting van de tuner/versterker. Zie voor nadere
bijzonderheden over de AC-3 RF aansluitingen de gebruiksaanwijzing van de RF demodulator.
VIDEO OUT
Laserdisc-speler
AC-3 RF
OUT
RF demodulator
DIGITAL
DIGITAL
DVD/LD
DVD/LD IN
IN
(COAXIAL)
(COAXIAL)
of
(OPTICAL)
(OPTICAL)
DVD/LD
VIDEO IN
MULTI CHANNEL DECODING
?/1
DIMMER
BASS BOOST
TONE
SHIFT
– TUNING +
MEMORY
FM/AM
B
VIDEO
DVD/LD
MD/TAPE
CD
FM MODE
MASTER VOLUME
A
TV/SAT 5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
A
PHONES
TUNER
AUX
B
LEVEL
C
SOUND FIELD
A. F. D.
2CH
SUR
I
i
–
+
RDS EON RDS PTY
SET UP
NAME
MODE
BASS/
TREBLE
ENTER
Opmerking
Bij het aansluiten op de hierboven getoonde wijze dient u de INPUT MODE schakelaar (3 op blz. 23) handmatig in de juiste stand te
zetten. Dit apparaat kan niet naar behoren werken als de INPUT MODE schakelaar in de “AUTO” stand staat.
8NL
PRESET/
– PTY SELECT +
DISPLAY
INPUT MODE
SPEAKERS
R ON r OFF
MUTING
BASS
BOOST
TONE
5.1CH ingangsaansluitingen
Alhoewel deze tuner/versterker is uitgerust met een eigen
meerkanaals-decodeertrap, is hij tevens voorzien van een
compleet stel 5.1CH INPUT meerkanaals-ingangsaansluitingen
die u kunt gebruiken voor weergave van meerkanaals-software
gecodeerd in andere formaten dan Dolby Digital (AC-3) en DTS.
Als uw DVD videospeler beschikt over 5.1CH OUTPUT
meerkanaals-uitgangen, kunt u deze rechtstreeks aansluiten op
dit apparaat om te luisteren naar de geluidsweergave via de
meerkanaals-decodeertrap van de DVD videospeler. Bovendien
kunt u op de 5.1CH INPUT desgewenst ook een externe
meerkanaals-decodeereenheid aansluiten.
Om de meerkanaals Surround Sound op zijn best te horen, zijn
er vijf gewone luidsprekers nodig (twee voorluidsprekers, twee
achterluidsprekers en een middenluidspreker) plus een speciale
lagetonenluidspreker. Zie de gebruiksaanwijzing van uw DVD
videospeler, meerkanaals-decodeereenheid e.d. voor nadere
bijzonderheden over de benodigde 5.1 meerkanaals
ingangsaansluitingen.
Vereiste aansluitsnoeren
Twee stuks, voor de 5.1CH INPUT FRONT en REAR aansluitingen
wit (L)
wit (L)
rood (R)
rood (R)
Mono-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Twee stuks, voor de 5.1CH INPUT CENTER en SUB WOOFER
aansluitingen
zwart
zwart
Videosnoer (niet bijgeleverd)
Eén snoer, voor de DVD/LD VIDEO IN aansluiting (enz.)
geel
geel
Opmerking
Bij het maken van de hieronder beschreven aansluitingen, dient u
de geluidssterkte van de akoestiekluidsprekers en de
lagetonenluidspreker in te stellen op uw DVD videospeler of
meerkanaals-decodeerapparaat.
DVD videospeler,
meerkanaalsdecodeereenheid, enz.
5.1 CH OUTPUT
REAR
FRONT
CENTER
WOOFER
FM
75Ω
COAXIAL
MONITOR CTRL
A1 I I
DIGITAL IN
TV/SAT
VIDEO IN
DVD/LD
VIDEO IN
VIDEO OUT VIDEO IN
VIDEO OUT
AM
SPEAKERS
REAR
R
ANTENNA
OPTICAL
L
OPTICAL
S-VIDEO
IN
COAXIAL
L
L
L
R
REAR
SUB
WOOFER
5.1 CH INPUT
R
AUDIO IN
AUX
CD
REC OUT
R
IN
MD/TAPE
AUDIO IN
R
L
R
L
AC OUTLET
FRONT
AUDIO
OUT
AUDIO IN
B FRONT A
R
L
CENTER
FRONT
CENTER
L
S-VIDEO
OUT
AUDIO IN
TV/SAT DVD/LD
4Ω
8Ω
R
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO
R
L
R
L
R
L
SUB IMPEDANCE
WOOFER SELECTOR
Voorbeeld voor het aansluiten van een DVD videospeler met behulp van de 5.1CH INPUT
stekkerbussen
Linker voorluidspreker
Rechter voorluidspreker
VIDEO OUT
DVD/LD
IN VIDEO enz.
5.1 CH INPUT
SPEAKERS
FRONT
MULTI CHANNEL DECODING
?/1
DIMMER
PRESET/
– PTY SELECT +
SHIFT
– TUNING +
MEMORY
DISPLAY
BASS BOOST
TONE
FM/AM
DVD videospeler
A
B
VIDEO
DVD/LD
MD/TAPE
CD
TV/SAT 5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
A
PHONES
FM MODE
MASTER VOLUME
INPUT MODE
SPEAKERS
R ON r OFF
TUNER
AUX
B
2CH
i
–
+
LEVEL
C
SOUND FIELD
A. F. D.
I
SUR
RDS EON RDS PTY
SET UP
NAME
MODE
BASS/
TREBLE
Opmerking
ENTER
MUTING
BASS
BOOST
TONE
SPEAKERS
REAR/CENTER
SUB WOOFER
Linker achterluidspreker
Rechter achterluidspreker
Middenluidspreker
Actieve
lagetonenluidspreker
Zie blz. 13 e.v. voor nadere details over het aansluiten van de luidsprekers.
9NL
Aansluiten van de apparatuur
Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Andere aansluitingen
Vereiste aansluitsnoeren
Aansluiten van de apparatuur
Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur
aan op de stekkerbussen met dezelfde kleur, op de
betreffende apparaten.
wit (L)
wit (L)
rood (R)
rood (R)
CONTROL A1 aansluitsnoer (niet bijgeleverd) (alleen op de STRDE545 en STR-SE501)
zwart
zwart
(alleen op de
STR-DE545 en STR-SE501)
CONTROL A1
Netsnoer
FM
75Ω
COAXIAL
MONITOR CTRL
A1 I I
DIGITAL IN
TV/SAT
VIDEO IN
DVD/LD
VIDEO IN
VIDEO OUT VIDEO IN
VIDEO OUT
AM
SPEAKERS
REAR
R
ANTENNA
OPTICAL
L
OPTICAL
S-VIDEO
IN
COAXIAL
L
L
L
R
REAR
SUB
WOOFER
5.1 CH INPUT
AUDIO IN
R
AUDIO IN
CD
REC OUT
R
IN
MD/TAPE
AUDIO IN
R
L
R
L
AC OUTLET
L
AUDIO
OUT
AUX
B FRONT A
R
S-VIDEO
OUT
CENTER
FRONT
CENTER
L
AUDIO IN
TV/SAT DVD/LD
FRONT
4Ω
8Ω
R
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO
R
L
R
L
R
L
SUB IMPEDANCE
WOOFER SELECTOR
AC OUTLET
OUTPUT
LINE
Compact disc speler,
cassettedeck,
minidisc-recorder, etc.
10NL
b
naar een stopcontact
• Als u beschikt over een voor CONTROL A1
geschikte Sony CD-speler, cassettedeck of
minidisc-recorder
Gebruik een CONTROL A1 snoer (niet bijgeleverd) om
de CONTROL A1 stekkerbus van een CD-speler,
cassettedeck of minidisc-recorder te verbinden met de
CONTROL A1 stekkerbus van de tuner/versterker.
Zie voor nadere bijzonderheden de aparte handleiding
“CONTROL-A1 Control System” en de
gebruiksaanwijzingen bijgeleverd bij uw CD-speler,
cassettedeck of minidisc-recorder.
Opmerking
Als u een CONTROL A1 verbinding maakt tussen de tuner/
versterker en een minidisc-recorder welke tevens op een
computer is aangesloten, mag u de tuner/versterker niet
bedienen terwijl de “Sony MD Editor” software wordt
gebruikt. Dit kan namelijk resulteren in een foutieve werking
van de apparatuur.
• Als u beschikt over een Sony CD-wisselaar met
een COMMAND MODE schakelaar
Als de COMMAND MODE schakelaar van uw CDwisselaar kan worden ingesteld op CD 1, CD 2 of CD 3,
zet deze dan in de “CD 1” stand en sluit de CDwisselaar aan op de CD ingangen van de tuner/
versterker.
Als u echter een Sony CD-wisselaar met VIDEO OUT
aansluitingen heeft, zet de COMMAND MODE
schakelaar dan in de “CD 2” stand en sluit de CDwisselaar aan op de VIDEO IN ingangen van de tuner/
versterker.
Aansluiten van het netsnoer
Alvorens u de netsnoerstekker van deze tuner/versterker
in het stopcontact steekt:
• Sluit eerst alle luidsprekers op de tuner/versterker aan
(zie blz. 13).
Sluit de netsnoeren van uw audio/video-apparatuur aan
op een gewoon wandstopcontact.
Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501
Als u het netsnoer van een ander audio/video-apparaat
aansluit op de AC OUTLET netstroomuitgang(en)
achterop de tuner/versterker, zal de tuner/versterker
zorgen voor de stroomvoorziening van de andere
component(en), zodat u de bijbehorende apparatuur
allemaal tegelijk met de tuner/versterker kunt in- en
uitschakelen.
Waarschuwing
Let op dat het totale stroomverbruik van de apparatuur
aangesloten op de AC OUTLET netstroomuitgang(en) achterop
de tuner/versterker het bij deze uitgang aangegeven vermogen
niet overschrijdt. Sluit op de netuitgang(en) in geen geval
huishoudelijke apparatuur aan zoals een strijkijzer, een ventilator,
een TV-toestel of andere apparatuur met een hoog
stroomverbruik. (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
Opmerking
Als de stekker ongeveer twee weken lang uit het stopcontact
blijft, zal het geheugen van de tuner/versterker geheel gewist
worden en dan zal bij het volgende gebruik weer een
demonstratie van de functies worden gegeven.
AUX AUDIO IN aansluiting
• Als u beschikt over een individuele
audiocomponent (behalve PHONO)
Gebruik de audiosnoeren om de LINE OUT
aansluitingen van de CD-speler, cassettedeck, of
minidisc-recorder te verbinden met de AUX AUDIO IN
aansluiting op de tuner/versterker, zodat u stereo
geluidsbronnen kunt beluisteren in Surround Sound.
11NL
Aansluiten van de apparatuur
CONTROL A1 aansluiting (alleen op de
STR-DE545 en STR-SE501)
Aansluiten en
opstellen van
de
luidsprekers
SET UP
Cursortoetsen
MULTI CHANNEL DECODING
?/1
DIMMER
PRESET/
– PTY SELECT +
SHIFT
– TUNING +
MEMORY
DISPLAY
BASS BOOST
TONE
FM/AM
A
B
VIDEO
DVD/LD
TV/SAT 5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
A
MD/TAPE
PHONES
CD
FM MODE
MASTER VOLUME
INPUT MODE
SPEAKERS
R ON r OFF
TUNER
AUX
B
LEVEL
C
SOUND FIELD
A. F. D.
2CH
SUR
I
i
–
+
RDS EON RDS PTY
SET UP
MUTING
BASS
BOOST
TONE
NAME
MODE
BASS/
TREBLE
ENTER
Instelknop
In dit hoofdstuk volgt een
beschrijving voor het aansluiten van
de luidsprekers op de tuner/
versterker, het opstellen van de
luidsprekers en het afregelen ervan
voor de beste meerkanaals Surround
Sound kwaliteit.
Kort overzicht van de toetsen en regelaars
die u gebruikt voor het instellen van de
luidsprekers
Insteltoets (SET UP): Druk op deze toets wanneer u
instellingen wilt maken voor het soort luidsprekers en de
luidsprekerafstanden.
Cursortoetsen ( / ): Voor het kiezen van de
parameters na indrukken van de SET UP toets.
Instelknop: Draai hieraan om de gekozen parameters
naar wens in te stellen.
12NL
Aansluiten van de luidsprekers
Vereiste aansluitsnoeren
Luidsprekersnoeren (niet bijgeleverd)
Eén voor elke voorluidspreker, achterluidspreker en
middenluidspreker
(+)
(–)
(–)
]
}
Linker
voorluidspreker
]
}
Mono-aansluitsnoer (niet bijgeleverd)
Eén, voor de actieve lagetonenluidspreker
zwart
*FRONT
SPEAKERS B
zwart
FM
75Ω
COAXIAL
MONITOR CTRL
A1 I I
DIGITAL IN
TV/SAT
VIDEO IN
DVD/LD
VIDEO IN
VIDEO OUT VIDEO IN
VIDEO OUT
AM
SPEAKERS
REAR
R
OPTICAL
ANTENNA
L
OPTICAL
S-VIDEO
IN
COAXIAL
L
L
L
R
REAR
SUB
WOOFER
5.1 CH INPUT
R
AUX
AUDIO IN
CD
REC OUT
R
IN
MD/TAPE
AUDIO IN
R
L
R
L
AC OUTLET
L
AUDIO
OUT
AUDIO IN
B FRONT A
R
S-VIDEO
OUT
CENTER
FRONT
CENTER
L
AUDIO IN
TV/SAT DVD/LD
FRONT
4Ω
8Ω
R
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO
R
L
R
L
R
L
SUB IMPEDANCE
WOOFER SELECTOR
INPUT
AUDIO
IN
Actieve
lagetonenluidspreker
}
]
Rechter
achterluidspreker
}
Linker
achterluidspreker
Luidspreker-aansluitingen
Verbind de
met de
Voorluidsprekers (8 ohm)
SPEAKERS FRONT A
stekkerbussen
*Extra stel voorluidsprekers
(8 ohm)
SPEAKERS FRONT B
stekkerbussen
Achterluidsprekers (8 ohm)
SPEAKERS REAR
stekkerbussen
Middenluidspreker (8 ohm)
SPEAKERS CENTER
stekkerbussen
Actieve lagetonenluidspreker
SUB WOOFER AUDIO OUT
stekkerbus
* Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501.
]
}
]
Middenluidspreker
Opmerkingen over het aansluiten van de
luidsprekers
• Aan de luidsprekerkant stript u ongeveer 10 mm van de
isolatie van het snoer en draait u de kerndraden ineen.
Let bij elk snoer op dat u de draden niet verwisselt: sluit
+ aan op + en – op –. Als de draden verwisseld worden,
zal bij weergave de positie van de muziekinstrumenten
onduidelijk zijn, terwijl de lage tonen grotendeels zullen
ontbreken.
• Als u voorluidsprekers gebruikt met een relatief gering
maximaal ingangsvermogen, stel dan de geluidssterkte
erg voorzichtig in, om overbelasting van de
luidsprekers te vermijden.
• U kunt ook een microsatellietluidspreker (b.v. SAVE230) aansluiten op de receiver. Een
microsatelleitluidspreker iseen 5.1-kanaals
luidsprekersysteem bestaande uit twee
voorluidsprekers, twee achterluidsprekers, een
middenluidsprekers en een subwoofer.
13NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
(+)
Rechter
voorluidspreker
Aansluiten van de luidsprekers
Om kortsluiting van de luidsprekers te
voorkomen
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Kortsluiting in de luidsprekercircuits kan schade aan de
tuner/versterker veroorzaken. Om dit te voorkomen,
dient u bij het aansluiten van de luidsprekers de volgende
aanwijzingen in acht te nemen.
Zorg dat de gestripte uiteinden van de
luidsprekerdraden elkaar niet raken; laat ze niet
zover uitsteken dat ze kortsluiting met andere
aansluitpunten kunnen maken.
Onjuist aangesloten luidsprekersnoeren
De draad van een luidsprekersnoer raakt een andere
aansluitklem.
De gestripte uiteinden van de luidsprekerdraden raken
elkaar, omdat er teveel van de isolatie is verwijderd.
Na het aansluiten van alle geluidsbronnen,
luidsprekers en het netsnoer dient u voor het
gebruik eerst een testtoon weer te geven om te
controleren of alle luidsprekers naar behoren zijn
aangesloten. Nadere aanwijzingen voor het
weergeven van een testtoon vindt u op bladzijde
19.
Als een van de luidsprekers geen geluid geeft bij
weergave van de testtoon of als het geluid klinkt via een
andere luidspreker dan er op de tuner/versterker wordt
aangegeven, kan er kortsluiting zijn in de luidsprekeraansluitingen. In dat geval dient u de aansluitingen van
de luidsprekers nog eens te controleren.
14NL
Voorkom beschadiging van de
luidsprekers
Zorg ervoor dat u het volume dicht zet alvorens de tuner/
versterker af te zetten. Bij het afzetten van de tuner/
versterker blijft de volume-instelling immers behouden.
Voorbereidingen treffen voor weergave
Nadat u de luidsprekers hebt aangesloten en de tuner/
versterker voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u het
geheugen van het apparaat te wissen. Vervolgens kiest u
het luidsprekerformaat en de luidspreker-opstelling en treft
u de andere voorbereidingen die nodig zijn voor weergave.
Zorg eerst dat de:
• Juiste voorluidsprekers zijn gekozen (zie onder “7
Luidspreker-keuzeschakelaar (SPEAKERS) op blz. 23).
(alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
Voor het eerste gebruik van de de tuner/versterker dient
u met de SET UP toets bepaalde instellingen aan te passen
aan de configuratie van uw stereo-installatie. Het gaat om
de onderste instellingen. Zie voor nadere aanwijzingen
over het instellen de tussen haakjes aangegeven
bladzijden.
• Luidsprekerformaat (blz. 16).
• Luidsprekerafstanden (blz. 18).
• Keuze van het videosignaal voor 5.1CH INPUT
meerkanaals-weergave (blz. 47).
Het geheugen van de tuner/versterker
wissen
Voor het eerste gebruik van de tuner/versterker of
wanneer u het geheugen van het apparaat wilt wissen,
gaat u als volgt te werk. Als er automatisch een
demonstratie begint wanneer u het apparaat inschakelt,
hoeft u het geheugen niet te wissen.
1/u
MULTI CHANNEL DECODING
?/1
DIMMER
PRESET/
– PTY SELECT +
SHIFT
– TUNING +
MEMORY
DISPLAY
BASS BOOST
TONE
FM/AM
MASTER VOLUME
INPUT MODE
SPEAKERS
R ON r OFF
A
B
VIDEO
DVD/LD
TV/SAT 5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
A
MD/TAPE
PHONES
CD
FM MODE
TUNER
AUX
B
SOUND FIELD
A. F. D.
2CH
I
i
–
+
LEVEL
C
SUR
RDS EON RDS PTY
SET UP
MUTING
BASS
BOOST
TONE
NAME
MODE
BASS/
TREBLE
ENTER
1
Schakel de tuner/versterker uit.
2
Houd de ?/1 aan/uit-schakelaar vier seconden lang
ingedrukt.
Nu toont het uitleesvenster eerst de gekozen
geluidsbron en dan een aankondiging van de
demonstratie, terwijl de volgende onderdelen worden
gewist of teruggesteld in de uitgangsstand:
• Alle vastgelegde voorkeurzenders verdwijnen uit
het geheugen.
• Alle klankbeeldparameters worden teruggesteld op
de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
• Alle vastgelegde namen (van de voorkeurzenders
en andere geluidsbronnen) worden gewist.
• Alle instellingen die zijn gemaakt met de SET UP
toets keren terug naar de fabrieksinstellingen.
• De klankbeelden die zijn gekozen voor afzonderlijke
weergavebronnen en voorkeurzenders verdwijnen
uit het geheugen.
15NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Alvorens de tuner/versterker in te
schakelen
Voorbereiden van de tuner/versterker
voor weergave
Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Voor de beste, ruimtelijk klinkende akoestiekweergave
zouden alle luidsprekers in principe op gelijke afstand
van uw luisterplaats (A) moeten staan.
(Deze tuner/versterker biedt u echter de mogelijkheid de
middenluidspreker tot ongeveer 1,5 meter dichterbij te
zetten (B) en de achterluidsprekers tot ongeveer
4,5 meter dichterbij uw luisterplaats (C). Bovendien
kunnen de voorluidsprekers zowel dichterbij als verderaf
gezet worden, van 1,0 tot 12,0 meter van uw luisterplaats
(A).)
U kunt kiezen of u de achterluidsprekers achter uw
luisterplaats wilt zetten of aan weerszijden er naast,
afhankelijk van de vorm van uw kamer (enz.).
Met de akoestiekluidsprekers naast u
B
1
Druk op de +/1 toets om de tuner/versterker in te
schakelen.
2
Druk op de SET UP toets.
3
Druk op de cursortoetsen ( of ) om in te stellen
op de parameter die u wilt bijregelen.
4
Draai aan de instelknop om de gewenste stand te
kiezen.
De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd.
5
Herhaal de stappen 3 en 4 tot u alle hieronder
genoemde parameters hebt ingesteld.
z Gewone luidspreker en microsatellietluidspreker
A
Kies NORM. SP met gewone luidsprekers en MICRO SP met
microsatellietluidsprekers. Als u NORM. SP kiest, kunt u
luidsprekergrootte en subwoofer kiezen zoals hieronder
aangegeven. Als u echter MICRO SP kiest, zijn luidsprekergrootte
en subwoofer als volgt geconfigureerd:
A
45°
C
C
90°
20°
Met de akoestiekluidsprekers achter u
A
A
45°
C
Luidsprekers
Instelling
Voor
SMALL (Klein)
Midden
SMALL (Klein)
Achter
SMALL (Klein)
Woofer
YES (Ja)
U kunt de configuratie niet wijzigen als u MICRO SP kiest.
Bij de STR-SE501 zijn luidsprekergrootte en subwoofer
vooringesteld op MICRO SP afhankelijk van het meegeleverde
luidsprekersysteem. Als u verandert van luidsprekersysteem,
kies dan NORM. SP om luidsprekergrootte en subwoofer te
kiezen.
B
C
90°
20°
Opmerking
Zet de middenluidspreker of de achterluidsprekers niet verder
van uw luisterplaats dan de voorluidsprekers.
16NL
Vaststellen van het type luidsprekers
R )
x Formaat van de voorluidsprekers ( L
Oorspronkelijke instelling: LARGE (STR-DE545/DE445)
SMALL (STR-SE501)
• Zijn er grote voorluidsprekers aangesloten die alle lage
tonen zonder problemen kunnen weergeven, dan kiest u
de stand “LARGE”. Gewoonlijk zal de stand “LARGE”
het best voldoen.
• Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave
van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te
weinig basweergave, dan kiest u de stand “SMALL” om
de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste
frequenties van de voorkanalen worden overgeheveld
naar de aparte lagetonen-luidspreker.
• Als u voor de voorluidsprekers de stand “SMALL” kiest,
worden de middenluidspreker en de achterluidsprekers
ook automatisch ingesteld op “SMALL” (tenzij u eerder
de stand “NO” hebt gekozen).
x Formaat van de achterluidsprekers ( LS RS )
Oorspronkelijke instelling: LARGE (STR-DE545/DE445)
SMALL (STR-SE501)
• Zijn er grote achterluidsprekers aangesloten die alle lage
tonen zonder problemen kunnen weergeven, dan kiest u
de stand “LARGE”. Gewoonlijk zal de stand “LARGE”
het best voldoen. Als de voorluidsprekers echter zijn
ingesteld op “SMALL”, kunt u de achterluidsprekers niet
instellen op “LARGE”.
• Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave
van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te
weinig basweergave, dan kiest u de stand “SMALL” om
de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste
frequenties van de achterkanalen worden overgeheveld
naar de aparte lagetonen-luidspreker of naar een ander
stel “LARGE” luidsprekers die hier beter op zijn
berekend.
• Sluit u geen achterluidsprekers aan, kies dan de stand
“NO”.*3
zBetreffende de luidsprekerformaten (LARGE en SMALL)
Bij de interne signaalverwerking bepaalt de keuze van het
LARGE of SMALL luidsprekerformaat voor elk stel luidsprekers
of de ingebouwde akoestiekprocessor de laagste frequenties al
dan niet naar de betreffende luidspreker(s) zal uitsturen. Als de
lage tonen uit een bepaald kanaal worden verwijderd, zullen de
basverdelingscircuits die frequenties overbrengen naar de aparte
lagetonen-luidspreker of naar een ander stel “LARGE”
luidsprekers die er beter op zijn berekend.
Aangezien echter ook de lage tonen een zekere mate van
richtingsgevoeligheid hebben, is het beter het gehele
frequentiespectrum van de verschillende kanalen intact te laten,
indien mogelijk. Daarom kunt u zelfs met een stel kleine
luidsprekers toch de stand “LARGE” kiezen als u de lage tonen
ook door die luidsprekers wilt laten weergeven. En andersom,
als u grote luidsprekers aansluit maar niet wilt dat ze de laagste
tonen weergeven, kunt u voor die luidsprekers best “SMALL”
kiezen.
Als de totale geluidsindruk minder is dan gewenst, kiest u dan
voor alle luidsprekers de stand “LARGE”. Als de lage tonen niet
genoeg tot uiting komen, kunt u de lage-/hogetonenregeling
gebruiken om de lage tonen te versterken. Voor het regelen van
de lage/hoge tonen, zie blz. 35.
x Opstelling van de achterluidsprekers
(REAR PL.)*
Oorspronkelijke instelling: BEHIND
Met deze parameter kunt u de plaats van uw
achterluidsprekers invoeren, voor een juiste werking van
de Digital Cinema Sound klankbeelden in het VIRTUAL
genre. Zie de onderstaande afbeelding.
• Stel in op “SIDE” als de plaats van uw
achterluidsprekers binnen het zijgebied A valt.
• Stel in op “BEHIND” als uw achterluidsprekers
helemaal achteraan staan, in het gebied B.
Deze instelling is alleen van invloed op de klankbeelden
in het VIRTUAL genre.
z *1~*3 komen overeen met de volgende Dolby Pro Logic
standen voor de middenkanaal-aanpassing
*1 NORMAL
*2 PHANTOM
*3 3 STEREO
90°
A
A
45°
B
B
20°
* Deze parameters zijn niet beschikbaar als er eerder voor
de achterluidsprekers (REAR) “NO” is gekozen.
17NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
x Formaat van de middenluidspreker ( C )
Oorspronkelijke instelling: LARGE (STR-DE545/DE445)
SMALL (STR-SE501)
• Is er een grote middenluidspreker aangesloten die alle
lage tonen zonder problemen kan weergeven, dan kiest u
de stand “LARGE”. Gewoonlijk zal de stand “LARGE”
het best voldoen. Als de voorluidsprekers echter zijn
ingesteld op “SMALL”, kunt u de middenluidspreker
niet instellen op “LARGE”.
• Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave
van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te
weinig basweergave, dan kiest u de stand “SMALL” om
de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste
frequenties van het middenkanaal worden overgeheveld
naar de voorluidsprekers (als die op “LARGE” zijn
ingesteld) of naar de aparte lagetonen-luidspreker.*1
• Sluit u geen middenluidspreker aan, kies dan de stand
“NO”. Al het geluid van het middenkanaal wordt dan
weergegeven door de voorluidsprekers.*2
Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
x Hoogte van de achterluidsprekers (REAR HGT.)*
Oorspronkelijke instelling: LOW
Met deze parameter kiest u de hoogte van uw
achterluidsprekers, voor een juiste werking van de Digital
Cinema Sound klankbeelden in het VIRTUAL genre.
Zie de onderstaande afbeelding.
• Stel in op “LOW” als uw achterluidsprekers op de grond
staan of vrij laag zijn opgehangen, in het gebied A.
• Stel in op “HIGH” als uw achterluidsprekers relatief
hoog aan de wand hangen, in het gebied B.
Deze instelling is alleen van invloed op de klankbeelden
in het VIRTUAL genre.
B
A
B
60
A
30
* Deze parameters zijn niet beschikbaar als er eerder voor
de achterluidsprekers (REAR) “NO” is gekozen.
z Betreffende de opstelling van de achterluidsprekers (SIDE,
en BEHIND)
Deze instelling is speciaal bestemd voor de Digital Cinema Sound
klankbeelden in het VIRTUAL genre. Bij deze klankbeelden is de
luidspreker-opstelling niet zo’n overheersende factor als bij de
andere akoestiekfuncties. Al de VIRTUAL klankbeelden zijn
gebaseerd op de veronderstelling dat de achterluidsprekers geheel
achter de luisterplaats zouden staan of hangen, maar het
klankbeeld blijft grotendeels zoals bedoeld, ook wanneer de
achterluidsprekers nogal opzij en ver uiteen staan. Als de
achterluidsprekers echter pal naast de luisteraar hangen en recht
op oorhoogte gericht zijn, zullen de VIRTUAL klankbeelden alleen
klinken zoals bedoeld wanneer u voor de opstelling van de
achterluidsprekers de stand “SIDE” hebt gekozen. Ook dat geldt
echter niet in alle gevallen, aangezien de akoestiek van elke
luisterruimte wordt bepaald door een heel stel variabelen, zodat u
misschien wel betere resultaten bereikt met de “BEHIND”
opstelling als de luidsprekers hoog boven uw luisterplaats hangen,
ook al is dat pal ter weerszijden ervan.
Daarom kunt u wellicht het best een favoriete geluidsbron met
meerkanaals Surround Sound afspelen en dan goed luisteren welk
effect elke instelling op de uiteindelijke klank heeft, ook al kan dit
wel eens leiden tot een andere instelling dan hierboven
aangegeven onder “Opstelling van de achterluidsprekers (REAR
PL.)”. Kies de stand die een fraai open, ruimtelijk gevoel oplevert,
met een zo hecht mogelijke samenhang tussen het geluid van de
voorluidsprekers en dat van de achterluidsprekers.
Als u geen duidelijke voorkeur kunt uitspreken tussen de
verschillende instellingen, kies dan de stand “BEHIND” en
gebruik dan de luidsprekerafstand-parameter en de
geluidssterkte-instellingen om de weergave optimaal af te regelen.
18NL
x Aanwezigheid van een lagetonen-luidspreker
(SUB WOOFER)
Oorspronkelijke instelling: YES
• Als u een lagetonen-luidspreker hebt aangesloten, stelt
u hierbij in op “YES”.
• Gebruikt u geen aparte lagetonen-luidspreker, dan stelt
u in op “NO”. Hiermee schakelt u de
basverdelingscircuits in, zodat de LFE laagfrequente
signalen worden overgenomen door de andere
luidsprekers.
• Om volledig profijt te trekken van de Dolby Digital
(AC-3) basverdelingscircuits willen wij u aanbevelen
om de bovengrensfrequentie voor de lagetonenluidspreker zo hoog mogelijk in te stellen.
x Afstand van de voorluidsprekers (FRONT)
Oorspronkelijke instelling: 5,0 meter
Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de linker of
rechter voorluidspreker (afstand A op blz. 16).
• De afstand van de voorluidsprekers is instelbaar in
stapjes van 0,1 meter, van minimaal 1,0 meter tot
maximaal 12,0 meter van uw luisterplaats.
• Als de beide voorluidsprekers niet precies even ver van
uw luisterplaats staan, kiest u hier de afstand van de
dichtstbijzijnde luidspreker.
x Afstand van de middenluidspreker (CENTER)
Oorspronkelijke instelling: 5,0 meter
Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de
middenluidspreker.
• De afstand van de middenluidspreker is instelbaar in
stapjes van 0,1 meter, van (maximaal) dezelfde afstand
als de voorluidsprekers (afstand A op blz. 16) tot
1,5 meter dichter bij uw luisterplaats (afstand B op blz.
16).
• Plaats de middenluidspreker niet op grotere afstand
van uw luisterplaats dan de voorluidsprekers.
x Afstand van de achterluidsprekers (REAR)
Oorspronkelijke instelling: 3,5 meter
Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de linker of
rechter achterluidspreker.
• De afstand van de achterluidsprekers is instelbaar in
stapjes van 0,1 meter, van (maximaal) dezelfde afstand
als de voorluidsprekers (afstand A op blz. 16) tot
4,5 meter dichter bij uw luisterplaats (afstand C op blz.
16).
• Plaats de achterluidsprekers niet op grotere afstand van
uw luisterplaats dan de voorluidsprekers.
• Als de beide achterluidsprekers niet precies even ver
van uw luisterplaats verwijderd zijn, kiest u hier de
afstand van de dichtstbijzijnde luidspreker.
z Betreffende de afstand van de luidsprekers
Bijregelen van de geluidssterkte van de
luidsprekers
Stel alle luidsprekers op een evenredige geluidssterkte in
vanaf uw luisterplaats, met de afstandsbediening.
Opmerking
Dit apparaat is voorzien van een nieuwe testtoon in de
frequentieband rond 800 Hz, om het instellen van de luidsprekers
te vergemakkelijken.
1
Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker in te
schakelen.
2
Druk op de TEST TONE toets van de bijgeleverde
afstandsbediening.
Nu zult u een testtoon horen die achtereenvolgens
door elk van de luidsprekers wordt weergegeven.
3
Stel de geluidssterkte zo in dat de testtoon op uw
luisterplaats voor uw gehoor via alle luidsprekers
even luid doorkomt.
• Voor het bijregelen van de balans van de linker en
rechter voorluidsprekers gebruikt u de voorbalansparameter (FRONT BALANCE) in het LEVEL menu
(zie blz. 35).
• Voor het bijregelen van de balans van de linker en
rechter achterluidsprekers gebruikt u de
achterbalans-parameter (REAR BALANCE) in het
LEVEL menu (zie blz. 35).
• Om de geluidssterkte van de middenluidspreker in
te stellen, drukt u op MENU </> om de parameter
“center” te kiezen.
Gebruik +/– op de afstandsbediening om de
geluidssterkte te regelen.
• Om de geluidssterkte van de achterluidspreker in te
stellen, drukt u op MENU </> om de parameter
“rear” te kiezen.
Gebruik +/– op de afstandsbediening om de
geluidssterkte te regelen.
4
Druk weer op de TEST TONE toets van de
afstandsbediening om de testtoon uit te schakelen.
Opmerking
Er kan geen testtoon worden weergegeven wanneer de tuner/
versterker staat ingesteld op 5.1CH INPUT meerkanaalsweergave.
z U kunt ook alle luidsprekers tegelijk harder of zachter
zetten:
Draai aan de MASTER VOLUME knop van de tuner/versterker
of druk op de MASTER VOL +/– toetsen van de
afstandsbediening.
19NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
U kunt de weergave van dit apparaat aanpassen aan de plaats
van de aangesloten luidsprekers, door de luidsprekerafstand in te
stellen. Het is echter niet mogelijk de middenluidspreker verder
af te zetten dan de linker en rechter voorluidsprekers. Bovendien
kunt u de middenluidspreker niet meer dan 1,5 meter dichter bij
uw luisterplaats zetten dan de voorluidsprekers.
Evenmin kunt u de achterluidsprekers verder van uw
luisterplaats zetten dan de voorluidsprekers. En ook weer niet
meer dan 4,5 meter dichterbij.
Deze beperkingen gelden omdat een onevenwichtige opstelling
van de luidsprekers niet geschikt is voor de weergave van
akoestiekeffecten.
Wanneer u de luidsprekerafstand dichterbij kiest dan de feitelijke
afstand, zal het geluid via die luidspreker(s) met een grotere
vertraging worden weergegeven. Met andere wooden, de
luidsprekers klinken dan verder weg.
Als u bijvoorbeeld de afstand van de middenluidspreker 1 tot 2
meter dichterbij instelt dan de feitelijke afstand, zal dit een vrij
natuurgetrouw effect geven, alsof u zich “in” de actie op het
beeldscherm bevindt. En als u geen goed akoestiekeffect verkrijgt
omdat de achterluidsprekers te dichtbij staan, kunt u door het
verminderen van de luidsprekerafstand (dichterbij kiezen dan de
werkelijke afstand) een dieper ruimtelijk effect creëren. (1 voet
komt overeen met 1 milliseconde vertragingstijd.)
Door deze parameter bij te regelen terwijl u aandachtig naar een
geluidsbron luistert, kunt u vaak een aanzienlijke verbetering in
akoestiek bewerkstelligen. Probeer het maar eens!
Opstelling voor meerkanaals Surround
akoestiek
Opmerkingen
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
• Tijdens het bijregelen toont het uitleesvenster de balans van de
voorluidsprekers, de achterluidsprekers, de geluidssterkte van
de middenluidspreker en die van de achterluidsprekers.
• Alhoewel u deze instellingen via het LEVEL menu ook kunt
maken met de toetsen op het voorpaneel (bij weergave van de
testtoon schakelt de tuner/versterker automatisch over naar
het LEVEL menu), is het aanbevolen de hierboven beschreven
werkwijze te volgen en het instellen van de diverse
luidsprekers te verrichten vanaf uw luisterplaats met de
afstandsbediening.
z Bijregelen van de geluidssterkte voor elke luidspreker
afzonderlijk
Laten we eens aannemen dat u de geluidssterkte van alle
luidsprekers via de testtoon gelijkmatig hebt ingesteld. Daarmee
is dan voldaan aan een van de hoofdvoorwaarden voor een
uitstekende akoestiekweergave, maar er kan toch nog wel eens
een extra aanpassing nodig blijken wanneer u luistert naar de
weergave van een stuk muziek of een film. Dit komt omdat veel
beeld- en geluidsmateriaal wordt geleverd met een
middenkanaal en achterkanalen die iets zachter zijn opgenomen
dan de beide voorkanalen.
Bij het afspelen van een dergelijke geluidsbron met meerkanaals
Surround Sound zult u merken dat het verhogen van de
geluidssterkte van het middenkanaal en de achterluidsprekers
vaak een betere samenhang geeft tussen de voorluidsprekers en
de middenluidspreker en een natuurlijker balans van het
klankbeeld voor en achter.
Ongeveer 1 dB luider zetten van de middenluidspreker en
ongeveer 1 - 2 dB extra voor de achterluidsprekers geeft vaak het
beste resultaat.
Anders gezegd, voor een beter geïntegreerd klankbeeld met een
natuurlijk klinkende dialoog is het aanbevolen de nodige
aanpassingen te maken tijdens het luisteren naar uw favoriete
muziek of speelfilms. Een geringe aanpassing van slechts 1 dB
kan vaak een enorm verschil maken in de klank van uw
thuistheater.
Alvorens uw tuner/versterker
in gebruik te nemen
Voor inschakelen van de tuner/versterker
Zorg eerst dat:
• Er is ingesteld op het juiste paar voorluidsprekers (zie
onder “7 Luidspreker-keuzeschakelaar (SPEAKERS)”
op blz. 23). (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
Controleren van de aansluitingen
Na het aansluiten van al uw audio/video-apparatuur op
de tuner/versterker volgt u de onderstaande
aanwijzingen om te controleren of alle aansluitingen in
orde zijn.
Weergavebronkeuzetoetsen
1/u
MASTER VOLUME
MULTI CHANNEL DECODING
?/1
DIMMER
PRESET/
– PTY SELECT +
SHIFT
– TUNING +
MEMORY
DISPLAY
BASS BOOST
TONE
FM/AM
MASTER VOLUME
INPUT MODE
SPEAKERS
R ON r OFF
A
B
VIDEO
DVD/LD
TV/SAT 5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
A
MD/TAPE
PHONES
CD
FM MODE
TUNER
AUX
B
LEVEL
C
SOUND FIELD
A. F. D.
2CH
SUR
I
i
–
+
RDS EON RDS PTY
SET UP
MUTING
BASS
BOOST
TONE
NAME
MODE
BASS/
TREBLE
ENTER
1
Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker in te
schakelen.
2
Druk op een van de weergavebron-keuzetoetsen
om in te stellen op een component (beeld/
geluidsbron) die u hebt aangesloten (bijvoorbeeld
de CD-speler of het cassettedeck).
3
Schakel het betreffende apparaat in en start de
weergave van de geluidsbron.
4
Draai aan de MASTER VOLUME regelaar om de
geluidssterkte naar wens in te stellen.
Als u na de bovenstaande handelingen geen normale
geluidsweergave verkrijgt, zoek de oorzaak dan op aan de
hand van de hierna volgende controlelijst en neem de
vereiste maatregelen om het probleem te verhelpen.
20NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Er klinkt geen geluid, ongeacht welke
geluidsbron wordt gekozen.
, Controleer of de tuner/versterker en de
aangesloten apparatuur naar behoren zijn
ingeschakeld.
, Controleer met MASTER VOLUME of het volume
in het uitleesvenster niet op VOL MIN staat.
, Controleer of de SPEAKERS luidsprekerkeuzeschakelaar niet in de OFF stand staat of in de
stand voor een luidsprekerpaar dat niet op de
tuner/versterker is aangesloten (zie onder “7
Luidspreker-keuzeschakelaar (SPEAKERS)” op
blz. 23). (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
, Controleer of alle luidsprekersnoeren naar behoren
zijn aangesloten.
, Druk op de MUTING toets om het indicatorlampje
te doven.
Een bepaalde geluidsbron is niet te horen.
, Controleer of de component correct is aangesloten
op de audio-ingangen voor die component.
, Controleer of de stekkers van het aansluitsnoer aan
beide zijden, op de tuner/versterker en het
weergave-apparaat zelf, stevig in de stekkerbussen
zijn gestoken.
Eén van de voorluidsprekers geeft geen geluid.
, Sluit een hoofdtelefoon aan op de PHONES
stekkerbus en zet de SPEAKERS schakelaar in de
OFF stand om te controleren of de hoofdtelefoon
wel goed geluid geeft (zie onder “7 Luidsprekerkeuzeschakelaar (SPEAKERS)” en “Hoofdtelefoonaansluiting (PHONES)” op blz. 23).
Als ook bij de aangesloten hoofdtelefoon slechts
via één kanaal geluid te horen is, kan er iets mis
zijn met de aansluitingen van het weergaveapparaat op de tuner/versterker. Controleer dan of
de stekkers van het aansluitsnoer aan beide
einden, op de tuner/versterker en de geluidsbron
zelf, stevig in de stekkerbussen zijn gestoken.
Als de hoofdtelefoon wel via beide kanalen geluid
geeft, kan er iets mis zijn met de aansluiting van de
niet werkende voorluidspreker op de tuner/
versterker. Controleer dan de aansluitingen van de
voorluidspreker die geen geluid geeft.
Doet zich een probleem voor dat hierboven niet vermeld
staat, zie dan het hoofdstuk “Verhelpen van storingen” op
blz. 48.
21NL
Bedieningsorganen en
basisbediening
van de tuner/
versterker
In dit hoofdstuk wordt de plaats en
functie van de toetsen en regelaars op
het voorpaneel beschreven, met een
uitleg van de voornaamste
bedieningshandelingen van de tuner/
versterker.
Bedieningsorganen op het
voorpaneel
1 ?/1 aan/uit-schakelaar
Druk hierop om de tuner/versterker in te schakelen.
2 Weergavebron-keuzetoetsen
Druk op een van deze toetsen om in te stellen op het
apparaat dat u wilt gebruiken.
Voor keuze van de
Drukt u op
Videorecorder
VIDEO
TV of satelliet-tuner
TV/SAT
DVD of LD speler
DVD/LD
Minidisc-recorder of
cassettedeck
MD/TAPE
Compact disc speler
CD
Ingebouwde tuner
TUNER
Audiocomponent
AUX
Na het kiezen van het weergave-apparaat schakelt u dat
apparaat in en start u de weergave van de geluidsbron.
• Na het kiezen van een videorecorder, DVD videospeler of
laserdisc-speler schakelt u ook het TV-toestel in en stelt u
dit in op weergave van de gekozen component/beeldbron.
22NL
1
3
2 4
MULTI CHANNEL DECODING
?/1
DIMMER
PRESET/
– PTY SELECT +
SHIFT
– TUNING +
MEMORY
DISPLAY
BASS BOOST
TONE
FM/AM
INPUT MODE
SPEAKERS
R ON r OFF
A
B
VIDEO
DVD/LD
TV/SAT 5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
A
PHONES
CD
TUNER
AUX
B
2CH
i
+
SUR
BASS
BOOST
TONE
MODE
ENTER
5
7
3 Ingangssignaal-keuzetoets (INPUT MODE)
Druk hierop om het gewenste audiosignaal te kiezen
voor uw digitale apparatuur (DVD/LD en TV/SAT).
Bij elke druk op de toets wordt omgeschakeld tussen
de ingangssignalen van de ingestelde component.
Kies de stand
Om
AUTO
Voorrang te geven aan de digitale
signalen wanneer er zowel digitale
als analoge signalen beschikbaar zijn.
Als er geen digitale signalen zijn,
worden de analoge signalen gekozen.
In te stellen op de digitale
audiosignalen die via de DIGITAL
OPTICAL ingangsaansluiting
binnenkomen.
DIGITAL (COAXIAL) In te stellen op de digitale
audiosignalen die via de DIGITAL
COAXIAL ingangsaansluiting
binnenkomen. (alleen op de DVD/
LD)
ANALOG
MUTING
NAME
BASS/
TREBLE
DIGITAL (OPTICAL)
RDS EON RDS PTY
SET UP
C
SOUND FIELD
A. F. D.
I
–
LEVEL
In te stellen op de analoge
audiosignalen die via de AUDIO IN
(L en R) aansluitingen binnenkomen.
4 Meerkanaals-ingangskeuzetoets (5.1CH INPUT)
Druk hierop om het geluid van de apparatuur
aangesloten op de 5.1CH INPUT aansluitingen te
horen, samen met de beeldweergave van de gekozen
videocomponent.
• Wanneer de 5.1CH INPUT geluidsbron is gekozen, zullen
de toonregeling, basversterking en klankbeeld-effecten niet
werken.
• Om over te schakelen op een andere videobron wanneer er
is gekozen voor 5.1CH INPUT meerkanaals-weergave,
drukt u op de SET UP toets (ws) en dan enkele malen op de
cursortoetsen (w;) om in te stellen op “5.1 V. IN” (zie voor
nadere bijzonderheden blz. 47).
6
5 Totaalvolumeregelaar (MASTER VOLUME)
Na instellen op de gewenste geluidsbron draait u aan
deze knop om de geluidssterkte naar wens in te stellen.
6 Geluiddempingstoets (MUTING)
Druk hierop om de geluidsweergave te dempen. Het
indicatorlampje licht op wanneer het geluid gedempt
is.
7 Luidspreker-keuzeschakelaar (SPEAKERS) (alleen op
de STR-DE545 en STR-SE501)
Indrukken volgens de voorluidsprekers die u wilt
aansturen.
Drukt u op
Voor weergave via
A
De luidsprekers aangesloten op de
FRONT SPEAKERS A stekkerbussen
B
De luidsprekers aangesloten op de
FRONT SPEAKERS B stekkerbussen
A+B*
De luidsprekers aangesloten op de
FRONT SPEAKERS A zowel als B
stekkerbussen (parallelle aansluiting)
* Sluit alleen voorluidsprekers aan met een nominale impedantie
van 8 ohm of meer als u twee stel voorluidsprekers (A + B)
tegelijk wilt gebruiken.
Alleen op de STR-DE445
Zet de SPEAKERS op ON.
Hoofdtelefoon-aansluiting (PHONES)
Hierop kunt u een hoofdtelefoon aansluiten.
• Om een hoofdtelefoon te gebruiken, zet u de SPEAKERS
toets op OFF om het geluid via de hoofdtelefoon te kunnen
beluisteren.
• Wanneer u via een hoofdtelefoon luistert, zet het
klankbeeld dan op 2CH om de juiste geluidsweergave te
krijgen.
23NL
Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/versterker
MD/TAPE
FM MODE
MASTER VOLUME
Bedieningsorganen op het voorpaneel
9 8
qs
qa
w;
qh qg
MULTI CHANNEL DECODING
?/1
DIMMER
PRESET/
– PTY SELECT +
SHIFT
– TUNING +
MEMORY
DISPLAY
BASS BOOST
TONE
FM/AM
INPUT MODE
SPEAKERS
R ON r OFF
A
B
VIDEO
DVD/LD
TV/SAT 5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
A
Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/versterker
MD/TAPE
CD
TUNER
AUX
PHONES
B
LEVEL
C
SOUND FIELD
A. F. D.
2CH
SUR
q;
8 Aanduidingskeuzetoets (DISPLAY)
Druk meermalen op deze toets om de aanduidingen
in het uitleesvenster als volgt om te schakelen:
v
Zelf ingevoerde naam van de beeld/geluidsbron
v
Stand van de FUNCTION knop
v
Klankbeeld dat vast is gekozen voor
dit weergave-apparaat
Bij keuze van de tuner voor radio-ontvangst
v
Ingevoerde naam van de voorkeurzender* of vaste
zendernaam**
v
Afstemfrequentie
v
Programmatype-aanduiding**
v
Radiotekst**
v
Juiste tijd
v
Klankbeeld dat vast is gekozen voor deze
afstemband of voorkeurzender
I
i
–
+
RDS EON RDS PTY
SET UP
MUTING
BASS
BOOST
TONE
NAME
MODE
BASS/
TREBLE
24NL
FM MODE
MASTER VOLUME
ENTER
qjqkql wa wf wd ws
qd qf
* De gekozen “index” naam verschijnt alleen als u zelf een naam
voor deze beeld/geluidsbron of voorkeurzender hebt ingevoerd (zie
blz. 45). De gekozen naam verschijnt niet als er alleen spaties zijn
ingevoerd of als de naam gelijk is aan die van de functietoets.
** Deze aanduidingen verschijnen alleen tijdens RDS ontvangst
(zie blz. 41).
9 Uitleesvenster-verlichtingstoets (DIMMER)
Druk enkele malen op deze toets om de helderheid
van het uitleesvenster naar wens in te stellen.
q; Gebruik de klankbeeldtoetsen (SOUND FIELD) voor
weergave met een akoestiekeffect. Zie voor nadere
bijzonderheden het hoofdstuk “Genieten van
Surround Sound akoestiek” vanaf blz. 27.
Decodeertoets/indicator (A.F.D.)
Druk deze toets in om de tuner/versterker
automatisch te laten waarnemen wat voor
geluidssignaal er binnenkomt en de vereiste
decodering toe te passen (indien nodig).
Stereo-weergavetoets/indicator (2CH)
Druk hierop om alleen geluid te horen via de linker en
rechter voorluidsprekers.
Klankbeeld-keuzetoets/indicator (MODE)
Druk hierop om het gewenste klankbeeld te gaan
kiezen (zie blz. 28).
qa Meerkanaals-decodeerlampje (MULTI CHANNEL
DECODING)
Dit indicatorlampje licht op wanneer het apparaat
signalen in een meerkanaals-formaat aan het
decoderen is.
qs Gebruik de CINEMA STUDIO toetsen om te genieten
van CINEMA STUDIO geluidseffecten.
A/B/C toetsen
Indrukken om de klankbeelden CINEMA STUDIO A,
B of C in te stellen (blz 29).
Afstemtoetsen (TUNING +/–)
Voor het afstemmen via het doorzoeken van alle
beschikbare radiozenders.
Afstemband-keuzetoets (FM/AM)
Hiermee kiest u de FM of AM afstemband.
FM stereo/mono-keuzetoets (FM MODE)
Als de aanduiding “STEREO” in het uitleesvenster
knippert en de FM stereo uitzending niet erg goed
klinkt, drukt u op deze toets. Dan zal er geen stereoeffect meer zijn, maar de ontvangst zal beter klinken.
qf Toonregelingstoets (TONE)
Indrukken om de toonregeling aan of uit te zetten.
Hete TONE indicatorlampje licht op wanneer de
toonregeling wordt aangezet. Als u de toon regelt met
de BASS/TREBLE parameters (blz 35), worden de
instellingen automatisch opgeslagen en kunnen ze
worden gereproduceerd telkens wanneer u de
toonregeling aanzet.
Informatie-paraattoets (RDS EON)
Druk hierop om automatisch over te schakelen op een
informatiezender wanneer die begint met uitzenden
van verkeersinformatie, nieuws e.d. De RDS EON
toets werkt niet tijdens AM ontvangst.
z Voor de zuiverste weergave van een analoge geluidsbron
zonder digitale bijregeling
Verricht de onderstaande stappen om de basversterking, de
akoestiekeffecten en alle toonregeling uit te schakelen.
1 Druk op de 2CH toets.
2 Druk op de BASS BOOST toets zodat het BASS BOOST
lampje dooft.
3 Druk op de TONE toets zodat het TONE lampje dooft.
Het resultaat is een weergave zonder bijregeling, om de klank
van de geluidsbron zo zuiver mogelijk te horen.
qg De volgende toetsen zijn voor de bediening van de
ingebouwde tuner. Zie voor nadere bijzonderheden
het hoofdstuk “Radio-ontvangst” vanaf blz. 37.
Geheugengroep-keuzetoets (SHIFT)
Hiermee kiest u een groep voorkeurzenders in het
afstemgeheugen.
Geheugentoets (MEMORY)
Druk hierop om een radiozender in het geheugen vast
te leggen als voorkeurzender.
qh De volgende toetsen zijn voor de bediening van de
ingebouwde tuner. Zie voor nadere bijzonderheden
het hoofdstuk “Radio-ontvangst” vanaf blz. 37.
Programmatype-keuzetoets (RDS PTY)
Druk hierop om radiozenders op te zoeken aan de
hand van het programmatype dat ze uitzenden. Deze
RDS PTY toets werkt niet tijdens AM ontvangst.
qj Luidsprekermenu-keuzetoets (LEVEL)
Druk hierop voor keuze van de luidsprekerniveauparameters (zie blz. 34). De indicator van de toets licht
op en dan kunt u de verschillende luidsprekerniveauparameters (voorbalans, achterbalans e.d.) instellen.
Bij nogmaals drukken dooft het indicatorlampje.
qk Akoestiekmenu-keuzetoets (SUR)
Druk hierop voor keuze van de akoestiekparameters
(zie blz. 33). De indicator van de toets licht op en dan
kunt u de verschillende akoestiekparameters
(effectniveau, wandbekleding e.d.) gaan instellen.
Bij nogmaals drukken dooft het indicatorlampje.
ql Lage/hoge tonen-toets (BASS/TREBLE)
Druk hierop om de toon te regelen (blz 35).
w; Cursortoetsen ( / )
Druk hierop om diverse parameters voor
luidsprekerniveau, akoestiek en hoge/lage tonen (enz)
te kiezen.
Voorkeurzender/programmatype-toestsen
PRESET/PTY SELECT +/–
Druk hierop om alle te ontvangen radiozenders te
doorzoeken. Met deze toets kiest u tevens de
programmatypen bij gebruik van de PTY afstemming.
25NL
Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/versterker
qd Basversterkingstoets (BASS BOOST)
Druk hierop om de lagetonenweergave via de
voorluidsprekers extra te versterken. De BASS BOOST
indicator licht op wanneer de basversterking is
ingeschakeld.
Bedieningsorganen op het voorpaneel
wa Instelknop
Druk hierop om de gekozen parameters voor
luidsprekerniveau, akoestiek en hoge/lage tonen (enz)
te regelen.
Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/versterker
ws Insteltoets (SET UP)
Druk hierop om de voorbereidingsstand in te
schakelen en druk dan op de cursortoetsen (w;) om in
te stellen op een van de onderstaande
voorbereidingsfuncties te kiezen. Vervolgens maakt u
de gewenste instellingen met de instelknop (wa).
Door keuze van de
Kunt u
Luidsprekertype
Luidsprekertype opgeven.
(pagina 16)
Luidsprekerinstellingen
Het luidsprekerformaat kiezen voor
de voor-, midden- en
achterluidsprekers, de plaats van de
achterluidsprekers instellen en de
aan- of afwezigheid van een aparte
lagetonen-luidspreker (zie blz. 16).
Luidspreker-afstanden De afstand van de voor-, midden- en
achterluidsprekers kiezen (zie blz.
18).
5.1CH videobron
Kiezen welke videobron u wilt
weergeven samen met het geluid dat
binnenkomt via de 5.1CH INPUT
aansluitingen (zie blz. 47).
wd Naamgevingstoets (NAME)
Druk hierop om de naamgevingsfunctie in te
schakelen en namen in te voeren voor de
voorkeurzenders en andere weergavebronnen (zie blz.
45).
wf Invoertoets (ENTER)
Druk hierop om de gekozen lettertekens vast te leggen
bij naamgeving van de voorkeurzenders en andere
weergavebronnen.
26NL
Genieten van
Surround
Sound
akoestiek
A.F.D. decodering
Dit “Auto Format Decoding” klankbeeld presenteert het
geluid precies zo als het is gecodeerd, zonder enige
bijregeling, nagalm e.d.
Voor een optimaal gebruik van de Surround
akoestiekfuncties zult u het aantal en de opstelling van
uw luidsprekers in de tuner/versterker moeten
vastleggen. Zie het hoofdstuk “Opstelling voor
meerkanaals Surround akoestiek” vanaf blz. 16 voor de
nodige instellingen van de luidspreker-parameters om ten
volle te kunnen genieten van de Surround Sound
akoestiek.
27NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Dit hoofdstuk geeft aan hoe u de
tuner/versterker kunt instellen voor
geluidsweergave met
akoestiekeffecten en vaste
klankbeelden. Hiermee kunt u
genieten van meerkanaals Surround
Sound bij het afspelen van Dolby
Digital of DTS of videomateriaal.
U kunt genieten van een fraaie ruimtelijke
geluidsweergave door eenvoudigweg een van de
voorgeprogrammeerde “klankbeelden” te kiezen die de
tuner/versterker biedt. Zo kunt u uw luisterkamer laten
klinken als een bioscoopzaal of een concertzaal. U kunt de
klankbeelden ook naar eigen inzicht aanpassen door de
diverse akoestiekparameters bij te stellen.
Deze tuner/versterker beschikt over een aantal
verschillende klankbeeldfuncties.
De “cinema” klankbeelden zijn bedoeld voor de weergave
van video- of filmgeluid (van DVD discs of laserdiscs)
met meerkanaals-geluidssporen of Dolby Pro Logic
geluid. Naast het decoderen van de diverse kanalen,
bieden enkele van deze klankbeelden ook
akoestiekeffecten zoals u die in de bioscoop kunt horen.
De “virtuele” klankbeelden bieden enkele
indrukwekkende toepassingen van de Sony Digital
Cinema Sound technologie voor digitale
signaalverwerking. Deze kunnen het geluid weg
verplaatsen van de feitelijke luidspreker-opstelling om de
aanwezigheid van een aantal “virtuele” luidsprekers te
simuleren.
De klankbeelden voor muziek (enz.) zijn bedoeld voor
weergave van gewone muziekbronnen en TVuitzendingen. Hierbij wordt er aan het signaal van de
geluidsbron een nagalm toegevoegd om het ruimtelijk
effect van een concertzaal of een stadion (enz.) te
simuleren. Gebruik deze klankbeelden voor de weergave
van gewone stereo geluidsbronnen zoals muziek-CD’s of
stereo radio-uitzendingen van muziek of
sportevenementen e.d.
Zie voor nadere bijzonderheden over de diverse
klankbeelden de beschrijving op blz. 29 t/m 30.
Keuze van een klankbeeld
Cursortoetsen
Klankbeeldtoetsen
LEVEL
(SOUND FIELD)
TONE
MULTI CHANNEL DECODING
?/1
DIMMER
PRESET/
– PTY SELECT +
SHIFT
– TUNING +
MEMORY
DISPLAY
BASS BOOST
TONE
FM/AM
MASTER VOLUME
INPUT MODE
SPEAKERS
R ON r OFF
A
B
VIDEO
DVD/LD
TV/SAT 5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
A
MD/TAPE
PHONES
CD
FM MODE
TUNER
AUX
B
SOUND FIELD
A. F. D.
2CH
I
i
–
+
LEVEL
C
SUR
SUR
RDS EON RDS PTY
SET UP
MUTING
BASS
BOOST
TONE
NAME
MODE
BASS/
TREBLE
1
Druk op de MODE toets.
Het laatst gekozen klankbeeld wordt in het
uitleesvenster aangegeven.
2
Draai aan de instelknop of druk op een cursortoets
( of ) om het gewenste klankbeeld te kiezen.
Zie het overzicht op blz. 29 en verder voor nadere
informatie over de beschikbare klankbeelden.
ENTER
Instelknop
BASS/TREBLE
Kort overzicht van de toetsen die u
gebruikt voor de klankbeeld-akoestiek
Genieten van Surround Sound akoestiek
Luidsprekermenu-keuzetoets (LEVEL): Druk hierop om
de niveauparameters te personaliseren.
Akoestiekmenu-keuzetoets (SUR): Druk hierop om de
akoestiek-parameters in het huidige klankbeeld naar
wens aan te passen.
Lage/hoge tonen-toets (BASS/TREBLE): Druk hierop
om de toon te regelen.
Cursortoetsen ( / ): Druk hierop om de gewenste
parameters te kiezen na indrukken van de LEVEL, SUR,
BASS/TREBLE of SET UP toets.
Instelknop: Draai hieraan om de gekozen parameter in te
stellen of het gewenste klankbeeld te kiezen (enz.).
Klankbeeldtoetsen (SOUND FIELD)
Decodeertoets (A.F.D.): Druk deze toets in om de
tuner/versterker automatisch te laten waarnemen
wat voor geluidssignaal er binnenkomt en de
vereiste decodering toe te passen (indien nodig).
Klankbeeld-keuzetoets (MODE): Druk hierop om
de klankbeeld-keuzestand in te schakelen.
Stereo-weergavetoets (2CH): Druk hierop om
alleen geluid te horen via de linker en rechter
voorluidsprekers.
Toonregelingstoets (TONE): Voor in- en uitschakelen
van de toonregeling.
28NL
U kunt genieten van een fraaie ruimtelijke
geluidsweergave door eenvoudigweg uit de
voorgeprogrammeerde klankbeelden datgene te kiezen
dat het best past bij de geluidsbron die u wilt horen.
Uitschakelen van het klankbeeld
Druk op de A.F.D. decodeertoets of de 2CH stereoweergavetoets (zie blz. 24).
z De tuner/versterker onthoudt het laatst gekozen klankbeeld
van iedere weergavebron (Sound Field Link)
Wanneer u een bepaalde weergavebron kiest, wordt automatisch
het klankbeeld ingesteld dat het laatst bij deze bron werd
gebruikt. Als u bijvoorbeeld naar een compact disc luistert met
HALL ingesteld als klankbeeld, vervolgens naar een andere
weergavebron overschakelt en dan weer terug naar de compact
disc, zal weer automatisch het HALL klankbeeld worden
ingesteld. Bij de tuner worden er afzonderlijke klankbeelden
onthouden voor AM, FM en alle voorkeurzenders.
z Aan de verpakking kunt u zien of de video e.d. is opgenomen
met Dolby Surround geluid.
Alle officiële Dolby Digital discs zijn voorzien van het
beeldmerk en Dolby Surround discs zijn voorzien van het
A beeldmerk.
Informatie over klankbeelden
Effect op de geluidsweergave
Opmerkingen
NORM. SUR
(NORMAL SURROUND)
Geluidsmateriaal met meerkanaals akoestieksignalen
wordt weergegeven zoals het is opgenomen.
Standaard tweekanaals geluid wordt gedecodeerd
volgens het Dolby Pro Logic systeem om er een
akoestiekeffect aan toe te voegen.
C. STUDIO A
(CINEMA STUDIO A)
Geeft de herkenbare akoestiek van de Sony Pictures
Entertainment “Cary Grant Theater” filmstudio.
Een fraaie standaard akoestiek, geschikt
voor alle soorten speelfilms.
C. STUDIO B
(CINEMA STUDIO B)
Geeft de herkenbare akoestiek van de Sony Pictures
Entertainment “Kim Novak Theater” filmstudio.
Ideaal voor science-fiction of actiefilms met
veel speciale geluidseffecten.
C. STUDIO C
(CINEMA STUDIO C)
Geeft de herkenbare akoestiek van de Sony Pictures
Entertainment filmorkest-opnamestudio.
Ideaal voor musicals en klassieke films met
veel achtergrondmuziek.
V. MULTI*
(VIRTUAL MULTI
DIMENSION)
(Virtuele luidsprekers overal
rondom)
Creëert met 3D geluidsverwerking een heel stel
“virtuele achterluidsprekers” boven normale
luisterhoogte, op basis van slechts twee werkelijke
achterluidsprekers. Dit klankbeeld omvat vier paar
virtuele luidsprekers rondom en in een hoek van
ongeveer 30° boven de luisteraar.
L
SIDE**
C
R
LS
RS
LS
RS
LS
L
BEHIND**
RS
C
R
LS
RS
LS
RS
LS
V. SEMI-M*
(VIRTUAL SEMI-MULTI
DIMENSION)
(Virtuele luidsprekers overal
gesimuleerd)
Creëert met 3D geluidsverwerking een aantal virtuele
achterluidsprekers uit het geluid van de voorkanalen,
zonder werkelijke achterluidsprekers te gebruiken. Dit
klankbeeld omvat vijf paar virtuele luidsprekers
rondom en in een hoek van ongeveer 30° boven de
luisteraar.
L
RS
C
** Zie blz. 17
R
LS
RS
LS
RS
LS
RS
* “VIRTUAL” klankbeeld: Klankbeeld met gesimuleerde extra luidsprekers.
29NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Naam klankbeeld
Keuze van een klankbeeld
Informatie over klankbeelden
Naam klankbeeld
Effect op de geluidsweergave
Opmerkingen
HALL
Geeft de akoestiek van een rechthoekige concertzaal.
Ideaal voor zachtere akoestische muziek.
JAZZ
(JAZZ CLUB)
Geeft de akoestiek van een jazz-club.
LIVE
(LIVE HOUSE)
Geeft de akoestiek van een muziektheater met 300
zitplaatsen.
Ideaal voor rock en popmuziek.
GAME
Geeft de meest treffende geluids- en akoestiekeffecten
van videospelletjes.
Zet hierbij uw videospel-apparaat in de
stereo stand voor een spel met stereo
geluidsspoor.
Opmerkingen
Genieten van Surround Sound akoestiek
• De effecten van de gesimuleerde virtuele luidsprekers kunnen soms bijgeluiden in de weergave veroorzaken.
• Bij weergave van klankbeelden met gesimuleerde virtuele luidsprekers zal er geen direct geluid van de achterluidsprekers te horen zijn.
Gebruik de toetsen op het voorpaneel om de volgende weergavefuncties in te schakelen
AUTO FORMAT DECODING
(Druk op de A.F.D.
decodeertoets)
Neemt automatisch waar welk soort geluidssignaal er
binnenkomt (Dolby Digital, Dolby Pro Logic of
standaard twee-kanaals stereo) en zorgt voor een juiste
decodering waar nodig. Deze functie neemt het
geluidsspoor zoals het is opgenomen/gecodeerd, en
presenteert het zonder enige bijregeling, nagalm of
effecten.
Deze functie kunt u gebruiken ter
referentie. Zet hierbij de toonregeling op
OFF, dan hoort u het geluid precies zoals
het werd opgenomen.
2 CHANNEL
(Druk op de 2CH stereoweergavetoets)
Hierbij wordt het geluid alleen weergegeven door de
linker en rechter voorluidsprekers. Gewoon tweekanaals stereo geluid wordt weergegeven zonder door
de klankbeeld-circuits te passeren. Meerkanaals-geluid
wordt ook samengemengd tot gewone stereo weergave.
Met deze functie kunt u elke geluidsbron
weergeven via alleen de linker en rechter
voorluidsprekers.
Opmerking
Bij instellen op de 2 CHANNEL tweekanaals-weergave zal de lagetonenluidspreker geen geluid weergeven. Om gewoon twee-kanaals
stereo geluid weer te geven via de linker en rechter voorluidsprekers plus een lagetonenluidspreker, gebruikt u de AUTO FORMAT
DECODING functie.
30NL
Uitleg van de meerkanaals-akoestiekaanduidingen
1
2
3
4 56
8
7
a DIGITAL PRO LOGIC OPT COAX a dts D.RANGE TA NEWS INFO MONO STEREO
L
C
RDS
R
MEMORY
LFE
LS S RS
9
q;
1 ; DIGITAL
Deze aanduiding licht op wanneer er een ander
klankbeeld dan 2 CHANNEL is gekozen en het
apparaat signalen decodeert die zijn opgenomen in het
Dolby Digital (AC-3) formaat.*
2 PRO LOGIC
Deze aanduiding licht op wanneer het apparaat een
twee-kanaals signaal verwerkt met Pro Logic
technieken om zo een middenkanaal en akoestiekachterkanalen samen te stellen.**
** Deze indicator licht echter niet op als de midden- en
achterluidsprekers zijn ingesteld op “NO” of de SPEAKER toets
op “OFF” staat en het A.F.D. of NORMAL SURROUND
geluidsveld is geselecteerd.
3 OPT
Deze aanduiding licht op bij weergave van een
digitaal signaal dat binnenkomt via de OPT
aansluiting.
4 COAX
Deze aanduiding licht op bij weergave van een
digitaal signaal dat binnenkomt via de COAX
aansluiting.
5;
Deze aanduiding licht op wanneer er Dolby Digital
(AC-3) signalen binnenkomen.
8 Afstemaanduidingen
Deze aanduidingen lichten op bij gebruik van de tuner
voor het afstemmen op radiozenders e.d.
Zie blz. 37 t/m 43 voor de bediening van de tuner
voor radio-ontvangst.
9 Weergavekanaal-aanduidingen
Aan de oplichtende letters kunt u zien welke
geluidskanalen er worden weergegeven.
L: linksvoor
R: rechtsvoor
C: midden (mono)
LS: linksachter
RS: rechtsachter
S: achterluidsprekers (mono of alleen de
achterweergave na Pro Logic verwerking)
Aan de oplichtende vakjes rond de letters kunt u zien
via welke luidsprekers het geluid wordt weergegeven.
Zie het overzicht op de volgende pagina voor nadere
bijzonderheden over de weergavekanaalaanduidingen.
q;
LFE
LFE
lichten op wanneer de disc die speelt een
LFE (Low Frequency Effect) kanaal bevat en het geluid
van het LFE kanaal effectief wordt weergegeven.
6 dts
Licht op wanneer DTS-signalen binnenkomen.
Opmerking
Bij het afspelen van een disc in DTS formaat moet u
erop toezien dat u digitale aansluitingen heeft
gemaakt en dat “INPUT MODE” NIET op ANALOG
staat (zie 3 op blz 23).
31NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
* Deze aanduiding licht echter niet op bij weergave van opnamen
met 2/0 of 2/0 Pro Logic geluid.
7 D. RANGE
Deze aanduiding licht op wanneer de
compressiefunctie voor het dynamisch bereik is
ingeschakeld. Zie blz. 35 voor het instellen van de
dynamiek-compressie.
Uitleg van de meerkanaals-akoestiekaanduidingen
Overzicht van de geluidsbronkanaal-aanduidingen
De oplichtende letters (L, C, R, enz.) geven aan welke geluidsbronkanalen er worden weergegeven. De vakjes lichten op om
aan te geven hoe de tuner/versterker het geluid mengt, voor weergave via welke luidsprekers (afhankelijk van de
luidspreker-instellingen). Bij de klankbeelden voor muziek, zoals HALL of JAZZ CLUB, voegt de tuner/versterker nagalm
toe op basis van het inkomende geluid.
De volgende tabel geeft aan welke indicators oplichten bij gebruik van de AUTO FORMAT DECODING functie.
Deze tabel toont vrijwel alle mogelijke configuraties voor meerkanaals Surround Sound weergave, maar de met een “ ”
sterretje gemarkeerde configuraties zijn het meest gebruikelijk.
Opnamekanalen
(voor/achter)
Geluidsbron-kanalen en gebruikte weergavekanalen
Aantal ingangskanalen
DOLBY DIGITAL [1/0]
a DIGITAL
a DIGITAL
C
Zonder
middenluidspreker
Zonder
achterluidsprekers
Alle luidsprekers
aangesloten
a DIGITAL
C
Zonder midden/
achterluidsprekers
a DIGITAL
C
C
1/0
Genieten van Surround Sound akoestiek
DTS [1/0]
C
C
DOLBY DIGITAL [2/0]
C
dts
dts
L
R
L
R
C
dts
L
R
L
R
dts
L
R
L
R
L
R
L
R
2/0*
DTS [2/0]
DOLBY DIGITAL [3/0]
dts
dts
a DIGITAL
L
C
R
L
C
R
a DIGITAL
dts
L
C
R
L
C
R
a DIGITAL
dts
L
C
R
L
C
R
a DIGITAL
L
C
R
L
C
R
3/0
DTS [3/0]
DOLBY DIGITAL [2/1]
dts
dts
a DIGITAL
L
DOLBY DIGITAL [3/1]
L
dts
a DIGITAL
DOLBY DIGITAL [2/2]
a DIGITAL
2/2
DTS [2/2]
DOLBY DIGITAL [3/2]
dts
a DIGITAL
3/2
DTS [3/2]
2/0**
dts
PRO LOGIC
DOLBY PROLOGIC
PRO LOGIC
R
L
C
S
R
PCM XX kHz***
R
RS
L
LS
R
RS
L C R
LS
RS
L C R
LS
RS
L
a DIGITAL
L
a DIGITAL
C
S
R
C
S
R
a DIGITAL
dts
a DIGITAL
dts
R
L
C
S
R
R
RS
L
LS
R
RS
L C R
LS
RS
L C R
LS
RS
L
L
a DIGITAL
a DIGITAL
C
S
R
C
S
R
a DIGITAL
dts
a DIGITAL
dts
R
L
C
S
R
R
RS
L
LS
R
RS
L C R
LS
RS
L C R
LS
RS
L
L
a DIGITAL
C
S
R
C
S
R
a DIGITAL
dts
a DIGITAL
dts
L
C
S
R
L
C
S
R
L
LS
R
RS
L
LS
R
RS
L C R
LS
RS
L C R
LS
RS
L
C
S
R
L
C
S
R
PRO LOGIC
PRO LOGIC
R
R
S
dts
L
LS
L
L
dts
C
S
PRO LOGIC
R
R
L
PRO LOGIC
R
L
S
S
dts
L
LS
PRO LOGIC
R
dts
C
S
L
L
R
L
PRO LOGIC
R
S
S
dts
L
LS
L
L
dts
C
S
L
DOLBY DIGITAL [2/0]
R
L
dts
R
L
dts
S
S
3/1
DTS [3/1]
a DIGITAL
S
2/1
DTS [2/1]
R
dts
L
R
* Signalen met de Dolby Surround aanduiding OFF
** Signalen met de Dolby Surround aanduiding ON
*** Hierbij wordt de bemonsteringsfrequentie aangegeven.
Opmerkingen
• De tuner/versterker decodeert volgens het Pro Logic systeem en de aanduidingen geven de 2/0** ingangskanalen aan bij de volgende
filmgeluid-klankbeelden met 2/0* of STEREO PCM ingangssignalen. (C. STUDIO A, B, C, V. MULTI en V. SEMI-M.)
• Bij gebruik van de klankbeelden voor muziek, zoals HALL of JAZZ CLUB met standaard audio-systemen zoals PCM, creëert
de tuner/versterker signalen voor de achterkanalen op basis van de linker en rechter voorkanaal-signalen. In dit geval geven de
achterluidsprekers wel geluid weer, maar de uitgangsaanduidingen voor de achterluidsprekers lichten niet op.
32NL
Bijregelen van de klankbeelden
U kunt de klankbeelden naar wens aanpassen door de
akoestiekparameters en de klankkleur van de
voorluidsprekers zo in te stellen dat het geluid in uw
luisterruimte optimaal klinkt.
Wanneer u een klankbeeld bijgeregeld heeft, zullen de
nieuwe instellingen in het geheugen bewaard blijven
(tenzij de tuner/versterker langer dan ongeveer twee
weken niet op een stopcontact aangesloten is). Om een
bijgeregeld klankbeeld opnieuw te wijzigen, hoeft u enkel
de gewenste veranderingen aan te brengen.
Zie het overzicht op blz. 36 voor de parameters waarmee
u een bepaald klankbeeld kunt bijregelen.
Zorg voor een juiste luidspreker-opstelling en volg de
aanwijzingen onder “Opstelling voor meerkanaals
Surround akoestiek” vanaf blz. 16, alvorens u een
klankbeeld gaat aanpassen.
Aanpassen van de akoestiekparameters
Het SUR menu biedt een aantal parameters waarmee u
allerlei verschillende aspecten van het gekozen
klankbeeld kunt aanpassen. De instellingen die u in dit
menu kiest worden voor elk klankbeeld afzonderlijk
vastgelegd.
1
Start de weergave van een geluidsbron die is
gecodeerd met een meerkanaals Surround
geluidsspoor.
2
Druk op de SUR toets.
De toets licht op en de eerste parameter wordt
aangegeven.
3
Druk op de cursortoetsen ( of ) om in te stellen
op de parameter die u wilt bijregelen.
4
Draai aan de instelknop om de gewenste stand te
kiezen.
De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd.
Weerkaatsing (REVB.)
Oorspronkelijke instelling: gemiddeld
Bij een muziekuitvoering zal het geluid altijd een aantal
malen heen en weer kaatsen tussen de linker en rechter
wanden, het plafond en de vloer, vóór het onze oren
bereikt. Hoe groter de ruimte, des te langer zullen de
weerkaatsingen duren. Met deze parameter kunt u de
tijdsduur van de vroege weerkaatsingen bijregelen om zo
een grotere (L) of een kleinere (S) ruimte te simuleren.
• De weerkaatsingen zijn instelbaar van REVB. S. 1 ~
REVB. S. 8 (short - kort) tot REVB. L. 1 ~ REVB. L. 8
(lang) in 17 stappen.
• De gemiddelde stand (REVB. MID) geeft een standaard
ruimte, zonder bijregeling.
Effectniveau (EFFECT)
Oorspronkelijke instelling: (afhankelijk van het
klankbeeld)
Met deze parameter kunt u de sterkte of nadruk van het
gekozen klankbeeld naar wens instellen.
33NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Voor de beste weergave van meerkanaals
Surround Sound
Wandbekleding (WALL)
Oorspronkelijke instelling: gemiddeld
Wanneer geluid weerkaatst wordt door een wand die
bekleed is met relatief zacht materiaal of door gordijnen,
worden de hoge tonen verzwakt. Een hardere
wandbekleding daarentegen reflecteert het geluid meer
gelijkmatig en zal de frequentiekarakteristiek van het
geluid daarom minder sterk beïnvloeden. Deze “WALL”
parameter simuleert de hardheid van de wandbekleding,
door het variëren van de hoeveelheid hoge tonen. De S
(soft) instelling geeft een zachte wandbekleding aan en de
H (hard) instelling een harde wandbekleding. De
gemiddelde stand geldt voor een standaard halfharde
wand (van hout).
Bijregelen van de klankbeelden
Bijregelen van de luidspreker-instelparameters
Het LEVEL luidspreker-instelmenu biedt een aantal
parameters waarmee u de balans en de geluidssterkte van
elke luidspreker naar wens kunt instellen. De instellingen
die u in dit menu maakt, zijn van toepassing op alle
klankbeelden.
1
Start de weergave van een geluidsbron die is
gecodeerd met een meerkanaals Surround
geluidsspoor.
2
Druk op de LEVEL toets.
De toets licht op en de eerste parameter wordt
aangegeven.
Genieten van Surround Sound akoestiek
3
Druk op de cursortoetsen ( of ) om in te stellen
op de parameter die u wilt bijregelen.
4
Draai aan de instelknop om de gewenste stand te
kiezen.
De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd.
R )
* Voorluidspreker-balans ( L
Oorspronkelijke instelling: balance
Hiermee kunt u de onderlinge geluidsbalans van de
linker en rechter luidsprekers naar wens bijregelen.
• De balans kan in ±8 stappen worden geregeld.
• Deze instelling is ook direct regelbaar met de
bijgeleverde afstandsbediening. Zie “Bijregelen van de
geluidssterkte van de luidsprekers” (op blz. 19).
* Balans van de achterluidsprekers ( LS RS )
Oorspronkelijke instelling: balance
Hiermee kunt u de balans van de linker en rechter
achterluidsprekers bijregelen.
• De balans kan in ±8 stappen worden geregeld.
• Deze instelling is ook regelbaar met de bijgeleverde
afstandsbediening. Zie “Bijregelen van de
geluidssterkte van de luidsprekers” (op blz. 19).
* Niveau van de achterluidsprekers (REAR)
Oorspronkelijke instelling: 0 dB
Hiermee kunt u de geluidssterkte van beide
achterluidsprekers (links en rechts) instellen.
• De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van
–10 dB tot + 6 dB.
• Deze instelling is ook direct regelbaar met de
bijgeleverde afstandsbediening. Zie “Bijregelen van de
geluidssterkte van de luidsprekers” (op blz. 19).
34NL
* Niveau van de middenluidspreker (CTR)
Oorspronkelijke instelling: 0 dB
Hiermee kunt u de geluidssterkte van de
middenluidspreker instellen.
• De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van
–10 dB tot + 6 dB.
* Niveau van de lagetonen-luidspreker (S.W. xx)
Oorspronkelijke instelling: 0 dB
Hiermee kunt u de geluidssterkte van de lagetonenluidspreker instellen.
• De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van
–10 dB tot + 6 dB.
* De parameters kunnen afzonderlijk worden geregeld voor 5.1 CH
INPUT.
Laagfrequent Effect mengniveau (LFE ; xx)
Oorspronkelijke instelling: 0 dB
Met deze parameter kunt u de geluidssterkte bijregelen van het
afzonderlijke LFE (Low Frequency Effect) kanaal dat wordt
weergegeven via de lagetonen-luidspreker, zonder hierbij de
gewone lage tonen te beïnvloeden die door de
basverdelingscircuits van de voor-, midden- en achterkanalen
worden overgeheveld naar de aparte lagetonen-luidspreker.
• Het LFE niveau is instelbaar in stapjes van 1 dB, van –
20.0 dB tot 0 dB (lijnniveau). Bij 0 dB wordt het
volledige LFE signaal weergegeven met het
mengniveau gekozen door de opnametechnicus.
• Bij instellen op OFF wordt het geluid van het LFE
kanaal door de lagetonen-luidspreker gedempt. De lage
tonen van de voor-, midden- en achterkanalen die door
de basverdelingscircuits worden overgeheveld naar de
lagetonen-luidspreker worden echter wel weergegeven,
volgens de keuze gemaakt voor elk luidsprekerpaar bij
de luidspreker-instellingen (zie blz. 16).
dts LaagFrequent Effect mengniveau (LFE dts xx)
Oorspronkelijke instelling: 0 dB
Met deze parameter kunt u de geluidssterkte bijregelen
van het afzonderlijke LFE (Low Frequency Effect) kanaal
dat wordt weergegeven via de lagetonen-luidspreker,
zonder hierbij de gewone lage tonen te beïnvloeden, die
door de “dts” basverdelingscircuits van de voor-, middenen achterkanalen worden overgeheveld naar de aparte
lagetonen-luidspreker.
• Het LFE niveau is instelbaar in stapjes van 1 dB, van
–20,0 dB tot +10,0 dB (lijnniveau).
• Bij instellen op OFF wordt het geluid van het LFE
kanaal door de lagetonen-luidspreker gedempt. De lage
tonen van de voor-, midden- en achterkanalen die door
de basverdelingscircuits worden overgeheveld naar de
lagetonen-luidspreker worden echter wel weergegeven,
volgens de keuze gemaakt voor elk luidsprekerpaar bij
de luidspreker-instellingen (Nadere details vindt u
onder “Opstelling voor meerkanaals Surround
akoestiek”).
z Betreffende het niveauverschil tussen de LFE MIX
instellingen
Het “dts LFE MIX” niveau staat oorspronkelijk ingesteld op +10,0
dB en het “LFE MIX” (Dolby Digital) niveau op 0 dB. Dit is
omdat er vast verschil van 10 dB bestaat tussen het totale
geluidsniveau van de Dolby Digital en de dts LFE kanalen. Met
het “dts LFE MIX” niveau ingesteld op +10 dB en het “LFE MIX
(Dolby Digital)” niveau ingesteld op 0 dB, wordt ongeveer
dezelfde hoeveelheid van het LFE-kanaal signaal naar de andere
audiokanalen overgeheveld in de totale menginstelling.
Opmerking
De dynamiekcompressie is niet te gebruiken voor DTS
geluidsbronnen.
z Betreffende de dynamiekcompressie
Met deze parameter wordt het dynamisch bereik van een
speelfilm-geluidsspoor gecomprimeerd volgens de dynamiekinformatie in het Dolby Digital signaal. “STD” geeft de standaard
compressie, maar omdat de meeste geluidsbronnen slechts een
geringe compressie hebben, zult u waarschijnlijk weinig verschil
bemerken met de standen 0.1 - 0.9.
Daarom kunnen we u aanbevelen de “MAX” compressie te
gebruiken. Hiermee wordt het dynamisch bereik drastisch
beperkt, zodat u zonder bezwaar ook ‘s avonds laat kunt
genieten van een speelfilm met zacht ingesteld geluid. In
tegenstelling tot analoge compressiefuncties zijn de niveaus
hierbij vooraf bepaald, voor een natuurlijk klinkende compressie.
Met de BASS/TREBLE toets kunt u de toon (lage of hoge
tonen) van de voorluidsprekers regelen voor een optimale
geluidsweergave. U kunt de toon regelen voor elk
afzonderlijk klankbeeld.
1
Start de weergave van een geluidsbron die is
gecodeerd met een meerkanaals Surround
geluidsspoor.
2
Druk enkele malen op de BASS/TREBLE toets.
De toets licht op en de eerste parameter wordt
aangegeven.
3
Druk op de cursortoetsen ( of ) om in te stellen
op de parameter die u wilt bijregelen.
4
Draai aan de instelknop om de gewenste stand te
kiezen.
De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd.
De toonregeling is instelbaar van –6 dB tot +6 dB in
stapjes van 2 dB tegelizk.
5
Druk op de TONE toets zodat het TONE
indicatorlampje oplicht.
z U kunt de toonregeling uitschakelen zonder de gemaakte
instellingen te verliezen
De toonregeling instellingen worden voor elk klankbeeld
afzonderlijk vastgehouden. Druk op de TONE toets zodat het
TONE indicatorlampje dooft als u de toonregeling wilt
uitschakelen.
Terugstellen van de bijgeregelde klankbeelden
op de oorspronkelijke fabrieksinstelling
1
Als de tuner/versterker aan staat, drukt u op de
?/1 toets om het apparaat uit te schakelen.
2
Houd de MODE toets ingedrukt en schakel het
apparaat weer in met de ?/1 toets.
De aanduiding “SUR CLR” verschijnt in het
uitleesvenster en dan zijn alle klankbeelden tegelijk
teruggesteld op de fabrieksinstellingen.
35NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Dynamiekcompressie (COMP. D. RANGE xx)
Oorspronkelijke instelling: OFF (uit)
Hiermee kunt u het dynamisch bereik van een speelfilmgeluidsspoor comprimeren, dus verkleinen. Dit kan
bijvoorbeeld handig zijn als u ‘s avonds laat een speelfilm
wilt bekijken; dan kunt u het geluid zacht zetten en toch
een rijke, volle klank behouden.
• In de OFF stand wordt het geluidsspoor normaal
weergegeven, zonder compressie.
• In de STD stand wordt het geluidsspoor weergegeven
met het volledig dynamisch bereik, zoals gekozen door
de opnamestudio-technicus.
• Met de standen 0,1 - 0,9 kunt u het dynamisch bereik
geleidelijk steeds meer comprimeren, om precies het
gewenste effect te bereiken.
• In de MAX stand wordt het dynamisch bereik drastisch
beperkt.
De lage/hoge tonen regelen
Bijregelen van de klankbeelden
Instelbare parameters voor de verschillende klankbeelden
EFFECT
LEVEL
WALL
TYPE
REVERB
TIME
FRONT
BAL.
REAR
BAL.
REAR
LEVEL
CENTER SUB WOOFER LFE
LEVEL
LEVEL
MIX
2CH
z
A.F.D.
z
z
z
z
NORMAL SURROUND
z
z
z
dts LFE
mix
z
z
z
z
z
z
z
z
z
CINEMA STUDIO A
z
z
z
z
z
z
z
z
CINEMA STUDIO B
z
z
z
z
z
z
z
z
CINEMA STUDIO C
z
z
z
z
z
z
z
z
V. MULTI DIMENSION
z
z
z
z
z
z
z
V. SEMI–M. DIMENSION
z
z
z
z
z
Genieten van Surround Sound akoestiek
HALL
z
z
z
z
z
z
z
z
z
z
JAZZ CLUB
z
z
z
z
z
z
z
z
z
z
LIVE HOUSE
z
z
z
z
z
z
z
z
z
z
GAME
z
z
z
z
z
z
z
z
z
z
z
z
z
z
z
5.1CH INPUT
D.RANGE
BASS/TREBLE
COMP.
2CH
z
z
A.F.D.
z
z
NORMAL SURROUND
z
z
CINEMA STUDIO A
z
z
CINEMA STUDIO B
z
z
CINEMA STUDIO C
z
z
V. MULTI DIMENSION
z
z
V. SEMI–M. DIMENSION
z
z
HALL
z
z
JAZZ CLUB
z
z
LIVE HOUSE
z
z
GAME
z
z
5.1CH INPUT
36NL
Radioontvangst
In dit hoofdstuk wordt beschreven
hoe u op FM of AM radiozenders
afstemt en hoe u voorkeurzenders in
het geheugen vastlegt.
Met deze tuner/versterker kunt u op radiozenders
afstemmen op de volgende manieren:
Automatische FM zenderopslag in alfabetische
volgorde (“Autobetical select”)
U kunt de tuner/versterker automatisch 30 van de best
doorkomende FM radiozenders en FM RDS zenders in het
afstemgeheugen laten vastleggen (zie blz. 39).
Directe afstemming
Als u de zendfrequentie van de gewenste radiozender
kent, kunt u deze direct kiezen met de cijfertoetsen
(zie blz. 39).
Automatische zoekafstemming
Als u de zendfrequentie van de afstandsbediening van de
gewenste radiozender niet kent, kunt u de tuner/
versterker alle beschikbare zenders in uw gebied laten
doorzoeken (zie blz. 40).
RDS informatiezenders
RDS (Radio Data Systeem) is een radio-informatiesysteem
waarmee radiozenders naast de gewone radio-uitzending
allerlei nuttige informatie kunnen uitzenden. Deze tuner
biedt u drie handige RDS funkties:
— Aangeven van RDS informatie in het uitleesvenster
(zie blz. 41)
— Automatisch afstemmen op doorkomende
nieuwsberichten, verkeersinformatie enz. (EON)
(zie blz. 42)
— Opzoeken van een radiozender aan de hand van het
programmatype (PTY) (zie blz. 42)
De RDS informatie wordt alleen uitgezonden door FM
zenders.*
* Niet alle FM radiozenders bieden de RDS informatie en niet alle
RDS zenders bieden dezelfde functies. Als u niet bekend bent met de
plaatselijk beschikbare RDS functies, kunt u voor nadere
bijzonderheden het best contact opnemen met de plaatselijke
radiozenders.
Alvorens u begint, dient u te zorgen dat:
• Er een FM en een AM antenne op de tuner/versterker
zijn aangesloten (zie blz. 5).
• Het juiste luidsprekerpaar is gekozen (zie blz. 23).
(alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
37NL
Radio-ontvangst
Geheugenafstemming
Na het afstemmen op een zender met de directe
afstemming of de automatische zoekafstemming kunt u
de zender, als die goed klinkt, vastleggen in het
afstemgeheugen van de tuner/versterker (zie blz. 40).
Dan kunt u voortaan die zogenoemde voorkeurzender
rechtstreeks kiezen, door de letter-en-cijfer code ervan in
te voeren (zie blz. 41). Zo kunt u tot 30 voorkeurzenders
voor de FM en AM voorinstellen. U kunt de tuner/
versterker ook alle vastgelegde voorkeurzenders laten
doorzoeken (zie blz. 41).
PRESET/PTY SELECT +/–
TUNING +/–
DISPLAY
Kort overzicht van de toetsen die u
gebruikt voor radio-ontvangst
FM/AM
MULTI CHANNEL DECODING
?/1
DIMMER
PRESET/
– PTY SELECT +
SHIFT
– TUNING +
MEMORY
DISPLAY
BASS BOOST
TONE
FM/AM
A
B
VIDEO
DVD/LD
MD/TAPE
CD
FM MODE
MASTER VOLUME
INPUT MODE
SPEAKERS
R ON r OFF
Afstemtoetsen (TUNING +/–): Druk hierop om alle
beschikbare radiozenders te overlopen.
TV/SAT 5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
A
TUNER
B
A. F. D.
i
–
+
LEVEL
C
SOUND FIELD
AUX
PHONES
I
2CH
SUR
RDS EON RDS PTY
SET UP
MUTING
BASS
BOOST
BASS/
TREBLE
TUNER
RDS EON
ENTER
FM MODE
RDS PTY
MEMORY
SHIFT
AV
?/1
?/1
SYSTEM
STANDBY
AUX
Radio-ontvangst
VIDEO
DVD/LD
MD/TAPE
CD
MENU
1
2
G
4
7
5
Geheugentoets (MEMORY): Gebruik deze om
radiozenders in het geheugen vast te leggen als
voorkeurzenders.
Informatie-paraattoets (RDS EON): Druk hierop om
automatisch over te schakelen op een informatiezender.
5.1CH
TV/SAT
TUNER
F
3
ENTER
g
6
Cijfertoetsen
Programmatype-keuzetoets (RDS PTY): Hiermee kunt u
radiozenders opzoeken aan de hand van het
programmatype dat ze uitzenden.
f
TITLE
8
SHIFT
9
RETURN
0
>10
– /– –
POSITION
SWAP
=
+
– SUB CH +
ENTER
D.TUNING
DISC
CH/
PRESET
0
)
DISPLAY
P IN P
ANT
TV/VTR
9
(
D.SKIP
JUMP
WIDE
TV/
VIDEO
P
p
SOUND FIELD
MODE
2CH/OFF
A.F.D.
Aanduidingskeuzetoets (DISPLAY): Druk hierop om de
RDS informatie in het uitleesvenster te zien.
Voorkeurzender/programmatype-toetsen (PRESET/PTY
SELECT +/–): Druk hierop om alle vastgelegde
voorkeurzenders te overlopen of om programmatypes te
kiezen.
Alleen op de STR-DE445
SLEEP
TONE
NAME
MODE
EQ/TONE
BASS
BOOST
TEST
TONE
CURSOR
MODE
MENU
MUTING
D.TUNING
FM stereo/mono-keuzetoets (FM MODE): Als de
aanduiding “STEREO” in het uitleesvenster knippert en
de FM stereo uitzending niet erg goed klinkt, drukt u op
deze toets. Dan zal er geen stereo-effect meer zijn, maar de
ontvangst zal beter klinken.
Opmerking
Als de “STEREO” aanduiding helemaal niet oplicht bij normale
ontvangst van een FM radio-uitzending, drukt u op deze toets
zodat de “STEREO” aanduiding gaat branden.
MASTER
VOL
Afstemband-keuzetoets (FM/AM): Druk hierop om de
FM of AM afstemband te kiezen.
Geheugengroep-keuzetoets (SHIFT): Hiermee kiest u
een geheugengroep (A, B of C) voor het vastleggen van of
afstemmen op een voorkeurzender in het
afstemgeheugen.
Radio-ontvangst-keuzetoets (TUNER): Druk hierop om
in te stellen op de tuner, voor-ontvangst.
Op de afstandsbediening (alleen op de
STR-DE445):
D. TUNING: Druk op deze toets om rechtstreeks een
frequentie in te voeren met behulp van de cijfertoetsen.
Cijfertoetsen: Hiermee voert u een cijferwaarde in om de
frequentie rechtstreeks in te voeren, radiozenders vast te
leggen of af te stemmen op voorkeurzenders.
38NL
Automatische FM
zenderopslag in
alfabetische volgorde
(“Autobetical select”)
Met deze automatische zenderopslag functie kunt u
maximaal 30 FM radiozenders en FM RDS zenders in het
afstemgeheugen van de tuner/versterker vastleggen,
zonder doublures.
Hierbij kiest de tuner/versterker automatisch alleen de
best doorkomende zenders.
Als u bepaalde FM of AM zenders handmatig in het
afstemgeheugen wilt vastleggen, volg dan de
aanwijzingen onder “Voorinstellen van radiozenders” op
blz. 40.
Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte
toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt
voor de radio-ontvangst” op blz. 38.
1
Directe afstemming
Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte
toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt
voor radio-ontvangst” op blz. 38.
1
Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
2
Kies met de FM/AM toets de FM of AM
afstemband.
3
Druk op de D. TUNING toets van de
afstandsbediening.
4
Voer met de cijfertoetsen de gewenste
afstemfrequentie in van de afstandsbediening.
Voorbeeld 1: FM 102,50 MHz
Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker uit te
schakelen.
1
b
0
b
2
b
5
b
0
Voorbeeld 2: AM 1350 kHz
Houd de MEMORY toets ingedrukt en druk
nogmaals op de ?/1 toets om de tuner/versterker
weer in te schakelen.
De aanduiding “Autobetical select” verschijnt en de
tuner/versterker gaat op zoek naar alle plaatselijk te
ontvangen FM radiozenders en FM RDS zenders en
legt deze in het afstemgeheugen vast.
Bij elke RDS informatiezender controleert de tuner/
versterker eerst of er andere zenders zijn die hetzelfde
programma uitzenden, om daarvan dan alleen de
duidelijkst doorkomende zender vast te leggen. De
gekozen RDS informatiezenders worden gesorteerd op
alfabetische volgorde van hun officiële Program
Service zendernaam, en krijgen dan elk een letterplus-cijfer voorinstelcode toegewezen. Zie voor nadere
bijzonderheden betreffende de RDS informatiezenders
blz. 41.
De gewone FM radiozenders krijgen ook een letterplus-cijfer code en worden dan na de RDS zenders
vastgelegd.
Na afloop van het vastleggen verschijnt de aanduiding
“Autobetical finish” even in het uitleesvenster en dan
keert de tuner/versterker terug naar de normale
bedieningsfuncties.
1
b
3
b
5
b
0
Als u niet op een bepaalde zender kunt
afstemmen en de ingevoerde cijfers
knipperen
Controleer of u de juiste frequentie hebt ingevoerd. Bij
een vergissing herhaalt u de stappen 3 en 4.
Als de ingevoerde cijfers nog steeds knipperen, wordt
deze frequentie in uw ontvangstgebied niet gebruikt.
5
Bij afstemmen op een AM radiozender verstelt u
de richting van de AM kaderantenne zo dat de
ontvangst optimaal klinkt.
6
Herhaal stappen 2 tot 5 om af te stemmen op
andere zenders.
z Als u voor de frekwentie een getal invoert dat niet deelbaar
is door het geldende afsteminterval
De ingevoerde waarde zal automatisch naar boven of beneden
worden afgerond.
Het interval van de afstemschaal is:
FM: 50 kHz
AM: 9 kHz
Opmerkingen
• Druk niet op enige toets tot de tuner/versterker klaar is met
het doorzoeken van de beschikbare zenders.
• Als u verhuist naar een andere streek, kan het nodig zijn deze
procedure opnieuw uit te voeren, om de best te ontvangen
zenders in uw nieuwe woongebied vast te leggen.
• Zie voor het afstemmen op de vastgelegde voorkeurzenders de
aanwijzingen op blz. 40.
• De FM MODE stereo/mono instelling wordt ook samen met
elke zender vastgelegd.
• Als u na het opslaan van zenders met deze functie uw FM
antenne verplaatst, kunnen de vastgelegde instellingen niet
meer geldig zijn. In dat geval volgt u weer de bovenstaande
aanwijzingen om de FM zenders opnieuw vast te leggen.
39NL
Radio-ontvangst
2
Automatische
zoekafstemming
Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte
toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt
voor de radio-ontvangst ” op blz. 38.
1
Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
2
Kies met de FM/AM toets de FM of AM
afstemband.
3
Druk op de TUNING + of TUNING – toets.
Druk op de + toets om de afstemband in oplopende
volgorde te doorzoeken; op de – toets om van hoog
naar laag te zoeken.
Radio-ontvangst
Wanneer de tuner/versterker het einde van de
afstemschaal bereikt
Dan wordt de zoekafstemming vanaf het andere einde
herhaald in dezelfde richting.
Telkens wanneer er een zender wordt gevonden, stopt
de tuner/versterker met zoeken.
4
Geheugenafstemming
Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte
toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt
voor de radio-ontvangst” op blz. 38.
Voor u kunt afstemmen op een voorkeurzender, dient u
eerst het “Voorinstellen van radiozenders” te verrichten
volgens de onderstaande aanwijzingen.
Voorinstellen van radiozenders
1
Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
2
Stem af op de radiozender die u wilt voorinstellen,
met de directe afstemming (zie blz. 39) of de
automatische zoekafstemming (deze pagina).
3
Druk op de MEMORY toets.
In het uitleesvenster licht enkele seconden lang de
aanduiding “MEMORY” op.
Verricht de stappen 4 t/m 6 voordat deze aanduiding
dooft.
4
Druk op de SHIFT toets om een geheugengroep (A,
B of C) te kiezen.
Telkens wanneer u op de SHIFT toets drukt, verschijnt
de volgende groepsletter, “A”, “B” of “C” in het
uitleesvenster.
5
Kies een zendernummer door op PRESET/PTY
SELECT + of PRESET/PTY SELECT – te drukken.
Als de “MEMORY” aanduiding dooft voordat u de
zender hebt kunnen vastleggen, gaat u terug naar stap
3.
6
Druk nogmaals op de MEMORY toets om de
ontvangen radiozender in het geheugen vast te
leggen.
Als de “MEMORY” aanduiding dooft voordat u de
zender hebt kunnen vastleggen, gaat u terug naar stap
3.
7
Herhaal de stappen 2 t/m 6 voor elk van de
voorkeurzenders die u wilt vastleggen.
Om door te gaan met zoeken, drukt u nogmaals op
de TUNING + of TUNING – toets.
Een andere zender voorinstellen onder een reeds
gebruikt nummer
Herhaal de stappen 1 t/m 6 om een nieuwe zender onder
hetzelfde nummer vast te leggen.
Opmerking
Als de stekker langer dan ongeveer twee weken uit het
stopcontact is, worden alle voorkeurzenders uit het
afstemgeheugen van de tuner/versterker gewist en dan zult u de
gewenste zenders opnieuw moeten vastleggen.
40NL
Gebruik van het Radio Data
Systeem (RDS)
Afstemmen op vastgelegde
voorkeurzenders
Op radiozenders die in het afstemgeheugen zijn
vastgelegd, kunt u afstemmen op een van de volgende
twee manieren.
Ontvangst van RDS informatieuitzendingen
Kies eenvoudigweg een radiozender uit de FM
band.
Bij afstemming op een zender die RDS informatie
uitzendt, verschijnt de zendernaam in het uitleesvenster.
Afstemmen door alle voorkeurzenders te
doorlopen
Opmerking
1
Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen zijn, als de
zender waarop u hebt afgestemd de RDS signalen niet duidelijk
genoeg uitzendt of als de signaalsterkte onvoldoende is.
2
Druk enkele malen op de PRESET/PTY SELECT + of
PRESET/PTY SELECT – toets om te zoeken naar de
gewenste zender.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, gaat de tuner/
versterker één voorkeurzender verder in de gekozen
richting en de onderstaande volgorde:
nA1˜A2˜...˜A0˜B1˜B2˜...˜B0N
Aangeven van RDS informatie in het
uitleesvenster
Druk op de DISPLAY toets. Iedere keer dat u op de
DISPLAY toets drukt, verspringen de aanduidingen in het
uitleesvenster stap voor stap, om de volgende informatie
aan te geven.
Hiermee kunt u:
Zendernaam**
De zender aan de hand van de
zendernaam (bijv. WDR) in
plaats van via de frekwentie
opzoeken.
Afstemfrekwentie**
De zender aan de hand van de
frekwentie opzoeken.
Programmatype
Een bepaald programmatype
opsporen. (Zie bladzijde 43 voor
de programmatypes waaruit u
kunt kiezen.)
Radiotekst
De tekstberichten aangeven die
door de RDS zender worden
uitgezonden.
Juiste tijd (24-uurs cyclus)
De huidige tijd aangeven.
Actief geluidsveld**
Het actieve geluidsveld
aangeven.
z U kunt de voorkeurzenders automatisch doornemen op zoek
naar een bepaald programmatype.
Zie blz. 42.
Afstemmen op een voorkeurzender waarvan u
het nummer kent
1
2
Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
Druk op de SHIFT toets om een geheugengroep (A,
B of C) te kiezen en kies dan het nummer van de
gewenste voorkeurzender met de cijfertoetsen.
** Deze informatie wordt ook aangegeven voor FM radiozenders
die geen RDS informatie uitzenden.
Opmerkingen
• Als er een speciale mededeling of waarschuwingsbericht van
overheidswege doorkomt, zal in het uitleesvenster de
aanduiding “ALARM” gaan knipperen.
• Als een aanduiding uit 9 of meer letters bestaat, zal de tekst
over het scherm lopen.
• De volgende aanduidingen kunnen verschijnen als een zender
een bepaald type RDS informatie niet uitzendt:
“NO PTY” (er wordt geen programmatype-informatie
uitgezonden);
“NO TEXT” (er wordt geen radiotekst uitgezonden);
“NO TIME” (de juiste tijd wordt niet uitgezonden).
• Afhankelijk van de methode die door de radiozender wordt
gebruikt om de tekst door te sturen, is het mogelijk dat
bepaalde tekstboodschappen onvolledig zijn.
41NL
Radio-ontvangst
Aangegeven informatie
nC0˜...C2˜C1N
Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS)
Automatisch afstemmen op doorkomende
nieuwsberichten, verkeersinformatie
enz.(EON)
Met de EON (Enhanced Other Network) functie kunt u de
tuner/versterker automatisch laten overschakelen naar
een zender die op dat moment verkeersinformatie,
nieuws e.d. uitzendt. Wanneer een dergelijke uitzending
begint op een radiozender die behoort tot hetzelfde
zendernetwerk als de vooringestelde FM RDS zender,
stemt de tuner/versterker automatisch af op die andere
zender.
Na afloop van de informatie-uitzending keert de tuner/
versterker automatisch terug naar de eerder ontvangen
voorkeurzender of de oorspronkelijk beluisterde
geluidsbron.
Radio-ontvangst
1
Stem af op een FM radiozender.
2
Druk op de RDS EON toets om in te stellen op het
soort programma dat u wilt volgen.
Telkens wanneer u op de RDS EON toets drukt,
verspringt de aanduiding in het uitleesvenster als
volgt:
Als u een bepaalde radio-uitzending ongestoord wilt
opnemen, let er dan op dat de EON funktie uitgeschakeld is;
dit geldt vooral ook als u het opnemen met een schakelklok
wilt starten.
Opmerkingen
• Deze funktie kan alleen gebruikt worden als van te voren RDS
zenders in het geheugen zijn opgeslagen.
• Als de gevonden zender niet krachtig genoeg doorkomt,
verschijnt de aanduiding “WEAK SIG” en dan keert de tuner/
versterker terug naar de vorige radiozender of geluidsbron.
Opzoeken van een radiozender aan de
hand van het programmatype (PTY)
U kunt een radiozender van uw keuze opzoeken door in
te stellen op het gewenste programmatype. De tuner
stemt dan af op een uitzending van het gekozen type,
verzorgd door een van de RDS zenders die zijn
vastgelegd in het afstemgeheugen van de tuner.
1
Druk op RDS PTY om het huidige PTY type weer te
geven. Druk op PRESET/PTY SELECT + of – tot het
gewenste programmatype in het uitleesvenster
verschijnt.
Hieronder vindt u een overzicht van de beschikbare
programmatypes.
2
Druk op de RDS PTY toets terwijl het
programmatype in het uitleesvenster wordt
aangegeven.
De tuner doorloopt dan de vooringestelde RDS
radiozenders op zoek naar het gekozen soort
programma. (De aanduiding “SEARCH” en het
programmatype verschijnen afwisselend in het
uitleesvenster.) Wanneer de tuner/versterker een
programma van het door u gekozen type vindt, stopt
het apparaat met zoeken. Dan knippert het
voorinstelnummer van de radiozender die het
gekozen soort programma uitzendt, en vervolgens
schakelt de tuner/versterker over op ontvangst en
weergave van de betreffende uitzending.
/ TA (Verkeersinformatie)
m
NEWS (Nieuws)
m
INFO (Informatie)
m
OFF (Er licht geen enkele aanduiding op)
Na uw keuze komt de tuner in de EON paraatstand te
staan.
De aanduidingen “NO TA”, “NO NEWS” of “NO INFO”
kunnen verschijnen als u op de RDS EON toets drukt
voordat er is afgestemd op een FM radiozender die RDS
informatie uitzendt.
Wanneer een radiozender begint een programma van het
door u gekozen type uit te zenden, schakelt de tuner/
versterker over naar die zender, verschijnt er een
mededeling (bijv. “NOW TA”) in het uitleesvenster en
gaat de bijbehorende aanduiding (bijv “TA”) knipperen.
Na afloop van de speciale uitzending schakelt de tuner
weer automatisch terug naar de radiozender waar u
oorspronkelijk naar luisterde (of naar de gebruikte
geluidsbron).
Stoppen met volgen van speciale uitzendingen
Druk eenmaal op de RDS EON toets.
42NL
Opmerking
De aanduiding “NO PTY” verschijnt wanneer het door u
gekozen programmatype niet wordt uitgezonden; de tuner keert
dan terug naar de oorspronkelijke zender.
Overzicht van de beschikbare
programmatypen
Programmatype
U luistert naar
CLASSICS
Uitvoeringen van klassieke
muziek door grote orkesten,
kamermuziek, opera, enz.
OTHER M
Muziek die in geen enkele van de
bovenstaande categorieën
thuishoort, zoals bijvoorbeeld
rhythm & blues en reggae.
U luistert naar
NONE
Ieder type uitzending dat niet
onder een van de volgende
categorieën valt.
NEWS
Nieuwsberichten.
AFFAIRS
Aktualiteitenprogramma’s over
onderwerpen die recentelijk in
het nieuws zijn.
WEATHER
Weerberichten.
FINANCE
Beursberichten en financieeleconomische programma's.
INFO
Uitzendingen over
consumentenzaken, medisch
advies, weersinformatie, etc.
CHILDREN
Jongerenprogramma's.
SOCIAL
SPORT
Sportuitzendingen.
EDUCATE
Educatieve programma’s en
uitzendingen met advies op
verschillende gebieden.
Programma's over sociologie,
geschiedenis, aardrijkskunde,
psychologie, en
maatschappijwetenschappen.
RELIGION
Programma's over religieuze
aangelegenheden.
Hoorspelen en radioseries.
PHONE IN
Meningsuiting via telefoon of
panelgesprekken.
TRAVEL
Informatieprogramma's over
reizen.
LEISURE
Vrijetijdsprogramma's waar
luisteraars aan kunnen
deelnemen.
JAZZ
Polyfonische, gesyncopeerde
muziek.
COUNTRY
Muziek uit het zuiden van de VS.
NATION M
Hedendaagse populaire muziek
uit land of streek.
DRAMA
CULTURE
Radio-uitzendingen over
nationale of regionale culturele
aangelegenheden, zoals religie,
taal en sociale vraagstukken.
SCIENCE
Programma’s over
natuurwetenschappen en
technologie.
VARIED
Gevarieerd amusement, zoals
interviews met bekende
persoonlijkheden,
quizprogramma's en komedies.
POP M
Populaire muziek.
ROCK M
Rockmuziek.
OLDIES
“Golden age” muziek.
EASY M
Easy listening ("middle of the
road" muziek).
FOLK M
LIGHT M
Lichte klassieke muziek, zowel
instrumentaal als vokaal.
Muziek die stamt uit de
muziekcultuur van een bepaald
land.
DOCUMENT
Duidingsprogramma's.
43NL
Radio-ontvangst
Programmatype
Overige
bedieningsfuncties
Cursortoetsen
MULTI CHANNEL DECODING
?/1
DIMMER
PRESET/
– PTY SELECT +
SHIFT
– TUNING +
MEMORY
DISPLAY
BASS BOOST
TONE
FM/AM
INPUT MODE
SPEAKERS
R ON r OFF
A
B
VIDEO
DVD/LD
TV/SAT 5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
A
MD/TAPE
CD
FM MODE
MASTER VOLUME
TUNER
LEVEL
C
SOUND FIELD
AUX
PHONES
B
A. F. D.
2CH
SUR
i
+
RDS EON RDS PTY
SET UP
MUTING
BASS
BOOST
TONE
NAME
MODE
BASS/
TREBLE
TUNER
I
–
ENTER
SET UP
Instelknop
NAME
ENTER
Kort overzicht van de toetsen en regelaars
die u in dit hoofdstuk tegenkomt
Naamgevingstoets (NAME): Druk hierop om uw
voorkeurzenders en andere weergavebronnen elk een
eigen naam te geven.
Instelknop: Kies hiermee de lettertekens bij de
naamgeving van voorkeurzenders en andere
weergavebronnen.
Cursortoetsen ( / ): Zet hiermee de cursor op de
gewenste plaats bij het invoeren van namen voor de
voorkeurzenders en andere weergavebronnen.
Radio-ontvangst keuzetoets (TUNER): Druk hierop om
in te stellen op de tuner, voor radio-ontvangst.
Insteltoets (SET UP): Druk hierop om de bedieningsinstelling te maken.
Invoertoets (ENTER): Druk hierop om de ingevoerde
naam voor een voorkeurzender of andere weergavebron
in het geheugen vast te leggen.
44NL
U kunt een naam (indexnaam) van maximum 8 tekens
invoeren voor voorkeurzenders en beeld/geluidsbronnen.
Deze “index” namen (zoals bijvoorbeeld “VHS”) worden
dan in het uitleesvenster aangegeven wanneer u instelt op
weergave van de betreffende beeld/geluidsbron.
U kunt niet meer dan één naam tegelijk invoeren voor
elke voorkeurzender of beeld/geluidsbron.
Deze functie kan handig zijn voor het uit elkaar houden
van soortgelijke apparatuur. Zo kunt u bijvoorbeeld twee
videorecorders onderscheiden met de typenamen “VHS”
en “8MM”. Bovendien kunt u hiermee componenten
benoemen die zijn aangesloten op stekkerbussen bedoeld
voor andere apparatuur, zoals een tweede CD-speler die
is aangesloten op de MD/TAPE aansluitingen.
DIMMER
BASS BOOST
Voer de gewenste naam in met de instelknop en de
cursortoetsen, als volgt:
Draai aan de instelknop om een letterteken te kiezen
en druk dan op de
toets om de cursor op de plaats
van de volgende letter te zetten.
Bij een vergissing in de letterkeuze
Druk net zovaak op de
of
cursortoets tot de
foute letter gaat knipperen en kies dan met de
instelknop het juiste letterteken.
Druk op de ENTER toets.
Invoeren van “index” namen voor nog andere
voorkeurzenders
Herhaal de stappen 2 t/m 5.
TONE
SHIFT
– TUNING +
MEMORY
FM/AM
A
VIDEO
B
DVD/LD
TV/SAT 5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
A
MD/TAPE
CD
PHONES
FM MODE
MASTER VOLUME
INPUT MODE
SPEAKERS
R ON r OFF
TUNER
AUX
B
LEVEL
C
SOUND FIELD
A. F. D.
2CH
SUR
I
i
–
+
RDS EON RDS PTY
SET UP
MUTING
BASS
BOOST
TONE
NAME
MODE
BASS/
TREBLE
ENTER
Weergavebronkeuzetoetsen
Weergavebron
Opname-apparatuur
(afspeelapparatuur)
(cassettedeck, minidiscrecorder, videorecorder)
l: Audio-signaalstroom
.: Video-signaalstroom
Opnemen op een audiocassette of
minidisc
Via deze tuner/versterker kunt u opnamen maken op een
cassette of een minidisc. Zie voor nadere details van de
bediening de gebruiksaanwijzing van uw cassettedeck of
minidisc-recorder.
1
Stel in op de geluidsbron die u wilt opnemen.
2
Breng het weergave-apparaat in gereedheid voor
afspelen.
Plaats bijvoorbeeld de op te nemen compact disc in de
CD-speler.
3
Plaats een voor opnemen geschikte cassette of
minidisc in het opname-apparaat en stel zo nodig
het opnameniveau in.
4
Start het opnemen op het opname-apparaat en
start dan de weergave van de geluidsbron.
Opmerkingen
• U kunt geen digitale geluidssignalen opnemen met een
opname-apparaat dat is aangesloten op de analoge MD/TAPE
REC OUT aansluitingen.
• De instellingen die u voor weergave maakt zijn niet van
invloed op de signalen die worden doorgegeven via de MD/
TAPE REC OUT aansluitingen.
Opmerking
U kunt geen andere naam kiezen voor een RDS zender.
45NL
Overige bedieningsfuncties
Druk op de NAME toets.
PRESET/
– PTY SELECT +
DISPLAY
.
Stem af op de voorkeurzender die u van een
“index” naam wilt voorzien.
Als u niet weet hoe u kunt afstemmen op een
voorkeurzender, volgt u de aanwijzingen onder
“Afstemmen op vastgelegde voorkeurzenders”
op blz. 41.
Invoegen van een spatie
Draai aan de instelknop tot er een spatie in het
uitleesvenster verschijnt (de spatie bevindt zich tussen
de “ ] ” en de letter “A”).
5
MULTI CHANNEL DECODING
?/1
l
3
4
Voor u begint dient u te controleren of alle apparaten naar
behoren zijn aangesloten.
Om een naam te geven aan een
voorkeurzender
Druk op de TUNER toets om in te stellen op de tuner.
Dan wordt er afgestemd op de laatst ontvangen zender.
Om een naam te geven aan een beeld/
geluidsbron
Stel in op de beeld/geluidsbron (component) die u
een naam wilt geven en ga dan door naar stap 3.
2
Deze tuner/versterker maakt het opnemen vanaf en op de
aangesloten apparatuur bijzonder eenvoudig. U hoeft de
apparaten voor weergave en voor opname niet
afzonderlijk op elkaar aan te sluiten; na het kiezen van
een weergavebron op de tuner/versterker kunt u gewoon
gaan opnemen met behulp van de bedieningsorganen op
de betrokken apparatuur.
l
1
Opnemen
.
Naamgeving van
voorkeurzenders en beeld/
geluidsbronnen
Opnemen
Automatisch uitschakelen
met de sluimerfunctie
Opnemen op een videocassette
Met deze tuner/versterker kunt u beelden opnemen vanaf
een TV of laserdisc-speler. Ook bestaat de mogelijkheid
om tijdens kopiëren of monteren van video-opnamen een
nieuw geluidsspoor in te voegen vanaf een geluidsbron
naar keuze. Zie voor nadere bijzonderheden de
gebruiksaanwijzing van uw laserdisc-speler.
1
Stel in op de beeld/geluidsbron die u wilt
opnemen.
2
Breng het weergave-apparaat in gereedheid voor
afspelen.
Plaats bijvoorbeeld de op te nemen laserdisc in de
laserdisc-speler.
3
Plaats een voor opnemen geschikte videocassette
in de videorecorder die u voor opnemen gebruikt.
4
Start het opnemen op de opname-videorecorder en
start dan de weergave van de laserdisc die u wilt
opnemen.
U kunt de tuner/versterker automatisch laten
uitschakelen na een tijdsduur die u zelf kiest, zodat u
gerust met muziek in slaap kunt vallen.
Druk op de SLEEP toets van de afstandsbediening
wanneer de tuner/versterker staat ingeschakeld.
Telkens wanneer u op de SLEEP toets drukt, verspringt de
sluimertijd als volgt.
n 2:00:00 n 1:30:00n 1:00:00 n 0:30:00 n OFF
Het uitleesvenster dooft nadat u de sluimertijd hebt
ingesteld.
z U kunt de sluimertijd precies naar wens instellen
Druk eerst op de SLEEP toets van de afstandsbediening en stel
dan de gewenste sluimertijd in met de instelknop van de tuner/
versterker. Daarmee kunt u de tijd precies tot op de minuut
instellen. De maximaal instelbare tijdsduur is 5 uur lang.
Overige bedieningsfuncties
z U kunt het geluid van om het even welke geluidsbron
opnemen op videocassette bij opname vanaf een laser disc
z U kunt de resterende sluimertijd totdat de tuner/versterker
uitschakelt controleren
Zoek op de videoband het punt op waar u het nieuwe geluid wilt
invoegen, stel in op de geluidsbron en start de weergave daarvan.
Het geluid van het gekozen weergave-apparaat zal op het
geluidsspoor van de videoband worden opgenomen, in plaats
van het oorspronkelijke geluidsspoor.
Druk op de SLEEP toets van de afstandsbediening. De resterende
tijd tot het uitschakelen verschijnt in het uitleesvenster.
Om terug te keren naar het oorspronkelijke geluidsspoor voor de
rest van de video-opnamen, stelt u weer in op de videogeluidsbron.
Opmerking
Zorg dat er zowel digitale als analoge aansluitingen zijn gemaakt
op de DVD/LD ingangen. Het is niet mogelijk analoge opnamen
te maken als er alleen digitale aansluitingen zijn gemaakt.
46NL
Instellingen met de SET UP
toets
Met de SET UP toets kunt u de volgende instellingen
maken.
Keuze van de 5.1CH videoweergavebron
Met deze instelling kunt u kiezen welke videobron er
moet worden weergegeven, samen met het geluid dat
binnenkomt via de 5.1CH INPUT aansluitingen. Bij
aflevering staat de 5.1CH videobron ingesteld op de
DVD/LD videospeler.
1
Druk op de SET UP toets.
2
Druk op de cursortoetsen ( of
onderdeel “5.1 V. IN” te kiezen.
3
Draai aan de instelknop om in te stellen op de
gewenste videoweergavebron.
) om het
Overige bedieningsfuncties
47NL
Aanvullende
informatie
Verhelpen van storingen
Als bij het gebruik van de tuner/versterker een van de
volgende problemen zich voordoet, neemt u dan de
controlepunten even door om het probleem te verhelpen.
Zie ook de paragraaf “Controleren van de aansluitingen”
op blz. 20 om zeker te stellen dat alle aansluitingen in
orde zijn. Mocht de storing niet zo gemakkelijk te
verhelpen zijn, raadpleeg dan a.u.b. de dichtstbijzijnde
Sony handelaar.
Er klinkt niet of nauwelijks geluid.
, Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
, Controleer of de tuner/versterker wel is ingesteld
op de juiste geluidsbron.
, Let op dat de SPEAKERS keuzeschakelaar in de
juiste stand staat (zie blz. 23). (alleen op de STRDE545 en STR-SE501)
, Druk op de MUTING toets van de
afstandsbediening om de geluiddemping uit te
schakelen, zodat de “MUTING” aanduiding dooft.
, Het beveiligingscircuit van de tuner/versterker is
in werking getreden, vanwege een kortsluiting.
Schakel de tuner/versterker uit, verhelp de
kortsluiting en schakel het apparaat weer in.
De weergave van links en rechts klinkt
onevenwichtig of de kanalen zijn verwisseld.
, Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
, Stel de weergave beter in met de voorbalansparameter (FRONT BALANCE) in het LEVEL
menu.
Er klinkt een storende bromtoon of andere
bijgeluiden.
, Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
, Houd de aansluitsnoeren uit de buurt van een
transformator of een motor en ten minste 3 meter
van een TV-toestel of tl-verlichting.
, Plaats de geluidsapparatuur niet te dicht in de
buurt van een ingeschakeld TV-toestel.
, Wellicht zijn de stekkers en aansluitbussen vuil.
Veeg ze schoon met een doekje met wat spiritus of
zuivere alcohol.
De middenluidspreker geeft geen geluid.
, Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld
(druk op de SOUND FIELD – MODE toets).
, Kies een klankbeeld met de term “cinema” of
“virtual” in de naam (zie blz. 28 t/m 30).
, Stel de geluidssterkte van de luidsprekers
evenwichtig in (zie blz. 19).
, Zorg dat de formaatparameter voor de
middenluidspreker is ingesteld op “SMALL” of
“LARGE” (zie blz. 17).
48NL
De achterluidsprekers geven niet of nauwelijks
geluid.
, Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld
(druk op de SOUND FIELD – MODE toets).
, Kies een klankbeeld met de term “cinema” of
“virtual” in de naam (zie blz. 28 t/m 30).
, Stel de geluidssterkte van de luidsprekers
evenwichtig in (zie blz. 19).
, Zorg dat de formaatparameter voor de
achterluidsprekers is ingesteld op “SMALL” of
“LARGE” (zie blz. 17).
De lagetonen-luidspreker geeft geen geluid.
, Controleer of de lagetonen-luidspreker op ON
staat (zie blz 18).
Het opnemen lukt niet.
, Controleer of alle audio/video-apparatuur naar
behoren is aangesloten.
, Stel met een van de weergavebron-keuzetoetsen in
op de gewenste geluidsbron.
, Bij het opnemen van een digitale geluidsbron dient
u de INPUT MODE ingangssignaal-keuzetoets op
ANALOG te zetten (zie blz. 23) voor u gaat
opnemen met een opname-apparaat dat is
aangesloten op de analoge MD/TAPE
aansluitingen.
De RDS informatiefuncties werken niet.
, Controleer of de tuner/versterker wel is afgestemd
op een RDS informatiezender op de FM
afstemband.
, Stem af op een krachtiger FM RDS zender.
De radio-uitzending wordt onderbroken door een
andere zender of de tuner begint automatisch
naar zenders te zoeken.
, De EON overschakelfunctie is in werking
getreden. Zorg dat de EON functie is
uitgeschakeld als u niet wilt dat een geluidsbron of
uitzending van een gekozen radiozender wordt
onderbroken.
Het geluid wordt niet met akoestiekeffect
weergegeven.
, Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld
(druk op de SOUND FIELD – MODE toets).
, Zorg bij gebruik van twee paar voorluidsprekers
dat de SPEAKERS keuzeschakelaar is ingesteld op
de luidsprekers A of B (niet op A+B, voor beide
tegelijk). (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
“PCM--kHz” verschijnt in het uitleesvenster.
, De bemonsteringsfrequentie ligt hoger dan 48 kHz.
Zet de DVD instelling op 48 kHz.
Er verschijnt niets in het uitleesvenster
, Als het uitleesvenster meteen na het aanschakelen
van de receiver dooft, druk dan op DIMMER om
de weergavestand te wijzigen.
Op het TV-scherm is geen beeld of slechts een
onduidelijk beeld zichtbaar.
, Stel de tuner/versterker op de juiste beeld/
geluidsbron in.
, Stel het TV-toestel in op de gewenste
beeldweergave.
, Zet het TV-toestel iets verder van de audioapparatuur vandaan.
De afstandsbediening werkt niet.
, Richt de afstandsbediening recht op de
afstandsbedieningssensor voorop de tuner/
versterker.
, Verwijder eventuele obstakels tussen de
afstandsbediening en de tuner/versterker.
, Als de batterijen in de afstandsbediening leeg
kunnen zijn, vervangt u ze dan beide door nieuwe.
, Controleer of u wel de juiste toets op de
afstandsbediening hebt ingedrukt.
, Als de afstandsbediening staat ingesteld op
bediening van alleen het TV-toestel, kies dan eerst
met de component-keuzetoets op de
afstandsbediening een andere beeld/geluidsbron
dan de TV, dan kunt u daarna het gewenste
apparaat bedienen.
Pagina’s met aanwijzingen voor het wissen
van het geheugen van de tuner/versterker
Voor wissen van
Leest u
Het gehele geheugen
pagina 15
De zelf aangepaste klankbeelden
pagina 35
49NL
Aanvullende informatie
Het afstemmen op een radiozender lukt niet.
, Controleer of de antennes goed zijn aangesloten.
Verstel zonodig de stand van de antennes en sluit
een buitenantenne aan.
, Mogelijk is de signaalsterkte te gering voor
ontvangst (bij gebruik van de automatische
zoekafstemming). Gebruik de directe afstemming.
, Er zijn nog geen zenders vooringesteld of de
vastgelegde voorkeurzenders zijn uit het geheugen
gewist (bij gebruik van de geheugenafstemming).
Leg de gewenste zenders in het afstemgeheugen
vast (zie blz. 40).
, Druk op de DISPLAY toets zodat de
afstemfrequentie in het uitleesvenster verschijnt.
De gewenste RDS informatie verschijnt niet in
het uitleesvenster.
, Neem contact op met de radiozender en informeer
of deze wel of geen RDS signalen uitzendt. Ook
zenders die gewoonlijk wel RDS informatie
uitzenden kunnen deze soms tijdelijk buiten
werking stellen.
Technische gegevens
Versterker-gedeelte
UITGANGSVERMOGEN
Nominaal uitgangsvermogen in
Stereo Mode
STR-DE545/SE501:
(aan 8 ohm, 1 kHz,
THD 0.7%)
100 watt + 100 watt
STR-DE445:
(aan 8 ohm, 1 kHz,
THD 0.7%)
60 watt + 60 watt
Referentie-uitgangsvermogen
STR-DE545/SE501:
(aan 8 ohm,1 kHz,
THD 0.7%)
Voor: 100 watt + 100
watt
Midden: 100 watt
Achter: 100 watt +
100 watt
Aanvullende informatie
STR-DE445:
(aan 8 ohm,1 kHz,
THD 0.7%)
Voor: 60 watt + 60
watt
Midden: 60 watt
Achter: 60 watt + 60
watt
Frequentiebereik
CD, MD/TAPE,
DVD/LD, TV/SAT,
VIDEO, AUX:
10 Hz - 50 kHz
+0,5/–2 dB (zonder
klankbeeld,
toonregeling of
basversterking)
Ingangen (analoog)
5.1CH INPUT, CD,
DVD/LD, MD/
TAPE, TV/SAT,
VIDEO, AUX:
Gevoeligheid: 250
mV
Impedantie: 50
kOhm
Signaal/
ruisverhoudinga):
96 dB (A, 250 mVb))
a) INPUT SHORT
b) Netwerk-gewogen, ingangsniveau
Ingangen (digitaal)
DVD/LD (coaxiaal):
Gevoeligheid: –
Impedantie: 75
Ohm
Signaal/
ruisverhouding:
100 dB (A, 20 kHz
LPF)
DVD/LD, TV/SAT*:
Gevoeligheid: –
Impedantie: –
Signaal/
ruisverhouding:
100 dB (A, 20 kHz
LPF)
* Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501.
50NL
Uitgangen
MD/TAPE (REC
OUT); VIDEO
(AUDIO OUT):
Uitgangsspanning:
250 mV
Impedantie: 10
kOhm
SUB WOOFER:
Uitgangsspanning:
2V
Impedantie: 1
kOhm
PHONES:
Geschikt voor hoogen laagohmige
hoofdtelefoons
Basversterking
+6 dB bij 70 Hz
TONE
±6 dB bij 100 Hz en
10 kHz
Bemonsteringsfrequentie
48 kHz
Technische gegevens
FM tuner-gedeelte
Afstembereik
87,5 – 108,0 MHz
AM tuner-gedeelte
Afstemberei 531 – 1.602 kHz
Antenne
Antenne-aansluitingen
75 ohm,
asymmetrisch
Gevoeligheid
Mono: 18,3 dBf,
2,2 µV/75 ohm
Stereo: 38,3 dBf,
22,5 µV/75 ohm
Bruikbare gevoeligheid
11,2 dBf,
1µV/75 ohm
Harmonische vervorming bij 1
kHz
Mono: 0,3%
Stereo: 0,5%
Kanaalscheiding
45 dB bij 1 kHz
Bruikbare gevoeligheid
50 dB/meter
(bij 999 kHz)
Signaal/ruisverhouding
54 dB (bij 50 mV/
meter)
Harmonische vervorming
0,5 % (bij 50 mV/
meter, 400 kHz)
Video-gedeelte
Ingangsspanning
Video: 1 Vt-t, 75 ohm
S-video*:
Y: 1 Vt-t, 75 ohm
C: 0,286 Vt-t, 75
ohm
Uitgangsspanning
Video: 1 Vt-t, 75 ohm
S-video*:
Y: 1 Vt-t, 75 ohm
C: 0,286 Vt-t, 75
ohm
Selectiviteit 60 dB bij 400 kHz
Tuner-gedeelte:
Quartz PLL kwartsen fasegekoppeld
digitaal synthesizer
afstemsysteem
Voorversterkergedeelte:
Ruisarme NF-type
equalizerversterker
Eindversterkergedeelte:
Zuiver
complementaire
SEPP versterker
Stroomvoorziening
230 V wisselstroom,
50/60 Hz
Stroomverbruik
STR-DE545/SE501:
220 watt
STR-DE445: 160 watt
Netstroomuitgangen (alleen op
de STR-DE545 en STR-SE501)
1 uitschakelbaar,
maximaal 100 watt
Afmetingen (b/h/d)
430 x 303 x 157 mm,
incl. uitstekende
onderdelen en
knoppen
* Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501.
Gewicht (ca.)
STR-DE545: 7,9 kg
STR-DE445: 7,7 kg
STR-SE501: 8,2 kg
Bijgeleverd toebehoren
Zie blz. 4.
Wijzigingen in ontwerp en technische
gegevens voorbehouden, zonder
kennisgeving.
51NL
Aanvullende informatie
Frequentiebereik
30 Hz – 15 kHz
+0,5/–2 dB
Systeem
Kaderantenne
Selectiviteit bij 9 kHz: 35 dB
Signaal/ruisverhouding
Mono: 76 dB
Stereo: 70 dB
Algemeen
Verklarende woordenlijst
Akoestiek-weergave
Geluidsweergave die bestaat uit drie
geluidscomponenten: direct geluid,
rechtstreeks weerkaatst geluid (vroege
weerkaatsingen) en een (latere)
nagalm. De akoestiek van de ruimte
waarin u luistert beïnvloedt de wijze
waarop u deze drie
geluidscomponenten hoort. De
akoestiek-weergavecombineert deze
geluidscomponentenop een
dusdanige manier dat diverse
luisteromgevingen, zoals een
concertzaal, kunnen worden
nagebootst.
• Geluidscomponenten
Nagalm
Vroege
weerkaatsingen
Dolby Digital (AC-3)
Dit is een weergavesysteem voor de
bioscoop, meer geavanceerd dan de
Dolby Pro Logic Surround. Hierbij
geven de achterluidsprekers stereo
geluid weer met een breder
frequentiebereik, en is tevens
voorzien in een afzonderlijk
“subwoofer” lagetonenkanaal voor de
diepste bassen. Dit systeem wordt ook
aangeduid als “5.1”, met vijf gewone
voor-, midden- en achterluidsprekers
plus het subwooferkanaal dat voor 0.1
telt (aangezien het alleen dient voor
de ultralage tonen). Alle zes kanalen
worden bij dit systeem afzonderlijk
opgenomen, voor een optimale
kanaalscheiding. En omdat alle
signalen digitaal verwerkt worden, is
er minder verlies aan kwaliteit. De
naam “AC-3” geeft aan dat dit de
derde audio-codeermethode is die
ontwikkeld werd door de Dolby
Laboratories Licensing Corporation.
Direct geluid
Digital Cinema Sound
Dit is een algemene term voor de
akoestiek-weergave die geboden
wordt door de digitale
signaalverwerkingstechniek
ontwikkeld door Sony. In
tegenstelling tot de eerdere
akoestische klankbeelden die
voornamelijk bedoeld waren voor
muziekweergave, is de Digital
Cinema Sound specifiek ontworpen
voor het weergeven van filmgeluid.
• Weergave van het geluid via de
achterluidsprekers
Direct geluid
Aanvullende informatie
Niveau
Vroege
weerkaatsingen
Nagalm
Vroege weerkaatsingstijd
Tijd
Dolby Pro Logic Surround
Een van de decodeersystemen voor
Dolby Surround geluid, waarmee een
twee-kanaals geluidsspoor wordt
omgezet in vier gescheiden kanalen.
Vergeleken met het eerdere Dolby
Surround systeem, zorgt de Dolby Pro
Logic Surround voor een meer
natuurlijk klankbeeld met vloeiender
verlopende bewegingen en precieser
gelokaliseerd geluid. Om de
voordelen van Dolby Pro Logic
Surround optimaal te horen, heeft u
een paar achterluidsprekers en een
middenluidspreker nodig. De
achterluidsprekers geven het geluid in
mono weer.
52NL
Instellingen waarvoor de SUR, LEVEL, BASS/TREBLE, en SET
UP toetsen worden gebruikt
U kunt een heel stel geluidsinstellingen zelf naar wens aanpassen met de SUR, LEVEL, BASS/TREBLE, en SET UP toetsen,
de instelknop en de cursortoetsen. Hieronder volgt een overzicht van de beschikbare instellingen.
Druk op de onderstaande toets
zodat deze oplicht:
Druk op de
of
cursortoets om in te stellen
op:
Draai aan de instelknop om een
instelling te kiezen:
Zie blz.
SUR toets
EFFECT LEVEL
afhankelijk van het klankbeeld (in 16 stapjes)
33
WALL TYPE
van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk)
REVERBERATION TIME
van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk)
FRONT BALANCE
van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk)
REAR BALANCE
van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk)
REAR LEVEL
van –10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB)
CENTER LEVEL
van –10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB)
SUB WOOFER LEVEL
van –10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB)
LFE MIX LEVEL
van –20 dB tot 0 dB (in stapjes van 1 dB) of
OFF
dts LFE MIX LEVEL
van –20 dB tot +10 dB (in stapjes van 1 dB) of
OFF
DYNAMIC RANGE COMP
van 0.1 tot 0.9 (in stapjes van 0,1 dB) of STD,
MAX of OFF
BASS
van –6 dB tot +6 dB (in stapjes van 2 dB)
TREBLE
van –6 dB tot +6 dB (in stapjes van 2 dB)
LEVEL toets
BASS/TREBLE toets
L
C
R
(FRONT)
LARGE of SMALL
(CENTER)
LARGE, SMALL of NO
(REAR)
LARGE, SMALL of NO
LS RS
REAR PL.
PL. SIDE of PL. BEHD.
REAR HGT.
HGT. LOW of HGT. HIGH
SUB WOOFER
S.W. YES of S.W. NO
L
C
R
(FRONT) XX.X METER
(CENTER) XX.X METER
LS RS
(REAR) XX.X METER
5.1 V. IN [XXX]
35
16
Aanvullende informatie
*SET UP
34
van 1,0 meter (3 feet) en 12,0 meter (40 feet) in
stapjes van 10 cm (of stapjes van 0,1 meter)
van FRONT tot 1,5 meter (5 feet) in stapjes van
10 cm (of stapjes van 0,1 meter)
van FRONT tot 4,5 meter (15 feet) in stapjes van
10 cm (of stapjes van 0,1 meter)
V-TV/SAT, V-DVD/LD, V-VIDEO
47
* Als u op de SET UP toets drukt, kunt u NORM. SP (gewone luidsprekers) of MICRO SP (microsatellietluidsprekers) kiezen. (pagina 16)
53NL
Beschrijving van de afstandsbediening (alleen op de STRDE445)
De systeemcomponenten kunnen worden bediend met de afstandsbediening. De onderstaande tabellen geven een overzicht
van de instellingen van elke toets.
Toets
Voor bediening
van
Funktie
Toets
Voor bediening
van
Funktie
SLEEP
Tuner/versterker
Activateert de sluimerfunctie en
de tijdsspanne waarna de
receiver automatisch uitschakelt.
D.TUNING
Tuner/versterker
Direct invoeren van radiozenders.
./>
CD-speler/
Overslaan van muziekstukken.
minidisc-recorder/
DVD-speler/
laserdisc-speler/
VCD-speler/
cassettedeck/
videorecorder/
DAT deck
m/M
CD-speler/
DVD-speler/
VCD-speler
AV ?/1
TV/VCR/
In/uitschakelen van de stroom.
CD-speler/
DVD-speler/
minidisc-recorder/
VCD-speler/
laserdisc-speler/
DAT deck
?/1
Tuner/versterker
Om de receiver aan of af te zetten.
Zoeken van muziekstukken
(voorwaarts of terugwaarts).
Aanvullende informatie
VIDEO
Tuner/versterker
Om videocassettes te bekijken.
DVD/LD
Tuner/versterker
Om een DVD of beeldplaat te
bekijken.
TV/SAT
Tuner/versterker
Om TV-beelden of beelden van een
satellietontvanger te bekijken.
MD/TAPE
Tuner/versterker
Om een Minidisc of audiocassette
te beluisteren.
n
Cassettedeck
CD
Tuner/versterker
Om een compact disc te
beluisteren.
N
TUNER
Tuner/versterker
Om radioprogramma’s te
beluisteren.
AUX
Tuner/versterker
Om audio-apparatuur te
beluisteren.
CD-speler/
Starten van de weergave.
cassettedeck/
minidisc-recorder/
videorecorder/
DVD-speler/
VCD-speler/
laserdisc-speler/
DAT deck
5.1CH
Tuner/versterker
Om een DVD speler of Dolby
Digital te bekijken.
X
0-9
Tuner/versterker
Gebruik de “SHIFT” toets om het
voorinstelzendernummer te kiezen
tijdens DIRECT TUNING of
MEMORY mode.
CD-speler/
Tijdelijk onderbreken van de
cassettedeck/
weergave of opname. (Ook voor
minidisc-recorder/ het starten van de opname van
videorecorder/
apparatuur die in de opnameDVD-speler/
pauzestand staat.)
VCD-speler/
laserdisc-speler/
DAT deck
x
CD-speler/
Stoppen van de weergave.
cassettedeck/
minidisc-recorder/
videorecorder/
DVD speler/
VCD-speler/
laserdisc-speler/
DAT deck
POSITION*
TV
Veranderen van de plaats van het
inzetbeeld.
SWAP*
TV
Verwisselen van het inzetbeeld en
het gewone beeld.
DISC
CD-speler
Discs kiezen. (Enkel Mega StorageCD-speler.)
CD-speler/
Kiezen van muziekstuk-nummers.
minidisc-recorder/ Met 0 kiest u muziekstuknummer
VCD-speler/
10.
laserdisc-speler/
DAT deck
TV/
videorecorder/
SAT
>10
ENTER
SHIFT
-/--
Kiezen van kanaalnummers.
CD-speler/
Kiezen van muziekstuk-nummers
cassettedeck/
boven de 10.
minidisc-recorder/
VCD-speler/
laserdisc-speler
TV/
Druk hierop om de waarde in te
videorecorder/
voeren na het kiezen van een
SAT/
kanaal, disc of muziekstuk.
cassettedeck/
laserdisc-speler/
VCD-speler/
minidisc-recorder/
DAT deck
Tuner/versterker
TV
cassettedeck/
Vooruitspoelen of terugspoelen.
minidisc-recorder/
videorecorder/
laserdisc-speler/
DAT deck
Druk herhaaldelijk om een
geheugenpagina te kiezen voor het
voorinstellen van radiozenders of
het afstemmen op vooringestelde
radiozenders.
Om met de nummertoetsen
kanaalnummers te kunnen kiezen,
bestaande uit één of twee cijfers.
Starten van de weergave van de
achterkant van de cassette.
SUB CH +/–* TV
Om voorinstelkanalen voor het
kleine beeld te kiezen.
CH PRESET
+/–
Tuner/versterker
Doorlopen en kiezen van
vooringestelde zenders.
TV/VCR/SAT
Kiezen van kanalen.
TV/
videorecorder/
DVD speler/
VCD-speler/
laserdisc-speler
Om informatie op het TV-scherm te
selecteren.
DISPLAY
* Uitsluitend voor Sony TV’s voorzien van de beeld-in-beeld funktie.
54NL
Toets
Voor bediening
van
Funktie
P IN P*
TV
In werking stellen van de beeld-inbeeld funktie.
JUMP
TV
Schakelt om tussen vorige en
huidige kanalen.
WIDE
TV
Kiest de breedbeeldstand.
D. SKIP
CD-speler
Overslaan van compact discs
(alleen voor een CD-speler met een
multi-disc wisselaar).
ANT TV/
VTR
Videorecorder
Kiezen van het uitgangssignaal van
de antenne-aansluiting: TV-signaal
of videoprogramma.
TV/VIDEO
TV/videorecorder Kiezen van het ingangssignaal: TVsignaal of videoprogramma.
A. F. D.
Tuner/versterker
Auto Format Decoding.
2CH/OFF
Tuner/versterker
Om het geluidsveld uit te
schakelen.
MODE
Tuner/versterker
Om de geluidsveldstand te kiezen.
EQ/TONE
Tuner/versterker
Om het geluidseffect aan of uit te
schakelen.
BASS BOOST Tuner/versterker
MUTING
Tuner/versterker
Om het geluid van de receiver uit
te schakelen.
Indrukken om de testtoon te laten
horen.
CURSOR
MODE
Druk deze toets herhaaldelijk in om
één van de drie cursorstanden:
LEVEL, SURROUND en BASS/
TREBLE te kiezen.
Tuner/versterker
Om het hoofdvolume van de
receiver te regelen.
MENU </>
Tuner/versterker
Om een menu item te kiezen.
MENU +/–
Tuner/versterker
Om instellingen te verrichten of te
wijzigen.
MENU
Het is echter niet mogelijk om de fabrieksinstelling van de
TUNER toets te veranderen.
AV ?/1
DVD speler
Om het DVD menu te tonen.
F/f/G/g
DVD speler
Om een menu item te kiezen.
ENTER
DVD speler
Om de selectie in te voeren.
RETURN
DVD speler
Om terug te keren naar het vorige
menu of het menu te verlaten.
TITLE
DVD speler
Om de DVD titel te tonen.
AV
?/1
SLEEP
?/1
?/1
SYSTEM
STANDBY
AUX
VIDEO
DVD/LD
MD/TAPE
CD
MENU
1
2
G
4
7
5
5.1CH
TV/SAT
TUNER
F
>10
3
ENTER
g
6
Nummertoetsen
f
TITLE
8
SHIFT
=
Funktiekeuzetoetsen
9
RETURN
0
>10
– /– –
POSITION
SWAP
=
+
– SUB CH +
ENTER
D.TUNING
ENTER
DISC
CH/
PRESET
0
)
DISPLAY
P IN P
ANT
TV/VTR
9
(
D.SKIP
JUMP
WIDE
TV/
VIDEO
P
p
SOUND FIELD
MODE
2CH/OFF
A.F.D.
EQ/TONE
BASS
BOOST
TEST
TONE
CURSOR
MODE
MUTING
MASTER
VOL
MENU
MASTER VOL –
* Uitsluitend voor Sony TV’s voorzien van de beeld-in-beeld funktie.
Opmerking
Bepaalde Sony apparatuur is niet geschikt voor deze
afstandsbediening en zal niet reageren op de bovengenoemde
bedieningstoetsen.
55NL
Aanvullende informatie
MASTER
Als de toewijzingen van de FUNCTION toetsen
(hierboven) zoals deze in de fabriek zijn ingesteld, niet
overeenstemmen met die van uw apparatuur, is het
mogelijk om deze instellingen aan te passen. Als u
bijvoorbeeld over twee CD-spelers beschikt en u heeft
geen cassettedeck of minidisc-recorder, kunt u de MD/
TAPE toets toewijzen aan uw tweede CD-speler.
Om het bass-geluid van de
voorluidsprekers te versterken.
TEST TONE Tuner/versterker
Tuner/versterker
Veranderen van de toewijzingen van een
funktiekeuzetoets
Beschrijving van de afstandsbediening
(alleen op de STR-DE445)
1
Houd de Funktiekeuzetoetsen waarvan u de
toewijzing wilt veranderen, ingedrukt (bijvoorbeeld
MD/TAPE).
2
Druk op de betreffende toets van de component die
u aan de functietoets wilt toekennen (bijvoorbeeld 1
- CD-speler).
De volgende cijfertoetsen zijn bedoeld om de functies te
selecteren:
Bedienen
Drukt u op
CD-speler
1
DAT deck
2
Minidisc-recorder
3
Cassettedeck A
4
Cassettedeck B
5
Laserdisc-speler
6
Videorecorder (bedieningsstand VTR 1*)
7
Videorecorder (bedieningsstand VTR 2*)
8
Videorecorder (bedieningsstand VTR 3*)
9
TV-toestel
0
DSS (Digital Satellite System)
DVD
VCD-speler
>10
ENTER
.
Aanvullende informatie
* Sony videorecorders worden bediend in een VTR 1, 2 of 3
stand. Deze bedieningsstanden komen overeen met
resp. Beta, 8mm en VHS.
U kunt nu de MD/TAPE toets gebruiken voor het
bedienen van een tweede CD-speler.
De AUX functie overschakelen naar een andere functie
Hou SLEEP ingedrukt en druk op de toets van de component
waaraan u die wilt toekennen.
De 5.1 CH functie overschakelen naar een andere functie
Hou AV ?/1 ingedrukt en druk op de toets van de component
waaraan u die wilt toekennen.
Een toets in de fabrieksinstelling zetten
Voer de bovenstaande procedure opnieuw uit.
Alle functietoetsen in de fabrieksinstelling zetten
Druk tegelijk op ?/1, AV ?/1 en MASTER VOL –.
56NL
Index
A
E, F
Aanduidingen in het
uitleesvenster 24
Aanpassen van de klankbeelden
33
Aansluiten
5.1CH INPUT component 9
antennes 5
audio-apparatuur 6
CONTROL A1
10, 11
digitale componenten 8
luidsprekersysteem 13
netsnoer 11
video-apparatuur 7
AC-3. Zie Dolby Digital (AC-3)
Afstemmen
direct 39
doornemen van zenders. Zie
Automatische zoekafstemming
op voorkeurzenders 40
Akoestiek-weergave 16 - 20, 27 36, 52
Automatische zoekafstemming
40
Effectniveau 33
EON. Zie RDS
Monteren. Zie Opnemen
N
G, H
Geheugenafstemming
automatisch voorinstellen 41
voorkeurzender kiezen 41
voorinstellen van zenders 40
Naamgeving
geluidsbronnen 45
voorkeurzenders 45
O
Ontvangen van zenders. Zie
Afstemmen
Opnemen
audiocassette of minidisc 45
videocassette 46
I, J
Indexfunctie. Zie Naamgeving
Instellen
akoestiekparameters 33
effectniveau 33
toonregeling 35
helderheid van het
uitleesvenster 24
klankkleur 36
luidsprekervolume 19
P, Q
Parameters 34, 36
R
Radio-ontvangst.
Zie Afstemmen
K
Basisbediening 22 - 26
Batterijen 4
Bijgeleverd toebehoren 4
Bijregelen. Zie Instellen
C
CONTROL A1
10, 11
Controleren van de
aansluitingen 20
S
Sluimerfunctie 46
Surround akoestiek 16 - 20, 27 36, 52
T
Testtoon 19
U
Uitpakken 4
V
Voorkeurzenders
afstemmen 41
automatisch vastleggen 40
vastleggen 41
L
Digital Cinema Sound 52
Directe afstemming 39
Dolby Digital (AC-3) 52
Dolby Pro Logic Surround 52
Doornemen van zenders
radiozenders. Zie Automatische
zoekafstemming
voorkeurzenders.
Zie Geheugenafstemming
Luidsprekers
aansluiten 13
geluidssterkte 19
impedantie 14
kiezen van de
voorluidsprekers A/B 23
opstelling 16
volumeregeling 19
W, X, Y
Wissen van het geheugen 15
Z
Zendernamen. Zie Naamgeving
57NL
Aanvullende informatie
Kiezen
beeld/geluidsbron 22
klankbeelden 28
voorluidsprekers 23
weergave-component 22
Klankbeeld
aanpassen 33
instelbare parameters 36
kiezen 28
terugstellen 35
voorgeprogrammeerd 28 - 30
Klankkleur 36
Kopiëren. Zie Opnemen
B
D
M