Master XL61 110-230V 50HZ de handleiding

Categorie
Ruimteverwarmingstoestellen
Type
de handleiding
BELANGRIJK: LEES DE INSTRUCTIES IN DEZE HANDLEIDING AANDACHTIG DOOR VOORDAT
U BEGINT MET DE MONTAGE, HET OPSTARTEN OF DE ONDERHOUD VAN DE GENERATOR.
ONJUIST GEBRUIK VAN DE GENERATOR KAN LEIDEN TOT ERNSTIG LETSEL. BEWAAR DE
HANDLEIDING GOED VOOR LATERE RAADPLEGING.
►►
(WAARSCHUWINGEN)
!
BELANGRIJK: Dit apparaat is niet
bestemd voor gebruik door personen (in-
clusief kinderen) met een beperkt lichameli-
jk, zintuiglijk of geestelijk vermogen of door
personen zonder ervaring, tenzij ze worden
begeleid door iemand die verantwoordelijk
is voor hun veiligheid. Let er op dat kinderen
niet met het apparaat spelen.
!
GEVAREN: Koolmonoxidevergiftiging is
levensgevaarlijk.
De eerste lichamelijke symptomen van
koolmonoxidevergiftiging lijken op die van griep:
sterke hoofdpijn, duizeligheid en/of misselijkheid.
Dergelijke symptomen kunnen worden veroorzaakt
door een onjuiste werking van de generator. ZODRA
U DERGELIJKE SYMPTOMEN OPMERKT, DIENT
U ONMIDDELLIJK NAAR BUITEN TE GAAN, en
vervolgens de generator te laten repareren bij een
erkende servicedienst.
1.1. LEVERING:
►1.1.1. Het personeel dat verantwoordelijk is voor
de levering van de generator, moet in het bezit zijn
van de gepaste kwalicaties en de instructies van
de producent goed kennen, alsook goed op de
hoogte zijn van de geldende wettelijke bepalingen
m.b.t. het veilig leveren van generatoren.
►1.1.2. Gebruik uitsluitend de soort brandstof die
staat aangegeven op het typeplaatje dat zich op
het apparaat bevindt.
►1.1.3. Wanneer u de brandstoftank bijvult, schakel
de generator eerst uit en wacht totdat het apparaat
is afgekoeld.
►1.1.4. De brandstof opslagtanks dienen in een
aparte ruimte te worden bewaard.
►1.1.5. Alle brandstoftanks moeten zich op een
veilige afstand bevinden van de generator. De
veilige afstand wordt in de geldende wettelijke
bepalingen vastgesteld.
►1.1.6. Brandstof dient te worden bewaard in ruimtes
waar de vloeren bestendig zijn tegen de absorptie
van brandstof en geen lekkende brandstof
doorlaten op beneden gelegen vlammen, wat zou
kunnen leiden tot ontsteking van de brandstof.
►1.1.7. Brandstof dient te worden bewaard in
overeenstemming met de geldende wettelijke
bepalingen.
1.2. VEILIGHEID:
►1.2.1. Gebruik de generator nooit in ruimtes met
benzine, oplosmiddelen of andere brandbare
dampen.
►1.2.2. Bij het gebruik van de generator, moet
worden voldaan aan de plaatselijk geldende
regelgeving en voorschriften.
►1.2.3. Generatoren die worden gebruikt in de
buurt van zeilen, gordijnen of andere vergelijkbare
materialen, dan moet de generator op een veilige
afstand van deze materialen worden geplaatst.
Het wordt tevens aangeraden om brandwerende
bekleding te gebruiken.
►1.2.4. Gebruik de generator uitsluitend in goed
geventileerde ruimtes. Om voldoende toevoer van
frisse lucht te garanderen, moet worden gezorgd
voor een juist ventilatiegat, in overeenstemming
met de geldende wettelijke bepalingen.
►1.2.5. De generator mag alleen worden aangesloten
op een stroomtoevoer met een spanning en
frequentie die overeenkomen met de gegevens op
het typeplaatje dat zich op het apparaat bevindt.
►1.2.6. Gebruik uitsluitend 3-dradige verlengsnoeren
die goed geaard zijn.
►1.2.7. De minimale veilige afstanden tussen de
generator en brandbare materialen zijn als volgt:
voorkant = 2,5 m (8 ft); zij-, boven- en achterkant
= 1,5 m (5 ft).
►1.2.8. Om risico op brand te voorkomen, dient een
hete of werkende generator altijd op een stabiele
en vlakke ondergrond te worden geplaatst.
►1.2.9. Houd dieren op een veilige afstand van de
generator.
►1.2.10. Indien de generator niet wordt gebruikt,
haal dan de stekker uit het stopcontact.
►1.2.11. Bij bediening met een thermostaat, kan
de generator op een willekeurig moment worden
opgestart.
►1.2.12. Gebruik de generator niet in ruimtes die
vaak worden bezocht en ook niet in slaapkamers.
►1.2.13. Zorg ervoor dat de luchtinlaat (achterkant
van het apparaat) en de luchtuitlaat (voorkant van
het apparaat) niet worden geblokkeerd.
►1.2.14. Wanneer de generator heet is of op
stroom is aangesloten of tijdens de werking van
het apparaat, dient het niet te worden verplaats,
bediend, bijgevuld met brandstof en er dienen
ook geen overige onderhoudswerkzaamheden te
worden verricht.
►1.2.15. Regel de luchtstroom niet bij de inlaat of bij
de uitlaat van de generator.
►1.2.16. Houd voldoende afstand tussen de hete
elementen van de generator en brandbare of
thermische materialen (inclusief snoer).
►1.2.17. Bij beschadiging van het snoer dient deze
te worden vervangen bij een erkende servicedienst
om gevaarlijke situaties te vermijden.
en
it
de
es
fr
nl
pt
da
no
sv
pl
ru
cs
hu
sl
tr
hr
lt
lv
et
ro
sk
bg
uk
bs
el
zh
►►

►2.1. Verwijder alle materialen die deel uitmaken
van de verpakking en transport van de generator
en gooi ze vervolgens weg in vereenstemming
met de geldende wettelijke bepalingen.
►2.2. Haal alle onderdelen uit de doos.
►2.3. Controleer op mogelijk beschadigingen die
tijdens het transport zijn ontstaan. Als de generator
beschadigd blijkt te zijn, meld dit onmiddellijk bij
het verkooppunt waar de generator is gekocht.
►►
!
LET OP: De generator werkt uitsluitend
op DIESEL of KEROSINE.
Om brand of explosie te voorkomen, dient uitsluitend
diesel of kerosine te worden gebruikt. Gebruik nooit
benzine, petroleum, oplosmiddelen, alcohol of
andere brandstoffen.
In geval van zeer lage temperaturen kunt u niet-
giftige antivries gebruiken.
►►

De lucht die nodig is voor een goede verbranding
wordt geproduceerd door de rotatie van de interne
rotor naar de brander. De luchtstroom verlaat de buis
van de brander en mengt zich met de brandstof, die
wordt verstoven via een mondstuk onder hoge druk.
De brandstof die via het mondstuk wordt verstoven,
wordt toegevoerd via een elektrische pomp die de
brandstof uit de tank zuigt en deze onder hoge druk
naar het mondstuk duwt.
►►
!
LET OP: Voor dat u de generator
opstart, lees de “VEILIGHEIDSINFORMATIE”
aandachtig door.
!
BELANGRIJK: Wanneer de verwarmer
een eerste keer niet inschakelt, moet u
controleren of er brandstof in de tank
aanwezig is, controleren of de brandstoflter
netjes is en controleren of de verwarme op
een vlak, stabiel oppervlak is geplaatst.
!
BELANGRIJK: Dit is een doelgerichte
infraroodstraler. De infraroodstraling
verwarmt lichamen in plaats van de lucht.
►►
►5.1.1. Volg alle veiligheidsinstructies nauwgezet
op.
►5.1.2. Controleer of er voldoende brandstof is in
de tank.
►5.1.3. Sluit de tankdop.
►5.1.4. Steek de stekker in het stopcontact (ZIE
VOLTAGE IN “TABEL MET TECHNISCHE
GEGEVENS”).
►5.1.5. Zet de “ON/OFF” schakelaar in de
positie “ON” (|) (A Afb. 3). De generator zal
binnen enkele seconden opstarten. Indien
dit niet het geval is, raadpleeg dan de sectie
“PROBLEEMOPSPORING” (Sectie 10).
PS.: INDIEN DE GENERATOR UITGAAT
VANWEGE GEBREK AAN BRANDSTOF DIENT
HET APPARAAT TE WORDEN UITGESCHAKELD,
DE TANK BIJGEVULD EN DE GENERATOR WEER
WORDEN OPGESTART (ZIE SECTIE 5.1.).
►►
!
LET OP: SCHAKEL DE STROOMTOEVOER
NIET UIT EN HAAL DE STEKKER NIET UIT HET
STOPCONTACT TOTDAT DE GENERATOR
VOLLEDIG IS AFGEKOELD (circa 5 min.).
►5.2.1. Zet de “ON/OFF” schakelaar in de positie
“OFF” (0) (A Afb. 3).
AANSLUITING
OMGEVINGSTHERMOSTAAT (Optioneel)
Verwijder de dop die op het toestel is aangesloten
en verbind de omgevingsthermostaat (Optioneel) (C
Afb. 3).

BRANDSTOFFILTER

HET KAN ZIJN DAT HET BRANDSTOFFILTER
MOET WORDEN SCHOONGEMAAKT. DIT IS
ECHTER AFHANKELIJK VAN DE KWALITEIT
VAN DE GEBRUIKTE BRANDSTOF.
►6.1. Verwijder de tankdop (A Afb. 4).
►6.2. Haal het lter uit de tank.
►6.3. Draai de dop los (B Afb. 4).
►6.4. Verwijder het lter (C Afb. 4).
►6.5. Reinig het lter met behulp van schoon
brandstof. Wees voorzichtig om het lter niet te
beschadigen.
►6.6. Plaats het lter terug in de tank.

VOLG DE ONDERSTAANDE PROCEDURE VOOR
HET BEST MOGELIJKE ONDERHOUD EN/OF
VERVOER VAN DE GENERATOR:
►7.1. Tap alle brandstof af uit de tank.
►7.2. Indien er restanten in de tank overblijven,
giet wat schone brandstof in de tank en tap alle
brandstof opnieuw af uit de tank.
►7.3. Sluit de tankdop en gooi de brandstof op de
juiste manier weg - in overeenstemming met de
geldende wettelijke bepalingen.
►7.4. Plaats de generator op een vlakke ondergrond
en zorg ervoor dat deze waterpas staat voordat
u enige onderhoudswerkzaamheden uitvoert om
lekkage van brandstof te voorkomen. Bewaar
de generator op een droge plek en beveilig het
apparaat tegen externe schade.
en
it
de
es
fr
nl
pt
da
no
sv
pl
ru
cs
hu
sl
tr
hr
lt
lv
et
ro
sk
bg
uk
bs
el
zh
►►

FOUT OORZAAK OPLOSSING
F0
OPERATIONELE FOUT
1. De “ON/OFF” schakelaar staat in de
positie “ON” (|) wanneer de generator
wordt aangesloten op het elektriciteitsnet
1. Haal de stekker uit het stopcontact, zet de
ON/OFF” schakelaar in de positie “OFF”
(0) en sluit het apparaat opnieuw aan op
het elektriciteitsnet en zet de “ON/OFF”
schakelaar in de positie “ON” (|)
F1
FOTOCEL FOUT
1. Te weinig brandstof
2. De brandstof is verontreinigd
3. De fotocel is verontreinigd of beschadigd
4. Het brandstoflter is verontreinigd
5. Ontstekingsfout
1. Zet de “ON/OFF” schakelaar in de positie
“OFF” (0) en brandstoftank bijvullen
2. Zet de “ON/OFF” schakelaar in de positie
“OFF” (0), de brandstoftank leegmaken
en vervolgens weer bijvullen. Reinig het
lter met behulp van schoon brandstof.
Wees voorzichtig om het lter niet te
beschadigen (ZIE SECTIE 6)
3. Raadpleeg een erkende servicedienst
4. ZIE SECTIE 6
5. Raadpleeg een erkende servicedienst
F2
TEMPERATUURSENSOR FOUT
1. Kabel onderbroken
2. De sensor is beschadigd
1. Raadpleeg een erkende servicedienst
2. Raadpleeg een erkende servicedienst
F3
ERREUR DU THERMOSTAT
1. Interne oververhitting van de generator
2. Sensor anti-tipping
1. Generator uitschakelen en wachten totdat
het apparaat volledig is afgekoeld
2. Zet de kachel op een vlak en stabiel
oppervlak
F4
SPANNING NIET GESCHIKT
1. Spanning niet geschikt 1. Controleer of uw systeem de correcte
spanning heeft
FF
GEEN ONTSTEKING NA DRIE POGINGEN
1. Geen brandstof
2. Brandstoflter is vuil
3. Fotocel is vuil of defect
4. Straalpijp is vuil of defect
5. Interventie antitilting-sensor
1. Raadpleeg een erkende servicedienst
2. Raadpleeg een erkende servicedienst
3. Raadpleeg een erkende servicedienst
4. Raadpleeg een erkende servicedienst
5. Raadpleeg een erkende servicedienst
en
it
de
es
fr
nl
pt
da
no
sv
pl
ru
cs
hu
sl
tr
hr
lt
lv
et
ro
sk
bg
uk
bs
el
zh
►►
LET OP: VOORDAT ER ENIGE ONDERHOUDS- OF REPARATIEWERKZAAMHEDEN WORDEN
UITGEVOERD, DIENT EERST DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT TE WORDEN GEHAALD EN
GECONTROLEERD TE WORDEN OF DE GENERATOR VOLLEDIG IS AFGEKOELD.
ONDERDEEL FREQUENTIE VAN
ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN
ONDERHOUDS-PROCEDURE
Brandstoftank Reinigen na 150-200 uur werk of
afhankelijk van de behoefte
Tap alle brandstof af uit de tank en
spoel de tank met schone brandstof
Mondstuk Reinigen of vervangen eenmaal per
seizoen of afhankelijk van de behoefte
Raadpleeg een erkende
servicedienst
Fotocel Reinigen eenmaal per seizoen of
afhankelijk van de behoefte
Raadpleeg een erkende
servicedienst
Brandstoflter Reinigen of vervangen tweemaal per
seizoen of afhankelijk van de behoefte
Reinig het brandstoflter met schone
brandstof
Ontstekingsapparaat Reinigen of vervangen na 1.000 uur werk
of afhankelijk van de behoefte
Raadpleeg een erkende
servicedienst
Rotorbladen Reinigen afhankelijk van de behoefte Raadpleeg een erkende
servicedienst
►►
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK MOGELIJKE OPLOSSING
De generator
start niet
1. Geblokkeerde generator
2. De schakelaar staat in de positie
“OFF” (0)
3. Geen spanning
4. Het snoer is niet aangesloten op het
elektriciteitsnet
5. Geblokkeerde alarmprint
6. Verkeerde instelling van de
kamerthermostaat
7. Interventie van de temperatuursensor
8. Beschadigde zekering
1. De generator uitschakelen en weer
opstarten
2. Zet de schakelaar in de positie “ON” (|)
3A. Steek de stekker van het snoer goed in het
stopcontact
3B. Controleer de netwerkinstallatie
3C. Raadpleeg een erkende servicedienst
4. Raadpleeg een erkende servicedienst
5A. De generator uitschakelen en weer
opstarten
5B. Identiceer de foutmelding op de display
5C. Raadpleeg een erkende servicedienst
6. Stel de kamerthermostaat goed in -
voer een hogere temperatuur in dan de
werkomgeving
7A. Wacht minstens tien minuten en probeer
vervolgens opnieuw over te gaan tot de
ontstekingsfase
7B. Raadpleeg een erkende servicedienst
8. Raadpleeg een erkende servicedienst
De motor/pomp
werkt wel, maar
de vlam gaat
niet aan
1. Te weinig brandstof
2. Het ontstekingsapparaat is
verontreinigd
3. Het brandstoflter is verontreinigd
4. Het mondstuk is verontreinigd
5. De fotocel is verontreinigd,
beschadigd of is onjuist geïnstalleerd
6. Aanwezigheid van vreemde stoffen in
de tank
7. Versleten elektroden of op onjuiste
afstand geplaatst
1. Schakel de generator uit, vul de
brandstoftank en start de generator weer op
2. Raadpleeg een erkende servicedienst
3. Maak het lter schoon met schone brandstof
4. Raadpleeg een erkende servicedienst
5. Raadpleeg een erkende servicedienst
6. Tap alle brandstof af uit de tank en vul de
tank weer met schone brandstof
7. Raadpleeg een erkende servicedienst
De rotor is
geblokkeerd of
1. De motor is beschadigd 1. Raadpleeg een erkende
en
it
de
es
fr
nl
pt
da
no
sv
pl
ru
cs
hu
sl
tr
hr
lt
lv
et
ro
sk
bg
uk
bs
el
zh











󳒶󰶘󱦷󱊀󱾞
MCS ITALY S.p.A. Via Gardesana 11, -37010- Pastrengo (VR), ITALY


󰠷󰹑
XL 61









󰬉󴕑󱾞󳒶󰶘
2014/30/EU, 2014/35/EU, 2009/125/EC
EN 55014-1, EN 55014-2, EN 61000-3-2, EN 61000-3-3,
EN 62233, EN 60335-1, EN 60335-2-102
Pastrengo, 15/12/2015
Stefano Verani (CEO MCS Group)

Documenttranscriptie

en it de BELANGRIJK: LEES DE INSTRUCTIES IN DEZE HANDLEIDING AANDACHTIG DOOR VOORDAT U BEGINT MET DE MONTAGE, HET OPSTARTEN OF DE ONDERHOUD VAN DE GENERATOR. ONJUIST GEBRUIK VAN DE GENERATOR KAN LEIDEN TOT ERNSTIG LETSEL. BEWAAR DE HANDLEIDING GOED VOOR LATERE RAADPLEGING. ►►1. VEILIGHEIDSINFORMATIE es (WAARSCHUWINGEN) fr nl pt da fi no sv ! BELANGRIJK: Dit apparaat is niet bestemd voor gebruik door personen (inclusief kinderen) met een beperkt lichamelijk, zintuiglijk of geestelijk vermogen of door personen zonder ervaring, tenzij ze worden begeleid door iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Let er op dat kinderen niet met het apparaat spelen. ! GEVAREN: Koolmonoxidevergiftiging is levensgevaarlijk. De eerste lichamelijke symptomen van pl koolmonoxidevergiftiging lijken op die van griep: sterke hoofdpijn, duizeligheid en/of misselijkheid. ru Dergelijke symptomen kunnen worden veroorzaakt cs door een onjuiste werking van de generator. ZODRA U DERGELIJKE SYMPTOMEN OPMERKT, DIENT hu U ONMIDDELLIJK NAAR BUITEN TE GAAN, en vervolgens de generator te laten repareren bij een sl erkende servicedienst. 1.1. LEVERING: tr ►1.1.1. Het personeel dat verantwoordelijk is voor de levering van de generator, moet in het bezit zijn hr van de gepaste kwalificaties en de instructies van de producent goed kennen, alsook goed op de lt hoogte zijn van de geldende wettelijke bepalingen m.b.t. het veilig leveren van generatoren. lv ►1.1.2. Gebruik uitsluitend de soort brandstof die staat aangegeven op het typeplaatje dat zich op et het apparaat bevindt. ►1.1.3. Wanneer u de brandstoftank bijvult, schakel ro de generator eerst uit en wacht totdat het apparaat is afgekoeld. sk ►1.1.4. De brandstof opslagtanks dienen in een aparte ruimte te worden bewaard. bg ►1.1.5. Alle brandstoftanks moeten zich op een veilige afstand bevinden van de generator. De uk veilige afstand wordt in de geldende wettelijke bs bepalingen vastgesteld. ►1.1.6. Brandstof dient te worden bewaard in ruimtes el waar de vloeren bestendig zijn tegen de absorptie van brandstof en geen lekkende brandstof zh doorlaten op beneden gelegen vlammen, wat zou kunnen leiden tot ontsteking van de brandstof. ►1.1.7. Brandstof dient te worden bewaard in overeenstemming met de geldende wettelijke bepalingen. 1.2. VEILIGHEID: ►1.2.1. Gebruik de generator nooit in ruimtes met benzine, oplosmiddelen of andere brandbare dampen. ►1.2.2. Bij het gebruik van de generator, moet worden voldaan aan de plaatselijk geldende regelgeving en voorschriften. ►1.2.3. Generatoren die worden gebruikt in de buurt van zeilen, gordijnen of andere vergelijkbare materialen, dan moet de generator op een veilige afstand van deze materialen worden geplaatst. Het wordt tevens aangeraden om brandwerende bekleding te gebruiken. ►1.2.4. Gebruik de generator uitsluitend in goed geventileerde ruimtes. Om voldoende toevoer van frisse lucht te garanderen, moet worden gezorgd voor een juist ventilatiegat, in overeenstemming met de geldende wettelijke bepalingen. ►1.2.5. De generator mag alleen worden aangesloten op een stroomtoevoer met een spanning en frequentie die overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje dat zich op het apparaat bevindt. ►1.2.6. Gebruik uitsluitend 3-dradige verlengsnoeren die goed geaard zijn. ►1.2.7. De minimale veilige afstanden tussen de generator en brandbare materialen zijn als volgt: voorkant = 2,5 m (8 ft); zij-, boven- en achterkant = 1,5 m (5 ft). ►1.2.8. Om risico op brand te voorkomen, dient een hete of werkende generator altijd op een stabiele en vlakke ondergrond te worden geplaatst. ►1.2.9. Houd dieren op een veilige afstand van de generator. ►1.2.10. Indien de generator niet wordt gebruikt, haal dan de stekker uit het stopcontact. ►1.2.11. Bij bediening met een thermostaat, kan de generator op een willekeurig moment worden opgestart. ►1.2.12. Gebruik de generator niet in ruimtes die vaak worden bezocht en ook niet in slaapkamers. ►1.2.13. Zorg ervoor dat de luchtinlaat (achterkant van het apparaat) en de luchtuitlaat (voorkant van het apparaat) niet worden geblokkeerd. ►1.2.14. Wanneer de generator heet is of op stroom is aangesloten of tijdens de werking van het apparaat, dient het niet te worden verplaats, bediend, bijgevuld met brandstof en er dienen ook geen overige onderhoudswerkzaamheden te worden verricht. ►1.2.15. Regel de luchtstroom niet bij de inlaat of bij de uitlaat van de generator. ►1.2.16. Houd voldoende afstand tussen de hete elementen van de generator en brandbare of thermische materialen (inclusief snoer). ►1.2.17. Bij beschadiging van het snoer dient deze te worden vervangen bij een erkende servicedienst om gevaarlijke situaties te vermijden. ►►2. UITPAKKEN Zie Afb. 1 ►2.1. Verwijder alle materialen die deel uitmaken van de verpakking en transport van de generator en gooi ze vervolgens weg in vereenstemming met de geldende wettelijke bepalingen. ►2.2. Haal alle onderdelen uit de doos. ►2.3. Controleer op mogelijk beschadigingen die tijdens het transport zijn ontstaan. Als de generator beschadigd blijkt te zijn, meld dit onmiddellijk bij het verkooppunt waar de generator is gekocht. ►►3. BRANDSTOF ! LET OP: De generator werkt uitsluitend op DIESEL of KEROSINE. Om brand of explosie te voorkomen, dient uitsluitend diesel of kerosine te worden gebruikt. Gebruik nooit benzine, petroleum, oplosmiddelen, alcohol of andere brandstoffen. In geval van zeer lage temperaturen kunt u nietgiftige antivries gebruiken. ►►4. WERKING Zie Afb. 2 De lucht die nodig is voor een ​​goede verbranding wordt geproduceerd door de rotatie van de interne rotor naar de brander. De luchtstroom verlaat de buis van de brander en mengt zich met de brandstof, die wordt verstoven via een mondstuk onder hoge druk. De brandstof die via het mondstuk wordt verstoven, wordt toegevoerd via een elektrische pomp die de brandstof uit de tank zuigt en deze onder hoge druk naar het mondstuk duwt. ►►5. BEDIENING ! LET OP: Voor dat u de generator opstart, lees de “VEILIGHEIDSINFORMATIE” aandachtig door. ! BELANGRIJK: Wanneer de verwarmer een eerste keer niet inschakelt, moet u controleren of er brandstof in de tank aanwezig is, controleren of de brandstoffilter netjes is en controleren of de verwarme op een vlak, stabiel oppervlak is geplaatst. ! BELANGRIJK: Dit is een doelgerichte infraroodstraler. De infraroodstraling verwarmt lichamen in plaats van de lucht. ►►5.1. DE GENERATOR OPSTARTEN: ►5.1.1. Volg alle veiligheidsinstructies nauwgezet op. ►5.1.2. Controleer of er voldoende brandstof is in de tank. ►5.1.3. Sluit de tankdop. ►5.1.4. Steek de stekker in het stopcontact (ZIE VOLTAGE IN “TABEL MET TECHNISCHE GEGEVENS”). ►5.1.5. Zet de “ON/OFF” schakelaar in de positie “ON” (|) (A Afb. 3). De generator zal binnen enkele seconden opstarten. Indien dit niet het geval is, raadpleeg dan de sectie “PROBLEEMOPSPORING” (Sectie 10). PS.: INDIEN DE GENERATOR UITGAAT VANWEGE GEBREK AAN BRANDSTOF DIENT HET APPARAAT TE WORDEN UITGESCHAKELD, DE TANK BIJGEVULD EN DE GENERATOR WEER WORDEN OPGESTART (ZIE SECTIE 5.1.). ►►5.2. DE GENERATOR UITSCHAKELEN: en it de es fr nl pt ! LET OP: SCHAKEL DE STROOMTOEVOER NIET UIT EN HAAL DE STEKKER NIET UIT HET da STOPCONTACT TOTDAT DE GENERATOR fi VOLLEDIG IS AFGEKOELD (circa 5 min.). ►5.2.1. Zet de “ON/OFF” schakelaar in de positie no “OFF” (0) (A Afb. 3). sv ►►5.3. AANSLUITING pl OMGEVINGSTHERMOSTAAT (Optioneel): Verwijder de dop die op het toestel is aangesloten en verbind de omgevingsthermostaat (Optioneel) (C ru Afb. 3). cs 6. SCHOONMAKEN VAN HET BRANDSTOFFILTER Zie Afb. 4 HET KAN ZIJN DAT HET BRANDSTOFFILTER MOET WORDEN SCHOONGEMAAKT. DIT IS ECHTER AFHANKELIJK VAN DE KWALITEIT VAN DE GEBRUIKTE BRANDSTOF. ►6.1. Verwijder de tankdop (A Afb. 4). ►6.2. Haal het filter uit de tank. ►6.3. Draai de dop los (B Afb. 4). ►6.4. Verwijder het filter (C Afb. 4). ►6.5. Reinig het filter met behulp van schoon brandstof. Wees voorzichtig om het filter niet te beschadigen. ►6.6. Plaats het filter terug in de tank. 7. ONDERHOUD EN VERVOER VOLG DE ONDERSTAANDE PROCEDURE VOOR HET BEST MOGELIJKE ONDERHOUD EN/OF VERVOER VAN DE GENERATOR: ►7.1. Tap alle brandstof af uit de tank. ►7.2. Indien er restanten in de tank overblijven, giet wat schone brandstof in de tank en tap alle brandstof opnieuw af uit de tank. ►7.3. Sluit de tankdop en gooi de brandstof op de juiste manier weg - in overeenstemming met de geldende wettelijke bepalingen. ►7.4. Plaats de generator op een vlakke ondergrond en zorg ervoor dat deze waterpas staat voordat u enige onderhoudswerkzaamheden uitvoert om lekkage van brandstof te voorkomen. Bewaar de generator op een droge plek en beveilig het apparaat tegen externe schade. hu sl tr hr lt lv et ro sk bg uk bs el zh en it de ►►8. FOUTMELDINGEN OP DE DISPLAY Zie B Afb. 3 FOUT F0 es fr nl pt F1 da fi no sv pl ru cs F2 hu sl F3 tr hr lt F4 lv et ro sk bg uk bs el zh FF OORZAAK OPLOSSING OPERATIONELE FOUT 1. De “ON/OFF” schakelaar staat in de 1. Haal de stekker uit het stopcontact, zet de positie “ON” (|) wanneer de generator ON/OFF” schakelaar in de positie “OFF” wordt aangesloten op het elektriciteitsnet (0) en sluit het apparaat opnieuw aan op het elektriciteitsnet en zet de “ON/OFF” schakelaar in de positie “ON” (|) FOTOCEL FOUT 1. Te weinig brandstof 1. Zet de “ON/OFF” schakelaar in de positie “OFF” (0) en brandstoftank bijvullen 2. De brandstof is verontreinigd 2. Zet de “ON/OFF” schakelaar in de positie “OFF” (0), de brandstoftank leegmaken en vervolgens weer bijvullen. Reinig het filter met behulp van schoon brandstof. Wees voorzichtig om het filter niet te beschadigen (ZIE SECTIE 6) 3. De fotocel is verontreinigd of beschadigd 3. Raadpleeg een erkende servicedienst 4. Het brandstoffilter is verontreinigd 4. ZIE SECTIE 6 5. Ontstekingsfout 5. Raadpleeg een erkende servicedienst TEMPERATUURSENSOR FOUT 1. Kabel onderbroken 1. Raadpleeg een erkende servicedienst 2. De sensor is beschadigd 2. Raadpleeg een erkende servicedienst ERREUR DU THERMOSTAT 1. Interne oververhitting van de generator 1. Generator uitschakelen en wachten totdat het apparaat volledig is afgekoeld 2. Sensor anti-tipping 2. Zet de kachel op een vlak en stabiel oppervlak SPANNING NIET GESCHIKT 1. Spanning niet geschikt 1. Controleer of uw systeem de correcte spanning heeft GEEN ONTSTEKING NA DRIE POGINGEN 1. Geen brandstof 1. Raadpleeg een erkende servicedienst 2. Brandstoffilter is vuil 2. Raadpleeg een erkende servicedienst 3. Fotocel is vuil of defect 3. Raadpleeg een erkende servicedienst 4. Straalpijp is vuil of defect 4. Raadpleeg een erkende servicedienst 5. Interventie antitilting-sensor 5. Raadpleeg een erkende servicedienst ►►9. PREVENTIEF ONDERHOUDSSCHEMA LET OP: VOORDAT ER ENIGE ONDERHOUDS- OF REPARATIEWERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD, DIENT EERST DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT TE WORDEN GEHAALD EN GECONTROLEERD TE WORDEN OF DE GENERATOR VOLLEDIG IS AFGEKOELD. ONDERDEEL Brandstoftank Mondstuk Fotocel Brandstoffilter Ontstekingsapparaat Rotorbladen FREQUENTIE VAN ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN Reinigen na 150-200 uur werk of afhankelijk van de behoefte Reinigen of vervangen eenmaal per seizoen of afhankelijk van de behoefte Reinigen eenmaal per seizoen of afhankelijk van de behoefte Reinigen of vervangen tweemaal per seizoen of afhankelijk van de behoefte Reinigen of vervangen na 1.000 uur werk of afhankelijk van de behoefte Reinigen afhankelijk van de behoefte ►►10. PROBLEEMOPSPORING PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK De generator 1. Geblokkeerde generator start niet 2. De schakelaar staat in de positie “OFF” (0) 3. Geen spanning 4. Het snoer is niet aangesloten op het elektriciteitsnet 5. Geblokkeerde alarmprint De motor/pomp werkt wel, maar de vlam gaat niet aan De rotor is geblokkeerd of ONDERHOUDS-PROCEDURE Tap alle brandstof af uit de tank en spoel de tank met schone brandstof Raadpleeg een erkende servicedienst Raadpleeg een erkende servicedienst Reinig het brandstoffilter met schone brandstof Raadpleeg een erkende servicedienst Raadpleeg een erkende servicedienst en it de es fr nl pt da fi no sv pl MOGELIJKE OPLOSSING 1. De generator uitschakelen en weer opstarten 2. Zet de schakelaar in de positie “ON” (|) 3A. Steek de stekker van het snoer goed in het stopcontact 3B. Controleer de netwerkinstallatie 3C. Raadpleeg een erkende servicedienst 4. Raadpleeg een erkende servicedienst 5A. De generator uitschakelen en weer opstarten 5B. Identificeer de foutmelding op de display 5C. Raadpleeg een erkende servicedienst 6. Verkeerde instelling van de 6. Stel de kamerthermostaat goed in kamerthermostaat voer een hogere temperatuur in dan de werkomgeving 7. Interventie van de temperatuursensor 7A. Wacht minstens tien minuten en probeer vervolgens opnieuw over te gaan tot de ontstekingsfase 7B. Raadpleeg een erkende servicedienst 8. Beschadigde zekering 8. Raadpleeg een erkende servicedienst 1. Te weinig brandstof 1. Schakel de generator uit, vul de brandstoftank en start de generator weer op 2. Het ontstekingsapparaat is 2. Raadpleeg een erkende servicedienst verontreinigd 3. Het brandstoffilter is verontreinigd 3. Maak het filter schoon met schone brandstof 4. Het mondstuk is verontreinigd 4. Raadpleeg een erkende servicedienst 5. De fotocel is verontreinigd, 5. Raadpleeg een erkende servicedienst beschadigd of is onjuist geïnstalleerd 6. Aanwezigheid van vreemde stoffen in 6. Tap alle brandstof af uit de tank en vul de de tank tank weer met schone brandstof 7. Versleten elektroden of op onjuiste 7. Raadpleeg een erkende servicedienst afstand geplaatst 1. De motor is beschadigd 1. Raadpleeg een erkende ru cs hu sl tr hr lt lv et ro sk bg uk bs el zh CE CONFORMITY CERTIFICATE - DICHIARAZIONE DI CONFORMITÀ CE - EG-KONFORMITÄTSERKLÄRUNG - DECLARACIÓN DE CONFORMIDAD CE - DECLARATION DE CONFORMITE CE - EG-CONFORMITEITVERKLARING - DECLARAÇÃO DE CONFORMIDADE CE - EU-OVERENSSTEMMELSESERKLÆRING - EY-VAATIMUSTENMUKAISUUSVAKUUTUS - CE-SAMSVARSERKLÆRING - EG-FÖRSÄKRAN OM ÖVERENSSTÄMMELSE DEKLARACJA ZGODNOŚCI WE - ДЕКЛАРАЦИЯ О СООТВЕТСТВИИ СЕ - PROHLÁŠENÍ O SHODĚ CE - EK MEGFELELŐSÉGI NYILATKOZAT - IZJAVA O SKLADNOSTI IN OZNAKA CE - CE UYGUNLUK BEYANI - IZJAVA CE O SUKLADNOSTI - ES ATITIKTIES DEKLARACIJA - EK ATBILSTĪBAS - DEKLARĀCIJA - EÜ VASTAVUSDEKLARATSIOON DECLARAŢIE DE CONFORMITATE CE - PREHLÁSENIE O ZHODE CE - ДЕКЛАРАЦИЯ ЗА СЪВМЕСТИМОСТ СЕ - ДЕКЛАРАЦІЯ ВІДПОВІДНОСТІ CE - IZJAVA CE O PRIKLADNOSTI ΔΗΛΩΣΗ ΣΥΜΜΟΡΦΩΣΗΣ CE - CE 符合性声明 MCS ITALY S.p.A. Via Gardesana 11, -37010- Pastrengo (VR), ITALY Product: - Prodotto: - Produkt: - Producto: - Produit: - Product: - Produto: - Produkt: - Tuote: - Produkt: - Produkt: - Produkt: - Изделие: - Výrobek: - Termék: - Izdelek: - Ürün: - Proizvod: - Gaminys: - Ierīce: - Toode: - Produsul: - Výrobok: - Продукт: - Виріб: - Proizvod: - Προϊόν: - 产品: XL 61 We declare that it is compliant with: - Si dichiara che è conforme a: - Es wird als konform mit den folgenden Normen erklärt: - Se declara que está en conformidad con: - Nous déclarons sa conformité à: - Hierbij wordt verklaard dat het product conform is met: - Declara-se que está em conformidade com: - Vi erklærer at produktet er i overensstemmelse med: - Vakuutetaan olevan yhdenmukainen: - Man erklærer at apparatet er i overensstemmelse med: - Härmed intygas det att produkten är förenlig med följande: - Oświadcza się, że jest zgodny z: Заявляем о соответствии требованиям: - Prohlašuje se, že je v souladu s: - Kijelentjük, hogy a termék megfelel az alábbiaknak: - Izpolnjuje zahteve: - Aşağıdaki standartlara uygun olduğunu beyan ederiz: - Izjavljuje se da je u skladu s: - Pareiškiame, kad atitinka: - Tiek deklarēts, ka atbilst: - Käesolevaga deklareeritakse, et toode vastab: - Declarăm că este conform următoarelor: - Prehlasuje sa, že je v súlade s: - Декларира се че отговаря на: - Відповідає вимогам: - Izjavljuje se da je u skladu s: - Δηλώνουμε ότι είναι σύμφωνο με: - 兹证明符合: 2014/30/EU, 2014/35/EU, 2009/125/EC EN 55014-1, EN 55014-2, EN 61000-3-2, EN 61000-3-3, EN 62233, EN 60335-1, EN 60335-2-102 Pastrengo, 15/12/2015 Stefano Verani (CEO MCS Group)
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127

Master XL61 110-230V 50HZ de handleiding

Categorie
Ruimteverwarmingstoestellen
Type
de handleiding