Nederlands | 51
Bosch Power Tools 1 609 92A 06G | (12.4.13)
Verzorg het elektrische gereedschap zorgvuldig. Con-
troleer of bewegende delen van het gereedschap cor-
rect functioneren en niet vastklemmen en of onderde-
len zodanig gebroken of beschadigd zijn dat de
werking van het elektrische gereedschap nadelig
wordt beïnvloed. Laat deze beschadigde onderdelen
voor het gebruik repareren. Veel ongevallen hebben hun
oorzaak in slecht onderhouden elektrische gereedschap-
pen.
Houd snijdende inzetgereedschappen scherp en
schoon. Zorgvuldig onderhouden snijdende inzetgereed-
schappen met scherpe snijkanten klemmen minder snel
vast en zijn gemakkelijker te geleiden.
Gebruik elektrisch gereedschap, toebehoren, inzetge-
reedschappen en dergelijke volgens deze aanwijzin-
gen. Let daarbij op de arbeidsomstandigheden en de
uit te voeren werkzaamheden. Het gebruik van elektri-
sche gereedschappen voor andere dan de voorziene toe-
passingen kan tot gevaarlijke situaties leiden.
Service
Laat het elektrische gereedschap alleen repareren
door gekwalificeerd en vakkundig personeel en alleen
met originele vervangingsonderdelen. Daarmee wordt
gewaarborgd dat de veiligheid van het gereedschap in
stand blijft.
Veiligheidsvoorschriften voor cirkelzagen
GEVAAR: Houd uw handen uit de buurt van de zaagom-
geving en het zaagblad. Houd met uw andere hand de
extra handgreep of het motorhuis vast. Als u de zaagma-
chine met beide handen vasthoudt, kunnen uw handen
niet door het zaagblad verwond worden.
Grijp niet onder het werkstuk. De beschermkap kan u
onder het werkstuk niet tegen het zaagblad beschermen.
Pas de zaagdiepte aan de dikte van het werkstuk aan.
Er dient minder dan een volledige tandhoogte onder het
werkstuk zichtbaar te zijn.
Houdt het te zagen werkstuk nooit in uw hand of op uw
been vast. Zet het werkstuk in een stabiele opname
vast. Het is belangrijk om het werkstuk goed te bevesti-
gen, om het gevaar van contact met het lichaam, vastklem-
men van het zaagblad of verlies van de controle te minima-
liseren.
Houd het elektrische gereedschap alleen vast aan de
geïsoleerde greepvlakken als u werkzaamheden uit-
voert waarbij het inzetgereedschap verborgen stroom-
leidingen of de eigen netkabel kan raken. Contact met
een onder spanning staande leiding zet ook de metalen de-
len van het elektrische gereedschap onder spanning en
leidt tot een elektrische schok.
Gebruik bij het schulpen altijd een aanslag of een rech-
te randgeleiding. Dit verbetert de zaagnauwkeurigheid en
verkleint de mogelijkheid dat het zaagblad vastklemt.
Gebruik altijd zaagbladen met de juiste maat en met
een passende vorm van het opnameboorgat (bijv. ster-
vormig of rond). Zaagbladen die niet bij de montagedelen
van de zaagmachine passen, lopen niet rond en leiden tot
het verliezen van de controle.
Gebruik nooit beschadigde of verkeerde onderlegrin-
gen of schroeven voor het zaagblad. De onderlegringen
en schroeven voor het zaagblad zijn speciaal geconstru-
eerd voor deze zaagmachine, voor optimaal vermogen en
optimale bedrijfszekerheid.
Terugslag – Oorzaken en bijbehorende veiligheids-
voorschriften
– Een terugslag is de plotselinge reactie als gevolg van een
vasthakend, vastklemmend of verkeerd gericht zaagblad,
die ertoe leidt dat een ongecontroleerde zaagmachine uit
het werkstuk omhoogkomt en in de richting van de bedie-
nende persoon beweegt;
– Als het zaagblad in de zich sluitende zaaggroef vasthaakt
of vastklemt, wordt het geblokkeerd en slaat de motor-
kracht de zaagmachine in de richting van de bedienende
persoon terug;
– Als het zaagblad in de zaaggroef wordt gedraaid of ver-
keerd wordt gericht, kunnen de tanden van de achterste
zaagbladrand in het oppervlak van het werkstuk vastha-
ken, waardoor het zaagblad uit de zaaggroef beweegt en
de zaagmachine terugspringt in de richting van de bedie-
nende persoon.
Een terugslag is het gevolg van verkeerd gebruik of onjuiste
gebruiksomstandigheden van de zaagmachine. Terugslag
kan worden voorkomen door geschikte voorzorgsmaatre-
gelen, zoals hieronder beschreven.
Houd de zaagmachine met beide handen vast en breng
uw armen in een stand waarin u de terugslagkrachten
kunt opvangen. Blijf altijd opzij van het zaagblad en
breng het zaagblad nooit op één lijn met uw lichaam. Bij
een terugslag kan de zaagmachine naar achteren springen.
De bedienende persoon kan de terugslagkrachten echter
door geschikte voorzorgsmaatregelen beheersen.
Als het zaagblad vastklemt of als u de werkzaamheden
onderbreekt, schakelt u de zaagmachine uit en houdt u
deze rustig in het werkstuk totdat het zaagblad tot stil-
stand is gekomen. Probeer nooit om de zaagmachine
uit het werkstuk te verwijderen of de machine achter-
uit te trekken zolang het zaagblad beweegt. Anders
kan er een terugslag optreden. Stel de oorzaak van het
vastklemmen van het zaagblad vast en maak deze onge-
daan.
Als u een zaagmachine die in het werkstuk steekt weer
wilt starten, centreert u het zaagblad in de zaaggroef
en controleert u of de zaagtanden niet in het werkstuk
zijn vastgehaakt. Als het zaagblad vastklemt, kan het uit
het werkstuk bewegen of een terugslag veroorzaken wan-
neer de zaagmachine opnieuw wordt gestart.
Ondersteun grote platen om het risico van een terug-
slag door een vastklemmend zaagblad te verminderen.
Grote platen kunnen onder hun eigen gewicht doorbuigen.
Platen moeten aan beide zijden worden ondersteund, zo-
wel in de buurt van de zaagopening als aan de rand.
OBJ_BUCH-179-004.book Page 51 Friday, April 12, 2013 9:22 AM