28
Gebruik van de DD-VPX vacuumpomp
De vacuumpomp is uitsluitend ontworpen voor het beve-
stigen van vacuumplaten.
Oppervlaktetoestand van den ondergrond
Het bekomen vacuum is afhankelijk van de oppervlakte
van de ondergrond m.n. ruw, glad enz.
Ondergrond
De ondergrond moet glad en stevig zijn. Pleisterwerk en
metselwerk zijn meestal ongeschikt (pleisterwerk kan
loskomen).
Controle
Controleer regelmatig het kijkglas en ledig de wateraf-
scheider als het rode vlottertje zichtbaar wordt.
Opgepast
De vacuumpomp (de motor, de pomp en de geluids-
demper) worden heet na langdurig gebruik. Raak daar-
om de ventilatiesleuven niet aan na gebruik.
Bediening
● Verbindt het electrisch snoer. Verbindt de vacuums-
lang van de pomp met de snelkoppeling op de vacu-
umplaat.
● Draai de stabilisatieschroeven een weinig terug en
controleer de staat van de dichtingen onderaan de
vacuumplaat.
● Schakel de vacuumpomp aan.
● Positioneer de vacuumplaat.
Observeer de manometer: vanaf een onderdruk
van 0,65 bar kan eventueel geboord worden.
– Groene zone = er kan geboord worden
– Rode zone = onvoldoende vacuum
(controleer eventuele lekken of kies een andere beve-
stigingsmethode).
Opmerkingen
● Controleer de oppervlaktestaat van de ondergrond
● De vacuumpomp moet horizontaal opgesteld worden
om goed te werken (max. 10° hoekafwijking)
● Plaats de vacuumpomp op een droge plaats.
● Schroef de stabilisatieschroeven tegen de ondergrond
totdat de vacuumplaat stevig en stabiel tegen de onder-
grond is gedrukt.
● Let voortdurend op de manometer omdat de pomp
geen waarschuwingsgeluid geeft.
● Als de wijzer in het rode veld komt mag niet meer ver-
der geboord worden en zorg voor een andere beve-
stigingsmethode (anker, snelspanzuil, enz.).
● In geval van uitvallen van de stroom, zorgt een terug-
slagklep ervoor dat gedurende ongeveer 1,5 minuten
de vacuum wordt behouden naargelang de staat van
de ondergrond en de dichtingen.
● Nooit de pomp uitschakelen tijdens het boren! Ga zo
tewerk: stop het diamantboorsysteem, maak de vacu-
umplaat los en plaats de diamantboorinstallatie op de
vloer en schakel pas dan de vacuumpomp uit. Opge-
past voor het gewicht van de ganse installatie! Demon-
teer de modullen zoveel als mogelijk.
Vervanging van de filter +
● Verwijder het electrisch snoer uit de stekkerdoos.
● Gebruik twee schroevendraaiers om het filterdeksel
los te maken.
● Verwijder de filterpatroon.
● Blaas de filter uit met olievrije perslucht. Verander de
filterpatroon indien nodig.
● Plaats de filterpatroon (klemming).
● Sluit het deksel, controleer dat het deksel op de jui-
ste plaats zit en in goede staat is.
Ledigen van de waterafscheider
Controleer het kijkglas. Als het rode vlottertje verschijnt,
stop dan met boren.
Ga zo tewerk:
● Verwijder het electrisch snoer uit de stekkerdoos
● Verwijder de rubberen stop en ledig het vat
● Kantel de pomp tot al het water er is uitgelopen
● Reinig de stop en de zitting en plaats de stop terug
op de juiste wijze.
Storingen
Mogelijke oorzaak Oplossing
De pomp draait maar het vacuum is onvoldoende
Het vat van de Ledig het vat en
waterafscheider is vol controleer de filter
Filterpatroon is vuil Reinig of vervang
de filterpatroon
De ondergrond is Gebruik een alternatieve
ongeschikt voor de bevestigingsmethode
vacuumtechniek
Snelspankoppeling of Reinig contactoppervlaktes
filterdeksel niet en zorg ervoor dat de
goed aangesloten koppeling sluit
De pomp schakelt uit
De beveiliging tegen De pomp start automatisch
overhitting schakelt na voldoende afkoeling
de pomp uit
Printed: 07.07.2013 | Doc-Nr: PUB / 5069649 / 000 / 00