Boss WAZA Tube Amp Expander de handleiding

Type
de handleiding
Gebruikershandleiding
WAZA Tube Amp Expander
2
HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat het netsnoer correct is geaard
Sluit de netstekker van dit model aan
op een stopcontact met beschermende
aardingsverbinding.
Als u het apparaat volledig wilt uitschakelen, trekt
u de stekker uit het stopcontact
Zelfs wanneer het apparaat is uitgeschakeld,
betekent dit niet dat dit apparaat volledig
van de stroomtoevoer is losgekoppeld. Als
u de stroomtoevoer volledig wilt afsluiten,
zet u de aan/uit-schakelaar op het apparaat
uit en trekt u de stekker uit het stopcontact. Steek de
stekker van het netsnoer daarom in een stopcontact dat
gemakkelijk bereikbaar is.
Zorg voor voldoende ruimte op de plaats waar u
het apparaat opstelt
Omdat uit het apparaat een kleine
hoeveelheid warmte vrijkomt, moet u
zorgen voor voldoende ruimte rondom,
zoals hieronder wordt aangegeven.
30 cm
of meer
20 cm of meer 20 cm of meer
15 cm
of meer
5 cm
of meer
Voorkant Zijkant
Demonteer het apparaat niet zelf en breng er geen
wijzigingen in aan
Voer niets uit tenzij u dit wordt
opgedragen in de gebruikershandleiding.
Anders kan er een defect ontstaan.
Repareer het apparaat niet zelf en vervang er geen
onderdelen van
Neem contact op met uw handelaar, een
Roland Service Center of een ociële
Roland-distributeur.
Raadpleeg de Roland-website voor een
lijst met Roland Service Centers en ociële
Roland-distributeurs.
WAARSCHUWING
Gebruik of bewaar het apparaat niet op plaatsen die:
• aan extreme temperaturen worden
blootgesteld (bv. direct zonlicht in een
gesloten voertuig, in de buurt van een
verwarmingsleiding, op materiaal dat
warmte produceert);
• nat zijn (bv. bad, wasruimte, op natte
vloeren);
• worden blootgesteld aan damp of rook;
• worden blootgesteld aan zout;
• worden blootgesteld aan regen;
• stog of zanderig zijn;
• worden blootgesteld aan hoge trillingsniveaus en
schokken; of
• slecht geventileerd zijn.
Plaats het apparaat niet op een instabiele ondergrond
Als u het apparaat gebruikt met een rek
dat door Roland wordt aangeraden, dient
u dit zorgvuldig te plaatsen, zodat het rek
horizontaal en stabiel staat. Als u geen rek
gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat u
het apparaat op een vlakke ondergrond plaatst die het
apparaat goed ondersteunt, en dat het apparaat niet
kan wankelen.
Sluit het netsnoer aan op een stopcontact met het
juiste voltage
Sluit het apparaat enkel aan op netvoeding
van het type beschreven op de onderzijde
van het apparaat.
Gebruik alleen het meegeleverde netsnoer
Gebruik alleen het bevestigde netsnoer.
Sluit het meegeleverde netsnoer ook niet
aan op andere apparaten.
Buig het netsnoer niet en plaats er geen zware
voorwerpen op
Anders kan brand of een elektrische schok
het resultaat zijn.
Vermijd langdurig gebruik bij een hoog volume
Langdurig gebruik van het apparaat op
een hoog volume kan gehoorverlies
veroorzaken. Als u gehoorverlies of
oorsuizingen ervaart, moet u onmiddellijk
stoppen met het gebruik van het apparaat
en een gespecialiseerde arts raadplegen.
Lees voorafgaand aan het gebruik van dit apparaat “BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES” (binnenkant van het voorblad), “HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN” (p. 2) en
“BELANGRIJKE OPMERKINGEN” (p. 3) zorgvuldig door. Bewaar na het lezen het document (de documenten) op een direct toegankelijke plaats.
© 2019 Roland Corporation
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat er geen vreemde voorwerpen of
vloeistoen in het apparaat terechtkomen; plaats
geen voorwerpen met vloeistoen op het apparaat
Plaats geen voorwerpen die vloeistoen
bevatten (bv. vazen) op dit product. Zorg
ervoor dat er nooit vreemde voorwerpen
(bv. brandbaar materiaal, munten of
draden) of vloeistoen (bv. water of
vruchtensap) in dit product terechtkomen.
Dit kan kortsluiting, storingen of andere
defecten veroorzaken.
Schakel het apparaat uit als het afwijkend
reageert of er een defect optreedt
Schakel in de volgende gevallen
onmiddellijk het apparaat uit, trek het
netsnoer uit het stopcontact en vraag
onderhoud aan bij uw handelaar, een
Roland Service Center of een ociële
Roland-distributeur.
• Het netsnoer is beschadigd;
• Er ontstaat rook of ongewone geuren;
• Er zijn objecten of vloeistof in of op het apparaat
terechtgekomen;
• Het apparaat is aan regen blootgesteld (of op een
andere manier nat is geworden);
• Het apparaat lijkt niet normaal te werken of
functioneert duidelijk anders.
Raadpleeg de Roland-website voor een lijst met Roland
Service Centers en ociële Roland-distributeurs.
Bescherm kinderen zodat ze niet gewond kunnen raken
Zorg ervoor dat er altijd een volwassene
in de buurt is om toezicht te houden
en begeleiding te bieden wanneer het
apparaat gebruikt wordt op plaatsen waar
kinderen aanwezig zijn of wanneer een
kind het apparaat gebruikt.
Laat het apparaat niet vallen en bescherm het
tegen zware schokken
Anders kan er schade of een defect
ontstaan.
Gebruik niet hetzelfde stopcontact voor het apparaat
en een buitensporig aantal andere apparaten
Anders riskeert u oververhitting of brand.
Gebruik het apparaat niet in het buitenland
Raadpleeg uw handelaar, het
dichtstbijzijnde Roland Service Center of
een bevoegde Roland-distributeur voordat
u het apparaat in het buitenland gebruikt.
Raadpleeg de Roland-website voor een lijst met Roland
Service Centers en ociële Roland-distributeurs.
Blokkeer de ventilatieopeningen niet
Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen
van het apparaat niet worden geblokkeerd
door een krant, tafelkleed, gordijn of iets
dergelijks.
Plaats geen brandende voorwerpen op het apparaat
Plaats geen brandend voorwerp (zoals een
kaars) op het apparaat.
Houd de weersomstandigheden goed in het oog
Gebruik het apparaat uitsluitend in een
gematigd klimaat.
3
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
OPGELET
Houd het netsnoer vast bij de stekker wanneer u
het uit het stopcontact trekt
Om schade aan het netsnoer te
voorkomen moet u dit altijd vastpakken
bij de stekker wanneer u dit uit uit het
stopcontact trekt.
Reinig de stekker regelmatig
Ophoping van stof of vreemde objecten
tussen de stekker en het stopcontact kan
brand of elektrische schokken veroorzaken.
Trek de stekker regelmatig uit het
stopcontact en veeg alle stof en vreemde
objecten dat/die zich mogelijk heeft/hebben
opgehoopt, weg met behulp van een droge doek.
Trek de stekker uit het stopcontact als het
apparaat langere tijd niet wordt gebruikt
Er kan brand ontstaan in het
onwaarschijnlijke geval dat een storing zou
optreden.
Verleg alle netsnoeren en kabels zodanig dat ze
niet in de war raken
Personen kunnen gewond raken wanneer
iemand over een kabel struikelt en het
apparaat daardoor (om)valt.
OPGELET
Ga niet boven op het apparaat staan en plaats er
geen zware voorwerpen op
Anders kunt u gewond raken wanneer het
apparaat (om)valt.
Steek een stekker nooit met natte handen in het
stopcontact en trek hem er niet met natte handen uit
Anders kunt u een elektrische schok
krijgen.
Trek alle snoeren/kabels uit voor u het apparaat
verplaatst
Trek de stekker uit het stopcontact en
koppel alle kabels van externe apparaten
los voordat u het apparaat verplaatst.
Trek de stekker uit het stopcontact voordat u het
apparaat reinigt
Wanneer de stekker niet uit het
stopcontact is verwijderd, riskeert u een
elektrische schok.
OPGELET
Trek de stekker uit het stopcontact als er gevaar
dreigt voor blikseminslagen
Wanneer de stekker niet uit het
stopcontact is verwijderd, riskeert u
defecten of een elektrische schok.
Houd kleine onderdelen buiten het bereik van
kinderen
Bewaar de volgende kleine onderdelen
buiten het bereik van kleine kinderen
om het per ongeluk inslikken van deze
onderdelen te voorkomen.
• Demonteerbare onderdelen
Schroeven (p. 11)
Zorg ervoor dat u geen brandwonden oploopt
Het bovenpaneel, het onderpaneel, het
voorpaneel en de zijpanelen kunnen
warm worden, dus let erop dat u geen
brandwonden oploopt.
De naamplaat is bevestigd op het achterpaneel.
Raadpleeg “Belangrijkste specicaties” (p. 12) voor
informatie over elektrische specicaties.
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
Stroomtoevoer
• Sluit dit apparaat niet aan op een stopcontact
dat tegelijkertijd wordt gebruikt door een
elektrisch apparaat dat wordt aangedreven door
een omvormer of een motor (zoals een koelkast,
wasmachine, magnetron of airconditioner).
Afhankelijk van de manier waarop elektrische
apparaten worden gebruikt, kan ruis van de
stroomvoorziening defecten aan dit apparaat of
hoorbare ruis veroorzaken. Als het niet praktisch is
om een apart stopcontact te gebruiken, plaats dan
een ruislter voor de stroomvoorziening tussen dit
apparaat en het stopcontact.
Plaatsing
• Als u het apparaat gebruikt in de buurt van
eindversterkers (of andere apparatuur met grote
transformatoren), kan dit gezoem veroorzaken.
Om dit probleem te verhelpen kunt u de richting
wijzigen waarin het apparaat geplaatst is of het
apparaat verder van de storingsbron plaatsen.
• Dit apparaat kan de radio- en televisieontvangst
verstoren. Gebruik dit apparaat niet in de buurt van
dergelijke ontvangers.
• Er kan ruis ontstaan als draadloze
communicatieapparaten, zoals mobiele telefoons,
in de buurt van dit apparaat worden gebruikt.
Dergelijke ruis kan ontstaan tijdens gesprekken
of als een oproep wordt ontvangen of gemaakt.
Verplaats dergelijke draadloze apparaten zodat
ze zich op een grotere afstand van dit apparaat
bevinden of schakel ze uit als u dergelijke
problemen ervaart.
• Wanneer het apparaat naar een andere locatie
wordt verplaatst waar de temperatuur en/of
vochtigheid sterk verschilt, kunnen er waterdruppels
(condens) ontstaan in het apparaat. Als u het
apparaat in deze toestand probeert te gebruiken,
kan dit schade of defecten veroorzaken. Voordat u
het apparaat gebruikt, moet u het daarom enkele
uren ongemoeid laten, tot de condens volledig is
verdampt.
• Afhankelijk van het materiaal en de temperatuur
van het oppervlak waarop u het apparaat plaatst,
kunnen de rubberen voetstukken mogelijk het
oppervlak verkleuren of ontsieren.
• Plaats geen verpakkingen of andere zaken die
vloeistof bevatten, op dit apparaat. Veeg vloeistof
bovendien vlug weg met een zachte, droge doek
wanneer deze op het oppervlak van het apparaat
wordt gemorst.
Onderhoud
• Gebruik geen benzine, verdunningsmiddelen,
alcohol of oplosmiddelen om verkleuring en/of
vervorming te voorkomen.
Reparatie en gegevens
• Maak voordat u het apparaat laat repareren, een
back-up van de gegevens die op het apparaat
zijn opgeslagen of noteer desgewenst de nodige
gegevens op papier. Tijdens de reparatie doen wij
uiteraard ons uiterste best om de gegevens die op
uw apparaat zijn opgeslagen, te behouden, maar er
kunnen gevallen zijn waarbij de opgeslagen inhoud
niet kan worden hersteld, bijvoorbeeld wanneer het
fysieke geheugen beschadigd is geraakt. Roland kan
niet aansprakelijk worden gesteld voor het herstel
van opgeslagen inhoud die verloren is gegaan.
Extra voorzorgsmaatregelen
• De gegevens die zijn opgeslagen op het apparaat,
kunnen verloren gaan door storingen, onjuist
gebruik, enzovoort. Om dergelijk onherstelbaar
gegevensverlies te voorkomen moet u regelmatig
back-ups maken van de gegevens die u op het
apparaat hebt opgeslagen.
• Roland kan niet aansprakelijk worden gesteld voor
het herstel van opgeslagen inhoud die verloren is
gegaan.
• Ga zorgvuldig te werk bij het gebruik van
de knoppen, schuifknoppen of andere
bedieningselementen van het apparaat en bij
het gebruik van ingangen en aansluitingen. Als u
ruw omgaat met de apparatuur, kan dit defecten
veroorzaken.
• Pak de stekker vast als u kabels loskoppelt; trek
nooit aan de kabel zelf. Op die manier vermijdt
u kortsluitingen of schade aan de inwendige
elementen van de kabel.
• Tijdens normale werking zal een kleine hoeveelheid
warmte uit het apparaat vrijkomen.
• Om te vermijden dat andere apparaten in de buurt
verstoord raken, moet u het apparaatvolume op een
redelijk niveau houden.
• Gebruik alleen het vermelde expressiepedaal. Het
aansluiten van een expressiepedaal van een ander
type kan leiden tot defecten en/of schade aan het
apparaat.
• Gebruik geen verbindingskabels met een
ingebouwde weerstand.
Intellectuele-eigendomsrecht
• De bedrijfsnamen en productnamen in dit
document zijn gedeponeerde handelsmerken of
handelsmerken van hun respectievelijke eigenaars.
• In deze handleiding worden bedrijfs- en
productnamen van de respectieve eigenaars
gebruikt omdat dit de meest praktische manier is
om de geluiden te beschrijven die met behulp van
DSP-technologie worden geëmuleerd.
• Roland, BOSS en Tube Logic zijn gedeponeerde
handelsmerken of handelsmerken van Roland
Corporation in de Verenigde Staten en/of andere
landen.
• Dit product bevat het geïntegreerde eParts-
softwareplatform van eSOL Co., Ltd. eParts is een
handelsmerk van eSOL Co., Ltd. in Japan.
4
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
Belangrijk: voorzorgsmaatregelen met
betrekking tot aansluitingen
Als u een buizenversterker gebruikt zonder een aansluiting op de
luidsprekeruitgang, zullen de vacuümbuizen zwaar beschadigd
raken en kunnen er storingen in uw apparaat optreden. Het is uiterst
belangrijk dat u voorzichtig te werk gaat met aansluitingen. Lees dit
gedeelte om te voorkomen dat uw buizenversterker, de luidspreker,
dit apparaat en andere apparatuur beschadigd raken.
Zorg ervoor dat u de buizenversterker, luidspreker en andere
apparatuur correct aansluit en bedient. Als u een fout maakt met een
aansluiting of bediening, kunnen er storingen in dit apparaat en de
aangesloten apparatuur optreden. De fabrikant is niet aansprakelijk
voor storingen in dit apparaat of een aangesloten apparaat die het
gevolg zijn van een onjuiste aansluiting of bediening.
Schakel het apparaat uit voordat u items aansluit of loskoppelt
5 Zet het volume altijd op nul en schakel alle apparaten uit
voordat u aansluitingen maakt om defecten en storingen van de
apparatuur te voorkomen.
5 De luidsprekeruitgang van de buizenversterker moet worden
aangesloten op de FROM TUBE AMP-aansluiting in het rode blok
op het achterpaneel van dit apparaat. Als u deze op een andere
aansluiting aansluit, kunnen er storingen in dit apparaat en de
buizenversterker optreden.
5 Schakel de buizenversterker niet in wanneer u geen aansluiting
op de luidsprekeruitgang van de buizenversterker hebt gemaakt.
5 Sluit de luidsprekerkabel stevig aan op de aansluiting. Als de kabel
is losgekoppeld of niet volledig in de aansluiting is geplaatst,
is de uitvoer van de buizenversterker onbelast waardoor de
buizenversterker mogelijk beschadigd raakt.
Uitvoer van de buizenversterker
5 U kunt een buizenversterker van maximaal 150 W op dit apparaat
aansluiten.
5 Als u dit apparaat gebruikt met een buizenversterker waarvan de
uitvoer groter is dan 150 W, kan dit apparaat beschadigd raken.
Maak een dergelijke aansluiting dus niet.
Volume-instelling van de buizenversterker
5 Omdat u dit apparaat kunt gebruiken om het volume te
verminderen terwijl u het karakter en gevoel van het geluid van
de buizenversterker behoudt, is het mogelijk dat u het volume
van de buizenversterker te hoog zet waardoor de gebruikte
buizenversterker te zwaar belast wordt. Zet het volume van uw
buizenversterker op een geschikt niveau.
Luidsprekerkabels
5 Gebruik luidsprekerkabels om de buizenversterker op dit apparaat
aan te sluiten en sluit dit apparaat aan op de luidspreker. Gebruik
geen geïsoleerde kabel die voor het gebruik met een gitaar
bestemd is. Als u dit doet, treden er storingen in dit apparaat op
en kan de kabel rook voortbrengen of ontbranden.
Invoercapaciteit van luidspreker
5 De in dit apparaat ingebouwde eindversterker heeft een
uitvoer van 100 W. Sluit een luidspreker aan met een nominale
invoercapaciteit van 100 W of hoger.
5 Als u de luidspreker gebruikt van een buizenversterker van
100W of minder, moet u deze gebruiken met hetzelfde volume
als of een lager volume dan het volume waarmee u deze
buizenversterker gebruikt wanneer de luidspreker rechtstreeks
hierop is aangesloten.
Impedantie-instelling
5 Stel de impedantieschakelaar op het achterpaneel (p. 6) zo
in dat deze overeenkomt met de uitgangsimpedantie van de
aangesloten buizenversterker.
* Schakel de buizenversterker uit voordat u de instelling van de
impedantieschakelaar wijzigt.
Bij het uitschakelen
5 Wanneer u dit apparaat uitschakelt, moet u ook de
buizenversterker uitschakelen. Als de buizenversterker is
ingeschakeld terwijl dit apparaat is uitgeschakeld, kunnen dit
apparaat en de buizenversterker beschadigd raken.
Warmteafvoer en
oververhittingsbescherming
5 Er treedt een ventilator in werking wanneer de interne
temperatuur van dit apparaat stijgt. Blokkeer de ventilatiegleuven
aan beide zijden van dit apparaat niet.
Ventilatiegleuf
Ventilator
5 Er kunnen zich stofdeeltjes ophopen in de ventilatiegleuven.
Verwijder eventuele stofdeeltjes.
Oververhittingsbescherming
5 Wanneer de interne temperatuur van dit apparaat te hoog wordt,
treedt de oververhittingsbescherming in werking. De POWER-
indicator knippert geel en het uitgangsvolume van dit apparaat
wordt beperkt.
POWER-indicator
5 Als de oververhittingsbescherming in werking is getreden,
verlaagt u het SPEAKER OUT-volume van dit apparaat en het
volume van de buizenversterker. Zorg er ook voor dat de
ventilatiegleuven niet worden geblokkeerd.
5 Wanneer de interne temperatuur zakt, wordt de
oververhittingsbescherming uitgeschakeld.
5 Als de ventilator om wat voor reden dan ook abnormaal stopt,
treedt de oververhittingsbescherming in werking. De POWER-
indicator knippert rood en de uitvoer van dit apparaat wordt
afgesloten. Schakel dit apparaat onmiddellijk uit en controleer of
er een vreemd voorwerp in de ventilator vastzit. Als het probleem
niet is opgelost nadat u het vreemde voorwerp hebt verwijderd,
is er mogelijk een storing in het apparaat opgetreden. Neem
contact op met uw handelaar.
5
Paneelbeschrijvingen
Frontpaneel
1
REACTIEVE BELASTING
De reactieve belasting is een belasting die vanuit het opzicht
van de buizenversterker hetzelfde gedrag vertoont als dat van
een echte luidspreker. Om van verschillende buizenversterkers
een optimaal geluid te verkrijgen kunt u met dit apparaat de
impedantie van de reactieve belasting aanpassen.
[RESONANCE-Z]-regelaar
Geeft de impedantierespons van de lage tonen op.
[PRESENCE-Z]-regelaar
Geeft de impedantierespons van de hoge tonen op.
MEMO
U vindt het gedeelte “Recommended Setting of Reactive Load”
onder aan deze handleiding. U kunt deze aanbevolen instellingen
raadplegen en deze aan uw voorkeur aanpassen.
OPMERKING
Bij buizenversterkers met een hoge gain, zoals de Mesa/Boogie
Rectier, kan de buizenversterker soms oscilleren in de lage tonen.
Als dit gebeurt, stelt u de [RESONANCE-Z]-regelaar in op LO.
2
[FX LOOP]-knop
Schakelt een extern eect (FX LOOP) in/uit wanneer dit is
aangesloten op de FX LOOP SEND-aansluiting en de FX LOOP
RETURN-aansluiting (p. 6).
3
[EFFECTS]-knop
Schakelt zowel de compressor als de delay die in dit apparaat zijn
ingebouwd, tegelijk in/uit.
4
[SOLO/EQ]-knop
Schakelt de equalizer in/uit. Door de volume-instelling van de
equalizer te verhogen kunt u deze knop gebruiken als een Solo-knop.
* Het volume van de equalizer kan worden opgegeven met
behulp van de speciale software.
5
[AMP CTL]-knop
Wisselt het kanaal van de buizenversterker.
WAZA Tube Amp Expander
(AMP CONTROL-aansluiting)
Gitaarversterker
(Aansluiting voor
schakelen tussen kanalen)
WAZA Tube Amp Expander
(AMP CONTROL-aansluiting)
Gitaarversterker
(Aansluiting voor
schakelen tussen kanalen)
Uit
Aan
6
INPUT SIG/PEAK-indicator
Geeft het niveau weer van het signaal dat wordt ingevoerd naar de
FROM TUBE AMP-aansluiting (p. 6) vanaf de buizenversterker.
Kleur van de indicator Uitleg
Groen
Licht op wanneer een signaal wordt
ingevoerd.
Rood Het signaalniveau is te hoog.
7
[SPEAKER OUT]-regelaar
Regelt het luidsprekervolume.
8
RIG
Een verzameling van instellingen voor de eecten en voor AMP
CTL enzovoort wordt gezamenlijk aangeduid als een rig”.
[RIG]-regelaar
Roept instellingen op voor een rig (1–10) die op dit apparaat zijn
opgeslagen.
[WRITE]-knop
Als u deze knop gebruikt, kunt u de eect- en AMP CTL-instellingen,
enz., die u maakt met de bedieningselementen van dit apparaat,
opslaan als een rig (1–10).
Raadpleeg “Een rig opslaan (p. 8) voor meer informatie over
het opslaan van een rig.
9
[REVERB]-regelaar
Past de diepte van de galm aan.
10
[LINE OUT]-regelaar
Regelt het volume dat wordt uitgevoerd naar de LINE OUT L/R-
aansluitingen (p. 6).
11
[PHONES]-regelaar
Regelt het volume dat wordt uitgevoerd naar de PHONES-
aansluitingen (p. 6).
12
POWER
[POWER]-schakelaar
Schakelt de stroom van de WAZA Tube Amp Expander in/uit.
POWER-indicator
Deze licht op wanneer het apparaat wordt ingeschakeld. Wanneer
de oververhittingsbescherming (p. 4) geactiveerd is, verandert
de indicator naar knipperend geel of rood.
1 2 3 4 5 6
7 9 10 11
128
6
Paneelbeschrijvingen
13
AC IN-aansluiting
Hierop sluit u het bijgeleverde netsnoer aan.
* Gebruik alleen het netsnoer meegeleverd met het apparaat.
14
TO SPEAKER OUT A, B-aansluitingen
Sluit hier luidsprekers aan. OUT A en OUT B zijn in parallel
aangesloten. Als u aansluit op zowel OUT A als OUT B, zorg er
dan voor dat de totale impedantie 4 Ω of hoger bedraagt. Als u
bijvoorbeeld een luidspreker van 8 Ω aansluit op elk van de OUT
A/B-aansluitingen, is de totale impedantie 4 Ω.
* Als u het niet nodig vindt om een luidspreker aan te sluiten,
kunt u deze aansluitingen onaangesloten laten.
* Voor een comboversterker waarbij de luidspreker en de
versterker samen in één apparaat zitten, koppelt u de
luidsprekerkabel los die op de versterker is aangesloten, en sluit
u deze aan op de TO SPEAKER OUT A- of B-aansluiting van dit
apparaat. Als de luidsprekerkabel niet lang genoeg is om dit
apparaat te bereiken, maakt u de luidsprekerkabel langer met
een extra verlengkabel.
15
FROM TUBE AMP-aansluiting
Sluit hier de luidsprekeruitgang van de buizenversterker aan.
U kunt een buizenversterker aansluiten met een uitvoer van
maximaal 150 W.
Als de buizenversterker meerdere luidsprekeruitgangen
heeft, sluit u alleen dit apparaat aan. Als naast dit apparaat
ook een luidspreker is aangesloten, kunnen er storingen in de
buizenversterker optreden.
* Sluit geen andere apparatuur dan een buizenversterker aan.
Als u dit doet, kunnen er storingen in dit apparaat of het
aangesloten apparaat optreden.
Impedantieschakelaar
Stel deze schakelaar in zodat deze overeenkomt met de
uitgangsimpedantie van de aangesloten buizenversterker.
Voor een buizenversterker van 2Ω stelt u dit in op 4 Ω.
* Schakel de buizenversterker uit voordat u de instelling
van de impedantieschakelaar wijzigt.
[INPUT LEVEL]-schakelaar
Stel deze schakelaar in zodat deze overeenkomt met het
uitgangsvermogen van de aangesloten buizenversterker. Als het
uitgangsvermogen tussen 10 W, 50 W en 100 W ligt, bijvoorbeeld
wanneer dit 20 W is, voert u geluid in met de instelling 10 W of
50 W, en gebruikt u de instelling waarbij de INPUT SIG/PEAK-
indicator op het voorpaneel niet rood oplicht.
16
PHONES-aansluiting
Sluit de hoofdtelefoon hierop aan.
17
LINE OUT
MONO (FOH)-aansluiting
Sluit dit aan op de ingang van de FOH-console (PA-mixer). Dit is
een mono-uitgang en het niveau ligt vast. De [LINE OUT]-regelaar
op het voorpaneel heeft hier geen invloed op.
LINE OUT L/R-aansluiting
Sluit dit aan op uw opnameconsole of elektrische monitors.
Achterpaneel (De apparatuur aansluiten)
Recorder enz.Buizenversterker Luidsprekerkast FOH-console (PA-mixer)
13 1614 15 17
19 20 222118
GA-FC Pedaalschakelaar Computer Externe eectenExtern MIDI-apparaat
Hoofdtelefoon
7
Paneelbeschrijvingen
[GND LIFT]-schakelaar
Dit geeft aan of de aarding van de LINE OUT L/R, LINE OUT MONO
(FOH), SEND en RETURN is aangesloten op de aarding van het
apparaat. Als er ruis optreedt door een aardlus, wijzigt u de
instelling van deze schakelaar. Normaal gebruikt u hiervoor de
NOR-positie (normale positie).
* Pintoewijzing van LINE OUT L/R, MONO (FOH).
1 GND 2 HOT
3 COLD
18
AMP CTL
AMP CTL-aansluiting
Door dit aan te sluiten op de aansluiting voor het schakelen
tussen kanalen van uw gitaarversterker kunt u schakelen tussen
kanalen vanaf de WAZA Tube Amp Expander.
[AMP CTL]-schakelaar
Geeft de bediening van de AMP CTL-aansluiting op.
Waarde Uitleg
LATCH
Latch-bediening
uit uitaan aan
PULSE
Zendt een puls bij het schakelen tussen rigs.
Rigwijziging Rigwijziging
PULSE
Rigwijziging Rigwijziging
INVERT
INVERT
19
FOOT CTL
FX LOOP-aansluiting
Hier kunt u een pedaalschakelaar (apart verkrijgbaar: FS-6, FS-7
of FS-5L) aansluiten en deze gebruiken om de externe eectlus
(FX LOOP) in/uit te schakelen.
GA-FC-aansluiting
Hier kunt een GA-FC (apart verkrijgbaar) aansluiten en deze
gebruiken om tussen rigs te schakelen en eecten in/uit te
schakelen. Raadpleeg “De pedaalbedieningsfunctie gebruiken”
(p. 8) voor meer informatie.
20
MIDI IN, THRU/OUT-aansluiting
Sluit hier een extern MIDI-apparaat aan. Raadpleeg “Verbinding
maken met een extern MIDI-apparaat” (p. 10) voor meer
informatie.
21
USB
O
-poort
Gebruik een USB-kabel om een computer aan te sluiten en audio-/
MIDI-gegevens tussen de WAZA Tube Amp Expander en de
computer uit te wisselen. Raadpleeg Verbinding maken met een
computer” (p. 10) voor meer informatie.
22
FX LOOP SEND/RETURN-aansluitingen
Sluit hier een extern eectapparaat op aan (mono). Sluit de
SEND-aansluiting aan op de ingang van uw externe
eectapparaat en sluit de uitgang van uw externe eectapparaat
aan op de RETURN-aansluiting.
De SEND-aansluiting zendt alleen een signaal wanneer de
[FXLOOP]-knop is ingeschakeld.
[LOOP]-schakelaar
Waarde Uitleg
PARALLEL
Het geluid van de externe eecten en het
rechtstreekse geluid worden gemixt.
SERIES
Alleen het geluid van de externe eecten wordt
afgespeeld.
* Wanneer SERIES is ingesteld en het volume van het extern
eectenapparaat volledig dicht is gezet, of de stroom niet is
ingeschakeld, is er geen geluid te horen.
[LEVEL]-schakelaar
Stel het referentieniveau van de SEND/RETURN-aansluitingen in
op -10 dBu of +4 dBu overeenkomstig het referentieniveau van
uw externe eectenapparaat.
De stroom in-/uitschakelen
* Zodra alles correct is aangesloten (p. 6), volgt u de
onderstaande procedure om de stroom in te schakelen. Wanneer
u apparatuur in de verkeerde volgorde inschakelt, bestaat het
risico op apparaatstoringen of -defecten.
1. Zorg ervoor dat de SPEAKER OUT-, LINE OUT- en
PHONES-regelaars van dit apparaat en het volume
van alle aangesloten apparaten op 0 staan.
2. Schakel de WAZA Tube Amp Expander in.
3. Schakel de stroom van de buizenversterker in.
4. Schakel de stroom van de andere aangesloten
apparaten in.
Verlaag voordat u het apparaat uitschakelt, het volume van alle
apparaten in uw systeem en SCHAKEL de apparaten UIT in de
omgekeerde volgorde van die waarin u ze hebt ingeschakeld.
* Zet het volume altijd op nul voordat u het apparaat in- of
uitschakelt. Zelfs als het volume volledig op nul staat, kunt u nog
geluid horen wanneer het apparaat wordt in- of uitgeschakeld. Dit
is normaal en wijst niet op een defect.
* Als u de stroom volledig moet uitschakelen, zet dan eerst het
apparaat uit en haal vervolgens het netsnoer uit het stopcontact.
Raadpleeg Als u het apparaat volledig wilt uitschakelen, trekt u
de stekker uit het stopcontact” (p. 2).
8
Paneelbeschrijvingen
Een rig opslaan
De eect- en versterkerbedieningsinstellingen die u op dit apparaat
maakt, kunnen worden opgeslagen in RIG1–10.
Instellingen die als een rig kunnen worden opgeslagen
5 FX LOOP aan/uit
5 EFFECTS-instellingen (compressor en delay)
5 SOLO/EQ-instellingen
5 AMP CTL-instellingen
5 REVERB-instellingen
Opslaan door de momenteel geselecteerde rig
te overschrijven
1. Houd de [WRITE]-knop minstens twee seconden
ingedrukt.
De [WRITE]-knop knippert rood en de instellingen worden
opgeslagen.
Opslaan op een opgegeven rig
1. Druk op de [WRITE]-knop.
Wanneer de [WRITE]-knop groen knippert, kunt u een rig
selecteren.
2. Draai aan de [RIG]-regelaar om de rig (1–10) te
selecteren waarop u de instellingen wilt opslaan.
* Als u de schrijfbewerking vanaf deze status wilt annuleren, drukt u
op de [WRITE]-knop.
3. Houd de [WRITE]-knop minstens twee seconden
ingedrukt.
De [WRITE]-knop knippert rood en de instellingen worden
opgeslagen.
* De instellingen worden opgeslagen (overschreven) op de rig die u
hebt opgegeven. Fabrieksinstellingen worden ook overschreven.
* U kunt de speciale software gebruiken om aanvullende
gedetailleerde instellingen te maken en rigbibliotheken te
beheren. Raadpleeg Verbinding maken met een computer
(p. 10) voor meer informatie.
* Raadpleeg “Using WAZA Tube Amp Expander Editor” (PDF) voor
de lijst met fabrieksinstellingen.
De fabrieksinstellingen herstellen
Ga als volgt te werk om de instellingen opgeslagen in de
WAZA Tube Amp Expander te herstellen naar de toestand af fabriek
(fabrieksinstellingen herstellen).
1. Houd de [FX LOOP]-knop ingedrukt terwijl u de
stroom inschakelt.
De knoppen van FX LOOP tot AMP CTL knipperen doorlopend
van links naar rechts. Wanneer het knipperen stopt, zijn alle
fabrieksinstellingen van dit apparaat hersteld.
* De fabrieksinstellingen herstellen neemt ongeveer 10 seconden in
beslag. Schakel het apparaat niet uit terwijl de fabrieksinstellingen
worden hersteld.
De pedaalbedieningsfunctie gebruiken
FX LOOP-aansluiting
Schakelt EFFECT LOOP in/uit (LOOP).
Achterpaneel
1/4”-jack, 1/4”-jack
* De WAZA Tube Amp Expander is compatibel met pedaalschakelaars
van het latch-type (apart verkrijgbaar: FS-6, FS-7, FS-5L). Als u een
FS-6 of FS-7 gebruikt, stelt u de modus van A en B in op FS-5L
(LATCH). U kunt geen pedaalschakelaars van het momentane type
(bijvoorbeeld FS-5U) gebruiken.
GA-FC-aansluiting
U kunt een GA-FC gebruiken om de interne eecten in/uit te schakelen
en om rig 1–10 te selecteren.
De GA-FC aansluiten
Sluit een stereokabel aan op de GA-FC-aansluiting.
* Gebruik altijd een stereokabel.
* Gebruik kabels die geen weerstanden bevatten.
GA-FC
9
Paneelbeschrijvingen
De GA-FC gebruiken
Plak de meegeleverde zelfklevende labels op de GA-FC.
Druk op de [RIG]-schakelaar om te wisselen tussen de Eect-modus
en de Rig-modus. Houd in de Rig-modus de schakelaar minstens één
seconde ingedrukt om te wisselen tussen RIG1–5 en RIG6–10.
Modus Lampje Uitleg
Eect-modus gedoofd
Elke schakelaar schakelt het eect
in/uit.
RIG-modus (1–5) opgelicht Wisselt tussen rig 1–5.
RIG-modus
(6–10)
knipperend Wisselt tussen rig 6–10.
Bediening in Eect-modus
Schakelaar Uitleg
FX LOOP Schakelt EFFECT LOOP in/uit.
FX LOOP +
DELAY
Druk op zowel FX LOOP als DELAY om reverb in/uit
te schakelen.
DELAY Schakelt DELAY in/uit.
TAP
Stelt de delay-tijd in. Wanneer u twee keer of meer
op deze knop drukt, wordt de delay-tijd ingesteld
op het interval waarmee u de knop indrukt.
SOLO/EQ Schakelt SOLO/EQ in/uit.
AMP CTL Schakelt AMP CTL in/uit.
De expressiepedalen gebruiken
Wanneer u een expressiepedaal (apart verkrijgbaar: Roland EV-5,
BOSS FV-500L, BOSS FV-500H, BOSS EV-30) aansluit, kunt u het
pedaal gebruiken om het volume te wijzigen. Als er twee pedalen
zijn aangesloten, kunt u het pre-eectvolume (voordat eecten
worden toegepast) en het hoofdvolume (SPEAKER OUT en LINE OUT)
wijzigen.
GA-FC
Expressiepedaal
Aansluiting Uitleg
PRE EFFECT
Regelt het pre-eectvolume (voordat de interne
eecten worden toegepast).
MAIN
Regelt het hoofdvolume (SPEAKER OUT en LINE
OUT).
Het MINIMUM VOLUME van een expressiepedaal instellen
Met de [MINIMUM VOLUME]-regelaar van een expressiepedaal kunt
u de waarde instellen voor wanneer het pedaal helemaal omhoog
staat (laagste waarde).
[MINIMUM
VOLUME]-
regelaar
* Gebruik alleen het vermelde expressiepedaal. Het aansluiten van
een expressiepedaal van een ander type kan leiden tot defecten
en/of schade aan het apparaat.
* Door de speciale software te gebruiken kunt u de volumecurve
van het expressiepedaal opgeven. Raadpleeg “Using WAZA Tube
Amp Expander Editor” (PDF) voor meer informatie.
10
Verbinding maken met een extern MIDI-apparaat
Op de WAZA Tube Amp Expander kunt u MIDI gebruiken om de
volgende handelingen uit te voeren.
Handelingen vanaf de
WAZA Tube Amp Expander
Handeling Uitleg
Programma-
wijzigingsberichten
verzenden
Als u een rig selecteert op de
WAZA Tube Amp Expander, wordt het
programmawijzigingsbericht dat wordt
opgegeven door RIG MIDI ook verzonden. Het
externe MIDI-apparaat dat dit programma-
wijzigingsbericht ontvangt, schakelt naar de
overeenkomstige instellingen over.
Bedienings-
wijzigingsberichten
verzenden
Als u een rig selecteert op de
WAZA Tube Amp Expander, wordt het
bedieningswijzigingsbericht dat wordt
opgegeven door RIG MIDI, ook verzonden.
Bedieningen van expressiepedalen die op
de GA-FC-pedaalcontroller zijn aangesloten,
worden verzonden als bedienings-
wijzigingsberichten. Deze berichten kunnen
parameters op een extern MIDI-apparaat
bedienen.
Handelingen vanaf een extern MIDI-apparaat
Handeling Uitleg
Rignummers
wisselen
Als de WAZA Tube Amp Expander een
programmawijzigingsbericht ontvangt
van een extern MIDI-apparaat, zal de
WAZA Tube Amp Expander rigs wijzigen.
Bedienings-
wijzigingsberichten
ontvangen
De WAZA Tube Amp Expander kan bedienings-
wijzigingsberichten ontvangen om een
opgegeven parameter te bedienen terwijl u
speelt.
Aansluitvoorbeeld
IN
IN
OUT
OUT
WAZA-TAE Extern MIDI-apparaat
Raadpleeg “Using WAZA Tube Amp Expander Editor” (PDF) voor meer
informatie over MIDI.
Verbinding maken met een computer
Door de WAZA Tube Amp Expander via USB op een computer aan te
sluiten kunt u het volgende doen:
5 Digitale audiosignalen verzenden en ontvangen tussen de
computer en de WAZA Tube Amp Expander
5 Rigs bewerken en beheren, en de downloadpagina voor de
“WAZA Tube Amp Expander Gebruikershandleiding” (PDF) op een
computer weergeven met de speciale software
Het USB-stuurprogramma installeren
Installeer het USB-stuurprogramma voordat u verbinding maakt
met een computer.
Download het USB-stuurprogramma van de hieronder genoemde
website.
Installeer dit speciale stuurprogramma voordat u een USB-verbinding
maakt. Raadpleeg voor meer informatie het bestand Readme.htm dat
met de download wordt meegeleverd.
&
http://www.boss.info/support/
Het programma dat u nodig hebt en de stappen voor het installeren
van het USB-stuurprogramma zijn afhankelijk van de instellingen van
uw computer, dus lees eerst zorgvuldig het bestand Readme.htm dat
met de download wordt meegeleverd.
De WAZA Tube Amp Expander als
audio-interface gebruiken
U kunt het geluid van de WAZA Tube Amp Expander op uw computer
opnemen, of geluid van uw computer weergeven via de OUTPUT-
aansluitingen.
* Raadpleeg “Using WAZA Tube Amp Expander Editor” (PDF) voor
meer informatie over de audiosignaalstroom via een USB-
verbinding en voor instructies over het maken van instellingen.
* Zie de handleiding voor de software die u gebruikt als u wilt
weten hoe u de ingangsbron van de software wisselt.
De speciale software gebruiken
Download de speciale software van de hieronder genoemde website.
&
http://www.boss.info/support/
Met de speciale software kunt u het volgende doen:
5 Rig-instellingen bewerken
5 Rigs een naam geven
5 Rigs sorteren en ze verplaatsen
5 Back-ups maken van rigs en systeeminstellingen, en terugkeren
naar de instellingen in een back-up
5 De downloadpagina voor de WAZA Tube Amp Expander
Gebruikershandleiding bekijken
IR-gegevens laden
Met behulp van de speciale IR-lader (software) kunt u tot wel 32
items van IR-gegevens naar dit apparaat laden.
U kunt de speciale IR-lader downloaden van de Boss-website.
&
https://www.boss.info/support/
11
Rekmontage
Door de meegeleverde rekmontagehoeken op het apparaat te
bevestigen kunt u het apparaat in een rek monteren.
De rekmontagehoeken bevestigen
1. Verwijder de schroeven van de zijpanelen.
2. Gebruik de schroeven die u hebt verwijderd
om de rekmontagehoeken te bevestigen zoals
weergegeven in de afbeelding.
* Gebruik bij het bevestigen alleen de schroeven die u hebt
verwijderd.
* Verwijder geen andere schroeven.
Montage in een rek voor algemene doeleinden
* Om ervoor te zorgen dat de warmte kan worden afgevoerd, laat
u een ruimte van minstens 1U open aan de boven- en onderkant
van dit apparaat.
Belangrijke opmerkingen over rekmontage
5 Plaats het rek op een goed geventileerde plaats.
5 Blokkeer de ventilatiegleuven op de zijpanelen van het
apparaat niet.
5 Monteer het apparaat niet in een rek van het gesloten
type. Warme lucht in het rek kan niet ontsnappen en wordt in het
apparaat gezogen waardoor de koeling weinig eciënt is.
5 Als u de achterkant van het rek niet kunt openen, installeer dan
een uitlaatpoort of ventilator boven aan de achterkant van het rek
waar zich de warme lucht verzamelt.
5 Wanneer u het apparaat gebruikt terwijl het gemonteerd is in
een beweegbare behuizing (een draagbaar rek), verwijdert u de
afdekkingen aan de voor- en achterkant van het rek zodat deze
beide zijden niet geblokkeerd worden.
5 Let erop dat uw vingers, enz., niet bekneld raken terwijl u het
apparaat in een rek monteert.
12
Belangrijkste specicaties
BOSS WAZA Tube Amp Expander (WAZA-TAE): Tube Amp Expander
Maximaal
ingangsvermogen
FROM TUBE AMP: 150 W
Veiligheidsbelasting
(uitgeschakeld)
FROM TUBE AMP: 16 Ω
Nominaal
uitgangsvermogen
TO SPEAKER: 100 W (8 Ω)
Belastingsimpedantie TO SPEAKER: 4–16 Ω
Ingangsimpedantie
FROM TUBE AMP: 4/8/16 Ω (selecteerbaar)
FX LOOP RETURN: 1 MΩ
Uitgangsimpedantie
LINE OUT L/R: 600 Ω
LINE OUT MONO (FOH): 600 Ω
FX LOOP SEND: 1 kΩ
Nominaal
uitgangsniveau
LINE OUT L/R: +4 dBu
LINE OUT MONO (FOH): +4 dBu
Nominaal
uitgangsniveau van FX
LOOP
-10/+4 dBu (selecteerbaar)
Maximaal
uitgangsniveau
LINE OUT L/R: +20 dBu
LINE OUT MONO (FOH): +20 dBu
FX LOOP SEND: +6 dBu (-10)/+20 dBu (+4)
Bedieningselementen
POWER-schakelaar
SPEAKER OUT-regelaar
LINE OUT-regelaar
PHONES-regelaar
RESONANCE-Z-regelaar
PRESENCE-Z-regelaar
RIG-regelaar
REVERB-regelaar
FX LOOP-knop
EFFECTS-knop
SOLO/EQ-knop
AMP CTL-knop
SPEAKER IMPEDANCE-schakelaar
INPUT LEVEL-schakelaar
L/R GND LIFT-schakelaar
MONO (FOH) GND LIFT-schakelaar
LOOP-schakelaar
LEVEL-schakelaar
SEND GND LIFT-schakelaar
RETURN GND LIFT-schakelaar
AMP CTL-schakelaar
Lampjes
POWER
WRITE
FX LOOP
EFFECTS
SOLO/EQ
AMP CTL
INPUT SIG/PEAK
Aansluitingen
FROM TUBE AMP-aansluiting: 1/4”-jack
SPEAKER OUT-aansluitingen (OUT A, OUT B): 1/4”-jack
LINE OUT L/R-connectors: XLR-type
LINE OUT MONO (FOH)-connector: XLR-type
PHONES-aansluiting: Stereo 1/4”-jack
SEND-aansluiting: 1/4”-jack
RETURN-aansluiting: 1/4”-jack
FX LOOP-aansluiting: 1/4”-jack
GA-FC-aansluiting: 1/4-inch TRS-jack
AMP CTL-aansluiting: 1/4”-jack
USB COMPUTER-poort: USB type B
MIDI (IN, THRU/OUT)-connectors
AC IN-aansluiting
Stroomverbruik 100 W
Afmetingen (inclusief
pootjes)
380 (B) x 296 (D) x 110 (H) mm
Gewicht 6,8 kg
Accessoires
Gebruikershandleiding
Netsnoer
Rekmontagehoek x 2 (voor EIA-2U)
GA-FC-sticker
Opties (afzonderlijk
verkocht)
Pedaalschakelaar: BOSS FS-5L
Expressiepedaal: Roland EV-5, BOSS FV-500H, BOSS FV-
500L, BOSS EV-30
GA-pedaalcontroller: BOSS GA-FC
* 0 dBu = 0,775 Vrms
* Dit document bevat informatie over de specicaties van het
product op het ogenblik van het ter perse gaan van het document.
Raadpleeg de Roland-website voor de meest recente informatie.
Block Diagram
Recommended Setting of Reactive Load
Tube Amp Cabinet RESONANCE-Z PRESENCE-Z
R-FIER STACK (MESA/Boogie Rectier) 4x12” CLOSED LO LO
HIGH GAIN STACK (Friedman BE-100) 4x12” CLOSED H.MID L.MID
BRIT STACK (Marshall JCM800) 4x12” CLOSED HI HI
CLASSIC STACK (Marshall 1987) 4x12” CLOSED H.MID HI
SUPER COMBO (Fender Super Reverb) 4x10” L.MID L.MID
TWEED COMBO (Fender Bassman) 4x10” H.MID H.MID
DIAMOND AMP (VOX AC-30) 2x12” H.MID HI
TWEED DELUXE (Fender Tweed Deluxe) 1x12” L.MID HI
DELUXE COMBO (Fender Deluxe Reverb) 1x12” L.MID H.MID
MINI COMBO (Fender Champ) 1x8” L.MID H.MID
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14

Boss WAZA Tube Amp Expander de handleiding

Type
de handleiding