115
Technische gegevens
Type Compacte autofocus kleinbeeld-zoekercamera met lichtsterk standaardobjec-
tief met lichte groothoek.
Filmformaat
24x36mm
Objectief LEICA SUMMARIT
1:2,4/40mm
(6 lenzen in 4 groepen) met verbeterde
multi-coating.
Afstand-instelgebied Automatische of handmatige afstandsinstelling van 0,7m tot
oneindig, bij beide programma’s weergave van de scherptestatus d.m.v. LED-indi-
catie.
Kleinste objectveld 566 x
377 mm
(beeldverhouding
1:15,7
)
Autofocus-systeem Passieve fasen-detectie-autofocus, AF-hulpstraal schakelt bij
slechte lichtomstandigheden automatisch in.
Belichtingssysteem Naar keuze programma-automaat, d.w.z. volautomatische be-
lichtingsregeling met handmatige shift mogelijkheid of tijdautomaat bij handmatige in-
stelling vooraf van diafragma, evt. met automatische flitsinschakeling.
Belichtingsmeting In het centrum geaccentueerde meetkarakteristiek, meting van
twee zones (midden/rand) met automatische detectie tegenlicht (voor automatisch
invulflitsen).
Meetwaardegeheugen Door vasthouden van drukpunt ontspanknop worden geme-
ten waarden voor afstand en belichting opgeslagen.
Werkgebied van het belichtingssysteem (bij ISO 100/21°)
Bij belichtingswaarden lager dan EV 8,5 volgt in de programma’s nr. 1–5 automatisch
de inschakeling van het flitsapparaat.
Sluitertijden-bereik 1 tot
1
/
1000
s
(bij programma-automaat en diafragma 2.4 tot
1
/
500
s
, bij diafragma 4 tot
1
/
750
s
) in de programma’s nr. 3–5 en 8–10, 30s tot
1
/
1000
s
(bij programma-automaat en diafragma 2.4 tot
1
/
500
s
, bij diafragma 4 tot
1
/
750
s
) in de
programma’s met automatische en handmatige flitsinschakeling (nr. 1, 2, 6, 7). In de-
ze programma’s ook automatische omschakeling op
B
voor langere, handmatig naar
schatting gestuurde belichtingstijden tot 99s Gericht te gebruiken en handmatig te
sturen langdurige belichtingen tot 99s (
T
-functie) voor opnamen zonder bewegings-
onscherpte met de programma’s nr. 11–14.
Belichtingscorrectie ±2 EV
1
/
3
EV-stappen
Flitsautomaat en handmatige inschakeling flits en lichtstraal Bij weinig licht
wordt het ingebouwde flitsapparaat in de programma’s nr. 1–5 automatisch ingescha-
keld. Handmatig in- en uitschakelen van het flitsapparaat is met de programma’s
nr. 6–14, resp. 15 altijd mogelijk. Lichtstraal ter vermindering van het ”rode-ogen-ef-
fect” kan met de programma’s nr. 2, 4, 5, 7, 9 en 10 worden ingeschakeld. Ook met
langere sluitertijden flitsen is mogelijk met de programma’s nr. 3–5 en 8–10.
Programma’s (in de geschakelde volgorde) Automatische flitsinschakeling (nr. 1)
(universeel programma, na het aanzetten van de camera altijd geactiveerd, mits niet
bewust een ander programma werd opgeslagen), Automatische inschakeling flits en
voorlicht (nr. 2), Automatische flitsinschakeling met langere sluitertijden incl.
B
(nr. 3), Automatische inschakeling flits en voorlicht met langere sluitertijden incl.
B
(nr. 4), Automatische flitsinschakeling met langere sluitertijden incl.
B
en synchroni-
satie aan het einde van de belichting (nr. 5), Handmatige flitsinschakeling (nr. 6),
Handmatige inschakeling flits en voorlicht (nr. 7), Handmatige flitsinschakeling met
langere sluitertijden incl.
B
(nr. 8), Handmatige inschakeling met flits en voorlicht met
langere sluitertijden incl.
B
(nr. 9), Handmatige flitsinschakeling met langere sluitertij-
den incl. B en synchronisatie aan het einde van de belichting (nr. 10),
T
-functie met
handmatige flitsuitschakeling (nr. 14),
T
-functie met handmatige flitsinschakeling (nr.
11),
T
-functie met handmatige flitsinschakeling met flitssynchronisatie aan het einde
van de belichtingstijd (nr. 13),
T
-functie met handmatige inschakeling flits en voorlicht
(nr. 12) en handmatige flitsuitschakeling (nr. 15)
De gekozen programma’s blijven actief totdat een ander programma wordt gekozen,
de camera wordt uitgeschakeld of de batterijen worden verwisseld, tenzij een ander
programma is opgeslagen. Elk programma kan permanent worden opgeslagen.
Nederlands
Flitsprogramma Werkgebied van het
belichtingssysteem
Flits automatisch of handmatig
EV8,5 (f/2,4,
1
/
60
s) –
ingeschakeld
EV19 (f/22,
1
/
1000
s)
(nr. 1, 2, 6, 7)
Flits met langere sluitertijden
EV2 (f/2,4, 2s) –
of uitgeschakeld
EV19 (f/22,
1
/
1000
s)
(nr. 3–5, 8–10, 15)