8 9
Het volgende is alleen van toepassing voor
personen met actieve geïmplanteerde medische
apparaten (bijv. pacemakers, debrillatoren,
enz.):
- Houd het draadloze hoortoestel op minimaal
15 cm afstand van het actieve implantaat.
- Maak geen gebruik van het hoortoestel als
u enige interferentie waarneemt en neem
contact op met de fabrikant van het implantaat.
Houd er rekening mee dat interferentie ook
veroorzaakt kan worden door stroomleidingen,
elektrostatische ontlading, metaaldetectoren
op luchthavens, enz.
Bijzonder medisch of tandheelkundig onderzoek
waarbij de hieronder beschreven straling
wordt gebruikt, kan de correcte werking van
uw apparaat nadelig beïnvloeden. Neem
hoortoestellen af en houdt deze buiten de
onderzoeksruimte in het geval van:
- medisch of tandheelkundig onderzoek met
röntgenstraling (inclusief CT-scans).
- medisch onderzoek met MRI/NMRI-scans,
waarbij magnetische velden ontstaan.
- Hoortoestellen hoeven niet afgenomen te
worden als u door een beveiligingspoort
loopt (bijv. op vliegvelden). Zover er al
röntgenstraling wordt gebruikt, zal dit met een
lage dosering gebeuren en zal het geen eect
op het hoortoestel hebben.
Het gebruik van dit apparaat naast of op
andere apparatuur dient te worden vermeden,
aangezien dat de werking nadelig kan
beïnvloeden. Als zulk gebruik toch nodig is,
moet dit apparaat en de andere apparatuur in de
gaten worden gehouden, om te controleren of ze
nog wel goed werken.
Gebruik alleen de oplader en stroomadapter
die door de fabrikant zijn meegeleverd. Anders
bestaat de kans dat de apparaten beschadigd
raken.
Het gebruik van andere accessoires, omzetters
en draden dan door de fabrikant van dit
apparaat meegeleverd of gespeciceerd
kan tot extra elektromagnetische straling of
verminderde elektromagnetische afscherming
van het apparaat leiden, en mogelijk tot
gebrekkig functioneren.