Beta 1498/16A Handleiding

Type
Handleiding
56
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
ELEKTRONISCHE ACCULADER 12-24V 16A
GEBRUIKSHANDLEIDING VOOR ELEKTRONISCHE ACCULADERS 12-24V 16A GEPRODUCEERD DOOR:
BETA UTENSILI S.P.A.
Via A. Volta 18,
20845, Sovico (MB)
ITALIË
Oorspronkelijk in de ITALIAANSE taal geschreven documentatie.
LET OP
BELANGRIJK: LEES DEZE HANDLEIDING HELEMAAL DOOR ALVORENS DE ACCULADER TE GEBRU-
IKEN. INDIEN DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN EN DE AANWIJZINGEN NIET IN ACHT WORDEN
GENOMEN, KUNNEN ZICH ERNSTIGE ONGEVALLEN VOORDOEN.
Bewaar de veiligheidsinstructies zorgvuldig en geef ze aan het personeel dat de nietmachine gebruikt.
GEBRUIKSDOEL
De elektronische acculader is bestemd voor het volgende gebruik:
• het opladen van accu’s van 12-24V 16A, van 5Ah tot 550Ah
• voor gebruik bij lood-, natte of gel - Agm - lithiumaccu’s (LiFePO4)
De volgende handelingen zijn niet toegestaan:
• het is verboden de acculader voor andere accu’s te gebruiken dan die van 12V-24V 16A
• het is verboden het apparaat te gebruiken voor toepassingen die niet binnen de technische pecicaties vallen die in de
tabel TECHNISCHE GEGEVENS staan
• het is verboden het apparaat in vochtige, natte omgevingen te gebruiken of in omgevingen die aan weer en wind zijn
blootgesteld
• het is verboden het apparaat voor iets anders te gebruiken dan voor de toepassingen die hier worden beschreven
VEILIGHEID VAN DE WERKPLEK
Gebruik de acculader niet in omgevingen met mogelijk explosieve atmosferen of brandbare materialen, omdat er
vonken kunnen ontstaan, waardoor stof of damp in brand kunnen vliegen.
Voorkom dat kinderen of bezoekers in de buurt van de werkplek kunnen komen terwijl met de acculader wordt gewerkt.
De aanwezigheid van andere personen leidt af, waardoor men tijdens het gebruik van het apparaat de controle erover
kan verliezen.
Inhaleer de schadelijke gassen niet, die de accu afgeeft terwijl aan de motor wordt gewerkt.
Wend bij de aansluitingswerkzaamheden het gezicht van de accu van het voertuig. In de accu zit een bijtende vloeistof.
Indien die per ongeluk in aanraking komt met de huid of de ogen moeten deze onmiddellijk met water worden afgespoeld
en moet een arts worden geraadpleegd.
Laat geen metalen gereedschap op de accu van het voertuig vallen. Er kan hierdoor kortsluiting in de accu
zelf ontstaan.
Gebruik de acculader op een droge plek en voorkom vocht.
VEILIGHEID ACCULADER
- Controleer voor het gebruik of de acculader niet beschadigd is, of er geen kale kabels of versleten delen zijn.
- Gebruik de acculader niet als hij beschadigd is, omdat er dan gevaar voor elektrische schokken bestaat. Probeer niet om
hem te openen of er wijzigingen aan aan te brengen.
1498_16A.indd 56 07/11/19 15:36
57
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
- Steek de stekker van de stroomkabel van de acculader in het stopcontact en verzeker u ervan dat de netspanning overeenkomt
met de netspanning die op het stroomvoorzieningsapparaat staat. (Zie de tabel met TECHNISCHE GEGEVENS).
- Laat de acculader na aoop van de werkzaamheden niet gedurende langere tijd op het stopcontact aangesloten.
- Knoei niet met het elektronische circuit van de acculader.
AANWIJZINGEN VOOR DE VEILIGHEID VAN HET PERSONEEL
- We raden u aan uiterst voorzichtig te zijn en u altijd te concentreren op uw handelingen. Gebruik de acculader niet als u moe,
of onder invloed van drugs, alcohol of medicijnen bent.
Gebruik altijd de volgende persoonlijke beschermingsmiddelen:
• veiligheidsschoenen
• een beschermende bril
• beschermende handschoenen voor fysische agentia
- Verricht alle voorgeschreven werkzaamheden in goed geventileerde en droge ruimtes.
- Zorg dat de twee klemmen onderling geen contact maken (rood (+) positief; zwart (-) negatief).
- Controleer of de kabels van de acculader zich uit de buurt van ventilatoren, bewegende delen en de brandstoeiding bevinden.
- Draag geen wijde kleding, armbanden, kettingen of metalen voorwerpen wanneer u aan het voertuig werkt.
- Voordat u de acculader opbergt, verzekert u zich ervan dat hij zodanig is afgekoeld dat hij de omgevingstemperatuur heeft.
EEN ZORGVULDIG GEBRUIK VAN DE ACCULADER
- Steek geen voorwerpen in gleuven of openingen van welke aard dan ook in het oppervlak van de acculader.
- Gebruik de acculader nooit wanneer de behuizing, de klemmen, de kabels of de voedingskabel beschadigd zijn, wanneer
u ongebruikelijke geuren ruikt of het apparaat te warm wordt.
- Er mogen geen wijzigingen aan de acculader worden aangebracht. Wijzigingen kunnen de efciëntie van de
veiligheidsmaatregelen verminderen en meer gevaren voor de gebruiker inhouden.
- Laat de acculader enkel en alleen door vakmensen met gebruik van originele reserveonderdelen repareren.
- De acculader is bedoeld voor het opladen van lood- en lithiumionaccu’s van 12-24V. Laad geen accu's van het niet oplaadbare
type op. Laad geen bevroren accu's op. Niet voor andere doeleinden gebruiken.
- Start geen accu’s met andere spanningen dan die in de tabel met TECHNISCHE GEGEVENS staan.cc
- Voordat u werkzaamheden begint te verrichten, doet u de lichten van het voertuig en alle eventueel werkende accessoires uit.
- Controleer altijd of het voltage van de acculader en de spanning van de installatie van het voertuig overeenkomen
Eventuele overschrijding kan explosies, schade aan het voertuig, de acculader en personen veroorzaken.
- Sluit de uitgangskabel met de rode klem (+) op de positieve pool van de accu en de uitgangskabel met de zwarte klem
(-) op de massa van het voertuig aan.
- Verwissel de polen nooit. Als de polen worden verwisseld kan dat explosies, schade aan het voertuig, de acculader
en personen veroorzaken.
- Gebruik een droge doek om de acculader schoon te maken en koppel hem hiervoor altijd van het elektriciteitsnet. Gebruik nooit
vochtige of natte doeken.
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN VOOR DE ACCULADER
- Controleer regelmatig of de acculader, de voedingskabel en de klemmen intact zijn.
1498_16A.indd 57 07/11/19 15:36
58
- Gebruik de acculader niet als hij beschadigd is, omdat er dan gevaar voor elektrische schokken bestaat. Probeer niet om hem
te openen of er wijzigingen aan aan te brengen.
- Steek de stekker van de acculader in het stopcontact en verzeker u ervan dat de netspanning overeenkomt met de netspanning
die op het stroomvoorzieningsapparaat staat. (Zie de tabel met TECHNISCHE GEGEVENS)
- Dek de acculader tijdens het gebruik op geen enkele wijze af. Garandeer een geschikte ruimte voor de ventilatie.
- Gebruik de acculader niet in een vochtige, natte omgeving. Stel hem niet bloot aan regen. Een vochtige en vuile omgeving
verhoogt het gevaar voor elektrische schokken.
INDIVIDUELE BESCHERMINGSMIDDELEN DIE NODIG ZIJN TIJDENS HET GEBRUIK VAN DE ACCULADER
Niet inachtneming van de volgende waarschuwingen kan lichamelijk letsel en/of ziektes veroorzaken.
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
MOET WORDEN GEBRUIKT VOOR ACCU’S VAN
NOMINALE SPANNING
OPLAADSPANNING
GEABSORBEERD VERMOGEN
ACCUCAPACITEIT TIJDENS HET OPLADEN
LENGTE VAN DE KABEL MET KLEMMEN
BESCHERMINGSGRAAD
LENGTE VAN DE VOEDINGSKABEL
AFMETINGEN
GEWICHT
12-24V 16A da 5Ah a 550Ah
Accu’s: Wet - AGM - LITIO LiFePO4
220-240V 50/60Hz
12 - 24V
390 Watt
5÷360 Ah
0.5 m
IP34
1.9 m
185x290x85 mm
1.9 kg
GEBRUIK ALTIJD EEN BESCHERMENDE BRIL
GEBRUIK ALTIJD BESCHERMENDE HANDSCHOENEN VOOR FYSISCHE AGENTIA
TIJDENS HET GEBRUIK VAN DE ACCULADER
GEBRUIK ALTIJD VEILIGHEIDSSCHOENEN
Andere persoonlijke beschermingsmiddelen die moeten worden gebruikt, afhankelijk van de waarden die
zijn gevonden bij het onderzoek van de milieuhygiëne /risicoanalyse indien de waarden de maximumwaarden
overschrijden, die in de geldende voorschriften staan
TECHNISCHE GEGEVENS
1498_16A.indd 58 07/11/19 15:36
59
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
FUNCTIES VAN DE ACCULADER EN BEDRIJFSMODI
OPLAADCYCLI
De oplaadcycli van de nieuwe acculaders zijn speciaal ontwikkeld om alle soorten op de markt verkrijgbare accu’s optimaal op
te kunnen laden. De talrijke fabricagetechnologieën van de accu's die momenteel in de handel zijn, hebben voor een correcte en
volledige lading verschillende laadcurves nodig. Deze acculaders verlengen de levensduur van uw accu's, omdat ze elke accu
de juiste oplaadcyclus bieden.
1 • diagnosefase van de staat van de accu: “A1” de acculader analyseert de laadstatus van de op te
laden accu.
2 • laadfase: "Laden van een uitgeputte accu" De acculader begint op te laden en gebruikt hierbij
een pulsstroom tot de accu optimale spannings- en
stroomniveaus heeft bereikt om de tweede laadfase te
beginnen.
3 • laadfase: “soft l” Het apparaat laadt met een beperkte constante stroom
4 • laadfase: “I” Het apparaat laadt met een constante stroom tot de
maximumspanning van de accu wordt bereikt.
5 • laadfase: “U0” Het apparaat laadt met gestabiliseerde spanning tot de
stroom de minimumwaarden bereikt.
6 • laadfase: “Recovery” * Alleen een acculader die afgesteld is op RECON:
intensieve laadfase met constante stroom en toene-
mende spanning om de laadcapaciteit van de accu te
verhogen.
7 • diagnosefase van de staat van de accu: “A2” De acculader analyseert de efciëntiestatus van de
opgeladen accu.
8 • laadfase: “U” Druppellading met lage constante spanning.
9 • laadfase: “Up”
Pulsdruppellading (voortdurend in bedrijf).
• RECOVERY FUNCTIE (RECON) : met deze laadmodus kunnen natte accu's van 12Volt, die lang niet zijn gebruikt en strati-
catie van het zuur vertonen, worden opgeladen. Deze functie behandelt de elektrolytoplossing van de accu, waarbij die opnieuw
wordt gemengd en de straticatie ongedaan wordt gemaakt.
• SHOWRUIMTEFUNCTIE: de acculaders zijn voorzien van de Showroomfunctie. Met deze functie kunt u alle stroomverbruiken-
de elementen van het voertuig in bedrijf houden tijdens de demonstraties bij de dealer. (Alleen 12V-modus)
• SUPPLY-FUNCTIE: de acculaders zijn voorzien van de Supply-functie (voedingseenheid). Deze functie maakt het mogelijk
de geheugens van een voertuig actief te houden tijdens het vervangen van de accu of in alle gevallen waarin de accu wordt
losgekoppeld van het circuit van het voertuig. (Alleen in 12V-modus)
• ANALYSE VAN DE ACCU EN FOUTMELDINGEN De acculaders zijn zodanig ontworpen dat ze de staat van de accu voor en
na het opladen analyseren. Ze melden eventuele storingen in de verbinding tussen de acculader en de accu die moet worden
opgeladen. Op het digitale display kan een foutcode worden weergegeven, zodat de storing die zich heeft voorgedaan snel en
eenvoudig kan worden gecontroleerd.
1498_16A.indd 59 07/11/19 15:36
60
OPLADEN
Accu's opladen die op het voertuig zijn aangesloten.
1. Voordat u met opladen begint, controleert u of de stroomkabel van het elektriciteitsnet is gekoppeld.
2. Zoek de pool die overeenstemt met de massa van het voertuig. Over het algemeen is die op de negatieve klem aangesloten.
3. Een accu opladen met de negatieve klem op de massa van het voertuig aangesloten.
- Sluit de rode klem aan op de positieve pool (+) van de accu.
- Sluit de zwarte klem aan op de massa van het voertuig, ver van de accu en de brandstoeiding.
4. Een accu opladen met de positieve klem op de massa van het voertuig aangesloten.
- Sluit de zwarte klem aan op de negatieve pool (-) van de accu.
- Sluit de rode klem aan op de massa van het voertuig, ver van de accu en de brandstoeiding.
5. Ringkabelschoenen gebruiken
- Sluit het uiteinde met het zwarte oog op de negatieve pool (-) van de accu aan.
- Sluit het uiteinde met het rode oog op de positieve pool (+) van de accu aan.
- Controleer of de twee ogen goed aan de klemmen van de accu zijn bevestigd en een optimaal elektrisch contact garanderen.
- Zet de uiteinden van de uitgangskabels met oog op goede wijze op een punt van het voertuig uit de buurt van de brandstoei-
ding vast (gebruik geen kabelbinders van metaal of ander materiaal dat de uitgangskabel kan beschadigen).
Accu's opladen die niet op een voertuig zijn aangesloten
1. Voordat u met opladen begint, controleert u of de stroomkabel van het elektriciteitsnet is gekoppeld.
2. Sluit de rode klem op de positieve pool (+) van de accu aan.
3. Sluit de zwarte klem op de negatieve pool (-) van de accu aan.
LET OP Controleer of beide klemmen van de uitgangsgeleiders goed contact hebben met de bijbehorende klemmen.
DE ACCULADER GEBRUIKEN
1. Sluit de uitgangskabels op de accu aan.
2. Sluit de stroomkabel van het apparaat op het stopcontact aan en verzeker u ervan dat de spanning overeenkomt met de
nominale spanning van de acculader (230V-50Hz);
3. Stel met behulp van de toetsen op het bedieningspaneel de laadparameters in die geschikt zijn voor het type accu dat moet
worden opgeladen, met de acculader op de “stand-by” stand en brandend led ON.
De "Mode" toets kan worden gebruikt om de volgende modi in te stellen: 12V, SHOWROOM, SUPPLY en 24V
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
1498_16A.indd 60 07/11/19 15:36
61
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
Opladen van 12V accu’s van 5Ah tot 80Ah
Druppellading voor 12V accu’s van 5Ah tot 120Ah
Geschikt voor het opladen van WET- en Gel-accu's
Opladen van 12V accu’s van 50Ah tot 160Ah
Druppellading voor 12V accu’s van 50Ah tot 250Ah
Geschikt voor het opladen van WET- en Gel-accu's
16° Opladen van 12V accu’s van 90Ah tot 360Ah
Druppellading voor 12V accu’s van 90Ah tot 550Ah
Geschikt voor het opladen van WET- en Gel-accu's
Opladen van 12V accu’s van 5Ah tot 80Ah
Druppellading voor 12V accu’s van 5Ah tot 120Ah
Geschikt voor het opladen van AGM- START&STOP-, AGM-SPIRAL-, EFB- en
NATTE-accu's bij temperaturen onder de 5 °C
Opladen van 12V accu’s van 50Ah tot 160Ah
Druppellading voor 12V accu’s van 50Ah tot 250Ah
Geschikt voor het opladen van AGM- START&STOP-, AGM-SPIRAL-, EFB- en
NATTE-accu's bij temperaturen onder de 5 °C
16A Opladen van 12V accu’s van 90Ah tot 360Ah
Druppellading voor 12V accu’s van 90Ah tot 550Ah
Geschikt voor het opladen van AGM- START&STOP-, AGM-SPIRAL-, EFB- en
NATTE-accu's bij temperaturen onder de 5 °C
4A
Opladen van 12V accu’s van 5Ah tot 80Ah
Druppellading voor 12V accu’s van 5Ah tot 120Ah. Geschikt voor het opladen van lithiu-
maccu's: LiFePO4 (laad geen andere soorten lithiumaccu’s op)
8A
Opladen van 12V accu’s van 50Ah tot 160Ah
Druppellading voor 12V accu’s van 50Ah tot 250Ah. Geschikt voor het opladen van lithiu-
maccu's: LiFePO4 (laad geen andere soorten lithiumaccu’s op)
16A
Opladen van 12V accu’s van 90Ah tot 360Ah.
Druppellading voor 12V accu’s van 90Ah tot 550Ah. Geschikt voor het opladen van
lithiumaccu's: LiFePO4 (laad geen andere soorten lithiumaccu’s op)
Lithiumaccu’s zijn uitgerust met BMS wat in sommige gevallen het begin van de
laadcyclus kan verhinderen; om het opladen in dat geval te starten, drukt u 5 seconden
op de knop ""Function"", nadat u de lader in de lithiummodus hebt gezet.
4A-8A-16A
AGM
Voor NATTE accu's die gedurende langere tijd niet zijn gebruikt en straticatie van het zuur vertonen.
LET OP: vanwege de hoge spanning die tijdens deze laadcyclus wordt bereikt, moet de accu worden
hersteld terwijl deze van het voertuig is gekoppeld. Wordt de accu hersteld terwijl hij op het voertuig is
aangesloten, dan kan dat de elektronica ervan beschadigen. (Alleen in 12V-modus)
SHOW
ROOM
SHOWROOM-functie: 13.8V. Met deze functie kunt u alle stroomverbruikende elementen van het
voertuig in bedrijf houden tijdens de demonstraties bij de dealer. (Alleen in 12V-modus)
SUPPLY
Stroomvoorzieningsfunctie: 14.0V. Houd de "Mode" toets 5 seconden ingedrukt om deze functie te
in te schakelen. Deze functie maakt het mogelijk de geheugens van een voertuig actief te houden
tijdens het vervangen van de accu of in alle gevallen waarin de accu wordt losgekoppeld van het
circuit van het voertuig. (Alleen in 12V-modus)
LET OP: BIJ DEZE FUNCTIE IS DE ACCULADER NIET BESCHERMD TEGEN HET
VERWISSELEN VAN DE POLEN. GEVAAR VOOR BESCHADIGING!
Na de accuspanning op de 12V-modus te hebben ingesteld, stelt u de laadparameters met behulp van de toets
"Function"in:
1498_16A.indd 61 07/11/19 15:36
62
nu begint het oplaadproces automatisch.
Na de accuspanning op de 24V-modus te hebben ingesteld, stelt u de laadparameters met behulp van de toets "Function"in:
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
4A Opladen van 24V accu’s van 5Ah tot 80Ah
Druppellading voor 24V accu’s van 5Ah tot 120Ah
Geschikt voor het opladen van WET- en Gel-accu's
8A Opladen van 24V accu’s van 50Ah tot 160Ah
Druppellading voor 24V accu’s van 50Ah tot 250Ah
Geschikt voor het opladen van WET- en Gel-accu's
4A
Opladen van 24V accu’s van 5Ah tot 80Ah
Druppellading voor 24V accu’s van 5Ah tot 120Ah
Geschikt voor het opladen van AGM-START&STOP-, AGM-SPIRAL- en EFB-accu's
8A Opladen van 24V accu’s van 50Ah tot 160Ah
Druppellading voor 24V accu’s van 50Ah tot 250Ah
Geschikt voor het opladen van AGM-START&STOP-, AGM-SPIRAL- en EFB-accu's
De accu wordt opgeladen.
Groene led knippert.
De accu is 100% geladen. Vanaf nu gaat de acculader over op de druppellading, houdt hij de
efciëntiestatus van de accu voortdurend onder controle en zorgt hij ervoor dat hij altijd optimaal
geladen blijft.
Groene led brandt met vast licht.
nu begint het oplaadproces automatisch.
Oplaadmeldingen:
ONDERBREKING VAN DE LAADCYCLUS BIJ STROOMUITVAL
Wanneer het 230V elektriciteitsnet uitvalt, slaat de acculader de lopende werkcyclus op om hem automatisch te kunnen hervatten
bij de terugkeer van de stroom van 230 Volt. Deze functie is van fundamenteel belang wanneer de acculader laadcycli verricht
bij afwezigheid van de operator; bijvoorbeeld tijdens heel lange werkcycli (druppelladingen) of nachtelijke cycli (ladingen voor
voertuigen die dagelijks opgeladen moeten worden).
NA HET OPLADEN
1. Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact
2. Koppel de uitgangsleider met zwarte klem van de massa van het voertuig of van de negatieve klem (-) van de accu.
3. Koppel de uitgangskabel met rode klem van de positieve pool (+) van de accu.
1498_16A.indd 62 07/11/19 15:36
63
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
MELDING
DISPLAY
OORZAAK OPLOSSING
De klemmen van de uitgangsgeleiders zijn niet
goed op de accu aangesloten.
Polariteit inversie.
Breng de klemmen goed aan en hervat het opla-
den van de accu; (zie de paragraaf "De acculader
gebruiken").
Accu met te lage spanning. (U probeert een
12V accu op te laden met een oplader die op
24V is ingesteld).
Accu met te hoge spanning. (U probeert een
24V accu op te laden met een oplader die op
12V is ingesteld).
Controleer de batterijspanning.
De accu kan defect zijn. Wend u tot het
dichtstbijzijnde Servicecentrum.
De acculader maakt een fout. Wend u tot het dichtstbijzijnde Servicecentrum.
Na een bepaalde tijd kan de accu geen stroom
meer opnemen.
De accu kan defect zijn. Wend u tot het
dichtstbijzijnde Servicecentrum.
Het is niet gelukt de accu na een complete
desulfateringscyclus te herstellen.
De accu kan defect zijn. Wend u tot het
dichtstbijzijnde Servicecentrum.
De stroom die is opgenomen tijdens de
“supply”-functie is te hoog.
Verminder de stroomopname.
Kabels zitten los, kabels kortgesloten.
Breng de klemmen goed aan en hervat het
opladen van de accu; (zie de paragraaf
"De acculader gebruiken").
Accu volledig kortgesloten. De accu kan defect zijn. Wend u tot het
dichtstbijzijnde Servicecentrum.
ANALYSE VAN DE ACCU EN FOUTMELDINGEN
In geval van storing kan de acculader de volgende meldingen doorgeven:
BESCHERMINGEN
De acculaders zijn voorzien van beschermingen om een maximale veiligheid te garanderen tijdens het gebruik en de werking
van het apparaat.
− Volledige bescherming tegen vonken
− Bescherming tegen kortsluiting
− Spanningscompensatie
− Bescherming tegen oververhitting
− Bescherming tegen polariteitinversie
Berg de acculader na de werkzaamheden op een droge plek zonder vocht op. Om de buitenkant van de behuizing te reinigen
gebruikt u een droge doek.
1498_16A.indd 63 07/11/19 15:36
64
ONDERHOUD
Onderhoudswerkzaamheden en reparaties mogen uitsluitend door vakmensen worden verricht. Wend u voor deze werkzaamhe-
den tot het reparatiecentrum van Beta Utensili S.P.A.
AFDANKEN
Het symbool van de doorgestreepte vuilnisbak op het apparaat of op de verpakking geeft aan dat het product op het einde van
zijn levenscyclus afzonderlijk van het gemeentelijk afval moet worden afgedankt.
De gebruiker die dit instrument wenst af te danken, kan:
− Het bij een centrum voor afvalophaling voor elektrische en elektronische afval afgeven.
− Het terugbezorgen aan de eigen verkoper op het moment waarop een nieuw gelijkwaardig instrument wordt gekocht.
− In geval van producten voor uitsluitend professioneel gebruik contact opnemen met de fabrikant, die een goede afdankproce-
dure moet voorschrijven.
Door dit product op de goede manier af te danken, kunnen de grondstoffen ervan worden gerecycled, en schade aan het milieu
en de gezondheid worden voorkomen.
Illegaal afdanken van het product houdt een overtreding van de voorschriften betreffende het afdanken van gevaarlijk afval in,
waarvoor de voorziene sancties worden toegepast.
GARANTIE
Deze apparatuur is vervaardigd en getest in overeenstemming met de voorschriften die momenteel van kracht zijn in de Eu-
ropese Gemeenschap. Hij heeft 12 maanden garantie bij professioneel gebruik of 24 maanden bij niet-professioneel gebruik.
Storingen veroorzaakt door materiaal- of fabrieksfouten worden naar ons goeddunken ofwel gerepareerd of de defecte onder-
delen worden vervangen.
Eén of meerdere reparaties tijdens de garantieperiode wijzigt de verloopdatum ervan niet.
Defecten veroorzaakt door slijtage, een verkeerd of oneigenlijk gebruik, of door vallen en/of stoten worden niet door de garantie
gedekt.
De garantie komt te vervallen wanneer er wijzigingen worden aangebracht, wanneer er met het apparaat wordt geknoeid en
wanneer het gedemonteerd naar de servicedienst wordt gestuurd.
Schade toegebracht aan personen en / of voorwerpen van welke aard en / of natuur, direct en / of indirect is uitdrukkelijk uitge-
sloten.
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING EU
We verklaren onder eigen verantwoordelijkheid dat het beschreven product voldoet aan alle relevante bepalingen van de
volgende richtlijnen:
• Richtlijn met betrekking tot de elektromagnetische compatibiliteit (E.M.C.) 2014/30/EU;
• Laagspanningsrichtlijn (L.V.D.) 2014/35/EU;
• Richtlijn betreffende de beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur
(Ro.H.S.) 2011/65/EU;
Het technische dossier is verkrijgbaar bij:
BETA UTENSILI S.P.A.
Via A. Volta 18,
20845 Sovico (MB)
ITALIË
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
1498_16A.indd 64 07/11/19 15:36

Documenttranscriptie

GEBRUIKSAANWIJZING NL ELEKTRONISCHE ACCULADER 12-24V 16A GEBRUIKSHANDLEIDING VOOR ELEKTRONISCHE ACCULADERS 12-24V 16A GEPRODUCEERD DOOR: BETA UTENSILI S.P.A. Via A. Volta 18, 20845, Sovico (MB) ITALIË Oorspronkelijk in de ITALIAANSE taal geschreven documentatie. LET OP BELANGRIJK: LEES DEZE HANDLEIDING HELEMAAL DOOR ALVORENS DE ACCULADER TE GEBRUIKEN. INDIEN DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN EN DE AANWIJZINGEN NIET IN ACHT WORDEN GENOMEN, KUNNEN ZICH ERNSTIGE ONGEVALLEN VOORDOEN. Bewaar de veiligheidsinstructies zorgvuldig en geef ze aan het personeel dat de nietmachine gebruikt. GEBRUIKSDOEL De elektronische acculader is bestemd voor het volgende gebruik: • het opladen van accu’s van 12-24V 16A, van 5Ah tot 550Ah • voor gebruik bij lood-, natte of gel - Agm - lithiumaccu’s (LiFePO4) De volgende handelingen zijn niet toegestaan: • het is verboden de acculader voor andere accu’s te gebruiken dan die van 12V-24V 16A • het is verboden het apparaat te gebruiken voor toepassingen die niet binnen de technische pecificaties vallen die in de tabel TECHNISCHE GEGEVENS staan • het is verboden het apparaat in vochtige, natte omgevingen te gebruiken of in omgevingen die aan weer en wind zijn blootgesteld • het is verboden het apparaat voor iets anders te gebruiken dan voor de toepassingen die hier worden beschreven VEILIGHEID VAN DE WERKPLEK Gebruik de acculader niet in omgevingen met mogelijk explosieve atmosferen of brandbare materialen, omdat er vonken kunnen ontstaan, waardoor stof of damp in brand kunnen vliegen. Voorkom dat kinderen of bezoekers in de buurt van de werkplek kunnen komen terwijl met de acculader wordt gewerkt. De aanwezigheid van andere personen leidt af, waardoor men tijdens het gebruik van het apparaat de controle erover kan verliezen. Inhaleer de schadelijke gassen niet, die de accu afgeeft terwijl aan de motor wordt gewerkt. Wend bij de aansluitingswerkzaamheden het gezicht van de accu van het voertuig. In de accu zit een bijtende vloeistof. Indien die per ongeluk in aanraking komt met de huid of de ogen moeten deze onmiddellijk met water worden afgespoeld en moet een arts worden geraadpleegd. Laat geen metalen gereedschap op de accu van het voertuig vallen. Er kan hierdoor kortsluiting in de accu zelf ontstaan. Gebruik de acculader op een droge plek en voorkom vocht. VEILIGHEID ACCULADER - Controleer voor het gebruik of de acculader niet beschadigd is, of er geen kale kabels of versleten delen zijn. - Gebruik de acculader niet als hij beschadigd is, omdat er dan gevaar voor elektrische schokken bestaat. Probeer niet om hem te openen of er wijzigingen aan aan te brengen. 56 1498_16A.indd 56 07/11/19 15:36 GEBRUIKSAANWIJZING NL - Steek de stekker van de stroomkabel van de acculader in het stopcontact en verzeker u ervan dat de netspanning overeenkomt met de netspanning die op het stroomvoorzieningsapparaat staat. (Zie de tabel met TECHNISCHE GEGEVENS). - Laat de acculader na afloop van de werkzaamheden niet gedurende langere tijd op het stopcontact aangesloten. - Knoei niet met het elektronische circuit van de acculader. AANWIJZINGEN VOOR DE VEILIGHEID VAN HET PERSONEEL - We raden u aan uiterst voorzichtig te zijn en u altijd te concentreren op uw handelingen. Gebruik de acculader niet als u moe, of onder invloed van drugs, alcohol of medicijnen bent. Gebruik altijd de volgende persoonlijke beschermingsmiddelen: • veiligheidsschoenen • een beschermende bril • beschermende handschoenen voor fysische agentia - Verricht alle voorgeschreven werkzaamheden in goed geventileerde en droge ruimtes. - Zorg dat de twee klemmen onderling geen contact maken (rood (+) positief; zwart (-) negatief). - Controleer of de kabels van de acculader zich uit de buurt van ventilatoren, bewegende delen en de brandstofleiding bevinden. - Draag geen wijde kleding, armbanden, kettingen of metalen voorwerpen wanneer u aan het voertuig werkt. - Voordat u de acculader opbergt, verzekert u zich ervan dat hij zodanig is afgekoeld dat hij de omgevingstemperatuur heeft. EEN ZORGVULDIG GEBRUIK VAN DE ACCULADER - Steek geen voorwerpen in gleuven of openingen van welke aard dan ook in het oppervlak van de acculader. - Gebruik de acculader nooit wanneer de behuizing, de klemmen, de kabels of de voedingskabel beschadigd zijn, wanneer u ongebruikelijke geuren ruikt of het apparaat te warm wordt. - Er mogen geen wijzigingen aan de acculader worden aangebracht. Wijzigingen kunnen de efficiëntie van de veiligheidsmaatregelen verminderen en meer gevaren voor de gebruiker inhouden. - Laat de acculader enkel en alleen door vakmensen met gebruik van originele reserveonderdelen repareren. - De acculader is bedoeld voor het opladen van lood- en lithiumionaccu’s van 12-24V. Laad geen accu's van het niet oplaadbare type op. Laad geen bevroren accu's op. Niet voor andere doeleinden gebruiken. - Start geen accu’s met andere spanningen dan die in de tabel met TECHNISCHE GEGEVENS staan.cc - Voordat u werkzaamheden begint te verrichten, doet u de lichten van het voertuig en alle eventueel werkende accessoires uit. - Controleer altijd of het voltage van de acculader en de spanning van de installatie van het voertuig overeenkomen Eventuele overschrijding kan explosies, schade aan het voertuig, de acculader en personen veroorzaken. - Sluit de uitgangskabel met de rode klem (+) op de positieve pool van de accu en de uitgangskabel met de zwarte klem (-) op de massa van het voertuig aan. - Verwissel de polen nooit. Als de polen worden verwisseld kan dat explosies, schade aan het voertuig, de acculader en personen veroorzaken. - Gebruik een droge doek om de acculader schoon te maken en koppel hem hiervoor altijd van het elektriciteitsnet. Gebruik nooit vochtige of natte doeken. VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN VOOR DE ACCULADER - Controleer regelmatig of de acculader, de voedingskabel en de klemmen intact zijn. 57 1498_16A.indd 57 07/11/19 15:36 GEBRUIKSAANWIJZING NL - Gebruik de acculader niet als hij beschadigd is, omdat er dan gevaar voor elektrische schokken bestaat. Probeer niet om hem te openen of er wijzigingen aan aan te brengen. - Steek de stekker van de acculader in het stopcontact en verzeker u ervan dat de netspanning overeenkomt met de netspanning die op het stroomvoorzieningsapparaat staat. (Zie de tabel met TECHNISCHE GEGEVENS) - Dek de acculader tijdens het gebruik op geen enkele wijze af. Garandeer een geschikte ruimte voor de ventilatie. - Gebruik de acculader niet in een vochtige, natte omgeving. Stel hem niet bloot aan regen. Een vochtige en vuile omgeving verhoogt het gevaar voor elektrische schokken. INDIVIDUELE BESCHERMINGSMIDDELEN DIE NODIG ZIJN TIJDENS HET GEBRUIK VAN DE ACCULADER Niet inachtneming van de volgende waarschuwingen kan lichamelijk letsel en/of ziektes veroorzaken. GEBRUIK ALTIJD VEILIGHEIDSSCHOENEN GEBRUIK ALTIJD EEN BESCHERMENDE BRIL GEBRUIK ALTIJD BESCHERMENDE HANDSCHOENEN VOOR FYSISCHE AGENTIA TIJDENS HET GEBRUIK VAN DE ACCULADER Andere persoonlijke beschermingsmiddelen die moeten worden gebruikt, afhankelijk van de waarden die zijn gevonden bij het onderzoek van de milieuhygiëne /risicoanalyse indien de waarden de maximumwaarden overschrijden, die in de geldende voorschriften staan TECHNISCHE GEGEVENS MOET WORDEN GEBRUIKT VOOR ACCU’S VAN NOMINALE SPANNING OPLAADSPANNING GEABSORBEERD VERMOGEN ACCUCAPACITEIT TIJDENS HET OPLADEN LENGTE VAN DE KABEL MET KLEMMEN BESCHERMINGSGRAAD LENGTE VAN DE VOEDINGSKABEL AFMETINGEN GEWICHT 12-24V 16A da 5Ah a 550Ah Accu’s: Wet - AGM - LITIO LiFePO4 220-240V 50/60Hz 12 - 24V 390 Watt 5÷360 Ah 0.5 m IP34 1.9 m 185x290x85 mm 1.9 kg 58 1498_16A.indd 58 07/11/19 15:36 GEBRUIKSAANWIJZING NL FUNCTIES VAN DE ACCULADER EN BEDRIJFSMODI OPLAADCYCLI De oplaadcycli van de nieuwe acculaders zijn speciaal ontwikkeld om alle soorten op de markt verkrijgbare accu’s optimaal op te kunnen laden. De talrijke fabricagetechnologieën van de accu's die momenteel in de handel zijn, hebben voor een correcte en volledige lading verschillende laadcurves nodig. Deze acculaders verlengen de levensduur van uw accu's, omdat ze elke accu de juiste oplaadcyclus bieden. 1 • diagnosefase van de staat van de accu: “A1” de acculader analyseert de laadstatus van de op te laden accu. 2 • laadfase: "Laden van een uitgeputte accu" De acculader begint op te laden en gebruikt hierbij een pulsstroom tot de accu optimale spannings- en stroomniveaus heeft bereikt om de tweede laadfase te beginnen. 3 • laadfase: “soft l” Het apparaat laadt met een beperkte constante stroom 4 • laadfase: “I” Het apparaat laadt met een constante stroom tot de maximumspanning van de accu wordt bereikt. 5 • laadfase: “U0” Het apparaat laadt met gestabiliseerde spanning tot de stroom de minimumwaarden bereikt. 6 • laadfase: “Recovery” * Alleen een acculader die afgesteld is op RECON: intensieve laadfase met constante stroom en toenemende spanning om de laadcapaciteit van de accu te verhogen. 7 • diagnosefase van de staat van de accu: “A2” De acculader analyseert de efficiëntiestatus van de opgeladen accu. 8 • laadfase: “U” Druppellading met lage constante spanning. 9 • laadfase: “Up” Pulsdruppellading (voortdurend in bedrijf). • RECOVERY FUNCTIE (RECON) : met deze laadmodus kunnen natte accu's van 12Volt, die lang niet zijn gebruikt en stratificatie van het zuur vertonen, worden opgeladen. Deze functie behandelt de elektrolytoplossing van de accu, waarbij die opnieuw wordt gemengd en de stratificatie ongedaan wordt gemaakt. • SHOWRUIMTEFUNCTIE: de acculaders zijn voorzien van de Showroomfunctie. Met deze functie kunt u alle stroomverbruikende elementen van het voertuig in bedrijf houden tijdens de demonstraties bij de dealer. (Alleen 12V-modus) • SUPPLY-FUNCTIE: de acculaders zijn voorzien van de Supply-functie (voedingseenheid). Deze functie maakt het mogelijk de geheugens van een voertuig actief te houden tijdens het vervangen van de accu of in alle gevallen waarin de accu wordt losgekoppeld van het circuit van het voertuig. (Alleen in 12V-modus) • ANALYSE VAN DE ACCU EN FOUTMELDINGEN De acculaders zijn zodanig ontworpen dat ze de staat van de accu voor en na het opladen analyseren. Ze melden eventuele storingen in de verbinding tussen de acculader en de accu die moet worden opgeladen. Op het digitale display kan een foutcode worden weergegeven, zodat de storing die zich heeft voorgedaan snel en eenvoudig kan worden gecontroleerd. 59 1498_16A.indd 59 07/11/19 15:36 GEBRUIKSAANWIJZING NL OPLADEN Accu's opladen die op het voertuig zijn aangesloten. 1. Voordat u met opladen begint, controleert u of de stroomkabel van het elektriciteitsnet is gekoppeld. 2. Zoek de pool die overeenstemt met de massa van het voertuig. Over het algemeen is die op de negatieve klem aangesloten. 3. Een accu opladen met de negatieve klem op de massa van het voertuig aangesloten. - Sluit de rode klem aan op de positieve pool (+) van de accu. - Sluit de zwarte klem aan op de massa van het voertuig, ver van de accu en de brandstofleiding. 4. Een accu opladen met de positieve klem op de massa van het voertuig aangesloten. - Sluit de zwarte klem aan op de negatieve pool (-) van de accu. - Sluit de rode klem aan op de massa van het voertuig, ver van de accu en de brandstofleiding. 5. Ringkabelschoenen gebruiken - Sluit het uiteinde met het zwarte oog op de negatieve pool (-) van de accu aan. - Sluit het uiteinde met het rode oog op de positieve pool (+) van de accu aan. - Controleer of de twee ogen goed aan de klemmen van de accu zijn bevestigd en een optimaal elektrisch contact garanderen. - Zet de uiteinden van de uitgangskabels met oog op goede wijze op een punt van het voertuig uit de buurt van de brandstofleiding vast (gebruik geen kabelbinders van metaal of ander materiaal dat de uitgangskabel kan beschadigen). Accu's opladen die niet op een voertuig zijn aangesloten 1. Voordat u met opladen begint, controleert u of de stroomkabel van het elektriciteitsnet is gekoppeld. 2. Sluit de rode klem op de positieve pool (+) van de accu aan. 3. Sluit de zwarte klem op de negatieve pool (-) van de accu aan. LET OP Controleer of beide klemmen van de uitgangsgeleiders goed contact hebben met de bijbehorende klemmen. DE ACCULADER GEBRUIKEN 1. Sluit de uitgangskabels op de accu aan. 2. Sluit de stroomkabel van het apparaat op het stopcontact aan en verzeker u ervan dat de spanning overeenkomt met de nominale spanning van de acculader (230V-50Hz); 3. Stel met behulp van de toetsen op het bedieningspaneel de laadparameters in die geschikt zijn voor het type accu dat moet worden opgeladen, met de acculader op de “stand-by” stand en brandend led ON. De "Mode" toets kan worden gebruikt om de volgende modi in te stellen: 12V, SHOWROOM, SUPPLY en 24V 60 1498_16A.indd 60 07/11/19 15:36 GEBRUIKSAANWIJZING NL Na de accuspanning op de 12V-modus te hebben ingesteld, stelt u de laadparameters met behulp van de toets "Function"in: 4° Opladen van 12V accu’s van 5Ah tot 80Ah Druppellading voor 12V accu’s van 5Ah tot 120Ah Geschikt voor het opladen van WET- en Gel-accu's 8° Opladen van 12V accu’s van 50Ah tot 160Ah Druppellading voor 12V accu’s van 50Ah tot 250Ah Geschikt voor het opladen van WET- en Gel-accu's 16° Opladen van 12V accu’s van 90Ah tot 360Ah Druppellading voor 12V accu’s van 90Ah tot 550Ah Geschikt voor het opladen van WET- en Gel-accu's 4° Opladen van 12V accu’s van 5Ah tot 80Ah Druppellading voor 12V accu’s van 5Ah tot 120Ah Geschikt voor het opladen van AGM- START&STOP-, AGM-SPIRAL-, EFB- en NATTE-accu's bij temperaturen onder de 5 °C 8° Opladen van 12V accu’s van 50Ah tot 160Ah Druppellading voor 12V accu’s van 50Ah tot 250Ah Geschikt voor het opladen van AGM- START&STOP-, AGM-SPIRAL-, EFB- en NATTE-accu's bij temperaturen onder de 5 °C 16A Opladen van 12V accu’s van 90Ah tot 360Ah Druppellading voor 12V accu’s van 90Ah tot 550Ah Geschikt voor het opladen van AGM- START&STOP-, AGM-SPIRAL-, EFB- en NATTE-accu's bij temperaturen onder de 5 °C 4A Opladen van 12V accu’s van 5Ah tot 80Ah Druppellading voor 12V accu’s van 5Ah tot 120Ah. Geschikt voor het opladen van lithiumaccu's: LiFePO4 (laad geen andere soorten lithiumaccu’s op) 8A Opladen van 12V accu’s van 50Ah tot 160Ah Druppellading voor 12V accu’s van 50Ah tot 250Ah. Geschikt voor het opladen van lithiumaccu's: LiFePO4 (laad geen andere soorten lithiumaccu’s op) 16A Opladen van 12V accu’s van 90Ah tot 360Ah. Druppellading voor 12V accu’s van 90Ah tot 550Ah. Geschikt voor het opladen van lithiumaccu's: LiFePO4 (laad geen andere soorten lithiumaccu’s op) Lithiumaccu’s zijn uitgerust met BMS wat in sommige gevallen het begin van de laadcyclus kan verhinderen; om het opladen in dat geval te starten, drukt u 5 seconden op de knop ""Function"", nadat u de lader in de lithiummodus hebt gezet. 4A-8A-16A AGM Voor NATTE accu's die gedurende langere tijd niet zijn gebruikt en stratificatie van het zuur vertonen. LET OP: vanwege de hoge spanning die tijdens deze laadcyclus wordt bereikt, moet de accu worden hersteld terwijl deze van het voertuig is gekoppeld. Wordt de accu hersteld terwijl hij op het voertuig is aangesloten, dan kan dat de elektronica ervan beschadigen. (Alleen in 12V-modus) SHOW ROOM SHOWROOM-functie: 13.8V. Met deze functie kunt u alle stroomverbruikende elementen van het voertuig in bedrijf houden tijdens de demonstraties bij de dealer. (Alleen in 12V-modus) SUPPLY Stroomvoorzieningsfunctie: 14.0V. Houd de "Mode" toets 5 seconden ingedrukt om deze functie te in te schakelen. Deze functie maakt het mogelijk de geheugens van een voertuig actief te houden tijdens het vervangen van de accu of in alle gevallen waarin de accu wordt losgekoppeld van het circuit van het voertuig. (Alleen in 12V-modus) LET OP: BIJ DEZE FUNCTIE IS DE ACCULADER NIET BESCHERMD TEGEN HET VERWISSELEN VAN DE POLEN. GEVAAR VOOR BESCHADIGING! 61 1498_16A.indd 61 07/11/19 15:36 GEBRUIKSAANWIJZING NL nu begint het oplaadproces automatisch. Na de accuspanning op de 24V-modus te hebben ingesteld, stelt u de laadparameters met behulp van de toets "Function"in: 4A Opladen van 24V accu’s van 5Ah tot 80Ah Druppellading voor 24V accu’s van 5Ah tot 120Ah Geschikt voor het opladen van WET- en Gel-accu's 8A Opladen van 24V accu’s van 50Ah tot 160Ah Druppellading voor 24V accu’s van 50Ah tot 250Ah Geschikt voor het opladen van WET- en Gel-accu's 4A Opladen van 24V accu’s van 5Ah tot 80Ah Druppellading voor 24V accu’s van 5Ah tot 120Ah Geschikt voor het opladen van AGM-START&STOP-, AGM-SPIRAL- en EFB-accu's 8A Opladen van 24V accu’s van 50Ah tot 160Ah Druppellading voor 24V accu’s van 50Ah tot 250Ah Geschikt voor het opladen van AGM-START&STOP-, AGM-SPIRAL- en EFB-accu's nu begint het oplaadproces automatisch. Oplaadmeldingen: De accu wordt opgeladen. Groene led knippert. De accu is 100% geladen. Vanaf nu gaat de acculader over op de druppellading, houdt hij de efficiëntiestatus van de accu voortdurend onder controle en zorgt hij ervoor dat hij altijd optimaal geladen blijft. Groene led brandt met vast licht. ONDERBREKING VAN DE LAADCYCLUS BIJ STROOMUITVAL Wanneer het 230V elektriciteitsnet uitvalt, slaat de acculader de lopende werkcyclus op om hem automatisch te kunnen hervatten bij de terugkeer van de stroom van 230 Volt. Deze functie is van fundamenteel belang wanneer de acculader laadcycli verricht bij afwezigheid van de operator; bijvoorbeeld tijdens heel lange werkcycli (druppelladingen) of nachtelijke cycli (ladingen voor voertuigen die dagelijks opgeladen moeten worden). NA HET OPLADEN 1. Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact 2. Koppel de uitgangsleider met zwarte klem van de massa van het voertuig of van de negatieve klem (-) van de accu. 3. Koppel de uitgangskabel met rode klem van de positieve pool (+) van de accu. 62 1498_16A.indd 62 07/11/19 15:36 GEBRUIKSAANWIJZING NL ANALYSE VAN DE ACCU EN FOUTMELDINGEN In geval van storing kan de acculader de volgende meldingen doorgeven: MELDING DISPLAY OORZAAK OPLOSSING De klemmen van de uitgangsgeleiders zijn niet goed op de accu aangesloten. Polariteit inversie. Breng de klemmen goed aan en hervat het opladen van de accu; (zie de paragraaf "De acculader gebruiken"). Accu met te lage spanning. (U probeert een 12V accu op te laden met een oplader die op 24V is ingesteld). Accu met te hoge spanning. (U probeert een 24V accu op te laden met een oplader die op 12V is ingesteld). Controleer de batterijspanning. De accu kan defect zijn. Wend u tot het dichtstbijzijnde Servicecentrum. De acculader maakt een fout. Wend u tot het dichtstbijzijnde Servicecentrum. Na een bepaalde tijd kan de accu geen stroom meer opnemen. De accu kan defect zijn. Wend u tot het dichtstbijzijnde Servicecentrum. Het is niet gelukt de accu na een complete desulfateringscyclus te herstellen. De accu kan defect zijn. Wend u tot het dichtstbijzijnde Servicecentrum. De stroom die is opgenomen tijdens de “supply”-functie is te hoog. Verminder de stroomopname. Kabels zitten los, kabels kortgesloten. Breng de klemmen goed aan en hervat het opladen van de accu; (zie de paragraaf "De acculader gebruiken"). Accu volledig kortgesloten. De accu kan defect zijn. Wend u tot het dichtstbijzijnde Servicecentrum. BESCHERMINGEN De acculaders zijn voorzien van beschermingen om een maximale veiligheid te garanderen tijdens het gebruik en de werking van het apparaat. − Volledige bescherming tegen vonken − Bescherming tegen kortsluiting − Spanningscompensatie − Bescherming tegen oververhitting − Bescherming tegen polariteitinversie Berg de acculader na de werkzaamheden op een droge plek zonder vocht op. Om de buitenkant van de behuizing te reinigen gebruikt u een droge doek. 63 1498_16A.indd 63 07/11/19 15:36 GEBRUIKSAANWIJZING NL ONDERHOUD Onderhoudswerkzaamheden en reparaties mogen uitsluitend door vakmensen worden verricht. Wend u voor deze werkzaamheden tot het reparatiecentrum van Beta Utensili S.P.A. AFDANKEN Het symbool van de doorgestreepte vuilnisbak op het apparaat of op de verpakking geeft aan dat het product op het einde van zijn levenscyclus afzonderlijk van het gemeentelijk afval moet worden afgedankt. De gebruiker die dit instrument wenst af te danken, kan: − Het bij een centrum voor afvalophaling voor elektrische en elektronische afval afgeven. − Het terugbezorgen aan de eigen verkoper op het moment waarop een nieuw gelijkwaardig instrument wordt gekocht. − In geval van producten voor uitsluitend professioneel gebruik contact opnemen met de fabrikant, die een goede afdankprocedure moet voorschrijven. Door dit product op de goede manier af te danken, kunnen de grondstoffen ervan worden gerecycled, en schade aan het milieu en de gezondheid worden voorkomen. Illegaal afdanken van het product houdt een overtreding van de voorschriften betreffende het afdanken van gevaarlijk afval in, waarvoor de voorziene sancties worden toegepast. GARANTIE Deze apparatuur is vervaardigd en getest in overeenstemming met de voorschriften die momenteel van kracht zijn in de Europese Gemeenschap. Hij heeft 12 maanden garantie bij professioneel gebruik of 24 maanden bij niet-professioneel gebruik. Storingen veroorzaakt door materiaal- of fabrieksfouten worden naar ons goeddunken ofwel gerepareerd of de defecte onderdelen worden vervangen. Eén of meerdere reparaties tijdens de garantieperiode wijzigt de verloopdatum ervan niet. Defecten veroorzaakt door slijtage, een verkeerd of oneigenlijk gebruik, of door vallen en/of stoten worden niet door de garantie gedekt. De garantie komt te vervallen wanneer er wijzigingen worden aangebracht, wanneer er met het apparaat wordt geknoeid en wanneer het gedemonteerd naar de servicedienst wordt gestuurd. Schade toegebracht aan personen en / of voorwerpen van welke aard en / of natuur, direct en / of indirect is uitdrukkelijk uitgesloten. VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING EU We verklaren onder eigen verantwoordelijkheid dat het beschreven product voldoet aan alle relevante bepalingen van de volgende richtlijnen: • Richtlijn met betrekking tot de elektromagnetische compatibiliteit (E.M.C.) 2014/30/EU; • Laagspanningsrichtlijn (L.V.D.) 2014/35/EU; • Richtlijn betreffende de beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur (Ro.H.S.) 2011/65/EU; Het technische dossier is verkrijgbaar bij: BETA UTENSILI S.P.A. Via A. Volta 18, 20845 Sovico (MB) ITALIË 64 1498_16A.indd 64 07/11/19 15:36
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84

Beta 1498/16A Handleiding

Type
Handleiding