ProForm PETL81708 de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Sticker met
serienummer
Modelnr. PETL81708.0
Serienr.
Schrijf het serienummer hierboven
voor verdere raadpleging.
OPGELET
Lees alle instructies en voor-
zorgsmaatregelen in deze hand-
leiding door voordat u dit appa-
raat gaat gebruiken. Bewaar
deze handleiding voor verdere
raadpleging.
VRAGEN?
Als fabrikant zijn wij gesteld op
uw volledige tevredenheid.
Mocht u nog vragen hebben,
mochten sommige onderdelen
ontbreken of beschadigd zijn
neem dan contact op met de win-
kel waar u dit produkt hebt ge-
kocht.
Bezoek onze website:
www.iconsupport.eu
GEBRUIKSAANWIJZING
INHOUD
DE STICKERS MET WAARSCHUWING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
V
OORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
G
EBRUIK EN BIJSTELLEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .19
PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
LIJST MET ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26
GEDETAILLEERDE TEKENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laatste Pagina
RECYCLING INFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laatste Pagina
PROFORM is een merk van ICON IP, Inc.
De stickers met waarschuwing hier getoond zijn
op de aangegeven plaatsen geplakt. Bel, wan-
neer een sticker ontbreekt of niet leesbaar is,
het nummer op de kaft van deze handleiding
en vraag voor een vervangsticker. Plak de sti-
cker op de aangegeven plaats. Opmerking: De
stickers worden niet op ware groote weergege-
ven.
DE STICKERS MET WAARSCHUWING
2
3
1. Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of
enig ander oefenprogramma begint. Dit is bij-
zonder belangrijk voor mensen ouder dan 35
of mensen met gezondheidsproblemen.
2. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar zich te ervan te overtuigen dat alle ge-
bruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en
waarschuwingen.
3. Gebruik de loopband alleen zoals
voorgeschreven.
4. Plaats de loopband op een vlakke onder-
grond met minstens 2,4 m ruimte rondom,
ruimte achter de loopband en 0,6 m ruimte
aan iedere kant van de loopband. Zorg ervoor
dat de loopband geen luchtopeningen,
luchtroosters blokkeert. Leg een matje onder
de loopband om uw vloerbedekking te
beschermen.
5. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
6. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen
gebruikt worden of waar zuurstof wordt
toegevoegd.
7. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en
huisdieren bij de loopband vandaan.
8. De loopband kan alleen door mensen die min-
der dan 136 kg wegen worden gebruikt. Laat
nooit meer dan een persoon op de loopband.
9. Draag geschikte kleding wanneer u de loop-
band gebruikt.
10. Draag geen losse kleding die in de loopband
verstrikt kan raken. Sportkleding voor man-
nen en vrouwen aanbevolen. Gebruik de
loopband nooit op blote voeten, op sokken of
op sandalen. Draag altijd trainingsschoenen.
Gebruik de loopband nooit met blote voeten,
sokken of met sandalen.
11. Steek de stekker alleen in een geaard stop-
contact (zie pagina 13). Geen elk ander appa-
raat moet zich op dezelfde groep bevinden.
Als u een zekering vervangt, dient u een
ASTA goedgekeurd type BS1362 te plaatsen
in de zekeringhouder. U dient een 13 ampère
zekering te gebruiken.
12. Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik
dan alleen een snoer van 1,5 mof korter.
13. Houd het stroomsnoer en de stroomstooton-
derdrukker uit de buurt van warme opper-
vlakken.
14. Loop nooit op de loopband wanneer de elec-
triciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loop-
band niet wanneer het electrische snoer of
stekker beschadigd is. Gebruik de loopband
niet als hij niet goed werkt. (Zie PROBLEMEN
OPLOSSEN op pagina 21 als de loopband
niet goed werkt.)
15. Lees de noodstopprocedure grondig door en
test de procedure voordat u de loopband ge-
bruikt (raadpleeg HOE HET APPARAAT AAN
TE ZETTEN op pagina 15).
16. Start de loopband nooit wanneer u op de
band staat. Houdt u altijd vast aan de handle-
uningen wanneer u de loopband gebruikt.
17. De loopband kan een hoge snelheid bereiken.
Stel de snelheid geleidelijk bij om
schokkende versnellingen te voorkomen.
18. De polssensor is geen medisch instrument.
Bepaalde factoren zoals bewegingen, kunnen
de juistheid van de metingen aantasten. De
polssensor dient slechts om een algemene
hartslag te meten, als hulpmiddel bij uw oe-
feningen.
WAARSCHUWING: L
ees alle belangrijke voorzorgsmaatregelen en instructies in
deze handleiding en alle waarschuwingen op uw loopband voordat u deze gebruikt om het risico van
ernstig letsel te verminderen. ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade door het
gebruik van dit produkt.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
4
19. Laat de loopband nooit zonder toezicht rond-
draaien. Verwijder altijd de sleutel, trek de
s
tekker uit het stopcontact, en zet de reset/off
Stroomonderbreker Reset-positie wanneer u
de loopband niet gebruikt. (Zie de tekening
op pagina 5 om de reset/off
S
troomonderbreker.)
20. Voltooi eerst de montage van de loopband
voordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst.
(Zie MONTAGE op pagina 6 en DE LOOP-
BAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op
pagina 19). U moet op veilige wijze in staat
zijn om 20 kg te kunnen optillen, of om de
loopband te verplaatsen.
21. Bij het vouwen of verschuiven van de loop-
band dient u erop te letten dat de opbergver-
grendeling het onderstel stevig in de opslag-
stand houdt.
22. Steek geen enkel onderwerp in welke opening
dan ook van de loopband.
23. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog
goed vast zitten en verstevig ze indien nodig.
24.
GEVAAR: Trek de stekker altijd direct
n
a gebruik van de loopband uit het stopcon-
tact. Eveneens de stekker uit het stopcontact
trekken vóór het schoonmaken van de loop-
band, voor het plegen van onderhoud en voor
het bijregelen zoals beschreven is in deze
handleiding. Verwijder nooit de motorkap ten-
zij een technicus dat aangeeft. Ander onder-
houd dan datgene wat vermeld staat in deze
handleiding moet door een technicus uit-
gevoerd worden.
25. Deze loopband is alleen voor huiselijk ge-
bruik bedoeld. Gebruik de loopband niet com-
mercieel of voor verhuur.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
5
Dank u dat u heeft gekozen voor de revolutionaire PRO-
F
ORM
®
7
80 ZLT loopband. Deze 780 ZLT loopband
biedt een reeks aan indrukwekkende functies die zijn
ontwikkeld om uw oefeningen effectiever en leuker te
maken. Als u geen oefeningen doet, kunt u deze unieke
7
80 ZLT loopband opvouwen, waardoor deze minder
dan de helft van de ruimte inneemt van andere loopban-
den.
Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorgvuldig
door voordat u de loopband begint te gebruiken.
Raadpleeg de kaft van deze handleiding mocht u nog
v
ragen hebben nadat u de handleiding hebt
doorgelezen. Voordat u met ons contact opneemt,
schrijf het productnummer en serienummer even op.
De plaats waar u beide stickers kunt vinden wordt op
d
e kaft van de handleiding aangegeven.
Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de
tekening hieronder en de verschillende onderdelen.
VOORDAT U BEGINT
Handleuning
Staander
Accessoire Houder
Sleutel/Klip
Reset/off
Stroomonderbreker
Loopband
Platform van het Kussen
Voetkussentje
Bijstelbouten van
de Ruststandrol
Bedieningspaneel
Polssensor
6
MONTAGE
Montage moet door twee personen worden uitgevoerd. Plaats de loopband op een open plek en verwijder het
verpakkingsmateriaal. Gooi het verpakkingsmateriaal niet weg tot u de loopband volledig heeft gemon-
t
eerd. Opmerking: De onderkant van de loopriem van de loopband is bedekt met een smeermiddel voor een
goede werking. Tijdens het vervoer kan een klein beetje smeermiddel aan de bovenkant van de loopriem of de
v
erpakkingsdoos terecht zijn gekomen. Dit is normaal en heeft geen invloed op de werking van de loopband. Als
er zich smeermiddel op de bovenkant van de loopriem bevindt, kunt u deze eenvoudigweg afvegen met een
zachte doek en een reiniger zonder schuurmiddel.
Tijdens de montage zult u de meegeleverde inbussleutels , rubber hamer , uw eigen kruiskop-
schroevendraaier , en engelse sleutels nodig hebben , schaar , en neuspunt
combinatietang nodig hebben .
Gebruik de onderstaande tekeningen om te weten hoe u de hardware moet monteren. Het nummer tussen haak-
jes onder elke tekening is het nummer van het onderdeel van de LISJT MET ONDERDELEN achterin deze hand-
leiding. Het getal achter de haakjes is de hoeveelheid die nodig is voor de montage. Opmerking: Als een onder-
deel zich niet in het onderdelenzakje bevindt, kijk dan of het is bevestigd aan een van de onderdelen die gemon-
teerd moet worden. Om schade aan plastic onderdelen te vermijden, moet u geen elektrisch gereedschap
bij het monteren gebruiken. Er is mogelijk extra hardware meegeleverd.
Tussenstuk van de
basisvoet (89)–2
#8 x 3/4"
Aardingschroef
(1)–4
3/8" Sterring
(12)–4
1/4" Sterring
(10)–2
#8 x 1" Schroef (2)–4
3/8" Slotmoer
(11)–1
5/16" Sterring
(9)–6
Bouttussenstuk (84)–4
3/8" x 2" Bout (3)–1
3/8" x 4" Bout (5)–4
5/16" x 3/4" Bout
(4)–6
1/4" x 1 1/4" Bout (6)–21/4" x 5/8"
Bout (7)–4
3/8" x 1 3/4" Bout (8)–1
7
3. Bevestig een Wiel (90) met de 3/8" x 2" Bout (3)
en de 3/8" Slotmoer (11) die u heeft verwijderd
in stap 1. Draai de Slotmoer niet te vast; het
Wiel moet vrij kunnen draaien.
60
3
11
3
90
1
. Zorg dat het stroomsnoer niet op het stop-
contact is aangesloten.
Verwijder de 3/8" Slotmoer(11), de 3/8" x 2"
Bout (3), en de verzendbeugel (C) van de Basis
(60). Verwijder de verzendbeugel van de andere
k
ant van de loopband. Gooi de verzendbeugels
weg. Bewaar de Slotmoeren en de Bouten voor
stappen 3 en 6.
60
11
C
1
3
2. Draai de loopband voorzichtig naar de linkerkant
met de hulp van een tweede persoon. Vouw het
Onderstel (53) gedeeltelijk zodat de loopband
stabieler is; vouw het Onderstel nog niet
volledig in.
Verwijder de twee aangegeven bouten (A) en de
vervoerbeugel (B) en gooi deze weg.
Snij het draad door dat de Draadkoker (86)
bevestigd tegen de Basis (60). Plaats een draad
in het aangegeven gat in de Basis en gebruik
het draad om de Draadkoker uit het gat te
trekken.
Bevestig twee Basisvoeten (88) aan de Basis
(60) in de weergegeven richtingen met twee
Basisvoettussenstukken (89) en twee #8 x 1"
Tek Schroeven (2). Bevestig dan twee
Basisvoeten (88) met slechts #8 x 1" Tek
Schroeven (2).
2
60
A
B
2
53
2
2
88
88
2
86
88
88
89
89
Hole
8
5. Houd een Bouttussenstuk (84) in het onderste
uiteinde van de Rechter staander (79). Plaats
een 3/8" x 4" Bout (5) met een 3/8" Sterring (12)
in de Rechter staander en het bouttussenstuk.
Herhaal deze stap met een tweede bout-
tussenstuk (84), 3/8" x 4" Bout (5), en 3/8"
Sterring (12).
Houd de Rechter staander (79) tegen het
tussenstuk van de Rechter staander (83). Zorg
dat u de Draadkoker (86) niet beklemd. Draai
de 3/8" x 4" Bouten (5) vast tot de koppen van
de Bouten de Rechter Staander raken; draai de
bouten nog niet helemaal vast.
Druk een Basiskapje (85) in het Onderstel (60).
83
79
86
12
85
84
5
5
60
4
. Stel vast wat de Rechter Staander (79) en het
Rechter Staandertussenstuk is (83) deze zijn
gemarkeerd met stickers. Plaats de Draadkoker
(86) door het tussenstuk van de Rechter staan-
d
er zoals wordt weergegeven. Plaats het
Tussenstuk van de Rechter Staander op de
Basis (60).
H
oud de Rechter staander (79) naast de Basis
(60) met de hulp van een tweede persoon.
Raadpleeg de inzet-tekening. Bind de draad-
band in de Rechter Staander stevig rond het
uiteinde van de Draadkoker (86). Trek dan aan
de andere kant van het draadband tot de
Draadkoker helemaal door de Rechter staander
is geleid.
60
O
pbind-
draad voor
de bedrading
86
79
83
86
4
Opbind-
draad
voor de
bedrading
79
86
9
8. Richt de Dwarsstang (78) zo, dat de
aangegeven buffer is geplaatst zoals is afge-
beeld. Bevestig de Dwarsstang aan de
Staanders (77, 79) met vier 1/4" x 5/8" Bouten
(7); draai de Bouten nog niet volledig vast.
77
79
78
Bumper
7
7
8
7. Houd een Bouttussenstuk (84) in het onderste
uiteinde van de Linker staander (77). Plaats een
3/8" x 4" Bout (5) met een 3/8" Sterring (12) in
de Linker staander en het bouttussenstuk.
Herhaal deze stap met een tweede bout-
tussenstuk (84), 3/8" x 4" Bout (5), en 3/8"
Sterring (12).
Houd het Tussenstuk van de Linker staander
(82) en de Linker Staander (77) tegen de Basis
(60). Draai de 3/8" x 4" Bouten (5) vast tot de
koppen van de bouten de Linker Staander
raken; draai de Bouten nog niet helemaal
vast.
Druk een Basiskapje (85) in het Basis (60). Til,
met de hulp van een tweede persoon, de loop-
band zo omhoog dat de Basis plat op de vloer
staat.
82
77
5
60
84
84
85
12
7
6. Draai de loopband voorzichtig naar de
rechterkant met de hulp van een tweede per-
soon. Vouw het Onderstel (53) gedeeltelijk
z
odat de loopband stabieler is; vouw het
Onderstel nog niet volledig in.
Verwijder de twee aangegeven bouten (A) en de
vervoerbeugel (B) en gooi deze weg.
Bevestig een Wiel (90) met de 3/8" x 2" Bout (3)
en de 3/8" Slotmoer (11) die u heeft verwijderd
in stap 1. Draai de Slotmoer niet te vast. De
Wieltjes moet vrij kunnen draaien. Gooi de
verzendbeugel weg.
6
90
53
3
B
A
60
11
10
9. Zoek de Rechterhandleuning (105). Laat een
tweede persoon de Tweede handleuning naast
de Rechter Staander houden (79).
P
laats de Draadkoker (86) in de onderkant van
de Rechter handleuning (105) en uit het gat aan
de bovenkant van de Rechter handleuning.
V
oeg de beugel op de Rechter handleuning
(105) in de bovenkant van de Rechter staander
(79).
Bevestig de Rechter handleuning (105) aan de
Rechter staander (79) met drie 5/16" Sterringen
(9) en drie 5/16" x 3/4" Bouten (4); draai de
Bouten nog niet volledig vast. Zorg dat u de
Draadkoker (86) niet beklemd.
8
6
79
4
Gat
4
105
9
9
10. Voeg de beugel op de Linker handleuning (106)
in de bovenkant van de Linker staander (77).
Bevestig de Linker handleuning (106) aan de
Linker staander (77) met drie 5/16" Sterringen
(9) en drie 5/16" x 3/4" Bouten (4); draai de
Bouten nog niet volledig vast.
4
4
9
106
77
10
11
12. Zorg dat u de draden in de Rechter handle-
uning (105) niet beklemd.
Bevestig het bedieningspaneel aan de Rechter
handleuning (105) met twee #8 x 3/4"
Schroeven (1) en een 1/4" x 1 1/4" Bout (6) met
een 1/4" Sterring (10). Herhaal deze stap voor
de linkerkant van het bedieningspaneel.
Draai de vier Schroeven en de vier Bouten
met de vingers vast voordat u ze helemaal
strak vastdraait.
Zie stappen 5 en 7–10. Draai alle bouten vast
die worden gebruikt in deze montagestap-
pen.
1
10
6
Bedieningspaneel
module
105
12
11. Laat een tweede persoon de Bedieningspaneel-
module naast de Rechter Staander houden (79).
Verbind de Draadkoker (86) met de Bediening-
s
paneelbedrading. Raadpleeg de inzet-teken-
ing. De connectors moeten gemakkelijk
n
aast elkaar schuiven en op hun plaats
klikken. Als dit niet gebeurt, draai dan een van
de aansluitingen en probeer het opnieuw. ALS
DE VERBINDINGSSTUKKEN NIET GOED
ZIJN VERBONDEN, KAN HET BEDIEN-
INGSPANEEL BESCHADIGD RAKEN ALS DE
STROOM WORDT AANGEZET. Verwijder de
draadband uit de Draadkoker. Plaats de
aangegeven connectoren en overmatige
bedrading in de Rechter Handleuning (105).
Plaats de Bedieningspaneelmodule op de
Rechter handleuning (105) en Linker handleun-
ing (niet afgebeeld). Zorg dat u de bedrading
niet beklemd.
79
Bediening-
spaneelmodule
11
86
Draad
van het
Bedieni
ngspa-
neel
Opbinddr-
aad voor de
bedrading
105
86
D
raad
van het
Bedienin
gspaneel
12
15. Zorg ervoor dat alle onderdelen vast zijn gedraaid voordat u de loopband gebruikt. Als er zich lagen
doorzichtig plastic op de loopbandstickers bevinden, dient u het plastic te verwijderen. Leg een matje onder
de loopband om uw vloerbedekking te beschermen. Opmerking: Extra delen kunnen meegeleverd worden.
Berg de inbussleutels goed op; de grote inbussleutel wordt gebruikt om de loopband mee af te stellen (zie
paginaʼs 22 en 23).
51
Grote
Loop
60
8
53
3
50
14
11
49
14. Breng daarna het Onderstel (53) omhoog, in de
positie die is afgebeeld. Zorg dat een tweede
persoon het Onderstel vasthoudt tot deze
stap is voltooid.
Richt de Opbergvergrendeling (50) zo dat de
grote loop en de Vergrendelingsknop (51) zich
in de afgebeelde posities bevinden.
Verwijder de riem van het bovenste uiteinde van
de Opbergvergrendeling (50). Bevestig het
bovenste uiteinde van de opbergvergrendeling
in de beugel op het Onderstel (53) met een 3/8"
x 2" Bout (13) en een 3/8" Slotmoer (11).
Verwijder de riem van het onderste uiteinde van
de Opbergvergrendeling (50). Houd de gaten in
het Kapje van de Vergrendeling (49) uitgelijnd
met de gaten in de Opbergvergrendeling. Zorg
dat u het kapje van de Vergrendeling binnen
de Opbergvergrendeling houdt. Bevestig de
opbergvergrendeling aan de beugel op de Basis
(60) met een 3/8" x 1 3/4" Bout (8). Opmerking:
Het kan nodig zijn om het Onderstel heen en
weer te schuiven om de Opbergvergrendeling
uit te lijnen met de beugel.
Breng het Onderstel (53) naar beneden (zie
HOE DE LOOPBAND NEERLATEN VOOR GE-
BRUIK op pagina 20).
13. Druk indien nodig de Linker Accessoirehouder
(94) en de Rechter accessoirehouder (99) in de
Basis van het Bedieningspaneel (96).
94
99
96
13
13
D
E AL INGESMEERDE LOOPBAND
U
w loopband is voorzien van een band die al met een hoogwaardig smeermiddel is behandeld. BELANGRIJK:
Behandel de band of het loopplatform nooit met silicone spray of enig ander middel. Als uw dat doet zult
u de loopband beschadigen.
HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De stekker moet geaard zijn. Mocht het niet goed functioneren
geeft de aarding de laagste weerstandspad voor de electriciteit om
zodoende het risico van electrische schok te verminderen. Een
snoer en geaarde stekker zijn bijgeleverd. BELANGRIJK: Als het
snoer beschadigd is moet u het vervangen met een door de fa-
brikant aanbevolen snoer.
Bekijk tekening 1. Steek het aangegeven eind van het snoer in het
stopcontact van de loopband. Bekijk tekening 2. Steek het snoer in
een goed geinstalleerd en geaard stopcontact die overeenkomt met
alle plaatselijke regelingen. Belangrijk: De loopband kan niet op
een stopcontact met onderbreker van de grondfout circut ge-
bruikt worden.
Stopcontact van de
Loopband
1
Stopcontact
2
GEBRUIK EN BIJSTELLEN
GEVAAR: Een verkeerd stopcontact (zonder aarde) kan tot een electrische schok leiden.
Laat een elektricien de aarding nakijken als u niet zeker van bent dat het stopcontact goed geaard is.
Knoei niet aan de stekker van het apparaat. Laat een elektricien een nieuwe stekker monteren als de
stekker niet in het stopcontact past.
14
BEDIENINGSPANEEL
DE STICKER MET WAARSCHUWING PLAKKEN
De waarschuwing op het bedieningspaneel is in het
engels. Deze waarschuwing bestaat ook in diverse
talen op het inbegrepen vel. Plak de sticker met uw
taal op het bedieningspaneel.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
De loopband biedt een reeks functies die zijn ontwik-
keld om uw oefeningen effectiever te maken. U kunt
wanneer u de handmatige instelling kiest de snelheid
en de hellingstand van de loopband veranderen door
een druk op een toets. De display zal tijdens uw oefe-
ning constant informatie doorgeven. U kunt zelfs uw
hartslag meten met gebruik van de ingebouwde hand-
greep polssensor.
Het bedieningspaneel biedt tien vooraf ingestelde oe-
feningen—vijf aerobicoefeningen en vijf resultaatoefe-
ningen. Elke programma bestuurt automatisch de snel-
heid en de helling van de loopband als het u door een
effectieve oefening begeleidt.
U kunt ook luisteren naar uw favoriete trainingsmuziek
of audioboeken, met het premium stereogeluidssys-
teem van het bedieningspaneel terwijl u tegelijkertijd
oefeningen doet.
Om het apparaat aan te zetten kijkt u op pagina 15.
Voor het gebruik van de handmatige modus, kijkt u
op pagina 15. Voor gebruik van het stereogeluids-
systeem, kijkt u op pagina 18. Voor gebruik van de
informatiemodus, kijkt u op pagina 18.
BELANGRIJK: Als er een vel met doorzichtig plas-
tic op het bedieningspaneel ligt, dient u het plastic
te verwijderen. Draag alleen schone schoenen
wanneer u de loopband gebruikt om beschadiging
aan het loopplatform te voorkomen. Inspecteer af
en toe de ligging van de band wanneer u de loop-
band voor het eerst gebruikt. Centreer deze mocht
het nodig zijn (zie pagina 23).
Opmerking: Het bedieningspaneel kan de snelheid en
afstand in kilometers of mijlen aangeven. Ontdek
welke meeteenheid is geselecteerd, zie de INFORMA-
TIE-MODUS op pagina 18. Voor de eenvoud zijn alle
instructies in deze handleiding in kilometers aangege-
ven.
Sleutel
Klip
15
HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN
BELANGRIJK: Laat, wanneer de loopband aan
k
oude temperaturen bloodgesteld is gewesst, de
loopband tot kamertemperatuur komen voordat u
d
e elektriciteit inschakelt. Als u dit niet doet kunt u
het bedieningspaneel of andere elektrische com-
ponenten beschadigen.
Steek het snoer in (zie pa-
gina 13). Zoek vervolgens
naar de [RESET/OFF]
stroomonderbreker op het
onderstel van de loopband
bij het snoer. Plaats de
stroomonderbreker in de
reset positie.
BELANGRIJK: Het bedieningspaneel bevat een
demo instelling ontworpen om de loopband in de
winkel te kunnen gebruiken. De demo instelling is
gekozen wanneer de displays gaan branden zodra
het snoer in het stopcontact gestoken wordt en de
stroomonderbreker zich in de reset positie vindt.
Druk, om de demo instelling uit te schakkelen, een
paar seconden op de Stop [STOP] toets. Raad-
pleeg DE INFORMATIE MODUS op pagina 18 om
de demo instelling uit te schakkelen wanneer de
displays blijven branden.
Ga op de voetenkussentjes van de loopband staan.
Zoek naar de clip die aan de sleutel vast zit (zie teke-
ning op pagina 14) en maak de clip aan de tailleband
van uw kleding vast. Plaats de sleutel in het bediening-
spaneel. Kort daarna zal de display oplichten.
BELANGRIJK: Bij een noodsituatie kunt u aan de
sleutel van het bedieningspaneel trekken, zodat de
loopband vertraagt en tot stilstand komt. Test de
clip door voorzichtig een paar stappen achteruit te
zetten totdat de sleutel uit het bedieningspaneel
wordt getrokken. Als de sleutel niet uit het bedie-
ningspaneel komt, stel dan de lengte van de clip bij.
HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE
GEBRUIKEN
1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HET APPARAAT AAN TE ZETTEN hierboven.
2. Kies de handmatige instelling.
Als u de sleutel invoert, wordt de handmatige
modus geselecteerd. Indien u een vooraf in-
gestelde oefening heeft geselecteerd, dient u de
handmatige modus opnieuw te selecteren door
herhaaldelijk te drukken op een van de oefening-
toetsen tot alleen nullen op de display verschijnen.
3
. Start de loopband.
O
m de loopband te starten, druk op de Starttoets
[START], de Versnellingstoets [SPEED] of een van
de genummerd toetsen.
Als de Starttoets of de Versnellingstoets wordt
ingedrukt dan zal de loopband beginnen te bewe-
gen met een snelheid van 2 Km/u [Km/H]. Steeds
als u een toets indrukt zal de snelheidsinstelling
met 0,1 Km/u aanpassen; als u een toets ingedrukt
houdt verandert de snelheid met stapjes van 0,5
Km/u. Na het drukken op de toetsen kan het even
duren voordat de loopband de geselecteerde snel-
heidsinstelling bereikt.
Indien u drukt op een van de genummerde snelhei-
dstoetsen, zal de snelheid van de loopband gelei-
delijk worden aangepast tot het de gewenste snel-
heidsinstelling bereikt.
Om de loopband te stoppen, druk op de Stoptoets
[STOP]. De tijd zal op de display beginnen te knip-
peren. Om de loopband opnieuw te starten, drukt u
op de toets Start of op de toets Snelheidstoename.
4. De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
Druk om de helling van
de loopband te veran-
deren, op de Hellings-
[INCLINE] toename en -
afname toetsen of een
van de genummerde
hellings-toetsen. Druk om de helling van de loop-
band te veranderen, op de Helling toename- of af-
name-toetsen. Elke keer als u op een van de toet-
sen drukt zal de helling geleidelijk toenemen of
afnemen tot het de geselecteerde hellinginstelling
bereikt.
5. Volg uw voortgang met het spoor en op de dis-
plays.
Het spoor—het spoor
vertegenwoordigt een af-
stand van 400 meter (1/4
mijl). De indicators rond
de piste zullen tijdens het
lopen of rennen na elkaar
verschijnen totdat de hele piste verschijnt. De piste
zal dan verdwijnen en de indicators zullen weer op-
nieuw na elkaar verschijnen.
Reset
Positie
16
De linker display—Als u
oefeningen doet kan de
linker display de ver-
s
treken tijd tonen en het
geschatte aantal calo-
r
ieën dat u hebt ver-
brand. De display toont ook de helling van de loop-
band weer als de helling wijzigt.
De rechter displayde
rechter display kan de
afstand die u hebt
gelopen of gerend en de
snelheid van de loop-
band weergeven. De dis-
play geeft ook uw hartslag weer als u gebruik
maakt van de handgreep polssensor (zie stap 6 hi-
eronder).
Om de displays te resetten drukt u op de toets
Stop, haalt u de sleutel eruit en steekt u de sleutel
er weer in.
6. Meet uw hartslag als u dat wilt.
Voordat u de polssoren gebruikt, verwijder het plas-
tic laagje van de metalen contactpunten. Zorg er-
voor dat uw handen proper zijn.
Om uw hartslag te meten, stap vervolgens op de
voetbalken en houdt de metalen contactpunten
vast—beweeg uw handen niet. Elke keer dat uw
hart klopt, ver-
schijnen één of
twee streepjes
e
n daarna
wordt uw hart-
s
lag getoond.
Voor de
meest
nauwkeurige
hartslag-
waarde, dient u de contactpunten gedurende 15
seconden vast te houden.
7. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u klaar bent met uw oefening.
Ga op de voetkussentjes staan, druk op de Stop-
toets en stel de hellingstand in de laagste posi-
tie. De helling van de loopband moet zich in de
laagste stand bevinden wanneer u de loopband
wilt opbergen anders kan de loopband
beschadigd worden. Haal vervolgens de sleutel
uit het bedieningspaneel en bewaar deze op een
veilige plek.
Wanneer u klaar bent met de loopband te ge-
bruiken, plaats de stroomonderbreker in de “off”
positie en neem het snoer uit het stopcontact. BE-
LANGRIJK: Als u dit niet doet kunnen de elek-
trische onderdelen te snel slijten.
M
etal Contactpunt
17
HOE VOORAF INGESTELDE WORKOUT TE
GEBRUIKEN
1
. De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Raadpleeg HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
pagina 15.
2. Kies een van de twaalf voorafingestelde work-
outs.
Voor het selecteren van
een aerobicoefening of
een resultaatoefening,
dient u te drukken op
een van de oefeningen-
toetsen. De maximum
snelheidsinstelling en duur van de geselecteerde
oefening verschijnt gedurende een paar seconden
in de displays. Bovendien zal er een profiel van de
snelheidsinstellingen van de oefening verschijnen
in de display.
Elke oefening is verdeeld in 30 1-minuut seg-
menten. Leder segment heeft één instelling voor de
helling en voor de snelheid. Opmerking: Dezelfde
snelheid en hellingsinstelling kan worden gepro-
grammeerd voor opeenvolgende onderdelen.
3. Start de loopband.
Druk op de toets Start [START] of de toets
Snelheidstoename [SPEED] om met de oefening te
beginnen.
Even nadat u op de toets \heeft gedrukt, zal de
loopband zich automatisch aanpassen aan de
eerste snelheid en hellingsinstelling van de oefen-
ing. Houdt u zich aan de handleuning vast en begin
te lopen.
Tijdens de oefening, zal
het profiel uw vooruit-
gang laten zien. Het
knipperende segment
van het profiel vertegen-
woordigt het huidige
segment van de oefening. De hoogte van het knip-
perende onderdeel geeft de snelheidsinstelling van
het huidige onderdeel weer. Aan het einde van elk
segment, is een serie geluiden te horen en begint
het volgende segment van het profiel te knipperen.
A
ls een andere snelheid of hellinginstelling is ge-
programmeerd voor het volgende onderdeel, dan
z
al de snelheid of hellinginstelling knipperen in het
display om u te waarschuwen.
De oefening gaat op deze wijze door tot het laatste
segment van het profiel knippert in de display en
het laatste onderdeel stopt. De loopband zal dan
langzaam tot stilstand komen.
Indien de snelheids- of hellingsinstelling tijdens de
oefening te hoog of te laag staat, dan kunt u de in-
stelling handmatig overschrijven door te drukken
op de toetsen Snelheid en Helling [INCLINE], als
het volgende segment van de oefening begint,
dan zal de loopband zich automatisch aan-
passen aan de snelheid en hellinginstellingen
voor het volgende segment.
Om het intensiteitsniveau van het gehele pro-
gramma aan te passen, drukt u op de toetsen
Intensiteit verhogen en verlagen.
Druk op de Stop [STOP] toets om de workout wan-
neer u dat wilt te stoppen. Om de oefening weer te
starten, drukt u op de toets Start of op de toets
Snelheidstoename. De loopband zal met een snel-
heid van 2 km/u beginnen te draaien. De loopband
zal bij het begin van het volgende segment de snel-
heids- en hellinginstellingen automatisch ingesteld
worden.
4. Volg uw voortgang met het spoor en op de dis-
plays.
Zie stap 5 op pagina 15 en 16.
5. Meet uw hartslag als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 16.
6. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 7 op pagina 16.
Huidig segment
18
HOE HET STEREO GELUIDSSYSTEEM TE GE-
BRUIKEN
U
moet om muziek, audioboeken door de stereo
speakers van het bedieningspaneel te spelen uw MP3-,
C
D-, persoonlijke audio/video-, of MP4-speler op het
bedieningspaneel aansluiten. Zoek de audiokabel en
steek het ene eind in de aansluiting op de MP3 op het
bedieningspaneel. Steek het andere eind in een
aansluiting op uw MP3-speler, CD-speler of andere
persoonlijke audio-speler. Zorg dat de audio/video-
kabel geheel ingestoken is.
Druk vervolgens op de [Play] toets van uw MP3-, CD-,
persoonlijke audio/video-, of MP4-speler. Pas het vol-
ume aan door te drukken op de toetsen Volume (VOL)
op het bedieningspaneel.
Als u een persoonlijke CD-speler gebruikt en de CD
slaat over, plaats de CD-speler dan op de vloer of een
ander vlak oppervlak in plaats van op het bedien-
ingspaneel.
DE INFORMATIE-MODUS
De functies van het bedieningspaneel en de infor-
matie-stand die de loopbandgebruiksinformatie bi-
jhoudt en u in staat stelt een meeteenheid voor het be-
dieningspaneel te kiezen. U kunt de demostand ook
aan- of uitzetten.
Om de informatie-stand te kiezen, plaatst u de sleutel
in het bedieningspaneel terwijl u de Stoptoets inge-
drukt houdt. Laat dan de Stoptoets los. De volgende
informatie wordt op de display aangegeven:
De display zal het totaal
aantal uren dat de loopband
gebruikt is aangeven.
De display zal het aantal kilo-
meters (of mijlen) dat de
loopband gedraaid heeft
a
ngeven.
Druk opnieuw op de Stoptoets om de volgende infor-
matie te zien:
Er verschijnt een “M” voor
metrische kilometers of een
“E” voor Engelse mijlen op
het display. Druk op de
Snelheidomhoogtoets
[SPEED] om de meeteen-
heid te veranderen, als u dat wilt.
Het bedieningspaneel bevat
een demo instelling ontwor-
pen om de loopband in de
winkel te kunnen gebruiken.
Terwijl de demo instelling
gekozen is kunt u het bedien-
ingspaneel normaal gebruiken wanneer het snoer in
het stopcontact zit, de reset/off stroomonderbreker
[RESET/OFF] in de reset positie geplaatst wordt, en
de sleutel in het bedieningspaneel gestoken wordt.
Wanneer u de sleutel uit het bedieningspaneel trekt
zullen de display blijven branden alhoewel de toesten
niet meer zullen werken. Het word “On” zal wanneer
de demo instelling aan is op de display verschijnen
wanneer de informatie mode gekozen is. Druk op de
Snelheid [SPEED] afname toets om de demo instelling
in of uit te schakkelen.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel om de infor-
matie instelling te verlaten.
19
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN
HOE DE LOOPBAND OP TE KLAPPEN
Plaats de helling in de laagste stand voordat u de loop-
b
and opbergt. Als u dit niet doet kunt u de loopband
beschadigen als u deze uitvouwt. Verwijder de sleutel en
trek het stroomsnoer uit het stopcontact. OPGELET: U
moet op veilige wijze in staat zijn om 20 kg te kunnen
optillen, of om de loopband te verplaatsen.
1. Houd het metalen onderstel stevig vast op de plaats
die door de pijl rechts wordt aangegeven. OPGELET:
Om letsels te vermijden, til het onderstel nooit op aan
de plastic voetsteunen. Zorg dat u uw benen buigt en
houd uw rug recht als u het onderstel omhoog houdt.
Til de loopband half omhoog.
2. Til het onderstel op tot de vergrendelknop in de opslag-
positie vergrendelt. Zorg dat de vergrendelknop in de
opslagpositie is vergrendeld.
Leg een matje onder de loopband om uw vloerbe-
dekking te beschermen. Houdt de loopband uit direct
zonlicht. Berg de loopband nooit op in een omgeving
waar de temperatuur hoger dan 30° C.
HOE DE LOOPBAND VERPLAATSEN
Voordat u de loopband verplaatst dient u de loopband in de
opslagpositie te zetten, zoals hierboven beschreven. Zorg
dat de vergrendelknop in de opslagpositie is vergren-
deld.
1. Houd één handgreep vast en zet een voet tegen een van
de wielen.
2. Kantel de loopband tot deze vrij kan rollen op de voorwielt-
jes. Verplaats de loopband voorzichtig naar de gewenste
plaats. Verplaats de loopband nooit door deze naar
achteren te hellen. Wees heel voorzichtig tijdens het
verplaatsen van de loopband zodat u het risico op per-
soonlijk letsel voork-omt. Verplaats de loopband niet
over een oneffen ondergrond.
3. Plaats weer een voet op het onderstel en kantel de
loopband tot deze weer rechtop staat.
Handleuning
Wiel
Sluitknop
Onderstel
20
HOE DE LOOPBAND NEERLATEN VOOR GEBRUIK
1
. Houdt het uiteinde van de loopband vast zoals
aangegeven. Trek, met gebruik van uw linker hand, de
sluitknop naar links en houdt deze vast. Het kan nodig
zijn om het onderstel naar voren te duwen als u de knop
naar links trekt. Draai het onderstel naar onderen en laat
de Vergrendelknop los.
2. Houd het metalen onderstel stevig met beide handen
vast en breng het naar omlaag op de vloer. OPGELET:
Houd niet alleen de plastic grijprails vast en laat het
onderstel niet op de grond vallen. Buig uw knieën en
houd uw rug recht.
Sluitknop
Onderstel
21
PROBLEMEN OPLOSSEN
D
e meeste problemen met de loopband kunnen met de onderstaande stappen worden opgelost. Zoek het
symptoom dat van toepassing is en volg de vermelde stappen. Als u verdere hulp nodig heeft, raadpleegt u
de omslag van deze handleiding.
PROBLEEM: Het apparaat gaat niet aan
OPLOSSING: a. Zorg dat het snoer in een goed geaard stopcontact is gestoken (zie pagina 13). Als u een verleng-
snoer nodig heeft, gebruik dan alleen een 3-aansluiting, 1 mm
2
(maat 14) snoer dan niet langer is
dan 1,5 meter. BELANGRIJK: De loopband is niet geschikt voor stopcontacten die met RCD
zijn uitgerust.
b. Steek de sleutel in het bedieningspaneel nadat u het snoer in het stopcontact heeft gestoken.
c. Controleer de reset/off stroomonderbreker
[RESET/OFF] die zich op het onderstel van de
loopband bevindt naast het snoer. Als de scha-
kelaar zoals afgebeeld, uitsteekt, dan is de
stroomonderbreker afgegaan. Om de stroomon-
derbreker opnieuw in te stellen, wacht u vijf mi-
nuten en drukt u de schakelaar weer in.
PROBLEEM: De stroom gaat uit tijdens gebruik
OPLOSSING: a. Controleer de reset/off stroomonderbreker (zie bovenstaande tekening). Als de stroomonderbre-
ker is uitgeschakeld, wacht u vijf minuten en drukt u de schakelaar weer in.
b. Zorg dat het snoer is aangesloten op het stopcontact. Als het is aangesloten op het stopcontact,
haal het snoer er dan uit, wacht vijf minuten en steek het weer in het stopcontact.
c. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Plaats de sleutel terug in het bedieningspaneel.
d. Als de loopband nog steeds niet werkt, raadpleegt u de omslag van deze handleiding.
PROBLEEM: Het scherm van het bedieningspaneel blijft verlicht als u de sleutel uit het bedieningspaneel
haalt
OPLOSSING: a. Het bedieningspaneel toont een demostand, die ontwikkeld is voor gebruik als de loopband wordt
geëtaleerd in een winkel. Als het scherm verlicht blijft als u de sleutel verwijdert, is de demostand
ingeschakeld. Om de demostand uit te schakelen, dient u de toets [STOP] een aantal seconden
ingedrukt te houden. Als de schermen nog steeds verlicht zijn, raadpleegt u de INFORMATIE-
MODUS op pagina 18 om de demostand uit te zetten.
PROBLEEM: De displays van het bedieningspaneel werken niet naar behoren
OPLOSSING: a. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en TREK
DE SNOER UIT HET STOPCONTACT. Houd de
Staanders (77, 79) met de hulp van een tweede
persoon voorzichtig scheef. Er kunnen drie #8 x 2"
Schroeven (24) zitten in de onderkant van de
Onderpan (70). Als dat zo is dient u deze te verwi-
jderen. Opmerking: U heeft een Philips-schroeven-
draaier met een as van minstens 13 cm lang
nodig. Breng dan de Staanders weer omhoog.
Doorgeslagen
Resetten
c
24
70
24
77
79
a
22
Verwijder de drie #8 x 3/4" Schroeven (1) en
draai de Motorkap (63) voorzichtig uit.
Zoek de Snelheidssensor (68) en de Magneet
(48) aan de linkerkant van de Katrol (47). Draai
de Katrol zodanig dat de Magneet gelijk staat
met de Bladveerschakelaar. Zorg ervoor dat
de afstand tussen de Magneet en de
Bladveerschakelaar ongeveer 3 mm is. Draai,
indien nodig, de 3/4" Schroef (16) wat los en
verplaats de Bladveerschakelaar enigszins.
Draai de Schroef weer vast.
Bevestig de Motorkap weer (niet afgebeeld) met
de #8 x 3/4" Schroeven (niet afgebeeld). Maak,
indien nodig de #8 x 2" Schroeven weer vast
(niet afgebeeld). Laat de loopband een paar
minuten draaien om te controleren of de snelheid juist wordt afgelezen.
PROBLEEM: De helling van de loopband wijzigt niet goed
OPLOSSING: a. Druk op een van de hellingtoetsen [INCLINE] als de sleutel in het bedieningspaneel zit. Bij
het wijzigen van de helling haalt u de sleutel eruit. Steek de sleutel er na een paar secon-
den weer in. De loopband stijgt automatisch naar het maximale hellingsniveau en keert dan
terug naar het minimumniveau. Hierdoor wordt het hellingsysteem opnieuw gekalibreerd.
PROBLEEM: De loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING: a. Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 mof korter.
b. Als de loopband te strak is functioneert de loop-
band minder en kan zelfs beschadigd worden.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en DE
SNOER UIT HET STOPCONTACT. Draai beide
bijstelbouten van de ruststandrol een kwartslag
naar links met de inbussleutel. Wanneer de
loopband goed is bijgesteld moet u de loopband
5 à 7 cm van het loopplatform kunnen tillen.
Zorg ervoor dat de band goed in het midden ligt.
Steek de snoer en de sleutel weer in en laat de
loopband een paar minuten draaien. Herhaal
deze handeling tot de loopband goed ligt.
c. Als de loopband nog steeds vertraagt als erop wordt gelopen, raadpleegt u de omslag van
deze handleiding.
Zicht
van
Boven
48
16
68
3 mm
47
Bijstelbouten van de ruststandrol
5-7 cm
b
63
1
23
PROBLEEM: De loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING: a. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel
e
n DE SNOER UIT HET STOPCONTACT wan-
neer de loopband niet goed in het midden
l
igt. Als de loopband naar links is verscho-
ven, draai met de meegeleverde sleutel de lin-
ker bout van de achterroller een 1/2 slag met de
klok mee. Als de loopband naar rechts is ver-
schoven, draai dan de bout van de achterroller
een 1/2 slag tegen de klok in. Zorg ervoor dat u
de band niet te strak aandraait. Steek de snoer
en de sleutel weer in en laat de loopband een
paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.
b. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel
en HAAL DE SNOER UIT HET STOPCON-
TACT wanneer de loopband slipt. Draai met de
meegeleverde sleutel beide bouten van de ach-
terroller een 1/4 slag met de klok mee. Wanneer
de loopband goed is bijgesteld moet u de loop-
band 5 à 7 cm van het loopplatform kunnen til-
len. Zorg ervoor dat de band goed in het midden
ligt. Steek de stekker en de sleutel weer in en
laat de loopband een paar minuten draaien.
Herhaal deze handeling tot de loopband goed
ligt.
a
b
24
Deze richtlijnen helpen u bij het plannen van uw oefe-
ningenprogramma. Voor meer gedetailleerde oefening-
informatie, dient u een erkend boek te kopen of uw
arts te consulteren. Onthoud dat goede voeding en
voldoende rust essentieel zijn voor succesvolle resul-
taten.
INTENSITEIT VAN OEFENINGEN
Of het nu uw doel is om vet te verbranden of om uw
hart en vaatsysteem te versterken, het uitvoeren van
oefeningen met de juiste intensiteit is de sleutel bij het
bereiken van resultaten. U kunt uw hartslag gebruiken
als gids voor het vinden van het juiste intensiteitni-
veau. De grafiek hieronder toont de aanbevolen hart-
slagen voor het verbranden van vet en voor een aero-
bic oefening.
Voor het vinden van het juiste intensiteitniveau, zoekt
u uw leeftijd onderaan de grafiek (leeftijden worden af-
gerond naar het dichtstbijzijnde tiental). De drie getal-
len boven uw leeftijd bepalen uw “trainingszone.” Het
laagste nummer is uw hartslag voor het verbranden
van vet, het middelste nummer is uw hartslag voor het
maximaal verbranden van vet en het hoogste nummer
is de hartslag voor de aerobic-oefening.
Vet verbranden—Om op doeltreffende wijze vet te
verbranden moet u gedurende een aanhoudende pe-
riode oefeningen doen op een laag intensiteitniveau.
Tijdens de eerste minuten van de oefening gebruikt uw
lichaam
koolhydraatcalorieën
voor de energie. Pas na
de eerste minuten van de oefening gebruikt uw li-
chaam opgeslagen
vetcalorieën
voor de energie. Als
het uw doel is om vet te verbranden dient u de intensi-
teit van de oefening aan te passen tot uw hartslag zich
bij het laagste nummer in uw trainingszone bevindt.
Voor maximale vetverbranding, dient u te oefenen met
uw hartslag in het middelste nummer van uw training-
zone.
Aerobic-oefening—Als het uw doel is om uw hart en
vaatsysteem te versterken dan moet u een aerobic-oe-
fening uitvoeren die zorgt voor activiteit die grote hoe-
veelheden zuurstof vereist gedurende langere perio-
den. Voor een aerobic-oefening past u de intensiteit
van uw oefening aan tot uw hartslag in de buurt is van
het hoogste nummer van uw trainingzone.
RICHTLIJNEN VOOR EEN TRAINING
Warming up—Start met strekken en lichte oefeningen
gedurende 5 tot 10 minuten. Een warming-up zorgt dat
u uw lichaamstemperatuur, hartslag en bloeddoorstro-
ming verhoogt in voorbereiding op de training.
Trainingszone-oefening—Oefen gedurende 20 tot 30
minuten met uw hartslag in uw trainingszone.
(Gedurende de eerste weken van uw oefeningenpro-
gramma, dient u uw hartslag niet langer dan 20 minu-
ten in uw trainingszone te houden.) Adem regelmatig
en diep bij het uitvoeren van de oefening houd niet
uw adem in.
Afkoelen—Eindig met 5 tot 10 minuten stretchen.
Strekken verhoogt de flexibiliteit van de spieren en
helpt problemen na de oefening voorkomen.
FREQUENTIE VAN DE OEFENINGEN
Om uw conditie te behouden of te verbeteren dient u
drie trainingen per week te doen, met ten minste één
rustdag tussen de trainingen. Na een aantal maanden
regelmatig oefeningen doen, kunt u, als u dat wenst,
tot vijf trainingen per week doen. Onthoud dat het da-
gelijks regelmatig oefeningen doen en hier plezier in
hebben, de sleutel tot uw succes is.
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN
WAARSCHUWING:
V
oordat u begint met dit of een ander oefenin-
genprogramma, dient u een arts te consulte-
ren. Dit is vooral belangrijk voor personen
boven de 35 jaar of personen met bestaande
gezondheidsproblemen.
De polssensor is geen medisch apparaat.
Diverse factoren kunnen invloed hebben op
nauwkeurigheid van de hartslagwaarden. De
polssensor is alleen bedoeld als hulpmiddel
bij de oefening voor het bepalen van de hart-
slag over het algemeen.
25
AANBEVOLEN STREKOEFENINGEN
De juiste manier voor verschillende basisstrekoefeningen wordt rechts getoond. Beweeg langzaam bij het strek-
k
en–spring nooit op.
1
. Teen aanraken strekoefening
Sta met lichtgebogen knieën en buig langzaam vanuit uw heupen
naar voren. Houd uw rug en schouders ontspannen als u zover mo-
gelijk naar beneden reikt, richting uw tenen. Houd deze positie ge-
durende 15 tellen en ontspan dan weer. Herhaal dit 3 keer.
Strekken: Achillespees, achterkant van de knieën en rug.
2. Strekken van de achillespees
Ga zitten met één uitgestrekt been. Breng de zool van de andere
voet naar u toe en laat deze rusten tegen de binnenkant van de dij
van uw uitgestrekte been. Probeer zover mogelijk naar uw teen te
reiken. Houd deze positie gedurende 15 tellen en ontspan dan weer.
Herhaal dit drie keer voor elk been. Strekken: achillespezen, onder-
rug en liezen.
3. Strekken van kuiten/ achillespees
Reik naar voren met het ene been voor de ander en plaats uw han-
den tegen een muur. Houd uw achterbeen gestrekt en uw achter-
voet plat op de vloer. Buig uw voorbeen, leun naar voren en beweeg
uw heupen in de richting van de muur. Houd deze positie gedurende
15 tellen en ontspan dan weer. Herhaal dit drie keer voor elk been.
Voor het nog verder strekken van de achillespezen, kunt u ook uw
achterbeen buigen. Strekken: Kuiten, achillespezen en enkels.
4. Strekken van de dijbeenspier.
Leun met een hand tegen de muur voor balans en reik met de an-
dere hand naar achteren en grijp uw voet. Breng uw hiel zo dicht
mogelijk bij uw billen. Houd deze positie gedurende 15 tellen en ont-
span dan weer. Herhaal dit drie keer voor elk been. Strekken: dij-
beenspier en heupspieren.
5. Strekken binnenkant dijbeen
Zit met de zolen van uw voeten tegen elkaar aan en uw knieën naar
buiten gericht. Trek uw voeten zover mogelijk naar uw liezen. Houd
deze positie gedurende 15 tellen en ontspan dan weer. Herhaal dit 3
keer. Strekken: dijbeenspier en heupspieren.
1
2
3
4
5
26
LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. PETL81708.0 R0908A
De GEDETAILLEERDE TEKENING voor verdere raadpleging van deze handleiding bekijken om de onderdelen
d
ie hieronder opgesomd staan, te kunnen vinden.
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
1 20 #8 x 3/4" Aardingschroef
24#8 x 1" Schroef
333/8" x 2" Bout
465/16" x 3/4" Bout
543/8" x 4" Bout
621/4" x 1 1/4" Bout
741/4" x 5/8" Bout
813/8" x 1 3/4" Bout
965/16" Sterring
10 2 1/4" Sterring
11 3 3/8" Slotmoer
12 4 3/8" Sterring
13 5 #8 x 3/4" Aardingschroef
14 4 #8 x 1 1/2" Schroef
15 2 #8 x 1/2" Aardingschroef
16 11 3/4" Schroef
17 2 5/16" x 3 5/8" Bout
18 2 3/8" x 1 1/4" Bout
19 2 Bijstelbouten van de ruststandrol
20 1 3/8" x 1 1/2" Inbusbout
21 1 3/8" x 1 3/4" Inbusbout
22 2 3/8" x 3/4" Bout
23 14 #8 x 1/2" Schroef
24 3 #8 x 2" Schroef
25 8 #12 x 1 1/4" Schroef
26 2 Motorbout
27 4 Riemgeleiderschroeven
28 2 1/4" Platte tussenring
29 2 1/4" Gespleten tussenring
30 2 Kooibeugel
31 4 3/8" Slotmoer
32 4 5/16" Kraagmoer
33 3 #8 Clip
34 2 #10 Sterring
35 1 Inbussleutel
36 1 5/32" Inbussleutel
37 1 Linker Voetkussentje
38 2 Voetkussentje Sticker
39 1 Vergrendelwaarschuwingssticker
40 2 Platform van het Kussen
41 1 Loopplatform
42 1 Loopband
43 2 Loopband Geleider
44 2 Onderstelkap
45 2 Tussenstuk van het Onderstel
46 3 Tussenstuk van de aandrijfrol
47 1 Aandrijfrol/Katrol
48 1 Magneet
49 1 Kapje van de Vergrendelkap
50 1 Opbergvergrendeling
51 1 Vergrendelingsknop
52 1 Kap rechter Voetkussentje
53 1 Onderstel
54 2 Rolbeugel
55 1 Ruststandrol grondbedrading
56 1 Rechterachtervoetinzetstuk
57 1 Rechter Achterste Voet
58 1 Linkerachtervoetinzetstuk
59 1 Linker Achterste Voet
60 1 Basis
61 1 Ruststandrol
62 1 Kapaccent
63 1 Motorkap
64 1 Liftonderstel
65 1 Liftonderstel grondbedrading
66 1 Motoraandrijfriem
67 1 Aandrijfmotor
68 1 Snelheidssensor
69 1 Klem van de sensorschroef
70 1 Onderpan
71 1 Reset/off Stroomonderbreker
72 1 Elektriciteitssnoer Adapter
73 1 Elektrisch Snoer
74 1 Controller
75 1 Controller Aardingsdraad
76 2 Opbinddraad voor de bedrading
77 1 Linker Staander
78 1 Dwarsstang
79 1 Rechter Staander
80 1 Tussenstuk liftmotor
81 1 Lift Motor
82 1 Linker staander tussenstuk
83 1 Rechter staander tussenstuk
84 4 Bouttussenstuk
85 2 Basiskapje
86 1 Draadkoker
87 2 Gevaar Sticker
88 4 Basisvoet
89 2 Tussenstuk van de basisvoet
90 2 Wiel
91 2 Verbinding
92 2 15.5" Kabelband
93 8 8" Kabelband
94 1 Linker accessoirehouder
95 1 Audiokabel
96 1 Basis van het Bedieningspaneel
97 1 Bedieningspaneel
98 1 Opbinddraad voor de bedrading
99 1 Rechter accessoirehouder
27
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
100 1 Rechter sensorplaat
101 1 Linker sensorplaat
102 1 Toegangsdeur
103 1 Sleutel/Klip
104 4 Kapje van de handleuning
105 1 Rechter handleuning
106 1 Linker handleuning
107 1 Dwarsstang van het
Bedieningspaneel
108 6 Bedieningspaneelklem
109 2 5/16" x 1 1/2" Bout
110 6 #3 x 1/4" Schroef
111 1 Sleutelschakelaar
112 2 Motorisolatie
113 1 Motorplaat
114 1 Elektronische plaat
115 1 Filter
116 1 Transformator
117 1 Ontvanger
118 2 #8 Sterring
119 1 #8 Moer
120 1 #8 x 3/4" Aardingschroef
121 1 Motorbedrading van de helling
*–8" Blauwe draad, 2F
*–10" Blauwe draad, 2F
*–4" Rode draad, M/V
*–4" Zwarte draad, 2F
*–4” Groene draad met sticker
*–8" Witte draad, 2F
*–4" Zwarte draad, M/V
*–8" Groene/Gele draad, F/R
*–Gebruiksaanwijzing
Opmerking: deze technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Kijk op de
achterkant van deze gebruiksaanwijzing voor informatie over te bestellen onderdelen. *Deze onderdelen worden
niet getoond.
3
8
51
50
16
16
109
17
17
19
19
29
28
29
28
57
59
23
23
27
27
43
43
25
25
25
44
25
25
25
25
25
38
37
32
32
32
48
44
45
32
40
41
39
42
47
52
38
61
40
53
54
54
45
56
58
36
35
34
34
14
49
14
55
16
16
11
109
46
46
28
GEDETAILLEERDE TEKENING A—Modelnr. PETL81708.0 R0908A
13
13
13
13
69
16
68
33
33
3
3
1
1
1
18
18
23
71
67
66
63
64
76
70
65
24
23
62
23
75
24
24
26
112
113
73
72
117
114
74
115
116
15
23
23
23
118
118
119
120
GEDETAILLEERDE TEKENING B—Modelnr. PETL81708.0 R0908A
29
88
88
88
3
90
11
11
90
3
5
12
5
12
4
9
4
22
22
31
31
85
85
77
79
60
87
82
83
93
91
84
84
89
2
1
20
31
81
80
86
92
86
9
4
9
4
9
4
7
7
7
78
7
2
31
2
2
87
9
88
89
2
121
30
GEDETAILLEERDE TEKENING C—Modelnr. PETL81708.0 R0908A
110
111
30
106
103
1
107
14
99
94
97
96
1
1
1
95
1
98
23
108
104
105
104
1
6
10
14
10
6
1
101
100
1
1
110
1
102
104
104
30
110
110
110
31
GEDETAILLEERDE TEKENING D—Modelnr. PETL81708.0 R0908A
Onderdeel Nr. 264051 R0908A Gedrukt in China © 2008 ICON IP, Inc.
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Om vervang onderdelen te bestellen, bekijk dan de kaft van deze handleiding. Zorg ervoor dat u de volgende infor-
matie bij de hand hebt wanneer u contact met ons opneemt:
het modelnummer en serienummer van het apparaat (raadpleeg de kaft van deze handleiding)
de naam van het apparaat (raadpleeg de kaft van deze handleiding)
het nummer van het onderdeel en de beschrijving (zie LIJST MET ONDERDELEN en GEDETAILLEERDE TE-
KENING aan het eind van deze handleiding)
RECYCLING INFORMATIE
Dit elektronisch product mag niet bij het gemeentelijk afval worden ge-
gooid. Om het milieu te beschermen, moet dit product volgens de wet wor-
den gerecycled aan het einde van de levenscyclus.
Gebruik recycling installaties die bevoegd zijn voor het verwerken van dit soort
afval in uw streek. Zo zult u het milieu helpen beschermen en de Europese nor-
men voor milieubescherming helpen verbeteren. Als u meer informatie nodig
hebt over veilige en correcte afvalverwijdering, neem contact op met uw plaatse-
lijke gemeentedienst of de winkel waar u dit product hebt gekocht.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32

ProForm PETL81708 de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor