Vertaling van het oorspronkelijke hand-
leiding
Eenassige tractor
agria 3600
Benzinemotor: Honda
3600 075; 3600 325
Vóór het in gebruik nemen de gebruikshandleiding doorle-
zen en de veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
opvolgen!
Gebruikshandleidingnr. 998 466
02.19
2
agria 3600
Typeplaatje
Graag hier invullen:
Machine-art.-nr.: .............................................................
Ident-/machine-nr.: .........................................................
Motortype: ......................................................................
Motor-nr.: ........................................................................
Koopdatum: ....................................................................
Typeplaatje zie pagina 4, afb. A/16
Benzinemotor: Motor-nr. zie pagina 75, afb. C/6
Geef deze gegevens door bij elke reserveonderdeelbestel-
ling, om fouten bij de levering te voorkomen.
Gebruik alleen originele Agria-reserveonderdelen!
De technische gegevens, afbeeldingen en afmetingen in
deze handleiding zijn geheel vrijblijvend. Hier kunnen geen
aanspraken van worden afgeleid. Wij behouden ons voor
verbeteringen uit te voeren, zonder deze handleiding te
wijzigen.
Leveringsomvang
(controleren a.u.b.):
• Basismachine eenassige tractor
• Stuurdrager
• Schakelstangen
• Wielflenzen, alleen 3600 (2+2)
• Oliepeilstok
• Boordgereedschapsset
• Originele gebruikshandleiding
• Originele motorgebruikshandleiding
• Machinepas
(in insteekhoes buiten op de doos)
De machinepas ingevuld terugsturen naar Agria-
Werke.
Eenassige tractor agria 3600
3
Symbolen
Waarschuwingssymbolen,
waarschuwingen voor
gevaarlijke locaties
Let op!
Belangrijke informatie
Brandstof
Choke
Motor
Motorstart
Motorstop
Motortoerental
Motoroliepeil
Luchtfilter
Koppeling
Wielaandrijving
vooruit
achteruit
snel
langzaam
Transmissieoliepeil
Krachtafnemer
gesloten (vergrendeld)
geopend (ontgrendeld)
Visuele controle
Aanslagpunt voor berging,
vastsjorren, wegslepen
Veiligheidshandschoenen
dragen
Veiligheidsschoenen dra-
gen
Ventilatorkoeling
Oliesmeerpunt
Vetsmeerpunt
Onderhoudsinterval
voor iedere inbedrijfstelling
na iedere reiniging (met
name hogedrukreiniger)
jaarlijks
zie separate motorge-
bruikshandleiding
- agria-Service - = neem contact op met
uw agria-vakwerklplaats
4
agria 3600
Aanduiding van de onderdelen
Eenassige tractor agria 3600
5
Afb. A
1 Brandstoftank
2 Brandstoftankdop
3 Gereedschapskist
4 Onderstijl
5 Stuur
6 Grendelhendel voor stuurdra-
ger-zijverstelling en -draaien
7 Stekker
8 Koppelhaak
9 Klapstekker
10 Grendelhendel voor aanbouw-
apparaten
11 Achteruitrijblokkeringspen
12 Apparaataansluiting met geïn-
tegreerde krachtafnemer
13 Gewichtdrager en motorbe-
schermbeugel
14 Motor
15 Olievulopening en oliepeilstok
rijaandrijving
16 Fabrieksplaatje
(ident-/machinenr.)
(rechts, in rijrichting)
17 Rem enkel wiel
18 Wielflens
19 Aftapplug versnellingsbakolie
Afb. B
1 Veiligheidshendel
2 Vastklikhendel voor hoogtever-
stelling stuurdrager
3 Toerentalregelingshendel
4 Motor-stop-schakelaar
5 Koppelingshandhendel
6 Schakelstang voor krachtafne-
mer bij aanbouwapparaten
achter
Schakelstang versnelling bij
aanbouwapparaten voor
7 Schakelstang versnelling bij
aanbouwapparaten achter
Schakelstang voor krachtafne-
mer bij aanbouwapparaten voor
8 Schakelstang snelgang
9 Grendelpal voor wielschakeling
10 Handhendel voor enkel wiel
links bij apparaatkoppeling
achter
Handhendel voor rem enkel
wiel rechts bij apparaatkoppe-
ling voor
11 Handhendel voor rem enkel
wiel rechts bij apparaatkoppe-
ling achter
Handhendel voor rem enkel
wiellinks bij apparaatkoppe-
ling voor
12 Grendelhendel voor stuurdra-
ger-zijverstelling en
-draaien
6
Eenassige tractor agria 3600
Inhoudsopgave
Typeplaatje ................................................................................................... 2
Leveringsomvang ......................................................................................... 2
Symbolen ............................................................................................. 3
Aanduiding van de onderdelen ......................................................... 4
Handleiding voor uitpakken en montage ......................................... 8
Uitvoering 3600 (2+2): vaste zeskant-wielas ................................................ 9
Uitvoering 3600 (3+2): Stuurrem ................................................................ 10
1 Veiligheidstechnische aanwijzingen ......................................... 11
Bedoeld gebruik ......................................................................................... 11
2 Technische gegevens ................................................................. 18
Machine ...................................................................................................... 18
Benzinemotor ............................................................................................. 21
3 Machine- en bedieningselementen ............................................ 22
Motor .......................................................................................................... 22
Toerentalregelingshendel ........................................................................... 23
Veiligheidsschakeling ................................................................................. 23
Koppeling ................................................................................................... 24
Motor-stop-schakelaar ................................................................................ 24
Versnellingsbak .......................................................................................... 25
Stuurdrager ................................................................................................ 29
Stuurdrager 180° draaien° .......................................................................... 30
Aandrijfwielen ............................................................................................. 33
Montage en demontage van de aanbouwapparatuur ................................. 36
Aanslagpunten ........................................................................................... 39
4 In gebruik nemen en bediening .................................................. 40
In gebruik nemen ........................................................................................ 40
Voor het starten van de motor .................................................................... 42
Gevarenzone .............................................................................................. 44
Starten van de benzinemotor ..................................................................... 45
Afzetten van de benzinemotor .................................................................... 46
Werken ....................................................................................................... 47
Werkzaamheden op hellingen .................................................................... 49
Veiligheidsaanwijzingen voor de hantering ................................................. 52
5 Onderhoud en reparaties ............................................................ 53
Eenassige tractor agria 3600
7
Benzinemotor ............................................................................................. 54
Machine ...................................................................................................... 58
Borden ........................................................................................................ 61
Algemeen ................................................................................................... 63
Reiniging .................................................................................................... 63
Opslag ........................................................................................................ 64
6 Storingzoeken en verhelpen van storingen .............................. 65
Benzinemotor ............................................................................................. 65
Machine ...................................................................................................... 67
7 Buiten werking stellen / recycling .............................................. 68
Controle- en onderhoudsoverzicht ................................................. 69
Elektrisch schakelschema benzinemotor ...................................... 71
Smeerschema .................................................................................... 72
Lakken, slijtdelen .............................................................................. 73
Conformiteitsverklaring ................................................................... 74
Aanduiding van de onderdelen Afb. C............................................ 75
8
Eenassige tractor agria 3600
Handleiding voor uitpakken en montage
Uitpakken
Doos van boven openen. Doos aan alle 4 hoe-
ken opensnijden e
n de zijkanten naar onderen
uitklappen.
Verpakkingen moeten op een milieuvriendelijke
wijze worden recycled.
Montage
Stuur met onderste stuurdrager en basismachine
zijn niet gemonteerd maa
r via bowdenkabels
met elkaar verbonden.
Beide bouwgroepen uitpakken, stuurdrager 180°
draaien (op tweewielige stand zetten) en in de
stuurtoren monteren:
Stifttap (3) en zeskantmoer (4) (contramoer)
uitdraaien tot de stuurdrager (1) in de stuurtoren
(2) geplaatst kan worden.
Stuurdrager plaatsen.
De bowedenkabels moeten zoals afgebeeld
overeenkomst
ig met de uitvoering 3600 (2+2)
resp. (3+2) worden gelegd (de bowdenkabels
voor koppeling in rijrichting links).
Let op de keerblokkering van de stuurdrager (5).
Stifttap indraaien tot er iets weerstand te voelen
is -
dan de stifttap met 1/4 slag terugdraaien en
met de zeskantmoer borgen.
• De stuurdrager moet soepel draaibaar zijn.
Schakelstangen monteren, hiervoor de schakels-
tangen voor de versnellings-
en tapschakelaar in
de scharnieren aa
n de schakelhendel aan de
aandrijfkant schuiven en met veerstekkers
borgen.
Bowdenkabels controleren dat ze
niet geknikt of
ingeklemd zijn.
Eenassige tractor agria 3600
9
Frontgewicht aan de motorbeschermbeugel
monteren.
De machine wor
dt met versnellingsbakolie aan-
geleverd. Zodat er tijdens het transport geen olie
vrij kan komen is er een sluitstop i.p.v. een olie-
peilstok gemonteerd. Stop door de peilstok ver-
vangen, zie afb.
De banden van de machine zitten niet in de doos. Die worden apart mee-
geleverd. Alleeen goedgekeurde banden conform verkooplijst van Agria mo-
gen met elkaar gecombineerd worden.
Uitvoering 3600 (2+2): vaste zeskant-wielas
• Aandrijfwielen monteren:
- 4.00-8: Aandrijfwielen aan de wielflenzen met wielbouten en schijven monteren en
zodanig op de zeskant-wielassen schuiven dat het pijlvormige bandprofiel in rijrich-
ting wijst, klapstekker door de boring voor wielnaven en asboring steken en klap-
veer omklappen.
- 4.00-10: Wieadapterflenzen aan de aandrijfwielen vastdraaien. Aandrijfwielen met
de wielbouten en de schijven aan de wielflenzen monteren, zo op de zeskant-
wielassen schuiven dat het pijlvormige bandenprofiel in rijrichting wijst. Klapstekker
door de boring van de wielnaaf- en as steken en klapveer omklappen.
10
Eenassige tractor agria 3600
Uitvoering 3600 (3+2): Stuurrem
• Aandrijfwielen monteren:
- 4.00-8: Aandrijfwielen met wielmoeren en schijven zo aan de wielflenzen monte-
ren dat het pijlvormige bandenprofiel in rijrichting wijst.
- 4.00-10: Wieadapterflenzen aan de aandrijfwielen vastdraaien. Vervolgens aan-
drijfwielen met wielmoeren en schijven zo aan de wielflenzen monteren dat het
pijlvormige bandenprofiel in rijrichting wijst.
• Schakelstang snelgang monteren:
Schakelstang van onderen in de schakelstanggeleiding schuiven (I), grijpkogel
vastdraaien (II), schakelstang op de aandrijfschakelhendel (III) steken en met klap-
veer borgen (IV).
Maatregelen voor de eerste inbedrijfstelling uitvoeren. Zie pagina 40.
1
Veiligheidstechnische aanwijzingen
Eenassige tractor agria 3600
11
1 Veiligheidstechnische aanwijzingen
Voor het in gebruik nemen de gebruiks-
handleiding doorlezen opvolgen:
Waarschuwingsbord
In deze gebruikshandleiding hebben we
alle plaatsen waar uw veiligheid aan de
orde is, voorzien van dit symbool. Geef
alle veiligheidsaanwijzingen ook door
aan andere gebruikers.
Bedoeld gebruik
De machine voldoet aan de stand der
techniek en de geldende veiligheidsbe-
palingen op het moment van het in ver-
keer brengen in het kader van het be-
doeld gebruik. Constructief kunnen het
voorspelbaar verkeerd gebruik en de
restgevaren niet worden voorkomen,
zonder de bedoelde functionaliteit te
beperken.
De eenassige tractor agria 3600 is een
handgeleide zelfrijdende werkmachine
met één as die de op de Agria-
verkooplijst vrijgegeven aanbouwappa-
raten kan trekken/duwen. Toepassing
bijv. grondbewerking, winterdienst en
vegen, gazons en weiden maaien (re-
glementair gebruik).
Elk verdergaand gebruik geldt als niet
bedoeld gebruik. Voor de schade als
gevolg hiervan is de fabrikant niet aan-
sprakelijk, het risico hiervoor ligt uitslui-
tend bij de gebruiker.
Tot het bedoeld gebruik behoort ook het
opvolgen van de door de fabrikant voor-
geschreven gebruiks-, onderhouds- en
reparatievoorwaarden.
Eigenmachtige wijzigingen aan de ma-
chine en met name aan de veiligheids-
voorzieningen kunnen groter gevaar
veroorzaken en sluiten een aansprake-
lijkheid van de fabrikant voor hieruit
voortkomende schade uit.
Bij gebruik van de machine op openbare
wegen - bijv. ook op transportritten -
moeten de bepalingen van het nationale
verkeersreglement worden nageleefd
(kenteken, verlichting enz.).
LET OP!: De machine mag in het open-
baar verkeer niet met een aanhangwa-
gen worden gebruikt omdat niet aan de
voorwaarden voor een registratie is
voldaan.
Een aanhangwagen voor de werking
aan de eenassige tractor is in het ver-
koopprogramma van de Agria-Werke
niet aanwezig. Een expertise voor het
verkrijgen van een typegoedkeurig conf.
§21 StVZO (duitse wegenwet) is voor de
eenassige tractor niet bij de fabrikant
verkrijgbaar.
Eigenmachtige combinaties van de
eenassige tractor met een aanhangwa-
gen sluiten een aansprakelijkheid van de
Agria-Werke uit!
De machine is voor de commerciële en
particuliere toepassing bedoeld.
De machine moet volgens de voorschrif-
ten in de gebruikshandleiding worden
gebruikt. Eventueel moeten andere
gebruikers worden geïnstrueerd.
Elk niet bedoeld gebruik, evenals alle
niet in deze handleiding beschreven
werkzaamheden aan de machine, zijn
niet toegestaan verkeerd gebruik buiten
de wettelijke aansprakelijkheidsgrenzen
van de fabrikant.
Bij niet bedoeld gebruik van de machine
worden personen in gevaar gebracht,
kunnen de machine en andere materiële
zaken van de exploitant worden be-
schadigd en kan de werking van de
machine negatief worden beïnvloed.
Logisch voorspelbaar verkeerd ge-
bruik
Voorspelbaar verkeerd gebruik, resp.
ondeskundig gebruik zijn onder andere:
1
Veiligheidstechnische aanwijzingen
12
Eenassige tractor agria 3600
• verwijderede of gemanipuleerde
beschermings- en veiligheidsinrich-
tingen
• gebruik van niet-vrijgegeven aan-
bouwapparaten
• niet opgevolgde onderhoudsinterval-
len
• achterwege gelaten metingen en
controles voor het op tijd herkennen
van beschadigingen
• het niet vervangen van slijtdelen
• gebrekkig of niet uitgevoerde on-
derhouds-, resp. reparatiewerk-
zaamheden
• niet bedoeld gebruik.
• met defecte elektrische of mechani-
sche apparaten werken
• transport- en manoeuvreerritten met
ingeschakeld aangekoppeld appa-
raat
Algemene veiligheids- en on-
gevalpreventievoorschriften
Basisregels:
De geldende ongevalpreventievoor-
schriften, evenals de voorschriften op
het gebied van gezondheid en het
openbaar verkeer moeten worden opge-
volgd.
Bij het gebruik van de openbare weg
geldt de wegenverkeerswet in de gel-
dende meest recente versie.
De machine voor elk gebruik controleren
op de veiligheid in het verkeer en voor
het gebruik!
De machine mag alleen worden ge-
bruikt, onderhouden en gerepareerd
door personen, die hiermee vertrouwd
zijn en zijn geïnstrueerd m.b.t. de geva-
ren.
Jongeren van jonger dan 16 jaar mogen
de machine niet bedienen!
Werk alleen bij goede licht- en zichtom-
standigheden.
De bekleding van de bediener moet
nauwsluitend zijn. Veiligheidsschoenen
dragen!
De aangebrachte instructie- en waar-
schuwingsbordengeven belangrijke
instructies voor een gevaarloos bedrijf,
het opvolgen hiervan is voor uw eigen
veiligheid!
Voor het transport op aangedreven
voertuigen of aanhangers buiten het te
bewerken oppervlak moet de motor
worden uitgeschakeld.
Wees voorzichtig bij draaiende werktui-
gen - veiligheidsafstand!
Wees voorzichtig bij nalopende werktui-
gen. Voor werkzaamheden hieraan
wachten tot ze stilstaan!
Bij aangedreven onderdelen bevinden
zich knel- en schaarlocaties!
Het meerijden op de werkuitrusting tij-
dens de werkzaamheden is niet toege-
staan.
Rijgedrag, stuur- en evt. rembaarheid
alsmede kantelgedrag worden door
aangekoppelde of aangehangen appara-
ten en belading beïnvloed. Let daarom
op voldoende bestuur- en rembaarheid.
De werksnelheid aanpassen aan de
betreffende omstandigheden.
De toerentalinstellingen van de motor
niet verstellen. Een hoog toerental ver-
hoogd het ongevalgevaar.
Werk- en gevarenzone
De werkzone is het totale te bewerken
oppervlak. De gebruiker is verantwoor-
delijk voor iedereen die zich binnen de
werkzone bevindt.
De aanwezigheid binnen de gevarenzo-
ne van de machine is verboden (pagina
44).
Controleer voor het starten en optrekken
het werkgedeelte. Let vooral op kinderen
en dieren!
1
Veiligheidstechnische aanwijzingen
Eenassige tractor agria 3600
13
Voor werkbegin moeten vreemde voor-
werpen van het te bewerken oppervlak
worden verwijderd. Let bij het werken op
verdere vreemde voorwerpen en verwij-
der die op tijd.
Bij werkzaamheden op omsloten opper-
vlakken moet een veiligheidsafstand
worden aangehouden, om het gereed-
schap niet te beschadigen.
Bediening en beschermingsin-
richtingen
Voor aanvang van de werkzaamheden
Zorg dat u vertrouwd bent met de inrich-
tingen en bedieningselementen, evenals
de werking hiervan. Leer vooral hoe de
motor is een noodgeval snel en veilig
kan worden uitgezet!
Zorg dat alle beschermingsinrichtingen
zijn aangebracht en in de beschermende
stand staan!
Bij een gedemonteerd aanbouwapparaat
moet de krachtafnemer uitgeschakeld en
met de beschermkap bedekt zijn.
Afhankelijk van de aard van de onder-
grond (begroeiing, vochtigheid, ...), moet
geschikt schoeisel worden gedragen,
zodat de bediener niet valt of uitglijdt.
Voor het starten
De motor niet starten in gesloten ruim-
ten, de uitlaatgassen bevatten koolmo-
noxide, dat zeer giftig is bij het inade-
men!
Voor het starten van de motor moeten
alle bedieningselementen in de neutrale
stand staan of naar de stationaire stand
worden geschakeld.
Bij het starten van de motor niet voor de
machine en het aanbouwapparaat gaan
staan.
Gebruik geen starthulpvloeistoffen bij
het gebruik van elektrische starthulp
(hulpstartkabels). Er bestaat explosiege-
vaar!
Gebruik
Tijdens het werken de bedienersplek
aan het stuur nooit verlaten!
Stuurdragers nooit tijdens het werken
verstellen - gevaar voor ongevallen!
Bij alle werkzaamheden met de machi-
ne, met name bij het keren, moet de
bediener de door de stuurdragers aan-
gewezen afstand van het apparaat aan-
houden!
Het meerijden op de werkuitrusting tij-
dens de werkzaamheden en het
transport is niet toegestaan.
Bij evt. optredende verstoppingen aan
het werkgereedschap resp. aanbouwap-
paraat moet de motor uitgezet en het
gereedschap resp. aanbouwapparaat
met een geschikt hulpmiddel gereinigd
worden! Er kan vanwege de verstopping
een spanning op de aandrijfstreng aan-
wezig zijn. Ga daarom voorzichtig te
werk om de verstopping te verhelpen.
Bij beschadiging van de machine of van
het aanbouwapparaat de motor meteen
uitzetten en de schade laten verhelpen!
Bij functiestoringen aan de besturing de
machine onmiddellijk stoppen en parke-
ren. Storing onmiddellijk laten verhelpen.
Als er op hellend terrein gevaar is voor
wegglijden, moet de machine door een
tweede persoon met een stang of een
kabel worden vastgehouden. De tweede
persoon moet zich boven de machine
met voldoende afstand van het werkge-
rei bevinden!
Werk indien mogelijk in zichtlijnen dwars
t.o.v. de helling! Keer indien mogelijk in
opwaartse richting aan de helling.
De eenassige tractor agria 3600 heeft
geen parkeerrem. Om de machine op
een helling te parkeren de 1e versnelling
kiezen.
Einde van de werkzaamheden
De machine nooit onbewaakt laten,
zolang de motor draait.
1
Veiligheidstechnische aanwijzingen
14
Eenassige tractor agria 3600
Voor het verlaten van de machine de
motor uitschakelen. Daarna (indien
aanwezig) de brandstofkraan/-kranen
sluiten.
Machine tegen onbevoegd gebruik be-
veiligen. Bij uitvoering met een contact-
sleutel de sleutel uitnemen, anders de
bougiestekker lostrekken.
Aanbouwapparaten
Koppel de aanbouwapparaten alleen bij
een uitgeschakelde motor en met een
uitgeschakelde apparaataandrijving.
Voor het aanbouwen en de inbedrijfstel-
ling moet de gebruiksaanwijzing van het
aanbouwapparaat doorgenomen en in
acht genomen worden.
Gebruik bij de vervanging van aan-
bouwapparaten en delen ervan geschikt
gereedschap en draag handschoenen.
Zet bij het monteren en demonteren de
steunvoorzieningen op de juiste stand
en let op standvastheid.
Machine en aanbouwapparatuur tegen
wegrollen beveiligen (parkeerrem - in-
dien aanwezig -, wielkeggen).
Bij het aankoppelen van aanbouwap-
paratuur is er gevaar voor letsel. Er
moet bijzonder voorzichtig te werk wor-
den gegaan.
Aanbouwapparatuur volgens de voor-
schriften aankoppelen en alleen aan de
voorgeschreven voorzieningen bevesti-
gen.
Bij transportritten of ritten naar naburige
werkoppervlakken altijd de werkgereed-
schappen uitschakelen.
Machine met aanbouwapparaat bij het
verlaten tegen onbevoegd gebruik en
wegrollen beveiligen. Indien nodig de
transport- resp. veiligheidsvoorziening
aanbouwen en op beschermstand zet-
ten.
Hakvoorziening
Bij het hakken en frezen op moeilijke
gronden (stenen, harde grond enz.) kan
een plotselinge beweging van de machi-
ne naar voren of naar achteren optre-
den; ga daarom bijzonder voorzichtig te
werk.
Bij het hakken moet er op de juiste in-
stelling van de hakdoorn worden gelet.
De afdekkingen moeten voor de werk-
diepte bij het hakken zo ingesteld wor-
den dat alleen de in de grond werkende
delen van het hakgereedschap niet
afgedekt zijn.
Maaivoorziening
Bij ondeskundige hantering vormen de
scherpe lemmets van het maaimessen
een aanzienlijk gevaar voor letsel! Draag
daarom bij werkzaamheden aan de
messen veiligheidshandschoenen.
Voor het vervangen van een mes of het
loszetten en bevestigen van de mes-
meenemer moet erop worden gelet dat
de schroefbeweging van de snijranden
weg gaat.
Voor het slijpen van de messen moeten
een veiligheidsbril en veiligheidshand-
schoenen worden gedragen.
Gewichten
Breng gewichten altijd op de hiervoor
bedoelde bevestigingspunten aan.
Onderhoud en reiniging
Alleen geschoold personeel, dat het
onderhoud en reparaties vakkundig kan
uitvoeren, mag deze werkzaamheden
uitvoeren.
Voer geen onderhouds- en reinigings-
werkzaamheden uit bij draaiende motor.
Bij werkzaamheden aan de motor altijd
de contactsleutel (indien aanwezig)
verwijderen en bij benzinemotoren
eveneens de bougiedop lostrekken.
1
Veiligheidstechnische aanwijzingen
Eenassige tractor agria 3600
15
Zijn beschermingsinrichtingen en werk-
tuigen onderhevig aan slijtage, moeten
ze regelmatig worden gecontroleerd en
indien nodig vervangen!
Beschadigde snijwerktuigen moeten
worden vervangen!
Bij het vervangen van het snijgereed-
schap geschikt gereedschap en veilig-
heidshandschoenen gebruiken.
Reparatiewerkzaamheden, zoals lassen,
slijpen, boren, etc., mogen niet aan
dragende, veiligheidstechnische onder-
delen (bijv. stuurdrager, aanhangvoor-
zieningen enz.) worden uitgevoerd!
Houd de machine en werktuigen
schoon, zodat brand wordt voorkomen.
Moeren en bouten regelmatig op goed
vastzitten controleren en indien nodig
natrekken.
Na onderhouds- en reinigingswerk-
zaamheden de beschermingsinrichtin-
gen altijd weer monteren en in de be-
schermende stand brengen!
Gebruik alleen originele Agria-
reserveonderdelen.
Na afronding van de werkzaamheden
een functie- en veiligheidstest uitvoeren.
Opbergen
Het opbergen van de machine in ruimten
met open verwarming is verboden.
De machine niet neerzetten in gesloten
ruimten, als nog brandstof aanwezig is
in de brandstoftank. Benzinedampen zijn
een bron van gevaar.
Motor, brandstof en olie
De motor niet laten draaien in een geslo-
ten ruimte. Er bestaat vergiftigingsge-
vaar! Daarom ook beschadigde uitlaat-
onderdelen direct vervangen.
Wees voorzichtig met hete motoron-
derdelen!
De uitlaatpot en andere motoronderde-
len worden zeer heet als de motor draait
en direct na het uitzetten. Houd vol-
doende afstand tot hete oppervlakken
en houd kinderen uit de buurt van de
draaiende motor.
Bij de omgang met brandstof zeer zorg-
vuldig te werk gaan. Er bestaat ver-
hoogd brandgevaar. Nooit omgaan met
brandstof in de buurt van open vuur,
mogelijk ontstekende vonken of hete
motoronderdelen.
Brandstof niet bijvullen in gesloten ruim-
ten. Bij het tanken niet roken!
Bijtanken alleen bij uitgeschakelde en
afgekoelde motor.
Mors niet met brandstof, gebruik een
geschikte vulhulp.
Als er toch brandstof is gemorst, moet
de machine weggeduwd worden voordat
er wordt gestart.
Let op de voorschreven brandstofkwali-
teit.
Brandstof alleen opslaan in goedge-
keurde reservoirs.
Brandstof alleen buiten en in geschikte
tanks aflaten.
Uit veiligheidsoverwegingen de brand-
stoftankdop en andere tankdoppen bij
beschadigingen verwijderen.
Corrosiebeschermings- en stabilisator-
vloeistoffen buiten het bereik van kin-
deren bewaren, bij misselijkheid en
braken direct een arts bezoeken, bij
contact met de ogen deze direct grondig
uitspoelen, het inademen van dampen
voorkomen.
Bijsluiters lezen en opvolgen!
Gebruikte, schijnbaar lege spuitbussen
voor het recyclen op een goed geventi-
leerde, vonk- en vlamvrije en afgelegen
locatie volledig leegmaken of indien
nodig afvoeren als speciaal afval.
Bij werkzaamheden met olie, brandstof
en vet, de betreffende veiligheidshand-
schoenen dragen, evt. huidbescher-
mingsmiddel gebruiken.
1
Veiligheidstechnische aanwijzingen
16
Eenassige tractor agria 3600
Wees voorzichtig bij het aftappen van
hete olie, er bestaat verbrandingsge-
vaar.
Let op de voorschreven oliekwaliteit.
Alleen opslaan in goedgekeurde reser-
voirs.
Olie, brandstoffen, vet en filters ge-
scheiden en volgens de voorschriften
afvoeren.
Banden en bandenspanning
Bij werkzaamheden aan de wielen moet
erop worden gelet dat de machine veilig
geplaatst en tegen wegrollen beveiligd
is.
Reparatiewerkzaamheden aan de ban-
den mogen alleen door deskundig per-
soneel en met geschikt montagegereed-
schap worden uitgevoerd.
Controleer de bandenspanning regelma-
tig. Bij een te hoge bandenspanning is
er ontploffingsgevaar.
Bij het aanbrengen van gewichten de
desbetreffende bandenspanning in acht
nemen.
Aandrijfwiel-bevestigingsbouten resp. -
moeren bij servicewerkzaamheden altijd
aandraaien of de aanhaalmomenten
controleren.
Elektrische installatie
Mensen met pacemakers mogen de
onder spanning staande delen van het
ontstekingssysteem bij een draaiende
motor niet aanraken!
1
Veiligheidstechnische aanwijzingen
Eenassige tractor agria 3600
17
Beschrijving van de waarschuwingstekens, verbods- en gebod-
stekens
Voor de inbedrijfstelling de gebruikshandleiding en de veilig-
heidsinstructies doorlezen en opvolgen.
Voor reinigings-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden de
motor uitschakelen en de bougiestekker losnemen.
Voorzichtig - brandgevaar
- Bijtanken alleen bij uitgeschakelde en afgekoelde motor.
- Geen open vuur.
De uitlaatgassen van de motor bevatten stoffen die vergiftig
zijn voor de ademhalingsorganen
– Houd afstand.
De motor niet laten draaien in een gesloten ruimte.
Wees voorzichtig met hete motoronderdelen!
Houd voldoende afstand t.o.v. hete oppervlakken.
Houd bij draaiende motor voldoende afstand t.o.v. het maai-
mes!
Let op wegschietende objecten, vooral op steenachtig terrein.
Houd afstand bij draaiende motor.
Verwijder vreemde voorwerpen uit de werkzone.
Houd bij draaiende motor voldoende afstand tot de hakge-
reedschappen!
Niet zonder veiligheidsvoorziening werken! Voor het starten
de veiligheidsvoorziening op beschermstand zetten.
Geen bewegende machineonderdelen aanraken. Wachten tot
ze geheel tot stilstand zijn gekomen!
Voor het werken met de machine moeten individuele gehoor-
beschermingsmiddelen worden gebruikt.
Veiligheidsschoenen dragen.
Controleer het motoroliepeil ten minste om de 8 bedrijfsuren.
2
Technische gegevens
18
Eenassige tractor agria 3600
2 Technische gegevens
Machine
Motor: ............................................................................................................. Honda
Koppeling: ........................................................................ Droge lamellenkoppeling
Versnellingsbak: ............................................................. Tandwiel-versnellingsbak
Uitv. 3600 (2+2): ............................................. 2 vooruit- en 2 achteruitversnellingen
Uitv. 3600 (3+2): ............................................. 3 vooruit- en 2 achteruitversnellingen
Wielschakeling en wielrem aan beide kanten
Rijsnelheden [km/h]:
Banden
Aankoppeling achter Aankoppeling voor
Versnelling Versnelling
1. 2. 3.
alleen bij
(3+2)
1. 2.
4.00-8 vooruit 1,3 2,4 7,0 2,1 3,9
4.00-8 achteruit 2,1 3,9 1,3 2,4
4.00-10 vooruit 1,5 2,7 7,8 2,5 4,1
4.00-10 achteruit 2,5 4,1 1,5 2,7
Versnellingsbakolie: .................................................... Olievulhoeveelheid ca.1,5 l
Versnellingsbakolie SAE 90 – API - GL5 (z.B. BP Energear Hypo)
Krachtafnemer: ....................................... 1028 min
-1
, bij motortoerental 3600 min
-1
onafhankelijk van de versnelling (geïntegreerd in de aansluitflens)
Draairichting: rechtsom draaiend op de krachtafnemer gezien
bij rijden voor- en achteruit gelijkblijvend
Tandnaafprofiel Ø 20 mm
Apparaataansluiting: ............................................................................... Ø 47 mm
Stuurdrager: ..................... zonder gereedschap in hoogte en zijwaarts verstelbaar
180° draaibaar voor aanbouwapparaten voor
Gewichten:
Uitv. 3600 (2+2) ............................. Gewicht leeg met aandrijfwielen 4.00-8: 63,0 kg
Uitv. 3600 (3+2) ............................. Gewicht leeg met aandrijfwielen 4.00-8: 74,0 kg
Banden: ............................................. 4.00-8 (akkerprofiel) of 4.00-10 (akkerprofiel)
Bandenspanning:.......................................................................................... 1,2 bar
2
Technische gegevens
Eenassige tractor agria 3600
19
Spoorbreedte
Uitvoering 3600 (2+2): ..................................................................................... [mm]
4.00-8.......................................................................................................... 300 - 600
4.00-10 ........................................................................................................ 320 - 620
Spoorschema
Uitvoering 3600 (3+2): ..................................................................................... [mm]
2
Technische gegevens
20
Eenassige tractor agria 3600
Afmetingen [mm]:
Maat
Uitvoering
3600 (2+2) 3600 (3+2)
A 605 605
A
1
1170/1250 1170/1250
B
04:00-8 400-700 460-560
04:00-10 420-720 420-610
C 800-1000 800-1000
C
1
760-1010 760-1010
D 1650 1650
D
1
1715 1715
E 790 790
E
1
540 540
F 560 560
F
1
755 755
Geluidswaarden
Geluidsvolume aan het oor van de bediener conform EN ISO 3744 en EN ISO
11201
met hakvoorziening (3601 311) ............................................................ L
pA
= 83,0 dB
met sikkelmulcher (3656 521) ............................................................... L
pA
= 96,0 dB
met veegmachine (2294 171) ............................................................... L
pA
= 96,0 dB
2
Technische gegevens
Eenassige tractor agria 3600
21
Trillingsversnellingswaarden
aan de stuurhandgreep
conform ISO 5349 bij 85 % van het nominale toerental van de motor met ingescha-
keld gereedschap
met hakvoorziening (3601 311) ................................................................. a
hw
= m/s
2
met sikkelmulcher (3656 521) .................................................................... a
hw
= m/s
2
met veegmachine (2294 171) .................................................................... a
hw
= m/s
2
Benzinemotor
Motorfabricaat: ................................................................................................ Honda
Type: ............................................................................................................... GX160
Boring x slag: ......................................................................................... 68 x 45 mm
Cilinderinhoud: ............................................................................................ 163 cm
3
Netto vermogen: ................................................. 3,6 kW (4,9 DIN-pk) bij 3600 min
-1
Koppel: .................................................................................. 10,3 Nm bij 2500 min
-1
Bouwwijze: .......................................... luchtgekoelde 1-cilinder-4-takt-benzinemotor
Werktoerental: .......................................................................................... 3600 min
-1
Stationair toerental: ........................................................................ 1250-1600 min
-1
Bougie: ............................................................................................... NGK BPR6ES
Elektrode-afstand: 0,7-0,8 mm
Startinrichting: ................................................................................... Omkeerstarter
Brandstof: ........................................ gebruikelijke normale benzine voor voertuigen,
octaangetal, zie separate motorgebruikshandleiding
Brandstofverbruik:................................................................................... 313 g/kWh
Inhoud van de brandstoftank: .......................................................................... 3,1 l
Luchtfilter: ............................................................................................. Type oliebad
Motorolie: ............................................................................ Vulhoeveelheid ca. 0,6 l
meerbereiksolie SAE 10W-30, kwaliteitsklasse API-SJ of hoger
Hellingsgeschiktheid: ........................................................................... < 20° (37 %)
3
Machine- en bedieningselementen
22
Eenassige tractor agria 3600
3 Machine- en bedieningselementen
De eenassige tractor agria 3600is een
basis-motorapparaat en wordt altijd
samen met een aanbouwapparaat ge-
bruikt. Daardoor is hij geschikt voor de
gebruikelijke toepassing en werkzaam-
heden in de tuinbouw, landschapsbe-
heer alsmede land- en bosbouw als bijv.
grondbewerking, gazons en weiden
maaien, winterdienst en vegen.
Bij gebruik van de machine op openbare
wegen - bijv. ook op transportritten -
moeten de bepalingen van het nationale
verkeersreglement worden nageleefd
(kenteken, verlichting enz.).
Ter beschikking staan de op de verkoop-
lijst van Agria vrijgegeven aanbouwap-
paraten.
Motor
De viertakt benzinemotor moet met
normale benzine (zie hfst. In gebruik
nemen, pagina 40 ) worden gebruikt.
Tijdens de eerste 20 bedrijfsuren (in-
looptijd), de motor niet tot de grens van
de capaciteit belasten.
Ook na de inlooptijd, geldt de basisre-
gel, nooit meer gasgeven dan voor de
uitvoering van de werkzaamheden op
dat moment noodzakelijk is.
Hoge toerentallen zijn schadelijk
voor elke motor en hebben een aan-
zienlijk negatieve invloed op de le-
vensduur. Dit geldt vooral bij onbe-
last gebruik! Overtoeren (laten loeien)
van de motor kan zelfs tot directe
schade leiden.
Koeling
De koeling van de motor gebeurt met
een luchtventilator. Het ventilatierooster
aan de omkeerstarter en de koellamel-
len van de cilinder moeten daarom altijd
vrijgehouden worden van vuil en aange-
zogen plantdelen.
Vrijloop
Zorg altijd dat het stationair toerental
van de motor correct is ingesteld. De
motor moet bij een laag toerental soepel
verder draaien als de regelhendel voor
het toerental op stationair staat.
- agria-Service -
Luchtfilter
Het luchtfilter reinigt de aangezogen
lucht. Een verontreinigd filter vermindert
het motorvermogen.
Ontstekingsinstallatie
De benzinemotor is uitgerust met een
contactloze elektronische ontstekingsin-
stallatie. Wij raden u aan de noodzake-
lijke controles door een vakman te laten
uitvoeren.
3
Machine- en bedieningselementen
Eenassige tractor agria 3600
23
Toerentalregelingshendel
Met de regelhendel voor het toerental (B/3) aan
de stuurdrager wordt het motortoerental van min.
= VRIJLOOP tot max. = VOLGAS traploos naar
behoefte ingesteld.
Veiligheidsschakeling
De machine is uitgevoerd met een veiligheids-
schakeling.
Stopstand:
Bij een niet bediende veiligheids-
hendel (B/1) uitgekoppeld, motor draait echter
verder.
Bedrijfsstand:
voor de werking de veilig-
heidshendel (B/1) omlaag drukken zodat er
tussen motor en versnellingsbak een krachtslui-
tende verbinding is gemaakt.
•
De veiligheidsschakeling moet in twee stap-
pen worden bediend:
1. Blokkeerhendel indrukken (uitkoppelen)
2. Veiligheidshendel naar beneden toe bedie-
nen.
Bij een ingeschakelde rijaandrijving
resp. bij freesaandrijving beginnen de wielen
of het freesgereedschap onmiddellijk te
draaien. Druk da
arom de veiligheidshendel
pas omlaag als de aandrijvingen op O staan
of aan de koppelingshandhendel uitgekop-
peld is.
Manipuleer de veiligheidsschakeling
niet en bind de veiligheidshendel niet vast!
De veiligheidshendel dient als
noodstop-
schakelaar:
in gevaarlijke situaties loslaten
zodat hij vanzelf naar de stand "STOP" zwenkt!
3
Machine- en bedieningselementen
24
Eenassige tractor agria 3600
Koppeling
De bediening van de koppeling gebeurt door de
koppelingshandhendel (B/5).
•
Bij een aangetrokken koppelingshandhendel
tot stand "O" is er uitgekoppeld, d.w.z. de
motor drijft de machine niet meer aan.
•
Bij een losgelaten koppelingshandhendel tot
stand "I" is er ingekoppeld, d.w.z. de motor
drijft de machine aan.
•
Neem de koppelingsspeling in acht zodat de
koppeling tijdens de werkzaamheden niet
slipt, zie pagina 60.
Motor-stop-schakelaar
Met de elektrische motor-stop-
schakelaar (B/4)
wordt het ontstekingssysteem in-
en uitgescha-
keld.
"ON" = bedrijfsstand
"OFF" = motor-stop-stand
Schakeling op "OFF":
Motor wordt onmiddellijk uitgeschakeld.
3
Machine- en bedieningselementen
Eenassige tractor agria 3600
25
Versnellingsbak
Bij een 180° gedraaide stuurdrager (voor apparaatkoppeling voor) is de positie van
de schakelstangen voor versnelling- en tapshakeling andersom, zie pagina 32.
Tweewielige stand
(apparaatkoppeling achter)
Stand apparaatdrager
(apparaatkoppeling voor)
De schakelstang zit rechts
(in rijrichting)
De schakelstang zit links
(in rijrichting)
de schakelstang van de krachtaf-
nemer
zit links
de schakelstang van de krachtaf-
nemer
zit rechts
Uitvoering 3600 (2+2)
De machine heeft een tandwiel-versnellingsbak met
• 2 vooruitversnellingen en 2 achteruitversnellingen
• vaste zeskant wielas.
Alle versnellingen alleen bij een stilstaande machine (uitgekoppeld) kie-
zen!
Versnellingsbak
De versnellingen worden met de schakelstang
(B/7) geschakeld!
Onbelast draaien "0" telkens tussen de versnel-
lingen.
De gekozen versnelling is op
de sticker aan de
versnellingsbak te zien.
Voor het schakelen van de versnellingen
moet de koppeling worden bediend.
Uitvoering 3600 (3+2)
De machine heeft een tandwiel-versnellingsbak met
• 3 vooruitversnellingen en 2 achteruitversnellingen
• Wielschakeling aan beide kanten
• Stuurremmen enkele wielen
3
Machine- en bedieningselementen
26
Eenassige tractor agria 3600
Alle versnellingen alleen bij een stilstaande machine (uitgekoppeld) kie-
zen!
Versnellingsbak
De versnellingen 1 - 2 en R1 -
R2 worden met
de schakelstang (B/7) geschakeld!
Onbelast draaien "0" telkens tussen de versnel-
lingen.
De 3e versnell
ing ("snelloop") gebeurt met de
snelgangschakeling (zie hierna).
De gekozen versnelling is op de sticker aan de
versnellingsbak te zien.
Voor het schakelen van de versnellingen
moet de koppeling worden bediend.
Snelgangschakeling
bij uitvoering 3600 (3+2)
Voor transportritten is de 3e versnelling (snel-
gang) te gebruiken.
•
Hiervoor moet de snelgangschakelstang
(B/8) gemonteerd zijn, zie pagina 10
• schakelstang (B/7) op stand "0" tussen 1e
-
en R1-versnelling schakelen.
•
Snelgangschakelstang (B/8) op stand
"(SNEL)" zetten (schakelstang naar achte-
ren trekken).
• Schakelstang op "3" schakelen.
•
Het terugschakelen gebeurt in de omge-
keerde volgorde.
•
Voor het omschakelen in een achteruitver-
snelling eerst de schakelstang op "0" en
vervolgens de "snelgang" uitschakelen.
De "snelgangschakeling" is om veiligheidsrede-
nen alleen bij normaal vooruitrijden (apparaat-
koppeling achter) mogelijk. Bij
apparaatkoppe-
ling voor wordt de snelgangschakelstang gede-
monteerd en de schakeling geblokkeerd.
3
Machine- en bedieningselementen
Eenassige tractor agria 3600
27
Rem enkel wiel (stuur- en keerhulp)
bij uitvoering 3600 (3+2)
Om de machine eenvoudiger te kunnen besturen
of te keren is hij met een rem voor enkele wielen
uitgevoerd.
De bediening gebeurt met de stuurremhendels
(B/10 en B/11).
De gedeeltelijke bediening v
an een stuurrem-
hendel schakelt het betreffende wiel virj, bij
volledige bediening wordt het wiel extra afge-
remd.
Als een wiel continu vrijgeschakeld moet zijn,
moet de grendelpal (B/9) een de betreffende
stuurremhendel omgelegd worden.
Tweewielige stand:
Bij de bediening van de stuurremhendel rechts
wordt het rechterwiel vrijgeschakeld en afge-
remd.
Bij de bediening van de stuurremhendel links
wordt het linkerwiel vrijgeschakeld en afgeremd.
Stand apparaatdrager:
Bij een 180° gedraaide stuurdrager
(aanbouwapparaat voor, zie pagina 37
) is de
keerprocedure omgekeerd:
Bij de bediening van de stuurremhendel rechts
wordt het linkerwiel vrijgeschakeld en afgeremd.
Bij de bediening van de stuurremhendel links
wordt het rechterwiel vrijgeschakeld en afge-
remd.
Keer indien moge
lijk in opwaartse richting
aan de helling.
Rem enkel wiel (stuur-
en keerhulp) bij
uitv. 3600 (2+2) niet beschikbaar.
3
Machine- en bedieningselementen
28
Eenassige tractor agria 3600
Krachtafnemerschakeling
De van de versnelling onafhankelijke krachtaf-
nem
er bevindt zich in de apparaataansluitflens
(A/12) van de machine.
In-
/uitschakelen met de schakelstang van de
krachtafnemer (B/6)
alleen in uitgekoppelde
hoedanigheid:
I = ingeschakeld;
schakelstang krachtafnemer naar voren
0 = uitgeschakeld;
schakelstang krachtafnemer naar achteren
Bij een 180° gedraaide stuurdrager is de
stand van de schakelstang v
an de krachtafne-
mer verwisseld met de schakelstang van de
versnelling en de richting van de krachtafnemer-
schakeling is omgekeerd! Zie pagina 32
en pa-
gina 37.
Achteruitrijblokkering
De achteruitrijblokkering (grendelpen) voorkomt dat bij een gekozen achteruitver-
snelling de hakvoorzineing bijgeschakeld wordt resp. dat bij een bijgeschakelde
krachtafnemer de achteruitversnelling wordt geschakeld.
Om de montage van de hakvoorziening mogelijk te maken moet de grendel-
pen geheel naar buiten staan, zie pagina 36.
Voor de montage van de apparaten voor (bijv. maaivoorziening) moet de grendel-
pen naar binnen staan, zie pagina 37.
3
Machine- en bedieningselementen
Eenassige tractor agria 3600
29
Stuurdrager
Stuurdrager alleen
bij uitgeschakelde
rijd- en krachtafnemeraandrijving verstellen
-
gevaar voor ongevallen!
Hoogteverstelling stuurdrager
•
Klemhendel van de drager (B/2) zover om-
laagdrukken tot de grendelnokken vrij zijn.
• Stuur op de gewenste hoogte instellen.
•
Klemhendel van de drager en stuur op een
passende grendelstand zetten zodat de
klemhendel weer geheel naar bove
n terug-
draait naar de begindstand.
Zijverstelling stuurdrager
De stuurdrager kan vanuit zijn nor
male stand
(middelste stand) ca. 30° naar links of naar
rechts worden gedraaid.
•
Grendelhendel van de drager (B/12) naar
achteren trekken en daarbij de stuurdrager
naar links of rechts in de gewenste stand
draaien.
•
Grendelhendel van de drager in de betref-
fende grendelstand vastklikken.
3
Machine- en bedieningselementen
30
Eenassige tractor agria 3600
Stuurdrager 180° draaien°
voor het koppelen van apparaten vooraan (van
tweewielige stand naar stand voor koppelen van
apparaten)
Stuurdrager alleen bij uitgeschakelde
motor draaien.
Schakelstang loszetten
• Splitpennen
uit de schakelstangen trek-
ken
•
Schakelstangen van het scharnierstuk los-
trekken
3600 (3+2):
Schakelstang snelgang demonte-
ren
1. Klapveer aan de schakelstang openen
2. Schakelstang naar boven toe lostrekken
3. Grijpkogel van de schakelstang losdraaien
4.
Schakelstang uit de schakelcoulisse trekken
en bewaren
3
Machine- en bedieningselementen
Eenassige tractor agria 3600
31
Geleiding van de bowdenkabels
bij een gedraaide stuurdrager op
stand voor koppelen van appara-
ten
Grendelhendel voor drager (B/12) openen en
daarbij de stuurdrager rechtsom 180° draaien.
Bij het draaien van de stuurdrager op de bow-
denkabels letten zodat ze niet gedraaid of ge-
spannen zijn.
Onjuiste plaatsing of onnauwlettendheid
bij het draaien van de stuurdrager kan tot
beschadigingen van de bowdenkabels leiden.
Let daarom altijd op de juiste draairichting bij
de verstelling van de drager:
Draai de stuurdrager voorzichtig
rechtsom naar
de stand voor het koppelen van apparaten
(zie het aanzicht van boven op pagina 32).
Om een te sterke buiging van de bowdenkabels
te voorkomen moeten die met d
e hand naar de
in rijrichting (achter de drager staand) rechter-
kant van de stuurdrager worden geleid.
Gre
ndelhendel van de drager sluiten en in
een gewenste grendelstand aan de stuurdrager
vastklikken.
Schakel
stangen weer met de schakelhendels
verbinden en met de splitpennen borgen.
Let op: De schakelhendel voor de ver-
snelling bevindt zich nu links en de schakels-
tang van de krachtafnemer rechts aan
het
stuur.
De schakelrichting van de krachtafnemer en
het remsysteem voor enkele wielen zijn ook
ondersom.
De zijverstelling van de stuurdrager (ca. 30°) kan
ook in de gedraaide stand worden uitgevoerd.
Stuurdrager terugdraaien
In dezelfde volgorde, echt
er linksom. Bij uitvoe-
ring 3600 (3+2) schakelstang snelgang weer
monteren.
Draai de stuurdrager voorzichtig linksom terug in
de tweewielige stand. Ondersteun ook hierbij de
bewegingen van de bowdenkabels met de hand.
3
Machine- en bedieningselementen
32
Eenassige tractor agria 3600
Stuurdrager 180° zwenken°
Tweewielige stand Stand apparaatdrager
(Aankoppeling achter) (Aankoppeling voor)
3
Machine- en bedieningselementen
Eenassige tractor agria 3600
33
Aandrijfwielen
3600 (2+2)
met aandrijfwielen 4.00
-8
3600 (2+2)
met aandrijfwielen 4.00
-10
1 Zeskant wielas
2 Zeskant wielflens
3 Klapstekker
4 Wieladapterflens
5 Schijf
6 Wielbout
7 Zeskantbout
8 Aandrijfwiel
9 Schijf
10 Wielmoer
11 Wielbout
Uitvoering 3600 (2+2)
= Zeskant wielas
Op de zeskant wielassen (1) zijn wielflen
zen (2)
gestoken die met klapstekkers (3) door de naaf
-
wielasboring worden vastgehouden.
Aan de wielflenzen worden de betreffende aan-
drijfwielen (8) met wielbouten (5) en schijven (6)
gemonteerd.
De wielas is per kant met 2 bevestigingsborin-
gen en de wielf
lens met elk 3 boringen (voor
klapstekkers) uitgevoerd, dus door het verschui-
ven van de wielnaven op de wielas kan de be-
treffende spoorbreedte worden ingesteld.
Veerbeugel van de klapstekker in rijrich-
ting gezien naar achteren wijzend monteren
en na het omklappen de veerbeugel vastklik-
ken.
Bovendien kunnen de wielen naar binnen of
naar bui
ten gedraaid gemonteerd worden zodat
de noodzakelijke spoorbreedte van 352 mm tot
632 mm wordt bereikt.
De aandrijfwielen met de profielpunt in rijrichting
(van boven gezien) monteren, daardoor verkrijgt
men de volle trekkracht. Daarmee moet ook bij
een 18
0° gedraaide stuurdrager voor aangekop-
pelde apparaten vooraan rekening worden ge-
houden.
3
Machine- en bedieningselementen
34
Eenassige tractor agria 3600
3600 (3+2)
met aandrijfwielen 4.00
-8
3600 (3+2)
met aandrijfwielen 4.00
-10
1 Wielflens
2 Wieladapterflens
3 S
chijf
4 Wielmoer
5 Zeskantbout
6 Aandrijfwiel
7 Schijf
8 Wielmoer
Uitvoering 3600 (3+2)
= Wielflens met penbouten
Aan de wielflenzen (1) worden de betreffende
aandrijfwielen (6) met wielmoeren (8) gemon-
teerd.
Bij gebruik van de aandrijfwielen 4.00-
10 van
t
evoren de wieladapterflenzen (2) aan de aan-
drijfwielen monteren.
Door de betreffende montage van de aandrijf-
wielen aan de wielflenzen resp. van de aandrijf-
wielen aan de wieladapterflenzen (flenzen resp.
wielen naar binnen of naar buiten gedraaid en
van bin
nen resp. van buiten aan de wieladap-
terflenzen gemonteerd) kan de noodzakelijke
spoorbreedte worden ingesteld (spoorschema
zie pagina 19).
De aandrijfwielen met de profielpunt in rijri
chting
(van boven gezien) monteren, daardoor verkrijgt
men de volle trekkracht. Daarmee moet ook bij
een 180° gedraaide stuurdrager voor aangekop-
pelde apparaten vooraan rekening worden ge-
houden.
Wielbevestigingsbouten
3600 (2+2): Wielbouten met schijven.
3600 (3+2):
Penbouten met schijven en wiel-
moeren.
Bij nieuwe machines en bij iedere wielvervan-
ging moeten de wielbouten resp. wielmoeren na
de eerste 2 bedrijfsuren met 50 Nm
aangedraaid
worden, verder altijd bij onderhoudswerkzaam-
heden.
Gebruik aandrijfwielen
Maat Profiel Gebruiksdoel Artikel-nr.
04:00-8 Akkerprofiel Frezen, aanaar-
den,
maaien, vegen,
winterdienst
3690 011
04:00-10 Akkerprofiel Ploegen, frezen 3690 021
3
Machine- en bedieningselementen
Eenassige tractor agria 3600
35
Sneeuwkettingen
Neem bij de werking met sneeuwkettingen de vermeldingen van de fabrikant in acht
en leef ze na, let op genoeg vrije ruimte t.o.v. de onderdelen van de machine.
Voor- en wielgewichten
Voor een betere trekprestatie kan er een voorgewicht en kunnen er wielgewichten
gemonteerd worden.
Montage voorgewicht: Art.-nr. 3628 011
Montage wielgewichten: Art.nr. 3621 011
3600 (2+2): zeskant-wielas
• Aandrijfwielen losdraaien.
•
Wielnaven (1) met zeskantbuis naar binnen
toe wijzend monteren, van tevoren echter de
aandrij
fwielen met de lange zeskantbouten
(2) [in de leveringsomvang wielgewicht] tel-
kens 2 stuks diagonaal van binnen aan de
wielflens (1) bevestigen.
•
Telkens 2 wielbouten (4) diagonaal aan de
niet bezette schroefdraden van de wielflens
van binnen bevestigen.
• Wi
elgewichten (5) telkens met 2 stuks lange
speciale moeren (7) en schijven (6) diago-
naal aan de van binnen ingedraaide zes-
kantbouten (2) bevestigen.
•
Wielbouten en gewichtsbevestigingsmoeren
met 50 Nm aandraaien.
3600 (3+2) wielflens met penbouten
•
Telkens diagonaal 2 wielmoeren met schijf
losdraaien.
•
Wielgewichten met telkens met 2 stuks
lange special
e moeren (7) en schijven (6)
diagonaal aan de penbouten (8) bevestigen.
•
Wielmoeren en gewichtsbevestigingsmoe-
ren met 50 Nm aandraaien.
3
Machine- en bedieningselementen
36
Eenassige tractor agria 3600
Montage en demontage van de aanbouwapparatuur
Alleen bij een afgezette motor!
Voor het aanbouwen en de inbedrijfstelling moet de gebruiksaanwijzing van
het aanbouwapparaat doorgenomen en in acht genomen worden.
Montage:
• De aansluitoppervlakken aan de machine en het aanbouwapparaat moeten
schoon zijn.
Aanbouwapparaten achter
Montage aanbouwapparaten
•
Kunststof beschermkap aan de aansluittap
voor aanbouwapparaten lostrekken.
•
De aansluitoppervlakken aan de eenassige
tractor en het aanbouwapparaat moeten
schoon en ingevet zijn; indien nodig reinigen
en invetten.
Versnelling op stand "0".
Bij een met krachtafnemer aangedreven
apparaat:
Schakelstang (B/6) aan de eenassige tractor op
"0".
Bij de koppeling van de hak-
en freesvoorzie-
ning: Achteruitrijblokkeringspen naar buiten
schuiven.
Grendelhendel (1) omlaag drukken en vast-
houden.
Aanbouwapparaat tot aan de aanslagboord
inschuiven -
grendelhendel loslaten. Borgpen
moet nu vanzelf omlaag bewegen en vastklik-
ken. Indien niet: Aanbouwapparaat iets naar
links of naar rechts verdraaien.
Demontage aanbouwapparaat
Grendelhendel (1) omlaag drukken en vast-
houden.
Aanbouwapparaat uit de aansluiting trekken.
•
Beschermkap op de apparaataansluitpen
steken.
3
Machine- en bedieningselementen
Eenassige tractor agria 3600
37
Aanbouwapparaten voor
Om de eenassige tractor met aanbouwappara-
ten vooraan (bijv. maaivoorziening, sneeuw-
schuif enz.) te kunnen gebruiken moet de stuur-
drager 180° rechtsom worden gedraaid:
Stuurdrager alleen bij uitgeschakelde
motor draaien!
Drager draaien zie pagina 30.
Achteruitrijblokkeringspen naar binnen schui-
ven.
De schakelhendel voor de versnelling be-
vindt zich nu links en de schakelstang van de
krachtafnemer rechts aan het stuur en de scha-
kelingen zijn omgekeerd.
zie pagina 32.
Bij uitv. 3600 (3+2) werken de wielremmen an-
dersom,
zie pagina 32.
Telkens wanneer de stuurdrager voor de
montage van een aanbouwapparaat voor 180°
wordt gedraaid, ook de wielen verwisselen om
het banden
profiel van de nieuwe rijrichting aan
te passen. Hiervoor de wielen demonteren en
het rechterwiel links en het linkerwiel rechts
monteren.
Stuurdrager terugdraaien
• In dezelfde volgorde, echter linksom.
Bij uitvoering 3600 (3+2) schakelstang snel-
gang weer monteren.
3
Machine- en bedieningselementen
38
Eenassige tractor agria 3600
Aanbouwapparaten voor
Montage en demontage alleen bij een
afgezette motor!
•
Kunststof beschermkap aan de aansluittap
voor aanbouwapparaten lostrekken.
• De aansluitopperv
lakken aan de eenassige
tractor en het aangekoppelde apparaat moe-
ten schoon en ingevet zijn; indien nodig rei-
nigen en invetten.
Versnelling op stand "0" zetten.
Bij een met krachtafnemer aangedreven
apparaat:
Schakelstang van de krachtafnemer aan de
eenassige tractor op "0" zetten.
Grendelhendel (1) omlaag drukk
en en vast-
houden.
Aanbouwapparaat tot aan de aanslagboord
inschuiven - grendelhendel (1) loslaten.
Borgpe
n moet nu vanzelf omlaag bewegen en
vastklikken. Indien niet: Aanbouwapparaat iets
naar links of naar rechts verdraaien.
Demontage aanbouwapparaat
Grendelhendel (1) omlaag drukken en vast-
houden.
Aanbouwappar
aat uit de apparaataansluiting
trekken en de hendel weer loslaten.
•
Beschermkap op de apparaataansluitpen
steken.
3
Machine- en bedieningselementen
Eenassige tractor agria 3600
39
Aanslagpunten
Voor het wegslepen, bergen en vastsjorren voor
een veilig transport, evenals voor het verladen
van de machine moeten spanbanden worden
gebruikt bij de aanslagpunten.
Vastsjorren op andere plaatsen kan schade
veroorzaken.
S
panbanden controleren op beschadigingen,
indien nodig vervangen!
Geen lasopnamemiddelen met scherpe randen
gebruiken (bijv. scherpe haken, ogen, etc.)!
Nooit onder zwevende lasten lopen of gaan
staan. Levensgevaar!
4
In gebruik nemen en bediening
40
Eenassige tractor agria 3600
4 In gebruik nemen en bediening
In gebruik nemen
Benzinemotor
Houd er rekening mee dat de levensduur en bedrijfszekerheid van de motor in ster-
ke mate afhankelijk is van de inlooptijd. Een koude motor altijd eerst enkele minuten
laten warmdraaien en niet direct het volledige vermogen vragen.
Tijdens de eerste 20 bedrijfsuren (inlooptijd), de motor niet tot de grens van de
capaciteit belasten.
Let op!:
De motor is vanwege het transport
niet volledig gevuld met olie!
Voor het voor het eerst in gebruik nemen van
de motor motorolie bijvullen, niet vullen bo-
ven max.!
Motorgebruikshandleiding
Deze motor draait probleemloos op in de handel
verkrijgbare loodvrije nor
male en superbenzi-
ne (ook E10) evenals Super plus.
Bij de benzine geen olie bijmengen.
Gebruik uitsluitend verse, schone brandstof (niet
ouder dan 3 maanden). Alleen goedgekeurde, in
de vakhandel verkrijgbare, jerrycans gebruiken.
Verroeste plaatstaal-jerr
ycans of niet brandstof-
bestendige kunststofreservoirs zijn niet toege-
staan.
Let altijd op een
goede verzorging van
de filters en op schone brandstof. Gebruik
uitsluitend merkbenzine.
Bij de omgang met brandstof zeer zorgvuldig
te werk gaan.
Benzine is licht ontvlambaar een onder be-
paalde omstandigheden explosief!
Brandstof niet bijvullen in gesloten ruimten.
Bijtanken alleen bij uitgeschakelde en afge-
koelde motor.
4
In gebruik nemen en bediening
Eenassige tractor agria 3600
41
Nooit brandstof bijvullen in de buurt van
open vuur, mogelijk ontstekende vonken of
hete motoronderdelen.
Bij het tanken niet roken!
Mors niet met brandstof, gebruik een ge-
schikte vulhulp.
De brandstoftank niet vullen tot hij overloopt,
maar laat ca. 5 mm vrije ruimte, zodat de brand-
stof kan uitzetten.
Als er toch
brandstof is gemorst, moet de ma-
chine weggeduwd worden voordat er wordt
gestart.
4
In gebruik nemen en bediening
42
Eenassige tractor agria 3600
Voor het starten van de motor
Motor op vrijkomende olie en brandstof
controleren (slangen, schroefverb
indingen),
indien nodig onderdelen vervangen.
Functie van de motor-stop-schakeling
Functie van de motor-stop-
schakeling (B/4)
voor iedere rit controleren, omdat een be-
schadigde motor-stop-
schakeling niet on-
middellijk te zien is.
Een beschadigde kabel of schakelaar kan tot
buiten werking stellen van de motor-stop
-
schakeling leiden.
Daarom de motor-stop-
schakelaar op be-
schadigingen aan het schakelhuis of in de
kabelstreng controleren.
Beschadigde onderdelen onmiddellijk ver-
vangen. Machine alleen in bedrrijf stellen als
de motor-stop-schakelaar werkt!
Bowdenkabel voor de veiligheidsfunctie
Bowdenkabel voor de veiligheidsfunctie
op beschadigingen controleren. Beschadigde
bowdenkabel onmiddellijk vervangen!
(Afb.: Tweewielige stand)
4
In gebruik nemen en bediening
Eenassige tractor agria 3600
43
Voldoende brandstof in de jerrycans?
Luchtfilter schoon?
Motorgebruikshandleiding
Motoroliepeil controleren
Motorgebruikshandleiding
of pagina 54
Transmissieoliepeil controleren
zie pagina 58
Alle bouten en moeren controleren op stevige
montage
De machine alleen in gebruik nemen als
alle beschermingsinrichtingen zijn aange-
bracht, goed werken en in de beschermende
stand staan.
De beschermvoorzieningen moeten voor de
inbedrijf
stelling van de machine op volledig-
heid en functionaliteit gecontroleerd worden.
Bijv. moet de klep van de kap van de hak-
en
freesvoorziening vrij kunnen bewegen.
Wees voorzichtig met hete motoronderdelen!
De uitlaatpot en andere motoronderdelen wor-
den zeer heet als de motor draait en direct na
het uitzetten. Houd voldoende afstand tot hete
oppe
rvlakken en houd kinderen uit de buurt van
de draaiende motor.
Bij een draaiende benzinemotor de
bou-
giekabel en de bougiedop niet aanraken of
lostrekken.
4
In gebruik nemen en bediening
44
Eenassige tractor agria 3600
Gevarenzone
Neem de gebruikshandleiding van de aan-
bouwapparatuur en de veiligheidsinstructies
in acht.
De aanwezighei
d binnen de gevarenzone van
de machine tijdens het starten en gebruik is
verboden.
Merkt de bediener, dat personen of dieren aan-
wezig zijn binnen de gevarenzone, moet de
machine onmiddellijk worden uitgeschakeld en
mag niet opnieuw worden gestart, tot deze
zone
vrij is.
De gebruiker is verantwoordelijk voor iedereen
die zich binnen de werkzone (het gehele te be-
werken oppervlak) bevindt.
De gevarenzone is verschillend afhankelijk van
het aanbouwapparaat (A) (voor werk-
en trans-
portritten):
V H S
Hak- en freesvoor-
ziening
1 m 1 m 1 m
Maaibalk 2 m 1 m
Sikkelmaaier *25 m *25 m
Klepelmulcher *20 m 3 m
Safety mulcher *10 m 2 m
Bandhark 2 m 2 m
Balenpers 3 m 2 m
Veegmachine 3 m 3 m
Sneeuwploeg 2 m 1 m
Sneeuwblazer *25 m *25 m
Slingerstrooier 3 m 3 m
Draaiploeg 1 m 1 m
Aanaardlichaam 1 m 1 m
Wildloofborstel 3 m 3 m
Transportrit bij * echter slechts 3 m
4
In gebruik nemen en bediening
Eenassige tractor agria 3600
45
Starten van de benzinemotor
De motor nooit starten of laten draaien in
een ongeventileerde of gesloten ruimte.
Zorg altijd voor goede ventilatie
en het snel
afvoeren van de uitlaatgassen. De uitlaatgas-
sen bevatten koolmonoxide, dat zeer giftig is
bij het inademen.
Bougiestekker aanbrengen
1. Brandstofkraan (C/13) openen
2. koude motor: Choke-
bediening (C/5) op
"Choke" zetten - als de motor is warmge-
draaid, choke terugzetten
bedrijfswarme motor:
Choke op normale
bedrijfsstand laten staan
3.
Schakeling versnelling en kractafnemer op
("O") zetten
4. Motor-stop-schakelaar (B/4) op ("ON") zetten
5.
Toerentalregelingshendel (B/3) op ca. 1/3
gas zetten
6. Motor buiten de gevarenzone starten:
Aan de starterhandgreep (C/7) door stevig
en snel
uittrekken van de starterkabel de
motor starten. Handgreep na het terugbewe-
gen niet terug laten springen.
7.
Als de motor draait, het motortoerental op
min. zetten en een poosje warm laten draai-
en. Choke-bediening langzaam
terugdraaien
naar de bedrijfsstand (indien bediend).
4
In gebruik nemen en bediening
46
Eenassige tractor agria 3600
Afzetten van de benzinemotor
Schakeling versnelling en kractafnemer op ("O
")
zetten
Toerentalregelhendel (B/3) op stationair zetten en
de motor ca. 30 seconden stationair laten draaien
Motor-stop-schakelaar (B/4) op ("OFF") zetten
Brandstofkraan (C/13) sluiten
Machine tegen onbevoegd gebruik en wegrol-
len beveiligen.
• Bougiestekker lostrekken
•
Wielkeggen plaatsen
In gevaarlijke situaties de motor-stop
-
schakelaar op "OFF
" zetten om de motor uit te
schakelen.
Bij een langer stilzetten de motor niet met
de motor-stop-
schakelaar uitschakelen, maar de
brandstofkraan/-
kranen sluiten en de motor laten
draaien tot hij vanzelf afslaat. Daa
rmee is de
carburateur leeg en er kan geen verharsing
optreden.
4
In gebruik nemen en bediening
Eenassige tractor agria 3600
47
Werken
Functie van de veiligheidsschakeling controleren, zie pagina 60,
- stel de machine alleen in bedrijf als de veiligheidsschakeling werkt!
Motor starten als beschreven in „Motor starten“,
zie pagina 45
Gehoorbescherming en veiligheidsschoenen
dragen
Veiligheidshendel (B/1) omlaag drukken
Koppeligshandhendel (B/5) aantrekken en vast-
houden
Afhankelijk van de werkaamheid de versnelling
inschakelen
Krachtafnemer inschakelen
Koppeling langzaam op laten komen en tegelijk
gas geven
4
In gebruik nemen en bediening
48
Eenassige tractor agria 3600
Verwisseling van rijrichting van vooruit naar
achteruit
Motor draait stationair
Koppeligshandhendel (B/5) aantrekken en vast-
houden
Op „R1“ of „R2“ zetten
Koppeling langzaam op laten komen en tegelijk
gas geven
Let vooral bij het achteruitrijden en bij
het manoeuvreren op obstakels zodat u daar-
door niet wordt verrast.
Bij transportritten of ritten naar naburige
werkoppervlakken altijd de werkgereed-
schappen uitschakelen!
Wees voorzichtig met hete motoronderdelen!
De uitlaatpot en andere motoronderdelen wor-
den zeer heet als de motor draait en direct na
het uitzette
n. Houd voldoende afstand tot hete
oppervlakken en houd kinderen uit de buurt van
de draaiende motor.
4
In gebruik nemen en bediening
Eenassige tractor agria 3600
49
De machine nooit onbewaakt laten, zo-
lang de motor draait.
Als er tijdens de werkzaamheden een reiniging
uitgevoerd moet worden, moet de motor om vei-
ligheidsredenen uitgezet en de bougiestekker(s)
losgenomen worden.
Werkzaamheden op hellingen
Neem de gebruikshandleiding van de aan-
bouwapparatuur en de veiligheidsinstructies
in acht.
Hellingsgeschiktheid
±
max.
= 20° (37%), zie pagina 21
Afhankelijk van de hoedanigheid van de
ondergrond (begroeiing, vochtigheid, ...),
moet geschikt scho
eisel worden gedragen,
zodat de bediener niet valt of uitglijdt.
4
In gebruik nemen en bediening
50
Eenassige tractor agria 3600
Als er op hellend terrein gevaar
is voor wegglij-
den, moet de machine door een tweede persoon
met een stang of een kabel worden vastgehou-
den. De tweede persoon moet zich boven de
machine met voldoende afstand t.o.v. de geva-
renzone bevinden.
Werk indien mogelijk in zichtlijnen dwars t.o.v.
de helling. Keer indien mogelijk in opwaartse
richting aan de helling.
Motor starten aan hellingen
Als om de een of andere reden de motor tijdens
de werkzaamheden afslaat en opnieuw moet
worden gestart, moet er als volgt te werk worden
gegaan:
• Krachta
fnemer en rijaandrijving ingescha-
keld laten; remwerking
• Veiligheidsschakeling op "stopstand" zetten
• Motor opnieuw starten
4
In gebruik nemen en bediening
Eenassige tractor agria 3600
51
Werken met de aanbouwfrees
Werk met de aangebouwde hak-
en freesvoorziening altijd dwars t.o.v.
een helling, nooit bergop of bergaf,
omdat de machine door een plotse-
linge duw van de aangebouwde frees
over de kop kan slaan of de aange-
bouwde frees bergaf weggeschoven
kan worden.
Bij het hakken en frezen op moeilijke
gronden (stenen, harde grond enz.) kan
een plotselinge beweging van de machi-
ne naar voren of naar achteren optre-
den; ga daarom bijzonder voorzichtig te
werk.
Let vooral bij het achteruitrijden
en bij het manoeuvreren op obstakels
zodat u daardoor niet wordt verrast.
Aanwijzingen voor het maai-
en/mulchen
Werk voor het maaien/mulchen tegen de
helling op om de kopakker vrij te snijden.
Werk nooit van de helling af,
omdat de machine kan gaan glijden.
Probeer niet om een glijdende machine
vast te houden. De machine is te zwaar
om vastgehouden te kunnen worden.
Stuur met stuurbewegingen de machine
indien mogelijk dwars t.o.v. de helling.
Laat de veiligheidshendel los zodat de
veiligheidsvoorziening wordt geacti-
veerd.
Keer alleen bergop!
Na afloop van de maaiwerkzaamhe-
den of bij verstoppingen:
• Rijaandrijving omschakelen naar
stationair draaien. Hierbij blijft de
machine stilstaan, de messen be-
wegen echter verder; daardoor
wordt het maaisysteem vrij van ge-
maaid product.
• Krachtafnemeraandrijving uitscha-
kelen
• Motor afzetten
• Messenbeschermrail aanbrengen
Machine op hellingen neerzetten
Als aan hellingen de schakeling
van versnelling en krachtafnemer op "O"
worden gezet, rolt de machine bergaf.
Plaats de machine daarom altijd dwars
of laat de schakeling van versnelling en
krachtafnemer ingeschakeld.
Bij een uitgeschakeld aanbouwap-
paraat en een onbedoelde stationaire
schakeling rolt de machine de helling af
en wordt steeds sneller!
Bij uitv. 3600 (3+2) kan de machine door
gelijktijdige bediening van de stuurrem-
handhendel afgeremd en dwars t.o.v. de
helling gestuurd worden.
Noodzakelijke werkzaamheden de hel-
ling af diagonaal kruisgewijs uitvoeren.
4
In gebruik nemen en bediening
52
Eenassige tractor agria 3600
Veiligheidsaanwijzingen voor de hantering
• Laat de motor niet in gesloten ruim-
tes draaien waarin gevaarlijk kool-
monoxide samen kan komen.
• Draag tijdens de werkzaamheden
altijd veiligheidsschroenen en een
lange broek. Gebruik de machine
niet met blote voeten of met sanda-
len.
• Controleer het hele terrein waarop
de machine wordt gebruikt, en ver-
wijder alle voorwerpen die door de
machine uitgeworpen kunnen wor-
den.
• Werk alleen bij daglicht of bij een
goede verlichting.
• Let altijd op een veilige stand aan
hellingen.
• Gebruik het apparaat alleen met
een lage snelheid.
• Werk dwars t.o.v. de helling, nooit
tegen de helling op of van de helling
af.
• Wees bijzonder voorzichtig als aan
de helling de rijrichting wordt veran-
derd.
• Werk niet aan zeer steile hellingen.
• Wees bijzonder voorzichtig als de
machine wordt gekeerd of naar zich
toe getrokken wordt.
• Bij het hakken en frezen op moeilij-
ke gronden (stenen, harde grond
enz.) kan een plotselinge beweging
van de machine naar voren of naar
achteren optreden; ga daarom bij-
zonder voorzichtig te werk.
• Bij transportritten of ritten naar na-
burige werkoppervlakken altijd de
werkgereedschappen uitschakelen!
• Wijzig de basisinstelling van de
motor niet en maak geen te hoge
toerentallen.
• Start de motor voorzichtig aan de
hand van de aanwijzingen van de
fabrikant en let op voldoende af-
stand t.o.v. voeten en gereedschap-
pen.
• Breng nooit handen of voeten aan of
onder draaiende delen.
• Til of draag de machine nooit met
een draaiende motor.
• De motor moet afgezet worden: - als
u weggaat van de machine; - voor-
dat er bijgetankt wordt.
• Brandstofkraan/-kranen (indien
aanwezig) na het werken sluiten.
• Berg de machine nooit met benzine
in de tank in een gebouw op waarin
mogelijk benzinedampen met open
vuur of vonken in aanraking komen
of kunnen gaan ontsteken.
• Als de tank geleegd moet worden,
moet dit buiten worden gedaan.
• Laat de motor afkoelen, voordat de
machine in gesloten ruimten wordt
geplaatst.
• Vervang om veiligheidsredenen
versleten of beschadigde onderde-
len.
5
Onderhoud en reparaties
Eenassige tractor agria 3600
53
5 Onderhoud en reparaties
Naast het opvolgen van de voor de
machine geldende bedieningsvoorschrif-
ten, is het net zo belangrijk de hier vol-
gende aanwijzingen voor verzorging en
onderhoud de nodige aandacht te ge-
ven.
Grotere onderhouds- en reparatiewerk-
zaamheden mogen alleen door ge-
schoold personeel, dat het onderhoud
en reparaties vakkundig kan uitvoeren,
worden uitgevoerd.
Kleinere onderhouds- en reparatiewerk-
zaamheden mag u alleen zelf uitvoeren,
als u beschikt over de betreffende ge-
reedschappen en opleiding voor machi-
nes en verbrandingsmotoren.
Gebruik alleen originele Agria-
reserveonderdelen.
Na afronding van de werkzaamheden
een functie- en veiligheidstest uitvoeren.
Smeermiddelen en corrosiewerende
middelen
Gebruik voor de motor en de versnel-
lingsbak de voorgeschreven smeermid-
delen (zie “Technische gegevens”).
Voor "open" smeerpunten of nip-
pelsmeerpunten adviseren wij om bio-
logische smeerolie resp. biologisch
smeervet te gebruiken (conform de
vermeldingen in de gebruikshandlei-
ding).
Voor conservering van machines en
apparaten raden we het gebruik van
biologische corrosiewerende olie aan
(niet gebruiken voor gelakte buitenbe-
kleding), dit kan met de kwast of met
een spuitapparaat worden opgebracht.
Biologische smeermiddelen en biolo-
gische beschermingsmiddelen zijn mili-
euvriendelijk omdat ze biologisch snel
afbreekbaar zijn.
Door het gebruik van biologische
smeermiddelen en biologische be-
schermingsmiddelen handelt u ecolo-
gisch verantwoord, beschermt u het
milieu en bevordert u de gezondheid van
mens, dier en planten.
Alle onderhouds- en reparatiewerk-
zaamheden alleen uitvoeren als de
motor is uitgeschakeld!
Mensen met een pacemaker
mogen de ontstekingsvoorziening
niet controleren en geen werkzaam-
heden aan de onstekingsvoorziening
uitvoeren.
Neem bij een benzinemotor boven-
dien de bougiestekker los!
5
Onderhoud en reparaties
54
Eenassige tractor agria 3600
Bij werkzaamheden aan de maai- en
freesgereedschappen veiligheids-
handschoenen dragen!
Bij werkzaamheden met olie, brand-
stof en vet, de betreffende veilig-
heidshandschoenen dragen, evt.
huidbeschermingsmiddel gebruiken.
Benzinemotor
Wees voorzichtig met hete motoronderdelen!
Motoroliepeil controleren
Telkens voor het in gebruik nemen en telkens
na 8 bedrijfsuren
•
alleen bij uitgezette en horizontaal staande
motor
• Olievulplug en de omgeving ervan reinigen.
•
Olievulplug losdraaien, oliepeilstok met een
schone doek afvegen en weer inschuiven
(niet indraaien), oliepeilstok uitnemen en
oliepeil aflezen.
•
Als het oliepeil onder het onderste vulpeil
"min." is gedaald, motorolie (zie “Technische
gegevens”) tot aan de rand van de olievul-
plug "max." bijvullen.
5
Onderhoud en reparaties
Eenassige tractor agria 3600
55
Motorolie verversen
Voor het eerst na 20
bedrijfsuren, dan telkens
na 100 bedrijfsuren of halfjaarlijks
(naargelang
hetgeen het eerst is bereikt), zolang de motor
nog warm, echter niet meer heet is -
verbran-
dingsgevaar!
•
Olievulplug of oliepeilstok, olieaflaattap en
de omgeving ervan reinigen.
•
Olievulplug en olieaflaattap openen, afge-
werkte olie in een geschikte bak opvangen
of de afgewerkte olie met een zuigpomp uit
de vulopening afzuigen.
• Afge
werkte olie volgens de voorschriften
afvoeren.
Afdichtringen controleren, indien nodig
vervangen; olieaflaattap aandraaien!
Oliehoeveelheid en kwaliteit zie "Technische
gegevens".
•
Olie indien mogelijk met een trechter of iets
soortgelijks bijvullen.
5
Onderhoud en reparaties
56
Eenassige tractor agria 3600
Luchtfilter, type oliebad
Voor iedere inbedrijfstelling luchtfilter (C/1) op
vervuiling controleren, indien nodig reinigen.
Uiterlijk om de 3 maanden of 50
bedrijfsuren,
onder zeer stoffige omstandig
heden na een paar
uur:
1.
De vleugelmoer (1) losdraaien, luchtfilter-
deksel (2) en afdekking afnemen.
2.
Het luchtfilterelement (3) van het deksel (2)
afnemen.
Deksel en filterelement in warm zeepsop
uitwassen, uitspoelen en goed laten drogen.
Of in een niet-on
tvlambaar oplosmiddel rei-
nigen en vervolgens laten drogen.
3.
Het filterelement (3) in schone motorolie
dompelen, vervolgens alle overtollige olie
uitdrukken.
Als er te veel olie in het filterelement achter-
blijft gaat de motor roken.
4. De afgewerkte olie van he
t luchtfilterhuis (4)
aflaten, samengekomen vuil met niet
-
ontvlambaar oplosmiddel uitwassen, vervol-
gens het huis afdrogen.
5.
Dezelfde olie als ook voor de motor aanbe-
volen wordt (zie pagina 21tot aan de OIL
-
LEVEL-
markering in het luchtfilterhuis
doen).
Olievulhoeveelheid: 60 cm
3
6.
Het luchtfilter in elkaar bouden en de vleu-
gelmoer aandraaien.
Brandstofslangen
Telkens na 2 jaar
vervangen, lekke brandstof-
slangen onmiddellijk vervangen.
Luchtkoelsysteem
Na langer gebruik kan het koelsysteem verstopt
raken door stof en plantenresten.
Bij continue
werking met een verstopt koelsysteem wordt de
motor te heet en kan beschadigd raken.
Spuit de motor niet met water af, maar gebruik
een borstel of perslucht.
• Ventilatorrooster
(C/8) voortdurend contro-
leren en van aangezogen vuil en planten-
restanten reinigen.
5
Onderhoud en reparaties
Eenassige tractor agria 3600
57
• Ventilatorhuis telkens na 100
bedrijfsuren
of ten minste 1 keer per jaar, het
beste
voor het seizoen afvegen en de koellamellen
aan cilinder en cilinderkop alsmede de voor
de luchtcirculatie noodzakelijke geleidepla-
ten en het ventilatorwiel reinigen.
- agria-Service -
Uitlaat en toerentalregelaar
Uitlaatsysteem (C/9), regelhendels-, -
stangen en
de veren van de regelaar doorlopend controleren
op vervuilingen en plantenresten en
indien nodig
reinigen met borstel of perslucht. Brandgevaar
-
bij vervuild uitlaatsysteem!
Elke keer voor het in gebruik nemen controleren.
Beschadigde uitlaat-onderdelen vervangen.
Wees voorzichtig met hete motoronderdelen!
Stationair motortoerental
Zorg altijd dat het stationair toerental van de motor correct is ingesteld. De motor
moet bij een laag toerental soepel verder draaien als de regelhendel voor het toe-
rental op stationair staat.
- agria-Service -
Alle overige onderhoud en verzorging van de motor Motorge-
bruikshandleiding
5
Onderhoud en reparaties
58
Eenassige tractor agria 3600
Machine
Rijaandrijving
Versnellingsbakoliepeil controleren
Versnellingsbakoliepeil
voor iedere inbedrijf-
stelling en telkens na 50
bedrijfsuren controle-
ren, oliepeilstok en olievuopening A/15. Het
oliepeil bij een horizontaal staande machine
moet tussen de markeringen max. en min.
lig-
gen.
•
Oliepeilstok uitdraaien, met een schone
doek afvegen en weer indraaien.
•
Oliepeilstok weer uitdraaien en oliepeil afle-
zen, indien nodig transmissieolie bijvullen.
Voor het begin van het
onderhoud moet de versnel-
lingsbak afkoelen. De tempera-
tuur mag bij het onderhoud de
51° C niet overschrijden.
Versnellingsbakolie verversen
Verversing van de versnellingsbakolie na de
eerste 50 en dan telkens na 300 bedr
ijfsuren in
bedrijfswarme hoedanigheid uitvoeren.
• Olievulplug (A/15) en -
aflaattap (A/19) en de
omgeving ervan reinigen zodat er geen vuil
in de versnellingsbak terechtkomt.
•
Aflaattap openen, afgewerkte olie in een
geschikte bak opvangen en volgens de
voorschriften wegdoen.
• Aflaattap reinigen.
•
Afdichtringen controleren, indien nodig ver-
vangen.
•
Aflaattap met afdichtring indraaien en aan-
draaien.
•
Verse versneliingsbakolie tot aan de vul-
peilmarkering "max." bijvullen.
• Oliehoeveelheid en oliekwaliteit zie "Tec
hni-
sche gegevens".
• Vulplug met de sluitdop/peilstok sluiten.
5
Onderhoud en reparaties
Eenassige tractor agria 3600
59
Aandrijfwielen
• Bij de eerste inbedrijfstelling en bij
iedere
wielvervanging
de wielbouten resp. wiel-
moeren na de eerste 2
bedrijfsuren en dan
om de 25 bedrijfsuren met 50 Nm
aandraai-
en of controleren, anders altijd bij service-
werkzaamheden.
•
De bandenspanning van de banden vaker
controleren; let er vooral op dat de banden-
spanning in beide banden telkens gelijk is
om een moeiteloo
s rijden mogelijk te maken
-
niet boven de max. bandenspanning vul-
len!
De max. bandenspanning kan aan de wand
van de band afgelezen worden.
Bij een te hoge bandenspanning is
er ontploffingsgevaar.
Reparatiewerkzaamheden aan de banden en
bandenvervanging mogen alleen door deskundig
personeel en met geschikt montagegereedschap
worden uitgevoerd.
Apparaataansluiting
Telkens na 50
bedrijfsuren resp. na iedere reini-
ging de smeernip
pels met biologisch smeervet
smeren.
Het uiteinde van de krachtafnemer bovendien
voor iedere montage met vet insmeren.
Stuurdrager
Telkens jaarlijks
resp. na iedere reiniging met
een hogedrukreiniger de smeernippels met bio-
logisch smeervet smeren.
Op het vetpunt moet er een vetkraag aanwezig
zijn die het lagerpunt tegen het binnendringen
van vuil en water beschermt.
5
Onderhoud en reparaties
60
Eenassige tractor agria 3600
Rem
Remsysteem en rembediening telkens na 200
bedrijfsuren of ten minste eens per jaar
op
soepelheid en functionaliteit controleren.
Bijstellen kan aan de stelbouten van de bowden-
kabels.
- agria-Service -
Koppelingsspeling
Speling "A" aan de koppelingshandhendel (B/5)
voor iedere inbedrijfstelling controleren, indien
nodig bijste
llen (vooral tijdens de indraaitijd na
de eerste inbedrijfstelling resp. na vervanging
van de koppeling).
• Contramoer losdraaien.
•
Bij een ingedrukte veiligheidshendel de
stelbout van de bowdenkabel
verstellen
tot speling A = 5 – 6 mm is bereikt.
•
Contramoer weer naar het handhendellager
vastdraaien.
Veiligheidsschakeling
De functie van de veiligheidsschakeling voor
ieder in gebruik nemen en bij iedere onder-
houdswerkzaamheid controleren.
• Bij het loslaten
van de veiligheidshendel
(B/1) moeten de rij-
en krachtafnemeraan-
drijvingen vanzelf tot stilstand komen (uit-
koppelen) en de blokkeerbeugel moet vast-
klikken.
•
Bij de bediening van de veiligheidshendel
(B/1) tot het aanslaag aan de handgreep
moet de koppeling
inkoppelen; de koppeling
mag niet slippen, indien nodig bowdenkabel
controleren en de instelling aan de stelbout
van de bowdenkabel uitvoeren.
• Contramoer losdraaien.
• Stelbout navenant verstellen.
•
Contramoer weer naar het handhendellager
vastdraaien.
- agria-Service -
5
Onderhoud en reparaties
Eenassige tractor agria 3600
61
Motor-stop-schakeling
Benzinemotor
De functie van de motor-stop-
schakeling voor
ieder in gebruik nemen en bij iedere onder-
houdswerkzaamheid controleren.
• Als de stopschakelaar op „OFF“-stand
staat,
moet de motor tot stilstand komen.
•
Elektrische leidingen en stekkerverbindingen
controleren, indien nodig vervangen.
- agria-Service -
Borden
Versleten en ontbrekende borden met bedienings- en veiligheidsinstructies moeten
worden vervangen.
5
Onderhoud en reparaties
62
Eenassige tractor agria 3600
Versleten en ontbrekende borden met bedienings- en veiligheidsinstructies moeten
worden vervangen.
5
Onderhoud en reparaties
Eenassige tractor agria 3600
63
Algemeen
Elke keer voor het in gebruik nemen letten op
brandstof-
en olielekkages, indien nodig de oor-
zaak verhelpen.
- agria-Service -
Bouten en moeren regelmatig controleren op
goed vastzitten, indien nodig natrekken.
Minimaal jaarlijks en na het reinigen:
Alle glijdende, resp. bewegende onderdelen
(bijv. toerentalregelingshendel, handhendellager
enz.) iets insmeren met biologisch smeervet
,
resp. biologische smeerolie.
Reiniging
Machine
Na elk gebruik direct grondig reinigen met water.
Elektrische leidingen en onderdelen niet bloot-
stellen aan een directe waterstraal.
Alle glijdende onderdelen daarna met biolo-
gische smeerolie inoliën, resp. invetten met
biologisch smeervet.
Na een reiniging met een hogedrukreiniger bo-
vendien de smee
rpunten aan de machine met-
een smeren en de machine even opstarten zo-
dat het binnengedrongen water uitgdrukt wordt.
Aan de lagerpunten moet er een vetkraag aan-
wezig zijn die de lagers tegen het binnendringen
van vuil, plantensappen en water beschermt.
Motor
De motor alleen met een doek reinigen. Niet
afspuiten met water, anders kan water in het
ontstekings-
en brandstofsysteem komen en tot
storingen leiden.
5
Onderhoud en reparaties
64
Eenassige tractor agria 3600
Opslag
Als de machine gedurende een langere periode niet wordt gebruikt:
(1) Reiniging uitvoeren, lak bijwerken.
(2) Alle blanke onderdelen alsmede maaibalken met biologisch anticorrosiemid-
del inspuiten.
(3) Motor conserveren.
Benzinemotor
• Brandstof buiten in een geschikte bak geheel aflaten.
Benzine is extreem ontvlambaar een onder bepaalde omstandighe-
den explosief. In het werkgedeelte niet roken en open vlammen en vonken
uit de buurt houden.
Of de brandstoftank voltanken en brandstofstabilisator (Agria-nr. 799 09) aan
de brandstof toevoegen
- Neem de gebruikshandleiding in acht! Motor ca. 1 minuut laten draaien.
• Motorolie verversen.
• In de bougieopening een teelepel (ca. 0,03 l) motorolie doen. Motor langzaam
doordraaien.
• Bougie weer monteren en de zuiger met omkeerstarter op compressie zetten
(langzaam aan de starterhandgreep trekken tot er een weerstand te voelen is);
daarmee zijn de kleppen gesloten.
• Om de 2-3 weken de motor langzaam doordraaien (bougiestekker afgenomen!)
en zuiger weer op compressie zetten.
(4) Aandrijfwielen
zo neerleggen dat de banden niet op de
grond staan; luchtbanden worden binnen
een korte tijd onbruikbaar als
ze zonder
lucht met belasting blijven staan.
(5) Machine beschermd neerzetten
Om sterke corrosievorming te voorkomen:
• tegen weersinvloeden beschermen
• niet neerzetten in
- vochtige ruimten
- kunstmestmagazijnen
- stallen en belendende ruimten.
(6) Machine afdekken
Machine met een doek of iets soortgelijks
afdekken.
6
Storingzoeken en verhelpen van storingen
Eenassige tractor agria 3600
65
6 Storingzoeken en verhelpen van storingen
Veiligheidsaanwijzingen opvolgen! Storingen aan de machine of aan de
motor, die een grotere ingreep noodzakelijk maken, altijd door uw agria-
vakwerkplaats laten verhelpen, zij beschikken over de noodzakelijke gereedschap-
pen. Een ondeskundige ingreep kan alleen schade veroorzaken.
Benzinemotor
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Pagina
Benzinemotor
start niet
Bougiedop niet opgestoken Bougiedop opsteken
Brandstofkraan gesloten Brandstofkraan openen 45, 75
Choke niet bediend Choke bedienen
(alleen bij koude start)
45
Motor-stop-schakelaar op "O" Motor-stop-schakelaar op "I"
zetten
45
Brandstoftank leeg of onge-
schikte brandstof
Brandstoftank met verse brand-
stof vullen
40
Brandstofleiding verstopt Brandstofleiding reinigen
- agria-Service -
Bougie defect Bougie reinigen, instellen of
vervangen
BM
Motor krijgt teveel brandstof
(verzopen)
Bougie reinigen, drogen en
starten met VOL GAS
BM
Motor-stop-leiding defect Leiding en stekkerverbindingen
controleren
- agria-Service -
Valse lucht door losse carbu-
rateur en aanzuigleiding
Bevestigingsbouten aanhalen
6
Storingzoeken en verhelpen van storingen
66
Eenassige tractor agria 3600
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Pagina
Benzinemotor
slaat over
Brandstofkraan gesloten Brandstofkraan openen 45, 75
Ontstekingskabel los Bougiestekker stevig op de
ontstekingskabel steken,
Ontstekingskabelbevestiging
vastklemmen
Bougiestekker stevig op de
bougie steken
Motor draait in het gedeelte
choke
Choke op werkingsstand zetten 45
Brandstofleiding verstopt of
ongeschikte brandstof
Brandstofleiding reinigen
- agria-Service -
Verse brandstof tanken
Ventilatie in de brandstof-
tankdop verstopt
Brandstoftankdop vervangen
Water of vuil in de brandstof-
installatie
Brandstof aftappen en schoon-
maken, verse brandstof tanken
Luchtfilter vervuild Luchtfilter reinigen of vervangen 56
Carburateur versteld Carburateur instellen
- agria-Service -
BM
Benzinemotor
wordt te heet
Te weinig motorolie Direct motorolie bijvullen 54
Koelluchtsysteem belemmerd Ventilatorrooster reinigen
Inwendige koellamellen reinigen
- agria-Service -
56
Luchtfilter vervuild Luchtfilter reinigen 56
Carburateur niet correct
ingesteld
Carburateur instellen
- agria-Service -
BM
Stotterende
motor bij hoge
toerentallen
Onstekingsafstand te klein Bougie instellen BM
Vrijloopmengsel niet correct
ingesteld
Carburateur instellen
- agria-Service -
BM
Benzinemotor
slaat bij vrijloop
vaak af
Onststekingsafstand te groot,
bougie defect
Bougie instellen of vervangen BM
Carburateur niet correct
ingesteld
Carburateur instellen
- agria-Service -
BM
Luchtfilter vervuild Luchtfilter reinigen 56
6
Storingzoeken en verhelpen van storingen
Eenassige tractor agria 3600
67
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Pagina
Benzinemotor
werkt onregelma-
tig
Regelstangen vervuild, klem Regelstangen reinigen BM
Motor schakelt bij
stopstand niet af
Motor-stop-kabel defect,
Ontbrekende massa
Leiding en stekkerverbinding
controleren
- agria-Service -
Massacontact controleren
- agria-Service -
Benzinemotor te
weinig vermogen
Cilinderkop los of pakking
beschadigd
Cilinderkop aanhalen, pakking
vernieuwen
- agria-Service -
Te weinig compressie Motor laten controleren
- agria-Service -
Luchtfilter vervuild Luchtfilter reinigen 56
Machine
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Pagina
Koppeling wordt
niet geactiveerd
Koppelingshandhendel niet
correct ingesteld
Koppelingsspeling instellen 60
Koppeling slipt Koppelingshandhendel niet
correct ingesteld
Koppelingsspeling instellen 60
Koppelingsschijf versleten Koppelingsschijf vervangen
- agria-Service -
Veiligheidsschakeling niet
correct ingesteld
Veiligheidsschakeling instellen 60
Overmatige
trillingen
Bevestigingsbouten los Bevestigingsbouten aandraaien 63
BM = zie aparte gebruikshandleiding van de motor
7
Buiten werking stellen / recycling
68
Eenassige tractor agria 3600
7 Buiten werking stellen / recycling
Wordt de machine niet langer gebruikt,
moet deze vakkundig buiten werking
worden gesteld.
Om letsel bij het buiten werking
stellen te voorkomen, moet de ma-
chine stabiel worden geparkeerd en
tegen omvallen en wegrollen worden
beveiligd.
Veiligheidshandschoenen dra-
gen.
Na het buiten werking stellen moet de
resterende brandstof, evenals de olievul-
lingen worden afgetapt en vakkundig en
milieuvriendelijk worden gerecycled.
De machine bestaat uit waardevol-
le grondstoffen, die door recycling kun-
nen worden hergebruikt.
Het apparaat inclusief de resterende
technische vloeistoffen voor recycling
overdragen aan een recyclingbedrijf.
Oude batterijen, oude accu's, elek-
trische en elektronische onderdelen
recyclen volgens de wettelijke regelin-
gen. Nooit weggooien bij het huishoude-
lijk afval.
Eenassige tractor agria 3600
69
Controle- en onderhoudsoverzicht
P
A
Altijd na
bedrijfsuren (h)
6
M
J
B
Pagina
2
8
20
50
100
300
Veiligheidsschakeling, functie
controleren
C 60
Motor-stop-schakeling, functie
controleren
C 61
Koppelingsspeling controleren C 60
Bandenspanning controleren C 18
Luchtfilter controleren C 56
Regelaarstang controleren resp.
reinigen
C 57
Ventilatorrooster reinigen C C 56
Omgeving van de uitlaat reinigen C C 57
Motoroliepeil controleren, indien
nodig bijvullen
1 C C 54
Versnellingsbakoliepeil controle-
ren
3 C C 58
Wielbouten resp.
-moeren aandraaien
C C 59
Motorolieverversing eerste keer,
daarna
2
W
W
W
55
Reiniging C 63
Bouten en moeren controleren C 63
Luchtfilterelement reinigen C C 56
Apparaataansluiting smeren 5 C B 59
Verversen van de versnellings-
bakolie voor het eerst
daarna
4 W
W
58
70
Eenassige tractor agria 3600
P
A
Altijd na
bedrijfsuren (h)
6
M
J
B
Pagina
2
8
20
50
100
300
Geleideplaten, koellamellen
reinigen, indien nodig vroeger!
W W 56
Bougie reinigen, elektrodeaf-
stand instellen
C BM
Bougie vervangen C BM
Carburateur reinigen en inrege-
len
F BM
Klepspeling instellen F F BM
Cilinderkop reinigen F BM
Luchtfilterelement vervangen C C BM
Stuurdrager smeren C C 59
Alle glijdende onderdelen sme-
ren
7 C C 63
Brandstofslangen vervangen
W
*
BM
A = elke keer voor het in gebruik nemen
B = na elke reiniging, vooral na met een hogedrukreiniger
BM = zie separate gebruikshandleiding van de motor
F = onderhoudswerkzaamheden moeten door uw agria-vakwerkplaats
uitgevoerd worden
J = minimaal jaarlijks
C = controle- en verzorgingswerkzaamheden door bediener
P = Positie in het smeerschema
R = naar behoefte
W = onderhoudswerkzaamheden uitvoerbaar door een vakkundige
werkplaats
* = na 2 jaar
6 = na 6 jaar
6 M = na 6 maanden
Eenassige tractor agria 3600
71
Elektrisch schakelschema benzinemotor
1 Motor-vliegwiel
2 Bobine-eenheid
3 Bougie
4 Motor-stop-schakelaar
sw = zwart
72
Eenassige tractor agria 3600
Smeerschema
A = voor iedere inbedrijfstelling
J = minimaal jaarlijks
B = na elke reiniging, vooral met een hogedrukreiniger
Eenassige tractor agria 3600
73
Lakken, slijtdelen
Agria-bestel-nr.
Brandstofstabilisator benzinemotor:
673 50 Brandstofstabilisator 250 ml
Lakken:
181 03 Spuitlak berkengroen Spuitbus 400 ml
712 98 Spuitlak rood, RAL 2002 Spuitbus 400 ml
509 68 Spuitlak zwart, RAL 9005 Spuitbus 400 ml
Bandenpechbescherming:
713 13 Banden afdichtgel Terra-S Fles 1 liter
Slijtdelen:
Machine
692 56 Kunststof beschermkap voor apparaattap ø47 mm
Motor Honda
405 266 Filterelement, oliebad
759 99 Bougie Bosch WR7DC
Reserveonderdeellijsten:
997 075 Eenassige tractor 3600
997 145 Honda motor
74
Eenassige tractor agria 3600
Conformiteitsverklaring
agria 3600
75
Aanduiding van de onderdelen Afb. C
Benzinemotor
1 Luchtfilter
2 Carburateur
3 Brandstoftankdop
4 Brandstoftank
5 Chokehendel
6 Motortype nr.
7 Starterhandgreep
8 Ventilatorrooster
9 Uitlaat met aanrakbescherming
10 Bougie/bougiedop
11 Oliepeilstok
12 Motorolie-aflaatplug
13 Brandstofkraan
Agria-Werke GmbH
Bittelbronner Straße 42
D-74219 Möckmühl
Tel.: +49 6298 39-0
Fax: +49 6298 39-111
E-mail: info@agria.de
Internet: www.agria.de
Uw
agria-vakhandelaar dicht bij u in de buurt:
-
1
-
2
-
3
-
4
-
5
-
6
-
7
-
8
-
9
-
10
-
11
-
12
-
13
-
14
-
15
-
16
-
17
-
18
-
19
-
20
-
21
-
22
-
23
-
24
-
25
-
26
-
27
-
28
-
29
-
30
-
31
-
32
-
33
-
34
-
35
-
36
-
37
-
38
-
39
-
40
-
41
-
42
-
43
-
44
-
45
-
46
-
47
-
48
-
49
-
50
-
51
-
52
-
53
-
54
-
55
-
56
-
57
-
58
-
59
-
60
-
61
-
62
-
63
-
64
-
65
-
66
-
67
-
68
-
69
-
70
-
71
-
72
-
73
-
74
-
75
-
76
