Beta 1498CM/12 Handleiding

Type
Handleiding
38
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
GEBRUIKSHANDLEIDING VOOR MINI STARTBOOSTERS VOOR MOTORFIETSEN GEPRODUCEERD DOOR:
BETA UTENSILI S.P.A. Via A. Volta 18, 20845, Sovico (MB) ITALIË
Oorspronkelijk in de ITALIAANSE taal geschreven documentatie.
Bewaar de veiligheidsinstructies zorgvuldig en geef ze aan het personeel dat de nietmachine gebruikt.
GEBRUIKSDOEL
De mini startbooster is bestemd voor het volgende gebruik:
• Het starten van motoretsen met een 12V accu.
De volgende handelingen zijn niet toegestaan:
• Het is verboden Het toestel op andere accu’s dan 12V accu’s te gebruiken.
• Het is verboden de startbooster te gebruiken voor toepassingen die niet binnen de technische speci-
caties vallen die in de tabel TECHNISCHE GEGEVENS staan.
• Het is verboden de startbooster in vochtige, natte omgevingen te gebruiken of in omgevingen die aan
weer en wind zijn blootgesteld.
• Het is verboden de startbooster voor iets anders te gebruiken dan voor de toepassingen die hier
worden beschreven.
VEILIGHEID VAN DE WERKPLEK
Gebruik de startbooster niet in omgevingen met mogelijk explosieve atmosferen of brandbare
materialen, omdat er vonken kunnen ontstaan, waardoor stof of damp in brand kunnen vliegen.
Voorkom dat kinderen of bezoekers in de buurt van de werkplek kunnen komen terwijl met de
startbooster wordt gewerkt. De aanwezigheid van andere personen leidt af waardoor men de controle
over het pneumatische gereedschap kan verliezen.
Inhaleer tijdens de startwerkzaamheden van de motor, de van de accu van het voertuig afkomstige
vrijgekomen schadelijke gassen niet.
Wend bij de aansluitingswerkzaamheden het gezicht van de accu van het voertuig. IIn de accu
zitten bijtende stoffen. Indien die per ongeluk in aanraking komen met de huid of de ogen moeten
deze onmiddellijk met water worden afgespoeld en moet een arts worden geraadpleegd.
Sluit de uitgangskabel met de rode klem (+) altijd op de positieve pool van de accu en de uitgangska
bel met de zwarte klem (-) op de massa van het voertuig aan.
Zorg ervoor dat de positieve en de negatieve pool van het toestel nooit met elkaar in aanraking
komen (bijvoorbeeld door metalen verbindingen).
Laat geen metalen gereedschap op de accu van het voertuig vallen. Er kan hierdoor kortsluiting in
de accu zelf ontstaan.
Gebruik de startbooster in een droge omgeving en vermijd vocht.
BELANGRIJK: LEES DEZE HANDLEIDING HELEMAAL DOOR ALVORENS
HET TOESTEL TE GEBRUIKEN. INDIEN DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIF-
TEN EN DE AANWIJZINGEN NIET IN ACHT WORDEN GENOMEN, KUN-
NEN ZICH ERNSTIGE ONGEVALLEN VOORDOEN.
LET OP
MINI STARTBOOSTER VOOR MOTORFIETSEN ART. 1498CM/12
39
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
VEILIGHEID MINI STARTBOOSTER
• Controleer voor het gebruik of de startbooster niet beschadigd is, of hij geen kale kabels heeft en er
geen versleten delen zijn.
Gebruik het toestel niet als het beschadigd is, omdat er dan gevaar voor elektrische schokken bestaat.
Probeer niet om het te openen of er wijzigingen aan aan te brengen
• Laad het toestel meteen na aankoop en na ieder gebruik gedurende minstens 5 uur op.
• Om de interne accu in perfecte staat te houden, laadt u de startbooster om de twee maanden 5 uur
op. Door de startbooster te lang leeg te laten, wordt de interne accu minder efciënt en doet het
minder goed.
• Knoei niet met het elektronische circuit van de startbooster.
• Sluit de oplader van de startbooster op het elektriciteitsnet aan en verzeker u ervan dat de
netspanning overeenkomt met de netspanning die op het stroomvoorzieningsmechanisme staat. (Zie
de tabel met TECHNISCHE GEGEVENS)
• Dek de het toestel tijdens het gebruik op geen enkele wijze af. Garandeer een geschikte ruimte voor
de ventilatie
• Laat het toestel nadat het is opgeladen niet gedurende lange tijd aan de oplader gekoppeld.
• Gebruik het toestel niet in een vochtige, natte omgeving. Stel het niet bloot aan regen. Een vochtige
en vuile omgeving verhoogt het gevaar voor elektrische schokken.
AANWIJZINGEN VOOR DE VEILIGHEID VAN HET PERSONEEL
• We drukken u op het hart uw aandacht er altijd maximaal bij te houden en u op uw eigen handelingen te
concentreren. Gebruik het toestel niet als u moe, of onder invloed van drugs, alcohol of medicijnen bent.
• Gebruik altijd de volgende persoonlijke beschermingsmiddelen:
• veiligheidsschoenen;
• een beschermende bril;
• beschermende handschoenen voor fysische agentia.
• Verricht alle voorgeschreven werkzaamheden in goed geventileerde en droge ruimtes.
Zorg dat de twee klemmen onderling geen contact maken (rood (+) positief; zwart (-) negatief).
• Controleer of de kabels van de startbooster zich uit de buurt van ventilatoren, bewegende delen en
de brandstoeiding bevinden.
Draag geen wijde kleding, armbanden, kettingen of metalen voorwerpen wanneer u aan het voertuig werkt.
• Voordat u de startbooster opbergt, verzekert u zich ervan dat hij zodanig is afgekoeld dat hij de
omgevingstemperatuur heeft.
40
INDIVIDUELE BESCHERMINGSMIDDELEN DIE NODIG ZIJN TIJDENS HET GEBRUIK VAN DE
MOBIELE STARTBOOSTER
TECHNISCHE GEGEVENS
GEBRUIK ALTIJD VEILIGHEIDSSCHOENEN
GEBRUIK ALTIJD EEN BESCHERMENDE BRIL
GEBRUIK ALTIJD BESCHERMENDE HANDSCHOENEN VOOR FYSISCHE AGENTIA TIJDENS HET GEBRUIK
VAN DE STARTBOOSTER
Niet inachtneming van de volgende waarschuwingen kan lichamelijk letsel en/of ziektes
veroorzaken.
Andere persoonlijke beschermingsmiddelen die moeten worden gebruikt, afhankelijk van
de waarden die zijn gevonden bij het onderzoek van de milieuhygiëne /risicoanalyse indien
de waarden de maximumwaarden overschrijden, die in de geldende voorschriften staan.
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
MOET WORDEN GEBRUIKT VOOR ACCU’S VAN
OPLADER STARTBOOSTER NOMINALE SPANNING
PIEKSTROOMSTERKTE
LENGTE VAN DE KABEL MET KLEMMEN
DOORSNEDE VAN DE KABEL MET KLEMMEN
BESCHERMING TEGEN VERWISSELING VAN DE POLEN
BESCHERMING TEGEN KORTSLUITING
OVERSPANNINGSBEVEILIGING
ZEKERING PLUG AANSTEKERDOOS
USB-POORT
GEBRUIKSTEMPERATUUR
AFMETINGEN MINI STARTBOOSTER
GEWICHT MINI STARTBOOSTER
12V
230V ~ 50/60Hz
400A
0.34 m
10AWG
250V – 2A
2,1A – 5V
-10°C +40°C
136x79x15 mm
0.22 kg
EEN ZORGVULDIG GEBRUIK VAN DE MINI STARTBOOSTER
• Steek geen voorwerpen in de gleuven of openingen in het oppervlak va n de startbooster.
Gebruik om de startbooster op te laden alleen de bijgeleverde oplader. Laad hem in een goed
geventileerde en droge ruimte op. Stel hem niet bloot aan regen of sneeuw.
• Gebruik de startbooster nooit wanneer de behuizing, de klemmen, de kabels of de startbooster
beschadigd zijn. Wanneer u ongebruikelijke geuren ruikt of het apparaat te warm wordt.
• Er mogen geen wijzigingen aan de startbooster worden aangebracht. Wijzigingen kunnen de
efciëntie van de veiligheidsmaatregelen verminderen en meer gevaren voor de gebruiker inhouden.
Laat de startbooster enkel en alleen door vakmensen met gebruik van originele reserveonderdelen repareren.
• Start geen accu's van het niet oplaadbare type. Start geen bevroren accu's. Gebruik de startbooster
niet voor andere doeleinden, bijv. om batterijen op te laden.
• Start geen accu’s met andere spanningen dan die in de tabel met TECHNISCHE GEGEVENS staan.
• Voordat u werkzaamheden begint te verrichten, doet u de lichten van het voertuig en alle eventueel
werkende accessoires uit.
• Controleer altijd of het voltage van de startbooster en de spanning van de installatie van het
voertuig overeenkomen. Eventuele overschrijding kan explosies, schade aan het voertuig, de
startbooster en personen veroorzaken.
• Gebruik een droge doek om de startbooster schoon te maken en koppel hem hiervoor altijd van het
elektriciteitsnet.
41
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
DE MINI STARTBOOSTER OPLADEN
Laad de startbooster meteen na aankoop en na ieder gebruik gedurende minstens 5 uur op. Als de
startbooster niet wordt gebruikt, laadt u hem om de twee maanden 5 uur op. Zo blijft de interne accu
(LiCo) perfect werken.
Verzeker u ervan dat er geen apparaat op de startbooster is aangesloten.
Controleer met behulp van de ON/OFF knop het laadniveau van de accu op de ladingsaanwijzer:
• 1e Led van de accu - helemaal leeg 0%
• 2e Led van de accu - ongeveer 25% geladen
• 3e Led van de accu - ongeveer 75% geladen
• 4e Led van de accu - ongeveer 100% geladen
DE MINI STARTBOOSTER MET HET VOEDINGSAPPARAAT OPLADEN
Sluit de oplader op het stopcontact van het 230V elektriciteitsnet aan.
Steek de stekker van de oplader in de laadbus aan de voorkant van de startbooster (“Laadbus”).
Gebruik alleen de bijgeleverde oplader.
Tijdens het opladen gaat één van de 4 leds knipperend branden. Na het opladen branden alle 4 de leds vast
en is het opladen goed verlopen.
De accu helemaal opladen duurt 5 uur.
Gebruik de startbooster niet terwijl hij wordt opgeladen.
Laat de startbooster nadat hij is opgeladen niet gedurende lange tijd aan het voedingsapparaat gekoppeld.
DE MINI STARTBOOSTER VIA DE AANSTEKERDOOS OPLADEN
Steek de stekker van de kabel met aanstekerdoos in de laadbus aan de voorkant
van de startbooster (“Laadbus”).
Start het voertuig en steek vervolgens de plug van de aanstekerdoos in de 12V aansluiting van
het voertuig.
Gebruik alleen de bijgeleverde oplader.
Tijdens het opladen gaat één van de 4 leds knipperend branden. Na het opladen branden alle 4 de
leds vast en is het opladen goed voltooid.
De accu helemaal opladen duurt 5 uur.
Gebruik de startbooster niet terwijl hij wordt opgeladen.
Laat de startbooster nadat hij is opgeladen niet gedurende lange tijd aan de aanstekerdoos van het
voertuig gekoppeld zitten.
OPMERKING: als de motor van het voertuig niet loopt koppelt u de startbooster altijd van de
aanstekerdoos.
DE MOBIELE STARTBOOSTER GEBRUIKEN - MOTORFIETSEN STARTEN
Verzeker u ervan dat de startbooster opgeladen is.
Controleer altijd de spanning van de accu van de motorets.
Als het voltage van de startbooster en de spanning van de elektrische installatie van de
motorets niet met elkaar overeenkomen, kan dat explosies, schade aan de motorets, de
startbooster en personen veroorzaken.
Zoek de pool die overeenstemt met de massa van de motorets. Over het algemeen is die op de
negatieve klem aangesloten.
Sluit de uitgangskabel met de rode klem (+) altijd op de positieve pool van de accu en de
uitgangskabel met de zwarte klem (-) op de massa van de motorets aan.
Verwissel de polen nooit. Als de polen worden verwisseld kan dat explosies, schade aan de
motorets, de startbooster en personen veroorzaken.
Controleer of de kabels van de startbooster zich uit de buurt van bewegende delen en de brandsto-
eiding bevinden.
Wacht tot de groene led gaat branden die zich op de kabel met de klemmen bevindt en start de
motorets binnen 40 seconden. Na die 40 seconden moet de startkabel worden gereset door één
van de twee klemmen los te koppelen en vervolgens weer aan te sluiten.
42
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
Als de motorets gestart is, koppelt u de uitgangskabel met zwarte klem (-) van de massa van de
motorets.
Koppel de uitgangskabel met rode klem van de positieve pool (+) van de accu.
Blijf het niet proberen als het niet lukt om de motorets bij de eerste pogingen te starten. Voordat u
opnieuw probeert te starten laat u de startbooster minstens 5 minuten rusten, om te voorkomen dat
hij beschadigd raakt.
Laad de startbooster altijd na elk gebruik op.
DE LEDZAKLAMP GEBRUIKEN
Druk de ON/OFF knop gedurende 3 seconden in: VAST LICHT
Druk de ON/OFF knop nog eens 2 seconden in: KNIPPERLICHT
Druk de ON/OFF knop nog eens 2 seconden in: SOS NOODVERLICHTING.
Om de ledzaklamp uit te zetten, houdt u de ON/OFF knop 3 seconden ingedrukt.
De vier functies zijn achtereenvolgens: VAST LICHT - KNIPPERLICHT - SOS - OFF.
DE STARTBOOSTER ALS BATTERIJLADER VOOR ELEKTRONISCHE APPARATEN GEBRUIKEN
De startbooster is in staat om verschillende soorten mobiele telefoons, smartphones, tablets, MP3/MP4-
spelers, navigatiesystemen en andere apparaten voorzien van 5V 1A/2,1A usb-laadbus op te laden.
Steek de usb-laadkabel in de startbooster.
Sluit het andere uiteinde van de kabel op het apparaat aan dat moet worden opgeladen.
Druk op de ON/OFF knop. Het branden van de led wil zeggen dat het apparaat wordt opgeladen.
Laad nooit twee apparaten tegelijk op. U loopt het gevaar dat ze onherstelbaar worden beschadigd.
Berg de startbooster na de werkzaamheden op een droge plek zonder vocht op. Om de buitenkant van
de behuizing te reinigen gebruikt u een droge doek.
DE ZEKERING VAN DE PLUG VAN DE AANSTEKERDOOS VERVANGEN
De zekering bevindt zich in de plug van de aanstekerdoos. Verzeker u ervan dat het kabeltje van de
startbooster is losgekoppeld.
Draai de ring die op de kop van de plug zit met de hand los, verwijder de beschadigde zekering en
vervang hem met een zekering met dezelfde technische kenmerken. Sluit de ring door hem met de
hand vast te zetten.
FOUTMELDINGEN
Een eventuele fout wordt weergegeven door middel van een visueel- en een geluidssignaal.
PROBLEMEN DEFECT OPLOSSING
Wanneer de startkabel wordt aange-
sloten is er een aanhoudend geluid
te horen.
Interne accu leeg. Ontkoppel de kabel en laad de
noodstarthulp op.
Na de startkabel op de accu van de
motorets te hebben aangesloten,
wordt de kabel niet ingeschakeld (de
leds knipperen).
De accu van de motorets heeft een
te lage spanning (lager dan 1,5V).
Gebruik andere startsystemen.
Na de startkabel op de accu van de
motorets te hebben aangesloten,
gaat de rode led met vast licht
branden en is er een intermitterend
geluid te horen.
De kabels op de accu zijn verwis-
seld.
Koppel de kabels van de accu en
sluit ze vervolgens op de goede
manier aan.
Na de startkabel op de accu van de
motorets te hebben aangesloten,
gaat de rode led met vast licht
branden en is er een aanhoudend
geluid te horen.
Er is sprake van kortsluiting. Koppel de kabels van de accu en
controleer de motorets om de
kortsluiting te verhelpen.
De startbooster laadt niet op met de
kabel van de aanstekerdoos en de
rode led is uit.
Zekering doorgebrand. Koppel de kabel van de startbooster
en vervang de zekering met een
zekering met dezelfde technische
kenmerken.
43
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
ONDERHOUD
Onderhoudswerkzaamheden en reparaties mogen uitsluitend door vakmensen worden verricht. Wend
u voor deze werkzaamheden tot het reparatiecentrum van Beta Utensili S.P.A.
AFDANKEN
Het symbool van de doorgestreepte vuilnisbak op het apparaat of op de verpakking geeft aan dat het product
op het einde van zijn levenscyclus afzonderlijk van het gemeentelijk afval moet worden afgedankt.
De gebruiker die dit instrument wenst af te danken, kan:
- Het bij een centrum voor afvalophaling voor elektrische en elektronische afval afgeven.
- Het terugbezorgen aan de eigen verkoper op het moment waarop een nieuw gelijkwaardig instrument
wordt gekocht.
- In geval van producten voor uitsluitend professioneel gebruik contact opnemen met de fabrikant, die
een goede afdankprocedure moet voorschrijven.
Door dit product op de goede manier af te danken, kunnen de grondstoffen ervan worden gerecycled,
en schade aan het milieu en de gezondheid worden voorkomen.
Illegaal afdanken van het product houdt een overtreding van de voorschriften betreffende het afdanken
van gevaarlijk afval in, waarvoor de voorziene sancties worden toegepast.
GARANTIE
Deze apparatuur is vervaardigd en getest in overeenstemming met de voorschriften die mo-
menteel van kracht zijn in de Europese Gemeenschap. Hij heeft 12 maanden garantie bij
professioneel gebruik of 24 maanden bij niet-professioneel gebruik. Storingen veroorzaakt
door materiaal- of fabrieksfouten worden naar ons goeddunken ofwel gerepareerd of de de-
fecte onderdelen worden vervangen. Eén of meerdere reparaties tijdens de garantieperiode wijzigt de
verloopdatum ervan niet. Defecten veroorzaakt door slijtage, een verkeerd of oneigenlijk gebruik, of
door vallen en/of stoten worden niet door de garantie gedekt. De garantie komt te vervallen wanneer
er wijzigingen worden aangebracht, wanneer er met het apparaat wordt geknoeid, wanneer de startbo-
oster gedemonteerd naar de assistentie wordt gestuurd. Schade toegebracht aan personen en / of
voorwerpen van welke aard en / of natuur, direct en / of indirect is uitdrukkelijk uitgesloten.
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING EU
We verklaren onder eigen verantwoordelijkheid dat het beschreven product voldoet aan alle relevante
bepalingen van de volgende richtlijnen:
• Richtlijn met betrekking tot de elektromagnetische compatibiliteit (E.M.C.) 2014/30/EU;
• Laagspanningsrichtlijn (L.V.D.) 2014/35/EU;
• Richtlijn betreffende de beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en
elektronische apparatuur (Ro.H.S.) 2011/65/EU;
Het technische dossier is verkrijgbaar bij:
BETA UTENSILI S.P.A.
Via A. Volta 18,
20845 Sovico (MB)
ITALIË
Data 02/05/2017

Documenttranscriptie

GEBRUIKSAANWIJZING MINI STARTBOOSTER VOOR MOTORFIETSEN NL ART. 1498CM/12 GEBRUIKSHANDLEIDING VOOR MINI STARTBOOSTERS VOOR MOTORFIETSEN GEPRODUCEERD DOOR: BETA UTENSILI S.P.A. Via A. Volta 18, 20845, Sovico (MB) ITALIË Oorspronkelijk in de ITALIAANSE taal geschreven documentatie. LET OP BELANGRIJK: LEES DEZE HANDLEIDING HELEMAAL DOOR ALVORENS HET TOESTEL TE GEBRUIKEN. INDIEN DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN EN DE AANWIJZINGEN NIET IN ACHT WORDEN GENOMEN, KUNNEN ZICH ERNSTIGE ONGEVALLEN VOORDOEN. Bewaar de veiligheidsinstructies zorgvuldig en geef ze aan het personeel dat de nietmachine gebruikt. GEBRUIKSDOEL De mini startbooster is bestemd voor het volgende gebruik: • Het starten van motorfietsen met een 12V accu. De volgende handelingen zijn niet toegestaan: • Het is verboden Het toestel op andere accu’s dan 12V accu’s te gebruiken. • Het is verboden de startbooster te gebruiken voor toepassingen die niet binnen de technische specificaties vallen die in de tabel TECHNISCHE GEGEVENS staan. • Het is verboden de startbooster in vochtige, natte omgevingen te gebruiken of in omgevingen die aan weer en wind zijn blootgesteld. • Het is verboden de startbooster voor iets anders te gebruiken dan voor de toepassingen die hier worden beschreven. VEILIGHEID VAN DE WERKPLEK Gebruik de startbooster niet in omgevingen met mogelijk explosieve atmosferen of brandbare materialen, omdat er vonken kunnen ontstaan, waardoor stof of damp in brand kunnen vliegen. Voorkom dat kinderen of bezoekers in de buurt van de werkplek kunnen komen terwijl met de startbooster wordt gewerkt. De aanwezigheid van andere personen leidt af waardoor men de controle over het pneumatische gereedschap kan verliezen. Inhaleer tijdens de startwerkzaamheden van de motor, de van de accu van het voertuig afkomstige vrijgekomen schadelijke gassen niet. Wend bij de aansluitingswerkzaamheden het gezicht van de accu van het voertuig. IIn de accu zitten bijtende stoffen. Indien die per ongeluk in aanraking komen met de huid of de ogen moeten deze onmiddellijk met water worden afgespoeld en moet een arts worden geraadpleegd. Sluit de uitgangskabel met de rode klem (+) altijd op de positieve pool van de accu en de uitgangska bel met de zwarte klem (-) op de massa van het voertuig aan. Zorg ervoor dat de positieve en de negatieve pool van het toestel nooit met elkaar in aanraking komen (bijvoorbeeld door metalen verbindingen). Laat geen metalen gereedschap op de accu van het voertuig vallen. Er kan hierdoor kortsluiting in de accu zelf ontstaan. Gebruik de startbooster in een droge omgeving en vermijd vocht. 38 GEBRUIKSAANWIJZING NL VEILIGHEID MINI STARTBOOSTER • Controleer voor het gebruik of de startbooster niet beschadigd is, of hij geen kale kabels heeft en er geen versleten delen zijn. • Gebruik het toestel niet als het beschadigd is, omdat er dan gevaar voor elektrische schokken bestaat. Probeer niet om het te openen of er wijzigingen aan aan te brengen • Laad het toestel meteen na aankoop en na ieder gebruik gedurende minstens 5 uur op. • Om de interne accu in perfecte staat te houden, laadt u de startbooster om de twee maanden 5 uur op. Door de startbooster te lang leeg te laten, wordt de interne accu minder efficiënt en doet het minder goed. • Knoei niet met het elektronische circuit van de startbooster. • Sluit de oplader van de startbooster op het elektriciteitsnet aan en verzeker u ervan dat de netspanning overeenkomt met de netspanning die op het stroomvoorzieningsmechanisme staat. (Zie de tabel met TECHNISCHE GEGEVENS) • Dek de het toestel tijdens het gebruik op geen enkele wijze af. Garandeer een geschikte ruimte voor de ventilatie • Laat het toestel nadat het is opgeladen niet gedurende lange tijd aan de oplader gekoppeld. • Gebruik het toestel niet in een vochtige, natte omgeving. Stel het niet bloot aan regen. Een vochtige en vuile omgeving verhoogt het gevaar voor elektrische schokken. AANWIJZINGEN VOOR DE VEILIGHEID VAN HET PERSONEEL • We drukken u op het hart uw aandacht er altijd maximaal bij te houden en u op uw eigen handelingen te concentreren. Gebruik het toestel niet als u moe, of onder invloed van drugs, alcohol of medicijnen bent. • Gebruik altijd de volgende persoonlijke beschermingsmiddelen: • veiligheidsschoenen; • een beschermende bril; • beschermende handschoenen voor fysische agentia. • Verricht alle voorgeschreven werkzaamheden in goed geventileerde en droge ruimtes. • Zorg dat de twee klemmen onderling geen contact maken (rood (+) positief; zwart (-) negatief). • Controleer of de kabels van de startbooster zich uit de buurt van ventilatoren, bewegende delen en de brandstofleiding bevinden. • Draag geen wijde kleding, armbanden, kettingen of metalen voorwerpen wanneer u aan het voertuig werkt. • Voordat u de startbooster opbergt, verzekert u zich ervan dat hij zodanig is afgekoeld dat hij de omgevingstemperatuur heeft. 39 NL GEBRUIKSAANWIJZING INDIVIDUELE BESCHERMINGSMIDDELEN DIE NODIG ZIJN TIJDENS HET GEBRUIK VAN DE MOBIELE STARTBOOSTER Niet inachtneming van de volgende waarschuwingen kan lichamelijk letsel en/of ziektes veroorzaken. GEBRUIK ALTIJD VEILIGHEIDSSCHOENEN GEBRUIK ALTIJD EEN BESCHERMENDE BRIL GEBRUIK ALTIJD BESCHERMENDE HANDSCHOENEN VOOR FYSISCHE AGENTIA TIJDENS HET GEBRUIK VAN DE STARTBOOSTER Andere persoonlijke beschermingsmiddelen die moeten worden gebruikt, afhankelijk van de waarden die zijn gevonden bij het onderzoek van de milieuhygiëne /risicoanalyse indien de waarden de maximumwaarden overschrijden, die in de geldende voorschriften staan. TECHNISCHE GEGEVENS MOET WORDEN GEBRUIKT VOOR ACCU’S VAN OPLADER STARTBOOSTER NOMINALE SPANNING PIEKSTROOMSTERKTE LENGTE VAN DE KABEL MET KLEMMEN DOORSNEDE VAN DE KABEL MET KLEMMEN BESCHERMING TEGEN VERWISSELING VAN DE POLEN BESCHERMING TEGEN KORTSLUITING OVERSPANNINGSBEVEILIGING ZEKERING PLUG AANSTEKERDOOS USB-POORT GEBRUIKSTEMPERATUUR AFMETINGEN MINI STARTBOOSTER GEWICHT MINI STARTBOOSTER 12V 230V ~ 50/60Hz 400A 0.34 m 10AWG ✔ ✔ ✔ 250V – 2A 2,1A – 5V -10°C +40°C 136x79x15 mm 0.22 kg EEN ZORGVULDIG GEBRUIK VAN DE MINI STARTBOOSTER • Steek geen voorwerpen in de gleuven of openingen in het oppervlak va n de startbooster. • Gebruik om de startbooster op te laden alleen de bijgeleverde oplader. Laad hem in een goed geventileerde en droge ruimte op. Stel hem niet bloot aan regen of sneeuw. • Gebruik de startbooster nooit wanneer de behuizing, de klemmen, de kabels of de startbooster beschadigd zijn. Wanneer u ongebruikelijke geuren ruikt of het apparaat te warm wordt. • Er mogen geen wijzigingen aan de startbooster worden aangebracht. Wijzigingen kunnen de efficiëntie van de veiligheidsmaatregelen verminderen en meer gevaren voor de gebruiker inhouden. • Laat de startbooster enkel en alleen door vakmensen met gebruik van originele reserveonderdelen repareren. • Start geen accu's van het niet oplaadbare type. Start geen bevroren accu's. Gebruik de startbooster niet voor andere doeleinden, bijv. om batterijen op te laden. • Start geen accu’s met andere spanningen dan die in de tabel met TECHNISCHE GEGEVENS staan. • Voordat u werkzaamheden begint te verrichten, doet u de lichten van het voertuig en alle eventueel werkende accessoires uit. • Controleer altijd of het voltage van de startbooster en de spanning van de installatie van het voertuig overeenkomen. Eventuele overschrijding kan explosies, schade aan het voertuig, de startbooster en personen veroorzaken. • Gebruik een droge doek om de startbooster schoon te maken en koppel hem hiervoor altijd van het elektriciteitsnet. 40 GEBRUIKSAANWIJZING NL DE MINI STARTBOOSTER OPLADEN Laad de startbooster meteen na aankoop en na ieder gebruik gedurende minstens 5 uur op. Als de startbooster niet wordt gebruikt, laadt u hem om de twee maanden 5 uur op. Zo blijft de interne accu (LiCo) perfect werken. • Verzeker u ervan dat er geen apparaat op de startbooster is aangesloten. • Controleer met behulp van de ON/OFF knop het laadniveau van de accu op de ladingsaanwijzer: • 1e Led van de accu - helemaal leeg 0% • 2e Led van de accu - ongeveer 25% geladen • 3e Led van de accu - ongeveer 75% geladen • 4e Led van de accu - ongeveer 100% geladen DE MINI STARTBOOSTER MET HET VOEDINGSAPPARAAT OPLADEN • Sluit de oplader op het stopcontact van het 230V elektriciteitsnet aan. • Steek de stekker van de oplader in de laadbus aan de voorkant van de startbooster (“Laadbus”). • Gebruik alleen de bijgeleverde oplader. • Tijdens het opladen gaat één van de 4 leds knipperend branden. Na het opladen branden alle 4 de leds vast en is het opladen goed verlopen. • De accu helemaal opladen duurt 5 uur. • Gebruik de startbooster niet terwijl hij wordt opgeladen. • Laat de startbooster nadat hij is opgeladen niet gedurende lange tijd aan het voedingsapparaat gekoppeld. DE MINI STARTBOOSTER VIA DE AANSTEKERDOOS OPLADEN • Steek de stekker van de kabel met aanstekerdoos in de laadbus aan de voorkant van de startbooster (“Laadbus”). • Start het voertuig en steek vervolgens de plug van de aanstekerdoos in de 12V aansluiting van het voertuig. • Gebruik alleen de bijgeleverde oplader. • Tijdens het opladen gaat één van de 4 leds knipperend branden. Na het opladen branden alle 4 de leds vast en is het opladen goed voltooid. • De accu helemaal opladen duurt 5 uur. • Gebruik de startbooster niet terwijl hij wordt opgeladen. • Laat de startbooster nadat hij is opgeladen niet gedurende lange tijd aan de aanstekerdoos van het voertuig gekoppeld zitten. OPMERKING: als de motor van het voertuig niet loopt koppelt u de startbooster altijd van de aanstekerdoos. DE MOBIELE STARTBOOSTER GEBRUIKEN - MOTORFIETSEN STARTEN • Verzeker u ervan dat de startbooster opgeladen is. • Controleer altijd de spanning van de accu van de motorfiets. • Als het voltage van de startbooster en de spanning van de elektrische installatie van de motorfiets niet met elkaar overeenkomen, kan dat explosies, schade aan de motorfiets, de startbooster en personen veroorzaken. • Zoek de pool die overeenstemt met de massa van de motorfiets. Over het algemeen is die op de negatieve klem aangesloten. • Sluit de uitgangskabel met de rode klem (+) altijd op de positieve pool van de accu en de uitgangskabel met de zwarte klem (-) op de massa van de motorfiets aan. • Verwissel de polen nooit. Als de polen worden verwisseld kan dat explosies, schade aan de motorfiets, de startbooster en personen veroorzaken. • Controleer of de kabels van de startbooster zich uit de buurt van bewegende delen en de brandstofleiding bevinden. • Wacht tot de groene led gaat branden die zich op de kabel met de klemmen bevindt en start de motorfiets binnen 40 seconden. Na die 40 seconden moet de startkabel worden gereset door één van de twee klemmen los te koppelen en vervolgens weer aan te sluiten. 41 GEBRUIKSAANWIJZING NL • Als de motorfiets gestart is, koppelt u de uitgangskabel met zwarte klem (-) van de massa van de motorfiets. • Koppel de uitgangskabel met rode klem van de positieve pool (+) van de accu. Blijf het niet proberen als het niet lukt om de motorfiets bij de eerste pogingen te starten. Voordat u opnieuw probeert te starten laat u de startbooster minstens 5 minuten rusten, om te voorkomen dat hij beschadigd raakt. • Laad de startbooster altijd na elk gebruik op. DE LEDZAKLAMP GEBRUIKEN • Druk de ON/OFF knop gedurende 3 seconden in: VAST LICHT • Druk de ON/OFF knop nog eens 2 seconden in: KNIPPERLICHT • Druk de ON/OFF knop nog eens 2 seconden in: SOS NOODVERLICHTING. • Om de ledzaklamp uit te zetten, houdt u de ON/OFF knop 3 seconden ingedrukt. De vier functies zijn achtereenvolgens: VAST LICHT - KNIPPERLICHT - SOS - OFF. DE STARTBOOSTER ALS BATTERIJLADER VOOR ELEKTRONISCHE APPARATEN GEBRUIKEN De startbooster is in staat om verschillende soorten mobiele telefoons, smartphones, tablets, MP3/MP4spelers, navigatiesystemen en andere apparaten voorzien van 5V 1A/2,1A usb-laadbus op te laden. • Steek de usb-laadkabel in de startbooster. • Sluit het andere uiteinde van de kabel op het apparaat aan dat moet worden opgeladen. • Druk op de ON/OFF knop. Het branden van de led wil zeggen dat het apparaat wordt opgeladen. • Laad nooit twee apparaten tegelijk op. U loopt het gevaar dat ze onherstelbaar worden beschadigd. Berg de startbooster na de werkzaamheden op een droge plek zonder vocht op. Om de buitenkant van de behuizing te reinigen gebruikt u een droge doek. DE ZEKERING VAN DE PLUG VAN DE AANSTEKERDOOS VERVANGEN De zekering bevindt zich in de plug van de aanstekerdoos. Verzeker u ervan dat het kabeltje van de startbooster is losgekoppeld. Draai de ring die op de kop van de plug zit met de hand los, verwijder de beschadigde zekering en vervang hem met een zekering met dezelfde technische kenmerken. Sluit de ring door hem met de hand vast te zetten. FOUTMELDINGEN Een eventuele fout wordt weergegeven door middel van een visueel- en een geluidssignaal. PROBLEMEN Wanneer de startkabel wordt aangesloten is er een aanhoudend geluid te horen. Na de startkabel op de accu van de motorfiets te hebben aangesloten, wordt de kabel niet ingeschakeld (de leds knipperen). Na de startkabel op de accu van de motorfiets te hebben aangesloten, gaat de rode led met vast licht branden en is er een intermitterend geluid te horen. Na de startkabel op de accu van de motorfiets te hebben aangesloten, gaat de rode led met vast licht branden en is er een aanhoudend geluid te horen. De startbooster laadt niet op met de kabel van de aanstekerdoos en de rode led is uit. 42 DEFECT Interne accu leeg. OPLOSSING Ontkoppel de kabel en laad de noodstarthulp op. De accu van de motorfiets heeft een Gebruik andere startsystemen. te lage spanning (lager dan 1,5V). De kabels op de accu zijn verwisseld. Koppel de kabels van de accu en sluit ze vervolgens op de goede manier aan. Er is sprake van kortsluiting. Koppel de kabels van de accu en controleer de motorfiets om de kortsluiting te verhelpen. Zekering doorgebrand. Koppel de kabel van de startbooster en vervang de zekering met een zekering met dezelfde technische kenmerken. GEBRUIKSAANWIJZING NL ONDERHOUD Onderhoudswerkzaamheden en reparaties mogen uitsluitend door vakmensen worden verricht. Wend u voor deze werkzaamheden tot het reparatiecentrum van Beta Utensili S.P.A. AFDANKEN Het symbool van de doorgestreepte vuilnisbak op het apparaat of op de verpakking geeft aan dat het product op het einde van zijn levenscyclus afzonderlijk van het gemeentelijk afval moet worden afgedankt. De gebruiker die dit instrument wenst af te danken, kan: - Het bij een centrum voor afvalophaling voor elektrische en elektronische afval afgeven. - Het terugbezorgen aan de eigen verkoper op het moment waarop een nieuw gelijkwaardig instrument wordt gekocht. - In geval van producten voor uitsluitend professioneel gebruik contact opnemen met de fabrikant, die een goede afdankprocedure moet voorschrijven. Door dit product op de goede manier af te danken, kunnen de grondstoffen ervan worden gerecycled, en schade aan het milieu en de gezondheid worden voorkomen. Illegaal afdanken van het product houdt een overtreding van de voorschriften betreffende het afdanken van gevaarlijk afval in, waarvoor de voorziene sancties worden toegepast. GARANTIE Deze apparatuur is vervaardigd en getest in overeenstemming met de voorschriften die momenteel van kracht zijn in de Europese Gemeenschap. Hij heeft 12 maanden garantie bij professioneel gebruik of 24 maanden bij niet-professioneel gebruik. Storingen veroorzaakt door materiaal- of fabrieksfouten worden naar ons goeddunken ofwel gerepareerd of de defecte onderdelen worden vervangen. Eén of meerdere reparaties tijdens de garantieperiode wijzigt de verloopdatum ervan niet. Defecten veroorzaakt door slijtage, een verkeerd of oneigenlijk gebruik, of door vallen en/of stoten worden niet door de garantie gedekt. De garantie komt te vervallen wanneer er wijzigingen worden aangebracht, wanneer er met het apparaat wordt geknoeid, wanneer de startbooster gedemonteerd naar de assistentie wordt gestuurd. Schade toegebracht aan personen en / of voorwerpen van welke aard en / of natuur, direct en / of indirect is uitdrukkelijk uitgesloten. VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING EU We verklaren onder eigen verantwoordelijkheid dat het beschreven product voldoet aan alle relevante bepalingen van de volgende richtlijnen: • Richtlijn met betrekking tot de elektromagnetische compatibiliteit (E.M.C.) 2014/30/EU; • Laagspanningsrichtlijn (L.V.D.) 2014/35/EU; • Richtlijn betreffende de beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur (Ro.H.S.) 2011/65/EU; Het technische dossier is verkrijgbaar bij: BETA UTENSILI S.P.A. Via A. Volta 18, 20845 Sovico (MB) ITALIË Data 02/05/2017 43
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56

Beta 1498CM/12 Handleiding

Type
Handleiding