Pag. 2 van 2 (versie 002)
■ Belangrijke voorschriften met het oog op de veiligheid
De werking van dit apparaat is afhankelijk van de volgende twee omstandigheden:
(1) Dit apparaat mag geen schadelijke storingen veroorzaken.
(2) Dit apparaat moet alle ontvangen storingen aanvaarden met inbegrip van de storingen
die de ongewenste inschakeling teweeg kunnen brengen.
• Om brand of elektrische schokken te vermijden mag het apparaat niet blootgesteld worden
aan regen of vocht.
Het apparaat mag niet in de buurt van badkuipen, wastafels of spoelbakken, in vochtige
kelders of in de buurt van zwembaden gebruikt worden.
• Om elektrische schokken te vermijden mag het apparaat niet opengemaakt worden.
• Voor de werking van dit apparaat mag uitsluitend de netvoeding die erbij geleverd wordt of
die als accessoire geleverd wordt gebruikt worden.
• Om het risico van brand of elektrische schokken te voorkomen mogen wandcontactdozen
en verlengsnoeren niet overbelast worden.
• Er mag niet geprobeerd worden om het apparaat zelf te repareren. Hiertoe mag men zich
alleen tot vakmensen wenden.
Let op: Alle veranderingen of wijzigingen die niet uitdrukkelijk goedgekeurd zijn door
degene die verantwoordelijk is voor de overeenstemming leidt tot opheffing van de
toestemming voor gebruik van het apparaat.
■ NB:
Dit apparaat is getest en is in overeenstemming gebleken met de beperkingen die voor
digitale apparaten van klasse B gelden op grond van Deel 15 van de FCC of BZT
voorschriften en de EMC-Richtlijn van de EEG. Deze beperkingen zijn bedacht om een
redelijke bescherming tegen schadelijke storingen van huiselijke installaties te geven. Dit
apparaat brengt energie op radiofrequentie voort, gebruikt deze en kan deze uitstralen en
als het apparaat niet volgens de aanwijzingen geïnstalleerd en gebruikt wordt kan het
schadelijke storingen voor radiocommunicaties veroorzaken. Bij bijzondere installaties
kan echter niet gegarandeerd dat er geen storingen zijn. Als dit apparaat storingen
veroorzaakt in de radiotelevisieontvangst die eventueel veroorzaakt worden door het
aan- en uitzetten van het apparaat wordt de gebruiker verzocht om de storing als volgt te
corrigeren:
• Richt of plaats de ontvangerantenne opnieuw.
• Vergroot de afstand tussen het apparaat en de ontvanger.
• Sluit het apparaat aan op een ander circuit dan waarop de ontvanger aangesloten is.
• Ga te rade bij de verkoper of een vakkundige radio-/televisiemonteur.
RECYCLING: gooi, om de afvalverwerking van
elektrisch en elektronisch afval zoveel mogelijk te
beperken, dit apparaat aan het einde van de levensduu
niet bij ander ongescheiden afval weg, maar lever het in
bij een recyclingcentrum.