1.5 Veiligheidsbewust werken
De in deze handleiding vermelde veiligheidsin-
structies, de bestaande nationale voorschriften ter
voorkoming van ongevallen evenals eventuele
interne arbeids-, bedrijfs- en veiligheidsvoor-
schriften van het bedrijf moeten in acht worden
genomen.
1.6 Veiligheidsinstructies voor de
exploitant
De veiligheid van de apparaten en componenten is
alleen gegarandeerd bij het bedoeld gebruik en in
volledig gemonteerde toestand.
nHet plaatsen, installeren en onderhouden van
de apparaten en componenten mag alleen
gebeuren door vakpersoneel.
nDe bestaande voorschriften voor ongevallen-
preventie moeten in acht worden genomen.
nDe bediening van apparaten of componenten
met zichtbare defecten of beschadigingen is
verboden.
nHet aanraken van bepaalde onderdelen of
componenten van de apparaten kan brand-
wonden of letsel veroorzaken.
nRisico's door elektrische energie moeten
worden uitgesloten.
nVoorschriften van de VDE en de lokale ener-
gievoorzieningsmaatregelen moeten in acht
worden genomen.
AANWIJZING!
Materiële schade door minerale oliën!
Minerale olieproducten beïnvloeden de EPDM-
afdichtingselementen nadelig waardoor de
afdichtingseigenschappen verloren gaan. Voor
schade die door dergelijke beschadigde afdich-
tingen ontstaan, kunnen wij niet aansprakelijk
worden gesteld en verstrekken wij geen
garantie.
–Vermijden u absoluut dat EPDM met mine-
rale oliehoudende substanties in contact
komt.
–Gebruik een smeermiddel op basis van sili-
conen- of polyalkyleenbasis, dat vrij is van
minerale oliën, zoals bijv. Unisilikon L250L
en Syntheso Glep 1 van de firma Klüber of
siliconenspray.
1.7 Veiligheidsinstructies
voor montage-, en
inspectiewerkzaamheden
nDe exploitant dient ervoor te zorgen dat alle
inspectie- en montagewerkzaamheden door
bevoegd en gekwalificeerd vakpersoneel
worden uitgevoerd, dat de montage- en
gebruikshandleiding goed is doorgelezen en
zich zodoende afdoende geïnformeerd heeft.
nBij het installeren, het repareren of het reinigen
van de apparaten moeten geschikte maatre-
gelen worden genomen om de van de appa-
raten uitgaande gevaren voor personen te
voorkomen.
nHet opstellen, aansluiten en bedrijf van de
componenten moet volgens de gebruiks- en
bedrijfsomstandigheden uit de gebruikshandlei-
ding en de geldende lokale voorschriften
gebeuren.
nRegionale verordeningen en wetten zoals de
wet op de waterhuishouding moeten in acht
worden genomen.
nDe elektrische stroomvoorziening moet worden
aangepast aan de eisen van de apparaten.
nDe componenten moeten voldoende veilig-
heidsafstand hebben ten opzichte van ontvlam-
bare, explosieve, brandbare, agressieve en
vervuilde zones en atmosferen.
nDe veiligheidsinrichtingen mogen niet worden
veranderd of overbrugd.
1.8 Eigenhandige modificaties en
wijzigingen
De bedrijfsveiligheid van de zoutwater-drukschake-
laar wordt uitsluitend gewaarborgd bij gebruik con-
form de voorschriften, overeenkomstig hoofdst. 1.8
van de gebruikshandleiding. De in het gegevens-
blad aangegeven grenswaarden mogen in geen
enkel geval worden overschreden.
Het modificeren of wijzigen van de componenten is
niet toegestaan en kan storingen veroorzaken. De
veiligheidsinrichtingen mogen niet worden veran-
derd of overbrugd. De originele reserveonderdelen
en door de fabrikant geautoriseerde accessoires
zijn afgestemd op de vereiste veiligheid. Het toe-
passen van andere onderdelen kan leiden tot het
vervallen van de aansprakelijkheid voor gevolgen
daarvan.
5