16/16 nl
VAAK GESTELDE VRAGEN
Geen reactie wanneer P1, P2, P3 wordt inge-
drukt
Aandrijving reageer niet, LED doet het niet.
Meteen nadat het hek begint te bewegen, stopt
het en loopt terug.
Hek kan alleen geopend worden.
„
Automatisch sluiten” functioneert niet.
Besturing functioneert niet meer met handzen-
der, alleen nog met schakelaar en zelf alleen
dan, wanneer een toets (blijvend) wordt inge-
drukt.
De aandrijving reageert niet, terwijl de besturing
wel is aangesloten. (LEDs zijn aan)
Besturing functioneert niet met handzender.
De besturing functioneert niet.
De vleugels gaan niet volledig open.
De pijler is zo dik dat de A+B maten niet kunnen
worden aangehouden.
Het traject kan niet worden geïnstrueerd
De aandrijving loopt kortstondig langzaam
Evt. stroomuitval
Hindernis in het poortbereik of poort loopt
stroef (vakman raadplegen)
Fotocellen blokkeren
Fotocellen, contactstrip of de stop blokke-
ren de besturing. Er is slechts een fotocel
voor OPEN aangesloten.
1. Handzender niet geprogrammeerd
2. LEDs melden fout.
3. Fotocellen verkeerd aangesloten
4. Klem voor motoren evt. niet juist
opgestoken.
1. Handzender niet geprogrammeerd.
2. Fotocellen blokkeren.
3. DIP schakelaar RADIO
Geen traject geleerd.
1. Vermogen te gering bij hoge
windlast (volledig dichte hekken)
2. Hek loopt stroef/moeilijk.
Uitsparing in de pijler maken of hek ver-
plaatsen.
1. De DIP schakelaars zijn niet correct
ingesteld
2. Motorbekabeling niet juist of defecte
kabel
3. Zie diagnose-led
4. Gezoem in de bekabeling
5. Tijdens het programmeren beweegt de
poort slechts gedurende 1 seconde en
blijft dan staan zonder achteruit te lopen
6. Alleen ART: referentiepunten zijn niet
correct ingesteld
7. Alleen ART: motor is nog ontgre
Stroomstoring
DIP schakelaar RADIO muit uitgeschakelt zijn
1. geleider en nulgeleider controleren.
2. Zekering in huis controleren
Poortbereik op hindernissen controleren
Foto-elektrische beveiligingen controleren
Traject opnieuw programmeren
Controle van de functie en de aansluiting
nodig.
Functioneert alleen met de 2-kabelfotocellen
771E(ML) of 772E(ML).
Er moet ten minste fotocellen actief in
DICHT of OPEN zijn aangesloten.
1. Handzender aanleren
2. Zie beschrijving „Diagnostic” LED
3. Aansluiting/programmering fotocel
controleren.
4. Klem en aansluitingen controleren.
1. Handzender programmeren.
2. Fotocellen controleren.
3. DIP schakelaar uitschakelen
Traject leren. Zie eerste ingebruikneming.
Zie diangose LED
1. Beweeglijkheid van het hek verbeteren.
2. Besturing opnieuw programmeren.
1. Raadpleeg punt “1/2 motor” in de handleiding
2. Wanneer de motor beweegt: controleer de bruine,
groene, witte en gele kabel. Ga met een andere
kabel na of een eventuele fout in de in de grond
geplaatste kabel kan worden uitgesloten, of sluit
hiervoor bij wijze van testde uit de motor komende
kabel rechtstreeks aan op de besturing.
3. Controleer de diagnose-led voor de
foutbepaling.
4. Zie oplossing 2. Vevang de kabel indien
nodig. Zie ook punt “Kabelmaten“
5. Niet voldoende voeding of slechte bekabeling.
Zie oplossing 2
6. Stel de nokken op de motor juist in. Zie de
ART-handleiding.
7. De aandrijving vergrendelen. Zie de ART-hand-
leiding.
Normale procedure. Na een stroomstoring voert
de aandrijving een werkingstest uit. Naargelang
het model kan dit slechts enkele seconden duren
maar het kan ook een volledige cyclus in beslag
nemen (SUB). Tijdens deze werkingstest mag de
aandrijving niet met de afstandsbediening of een
schakelaar worden onderbroken: daardoor kunnen
de eindpunten worden verschoven. En dan dient u
het traject met P1 opnieuw te programmeren.
Voorkom onnodige stroomstoringen.
Reikwijdte van de zender is te gering. Het installeren van een buitenantenne is aan te bevelen omdat de besturing met de korte kabel-
antenne zich meestal achter de pijler of bij de bodem bevindt. De optimale antennepositie is altijd
zo hoog mogelijk. Chamberlain biedt optioneel ook een antenne met montageset aan.
Het hek moet een stijgende weg volgen. Niet aan te bevelen! Hek wijzigen! Het hek kan ongecontroleerd (gevaarlijk) bewegen, wanneer
de aandrijving ontgrendeld is. In de richting van de stijging is een groter vermogen nodig; in
tegenovergestelde richting heeft de aandrijving dan teveel vermogen.