Chamberlain LiftMaster CB22 de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Chamberlain LiftMaster CB22 de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
MONTAGE VAN DE BESTURINGSBOX
De besturing CB22 is ontwikkeld voor de montage in een speciale
box onder de kap van de schuifhekaandrijving en kan, voor zover
niet reeds ingebouwd, als toebehoren besteld worden.
De besturing kan ook extern (aan de wand) in een waterdichte box
(203391) ondergebracht worden.
De motorbesturing bestaat uit microprocessorgestuurde elektronica
en is voorzien van de modernste techniek. De besturing beschikt
voor een veilig gebruik over alle noodzakelijk aansluitmogelijkheden
en functies. De besturingsbox met de motorbesturing moet met de
kabeldoorvoeren naar onderen gemonteerd worden. De box mag niet
blootgesteld worden aan direct zonlicht. Met de elektronica kan de
trek- en duwkracht zeer nauwkeurig ingesteld worden. Het hek kan
bij de juiste montage/instelling met de hand vastgehouden worden.
Tijdens gebruik kan het hek altijd per afstandsbediening, toets of
sleutelschakelaar stopgezet worden. Het schuifhek moet voor de
“OPEN”- en “DICHT”-positie een stabiele aanslag hebben.
ELEKTRISCHE INSTALLATIE
De besturing wordt als laatste aangesloten, d.w.z. dat eerst de
aandrijving wordt ingebouwd, de benodigde kabels aangelegd
worden en de fotocelbeveiligingen (contactlijsten) bevestigd worden.
Bij de montage op een vaste plaats, dient er, voor het loskoppelen
van het stroomnet, een schakelaar ingebouwd te worden die een
contactafstand van min. 3 mm heeft (hoofdschakelaar).
Door vocht en water raakt de besturing beschadigd.
Voorkom te allen tijde dat er water, vocht, of stuwwater in de
besturing komt. Alle openingen en kabeldoorvoeren moeten altijd
waterdicht afgesloten zijn.
Volgende kabeldoorsnedes mogen over het algemeen niet
onderschreden worden:
• 100-230 volt 1,5mm² of groter
• 0-24 volt 0,5mm² of groter
Tips: deurbelkabel leveren in de praktijk vaak problemen op,
aangezien ze bij grotere lengtes te veel spanning verliezen. Leg de
kabels in verschillende kabelkanalen, d.w.z. kabel - motor en kabel -
fotocelbeveiliging, vooral bij sleutelschakelaars en starttoetsen (van
de behuizing), anders kunnen er bij grotere kabellengtes storingen
ontstaan.
TECHNISCHE GEGEVENS
Spanning: 230 V~ ±10 % 50-60 Hz
Verbruik max.: 22 mA
Aandrijving max.: 230 V~ 50 Hz 1000 W max
Stroomtoevoer toebehoren: 24 V~ 0,5 A max
Werktemperatuur: -25 ºC ÷ 55 ºC
Bedrijfsvormen:
standaard/standaard met voetgangerfunctie /kanaalscheiding /
appartementencomplex (parkeerplaats)/dodeman
Max. looptijd: 80 sec
Pauze tijd: 0 ÷ 150 sec
Afmetingen: 119x145 mm (zonder box)
nl-1
BEGIN MET HET LEZEN VAN DEZE BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES!
Deze waarschuwingstekens betekenen ”voorzichtig!” en zijn een aansporing om goed op te letten, omdat het
veronachtzamen ervan lichamelijk letsel of materiële schade teweeg kan brengen. Lees deze instructies a.u.b. zorgvuldig.
Deze hekaandrijving is zo geconstrueerd en gecontroleerd dat deze tijdens installatie en gebruik bij nauwkeurige naleving
van de betreffende veiligheidsinstructies voldoende veilig is.
Het niet opvolgen van de onderstaande veiligheidsinstructies kan ernstig lichamelijk letsel of materiële schade veroorzaken.
Elektrische leidingen moeten worden aangelegd in
overeenstemming met lokale bouwvoorschriften en
reglementen met betrekking tot elektrische installaties.
De elektrische kabel mag alleen worden aangesloten
op een correct geaard net.
Bij de montage moet rekening worden gehouden met de
actieradius van de draaiende vleugel in relatie tot
omringende objecten (bijvoorbeeld de muur van een
gebouw) en het daarmee verbonden risico van beknelling..
Schakel de electriciteit naar de besturing uit voordat u
reparaties uitvoert of beschermingen verwijdert.In de
uiteindelijke configuratie van de installatie is een
scheidingsinrichting nodig, zodat alle polen kunnen
worden uitgeschakeld met behulp van een schakelaar
(contactopening minstens 3 mm) of een aparte
zekering.
Ga bij de omgang met gereedschap en kleine
onderdelen voorzichtig te werk en draag geen ringen,
horloges of loshangende kleding, als u bezig bent met
installatie- of reparatiewerkzaamheden aan een hek.
Zie er op toe dat deze aanwijzingen worden
opgevolgd door personen die de aandrijving
monteren, onderhouden of bedienen.
Bewaar de gebruiksaanwijzing op een plaats waar u
er snel bij kunt.
Verwijder alle aan het hek aangebrachte sloten om
schade aan het hek te voorkomen.
Het is van belang dat het hek altijd soepel kan
bewegen. Hekken die blijven steken of klemmen,
dienen onmiddellijk te worden gerepareerd. Probeer
niet het hek zelf te repareren. Roep daarvoor de hulp in
van een vakman.
Houd extra accessoires uit de buurt van kinderen. Sta
kinderen niet toe drukschakelaars en afstandsbedieningen
te bedienen. Een zich sluitend hek kan zwaar letsel
veroorzaken.
Na de installatie dient te worden gecontroleerd of het
mechanisme juist is ingesteld en of de aandrijving, het
veiligheidssysteem en de noodontgrendeling, indien
aanwezig, goed functioneren.
Na het monteren van de hekaandrijving mogen er
geen plekken zijn die gevaar van beknelling of
verwonding opleveren voor levende wezens.
Als zich een voetgangerspoortje in het hek bevindt,
mag de aandrijving niet starten of doorlopen wanneer
dit poortje niet correct is gesloten.
BELANGRIJKE INSTRUCTIES VOOR MONTAGE EN GEBRUIK
ATTENTIE
nl-2
TYPISCHE OPBOUW VAN EEN INSTALLATIE
1. Aandrijving met besturing
De aandrijving wordt op een in hoogte verstelbare montageplaat
aangebracht
2. Besturing (indien extern gemonteerd)
Als de besturing extern gemonteerd wordt (externe montagebox
noodzakelijk), moeten de kabels en voedingskabels volgens de
voorschriften aangelegd worden.
3. Fotocelbeveiliging (770E/771E) 150-200 mm (optie)
Eerste fotocelbeveiliging. Beschermt personen.
4. Fotocelbeveiliging (770E/771E) 700 mm (optie)
Tweede fotocelbeveiliging. Beschermt voertuigen en hogere objecten
5. Knipperlicht
Belangrijke optische aanwijzing die op bewegingen van de hek wijst
6. Contactlijst (optie)
Beveiligt het hek bij aanraking. Contactlijsten kunnen op het hek of
aan de posten worden aangebracht. Bij hekopeningen van meer dan
45 mm, moet er een contactlijst aan de post worden aangebracht
(toebehoren). Contactlijsten moeten, indien mogelijk, tot 2,5 m hoogte
aangebracht worden.
7. Sleutelschakelaar/Codeslot (optie)
Wordt aan de buitenzijde aangebracht. Met een sleutel of door het
invoeren van een nummer wordt de hek geopend
8. Fotocelbeveiliging (optie)
Beveiligt het hek bij het openen. Deze fotocelbeveiliging kan komen te
vervallen als vanuit bouwkundig opzicht niet mogelijk is dat er zich
personen in dit bereik bevinden. Als alternatief kan ook hier een
contactlijst gemonteerd worden.
De besturing voldoet aan de meest recente EN-richtlijnen.
Een van deze richtlijnen schrijft voor dat de sluitkrachten aan de
hekkant niet meer mogen zijn dan 400 N (40 kg) binnen de laatste 500
mm voor de stand deur DICHT. Bij hekopeningen van meer dan 500
mm mag de maximale kracht aan de hekkant 1400N (140 kg)
bedragen. Als dit niet gegarandeerd kan worden, moet er altijd een
contactlijst, indien mogelijk, tot een hoogte van 2,5 m aan het hek of
aan de tegenoverliggende post worden aangebracht (EN12453).
MOTOR
Sluit de motor nauwkeurig, aan de hand van het aansluitschema op
de besturing aan.
Contact 4 kabel zwart
Contact 5 kabel blauw
Contact 6 kabel bruin
De kabels van de condensatoren die bij de motoren meegeleverd
worden, moeten samen met de kabels voor de draairichting naar de
contacten OP en CL geleid worden. Zorg ervoor dat de condensator
goed bevestigd is en dat de elektriciteit goed aangesloten is. De
condensator zorgt voor de kracht van de motor.
Aanwijzing: als er andere aandrijvingen/motoren dan de onze
aangesloten zijn, kan het zijn dat de kabels van de contacten 4 + 6
verwisseld moeten worden voor een goede werking. Dit wordt
duidelijk bij de “Eerste ingebruikname”, als de besturing niet de juiste
looprichting aanhoudt. Zie ook onder Aanwijzingen aansluiting
eindschakelaar.
AANSLUITING EINDSCHAKELAAR
De eindschakelaar is op de aandrijving, boven de tandkrans
gemonteerd.
Uitvoering 2005:
de kabel wordt met contact CN2 via een stekker
verbonden.
Andere uitvoeringen:
aan de eindschakelaar zit geen stekker. Bij de
aankoop van een aparte besturing wordt er een stekker met een
korte kabel meegeleverd. Met een soldeerverbinding of een blokje
worden de twee kabels op elkaar aangesloten. Er kunnen op de
besturing verschillende soorten eindschakelaars worden
aangesloten. De eindschakelaar moet 2 NC (normal closed)
contacten hebben. Voor de juiste aansluiting, zie schema.
Plaatsing van de magneten op de hek voor magneetschakelaar:
de magneet met markering 1 moet altijd links op het tandstang
gemonteerd worden.
De magneet met markering 2 moet altijd rechts op het tandstang
gemonteerd worden.
Aanwijzing: voor de eerste ingebruikname moet de juiste werking
met de controle-LED nogmaals gecontroleerd worden.
Aanwijzing: Voor de correcte openingsrichting, controlleerd u de
instelling van DIP7.
BESCHRIJVING VAN DE LED’s
RODE LED’s moeten uitgeschakeld zijn. Duiden op storingen;
uitgezonderd niet-aangesloten Failsafe fotocelbeveiligingen. (zie
beschrijving „Fotocelbeveiliging“)
(Voorbeeld: kortsluiting, fotocelbeveiligingen en/of contactlijst)
PUNT BESCHRIJVING
LED A ROOD leren/wissen radiokanaal 1
LED B ROOD starten impulskanaal 1
LED C ROOD leren/wissen radiokanaal 2
LED D ROOD starten impulskanaal 2
LED E ROOD fotocelbeveiliging actief OPENEN
LED F ROOD fotocelbeveiliging actief SLUITEN
LED G ROOD fotocelbeveiliging actief SLUITEN
LED H ROOD contactlijst
LED I GROEN noodstop
LED J GEEL eindschakelaar Deur OPEN
LED K GEEL eindschakelaar Deur DICHT
LED L ROOD leerprogramma (traject)
OPBOUW VAN DE BESTURING
PUNT BESCHRIJVING FUNCTIE
1 M1, contact:1,2,3 Voedingskabel
2 M2, contact:4,5,6 Aandrijving
3 M3, contact:7,10 Impulsgever kanaal 1
Contact:8,10 Impulsgever kanaal 2
Contact:9,10 Noodstopschakelaar/moet overbrugd
worden zonder aangesloten
schakelaar
Contact:11,12 Deurbeveiliging/verlichting
Contact:12,13 Knipperlicht
Contact:14,15 Aansluiting voor toebehoren 24 V
4 M4, contact:16,19 Optioneel fotocelbeveiliging OPEN
Contact:17,19 Optioneel fotocelbeveiliging DICHT
Contact:18,19 Hoofdfotocelbeveiliging DICHT
Contact:20,21 Contactlijst 8,2 kOhm
Contact:22,23 Antenne
5 CN4/CN5, stekker Aansluiting radiomodule
6 CH1, druktoets Leren/wissen radiokanaal 1
7 CH2, druktoets Leren/wissen radiokanaal 2
8 L1, druktoets Aanleren traject
9 JMP1, jumper Programmering fotocelbeveiliging
10 DIP1 Dipschakelaar blok
11 PT4, potentiometer RPM-sensor instelling
12 PT3, potentiometer Instelling van de kracht
13 PT2, potentiometer Automatisch sluiten
14 PT1, potentiometer Rem
15 CN2, stekker Magneetschakelaar
16 CN3, stekker RPM-sensor
17 CN1, stekker E-slot
nl-3
nl-4
PROGRAMMA’S
De besturing beschikt over 5 modi (programma’s). Het gewenste
programma wordt met de dipschakelaar “ON” (AAN) of “OFF” (UIT)
ingesteld.
DIP 1
DIP 2
DIP 3
DIP 4
DIP 5
DIP 6
DIP 7
DIP 8
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Verschillende werkwijzen van de aandrijving. (Zie
aparte tabel)
Soft-stop (langzame rit) is actief. 2 seconden
voor het bereiken van de eindschakelaar wordt
de soft-stop geactiveerd. De aandrijving wordt
pas stopgezet als de eindschakelaar of de
maximale soft-stop-fase (10 seconden) bereikt
wordt.
Soft-stop (langzame rit) is gedeactiveerd.
In beide richtingen OPEN/DICHT wordt de
aandrijving meteen na het bereiken van de
eindschakelaar uitgeschakeld.
Instelling voor Chamberlain Failsafe
Fotocelbeveiliging (770E/771E), komt overeen
met EN60225-2-103.
Instelling voor Chamberlain fotocelbeveiligingen
(100263) of andere
Voorknipperen van de knipperlichten gedurende
2 seconden voordat de aandrijving start.
Voorknipperen gedeactiveerd
Zie B
Zie A
Mogelijkheid van aansluiting van een
deurbeveiliging (24V/3W)
Status:
constant uit = deur gesloten
knippert = deur in OPEN of DICHT beweging
constant aan = deur open
Met een relais (toebehoren) kan er verlichting
worden voorgeschakeld.
POTENTIOMETER
PT1 (TRIMMER 1): REM (BRAKE)
Als het hek de eindschakelaar bereikt, wordt de aandrijving
uitgeschakeld. Afhankelijk van gewicht en functie van het hek,
beweegt hij nog iets na. Met de functie Rem kan het hek actief
geremd worden, zodat ongewenst nabewegen beperkt wordt.
Volledig naar links gedraaid = rem UIT.
PT2 (TRIMMER 2): AUTOMATISCH SLUITEN (TIMER TO CLOSE)
De wachttijd van het hek in de stand HEK OPEN kan gedefinieerd
worden.
0-150 sec. nadat de ingestelde tijd afgelopen is, wordt het hek
gesloten.
Alleen mogelijk met aangesloten fotocelbeveiliging (771E/770E).
(Niet mogelijk in dodeman en kanaalscheiding)
PT3 (TRIMMER 3): INSTELLING VAN DE KRACHT (FORCE)
De kracht, waarmee de motor moet werken wordt gedefinieerd. De
benodigde kracht is afhankelijk van het gewicht en de functie van
het hek.
PT4 (TRIMMER 4): RPM-SENSOR
Zie beschrijving RPM-sensor
Niet actief in “Langzame rit”
1
2
1
2
B
A
ALLE veranderingen/instellingen die U
aan de besturing voorneemt, ALTIJD stekker
uit het stopcontact, anders worden de nieuwe
veranderingen/instellingen niet door de
besturing geaccepteerd.
ALLE veranderingen/instellingen die U
aan de besturing voorneemt, ALTIJD stekker
uit het stopcontact, anders worden de nieuwe
veranderingen/instellingen niet door de
besturing geaccepteerd.
nl-5
Aparte tabel voor de instelling van de werkwijzen
1. impuls opent, de volgende
zet stop, de volgende sluit,
de volgende opent
Impuls tijdens sluiten opent
Impuls tijdens automatisch
sluiten sluit het hek onmiddellijk
Standaard
Standaard & voetgangerfunctie
1. impuls opent, de volgende
sluit, de volgende opent
1. impuls opent voor voetgangers,
deur gaat gedurende 10 seconden
(fix) open
Impuls tijdens automatisch sluiten
sluit het hek onmiddellijk
Kanaalscheiding
1. impuls opent, de volgende
zet stop, de volgende opent,
de volgende zet stop etc.
Geen reactie bij gesloten stand
Impuls tijdens sluiten zet het
hek stop, de volgende opent
Parkeerplaats
1. impuls opent het hek
volledig, verdere impulsen
worden genegeerd.
1 impuls opent voor voetgangers
Impuls tijdens automatisch
sluiten start pauzetijd opnieuw
Geen reactie tijdens openen
Impuls tijdens sluiten opent het
hek
Dodeman Continu signaal voor openen
noodzakelijk, loslaten
bewerkstelligt stopzetten
Continu signaal voor sluiten
noodzakelijk, loslaten
bewerkstelligt stopzetten
Radiosignaal gedeactiveerd,
veiligheidsinrichtingen
gedeactiveerd, eindschakelaars
zijn actief
Radiosignaal gedeactiveerd,
veiligheidsinrichtingen
gedeactiveerd, eindschakelaars
zijn actief
DIP1
AAN
UIT
AAN
AAN
UIT
DIP2
AAN
AAN
AAN
UIT
UIT
DIP3
UIT
UIT
AAN
UIT
UIT
Impulsgever/kanaal 1
Impulsgever/kanaal 2
Impuls tijdens openen zet het hek
stop, de volgende sluit
Impuls tijdens sluiten zet het hek
stop, de volgende sluit, de volgende
zet stop, de volgende sluit etc.
Impuls tijdens automatisch sluiten
sluit het hek onmiddellijk
Impuls tijdens sluiten opent het hek
onmiddelijk
Aanwijzing: als noodzakelijke veiligheidsinrichtingen (fotocelbeveiliging/contactlijst) beschadigd, continu actief (schakelen) of
geprogrammeerde inrichtingen niet aangesloten zijn, werkt de besturing zonder dodeman. Zie beschrijving. Controleer voor een evt. correctie
de toestand van de LED’s of lees de functiebeschrijving en “Veel gestelde vragen”.
1. impuls opent voor voetgangers,
deur gaat gedurende 10 seconden
(fix) open, de volgende slit, de
volgende opent (voor voetgangers)
TOEBEHOREN
nl-6
FOTOCELBEVEILIGINGEN (OPTIONEEL)
De fotocelbeveiligingen zorgen voor het beveiligen van het hek en
moeten gebruikt worden. De montageplaats is afhankelijk van de
constructie van het hek. Overeenkomstig EN12453 moet een
fotocelbeveiligingpaar op een hoogte van 200 mm geïnstalleerd
worden; een tweede paar komt op dezelfde positie op een hoogte
van 700 mm. Een derde paar fotocelbeveiligingen kan optioneel
geïnstalleerd worden. De fotocelbeveiligingen bestaan uit een zender
en een ontvanger gedeelte en moeten tegenover elkaar aangebracht
worden. Met een schroevendraaier kan de behuizing van het
fotocelbeveiliging (kunststof) geopend worden. Het fotocelbeveiliging
wordt met kleine schroeven en pluggen aan de wand bevestigd. Het
is mogelijk twee verschillende fotocelbeveiligingsystemen te
gebruiken. (Zie beschrijving dipschakelaar). Als de functie
“Automatisch sluiten” beschikbaar moet zijn, moet het Chamberlain-
Failsafe fotocelbeveiliging geïnstalleerd zijn. Een combinatie van de
fotocelbeveiligingen is niet mogelijk. Het Chamberlain-Failsafe
systeem (2-kabel systeem) beschikt aan beide zijden over een kleine,
van buiten waarneembare LED (lampje) om de status van het
fotocelbeveiliging aan te geven. Er zijn twee modellen van het
Chamberlain-Failsafe systeem verkrijgbaar. Het ene systeem is ideaal
voor montage aan wanden die tegenover elkaar staan. Het andere
systeem is ideaal voor montage aan de binnenzijde van het hek,
aangezien de beslagen voor de montage ingesloten zijn.
Diagnose aan het Chamberlain-Failsafe fotocelbeveiliging
LED constant = OK
LED knippert = fotocelbeveiliging blokkeert besturing
LED uit = geen stroom, verkeerde aansluiting of polen verkeerd
aangesloten
Diagnose aan de besturing
LED uit = OK
LED constant aan = besturing blokkeert
LED knippert = OK geen fotocelbeveiliging aangesloten
Kabeldoorsnede: 0,5 mm
2
of groter.
Spanning: 12/24 volt AC/DC.
Geen onbuigzame koperen leidingen gebruiken. Kabels met 230 volt
niet parallel of in hetzelfde kanaal leggen.
open/öffnen/ouvrir/open
close/schliessen/fermer/sluiten
JUMPER
PROGRAMMERING VAN DE FAILSAFE FOTOCELLE(N) 771E/770E
1. Vóór de eerste ingebruikname !!.
2. Bij aansluiting/verwijderen van een nieuwe fotocel.
- Besturing uitschakelen( stekker uit het stopcontact trekken).
- Het opsteekbruggetje (jumper) op de hiervoor voorgeziene pinnen
steken.
- Dipschakelaar 5 op ON zetten.
- Fotocel(len) volgens het schema aansluiten.
- Besturing aanzetten (stekker erin) en 10 sec. wachten.
- Het opsteekbruggetje (jumper) eraf trekken, even wachten.
(Antaal aangeslotene fotocellen worden onthouden)
PROGRAMMERING VAN RELAIS-FOTOCELLEN BIJV. 100263
De besturing moet gedurende een paar seconden van het stroomnet
losgekoppeld worden. Alle contacten waaraan geen fotocelbeveiliging
aangesloten is, moeten met COM overbrugd worden. (16-19,17-19,
18-19). De relais-fotocelbeveiligingen worden door de contacten 14-15
van stroom voorzien. Dipschakelaar 5 moet op OFF staan. De jumper
moet eraf getrokken worden.
Aanwijzing: relais-fotocelbeveiligingen mogen overeenkomstig
EN12978 niet meer voor nieuwe installatie gebruikt worden,
aangezien ze zichzelf niet kunnen testen (failsafe).
GEBRUIK ZONDER FOTOCELLEN
GEVAAR: niet toegestaan voor normaal gebruik. In dat geval moeten
contactlijsten de deur beveiligen.
De besturing moet gedurende een paar seconden van het stroomnet
losgekoppeld worden. De contacten 16-17-18-19 moeten allemaal
overbrugd worden. Dipschakelaar 5 moet op OFF staan. De jumper
moet eraf getrokken worden.
Aanwijzing: fotocelbeveiligingen van verschillende constructie mogen
NIET met elkaar gecombineerd worden.
nl-7
DRUKKNOP/SLEUTELSCHAKELAAR (OPTIONEEL)
De besturing/aandrijving kan over verschillende ingangen geactiveerd
worden. Dit kan met een handzender of sleutelschakelaar gedaan
worden (contacten 7+10).
Handzender = zie punt Aanleren van de handzender
Schakelingang 1 = input besturing 1 Normaal gebruik
Schakelingang 2 = input besturing 2 Actief bij speciale instellingen
(zie beschrijving dipschakelaar)
NOODSTOP (OPTIONEEL) 600084
Als er een schakelaar aangesloten wordt, kan hiermee de installatie
stopgezet of geblokkeerd worden. Een beweging van het hek wordt
onmiddellijk onderbroken. De contacten 9 en 10 moeten overbrugd
worden als er geen schakelaar geïnstalleerd is.
Kabeldoorsnede: 0,5 mm
2
of groter.
Spanning: 12/24 volt AC/DC.
DEURBEVEILIGING/VERLICHTING (OPTIONEEL)
Om de positie van het hek te kunnen bewaken, kan er een gloeilamp
24V/3W worden aangesloten. Als alternatief kan er ook met een
relais verlichting worden voorgeschakeld.
Kabeldoorsnede: 0,5 mm
2
of groter.
Spanning: 24 V
KNIPPERLICHT (OPTIONEEL) FLA24-2
Er kan een knipperlicht op de besturing worden aangesloten. Dit
knipperlicht waarschuwt personen voor de bewegen van het hek. Het
knipperlicht moet hoog en duidelijk zichtbaar aangebracht worden. De
besturing geeft een constant signaal af, dat wordt omgezet in een
knipperlichtfunctie.
Kabeldoorsnede: 0,5 mm
2
of groter.
Spanning: 24 V DC
24 VDC - UITGANG
Voor relais-fotocelbeveiligingen of andere apparatuur (bijv. ontvanger)
max.500 mA
Geen onbuigzame koperen leidingen gebruiken. Kabels
met 230 volt niet parallel of in hetzelfde kanaal leggen.
CONTACTLIJST (OPTIONEEL)
Op de besturing kan een contactlijst die volgens het 8,2-kOhm-
principe werkt aangesloten worden. D.w.z. dat er aan het eind van de
contactlijst een testweerstand met 8,2 kOhm wordt aangesloten.
Deze zorgt voor de voortdurende controle van het stroomcircuit. De
besturing wordt geleverd met een ingebouwde 8,2 kOhm weerstand.
Men kan meerdere contactlijsten in serie aansluiten.
Kabeldoorsnede: 0,5mm
2
of groter.
600176 profiel groot per 1 m
600152 montageset profiel groot
600077-1 montagerail 2 m
G-Intset overbrenginssysteem “Profi” bij montage van de lijsten aan
het hek.
G-NSPG45/4 spiraalkabel (max 8 m breed)
G-AC1103 trekontlastingen/box voor spiraalkabel
ANTENNE (OPTIONEEL) ANT4X-1LM
De besturing is standaard met een draadantenne uitgerust.
Op de contacten 22 en 23 kan een buitenantenne (toebehoren)
worden aangesloten. Daarmee wordt het bereik groter. De antenne
dient zo hoog mogelijk gemonteerd te worden.
Geen onbuigzame koperen leidingen gebruiken. Kabels
met 230 volt niet parallel of in hetzelfde kanaal leggen.
nl-8
RPM-SENSOR (OPTIONEEL) 041ACOM17001
Een toerentalmeter (RPM-sensor) kan optioneel geïnstalleerd
worden. De sensor wordt op de motor geplaatst en met twee
schroeven bevestigd. De sensor zorgt voor het automatisch
teruggaan van het hek bij oplopen op een obstakel en moet altijd zo
gevoelig mogelijk ingesteld worden. De sensor is alleen tijdens een
snelle rit van de aandrijving actief en wordt in de soft-stop
(langzaamloop) uitgeschakeld. RPM-sensor: stekker CN3 op de
besturing
RADIOMODULE (OPTIONEEL)
Om de besturing via een radiografisch signaal te kunnen gebruiken,
moet er eerst een radiomodule op de insteekplaatsen CN4/CN5
worden geïnstalleerd. Volgende modules zijn verkrijgbaar: 801221
(433.92 MHz),801429 (27.145 MHz), 207542 (315.15 MHz China)
ELEKTRISCH SLOT (OPTIONEEL) 203285 (12V)
Een elektrisch slot kan met de stekker CN1 op de besturing worden
aangesloten. Een extra verkrijgbare kleine relaisbesturing (207399)
wordt tussen de aandrijfelektronica en het E-slot geklemd.
Geen onbuigzame koperen leidingen gebruiken. Kabels
met 230 volt niet parallel of in hetzelfde kanaal leggen.
nl-9
PROGRAMMERING TX4UNI
Het radio moduul op de voorgeschreven "pins" steken, als deze nog niet
voorgemonteerd is.
De ontvanger bezit twee kanalen, CH1 en CH2. Deze twee kanalen zijn
met de desbetreffende LED´s CH1 en CH2 verbonden. CH1 opent door
een geprogrammeerde knop op uw afstands-bediening het hek
helemaal. CH2 opent door een geprogrammeerde knop op uw
afstandsbediening het hek tot de helft (voetgangersfunctie).
Programmeren van de afstandsbediening met de toets CH1
(opent het hek helemaal, hiernaast geïllustreerd):
1. Linker en rechter toets van de handzender gedurende ca. 5 seconden
gelijktijdig ingedrukt houden tot de LED gedurende ca. 30 seconden
brandt. Een van de vier toetsen van de handzender kiezen waarmee
de poort moet worden gestuurd (nog niet indrukken).
2. Toets CH1 indrukken. LED LEARN1 gaat ca. 10 seconden branden.
3. Tijdens deze 10 seconden:
- Nu de voordien gekozen toets van de handzender indrukken.
- Aangezien de besturing en de handzender nu een passende code
instellen, moet de toets evt. een tweede of derde keer worden
ingedrukt.
- Zodra de LED LEARN TIMER en daarna alle andere LED’s hebben
geknipperd, voert u stap 4 uit.
4. Een van de drie resterende toetsen van de handzender indrukken om
de programmering met toets CH1 af te sluiten.
Ter info: Wanneer stap 3 niet lukt, wacht dan tot de LED’s (besturing en
handzender) uitdoven en begin opnieuw met stap 1.
Op deze manier kunnen tot 128 handzenders worden geprogrammeerd.
Programmeren van de afstandsbediening met de toets CH2
(opent het hek tot de helft):
1. Linker en rechter toets van de handzender gedurende ca. 5 seconden
gelijktijdig ingedrukt houden tot de LED gedurende ca. 30 seconden
brandt. Een tweede toets van de handzender kiezen waarmee de
poort moet worden gestuurd (nog niet indrukken).
2. Toets CH2 indrukken. LED LEARN2 gaat ca. 10 seconden branden.
3. Tijdens deze 10 seconden:
- Nu de voordien gekozen toets van de handzender indrukken.
- Aangezien de besturing en de handzender nu een passende code
instellen, moet de toets evt. een tweede of derde keer worden
ingedrukt.
- Zodra de LED LEARN TIMER en daarna alle andere LED’s hebben
geknipperd, voert u stap 4 uit.
4. Een van de drie resterende toetsen van de handzender indrukken om
de programmering af te sluiten.
Ter info: Wanneer stap 3 niet lukt, wacht dan tot de LED’s (besturing en
handzender) uitdoven en begin opnieuw met stap 1.
Op deze manier kunnen tot 128 handzenders worden geprogrammeerd.
Druk voor het wissen van de geprogrammeerde handzenders de toets
CH1 in tot de LED uitgaat. Voer dezelfde stappen uit voor CH2.
1
2
3
4
AANLEREN / WISSEN VAN DE HANDZENDER
Druk op de toets CH1. De LED „Learn1“ brandt rood. Druk
vervolgens gedurende ca. 5 seconden een toets van de handzender
in. De LED „Learn 1“ knippert nu. Klaar. Voer dezelfde stappen uit
voor CH2, maar druk nu een nog vrije toets van de handzender in. Er
kunnen maximaal 128 handzenders geprogrammeerd worden.
Druk voor het wissen van de geprogrammeerde handzenders de
toets CH1 in tot de LED uitgaat. Voer dezelfde stappen uit voor CH2.
nl-10
EERSTE INGEBRUIKNAME/BASISINSTELLING
Voer de punten nauwkeurig één voor één uit. Begin in geval van
twijfel opnieuw. Neem voldoende tijd voor deze instellingen.
1. Zijn alle voor het gebruik noodzakelijke aansluitingen aangesloten?
Motor(en), fotocelbeveiliging (!), knipperlicht, toets of schakelaar etc.?
2. Zorg ervoor dat zich niemand in de buurt van het hek bevindt of
kan bevinden.
3. Controleer of de LED’s (lampjes) goed werken en of ze een functie
blokkeren. Rode LED’s moeten uit zijn, groene LED’s moeten
branden. (Uitgezonderd de LED’s voor status eindschakelaar - geel)
4. Als de dipschakelaars niet al zo zijn ingesteld, moeten zij op het
standaardprogramma ingesteld worden: 1= „ON“, 2=“ON“, 3=“OFF“.
Evt. wijzigingen kunnen later worden uitgevoerd. (Zie beschrijving
dipschakelaar)
5. Dipschakelaar 7 bepaalt de openingsrichting (zie beschrijving
dipschakelaar)
6. Zet de kracht op de potentiometer “FORCE” op hoogstens 30%. Bij
zeer lichte deuren zelfs minder. Eerst proberen, dan corrigeren.
Alleen in kleine stappen de kracht verhogen.
7. Besturing uitschakelen( stekker uit het stopcontact trekken).
7.1 Het opsteekbruggetje (jumper) op de hiervoor voorgeziene pinnen
steken.
7.2 Dipschakelaar 5 op ON zetten.
7.3 Fotocel(len) volgens het schema aansluiten.
7.4 Besturing aanzetten (stekker erin) en 30 sec. wachten.
7.5 Het opsteekbruggetje (jumper) eraf trekken, even wachten. De
LED´s van de aangesloten fotocellen moeten UIT zijn, de LED´s van
de NIET aangesloten fotocellen KNIPPEREN. De fotocellen zijn nu
geactiveerd.
Programmering van de tijd voor het traject
1. Hek ontgrendelen en handmatig naar de eindschakelaar bewegen.
Zo controleren of de eindschakelaars voor OPEN/DICHT met de
juiste gele LED aangegeven worden.
(OPEN = OPEN, DICHT = CLOSED). Als de juiste eindschakelaar
geactiveerd is, gaat de betreffende LED uit.
2. Het hek weer handmatig tussen de eindschakelaar “OPEN” en
“DICHT” zetten en vergrendelen. (Beide eindschakelaars moeten vrij
blijven.)
3. Toets L1 kort indrukken (1 seconde), hek gaat open. Als het hek de
eindschakelaar “OPEN” bereikt, wordt het hek kort stopgezet en
wordt vervolgens weer automatisch gesloten. Nadat het hek de
eindschakelaar “DICHT” bereikt heeft, is de programmering voltooid.
ATTENTIE: als het hek gesloten in plaats van geopend wordt,
moet dipschakelaar 7 in een ander stand geschoven worden!
Vervolgens weer opnieuw met punt 1 van de programmering
beginnen.
De tijd voor het benodigde traject is nu geprogrammeerd. De soft-
stop (langzame rit) ca. 4-5 seconden voor het bereiken van de
eindschakelaar werd automatisch geprogrammeerd. Dit kan
vervolgens met de dipschakelaar geactiveerd worden. (Zie
beschrijving dipschakelaar)
Voltooien van de installatie/programmering:
Als het traject geprogrammeerd is, kunnen de handzenders
aangeleerd (niet nodig bij kits) of gewist worden.
1. Start het hek met de handzender of een aangesloten drukknop en
observeer het verloop. Sluit het hek weer ZONDER dat u een andere
dipschakelaars instelling programmeert.
Aanwijzing 1:
als het hek niet reageert (zie beschrijving
fotocelbeveiliging jumper).
Aanwijzing 2: als het hek alleen met een schakelaar reageert (contact
7+10), is of het radiosignaal niet aangeleerd/aanwezig, of de
radiomodule is niet goed aangesloten.
2. Als het hek niet volledig sluit, moet de potentiometer op een
waarde ingesteld worden die het resultaat is uit voorgaande
pogingen. (Kracht corrigeren)
3. Sluit het hek eerst voordat u een tweede poging doet.
4. Als alle instellingen uitgevoerd zijn, controleer dan de werking van
de fotocelbeveiligingen, drukknop, knipperlicht, handzender,
toebehoren etc. Als de functie Automatisch sluiten beschikbaar moet
zijn, draai dan de potentiometer „TIMER TO CLOSE“ met de wijzers
van de klok mee. Zo kunt u de pauzetijd van 0-150 seconden naar
wens instellen.
Voer ook deze instelling(en) bij gesloten positie van het hek uit.
5. Toon iedereen die met het hek om moet kunnen gaan welke
bewegingen het hek maakt, hoe de veiligheidsfuncties werken en hoe
de aandrijving met de hand bevestigd kan worden.
1
3
6
1
2
5
5
nl-11
De besturing reageert niet wanneer ik de DIP-
schakelaars verander.
Besturing stroomloos schakelen, dan
DIP-schakelaars veranderen.
"Automatisch sluiten” werkt niet
1. Werkt alleen wanneer de fotocellen
met 2 kabels 770E(ML) of 771E(ML)
geïnstalleerd is.
2. Vervolgens potentiometer voor
“Automatisch sluiten” rechtsom draaien.
De aandrijving reageert helemaal niet, geen LED
brandt, eventueel stroomonderbreking
1. Stroomdraad en nulleider controleren
2. Zekeringenkast woning controleren
Aandrijving werkt niet / reageert niet op indrukken
van de knop.
1. Aansluiting knop los
2. Aansluiting STOP-schakelaar los, STOP-
LED is uit.
3. Hindernis blokkeert fotocel in
bewegingsrichting
4. Contactlijst is beschadigd of heeft een
hindernis geraakt.
5. Aandrijving is nog ontgrendeld
1. Knoppen- en COM-aansluitingen
controleren
2. Aansluitingen van de STOP-
schakelaar (STOP en COM)
controleren.
3. Hindernis verwijderen
4. Hindernis verwijderen, alsmede
aansluitingen en bedrading controleren.
5. Aandrijving vergrendelen
Direct nadat het hek zich in beweging heeft
gezet, stopt het en keert het terug.
Hindernis in het hekbereik
Hekbereik controleren op hindernissen
De aandrijving zoemt weliswaar maar heeft geen
kracht
1. Condensator is niet correct aangesloten op
bruine en zwarte kabel.
2. Kracht is niet ingesteld.
3. Aandrijving is ontgrendeld
1. Bedrading condensator controleren
2. Potentiometer voor kracht rechtsom
draaien
3. Aandrijving vergrendelen
De aandrijving werkt alleen wanneer ik de
handzender ingedrukt houdt.
1. Besturing in dodemansbedrijf
2. Een beveiligingsvoorziening functioneert niet
juist. (fotocel, contactlijst)
1. Besturing stroomloos schakelen, dan
DIP-schakelaars veranderen.
2. LED's bekijken, fouten zoeken en
verhelpen.
De aandrijving reageert niet hoewel de besturing
aangesloten is. (LED's branden)
1. Handzender niet geprogrammeerd
2. LED's geven fouten aan
3. Fotocel verkeerd aangesloten
4. Brug niet aanwezig tussen STOP en COM
5. Klem voor motoren eventueel niet correct
aangesloten
1. Handzender programmeren
2. Fouten zoeken en verhelpen (zie
beschrijving LED's)
3. Aansluiting/programmering fotocel
controleren
4. Eenvoudige draadbrug aansluiten
5. Klem en aansluitingen controleren
Wat is de vermoedelijke levensduur van een hekaandrijving?
Een correct geïnstalleerde hekaandrijving kan bij gebruik voor
particuliere toepassingen meer dan10 jaar storingsvrij werken. Zowel
het hek als ook de aandrijving moeten regelmatig worden
gecontroleerd en volgens het schema worden onderhouden.
Wat gebeurt er tijdens een stroomonderbreking?
Alle Chamberlain-hekaandrijvingen beschikken over een
ontgrendelingssysteem om het hek tijdens een stroomonderbreking met
de hand te kunnen bedienen.
Hoe lang duurt de installatie van een hekaandrijving?
Afhankelijk van uw vaardigheden neemt de montage van de
mechanische onderdelen ca. 3 tot 8 uur in beslag. Het hek moet worden
voorbereid, zodat het gereed is voor installatie. De elektrische aansluiting
duurt ca. 1 tot 2 uur. Elke gebruiker moet tenminste 30 minuten worden
geïnstrueerd in de bediening; hierbij moeten de functies worden getoond
en veiligheidsaspecten, beveiligingsvoorzieningen, alsmede de
handelwijze tijdens een stroomonderbreking worden uitgelegd.
Is het mogelijk om een vleugel een beetje te
openen? (voetgangersfunctie)
Ja, dat is mogelijk. Dit proces kan radiografisch worden geactiveerd
(hiervoor is minimaal een 2-kanaals handzender noodzakelijk) of via het
indrukken van een knop. (Zie “Standaard & Voetgangersfunctie ”)
Veel gestelde vragen
De aandrijving stopt plotseling en werkt pas weer
na een langere pauze.
Wordt het hek continu gebruikt, bereikt de
motor de uitschakeltemperatuur.
Beveiligingsvoorziening, omdat de aandrijving
niet geschikt is voor continubedrijf.
Motor voldoende laten afkoelen (min. 15
minuten).
nl-12
Besturing werkt niet meer met handzender, alleen
nog met schakelaar en dan alleen zolang er een
toets ingedrukt wordt en vastgehouden wordt.
Toets (1) Open of met toets (2) DICHT
1.Instelling dipschakelaar niet naar wens
2.Een veiligheidsfotocelbeveiliging, contactlijst
of stop blokkeren de besturing
3.Er is slechts een fotocelbeveiliging voor
OPEN aangesloten
1.Correctie van de dipschakelaar.
Verhelpen van de storing noodzakelijk.
Als de storing niet gerepareerd kan
worden, dan moet er een “reset” en een
nieuwe programmering uitgevoerd
worden (zie fotocelbeveiliging).
2.Er moet ten minste een
fotocelbeveiliging actief op DICHT of
OPEN & DICHT aangesloten zijn.
De installatie wordt niet automatisch gesloten,
maar wordt automatisch GEOPEND
Instelling van Dipswitch 7oppassen Instelling van Dipswitch 7 veranderen
Besturing werkt niet met handzender 1.Handzender niet geprogrammeerd
2.Een fotocelbeveiliging blokkeert
1.Handzender programmeren.
2.Fotocelbeveiligingen controleren.
Deur kan alleen geopend worden
1.Fotocelbeveiliging blokkeert
2.Instelling dipschakelaar niet naar wens
1.Controle van de werking en
aansluiting noodzakelijk.
2.Dipschakelaar controleren.
De besturing doet het niet Geen traject geleerd Traject aanleren.
Zie eerste ingebruikname.
De vleugel word niet volledig geopend 1.Kracht te laag bij veel wind
(deuren over het volledige oppervlak)
2.Deur loopt stroef/zwaar
1.Kracht opnieuw instellen (verhogen).
2.Stroefheid verhelpen.
3.Besturing nieuw programmeren.
(Externe radiografische) universele ontvanger
werkt niet
Controleer of de polen in de juiste
richting liggen (contacten 14/15)
Kabel “+” en “-” omwisselen.
Het bereik van de zender is te gering
De installatie van een buitenantenne wordt geadviseerd, omdat de besturing met de korte
kabelantenne zich in de meeste gevallen achter de pijler of vlak bij de grond bevindt. De
optimale antennepositie moet altijd zo hoog mogelijk zijn. Chamberlain biedt als toebehoren
een bijbehorende antenne met montageset aan onder de omschrijving ANT4X-1EML.
Het hek moet een stijging volgen Niet aanbevolen! Hek wijzigen! Het hek kan ongecontroleerd (gevaarlijk) bewegen,
wanneer de aandrijving ontgrendeld is. In de stijgingsrichting is een hogere kracht nodig;
in tegenovergestelde richting heeft de aandrijving dan teveel kracht.
De krachtinstelling is gewijzigd, er is echter geen
verschil vast te stellen.
Besturing gedurende enkele seconden van het lichtnet loskoppelen om de zelfcontrole van
de kaart te activeren.
BATTERIJVERWIJDERING
Batterijen en accu’s mogen niet met het huisvuil worden meegegeven.
U kunt de batterijen na gebruik in de directe omgeving (bijv. in de
handel of gemeentelijke inzamelpunten) kosteloos terugbrengen.
Batterijen en accu’s zijn gemarkeerd met een doorkruiste vuilnisbak
alsook het chemische symbool van de schadelijke stof, namelijk
“Cd” voor cadmium, “Hg” voor kwik en “Pb” voor lood.
12VDC
Pb Cd Hg
VERWIJDERING
De verpakking bestaat uit milieuvriendelijke materialen. Ze kan in de plaatselijke recyclagecontainers worden gedeponeerd. Overeenkomstig
Europese richtlijn 2002/96/EG betreffende oude elektrische apparaten moet dit apparaat na gebruik volgens de voorschriften worden verwijderd
om te garanderen dat de gebruikte materialen worden gerecycleerd.
Het gemeente- of stadsbestuur geeft informatie over de mogelijkheden voor verwijdering.
1/148