Sony MDS-JB930 de handleiding

Categorie
Minidisc-spelers
Type
de handleiding
2
NL
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet
bloot aan regen of vocht,
om gevaar van brand of
een elektrische schok te
voorkomen.
Dit apparaat is geclassificeerd als een
laserproduct van Klasse 1.
Het etiket CLASS 1 LASER PRODUCT
MARKING bevindt zich aan de achterkant
van het apparaat.
Binnenin het apparaat bevindt zich het
volgende label.
IN GEEN ENKELE SITUATIE KAN DE
VERKOPER AANSPRAKELIJK
WORDEN GESTELD VOOR ENIGE
VORM VAN DIRECTE SCHADE,
INCIDENTELE SCHADE OF
GEVOLGSCHADE DIE
VOORTVLOEIT UIT GEBRUIK VAN
HET APPARAAT OF EEN DEFECT
HIERIN, NOCH VOOR HIERMEE
SAMENHANGENDE ONKOSTEN OF
VERLIEZEN.
Voor de Klanten in Nederland
Welkom!
Dank u voor het aanschaffen van dit
Sony MiniDisc Deck. Lees, alvorens
het deck in gebruik te nemen, de
gebruiksaanwijzing aandachtig door
en bewaar deze voor eventuele
naslag.
Betreffende deze
gebruiksaanwijzing
De aanwijzingen in deze handleiding
zijn van toepassing op het MDS-JB930
MiniDisc Deck.
Afspraken
De aanwijzingen in deze
handleiding beschrijven de
bedieningsorganen op het deck; in
plaats daarvan kunt u ook de
gelijknamige bedieningsorganen op
de bijgeleverde afstandsbediening
gebruiken; indien de naam afwijkt,
wordt deze in de aanwijzingen
tussen haakjes genoemd.
Voorbeeld: Draai AMS naar rechts
(of druk herhaald op >).
De onderstaande pictogrammen
worden in deze gebruiksaanwijzing
gebruikt:
ZDit pictogram verschijnt bij
bedieningshandelingen
waarvoor u de
afstandsbediening nodig hebt.
z Dit pictogram markeert handige
tips die de bediening
vereenvoudigen.
Bij dit product zijn
batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn,
moet u ze niet weggooien
maar inleveren als KCA.
3
NL
INHOUDSOPGAVE
Voorbereidingen 4
Alvorens u aansluitingen gaat maken 4
Aansluiten van de audio-componenten 5
Instellen van de klok 8
Plaatsen en functies van
onderdelen 10
Beschrijving van de onderdelen van het
voorpaneel 10
Beschrijving van de onderdelen van de
afstandsbediening 12
Gebruik van het display 14
Opnemen op MD’s 17
Opmerkingen over opnemen 17
Opnemen op een MD 18
Instellen van het opnameniveau 20
Wenken bij opname 20
Aanbrengen van muziekstuknummers tijdens het
opnemen (Track Marking) 22
Opnamestart met zes seconden muziek uit het
buffergeheugen (tijdmachine-opname) 23
Synchroon opnemen met de audio-component van
uw keuze (muziek-synchroonopname) 24
Synchroon opnemen met een Sony CD-speler
(CD-synchroonopname) 24
Afspelen van MD’s 26
Afspelen van een MD 26
Afspelen van een bepaald muziekstuk 27
Opzoeken van een bepaald punt in een
muziekstuk 28
Herhaald afspelen van muziekstukken 28
Muziekstukken in willekeurige volgorde afspelen
(Shuffle Play) 29
Programmeren van muziekstukken
(Program Play) 30
Wenken voor het op band opnemen van MD’s 31
Monteren van opgenomen MD’s 33
Wissen van muziekstukken 34
Onderverdelen van muziekstukken 36
Samenvoegen van muziekstukken 37
Verplaatsen van muziekstukken 38
Naamgeving van een muziekstuk of MD 38
Ongedaan maken van de laatste wijziging 42
Overige functies 43
Veranderen van de toonhoogte
(Toonhoogteregelfunctie) 43
Infaden (Fade In) en uitfaden (Fade Out) 44
Inslapen met muziek
(SLEEP-schakelklokfunctie) 45
Gebruikmaking van een schakelklok 46
Afspelen met verschillende geluidskenmerken
(digitaal filter) 47
Bediening van het MD-deck door
gebruikmaking van een
toetsenbord 49
Instellen van het toetsenbord 49
Naamgeving van een muziekstuk of MD door
gebruikmaking van het toetsenbord 50
Bediening van het deck door gebruikmaking van
het toetsenbord 51
Tekens toewijzen aan de toetsen van het
toetsenbord 52
Aanvullende informatie 53
Voorzorgsmaatregelen 53
Behandeling van MD’s 54
Beperkingen van het systeem 54
Verhelpen van storingen 55
Technische gegevens 56
Meldingen op het display 57
Tabel van Edit Menu 58
Tabel van Setup Menu 58
Zelfdiagnosefunctie 59
Index 60
NL
4
NL
Voorbereidingen
Dit hoofdstuk bevat informatie over
de bijgeleverde accessoires, punten
die u bij het aansluiten van het
systeem in gedachten moet houden,
en de manier waarop u de
verschillende audio-componenten op
het MD-deck moet aansluiten. Lees
dit hoofdstuk aandachtig door
alvorens u daadwerkelijk iets op dit
deck gaat aansluiten.
Alvorens u aansluitingen
gaat maken
Controleer de bijgeleverde accessoires
Met dit MD-deck worden de volgende accessoires
meegeleverd:
Audio-aansluitsnoeren (2)
Optische kabel (1)
Afstandsbediening RM-D33M (1)
R6 (formaat AA) batterijen (2)
Plaats de batterijen in de
afstandsbediening
Plaats twee R6 (formaat AA) batterijen met de + en – op
de juiste plaats in het batterijvak. Bij gebruikmaking van
de afstandsbediening houdt u de afstandsbediening in de
richting van de afstandsbedieningssensor
op het deck.
z
Wanneer moeten de batterijen worden vernieuwd?
Bij normaal gebruik gaan de batterijen ongeveer zes maanden
mee. Vervang beide batterijen door nieuwe wanneer u het deck
niet langer op afstand kunt bedienen.
Opmerkingen
• Laat de afstandsbediening nooit op een erg warme of vochtige
plaats liggen.
• Zorg dat er geen vreemde voorwerpen in de afstandsbediening
terechtkomen. Let hier vooral op tijdens het verwisselen van de
batterijen.
• Vernieuw steeds alle batterijen tegelijk.
• Stel de afstandsbediening niet bloot aan direct zonlicht of
andere sterke lichtbronnen. Dit kan de juiste werking ervan
verstoren.
• Indien u de afstandsbediening geruime tijd niet denkt te
gebruiken, verwijder dan de batterijen om eventuele
beschadiging door batterijlekkage en corrosie te voorkomen.
5
NL
Voorbereidingen
Aansluiten van de audio-componenten
*
Digitale apparatuur met alleen een DIGITAL OUT-aansluiting
**
Digitale apparatuur met een DIGITAL IN- en OUT-aansluiting
Vereiste snoeren
Audio-aansluitsnoeren (2) (bijgeleverd)
Bij het aansluiten van de audio-aansluitsnoeren dient u erop te
letten dat de pennen daarvan worden aangesloten op de
aansluitbussen van dezelfde kleur: wit (links) op wit, en rood
(rechts) op rood.
CONTROL A1 Netsnoer
Versterker,
enz.
CD-speler, DBS-tuner*, digitale versterker,
DAT-deck, MD-deck, enz.**
Wit (L) Wit (L)
Rood (R) Rood (R)
Optische kabels (3) (slechts één bijgeleverd)
Bij het aansluiten van de optische kabels dient u de dopjes van
de aansluitingen te halen en de kabelstekkers er recht in te
steken totdat ze goed vastzitten.
De optische kabels mogen niet worden gebogen of
samengebonden.
Coaxiale digitale aansluitkabels (2) (niet bijgeleverd)
Punten die u bij het aansluiten van het
systeem in gedachten dient te houden
Alvorens u aansluitingen gaat maken, dient u de
stroomtoevoer naar alle componenten uit te schakelen.
Er mag pas een netsnoer worden aangesloten nadat alle
aansluitingen zijn voltooid.
Zorg ervoor dat alle aansluitingen goed vastzitten, dit
om brom en ruis te voorkomen.
Aansluitbussen (aansluitingen) voor het
aansluiten van audio-componenten
Aansluiten Op de
Versterkers LINE (ANALOG) IN/OUT-
aansluitbussen
CD-spelers of DBS-tuners DIGITAL COAXIAL IN-
aansluitbus of DIGITAL
OPTICAL IN*-aansluiting
Digitale versterkers, DAT-
decks of een ander MD-deck
DIGITAL COAXIAL IN/OUT-
aansluitbussen of DIGITAL
OPTICAL IN
*/OUT-
aansluitingen
*
Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen aansluiting IN1 en IN2.
6
NL
Voorbereidingen
Aansluiten van het netsnoer
Sluit het netsnoer van het deck aan op een stopcontact.
Opmerking
Bij gebruikmaking van een schakelklok dient u het netsnoer aan
te sluiten op het contact van de schakelklok.
Het CONTROL A1 -bedieningssysteem
Dit MD-deck is geschikt voor het CONTROL A1 -
bedieningssysteem.
Het CONTROL A1
-bedieningssysteem werd ontworpen
om geluidsinstallaties die uit meerdere Sony-
componenten bestaan, gemakkelijker te kunnen bedienen.
CONTROL A1
-aansluitingen zorgen voor een route voor
de overdracht van bedieningssignalen die automatische
bediening mogelijk maken en functies bedienen welke
doorgaans in verbinding worden gebracht met
geïntegreerde systemen.
Op dit moment maken CONTROL A1
-aansluitingen
tussen een Sony MD-deck, CD-speler, versterker
(ontvanger) en cassettedeck automatische functiekeuze en
synchroon-opname mogelijk.
In de toekomst zal de CONTROL A1
-aansluiting werken
als een multifunctionele bus waarmee u van elke
component meerdere functies kunt bedienen.
Opmerking
Het CONTROL A1 -bedieningssysteem is ontworpen voor
opwaartse compatibiliteit omdat het bedieningssysteem wordt
verbeterd om nieuwe functies te kunnen verwerken. In dit geval
zullen oudere componenten echter niet geschikt zijn voor de
nieuwe functies.
Compatibiliteit van CONTROL A1 en
CONTROL A1
Het CONTROL A1-bedieningssysteem is vernieuwd
en heet nu CONTROL A1
, het standaard systeem in
de SONY 300 disc CD-wisselaar en andere recentelijk
uitgekomen Sony-componenten. Componenten met
CONTROL A1-aansluitbussen kunnen worden
gebruikt in combinatie met componenten met
CONTROL A1
en kunnen op elkaar worden
aangesloten. In beginsel zullen de meeste functies die
beschikbaar zijn met het CONTROL A1-
bedieningssysteem ook beschikbaar zijn met het
CONTROL A1
-bedieningssysteem.
Wanneer u echter aansluitingen maakt tussen
componenten met CONTROL A1-aansluitbussen en
componenten met CONTROL A1
-aansluitbussen,
kan het aantal functies dat u kunt bedienen al naar
gelang de component beperkt zijn. Voor nadere
bijzonderheden dient u de met de betreffende
component(en) meegeleverde gebruiksaanwijzing te
raadplegen.
Aansluiten van het CONTROL A1
-
bedieningssysteem
Sluit mono (2P) ministekkerkabels in serie aan op de
CONTROL A1
-aansluitbussen op de achterkant van elke
component. U kunt maximaal tien CONTROL A1
-
compatibele componenten in elke gewenste volgorde
aansluiten. Van elk type component kunt u er echter
slechts één aansluiten (d.w.z. één CD-speler, één MD-
speler, één tapedeck en één ontvanger).
(Al naar gelang het model kunnen er echter in bepaalde
gevallen meer dan één CD-speler of MD-deck worden
aangesloten. Raadpleeg de met de betreffende component
meegeleverde gebruiksaanwijzing voor nadere
bijzonderheden.)
Voorbeeld
Aansluiten van de audio-componenten
Versterker
(Ontvanger)
CD-speler MD-deck Tapedeck Andere
component
7
NL
Voorbereidingen
Bij het CONTROL A1 -bedieningssysteem verplaatsen de
bedieningssignalen zich in beide richtingen, waardoor er
geen onderscheid bestaat tussen IN- en OUT-
aansluitbussen. Indien een component beschikt over meer
dan één CONTROL A1
-aansluitbus, kunt u beide bussen
gebruiken of verschillende componenten aansluiten op
één aansluitbus.
Aansluitbussen en voorbeelden van aansluitingen
CD-speler
MD-deck
CONTROL A1-aansluitbussen en aansluitingen
Het is mogelijk om aansluitingen te maken tussen
CONTROL A1- en CONTROL A1
-aansluitbussen. Voor
bijzonderheden over bepaalde aansluitingen of
instelmogelijkheden dient u de met de betreffende
component(en) meegeleverde gebruiksaanwijzing te
raadplegen.
Aansluitkabel
Bij sommige CONTROL A1
-compatibele componenten
wordt als accessoire een aansluitkabel meegeleverd.
Gebruik in dat geval de aansluitkabel om de aansluiting
te maken.
Bij gebruikmaking van een in de handel verkrijgbare
kabel dient u een mono (2P) ministekkerkabel te
gebruiken met een lengte van minder dan 2 meter en
zonder weerstand (zoals de Sony RK-G69HG).
Basisfuncties van het CONTROL A1 -
bedieningssysteem
Automatische functiekeuze
Wanneer u CONTROL A1
-compatibele Sony-
componenten aansluit door gebruikmaking van control
A1
-kabels (niet bijgeleverd) en u de afspeeltoets van één
van de aangesloten componenten indrukt, schakelt de
functiekiezer op de versterker (of ontvanger) automatisch
over op de juiste ingang.
(Indien u H (afspeeltoets) op het MD-deck indrukt
terwijl de CD wordt afgespeeld, schakelt de functiekiezer
op de versterker over van CD naar MD.)
Opmerkingen
• Deze functie werkt alleen wanneer de componenten zijn
aangesloten op de ingangen van de versterker (of ontvanger) in
overeenstemming met de namen op de functietoetsen. Bij
bepaalde ontvangers kunt u de namen van de functietoetsen
met elkaar verwisselen. Raadpleeg daarvoor de
gebruiksaanwijzing die met de ontvanger is meegeleverd.
• Tijdens het opnemen kunt u alleen naar de opnamebron
luisteren en geen andere componenten afspelen. Hierdoor zou
namelijk de automatische keuzefunctie geactiveerd worden.
Synchroonopname
Met deze functie kunt u synchroon opnemen van het MD-
deck naar de gekozen broncomponent, en vice versa.
1 Stel de bronkiezer op de versterker (of ontvanger)
in op de broncomponent.
2 Zet de broncomponent in de pauzestand (de
indicators H en X moeten beide gaan branden).
3 Zet het deck in de opnamepauzestand.
4 Druk op X op het deck.
De broncomponent schakelt over uit de pauzestand en
even later begint het opnemen.
Wanneer het afspelen van de broncomponent eindigt,
stopt het opnemen.
Opmerkingen
• Zet maximaal één component in de pauzestand.
• Dit MD-deck is voorzien van een speciale
synchroonopnamefunctie die gebruikmaakt van het CONTROL
A1 -bedieningssysteem (zie “CD-synchroonopname van een
Sony CD-speler die is aangesloten via een Control A1 -kabel
(niet bijgeleverd)” op blz. 25).
8
NL
Voorbereidingen
Instellen van de klok
Nadat u de ingebouwde klok van het MD-deck hebt
ingesteld, zal het MD-deck automatisch de datum en tijd
van alle opnamen vastleggen. Bij het afspelen van een
muziekstuk kunt u de datum en tijd waarop het
muziekstuk werd opgenomen, op het display weergeven
(zie blz. 16).
A
AMS
MENU/NO
AMS YES
m/M
>.X
H
X
` / 1
Z
x
z.
>
mM
./>
m/M
DATE
PRESENT
YESMENU/NO
1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op
MENU/NO.
“Setup Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Clock Set ?” verschijnt en druk daarna op AMS.
De dagindicatie begint te knipperen.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de
huidige dag in te voeren en druk daarna op AMS.
De dagindicatie stopt met knipperen en de
maandindicatie begint te knipperen.
4 Herhaal stap 3 om de maand, het jaar, het uur en
de minuten in te voeren.
Nadat u de minuten hebt ingevoerd, verschijnen de
ingestelde datum en tijd weer, gevolgd door
“Complete!!”, en zijn de klokinstellingen voltooid.
Veranderen van de klokinstelling(en)
1 Voer de bovenstaande stappen 1 en 2 uit.
2 Druk herhaald op AMS of m/M totdat de
instelling die u wilt veranderen, begint te
knipperen.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de
instelling te veranderen en druk daarna op AMS.
4 Om de instelling te voltooien, drukt u herhaald op
AMS of m/M totdat de minutenindicatie begint
te knipperen en daarna drukt u op AMS of YES.
Weergeven van de huidige datum en tijd
Z
U kunt de huidige datum en tijd op elk gewenst tijdstip
weergeven op het display terwijl het apparaat is
ingeschakeld.
Druk op DATE PRESENT.
Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt:
t Huidig display t Datum t Tijd
z
Om opnamen te voorzien van de exacte tijd en de juiste
datum
Stel de tijd ten minste eenmaal per week opnieuw in.
Opmerking
Wanneer de stekker van het netsnoer lange tijd niet in het
stopcontact heeft gezeten, gaan de instellingen van de klok
verloren en knippert “Initialize” op het display wanneer u de
eerstvolgende keer de stekker in het stopcontact steekt en het
MD-deck inschakelt. In dat geval moet u de klok opnieuw
instellen.
10
NL
Plaatsen en
functies van
onderdelen
In dit hoofdstuk wordt u vertrouwd
gemaakt met de plaatsen en functies
van de verschillende toetsen en
regelaars op het voorpaneel en de
bijgeleverde afstandsbediening.
Nadere bijzonderheden vindt u op de
bladzijden die tussen haakjes zijn
aangegeven.
Verder wordt u in dit hoofdstuk
vertrouwd gemaakt met de
meldingen die op het display kunnen
verschijnen.
Beschrijving van de
onderdelen van het
voorpaneel
1 +/1 (aan/uit-) schakelaar (18, 26, 55, 57)
Druk op deze schakelaar om het deck in te schakelen.
Wanneer u het deck inschakelt, dooft de STANDBY-
indicator. Wanneer u deze schakelaar opnieuw
indrukt, wordt het deck uitgeschakeld en gaat de
indicator branden.
2 PITCH CONTROL-toets (16, 43, 44)
Druk op deze toets om de afspeelsnelheid
(toonhoogte) van de MD in te stellen. Wanneer u de
toonhoogte op een andere waarde dan “0”
(fabrieksinstelling) hebt ingesteld, brandt de
verlichting van de toets tijdens het afspelen in
geelbruin.
3 FILTER-toets (47)
Druk op deze toets om het type digitale filter te
kiezen.
4 TIME-toets (14-16, 20, 25)
Druk op deze toets om de resterende tijd weer te
geven op het display.
5 Afstandsbedieningssensor (4)
Richt de afstandsbediening naar deze sensor (
) om
op afstand te kunnen bedienen.
6 Display (8, 14-16, 20, 39, 43)
Op het display wordt uiteenlopende informatie
weergegeven.
7 CLEAR-toets (30, 31, 39)
Druk op deze toets om de keuze te annuleren.
8 MENU/NO-toets (8, 21, 22, 30-42, 45, 49)
Druk op deze toets om “Edit Menu” of “Setup Menu”
op het display te laten verschijnen.
9 AMS-regelaar (8, 19, 21-23, 26, 27, 30-45, 49)
Draai deze regelaar om muziekstukken te vinden, de
klok in te stellen, de in te voeren tekens te kiezen, of
een menuonderdeel en een instelwaarde te kiezen.
0 YES-toets (8, 21, 22, 30-42, 45, 49)
Druk op deze toets om de gekozen
bedieningshandeling uit te voeren.
qa REC MODE-kiezer (18)
Gebruik deze toets om REC MODE in te stellen op
STEREO of MONO.
11
NL
Plaatsen en functies van onderdelen
w;
qgqh
qk
qj
wswa
wd
wf
wg
wj wh
234
6
5
7
9
0 qa qs
qd
qf1
8
ql
A
0
10
–+
wa DISPLAY/CHAR-toets (14, 15, 20, 30, 39)
Druk met het deck in de stopstand op deze toets om
informatie over de disc of de inhoud van een
programma weer te geven op het display.
Druk tijdens het opnemen op deze toets om
informatie over het muziekstuk dat u aan het
opnemen bent, weer te geven op het display.
Druk tijdens het afspelen op deze toets om
informatie over het muziekstuk dat u op dat
moment aan het afspelen bent, weer te geven op het
display.
Druk in de opnamepauzestand op deze toets om het
opnameniveau in te stellen.
Druk tijdens het monteren van een MD op deze
toets om het soort tekens te kiezen dat u wilt
invoeren.
ws SCROLL-toets (16)
Druk op deze toets om de titel van een muziekstuk of
MD over het display te laten bewegen.
wd PLAY MODE-toets (29, 30, 46)
Druk op deze toets om afspelen in willekeurige of
geprogrammeerde volgorde te kiezen.
wf KEYBOARD-aansluitbus (49)
Sluit op deze aansluitbus een toetsenbord aan.
wg PHONE LEVEL-regelaar (26)
Draai deze regelaar om het volume van de
hoofdtelefoon in te stellen.
wh PHONES-aansluitbus (26)
Deze aansluitbus is bestemd voor het aansluiten van
een hoofdtelefoon.
wj TIMER-kiezer (46)
Gebruik deze kiezer om de schakelklok in te stellen
voor opnemen (REC) of afspelen (PLAY). Zet de kiezer
op OFF om de schakelklok uit te zetten.
qs INPUT-kiezer (18, 20, 21, 55)
Gebruik deze toets om de ingangsaansluitbus (of -
aansluiting) van de programmabron waarvan u wilt
opnemen te kiezen.
qd REC LEVEL-regelaar (20)
Draai deze regelaar om het opnameniveau in te
stellen.
qf REC z toets (19, 20, 22, 25, 42)
Druk op deze toets om op de MD op te nemen, mee te
luisteren naar het ingangssignaal of
muziekstuknummers aan te brengen.
qg x toets (19, 26, 46)
Druk op deze toets om met afspelen of opnemen te
stoppen, of om de gekozen bedieningshandeling te
annuleren.
qh X toets (7, 19, 25, 26)
Druk op deze toets om het afspelen of opnemen
tijdelijk te onderbreken. Druk opnieuw op deze toets
om het afspelen of opnemen te hervatten.
qj H toets (7, 19, 25-27, 29, 30, 46)
Druk op deze toets om met afspelen te beginnen.
qk EJECT A toets (19, 20, 26)
Druk op deze toets om de MD te verwijderen.
ql m/M toetsen (8, 28, 30, 31, 33, 35, 36, 39)
Druk op deze toetsen om een bepaalde passage van
een muziekstuk te vinden, de inhoud van een
programma te wijzigen of het ingevoerde teken te
veranderen.
w; MD-gleuf (18, 26)
Plaats de MD zoals hieronder is aangegeven.
Met de labelkant
naar boven
Met het pijltje in
de richting van
het deck wijzend
12
NL
Plaatsen en functies van onderdelen
1 +/1 (aan/uit-) schakelaar (18, 26, 55, 57)
Druk op deze schakelaar om het deck in te schakelen.
Wanneer u het deck inschakelt, dooft de STANDBY-
indicator. Wanneer u deze schakelaar opnieuw
indrukt, wordt het deck uitgeschakeld en gaat de
indicator branden.
2 FILTER-toets (47)
Druk op deze toets om het type digitale filter te
kiezen.
3 DATE PRESENT-toets (8)
Druk op deze toets om de huidige datum en tijd weer
te geven.
DATE RECORDED-toets (16)
Druk op deze toets om de datum en tijd van de
opname weer te geven.
4 Alfanumerieke toetsen (16, 27, 30, 40)
Druk op deze toetsen om letters of cijfers in te voeren.
5 M.SCAN-toets (27)
Druk op deze toets om een muziekstuk binnen een
bereik van zes tot twintig seconden te scannen.
6 A.SPACE-toets (31, 32)
Druk op deze toets om tussen muziekstukken een
geluidloze passage van drie seconden in te lassen of
om het afspelen na elk muziekstuk tijdelijk te
onderbreken.
7 P.HOLD-toets (15)
Druk op deze toets om de piekvasthoudfunctie in of
uit te schakelen.
8 CLEAR-toets (30, 31, 40, 41)
Druk op deze toets om de keuze te annuleren.
9 x toets (19, 26, 46)
Druk op deze toets om met afspelen of opnemen te
stoppen, of om de gekozen bedieningshandeling te
annuleren.
0 X toets (19, 26)
Druk op deze toets om het afspelen of opnemen
tijdelijk te onderbreken. Druk opnieuw op deze toets
om het afspelen of opnemen te hervatten.
qa z toets (19, 20, 22, 42)
Druk op deze toets om op de MD op te nemen, mee te
luisteren naar het ingangssignaal of
muziekstuknummers aan te brengen.
qs MUSIC SYNC-toets (24, 42)
Druk op deze toets om de muziek-synchroonopname
te starten.
Beschrijving van de
onderdelen van de
afstandsbediening
1
2
4
5
6
8
9
qa
0
qs
qd
qh
wa
wd
qj
qk
ql
wf
wg
w;
ws
wh
3
7
qf
qg
3
H
8
M
13
R
18
W
23
C
PROGRAM
EJECT
TIME
NUM
!
AyB
2
G
7
L
12
Q
17
V
22
B
SHUFFLE
PLAY MODE
SCROLL
CHAR
?
REPEAT
WRITE CLEAR
1
F
6
K
11
P
16
U
21
Z
A
CONTINUE
DISPLAY
NAME
/
>
25
MENU/NO
4
I
9
N
14
S
19
X
24
.
D
(
A.SPACE
5
J
10
O
15
T
20
Y
25
,
E
)
M.SCAN
YES
STANDBYSTARTSTOP
T.REC MUSIC SYNC
CD-SYNC
CD PLAYER FADER
REC LEVEL
/ANALOG OUT LEVEL
FILTER
PRESENT
DATE
RECORDED
P.HOLD
H
X
` / 1
Z
x
.
>
M
m
X.>
z
13
NL
Plaatsen en functies van onderdelen
qd T.REC-toets (23)
Druk op deze toets om de tijdmachine-opname te
starten.
qf REC LEVEL/ANALOG OUT LEVEL +/– toetsen (20, 26)
Druk op deze toetsen om het opname- of analoge
uitgangsniveau in te stellen.
qg FADER-toets (44, 45)
Druk op deze toets om het geluid tijdens het afspelen
of opnemen geleidelijk te laten opkomen of vervagen.
qh CD PLAYER X toets (25)
Druk op deze toets om het afspelen van de CD tijdelijk
te onderbreken. Druk opnieuw op deze toets om het
afspelen van de CD te hervatten.
CD PLAYER ./> toetsen (25)
Druk op deze toets om muziekstukken op de CD te
vinden.
qj CD-SYNC STOP-toets (25)
Druk op deze toets om de CD-synchroonopname te
stoppen.
CD-SYNC START-toets (24, 25)
Druk op deze toets om de CD-synchroonopname te
starten.
CD-SYNC STANDBY-toets (24, 25)
Druk op deze toets om het apparaat in de wachtstand
voor CD-synchroonopname te zetten.
qk m/M toetsen (8, 28-31, 35, 36, 40)
Druk op deze toets om een bepaalde passage van een
muziekstuk te vinden, de inhoud van een programma
te wijzigen of de cursor naar rechts te verplaatsen.
ql ./> toetsen (8, 16, 19, 21, 22, 26, 27, 30-32,
34-38, 40-42, 45, 49)
Druk op deze toetsen om muziekstukken te vinden, of
om een menuonderdeel en een instelwaarde te kiezen.
w; H toets (19, 26, 27, 29, 30, 46)
Druk op deze toets om met afspelen te beginnen.
wa NAME-toets (40, 41)
Druk op deze toets om de titel van een muziekstuk of
MD toe te voegen of te wijzigen.
CHAR-toets (40)
Druk op deze toets om het soort tekens te kiezen dat u
wilt invoeren.
NUM-toets (40)
Druk op deze toets om cijfers in te voeren.
ws REPEAT-toets (28, 29)
Druk op deze toets om muziekstukken herhaald af te
spelen.
AyB toets (29)
Druk op deze toets om herhaald afspelen van A-B te
kiezen.
wd CONTINUE-toets (29, 30, 46)
Druk op deze toets om verder te gaan met normaal
afspelen.
SHUFFLE-toets (29, 46)
Druk op deze toets om afspelen in willekeurige
volgorde te kiezen.
PROGRAM-toets (30, 46)
Druk op deze toets om afspelen in geprogrammeerde
volgorde te kiezen.
wf DISPLAY-toets (14, 15, 20, 30)
Druk op deze toets om de informatie te kiezen die op
het display moet worden weergegeven.
SCROLL-toets (16)
Druk op deze toets om de titel van een muziekstuk of
MD over het display te laten bewegen.
TIME-toets (14-16, 20, 25)
Druk op deze toets om de resterende tijd weer te
geven op het display.
wg MENU/NO-toets (8, 21, 22, 30-38, 40-42, 45, 49)
Druk op deze toets om “Edit Menu” of “Setup Menu”
op het display weer te geven.
YES-toets (8, 21, 22, 30-38, 40-42, 45, 49)
Druk op deze toets om de gekozen
bedieningshandeling uit te voeren.
wh EJECT Z toets (19, 20, 26)
Druk op deze toets om de MD te verwijderen.
14
NL
Plaatsen en functies van onderdelen
Gebruik van het display
Het display geeft informatie over de MD of het
muziekstuk. Dit hoofdstuk beschrijft de informatie die
voor elke bedieningsstand van het deck wordt
weergegeven op het display.
A
SCROLL
TIME
DISPLAY/CHAR
PITCH CONTROL
TIME
DATE
RECORDED
SCROLL
P.HOLD
./>
DISPLAY
H
X
` / 1
Z
x
z.>
mM
Opmerking
Elke keer wanneer het deck overschakelt naar een bepaalde
bedieningsstand (afspelen, opnemen, enz.) en u DISPLAY/CHAR
(of DISPLAY) of TIME indrukt, verschijnt het display met de
indeling die u in de verschillende bedieningsstanden van het
deck hebt gekozen. De indeling van het display blijft van kracht
totdat u een andere indeling kiest (zie de volgende hoofdstukken
voor nadere bijzonderheden). Wanneer u echter de stekker uit het
stopcontact trekt, zullen de eerstvolgende keer wanneer u het
deck weer inschakelt, van alle displays weer de
standaardinstellingen gelden (d.w.z. het display zoals het in de
fabriek is ingesteld).
Wanneer u een MD plaatst
Wanneer u een MD plaatst, verschijnt het volgende
display:
Disctitel* Muziekkalender**
Totaal aantal
muziekstukken
Totale verstreken
opnametijd
*
Tijdens het afspelen verschijnt de muziekstuktitel in plaats van de
disctitel. Wanneer de MD of het muziekstuk geen titel heeft,
verschijnt “No Name”.
**
Bij een voorbespeelde MD toont een muziekkalender alle
muziekstuknummers binnen een raster, terwijl deze bij een
opneembare MD zonder raster worden weergegeven. Indien het totale
aantal muziekstukken meer dan 15 bedraagt, verschijnt op de
muziekkalender rechts naast nr. 15 de indicatie B.
Terwijl het deck is stopgezet
Druk herhaald op DISPLAY/CHAR (of DISPLAY) om het
display te wijzigen.
Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt:
Totaal aantal muziekstukken en totale verstreken
opnametijd (standaard display)
Indrukken
Inhoud van een programma (alleen wanneer
“PROGRAM” brandt)
Indrukken
Niveau van het ingangssignaal
Indrukken
z
U kunt de resterende opnametijd op de MD controleren
Druk op TIME. Bij elke druk op de toets verandert het display als
volgt:
Totaal aantal muziekstukken en totale verstreken
opnametijd (standaard display)
Indrukken
Totaal aantal muziekstukken en resterende
opnametijd op de MD (alleen bij opneembare
MD’s)*
Indrukken
*
Niet bij voorbespeelde discs.
DF (digitaal filter)-display
Indrukken
Cijfertoetsen
15
NL
Plaatsen en functies van onderdelen
Terwijl het deck bezig is met opnemen
Druk herhaald op DISPLAY/CHAR (of DISPLAY) om het
display te wijzigen.
Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt:
Muziekstuknummer en verstreken opnametijd
van het huidige muziekstuk (standaard display)
Indrukken
Niveau van het ingangssignaal
Indrukken
Indicatie van bemonsteringsfrequentie
*
Indrukken
*
“FS -- kHz” verschijnt terwijl het analoge signaal wordt
ingevoerd.
z
U kunt de resterende opnametijd op de MD controleren
Druk op TIME. Bij elke druk op de toets verandert het display als
volgt:
Muziekstuknummer en verstreken opnametijd
van het huidige muziekstuk (standaard display)
Indrukken
Muziekstuknummer en resterende
opnametijd op de MD
z
De piekvasthoudfunctie zorgt ervoor dat de
piekniveaumeters blijven staan op het hoogste niveau dat door
het ingangssignaal is bereikt
1 Terwijl het deck is stopgezet of bezig is met afspelen, drukt u
tweemaal op MENU/NO.
“Setup Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS totdat “P.Hold Off” (fabrieksinstelling) op het
display verschijnt, en druk daarna op AMS of YES.
3 Draai AMS om “P.Hold On” te kiezen, en druk daarna op AMS
of YES.
4 Druk op MENU/NO.
Om de piekvasthoudfunctie uit te schakelen, kiest u bij stap 3
hierboven “P.Hold Off”.
z
U kunt de afstandsbediening gebruiken om de
piekvasthoudfunctie in of uit te schakelen Z
Druk op P.HOLD om “P.Hold On” of “P.Hold Off” weer te geven.
Terwijl het deck bezig is met afspelen
Druk herhaald op DISPLAY/CHAR (of DISPLAY) om het
display te wijzigen.
Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt:
Muziekstuknummer en verstreken tijd van
het huidige muziekstuk (standaard display)
Indrukken
Inhoud van een programma (alleen
wanneer “PROGRAM” brandt)
Indrukken
Disctitel en muziekstuktitel
Indrukken
Niveau van het uitgangssignaal
Indrukken
DF (digitaal filter)-display
Indrukken
Indrukken
DF (digitaal filter)-display
Indrukken
16
NL
Plaatsen en functies van onderdelen
z
U kunt de resterende tijd controleren
Druk op TIME. Bij elke druk op de toets verandert het display als
volgt:
Muziekstuknummer en verstreken tijd van
het huidige muziekstuk (standaard display)
Indrukken
Muziekstuknummer en resterende tijd van
het huidige muziekstuk
Indrukken
Resterende tijd van alle opgenomen
muziekstukken
Indrukken
z
Tijdens het afspelen kunt u altijd de muziekstuktitel
controleren
Druk op SCROLL.
De muziekstuktitel verschijnt en beweegt over het display.
Terwijl de muziekstuktitel over het display beweegt, drukt u
nogmaals op de toets om de muziekstuktitel tijdelijk te stoppen,
en nogmaals om de muziekstuktitel weer te laten lopen.
Controleren van de waarde van de
toonhoogte
Druk herhaald op PITCH CONTROL om het display te
wijzigen.
Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt:
Gebruik van het display
Muziekstuknummer en verstreken tijd van
het huidige muziekstuk (standaard display
tijdens afspelen)
Indrukken
Waarde van toonhoogte in stappen
*
Indrukken
Waarde van afregeling
*
Indrukken
*
Indien u de toonhoogte wilt veranderen, raadpleeg dan “Veranderen
van de toonhoogte” op blz. 43 en 44.
Weergeven van de datum van opname Z
Wanneer de ingebouwde klok van het MD-deck is
ingesteld, zal het MD-deck automatisch de datum en tijd
van alle opnamen vastleggen. U kunt dan de datum en
tijd waarop het muziekstuk werd opgenomen controleren.
1 Druk op ./> of op de cijfertoetsen om het
muziekstuk te vinden waarvan u de datum van
opname wilt controleren.
2 Druk op DATE RECORDED.
“No Date” verschijnt indien de ingebouwde klok niet
is ingesteld of indien het muziekstuk werd
opgenomen op een ander MD-deck zonder functie
voor het aanbrengen van de datum en tijd.
17
NL
Opnemen op MD’s
Opnemen op
MD’s
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd, op
welke manieren u op een MD kunt
opnemen en hoe u
muziekstuknummers kunt
aanbrengen en synchroonopnamen
met andere componenten kunt
maken.
Opmerkingen over
opnemen
Indicaties die tijdens het opnemen op het
display verschijnen
Indien “Protected” en “C11” beurtelings op het
display verschijnen
Het wispreventienokje is opengeschoven en de MD is
beschermd tegen abusievelijk wissen. Om op de MD te
kunnen opnemen, schuift u het nokje dicht. Zie “Om te
voorkomen dat opnamen abusievelijk worden gewist” op
blz. 19 voor bijzonderheden.
Indien “Din Unlock” en “C71” beurtelings op het
display verschijnen
De digitale component die met de INPUT-kiezer werd
gekozen, is niet correct aangesloten. Controleer de
aansluiting.
De gekozen digitale component is niet ingeschakeld.
Schakel de component in.
Indien “Cannot Copy” op het display verschijnt
Het MD-deck maakt gebruik van het één-generatie
kopieersysteem (“Serial Copy Management System”).
MD’s die via de digitale ingangsaansluiting zijn
opgenomen, kunnen niet via de digitale
uitgangsaansluiting worden gekopieerd naar andere
MD’s of DAT-banden. Zie “Overzicht van het één-
generatie kopieersysteem (“Serial Copy Management
System”)” op blz. 18 voor bijzonderheden.
Indien “TRACK” op het display knippert
Het MD-deck neemt op over bestaande muziekstukken
heen (zie “Opnemen op een MD” op blz. 18). Wanneer de
opname ten einde is, stopt de indicatie met knipperen.
Indicaties die na het opnemen op het
display verschijnen
Indien “TOC” op het display gaat branden
De opname is wel uitgevoerd, maar de inhoudsopgave
(TOC) van de MD is niet bijgewerkt. Trek de stekker niet
uit het stopcontact terwijl deze indicatie brandt,
aangezien anders de opname verloren zal gaan. De
inhoudsopgave wordt alleen bijgewerkt wanneer u de
MD verwijdert of het MD-deck uitschakelt.
Indien “TOC Writing” op het display knippert
Het deck is bezig met het lezen van de inhoudsopgave
(TOC). Trek de stekker niet uit het stopcontact en
verplaats het deck niet terwijl deze indicatie knippert.
18
NL
Opnemen op MD’s
Automatische omzetting van digitale
bemonsteringsfrequenties tijdens het
opnemen
Een ingebouwde bemonsteringsfrequentieomzetter zorgt
ervoor dat de bemonsteringsfrequentie van verschillende
digitale bronnen automatisch wordt omgezet in de
bemonsteringsfrequentie van het MD-deck, namelijk
44,1 kHz. Dit biedt de mogelijkheid tot het meeluisteren
naar en opnemen van bronnen zoals DAT-banden of
satellietuitzendingen met een frequentie van 32 kHz of
48 kHz, evenals CD’s en MD’s.
Overzicht van het één-generatie
kopieersysteem (“Serial Copy
Management System”)
Digitale audio-componenten zoals CD’s, MD’s en DAT’s,
verwerken de muziek als een digitaal signaal zodat u de
muziek met een hoge kwaliteit kunt kopiëren.
Teneinde muziekbronnen met copyright te beschermen,
maakt dit deck gebruik van het “Serial Copy Management
System” waardoor u via de digitaal-naar-digitaal-
aansluitingen slechts één kopie kunt maken van een
opgenomen digitale bron.
U kunt alleen een eerste-generatie kopie
* maken
via de digitaal-naar-digitaal-aansluitingen.
Hieronder volgen enkele voorbeelden:
U kunt een kopie maken van een in de handel
verkrijgbaar digitaal geluidsprogramma (bijvoorbeeld
een CD of MD), maar u kunt van deze eerste-generatie
kopie geen tweede kopie maken.
U kunt een kopie maken van een digitaal signaal van
een digitaal opgenomen analoog geluidsprogramma
(bijvoorbeeld een analoge grammofoonplaat of een
muziekcassetteband) of van een digitale satelliet-
uitzending, maar u kunt van deze eerste-generatie
kopie geen tweede kopie maken.
*
Een eerste-generatie kopie is de eerste opname die van een digitale
geluidsbron via de digitale ingangsaansluiting van het deck is
gemaakt. Wanneer u bijvoorbeeld opneemt van een CD-speler die is
aangesloten op de DIGITAL IN-aansluiting, maakt u een eerste-
generatie kopie.
Opmerking
De beperkingen van het “Serial Copy Management System” zijn
niet van toepassing wanneer u opneemt via de analoog-naar-
analoog-aansluitingen.
Opnemen op een MD
Hieronder worden de bedieningshandelingen voor
normaal opnemen uitgelegd. Indien de MD reeds
opnamen bevat, zal het deck automatisch beginnen met
opnemen vanaf het einde van het opgenomen gedeelte.
A
EJECT A
X
\/1
H
x
REC z
INPUT
REC MODE
AMS
1 Schakel de versterker en programmabron in en kies
op de versterker de gewenste bron.
2 Druk op +/1 om het deck in te schakelen.
De STANDBY-indicator dooft.
3 Plaats een opneembare MD.
4 Zet INPUT in de positie die overeenkomt met de
ingangsaansluitbussen (-aansluiting) die op de
programmabron zijn aangesloten.
Bron aangesloten op: Zet INPUT op:
DIGITAL OPTICAL IN1-aansluiting OPT1
DIGITAL OPTICAL IN2-aansluiting OPT2
DIGITAL COAXIAL IN-aansluitbus COAX
LINE (ANALOG) IN-aansluitbussen ANALOG
5 Zet REC MODE in de opnamestand waarin u wilt
opnemen.
Voor opnemen in: Zet REC MODE op:
Stereo STEREO
Mono MONO
In mono kunt u ongeveer tweemaal zoveel opnemen
als in stereo.
Opmerkingen over opnemen
19
NL
Opnemen op MD’s
6 Zoek, indien nodig, het punt op de MD vanwaar u
met opnemen wilt beginnen.
Indien u op een nieuwe MD wilt opnemen of de
opname wilt laten beginnen vanaf het einde van een
eerder opgenomen muziekstuk, ga dan naar stap 7.
Om vanaf het begin over een bestaand muziekstuk op
de MD op te nemen
Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het
nummer van het muziekstuk verschijnt waarover u
wilt opnemen.
Om vanaf een bepaald punt in een bestaand
muziekstuk op de MD op te nemen
Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het
nummer van het muziekstuk verschijnt waarover u
wilt opnemen, en druk daarna op H om met afspelen
te beginnen. Wanneer het punt is bereikt waarop u de
opname wilt laten beginnen, drukt u op X.
7 Druk op REC z.
Het deck komt in de opnamepauzestand te staan.
8 Stel, indien nodig, het opnameniveau in.
Zie “Instellen van het opnameniveau” op blz. 20 voor
bijzonderheden.
9 Druk op H of X.
Het opnemen begint.
10Begin met het afspelen van de programmabron.
Bedieningshandelingen tijdens het opnemen
Om: Druk op:
De opname te stoppen x
De opname tijdelijk te onderbreken X
De opname te hervatten H of X
De MD te verwijderen EJECT A na de opname te
hebben stopgezet
Wanneer u de opname tijdelijk onderbreekt
Wanneer u de opname tijdelijk onderbreekt, krijgt de
passage na het punt waarop werd gepauzeerd een nieuw
muziekstuknummer toegewezen. Wanneer u bijvoorbeeld
de opname van muziekstuk nr. 4 tijdelijk onderbreekt, zal
de passage na de pauze muziekstuk nr. 5 zijn.
Om te voorkomen dat opnamen abusievelijk
worden gewist
Om opnemen op een MD onmogelijk te maken, verschuift
u het wispreventienokje in de richting van het pijltje (zie
onderstaande afbeelding) om de gleuf bloot te leggen. Om
opnamen mogelijk te maken, verschuift u het nokje om de
gleuf te bedekken.
Onderkant van de MD
Wispreventienokje
Schuif in richting van
pijltje
z
Om de zojuist opgenomen muziekstukken af te spelen
Druk op H onmiddellijk nadat u met opnemen bent gestopt.
Het afspelen begint vanaf het eerste muziekstuk dat u zojuist
hebt opgenomen.
z
Om na het opnemen af te spelen vanaf het eerste
muziekstuk op de MD
1 Druk opnieuw op x nadat u met opnemen bent gestopt.
2 Druk op H.
Het afspelen begint vanaf het eerste muziekstuk op de MD.
Opmerkingen
• Indien u tijdens het opnemen of in de opnamepauzestand REC
MODE verandert, zal de opname stoppen.
• Ook wanneer u REC MODE op MONO zet, zal het geluid dat u
aan het opnemen bent, niet in mono te horen zijn.
• Opnemen over bestaande muziekstukken is niet mogelijk
wanneer u afspelen in willekeurige volgorde (blz. 29) of
afspelen in geprogrammeerde volgorde (blz. 30) hebt gekozen.
In deze gevallen verschijnt “Impossible” op het display.
20
NL
Opnemen op MD’s
Instellen van het
opnameniveau
U kunt het opnameniveau instellen voor zowel analoge
als digitale opnamen.
A
DISPLAY/CHAR
REC LEVEL
1 Verricht de stappen 1 t/m 7 van “Opnemen op een
MD” op blz. 18 en 19.
2 Speel het gedeelte van de programmabron met het
hoogste geluidsniveau.
3 Druk herhaald op DISPLAY/CHAR (of DISPLAY)
totdat het niveau van het ingangssignaal op het
display verschijnt.
4 Terwijl u meeluistert naar het geluid, draait u REC
LEVEL (of drukt u herhaald op REC LEVEL ANALOG
OUT LEVEL +/–) om het opnameniveau te verhogen
tot het hoogste niveau zonder dat de twee meest
rechtse indicaties op de piekniveaumeters worden
ingeschakeld.
Voorkom dat deze indicaties worden ingeschakeld
5 Stop het afspelen van de programmabron.
6 Om met opnemen te beginnen, gaat u verder
vanaf stap 9 van “Opnemen op een MD” op blz. 19.
z
U kunt het opnameniveau instellen zonder het display te
veranderen
In dit geval moet u de bovenstaande stap 3 overslaan.
Tijdens het instellen van het opnameniveau verschijnt gedurende
circa drie seconden het niveau van het ingangssignaal.
Opmerking
Het volume kan slechts worden verhoogd tot +12,0 dB (voor
analoge opnamen) of +18,0 dB (voor digitale opnamen). Indien
het uitgangsniveau van de aangesloten component laag is, kan
daarom niet altijd het maximale opnameniveau worden
ingesteld.
Wenken bij opname
A
EJECT A
AMS
YES
MENU/NO
INPUT
REC z
TIME
Controleren van de resterende
opnametijd op de MD
Druk herhaald op TIME.
Terwijl het deck: Verschijnt de volgende informatie:
Is stopgezet Totale verstreken opnametijd y
Resterende opnametijd op de MD
Bezig is met opnemen Verstreken opnametijd van het
huidige muziekstuk y Resterende
opnametijd op de MD
Voor bijzonderheden, zie blz. 14 en 15.
Meeluisteren naar het ingangssignaal
(Input Monitor)
U kunt meeluisteren naar het gekozen ingangssignaal,
zelfs wanneer u dit niet aan het opnemen bent.
1 Druk op EJECT A om de MD te verwijderen.
2 Zet INPUT in de stand die overeenkomt met de
aansluitbussen (aansluiting) waar het signaal
waarnaar u wilt luisteren, wordt ingevoerd.
3 Druk op REC z.
Wanneer INPUT is ingesteld op ANALOG
Het analoge signaal dat wordt ingevoerd via de LINE
(ANALOG) IN-aansluitbussen, wordt na A/D-
omzetting uitgevoerd naar de DIGITAL OUT-
aansluiting, en vervolgens na D/A-omzetting
uitgevoerd naar de LINE (ANALOG) OUT-
aansluitbussen. Gedurende deze tijd verschijnt “AD -
DA” op het display.
21
NL
Opnemen op MD’s
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de
instelling te kiezen en druk daarna op AMS of YES.
Om: Kies:
Smart Space en Auto Cut in te schakelen S.Space On
(fabrieksinstelling)
Smart Space en Auto Cut uit te schakelen S.Space Off
4 Druk op MENU/NO.
Opmerkingen
• Indien u begint met opnemen zonder dat er een signaal wordt
ingevoerd, zullen Smart Space en Auto Cut niet werken,
ongeacht de instelling.
• Smart Space is niet van invloed op de muziekstuknummers die
worden opgenomen, zelfs niet wanneer de stille passage
midden in een muziekstuk valt.
• Auto Cut wordt automatisch samen met Smart Space in- of
uitgeschakeld.
• Indien u het deck uitschakelt of de stekker uit het stopcontact
trekt, zal de laatst gemaakte instelling (“S.Space On” of
“S.Space Off”) in het geheugen worden bewaard en de
eerstvolgende keer wanneer u het deck inschakelt, uit het
geheugen worden opgeroepen.
• Indien het MD-deck na activering van Auto Cut nog circa
10 minuten doorgaat met het opnemen van een pauze, wordt
het opnemen automatisch stopgezet.
Wanneer INPUT is ingesteld op OPT1, OPT2 of COAX
Het digitale signaal dat wordt ingevoerd via de
DIGITAL IN-aansluiting, wordt na het passeren van
de bemonsteringsfrequentieomzetter uitgevoerd via
de DIGITAL OUT-aansluiting naar de LINE
(ANALOG) OUT-aansluitbussen, en vervolgens na D/
A-omzetting naar de PHONES-aansluitbus.
Gedurende deze tijd verschijnt “- DA” op het display.
Automatisch wissen van stille passages
(Smart Space/Auto Cut)
Het deck kan zodanig worden ingesteld dat stille
passages die ontstaan wanneer het signaal tijdens het
opnemen wordt onderbroken, automatisch worden
gewist. De functie die wordt geactiveerd (Smart Space of
Auto Cut), is afhankelijk van de lengte van de
onderbreking (zie onderstaande beschrijving).
Smart Space (Vervangen van stille passages)
Wanneer het signaal minder dan 30 seconden wordt
onderbroken, zorgt de functie Smart Space ervoor dat de
stille passage wordt vervangen door een niet-opgenomen
interval van circa drie seconden en dan gaat het opnemen
door. Gedurende deze tijd verschijnt “Smart Space” op het
display.
Auto Cut (Automatische pauze na vervangen van
stille passages)
Wanneer het signaal gedurende circa 30 seconden wordt
onderbroken, zorgt de functie Auto Cut ervoor dat de
stille passage wordt vervangen door een niet-opgenomen
interval van circa drie seconden en dan wordt het
opnemen tijdelijk stopgezet. Gedurende deze tijd
verschijnt “Auto Cut” op het display.
Volg de onderstaande procedure om de functies Smart
Space en Auto Cut in of uit te schakelen.
1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op
MENU/NO.
“Setup Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“S.Space On” verschijnt en druk daarna op AMS of
YES.
22
NL
Opnemen op MD’s
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de
instelling te kiezen, en druk daarna op AMS of YES.
Om: Kies:
Automatic Track Marking in te schakelen T.Mark Lsyn
(fabrieksinstelling)
Automatic Track Marking uit te schakelen T.Mark Off
4 Druk op MENU/NO.
Een muziekstuknummer wordt automatisch
aangebracht telkens wanneer het ingangssignaal
gedurende ten minste 1,5 seconde op een niveau van
–50 dB (het activeringsniveau van Automatic Track
Marking) of lager blijft.
Om het activeringsniveau van Automatic Track
Marking te wijzigen
Volg de onderstaande procedure om het signaalniveau
waarop Automatic Track Marking wordt geactiveerd, te
wijzigen.
1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op
MENU/NO.
“Setup Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“LS(T)” op het display verschijnt, en druk daarna op
AMS of YES.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om het
niveau te kiezen, en druk daarna op AMS of YES.
U kunt het niveau in stappen van 2 dB instellen op
elke waarde tussen –72 dB en 0 dB.
4 Druk op MENU/NO.
Aanbrengen van
muziekstuknummers tijdens
het opnemen
(Track Marking)
Tijdens het opnemen kunt u muziekstuknummers
aanbrengen. Dit kan zowel handmatig als automatisch.
Door het aanbrengen van muziekstuknummers op
specifieke punten kunt u een bepaalde passage later snel
terugvinden en de opgenomen muziekstukken op de MD
gemakkelijk monteren.
A
AMS
YESMENU/NO REC z
Handmatig aanbrengen van
muziekstuknummers (Manual Track
Marking)
Wacht tijdens het opnemen totdat het punt is bereikt
waar u een muziekstuknummer wilt toevoegen en
druk dan op REC z.
Automatisch laten aanbrengen van
muziekstuknummers (Automatic Track
Marking)
Bij het opnemen van een met de DIGITAL IN-aansluiting
verbonden CD-speler of MD-deck worden de
muziekstuknummers in dezelfde volgorde aangebracht
als bij de opnamebron. Bij het opnemen van andere
bronnen die zijn verbonden met de DIGITAL IN-
aansluiting, of van een bron die is verbonden met de
LINE (ANALOG) IN-aansluitbussen, dient u de
onderstaande procedure te volgen om de
muziekstuknummers automatisch te laten aanbrengen.
1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op
MENU/NO.
“Setup Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“T.Mark Lsyn” op het display verschijnt, en druk
daarna op AMS of YES.
23
NL
Opnemen op MD’s
Opnamestart met zes
seconden muziek uit het
buffergeheugen
(tijdmachine-opname)
Wanneer het deck zich in de opnamepauzestand bevindt,
worden de laatste zes seconden aan audio-gegevens
voortdurend opgeslagen in het buffergeheugen van het
deck. Wanneer u AMS (of T.REC) indrukt, worden bij
gebruikmaking van deze functie eerst de gegevens uit het
buffergeheugen opgenomen. Met de tijdmachine-
opnamefunctie kunt u voorkomen dat de eerste paar
seconden van het materiaal dat u live van een FM- of
satelliet-uitzending opneemt, verloren gaan.
A
AMS
1 Volg de stappen 1 t/m 7 van “Opnemen op een
MD” op blz. 18 en 19.
Het deck komt in de opnamepauzestand te staan.
2 Begin met het afspelen van de programmabron.
3 Wacht tijdens het opnemen totdat het punt is
bereikt waar u met opnemen wilt beginnen en
druk dan op AMS (of T.REC).
Het opnemen begint met de zes seconden aan audio-
gegevens uit het buffergeheugen en daarna gaat het
opnemen verder via het buffergeheugen.
Om de Tijdmachine-opnamefunctie te stoppen
Druk op x.
Opmerking
Het opslaan van audio-gegevens uit het buffergeheugen begint
vanaf het moment dat het deck in de opnamepauzestand is
komen te staan. Indien er sinds het tijdstip waarop het deck in de
opnamepauzestand is komen te staan, minder dan zes seconden
zijn verstreken, begint de tijdmachine-opname dus met minder
dan zes seconden aan audio-gegevens uit het buffergeheugen.
Hetzelfde geldt wanneer de programmabron op het tijdstip dat u
met opnemen begint, nog geen zes seconden heeft gespeeld.
z
Aanvullende informatie over Automatic Track Marking
Wanneer u opneemt van een met de DIGITAL IN-aansluiting
verbonden CD-speler of MD-deck, kan in de volgende gevallen
al het materiaal als één muziekstuk worden opgenomen:
Wanneer u hetzelfde muziekstuk tweemaal of vaker achter
elkaar opneemt door gebruikmaking van de functie voor
herhaald afspelen van één muziekstuk.
Wanneer u twee of meer muziekstukken met hetzelfde
muziekstuknummer, maar van verschillende CD’s of MD’s,
achter elkaar opneemt.
Wanneer u muziekstukken van bepaalde CD- of multi-
discspelers opneemt.
Indien de opnamebron een MD is, bestaat de kans dat
muziekstukken van minder dan vier seconden geen eigen
muziekstuknummer krijgen toegewezen.
Wanneer u opneemt van een component die is verbonden met
de LINE (ANALOG) IN-aansluitbussen en “T.Mark Off” is
gekozen, of wanneer u opneemt van een met de DIGITAL IN-
aansluiting verbonden DAT-deck of DBS-tuner, kan al het
materiaal als één muziekstuk worden opgenomen.
Wanneer u opneemt van een met de DIGITAL IN-aansluiting
verbonden DAT-deck of DBS-tuner, wordt er bij elke
verandering van de bemonsteringsfrequentie of het
ingangssignaal een muziekstuknummer aangebracht, ongeacht
de instelling van de parameters voor het aanbrengen van
muziekstukken (“T.Mark Lsyn” of “T.Mark Off”).
z
Zelfs nadat de opname is voltooid, kunt u nog
muziekstuknummers aanbrengen
Zie “Onderverdelen van muziekstukken” op blz. 36.
Opmerking
Indien u het deck uitschakelt of de stekker uit het stopcontact
trekt, zullen de laatst gemaakte instellingen (“T.Mark Lsyn” of
“T.Mark Off” en het activeringsniveau) in het geheugen worden
bewaard en de eerstvolgende keer wanneer u het deck inschakelt,
uit het geheugen worden opgeroepen.
24
NL
Opnemen op MD’s
Synchroon opnemen met
de audio-component van
uw keuze
(muziek-synchroonopname) Z
Met de muziek-synchroonopnamefunctie kunt u de
opname op het MD-deck automatisch laten
synchroniseren met het afspelen van de gekozen
programmabron. De functie voor het aanbrengen van
muziekstuknummers zal echter afhankelijk van de
programmabron verschillen. Zie “Aanbrengen van
muziekstuknummers tijdens het opnemen” op blz. 22
voor bijzonderheden.
>.X
H
X
` / 1
Z
x
z.
>
mM
MUSIC SYNC
1 Volg de stappen 1 t/m 6 van “Opnemen op een
MD” op blz. 18 en 19.
2 Druk op MUSIC SYNC.
Het deck komt in de opnamepauzestand te staan.
3 Begin met het afspelen van de programmabron.
Het opnemen begint automatisch.
Om de muziek-synchroonopname te stoppen
Druk op x.
Opmerking
Tijdens muziek-synchroonopname zullen de functies Smart Space
en Auto Cut werken, ongeacht de instelling daarvan (“S.Space
On” of “S.Space Off”).
Synchroon opnemen met
een Sony CD-speler
(CD-synchroonopname) Z
Wanneer het deck is aangesloten op een Sony CD-speler
of hifi-geluidsinstallatie, kunt u door gebruikmaking van
de afstandsbediening gemakkelijk de inhoud van de CD’s
kopiëren naar de MD. Aangezien dezelfde
afstandsbediening ook wordt gebruikt voor het MD-deck
en de CD-speler of het CD-spelergedeelte van de
geluidsinstallatie, dient u het MD-deck en de CD-speler
zo dicht mogelijk bij elkaar te plaatsen.
CD-SYNC STANDBY
CD PLAYER ./>
CD-SYNC START
CD-SYNC STOP
CD PLAYER
X
TIME
>.X
H
X
` / 1
Z
x
z.
>
mM
1 Schakel de versterker en de CD-speler in, en kies op
de versterker de functie CD.
2 Volg de stappen 2 t/m 6 van “Opnemen op een
MD” op blz. 18 en 19.
3 Plaats een CD in de CD-speler en kies op de CD-
speler de gewenste afspeelfunctie (Shuffle Play,
Program Play, enz.).
4 Druk op CD-SYNC STANDBY.
De CD-speler komt in de wachtstand voor afspelen te
staan, en het MD-deck in de wachtstand voor opname.
5 Druk op CD-SYNC START.
Het deck begint met opnemen en de CD-speler begint
met afspelen.
Het muziekstuknummer en de verstreken opnametijd
van het muziekstuk verschijnen op het display.
Indien de CD-speler niet begint met afspelen
Sommige CD-spelers reageren niet wanneer u CD-
SYNC START indrukt. Druk in plaats daarvan op X
op de afstandsbediening van de CD-speler om het
afspelen van de CD-speler te laten beginnen.
25
NL
Opnemen op MD’s
z
Synchroonopname is ook mogelijk met een Sony video-CD-
speler
Door de afstandsbediening van de MD opnieuw te
programmeren, kunt u de bovenstaande procedure ook
gebruiken voor synchroonopname met een Sony video-CD-
speler.
Druk op cijfertoets 2 terwijl u +/1 op de afstandsbediening van
het MD-deck ingedrukt houdt. U kunt nu de afstandsbediening
gebruiken voor bediening van zowel het MD-deck als de video-
CD-speler. Om de CD-speler weer te bedienen, drukt u op
cijfertoets 2 terwijl u +/1 op de afstandsbediening van het MD-
deck ingedrukt houdt.
z
Tijdens CD-synchroonopname worden CD-tekstgegevens
(CD-tekst en memo’s) ongewijzigd gekopieerd naar de MD
(discmemo-kopieerfunctie)
De discmemo-kopieerfunctie treedt in werking wanneer u een
CD-synchroonopname maakt van een Sony CD-speler die via een
Control A1 -kabel (niet bijgeleverd) is verbonden met het MD-
deck.
Opmerkingen
• Bij CD-synchroonopname met een CD-speler die is voorzien
van een functiekiezer, dient u de kiezer altijd op CD1 te zetten.
• Bij het opnemen van muziekstukken van bepaalde CD- of
multidisc-spelers kan al het materiaal als één muziekstuk
worden opgenomen.
• Bij zeer korte CD-muziekstukken zal de discmemo-
kopieerfunctie niet altijd werken.
• Bij bepaalde CD’s worden de tekstgegevens niet altijd
gekopieerd.
CD-synchroonopname van een Sony CD-
speler die is aangesloten via een Control
A1 -kabel (niet bijgeleverd)
1 Volg de stappen 1 t/m 3 van “Synchroon opnemen
met een Sony CD-speler” op blz. 24.
2 Zet de CD-speler in de afspeelpauzestand.
3 Druk op REC z op het deck.
Het MD-deck komt in de opnamepauzestand te staan.
4 Druk op H of X op het deck.
Het deck begint met opnemen en de CD-speler begint
met afspelen. Wanneer het afspelen van de CD is
geëindigd, stopt het opnemen.
Bedieningshandelingen tijdens CD-
synchroonopname
Om: Druk op:
De opname te stoppen CD-SYNC STOP
De opname tijdelijk te
onderbreken
CD-SYNC STANDBY of CD
PLAYER X
Tijdens de opnamepauze het
eerstvolgende muziekstuk te
vinden dat u wilt opnemen
CD PLAYER ./>
De opname na een tijdelijke
onderbreking te hervatten
CD-SYNC START of CD
PLAYER X
De resterende opnametijd
op de MD te controleren
TIME (blz. 15)
z
Tijdens CD-synchroonopname kunt u de afstandsbediening
van de CD-speler gebruiken
Druk op: Gewenste stand MD-deck Gewenste stand
CD-speler
H Opnemen Afspelen
x Opnamepauze Stoppen
X Opnamepauze Pauzeren
z
Tijdens CD-synchroonopname worden op de volgende
manieren muziekstuknummers aangebracht:
Wanneer de CD-speler is verbonden met de DIGITAL IN-
aansluiting, worden de muziekstuknummers automatisch
aangebracht zoals op de CD.
Wanneer de CD-speler is verbonden met de LINE (ANALOG)
IN-aansluitbussen en “T.Mark Lsyn” is gekozen (blz. 22),
worden de muziekstuknummers automatisch aangebracht.
Wanneer u na een opnamepauze weer doorgaat met opnemen,
wordt er automatisch een nieuw muziekstuknummer
aangebracht, ongeacht de instelling van de parameters voor het
aanbrengen van muziekstuknummers (“T.Mark Lsyn” of
“T.Mark Off”).
z
Tijdens CD-synchroonopname kunt u CD’s verwisselen
1 Druk op x op de afstandsbediening van de CD-speler.
2 Verwissel de CD.
3 Druk op H op de afstandsbediening van de CD-speler.
Het opnemen gaat weer verder.
26
NL
Afspelen van
MD’s
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd, op
welke manieren u MD’s kunt
afspelen.
Afspelen van een MD
Hieronder worden de bedieningshandelingen voor
normaal afspelen uitgelegd.
A
AMS
XxH
`/1
EJECT A
1 Schakel de versterker in en kies op de versterker de
functie MD.
2 Druk op +/1 om het deck in te schakelen.
De STANDBY-indicator dooft.
3 Plaats een MD.
4 Indien nodig, draai AMS naar rechts (of druk
herhaald op >) om het muziekstuk te vinden
waarmee u het afspelen wilt laten beginnen.
Indien u het afspelen bij het eerste muziekstuk wilt
laten beginnen, ga dan naar stap 5.
5 Druk op H.
Het deck begint met afspelen.
6 Stel het volume op de versterker in.
Bedieningshandelingen tijdens het afspelen
Om: Druk op of draai:
Met afspelen te stoppen x
Het afspelen tijdelijk te
onderbreken
X
Na een pauze weer verder te
gaan met afspelen
H of X
Een opvolgend muziekstuk
te vinden
AMS naar rechts (of druk
herhaald op >)
Het begin van het huidige
muziekstuk of een voorgaand
muziekstuk te vinden
AMS naar links (of druk
herhaald op .)
De MD te verwijderen EJECT A na het afspelen te
hebben stopgezet
Het analoge uitgangsniveau
in te stellen
* (tussen –20,0 dB
en 0,0 dB) Z
Herhaald op REC LEVEL/
ANALOG OUT LEVEL +/–
*
Wanneer u de MD verwijdert of het deck uitschakelt, geldt weer de
fabrieksinstelling (0,0 dB) van het uitgangsniveau.
z
Om de hoofdtelefoon te gebruiken
Verbind de hoofdtelefoon met de PHONES-aansluitbus. Draai
PHONE LEVEL (of druk herhaald op REC LEVEL/ANALOG
OUT LEVEL +/–) voor het instellen van het volume.
Afspelen van MD’s
27
NL
Afspelen van een bepaald
muziekstuk
Terwijl het deck bezig is met afspelen of is stopgezet,
volgt u de onderstaande procedure om snel elk gewenst
muziekstuk te kunnen afspelen.
>.X
H
X
` / 1
Z
x
A
z.
>
mM
H
./>
>25
AMS
H
M.SCAN
Cijfertoetsen
Een muziekstuk vinden met AMS*
Om: Doet u het volgende:
Tijdens het afspelen naar het
volgende of een volgend
muziekstuk te gaan
Draai AMS naar rechts (of druk
herhaald op >).
Tijdens het afspelen naar een
voorgaand muziekstuk te gaan
Draai AMS naar links (of druk
herhaald op .).
Tijdens het afspelen naar het
begin van het huidige
muziekstuk te gaan
Draai AMS naar links (of druk
eenmaal op .).
Naar een bepaald
muziekstuk te gaan terwijl
het deck is stopgezet
Draai AMS (of druk herhaald op
./>) totdat het gewenst
muziekstuknummer op het
display knippert, en druk
daarna op AMS of H.
z
U kunt de duur van Music Scan veranderen
1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO.
“Setup Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “M.Scan”
verschijnt en druk daarna op AMS of YES.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de duur te
kiezen en druk daarna op AMS of YES. U kunt de duur in
stappen van één instellen binnen een bereik van zes tot twintig
seconden.
4 Druk op MENU/NO.
Afspelen van een muziekstuk door
invoeren van het muziekstuknummer Z
Druk op de cijfertoets(en) om het muziekstuknummer
van het muziekstuk dat u wilt afspelen, in te voeren.
Om een muziekstuknummer hoger dan 25 in te
voeren
1 Druk op >25.
2 Voer de betreffende cijfers in.
Om de 0 in te voeren, drukt u niet op 0, maar op 10.
Voorbeelden:
Om muziekstuknummer 30 af te spelen, drukt u op >25 en
daarna op 3 en 10.
Om muziekstuknummer 108 af te spelen, drukt u tweemaal
op >25 en daarna eenmaal op 1, 10 en 8.
z
Indien u een muziekstuknummer invoert terwijl het deck is
stopgezet of zich in de pauzestand bevindt
Bij het begin van het gevonden muziekstuk zal het deck gewoon
blijven stilstaan, respectievelijk in de pauzestand blijven staan.
Naar een bepaald muziekstuk
te gaan door elk muziekstuk
zes tot twintig seconden te
scannen (Music Scan) Z
Druk op M.SCAN om het
scannen te laten beginnen.
Wanneer u het gewenste
muziekstuk hebt gevonden,
drukt u op H om het afspelen
te laten beginnen.
*
Automatische Muzieksensor
z
Om snel het laatste muziekstuk op de MD te vinden
Terwijl het deck is stopgezet, draait u AMS naar links (of druk
eenmaal op .).
z
Indien u een muziekstuk hebt gevonden terwijl het deck is
stopgezet of zich in de pauzestand bevindt
Bij het begin van het gevonden muziekstuk zal het deck gewoon
blijven stilstaan, respectievelijk in de pauzestand blijven staan.
Afspelen van MD’s
28
NL
Opzoeken van een bepaald
punt in een muziekstuk
Tijdens het afspelen of in de pauzestand voor afspelen
kunt u een bepaalde punt in een muziekstuk opzoeken.
A
m/M
Een punt opzoeken terwijl u meeluistert
naar het geluid
Houd tijdens het afspelen m/M ingedrukt.
Terwijl de disc vooruit- of achteruitgaat, hoort u het
intermitterende geluid waarmee de disc nu wordt
afgespeeld. Wanneer het gewenste punt is gevonden, laat
u de toets los.
Opmerkingen
• Indien het einde van de disc wordt bereikt terwijl u op M
drukt, zal het deck stoppen.
• Muziekstukken van slechts enkele seconden zijn soms te kort
om ernaar te kunnen luisteren. Bij dergelijke muziekstukken
moet u de MD met normale snelheid afspelen.
Een punt opzoeken met behulp van de
tijdsindicatie
Houd gedurende een tijdelijke onderbreking van het
afspelen m/M ingedrukt.
De verstreken afspeeltijd van het muziekstuk verschijnt
op het display. Wanneer het gewenste punt is gevonden,
laat u de toets los. Gedurende deze periode wordt er geen
geluid voortgebracht.
z
Wanneer “- Over -” op het display verschijnt
Het einde van de disc is bereikt terwijl u M indrukt. Draai AMS
naar links (of druk op .) of druk op m om terug te gaan.
Herhaald afspelen van
muziekstukken Z
U kunt een volledige MD herhaald afspelen. Deze functie
kan worden gebruikt in combinatie met de functie voor
afspelen in willekeurige volgorde (Shuffle Play) om alle
muziekstukken in willekeurige volgorde te herhalen (blz.
29), of met de functie voor afspelen in geprogrammeerde
volgorde (Program Play) om alle muziekstukken in het
programma te herhalen (blz. 30). U kunt ook een bepaald
muziekstuk of een bepaald gedeelte binnen een
muziekstuk herhalen.
M
>.X
H
X
` / 1
Z
x
z.>
m
REPEAT
AyB
M
Opmerking
Indien u het deck uitschakelt of de stekker uit het stopcontact
trekt, zal de laatst gemaakte instelling van de functie voor
herhaald afspelen (“Repeat All” of “Repeat 1”) in het geheugen
bewaard blijven en de eerstvolgende keer wanneer u het deck
inschakelt, uit het geheugen worden opgeroepen.
Herhalen van alle muziekstukken op de
MD (Repeat All Play)
Druk herhaald op REPEAT totdat “Repeat All” op het
display verschijnt.
Wanneer u een MD afspeelt, worden de muziekstukken
als volgt herhaald:
Afspeelfunctie Herhaalde muziekstukken
Normaal afspelen (blz. 26) Alle muziekstukken in normale
volgorde
Afspelen in willekeurige
volgorde (blz. 29)
Alle muziekstukken in
willekeurige volgorde
Afspelen in geprogrammeerde
volgorde (blz. 30)
Alle muziekstukken in de
geprogrammeerde volgorde
Om het herhaald afspelen van alle
muziekstukken te stoppen
Druk op x.
Om verder te gaan met normaal afspelen
Druk herhaald op REPEAT totdat “Repeat Off” op het
display verschijnt.
Afspelen van MD’s
29
NL
Herhalen van het huidige muziekstuk
(Repeat 1 Play)
Terwijl het te herhalen muziekstuk wordt afgespeeld,
drukt u herhaald op REPEAT totdat “Repeat 1” op het
display verschijnt.
Het huidige muziekstuk wordt nu herhaald afgespeeld.
Om het herhaald afspelen van het huidige
muziekstuk te stoppen
Druk op x.
Om verder te gaan met normaal afspelen
Druk herhaald op REPEAT totdat “Repeat Off” op het
display verschijnt.
Herhalen van een bepaald gedeelte van
een muziekstuk (Repeat A-B Play)
U kunt een bepaald gedeelte van een muziekstuk laten
herhalen. Bij het vastleggen van het te herhalen gedeelte
dient u er rekening mee te houden dat dit tussen het
begin- en eindpunt van één en hetzelfde muziekstuk ligt.
1 Terwijl het deck bezig is met afspelen, drukt u bij
het beginpunt (punt A) van het te herhalen
gedeelte op AyB.
“REPEAT A-” brandt en “B” knippert op het display.
2 Ga door met het afspelen van het muziekstuk of
druk op M om het eindpunt (punt B) te vinden,
en druk daarna op AyB.
“REPEAT A-B” brandt en het gedeelte tussen punt A
en B wordt nu herhaald afgespeeld.
Om het herhaald afspelen van het gedeelte
tussen punt A en B te stoppen en verder te gaan
met normaal afspelen
Druk op REPEAT of CLEAR.
z
Tijdens het herhaald afspelen van het gedeelte tussen punt A
en B kunt u een nieuw begin- en eindpunt instellen
U kunt het huidige eindpunt veranderen in een nieuw beginpunt
en daarna een nieuw eindpunt vastleggen voor het herhalen van
een gedeelte dat onmiddellijk op het huidige gedeelte volgt.
1 Tijdens het herhaald afspelen van het gedeelte tussen punt A en
B drukt u op AyB.
Het huidige eindpunt verandert in het nieuwe beginpunt (punt
A).
“REPEAT A-” brandt en “B” knippert op het display.
2 Ga naar het nieuwe eindpunt (punt B) en druk op AyB.
“REPEAT A-B” brandt en het nieuw vastgelegde gedeelte
wordt nu herhaald afgespeeld.
Muziekstukken in
willekeurige volgorde
afspelen (Shuffle Play)
Wanneer u de functie voor afspelen in willekeurige
volgorde (Shuffle Play) kiest, worden alle muziekstukken
op de MD in willekeurige volgorde afgespeeld.
A
PLAY MODE H
1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u herhaald op
PLAY MODE (of eenmaal op SHUFFLE) totdat
“SHUFFLE” op het display brandt.
2 Druk op H.
De muziekstukken worden nu in willekeurige
volgorde afgespeeld.
; verschijnt terwijl de muziekstukken in een
willekeurige volgorde worden gezet.
Om verder te gaan met normaal afspelen
Terwijl het deck is stopgezet, drukt u herhaald op PLAY
MODE (of eenmaal op CONTINUE) totdat “SHUFFLE”
dooft.
z
Tijdens afspelen in willekeurige volgorde kunt u
muziekstukken opzoeken
Draai AMS (of druk herhaald op ./>).
• Om het eerstvolgende of een later af te spelen muziekstuk te
vinden, draait u AMS naar rechts (of druk herhaald op >).
• Om het begin van het huidige muziekstuk te vinden, draait u
AMS naar links (of druk op .). Houd er rekening mee dat u
de muziekstukken die reeds eenmaal zijn afgespeeld niet kunt
opzoeken en afspelen.
Afspelen van MD’s
30
NL
Programmeren van
muziekstukken (Program Play)
U kunt de gewenste muziekstukken uitkiezen en in een
programma van maximaal 25 muziekstukken aangeven in
welke volgorde u deze wilt afspelen.
A
AMS
YESMENU/NO
DISPLAY/CHAR
PLAY MODE
H
m/M
CLEAR
MENU/NO
YES
DISPLAY
PROGRAM
>25
H
./>
m/M
CLEAR
>.X
H
X
` / 1
Z
x
z
.
>
m
M
Om een muziekstuknummer hoger dan 25 in te voeren
Z
Gebruik >25. Voor bijzonderheden, zie blz. 27.
Om de totale afspeeltijd van het programma te
controleren
Druk op DISPLAY/CHAR (of DISPLAY).
4 Herhaal stap 3 om andere muziekstukken in te
voeren.
Het ingevoerde muziekstuk wordt toegevoegd op de
plaats waar de “0” knippert.
Elke keer wanneer u een muziekstuk invoert,
verschijnt de totale programmatijd op het display.
5 Druk op YES.
“Complete!!” verschijnt op het display en het
programma is nu voltooid.
6 Druk herhaald op PLAY MODE (of eenmaal op
PROGRAM) totdat “PROGRAM” op het display
brandt.
7 Druk op H.
Het programma wordt nu afgespeeld.
Om het afspelen in geprogrammeerde volgorde
te stoppen
Druk op x.
Om weer verder te gaan met normaal afspelen
Druk herhaald op PLAY MODE (of eenmaal op
CONTINUE) totdat “PROGRAM” dooft.
z
Het programma blijft bewaard nadat het is afgespeeld of is
stopgezet
Druk op H om het programma opnieuw af te spelen.
Opmerkingen
• Indien u het deck uitschakelt of de stekker uit het stopcontact
trekt, gaat het programma verloren.
• Op het display verschijnt “- - - m - - s” wanneer de totale
afspeeltijd van het programma meer dan 199 minuten
bedraagt.
• “ProgramFull!” verschijnt op het display wanneer u een 26e
muziekstuk probeert te programmeren.
De inhoud van het programma
controleren
Terwijl het deck is stopgezet en “PROGRAM” brandt,
drukt u herhaald op DISPLAY/CHAR (of DISPLAY).
De eerste paar muziekstukken van het programma
verschijnen op het display. Om de rest van het
programma te bekijken, draait u AMS (of drukt u
herhaald op ./>).
Cijfertoetsen
Het programmeren van de muziekstukken
1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op
MENU/NO.
“Setup Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Program ?” op het display verschijnt, en druk
daarna op AMS of YES.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
het muziekstuknummer verschijnt dat u aan het
programma wilt toevoegen, en druk daarna op
AMS of M (of voer het muziekstuknummer
rechtstreeks in door gebruikmaking van de
cijfertoets(en)).
Indien u het verkeerde muziekstuknummer hebt
ingevoerd
Druk herhaald op m/M totdat het verkeerde
muziekstuknummer knippert en volg daarna de
bovenstaande stap 3 opnieuw of druk op CLEAR om
het muziekstuknummer te wissen. Indien “0”
knippert, drukt u op m.
Afspelen van MD’s
31
NL
De inhoud van het programma wijzigen
Terwijl het deck is stopgezet en “PROGRAM” brandt,
volgt u de stappen 1 en 2 van “Het programmeren van de
muziekstukken” op blz. 30, gevolgd door één van de
onderstaande procedures.
Om: Doet u het volgende:
Een muziekstuk te wissen Druk herhaald op m/M totdat
het nummer van het ongewenste
muziekstuk knippert en druk daarna
op CLEAR.
Alle muziekstukken
te wissen
Druk herhaald op CLEAR totdat alle
muziekstuknummers zijn
verdwenen.
Een muziekstuk toe
te voegen aan het begin
van het programma
Druk herhaald op m totdat “0”
knippert vóór het eerste
muziekstuknummer, en volg de
stappen 3 t/m 5 van “Het
programmeren van de
muziekstukken” op blz. 30.
Een muziekstuk toe
te voegen in het midden
van het programma
Druk herhaald op m/M totdat
het muziekstuknummer dat aan het
nieuwe muziekstuknummer zal
voorafgaan, knippert. Druk op AMS
zodat “0” op het display gaat
knipperen en volg daarna de
stappen 3 t/m 5 van “Het
programmeren van de
muziekstukken” op blz. 30.
Een muziekstuk
toe te voegen aan het
einde van het programma
Druk herhaald op M totdat “0”
knippert na het laatste
muziekstuknummer, en volg daarna
de stappen 3 t/m 5 van “Het
programmeren van de
muziekstukken” op blz. 30.
Een muziekstuk te
vervangen
Druk herhaald op m/M totdat
het nummer van het te veranderen
muziekstuk knippert, en volg daarna
de stappen 3 t/m 5 van “Het
programmeren van de
muziekstukken” op blz. 30.
Wenken voor het op band
opnemen van MD’s
A
AMS
YES
MENU/NO
Inlassen van stille passages tussen
muziekstukken tijdens het afspelen
(Auto Space)
Het MD-deck beschikt over een functie waarmee tijdens
het afspelen automatisch een stille passage van drie
seconden tussen muziekstukken wordt ingelast. Deze
functie is handig wanneer u van een MD opneemt op een
analoge band omdat u door de stille passage van drie
seconden later de Multi-AMS-functie kunt gebruiken om
het begin van muziekstukken op de band te vinden.
1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op
MENU/NO.
“Setup Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS totdat “Auto Off” verschijnt, en druk
daarna AMS of YES.
3 Draai AMS om de instelling te kiezen, en druk
daarna op AMS of YES.
Om: Kies:
Auto Space in te schakelen Auto Space
Auto Space uit te schakelen Auto Off (fabrieksinstelling)
4 Druk op MENU/NO.
z
U kunt de afstandsbediening gebruiken om Auto Space in of
uit te schakelen
Z
Terwijl het deck is stopgezet, drukt u herhaald op A.SPACE
totdat “Auto Space” of “Auto Off” op het display verschijnt.
Opmerkingen
• Indien u “Auto Space” kiest en een selectie van meerdere
muziekstuknummers opneemt (bijvoorbeeld een medley of
symfonie), worden er tussen de verschillende gedeelten op de
band stille passages aangebracht.
• Indien u het deck uitschakelt of de stekker uit het stopcontact
trekt, zal de laatst gemaakte instelling (“Auto Space” of “Auto
Off”) in het geheugen bewaard blijven en de eerstvolgende
keer wanneer u het deck inschakelt, uit het geheugen worden
opgeroepen.
Afspelen van MD’s
32
NL
Pauzeren na elk muziekstuk (Auto Pause)
Het MD-deck beschikt over een functie waarmee u na elk
muziekstuk even kunt pauzeren om het eerstvolgende
muziekstuk te vinden dat u wilt opnemen.
1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op
MENU/NO.
“Setup Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS totdat “Auto Off” verschijnt en druk
daarna op AMS of YES.
3 Draai AMS om de instelling te kiezen en druk
daarna op AMS of YES.
Om: Kies:
Auto Pause in te schakelen Auto Pause
Auto Pause uit te schakelen Auto Off (fabrieksinstelling)
4 Druk op MENU/NO.
Om na een pauze weer verder te gaan met
afspelen
Druk op H.
z
U kunt de afstandsbediening gebruiken om Auto Pause in of
uit te schakelen
Z
Terwijl het deck is stopgezet, drukt u herhaald op A.SPACE
totdat “Auto Pause” of “Auto Off” op het display verschijnt.
Opmerking
Indien u het deck uitschakelt of de stekker uit het stopcontact
trekt, zal de laatst gemaakte instelling (“Auto Pause” of “Auto
Off”) in het geheugen bewaard blijven en de eerstvolgende keer
wanneer u het deck inschakelt, uit het geheugen worden
opgeroepen.
Wenken voor het op band opnemen van
MD’s
33
NL
Monteren van opgenomen MD’s
Monteren van
opgenomen
MD’s
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe
u de op een MD opgenomen
muziekstukken kunt monteren.
A
AMS YES
MENU/NO
m/M
Korte beschrijving van de toetsen en
regelaar die gebruikt worden voor het
monteren van MD’s
De onderstaande toetsen en regelaar worden gebruikt
voor het wissen, onderverdelen, verplaatsen en
samenvoegen van muziekstukken op de MD.
Opmerking
De bediening van deze toetsen en de regelaar verschilt wanneer u
een muziekstuk of MD een titel geeft. Voor bijzonderheden, zie
“Naamgeving van een muziekstuk of MD” op blz. 38.
MENU/NO-toets: Terwijl het deck is stopgezet, bezig is
met afspelen of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op
deze toets om muziekstukken te monteren. Om de
montagefunctie uit te schakelen, drukt u tijdens het
monteren op deze toets.
AMS-regelaar: Draai om een montagefunctie of
muziekstuknummer te kiezen en druk daarna om uw
keuze te bevestigen. U kunt de regelaar ook gebruiken om
bepaalde punten in een muziekstuk aan te geven voor het
wissen of voor het onderverdelen van muziekstukken.
YES-toets: Druk op deze toets in plaats van de AMS-
regelaar om een keuze te bevestigen.
m/M toetsen: Druk op deze toetsen om de eenheid
(minuut, seconde of frame) aan te geven waarmee de MD
bij het draaien van de AMS-regelaar vooruit moet gaan. U
kunt deze toetsen ook gebruiken om het eindpunt van het
te wissen gedeelte te vinden.
Zie de paragrafen over de montagehandelingen voor
nadere bijzonderheden over de werking van de
verschillende toetsen en van de regelaar.
Monteren van opgenomen MD’s
34
NL
De indicatie die tijdens het monteren op
het display verschijnt
Indien “Protected” op het display verschijnt
Het wispreventienokje is opengeschoven. Om de MD te
kunnen monteren, schuift u het nokje dicht. Zie “Om te
voorkomen dat opnamen abusievelijk worden gewist” op
blz. 19 voor bijzonderheden.
Indicaties die na het monteren op het
display verschijnen
Indien “TOC” op het display gaat branden
De montage is wel uitgevoerd, maar de inhoudsopgave
(TOC) van de MD is niet bijgewerkt. Trek de stekker niet
uit het stopcontact terwijl deze indicatie brandt,
aangezien anders de gemonteerde gegevens verloren
zullen gaan. De inhoudsopgave wordt alleen bijgewerkt
wanneer u de MD verwijdert of het MD-deck uitschakelt.
Indien “TOC Writing” op het display knippert
Het deck is bezig met het lezen van de inhoudsopgave
(TOC). Trek de stekker niet uit het stopcontact en
verplaats het deck niet terwijl deze indicatie knippert.
Wissen van muziekstukken
U kunt een muziekstuk of gedeelte van een muziekstuk
wissen door het nummer van het te wissen muziekstuk of
het te wissen gedeelte van een muziekstuk aan te geven.
U kunt ook alle muziekstukken op een MD in één keer
wissen.
Wissen van een muziekstuk
Geef het nummer van het te wissen muziekstuk aan.
Voorbeeld: Wissen van het tweede muziekstuk
AAA BBB CCC DDD
1 2 3 4
AAA CCC DDD
1 2 3
Bij het wissen van een muziekstuk worden alle
muziekstukken na het gewiste muziekstuk automatisch
opnieuw genummerd. Indien u bijvoorbeeld muziekstuk
nr. 2 wist, verandert het eerdere muziekstuk nr. 3 in
muziekstuk nr. 2, en het eerdere muziekstuk nr. 4 in
muziekstuk nr. 3, enz.
1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen
of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op
MENU/NO.
“Edit Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Tr Erase ?” op het display verschijnt en druk
daarna op AMS of YES.
Het muziekstuk waarvan het nummer op het display
wordt aangegeven, wordt nu afgespeeld.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
het te wissen muziekstuknummer op het display
verschijnt.
4 Druk op AMS of YES.
“Complete!!” verschijnt enkele seconden op het
display en het muziekstuk is nu gewist. Het
muziekstuk dat volgt op het gewiste muziekstuk,
wordt nu afgespeeld. Indien het gewiste muziekstuk
het laatste muziekstuk op de MD was, zal het
muziekstuk dat aan het gewiste muziekstuk
voorafging, worden afgespeeld.
Om de functie uit te schakelen
Druk op MENU/NO of x.
Monteren van opgenomen MD’s
35
NL
z
Indien bij de bovenstaande stap 4 de indicatie “Erase ???”
op het display verschijnt
Het muziekstuk is op een ander MD-deck beveiligd tegen
abusievelijk wissen. Indien u het muziekstuk toch wilt wissen,
drukt u nogmaals op AMS of YES terwijl de indicatie op het
display staat.
z
Om bij het wissen van meer dan één muziekstuk verwarring
te voorkomen
Begin het wissen bij het muziekstuk met het hoogste nummer. Op
deze manier voorkomt u dat de te wissen muziekstukken
opnieuw worden genummerd.
z
U kunt het wissen van een muziekstuk ongedaan maken
Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste
wijziging” op blz. 42.
Wissen van alle muziekstukken op een MD
Volg de onderstaande procedure om alle muziekstukken,
muziekstuktitels en disctitels in één keer te wissen.
1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen
of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op
MENU/NO.
“Edit Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“All Erase ?” op het display verschijnt en druk
daarna op AMS of YES.
“All Erase??” verschijnt op het display.
3 Druk op AMS of YES.
“Complete!!” verschijnt enkele seconden op het
display en alle muziekstukken, muziekstuktitels en
disctitels zijn nu gewist.
Om de functie uit te schakelen
Druk op MENU/NO of x.
z
U kunt het wissen van de muziekstukken ongedaan maken
Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste
wijziging” op blz. 42.
Wissen van een gedeelte van een
muziekstuk
U kunt een gedeelte van een muziekstuk gemakkelijk
wissen door het beginpunt en het eindpunt van het te
wissen gedeelte aan te geven.
Dit is handig wanneer u onnodige gedeelten van een
muziekstuk wilt wissen dat u van een satelliet- of FM-
uitzending hebt opgenomen.
Voorbeeld: Wissen van gedeelte “B2” van het
tweede muziekstuk
AAA BBB
B1 B3B2
CCC
1 2 3
AAA
B1 B3
CCC
1 2 3
BBB
1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen
of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op
MENU/NO.
“Edit Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“A-B Erase ?” op het display verschijnt en druk
daarna op AMS of YES.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
het nummer van het muziekstuk met het te wissen
gedeelte op het display verschijnt, en druk daarna
op AMS of YES.
“-Rehearsal-” en “Point A ok?” verschijnen beurtelings
op het display en de eerste seconden van het
muziekstuk worden nu herhaald afgespeeld.
4 Terwijl u meeluistert naar het geluid, draait u AMS
(of drukt u herhaald op ./>) om het
beginpunt van het te wissen gedeelte (punt A) te
vinden.
De tijdsindicatie (“m (minuut)”, “s (seconde)” en
“f (frame = 1/86 seconde)”) van het huidige punt
wordt op het display weergegeven en vanaf dat punt
worden enkele seconden van het muziekstuk herhaald
afgespeeld.
Om snel een bepaald punt te vinden
Geef aan, met welke eenheid (minuut, seconde of
frame) de MD bij het draaien van AMS (of herhaald
indrukken van ./>) vooruit moet gaan.
Druk daarvoor bij stap 4 herhaald op m/M om
“m”, “s”, of “f” te kiezen. De gekozen eenheid
knippert op het display.
Monteren van opgenomen MD’s
36
NL
5 Herhaal stap 4 totdat u punt A hebt gevonden.
6 Druk op AMS of YES om punt A te bevestigen.
“Point B set” verschijnt op het display en vanaf punt A
worden enkele seconden van het muziekstuk herhaald
afgespeeld.
7 Ga verder met het afspelen van het muziekstuk of
druk op M om het eindpunt van het te wissen
gedeelte (punt B) te vinden, en druk daarna op
AMS of YES.
“A-B Ers” en “Point B ok?” verschijnen beurtelings op
het display en van het muziekstuk worden enkele
seconden vóór punt A en na punt B herhaald
afgespeeld.
8 Herhaal stap 4 totdat u punt B hebt gevonden.
9 Druk op AMS of YES om punt B te bevestigen.
“Complete!!” verschijnt enkele seconden op het
display en het gedeelte tussen punt A en B is nu
gewist.
Om de functie uit te schakelen
Druk op MENU/NO of x.
z
U kunt het wissen van een gedeelte ongedaan maken
Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste
wijziging” op blz. 42.
Opmerking
In de onderstaande gevallen verschijnt “Impossible” op het
display en is het niet mogelijk om een gedeelte van een
muziekstuk te wissen:
• Punt B is vóór punt A ingesteld.
• Het aangegeven gedeelte kan soms niet verder gewist worden
wanneer u hetzelfde muziekstuk reeds vele malen hebt
gemonteerd. Dit is te wijten aan een technische beperking van
het MD-systeem, en niet aan een mechanische storing.
Onderverdelen van
muziekstukken
U kunt een opgenomen muziekstuk op elk gewenst punt
onderverdelen door op het betreffende punt gewoon een
muziekstuknummer toe te voegen. Dit is vooral handig
wanneer u een opname wilt onderverdelen die meerdere
muziekstukken bevat, maar slechts één
muziekstuknummer (zie blz. 23), of wanneer u een
bepaald punt in het muziekstuk wilt opzoeken.
Voorbeeld: Onderverdelen van het tweede
muziekstuk
AAA
B1 B2
CCC
1 2 3
AAA
BBB
BBB
B1 B2
CCC
1 2 3 4
Wanneer een muziekstuk wordt onderverdeeld, zal het
totale aantal muziekstukken met één toenemen en worden
alle muziekstukken die volgen op het onderverdeelde
muziekstuk automatisch opnieuw genummerd.
Onderverdelen van een muziekstuk nadat
het muziekstuk is gekozen
1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen
of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op
MENU/NO.
“Edit Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Divide ?” op het display verschijnt, druk daarna
op AMS of YES.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
het nummer van het muziekstuk dat u wilt
onderverdelen, op het display verschijnt en druk
daarna op AMS of YES.
“-Rehearsal-” verschijnt op het display en het
muziekstuk wordt nu afgespeeld.
4 Terwijl u meeluistert naar het geluid, draait u AMS
(of drukt u herhaald op ./>) om het punt te
vinden waar u het muziekstuk wilt onderverdelen.
De tijdsindicatie (“m”, “s”, en “f”) van het huidige
punt wordt aangegeven op het display en vanaf dat
punt wordt het muziekstuk enkele seconden herhaald
afgespeeld.
Om snel een bepaald punt te vinden
Geef aan, met welke eenheid (minuut, seconde of
frame) de MD bij het draaien van AMS (of het
herhaald indrukken van ./>) vooruit moet
gaan.
Druk hiervoor bij stap 4 herhaald op m/M om
“m”, “s”, of “f” te kiezen. De gekozen eenheid
knippert op het display.
Wissen van muziekstukken
Monteren van opgenomen MD’s
37
NL
5 Herhaal stap 4 totdat u het punt hebt gevonden
waarop u het muziekstuk wilt onderverdelen.
6 Druk op AMS of YES.
“Complete!!” verschijnt enkele seconden op het
display en het muziekstuk is nu onderverdeeld. Het
nieuw gemaakte muziekstuk wordt nu afgespeeld.
Houd er rekening mee dat het nieuwe muziekstuk
geen titel heeft.
Om de functie uit te schakelen
Druk op MENU/NO of x.
z
U kunt de onderverdeling ongedaan maken
Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste
wijziging” op blz. 42.
z
U kunt muziekstukken tijdens het opnemen onderverdelen
Voor bijzonderheden, zie “Aanbrengen van muziekstuknummers
tijdens het opnemen” op blz. 22.
Onderverdelen van een muziekstuk nadat
het punt van onderverdeling is gekozen
1 Zodra tijdens het afspelen het punt is bereikt
waarop u het muziekstuk wilt onderverdelen,
drukt u op AMS.
“- Divide -” en “-Rehearsal-” verschijnen beurtelings
op het display en het muziekstuk wordt nu vanaf het
gekozen punt afgespeeld.
2 Volg zo nodig stap 4 van “Onderverdelen van een
muziekstuk nadat het muziekstuk is gekozen” op
blz. 36 om het punt van onderverdeling precies in
te stellen.
3 Druk op YES.
“Complete!!” verschijnt enkele seconden op het
display en het muziekstuk is nu onderverdeeld. Het
nieuw gemaakt muziekstuk wordt nu afgespeeld.
Houd er rekening mee dat het nieuwe muziekstuk
geen titel heeft.
Om de functie uit te schakelen
Druk op MENU/NO of x.
z
U kunt de onderverdeling ongedaan maken
Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste
wijziging” op blz. 42.
z
U kunt muziekstukken onderverdelen tijdens het opnemen
Voor bijzonderheden, zie “Aanbrengen van muziekstuknummers
tijdens het opnemen” op blz. 22.
Samenvoegen van
muziekstukken
Met deze functie kunt u twee willekeurige muziekstukken
tot één muziekstuk samenvoegen. De twee
muziekstukken hoeven niet opeenvolgend of in
chronologische volgorde te zijn. U kunt meerdere
muziekstukken samenvoegen tot een medley, of meerdere
los van elkaar opgenomen gedeelten tot één muziekstuk
samenvoegen. Wanneer u twee muziekstukken
samenvoegt, vermindert het totale aantal muziekstukken
met één en worden alle muziekstukken die volgen op de
samengevoegde muziekstukken, opnieuw genummerd.
Voorbeeld: Samenvoegen van het tweede en
vierde muziekstuk
AAA BBB
BBB
DDD
CCC
1 2 3
AAA BBB DDDCCC
1 2 43
Indien de samengevoegde muziekstukken beide een
muziekstuktitel hebben, zal de titel van het tweede
muziekstuk worden gewist.
1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen
of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op
MENU/NO.
“Edit Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Combine ?” op het display verschijnt en druk
daarna op AMS of YES.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
het nummer van het eerste van de beide
muziekstukken die u wilt samenvoegen, op het
display verschijnt en druk daarna op AMS of YES.
De indicatie voor het kiezen van een tweede
muziekstuk verschijnt op het display en het gedeelte
met het punt waarop de beide muziekstukken zullen
worden samengevoegd (het einde van het eerste
muziekstuk en het begin van het daaropvolgende
muziekstuk) wordt nu herhaald afgespeeld.
4 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
het nummer van het tweede van de beide
muziekstukken die u wilt samenvoegen op het
display verschijnt en druk daarna op AMS of YES.
“Complete!!” verschijnt enkele seconden op het
display en de muziekstukken zijn nu samengevoegd.
Het door samenvoeging tot stand gekomen
muziekstuk wordt nu afgespeeld.
Om de functie uit te schakelen
Druk op MENU/NO of x.
z
U kunt de samenvoeging ongedaan maken
Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste
wijziging” op blz. 42.
Opmerking
Indien “Impossible” op het display verschijnt, is het niet mogelijk
om de muziekstukken samen te voegen. Dit gebeurt soms
wanneer u hetzelfde muziekstuk reeds vele malen hebt
gemonteerd en is te wijten aan een technische beperking van het
MD-systeem, en niet aan een mechanische storing.
Monteren van opgenomen MD’s
38
NL
Verplaatsen van
muziekstukken
Met deze functie kunt u de volgorde van de
muziekstukken naar wens veranderen.
Voorbeeld: Verplaatsen van het tweede
muziekstuk naar de positie achter het derde
muziekstuk
AAA BBB CCC DDD
1 2 3 4
AAA BBBCCC DDD
1 32 4
Nadat u een muziekstuk hebt verplaatst, worden de
muziekstukken automatisch opnieuw genummerd.
1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen
of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op
MENU/NO.
“Edit Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Move ?” op het display verschijnt en druk daarna
op AMS of YES.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
het nummer van het te verplaatsen muziekstuk op
het display verschijnt en druk daarna op AMS of
YES.
4 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
de nieuwe positie van het muziekstuk op het
display verschijnt en druk daarna op AMS of YES.
“Complete!!” verschijnt enkele seconden op het
display en het muziekstuk is nu verplaatst. Het
verplaatste muziekstuk wordt nu afgespeeld.
Om de functie uit te schakelen
Druk op MENU/NO of x.
z
U kunt de verplaatsing ongedaan maken
Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste
wijziging” op blz. 42.
Naamgeving van een
muziekstuk of MD
U kunt voor een opgenomen MD en afzonderlijke
muziekstukken een titel invoeren. Een titel kan bestaan
uit hoofdletters en kleine letters, cijfers en symbolen. Voor
alle titels op de MD kunnen in totaal 1700 tekens worden
opgeslagen.
A
AMS YESMENU/NO
DISPLAY/CHAR
m/M
CLEAR
Alfanumerieke
toetsen
Opmerking
Indien u een muziekstuk een titel geeft terwijl het wordt
opgenomen, dient u de titel volledig te hebben ingevoerd
voordat het muziekstuk eindigt. Indien het muziekstuk eindigt
voordat u klaar bent met het invoeren van de titel, zullen de
ingevoerde tekens verloren gaan en krijgt het muziekstuk geen
titel. U kunt muziekstukken geen titels geven terwijl u opneemt
over bestaand materiaal.
Monteren van opgenomen MD’s
39
NL
Naamgeving van een muziekstuk of MD
door gebruikmaking van de regelaars op
het deck
1 Druk op MENU/NO terwijl het deck zich in één van
de onderstaande bedieningsstanden bevindt, al
naar gelang het onderdeel waaraan u een titel wilt
geven:
Om een titel te geven aan: Indrukken terwijl het deck:
Een muziekstuk of de MD
6 Draai AMS om het teken te kiezen.
Het gekozen teken knippert.
Om een gekozen teken te veranderen.
Herhaal de stappen 5 en 6.
7 Druk op AMS.
Het gekozen teken is ingevoerd en brandt continu. De
cursor gaat naar rechts, knippert en wacht op de
invoer van het volgende teken.
8 Herhaal de stappen 5 t/m 7 om de rest van de titel
in te voeren.
Om een teken te veranderen
Druk herhaald op m/M totdat het teken dat u wilt
veranderen knippert, en herhaal daarna de stappen
5 t/m 7.
Om een teken te wissen
Druk herhaald op m/M totdat het teken dat u wilt
wissen knippert, en druk daarna op CLEAR.
9 Druk op YES.
De gehele titel verschijnt op het display.
Om de functie uit te schakelen
Druk op MENU/NO of x.
z
U kunt de titel van een muziekstuk of MD ongedaan maken
Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste
wijziging” op blz. 42.
Is stopgezet, bezig is met
afspelen of zich in de
pauzestand bevindt
Het muziekstuk dat wordt
opgenomen
Bezig is met het opnemen
van het muziekstuk
“Edit Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS totdat “Name ?” op het display
verschijnt en druk daarna op AMS of YES.
Terwijl het deck bezig is met opnemen, verschijnt er
een knipperende cursor op het display en kunt u een
titel invoeren voor het muziekstuk dat wordt
opgenomen. Ga in dat geval naar stap 5.
3 Draai AMS totdat “Nm In ?” op het display
verschijnt en druk daarna op AMS of YES.
4 Draai AMS totdat het muziekstuknummer
(wanneer u een muziekstuk een titel geeft) of
“Disc” (wanneer u de MD een titel geeft) knippert
en druk daarna op AMS of YES.
Er verschijnt een knipperende cursor op het display.
5 Druk herhaald op DISPLAY/CHAR om het soort
teken te kiezen.
Voor het kiezen van: Herhaald indrukken totdat
Hoofdletters “A” op het display verschijnt
Kleine letters “a” op het display verschijnt
Cijfers “0” op het display verschijnt
Symbolen “!” op het display verschijnt
Om een spatie in te voeren
Druk op M terwijl de cursor knippert.
Monteren van opgenomen MD’s
40
NL
Naamgeving van een muziekstuk of MD
door gebruikmaking van de
afstandsbediening Z
1 Druk op NAME terwijl het deck zich in één van de
onderstaande bedieningsstanden bevindt, al naar
gelang het onderdeel waaraan u een titel wilt
geven:
Om een titel te geven aan: Indrukken terwijl het deck:
Een muziekstuk Bezig is met afspelen, zich in
de pauzestand bevindt, bezig
is met opnemen of is
stopgezet en het
muziekstuknummer op het
display wordt aangegeven
De MD Is stopgezet zonder dat het
muziekstuknummer op het
display wordt aangegeven
Er verschijnt een knipperende cursor op het display.
2 Kies het soort teken.
Voor het kiezen van: Druk
Hoofdletters herhaald op CHAR totdat “Selected
AB” op het display verschijnt
Kleine letters herhaald op CHAR totdat “Selected
ab” op het display verschijnt
Cijfers herhaald op NUM totdat “Selected
12” op het display verschijnt
3 Voer een teken in.
Indien u hoofdletters of kleine letters hebt gekozen
1 Druk herhaald op de betreffende alfanumerieke
toets totdat het gewenste teken knippert.
In plaats daarvan kunt u ook eenmaal de toets
indrukken en herhaald op ./> drukken.
Om symbolen te kiezen, drukt u herhaald op .
terwijl “A” knippert.
2 Druk op M.
Het knipperende teken is ingevoerd en brandt
continu, en de cursor gaat naar rechts.
Indien u cijfers hebt gekozen
Druk op de betreffende cijfertoets.
Het cijfer is ingevoerd en de cursor gaat naar rechts.
4 Herhaal de stappen 2 en 3 om de rest van de titel
in te voeren.
Om een teken te veranderen
Druk herhaald op m/M totdat het teken dat u wilt
veranderen knippert, druk op CLEAR om het teken te
wissen, en herhaal daarna de stappen 2 en 3.
5 Druk op NAME.
De gehele titel verschijnt op het display.
Om de functie uit te schakelen
Druk op MENU/NO of x.
z
U kunt de titel van een muziekstuk of MD ongedaan maken
Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste
wijziging” op blz. 42.
Kopiëren van een muziekstuk- of disctitel
U kunt een bestaande muziekstuk- of disctitel kopiëren en
deze titel gebruiken voor een ander muziekstuk op
dezelfde disc of voor de disc zelf.
1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen
of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op
MENU/NO.
“Edit Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Name ?” op het display verschijnt en druk daarna
op AMS of YES.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Nm Copy ?” op het display verschijnt en druk
daarna op AMS of YES.
4 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
het nummer van het muziekstuk (wanneer u de
muziekstuktitel kopieert) of “Disc” (wanneer u de
disctitel kopieert) knippert, druk daarna op AMS of
YES om de gekozen titel te kopiëren.
Indien “No Name” op het display verschijnt
Het gekozen muziekstuk of de gekozen disc heeft
geen titel.
5 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
het nummer van het muziekstuk (wanneer u een
muziekstuk een titel geeft) of “Disc” (wanneer u
een disc een titel geeft) knippert, en druk daarna
op AMS of YES om de gekopieerde titel in te
voeren.
“Complete!!” verschijnt enkele seconden op het
display en de titel is nu gekopieerd.
Om de functie uit te schakelen
Druk op MENU/NO of x.
Naamgeving van een muziekstuk of MD
Monteren van opgenomen MD’s
41
NL
z
Indien bij de bovenstaande stap 5 de indicatie
“Overwrite ??” op het display verschijnt
Het bij stap 5 gekozen muziekstuk of de bij stap 5 gekozen disc
heeft reeds een titel. Indien u de titel wilt vervangen, druk dan
nogmaals op AMS of YES terwijl de indicatie op het display
wordt weergegeven.
z
U kunt het kopiëren van een muziekstuk- of disctitel
ongedaan maken
Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste
wijziging” op blz. 42.
Een nieuwe titel geven aan een
muziekstuk of MD Z
1 Druk op NAME terwijl het deck zich in één van de
onderstaande bedieningsstanden bevindt, al naar
gelang het onderdeel waaraan u een nieuwe titel
wilt geven:
Om een nieuwe titel
te geven aan:
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Nm Erase ?” op het display verschijnt en druk
daarna op AMS of YES.
4 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
het nummer van het muziekstuk (bij het wissen
van de muziekstuktitel) of “Disc” (bij het wissen
van de disctitel) knippert en druk daarna op AMS
of YES.
“Complete!!” verschijnt enkele seconden op het
display en de titel is nu gewist.
Om de functie uit te schakelen
Druk op MENU/NO of x.
z
U kunt het wissen van muziekstuk- of disctitel ongedaan
maken
Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste
wijziging” op blz. 42.
Wissen van alle titels op de MD
U kunt alle muziekstuktitels en de disctitel op een MD in
één keer wissen.
1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen
of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op
MENU/NO.
“Edit Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Name ?” op het display verschijnt en druk daarna
op AMS of YES.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Nm AllErs ?” op het display verschijnt en druk
daarna op AMS of YES.
“Nm AllErs??” verschijnt op het display.
4 Druk op AMS of YES.
“Complete!!” verschijnt enkele seconden op het
display en alle titels op de MD zijn nu gewist.
Om de functie uit te schakelen
Druk op MENU/NO of x.
z
U kunt het wissen van alle titels op de MD ongedaan maken
Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste
wijziging” op blz. 42.
z
U kunt alle opgenomen muziekstukken en titels op de MD
wissen
Voor bijzonderheden, zie “Wissen van alle muziekstukken op een
MD” op blz. 35.
Indrukken terwijl het deck:
Een muziekstuk Bezig is met afspelen, zich in de
pauzestand bevindt, bezig is met
opnemen of is stopgezet en het
muziekstuknummer op het
display wordt aangegeven
De MD
Is stopgezet zonder dat het
muziekstuknummer op het
display wordt aangegeven
Er verschijnt een muziekstuk- of disctitel op het
display.
2 Houd CLEAR ingedrukt totdat de gekozen titel
volledig is gewist.
3 Volg de stappen 5 t/m 8 van “Naamgeving van een
muziekstuk of MD door gebruikmaking van de
regelaars op het deck” op blz. 39 of de stappen
2 t/m 4 van “Naamgeving van een muziekstuk of
MD door gebruikmaking van de
afstandsbediening” op blz. 40.
4 Druk op NAME.
Wissen van een muziekstuk- of disctitel
Gebruik deze functie om de titel van een muziekstuk of
disc te wissen.
1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen,
opnemen of zich in de pauzestand bevindt, drukt u
op MENU/NO.
“Edit Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Name ?” op het display verschijnt en druk daarna
op AMS of YES.
Monteren van opgenomen MD’s
42
NL
Ongedaan maken van de
laatste wijziging
Met deze functie kunt u de laatste wijziging ongedaan
maken zodat de oorspronkelijke inhoud van de MD
wordt hersteld. Een wijziging door montage kan echter
niet ongedaan worden gemaakt indien u na de montage
één van de volgende handelingen hebt verricht:
Indrukken van REC z op het deck
Indrukken van z, MUSIC SYNC of CD-SYNC
STANDBY op de afstandsbediening
Uitschakelen van het deck of verwijderen van de MD
De stekker uit het stopcontact trekken
A
AMS
YES
MENU/NO
1 Terwijl het deck is stopgezet en er geen
muziekstuknummer op het display wordt
weergegeven, drukt u op MENU/NO.
“Edit Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Undo ?” op het display verschijnt.
“Undo ?” verschijnt niet indien er geen montage heeft
plaatsgevonden.
3 Druk op AMS of YES.
Eén van de volgende meldingen verschijnt op het
display, afhankelijk van de laatste wijziging die u het
gemaakt:
Laatste wijziging Melding
Wissen van een muziekstuk
Wissen van alle muziekstukken op een MD Erase Undo?
Wissen van een gedeelte van een muziekstuk
Onderverdelen van een muziekstuk Divide Undo?
Samenvoegen van muziekstukken CombineUndo?
Verplaatsen van een muziekstuk Move Undo?
Naamgeving van een muziekstuk of MD
Kopiëren van een muziekstuk- of disctitel
Een nieuwe titel geven aan een
muziekstuk of MD
Name Undo?
Wissen van een muziekstuk- of disctitel
Wissen van alle titels op de MD
4 Druk op AMS of YES.
“Complete!!” verschijnt enkele seconden op het
display en de oorspronkelijke inhoud van de MD is
hersteld.
Om de functie uit te schakelen
Druk op MENU/NO of x.
43
NL
Overige functies
Overige
functies
In dit hoofdstuk wordt uitleg gedaan
over de andere nuttige functies die u
bij dit MD-deck kunt gebruiken.
Veranderen van de
toonhoogte
(Toonhoogteregelfunctie)
U kunt de afspeelsnelheid (toonhoogte) van de MD
veranderen. De toonhoogte stijgt naarmate de snelheid
wordt verhoogd, en daalt naarmate de snelheid wordt
verlaagd. Wanneer u de toonhoogte op een andere waarde
dan de fabrieksinstelling hebt ingesteld, brandt de
verlichting van de PITCH CONTROL-toets tijdens het
afspelen in geelbruin.
Z
PITCH CONTROL
AMS
Automatisch stapsgewijs instellen van de
toonhoogte (automatische stapsgewijze
regelfunctie)
U kunt de toonhoogte met maximaal 2 stappen* verhogen
of met maximaal 48 stappen verlagen.
*
Eén octaaf komt overeen met 12 stappen.
1 Terwijl het deck bezig is met afspelen, drukt u
herhaald op PITCH CONTROL totdat “Pitch” op het
display verschijnt.
2 Draai AMS totdat de gewenste stapwaarde
verschijnt.
Om terug te keren naar de fabrieksinstelling
Druk op CLEAR terwijl u de waarde instelt.
Opmerkingen
• Wanneer u de stap voor het regelen van de toonhoogte
verandert, zal het geluid tijdens het afspelen tijdelijk
wegvallen.
• Wanneer u het deck uitschakelt of de MD verwijdert, wordt de
oorspronkelijke toonhoogtestap “0” weer van kracht
(fabrieksinstelling).
• Wanneer er rechts van de toonhoogtestap op het
toonhoogtedisplay een punt (.) verschijnt, betekent dit dat u de
toonhoogte hebt afgeregeld (zie de volgende bladzijde) en dat
de toonhoogte tussen twee stappen ligt. (De waarden van de
stap en de fijnafregeling zijn aan elkaar gekoppeld.)
Overige functies
44
NL
Fijnafregeling van de toonhoogte
(fijnafregelingsfunctie)
U kunt de afspeelsnelheid afregelen in stappen van 0,1%
binnen een bereik van –98,5% tot +12,5%.
1 Terwijl het deck bezig is met afspelen, drukt u
herhaald op PITCH CONTROL totdat “Pfine” op het
display verschijnt.
2 Draai AMS totdat de gewenste waarde verschijnt.
Om terug te keren naar de fabrieksinstelling
Druk op CLEAR terwijl u de waarde instelt.
z
U kunt Setup Menu gebruiken om de toonhoogte te
veranderen
Tijdens het afspelen kiest u “Pitch” om de toonhoogte
automatisch stapsgewijs in te stellen, of kies “Pfine” om de
toonhoogte precies af te regelen.
Opmerkingen
• Wanneer u de waarde van de fijnafregeling verandert, zal het
geluid tijdens het afspelen tijdelijk wegvallen.
• Wanneer u het deck uitschakelt of de MD verwijdert, wordt de
oorspronkelijke waarde van de fijnafregeling “0.0%” weer van
kracht (fabrieksinstelling).
• De waarden van de stap en de fijnafregeling zijn aan elkaar
gekoppeld. Wanneer u de ene waarde verandert, zal de andere
ook veranderen.
Infaden (Fade In) en uitfaden
(Fade Out) Z
Met de functie voor afspelen met infaden kunt u, wanneer
het afspelen begint, het niveau van het signaal naar de
LINE (ANALOG) OUT-aansluitbussen en de PHONES-
aansluitbus geleidelijk doen toenemen. Met de functie
voor afspelen met uitfaden kunt u, wanneer het afspelen
eindigt, het signaalniveau geleidelijk doen afnemen.
Met de functie voor opnemen met infaden kunt u het
signaalniveau aan het begin van de opname geleidelijk
doen toenemen. Met de functie voor opnemen met
uitfaden kunt u het signaalniveau aan het einde van de
opname geleidelijk doen afnemen.
FADER
>.X
H
X
` / 1
Z
x
.>
mM
Opmerking
Tijdens afspelen met infaden en afspelen met uitfaden treedt er
geen verandering op in het niveau van het signaal dat wordt
uitgevoerd via de DIGITAL OUT-aansluiting.
Afspelen met infaden en opnemen met
infaden
In de afspeelpauzestand (bij afspelen met infaden) of
de opnamepauzestand (bij opnemen met infaden)
drukt u op FADER.
b knippert op het display en er wordt vijf seconden
(fabrieksinstelling) afgespeeld met infaden of opgenomen
met infaden totdat de teller op “0.0s” staat.
Veranderen van de toonhoogte
(Toonhoogteregelfunctie)
45
NL
Overige functies
Afspelen met uitfaden en opnemen met
uitfaden
Tijdens het afspelen (bij afspelen met uitfaden) of
opnemen (bij opnemen met uitfaden) drukt u op
FADER.
B knippert op het display en er wordt vijf seconden
(fabrieksinstelling) afgespeeld met uitfaden of
opgenomen met uitfaden totdat de teller op “0.0s” staat,
en daarna gaat het deck over in de pauzestand.
z
U kunt de duur van het infaden en uitfaden bij afspelen en
opnemen veranderen
1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO.
“Setup Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de instelling te
kiezen en druk daarna op AMS of YES.
Voor het veranderen van de duur van: Kies:
Infaden bij afspelen/opnemen F.in
Uitfaden bij afspelen/opnemen F.out
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de duur te
kiezen en druk daarna op AMS of YES.
De duur van het infaden en uitfaden kan met stappen van 0,1
seconde worden ingesteld.
4 Druk op MENU/NO.
Inslapen met muziek
(SLEEP-schakelklokfunctie)
U kunt het deck na verloop van een vooraf ingestelde tijd
automatisch laten uitschakelen.
A
AMS
YES
MENU/NO
1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op
MENU/NO.
“Setup Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Sleep Off” op het display verschijnt en druk
daarna op AMS of YES.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de
instelling te kiezen en druk daarna op AMS of YES.
Om: Kies:
De SLEEP-schakelklokfunctie
in te schakelen
Sleep On
De SLEEP-schakelklokfunctie
uit te schakelen
Sleep Off
(fabrieksinstelling)
4 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Sleep 60min” op het display verschijnt en druk
daarna op AMS of YES.
5 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de
tijd te kiezen waarna het deck moet worden
uitgeschakeld (“30min”, “60min”
(fabrieksinstelling), “90min”, of “120min”) en druk
daarna op AMS of YES.
6 Druk op MENU/NO.
Overige functies
46
NL
Gebruikmaking van een
schakelklok
Door op het deck een schakelklok (niet bijgeleverd) aan te
sluiten, kunt u het afspelen en opnemen op vooraf
ingestelde tijden laten beginnen en eindigen. Voor nadere
bijzonderheden over het aansluiten van de schakelklok of
het instellen van de in- en uitschakeltijd dient u de met de
schakelklok meegeleverde gebruiksaanwijzing te
raadplegen.
A
H
x
TIMER
PLAY MODE
Afspelen van een MD met gebruikmaking
van een schakelklok
1 Volg de stappen 1 t/m 3 van “Afspelen van een
MD” op blz. 26.
2 Druk herhaald op PLAY MODE (of eenmaal op één
van de PLAY MODE-toetsen) om de gewenste
afspeelfunctie te kiezen.
Om alleen bepaalde muziekstukken af te spelen, stelt
u een eigen programma samen (zie blz. 30).
Om het tijdstip in te stellen waarop het afspelen moet
eindigen, drukt u op H om met afspelen te beginnen
en ga daarna naar stap 3.
3 Zet TIMER op het deck op PLAY.
4 Stel de schakelklok naar wens in.
Wanneer u de tijd hebt ingesteld waarop het
afspelen moet beginnen, wordt het deck
uitgeschakeld. Wanneer de ingestelde tijd is
aangebroken, wordt het deck ingeschakeld en begint
het afspelen.
Wanneer u de tijd hebt ingesteld waarop het
afspelen moet eindigen, gaat het afspelen verder.
Wanneer de ingestelde tijd is aangebroken, stopt het
afspelen en wordt het deck uitgeschakeld.
Wanneer u de tijd hebt ingesteld waarop het
afspelen moet beginnen en eindigen, wordt het deck
uitgeschakeld. Wanneer de inschakeltijd is
aangebroken, wordt het deck ingeschakeld en begint
het afspelen. Wanneer de uitschakeltijd is
aangebroken, stopt het afspelen en wordt het deck
uitgeschakeld.
5 Nadat u klaar bent met het gebruik van de
schakelklok, zet u TIMER op het deck op OFF.
Opnemen op een MD met gebruikmaking
van een schakelklok
1 Volg de onderstaande stappen van “Opnemen op
een MD” op blz. 18 en 19, zoals gevraagd.
Voor instelling van het
tijdstip waarop:
Volg:
Het opnemen moet beginnen Stap 1 t/m 7 en druk daarna
op x
Het opnemen moet eindigen Stap 1 t/m 10
Het opnemen moet beginnen
en eindigen
Stap 1 t/m 7 en druk daarna
op x
2 Zet TIMER op het deck op REC.
3 Stel de schakelklok naar wens in.
Wanneer u de tijd hebt ingesteld waarop de opname
moet beginnen, wordt het deck uitgeschakeld.
Wanneer de ingestelde tijd is aangebroken, wordt het
deck ingeschakeld en begint de opname.
Wanneer u de tijd hebt ingesteld waarop de opname
moet eindigen, gaat het afspelen verder. Wanneer de
ingestelde tijd is aangebroken, stopt de opname en
wordt het deck uitgeschakeld.
Wanneer u de tijd hebt ingesteld waarop de opname
moet beginnen en eindigen, wordt het deck
uitgeschakeld. Wanneer de inschakeltijd is
aangebroken, wordt het deck ingeschakeld en begint
de opname. Wanneer de uitschakeltijd is
aangebroken, stopt de opname en wordt het deck
uitgeschakeld.
4 Nadat u klaar bent met het gebruik van de
schakelklok, zet u TIMER op het deck op OFF. Zet
daarna het deck in de wachtstand door de stekker
van het deck in een stopcontact te steken of door
de schakelklok op doorgaande bediening te zetten.
Indien u TIMER op REC laat staan, wordt er de
eerstvolgende keer dat u het deck inschakelt,
automatisch begonnen met opnemen.
Indien u het deck niet binnen een week nadat de
schakelklokopname is geëindigd, weer in de
wachtstand zet, is de kans aanwezig dat het
opgenomen materiaal verloren gaat.
47
NL
Overige functies
Zorg dat u het deck binnen een week nadat de
schakelklokopname is voltooid, weer in de
wachtstand zet.
De inhoudsopgave (TOC) van de MD wordt bijgewerkt en
het opgenomen materiaal wordt weggeschreven naar de
MD wanneer u het deck inschakelt. Indien het
opgenomen materiaal verloren is gegaan, knippert
“Initialize” wanneer u het deck inschakelt.
Opmerkingen
Nadat het deck is ingeschakeld, kan het nog circa 30 seconden
duren voordat de opname begint. Wanneer u de opname op
een ingesteld tijdstip wilt laten beginnen door gebruikmaking
van de schakelklok, dient u bij het instellen van het tijdstip
waarop de opname moet beginnen, rekening te houden met
deze aanlooptijd.
Bij schakelklokopnamen wordt nieuw materiaal altijd na het
eerder opgenomen gedeelte op de MD opgenomen.
Het materiaal dat u tijdens de schakelklokopname hebt
opgenomen wordt de eerstvolgende keer wanneer u het deck
inschakelt, bewaard op de disc. “TOC Writing” knippert dan
op het display. Trek de stekker niet uit het stopcontact en
verplaats het deck niet terwijl deze indicatie knippert.
De schakelklokopname stopt wanneer de disc vol is.
Afspelen met verschillende
geluidskenmerken (digitaal
filter)
Dit deck is uitgevoerd met VC (variabele coëfficiënt)-
filters. Hierdoor u de geluidskenmerken afstemmen op
uw geluidsinstallatie, luisteromgeving en de bron die u
aan het afspelen bent. Houd er rekening mee dat de filters
alleen effectief zijn voor de analoge signalen die via de
LINE (ANALOG) OUT-aansluitbussen en de PHONES-
aansluitbus worden uitgevoerd.
A
FILTER
1 Druk op FILTER.
Het op dat moment gekozen filter verschijnt op het
display.
2 Druk herhaald op FILTER om het gewenste filter te
kiezen.
Kies Voor het voortbrengen van
Standard
(fabrieksinstelling)
een ruim klinkend geluid met een breed
bereik
Spline een duidelijk gepositioneerd en vloeiend
geluid
Plain een fris en krachtig geluid
Analog een vol en warm geluid
Wanneer er op het DF (digitale filter)-display een
andere instelling dan “Standard” is gekozen, brandt
de verlichting van de FILTER-toets in groen.
z
U kunt de afstandsbediening gebruiken om het filter te
kiezen Z
Druk herhaald op FILTER totdat het gewenste filter op het
display verschijnt.
Overige functies
48
NL
Afspelen met verschillende
geluidskenmerken (digitaal filter)
z
Wat is een VC (variabele coëfficiënt)-filter?
Een VC-filter verandert de geluidskenmerken van een
signaal door het toepassen van bepaalde voorwaarden
voor frequentieafsnijding. Dergelijke filters worden
aangebracht op digitale apparatuur, zoals CD-spelers en
MD-decks, om secundaire ruis te verwijderen.
Opmerking
De door digitale filters teweeggebrachte verandering in de
geluidskenmerken treedt hoofdzakelijk op in het niet-hoorbare
bereik, en niet in het hoorbare bereik zoals bij een versterker.
49
NL
Bediening van het MD-deck door gebruikmaking van een toetsenbord
Bediening van het
MD-deck door
gebruikmaking
van een
toetsenbord
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe
u op een eenvoudige manier een
muziekstuk of MD van een titel kunt
voorzien door gebruikmaking van een
los verkrijgbaar toetsenbord, en hoe u
het MD-deck rechtstreeks via het
toetsenbord kunt bedienen.
Instellen van het
toetsenbord
U kunt gebruikmaken van een willekeurig IBM-
compatibel toetsenbord
* (niet bijgeleverd) met een PS/2-
interface. U kunt een toetsenbord met een Engelse of
Japanse indeling kiezen. Bij gebruikmaking van een
toetsenbord met een andere indeling moet u tekens
toewijzen aan de toetsen. Voor bijzonderheden, zie
“Tekens toewijzen aan de toetsen van het toetsenbord” op
blz. 52.
*
Het stroomverbruik dient 120 mA of minder te bedragen.
A
AMS
MENU/NO
AMS YES
CLEAR
KEYBOARD-aansluitbus
Aansluiten van een toetsenbord op het
MD-deck
Sluit de toetsenbord-aansluitstekker aan op de
KEYBOARD-aansluitbus op het voorpaneel van het
deck.
U kunt het toetsenbord op elk gewenst tijdstip aansluiten
of loskoppelen, ongeacht of het deck is ingeschakeld of
uitgeschakeld.
Keuze van het type toetsenbord
Wanneer u voor de eerste keer een toetsenbord aansluit,
moet u het type toetsenbord kiezen.
1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op
MENU/NO.
“Setup Menu” verschijnt op het display.
2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Keyboard ?” verschijnt en druk daarna op AMS of
YES.
3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat
“Type” verschijnt en druk daarna op AMS of YES.
4 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de
instelling te kiezen en druk daarna op AMS of YES.
Voor gebruik van toetsenbord met: Kies:
Engelse toetsenbordindeling US
(fabrieksinstelling*)
Japanse toetsenbordindeling JP
*
U kunt de fabrieksinstelling ook oproepen door indrukken van
CLEAR.
5 Druk op MENU/NO.
Bediening van het MD-deck door gebruikmaking van een toetsenbord
50
NL
Naamgeving van een
muziekstuk of MD door
gebruikmaking van het
toetsenbord
Door gebruikmaking van een toetsenbord kunt u op een
snelle manier titels invoeren of wijzigen. Tijdens het
wijzigen van een titel kunt u de cursor met een sprong
verplaatsen of de titel over het display laten bewegen.
Snelle methode voor het invoeren van
een titel
1 Druk op [Num Lock] terwijl het deck zich in één van
de onderstaande bedieningsstanden bevindt, al
naar gelang waarvoor u een titel wilt invoeren:
Om een titel te geven aan: Indrukken terwijl het deck:
Een muziekstuk Bezig is met afspelen, zich in
de pauzestand bevindt, bezig
is met opnemen of is
stopgezet terwijl het
muziekstuknummer wordt
aangegeven
De MD is stopgezet zonder dat het
muziekstuknummer wordt
aangegeven
Er verschijnt een knipperende cursor op het display.
2 Voer een titel in.
Naast de lettertoetsen kunt u ook gebruikmaken van
de toetsen die vermeld staan in de onderstaande tabel.
3 Druk op [Enter] of [Num Lock].
De volledige titel verschijnt op het display.
Bedieningshandelingen tijdens het invoeren van
een titel voor een muziekstuk of MD
Om: Druk op:
De bediening te annuleren [Esc]
Hoofdletters of kleine letters te kiezen [Caps Lock] of [Shift]*
De cursor te verplaatsen [T] of [t]
De cursor te laten verspringen naar
het begin van de titel
z U kunt de titel van een muziekstuk of MD ongedaan maken
1 Druk op [F11].
“Name Undo?” verschijnt.
2 Druk op [Enter].
Druk op [Esc] om de bediening te annuleren.
Gebruik van het Edit-menu
1 Druk op [Esc] terwijl het deck zich in één van de
onderstaande bedieningsstanden bevindt, al naar
gelang waarvoor u een titel wilt invoeren:
Om een titel te geven aan: Indrukken terwijl het deck:
Een muziekstuk of de MD Is stopgezet, bezig is met
afspelen of zich in de
pauzestand bevindt
Het muziekstuk dat u aan het
opnemen bent
[Home]
De cursor te laten verspringen naar
het einde van de titel
[End]
De titel over het display te laten bewegen [Page Up] of [Page
Down]
Het teken op de cursorpositie wissen [Delete]
Het teken vóór de cursorpositie wissen [Back Space]
*
Indien u tekens aan toetsen hebt toegewezen door gebruikmaking van
[Shift] (zie blz. 52), hebben de aldus toegewezen tekens voorrang.
het muziekstuk aan het
opnemen is
“Edit Menu” verschijnt op het display.
2 Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab]
totdat “Name ?” verschijnt en druk daarna op
[Enter].
Terwijl het deck bezig is met opnemen, verschijnt er
een knipperende cursor op het display. U kunt nu een
titel invoeren voor het muziekstuk dat u aan het
opnemen bent. Ga in dit geval naar stap 5.
3 Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab]
totdat “Nm In ?” verschijnt en druk daarna op
[Enter].
4 Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab]
totdat het muziekstuknummer (wanneer u een
muziekstuk een titel geeft) of “Disc” (wanneer u de
MD een titel geeft) verschijnt en druk daarna op
[Enter].
Er verschijnt een knipperende cursor op het display.
5 Voer een titel in.
6 Druk op [Enter] of [Num Lock].
De volledige titel verschijnt op het display.
51
NL
Bediening van het MD-deck door gebruikmaking van een toetsenbord
Bediening van het deck
door gebruikmaking van
het toetsenbord
U kunt het MD-deck bedienen door gebruikmaking van
de toetsen van het toetsenbord. Op deze manier kunt u
MD’s monteren en het deck bedienen zonder
gebruikmaking van de toetsen en bedieningsorganen op
het deck en op de afstandsbediening.
Bedieningshandelingen bij gebruikmaking
van het toetsenbord
Voor bijzonderheden over de verschillende functies, zie
“Beschrijving van de onderdelen van het voorpaneel” op
blz. 10 en 11 of “Beschrijving van de onderdelen van de
afstandsbediening” op blz. 12 en 13.
Voor gebruikmaking van het
toetsenbord voor de volgende functies:
Om: Druk op:
Muziekstuknummer 1 af te spelen [1]
Muziekstuknummer 2 af te spelen [2]
Muziekstuknummer 3 af te spelen [3]
Muziekstuknummer 4 af te spelen [4]
Muziekstuknummer 5 af te spelen [5]
Muziekstuknummer 6 af te spelen [6]
Muziekstuknummer 7 af te spelen [7]
Muziekstuknummer 8 af te spelen [8]
Muziekstuknummer 9 af te spelen [9]
Muziekstuknummer 10 af te spelen [0]
Bedieningshandelingen bij gebruikmaking
van de tien-toetsen
Terwijl er een muziekstuk is gekozen, kunt u het
muziekstuk rechtstreeks met de volgende tien-toetsen
monteren. U kunt ook beginnen met afspelen door met de
tien-toetsen het gewenste muziekstuknummer in te
voeren.
Om: Druk op:
Het muziekstuk of de MD een titel te geven [Num Lock] (zie
blz. 50)
Het muziekstuk onder te verdelen [/]
Het muziekstuk te verplaatsen [*]
Het muziekstuk te wissen [–]
Muziekstukken samen te voegen [+]
Muziekstuknummer 1 af te spelen [1]
Muziekstuknummer 2 af te spelen [2]
Muziekstuknummer 3 af te spelen [3]
Muziekstuknummer 4 af te spelen [4]
Muziekstuknummer 5 af te spelen [5]
Muziekstuknummer 6 af te spelen [6]
Muziekstuknummer 7 af te spelen [7]
Muziekstuknummer 8 af te spelen [8]
Muziekstuknummer 9 af te spelen [9]
Muziekstuknummer 10 af te spelen [0]
Opmerking
Indien u [/], [*], [–] of [+] indrukt zonder dat er een muziekstuk
is gekozen, verschijnt “Cannot Edit”.
Indrukken:
MENU/NO [Esc]
AMS of > [R] of [Tab]
AMS of . [r] of [Shift]+[Tab]
H/X of YES [Enter]*
REC z [Shift]+[Enter]
MUSIC SYNC [Ctrl]+[Enter]
x [Spatiebalk]
m [T]
M [t]
PITCH CONTROL [F1]
FILTER [F2]
TIME [F3]
PLAY MODE [F5]
SCROLL [F6]
DISPLAY/CHAR [F7]
Keuze van muziekstuknummer hoger
dan 10**
[F9]
FADER [F10]
Ongedaan maken van de laatste
wijziging (zie blz. 42)
[F11]
EJECT A [F12]
REPEAT [Print Screen]
AyB [Scroll Lock]
M.SCAN [Pause]
CLEAR [Delete]
*
In Edit Menu en Setup Menu werkt [Enter] als YES-toets, in andere
gevallen als H/X toets.
**
Voor muziekstuknummer 20 drukt u bijvoorbeeld op [F9] en daarna
op [2] en [0]. Voor muziekstuknummer 103 drukt u tweemaal op [F9]
en daarna op [1], [0] en [3].
Bediening van het MD-deck door gebruikmaking van een toetsenbord
52
NL
Tekens toewijzen aan de
toetsen van het
toetsenbord
Toewijzen van een teken
Indien de indeling van uw toetsenbord niet overeenkomt
met de systeeminstellingen, bestaat de kans dat bij het
indrukken van de toetsen niet de gewenste tekens op het
display verschijnen, of dat er helemaal geen tekens op het
display verschijnen. In zulke gevallen moet u tekens aan
de toetsen toewijzen.
1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op
[Esc].
“Setup Menu” verschijnt op het display.
2 Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab]
totdat “Keyboard ?” verschijnt en druk daarna op
[Enter].
3 Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab]
totdat “Assign ?” verschijnt en druk daarna op
[Enter].
4 Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab]
totdat het toe te wijzen teken verschijnt.
Indien het teken reeds is toegewezen, verschijnt
“User”. Indien het nog niet is toegewezen, verschijnt
“Default”.
5 Druk op [Enter].
“<Set Key>” knippert op het display.
6 Druk op het toetsenbord op de toets waaraan u
het teken wilt toewijzen.
“Key Change” verschijnt. Het gekozen teken is nu aan
die toets toegewezen.
Indien “Same Key” verschijnt
Hetzelfde teken is reeds aan die toets toegewezen.
Indien “Remove old assign?” verschijnt
Aan die toets is reeds een ander teken toegewezen.
Druk op [Enter] om het eerder toegewezen teken te
laten vervangen door het nieuwe teken. Druk op [Esc]
om de bediening te annuleren.
Opmerkingen
• Bij het toewijzen van een teken kunt u [Shift] alleen gebruiken
voor symbool- en cijfertoetsen.
• Aan de volgende toetsen kan geen teken worden toegewezen:
[Esc], [F1] t/m [F12], [Back Space], [Tab], [Caps Lock], [Enter],
[Shift], [Ctrl], [Alt], [Windows], [Spatiebalk], [Application],
[Print Screen], [Scroll Lock], [Pause], [Insert], [Delete], [Home],
[End], [Page Up], [Page Down], [Num Lock], [T], [t], [R], [r]
en [/], [*], [–], [+] (van de tien-toetsen).
• Indien u probeert om een teken toe te wijzen aan één van de
bovenstaande toetsen of aan andere toetsen waarvoor geen
invoer wordt geaccepteerd, zal bij stap 6 de indicatie “Key
Change” niet verschijnen.
Wissen van toetstoewijzingen
U kunt toetstoewijzingen één voor één of allemaal tegelijk
wissen.
Om een toetstoewijzing te wissen
1 Volg de stappen 1 t/m 3 van “Toewijzen van een
teken” op deze bladzijde.
2 Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab]
totdat het te wissen teken verschijnt (alleen tekens
waarbij “User” wordt aangegeven) en druk daarna
op [Enter].
“<Set Key>” knippert op het display.
3 Druk op [Delete].
“Key Clear” verschijnt en de toetstoewijzing is nu
gewist.
Om alle toetstoewijzingen te wissen
1 Volg de stappen 1 t/m 3 van “Toewijzen van een
teken” op deze bladzijde.
2 Druk gelijktijdig op [Ctrl], [Alt] en [Delete].
“All Reset ?” verschijnt op het display.
3 Druk op [Enter].
“Complete!!” verschijnt en alle toetstoewijzingen zijn
nu gewist.
Om de bediening te annuleren
Druk op [Esc].
53
NL
Aanvullende informatie
Aanvullende
informatie
In dit hoofdstuk wordt aanvullende
informatie gegeven om de bediening
en het onderhoud van het MD-deck
verder te vergemakkelijken.
Voorzorgsmaatregelen
Veiligheid
Mocht er een vast voorwerp of vloeistof in het deck
terechtkomen, trek dan de stekker uit het stopcontact en
laat het deck eer st door een deskundige contr oleren
alvorens het weer in gebruik te nemen.
Netspanning
Controleer vóór bediening van het deck of de
bedrijfsspanning van het deck over eenkomt met de
plaatselijke netspanning. De bedrijfsspanning staat
aangegeven op de identificatieplaat achter op het deck.
Het apparaat blijft op de str oombron (netspanning)
aangesloten zolang de stekker in het stopcontact zit,
zelfs indien het systeem zelf is uitgeschakeld.
Trek de stekker uit het stopcontact als u denkt het
systeem geruime tijd niet te gebruiken. Om de
aansluiting van de stekker op het stopcontact te
verbreken, dient u de stekker vast te pakken. Trek nooit
aan het snoer zelf.
Het netsnoer mag uitsluitend door een erkend
servicecentrum worden vernieuwd.
Condensvorming in het deck
Indien het systeem rechtstreeks van een koude naar een
warme omgeving wordt gebracht, of in een zeer vochtige
kamer is geplaatst, kan vocht uit de lucht condenseren op
de lens in het deck. In dergelijke gevallen zal het deck niet
altijd naar behor en werken. Verwijder de MD en laat het
deck enkele uren ingeschakeld staan totdat de condens is
verdampt.
MiniDisc-cassette
Stel de MD niet bloot door het schuifdeksel te openen.
Stel de cassette niet bloot aan fel zonlicht, extreme
temperaturen, extreme vochtigheid of stof .
Reinigen
Reinig de behuizing, het paneel en de r egelaars door
gebruikmaking van een zachte doek, licht bevochtigd met
een oplossing van mild schoonmaakmiddel. Gebruik
hiervoor geen schuurkussentjes, schuurpoeder of
oplosmiddelen zoals alcohol of wasbenzine.
Indien u vragen of problemen het betr effende het deck,
neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde Sony-
handelaar.
54
NL
Aanvullende informatie
Behandeling van MD’s
De MD zit in een cassette om de disc te beschermen tegen
vuil of vingerafdrukken en om er gemakkelijk mee te
kunnen omgaan.
Desondanks bestaat de kans dat de disc tengevolge van
vuil of een kromgetrokken cassette niet goed zal werken.
Om ervan verzekerd te zijn dat u altijd naar muziek van
de hoogste kwaliteit kunt luister en, dient u de
onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht te nemen:
Raak de inwendige disc niet aan. Wanneer u probeert
het schuifdeksel te openen door dit te for ceren, kan de
inwendige disc beschadigd raken.
Plak altijd de met de MD meegelever de labels op de
juiste plaats. De vorm van de labels kan afhankelijk van
het merk MD verschillen.
“Disc Full” verschijnt reeds vóór het bereiken
van het maximale aantal muziekstukken
In bepaalde gevallen kunnen de zachtere passages binnen
muziekstukken worden opgevat als pauzes ertussen,
zodat het aantal nummers het feitelijke aantal
muziekstukken overschrijdt. Dan zal “Disc Full”
verschijnen.
De resterende speelduur neemt niet toe, ook niet
na het wissen van meerdere korte nummers
Nummers met een lengte van minder dan twaalf
seconden tellen niet mee, zodat het wissen
ervan niet tot meer beschikbar e opnameduur zal leiden.
De totale opgenomen speelduur plus de
resterende beschikbare opnameduur op de MD
komen in totaal niet aan de nominale speelduur
van de MD toe
Het opnemen wordt verricht in minimumeenheden van
2 seconden, ongeacht de lengte van het opgenomen
materiaal. Dit kan leiden tot een geringe afwijking van de
nominale speelduur. Daarnaast kan de speelduur van een
MD beperkt worden door krassen e.d.
Beperkingen bij het opnemen over bestaande
(eerder opgenomen) muziekstukken heen
Niet in alle gevallen kan de juiste r ester ende
opnameduur worden aangegeven.
Het kan weleens onmogelijk blijken over een
muziekstuk heen op te nemen als dat muziekstuk reeds
enkele malen eer der was overgespeeld. In dat geval
dient u het ongewenste muziekstuk eerst te wissen (zie
blz. 34).
De resterende opnameduur kan korter worden in
verhouding tot de totale opnameduur .
Opnemen over een bestaand muziekstuk heen, alleen
om ruis of bijgeluiden weg te nemen, is niet aan te
bevelen, aangezien de speelduur hierdoor verminderd
kan worden.
Bij opnemen over een bestaand muziekstuk heen, kan
het weleens onmogelijk blijken om het muziekstuk van
een titel te voorzien.
Tijdens het doorzoeken van muziekstukken die
niet rechtstreeks zijn opgenomen, maar door
montage zijn samengesteld, kan het geluid af en
toe wegvallen.
Bepaalde muziekstukken laten zich niet met
andere samenvoegen
Na montage kunnen bepaalde muziekstukken niet meer
met andere worden samengevoegd.
Juiste plaats van
de labels
Schuifdeksel
Bewaren van de MD’s
Zorg dat de cassette niet wor dt blootgesteld aan fel
zonlicht of extreem hoge hitte en vochtigheid.
Periodiek onderhoud
Veeg stof en vuil van het cassetteoppervlak met een dr oge
doek.
Beperkingen van het
systeem
Het opnamesysteem van uw deck verschilt sterk van de
opnametechnieken die gebruikt wor den bij gewone
cassettedecks en D AT-decks, met een aantal specifieke
beperkingen waarvan hieronder een uitleg volgt. Deze
beperkingen zijn echter inher ent aan het ontwer p van het
MD-opnamesysteem en wijzen niet op storingen in uw
apparatuur.
“Disc Full” verschijnt reeds vóór het bereiken
van de maximale opnameduur
Wanneer er 255 muziekstukken op de MD zijn
opgenomen, verschijnt “Disc Full”, ongeacht de feitelijke
opnameduur. Een MD kan hooguit 255 muziekstukken
bevatten. Om verder te gaan met opnemen, dient u
onnodige muziekstukken te wissen of een ander e
opneembare MD te gebruiken.
55
NL
Aanvullende informatie
De muziekstuknummers worden niet correct
vastgelegd
Wanneer de muziekstukken van een CD tijdens digitale
opname in meerdere nummers worden onderverdeeld,
kan dit onjuiste muziekstuknummers tot gevolg hebben.
Wanneer tijdens het opnemen de functie voor het
automatisch aanbrengen van muziekstuknummers wordt
geactiveer d, gebeurt het weleens dat de nummer s niet
precies over eenkomen met de oor spronkelijke
muziekstuknummers.
“TOC Reading” blijft gedurende lange tijd
branden
Indien de geplaatste opneembar e MD gloednieuw is,
verschijnt “TOC Reading” langer op het display dan bij
MD’s die reeds eerder zijn gebruikt.
Tijdens het afspelen van MD’s met mono-
geluidsopnamen kan niet altijd de juiste
opname- of afspeelduur worden aangegeven.
Verhelpen van storingen
Indien er tijdens gebruik van het deck iets misgaat, loopt
u dan deze controlelijst even door. Als het probleem aan
de hand van de volgende aanwijzingen niet te verhelpen
is, neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde Sony-
handelaar.
Het deck werkt niet of niet naar behoren.
, Wellicht is de MD vuil of beschadigd. Vervang de
MD.
Afspelen van MD’s is niet mogelijk.
, Er is vocht binnenin het deck gecondenseer d.
Verwijder de MD en laat het deck enkele ur en in
een warme omgeving liggen totdat het
condensvocht verdampt is.
, Het deck is niet ingeschakeld. Druk op ~/1 om het
deck in te schakelen.
, Het deck is niet goed aangesloten op de ver sterker.
Controleer de aansluiting .
, De MD is verkeerd om in de gleuf geplaatst. Schuif
de MD met de labelkant naar boven en met de pijl
wijzend naar de gleuf.
, Wellicht bevat de MD geen opnamen. Vervang de
MD door een andere die wel opnamen bevat.
Storende bijgeluiden in de geluidsweergave.
, Krachtig magnetisme van een TV-toestel of een
ander apparaat veroorzaakt storingen in de
werking van het deck. Plaats het deck ver der uit de
buurt van apparatuur die elektromagnetische
storing kan veroorzaken.
Opnemen op het deck is niet mogelijk of mislukt.
, De MD is beveiligd tegen abusievelijk wissen.
Schuif het wispreventienokje dicht.
, Het deck is niet goed aangesloten op de
geluidsbron. Controleer de aansluiting.
, Kies de juiste programmabron door
gebruikmaking van INPUT.
, Het opnameniveau is niet goed ingesteld. Stel het
opnameniveau goed in.
, Er is een voorbespeelde MD geplaatst. Vervang
deze door een opneembar e MD.
, Er is niet genoeg opnametijd meer over op de MD.
Vervang de MD door een andere opneembare MD
waarop geen of minder materiaal is opgenomen, of
wis overbodige opnamen.
, Er heeft zich een stroomonderbreking voorgedaan,
of de stekker is tijdens het opnemen uit het
stopcontact geraakt. Mogelijk is informatie die op
de MD was opgenomen, verloren gegaan. Maak de
opname opnieuw.
Synchroonopname met een CD-speler of video-
CD-speler is niet mogelijk of mislukt.
, De met het MD-deck meegeleverde
afstandsbediening is niet goed ingesteld. Stel de
afstandsbediening opnieuw in.
Op het display verschijnen beurtelings een
melding en een drieletterteken-code.
, De zelfdiagnose-functie is ingeschakeld.
Raadpleeg de tabel op blz. 59.
Het toetsenbord werkt niet.
, Koppel het toetsenbor d los en sluit het daarna
weer aan.
Opmerking
Wanneer u de bovenstaande aanwijzingen hebt opgevolgd, maar
het deck nog steeds niet naar behoren werkt, schakel dan het
deck uit, trek de stekker uit het stopcontact en steek daarna de
stekker weer in het stopcontact.
56
NL
Aanvullende informatie
Technische gegevens
Systeem Digitaal audiosysteem voor MD’s
Disc MiniDisc
Laser Halfgeleiderlaser (λ = 780 nm)
Emissieduur: continu
Laser-uitgangsvermogen
Minder dan 44,6 µW
Deze waarde is gemeten op een afstand
van ca. 200 mm van het lensoppervlak
van het optisch blok, met een
diafragma van 7 mm.
Eigenschappen laserdiode
Materiaal: GaAlAs
Toerental (CLV) 400 omw/min tot 900 omw/min
Foutcorrectie ACIRC (Advanced Cross Interleave Reed
Solomon Code)
Bemonsteringsfrequentie
44,1 kHz
Codering ATRAC (Adaptive TRansform Acoustic
Coding)
Modulatiesysteem EFM (Eight-to-Fourteen Modulation)
Aantal kanalen 2 stereokanalen
Frequentiebereik 5 – 20000 Hz ±0,3 dB
Signaal/ruisverhouding
Meer dan 100 dB tijdens afspelen
Snelheidsfluctuaties Beneden meetbare limiet
Ingangen
LINE (ANALOG) IN Type aansluitbus: stekkerbus
Impedantie: 47 kilohm
Nominaal ingangsvermogen: 500 mVrms
Minimaal ingangsvermogen: 125 mVrms
DIGIT AL OPTICAL IN1 Type aansluiting: vierkante optische
stekkerbus
Impedantie: 660 nm (optische golflengte)
DIGIT AL OPTICAL IN2 Type aansluiting: vierkante optische
stekkerbus
Impedantie: 660 nm (optische golflengte)
DIGIT AL COAXIAL IN Type aansluitbus: stekkerbus
Impedantie: 75 ohm
Nominaal ingangsvermogen: 0,5 Vp-p,
±20%
Uitgangen
PHONES Aansluitbus type: stereo-telefoonstekker
Nominaal uitgangsvermogen: 28 mW
Belastingsimpedantie: 32 ohm
LINE (ANALOG) OUT Type aansluitbus: stekkerbus
Nominaal uitgangsvermogen: 2 Vrms (bij
50 kilohm)
Belastingsimpedantie: Meer dan
10 kilohm
DIGIT AL OPTICAL OUT
Type aansluiting: vierkante optische
stekkerbus
Nominaal uitgangsvermogen: –18 dBm
Belastingsimpedantie: 660 nm (optische
golflengte)
DIGIT AL COAXIAL OUT
Type aansluitbus: stekkerbus
Nominaal uitgangsvermogen: 0,5 Vp-p
(bij 75 ohm)
Belastingsimpedantie: 75 ohm
Algemeen
Stroomvoorziening 230 V AC, 50/60 Hz
Stroomverbruik 18 W
Afmetingen (circa) 430 × 110 × 287 mm (b/h/d) inclusief
uitstekende onderdelen en regelaars
Gewicht (circa) 5,2 kg
Bijgeleverde accessoires
Zie blz. 4.
Amerikaanse en buitenlandse octrooien onder licentie van Dolby
Laboratories Licensing Corporation.
Ontwerp en technische gegevens kunnen zonder voorafgaande
kennisgeving worden gewijzigd.
57
NL
Aanvullende informatie
Meldingen op het display
In de onderstaande tabel wor dt uitleg gedaan over de
meldingen die op het display verschijnen wanneer er bij
de bediening iets misgaat. Bovendien heeft het deck een
zelfdiagnose-functie (zie blz. 59).
Melding Betekenis
Auto Cut De functie Auto Cut is ingeschakeld
(blz. 21).
Blank Disc Er is een nieuwe (onbespeelde) of
gewiste MD geplaatst.
Cannot Copy Er is getracht een tweede-generatie kopie
te maken van een digitaal gekopieerde
MD (blz. 17).
Cannot Edit Er is getracht een MD te monteren tijdens
afspelen in geprogrammeerde of
willekeurige volgorde, of de MD is
beveiligd tegen abusievelijk opnemen.
Disc Full De MD is vol (blz. 54).
Impossible Het deck kan de gekozen
montagehandeling niet uitvoeren (blz. 19
en 36).
Initialize (knippert) De instellingen van Setup Menu zijn
verloren gegaan. De met de schakelklok
gemaakte opname is na verloop van tijd
verloren gegaan en kan daarom niet meer
op de disc worden bewaard, of de functie
voor afspelen in geprogrammeerde
volgorde kon niet worden geactiveerd
omdat het programma na verloop van
tijd verloren is gegaan.
(Wanneer u het deck inschakelt door
indrukken van +/1, knippert deze
melding ongeveer vier seconden.)
Name Full Het titelgeheugen van de MD is vol (met
ongeveer 1700 tekens).
No Disc Er zit geen MD in het deck.
No Name Het muziekstuk of de disc heeft geen
titel.
No Program!! De functie voor afspelen in
geprogrammeerde volgorde werd
gekozen terwijl er geen programma is
samengesteld.
Premastered Er is getracht op te nemen op een
voorbespeelde MD.
ProgramFull! Het maximale aantal muziekstukken is
geprogrammeerd. Er kunnen geen
verdere muziekstukken meer worden
geprogrammeerd.
REMOTE De MD wordt bediend door een extern
apparaat dat is aangesloten op het deck.*
Smart Space De functie Smart Space is ingeschakeld
(blz. 21).
TOC Reading Het deck is bezig met het controleren van
de inhoudsopgave (TOC) van de MD.
*
Indien “REMOTE” onder andere omstandigheden op het display
verschijnt, schakel dan het deck uit en schakel het daarna weer in.
58
NL
Aanvullende informatie
Tabel van Edit Menu
De onderstaande tabel geeft een overzicht van de ver schillende montagefuncties die u met Edit Menu kunt gebruiken.
Om toegang te krijgen tot Edit Menu
Druk op MENU/NO zodat “Edit Menu” op het display verschijnt.
Opmerking
De beschikbare menuonderdelen kunnen afhankelijk van de betreffende bedieningsstand van het deck verschillen.
Menuonderdeel Sub-onderdeel Functie Zie ook blz.
Name ? Nm In ? Naamgeving van een muziekstuk of een MD 39
Nm Erase ? Wissen van een titel 41
Nm AllErs ? Wissen van alle titels op een MD 41
Nm Copy ? Kopiëren van een titel naar een muziekstuk of een MD 40
Tr Erase ? Wissen van een muziekstuk 34
Move ? Verplaatsen van een muziekstuk 38
Combine ? Samenvoegen van muziekstukken 37
Divide ? Onderverdelen van een muziekstuk 36
A-B Erase ? Wissen van een gedeelte van een muziekstuk 35
All Erase ? Wissen van alle muziekstukken op een MD 35
Undo ? Ongedaan maken van de laatste wijziging 42
Setup ? Rechtstreeks binnengaan van Setup Menu (hieronder)
Tabel van Setup Menu
De onderstaande tabel geeft een overzicht van de ver schillende onderdelen van Setup Menu, inclusief de bijbehor ende
parameters, fabrieksinstellingen en de bladzijden in de gebruiksaanwijzing waar u nader e bijzonderheden kunt vinden.
Om toegang te krijgen tot Setup Menu
Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO zodat “Setup Menu” op het display verschijnt.
Menuonderdeel Sub-onderdeel Functie Parameters Fabrieksinstelling
Zie ook blz.
Program ? Samenstellen van een programma 30
T.Mark In- en uitschakelen van functie voor automatisch
aanbrengen van muziekstuknummers
Lsyn/Off Lsyn 22
LS(T)
Wijzigen van activeringsniveau van functie voor
automatisch aanbrengen van muziekstuknummers
–72 tot 0dB* –50dB 22
Auto In- en uitschakelen van Auto Space en Auto Pause Off/Space/Pause Off 31, 32
S.Space
In- en uitschakelen van Smart Space en Auto Cut On/Off On 21
P.Hold In- en uitschakelen van piekvasthoudfunctie
On/Off
Off 15
*
Afstelbaar in stappen van 2 dB
M.Scan Instellen van de duur van Music Scan. 6 tot 20s 6s 27
59
NL
Aanvullende informatie
Menuonderdeel Sub-onderdeel Functie Parameters Fabrieksinstelling
Zie ook blz.
F.in Instellen van de duur van infaden bij afspelen
en opnemen
1.0 tot 15.0s 5.0s 45
F.out
Instellen van de duur van uitfaden bij afspelen
en opnemen
1.0 tot 15.0s 5.0s 45
Pitch
Wijzigen van de afspeelsnelheid in
automatische stappen
–48 tot +2 0 43
Pfine Fijnafregeling van de afspeelsnelheid –98.5 tot +12.5% 0.0% 44
Sleep Instellen van de duur van de SLEEP-schakelklok 30/60/90/120min 60min 45
Sleep In- en uitschakelen van de SLEEP-schakelklok On/Off Off 45
Keyboard ? Type Keuze van het type toetsenbord dat op het deck
is aangesloten
US/JP US 49
Assign ?
Toewijzen van een teken aan het toetsenbord dat
op het deck is aangesloten
—— 52
Clock Set ? Instellen van de klok 8
Een fabrieksinstelling uit het geheugen oproepen
Druk op CLEAR terwijl u de parameter kiest.
Zelfdiagnosefunctie
Dit systeem heeft een zelfdiagnose-display waar op een code van drie tekens en een melding ver schijnen om u te
waarschuwen wanneer het systeem niet goed werkt. Indien de code en melding beurtelings op het display ver schijnen, tref
dan de maatregelen in de onder staande tabel. Indien de storing daardoor niet kan worden verholpen, neem dan contact op
met uw dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Drieletterteken-code/Melding Oorzaak/Maatregel
C11/Protected De geplaatste disc is beschermd tegen abusievelijk wissen.
, Verwijder de MD en schuif het nokje dicht zodat de opening niet meer zichtbaar is (zie blz. 19).
C13/REC Error De opname werd niet goed uitgevoerd.
, Breng het systeem naar een plaats zonder trillingen en neem daarna opnieuw op vanaf het begin.
De disc is vuil (bijv. olievlekken, vingerafdrukken) of er zitten krassen op, of de geplaatste disc voldoet
niet aan de normen.
, Gebruik een andere disc en neem daarna opnieuw op vanaf het begin.
C13/Read Error De inhoudsopgave (TOC) van de MD kon niet goed worden gelezen.
, Verwijder de MD en plaats hem daarna opnieuw.
C14/Toc Error De inhoudsopgave (TOC) van de MD kon niet goed worden gelezen.
, Plaats een andere disc.
, Indien mogelijk, wis alle muziekstukken van de disc (blz. 35).
C71/Din Unlock Een momentane onderbreking wordt veroorzaakt door de signalen van het digitale programma dat
wordt opgenomen. Dit heeft geen invloed op het opgenomen materiaal.
Tijdens het opnemen van een digitale component die is verbonden met de DIGITAL IN-aansluiting,
werd de digitale aansluitkabel losgekoppeld of werd de digitale component uitgeschakeld.
, Sluit de kabel aan of schakel de digitale component weer in.
60
NL
Aanvullende informatie
Index
A
Afspelen
bepaald muziekstuk. Zie Opzoeken
invoeren van het nummer 27
vanaf het eerste muziekstuk 26
Afspelen in geprogrammeerde
volgorde (Program Play)
controleren van de inhoud 30
programma samenstellen 30
veranderen van de inhoud 31
Afspelen in willekeurige volgorde
(Shuffle Play) 29
Afstandsbediening 4
AMS 27
Audio-aansluitsnoer 4, 5
Automatisch aanbrengen van
muziekstuknummers (Automatic
Track Marking)
aanvullende informatie 23
activeringsniveau 22
uitleg 22
Automatische pauze na vervangen
van stille passages (Auto Cut)
21
B
Batterij 4
Bemonsteringsfrequentieomzetter
18
Bijgeleverde accessoires 4
C
CD-synchroonopname 24
CONTROL A1
-bedieningssysteem
6, 7
D
Digitaal filter 47
Display-weergave
datum van opname 16
disctitel 15
muziekstuktitel 15
resterende opnametijd 14, 15
totaal aantal muziekstukken 14
totale verstreken opnametijd 14
waarde van toonhoogteregeling
16
E, F, G
Eén-generatie kopieersysteem (Serial
Copy Management System) 18
H
Handmatig muziekstuknummers
aanbrengen (Manual Track
Marking) 22
Herhaald afspelen van alle
muziekstukken (Repeat All Play)
28
Herhaald afspelen van een enkel
muziekstuk (Repeat 1 Play) 29
Herhaald afspelen van gedeelte
tussen punt A en B (Repeat A-B
Play) 29
Herhalen
alle muziekstukken. Zie Herhaald
afspelen van alle muziekstukken
(Repeat All Play)
een gedeelte. Zie Herhaald afspelen
van gedeelte tussen punt A en B
(Repeat A-B Play)
huidige muziekstuk. Zie Herhaald
afspelen van een enkel muziekstuk
(Repeat 1 Play)
I, J
Infaden (Fade In)
bij afspelen 44
bij opnemen 44
Ingangsmonitor 20
Inhoudsopgave. Zie TOC
Inlassen van stille passages
(Auto Space) 31
K, L
Klok instellen 8
M
MD (MiniDisc)
opneembare 14, 18
verwijderen 19, 20, 26
voorbespeelde 14
wispreventienokje 19
Meeluisteren naar ingangssignaal.
Zie Ingangsmonitor
Music Scan 27
Muziek-synchroonopname 24
N
Naamgeving
een nieuwe titel geven 41
kopiëren van titels 40
uitleg 39
Niveau
ingangssignaal 15
opname 20
uitgangssignaal 15, 26
O
Onderverdelen van muziekstukken
(Divide)
na kiezen van het muziekstuk 36
na kiezen van het punt 37
Ongedaan maken 42
Opnemen
opnamefunctie 18
over bestaande muziekstukken
heen 19
uitleg 18, 19
Optische kabel 4, 5
Opzoeken
bepaald punt 28
muziekstukken 27
P, Q, R
Pauzeren
na elk muziekstuk (Auto Pause)
32
tijdens afspelen 26
tijdens opname 19
Piekniveaumeters 20
Piekvasthoudfunctie 15
61
NL
Aanvullende informatie
S
Samenvoegen van muziekstukken
(Combine) 37
Schakelklok
afspelen 46
opnemen 46
SCMS. Zie Eén-generatie
kopieersysteem (Serial Copy
Management System)
SLEEP-schakelklok 45
Stille passage
invoegen tijdens afspelen. Zie
Inlassen van stille passages
(AutoSpace)
wissen tijdens opname. Zie
Vervangen van stille passages
(SmartSpace) en Automatische
pauze na vervangen van stille
passages (Auto Cut)
T
Tijdmachine-opnamefunctie 23
Titel over display laten bewegen 16
TOC (Inhoudsopgave) 17, 34
Toetsenbord
bediening van het deck 51
instelling 49
naamgeving van muziekstuk of
MD 50
tekens toewijzen 52
Toonhoogteregelingsfunctie 43
U
Uitfaden (Fade Out)
bij afspelen 45
bij opnemen 45
V
Verplaatsen van muziekstukken
(Move) 38
Vervangen van stille passages
(Smart Space) 21
W, X, Y, Z
Wissen
alle muziekstukken 35
alle titels 41
een gedeelte van een muziekstuk
35
een muziekstuk 34
een titel 41

Documenttranscriptie

WAARSCHUWING Welkom! Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar van brand of een elektrische schok te voorkomen. Dank u voor het aanschaffen van dit Sony MiniDisc Deck. Lees, alvorens het deck in gebruik te nemen, de gebruiksaanwijzing aandachtig door en bewaar deze voor eventuele naslag. Dit apparaat is geclassificeerd als een laserproduct van Klasse 1. Het etiket CLASS 1 LASER PRODUCT MARKING bevindt zich aan de achterkant van het apparaat. Betreffende deze gebruiksaanwijzing De aanwijzingen in deze handleiding zijn van toepassing op het MDS-JB930 MiniDisc Deck. Binnenin het apparaat bevindt zich het volgende label. IN GEEN ENKELE SITUATIE KAN DE VERKOPER AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR ENIGE VORM VAN DIRECTE SCHADE, INCIDENTELE SCHADE OF GEVOLGSCHADE DIE VOORTVLOEIT UIT GEBRUIK VAN HET APPARAAT OF EEN DEFECT HIERIN, NOCH VOOR HIERMEE SAMENHANGENDE ONKOSTEN OF VERLIEZEN. Voor de Klanten in Nederland Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA. 2NL Afspraken • De aanwijzingen in deze handleiding beschrijven de bedieningsorganen op het deck; in plaats daarvan kunt u ook de gelijknamige bedieningsorganen op de bijgeleverde afstandsbediening gebruiken; indien de naam afwijkt, wordt deze in de aanwijzingen tussen haakjes genoemd. Voorbeeld: Draai AMS naar rechts (of druk herhaald op >). • De onderstaande pictogrammen worden in deze gebruiksaanwijzing gebruikt: ZDit pictogram verschijnt bij bedieningshandelingen waarvoor u de afstandsbediening nodig hebt. z Dit pictogram markeert handige tips die de bediening vereenvoudigen. INHOUDSOPGAVE Voorbereidingen 4 Monteren van opgenomen MD’s Alvorens u aansluitingen gaat maken Aansluiten van de audio-componenten Instellen van de klok 4 Wissen van muziekstukken 5 8 34 Onderverdelen van muziekstukken 36 Samenvoegen van muziekstukken 37 Verplaatsen van muziekstukken 38 Naamgeving van een muziekstuk of MD Plaatsen en functies van onderdelen 10 38 Ongedaan maken van de laatste wijziging 42 Beschrijving van de onderdelen van het voorpaneel 10 Overige functies 43 Beschrijving van de onderdelen van de afstandsbediening 12 Veranderen van de toonhoogte (Toonhoogteregelfunctie) 43 Gebruik van het display 14 Infaden (Fade In) en uitfaden (Fade Out) 44 Opnemen op MD’s Inslapen met muziek (SLEEP-schakelklokfunctie) 45 17 Opmerkingen over opnemen Opnemen op een MD Gebruikmaking van een schakelklok 46 17 Afspelen met verschillende geluidskenmerken (digitaal filter) 47 18 Instellen van het opnameniveau Aanbrengen van muziekstuknummers tijdens het opnemen (Track Marking) 22 Opnamestart met zes seconden muziek uit het buffergeheugen (tijdmachine-opname) 23 Synchroon opnemen met de audio-component van uw keuze (muziek-synchroonopname) 24 Synchroon opnemen met een Sony CD-speler (CD-synchroonopname) 24 Afspelen van een MD NL 20 Wenken bij opname 20 Afspelen van MD’s 33 Bediening van het MD-deck door gebruikmaking van een toetsenbord 49 Instellen van het toetsenbord 49 Naamgeving van een muziekstuk of MD door gebruikmaking van het toetsenbord 50 Bediening van het deck door gebruikmaking van het toetsenbord 51 Tekens toewijzen aan de toetsen van het toetsenbord 52 26 26 Afspelen van een bepaald muziekstuk 27 Opzoeken van een bepaald punt in een muziekstuk 28 Herhaald afspelen van muziekstukken 28 Aanvullende informatie 53 Voorzorgsmaatregelen 53 Behandeling van MD’s 54 Beperkingen van het systeem 54 Muziekstukken in willekeurige volgorde afspelen (Shuffle Play) 29 Verhelpen van storingen Programmeren van muziekstukken (Program Play) 30 Meldingen op het display Wenken voor het op band opnemen van MD’s 31 Technische gegevens Tabel van Edit Menu 55 56 57 58 Tabel van Setup Menu 58 Zelfdiagnosefunctie 59 Index 60 3NL Voorbereidingen Dit hoofdstuk bevat informatie over de bijgeleverde accessoires, punten die u bij het aansluiten van het systeem in gedachten moet houden, en de manier waarop u de verschillende audio-componenten op het MD-deck moet aansluiten. Lees dit hoofdstuk aandachtig door alvorens u daadwerkelijk iets op dit deck gaat aansluiten. Alvorens u aansluitingen gaat maken Controleer de bijgeleverde accessoires Met dit MD-deck worden de volgende accessoires meegeleverd: • Audio-aansluitsnoeren (2) • Optische kabel (1) • Afstandsbediening RM-D33M (1) • R6 (formaat AA) batterijen (2) Plaats de batterijen in de afstandsbediening Plaats twee R6 (formaat AA) batterijen met de + en – op de juiste plaats in het batterijvak. Bij gebruikmaking van de afstandsbediening houdt u de afstandsbediening in de richting van de afstandsbedieningssensor op het deck. z Wanneer moeten de batterijen worden vernieuwd? Bij normaal gebruik gaan de batterijen ongeveer zes maanden mee. Vervang beide batterijen door nieuwe wanneer u het deck niet langer op afstand kunt bedienen. Opmerkingen • Laat de afstandsbediening nooit op een erg warme of vochtige plaats liggen. • Zorg dat er geen vreemde voorwerpen in de afstandsbediening terechtkomen. Let hier vooral op tijdens het verwisselen van de batterijen. • Vernieuw steeds alle batterijen tegelijk. • Stel de afstandsbediening niet bloot aan direct zonlicht of andere sterke lichtbronnen. Dit kan de juiste werking ervan verstoren. • Indien u de afstandsbediening geruime tijd niet denkt te gebruiken, verwijder dan de batterijen om eventuele beschadiging door batterijlekkage en corrosie te voorkomen. 4NL Aansluiten van de audio-componenten CONTROL A1 Netsnoer Voorbereidingen Versterker, enz. CD-speler, DBS-tuner *, digitale versterker, DAT-deck, MD-deck, enz. ** * Digitale apparatuur met alleen een DIGITAL OUT-aansluiting **Digitale apparatuur met een DIGITAL IN- en OUT-aansluiting Punten die u bij het aansluiten van het systeem in gedachten dient te houden Vereiste snoeren Audio-aansluitsnoeren (2) (bijgeleverd) Bij het aansluiten van de audio-aansluitsnoeren dient u erop te letten dat de pennen daarvan worden aangesloten op de aansluitbussen van dezelfde kleur: wit (links) op wit, en rood (rechts) op rood. Wit (L) Rood (R) Wit (L) • Alvorens u aansluitingen gaat maken, dient u de stroomtoevoer naar alle componenten uit te schakelen. • Er mag pas een netsnoer worden aangesloten nadat alle aansluitingen zijn voltooid. • Zorg ervoor dat alle aansluitingen goed vastzitten, dit om brom en ruis te voorkomen. Rood (R) Aansluitbussen (aansluitingen) voor het aansluiten van audio-componenten Optische kabels (3) (slechts één bijgeleverd) • Bij het aansluiten van de optische kabels dient u de dopjes van de aansluitingen te halen en de kabelstekkers er recht in te steken totdat ze goed vastzitten. • De optische kabels mogen niet worden gebogen of samengebonden. Coaxiale digitale aansluitkabels (2) (niet bijgeleverd) Aansluiten Op de Versterkers LINE (ANALOG) IN/OUTaansluitbussen CD-spelers of DBS-tuners DIGITAL COAXIAL INaansluitbus of DIGITAL OPTICAL IN*-aansluiting Digitale versterkers, DATdecks of een ander MD-deck DIGITAL COAXIAL IN/OUTaansluitbussen of DIGITAL OPTICAL IN*/OUTaansluitingen * Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen aansluiting IN1 en IN2. 5NL Aansluiten van de audio-componenten Aansluiten van het netsnoer Voorbereidingen Sluit het netsnoer van het deck aan op een stopcontact. Opmerking Bij gebruikmaking van een schakelklok dient u het netsnoer aan te sluiten op het contact van de schakelklok. Het CONTROL A1 -bedieningssysteem Dit MD-deck is geschikt voor het CONTROL A1 bedieningssysteem. Het CONTROL A1 -bedieningssysteem werd ontworpen om geluidsinstallaties die uit meerdere Sonycomponenten bestaan, gemakkelijker te kunnen bedienen. CONTROL A1 -aansluitingen zorgen voor een route voor de overdracht van bedieningssignalen die automatische bediening mogelijk maken en functies bedienen welke doorgaans in verbinding worden gebracht met geïntegreerde systemen. Op dit moment maken CONTROL A1 -aansluitingen tussen een Sony MD-deck, CD-speler, versterker (ontvanger) en cassettedeck automatische functiekeuze en synchroon-opname mogelijk. In de toekomst zal de CONTROL A1 -aansluiting werken als een multifunctionele bus waarmee u van elke component meerdere functies kunt bedienen. Opmerking Het CONTROL A1 -bedieningssysteem is ontworpen voor opwaartse compatibiliteit omdat het bedieningssysteem wordt verbeterd om nieuwe functies te kunnen verwerken. In dit geval zullen oudere componenten echter niet geschikt zijn voor de nieuwe functies. Compatibiliteit van CONTROL A1 en CONTROL A1 Het CONTROL A1-bedieningssysteem is vernieuwd en heet nu CONTROL A1 , het standaard systeem in de SONY 300 disc CD-wisselaar en andere recentelijk uitgekomen Sony-componenten. Componenten met CONTROL A1-aansluitbussen kunnen worden gebruikt in combinatie met componenten met CONTROL A1 en kunnen op elkaar worden aangesloten. In beginsel zullen de meeste functies die beschikbaar zijn met het CONTROL A1bedieningssysteem ook beschikbaar zijn met het CONTROL A1 -bedieningssysteem. Wanneer u echter aansluitingen maakt tussen componenten met CONTROL A1-aansluitbussen en componenten met CONTROL A1 -aansluitbussen, kan het aantal functies dat u kunt bedienen al naar gelang de component beperkt zijn. Voor nadere bijzonderheden dient u de met de betreffende component(en) meegeleverde gebruiksaanwijzing te raadplegen. Aansluiten van het CONTROL A1 bedieningssysteem Sluit mono (2P) ministekkerkabels in serie aan op de CONTROL A1 -aansluitbussen op de achterkant van elke component. U kunt maximaal tien CONTROL A1 compatibele componenten in elke gewenste volgorde aansluiten. Van elk type component kunt u er echter slechts één aansluiten (d.w.z. één CD-speler, één MDspeler, één tapedeck en één ontvanger). (Al naar gelang het model kunnen er echter in bepaalde gevallen meer dan één CD-speler of MD-deck worden aangesloten. Raadpleeg de met de betreffende component meegeleverde gebruiksaanwijzing voor nadere bijzonderheden.) Voorbeeld Versterker CD-speler MD-deck Tapedeck Andere (Ontvanger) component 6NL Aansluitbussen en voorbeelden van aansluitingen CD-speler MD-deck CONTROL A1-aansluitbussen en aansluitingen Het is mogelijk om aansluitingen te maken tussen CONTROL A1- en CONTROL A1 -aansluitbussen. Voor bijzonderheden over bepaalde aansluitingen of instelmogelijkheden dient u de met de betreffende component(en) meegeleverde gebruiksaanwijzing te raadplegen. Aansluitkabel Bij sommige CONTROL A1 -compatibele componenten wordt als accessoire een aansluitkabel meegeleverd. Gebruik in dat geval de aansluitkabel om de aansluiting te maken. Bij gebruikmaking van een in de handel verkrijgbare kabel dient u een mono (2P) ministekkerkabel te gebruiken met een lengte van minder dan 2 meter en zonder weerstand (zoals de Sony RK-G69HG). Basisfuncties van het CONTROL A1 bedieningssysteem Automatische functiekeuze Wanneer u CONTROL A1 -compatibele Sonycomponenten aansluit door gebruikmaking van control A1 -kabels (niet bijgeleverd) en u de afspeeltoets van één van de aangesloten componenten indrukt, schakelt de functiekiezer op de versterker (of ontvanger) automatisch over op de juiste ingang. (Indien u H (afspeeltoets) op het MD-deck indrukt terwijl de CD wordt afgespeeld, schakelt de functiekiezer op de versterker over van CD naar MD.) Opmerkingen • Deze functie werkt alleen wanneer de componenten zijn aangesloten op de ingangen van de versterker (of ontvanger) in overeenstemming met de namen op de functietoetsen. Bij bepaalde ontvangers kunt u de namen van de functietoetsen met elkaar verwisselen. Raadpleeg daarvoor de gebruiksaanwijzing die met de ontvanger is meegeleverd. • Tijdens het opnemen kunt u alleen naar de opnamebron luisteren en geen andere componenten afspelen. Hierdoor zou namelijk de automatische keuzefunctie geactiveerd worden. Synchroonopname Met deze functie kunt u synchroon opnemen van het MDdeck naar de gekozen broncomponent, en vice versa. 1 Stel de bronkiezer op de versterker (of ontvanger) in op de broncomponent. 2 Zet de broncomponent in de pauzestand (de indicators H en X moeten beide gaan branden). 3 4 Zet het deck in de opnamepauzestand. Druk op X op het deck. De broncomponent schakelt over uit de pauzestand en even later begint het opnemen. Wanneer het afspelen van de broncomponent eindigt, stopt het opnemen. Opmerkingen • Zet maximaal één component in de pauzestand. • Dit MD-deck is voorzien van een speciale synchroonopnamefunctie die gebruikmaakt van het CONTROL A1 -bedieningssysteem (zie “CD-synchroonopname van een Sony CD-speler die is aangesloten via een Control A1 -kabel (niet bijgeleverd)” op blz. 25). 7NL Voorbereidingen Bij het CONTROL A1 -bedieningssysteem verplaatsen de bedieningssignalen zich in beide richtingen, waardoor er geen onderscheid bestaat tussen IN- en OUTaansluitbussen. Indien een component beschikt over meer dan één CONTROL A1 -aansluitbus, kunt u beide bussen gebruiken of verschillende componenten aansluiten op één aansluitbus. Instellen van de klok Voorbereidingen Nadat u de ingebouwde klok van het MD-deck hebt ingesteld, zal het MD-deck automatisch de datum en tijd van alle opnamen vastleggen. Bij het afspelen van een muziekstuk kunt u de datum en tijd waarop het muziekstuk werd opgenomen, op het display weergeven (zie blz. 16). MENU/NO AMS 4 Herhaal stap 3 om de maand, het jaar, het uur en de minuten in te voeren. Nadat u de minuten hebt ingevoerd, verschijnen de ingestelde datum en tijd weer, gevolgd door “Complete!!”, en zijn de klokinstellingen voltooid. YES Veranderen van de klokinstelling(en) A m/M 1 2 Voer de bovenstaande stappen 1 en 2 uit. 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de instelling te veranderen en druk daarna op AMS. 4 Om de instelling te voltooien, drukt u herhaald op AMS of m/M totdat de minutenindicatie begint te knipperen en daarna drukt u op AMS of YES. `/1 MENU/NO Z YES DATE PRESENT H ./> m/M X . > m M X . Druk herhaald op AMS of m/M totdat de instelling die u wilt veranderen, begint te knipperen. x z Weergeven van de huidige datum en tijd Z > 1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO. “Setup Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Clock Set ?” verschijnt en druk daarna op AMS. De dagindicatie begint te knipperen. U kunt de huidige datum en tijd op elk gewenst tijdstip weergeven op het display terwijl het apparaat is ingeschakeld. Druk op DATE PRESENT. Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt: t Huidig display t Datum t Tijd z Om opnamen te voorzien van de exacte tijd en de juiste datum Stel de tijd ten minste eenmaal per week opnieuw in. 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de huidige dag in te voeren en druk daarna op AMS. De dagindicatie stopt met knipperen en de maandindicatie begint te knipperen. 8NL Opmerking Wanneer de stekker van het netsnoer lange tijd niet in het stopcontact heeft gezeten, gaan de instellingen van de klok verloren en knippert “Initialize” op het display wanneer u de eerstvolgende keer de stekker in het stopcontact steekt en het MD-deck inschakelt. In dat geval moet u de klok opnieuw instellen. Plaatsen en functies van onderdelen In dit hoofdstuk wordt u vertrouwd gemaakt met de plaatsen en functies van de verschillende toetsen en regelaars op het voorpaneel en de bijgeleverde afstandsbediening. Nadere bijzonderheden vindt u op de bladzijden die tussen haakjes zijn aangegeven. Verder wordt u in dit hoofdstuk vertrouwd gemaakt met de meldingen die op het display kunnen verschijnen. 10NL Beschrijving van de onderdelen van het voorpaneel 1 +/1 (aan/uit-) schakelaar (18, 26, 55, 57) Druk op deze schakelaar om het deck in te schakelen. Wanneer u het deck inschakelt, dooft de STANDBYindicator. Wanneer u deze schakelaar opnieuw indrukt, wordt het deck uitgeschakeld en gaat de indicator branden. 2 PITCH CONTROL-toets (16, 43, 44) Druk op deze toets om de afspeelsnelheid (toonhoogte) van de MD in te stellen. Wanneer u de toonhoogte op een andere waarde dan “0” (fabrieksinstelling) hebt ingesteld, brandt de verlichting van de toets tijdens het afspelen in geelbruin. 3 FILTER-toets (47) Druk op deze toets om het type digitale filter te kiezen. 4 TIME-toets (14-16, 20, 25) Druk op deze toets om de resterende tijd weer te geven op het display. 5 Afstandsbedieningssensor (4) Richt de afstandsbediening naar deze sensor ( ) om op afstand te kunnen bedienen. 6 Display (8, 14-16, 20, 39, 43) Op het display wordt uiteenlopende informatie weergegeven. 7 CLEAR-toets (30, 31, 39) Druk op deze toets om de keuze te annuleren. 8 MENU/NO-toets (8, 21, 22, 30-42, 45, 49) Druk op deze toets om “Edit Menu” of “Setup Menu” op het display te laten verschijnen. 9 AMS-regelaar (8, 19, 21-23, 26, 27, 30-45, 49) Draai deze regelaar om muziekstukken te vinden, de klok in te stellen, de in te voeren tekens te kiezen, of een menuonderdeel en een instelwaarde te kiezen. 0 YES-toets (8, 21, 22, 30-42, 45, 49) Druk op deze toets om de gekozen bedieningshandeling uit te voeren. qa REC MODE-kiezer (18) Gebruik deze toets om REC MODE in te stellen op STEREO of MONO. 234 5 1 6 7 8 9 0 qa qs qd qf – + 10 wj wh wg wf wdwswa qs INPUT-kiezer (18, 20, 21, 55) Gebruik deze toets om de ingangsaansluitbus (of aansluiting) van de programmabron waarvan u wilt opnemen te kiezen. qd REC LEVEL-regelaar (20) Draai deze regelaar om het opnameniveau in te stellen. qf REC z toets (19, 20, 22, 25, 42) Druk op deze toets om op de MD op te nemen, mee te luisteren naar het ingangssignaal of muziekstuknummers aan te brengen. qg x toets (19, 26, 46) Druk op deze toets om met afspelen of opnemen te stoppen, of om de gekozen bedieningshandeling te annuleren. qh X toets (7, 19, 25, 26) Druk op deze toets om het afspelen of opnemen tijdelijk te onderbreken. Druk opnieuw op deze toets om het afspelen of opnemen te hervatten. qj H toets (7, 19, 25-27, 29, 30, 46) Druk op deze toets om met afspelen te beginnen. qk EJECT A toets (19, 20, 26) Druk op deze toets om de MD te verwijderen. ql m/M toetsen (8, 28, 30, 31, 33, 35, 36, 39) Druk op deze toetsen om een bepaalde passage van een muziekstuk te vinden, de inhoud van een programma te wijzigen of het ingevoerde teken te veranderen. w; MD-gleuf (18, 26) Plaats de MD zoals hieronder is aangegeven. Met de labelkant naar boven w; ql qk qj qh qg wa DISPLAY/CHAR-toets (14, 15, 20, 30, 39) • Druk met het deck in de stopstand op deze toets om informatie over de disc of de inhoud van een programma weer te geven op het display. • Druk tijdens het opnemen op deze toets om informatie over het muziekstuk dat u aan het opnemen bent, weer te geven op het display. • Druk tijdens het afspelen op deze toets om informatie over het muziekstuk dat u op dat moment aan het afspelen bent, weer te geven op het display. • Druk in de opnamepauzestand op deze toets om het opnameniveau in te stellen. • Druk tijdens het monteren van een MD op deze toets om het soort tekens te kiezen dat u wilt invoeren. ws SCROLL-toets (16) Druk op deze toets om de titel van een muziekstuk of MD over het display te laten bewegen. wd PLAY MODE-toets (29, 30, 46) Druk op deze toets om afspelen in willekeurige of geprogrammeerde volgorde te kiezen. wf KEYBOARD-aansluitbus (49) Sluit op deze aansluitbus een toetsenbord aan. wg PHONE LEVEL-regelaar (26) Draai deze regelaar om het volume van de hoofdtelefoon in te stellen. wh PHONES-aansluitbus (26) Deze aansluitbus is bestemd voor het aansluiten van een hoofdtelefoon. wj TIMER-kiezer (46) Gebruik deze kiezer om de schakelklok in te stellen voor opnemen (REC) of afspelen (PLAY). Zet de kiezer op OFF om de schakelklok uit te zetten. Met het pijltje in de richting van het deck wijzend 11NL Plaatsen en functies van onderdelen A 0 Beschrijving van de onderdelen van de afstandsbediening Z Plaatsen en functies van onderdelen wd CONTINUE A SCROLL TIME B D C 1 G 2 H 3 I 4 J 5 K 6 L 7 M 8 N 9 O 10 P 11 Q 12 R 13 S 14 T 15 U 16 V 17 W 18 X 19 Y 20 Z 21 – 22 23 . 24 , 25 / >25 ? REPEAT AyB A.SPACE ! ( WRITE ql E F . X > qj m STOP X MUSIC SYNC M CD-SYNC START STANDBY CD PLAYER qh x z T.REC qk P.HOLD NUM H . 3 FADER 3 DATE PRESENT-toets (8) Druk op deze toets om de huidige datum en tijd weer te geven. DATE RECORDED-toets (16) Druk op deze toets om de datum en tijd van de opname weer te geven. 4 4 Alfanumerieke toetsen (16, 27, 30, 40) Druk op deze toetsen om letters of cijfers in te voeren. 5 M.SCAN-toets (27) Druk op deze toets om een muziekstuk binnen een bereik van zes tot twintig seconden te scannen. M.SCAN ) CLEAR CHAR NAME w; 2 2 FILTER-toets (47) Druk op deze toets om het type digitale filter te kiezen. FILTER PLAY MODE DATE SHUFFLE PROGRAM RECORDED PRESENT ws wa YES MENU/NO DISPLAY wf 1 `/1 EJECT wh wg 1 +/1 (aan/uit-) schakelaar (18, 26, 55, 57) Druk op deze schakelaar om het deck in te schakelen. Wanneer u het deck inschakelt, dooft de STANDBYindicator. Wanneer u deze schakelaar opnieuw indrukt, wordt het deck uitgeschakeld en gaat de indicator branden. 5 6 7 8 9 0 qa qs qd qf > REC LEVEL /ANALOG OUT LEVEL qg 6 A.SPACE-toets (31, 32) Druk op deze toets om tussen muziekstukken een geluidloze passage van drie seconden in te lassen of om het afspelen na elk muziekstuk tijdelijk te onderbreken. 7 P.HOLD-toets (15) Druk op deze toets om de piekvasthoudfunctie in of uit te schakelen. 8 CLEAR-toets (30, 31, 40, 41) Druk op deze toets om de keuze te annuleren. 9 x toets (19, 26, 46) Druk op deze toets om met afspelen of opnemen te stoppen, of om de gekozen bedieningshandeling te annuleren. 0 X toets (19, 26) Druk op deze toets om het afspelen of opnemen tijdelijk te onderbreken. Druk opnieuw op deze toets om het afspelen of opnemen te hervatten. qa z toets (19, 20, 22, 42) Druk op deze toets om op de MD op te nemen, mee te luisteren naar het ingangssignaal of muziekstuknummers aan te brengen. qs MUSIC SYNC-toets (24, 42) Druk op deze toets om de muziek-synchroonopname te starten. 12NL qd T.REC-toets (23) Druk op deze toets om de tijdmachine-opname te starten. wa NAME-toets (40, 41) Druk op deze toets om de titel van een muziekstuk of MD toe te voegen of te wijzigen. CHAR-toets (40) Druk op deze toets om het soort tekens te kiezen dat u wilt invoeren. qg FADER-toets (44, 45) Druk op deze toets om het geluid tijdens het afspelen of opnemen geleidelijk te laten opkomen of vervagen. NUM-toets (40) Druk op deze toets om cijfers in te voeren. qh CD PLAYER X toets (25) Druk op deze toets om het afspelen van de CD tijdelijk te onderbreken. Druk opnieuw op deze toets om het afspelen van de CD te hervatten. CD PLAYER ./> toetsen (25) Druk op deze toets om muziekstukken op de CD te vinden. qj CD-SYNC STOP-toets (25) Druk op deze toets om de CD-synchroonopname te stoppen. CD-SYNC START-toets (24, 25) Druk op deze toets om de CD-synchroonopname te starten. CD-SYNC STANDBY-toets (24, 25) Druk op deze toets om het apparaat in de wachtstand voor CD-synchroonopname te zetten. qk m/M toetsen (8, 28-31, 35, 36, 40) Druk op deze toets om een bepaalde passage van een muziekstuk te vinden, de inhoud van een programma te wijzigen of de cursor naar rechts te verplaatsen. ql ./> toetsen (8, 16, 19, 21, 22, 26, 27, 30-32, 34-38, 40-42, 45, 49) Druk op deze toetsen om muziekstukken te vinden, of om een menuonderdeel en een instelwaarde te kiezen. w; H toets (19, 26, 27, 29, 30, 46) Druk op deze toets om met afspelen te beginnen. ws REPEAT-toets (28, 29) Druk op deze toets om muziekstukken herhaald af te spelen. AyB toets (29) Druk op deze toets om herhaald afspelen van A-B te kiezen. wd CONTINUE-toets (29, 30, 46) Druk op deze toets om verder te gaan met normaal afspelen. SHUFFLE-toets (29, 46) Druk op deze toets om afspelen in willekeurige volgorde te kiezen. PROGRAM-toets (30, 46) Druk op deze toets om afspelen in geprogrammeerde volgorde te kiezen. wf DISPLAY-toets (14, 15, 20, 30) Druk op deze toets om de informatie te kiezen die op het display moet worden weergegeven. SCROLL-toets (16) Druk op deze toets om de titel van een muziekstuk of MD over het display te laten bewegen. TIME-toets (14-16, 20, 25) Druk op deze toets om de resterende tijd weer te geven op het display. wg MENU/NO-toets (8, 21, 22, 30-38, 40-42, 45, 49) Druk op deze toets om “Edit Menu” of “Setup Menu” op het display weer te geven. YES-toets (8, 21, 22, 30-38, 40-42, 45, 49) Druk op deze toets om de gekozen bedieningshandeling uit te voeren. wh EJECT Z toets (19, 20, 26) Druk op deze toets om de MD te verwijderen. 13NL Plaatsen en functies van onderdelen qf REC LEVEL/ANALOG OUT LEVEL +/– toetsen (20, 26) Druk op deze toetsen om het opname- of analoge uitgangsniveau in te stellen. Gebruik van het display Het display geeft informatie over de MD of het muziekstuk. Dit hoofdstuk beschrijft de informatie die voor elke bedieningsstand van het deck wordt weergegeven op het display. PITCH CONTROL Terwijl het deck is stopgezet Druk herhaald op DISPLAY/CHAR (of DISPLAY) om het display te wijzigen. Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt: TIME Plaatsen en functies van onderdelen Totaal aantal muziekstukken en totale verstreken opnametijd (standaard display) Indrukken A SCROLL Inhoud van een programma (alleen wanneer “PROGRAM” brandt) DISPLAY/CHAR SCROLL TIME `/1 Z DATE RECORDED DISPLAY Indrukken Niveau van het ingangssignaal Cijfertoetsen P.HOLD H ./> . m X > x Indrukken z M DF (digitaal filter)-display Opmerking Elke keer wanneer het deck overschakelt naar een bepaalde bedieningsstand (afspelen, opnemen, enz.) en u DISPLAY/CHAR (of DISPLAY) of TIME indrukt, verschijnt het display met de indeling die u in de verschillende bedieningsstanden van het deck hebt gekozen. De indeling van het display blijft van kracht totdat u een andere indeling kiest (zie de volgende hoofdstukken voor nadere bijzonderheden). Wanneer u echter de stekker uit het stopcontact trekt, zullen de eerstvolgende keer wanneer u het deck weer inschakelt, van alle displays weer de standaardinstellingen gelden (d.w.z. het display zoals het in de fabriek is ingesteld). Indrukken z U kunt de resterende opnametijd op de MD controleren Druk op TIME. Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt: Totaal aantal muziekstukken en totale verstreken opnametijd (standaard display) Wanneer u een MD plaatst Indrukken Totaal aantal muziekstukken en resterende opnametijd op de MD (alleen bij opneembare MD’s) * Wanneer u een MD plaatst, verschijnt het volgende display: Disctitel* Muziekkalender** Indrukken * Totaal aantal muziekstukken Totale verstreken opnametijd Tijdens het afspelen verschijnt de muziekstuktitel in plaats van de disctitel. Wanneer de MD of het muziekstuk geen titel heeft, verschijnt “No Name”. **Bij een voorbespeelde MD toont een muziekkalender alle muziekstuknummers binnen een raster, terwijl deze bij een opneembare MD zonder raster worden weergegeven. Indien het totale aantal muziekstukken meer dan 15 bedraagt, verschijnt op de muziekkalender rechts naast nr. 15 de indicatie B. * 14NL Niet bij voorbespeelde discs. Terwijl het deck bezig is met opnemen Druk herhaald op DISPLAY/CHAR (of DISPLAY) om het display te wijzigen. Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt: Indrukken piekniveaumeters blijven staan op het hoogste niveau dat door het ingangssignaal is bereikt 1 Terwijl het deck is stopgezet of bezig is met afspelen, drukt u tweemaal op MENU/NO. “Setup Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS totdat “P.Hold Off” (fabrieksinstelling) op het display verschijnt, en druk daarna op AMS of YES. 3 Draai AMS om “P.Hold On” te kiezen, en druk daarna op AMS of YES. 4 Druk op MENU/NO. Om de piekvasthoudfunctie uit te schakelen, kiest u bij stap 3 hierboven “P.Hold Off”. z U kunt de afstandsbediening gebruiken om de Niveau van het ingangssignaal piekvasthoudfunctie in of uit te schakelen Z Druk op P.HOLD om “P.Hold On” of “P.Hold Off” weer te geven. Indrukken Terwijl het deck bezig is met afspelen Druk herhaald op DISPLAY/CHAR (of DISPLAY) om het display te wijzigen. Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt: Indicatie van bemonsteringsfrequentie * * Muziekstuknummer en verstreken tijd van het huidige muziekstuk (standaard display) “FS -- kHz” verschijnt terwijl het analoge signaal wordt ingevoerd. Indrukken DF (digitaal filter)-display Indrukken Indrukken Inhoud van een programma (alleen wanneer “PROGRAM” brandt) z U kunt de resterende opnametijd op de MD controleren Druk op TIME. Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt: Indrukken Muziekstuknummer en verstreken opnametijd van het huidige muziekstuk (standaard display) Disctitel en muziekstuktitel Indrukken Muziekstuknummer en resterende opnametijd op de MD Indrukken Niveau van het uitgangssignaal Indrukken Indrukken DF (digitaal filter)-display Indrukken 15NL Plaatsen en functies van onderdelen Muziekstuknummer en verstreken opnametijd van het huidige muziekstuk (standaard display) z De piekvasthoudfunctie zorgt ervoor dat de Gebruik van het display z U kunt de resterende tijd controleren Controleren van de waarde van de toonhoogte Druk op TIME. Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt: Druk herhaald op PITCH CONTROL om het display te wijzigen. Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt: Muziekstuknummer en verstreken tijd van het huidige muziekstuk (standaard display) Plaatsen en functies van onderdelen Muziekstuknummer en verstreken tijd van het huidige muziekstuk (standaard display tijdens afspelen) Indrukken Muziekstuknummer en resterende tijd van het huidige muziekstuk Indrukken Waarde van toonhoogte in stappen* Indrukken Resterende tijd van alle opgenomen muziekstukken Indrukken Indrukken Waarde van afregeling* z Tijdens het afspelen kunt u altijd de muziekstuktitel controleren Druk op SCROLL. De muziekstuktitel verschijnt en beweegt over het display. Terwijl de muziekstuktitel over het display beweegt, drukt u nogmaals op de toets om de muziekstuktitel tijdelijk te stoppen, en nogmaals om de muziekstuktitel weer te laten lopen. Indrukken Indien u de toonhoogte wilt veranderen, raadpleeg dan “Veranderen van de toonhoogte” op blz. 43 en 44. * Weergeven van de datum van opname Z Wanneer de ingebouwde klok van het MD-deck is ingesteld, zal het MD-deck automatisch de datum en tijd van alle opnamen vastleggen. U kunt dan de datum en tijd waarop het muziekstuk werd opgenomen controleren. 16NL 1 Druk op ./> of op de cijfertoetsen om het muziekstuk te vinden waarvan u de datum van opname wilt controleren. 2 Druk op DATE RECORDED. “No Date” verschijnt indien de ingebouwde klok niet is ingesteld of indien het muziekstuk werd opgenomen op een ander MD-deck zonder functie voor het aanbrengen van de datum en tijd. Opnemen op MD’s Indicaties die tijdens het opnemen op het display verschijnen Indien “Protected” en “C11” beurtelings op het display verschijnen Het wispreventienokje is opengeschoven en de MD is beschermd tegen abusievelijk wissen. Om op de MD te kunnen opnemen, schuift u het nokje dicht. Zie “Om te voorkomen dat opnamen abusievelijk worden gewist” op blz. 19 voor bijzonderheden. Indien “Din Unlock” en “C71” beurtelings op het display verschijnen • De digitale component die met de INPUT-kiezer werd gekozen, is niet correct aangesloten. Controleer de aansluiting. • De gekozen digitale component is niet ingeschakeld. Schakel de component in. Indien “Cannot Copy” op het display verschijnt Het MD-deck maakt gebruik van het één-generatie kopieersysteem (“Serial Copy Management System”). MD’s die via de digitale ingangsaansluiting zijn opgenomen, kunnen niet via de digitale uitgangsaansluiting worden gekopieerd naar andere MD’s of DAT-banden. Zie “Overzicht van het ééngeneratie kopieersysteem (“Serial Copy Management System”)” op blz. 18 voor bijzonderheden. Indien “TRACK” op het display knippert Het MD-deck neemt op over bestaande muziekstukken heen (zie “Opnemen op een MD” op blz. 18). Wanneer de opname ten einde is, stopt de indicatie met knipperen. Indicaties die na het opnemen op het display verschijnen Indien “TOC” op het display gaat branden De opname is wel uitgevoerd, maar de inhoudsopgave (TOC) van de MD is niet bijgewerkt. Trek de stekker niet uit het stopcontact terwijl deze indicatie brandt, aangezien anders de opname verloren zal gaan. De inhoudsopgave wordt alleen bijgewerkt wanneer u de MD verwijdert of het MD-deck uitschakelt. Indien “TOC Writing” op het display knippert Het deck is bezig met het lezen van de inhoudsopgave (TOC). Trek de stekker niet uit het stopcontact en verplaats het deck niet terwijl deze indicatie knippert. 17NL Opnemen op MD’s In dit hoofdstuk wordt uitgelegd, op welke manieren u op een MD kunt opnemen en hoe u muziekstuknummers kunt aanbrengen en synchroonopnamen met andere componenten kunt maken. Opmerkingen over opnemen Opmerkingen over opnemen Automatische omzetting van digitale bemonsteringsfrequenties tijdens het opnemen Opnemen op een MD Hieronder worden de bedieningshandelingen voor normaal opnemen uitgelegd. Indien de MD reeds opnamen bevat, zal het deck automatisch beginnen met opnemen vanaf het einde van het opgenomen gedeelte. Opnemen op MD’s Een ingebouwde bemonsteringsfrequentieomzetter zorgt ervoor dat de bemonsteringsfrequentie van verschillende digitale bronnen automatisch wordt omgezet in de bemonsteringsfrequentie van het MD-deck, namelijk 44,1 kHz. Dit biedt de mogelijkheid tot het meeluisteren naar en opnemen van bronnen zoals DAT-banden of satellietuitzendingen met een frequentie van 32 kHz of 48 kHz, evenals CD’s en MD’s. Overzicht van het één-generatie kopieersysteem (“Serial Copy Management System”) Digitale audio-componenten zoals CD’s, MD’s en DAT’s, verwerken de muziek als een digitaal signaal zodat u de muziek met een hoge kwaliteit kunt kopiëren. Teneinde muziekbronnen met copyright te beschermen, maakt dit deck gebruik van het “Serial Copy Management System” waardoor u via de digitaal-naar-digitaalaansluitingen slechts één kopie kunt maken van een opgenomen digitale bron. U kunt alleen een eerste-generatie kopie* maken via de digitaal-naar-digitaal-aansluitingen. Hieronder volgen enkele voorbeelden: • U kunt een kopie maken van een in de handel verkrijgbaar digitaal geluidsprogramma (bijvoorbeeld een CD of MD), maar u kunt van deze eerste-generatie kopie geen tweede kopie maken. • U kunt een kopie maken van een digitaal signaal van een digitaal opgenomen analoog geluidsprogramma (bijvoorbeeld een analoge grammofoonplaat of een muziekcassetteband) of van een digitale satellietuitzending, maar u kunt van deze eerste-generatie kopie geen tweede kopie maken. * Een eerste-generatie kopie is de eerste opname die van een digitale geluidsbron via de digitale ingangsaansluiting van het deck is gemaakt. Wanneer u bijvoorbeeld opneemt van een CD-speler die is aangesloten op de DIGITAL IN-aansluiting, maakt u een eerstegeneratie kopie. Opmerking De beperkingen van het “Serial Copy Management System” zijn niet van toepassing wanneer u opneemt via de analoog-naaranaloog-aansluitingen. 18NL \/1 AMS REC MODE INPUT REC z A EJECT A HX x 1 Schakel de versterker en programmabron in en kies op de versterker de gewenste bron. 2 Druk op +/1 om het deck in te schakelen. De STANDBY-indicator dooft. 3 4 Plaats een opneembare MD. 5 Zet INPUT in de positie die overeenkomt met de ingangsaansluitbussen (-aansluiting) die op de programmabron zijn aangesloten. Bron aangesloten op: Zet INPUT op: DIGITAL OPTICAL IN1-aansluiting OPT1 DIGITAL OPTICAL IN2-aansluiting OPT2 DIGITAL COAXIAL IN-aansluitbus COAX LINE (ANALOG) IN-aansluitbussen ANALOG Zet REC MODE in de opnamestand waarin u wilt opnemen. Voor opnemen in: Zet REC MODE op: Stereo STEREO Mono MONO In mono kunt u ongeveer tweemaal zoveel opnemen als in stereo. 6 Zoek, indien nodig, het punt op de MD vanwaar u met opnemen wilt beginnen. Indien u op een nieuwe MD wilt opnemen of de opname wilt laten beginnen vanaf het einde van een eerder opgenomen muziekstuk, ga dan naar stap 7. Om vanaf het begin over een bestaand muziekstuk op de MD op te nemen Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het nummer van het muziekstuk verschijnt waarover u wilt opnemen. Om te voorkomen dat opnamen abusievelijk worden gewist Om opnemen op een MD onmogelijk te maken, verschuift u het wispreventienokje in de richting van het pijltje (zie onderstaande afbeelding) om de gleuf bloot te leggen. Om opnamen mogelijk te maken, verschuift u het nokje om de gleuf te bedekken. Onderkant van de MD 7 Druk op REC z. Het deck komt in de opnamepauzestand te staan. 8 Stel, indien nodig, het opnameniveau in. Zie “Instellen van het opnameniveau” op blz. 20 voor bijzonderheden. 9 Druk op H of X. Het opnemen begint. Opnemen op MD’s Om vanaf een bepaald punt in een bestaand muziekstuk op de MD op te nemen Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het nummer van het muziekstuk verschijnt waarover u wilt opnemen, en druk daarna op H om met afspelen te beginnen. Wanneer het punt is bereikt waarop u de opname wilt laten beginnen, drukt u op X. Wispreventienokje Schuif in richting van pijltje z Om de zojuist opgenomen muziekstukken af te spelen Druk op H onmiddellijk nadat u met opnemen bent gestopt. Het afspelen begint vanaf het eerste muziekstuk dat u zojuist hebt opgenomen. z Om na het opnemen af te spelen vanaf het eerste muziekstuk op de MD 10 Begin met het afspelen van de programmabron. Bedieningshandelingen tijdens het opnemen Om: Druk op: De opname te stoppen x De opname tijdelijk te onderbreken X De opname te hervatten H of X De MD te verwijderen EJECT A na de opname te hebben stopgezet 1 Druk opnieuw op x nadat u met opnemen bent gestopt. 2 Druk op H. Het afspelen begint vanaf het eerste muziekstuk op de MD. Opmerkingen • Indien u tijdens het opnemen of in de opnamepauzestand REC MODE verandert, zal de opname stoppen. • Ook wanneer u REC MODE op MONO zet, zal het geluid dat u aan het opnemen bent, niet in mono te horen zijn. • Opnemen over bestaande muziekstukken is niet mogelijk wanneer u afspelen in willekeurige volgorde (blz. 29) of afspelen in geprogrammeerde volgorde (blz. 30) hebt gekozen. In deze gevallen verschijnt “Impossible” op het display. Wanneer u de opname tijdelijk onderbreekt Wanneer u de opname tijdelijk onderbreekt, krijgt de passage na het punt waarop werd gepauzeerd een nieuw muziekstuknummer toegewezen. Wanneer u bijvoorbeeld de opname van muziekstuk nr. 4 tijdelijk onderbreekt, zal de passage na de pauze muziekstuk nr. 5 zijn. 19NL Instellen van het opnameniveau Wenken bij opname U kunt het opnameniveau instellen voor zowel analoge als digitale opnamen. MENU/NO AMS YES INPUT TIME REC LEVEL DISPLAY/CHAR A EJECT A A Opnemen op MD’s 1 Verricht de stappen 1 t/m 7 van “Opnemen op een MD” op blz. 18 en 19. 2 Speel het gedeelte van de programmabron met het hoogste geluidsniveau. 3 Druk herhaald op DISPLAY/CHAR (of DISPLAY) totdat het niveau van het ingangssignaal op het display verschijnt. 4 Terwijl u meeluistert naar het geluid, draait u REC LEVEL (of drukt u herhaald op REC LEVEL ANALOG OUT LEVEL +/–) om het opnameniveau te verhogen tot het hoogste niveau zonder dat de twee meest rechtse indicaties op de piekniveaumeters worden ingeschakeld. REC z Controleren van de resterende opnametijd op de MD Druk herhaald op TIME. Terwijl het deck: Verschijnt de volgende informatie: Is stopgezet Totale verstreken opnametijd y Resterende opnametijd op de MD Bezig is met opnemen Verstreken opnametijd van het huidige muziekstuk y Resterende opnametijd op de MD Voor bijzonderheden, zie blz. 14 en 15. Meeluisteren naar het ingangssignaal (Input Monitor) U kunt meeluisteren naar het gekozen ingangssignaal, zelfs wanneer u dit niet aan het opnemen bent. Voorkom dat deze indicaties worden ingeschakeld 5 6 1 2 Druk op EJECT A om de MD te verwijderen. 3 Druk op REC z. Stop het afspelen van de programmabron. Om met opnemen te beginnen, gaat u verder vanaf stap 9 van “Opnemen op een MD” op blz. 19. z U kunt het opnameniveau instellen zonder het display te veranderen In dit geval moet u de bovenstaande stap 3 overslaan. Tijdens het instellen van het opnameniveau verschijnt gedurende circa drie seconden het niveau van het ingangssignaal. Opmerking Het volume kan slechts worden verhoogd tot +12,0 dB (voor analoge opnamen) of +18,0 dB (voor digitale opnamen). Indien het uitgangsniveau van de aangesloten component laag is, kan daarom niet altijd het maximale opnameniveau worden ingesteld. 20NL Zet INPUT in de stand die overeenkomt met de aansluitbussen (aansluiting) waar het signaal waarnaar u wilt luisteren, wordt ingevoerd. Wanneer INPUT is ingesteld op ANALOG Het analoge signaal dat wordt ingevoerd via de LINE (ANALOG) IN-aansluitbussen, wordt na A/Domzetting uitgevoerd naar de DIGITAL OUTaansluiting, en vervolgens na D/A-omzetting uitgevoerd naar de LINE (ANALOG) OUTaansluitbussen. Gedurende deze tijd verschijnt “AD DA” op het display. Wanneer INPUT is ingesteld op OPT1, OPT2 of COAX Het digitale signaal dat wordt ingevoerd via de DIGITAL IN-aansluiting, wordt na het passeren van de bemonsteringsfrequentieomzetter uitgevoerd via de DIGITAL OUT-aansluiting naar de LINE (ANALOG) OUT-aansluitbussen, en vervolgens na D/ A-omzetting naar de PHONES-aansluitbus. Gedurende deze tijd verschijnt “- DA” op het display. Het deck kan zodanig worden ingesteld dat stille passages die ontstaan wanneer het signaal tijdens het opnemen wordt onderbroken, automatisch worden gewist. De functie die wordt geactiveerd (Smart Space of Auto Cut), is afhankelijk van de lengte van de onderbreking (zie onderstaande beschrijving). Smart Space (Vervangen van stille passages) Wanneer het signaal minder dan 30 seconden wordt onderbroken, zorgt de functie Smart Space ervoor dat de stille passage wordt vervangen door een niet-opgenomen interval van circa drie seconden en dan gaat het opnemen door. Gedurende deze tijd verschijnt “Smart Space” op het display. Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de instelling te kiezen en druk daarna op AMS of YES. Om: Kies: Smart Space en Auto Cut in te schakelen S.Space On (fabrieksinstelling) Smart Space en Auto Cut uit te schakelen S.Space Off 4 Druk op MENU/NO. Opmerkingen • Indien u begint met opnemen zonder dat er een signaal wordt ingevoerd, zullen Smart Space en Auto Cut niet werken, ongeacht de instelling. • Smart Space is niet van invloed op de muziekstuknummers die worden opgenomen, zelfs niet wanneer de stille passage midden in een muziekstuk valt. • Auto Cut wordt automatisch samen met Smart Space in- of uitgeschakeld. • Indien u het deck uitschakelt of de stekker uit het stopcontact trekt, zal de laatst gemaakte instelling (“S.Space On” of “S.Space Off”) in het geheugen worden bewaard en de eerstvolgende keer wanneer u het deck inschakelt, uit het geheugen worden opgeroepen. • Indien het MD-deck na activering van Auto Cut nog circa 10 minuten doorgaat met het opnemen van een pauze, wordt het opnemen automatisch stopgezet. Auto Cut (Automatische pauze na vervangen van stille passages) Wanneer het signaal gedurende circa 30 seconden wordt onderbroken, zorgt de functie Auto Cut ervoor dat de stille passage wordt vervangen door een niet-opgenomen interval van circa drie seconden en dan wordt het opnemen tijdelijk stopgezet. Gedurende deze tijd verschijnt “Auto Cut” op het display. Volg de onderstaande procedure om de functies Smart Space en Auto Cut in of uit te schakelen. 1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO. “Setup Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “S.Space On” verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 21NL Opnemen op MD’s Automatisch wissen van stille passages (Smart Space/Auto Cut) 3 Aanbrengen van muziekstuknummers tijdens het opnemen (Track Marking) 3 Tijdens het opnemen kunt u muziekstuknummers aanbrengen. Dit kan zowel handmatig als automatisch. Door het aanbrengen van muziekstuknummers op specifieke punten kunt u een bepaalde passage later snel terugvinden en de opgenomen muziekstukken op de MD gemakkelijk monteren. MENU/NO AMS YES REC z Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de instelling te kiezen, en druk daarna op AMS of YES. Om: Kies: Automatic Track Marking in te schakelen T.Mark Lsyn (fabrieksinstelling) Automatic Track Marking uit te schakelen T.Mark Off 4 Opnemen op MD’s Druk op MENU/NO. Een muziekstuknummer wordt automatisch aangebracht telkens wanneer het ingangssignaal gedurende ten minste 1,5 seconde op een niveau van –50 dB (het activeringsniveau van Automatic Track Marking) of lager blijft. A Handmatig aanbrengen van muziekstuknummers (Manual Track Marking) Wacht tijdens het opnemen totdat het punt is bereikt waar u een muziekstuknummer wilt toevoegen en druk dan op REC z. Automatisch laten aanbrengen van muziekstuknummers (Automatic Track Marking) Bij het opnemen van een met de DIGITAL IN-aansluiting verbonden CD-speler of MD-deck worden de muziekstuknummers in dezelfde volgorde aangebracht als bij de opnamebron. Bij het opnemen van andere bronnen die zijn verbonden met de DIGITAL INaansluiting, of van een bron die is verbonden met de LINE (ANALOG) IN-aansluitbussen, dient u de onderstaande procedure te volgen om de muziekstuknummers automatisch te laten aanbrengen. 1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO. “Setup Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “T.Mark Lsyn” op het display verschijnt, en druk daarna op AMS of YES. 22NL Om het activeringsniveau van Automatic Track Marking te wijzigen Volg de onderstaande procedure om het signaalniveau waarop Automatic Track Marking wordt geactiveerd, te wijzigen. 1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO. “Setup Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “LS(T)” op het display verschijnt, en druk daarna op AMS of YES. 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om het niveau te kiezen, en druk daarna op AMS of YES. U kunt het niveau in stappen van 2 dB instellen op elke waarde tussen –72 dB en 0 dB. 4 Druk op MENU/NO. z Aanvullende informatie over Automatic Track Marking z Zelfs nadat de opname is voltooid, kunt u nog muziekstuknummers aanbrengen Zie “Onderverdelen van muziekstukken” op blz. 36. Opmerking Indien u het deck uitschakelt of de stekker uit het stopcontact trekt, zullen de laatst gemaakte instellingen (“T.Mark Lsyn” of “T.Mark Off” en het activeringsniveau) in het geheugen worden bewaard en de eerstvolgende keer wanneer u het deck inschakelt, uit het geheugen worden opgeroepen. (tijdmachine-opname) Wanneer het deck zich in de opnamepauzestand bevindt, worden de laatste zes seconden aan audio-gegevens voortdurend opgeslagen in het buffergeheugen van het deck. Wanneer u AMS (of T.REC) indrukt, worden bij gebruikmaking van deze functie eerst de gegevens uit het buffergeheugen opgenomen. Met de tijdmachineopnamefunctie kunt u voorkomen dat de eerste paar seconden van het materiaal dat u live van een FM- of satelliet-uitzending opneemt, verloren gaan. AMS A 1 Volg de stappen 1 t/m 7 van “Opnemen op een MD” op blz. 18 en 19. Het deck komt in de opnamepauzestand te staan. 2 3 Begin met het afspelen van de programmabron. Wacht tijdens het opnemen totdat het punt is bereikt waar u met opnemen wilt beginnen en druk dan op AMS (of T.REC). Het opnemen begint met de zes seconden aan audiogegevens uit het buffergeheugen en daarna gaat het opnemen verder via het buffergeheugen. Om de Tijdmachine-opnamefunctie te stoppen Druk op x. Opmerking Het opslaan van audio-gegevens uit het buffergeheugen begint vanaf het moment dat het deck in de opnamepauzestand is komen te staan. Indien er sinds het tijdstip waarop het deck in de opnamepauzestand is komen te staan, minder dan zes seconden zijn verstreken, begint de tijdmachine-opname dus met minder dan zes seconden aan audio-gegevens uit het buffergeheugen. Hetzelfde geldt wanneer de programmabron op het tijdstip dat u met opnemen begint, nog geen zes seconden heeft gespeeld. 23NL Opnemen op MD’s • Wanneer u opneemt van een met de DIGITAL IN-aansluiting verbonden CD-speler of MD-deck, kan in de volgende gevallen al het materiaal als één muziekstuk worden opgenomen: — Wanneer u hetzelfde muziekstuk tweemaal of vaker achter elkaar opneemt door gebruikmaking van de functie voor herhaald afspelen van één muziekstuk. — Wanneer u twee of meer muziekstukken met hetzelfde muziekstuknummer, maar van verschillende CD’s of MD’s, achter elkaar opneemt. — Wanneer u muziekstukken van bepaalde CD- of multidiscspelers opneemt. Indien de opnamebron een MD is, bestaat de kans dat muziekstukken van minder dan vier seconden geen eigen muziekstuknummer krijgen toegewezen. • Wanneer u opneemt van een component die is verbonden met de LINE (ANALOG) IN-aansluitbussen en “T.Mark Off” is gekozen, of wanneer u opneemt van een met de DIGITAL INaansluiting verbonden DAT-deck of DBS-tuner, kan al het materiaal als één muziekstuk worden opgenomen. • Wanneer u opneemt van een met de DIGITAL IN-aansluiting verbonden DAT-deck of DBS-tuner, wordt er bij elke verandering van de bemonsteringsfrequentie of het ingangssignaal een muziekstuknummer aangebracht, ongeacht de instelling van de parameters voor het aanbrengen van muziekstukken (“T.Mark Lsyn” of “T.Mark Off”). Opnamestart met zes seconden muziek uit het buffergeheugen Synchroon opnemen met de audio-component van uw keuze (muziek-synchroonopname) Z Met de muziek-synchroonopnamefunctie kunt u de opname op het MD-deck automatisch laten synchroniseren met het afspelen van de gekozen programmabron. De functie voor het aanbrengen van muziekstuknummers zal echter afhankelijk van de programmabron verschillen. Zie “Aanbrengen van muziekstuknummers tijdens het opnemen” op blz. 22 voor bijzonderheden. Synchroon opnemen met een Sony CD-speler (CD-synchroonopname) Z Wanneer het deck is aangesloten op een Sony CD-speler of hifi-geluidsinstallatie, kunt u door gebruikmaking van de afstandsbediening gemakkelijk de inhoud van de CD’s kopiëren naar de MD. Aangezien dezelfde afstandsbediening ook wordt gebruikt voor het MD-deck en de CD-speler of het CD-spelergedeelte van de geluidsinstallatie, dient u het MD-deck en de CD-speler zo dicht mogelijk bij elkaar te plaatsen. Opnemen op MD’s `/1 Z TIME `/1 Z H H > m M X 1 2 3 X . . CD-SYNC START CD-SYNC STOP x z MUSIC SYNC > X . > m M X . x z CD-SYNC STANDBY > CD PLAYER X CD PLAYER ./> 1 Volg de stappen 1 t/m 6 van “Opnemen op een MD” op blz. 18 en 19. Schakel de versterker en de CD-speler in, en kies op de versterker de functie CD. 2 Druk op MUSIC SYNC. Het deck komt in de opnamepauzestand te staan. Volg de stappen 2 t/m 6 van “Opnemen op een MD” op blz. 18 en 19. 3 Plaats een CD in de CD-speler en kies op de CDspeler de gewenste afspeelfunctie (Shuffle Play, Program Play, enz.). 4 Druk op CD-SYNC STANDBY. De CD-speler komt in de wachtstand voor afspelen te staan, en het MD-deck in de wachtstand voor opname. 5 Druk op CD-SYNC START. Het deck begint met opnemen en de CD-speler begint met afspelen. Het muziekstuknummer en de verstreken opnametijd van het muziekstuk verschijnen op het display. Begin met het afspelen van de programmabron. Het opnemen begint automatisch. Om de muziek-synchroonopname te stoppen Druk op x. Opmerking Tijdens muziek-synchroonopname zullen de functies Smart Space en Auto Cut werken, ongeacht de instelling daarvan (“S.Space On” of “S.Space Off”). Indien de CD-speler niet begint met afspelen Sommige CD-spelers reageren niet wanneer u CDSYNC START indrukt. Druk in plaats daarvan op X op de afstandsbediening van de CD-speler om het afspelen van de CD-speler te laten beginnen. 24NL Bedieningshandelingen tijdens CDsynchroonopname Druk op: De opname te stoppen CD-SYNC STOP De opname tijdelijk te onderbreken CD-SYNC STANDBY of CD PLAYER X Tijdens de opnamepauze het eerstvolgende muziekstuk te vinden dat u wilt opnemen CD PLAYER ./> De opname na een tijdelijke onderbreking te hervatten CD-SYNC START of CD PLAYER X De resterende opnametijd op de MD te controleren TIME (blz. 15) z Tijdens CD-synchroonopname kunt u de afstandsbediening van de CD-speler gebruiken Druk op: Gewenste stand MD-deck Gewenste stand CD-speler H Opnemen Afspelen x Opnamepauze Stoppen X Opnamepauze Pauzeren z Tijdens CD-synchroonopname worden op de volgende manieren muziekstuknummers aangebracht: • Wanneer de CD-speler is verbonden met de DIGITAL INaansluiting, worden de muziekstuknummers automatisch aangebracht zoals op de CD. • Wanneer de CD-speler is verbonden met de LINE (ANALOG) IN-aansluitbussen en “T.Mark Lsyn” is gekozen (blz. 22), worden de muziekstuknummers automatisch aangebracht. • Wanneer u na een opnamepauze weer doorgaat met opnemen, wordt er automatisch een nieuw muziekstuknummer aangebracht, ongeacht de instelling van de parameters voor het aanbrengen van muziekstuknummers (“T.Mark Lsyn” of “T.Mark Off”). z Tijdens CD-synchroonopname kunt u CD’s verwisselen 1 Druk op x op de afstandsbediening van de CD-speler. 2 Verwissel de CD. 3 Druk op H op de afstandsbediening van de CD-speler. Het opnemen gaat weer verder. speler Door de afstandsbediening van de MD opnieuw te programmeren, kunt u de bovenstaande procedure ook gebruiken voor synchroonopname met een Sony video-CDspeler. Druk op cijfertoets 2 terwijl u +/1 op de afstandsbediening van het MD-deck ingedrukt houdt. U kunt nu de afstandsbediening gebruiken voor bediening van zowel het MD-deck als de videoCD-speler. Om de CD-speler weer te bedienen, drukt u op cijfertoets 2 terwijl u +/1 op de afstandsbediening van het MDdeck ingedrukt houdt. z Tijdens CD-synchroonopname worden CD-tekstgegevens (CD-tekst en memo’s) ongewijzigd gekopieerd naar de MD (discmemo-kopieerfunctie) De discmemo-kopieerfunctie treedt in werking wanneer u een CD-synchroonopname maakt van een Sony CD-speler die via een Control A1 -kabel (niet bijgeleverd) is verbonden met het MDdeck. Opmerkingen • Bij CD-synchroonopname met een CD-speler die is voorzien van een functiekiezer, dient u de kiezer altijd op CD1 te zetten. • Bij het opnemen van muziekstukken van bepaalde CD- of multidisc-spelers kan al het materiaal als één muziekstuk worden opgenomen. • Bij zeer korte CD-muziekstukken zal de discmemokopieerfunctie niet altijd werken. • Bij bepaalde CD’s worden de tekstgegevens niet altijd gekopieerd. CD-synchroonopname van een Sony CDspeler die is aangesloten via een Control A1 -kabel (niet bijgeleverd) 1 Volg de stappen 1 t/m 3 van “Synchroon opnemen met een Sony CD-speler” op blz. 24. 2 3 Zet de CD-speler in de afspeelpauzestand. 4 Druk op H of X op het deck. Het deck begint met opnemen en de CD-speler begint met afspelen. Wanneer het afspelen van de CD is geëindigd, stopt het opnemen. Druk op REC z op het deck. Het MD-deck komt in de opnamepauzestand te staan. 25NL Opnemen op MD’s Om: z Synchroonopname is ook mogelijk met een Sony video-CD- Afspelen van MD’s Afspelen van een MD Hieronder worden de bedieningshandelingen voor normaal afspelen uitgelegd. In dit hoofdstuk wordt uitgelegd, op welke manieren u MD’s kunt afspelen. AMS `/1 A EJECT A HX x 1 Schakel de versterker in en kies op de versterker de functie MD. 2 Druk op +/1 om het deck in te schakelen. De STANDBY-indicator dooft. 3 4 Plaats een MD. 5 Druk op H. Het deck begint met afspelen. 6 Stel het volume op de versterker in. Indien nodig, draai AMS naar rechts (of druk herhaald op >) om het muziekstuk te vinden waarmee u het afspelen wilt laten beginnen. Indien u het afspelen bij het eerste muziekstuk wilt laten beginnen, ga dan naar stap 5. Bedieningshandelingen tijdens het afspelen Om: Druk op of draai: Met afspelen te stoppen x Het afspelen tijdelijk te onderbreken X Na een pauze weer verder te gaan met afspelen H of X Een opvolgend muziekstuk te vinden AMS naar rechts (of druk herhaald op >) Het begin van het huidige muziekstuk of een voorgaand muziekstuk te vinden AMS naar links (of druk herhaald op .) De MD te verwijderen EJECT A na het afspelen te hebben stopgezet Het analoge uitgangsniveau in te stellen* (tussen –20,0 dB en 0,0 dB) Z Herhaald op REC LEVEL/ ANALOG OUT LEVEL +/– * Wanneer u de MD verwijdert of het deck uitschakelt, geldt weer de fabrieksinstelling (0,0 dB) van het uitgangsniveau. z Om de hoofdtelefoon te gebruiken Verbind de hoofdtelefoon met de PHONES-aansluitbus. Draai PHONE LEVEL (of druk herhaald op REC LEVEL/ANALOG OUT LEVEL +/–) voor het instellen van het volume. 26NL Afspelen van een bepaald muziekstuk Terwijl het deck bezig is met afspelen of is stopgezet, volgt u de onderstaande procedure om snel elk gewenst muziekstuk te kunnen afspelen. `/1 Z z U kunt de duur van Music Scan veranderen 1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO. “Setup Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “M.Scan” verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de duur te kiezen en druk daarna op AMS of YES. U kunt de duur in stappen van één instellen binnen een bereik van zes tot twintig seconden. 4 Druk op MENU/NO. Cijfertoetsen AMS >25 M.SCAN H ./> H X . > m M X . x z Druk op de cijfertoets(en) om het muziekstuknummer van het muziekstuk dat u wilt afspelen, in te voeren. > Om een muziekstuknummer hoger dan 25 in te voeren H Een muziekstuk vinden met AMS* Om: Doet u het volgende: Tijdens het afspelen naar het volgende of een volgend muziekstuk te gaan Draai AMS naar rechts (of druk herhaald op >). Tijdens het afspelen naar een Draai AMS naar links (of druk voorgaand muziekstuk te gaan herhaald op .). Tijdens het afspelen naar het begin van het huidige muziekstuk te gaan Draai AMS naar links (of druk eenmaal op .). Naar een bepaald muziekstuk te gaan terwijl het deck is stopgezet Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het gewenst muziekstuknummer op het display knippert, en druk daarna op AMS of H. Naar een bepaald muziekstuk te gaan door elk muziekstuk zes tot twintig seconden te scannen (Music Scan) Z Druk op M.SCAN om het scannen te laten beginnen. Wanneer u het gewenste muziekstuk hebt gevonden, drukt u op H om het afspelen te laten beginnen. * 1 2 Druk op >25. Voer de betreffende cijfers in. Om de 0 in te voeren, drukt u niet op 0, maar op 10. Voorbeelden: • Om muziekstuknummer 30 af te spelen, drukt u op >25 en daarna op 3 en 10. • Om muziekstuknummer 108 af te spelen, drukt u tweemaal op >25 en daarna eenmaal op 1, 10 en 8. z Indien u een muziekstuknummer invoert terwijl het deck is stopgezet of zich in de pauzestand bevindt Bij het begin van het gevonden muziekstuk zal het deck gewoon blijven stilstaan, respectievelijk in de pauzestand blijven staan. Automatische Muzieksensor z Om snel het laatste muziekstuk op de MD te vinden Terwijl het deck is stopgezet, draait u AMS naar links (of druk eenmaal op .). z Indien u een muziekstuk hebt gevonden terwijl het deck is stopgezet of zich in de pauzestand bevindt Bij het begin van het gevonden muziekstuk zal het deck gewoon blijven stilstaan, respectievelijk in de pauzestand blijven staan. 27NL Afspelen van MD’s A Afspelen van een muziekstuk door invoeren van het muziekstuknummer Z Opzoeken van een bepaald punt in een muziekstuk Herhaald afspelen van muziekstukken Z Tijdens het afspelen of in de pauzestand voor afspelen kunt u een bepaalde punt in een muziekstuk opzoeken. U kunt een volledige MD herhaald afspelen. Deze functie kan worden gebruikt in combinatie met de functie voor afspelen in willekeurige volgorde (Shuffle Play) om alle muziekstukken in willekeurige volgorde te herhalen (blz. 29), of met de functie voor afspelen in geprogrammeerde volgorde (Program Play) om alle muziekstukken in het programma te herhalen (blz. 30). U kunt ook een bepaald muziekstuk of een bepaald gedeelte binnen een muziekstuk herhalen. m/M A `/1 Z Een punt opzoeken terwijl u meeluistert naar het geluid Afspelen van MD’s Houd tijdens het afspelen m/M ingedrukt. Terwijl de disc vooruit- of achteruitgaat, hoort u het intermitterende geluid waarmee de disc nu wordt afgespeeld. Wanneer het gewenste punt is gevonden, laat u de toets los. REPEAT AyB H Opmerkingen X . > m M x z M • Indien het einde van de disc wordt bereikt terwijl u op M drukt, zal het deck stoppen. • Muziekstukken van slechts enkele seconden zijn soms te kort om ernaar te kunnen luisteren. Bij dergelijke muziekstukken moet u de MD met normale snelheid afspelen. X . > Opmerking Een punt opzoeken met behulp van de tijdsindicatie Houd gedurende een tijdelijke onderbreking van het afspelen m/M ingedrukt. De verstreken afspeeltijd van het muziekstuk verschijnt op het display. Wanneer het gewenste punt is gevonden, laat u de toets los. Gedurende deze periode wordt er geen geluid voortgebracht. z Wanneer “- Over -” op het display verschijnt Het einde van de disc is bereikt terwijl u M indrukt. Draai AMS naar links (of druk op .) of druk op m om terug te gaan. Indien u het deck uitschakelt of de stekker uit het stopcontact trekt, zal de laatst gemaakte instelling van de functie voor herhaald afspelen (“Repeat All” of “Repeat 1”) in het geheugen bewaard blijven en de eerstvolgende keer wanneer u het deck inschakelt, uit het geheugen worden opgeroepen. Herhalen van alle muziekstukken op de MD (Repeat All Play) Druk herhaald op REPEAT totdat “Repeat All” op het display verschijnt. Wanneer u een MD afspeelt, worden de muziekstukken als volgt herhaald: Afspeelfunctie Herhaalde muziekstukken Normaal afspelen (blz. 26) Alle muziekstukken in normale volgorde Afspelen in willekeurige volgorde (blz. 29) Alle muziekstukken in willekeurige volgorde Afspelen in geprogrammeerde Alle muziekstukken in de volgorde (blz. 30) geprogrammeerde volgorde Om het herhaald afspelen van alle muziekstukken te stoppen Druk op x. Om verder te gaan met normaal afspelen Druk herhaald op REPEAT totdat “Repeat Off” op het display verschijnt. 28NL Herhalen van het huidige muziekstuk (Repeat 1 Play) Terwijl het te herhalen muziekstuk wordt afgespeeld, drukt u herhaald op REPEAT totdat “Repeat 1” op het display verschijnt. Het huidige muziekstuk wordt nu herhaald afgespeeld. Muziekstukken in willekeurige volgorde afspelen (Shuffle Play) Wanneer u de functie voor afspelen in willekeurige volgorde (Shuffle Play) kiest, worden alle muziekstukken op de MD in willekeurige volgorde afgespeeld. Om het herhaald afspelen van het huidige muziekstuk te stoppen Druk op x. Om verder te gaan met normaal afspelen Druk herhaald op REPEAT totdat “Repeat Off” op het display verschijnt. U kunt een bepaald gedeelte van een muziekstuk laten herhalen. Bij het vastleggen van het te herhalen gedeelte dient u er rekening mee te houden dat dit tussen het begin- en eindpunt van één en hetzelfde muziekstuk ligt. 1 Terwijl het deck bezig is met afspelen, drukt u bij het beginpunt (punt A) van het te herhalen gedeelte op AyB. “REPEAT A-” brandt en “B” knippert op het display. 2 Ga door met het afspelen van het muziekstuk of druk op M om het eindpunt (punt B) te vinden, en druk daarna op AyB. “REPEAT A-B” brandt en het gedeelte tussen punt A en B wordt nu herhaald afgespeeld. Om het herhaald afspelen van het gedeelte tussen punt A en B te stoppen en verder te gaan met normaal afspelen Druk op REPEAT of CLEAR. PLAY MODE H 1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u herhaald op PLAY MODE (of eenmaal op SHUFFLE) totdat “SHUFFLE” op het display brandt. 2 Druk op H. De muziekstukken worden nu in willekeurige volgorde afgespeeld. ; verschijnt terwijl de muziekstukken in een willekeurige volgorde worden gezet. Om verder te gaan met normaal afspelen Terwijl het deck is stopgezet, drukt u herhaald op PLAY MODE (of eenmaal op CONTINUE) totdat “SHUFFLE” dooft. z Tijdens afspelen in willekeurige volgorde kunt u muziekstukken opzoeken Draai AMS (of druk herhaald op ./>). • Om het eerstvolgende of een later af te spelen muziekstuk te vinden, draait u AMS naar rechts (of druk herhaald op >). • Om het begin van het huidige muziekstuk te vinden, draait u AMS naar links (of druk op .). Houd er rekening mee dat u de muziekstukken die reeds eenmaal zijn afgespeeld niet kunt opzoeken en afspelen. z Tijdens het herhaald afspelen van het gedeelte tussen punt A en B kunt u een nieuw begin- en eindpunt instellen U kunt het huidige eindpunt veranderen in een nieuw beginpunt en daarna een nieuw eindpunt vastleggen voor het herhalen van een gedeelte dat onmiddellijk op het huidige gedeelte volgt. 1 Tijdens het herhaald afspelen van het gedeelte tussen punt A en B drukt u op AyB. Het huidige eindpunt verandert in het nieuwe beginpunt (punt A). “REPEAT A-” brandt en “B” knippert op het display. 2 Ga naar het nieuwe eindpunt (punt B) en druk op AyB. “REPEAT A-B” brandt en het nieuw vastgelegde gedeelte wordt nu herhaald afgespeeld. 29NL Afspelen van MD’s Herhalen van een bepaald gedeelte van een muziekstuk (Repeat A-B Play) A Programmeren van muziekstukken (Program Play) Om een muziekstuknummer hoger dan 25 in te voeren Z Gebruik >25. Voor bijzonderheden, zie blz. 27. U kunt de gewenste muziekstukken uitkiezen en in een programma van maximaal 25 muziekstukken aangeven in welke volgorde u deze wilt afspelen. Om de totale afspeeltijd van het programma te controleren Druk op DISPLAY/CHAR (of DISPLAY). MENU/NO AMS YES m/M 4 Herhaal stap 3 om andere muziekstukken in te voeren. Het ingevoerde muziekstuk wordt toegevoegd op de plaats waar de “0” knippert. Elke keer wanneer u een muziekstuk invoert, verschijnt de totale programmatijd op het display. 5 Druk op YES. “Complete!!” verschijnt op het display en het programma is nu voltooid. 6 Druk herhaald op PLAY MODE (of eenmaal op PROGRAM) totdat “PROGRAM” op het display brandt. 7 Druk op H. Het programma wordt nu afgespeeld. A PLAY MODE DISPLAY/CHAR CLEAR `/1 Z H MENU/NO Afspelen van MD’s YES DISPLAY PROGRAM Cijfertoetsen >25 CLEAR H ./> m/M H X z . m X > x M . > Het programmeren van de muziekstukken Om het afspelen in geprogrammeerde volgorde te stoppen Druk op x. Om weer verder te gaan met normaal afspelen Druk herhaald op PLAY MODE (of eenmaal op CONTINUE) totdat “PROGRAM” dooft. z Het programma blijft bewaard nadat het is afgespeeld of is 1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO. “Setup Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Program ?” op het display verschijnt, en druk daarna op AMS of YES. 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het muziekstuknummer verschijnt dat u aan het programma wilt toevoegen, en druk daarna op AMS of M (of voer het muziekstuknummer rechtstreeks in door gebruikmaking van de cijfertoets(en)). Indien u het verkeerde muziekstuknummer hebt ingevoerd Druk herhaald op m/M totdat het verkeerde muziekstuknummer knippert en volg daarna de bovenstaande stap 3 opnieuw of druk op CLEAR om het muziekstuknummer te wissen. Indien “0” knippert, drukt u op m. 30NL stopgezet Druk op H om het programma opnieuw af te spelen. Opmerkingen • Indien u het deck uitschakelt of de stekker uit het stopcontact trekt, gaat het programma verloren. • Op het display verschijnt “- - - m - - s” wanneer de totale afspeeltijd van het programma meer dan 199 minuten bedraagt. • “ProgramFull!” verschijnt op het display wanneer u een 26e muziekstuk probeert te programmeren. De inhoud van het programma controleren Terwijl het deck is stopgezet en “PROGRAM” brandt, drukt u herhaald op DISPLAY/CHAR (of DISPLAY). De eerste paar muziekstukken van het programma verschijnen op het display. Om de rest van het programma te bekijken, draait u AMS (of drukt u herhaald op ./>). Wenken voor het op band opnemen van MD’s MENU/NO De inhoud van het programma wijzigen AMS Terwijl het deck is stopgezet en “PROGRAM” brandt, volgt u de stappen 1 en 2 van “Het programmeren van de muziekstukken” op blz. 30, gevolgd door één van de onderstaande procedures. Om: Doet u het volgende: Een muziekstuk te wissen Druk herhaald op m/M totdat het nummer van het ongewenste muziekstuk knippert en druk daarna op CLEAR. Druk herhaald op CLEAR totdat alle muziekstuknummers zijn verdwenen. Een muziekstuk toe te voegen aan het begin van het programma Druk herhaald op m totdat “0” knippert vóór het eerste muziekstuknummer, en volg de stappen 3 t/m 5 van “Het programmeren van de muziekstukken” op blz. 30. Een muziekstuk toe te voegen in het midden van het programma Druk herhaald op m/M totdat het muziekstuknummer dat aan het nieuwe muziekstuknummer zal voorafgaan, knippert. Druk op AMS zodat “0” op het display gaat knipperen en volg daarna de stappen 3 t/m 5 van “Het programmeren van de muziekstukken” op blz. 30. A Inlassen van stille passages tussen muziekstukken tijdens het afspelen (Auto Space) Het MD-deck beschikt over een functie waarmee tijdens het afspelen automatisch een stille passage van drie seconden tussen muziekstukken wordt ingelast. Deze functie is handig wanneer u van een MD opneemt op een analoge band omdat u door de stille passage van drie seconden later de Multi-AMS-functie kunt gebruiken om het begin van muziekstukken op de band te vinden. 1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO. “Setup Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS totdat “Auto Off” verschijnt, en druk daarna AMS of YES. 3 Draai AMS om de instelling te kiezen, en druk daarna op AMS of YES. Een muziekstuk Druk herhaald op M totdat “0” toe te voegen aan het knippert na het laatste einde van het programma muziekstuknummer, en volg daarna de stappen 3 t/m 5 van “Het programmeren van de muziekstukken” op blz. 30. Een muziekstuk te vervangen Druk herhaald op m/M totdat het nummer van het te veranderen muziekstuk knippert, en volg daarna de stappen 3 t/m 5 van “Het programmeren van de muziekstukken” op blz. 30. 4 Om: Kies: Auto Space in te schakelen Auto Space Auto Space uit te schakelen Auto Off (fabrieksinstelling) Druk op MENU/NO. z U kunt de afstandsbediening gebruiken om Auto Space in of uit te schakelen Z Terwijl het deck is stopgezet, drukt u herhaald op A.SPACE totdat “Auto Space” of “Auto Off” op het display verschijnt. Opmerkingen • Indien u “Auto Space” kiest en een selectie van meerdere muziekstuknummers opneemt (bijvoorbeeld een medley of symfonie), worden er tussen de verschillende gedeelten op de band stille passages aangebracht. • Indien u het deck uitschakelt of de stekker uit het stopcontact trekt, zal de laatst gemaakte instelling (“Auto Space” of “Auto Off”) in het geheugen bewaard blijven en de eerstvolgende keer wanneer u het deck inschakelt, uit het geheugen worden opgeroepen. 31NL Afspelen van MD’s Alle muziekstukken te wissen YES Wenken voor het op band opnemen van MD’s Pauzeren na elk muziekstuk (Auto Pause) Het MD-deck beschikt over een functie waarmee u na elk muziekstuk even kunt pauzeren om het eerstvolgende muziekstuk te vinden dat u wilt opnemen. 1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO. “Setup Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS totdat “Auto Off” verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 3 Draai AMS om de instelling te kiezen en druk daarna op AMS of YES. Afspelen van MD’s 4 Om: Kies: Auto Pause in te schakelen Auto Pause Auto Pause uit te schakelen Auto Off (fabrieksinstelling) Druk op MENU/NO. Om na een pauze weer verder te gaan met afspelen Druk op H. z U kunt de afstandsbediening gebruiken om Auto Pause in of uit te schakelen Z Terwijl het deck is stopgezet, drukt u herhaald op A.SPACE totdat “Auto Pause” of “Auto Off” op het display verschijnt. Opmerking Indien u het deck uitschakelt of de stekker uit het stopcontact trekt, zal de laatst gemaakte instelling (“Auto Pause” of “Auto Off”) in het geheugen bewaard blijven en de eerstvolgende keer wanneer u het deck inschakelt, uit het geheugen worden opgeroepen. 32NL Monteren van opgenomen MD’s In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de op een MD opgenomen muziekstukken kunt monteren. MENU/NO AMS YES A m/M Korte beschrijving van de toetsen en regelaar die gebruikt worden voor het monteren van MD’s De onderstaande toetsen en regelaar worden gebruikt voor het wissen, onderverdelen, verplaatsen en samenvoegen van muziekstukken op de MD. Opmerking De bediening van deze toetsen en de regelaar verschilt wanneer u een muziekstuk of MD een titel geeft. Voor bijzonderheden, zie “Naamgeving van een muziekstuk of MD” op blz. 38. AMS-regelaar: Draai om een montagefunctie of muziekstuknummer te kiezen en druk daarna om uw keuze te bevestigen. U kunt de regelaar ook gebruiken om bepaalde punten in een muziekstuk aan te geven voor het wissen of voor het onderverdelen van muziekstukken. YES-toets: Druk op deze toets in plaats van de AMSregelaar om een keuze te bevestigen. m/M toetsen: Druk op deze toetsen om de eenheid (minuut, seconde of frame) aan te geven waarmee de MD bij het draaien van de AMS-regelaar vooruit moet gaan. U kunt deze toetsen ook gebruiken om het eindpunt van het te wissen gedeelte te vinden. Zie de paragrafen over de montagehandelingen voor nadere bijzonderheden over de werking van de verschillende toetsen en van de regelaar. 33NL Monteren van opgenomen MD’s MENU/NO-toets: Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op deze toets om muziekstukken te monteren. Om de montagefunctie uit te schakelen, drukt u tijdens het monteren op deze toets. De indicatie die tijdens het monteren op het display verschijnt Indien “Protected” op het display verschijnt Het wispreventienokje is opengeschoven. Om de MD te kunnen monteren, schuift u het nokje dicht. Zie “Om te voorkomen dat opnamen abusievelijk worden gewist” op blz. 19 voor bijzonderheden. Indicaties die na het monteren op het display verschijnen Indien “TOC” op het display gaat branden De montage is wel uitgevoerd, maar de inhoudsopgave (TOC) van de MD is niet bijgewerkt. Trek de stekker niet uit het stopcontact terwijl deze indicatie brandt, aangezien anders de gemonteerde gegevens verloren zullen gaan. De inhoudsopgave wordt alleen bijgewerkt wanneer u de MD verwijdert of het MD-deck uitschakelt. Indien “TOC Writing” op het display knippert Het deck is bezig met het lezen van de inhoudsopgave (TOC). Trek de stekker niet uit het stopcontact en verplaats het deck niet terwijl deze indicatie knippert. Wissen van muziekstukken U kunt een muziekstuk of gedeelte van een muziekstuk wissen door het nummer van het te wissen muziekstuk of het te wissen gedeelte van een muziekstuk aan te geven. U kunt ook alle muziekstukken op een MD in één keer wissen. Wissen van een muziekstuk Geef het nummer van het te wissen muziekstuk aan. Voorbeeld: Wissen van het tweede muziekstuk 1 AAA 2 BBB 1 AAA 2 CCC 3 CCC 4 DDD 3 DDD Monteren van opgenomen MD’s Bij het wissen van een muziekstuk worden alle muziekstukken na het gewiste muziekstuk automatisch opnieuw genummerd. Indien u bijvoorbeeld muziekstuk nr. 2 wist, verandert het eerdere muziekstuk nr. 3 in muziekstuk nr. 2, en het eerdere muziekstuk nr. 4 in muziekstuk nr. 3, enz. 1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op MENU/NO. “Edit Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Tr Erase ?” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. Het muziekstuk waarvan het nummer op het display wordt aangegeven, wordt nu afgespeeld. 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het te wissen muziekstuknummer op het display verschijnt. 4 Druk op AMS of YES. “Complete!!” verschijnt enkele seconden op het display en het muziekstuk is nu gewist. Het muziekstuk dat volgt op het gewiste muziekstuk, wordt nu afgespeeld. Indien het gewiste muziekstuk het laatste muziekstuk op de MD was, zal het muziekstuk dat aan het gewiste muziekstuk voorafging, worden afgespeeld. Om de functie uit te schakelen Druk op MENU/NO of x. 34NL z Indien bij de bovenstaande stap 4 de indicatie “Erase ???” op het display verschijnt Het muziekstuk is op een ander MD-deck beveiligd tegen abusievelijk wissen. Indien u het muziekstuk toch wilt wissen, drukt u nogmaals op AMS of YES terwijl de indicatie op het display staat. z Om bij het wissen van meer dan één muziekstuk verwarring te voorkomen Begin het wissen bij het muziekstuk met het hoogste nummer. Op deze manier voorkomt u dat de te wissen muziekstukken opnieuw worden genummerd. z U kunt het wissen van een muziekstuk ongedaan maken Wissen van een gedeelte van een muziekstuk U kunt een gedeelte van een muziekstuk gemakkelijk wissen door het beginpunt en het eindpunt van het te wissen gedeelte aan te geven. Dit is handig wanneer u onnodige gedeelten van een muziekstuk wilt wissen dat u van een satelliet- of FMuitzending hebt opgenomen. Voorbeeld: Wissen van gedeelte “B2” van het tweede muziekstuk 1 AAA Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging” op blz. 42. 1 AAA Wissen van alle muziekstukken op een MD Volg de onderstaande procedure om alle muziekstukken, muziekstuktitels en disctitels in één keer te wissen. 2 3 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op MENU/NO. “Edit Menu” verschijnt op het display. Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “All Erase ?” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. “All Erase??” verschijnt op het display. z U kunt het wissen van de muziekstukken ongedaan maken Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging” op blz. 42. B3 3 CCC B3 1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op MENU/NO. “Edit Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “A-B Erase ?” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het nummer van het muziekstuk met het te wissen gedeelte op het display verschijnt, en druk daarna op AMS of YES. “-Rehearsal-” en “Point A ok?” verschijnen beurtelings op het display en de eerste seconden van het muziekstuk worden nu herhaald afgespeeld. 4 Terwijl u meeluistert naar het geluid, draait u AMS (of drukt u herhaald op ./>) om het beginpunt van het te wissen gedeelte (punt A) te vinden. De tijdsindicatie (“m (minuut)”, “s (seconde)” en “f (frame = 1/86 seconde)”) van het huidige punt wordt op het display weergegeven en vanaf dat punt worden enkele seconden van het muziekstuk herhaald afgespeeld. Druk op AMS of YES. “Complete!!” verschijnt enkele seconden op het display en alle muziekstukken, muziekstuktitels en disctitels zijn nu gewist. Om de functie uit te schakelen Druk op MENU/NO of x. 2 BBB B1 3 CCC B2 Om snel een bepaald punt te vinden Geef aan, met welke eenheid (minuut, seconde of frame) de MD bij het draaien van AMS (of herhaald indrukken van ./>) vooruit moet gaan. Druk daarvoor bij stap 4 herhaald op m/M om “m”, “s”, of “f” te kiezen. De gekozen eenheid knippert op het display. 35NL Monteren van opgenomen MD’s 1 2 BBB B1 Wissen van muziekstukken Onderverdelen van muziekstukken 5 6 Herhaal stap 4 totdat u punt A hebt gevonden. 7 Ga verder met het afspelen van het muziekstuk of druk op M om het eindpunt van het te wissen gedeelte (punt B) te vinden, en druk daarna op AMS of YES. “A-B Ers” en “Point B ok?” verschijnen beurtelings op het display en van het muziekstuk worden enkele seconden vóór punt A en na punt B herhaald afgespeeld. U kunt een opgenomen muziekstuk op elk gewenst punt onderverdelen door op het betreffende punt gewoon een muziekstuknummer toe te voegen. Dit is vooral handig wanneer u een opname wilt onderverdelen die meerdere muziekstukken bevat, maar slechts één muziekstuknummer (zie blz. 23), of wanneer u een bepaald punt in het muziekstuk wilt opzoeken. 8 9 Druk op AMS of YES om punt A te bevestigen. “Point B set” verschijnt op het display en vanaf punt A worden enkele seconden van het muziekstuk herhaald afgespeeld. Voorbeeld: Onderverdelen van het tweede muziekstuk 1 AAA 1 AAA Herhaal stap 4 totdat u punt B hebt gevonden. Druk op AMS of YES om punt B te bevestigen. “Complete!!” verschijnt enkele seconden op het display en het gedeelte tussen punt A en B is nu gewist. Monteren van opgenomen MD’s Om de functie uit te schakelen Druk op MENU/NO of x. z U kunt het wissen van een gedeelte ongedaan maken Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging” op blz. 42. 2 BBB B1 3 CCC B2 4 CCC 3 B2 Wanneer een muziekstuk wordt onderverdeeld, zal het totale aantal muziekstukken met één toenemen en worden alle muziekstukken die volgen op het onderverdeelde muziekstuk automatisch opnieuw genummerd. Onderverdelen van een muziekstuk nadat het muziekstuk is gekozen 1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op MENU/NO. “Edit Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Divide ?” op het display verschijnt, druk daarna op AMS of YES. 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het nummer van het muziekstuk dat u wilt onderverdelen, op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. “-Rehearsal-” verschijnt op het display en het muziekstuk wordt nu afgespeeld. 4 Terwijl u meeluistert naar het geluid, draait u AMS (of drukt u herhaald op ./>) om het punt te vinden waar u het muziekstuk wilt onderverdelen. De tijdsindicatie (“m”, “s”, en “f”) van het huidige punt wordt aangegeven op het display en vanaf dat punt wordt het muziekstuk enkele seconden herhaald afgespeeld. Opmerking In de onderstaande gevallen verschijnt “Impossible” op het display en is het niet mogelijk om een gedeelte van een muziekstuk te wissen: • Punt B is vóór punt A ingesteld. • Het aangegeven gedeelte kan soms niet verder gewist worden wanneer u hetzelfde muziekstuk reeds vele malen hebt gemonteerd. Dit is te wijten aan een technische beperking van het MD-systeem, en niet aan een mechanische storing. 2 BBB B1 Om snel een bepaald punt te vinden Geef aan, met welke eenheid (minuut, seconde of frame) de MD bij het draaien van AMS (of het herhaald indrukken van ./>) vooruit moet gaan. Druk hiervoor bij stap 4 herhaald op m/M om “m”, “s”, of “f” te kiezen. De gekozen eenheid knippert op het display. 36NL Samenvoegen van muziekstukken 5 Herhaal stap 4 totdat u het punt hebt gevonden waarop u het muziekstuk wilt onderverdelen. 6 Druk op AMS of YES. “Complete!!” verschijnt enkele seconden op het display en het muziekstuk is nu onderverdeeld. Het nieuw gemaakte muziekstuk wordt nu afgespeeld. Houd er rekening mee dat het nieuwe muziekstuk geen titel heeft. Om de functie uit te schakelen Druk op MENU/NO of x. z U kunt de onderverdeling ongedaan maken Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging” op blz. 42. Met deze functie kunt u twee willekeurige muziekstukken tot één muziekstuk samenvoegen. De twee muziekstukken hoeven niet opeenvolgend of in chronologische volgorde te zijn. U kunt meerdere muziekstukken samenvoegen tot een medley, of meerdere los van elkaar opgenomen gedeelten tot één muziekstuk samenvoegen. Wanneer u twee muziekstukken samenvoegt, vermindert het totale aantal muziekstukken met één en worden alle muziekstukken die volgen op de samengevoegde muziekstukken, opnieuw genummerd. Voorbeeld: Samenvoegen van het tweede en vierde muziekstuk 1 AAA 2 BBB 1 AAA 2 BBB BBB 3 CCC 4 DDD z U kunt muziekstukken tijdens het opnemen onderverdelen Voor bijzonderheden, zie “Aanbrengen van muziekstuknummers tijdens het opnemen” op blz. 22. Onderverdelen van een muziekstuk nadat het punt van onderverdeling is gekozen Zodra tijdens het afspelen het punt is bereikt waarop u het muziekstuk wilt onderverdelen, drukt u op AMS. “- Divide -” en “-Rehearsal-” verschijnen beurtelings op het display en het muziekstuk wordt nu vanaf het gekozen punt afgespeeld. 2 Volg zo nodig stap 4 van “Onderverdelen van een muziekstuk nadat het muziekstuk is gekozen” op blz. 36 om het punt van onderverdeling precies in te stellen. 3 Druk op YES. “Complete!!” verschijnt enkele seconden op het display en het muziekstuk is nu onderverdeeld. Het nieuw gemaakt muziekstuk wordt nu afgespeeld. Houd er rekening mee dat het nieuwe muziekstuk geen titel heeft. Om de functie uit te schakelen Druk op MENU/NO of x. z U kunt de onderverdeling ongedaan maken Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging” op blz. 42. z U kunt muziekstukken onderverdelen tijdens het opnemen Voor bijzonderheden, zie “Aanbrengen van muziekstuknummers tijdens het opnemen” op blz. 22. Indien de samengevoegde muziekstukken beide een muziekstuktitel hebben, zal de titel van het tweede muziekstuk worden gewist. 1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op MENU/NO. “Edit Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Combine ?” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het nummer van het eerste van de beide muziekstukken die u wilt samenvoegen, op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. De indicatie voor het kiezen van een tweede muziekstuk verschijnt op het display en het gedeelte met het punt waarop de beide muziekstukken zullen worden samengevoegd (het einde van het eerste muziekstuk en het begin van het daaropvolgende muziekstuk) wordt nu herhaald afgespeeld. 4 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het nummer van het tweede van de beide muziekstukken die u wilt samenvoegen op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. “Complete!!” verschijnt enkele seconden op het display en de muziekstukken zijn nu samengevoegd. Het door samenvoeging tot stand gekomen muziekstuk wordt nu afgespeeld. Om de functie uit te schakelen Druk op MENU/NO of x. z U kunt de samenvoeging ongedaan maken Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging” op blz. 42. Opmerking Indien “Impossible” op het display verschijnt, is het niet mogelijk om de muziekstukken samen te voegen. Dit gebeurt soms wanneer u hetzelfde muziekstuk reeds vele malen hebt gemonteerd en is te wijten aan een technische beperking van het MD-systeem, en niet aan een mechanische storing. 37NL Monteren van opgenomen MD’s 1 3 CCC DDD Verplaatsen van muziekstukken Naamgeving van een muziekstuk of MD Met deze functie kunt u de volgorde van de muziekstukken naar wens veranderen. U kunt voor een opgenomen MD en afzonderlijke muziekstukken een titel invoeren. Een titel kan bestaan uit hoofdletters en kleine letters, cijfers en symbolen. Voor alle titels op de MD kunnen in totaal 1700 tekens worden opgeslagen. Voorbeeld: Verplaatsen van het tweede muziekstuk naar de positie achter het derde muziekstuk 1 AAA 2 BBB 1 AAA 2 CCC 3 CCC 4 DDD 3 BBB MENU/NO AMS YES 4 DDD A Nadat u een muziekstuk hebt verplaatst, worden de muziekstukken automatisch opnieuw genummerd. 1 2 Monteren van opgenomen MD’s 3 4 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op MENU/NO. “Edit Menu” verschijnt op het display. DISPLAY/CHAR CLEAR m/M `/1 Z YES Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Move ?” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. Alfanumerieke toetsen Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het nummer van het te verplaatsen muziekstuk op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat de nieuwe positie van het muziekstuk op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. “Complete!!” verschijnt enkele seconden op het display en het muziekstuk is nu verplaatst. Het verplaatste muziekstuk wordt nu afgespeeld. Om de functie uit te schakelen Druk op MENU/NO of x. z U kunt de verplaatsing ongedaan maken Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging” op blz. 42. 38NL MENU/NO NAME CHAR H . m/M m X X > z x CLEAR NUM ./> M . > Opmerking Indien u een muziekstuk een titel geeft terwijl het wordt opgenomen, dient u de titel volledig te hebben ingevoerd voordat het muziekstuk eindigt. Indien het muziekstuk eindigt voordat u klaar bent met het invoeren van de titel, zullen de ingevoerde tekens verloren gaan en krijgt het muziekstuk geen titel. U kunt muziekstukken geen titels geven terwijl u opneemt over bestaand materiaal. Naamgeving van een muziekstuk of MD door gebruikmaking van de regelaars op het deck 1 6 Druk op MENU/NO terwijl het deck zich in één van de onderstaande bedieningsstanden bevindt, al naar gelang het onderdeel waaraan u een titel wilt geven: Om een titel te geven aan: Indrukken terwijl het deck: Een muziekstuk of de MD Is stopgezet, bezig is met afspelen of zich in de pauzestand bevindt Het muziekstuk dat wordt opgenomen Bezig is met het opnemen van het muziekstuk Draai AMS om het teken te kiezen. Het gekozen teken knippert. Om een gekozen teken te veranderen. Herhaal de stappen 5 en 6. 7 Druk op AMS. Het gekozen teken is ingevoerd en brandt continu. De cursor gaat naar rechts, knippert en wacht op de invoer van het volgende teken. 8 Herhaal de stappen 5 t/m 7 om de rest van de titel in te voeren. “Edit Menu” verschijnt op het display. 2 3 Draai AMS totdat “Nm In ?” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 4 Draai AMS totdat het muziekstuknummer (wanneer u een muziekstuk een titel geeft) of “Disc” (wanneer u de MD een titel geeft) knippert en druk daarna op AMS of YES. Er verschijnt een knipperende cursor op het display. Om een teken te veranderen Druk herhaald op m/M totdat het teken dat u wilt veranderen knippert, en herhaal daarna de stappen 5 t/m 7. Om een teken te wissen Druk herhaald op m/M totdat het teken dat u wilt wissen knippert, en druk daarna op CLEAR. 9 Druk op YES. De gehele titel verschijnt op het display. Om de functie uit te schakelen Druk op MENU/NO of x. z U kunt de titel van een muziekstuk of MD ongedaan maken 5 Druk herhaald op DISPLAY/CHAR om het soort teken te kiezen. Voor het kiezen van: Herhaald indrukken totdat Hoofdletters “A” op het display verschijnt Kleine letters “a” op het display verschijnt Cijfers “0” op het display verschijnt Symbolen “!” op het display verschijnt Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging” op blz. 42. Om een spatie in te voeren Druk op M terwijl de cursor knippert. 39NL Monteren van opgenomen MD’s Draai AMS totdat “Name ?” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. Terwijl het deck bezig is met opnemen, verschijnt er een knipperende cursor op het display en kunt u een titel invoeren voor het muziekstuk dat wordt opgenomen. Ga in dat geval naar stap 5. Naamgeving van een muziekstuk of MD Naamgeving van een muziekstuk of MD door gebruikmaking van de afstandsbediening Z 1 Druk op NAME terwijl het deck zich in één van de onderstaande bedieningsstanden bevindt, al naar gelang het onderdeel waaraan u een titel wilt geven: Om een titel te geven aan: Indrukken terwijl het deck: Een muziekstuk Bezig is met afspelen, zich in de pauzestand bevindt, bezig is met opnemen of is stopgezet en het muziekstuknummer op het display wordt aangegeven De MD Is stopgezet zonder dat het muziekstuknummer op het display wordt aangegeven Er verschijnt een knipperende cursor op het display. Monteren van opgenomen MD’s 2 Kies het soort teken. Voor het kiezen van: Druk 3 Hoofdletters herhaald op CHAR totdat “Selected AB” op het display verschijnt Kleine letters herhaald op CHAR totdat “Selected ab” op het display verschijnt Cijfers herhaald op NUM totdat “Selected 12” op het display verschijnt Voer een teken in. 4 Om een teken te veranderen Druk herhaald op m/M totdat het teken dat u wilt veranderen knippert, druk op CLEAR om het teken te wissen, en herhaal daarna de stappen 2 en 3. 5 z U kunt de titel van een muziekstuk of MD ongedaan maken Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging” op blz. 42. Kopiëren van een muziekstuk- of disctitel U kunt een bestaande muziekstuk- of disctitel kopiëren en deze titel gebruiken voor een ander muziekstuk op dezelfde disc of voor de disc zelf. 1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op MENU/NO. “Edit Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Name ?” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Nm Copy ?” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 4 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het nummer van het muziekstuk (wanneer u de muziekstuktitel kopieert) of “Disc” (wanneer u de disctitel kopieert) knippert, druk daarna op AMS of YES om de gekozen titel te kopiëren. In plaats daarvan kunt u ook eenmaal de toets indrukken en herhaald op ./> drukken. Om symbolen te kiezen, drukt u herhaald op . terwijl “A” knippert. Indien “No Name” op het display verschijnt Het gekozen muziekstuk of de gekozen disc heeft geen titel. 2 Druk op M. Het knipperende teken is ingevoerd en brandt continu, en de cursor gaat naar rechts. Indien u cijfers hebt gekozen Druk op de betreffende cijfertoets. Het cijfer is ingevoerd en de cursor gaat naar rechts. Druk op NAME. De gehele titel verschijnt op het display. Om de functie uit te schakelen Druk op MENU/NO of x. Indien u hoofdletters of kleine letters hebt gekozen 1 Druk herhaald op de betreffende alfanumerieke toets totdat het gewenste teken knippert. Herhaal de stappen 2 en 3 om de rest van de titel in te voeren. 5 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het nummer van het muziekstuk (wanneer u een muziekstuk een titel geeft) of “Disc” (wanneer u een disc een titel geeft) knippert, en druk daarna op AMS of YES om de gekopieerde titel in te voeren. “Complete!!” verschijnt enkele seconden op het display en de titel is nu gekopieerd. Om de functie uit te schakelen Druk op MENU/NO of x. 40NL z Indien bij de bovenstaande stap 5 de indicatie “Overwrite ??” op het display verschijnt Het bij stap 5 gekozen muziekstuk of de bij stap 5 gekozen disc heeft reeds een titel. Indien u de titel wilt vervangen, druk dan nogmaals op AMS of YES terwijl de indicatie op het display wordt weergegeven. 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Nm Erase ?” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 4 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat het nummer van het muziekstuk (bij het wissen van de muziekstuktitel) of “Disc” (bij het wissen van de disctitel) knippert en druk daarna op AMS of YES. “Complete!!” verschijnt enkele seconden op het display en de titel is nu gewist. z U kunt het kopiëren van een muziekstuk- of disctitel ongedaan maken Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging” op blz. 42. Een nieuwe titel geven aan een muziekstuk of MD Z 1 Druk op NAME terwijl het deck zich in één van de onderstaande bedieningsstanden bevindt, al naar gelang het onderdeel waaraan u een nieuwe titel wilt geven: Indrukken terwijl het deck: Een muziekstuk Bezig is met afspelen, zich in de pauzestand bevindt, bezig is met opnemen of is stopgezet en het muziekstuknummer op het display wordt aangegeven De MD Is stopgezet zonder dat het muziekstuknummer op het display wordt aangegeven Er verschijnt een muziekstuk- of disctitel op het display. z U kunt het wissen van muziekstuk- of disctitel ongedaan maken Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging” op blz. 42. Wissen van alle titels op de MD U kunt alle muziekstuktitels en de disctitel op een MD in één keer wissen. 1 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op MENU/NO. “Edit Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Name ?” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 2 Houd CLEAR ingedrukt totdat de gekozen titel volledig is gewist. 3 3 Volg de stappen 5 t/m 8 van “Naamgeving van een muziekstuk of MD door gebruikmaking van de regelaars op het deck” op blz. 39 of de stappen 2 t/m 4 van “Naamgeving van een muziekstuk of MD door gebruikmaking van de afstandsbediening” op blz. 40. Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Nm AllErs ?” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. “Nm AllErs??” verschijnt op het display. 4 Druk op AMS of YES. “Complete!!” verschijnt enkele seconden op het display en alle titels op de MD zijn nu gewist. Druk op NAME. Om de functie uit te schakelen Druk op MENU/NO of x. 4 Wissen van een muziekstuk- of disctitel Gebruik deze functie om de titel van een muziekstuk of disc te wissen. 1 2 Terwijl het deck is stopgezet, bezig is met afspelen, opnemen of zich in de pauzestand bevindt, drukt u op MENU/NO. “Edit Menu” verschijnt op het display. z U kunt het wissen van alle titels op de MD ongedaan maken Voor bijzonderheden, zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging” op blz. 42. z U kunt alle opgenomen muziekstukken en titels op de MD wissen Voor bijzonderheden, zie “Wissen van alle muziekstukken op een MD” op blz. 35. Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Name ?” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 41NL Monteren van opgenomen MD’s Om een nieuwe titel te geven aan: Om de functie uit te schakelen Druk op MENU/NO of x. Ongedaan maken van de laatste wijziging Met deze functie kunt u de laatste wijziging ongedaan maken zodat de oorspronkelijke inhoud van de MD wordt hersteld. Een wijziging door montage kan echter niet ongedaan worden gemaakt indien u na de montage één van de volgende handelingen hebt verricht: • Indrukken van REC z op het deck • Indrukken van z, MUSIC SYNC of CD-SYNC STANDBY op de afstandsbediening • Uitschakelen van het deck of verwijderen van de MD • De stekker uit het stopcontact trekken MENU/NO AMS YES A Monteren van opgenomen MD’s 1 Terwijl het deck is stopgezet en er geen muziekstuknummer op het display wordt weergegeven, drukt u op MENU/NO. “Edit Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Undo ?” op het display verschijnt. “Undo ?” verschijnt niet indien er geen montage heeft plaatsgevonden. 3 Druk op AMS of YES. Eén van de volgende meldingen verschijnt op het display, afhankelijk van de laatste wijziging die u het gemaakt: Laatste wijziging Melding Wissen van een muziekstuk Wissen van alle muziekstukken op een MD Erase Undo? Wissen van een gedeelte van een muziekstuk Onderverdelen van een muziekstuk Divide Undo? Samenvoegen van muziekstukken CombineUndo? Verplaatsen van een muziekstuk Move Undo? Naamgeving van een muziekstuk of MD Kopiëren van een muziekstuk- of disctitel Een nieuwe titel geven aan een muziekstuk of MD Wissen van een muziekstuk- of disctitel Wissen van alle titels op de MD 42NL Name Undo? 4 Druk op AMS of YES. “Complete!!” verschijnt enkele seconden op het display en de oorspronkelijke inhoud van de MD is hersteld. Om de functie uit te schakelen Druk op MENU/NO of x. Overige functies In dit hoofdstuk wordt uitleg gedaan over de andere nuttige functies die u bij dit MD-deck kunt gebruiken. Veranderen van de toonhoogte (Toonhoogteregelfunctie) U kunt de afspeelsnelheid (toonhoogte) van de MD veranderen. De toonhoogte stijgt naarmate de snelheid wordt verhoogd, en daalt naarmate de snelheid wordt verlaagd. Wanneer u de toonhoogte op een andere waarde dan de fabrieksinstelling hebt ingesteld, brandt de verlichting van de PITCH CONTROL-toets tijdens het afspelen in geelbruin. PITCH CONTROL AMS Z Automatisch stapsgewijs instellen van de toonhoogte (automatische stapsgewijze regelfunctie) U kunt de toonhoogte met maximaal 2 stappen* verhogen of met maximaal 48 stappen verlagen. * Eén octaaf komt overeen met 12 stappen. Terwijl het deck bezig is met afspelen, drukt u herhaald op PITCH CONTROL totdat “Pitch” op het display verschijnt. 2 Draai AMS totdat de gewenste stapwaarde verschijnt. Om terug te keren naar de fabrieksinstelling Druk op CLEAR terwijl u de waarde instelt. Opmerkingen • Wanneer u de stap voor het regelen van de toonhoogte verandert, zal het geluid tijdens het afspelen tijdelijk wegvallen. • Wanneer u het deck uitschakelt of de MD verwijdert, wordt de oorspronkelijke toonhoogtestap “0” weer van kracht (fabrieksinstelling). • Wanneer er rechts van de toonhoogtestap op het toonhoogtedisplay een punt (.) verschijnt, betekent dit dat u de toonhoogte hebt afgeregeld (zie de volgende bladzijde) en dat de toonhoogte tussen twee stappen ligt. (De waarden van de stap en de fijnafregeling zijn aan elkaar gekoppeld.) 43NL Overige functies 1 Veranderen van de toonhoogte (Toonhoogteregelfunctie) Infaden (Fade Out) Fijnafregeling van de toonhoogte (fijnafregelingsfunctie) U kunt de afspeelsnelheid afregelen in stappen van 0,1% binnen een bereik van –98,5% tot +12,5%. 1 Terwijl het deck bezig is met afspelen, drukt u herhaald op PITCH CONTROL totdat “Pfine” op het display verschijnt. 2 Draai AMS totdat de gewenste waarde verschijnt. (Fade In) en uitfaden Z Met de functie voor afspelen met infaden kunt u, wanneer het afspelen begint, het niveau van het signaal naar de LINE (ANALOG) OUT-aansluitbussen en de PHONESaansluitbus geleidelijk doen toenemen. Met de functie voor afspelen met uitfaden kunt u, wanneer het afspelen eindigt, het signaalniveau geleidelijk doen afnemen. Met de functie voor opnemen met infaden kunt u het signaalniveau aan het begin van de opname geleidelijk doen toenemen. Met de functie voor opnemen met uitfaden kunt u het signaalniveau aan het einde van de opname geleidelijk doen afnemen. Om terug te keren naar de fabrieksinstelling Druk op CLEAR terwijl u de waarde instelt. `/1 Z z U kunt Setup Menu gebruiken om de toonhoogte te veranderen Tijdens het afspelen kiest u “Pitch” om de toonhoogte automatisch stapsgewijs in te stellen, of kies “Pfine” om de toonhoogte precies af te regelen. Opmerkingen Overige functies • Wanneer u de waarde van de fijnafregeling verandert, zal het geluid tijdens het afspelen tijdelijk wegvallen. • Wanneer u het deck uitschakelt of de MD verwijdert, wordt de oorspronkelijke waarde van de fijnafregeling “0.0%” weer van kracht (fabrieksinstelling). • De waarden van de stap en de fijnafregeling zijn aan elkaar gekoppeld. Wanneer u de ene waarde verandert, zal de andere ook veranderen. H X . > m M X . x > FADER Opmerking Tijdens afspelen met infaden en afspelen met uitfaden treedt er geen verandering op in het niveau van het signaal dat wordt uitgevoerd via de DIGITAL OUT-aansluiting. Afspelen met infaden en opnemen met infaden In de afspeelpauzestand (bij afspelen met infaden) of de opnamepauzestand (bij opnemen met infaden) drukt u op FADER. b knippert op het display en er wordt vijf seconden (fabrieksinstelling) afgespeeld met infaden of opgenomen met infaden totdat de teller op “0.0s” staat. 44NL Inslapen met muziek (SLEEP-schakelklokfunctie) Afspelen met uitfaden en opnemen met uitfaden U kunt het deck na verloop van een vooraf ingestelde tijd automatisch laten uitschakelen. Tijdens het afspelen (bij afspelen met uitfaden) of opnemen (bij opnemen met uitfaden) drukt u op FADER. B knippert op het display en er wordt vijf seconden (fabrieksinstelling) afgespeeld met uitfaden of opgenomen met uitfaden totdat de teller op “0.0s” staat, en daarna gaat het deck over in de pauzestand. MENU/NO AMS YES A z U kunt de duur van het infaden en uitfaden bij afspelen en opnemen veranderen 1 1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO. “Setup Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de instelling te kiezen en druk daarna op AMS of YES. Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO. “Setup Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Sleep Off” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de instelling te kiezen en druk daarna op AMS of YES. Voor het veranderen van de duur van: Kies: Infaden bij afspelen/opnemen F.in Uitfaden bij afspelen/opnemen F.out Om: Kies: De SLEEP-schakelklokfunctie in te schakelen Sleep On De SLEEP-schakelklokfunctie uit te schakelen Sleep Off (fabrieksinstelling) 4 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Sleep 60min” op het display verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 5 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de tijd te kiezen waarna het deck moet worden uitgeschakeld (“30min”, “60min” (fabrieksinstelling), “90min”, of “120min”) en druk daarna op AMS of YES. 6 Druk op MENU/NO. 45NL Overige functies 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de duur te kiezen en druk daarna op AMS of YES. De duur van het infaden en uitfaden kan met stappen van 0,1 seconde worden ingesteld. 4 Druk op MENU/NO. Gebruikmaking van een schakelklok Door op het deck een schakelklok (niet bijgeleverd) aan te sluiten, kunt u het afspelen en opnemen op vooraf ingestelde tijden laten beginnen en eindigen. Voor nadere bijzonderheden over het aansluiten van de schakelklok of het instellen van de in- en uitschakeltijd dient u de met de schakelklok meegeleverde gebruiksaanwijzing te raadplegen. Opnemen op een MD met gebruikmaking van een schakelklok 1 Volg de onderstaande stappen van “Opnemen op een MD” op blz. 18 en 19, zoals gevraagd. Voor instelling van het tijdstip waarop: Volg: Het opnemen moet beginnen Stap 1 t/m 7 en druk daarna op x Het opnemen moet eindigen Stap 1 t/m 10 Het opnemen moet beginnen en eindigen Stap 1 t/m 7 en druk daarna op x A TIMER PLAY MODE H x Afspelen van een MD met gebruikmaking van een schakelklok Overige functies 1 Volg de stappen 1 t/m 3 van “Afspelen van een MD” op blz. 26. 2 Druk herhaald op PLAY MODE (of eenmaal op één van de PLAY MODE-toetsen) om de gewenste afspeelfunctie te kiezen. Om alleen bepaalde muziekstukken af te spelen, stelt u een eigen programma samen (zie blz. 30). Om het tijdstip in te stellen waarop het afspelen moet eindigen, drukt u op H om met afspelen te beginnen en ga daarna naar stap 3. 3 4 Zet TIMER op het deck op PLAY. 5 Nadat u klaar bent met het gebruik van de schakelklok, zet u TIMER op het deck op OFF. Stel de schakelklok naar wens in. • Wanneer u de tijd hebt ingesteld waarop het afspelen moet beginnen, wordt het deck uitgeschakeld. Wanneer de ingestelde tijd is aangebroken, wordt het deck ingeschakeld en begint het afspelen. • Wanneer u de tijd hebt ingesteld waarop het afspelen moet eindigen, gaat het afspelen verder. Wanneer de ingestelde tijd is aangebroken, stopt het afspelen en wordt het deck uitgeschakeld. • Wanneer u de tijd hebt ingesteld waarop het afspelen moet beginnen en eindigen, wordt het deck uitgeschakeld. Wanneer de inschakeltijd is aangebroken, wordt het deck ingeschakeld en begint het afspelen. Wanneer de uitschakeltijd is aangebroken, stopt het afspelen en wordt het deck uitgeschakeld. 46NL 2 3 Zet TIMER op het deck op REC. 4 Nadat u klaar bent met het gebruik van de schakelklok, zet u TIMER op het deck op OFF. Zet daarna het deck in de wachtstand door de stekker van het deck in een stopcontact te steken of door de schakelklok op doorgaande bediening te zetten. • Indien u TIMER op REC laat staan, wordt er de eerstvolgende keer dat u het deck inschakelt, automatisch begonnen met opnemen. • Indien u het deck niet binnen een week nadat de schakelklokopname is geëindigd, weer in de wachtstand zet, is de kans aanwezig dat het opgenomen materiaal verloren gaat. Stel de schakelklok naar wens in. • Wanneer u de tijd hebt ingesteld waarop de opname moet beginnen, wordt het deck uitgeschakeld. Wanneer de ingestelde tijd is aangebroken, wordt het deck ingeschakeld en begint de opname. • Wanneer u de tijd hebt ingesteld waarop de opname moet eindigen, gaat het afspelen verder. Wanneer de ingestelde tijd is aangebroken, stopt de opname en wordt het deck uitgeschakeld. • Wanneer u de tijd hebt ingesteld waarop de opname moet beginnen en eindigen, wordt het deck uitgeschakeld. Wanneer de inschakeltijd is aangebroken, wordt het deck ingeschakeld en begint de opname. Wanneer de uitschakeltijd is aangebroken, stopt de opname en wordt het deck uitgeschakeld. Afspelen met verschillende geluidskenmerken (digitaal Zorg dat u het deck binnen een week nadat de schakelklokopname is voltooid, weer in de wachtstand zet. De inhoudsopgave (TOC) van de MD wordt bijgewerkt en het opgenomen materiaal wordt weggeschreven naar de MD wanneer u het deck inschakelt. Indien het opgenomen materiaal verloren is gegaan, knippert “Initialize” wanneer u het deck inschakelt. Opmerkingen • Nadat het deck is ingeschakeld, kan het nog circa 30 seconden duren voordat de opname begint. Wanneer u de opname op een ingesteld tijdstip wilt laten beginnen door gebruikmaking van de schakelklok, dient u bij het instellen van het tijdstip waarop de opname moet beginnen, rekening te houden met deze aanlooptijd. • Bij schakelklokopnamen wordt nieuw materiaal altijd na het eerder opgenomen gedeelte op de MD opgenomen. • Het materiaal dat u tijdens de schakelklokopname hebt opgenomen wordt de eerstvolgende keer wanneer u het deck inschakelt, bewaard op de disc. “TOC Writing” knippert dan op het display. Trek de stekker niet uit het stopcontact en verplaats het deck niet terwijl deze indicatie knippert. • De schakelklokopname stopt wanneer de disc vol is. filter) Dit deck is uitgevoerd met VC (variabele coëfficiënt)filters. Hierdoor u de geluidskenmerken afstemmen op uw geluidsinstallatie, luisteromgeving en de bron die u aan het afspelen bent. Houd er rekening mee dat de filters alleen effectief zijn voor de analoge signalen die via de LINE (ANALOG) OUT-aansluitbussen en de PHONESaansluitbus worden uitgevoerd. FILTER A 1 Druk op FILTER. Het op dat moment gekozen filter verschijnt op het display. 2 Druk herhaald op FILTER om het gewenste filter te kiezen. Kies Voor het voortbrengen van Spline een duidelijk gepositioneerd en vloeiend geluid Plain een fris en krachtig geluid Analog een vol en warm geluid Wanneer er op het DF (digitale filter)-display een andere instelling dan “Standard” is gekozen, brandt de verlichting van de FILTER-toets in groen. z U kunt de afstandsbediening gebruiken om het filter te kiezen Z Druk herhaald op FILTER totdat het gewenste filter op het display verschijnt. 47NL Overige functies een ruim klinkend geluid met een breed Standard (fabrieksinstelling) bereik Afspelen met verschillende geluidskenmerken (digitaal filter) z Wat is een VC (variabele coëfficiënt)-filter? Een VC-filter verandert de geluidskenmerken van een signaal door het toepassen van bepaalde voorwaarden voor frequentieafsnijding. Dergelijke filters worden aangebracht op digitale apparatuur, zoals CD-spelers en MD-decks, om secundaire ruis te verwijderen. Opmerking De door digitale filters teweeggebrachte verandering in de geluidskenmerken treedt hoofdzakelijk op in het niet-hoorbare bereik, en niet in het hoorbare bereik zoals bij een versterker. Overige functies 48NL Bediening van het MD-deck door gebruikmaking van een toetsenbord Instellen van het toetsenbord U kunt gebruikmaken van een willekeurig IBMcompatibel toetsenbord* (niet bijgeleverd) met een PS/2interface. U kunt een toetsenbord met een Engelse of Japanse indeling kiezen. Bij gebruikmaking van een toetsenbord met een andere indeling moet u tekens toewijzen aan de toetsen. Voor bijzonderheden, zie “Tekens toewijzen aan de toetsen van het toetsenbord” op blz. 52. Het stroomverbruik dient 120 mA of minder te bedragen. * KEYBOARD-aansluitbus MENU/NO In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u op een eenvoudige manier een muziekstuk of MD van een titel kunt voorzien door gebruikmaking van een los verkrijgbaar toetsenbord, en hoe u het MD-deck rechtstreeks via het toetsenbord kunt bedienen. AMS YES A CLEAR Aansluiten van een toetsenbord op het MD-deck Sluit de toetsenbord-aansluitstekker aan op de KEYBOARD-aansluitbus op het voorpaneel van het deck. U kunt het toetsenbord op elk gewenst tijdstip aansluiten of loskoppelen, ongeacht of het deck is ingeschakeld of uitgeschakeld. Wanneer u voor de eerste keer een toetsenbord aansluit, moet u het type toetsenbord kiezen. 1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO. “Setup Menu” verschijnt op het display. 2 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Keyboard ?” verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 3 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) totdat “Type” verschijnt en druk daarna op AMS of YES. 4 Draai AMS (of druk herhaald op ./>) om de instelling te kiezen en druk daarna op AMS of YES. Voor gebruik van toetsenbord met: Kies: Engelse toetsenbordindeling US (fabrieksinstelling*) Japanse toetsenbordindeling JP * 5 U kunt de fabrieksinstelling ook oproepen door indrukken van CLEAR. Druk op MENU/NO. 49NL Bediening van het MD-deck door gebruikmaking van een toetsenbord Keuze van het type toetsenbord Naamgeving van een muziekstuk of MD door gebruikmaking van het toetsenbord Door gebruikmaking van een toetsenbord kunt u op een snelle manier titels invoeren of wijzigen. Tijdens het wijzigen van een titel kunt u de cursor met een sprong verplaatsen of de titel over het display laten bewegen. Snelle methode voor het invoeren van een titel 1 z U kunt de titel van een muziekstuk of MD ongedaan maken 1 Druk op [F11]. “Name Undo?” verschijnt. 2 Druk op [Enter]. Druk op [Esc] om de bediening te annuleren. Gebruik van het Edit-menu 1 Druk op [Num Lock] terwijl het deck zich in één van de onderstaande bedieningsstanden bevindt, al naar gelang waarvoor u een titel wilt invoeren: Om een titel te geven aan: Indrukken terwijl het deck: Een muziekstuk Bezig is met afspelen, zich in de pauzestand bevindt, bezig is met opnemen of is stopgezet terwijl het muziekstuknummer wordt aangegeven De MD Bediening van het MD-deck door gebruikmaking van een toetsenbord 3 Druk op [Enter] of [Num Lock]. De volledige titel verschijnt op het display. Druk op: De bediening te annuleren [Esc] Hoofdletters of kleine letters te kiezen [Caps Lock] of [Shift]* De cursor te verplaatsen [T] of [t] De cursor te laten verspringen naar het begin van de titel [Home] De cursor te laten verspringen naar het einde van de titel [End] De titel over het display te laten bewegen [Page Up] of [Page Down] Het teken op de cursorpositie wissen [Delete] Het teken vóór de cursorpositie wissen [Back Space] * Indien u tekens aan toetsen hebt toegewezen door gebruikmaking van [Shift] (zie blz. 52), hebben de aldus toegewezen tekens voorrang. 50NL Een muziekstuk of de MD Is stopgezet, bezig is met afspelen of zich in de pauzestand bevindt Het muziekstuk dat u aan het opnemen bent het muziekstuk aan het opnemen is Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab] totdat “Name ?” verschijnt en druk daarna op [Enter]. Terwijl het deck bezig is met opnemen, verschijnt er een knipperende cursor op het display. U kunt nu een titel invoeren voor het muziekstuk dat u aan het opnemen bent. Ga in dit geval naar stap 5. 3 Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab] totdat “Nm In ?” verschijnt en druk daarna op [Enter]. 4 Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab] totdat het muziekstuknummer (wanneer u een muziekstuk een titel geeft) of “Disc” (wanneer u de MD een titel geeft) verschijnt en druk daarna op [Enter]. Er verschijnt een knipperende cursor op het display. 5 6 Voer een titel in. Bedieningshandelingen tijdens het invoeren van een titel voor een muziekstuk of MD Om: Indrukken terwijl het deck: 2 is stopgezet zonder dat het muziekstuknummer wordt aangegeven Voer een titel in. Naast de lettertoetsen kunt u ook gebruikmaken van de toetsen die vermeld staan in de onderstaande tabel. Om een titel te geven aan: “Edit Menu” verschijnt op het display. Er verschijnt een knipperende cursor op het display. 2 Druk op [Esc] terwijl het deck zich in één van de onderstaande bedieningsstanden bevindt, al naar gelang waarvoor u een titel wilt invoeren: Druk op [Enter] of [Num Lock]. De volledige titel verschijnt op het display. Bediening van het deck door gebruikmaking van het toetsenbord U kunt het MD-deck bedienen door gebruikmaking van de toetsen van het toetsenbord. Op deze manier kunt u MD’s monteren en het deck bedienen zonder gebruikmaking van de toetsen en bedieningsorganen op het deck en op de afstandsbediening. Bedieningshandelingen bij gebruikmaking van het toetsenbord Voor bijzonderheden over de verschillende functies, zie “Beschrijving van de onderdelen van het voorpaneel” op blz. 10 en 11 of “Beschrijving van de onderdelen van de afstandsbediening” op blz. 12 en 13. Om: Druk op: Muziekstuknummer 1 af te spelen [1] Muziekstuknummer 2 af te spelen [2] Muziekstuknummer 3 af te spelen [3] Muziekstuknummer 4 af te spelen [4] Muziekstuknummer 5 af te spelen [5] Muziekstuknummer 6 af te spelen [6] Muziekstuknummer 7 af te spelen [7] Muziekstuknummer 8 af te spelen [8] Muziekstuknummer 9 af te spelen [9] Muziekstuknummer 10 af te spelen [0] Voor gebruikmaking van het Indrukken: toetsenbord voor de volgende functies: MENU/NO [Esc] AMS of > [R] of [Tab] AMS of . [r] of [Shift]+[Tab] H/X of YES [Enter]* REC z [Shift]+[Enter] MUSIC SYNC [Ctrl]+[Enter] x [Spatiebalk] m [T] M Bedieningshandelingen bij gebruikmaking van de tien-toetsen Terwijl er een muziekstuk is gekozen, kunt u het muziekstuk rechtstreeks met de volgende tien-toetsen monteren. U kunt ook beginnen met afspelen door met de tien-toetsen het gewenste muziekstuknummer in te voeren. Druk op: Het muziekstuk of de MD een titel te geven [Num Lock] (zie blz. 50) [t] Het muziekstuk onder te verdelen [/] PITCH CONTROL [F1] Het muziekstuk te verplaatsen [*] FILTER [F2] Het muziekstuk te wissen [–] TIME [F3] Muziekstukken samen te voegen [+] PLAY MODE [F5] Muziekstuknummer 1 af te spelen [1] SCROLL [F6] Muziekstuknummer 2 af te spelen [2] DISPLAY/CHAR [F7] Muziekstuknummer 3 af te spelen [3] Keuze van muziekstuknummer hoger dan 10** [F9] Muziekstuknummer 4 af te spelen [4] FADER [F10] Muziekstuknummer 5 af te spelen [5] Ongedaan maken van de laatste wijziging (zie blz. 42) [F11] Muziekstuknummer 6 af te spelen [6] Muziekstuknummer 7 af te spelen [7] EJECT A [F12] Muziekstuknummer 8 af te spelen [8] REPEAT [Print Screen] Muziekstuknummer 9 af te spelen [9] AyB [Scroll Lock] Muziekstuknummer 10 af te spelen [0] M.SCAN [Pause] Opmerking CLEAR [Delete] Indien u [/], [*], [–] of [+] indrukt zonder dat er een muziekstuk is gekozen, verschijnt “Cannot Edit”. In Edit Menu en Setup Menu werkt [Enter] als YES-toets, in andere gevallen als H/X toets. **Voor muziekstuknummer 20 drukt u bijvoorbeeld op [F9] en daarna op [2] en [0]. Voor muziekstuknummer 103 drukt u tweemaal op [F9] en daarna op [1], [0] en [3]. * 51NL Bediening van het MD-deck door gebruikmaking van een toetsenbord Om: Tekens toewijzen aan de toetsen van het toetsenbord Toewijzen van een teken Indien de indeling van uw toetsenbord niet overeenkomt met de systeeminstellingen, bestaat de kans dat bij het indrukken van de toetsen niet de gewenste tekens op het display verschijnen, of dat er helemaal geen tekens op het display verschijnen. In zulke gevallen moet u tekens aan de toetsen toewijzen. 1 Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op [Esc]. “Setup Menu” verschijnt op het display. 2 Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab] totdat “Keyboard ?” verschijnt en druk daarna op [Enter]. 3 4 Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab] totdat “Assign ?” verschijnt en druk daarna op [Enter]. Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab] totdat het toe te wijzen teken verschijnt. Indien het teken reeds is toegewezen, verschijnt “User”. Indien het nog niet is toegewezen, verschijnt “Default”. Bediening van het MD-deck door gebruikmaking van een toetsenbord 5 Druk op [Enter]. “<Set Key>” knippert op het display. 6 Druk op het toetsenbord op de toets waaraan u het teken wilt toewijzen. “Key Change” verschijnt. Het gekozen teken is nu aan die toets toegewezen. Indien “Same Key” verschijnt Hetzelfde teken is reeds aan die toets toegewezen. Indien “Remove old assign?” verschijnt Aan die toets is reeds een ander teken toegewezen. Druk op [Enter] om het eerder toegewezen teken te laten vervangen door het nieuwe teken. Druk op [Esc] om de bediening te annuleren. Opmerkingen • Bij het toewijzen van een teken kunt u [Shift] alleen gebruiken voor symbool- en cijfertoetsen. • Aan de volgende toetsen kan geen teken worden toegewezen: [Esc], [F1] t/m [F12], [Back Space], [Tab], [Caps Lock], [Enter], [Shift], [Ctrl], [Alt], [Windows], [Spatiebalk], [Application], [Print Screen], [Scroll Lock], [Pause], [Insert], [Delete], [Home], [End], [Page Up], [Page Down], [Num Lock], [T], [t], [R], [r] en [/], [*], [–], [+] (van de tien-toetsen). • Indien u probeert om een teken toe te wijzen aan één van de bovenstaande toetsen of aan andere toetsen waarvoor geen invoer wordt geaccepteerd, zal bij stap 6 de indicatie “Key Change” niet verschijnen. 52NL Wissen van toetstoewijzingen U kunt toetstoewijzingen één voor één of allemaal tegelijk wissen. Om een toetstoewijzing te wissen 1 Volg de stappen 1 t/m 3 van “Toewijzen van een teken” op deze bladzijde. 2 Druk herhaald op [R]/[r] of [Tab]/[Shift]+[Tab] totdat het te wissen teken verschijnt (alleen tekens waarbij “User” wordt aangegeven) en druk daarna op [Enter]. “<Set Key>” knippert op het display. 3 Druk op [Delete]. “Key Clear” verschijnt en de toetstoewijzing is nu gewist. Om alle toetstoewijzingen te wissen 1 Volg de stappen 1 t/m 3 van “Toewijzen van een teken” op deze bladzijde. 2 Druk gelijktijdig op [Ctrl], [Alt] en [Delete]. “All Reset ?” verschijnt op het display. 3 Druk op [Enter]. “Complete!!” verschijnt en alle toetstoewijzingen zijn nu gewist. Om de bediening te annuleren Druk op [Esc]. Aanvullende informatie In dit hoofdstuk wordt aanvullende informatie gegeven om de bediening en het onderhoud van het MD-deck verder te vergemakkelijken. Voorzorgsmaatregelen Veiligheid Mocht er een vast voorwerp of vloeistof in het deck terechtkomen, trek dan de stekker uit het stopcontact en laat het deck eer st door een deskundige contr oleren alvorens het weer in gebruik te nemen. Netspanning • Controleer vóór bediening van het deck of de bedrijfsspanning van het deck over eenkomt met de plaatselijke netspanning. De bedrijfsspanning staat aangegeven op de identificatieplaat achter op het deck. • Het apparaat blijft op de str oombron (netspanning) aangesloten zolang de stekker in het stopcontact zit, zelfs indien het systeem zelf is uitgeschakeld. • Trek de stekker uit het stopcontact als u denkt het systeem geruime tijd niet te gebruiken. Om de aansluiting van de stekker op het stopcontact te verbreken, dient u de stekker vast te pakken. Trek nooit aan het snoer zelf. • Het netsnoer mag uitsluitend door een erkend servicecentrum worden vernieuwd. Condensvorming in het deck Indien het systeem r echtstr eeks van een koude naar een warme omgeving wordt gebr acht, of in een zeer vochtige kamer is geplaatst, kan vocht uit de lucht condenseren op de lens in het deck. In dergelijke gevallen zal het deck niet altijd naar behor en werken. Verwijder de MD en laat het deck enkele uren ingeschakeld staan totdat de condens is verdampt. MiniDisc-cassette • Stel de MD niet bloot door het schuifdeksel te openen. • Stel de cassette niet bloot aan fel zonlicht, extreme temperaturen, extreme vochtigheid of stof . Indien u vragen of problemen het betr effende het deck, neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde Sonyhandelaar. 53NL Aanvullende informatie Reinigen Reinig de behuizing, het paneel en de r egelaar s door gebruikmaking van een zachte doek, licht bevochtigd met een oplossing van mild schoonmaakmiddel. Gebruik hiervoor geen schuurkussentjes, schuurpoeder of oplosmiddelen zoals alcohol of wasbenzine. Behandeling van MD’s De MD zit in een cassette om de disc te beschermen tegen vuil of vingerafdrukken en om er gemakkelijk mee te kunnen omgaan. Desondanks bestaat de kans dat de disc tengevolge van vuil of een kromgetr okken cassette niet goed zal werken. Om ervan verzekerd te zijn dat u altijd naar muziek van de hoogste kwaliteit kunt luister en, dient u de onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht te nemen: • Raak de inwendige disc niet aan. Wanneer u probeert het schuifdeksel te openen door dit te for ceren, kan de inwendige disc beschadigd raken. • Plak altijd de met de MD meegelever de labels op de juiste plaats. De vorm van de labels kan afhankelijk van het merk MD verschillen. Juiste plaats van de labels Schuifdeksel Bewaren van de MD’s Zorg dat de cassette niet wor dt blootgesteld aan fel zonlicht of extreem hoge hitte en vochtigheid. Periodiek onderhoud Veeg stof en vuil van het cassetteoppervlak met een dr oge doek. Beperkingen van het systeem Aanvullende informatie Het opnamesysteem van uw deck verschilt sterk van de opnametechnieken die gebruikt wor den bij gewone cassettedecks en D AT-decks, met een aantal specifieke beperkingen waarvan hieronder een uitleg volgt. Deze beperkingen zijn echter inher ent aan het ontwer p van het MD-opnamesysteem en wijzen niet op storingen in uw apparatuur. “Disc Full” verschijnt reeds vóór het bereiken van de maximale opnameduur Wanneer er 255 muziekstukken op de MD zijn opgenomen, verschijnt “Disc Full”, ongeacht de feitelijke opnameduur. Een MD kan hooguit 255 muziekstukken bevatten. Om verder te gaan met opnemen, dient u onnodige muziekstukken te wissen of een ander e opneembare MD te gebruiken. 54NL “Disc Full” verschijnt reeds vóór het bereiken van het maximale aantal muziekstukken In bepaalde gevallen kunnen de zachter e passages binnen muziekstukken worden opgevat als pauzes ertussen, zodat het aantal nummers het feitelijke aantal muziekstukken overschrijdt. Dan zal “Disc Full” verschijnen. De resterende speelduur neemt niet toe, ook niet na het wissen van meerdere korte nummers Nummers met een lengte van minder dan twaalf seconden tellen niet mee, zodat het wissen ervan niet tot meer beschikbar e opnameduur zal leiden. De totale opgenomen speelduur plus de resterende beschikbare opnameduur op de MD komen in totaal niet aan de nominale speelduur van de MD toe Het opnemen wordt verricht in minimumeenheden van 2 seconden, ongeacht de lengte van het opgenomen materiaal. Dit kan leiden tot een geringe afwijking van de nominale speelduur. Daarnaast kan de speelduur van een MD beperkt worden door krassen e.d. Beperkingen bij het opnemen over bestaande (eerder opgenomen) muziekstukken heen • Niet in alle gevallen kan de juiste r ester ende opnameduur worden aangegeven. • Het kan weleens onmogelijk blijken over een muziekstuk heen op te nemen als dat muziekstuk reeds enkele malen eer der was overgespeeld. In dat geval dient u het ongewenste muziekstuk eerst te wissen (zie blz. 34). • De rester ende opnameduur kan korter worden in verhouding tot de totale opnameduur . • Opnemen over een bestaand muziekstuk heen, alleen om ruis of bijgeluiden weg te nemen, is niet aan te bevelen, aangezien de speelduur hier door verminderd kan worden. • Bij opnemen over een bestaand muziekstuk heen, kan het weleens onmogelijk blijken om het muziekstuk van een titel te voorzien. Tijdens het doorzoeken van muziekstukken die niet rechtstreeks zijn opgenomen, maar door montage zijn samengesteld, kan het geluid af en toe wegvallen. Bepaalde muziekstukken laten zich niet met andere samenvoegen Na montage kunnen bepaalde muziekstukken niet meer met andere worden samengevoegd. De muziekstuknummers worden niet correct vastgelegd Wanneer de muziekstukken van een CD tijdens digitale opname in meerdere nummers worden onderverdeeld, kan dit onjuiste muziekstuknummers tot gevolg hebben. Wanneer tijdens het opnemen de functie voor het automatisch aanbr engen van muziekstuknummers wordt geactiveer d, gebeurt het weleens dat de nummer s niet precies over eenkomen met de oor spronkelijke muziekstuknummers. “TOC Reading” blijft gedurende lange tijd branden Indien de geplaatste opneembar e MD gloednieuw is, verschijnt “TOC Reading” langer op het display dan bij MD’s die reeds eer der zijn gebruikt. Tijdens het afspelen van MD’s met monogeluidsopnamen kan niet altijd de juiste opname- of afspeelduur worden aangegeven. Verhelpen van storingen Indien er tijdens gebruik van het deck iets misgaat, loopt u dan deze controlelijst even door . Als het probleem aan de hand van de volgende aanwijzingen niet te verhelpen is, neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde Sonyhandelaar. Het deck werkt niet of niet naar behoren. , Wellicht is de MD vuil of beschadigd. Vervang de MD. Synchroonopname met een CD-speler of videoCD-speler is niet mogelijk of mislukt. , De met het MD-deck meegelever de afstandsbediening is niet goed ingesteld. Stel de afstandsbediening opnieuw in. Op het display verschijnen beurtelings een melding en een drieletterteken-code. , De zelfdiagnose-functie is ingeschakeld. Raadpleeg de tabel op blz. 59. Het toetsenbord werkt niet. , Koppel het toetsenbor d los en sluit het daarna weer aan. Opmerking Wanneer u de bovenstaande aanwijzingen hebt opgevolgd, maar het deck nog steeds niet naar behoren werkt, schakel dan het deck uit, trek de stekker uit het stopcontact en steek daarna de stekker weer in het stopcontact. Storende bijgeluiden in de geluidsweergave. , Krachtig magnetisme van een TV-toestel of een ander apparaat ver oorzaakt storingen in de werking van het deck. Plaats het deck ver der uit de buurt van apparatuur die elektr omagnetische storing kan veroorzaken. 55NL Aanvullende informatie Afspelen van MD’s is niet mogelijk. , Er is vocht binnenin het deck gecondenseer d. Verwijder de MD en laat het deck enkele ur en in een warme omgeving liggen totdat het condensvocht verdampt is. , Het deck is niet ingeschakeld. Druk op ~/1om het deck in te schakelen. , Het deck is niet goed aangesloten op de ver sterker. Controleer de aansluiting . , De MD is verkeerd om in de gleuf geplaatst. Schuif de MD met de labelkant naar boven en met de pijl wijzend naar de gleuf. , Wellicht bevat de MD geen opnamen. Vervang de MD door een andere die wel opnamen bevat. Opnemen op het deck is niet mogelijk of mislukt. , De MD is beveiligd tegen abusievelijk wissen. Schuif het wispreventienokje dicht. , Het deck is niet goed aangesloten op de geluidsbron. Controleer de aansluiting . , Kies de juiste programmabron door gebruikmaking van INPUT . , Het opnameniveau is niet goed ingesteld. Stel het opnameniveau goed in. , Er is een voorbespeelde MD geplaatst. Vervang deze door een opneembar e MD. , Er is niet genoeg opnametijd meer over op de MD. Vervang de MD door een andere opneembar e MD waarop geen of minder materiaal is opgenomen, of wis overbodige opnamen. , Er heeft zich een str oomonderbreking voorgedaan, of de stekker is tijdens het opnemen uit het stopcontact geraakt. Mogelijk is informatie die op de MD was opgenomen, verloren gegaan. Maak de opname opnieuw. Technische gegevens Systeem Digitaal audiosysteem voor MD’s Disc MiniDisc Laser Halfgeleiderlaser (λ = 780 nm) Emissieduur: continu Uitgangen PHONES Nominaal uitgangsvermogen: 28 mW Belastingsimpedantie: 32 ohm LINE (ANALOG) OUT Belastingsimpedantie: Meer dan 10 kilohm DIGIT AL OPTICAL OUT Type aansluiting: vierkante optische stekkerbus Eigenschappen laserdiode Materiaal: GaAlAs Toerental (CLV) 400 omw/min tot 900 omw/min Foutcorrectie ACIRC (Advanced Cross Interleave Reed Solomon Code) Type aansluitbus: stekkerbus Nominaal uitgangsvermogen: 2 Vrms (bij 50 kilohm) Laser-uitgangsvermogen ∗ Minder dan 44,6 µW ∗ Deze waarde is gemeten op een afstand van ca. 200 mm van het lensoppervlak van het optisch blok, met een diafragma van 7 mm. Aansluitbus type: stereo-telefoonstekker Nominaal uitgangsvermogen: –18 dBm Belastingsimpedantie: 660 nm (optische golflengte) DIGIT AL COAXIAL OUT Type aansluitbus: stekkerbus Bemonsteringsfre quentie 44,1 kHz Nominaal uitgangsvermogen: 0,5 Vp-p (bij 75 ohm) Codering ATRAC (Adaptive TRansform Acoustic Coding) Belastingsimpedantie: 75 ohm Modulatiesysteem EFM (Eight-to-Fourteen Modulation) Algemeen Aantal kanalen 2 stereokanalen Stroomvoorziening 230 V AC, 50/60 Hz Frequentiebereik 5 – 20000 Hz ±0,3 dB Stroomverbruik 18 W Signaal/ruisverhouding Meer dan 100 dB tijdens afspelen Afmetingen (circa) 430 × 110 × 287 mm (b/h/d) inclusief uitstekende onderdelen en regelaars Snelheidsfluctuaties Beneden meetbare limiet Gewicht (circa) 5,2 kg Ingangen Bijgeleverde accessoires LINE (ANALOG) IN Type aansluitbus: stekkerbus Zie blz. 4. Impedantie: 47 kilohm Amerikaanse en buitenlandse octrooien onder licentie van Dolby Laboratories Licensing Corporation. Nominaal ingangsvermogen: 500 mVrms Minimaal ingangsvermogen: 125 mVrms Aanvullende informatie DIGIT AL OPTICAL IN1 Type aansluiting: vierkante optische stekkerbus Impedantie: 660 nm (optische golflengte) DIGIT AL OPTICAL IN2 Type aansluiting: vierkante optische stekkerbus Impedantie: 660 nm (optische golflengte) DIGIT AL COAXIAL IN Type aansluitbus: stekkerbus Impedantie: 75 ohm Nominaal ingangsvermogen: 0,5 Vp-p, ±20% 56NL Ontwerp en technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Meldingen op het display In de onderstaande tabel wor dt uitleg gedaan over de meldingen die op het display verschijnen wanneer er bij de bediening iets misgaat. Bovendien heeft het deck een zelfdiagnose-functie (zie blz. 59). Betekenis Auto Cut De functie Auto Cut is ingeschakeld (blz. 21). Blank Disc Er is een nieuwe (onbespeelde) of gewiste MD geplaatst. Cannot Copy Er is getracht een tweede-generatie kopie te maken van een digitaal gekopieerde MD (blz. 17). Cannot Edit Er is getracht een MD te monteren tijdens afspelen in geprogrammeerde of willekeurige volgorde, of de MD is beveiligd tegen abusievelijk opnemen. Disc Full De MD is vol (blz. 54). Impossible Het deck kan de gekozen montagehandeling niet uitvoeren (blz. 19 en 36). Initialize (knippert) De instellingen van Setup Menu zijn verloren gegaan. De met de schakelklok gemaakte opname is na verloop van tijd verloren gegaan en kan daarom niet meer op de disc worden bewaard, of de functie voor afspelen in geprogrammeerde volgorde kon niet worden geactiveerd omdat het programma na verloop van tijd verloren is gegaan. (Wanneer u het deck inschakelt door indrukken van +/1, knippert deze melding ongeveer vier seconden.) Name Full Het titelgeheugen van de MD is vol (met ongeveer 1700 tekens). No Disc Er zit geen MD in het deck. No Name Het muziekstuk of de disc heeft geen titel. No Program!! De functie voor afspelen in geprogrammeerde volgorde werd gekozen terwijl er geen programma is samengesteld. Premastered Er is getracht op te nemen op een voorbespeelde MD. ProgramFull! Het maximale aantal muziekstukken is geprogrammeerd. Er kunnen geen verdere muziekstukken meer worden geprogrammeerd. REMOTE De MD wordt bediend door een extern apparaat dat is aangesloten op het deck. * Smart Space De functie Smart Space is ingeschakeld (blz. 21). TOC Reading Het deck is bezig met het controleren van de inhoudsopgave (TOC) van de MD. * Aanvullende informatie Melding Indien “REMOTE” onder andere omstandigheden op het display verschijnt, schakel dan het deck uit en schakel het daarna weer in. 57NL Tabel van Edit Menu De onderstaande tabel geeft een overzicht van de ver schillende montagefuncties die u met Edit Menu kunt gebruiken. Om toegang te krijgen tot Edit Menu Druk op MENU/NO zodat “Edit Menu” op het display verschijnt. Opmerking De beschikbare menuonderdelen kunnen afhankelijk van de betreffende bedieningsstand van het deck verschillen. Menuonderdeel Sub-onderdeel Functie Zie ook blz. Name ? Nm In ? Naamgeving van een muziekstuk of een MD 39 Nm Erase ? Wissen van een titel 41 Nm AllErs ? Wissen van alle titels op een MD 41 Nm Copy ? Kopiëren van een titel naar een muziekstuk of een MD 40 Tr Erase ? — Wissen van een muziekstuk 34 Move ? — Verplaatsen van een muziekstuk 38 Combine ? — Samenvoegen van muziekstukken 37 Divide ? — Onderverdelen van een muziekstuk 36 A-B Erase ? — Wissen van een gedeelte van een muziekstuk 35 All Erase ? — Wissen van alle muziekstukken op een MD 35 Undo ? — Ongedaan maken van de laatste wijziging 42 Setup ? — Rechtstreeks binnengaan van Setup Menu (hieronder) — Tabel van Setup Menu De onderstaande tabel geeft een overzicht van de ver schillende onderdelen van Setup Menu, inclusief de bijbehor ende parameter s, fabrieksinstellingen en de bladzijden in de gebruiksaanwijzing waar u nader e bijzonderheden kunt vinden. Om toegang te krijgen tot Setup Menu Terwijl het deck is stopgezet, drukt u tweemaal op MENU/NO zodat “Setup Menu” op het display verschijnt. Aanvullende informatie Menuonderdeel Sub-onderdeel Functie Parameters Fabrieksinstelling Zie ook blz. Program ? — Samenstellen van een programma — — 30 T.Mark — In- en uitschakelen van functie voor automatisch aanbrengen van muziekstuknummers Lsyn/Off Lsyn 22 LS(T) — Wijzigen van activeringsniveau van functie voor –72 tot 0dB* automatisch aanbrengen van muziekstuknummers –50dB 22 Auto — In- en uitschakelen van Auto Space en Auto Pause Off/Space/Pause Off 31, 32 S.Space — In- en uitschakelen van Smart Space en Auto Cut On/Off On 21 P.Hold — In- en uitschakelen van piekvasthoudfunctie On/Off Off 15 M.Scan — Instellen van de duur van Music Scan. 6 tot 20s 6s 27 * Afstelbaar in stappen van 2 dB 58NL Menuonderdeel Sub-onderdeel Functie Parameters Fabrieksinstelling Zie ook blz. F.in — Instellen van de duur van infaden bij afspelen en opnemen 1.0 tot 15.0s 5.0s 45 F.out — Instellen van de duur van uitfaden bij afspelen en opnemen 1.0 tot 15.0s 5.0s 45 Pitch — Wijzigen van de afspeelsnelheid in automatische stappen –48 tot +2 0 43 Pfine — Fijnafregeling van de afspeelsnelheid –98.5 tot +12.5% 0.0% 44 Sleep — Instellen van de duur van de SLEEP-schakelklok 30/60/90/120min 60min 45 Sleep — In- en uitschakelen van de SLEEP-schakelklok On/Off Off 45 Keyboard ? Type Keuze van het type toetsenbord dat op het deck is aangesloten US/JP US 49 Assign ? Toewijzen van een teken aan het toetsenbord dat op het deck is aangesloten — — 52 — Instellen van de klok — — 8 Clock Set ? Een fabrieksinstelling uit het geheugen oproepen Druk op CLEAR terwijl u de par ameter kiest. Zelfdiagnosefunctie Dit systeem heeft een zelfdiagnose-display waar op een code van drie tekens en een melding ver schijnen om u te waarschuwen wanneer het systeem niet goed werkt. Indien de code en melding beurtelings op het display ver schijnen, tref dan de maatr egelen in de onder staande tabel. Indien de storing daardoor niet kan wor den verholpen, neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde Sony-handelaar. Drieletterteken-code/Melding Oorzaak/Maatregel C11/Protected De geplaatste disc is beschermd tegen abusievelijk wissen. , Verwijder de MD en schuif het nokje dicht zodat de opening niet meer zichtbaar is (zie blz. 19). C13/REC Error De opname werd niet goed uitgevoerd. , Breng het systeem naar een plaats zonder trillingen en neem daarna opnieuw op vanaf het begin. De disc is vuil (bijv. olievlekken, vingerafdrukken) of er zitten krassen op, of de geplaatste disc voldoet niet aan de normen. , Gebruik een andere disc en neem daarna opnieuw op vanaf het begin. De inhoudsopgave (TOC) van de MD kon niet goed worden gelezen. , Verwijder de MD en plaats hem daarna opnieuw. C14/Toc Error De inhoudsopgave (TOC) van de MD kon niet goed worden gelezen. , Plaats een andere disc. , Indien mogelijk, wis alle muziekstukken van de disc (blz. 35). C71/Din Unlock Een momentane onderbreking wordt veroorzaakt door de signalen van het digitale programma dat wordt opgenomen. Dit heeft geen invloed op het opgenomen materiaal. Tijdens het opnemen van een digitale component die is verbonden met de DIGITAL IN-aansluiting, werd de digitale aansluitkabel losgekoppeld of werd de digitale component uitgeschakeld. , Sluit de kabel aan of schakel de digitale component weer in. 59NL Aanvullende informatie C13/Read Error Index A E, F, G N Afspelen bepaald muziekstuk. Zie Opzoeken invoeren van het nummer 27 vanaf het eerste muziekstuk 26 Eén-generatie kopieersysteem (Serial Copy Management System) 18 Naamgeving een nieuwe titel geven 41 kopiëren van titels 40 uitleg 39 Afspelen in geprogrammeerde volgorde (Program Play) controleren van de inhoud 30 programma samenstellen 30 veranderen van de inhoud 31 Handmatig muziekstuknummers aanbrengen (Manual Track Marking) 22 Afspelen in willekeurige volgorde (Shuffle Play) 29 Herhaald afspelen van een enkel muziekstuk (Repeat 1 Play) 29 Afstandsbediening 4 Herhaald afspelen van gedeelte tussen punt A en B (Repeat A-B Play) 29 AMS 27 Audio-aansluitsnoer 4, 5 H Herhaald afspelen van alle muziekstukken (Repeat All Play) 28 Automatische pauze na vervangen van stille passages (Auto Cut) 21 Herhalen alle muziekstukken. Zie Herhaald afspelen van alle muziekstukken (Repeat All Play) een gedeelte. Zie Herhaald afspelen van gedeelte tussen punt A en B (Repeat A-B Play) huidige muziekstuk. Zie Herhaald afspelen van een enkel muziekstuk (Repeat 1 Play) B I, J Batterij 4 Bemonsteringsfrequentieomzetter 18 Infaden (Fade In) bij afspelen 44 bij opnemen 44 Bijgeleverde accessoires 4 Ingangsmonitor 20 Automatisch aanbrengen van muziekstuknummers (Automatic Track Marking) aanvullende informatie 23 activeringsniveau 22 uitleg 22 Aanvullende informatie C Inhoudsopgave. Zie TOC CD-synchroonopname 24 Inlassen van stille passages (Auto Space) 31 CONTROL A1 -bedieningssysteem 6, 7 K, L D Klok instellen 8 Digitaal filter 47 M Display-weergave datum van opname 16 disctitel 15 muziekstuktitel 15 resterende opnametijd 14, 15 totaal aantal muziekstukken 14 totale verstreken opnametijd 14 waarde van toonhoogteregeling 16 MD (MiniDisc) opneembare 14, 18 verwijderen 19, 20, 26 voorbespeelde 14 wispreventienokje 19 60NL Meeluisteren naar ingangssignaal. Zie Ingangsmonitor Music Scan 27 Muziek-synchroonopname 24 Niveau ingangssignaal 15 opname 20 uitgangssignaal 15, 26 O Onderverdelen van muziekstukken (Divide) na kiezen van het muziekstuk 36 na kiezen van het punt 37 Ongedaan maken 42 Opnemen opnamefunctie 18 over bestaande muziekstukken heen 19 uitleg 18, 19 Optische kabel 4, 5 Opzoeken bepaald punt 28 muziekstukken 27 P, Q, R Pauzeren na elk muziekstuk (Auto Pause) 32 tijdens afspelen 26 tijdens opname 19 Piekniveaumeters 20 Piekvasthoudfunctie 15 S Samenvoegen van muziekstukken (Combine) 37 Schakelklok afspelen 46 opnemen 46 SCMS. Zie Eén-generatie kopieersysteem (Serial Copy Management System) SLEEP-schakelklok 45 Stille passage invoegen tijdens afspelen. Zie Inlassen van stille passages (AutoSpace) wissen tijdens opname. Zie Vervangen van stille passages (SmartSpace) en Automatische pauze na vervangen van stille passages (Auto Cut) T Tijdmachine-opnamefunctie 23 Titel over display laten bewegen 16 TOC (Inhoudsopgave) 17, 34 Toetsenbord bediening van het deck 51 instelling 49 naamgeving van muziekstuk of MD 50 tekens toewijzen 52 Toonhoogteregelingsfunctie 43 Aanvullende informatie U Uitfaden (Fade Out) bij afspelen 45 bij opnemen 45 V Verplaatsen van muziekstukken (Move) 38 Vervangen van stille passages (Smart Space) 21 W, X, Y, Z Wissen alle muziekstukken 35 alle titels 41 een gedeelte van een muziekstuk 35 een muziekstuk 34 een titel 41 61NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244

Sony MDS-JB930 de handleiding

Categorie
Minidisc-spelers
Type
de handleiding