ProForm PFEX39420-INT de handleiding

Type
de handleiding
Modelnr. PFEX39420-INT.1
Serienr.
Schrijf het serienummer in het vakje
hierboven voor latere raadpleging.
OPGELET
Lees alle voorzorgsmaatregelen
en instructies in deze handleiding
door voordat u deze apparatuur
gebruikt. Bewaar deze handlei-
ding voor latere raadpleging.
Serie-
nummer-
sticker
GEBRUIKERSHANDLEIDING
iconeurope.com
KLANTENSERVICE
Neem contact op met de
Klantenservice (zie informatie hier-
onder) of neem contact op met de
winkel waar u dit product gekocht
heeft wanneer u nog vragen heeft of
wanneer er onderdelen ontbreken of
beschadigd zijn.
207 082 883
Maandag–Vrijdag 08:00–17:00
Website:
iconsupport.eu/nl
Email:
2
PLAATSING WAARSCHUWINGSSTICKER
PLAATSING WAARSCHUWINGSSTICKER. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN ...................................................3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4
ONDERDEEL IDENFICATIESCHEMA ...........................................................5
MONTAGE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
DE TRAININGSFIETS GEBRUIKEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14
HET BEDIENINGSPANEEL GEBRUIKEN .......................................................16
ONDERHOUD EN PROBLEEMOPLOSSING .....................................................20
TRAININGSRICHTLIJNEN ...................................................................22
ONDERDELENLIJST .......................................................................24
GEDETAILLEERDE TEKENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26
VERVANGINGSONDERDELEN BESTELLEN .............................................Achterkant
RECYCLINGINFORMATIE ............................................................Achterkant
INHOUDSOPGAVE
De hier afgebeelde waarschuwingsstic-
kers worden bij dit product meegeleverd.
Bevestig de waarschuwingsstickers op de
aangegeven locatie bovenop de Engelse
waarschuwingen. Raadpleeg de voorkant
van deze handleiding als een sticker
ontbreekt of niet leesbaar is en vraag om
een gratis vervangende sticker. Plak de
sticker op de aangegeven plaats. Let op:
De stickers worden mogelijk niet op ware
grootte weergegeven.
PROFORM en IFIT zijn geregistreerde handelsmerken van ICON Health & Fitness, Inc. App Store is een handels-
merk van Apple Inc., geregistreerd in de VS en andere landen. Android en Google Play zijn handelsmerken van
Google LLC. Het woordmerk Bluetooth
®
en de logo’s zijn geregistreerde handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc.
en worden onder licentie gebruikt. IOS is een handelsmerk of een geregistreerd handelsmerk van Cisco in de VS
en andere landen en wordt onder licentie gebruikt.
418826
3
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
WAARSCHUWING: Lees alle belangrijke voorzorgsmaatregelen en instructies in
deze handleiding, en alle waarschuwingen op uw trainingsets voordat u deze gebruikt om het risico
op ernstig letsel te verminderen. ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade
opgelopen door dit product of tijdens het gebruik van dit product.
1. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar om ervoor te zorgen dat alle gebruikers
van de trainingsets goed geïnformeerd zijn
over alle voorzorgsmaatregelen.
2. Raadpleeg uw huisarts voordat u met een
trainingsprogramma begint. Dit is vooral
belangrijk voor personen ouder dan 35 jaar
of met bestaande gezondheidsproblemen.
3. De trainingsets is niet bedoeld om gebruikt
te worden door personen met verminderd
lichamelijk, zintuiglijk of verstandelijk ver-
mogen of met een gebrek aan ervaring
en kennis, tenzij er toezicht is of tenzij zij
instructies hebben ontvangen over het
gebruik van de trainingsets door iemand
die voor hun veiligheid verantwoordelijk is.
4. Gebruik de trainingsets alleen zoals in deze
handleiding is beschreven.
5. De trainingsets is alleen voor thuisgebruik
bedoeld. Gebruik de trainingsets niet voor
zakelijke, institutionele of verhuurdoeleinden.
6. Houd de trainingsets binnenshuis en uit de
buurt van vocht en stof. Plaats de trainings-
ets niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
7. Plaats de trainingsets op een vlakke onder-
grond met een matje onder de ets om
uw vloer(bedekking) te beschermen. Zorg
dat er tenminste 0,6 m ruimte is rond de
trainingsets.
8. Controleer de onderdelen elke keer dat de
trainingsets wordt gebruikt en draai ze goed
vast. Vervang versleten onderdelen meteen.
9. Houd kinderen jonger dan 16 jaar en huisdie-
ren altijd bij de trainingsets vandaan.
10. De trainingsets kan alleen gebruikt wor-
den door mensen die niet zwaarder zijn dan
115 kg.
11. Draag geschikte kleding tijdens het trainen.
Draag geen losse kleding die in de trai-
ningsets bekneld kan raken. Draag altijd
sportschoenen voor voetbescherming.
12. Wees voorzichtig bij het op- en afstappen
van de trainingsets.
13. Houd uw rug tijdens het gebruik van de trai-
ningsets altijd recht. Krom uw rug niet.
14. De trainingsets heeft geen vrijloop; de
pedalen blijven ronddraaien totdat het vlieg-
wiel stopt. Verlaag op beheerste wijze uw
etssnelheid.
15. Om het vliegwiel snel te stoppen, drukt u de
remknop omlaag.
16. Als de trainingsets niet wordt gebruikt,
draai de remknop dan helemaal vast om te
voorkomen dat het vliegwiel gaat bewegen.
17. Om schade aan de remblokken te vermijden,
dient u de remblokken niet te smeren.
18. Te veel trainen kan leiden tot ernstig letsel
of de dood. Stop onmiddellijk en begin met
afkoelen als u tijdens het trainen uitgeput
raakt, kortademig wordt of pijn voelt.
4
Dank u dat u hebt gekozen voor de nieuwe PROFORM
®
LE TOUR DE FRANCE CBC trainingsets. Fietsen
is een effectieve training voor het verbeteren van het
hart- en vaatstelsel, het opbouwen van uithoudingsver-
mogen en het in vorm brengen van uw lichaam. De LE
TOUR DE FRANCE CBC trainingsets biedt een reeks
functies die zijn ontwikkeld om uw trainingen thuis effec-
tiever en leuker te maken.
Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u
de trainingsets gebruikt. Raadpleeg de voorkant
van deze handleiding als u na het doorlezen van deze
handleiding nog vragen hebt. Noteer het product-
model- en serienummer voordat u contact met ons
opneemt, zodat wij u van dienst kunnen zijn. U vindt
het modelnummer en de locatie van de serienummer-
sticker op de voorkant van deze handleiding.
Voordat u verder leest, dient u zich vertrouwd te maken
met de onderdelen die in de onderstaande tekening
zijn aangegeven.
Remknop
Zadel
Afstelhendel
Afstelhendel
*Bidon is niet inbegrepen
Pedaal/Riem
Stelvoet
Handvat
Bedieningspaneel
VOORDAT U BEGINT
Wiel
Hendel van de Drager
Bidonhouder*
Lengte: 133 cm
Breedte: 56 cm
Gewicht: 44 kg
5
ONDERDEEL IDENFICATIESCHEMA
Raadpleeg de onderstaande afbeeldingen voor een overzicht van de kleine onderdelen die nodig zijn voor mon-
tage. Het nummer tussen haakjes onder elke tekening is het referentienummer van het onderdeel. U vindt alle
onderdelen terug in de ONDERDELENLIJST achterin deze handleiding. Het getal volgend op het referentienummer
geeft het aantal te monteren onderdelen aan. Let op: Als er een onderdeel van de kit met bevestigingsonder-
delen lijkt te ontbreken, controleer dan eerst of het vooraf al is gemonteerd. Er kunnen extra onderdelen
zijn meegeleverd.
M6 Boutset (70)–2
M10 x 25mm
Schroef (69)–4
M4 x 20mm
Schroef
(80)–1
M4 x 16mm
Schroef
(87)–4
M4 x 12mm
Schroef
(81)–4
6
1
De montage moet door twee personen worden
uitgevoerd.
Plaats alle onderdelen op een open plek en
verwijder het verpakkingsmateriaal. Gooi het
verpakkingsmateriaal niet weg tot u volledig klaar
bent met de montage.
De linkeronderdelen worden aangegeven met
“L” of “Left” en de rechteronderdelen met “R” of
“Right”.
U hebt behalve het meegeleverde gereedschap
ook het volgende gereedschap nodig:
een kruiskopschroevendraaier
een verstelbare moersleutel
een rubberhamer
een schaar
Het monteren gaat mogelijk eenvoudiger met
uw eigen set sleutels. Gebruik geen elektrisch
gereedschap om schade aan onderdelen te
voorkomen.
MONTAGE
1. Ga naar iconsupport.eu op uw computer en
registreer uw product om:
• uw eigendom vast te leggen
uw garantie te activeren
prioriteit bij klantondersteuning te krijgen als u
ooit hulp nodig heeft
Let op: Indien u geen toegang tot internet heeft,
kunt u bellen met de Klantenservice (zie de
voorkant van deze handleiding) en uw product
registreren.
7
2. Als er verzendschroeven (niet afgebeeld) zijn
bevestigd aan de voorkant en de achterkant van
het Onderstel (1), verwijder de verzendschroe-
ven en de hardware waaraan ze bevestigd zitten
dan en gooi ze weg.
Richt de Voorste Stabilisator (2) zoals afgebeeld
en bevestig deze aan het Onderstel (1) met twee
M10 x 25mm Schroeven (69).
2
69
2
1
69
3
3
3. Maak de Achterste Stabilisator (3) aan het
Onderstel (1) vast met twee M10 x 25mm
Schroeven (69).
1
8
1
4
7
14
4. Tip: Zie de inzettekening om te leren hoe de
Afstelhendel (14) bediend moet worden.
Zoek de Afstelhendel (14) aan de achterkant van
het Onderstel (1). Trek de Afstelhendel naar bui-
ten en schuif de Zadelstang (7) in het Onderstel.
Verplaats de Zadelstang (7) vervolgens omhoog
of omlaag in de gewenste positie en laat de
Afstelhendel (14) los in een van de afstelgaten
in de Zadelstang en zet dan de Afstelhendel
vast met vier slagen. Zorg ervoor dat de
Afstelhendel goed vastzit in een afstelgat.
Trek vervolgens de Afstelhendel (14) naar bui-
ten, draai deze zo dat deze naar beneden wijst
zoals afgebeeld en laat hem dan los.
Hendel losmaken
Trekken aan
hendel
Stang afstellen
Hendel loslaten
Hendel
vastmaken
Trekken aan
hendel
Hendel omlaag
draaien
5
16
5. Let op: U kunt desgewenst uw eigen pedalen
bevestigen.
Zoek het Rechterpedaal (16). Draai met gebruik
van de meegeleverde Engelse sleutel het
Rechterpedaal naar rechts goed vast in de
Rechtercrankarm (18).
Draai het Linkerpedaal (17) naar links stevig
vast in de Linkercrankarm (niet getoond).
BELANGRIJK: U moet het Linkerpedaal
linksom draaien om het te bevestigen.
18
17
9
6. Laat een tweede persoon het Handvat (4) bij het
Onderstel (1) houden.
Vind vervolgens de kabelbinder (A) in het Onder-
stel (1). Bind de kabelbinder aan de Bovenste
Draad (90) in het Handvat (4). Trek vervolgens
aan de onderkant van de kabelbinder tot de
Bovenste Draad helemaal door het Onderstel
loopt. Maak de kabelbinder los en gooi hem
weg.
Tip: Zie de bovenste inzettekening om te
leren hoe de Afstelhendel (14) bediend moet
worden.
Zoek vervolgens de Afstelhendel (14) aan
de voorkant van het Onderstel (1). Trek de
Afstelhendel naar buiten. Steek vervolgens het
Handvat (4) in het Onderstel.
Verplaats het Handvat (4) omlaag en laat de
Afstelhendel (14) los in het aangegeven afstelgat
(B). Draai vervolgens de Afstelhendel vier slagen
vast. Zorg ervoor dat de Afstelhendel goed
vastzit in het afstelgat.
Trek vervolgens de Afstelhendel (14) naar bui-
ten, draai deze zo dat deze naar beneden wijst
zoals afgebeeld en laat hem dan los.
Zie de onderste inzettekening. Steek de
Bovenste Draad (90) door de tiewrap (C) op het
Onderstel (1); sluit de Bovenste Draad niet
aan en trek de tiewrap nog niet aan.
6
C
4
B
14
A
A
1
1
90
C
90
Hendel
losmaken
Trekken aan
hendel
Stang
afstellen
Hendel
loslaten
Hendel
vastmaken
Trekken aan
hendel
Hendel
omlaag
draaien
10
7. Zie de inzettekening. Sluit de aansluiting op de
Bovenste Draad (90) aan op de aansluiting op
de Onderste Draad (82).
Trek vervolgens de tiewrap (C) rond het aange-
geven merkteken (D) op de Bovenste Draad (90)
aan. Knip vervolgens de overige tiewrap af.
90
82
C
D
90
82
8
8. Tip: Zorg dat de draden niet klem komen te
zitten. Druk de Motorkap (38) op het Onderstel
(1) en bevestig hem vervolgens met een M4 x
20mm Schroef (80).
80
38
1
Zorg dat de
draden niet
klem komen
te zitten
7
C
11
9. Maak de kabelbinder (E), die de Bovenste Draad
(90) aan het Handvat (4) bevestigd, los.
Terwijl een tweede persoon de Bedienings-
paneelmodule (5) bij het Handvat (4) vasthoudt,
sluit u de Verlengdraad (12) in de Bedienings-
paneelmodule aan op de Bovenste Draad (90) in
het Handvat (4).
Tip: Zorg dat de draden niet klem komen te
zitten. Trek voorzichtig aan de aangegeven
kabelbinder (F) terwijl u de Bedieningspaneel-
module (5) op het Handvat (4) schuift. Blijf
trekken aan de kabelbinder tot de Verlengdraad
(12) door de Bedieningspaneelmodule is geleid.
Zorg ervoor dat de draden in het Handvat uit
de buurt van de boutgaten zijn.
Let op: U kunt de Bedieningspaneelmodule (5)
op de standaardpositie of de verlengde positie
bevestigen. Voor de standaardpositie lijnt u de
Bedieningspaneelmodule uit met de binnenste
gaten (G, H). Voor de verlengde positie, lijnt u de
Bedieningspaneelmodule uit met de buitenste
gaten (H, I).
Tip: Zorg dat de draden niet klem komen te
zitten. Bevestig de Bedieningspaneelmodule (5)
met twee M6 Boutsets (70).
9
70
E
90
5
G
H
I
F
12
4
Zorg dat de
draden niet klem
komen te zitten
70
10
87
87
89
10. BELANGRIJK: Plaats geen batterijen in het
Bedieningspaneel (6) totdat u hierom wordt
gevraagd in montagestap 13. Als batterijen
worden geplaatst voordat de Draad van het
Bedieningspaneel (J) is aangesloten, werkt
het Bedieningspaneel niet goed.
Richt de Behuizing van het Bedieningspaneel
(86) en het Dek van het Bedieningspaneel (89)
zoals getoond.
Bevestig de Behuizing van het Bedieningspaneel
(86) aan het Dek van het Bedieningspaneel (89)
met vier M4 x 16mm Schroeven (87). Draai alle
Schroeven aan en draai ze daarna vast.
86
6
J
Plaats de batterijen
nog niet in het
Bedieningspaneel
(6)
12
11
59
5
89
11. Terwijl een tweede persoon het Dek van het
Bedieningspaneel (89) vasthoudt bij de Bedie-
ningspaneelmodule (5), sluit u de Draad van het
Bedieningspaneel (J) aan op de Verlengdraad
(12).
Druk vervolgens de Draadbeschermer (59) rond
de Draad van het Bedieningspaneel (J) in de
weergegeven locatie.
Steek vervolgens de Draden (J, 12) in de
Bedieningspaneelmodule (5), en druk de Draad-
beschermer (59) in de Bedieningspaneelmodule.
J
12
12. Tip: Zorg dat de draden niet klem komen te
zitten. Kantel indien nodig de Beugel van
het Bedieningspaneel (26) omhoog om deze
stap makkelijker te maken. Bevestig het Dek
van het Bedieningspaneel (89) aan de Beugel
van het Bedieningspaneel met vier M4 x 12mm
Schroeven (81); draai alle Schroeven aan en
draai ze daarna vast.
12
Zorg dat de draden
niet klem komen te
zitten
89
81
26
81
13
14. Nadat de trainingsets is gemonteerd, controleert u of deze juist is gemonteerd en goed werkt en of
alle onderdelen goed zijn bevestigd. Er kunnen extra onderdelen zijn meegeleverd. Plaats een matje onder
de trainingsets om de vloer(bedekking) te beschermen.
13
13. Het Bedieningspaneel (6) vereist drie
AA-batterijen (niet meegeleverd); alkalinebat-
terijen worden aanbevolen. Gebruik geen oude
en nieuwe batterijen of alkaline, standaard en
oplaadbare batterijen samen. BELANGRIJK:
Als het Bedieningspaneel aan koude tempe-
raturen is blootgesteld geweest, laat deze
dan eerst op kamertemperatuur komen voor-
dat u er batterijen insteekt. Anders kunt u de
displays van het bedieningspaneel of andere
elektrische onderdelen beschadigen.
Zie de inzettekening. Druk op het lipje op de
deksel van de batterij (K) en verwijder de deksel
van de batterij. Plaats vervolgens drie batte-
rijen in de batterijlade; zorg ervoor dat u de
batterijen richt zoals wordt weergegeven op
de tekening aan de binnenkant van de bat-
terijlade. Maak dan de deksel van de batterij
opnieuw vast.
6
K
14
DE TRAININGSFIETS WATERPAS STELLEN
Als de trainingsets
tijdens het gebruik
enigszins wiebelt op
de vloer, dan draait
u aan één of aan
beide stelvoeten (A)
onder de achterste
stabilisator, totdat het
wiebelen weg is.
DE HOEK VAN HET ZADEL AFSTELLEN
U kunt de hoek van het zadel afstellen in de meest
comfortabele positie. U kunt ook het zadel naar voren
of achteren schuiven om uw comfort te verhogen, of
om de afstand tot het handvat af te stellen.
Om het zadel af
te stellen, draait u
de moeren (B) op
de zadelklem een
paar draaien los, en
kantelt u het zadel
omhoog of omlaag
of schuift u het zadel
naar voren of naar
achteren naar de gewenste stand. Maak de moeren
weer vast.
DE POSITIE VAN HET ZADEL HORIZONTAAL
AFSTELLEN
Draai, om de stand
van het zadel af te
stellen, de hendel
van de drager (C)
een paar slagen los
en schuif vervolgens
het zadel naar voren
of naar achteren tot
de gewenste stand.
Maak vervolgens de
hendel van de drager
stevig vast.
Let op: De hendel van de drager (C) werkt als
een ratel. U kunt de hendel van de drager naar de
gewenste richting draaien, naar buiten trekken, in de
tegenovergestelde richting draaien, weer naar binnen
drukken, en vervolgens opnieuw naar de gewenste
richting draaien. U kunt dit proces zo vaak als u wilt
herhalen.
DE ZADELSTANG AFSTELLEN
Voor een effectieve training moet het zadel op de juiste
hoogte zijn. Wanneer de pedalen in de laagste stand
staan moeten uw knieën tijdens het etsen wat gebo-
gen zijn.
Om de hoogte van
de zadelstang af
te stellen, draait
u de afstelhen-
del (D) eerst vier
slagen los en
trekt u hem naar
buiten. Beweeg
vervolgens de
zadelstang
omhoog of
omlaag, laat
de afstelhendel
in een van de
afstelgaten in de
zadelstang los en
draai de afstel-
hendel stevig
vast met vier slagen. Zorg ervoor dat de afstelhen-
del goed vastzit in een afstelgat. Trek vervolgens de
afstelhendel naar buiten, draai deze zo dat deze naar
beneden wijst zoals afgebeeld en laat hem dan los.
A
A
B
C
D
DE TRAININGSFIETS GEBRUIKEN
15
HET HANDVAT AFSTELLEN
Om de hoogte
van het hand-
vat af te stellen,
draait u de afstel-
hendel (E) eerst
vier slagen los en
trekt u hem naar
buiten. Beweeg
het handvat ver-
volgens omhoog
of omlaag, laat
de afstelhendel
in een van de
afstelgaten in het
handvat los en
draai de afstel-
hendel met vier
slagen stevig
vast. Zorg ervoor dat de afstelhendel goed vastzit
in een afstelgat. Trek vervolgens de afstelhendel naar
buiten, draai deze zo dat deze naar beneden wijst
zoals afgebeeld en laat hem dan los.
Om de horizontale positie van het handvat af te
stellen, kijk u bij montagestap 9 op bladzijde 11.
DE PEDALEN GEBRUIKEN
Om de pedalen (F)
te gebruiken, steekt
u uw schoenen in de
teenkooien en trekt u
aan de uiteinden van
de teenriemen. Om
de teenriemen af te
stellen, houdt u de
lipjes op de gespen
ingedrukt, stelt u de
teenriemen af op de gewenste stand en laat u de lipjes
los.
Let op: U kunt desgewenst uw eigen pedalen aan
de trainingsets bevestigen.
DE REMKNOP GEBRUIKEN
Om de weerstand
van de pedalen te
wijzigen, drukt u op
de toetsen op het
bedieningspaneel
(zie stap 2 op
bladzijde 17). Om
het vliegwiel te
stoppen, drukt u
de remknop (G)
omlaag. Het vlieg-
wiel moet geheel tot
stilstand gebracht worden.
BELANGRIJK: Draai de remknop (G) helemaal vast
als de trainingsets niet wordt gebruikt.
E
F
F
G
16
Wally 17
EBPF63919
PFEX63919
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Met het eenvoudig te gebruiken bedieningspaneel kunt
u de weerstand van de pedalen met één druk op de
knop wijzigen en krijgt u direct feedback over uw oefe-
ningen tijdens uw trainingen.
U kunt ook uw hartslag meten met een optionele
hartslagmonitor. Zie bladzijde 19 voor infor-
matie over de aanschaf van een optionele
borstkas-hartslagmonitor.
U kunt ook uw tablet op het bedieningspaneel aanslui-
ten en de iFit
®
app gebruiken om uw trainingsinformatie
vast te leggen en bij te houden.
Voor gebruik van de handmatige modus, zie
bladzijde 17. Om uw tablet aan te sluiten op het
bedieningspaneel, zie bladzijde 18. Om uw hartslag-
monitor aan te sluiten op het bedieningspaneel, zie
bladzijde 19.
Let op: Als er een laagje plastic op het display zit, moet
u dat verwijderen.
DIAGRAM VAN HET
BEDIENINGSPANEEL
HET BEDIENINGSPANEEL GEBRUIKEN
17
DE HANDMATIGE MODUS GEBRUIKEN
1. Begin te etsen of druk op een toets op het
bedieningspaneel om het bedieningspaneel aan
te zetten.
Het display gaat aan als u het bedieningspaneel
inschakelt. Op dat moment is het bedieningspaneel
klaar voor gebruik.
2. Verander de weerstand van de pedalen.
Tijdens het etsen kunt u de weerstand van de
pedalen wijzigen door op de toename- en de afna-
metoets te drukken.
Let op: Als u een toets hebt ingedrukt, duurt het
even voordat de pedalen het geselecteerde weer-
standsniveau bereiken.
Indien het bericht CH0 of CH1 op de display
verschijnt wanneer u op de toename- en de
afnametoets drukt, moet u het weerstandssyteem
opnieuw kalibreren. Zie eerst montagestap 13 op
bladzijde 13 en verwijder de batterijen uit het bedie-
ningspaneel. Houd vervolgens een willekeurige
toets op het bedieningspaneel 20 seconden inge-
drukt. Laat dan de toets los en plaats de batterijen
opnieuw in het bedieningspaneel; de trainings-
ets zal zich aan het laagste weerstandsniveau
aanpassen.
3. Bekijk uw voortgang op het display.
Het display kan de volgende trainingsinformatie
bevatten:
Scanpijlpictogram (scan) – Deze modus toont
de snelheids-, hartslag-, calorieën-, weerstands-,
TPM-, tijd- en afstandsmodus, elk voor een paar
seconden in een herhalende cyclus.
Konijnpictogram (snelheid) – Deze modus toont
uw etssnelheid in mijlen per uur.
Hartpictogram (hartslag) – Deze modus toont uw
hartslag in slagen per minuut wanneer u gebruik
maakt van een optionele hartslagmonitor (zie stap
4).
Vlammetjepictogram (calorieën) – Deze modus
toont het geschatte aantal calorieën dat u heeft
verbrand tijdens uw training.
Handgewichtpictogram (weerstand) – Deze
modus toont het huidige weerstandsniveau van de
pedalen.
Circulaire pijlpictogram (TPM) – Deze modus
toont uw etssnelheid, in rotaties per minuut
(TPM).
Klokpictogram (tijd) – Deze modus toont de ver-
streken tijd die u heeft geetst tijdens uw training.
Wegpictogram (afstand) – Deze modus toont de
afstand die u heeft geetst tijdens uw training in
mijlen.
Scanmodus
Wanneer het
bedieningspaneel
aan staat, zal de
scanmodus auto-
matisch worden
geselecteerd. Het
scanpijlpictogram
(A) verschijnt
in de display
wanneer de scan-
modus is geselecteerd. Let op: Als een andere
modus is geselecteerd, selecteert u de scanmodus
opnieuw door herhaaldelijk op de toets Display te
drukken.
Snelheids-, hart-
slag-, calorieën-,
weerstands-,
TPM-, tijd- en
afstandsmodus
Om een van deze
modi te selecteren
voor doorlopende
weergave, drukt u
herhaaldelijk op de
toets Display. De moduspictogrammen geven aan
welke modus is geselecteerd. Zorg dat het scan-
pijlpictogram daar niet meer verschijnt.
Stop eenvoudigweg met etsen om het bedie-
ningspaneel te pauzeren. Het bedieningspaneel zal
een paar minuten pauzeren. Begin gewoon weer te
etsen om door te gaan met uw training.
Om uw training te beëindigen en de display op
nul te resetten, stopt u eenvoudigweg met etsen
en wacht een paar minuten to de display van het
bedieningspaneel zich reset.
A
18
4. Draag eventueel een hartslagmonitor en meet
uw hartslag.
U kunt een optionele hartslagmonitor dragen om
uw hartslag te meten. Zie bladzijde 19 voor meer
informatie over de optionele hartslagmonitor. Let
op: Het bedieningspaneel ondersteunt Bluetooth
®
Smart hartslagmonitoren.
Om uw hartslagmonitor aan te sluiten op het
bedieningspaneel, zie UW HARTSLAGMONITOR
AANSLUITEN OP HET BEDIENINGSPANEEL op
bladzijde 19.
Als uw hartslag niet wordt weergegeven, dient
u ervoor te zorgen dat de hartslagmodus wordt
getoond.
5. Het bedieningspaneel gaat automatisch uit als
u klaar bent met uw training.
Het bedieningspaneel heeft een automatische uit-
schakelfunctie. Als gedurende een paar minuten de
pedalen niet worden bewogen en er niet op toetsen
van het bedieningspaneel wordt gedrukt, zal het
bedieningspaneel automatisch uitgaan.
BELANGRIJK: Zorg ervoor dat u uw tablet en
uw hartslagmonitor loskoppelt van het bedie-
ningspaneel wanneer u klaar bent met trainen
(zie deze bladzijde en bladzijde 19). Als u dit
niet doet, kan het bedieningspaneel niet uit-
gaan en raken de batterijen eerder leeg.
UW TABLET OP HET BEDIENINGSPANEEL
AANSLUITEN
Het bedieningspaneel ondersteunt Bluetooth-
verbindingen naar tablets via de iFit-app en naar
compatibele hartslagmonitoren. Let op: Andere
Bluetooth-verbindingen worden niet ondersteund.
1. Download en installeer de iFit-app op uw tablet.
Open, op uw iOS
®
of Android™ tablet, de App
Store℠ of de Google Play™ store, zoek naar de
gratis iFit-app en installeer de app op uw tablet.
Zorg ervoor dat Bluetooth op uw tablet is
ingeschakeld.
Open dan de iFit-app en volg de instructies om een
iFit-account aan te maken en instellingen aan te
passen.
2. Sluit uw hartslagmonitor aan op het
bedieningspaneel.
Indien u zowel uw hartslagmonitor als uw tablet op
het bedieningspaneel wilt aansluiten, dient u eerst
uw hartslagmonitor aan te sluiten voordat u uw
tablet aansluit. Zie UW HARTSLAGMONITOR
AANSLUITEN OP HET BEDIENINGSPANEEL op
bladzijde 19.
3. Sluit uw tablet aan op het bedieningspaneel.
Druk op de iFit-toets op het bedieningspaneel;
het koppelingsnummer van het bedieningspaneel
wordt op de display weergegeven. Volg vervol-
gens de instructies op de iFit-app om uw tablet op
het bedieningspaneel aan te sluiten. Wanneer uw
tablet is aangesloten, zal het Bluetooth-pictogram
in de display verschijnen.
4. Leg uw trainingsinformatie vast en houd die bij.
Volg de instructies op de iFit-app om uw trainings-
informatie vast te leggen en bij te houden.
5. Ontkoppel uw tablet desgewenst van het
bedieningspaneel.
Om uw tablet te ontkoppelen van het bedienings-
paneel, dient u eerst de ontkoppelingsoptie in de
iFit-app te selecteren. Houd vervolgens de iFit-
toets op het bedieningspaneel ingedrukt.
Let op: Alle Bluetooth-verbindingen tussen het
bedieningspaneel en andere toestellen (inclu-
sief tablets, hartslagmonitoren, etc.) worden dan
ontkoppeld.
19
UW HARTSLAGMONITOR AANSLUITEN OP HET
BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel ondersteunt alle Bluetooth
Smart hartslagmonitoren.
Druk op de iFit-toets op het bedieningspaneel om uw
Bluetooth Smart hartslagmonitor met het bedienings-
paneel te verbinden; het koppelingsnummer van
het bedieningspaneel zal in de display verschijnen.
Wanneer uw hartslagmonitor is aangesloten, zal het
Bluetooth-pictogram in de display verschijnen.
Let op: Als er meer dan één compatibele hartslagmoni-
tor in de nabijheid van het bedieningspaneel is, maakt
het bedieningspaneel verbinding met de hartslagmoni-
tor met het sterkste signaal.
Om uw hartslagmonitor los te koppelen van het
bedieningspaneel, houdt u de iFit-toets op het bedie-
ningspaneel ingedrukt.
Let op: Alle Bluetooth-verbindingen tussen het bedie-
ningspaneel en andere toestellen (inclusief tablets,
hartslagmonitoren, etc.) worden dan ontkoppeld.
DE OPTIONELE BORSTKAS-HARTSLAGMONITOR
Het maakt niet
uit of u vet wilt
verbranden
of uw hart- en
vaatstelsel wilt
verbeteren: De
beste resulta-
ten behaalt u
door de juiste
hartslag tijdens
uw training te
behouden. Met de optionele borstkas-hartslagmoni-
tor kunt u tijdens de training voortdurend uw hartslag
meten. Dat zal u helpen uw persoonlijke tnessdoelen
te behalen. Kijk op de voorkant van deze hand-
leiding om een borstkas-hartslagmonitor aan te
schaffen.
Let op: Het bedieningspaneel ondersteunt alle
Bluetooth Smart hartslagmonitoren.
20
DE TRAININGSFIETS ONDERHOUDEN
Regelmatig onderhoud is belangrijk voor een optimale
werking en om slijtage te verminderen. Controleer
de onderdelen elke keer dat de trainingsets wordt
gebruikt en draai ze goed vast. Vervang versleten
onderdelen meteen.
Gebruik een vochtige doek en een klein beetje milde
zeep om de trainingsets te reinigen. BELANGRIJK:
Houd vloeistoffen uit de buurt van het bedienings-
paneel om schade aan het bedieningspaneel te
voorkomen en houd het bedieningspaneel uit
direct zonlicht.
PROBLEMEN MET HET BEDIENINGSPANEEL
OPLOSSEN
Wanneer de display van het bedieningspaneel niet
meer goed oplicht, moeten de batterijen vervangen
worden (zie montagestap 13 op bladzijde 13). De
meeste problemen met het bedieningspaneel ontstaan
door lege batterijen.
Haal de batterijen uit het bedieningspaneel als de trai-
ningsets voor langere tijd niet wordt gebruikt.
Indien het bericht CH0 of CH1 op de display verschijnt
wanneer u op de toename- en de afnametoets drukt,
moet u het weerstandssysteem opnieuw kalibreren. Zie
eerst montagestap 13 op bladzijde 13 en verwijder de
batterijen uit het bedieningspaneel. Houd vervolgens
een willekeurige toets op het bedieningspaneel 20
seconden ingedrukt. Laat dan de toets los en plaats de
batterijen opnieuw in het bedieningspaneel; de trai-
ningsets zal zich aan het laagste weerstandsniveau
aanpassen.
PROBLEMEN MET DE TABLETHOUDER
OPLOSSEN
Als de tablethouder niet
op zijn plaats blijft, draait
u de tablethouder naar
achteren en maakt u
de borgmoer (A) in de
montagebeugel vast tot
de tablethouder op zijn
plaats blijft als deze naar
de gewenste positie wordt
gedraaid.
DE SNELHEIDSSENSOR AFSTELLEN
Als het bedieningspaneel gegevens niet goed weer-
geeft, moet u de snelheidssensor afstellen.
Voor het afstellen van de snelheidssensor, zoekt u de
Snelheidssensor (57) aan de linkerkant van de trai-
ningsets. Draai de twee M4 x 16mm Schroeven (87)
wat los.
Draai vervolgens de Linkercrankarm (19) totdat
een Magneet (62) op gelijke hoogte komt met de
Snelheidssensor (57). Schuif de Snelheidssensor wat
dichter naar de Magneet toe of verder van de Magneet
af. Draai dan de M4 x 16mm Schroeven (87) weer
vast.
Draai even aan de Linkercrankarm (19). Herhaal de
bovenstaande procedure tot het bedieningspaneel de
juiste feedback weergeeft.
A
19
87
62
57
ONDERHOUD EN PROBLEEMOPLOSSING
21
DE AANDRIJFRIEM AFSTELLEN
Het kan zijn dat de aandrijfriem moet worden afgesteld
wanneer u de pedalen voelt slippen tijdens het etsen
zelfs wanneer de weerstand in de hoogste stand staat.
Om de aandrijfriem af te stellen, zoekt u de Kap van de
Spanrol (36). Verwijder de M4 x 16mm Flensschroef
(11) en de Kap van de Spanrol.
Draai vervolgens de M10 x 50mm Schroef (65) vast
totdat de Aandrijfriem (niet afgebeeld) strak staat.
Maak de Kap van de Spanrol (36) weer vast wanneer
de Aandrijfriem (niet afgebeeld) strak staat.
11
65
36
22
Deze richtlijnen helpen u bij het uitvoeren van uw trai-
ningsprogramma. Raadpleeg een goed aangeschreven
boek of maak een afspraak met uw huisarts voor
gedetailleerde trainingsinformatie. Onthoud dat goede
voeding en voldoende rust essentieel zijn voor succes-
volle resultaten.
TRAININGSINTENSITEIT
Het maakt niet uit of u vet wilt verbranden of uw hart-
en vaatstelsel wilt verbeteren: De beste resultaten
behaalt u door op de juiste intensiteit te trainen. U kunt
het juiste intensiteitsniveau bepalen door uw hartslag
als leidraad te gebruiken. Het diagram hieronder geeft
de aanbevolen hartslagen aan voor vetverbranding en
voor aerobic-oefeningen.
Zoek uw leeftijd (leeftijden zijn afgerond op de dichts-
bijzijnde tien jaar) onderaan het overzicht om het
juiste intensiteitsniveau te bepalen. De drie getallen
boven uw leeftijd bepalen uw “trainingszone”. Het
laagste getal is de hartslag voor vetverbranding, het
middelste getal is de hartslag voor maximale vetver-
branding en het hoogste getal is de hartslag voor
aerobic-oefeningen.
Vet Verbranden – U moet gedurende een langere
tijd op een lage intensiteit trainen om vet effectief te
verbranden. Tijdens de eerste minuten training ver-
bruikt uw lichaam koolhydraten voor energie. Pas na
de eerste minuten training begint uw lichaam met het
verbranden van opgeslagen vetcalorieën voor energie.
Als het uw doel is om vet te verbranden, stelt u de
intensiteit van uw training in totdat uw hartslag rond het
laagste getal van uw trainingszone zit. Als u maximaal
vet wilt verbranden, traint u totdat uw hartslag rond het
middelste getal van uw trainingszone ligt.
Aerobic-oefeningAls het uw doel is om uw hart- en
vaatstelsel te versterken, moet u een aerobic-oefening
uitvoeren wat een activiteit is die grote hoeveelheden
zuurstof vereist gedurende langere perioden. Stel de
intensiteit van uw oefening af totdat uw hartslag rond
het hoogste getal van uw trainingszone ligt als u een
aerobic-oefening wilt uitvoeren.
UW HARTSLAG METEN
U moet minstens vier
minuten trainen om
uw hartslag te kunnen
meten. Stop dan met
trainen en plaats twee
vingers op uw pols zoals
is afgebeeld. Neem uw
hartslag gedurende zes
seconden op en verme-
nigvuldig het resultaat met 10 om uw hartslag te weten.
Als u bijvoorbeeld 14 hartslagen in zes seconden tijd
voelt, dan is uw hartslag 140 slagen per minuut.
TRAININGSRICHTLIJNEN
Warming Up – Begin gedurende 5 tot 10 minuten met
strekken en lichte trainingen. Een juiste warming up
verhoogt uw lichaamstemperatuur en uw hartslag en
bevordert uw bloedsomloop als voorbereiding op uw
training.
Trainingszone-oefening – Train gedurende 20 tot
30 minuten en houd uw hartslag in de trainingszone.
(Houd tijdens de eerste paar weken van uw trainings-
programma uw hartslag niet langer dan 20 minuten in
uw trainingszone.) Adem regelmatig en diep in tijdens
het trainen. Houd nooit uw adem in.
Afkoelen – Eindig met 5 tot 10 minuten strekken.
Strekken bevordert de soepelheid van uw spieren en
helpt problemen voorkomen na de training.
TRAININGSFREQUENTIE
Voer per week drie trainingen uit en houd ten minste
één dag rust tussen de trainingen om uw conditie
op peil te houden of te verbeteren. Na een aantal
maanden regelmatig trainen, kunt u dit desgewenst uit-
bouwen naar vijf trainingen per week. Onthoud dat het
dagelijks regelmatig oefeningen doen en hier plezier in
hebben, de sleutel tot uw succes is.
WAARSCHUWING:
Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of
een ander trainingsprogramma begint. Dit is
vooral belangrijk voor personen ouder dan 35
jaar of met bestaande gezondheidsproblemen.
TRAININGSRICHTLIJNEN
23
AANBEVOLEN STREKOEFENINGEN
De juiste manier voor verschillende basisstrekoefeningen wordt rechts weergegeven. Beweeg langzaam bij het
strekken en spring nooit op.
1. Teen Aanraken Strekoefening
Sta met lichtgebogen knieën en buig langzaam vanuit uw heupen
naar voren. Houd uw rug en schouders ontspannen als u zover
mogelijk richting uw tenen naar beneden reikt. Houd deze positie
gedurende 15 tellen vast en ontspan dan weer. Herhaal dit 3 keer.
Strekken: Hamstrings, achterkant van de knieën en rug.
2. Strekken van de Hamstrings
Ga zitten met één uitgestrekt been. Breng de zool van de andere
voet naar u toe en laat deze tegen de binnenkant van de dij van uw
uitgestrekte been rusten. Probeer zover mogelijk naar uw teen te
reiken. Houd deze positie gedurende 15 tellen vast en ontspan dan
weer. Herhaal dit drie keer voor elk been. Strekken: Hamstrings,
onderrug en liezen.
3. Strekken van Kuiten/Achillespees
Reik naar voren met het ene been voor het ander en plaats uw han-
den tegen een muur. Houd uw achterbeen gestrekt en uw achterste
voet plat op de vloer. Buig uw voorste been, leun naar voren en
beweeg uw heupen in de richting van de muur. Houd deze positie
gedurende 15 tellen vast en ontspan dan weer. Herhaal dit drie keer
voor elk been. Als u uw achillespezen nog verder wilt strekken, buigt
u ook uw achterste been. Strekken: Kuiten, achillespezen en enkels.
4. Strekken van de Quadriceps
Leun met een hand tegen de muur voor balans en reik met de
andere hand naar achteren en grijp uw voet. Breng uw hiel zo dicht
mogelijk bij uw billen. Houd deze positie gedurende 15 tellen vast
en ontspan dan weer. Herhaal dit drie keer voor elk been. Strekken:
Quadriceps en heupspieren.
5. Strekken Binnenkant Dijbeen
Zit met de zolen van uw voeten tegen elkaar aan en richt uw knieën
naar buiten. Trek uw voeten zover mogelijk naar uw liezen. Houd
deze positie gedurende 15 tellen vast en ontspan dan weer. Herhaal
dit 3 keer. Strekken: Quadriceps en heupspieren.
1
2
3
4
5
24
1 1 Onderstel
2 1 Voorste Stabilisator
3 1 Achterste Stabilisator
4 1 Handvat
5 1 Bedieningspaneelmodule
6 1 Bedieningspaneel
7 1 Zadelstang
8 1 Zadel
9 1 Arm van het Zadel
10 1 Drager van het Zadel
11 10 M4 x 16mm Flensschroef
12 1 Verlengdraad
13 1 Hendel van de Drager
14 2 Afstelhendel
15 1 Bidonhouder
16 1 Rechterpedaal
17 1 Linkerpedaal
18 1 Crank/Rechtercrankarm
19 1 Linkercrankarm
20 1 Weerstandskabel
21 1 Weerstandbeugel
22 1 Weerstandveer
23 1 Weerstandsmagneet
24 1 Weerstandsmotor
25 1 Remknop
26 1 Beugel van het Bedieningspaneel
27 1 Remas
28 1 Remveer
29 1 Rembeugel
30 2 Remtussenstuk
31 1 Spanrol
32 1 Beugel van de Kap
33 1 Kap van de Rechternaaf
34 1 Buitenste Riemkap
35 1 Binnenste Riemkap
36 1 Kap van de Spanrol
37 1 Kap van de Linkernaaf
38 1 Motorkap
39 1 Remkap
40 1 Huls van de Zadelstang
41 1 Huls van het Handvat
42 2 Dop van de Crankarm
43 2 Borgring
44 2 Cranklager
45 1 Katrol
46 1 Aandrijfriem
47 1 Vliegwiel
48 1 As van het Vliegwiel
49 2 Lager van het Vliegwiel
50 1 Tussenstuk van het Vliegwiel
51 2 Wiel
52 2 Voet
53 2 Stelvoet
54 4 Dop
55 1 Dop van de Zadelstang
56 2 Binnenste Draaischijf
57 1 Snelheidssensor/Draad
58 1 Klem
59 1 Draadbeschermer
60 1 Sluitring van het Vliegwiel
61 4 Klemmoer
62 2 Magneet
63 4 M8 x 20mm Schroef met Platte Kop
64 5 M8 Borgmoer
65 1 M10 x 50mm Schroef
66 1 Crankschroef
67 1 Beugeltussenstuk
68 1 M10 Borgmoer
69 4 M10 x 25mm Schroef
70 2 M6 Boutset
71 2 Buitenste Draaischijf
72 2 M6 x 38mm Bout
73 2 M6 x 45mm Schouderschroef
74 7 Botte M4 x 12mm Schroef
75 2 M12 Borgmoer
76 1 M5 x 35mm Bout
77 1 M5 Borgmoer
78 1 Remhuls
79 6 M6 x 12mm Schroef
80 1 M4 x 20mm Schroef
81 4 M4 x 12mm Schroef
82 1 Onderste Draad
83 1 M8 x 80mm Bout
84 1 Aardeschroef
85 2 M12 Moer
86 1 Behuizing van het Bedienings-
paneel
87 15 M4 x 16mm Schroef
88 3 M4 x 25mm Schroef
89 1 Dek van het Bedieningspaneel
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
ONDERDELENLIJST
Modelnr. PFEX39420-INT.1 R1120A
25
90 1 Bovenste Draad
91 2 M8 Sluitring
92 2 M6 Borgmoer
93 1 Remasuiteinde
94 1 Haarspeldsplitpen
95 1 Remsluitring
* Montagegereedschap
* Gebruikershandleiding
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
Let op: Technische gegevens zijn onderhevig aan wijzigingen zonder voorafgaande kennisgeving. Zie de ach-
terkant van deze handleiding voor informatie over het bestellen van vervangingsonderdelen. *Deze onderdelen
worden niet weergegeven.
26
GEDETAILLEERDE TEKENING A
Modelnr. PFEX39420-INT.1 R1120A
8
5
4
7
9
13
40
70
12
70
79
87
82
86
71
71
56
56
59
41
90
89
6
81
64
81
87
26
81
91
91
83
10
55
79
27
GEDETAILLEERDE TEKENING B
Modelnr. PFEX39420-INT.1 R1120A
74
1
3
2
14
14
16
18
19
17
20
21
23
32
25
22
24
29
31
84
34
36
38
39
33
35
37
43
43
46
48
50
52
45
42
42
44
44
47
49
49
51
57
60
61
61
61
63
63
66
68
65
62
62
64
92
67
69
69
72
11
74
11
74
74
11
11
11
75
85
75
85
11
73
88
88
61
11
87
87
87
87
11
11
80
79
87
87
53
54
54
15
58
28
30
30
27
76
78
77
95
94
93
Onderdeelnr. 425992 R1120A Gedrukt in China © 2020 ICON Health & Fitness, Inc.
Raadpleeg de voorkant van deze handleiding voor het bestellen van reserveonderdelen. Houd de volgende infor-
matie bij de hand als u contact met ons opneemt, zodat wij u van dienst kunnen zijn:
het modelnummer en serienummer van het product (raadpleeg de voorkant van deze handleiding)
de naam van het product (raadpleeg de voorkant van deze handleiding)
het referentienummer en de beschrijving van de vervangingsonderdelen (zie LIJST MET ONDERDELEN en
GEDETAILLEERDE TEKENING aan het eind van deze handleiding)
VERVANGINGSONDERDELEN BESTELLEN
Dit elektronische product mag niet bij het normale huishoudelijke afval wor-
den weggegooid. Om het milieu te beschermen moet dit product na aoop
van de levensduur overeenkomstig de wetgeving worden gerecycled.
Neem contact op met een recyclingfaciliteit in uw regio die bevoegd is om dit type
afval in te zamelen. Hiermee helpt u mee aan het behoud van natuurlijke bronnen
en verbetert u de Europese normen van milieubescherming. Als u meer informatie
nodig heeft over veilige en correcte verwijderingsmethoden, kunt u contact opne-
men met de plaatselijke gemeentedienst of de winkel waar u dit product heeft
gekocht.
RECYCLINGINFORMATIE
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28

ProForm PFEX39420-INT de handleiding

Type
de handleiding