Documenttranscriptie

CR620RDS INSTRUCTION MANUAL Before operating the unit, please read this manual thoroughly and retain it for future reference. GEBRUIKSAANWIJZING Lees aandachtig de gebruiksaanwijzing alvorens het toestel te gebruiken en hou hem bij voor later gebruik. MANUEL D’UTILISATION Lisez ce manuel d’utilisation avant d’utiliser l’appareil et gardez le pour consultation ultérieure.  INHOUD VEILIGHEID EN VERWITTIGINGEN VEILIGHEID EN VERWITTIGINGEN ...................................................................................................... 2 Gelieve, teneinde te garanderen dat u gedurende vele jaren plezier van uw toestel zult hebben, de volgende instructies te volgen. OVERZICHT ............................................................................................................................................. 3 VOEDING .................................................................................................................................................. 4 INSTELLINGEN ......................................................................................................................................... 4 ALGEMENE BEDIENING ...................................................................................................................... 6 RADIO ....................................................................................................................................................... 7 RADIO DATA SYSTEM (RDS) ............................................................................................................. 8 ALARM .................................................................................................................................................... 9 SLEEP TIMER .............................................................................................. .......................................... 10 HERINNERINGSTIMER ......................................................................................................................... 10         Dit toestel wordt aan de netstroom verbonden via een stroomkabel. Om het toestel volledig van de stroom af te schakelen moet de stroomkabel uit het stopcontact gehaald worden. Het toestel en de stekker mogen niet weggestopt zijn en moeten direct bereikbaar zijn. Het is afgeraden het toestel in extreme temperaturen te bewaren of te gebruiken. Gebruik alleen maar bij normale temperaturen. Het toestel en de stroomdraad mogen niet blootgesteld worden aan water (druppels of spatten), stoom, warmte (radiatoren of direct zonlicht) en zand. Plaats geen objecten gevuld met water zoals een vaas en geen open vlam, zoals een kaars boven het toestel. Voor een goede ventilatie diens minstens 10 cm vrije ruimte rond het toestel gehouden te worden. De ventilatieopeningen van het toestel mogen niet geblokkeerd worden door zaken zoals een krant, tafelkleed of gordijnen. In geval van slechte werking wegens elektrostatische ontlading, de stekker uittrekken en daarna het toestel terug inschakelen. INFORMATIE ........................................................................................................................................... 11 1 2  OVERZICHT VOEDING Controleer of de spanning die op het plaatje (op de onderzijde van het toestel) aangeduid is overeenkomt met die van u thuis. Als dat niet het geval is, consulteer uw dealer. 1. Steek de stekker in het stopcontact. 1 2 11 14 13 12 3 4 5 6 7 8 9 10 Toetsen en bedieningen 1. ON/OFF Om het toestel in en uit te schakelen. 2. SLEEP/NAP Om de instellingen van de sleep timer te activeren Om de instellingen van de herinneringstimer te activeren 3. MEM/TIME Om radio stations vast te leggen. Om de instelling van de tijd te activeren 4. ALARM 1 Om de instelling van Alarm 1 te activeren 5. ALARM 2 Om de instelling van Alarm 2 te activeren 6. DISPLAY Schakelt de weergave van de display tussen de frequentie/naam van het radiostation en de tijdweergave met dagindicatie. In stand-by worden de alarmtijden weergegeven. 7. COLOUR Om te kiezen tussen acht verschillende kleuren voor de display 8. DIMMER Om de helderheid van de display in te stellen (drie niveau’s en uit) 9. RDS/WEC Schakelt tussen de verschillende RDS informatieberichten. Schakelt het alarm uit voor het weekend. 10. SNOOZE Onderbreekt het alarm 11. TUNING 12. - PROG + Om handmatig op de radiostations af te stemmen. Ingedrukt houden om het automatisch zenderzoeken te starten. Om de vorige of volgende voorkeuzezender te selecteren 13. VOLUME Om het volume te regelen 14. Aansluiting voor hoofdtelefoon met een stekker Ø 3.5 mm (op de zijkant van het toestel) 3 Opgelet: Om het toestel volledig van de stroom af te schakelen moet de stroomkabel uit het stopcontact gehaald worden. Back-up batterijen De back-up batterijen dienen om ervoor te zorgen dat de ingestelde gegevens niet verloren gaan in geval van een stroompanne of wanneer het toestel gedurende korte tijd uit het stopcontact getrokken wordt. 1. 2. 3. Op het batterijencompartiment op de onderzijde van het toestel door de klep in de richting van de pijl te duwen. Plaats twee batterijen (2 x 1.5 V, Type LR03/UM-4/AAA) en hou rekening met de polariteit zoals in het batterijencompartiment aangeduid. Sluit het compartiment. Opgelet: Stel de batterijen niet bloot aan overdreven hitte zoals zonlicht en een vuur. Haal de batterijen uit het toestel als het gedurende lange tijd niet gebruikt wordt. Opmerkingen: Lege batterijen mogen niet met ander huishoudelijk afval verwijderd worden. Breng deze naar een inzamelpunt voor recyclage. INSTELLINGEN Het toestel voor de eerste maal gebruiken Als het toestel voor de eerste keer aan de netstroom wordt aangesloten, start een automatisch zenderzoeksysteem. De zenders worden automatisch in de geheugens opgeslagen. Bij het einde van het zoeken start een demoprogramma. Om het demoprogramma te beëindigen, druk op ON/OFF om het toestel in te schakelen. De zender die in geheugen 1 opgeslagen is wordt weergegeven. Als het toestel een zender ontvangt die een RDS tijdsignaal meestuurt, worden de tijd en de dag automatisch ingesteld (RDS tijdsynchronisatie). Dit kan enkele minuten duren. Als het toestel het automatisch zoeken naar zenders en de automatisch tijdinstelling niet kon voltooien wegens slechte ontvangst, verplaats het toestel dan naar een andere locatie waar wel goede ontvangst wel mogelijk is. Of selecteer een andere zender met handmatige instelling. Instellen van de tijd 1. Zet het toestel in stand-by. 2. Hou de MEM/TIME toets ingedrukt totdat de urenindicatie op de display knippert. 3. Druk op de TUNING toets om het uur in te stellen en druk op de MEM/TIME toets om te bevestigen. - Display: de minutenindicatie knippert. 4. Druk op de TUNING toets om de minuten in te stellen en druk op de MEM/TIME toets om te bevestigen en de tijdinstelling te beëindigen. - Display: de huidige tijd. 4  INSTELLINGEN ALGEMENE BEDIENING Instelling van de weekdag 1. Zet het toestel in stand-by. 2. Hou de SNOOZE toets ingedrukt en gebruik tegelijkertijd de te stllen. 3. Laat de SNOOZE toets los om de instelling te beëindigen. - Display: de huidige tijd. In en uitschakelen 1. Schakel het toestel vanuit stand-by in door op de ON/OFF toets te drukken. 2. Druk op de ON/OFF toets om het toestel in stand-by te zetten. TUNING toets om de weekdag in Activeren en deactiveren van de RDS tijdsynchronisatie 1. Zet het toestel in stand-by. 2. Deactiveer de RDS tijdsynchronisatie door kort op MEM/TIME te drukken. De display toont ‘CT OFF’. 3. Om de RDS tijdsynchronisatie te activeren, druk kort op MEM/TIME. De display toont ‘CT ON’. Als het RDS signaal ontvangen kan worden, worden de tijd en de weekdag automatisch juist gesteld na het inschakelen van het toestel. Regeling van het volume 1. Regel het volume met de VOLUME knop. Instelling van de helderheid van de displayverlichting 1. Druk verschillende malen op DIMMER om de helderheid te kiezen tussen Hoog, Medium, Laag of Uit. Opmerking: Bovendien zorgt de Auto Dimmer Functie ervoor dat de helderheid van het display automatisch aangepast aan de lichtomstandigheden van de omgeving. Instelling van de kleur van de displayverlichting 1. Selecteer de kleur (8 kleuren) door verschillende malen op de toets COLOUR te drukken. Herinstellen van het toestel Als het toestel niet goed werkt door korte stroomstoten of statische elektrische ontladingen, dient het heringesteld te worden. Dit gebeurt zonder verlies aan gegevens. 1. Terwijl het toestel ingeschakeld is, druk met bv. een paperclip op RESET op de onderkant van het toestel. Opmerking: Indien u alle opgeslagen gegevens wil verwijderen, trek de stekker uit het stopcontact en verwijder de back-up batterijen. Steek het toestel na een korte tijd terug in het stopcontact. Alle vroegere instellingen zijn dan verdwenen. 5 Luisteren met hoofdtelefoon 1. Sluit de hoofdtelefoon aan op de telefoonaansluiting (Ø 3.5mm) - Dit schakelt de luidsprekers uit. Verwittiging: Via hoofdtelefoon luisteren aan een hoog volume kan het gehoor schade toebrengen. 6  RADIO RADIO DATA SYSTEM (RDS) Voor de beste FM-ontvangst is het aangeraden de draadantenne goed te richten. 1. Schakel het toestel uit stand-by in door op de ON/OFF toets te drukken. De laatste gekozen zender wordt geactiveerd. Indien het toestel voor het eerst ingeschakeld wordt, wordt de voorkeuzezender 1 geactiveerd. 2. Kies de andere zenders met de PROG toets. RDS informatie RDS is een informatiesysteem dat door de meeste FM-stations meegestuurd wordt. Als het toestel een RDS zender ontvangt, verschijnt de zendernaam op de display evenals het symbool <. Het duurt een tijdje alvorens de RDS informatie beschikbaar is. > Automatisch zenderzoeken 1. Hou de TUNING toets ingedrukt totdat de frequentieweergave snel voorwaarts of achterwaarts begint te lopen. Het zoeken stopt wanneer er een zender gevonden is. Zoeken naar RDS zenders 1. Zoek naar RDS zenders door herhaaldelijk op PROG te drukken totdat op de display het symbool < verschijnt. > Handmatig zenderzoeken 1. Druk kort op de TUNING afnemen. toets om de frequentie in stappen van 50 kHz te doen toenemen of Zenders in het geheugen plaatsen Er kunnen maximaal 20 zenders in het geheugen opgeslagen worden. 1. Stem af op de zender die u wil vastleggen. 2. Druk op MEM/TIME om de geheugenfunctie te activeren. 3. Druk op PROG om het gewenste geheugennummer te kiezen. 4. Druk opnieuw op MEM/TIME om de zender vast te leggen. 5. Om meerdere zenders vast te leggen, herhaal punten 2 tot 4. Opmerkingen: Als er zich al zenders in het geheugen bevinden, worden deze door de nieuwe zenders overschreven. Als het toestel van de netstroom losgekoppeld wordt, verdwijnen alle zenders uit het geheugen tenzij u back-up batterijen geïnstalleerd heeft. Wisselen van display 1. Terwijl de radio werkt, druk op DISPLAY om te wisselen tussen de weergave van de tijd/dag en de frequentie/zender. RDS tijdsynchronisatie RDS zenders sturen gewoonlijk een RDS tijdsignaal mee. Als de ontvangst goed is, zal de tijdinformatie de klok juist zetten en knippert het symbool > < op de display. Na een succesvolle tijdsynchronisatie blijft dit symbool constant op de display. Tijdsynchronisatie neemt enkele minuten in beslag en de preciesheid is afhankelijk van de tijd waarop het signaal gestuurd wordt, zelfs bij goede ontvangst. De automatische instelling wordt steeds geactiveerd wanneer het toestel van stand-by in radio wordt ingeschakeld en er een geschikt RDS zender ontvangen kan worden. Radiotekst Radiotekst is RDS informatie. 1. Druk op de RDS/WEC toets. De radiotekst verschijnt op het display. Als er geen radiotekst beschikbaar is, toont het display ‘NO TEXT’. Weergave van het huidige programmatype 1. Druk tweemaal op de RDS/WEC toets om het huidige programmatype te zien. Als er geen programmatype beschikbaar is, verschijnt er ‘NO PTY’. Zoeken naar programmatypes (PTY) De RDS functie laat toe naar radiozenders te zoeken met een bepaald programmatype. In totaal zijn er 31 programmatypes gedefinieerd. 1. Druk verschillende malen op de RDS/WEC toets totdat het gewenste programmatype getoond wordt; bv. ‘NEWS’. 2. Om het zoeken te starten, druk op de TUNING toets. Als er een zender gevonden wordt met een overeenkomend programmatype, wordt deze weerge geven; Als er geen zender gevonden wordt met een overeenkomend programmatype, verschijnt er ‘NO MATCH’ en wordt de laatst beluisterde zender weergegeven. Opmerking: Het zoeken kan onderbroken worden door op 7 TUNING 8 te drukken.  ALARM SLEEP TIMER Het toestel beschikt over een alarmfunctie om u te wekken met een signaal of radio. U kan twee tijden instellen en de duur van het alarm is 90 minuten. Het toestel kan ingesteld worden om na een bepaalde tijd automatisch uit te schakelen. De sleep timer kan ingesteld worden tussen 10 en 90 minuten met intervallen van 10 minuten. Instellen van de alarmtijd 1. Hou de toets ALARM1 of ALARM2 ingedrukt totdat de urenindicatie op het display knippert. 2. Gebruik de TUNING toets om de uren in te stellen en druk op ALARM1 of ALARM2 om te bevestigen. - Display: de minutenindicatie knippert. 3. Gebruik de TUNING toets om de minuten in te stellen en druk op ALARM1 of ALARM2 om te bevestigen. - Display: de huidige tijd. Instellen van de sleep timer 1. Schakel het toestel in. 2. Druk verschillende malen op SLEEP/NAP om de uitschakeltijd in stappen van 10 minuten in te stellen. - Het symbool > < verschijnt op de display. 3. U kan op SLEEP/NAP drukken om de resterende uitschakeltijd te bekijken. Bekijken van de alarmtijd 1. In stand-by, druk verschillende keren op DISPLAY om alarmtijd 1 of alarmtijd 2 te bekijken. Annuleren van de sleep timer 1. Om de slaap timer te annuleren en het toestel voor de ingestelde tijd uit te schakelen, druk op ON/ OFF. Het alarm activeren Alarm met een signaal 1. Zet het toestel in stand-by. 2. Druk verschillende malen op ALARM1 of ALARM2 totdat de symbolen > display verschijnen. < of > < op het Opmerking: Als het alarm afgaat, verhoogt het volume van het alarmsignaal van heel stil totdat het maximum volume bereikt wordt. Alarm met radio 1. Schakel het toestel in. 2. Selecteer een radiostation. 3. Regel het volume met de VOLUME knop. 4. Druk verschillende malen op ALARM1 of ALARM2 totdat de symbolen > het display verschijnen. 5. Druk op ON/OFF om het toestel in stand-by te zetten. Het toestel schakelt automatisch tijd als de vooringestelde tijd verlopen is. of Om de sleep timer te annuleren en toch verder naar de radio te blijven luisteren, druk verschillende malen op SLEEP/NAP totdat de display ‘SLEEP 00’ toont en het symbool > < verdwijnt. HERINNERINGSTIMER Het toestel beschikt over een functie om u te herinneren aan een bepaalde tijd die kan ingesteld worden tussen 10 en 120 minuten, in stappen van 10 minuten. < of > < op Het alarm onderbreken 1. Terwijl het alarm afgaat, druk op de SNOOZE toets. - Het alarmsignaal stopt. - Het alarmsignaal gaat om de 5 minuten terug aan (tot een maximum van 90 minuten). Het alarm voor de dag annuleren 1. Druk op ON/OFF terwijl het alarm afgaat. - Het alarm stopt, maar blijft in functie voor de volgende dag. Instellen van de herinneringstijd 1. Zet het toestel in stand-by. 2. Druk verschillende malen op SLEEP/NAP om de tijd in stappen van 10 minuten in te stellen. 3. U kan de resterende tijd bekijken door kort SLEEP/NAP in te drukken. Annuleren van de herinneringstijd 1. Annuleer de herinneringstijd door op ON/OFF te drukken. Opmerking: Het signaal kan onderbroken worden door op SNOOZE te drukken. Het signaal gaat terug aan met intervallen van 5 minuten (totale duur is 90 minuten). Het alarm deactiveren 1. Om het alarm te deactiveren, druk verschillende malen op ALARM1 of ALARM2 totdat het symbool > < of > < van de display verdwijnt. Het alarm voor het weekend deactiveren en activeren 1. In stand-by, druk op RDS/WEC. De alarmfunctie wordt voor het weekend gedeactiveerd. 2. Om het alarm voor het weekend te activeren, druk opnieuw op RDS/WEC. 9 10  INFORMATIE SOMMAIRE Technische gegevens Voeding Bediening Back-up batterijen Frequentiebereik FM Eigenschappen Luidspreker Vermogen Hoofdtelefoonstekker Antennesysteem FM Algemeen Afmetingen (b x h x d) SECURITE ET PREVENTIONS ............................................................................................................. 2 AC 230 V, 50 Hz 2 x 1.5 V (LR03/UM-4/AAA) 87.5 – 108 MHz Formaat 1 x Ø76 mm Impedantie 8 Ohm 750 mW in 8 Ohm Ø3.5 mm Draadantenne 178 x 51 x 144 mm DESCRIPTION ......................................................................................................................................... 3 ALIMENTATION ......................................................................................................................................... 4 REGLAGES .............................................................................................................................................. 4 OPERATION GENERALE ...................................................................................................................... 6 RADIO ...................................................................................................................................................... 7 RADIO DATA SYSTEM (RDS) ............................................................................................................. 8 ALARME ................................................................................................................................................. 9 De design en de techische speicificaties kunnen zonder verwittiging gewijzigd worden. SLEEP TIMER ....................................................................................................................................... 10 Op nooit het toestel. De fabrikant neemt geen enkele verantwoordelijkheid in geval van ongepast gebruik. ALARME DE RAPPEL ........................................................................................................................ 10 INFORMATIONS .................................................................................................................................... 11 Nota in verband met het milieu Dit toestel is gemaakt met hoge kwaliteitsmaterialen die hergebruikt en gerecycleerd kunnen worden. Daarom mag het toestel, bij het einde van zijn leven, niet weggeworpen worden met ander huishoudelijk afval. Breng het naar een inzamelpunt voor het recycleren van elektrisch en elektronisch materiaal. Dit wordt aangeduid met het symbool op het product, in de gebruiksaanwijzing en op de verpakking. Consulteer uw lokale autoriteiten om de inzamelpunten te kennen. Help het milieu door het recycleren van gebruikte producten. 11 1