PORTABLE RADIO
Music 61
NL
2
MUSIC 61
______________________________________________________________
! "
0
+ VOL. -
e
§
TUNING - +
SLEEP
MODE
ALARM
ANTENNA
+5
PRESETS 1/5 6/10
SNOOZE
ON/OFF
AC
~
OPEN
M
3
________________________________________________________________________________
NEDERLANDS
4 INFORMATIE EN VEILIGHEID
5 OVERZICHT
6 STROOMTOEVOER
7 INSTELLINGEN
8 RADIOMODUS
9 ALARMMODUS
NEDERL ANDS
4
INFORMATIE EN VEILIGHEID
______________________________
7
Dit apparaat is bestemd voor de weergave van
geluidssignalen.
Elk ander gebruik is uitdrukkelijk verboden.
7
Zorg ervoor dat het apparaat beschermd is te-
gen druppelen en spatten van water.
7
Zet geen met vloeistof gevulde voorwerpen
(vazen of iets dergelijks) op het apparaat. Va-
zen kunen omvallen, waardoor er vloeistof op
de elektrische onderdelen wordt gemorst. Dit
houdt een veiligheidsrisico in.
7
Plaats geen open vuur, zoals kaarsen, op het
toestel.
7
Gebruik het toestel alleen in een gematigd kli-
maat.
7
Zorg dat het apparaat voldoende geventileerd
wordt door het op minstens 10 cm afstand van
ieder ander object te plaatsen. Bedek het toe-
stel niet met kranten, tafelkleden, gordijnen,
enz.
7
Bij storingen als gevolg van statische elektrici-
teit of stroomstoten (uitbarsting), het toestel te-
rugstellen. Trek hiervoor de stekker uit en sluit
deze na enkele seconden weer aan.
7
Houd bij het installeren van het apparaat re-
kening met het oppervlak van meubels. Deze
oppervlakken hebben de meest verscheiden
soorten laklagen en kunststoflagen, die meest-
al chemische toevoegingsmiddelen bevatten.
Deze toevoegingsmiddelen kunnen de toestel-
voeten aantasten, waardoor er sporen worden
nagelaten op het meubeloppervlak. Deze
sporen kunnen slechts moeilijk of helemaal niet
meer worden verwijderd.
7
Gebruik geen schoonmaakmiddelen, aange-
zien de behuizing hierdoor kan worden be-
schadigd. Reinig het apparaat met een schone,
droge doek.
7
Open de behuizing van het toestel nooit. De
fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die
voortkomt uit onjuiste behandeling.
7
Zorg ervoor dat de stekker vrij toegankelijk is.
7
Denk eraan, langdurig luisteren met
de koptelefoon bij een hoog volume
kan het gehoor beschadigen.
Technische gegevens
Het geluid van dit toestel wordt
gedempt volgens de van
toepassing zijnde EU-richtlijnen.
Dit product voldoet aan de
Europese richtlijnen 2004/108/EC, 2006/95/
EC, 2009/125/EC en 2011/65/EU.
Het typeplaatje bevindt zich aan de onderzijde
van het toestel.
Stroomtoevoer: 230 V
~
, 50/60 Hz
Max. stroomverbruik:
in werking < 2,5 W, stand-by < 0,5 W
Uitgang:
DIN 45324, 10% THD 750 mW
Frequency band:
FM 87,5 ...108,0 MHz
Afmeting en gewicht:
B x H x T 250 x 140 x 70 mm
Gewicht bij benadering 0,7 kg
Technische en ontwerpwijzigingen voorbehou-
den.
Het milieu
Dit product is gemaakt van hoog-
kwalitatieve onderdelen en mate-
rialen die kunnen worden
hergebruikt en die geschikt zijn
voor recyclage.
Gooi dit product dus niet weg bij het normale
huisvuil wanneer het niet meer werkt. Breng het
naar een recyclingpunt voor het recyclen van
elektrische en elektronische apparaten. Dit wordt
aangeduid door dit symbool op het product, in
de gebruikershandleiding en op de verpakking.
Raadpleeg uw gemeente om te weten welk het
dichtstbijzijnde inzamelpunt is.
Help het milieu te beschermen door gebruikte
producten te recyclen.
5
NEDERL ANDS
Zie de afbeelding op pagina 3.
ON/OFF Schakelt het toestel in of uit.
Schakelt het alarmsignaal uit
(signaaltoon of radiozender)
wanneer de alarmfunctie is ge-
activeerd;
de toets ingedrukt houden scha-
kelt de knoppen in en uit.
ANTENNA Telescoopantenne voor de FM-
ontvangst.
+ 5 Activeert het tweede niveau van
voorkeuzeknoppen 1 tot 5.
M Slaat radiozenders op de
voorkeuzeknoppen op 1/5 tot
6/10.
SNOOZE Onderbreekt de alarmfunctie.
PRESETS
1/5...6/10
Voorkeuzeknoppen voor
opslaan en selecteren van radi-
ozenders.
+ VOL. – Past het volume aan.
e § Schakelt tussen signaalgeluid
en radioprogramma voor de
alarmmodus.
ALARM Activeert de alarmfunctie;
beëindigt de alarmstand-by.
OVERZICHT
___________________________________________________________
MODE Activeert de klok- en de alarmtij-
dinstelling;
scherm tijdens radiomodus RDS-
informatie (radiozendernaam,
programmatype, radiotekst),
frequentie, tijd en alarmtijd.
SLEEP Stelt de slaaptimer in.
TUNING – + Kort indrukken om de frequentie
te verhogen of te verlagen in
stappen van 50 kHz;
houdt de toets ingedrukt om
automatisch radiostation zoeken
te starten;
voor instellen van de tijd en de
alarmtijd.
OPEN
Deksel van batterijvak.
AC
~
Aansluiting van de stroomkabel
meegeleverd.
0 Hoofdtelefoonaansluiting (3,5
mm stereostekker).
De luidsprekers van het toestel
worden automatisch uitge-
schakeld.
Waarschuwing:
7
Overmatige geluidsdruk van
de oortelefoon of de hoofdte-
lefoon kan gehoorverlies vero-
orzaken.
! " Past de toon aan.
NEDERL ANDS
6
Aansluiten op het stroomnet
Controleer of de vermelde netspanning op het ty-
peplaatje (aan de onderkant van het apparaat)
overeenstemt met de plaatselijke netspanning. Is
dit niet het geval, neem dan contact op met uw
gespecialiseerde dealer.
1 Steek het bijgeleverde netsnoer in de »AC
~
«-
aansluiting op het toestel.
2 Steek de stekker van het netsnoer in het stop-
contact (230V
~
, 50/60 Hz).
Opmerking:
7
Indien het apparaat batterijen bevat worden
deze automatisch uitgeschakeld tijdens
aansluiting op het stroomnet.
Waarschuwing:
7
Het toestel wordt met de stroomkabel op
het lichtnet aangesloten. Trek de stekker van
de stroomkabel uit het stopcontact als u het
toestel volledig van het lichtnet wilt scheiden.
7
Trek de stekker uit het stopcontact om het
apparaat van het stroomnet te halen. Zorg
ervoor dat de netstekker tijdens de werking
gemakkelijk toegankelijk is en niet wordt ge-
hinderd door andere voorwerpen.
Batterijwerking
U kunt het apparaat ook gebruiken met stan-
daard batterijen (niet meegeleverd). In dit geval
dient u het netsnoer af te sluiten.
1 Open het batterijvak met een druk op het ge-
markeerde gebied en druk het deksel zijde-
lings.
2 Plaats vier batterijen (4 x 1,5V, type IEC, AM
2, LR 14, maat C) overeenkomstig de polen zo-
als gemarkeerd op het batterijvak.
3 Sluit het batterijvak.
STROOMTOEVOER
_______________________________________________
Opmerkingen:
7
Stel de batterijen niet bloot aan extreme
hitte, zoals rechtstreeks zonlicht, verwarm-
ingstoestellen of vuur.
7
Verwijder de batterijen als ze leeg zijn of als
u het toestel langere tijd niet gebruikt. Als de
batterijen bijna leeg zijn verschijnt een bat-
terijsymbool en knippert dit in het display.
Deze functie werkt niet als de stroomkabel
op het apparaat is aangesloten.
7
We kunnen niet aansprakelijk gesteld wor-
den voor schade voortkomend uit lekkende
batterijen.
Milieutechnische aantekening:
7
Batterijen, met inbegrip van de batterijen
die geen zware metalen bevatten, mogen
niet bij het normale huisvuil worden wegge-
gooid. Ontdoe u gaarne op een milieuvrien-
delijke manier van uw gebruikte batterijen.
Raadpleeg de wettelijke voorschriften die
van toepassing zijn in uw gebied.
Extra batterijen aanbrengen
Bij de netvoeding zorgen de hulpbatterijen er-
voor dat in het geval van een stroomuitval of
als u kort de stekker uit het stopcontact trekt, de
opgeslagen instellingen behouden blijven.
1 Open het batterijvak met een druk op het ge-
markeerde gebied en druk het deksel zijde-
lings.
2 Let bij het plaatsen van de batterijen (type Mi-
gnon, 2 x 1,5V/AM 3/LR 06, matt AA) in het
kleine vak op de polen, die onderin het vakje
aangegeven zijn.
3 Sluit het batterijvak.
Opmerking:
7
Als er geen hoofdbatterijen zijn aangebracht
en het apparaat niet op het net is aangeslo-
ten, heeft u 10 seconden de tijd om de extra
batte rijen te vervangen.
7
NEDERL ANDS
Opmerking:
7
Wanneer u »CT ON selecteert« in de volgende
instelling, wordt de tijd automatisch geüp-
date als het RDS-programma deze functie
ook ondersteunt.
1 Met het apparaat uitgeschakeld houdt u
»MODE« ingedrukt tot de tijd knippert op het
scherm.
2 Druk op »TUNING –« om de uren stapsgew-
ijs in te stellen.
3 Druk kort op »TUNING +« om de minuten
stapsgewijs in te stellen.
4 Druk op »MODE«.
– Scherm: »CT ON« or »CT OFF«.
5 Druk op »TUNING –« of »TUNING +« om
de RDS-tijdsynchronisatie in te schakelen
(»CT ON«).
6 Druk op »MODE« om de instelling te bevesti-
gen.
– Scherm: de huidige tijd.
Radiozenders instellen en
opslaan...
... met het automatische zoeken
naar zenders
Wanneer het apparaat eerst is verbonden op
de netspanning of de batterijen worden voor het
eerst geplaatst, dan begint het apparaat een au-
tomatische zoekactie naar FM-zenders en slaat
de eerste tien zenders met sterke signalen op de
voorkeuzeknoppen van 1 tot 10 op.
Maar u kunt de zenders ook handmatig tunen en
ze opslaan op de voorkeuzeknoppen.
... handmatig
1 Druk op »ON/OFF« om het apparaat in te
schakelen.
2 Houd »TUNING –« ingedrukt of
»TUNING +« tot u de gewenste frequentie
hebt bereikt.
– Scherm: de frequentie verandert in stappen
van 50 kHz;
of
druk op »TUNING –« of »TUNING +« gedu-
rende ongeveer een seconde.
– De automatische zenderzoekfunctie stopt bij
de volgende zender met een sterk signaal.
3 Druk op »M« om de alarmfunctie te activeren.
– Scherm: het nummer van de eerste preset
knippert.
4 Druk op de gewenste voorkeuzeknop »1« tot
»5« en bevestig door te drukken op »M«.
– Scherm: de frequentie, »I« en vervolgens op
de zendernaam.
Opmerkingen:
7
Voor de programmastanden 6 - 10, druk
eerst op »+5«.
7
Als u binnen de 8 seconden geen enkele
knop indrukt, stopt het apparaat de geheu-
genmodus zonder enige verandering.
De tijd instellen
INSTELLINGEN
_____________________________________________________
NEDERL ANDS
8
RADIOMODUS
_____________________________________________________
In- en uitschakelen
1 Druk op »ON/OFF« om het toestel aan te zet-
ten.
– De laatst geselecteerde zender wordt af-
gespeeld (laatste zender geheugen).
2 Druk op »ON/OFF« om het toestel uit te zetten.
– Scherm: »GOOD BYE« kort, vervolgens de hui-
dige tijd.
Antenne
Voor de beste FM-ontvangst is het voldoende om
de telescoopantenne uit te schuiven en deze di-
enovereenkomstig te richten.
Selecteren van opgeslagen
zenders
1 Selecteer de zender die u wilt met de voorkeuze-
knoppen »1« tot »5« (voorkeuzezenders 1 tot
5) of met »+5« en de voorkeuzeknoppen »1«
tot »5« (voorkeuzezenders 6 tot 10).
Het volume aanpassen
1 Pas het volume aan met »+ VOL. –«.
Aanpassen van de klank
1 Pas de klank aan met »! "«.
Luisteren met de hoofdtele-
foon
1 Steek de plug (ø 3,5 mm, stereo) van de
hoofdtelefoon in de bus »0« aan de linkerkant
van het toestel.
– De luidsprekers van het toestel worden au-
tomatisch uitgeschakeld.
Waarschuwing:
7
Overmatige geluidsdruk van de oortele-
foon of de hoofdtelefoon kan gehoorverlies
veroorzaken.
De knoppen uitschakelen
1 Houd »ON/OFF« ingedrukt om de knoppen
uit te schakelen.
– Scherm: »
P
«.
2 Houd »ON/OFF« opnieuw ingedrukt om de
knoppen in te schakelen.
– Scherm: »
P
« verdwijnt.
RDS-zenderdienst
RDS (Radio Data System) is een informatiesys-
teem dat door de meeste FM-zenders mee wordt
uitgezonden. Als het apparaat momenteel een
RDS-zender ontvangt, verschijnt de zendernaam,
bijv. »ENERGY« en »f«.
Zoeken naar RDS-zenders
1 Zoek naar de gewenste RDS-zender door
herhaaldelijk te drukken op »TUNING –«
of »TUNING +« kort (incrementeel zoeken)
of ingedrukt te houden (automatisch zoeken)
tot een RDS-zender wordt ontvangen en
»f« verschijnt op het scherm.
– Na een korte tijd verschijnt de zendernaam
als de ontvangststerkte voldoende is.
RDS-informatie oproepen
Wanneer een RDS-zender wordt ontvangen,
wordt de frequentie kort weergegeven en vervol-
gens verschijnt de zendernaam constant.
1 Druk herhaaldelijk op »MODE«.
– Scherm: programmatype, radiotekst, kloktijd,
alarmtijd, frequentie en voorkeuze.
Radiotekst
Sommige RDS-zenders bieden radiotekst als aan-
vullende informatie. De radiotekst verschijnt als
titelinformatie op het scherm.
1 Om radiotekst op te roepen, drukt u tweemaal
op »MODE«.
– De informatie verschijnt na korte tijd.
Opmerking:
7
Als geen radiotekst wordt aangeboden door
de huidige zender, verschijnt »NO TEXT« op
het scherm.
2 Druk opnieuw op »MODE« om de radiotekst uit
te schakelen.
9
NEDERL ANDS
ALARMMODUS
____________________________________________________
Alarmtijd instellen
1 Terwijl het apparaat is uitgeschakeld, druk kort
op »MODE«.
– Scherm: de laatste ingestelde alarmtijd en
»AL«.
2 Houd »MODE« ingedrukt.
– Scherm: de alarmtijd knippert.
Opmerking:
7
Als u binnen de 8 seconden geen enkele
knop indrukt, stopt het apparaat de instel-
modus. Alle gewijzigde instellingen worden
opgeslagen.
3 Druk op »TUNING –« om de uren stapsge-
wijs in te stellen.
4 Druk kort op »TUNING +« om de minuten
stapsgewijs in te stellen.
5 Druk op »MODE« om de instelling te bevesti-
gen.
– Scherm: de ingestelde alarmtijd.
– Na korte tijd wijzigt het scherm naar de hui-
dige tijd.
Alarm met signaaltoon
1 Druk op »ON/OFF« om het toestel aan te zet-
ten.
2 Stel het alarmsignaal in (»e«) door »
e
§« te
verplaatsen naar de »e« stand.
Alarm met radiozender
1 Druk op »ON/OFF« om het toestel aan te zet-
ten.
2 Stel het alarmsignaal in (»§«) door »
e
§« te
verplaatsen naar de »§« stand.
3 Selecteer de zender die u wilt met de voorkeu-
zeknoppen »1« tot »5« (voorkeuzezenders 1
tot 5) of met »+5« en de voorkeuzeknoppen
»1« tot »5« (voorkeuzezenders 6 tot 10).
4 Pas het alarmvolume aan door op »+ VOL. –« te
drukken.
5 Druk op »ON/OFF« om het toestel uit te zetten.
6 Druk kort op »MODE« om de alarmtijd te con-
troleren.
– Scherm: de ingestelde alarmtijd, »AL«
en »§«.
– Na een korte tijd wijzigt het scherm naar de
huidige tijd, »§« blijft constant.
– De geselecteerde radiozender schakelt in op
de ingestelde alarmtijd.
Alarmtijd kort weergeven
1 Terwijl het apparaat is uitgeschakeld, druk kort
op »MODE«.
– Het scherm wijzigt van de klok- naar de inge-
stelde alarmtijd,
– Scherm: »e« of »§«.
– Na korte tijd wijzigt het scherm terug naar de
huidige tijd.
Alarm onderbreken
1 Druk op »SNOOZE« terwijl het alarm nog
loopt.
– Scherm: »e« of »§« knippert.
– Het alarm (signaal of radio) stopt.
– Het alarm weerklinkt met intervallen van
5 minuten (de totale alarmtijd bedraagt 90
minuten).
Alarm voor deze dag beëindigen
1 Druk op »ON/OFF« terwijl het alarm nog hoor-
baar is.
– Scherm: de huidige tijd en »e« of »§«.
– Het alarm (signaaltoon of radio) stopt, maar
de alarmfunctie blijft met de ingestelde tijd
voor de volgende dag behouden.
Alarmstand-byfunctie beëindigen/
activeren
1 Om de alarm stand-byfunctie uit te schakelen,
druk op »ALARM« tot »e« of »§« niet langer
in het scherm verschijnt.
– Scherm: »e« of »§« verdwijnt.
– De ingestelde alarmtijd wordt bewaard.
2 Druk op »ALARM« om het stand-by alarm te
activeren.
NEDERL ANDS
10
Slaaptimermodus
Het toestel beschikt over een slaaptimer die het
toestel terwijl de radio speelt op een vooraf in-
gestelde tijd uitschakelt. Het is mogelijk om ne-
gen uitschakeltijden tussen 90 en 10 minuten in
te stellen.
Sleeptimer inschakelen
1 Druk op »SLEEP« om het apparaat in te
schakelen.
– Scherm: »≤« en »SLEEP 90«.
– U zult de laatst geselecteerde radiozender
horen.
2 Om de uitschakeltijd in te stellen (90, 80, 70,
60, 50, 40, 30, 20, 10), druk zo vaak
op »SLEEP« als nodig.
– Scherm: »≤«, kort, bijvoorbeeld
»SLEEP 30«, daarna de zendernaam of de
frequentie.
Opmerking:
7
Druk kort op »SLEEP« om de resterende
uitschakeltijd te controleren.
Sleeptimer vroeg uitschakelen
1 Om de sleeptimer vroeg uit te schakelen,
houd »SLEEP« ingedrukt tot »SLEEP 00« kort
verschijnt op het scherm.
– Scherm: »≤« verdwijnt van het scherm.
– Het toestel schakelt uit;
of
druk op ON/OFF«.
ALARMMODUS
____________________________________________________
Grundig Intermedia GmbH
Beuthener Strasse 41
90471 Nürnberg
www.grundig.com
72011 411 7200 14/14
-
1
-
2
-
3
-
4
-
5
-
6
-
7
-
8
-
9
-
10
-
11
