Documenttranscriptie
WAARSCHUWING
Om brand of een elektrische schok te
voorkomen, het apparaat niet blootstellen
aan regen of vocht.
Open de ombouw van het apparaat
evenmin om dezelfde reden. Laat
eventueel onderhoud over aan de
erkende vakhandel.
Opgelet
Het gebruik van optische instrumenten in
combinatie met dit produkt vergroot de
kans op oogletsel.
Informatie
DE LEVERANCIER IS IN GEEN
GEVAL AANSPRAKELIJK VOOR
DIRECTE, INDIRECTE OF
GEVOLGSCHADE VAN WELKE
AARD DAN OOK, DIE
VOORTVLOEIT UIT HET GEBRUIK
VAN EEN DEFECT ARTIKEL OF
ENIG ANDER PRODUKT.
Voor de klanten in Nederland
Bij dit produkt zijn batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet
weggooien maar inleveren als KCA.
“MD WALKMAN” is een handelsmerk
van Sony Corporation.
2-NL
Welkom!
Welkom in de wereld van de MiniDisc en
maak kennis met de vele mogelijkheden
en eigenschappen van de nieuwe
MiniDisc Recorder.
• Schokbestendig geheugen —
Compenseert tot 40 seconden optische
leesfouten.
• Eenvoudige bediening met de nieuwe
afstandsbediening — Steek het toestel
in uw zak en bedien de MiniDisc-speler
met de shuttle-knop op de
afstandsbediening; op het LCD
verschijnt muziekstukinformatie, de
weergavestand en de batterijstaat.
• HiFi-opname — High-fidelity geluid
met weinig ruis of vervorming kan
worden opgenomen via de optische
digitale ingang van de recorder.
• Verticale jog knop — U kunt
muziekstukken kiezen door aan een
knop te draaien.
• Digitale synchro-opname — De
recorder start en pauzeert automatisch
samen met aangesloten digitale
apparatuur.
• Bemonsteringsfrequentie-omzetter —
Met dit toestel kunt u opnemen van
digitale apparatuur met andere
bemonsteringsfrequenties, zoals een BS
tuner of DAT deck.
• Langdurige opname met mono geluid
— U kunt tot 148minuten mono-geluid
opnemen op één disc.
• Positie-indicator — De huidige positie
op de disc wordt aangegeven in het
uitleesvenster.
• Datum- en klokfunctie — De
ingebouwde klok registreert
automatisch datum en tijd tijdens het
opnemen.
• Titelfunctie — Titels van disc en
nummer worden in het uitleesvenster
getoond terwijl u de MD afspeelt/
opneemt.
NL
3-NL
Inhoudsopgave
Meteen een MD opnemen! ....................................... 6
Meteen een MD beluisteren! .................................... 8
Verschillende manieren van opnemen .................. 10
Twee manieren van aansluiting op een geluidsbron ......................... 10
Opname via digitale ingang ................................................................... 11
De opname samen starten/stoppen met de speler (synchroopname) ................................................................................................ 11
Opname met een microfoon ................................................................... 12
Opname in mono voor dubbele opnameduur .................................... 13
Het opnameniveau manueel instellen .................................................. 13
De resterende tijd of de opnamepositie controleren .......................... 14
Op de recorder ..................................................................................... 14
Op de afstandsbediening ................................................................... 15
De klok instellen om de opnametijd te markeren ............................... 16
Verschillende manieren van afspelen .................... 17
Het nummer of de naam van het muziekstuk direct kiezen ............. 17
Herhaald afspelen van nummers .......................................................... 17
Bass-geluid accentueren (DIGITAL MEGA BASS) ............................. 18
Uw gehoor beschermen (AVLS) ............................................................ 19
De resterende tijd of de weergavepositie controleren ....................... 19
Op de recorder ..................................................................................... 19
Op de afstandsbediening ................................................................... 20
De bedieningselementen vergrendelen (HOLD) ................................ 20
Aansluiting op een stereo-installatie .................................................... 21
4-NL
Opgenomen muziekstukken bewerken................. 22
Muziekstukken wissen ........................................................................... 22
Een muziekstuk wissen ...................................................................... 22
De hele disc wissen ............................................................................. 22
Een muziekstukmarkering toevoegen .................................................. 23
Een muziekstukmarkering wissen ........................................................ 23
Opgenomen muziekstukken verplaatsen ............................................ 24
Opnames benoemen ................................................................................ 24
Voedingsbronnen .................................................... 26
Gebruik van een oplaadbare lithium ion-batterij ............................... 26
Gebruik van droge batterijen ................................................................. 27
Aanvullende informatie .......................................... 28
Voorzorgsmaatregelen ............................................................................ 28
Verhelpen van storingen ........................................................................ 30
Systeembeperkingen ............................................................................... 32
Berichten ................................................................................................... 33
Technische gegevens ............................................................................... 35
Wat is een MD? ........................................................................................ 36
Bedieningselementen .............................................................................. 38
5-NL
Meteen een MD opnemen!
Het geluid van CD’s of cassettes wordt als analoog signaal verstuurd
en digitaal opgenomen. Het opgenomen geluid is stereo. Voor
opname van een digitale bron, zie “Opname via digitale ingang”
(pagina 11).
1 Aansluitingen.
R (rood)
Verbindingskabel
(RK-G129, niet meegeleverd)*
CD-speler,
cassetterecorder,
enz. (bron)
naar LINE OUT
naar een stopcontact
L (wit)
naar LINE IN (OPTICAL)
netstroomadaptor
(meegeleverd)
naar DC IN 6V
*Gebruik verbindingskabels zonder
verzwakker. Gebruik de
verbindingskabel RK-G136 (niet
meegeleverd) voor aansluiting op
een draagbare CD-speler met stereo
mini-aansluiting.
2 Breng een opneembare MD in.
1 Verschuif OPEN en open het
deksel.
6-NL
2 Breng een opneembare MD in met
het label naar boven en druk het
deksel omlaag om het te sluiten.
3 Opnemen op een MD.
p
1 Druk en schuif REC naar rechts.
“REC” licht op en de opname begint
vanaf het begin van de disc.
2 Speel de CD of cassette die u wilt
opnemen af.
REC
Druk op p om te stoppen met
opnemen.
CD-speler,
cassetterecorder, enz.
(bron)
Om
”Data Save”of ”Toc Edit” knippert tijdens
het registreren van opnamegegevens (begin
en einde van het muziekstuk, enz.). Terwijl
deze indicatie op het uitleesvenster knippert,
mag u de recorder niet verplaatsen noch de
voedingsbron loskoppelen.
Druk op
Te pauzeren
P1)
Druk nogmaals op P om de opname
te hervatten.
Op te nemen vanaf het einde van de
vorige opname.
END SEARCH en verschuif REC.
Gedeeltelijk over de vorige opname op
te nemen.
(, + of = om het begin van de
opname te zoeken en druk op p om te
stoppen. Verschuif dan REC.
De MD te verwijderen.
p en open het deksel.2)
1)
2)
Een muziekstukmarkering wordt toegevoegd op het punt waar u op P drukt; de rest van het
muziekstuk wordt dan als een nieuw muziekstuk beschouwd.
Wanneer u het deksel opent, verschuift het beginpunt van de opname naar het begin van het
eerste muziekstuk. Controleer het beginpunt van de opname op het uitleesvenster.
Indien de opname niet begint
z
•Controleer of de recorder niet is
vergrendeld (pagina 20).
•Controleer of de MD niet tegen opname is
beveiligd (pagina 29).
•Op voorbespeelde MD’s kan niet worden
opgenomen.
•Het opnameniveau wordt automatisch
geregeld.
•U kunt het geluid beluisteren tijdens de
opname. Sluit de meegeleverde
hoofdtelefoon met afstandsbediening aan
op 2/REMOTE en regel het volume met
VOLUME +/– (VOL +/– op de
afstandsbediening). Dit heeft geen invloed
op het opnameniveau.
7-NL
Meteen een MD beluisteren!
U kunt ook de oplaadbare batterij of droge batterijen gebruiken (zie
pagina 26, 27).
1 Aansluitingen.
naar een stopcontact
netstroomadaptor
(meegeleverd)
naar 2/REMOTE
Hoofdtelefoon met
afstandsbediening
(meegeleverd)
naar DC IN 6V
2 Breng een MD in.
1 Verschuif OPEN en open het
deksel.
8-NL
2 Breng een MD in met het label naar
boven en druk het deksel omlaag
om het te sluiten.
3 Speel de MD af.
(
p
VOLUME
+/–
1 Druk op ( (Zet de regelaar op
(•+ op de afstandsbediening).
Een korte beeptoon weerklinkt in de
hoofdtelefoon.
2 Druk op VOLUME (VOL op de
afstandsbediening) +/– om het
volume te regelen.
U kunt het volume controleren in het
uitleesvenster.
VOL +/–
p
Druk op p om de weergave te
stoppen.
Het volume wordt aangegeven in het
uitleesvenster.
Om
Druk op (beeps in de hoofdtelefoon)
Te pauzeren
P (continu korte beeps)
Druk nogmaals op P om de weergave te
hervatten.
Naar het begin van het huidige
muziekstuk te gaan
= eenmaal (Zet de regelaar op =op de
afstandsbediening) (drie korte beeps)
Naar het begin van het volgende
muziekstuk te gaan.
+ eenmaal (Zet de regelaar op (•+ op de
afstandsbediening) (twee korte beeps)
Achteruit te gaan tijdens het
afspelen1)
hou = ingedrukt (Blokkeer de regelaar op =
op de afstandsbediening)
Vooruit te gaan tijdens het
afspelen1)
hou + ingedrukt (Blokkeer de regelaar op
(•+ op de afstandsbediening)
De MD te verwijderen
p en open het deksel.2)
1)
2)
Om snel achteruit of vooruit te gaan zonder het geluid te beluisteren, drukt u op P en houdt u
= of + ingedrukt.
Na het openen van het deksel begint de weergave opnieuw vanaf het begin van het eerste
muziekstuk.
Indien de weergave niet begint
z
Controleer of de recorder niet is vergrendeld
(pagina 20).
De weergave schakelt automatisch tussen
stereo en mono afhankelijk van de
geluidsbron.
Gebruik van een optionele
hoofdtelefoon
Gebruik een hoofdtelefoon met een stereo
ministekker. U kunt geen hoofdtelefoon met
een microstekker gebruiken.
9-NL
zVerschillende manieren van opnemen
Twee manieren van aansluiting op een geluidsbron
De ingangsbus van deze recorder fungeert als digitale en analoge ingang. Sluit de recorder
via de digitale of de analoge ingang aan op een CD-speler of een cassetterecorder. Zie
“Opname via digitale ingang” (pagina 11) om op te nemen via de digitale ingang en “Meteen
een MD opnemen!” (pagina 6) om op te nemen via de analoge ingang.
Verschil tussen digitale en analoge ingangen
Verschil
Ingang Digitale ingang
Analoge (lijn) ingang
Aansluitbare bron
Apparatuur met een optisch- Apparatuur met een analoge
(lijn) uitgang
digitale uitgang
Bruikbaar snoer
Digitale kabel (met optische
stekker of ministekker)
Signaal van de bron
Nummers opgenomen
muziekstukken
Opnamegeluidsniveau
Digitaal
Automatisch gemarkeerd
(gekopieerd)
•in dezelfde posities als de
bron.
•wanneer tijdens het
opnemen wordt
overgeschakeld naar de
pauzestand.
Idem als de bron
Lijnkabel (met 2
phonostekkers of een stereoministekker)
Analoog
Zelfs wanneer een digitale
bron (bijvoorbeeld een CD) is
aangesloten, wordt een
analoog signaal naar de
recorder gestuurd.
Automatisch gemarkeerd
•na meer dan 2 seconden
stilte.
•wanneer tijdens het
opnemen wordt
overgeschakeld naar de
pauzestand.
U kunt na het opnemen
overbodige markeringen
wissen (“Een
muziekstukmarkering
wissen”, pagina 23).
Wordt automatisch ingesteld.
Kan ook manueel worden
ingesteld (“Het
opnameniveau manueel
instellen”, pagina 13).
Opmerking
Muziekstukmarkeringen kunnen foutief worden gekopieerd:
•bij opname van sommige CD-spelers of multi disc players via de digitale ingang.
•bij opname via de digitale ingang terwijl de shuffle- of programmafunctie is ingeschakeld. Schakel
in dit geval over naar normale weergave.
10-NL
Opname via digitale
ingang
De opname samen starten/
stoppen met de speler
(synchro-opname)
Dit toestel is uitgerust met een ingebouwde
bemonsteringsfrequentie-omzetter zodat u
kunt opnemen van digitale apparatuur met
een andere bemonsteringsfrequentie zoals
een BS tuner of DAT deck.
U kunt makkelijk digitale opnames maken
van een digitale bron of een MD.
Voor synchro-opname sluit u de digitale
bron aan met een digitale kabel en brengt
u een opneembare MD in.
CD-speler, MDspeler, digitale
versterker, enz.
Draagbare CDspeler, enz.
Optische
ministekker
Optische
stekker
CD-speler,
enz.
POC-15B enz.
(niet
meegeleverd)
POC-15AB enz.
(niet
meegeleverd)
SYNCHRO REC
1
Verschuif SYNCHRO REC naar ON.
“SYNC” verschijnt in het
uitleesvenster.
naar LINE IN
(OPTICAL)
1
SYNC
Breng een opneembare MD in en start
de opname.
Om op te nemen, zie "Meteen een MD
opnemen!" (pagina 6). Om op te nemen
van een draagbare CD-speler, zet u de
CD-speler in de pauzestand en start u
de opname.
LINE IN (OPTICAL) fungeert als digitale
en analoge ingang
De recorder herkent automatisch het type
lijnkabel en schakelt over naar digitale of
analoge ingang.
2
Druk en schuif REC naar rechts.
De recorder schakelt over naar de
opname-pauzestand. Geef het
brongeluid weer. De recorder begint
op te nemen wanneer hij het
weergavegeluid ontvangt.
Druk op p om te stoppen met
opnemen.
Opmerkingen
•Digitale opname is enkel mogelijk via een
optische uitgang.
•Bij opname vanaf een draagbare CD-speler
moet u het toestel laten werken op netstroom
en de antispringfunctie (zoals ESP*)
uitschakelen.
* Electronic Shock Protection
wordt vervolgd
11-NL
z
•Tijdens synchro-opname kunt u niet
handmatig pauzeren.
•Als er tijdens synchro-opname gedurende
meer dan 3 seconden geen weergavegeluid
is, schakelt de recorder automatisch over
naar de opname-wachtstand. Wanneer er
weer geluid is, wordt de synchro-opname
hervat. Als de recorder 5 minuten of langer
in de wachtstand blijft, wordt hij
automatisch uitgeschakeld.
Opname met een
microfoon
Sluit een stereo microfoon ECM-717,
ECM-MS907, ECM-MS957, enz., (niet
meegeleverd) aan op MIC (PLUG IN
POWER).
Opmerkingen
•Bedien SYNCHRO REC niet na stap 2. De
opname gebeurt dan niet correct.
•Bij opname in mono volgt u stap 1 en 2 van
”Opname in mono voor dubbele
opnameduur” (pagina 13) alvorens de
synchro-opnameprocedure te volgen.
Stereo microfoon
naar MIC
(PLUG IN
POWER)
MIC SENS (onderaan)
1
2
Kies de gevoeligheid met MIC SENS
(onderaan de recorder). Normaal
staat dit op HIGH. Bij het opnemen
van geluid met hoog volume, zoals
een live concert, moet u het op LOW
zetten.
Breng een opneembare MD in en start
de opname.
Druk en schuif REC naar rechts.
“REC” licht op en de opname start.
Voor andere handelingen, zie
”Meteen een MD opnemen!”(pagina
6).
Opmerking
Om op te nemen met een microfoon, moet u
eerst elke digitale bron loskoppelen, zoniet
schakelt de recorder niet om naar de
microfoon-ingang.
12-NL
Opname in mono voor
dubbele opnameduur
Het opnameniveau
manueel instellen
Kies mono-geluid voor langere opnames.
De opnameduur verdubbelt dan immers.
Bij opname via de analoge ingang, wordt
het geluidsniveau automatisch ingesteld.
Desgevallend kan het niveau ook
manueel worden ingesteld.
P
MODE
+
=
REC
1
2
3
4
Druk en schuif REC naar rechts
terwijl u P ingedrukt houdt.
De recorder schakelt over naar de
opname-wachtstand.
P
1
Druk op MODE.
“Mono REC” verschijnt in het
uitleesvenster en de recorder schakelt
over naar mono-opname.
Druk nogmaals op MODE om op te
nemen in stereo.
REC
Hou P ingedrukt en schuif REC meer
dan 2 seconden naar rechts.
“ManualREC” verschijnt en de
recorder schakelt over naar de
opname-wachtstand. Schuif REC
meer dan 2 seconden naar rechts om
terug te keren naar automatische
instelling terwijl de recorder in de
opname-pauzestand staat.
Druk nogmaals op P om de opname
te starten.
Geef de geluidsbron weer.
Druk op p om te stoppen met
opnemen.
De recorder schakelt bij de volgende opname
weer over op stereo-geluid.
Opmerkingen
•Wanneer u in mono opneemt van een
stereo-bron, wordt het geluid van het
linker- en rechterkanaal gemengd.
•U kunt niet in mono opnemen wanneer
SYNCRO REC op ON staat.
•MD's die werden opgenomen in mono
kunnen alleen worden afgespeeld met een
MD-speler/recorder met mono-stand.
2
Laat de bron spelen.
wordt vervolgd
13-NL
3
Kijk naar de niveaumeter in het
uitleesvenster en regel het
opnameniveau door op + (+) of
= (–) te drukken.
Stel het niveau zo in dat maximaal de
tweede indicator van boven wordt
bereikt.
.
Niveaumeter
De resterende tijd of de
opnamepositie
controleren
Op de recorder
DISPLAY
Volume verlaagt
verhoogt
Opmerking
Het opnameniveau moet worden
ingesteld met de recorder in de
wachtstand. Tijdens de opname kan het
niet worden ingesteld.
4
RECindicatie
1
Druk nogmaals op P om de opname
te starten.
Druk op DISPLAY tijdens het
opnemen of in de stop-stand. Bij elke
druk op de toets verandert het
uitleesvenster als volgt.
Positie-aanwijzer (toont de
huidige positie op de MD)
Druk op p om te stoppen met
opnemen.
Het opnameniveau wordt weer automatisch
geregeld.
A
z
B
Bij opname via de microfooningang, kiest u
de gevoeligheid met MIC SENS (pagina 12).
Tijdens de opname
A
B
Verstreken tijd
Muziekstuknummer
Resterende
opnametijd
Muziekstuknummer
Huidige tijd1)
Huidige datum1)
1)
14-NL
Verschijnt alleen wanneer de klok is
ingesteld.
In de stop-stand
In de stop-stand
A
B
A
Verstreken tijd
Muziekstuknummer
Muziekstuknummer Verstreken tijd
B
Resterende
opnametijd
Muziekstuknaam1)
Muziekstuknummer Muziekstuknaam1)
Resterende tijd
na de huidige
positie
Discnaam1)
Het aantal
muziekstukken
op de disc
Huidige tijd2)
Huidige datum2)
—
1)
Verschijnt alleen als de disc/het
muziekstuk werd benoemd.
2)
Verschijnt alleen wanneer de klok is
ingesteld.
Discnaam1)
Huidige tijd2)
1)
Verschijnt alleen als de disc/het
muziekstuk werd benoemd.
2)
Verschijnt alleen wanneer de klok is
ingesteld.
De opnamestatus controleren
Op de afstandsbediening
DISPLAY
1
Druk op DISPLAY tijdens het
opnemen of in de stop-stand. Bij elke
druk op de toets verandert het
uitleesvenster als volgt.
A
Tijdens de opname
B
Muziekstuknummer Verstreken tijd
Muziekstuknummer Resterende
opnametijd
—
1)
Opnamestatus
REC-indicatie
Tijdens het
opnemen
licht op
knippert afhankelijk
van het bronvolume
bij opname met een
microfoon (voice
mirror)
Opnamewachtstand
knippert
Minder dan 3
minuten
opnametijd
beschikbaar
knippert traag
Een muziekstuk- dooft even
markering werd
toegevoegd
B
A
De REC-indicatie licht op of knippert
afhankelijk van de opnamestatus.
z
Als u tijdens het afspelen de weergavepositie
of de muziekstuknaam wilt controleren, zie
pagina 19.
Huidige tijd1)
Verschijnt alleen wanneer de klok is
ingesteld.
15-NL
De klok instellen om de
opnametijd te markeren
Om de datum en tijd bij het opnemen op
de MD te registreren, moet u eerst de klok
instellen.
(
+
=
5
Herhaal stap 3 en 4 om de huidige
maand, datum en tijd in te voeren.
Als u op ( drukt om de minuten in
te stellen, begint de klok te lopen.
Als u zich vergist bij het instellen
van de klok
Druk op p en stel de klok opnieuw in
vanaf stap 2. U kunt een stap overslaan
door op ( te drukken.
De huidige tijd weergeven
Druk terwijl de recorder niet werkt of
opneemt herhaaldelijk op DISPLAY tot de
huidige tijd verschijnt in het
uitleesvenster.
CLOCK SET
(onderaan)
1
2
Sluit de stroombron aan.
Gebruik de meegeleverde
netstroomadaptor.
Druk op CLOCK SET onderaan de
recorder.
Gebruik hiervoor een scherp
voorwerp.
De jaarcijfers knipperen.
DATE
AM
3
4
16-NL
Voer het huidige jaar in door op =
of + te drukken.
Hou = of + ingedrukt om de
cijfers snel te veranderen.
Druk op (.
Het maandcijfer knippert.
Tijdweergave volgens het 24urensysteem
Druk op DISPLAY terwijl u de klok
instelt. Druk nogmaals op DISPLAY om
de tijd weer te geven volgens het 12urensysteem.
De ingebouwde batterij van de klok
opladen
Wanneer u de recorder voor het eerst
gebruikt of na lange tijd weer in gebruik
neemt, moet u de ingebouwde batterij
opladen.
Na het instellen van de klok laat u de
recorder ongeveer 2 uur aangesloten op het
stopcontact om de ingebouwde batterij van
de klok op te laden. Een opgeladen batterij
moet ongeveer een maand meegaan zonder
op een stroombron te zijn aangesloten. De
recorder laadt de ingebouwde batterij
automatisch op wanneer hij wordt gevoed
door netstroom, droge batterijen of een
oplaadbare batterij.
zVerschillende
manieren van afspelen
Het nummer of de naam
van het muziekstuk
direct kiezen
U kunt het gewenste muziekstuk direct
kiezen met behulp van de verticale jog
knop.
Herhaald afspelen van
nummers
U kunt de nummers op drie verschillende
manieren afspelen — herhaal alles,
herhaal één nummer, herhaal in
willekeurige volgorde.
MODE
Verticale jog knop
PLAY
MODE
1
Draai aan de jog knop om een
muziekstuk te kiezen en druk erop
om het gekozen muziekstuk af te
spelen.
Draaien
om te
kiezen
Indrukken
om af te
spelen.
Wanneer u aan de jog knop draait,
verschijnt de muziekstuknaam* in het
uitleesvenster. Druk op de jop knop
om het gekozen muziekstuk af te
spelen.
* Als het muziekstuk geen naam heeft,
verschijnt alleen het
muziekstuknummer in het
uitleesvenster.
1
Druk op MODE (PLAY MODE op de
afstandsbediening) tijdens het
afspelen van een MD.
Bij elke druk op de toets verandert de
weergavestand-indicatie als volgt.
B.v. uitleesvenster van het
hoofdtoestel.
1 SHUF
Weergavestand-indicatie
z
Als u een muziekstuk kiest in de shuffle
play-stand, begint shuffle play vanaf het
gekozen muziekstuk.
wordt vervolgd
17-NL
Indicatie
Weergave-stand
geen
(normale
weergave)
Alle muziekstukken
worden eenmaal
afgespeeld.
“f”
(alle herhalen)
Alle muziekstukken
worden herhaald
afgespeeld.
Bass-geluid accentueren
(DIGITAL MEGA BASS)
De Mega Bass-functie versterkt lage
frequenties voor een voller
weergavegeluid. Deze functie werkt
alleen met de hoofdtelefoon.
“f 1”
Een muziekstuk
(een herhalen) wordt herhaald
afgespeeld.
“f SHUF ”
(herhalen in
willekeurige
volgorde)
Alle muziekstukken
worden herhaald
afgespeeld in
willekeurige volgorde.
DIGITAL MEGA BASS
1
Druk op DIGITAL MEGA BASS.
Bij elke druk op DIGITAL MEGA
BASS verandert de Mega Bassindicatie als volgt.
Mega Bass-indicatie
BASS
Indicatie
Weergavestand
geen
Normale weergave
“BASS
”
“BASS
Mega Bass (licht
effect)
”
Mega Bass (sterk
effect)
Opmerkingen
•Als het geluid bij het accentueren van de
lage tonen wordt vervormd, moet u het
volume lager zetten.
•De Mega Bass-functie heeft geen invloed op
het opnamegeluid.
•Mega Bass werkt niet wanneer op LINE
OUT van de recorder een lijnkabel is
aangesloten.
18-NL
Uw gehoor beschermen
(AVLS)
De functie AVLS (Automatische
volumebeperking) zorgt ervoor dat het
volume onder het maximumniveau blijft
om uw oren te beschermen.
De resterende tijd of de
weergavepositie
controleren
Op de recorder
DISPLAY
AVLS
1
Zet AVLS onderaan de recorder op
LIMIT.
Als u het volume hoger probeert te
zetten, verschijnt “AVLS” in het
uitleesvenster. Het volume wordt op
een gemiddeld niveau gehouden.
1
Druk op DISPLAY tijdens de
weergave.
Bij elke druk op DISPLAY verandert
het uitleesvenster als volgt:
Positie-indicator (toont de
huidige positie op de MD)
A
B
A
B
Verstreken tijd
Resterende tijd
voor het huidige
muziekstuk
Resterende tijd na
de huidige positie
Opnametijd2)
Muziekstuknummer
Muziekstuknaam1)
Discnaam1)
Opgenomen datum2)
1)
Verschijnt alleen als de disc/het
muziekstuk werd benoemd.
2)
Verschijnt alleen wanneer de klok is
ingesteld.
wordt vervolgd
19-NL
Op de afstandsbediening
DISPLAY
De
bedieningselementen
vergrendelen (HOLD)
Gebruik deze functie om te voorkomen
dat bijvoorbeeld tijdens het lopen toetsen
per ongeluk worden bediend.
1
Druk op DISPLAY tijdens de
weergave.
Bij elke druk op DISPLAY verandert
het uitleesvenster als volgt:
HOLD
HOLD
A
B
A
B
Muziekstuknummer
Muziekstuknummer
Het aantal
muziekstukken
op de disc
—
Verstreken tijd
Muziekstuknaam1)
Discnaam1)
1
Opnametijd2)
1)
Verschijnt alleen als de disc/het
muziekstuk werd benoemd.
2)
Verschijnt alleen wanneer de klok is
ingesteld.
z
Om de resterende tijd of de opnamepositie te
controleren in de opname- of stop-stand, zie
pagina 14.
20-NL
Schuif de HOLD-toets in de richting
van c.
De HOLD-toets op de recorder
vergrendelt de bedieningsorganen op
de recorder. De HOLD-toets op de
afstandsbediening vergrendelt de
bedieningsorganen op de
afstandsbediening.
Schuif HOLD in de omgekeerde
richting van het pijltje om de
bedieningselementen te
ontgrendelen.
Aansluiting op een
stereo-installatie
Verbind de LINE OUT aansluiting van de
recorder met de LINE IN aansluitingen
van een versterker of een cassettespeler
met behulp van een lijnkabel (RK-G129 of
RK-G136, niet meegeleverd). Het
uitgangssignaal is analoog. De recorder
speelt de MD digitaal af en stuurt analoge
signalen naar de aangesloten apparatuur.
Draagbare
StereoDAT recorder systeem, enz.
Stereo
naar LINE IN 2 phonostekkers
ministekker
R
L (wit)
(rood)
RK-G136
(niet
meegeleverd)
RK-G129 (niet
meegeleverd)
naar LINE
OUT
Opmerking
Mega Bass werkt niet wanneer een lijnkabel
is aangesloten op LINE OUT.
21-NL
zOpgenomen
muziekstukken bewerken
U kunt uw opnames bewerken door
muziekstukmarkeringen toe te voegen of
muziekstukken en MD’s te benoemen.
Voorbespeelde MD’s kunnen niet worden
bewerkt.
Een muziekstuk gedeeltelijk
wissen
Breng muziekstukmarkeringen aan bij het
begin en het einde van het deel dat u wilt
wissen en wis vervolgens dat deel.
De hele disc wissen
Opmerkingen betreffende het
bewerken
•Verplaats de recorder niet terwijl “Toc
Edit”* knippert in het uitleesvenster.
•U kunt geen muziekstukken bewerken op
een opnamebeveiligde MD. Sluit het nokje
op de zijkant van de MD alvorens
muziekstukken te bewerken.
* TOC = Table of contents (inhoudsopgave)
U kunt snel alle muziekstukken en
gegevens op een MD wissen.
Merk op dat eens een opname is gewist, u
deze niet meer kunt herstellen. Controleer
goed de inhoud van de disc die u wilt
wissen.
p
Muziekstukken wissen
Een muziekstuk wissen
Merk op dat eens een opname is gewist, u
deze niet meer kunt herstellen. Controleer
welk muziekstuk u wist.
p
ERASE
1
ERASE
1
2
22-NL
Druk op ERASE tijdens het afspelen
van het muziekstuk dat u wilt wissen.
“Erase OK?” en “Push Erase”
verschijnen afwisselend in het
uitleesvenster en de recorder speelt
het gekozen muziekstuk
herhaaldelijk af. Druk op p om de
wisfunctie te annuleren.
Controleer het muziekstuknummer in
het uitleesvenster en druk nogmaals
op ERASE.
Het muziekstuk wordt van de MD
gewist en de resterende
muziekstukken worden
hernummerd.
2
REC
Hou in de stop-stand ERASE
ingedrukt en schuif REC naar rechts.
“All Erase?” en “Push Erase”
verschijnen afwisselend in het
uitleesvenster. Druk op p om het
wissen te annuleren.
Druk nogmaals op ERASE.
“Toc Edit” knippert in het
uitleesvenster. Na het wissen
verschijnt “BLANK DISC”.
Een muziekstukmarkering
toevoegen
Een muziekstukmarkering
wissen
U kunt muziekstukmarkeringen
aanbrengen zodat het gedeelte achter de
nieuwe markering als een nieuw
muziekstuk wordt beschouwd.
De muziekstuknummers lopen op als
volgt.
Bij opname via de analoge (lijn) ingang
kunnen onnodige
muziekstukmarkeringen worden
opgenomen. U kunt een
muziekstukmarkering wissen om
muziekstukken voor en na de
muziekstukmarkering te combineren. De
muziekstuknummers veranderen dan als
volgt.
1
2
3
4
4
Muziekstukmarkering
.
1
2
3
4
1
5
1
Muziekstuknummers lopen op
2
3
4
4
. Een muziekstukmarkering wissen
2
3
Muziekstuknummers verminderen
P
=
T MARK
T MARK
1
Druk in de weergave- of pauzestand
van een MD op TRACK MARK op de
recorder op het punt dat u wilt
markeren.
“T MARK ON” verschijnt in het
uitleesvenster en een
muziekstukmarkering wordt
toegevoegd. Het muziekstuknummer
verhoogt met één.
Muziekstukmarkeringen
toevoegen tijdens de opname
Druk op T MARK op de recorder of TRACK
MARK op de afstandsbediening.
1
2
3
Opmerking
TRACK MARK op de afstandsbediening
werkt niet tijdens de weergave.
Druk op P om te pauzeren tijdens de
weergave van het muziekstuk met de
muziekstukmarkering die u wilt
wissen.
Zoek de muziekstukmarkering door
lichtjes op = te drukken.
Om bijvoorbeeld de derde
muziekstukmarkering te wissen,
zoekt u het begin van het derde
muziekstuk. “00:00” verschijnt in het
uitleesvenster.
Druk op T MARK om de markering
te wissen.
“MARK OFF” verschijnt in het
uitleesvenster. De
muziekstukmarkering wordt gewist
en beide muziekstukken worden
gecombineerd.
z
Wanneer u een muziekstukmarkering wist,
worden ook de datum, tijd en naam gewist.
23-NL
Opgenomen
muziekstukken
verplaatsen
Opnames benoemen
U kunt de volgorde van de opgenomen
muziekstukken wijzigen.
Voor het verplaatsen
Muziekstuk A Muziekstuk B Muziekstuk C Muziekstuk D
1
2
3
4
Verplaatst u
muziekstuk C van
het derde naar het
tweede muziekstuk.
Na het
verplaatsen $
U kunt de MD’s en muziekstukken die u
hebt opgenomen benoemen met letters,
cijfers en tekens. Elke naam kan uit
maximum 200 tekens bestaan en elke MD
kan tot ongeveer 1700 tekens bevatten.
(
TITLE/ENTER
=/+
Verticale jog
p
knop
Muziekstuk A Muziekstuk C Muziekstuk B Muziekstuk D
1
2
3
TITLE/ENTER
ERASE
4
(
END SEARCH
VOLUME +/–
p
1
Verticale jog knop
1
Hou ( en druk op TITLE/ENTER
tijdens het afspelen van het
muziekstuk dat u wilt verplaatsen.
De recorder speelt het gekozen
muziekstuk herhaaldelijk.
“MV003n003” verschijnt
bijvoorbeeld in het uitleesvenster.
2
3
Draai aan de verticale jog knop om de
nieuwe muziekpositie te kiezen.
Draai bijvoorbeeld aan de jog knop
tot “MV003n002” verschijnt in het
uitleesvenster.
Druk op p om het verplaatsen te
stoppen.
Druk nogmaals op TITLE/ENTER.
Het verplaatsen is gedaan en de
recorder speelt het verplaatste
muziekstuk.
z
U kunt het muziekstuk ook verplaatsen door
in stap 3 op de jog knop te drukken.
24-NL
2
3
Om een muziekstuk te benoemen,
speelt u het muziekstuk dat u wilt
benoemen.
Om een MD te benoemen, brengt u
de opneembare MD in die u wilt
benoemen. Als een MD reeds is
ingebracht, drukt u op p om te
stoppen.
Druk op TITLE/ENTER.
Als u in stap 1 hierboven een
muziekstuk hebt gekozen, speelt de
recorder dat muziekstuk
herhaaldelijk.
Een cursor knippert in het
uitleesvenster.
Gebruik de verticale jog knop om een
ander teken te kiezen en in te voeren.
Draaien om
Drukken om
te kiezen.
in te voeren
Draai aan de jog knop om een teken
te kiezen en druk op de knop om het
gekozen teken in te voeren. De cursor
verschuift naar rechts en wacht op de
invoer van het volgende teken.
Druk op
Om
(
te schakelen tussen
hoofdletters, kleine
letters en markeringen/
cijfers.
=/+
de cursor naar links of
naar rechts te verplaatsen.
END
SEARCH
ERASE
een blanco in te lassen.
p
het benoemen te stoppen.
4
5
een teken weg te laten.
Herhaal stap 3 tot u alle tekens van
de naam hebt ingevoerd.
Druk op TITLE/ENTER.
Het benoemen is voltooid.
Druk op p om het benoemen te
annuleren.
Beschikbare tekens
• Hoofdletters en kleine letters van het
Engelse alfabet
• Cijfers 0 tot 9
• ! " # $ % & ( ) * + – . ; < = > ?
@ _ ` ' , / : _ (blanco)
Opnames opnieuw benoemen
Voer stappen 1 en 2 uit om de benaming
van het muziekstuk of de MD in het
uitleesvenster te laten verschijnen.
Voer een nieuw teken in over het teken
dat u wilt wijzigen en druk op TITLE/
ENTER.
Opmerkingen
•U kunt geen voorbespeelde noch
onbespeelde MD’s opnieuw benoemen.
•De recorder kan Japanse ”Katakana” tekens
weergeven maar u kunt er geen opnames
mee benoemen.
25-NL
zVoedingsbronnen
U kunt de recorder laten werken op
netstroom of als volgt.
In de recorder …
– een oplaadbare lithium ion-batterij
(meegeleverd)
Met meegeleverde batterijhouder …
– droge batterijen (niet meegeleverd)
Bij langdurig opnemen verdient het
aanbeveling de recorder te laten werken
op netstroom.
Gebruik van een
oplaadbare lithium ionbatterij
Alvorens de meegeleverde oplaadbare
LIP-8 lithium ion-batterij voor het eerst te
gebruiken, moet u die opladen in de
recorder.
1
Sluit de meegeleverde
netstroomadaptor aan.
naar stopcontact
netstroomadaptor
(meegeleverd)
naar DC IN 6V
2
26-NL
Plaats de LIP-8 batterij in de recorder
en sluit het deksel.
De batterij-indicatie verschijnt in het
uitleesvenster en het laden begint.
Na het opladen verdwijnt de batterijindicatie.
Laadduur
voor 80%
ong. 2 uur
voor 100%
ong. 3 uur
(Een volledig ontladen batterij laden)
z
U kunt de recorder tijdens het opladen
gebruiken.
Opmerkingen
•Gebruik altijd de meegeleverde
netstroomadaptor.
•De laadduur hangt af van de staat waarin
de batterij verkeert.
Levensduur batterijen1)
Gebruik van droge
batterijen
Batterijen
Ong. 7 uur
1
LIP-8 oplaadbare Ong. 4
lithium ionuur
batterij
Twee LR6 (AA)
-----3)
droge Sony
alkalinebatterijen
Ong. 12
uur
LIP-8 + twee LR6 -----3)
(AA)
Ong. 22
uur
Sluit de meegeleverde batterijhouder
aan.
Opname2)
Weergave
1)
2
Plaats twee droge LR6 (AA) batterijen
(niet meegeleverd).
De levensduur van een batterij kan negatief
worden beïnvloed door de
gebruiksomstandigheden en de
omgevingstemperatuur.
2)
Gebruik voor het opnemen een volledig
opgeladen batterij.
3)
De opnametijd kan verschillen volgens de
alkalinebatterijen.
Wanneer batterijen vervangen
Wanneer de droge batterijen of de
oplaadbare batterij verzwakt zijn,
knippert b of “LOW BATT” in het
uitleesvenster. Vervang de droge
batterijen of laad de oplaadbare batterij
op.
27-NL
zAanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Veiligheid
Steek geen vreemde voorwerpen in de
DC IN 6 V aansluiting.
Voedingsbronnen
• Gebruik de netvoeding, de oplaadbare
lithium-ionbatterij, twee R6 (type AA)
batterijen of de accu van de auto.
• Bij gebruik in huis: gebruik alleen de
wisselstroomadaptor die bij deze
recorder wordt meegeleverd. Gebruik
in geen geval een andere adapter,
aangezien dit tot storing in de recorder
kan leiden.
Polariteit
van de
stekker
• Zolang het netsnoer op het stopcontact
is aangesloten blijft er spanning op de
recorder staan, ook al is de recorder
zelf uitgeschakeld.
• Als de recorder gedurende langere tijd
niet gebruikt gaat worden, trek dan de
stekker van de adapter uit het
stopcontact, of verwijder de
oplaadbare batterij, de R6 (type AA)
batterijen of de accu-aansluitkabel.
Trek voor het verwijderen van het
snoer van de adapter altijd aan de
stekker zelf en nooit aan het snoer.
• Bij gebruik in de auto: Gebruik de
CPA-9 adaptorcassette en de DCCE260 auto-accukabel (niet
meegeleverd).
Oververhitting
Indien de recorder langdurig wordt
gebruikt kan deze oververhit raken. Laat
de recorder in dat geval eerst afkoelen.
Plaatsing
• Zet de recorder niet op een plek waar
deze wordt blootgesteld aan overmatig
licht, extreme temperaturen, vocht of
trillingen.
• Zorg altijd voor voldoende ventilatie
om het apparaat als het wordt gebruikt
op netvoeding. Oververhitting van de
recorder kan leiden tot storingen of
verwonding.
28-NL
Hoofdtelefoon
Veiligheid in het verkeer
Draag geen hoofdtelefoon als u een auto of
enig ander voertuig bestuurt en evenmin op
de fiets. Dit kan leiden tot gevaarlijke
verkeerssituaties en is in veel landen
wettelijk verboden. Het kan bovendien
gevaarlijk zijn uw recorder met een hoog
volume te laten spelen als u zich op straat
bevindt, vooral op oversteekplaatsen. Zet in
potentieel gevaarlijke situaties, altijd uw
recorder uit.
Voorkom oorletsel
Zet de muziek op de hoofdtelefoon niet te
hard. Oorspecialisten adviseren tegen het
voortdurend en zonder onderbreking
beluisteren van harde muziek. Hoort u een
hoog geluid in uw oren, draai dan het
volume omlaag of zet de recorder uit.
Denk om anderen
Houd de geluidsterkte op een redelijk
niveau. U kunt dan geluiden van buitenaf
nog steeds horen terwijl u er tegelijkertijd
rekening mee houdt overdreven geluidsdruk
te voorkomen.
MiniDisc cartridge
• Maak de behuizing niet open.
• Bewaar discs niet op een plek waar
deze worden blootgesteld aan
overmatig licht, extreme temperaturen,
vocht of stof.
Reinigen
• Reinig de behuizing van de recorder
met een zachte vochtige doek,
eventueel met een mild
schoonmaakmiddel. Gebruik geen
schuursponsje, schuurmiddelen of
chemische oplosmiddelen zoals alcohol
of benzine. Hiermee kan de afwerking
van de behuizing worden beschadigd.
• Veeg met een schone droge doek over
het omhulsel van de disc om eventueel
vuil te verwijderen.
• Stof of ander vuil op de lens kan een
goede werking van de recorder
belemmeren. Sluit altijd het deksel van
de disc-houder na het inbrengen of
uitwerpen van een MD.
Opmerkingen over batterijen
Digitale opname
Onjuist gebruik van batterijen kan leiden
tot batterijlekkage of tot barsten van
batterijen. Om dit te voorkomen houdt u
de volgende regels in acht:
• Plaats batterijen met de + en - polen in
de juiste richting.
• Gebruik geen combinaties van nieuwe
en gebruikte batterijen of van
verschillende typen.
• Probeer alkalinebatterijen niet opnieuw
op te laden.
• Wanneer de recorder langere tijd niet
gebruikt gaat worden, verwijdert u de
batterijen.
• Mocht er toch batterijlekkage optreden,
maakt u de batterijhouder voorzichtig
helemaal schoon voordat u nieuwe
batterijen plaatst.
Deze recorder maakt gebruik van het
Serial Copy Management System
waarmee alleen digitale eerstegeneratiekopieën kunnen worden
gemaakt van voorbespeelde software. U
kunt enkel via de analoge (line out)
aansluitingen kopieën maken van een zelf
opgenomen MD.
Mechanische geluiden
De recorder maakt tijdens de werking
mechanische geluiden die worden
veroorzaakt door het
energiespaarsysteem. Dit is volkomen
normaal.
Een voorbespeelde MD
beveiligen.
Om een MD te beveiligen tegen opname,
schuift u het nokje op de zijkant van de
MD open. In deze stand kan niet op de
MD worden opgenomen. Om weer wel te
kunnen opnemen, schuift u het nokje
terug.
CD-speler, MDspeler, enz.
Digitale opname
Zelf
Geen
Opneembare
opgenomen digitale MD
MD
opname
Mocht u nog vragen of problemen hebben
met betrekking tot de recorder, aarzel dan
niet contact op te nemen met uw
dichtstbijzijnde Sony dealer.
Achterkant van de MD
Nokje
Opnamebeveiliging
29-NL
Verhelpen van storingen
Als het probleem na het uitvoeren van onderstaande controles blijft bestaan, neem dan
contact op met uw plaatselijk Sony dealer.
Probleem
Oorzaak/oplossing
De recorder werkt niet of
niet goed.
•De aansluitingen zijn niet goed bevestigd.
b Zet de stroom af en opnieuw aan (pagina 6, 11).
•Er is condensvorming in de recorder,
b Neem de MD eruit en laat de recorder gedurende
een aantal uren op een warme plaats drogen
totdat alle condens is verdwenen.
•De oplaadbare of droge batterijen zijn zwak (b of
“LOW BATT” knippert).
b Laad de batterij op of vervang de droge
batterijen (pagina 26, 27).
•De oplaadbare batterij of de droge batterijen zijn
verkeerd in de houder geplaatst.
b Plaats de batterijen op de juiste manier (pagina
27).
•U drukte op een toets terwijl de disc-indicatie snel
ronddraaide.
b Wacht tot de indicatie langzaam draait.
•De opneemsterkte is te laag.
•Bij hjet maken van digitale opnames vanaf een
draagbare CD- speler heeft u het toestel niet op
netstroom laten werken of de antispringfunctie
(bijvoorbeeld ESP) niet uitgeschakeld.
•Er werd analoog opgenomen met behulp van een
verbindingskabel met verzwakker.
b Gebruik een verbindingskabel zonder
verzwakker (pagina 6).
•De netstroomadaptor is losgeraakt tijdens de
opname of er heeft zich een stroomstoring
voorgedaan.
•Terwijl de recorder in gebruik was, was er sprake
van een mechanische schok, statische elektriciteit,
spanningspieken door bijv. blikseminslag, enz.
b Start het apparaat als volgt opnieuw.
1 Koppel alle voedingsbronnen los.
2 Laat de recorder ongeveer 30 seconden staan.
3 Koppel de voedingsbron weer aan.
Er komt geen geluid uit de
hoofdtelefoon.
•De stekker van de hoofdtelefoon is niet goed
aangesloten.
b Sluit de stekker van de hoofdtelefoon stevig aan
op de afstandsbediening. Steek de stekker van de
afstandsbediening stevig in 2/REMOTE.
30-NL
Probleem
Oorzaak/oplossing
Er komt geen geluid uit de
hoofdtelefoon (wordt
vervolgd).
•Het volume is te laag.
b Regel het volume met VOLUME +/– (VOL +/–
op de afstandsbediening).
•AVLS is aan.
b Schuif AVLS naar NORM (pagina 19).
Een MD wordt niet
afgespeeld vanaf het eerste
muziekstuk.
•Het afspelen van de disc werd onderbroken voordat
het laatste muziekstuk werd bereikt.
b Druk herhaalde malen op = of open en sluit
het deksel eenmaal om terug te keren naar het
begin van de disc, en begin opnieuw met afspelen
nadat u het muziekstuk in het uitleesvenster hebt
gecontroleerd.
Het weergavegeluid
verspringt.
•De recorder staat bloot aan teveel trillingen.
b Plaats de recorder op een stabiele ondergrond.
•Een zeer kort muziekstuk kan het geluid doen
verspringen.
Er is teveel ruis in het
geluid.
•Een sterk magnetisch veld van bijv. televisie
beïnvloedt het signaal.
b Plaats de recorder niet te dicht bij een magnetisch
veld.
U kunt de
muziekstukmarkeringen
niet vinden.
•U hebt op P gedrukt na het drukken op = of +.
b Druk op P en daarna op = of +.
De oplaadbare batterij laadt
niet op.
•De oplaadbare batterij is verkeerd geplaatst of de
netspanningsadapter is verkeerd aangesloten.
b Plaats de batterij op de juiste manier en sluit de
netstroomadaptor correct aan.
De klok loopt achter of het
uitleesfenster knippert.
De opnamedatum werd
niet opgeslagen op de MD.
•De ingebouwde batterij van de klok raakt leeg.
b Sluit de wisselstroomadaptor aan op de DC IN 6
V ingang van de recorder en het stopcontact om
de ingebouwde batterij weer op te laden. Stel na
het opladen de klok opnieuw in (pagina 16). Het
is normaal dat de klok per maand 2 minuten
achter loopt .
Het deksel gaat niet open.
•De stroomtoevoer werd onderbroken tijdens de
weergave, of de batterijen zijn uitgeput.
b Sluit de stroomtoevoer weer aan, of vervang de
uitgeputte batterijen door nieuwe.
31-NL
Systeembeperkingen
Het opnamesysteem van uw MiniDisc recorder verschilt sterk van het systeem dat wordt
gebruikt in cassette- en DAT-recorders, en wordt gekenmerkt door de onderstaande
beperkingen. Merk evenwel op dat deze beperkingen inherent zijn aan het MDopnamesysteem en geen mechanische oorzaak hebben.
Probleem
Oorzaak
“TR FULL” verschijnt nog voor
de maximum opnameduur is
bereikt (60 of 74 minuten).
Wanneer 254 muziekstukken op de disc werden
opgenomen, verschijnt “TR FULL”, ongeacht de
totale opnameduur. Er kunnen niet meer dan 254
muziekstukken op één disc worden opgenomen.
Om voort te kunnen opnemen, moet u overbodige
muziekstukken wissen.
“TR FULL” verschijnt nog voor
het maximum aantal
muziekstukken of de maximum
opnameduur is bereikt.
Door herhaaldelijk opnemen en wissen kunnen
gegevens worden opgeplitst en verspreid. Deze
verspreide gegevens kunnen weliswaar worden
uitgelezen, maar elk fragment wordt als een
muziekstuk beschouwd. In dit geval kan het
aantal muziekstukken oplopen tot 254, waarna
niet meer kan worden opgenomen. Om voort op
te nemen moeten dan muziekstukken worden
gewist. U kunt een muziekstuk dat in stereo is
opgenomen niet combineren met een muziekstuk
dat in mono is opgenomen; u kunt ook een
muziekstuk dat is opgenomen met een digitale
aansluiting niet combineren met een muziekstuk
dat is opgenomen met een analoge aansluiting.
Muziekstukmarkeringen
kunnen niet worden gewist.
Wanneer de gegevens van een muziekstuk zijn
opgedeeld, kan de muziekstukmarkering van een
fragment van minder dan 12 seconden niet
worden gewist.
De resterende opnameduur
verhoogt niet na het wissen van
veel korte muziekstukken.
Muziekstukken van minder dan 12 seconden
worden niet geteld, zodat de opnameduur niet
verhoogt wanneer ze worden gewist.
De totale opnameduur en de
resterende disc-tijd kunnen
soms minder bedragen dan de
maximum opnameduur (60 of
74 minuten).
De opname gebeurt in stukken van minstens 2
seconden, hoe kort het materiaal ook is. Een
opname van minder dan 2 seconden wordt als een
muziekstuk van 2 seconden beschouwd. Voor
elke opname wordt een ruimte van 2 seconden
gelaten om te voorkomen dat het laatste deeltje
van het vorige muziekstuk wordt gewist. De
inhoud van de opname kan dus korter zijn dan de
maximum opnamecapaciteit.
Tijdens het zoeken kan het
geluid van bewerkte
muziekstukken wegvallen.
Bij het zoeken kan het geluid van gesplitste
gegevens wegvallen doordat de muziekstukken
met een veel grotere snelheid worden afgespeeld
dan bij normale weergave.
32-NL
Berichten
Als de volgende foutberichten knipperen in het uitleesvenster, moet u de onderstaande tabel
raadplegen.
Foutmelding
Betekenis/oplossing
BLANK DISC
• U wilt een MD afspelen die leeg is.
b Breng een voorbespeelde MD in.
DISC ERR
• De recorder kan de MD niet lezen (vanwege krassen of vuil).
b Plaats de MD opnieuw of vervang hem.
DISC FULL
• Er is geen ruimte meer op de MD (minder dan 12 seconden
over).
b Vervang de disc.
Data Save
•De MD-speler neemt informatie (geluid) op van het geheugen
naar de disc.
b Wacht tot dit proces is voltooid. Stel het toestel niet bloot
aan schokken en schakel ook de stroom niet uit.
Toc Edit
•De MD-speler neemt informatie (begin en einde muziekstuk)
op van het geheugen naar de disc.
b Wacht tot dit proces is voltooid. Stel het toestel niet bloot
aan schokken en schakel ook de stroom niet uit.
BUSY
•U wilt de recorder bedienen terwijl deze bezig is met het
opvragen van opgenomen gegevens.
b Wacht totdat de melding verdwijnt (dit kan soms wel 2 à 3
minuten duren).
NAME FULL
•U probeerde meer dan 200 tekens per muziekstuk en discnaam in te voeren of het aantal tekens op de MD bedraagt
meer dan 1700.
b Beperk het aantal tekens tot de limietwaarde.
Hi DC in
•De voedingsspanning is te hoog (de meegeleverde
netstroomadaptor of het aanbevolen batterijsnoer worden niet
gebruikt).
b Gebruik de meegeleverde netstroomadaptor of het
aanbevolen batterijsnoer.
HOLD
• De recorder is vergrendeld.
b Verschuif HOLD in de tegengestelde richting van het
pijltje om de recorder te ontgrendelen (pagina 20).
LOW BATT
•De batterijen zijn bijna leeg.
b Vervang de droge batterijen of laad de oplaadbare batterij
op (pagina 26, 27).
MEM OVER
• U probeert op te nemen zonder indicatie in het uitleesvenster
terwijl de recorder continu is blootgesteld aan trillingen.
b Plaats de recorder op een stabiele ondergrond en begin
weer op te nemen.
33-NL
Foutmelding
Betekenis/oplossing
NO COPY
• U probeert een kopie te maken van een disc die is beveiligd
door het Serial Copy Management System. U kunt geen kopie
maken van een digitaal aangesloten bron die zelf ook via een
digitale aansluiting werd opgenomen.
b Gebruik in plaats hiervan de analoge aansluiting (pagina
6).
NO DISC
• U probeert af te spelen of op te nemen zonder disc in de
recorder.
b Breng een MD in.
NO SIGNAL
• Er is geen digitaal ingangssignaal.
b Controleer of de bron goed is aangesloten (pagina 11).
P/B ONLY
• U probeert op te nemen of te bewerken op een voorbespeelde
MD (P/B betekent weergave).
b Breng een opneembare MD in.
PROTECTED
• U probeert iets op te nemen of te bewerken op een disc
waarvan het beschermnokje in de wispreventiestand staat.
b Verschuif het wispreventienokje (pagina 29).
SORRY
• U probeert een muziekstukmarkering te wissen tijdens het
afspelen van de MD of aan het begin van het eerste
muziekstuk.
• U probeert een muziekstukmarkering te wissen om
muziekstukken te combineren die niet combineerbaar zijn
(door systeembeperking).
TEMP OVER
• De recorder raakt oververhit.
b Laat de recorder afkoelen.
TR FULL
• Er is geen ruimte meer voor nieuwe gegevens tijdens het
bewerken van de MD.
b Wis overbodige muziekstukken (pagina 22).
TrPROTECT
• U probeert een muziekstuk dat is beschermd tegen wissen op
te nemen of te bewerken.
b Andere muziekstukken opnemen of bewerken.
34-NL
Technische gegevens
Systeem
Audio weergavesysteem
MiniDisc digitaal audiosysteem
Laser eigenschappen
Materiaal: GaAlAs
Golflengte: λ = 780 nm
Emissieduur: continu
Uitgangsvermogen laser: maximaal 44,6 µW*
*Deze waarde voor het uitgangsvermogen is
gemeten op een afstand van 200 mm van het
levensoppervlak van het optische blok met
opening van 7 mm.
Opname- en weergavetijd
Maximum 74 minuten (MDW-74, stereoopname)
Maximum 148 minuten (MDW-74, monoopname)
Omwentelingen
400 tot 900 t/min (CLV)
Foutcorrectie
Advanced Cross Interleave Reed Solomon
Code (ACIRC)
Bemonsteringsfrequentie
44,1 kHz
Bemonsteringsfrequentie-omzetter
Input: 32 kHz/44,1 kHz/48 kHz
Codering
Adaptive TRansform Acoustic Coding
(ATRAC)
Modulatiesysteem
EFM (Eight to Fourteen Modulation)
Aantal kanalen
2 stereo-kanalen
1 mono-kanaal
Frequentiebereik
20 tot 20.000 Hz ± 3 dB
Snelheidsfluctuaties
Beneden meetbare grens
Ingangen
Microfoon: stereo mini-aansluitbus, 0,22 –
0,78 mV
Line in: stereo mini-aansluitbus, 69 – 194
mV
Optical (Digital) in: optische (digitale) miniaansluitbus
Uitgangen
Hoofdtelefoon: stereo mini-aansluitbus,
maximum uitgangsniveau 5 mW + 5 mW,
belastingsimpedantie 16 ohm
Line out: stereo mini-aansluitbus, 194 mV,
belastingsimpedantie 10 kilohm
Algemeen
Voeding
Sony netstroomadaptor (meegeleverd)
aangesloten op de DC IN 6 V bus:
220-230 V wisselstroom, 50/60 Hz
(Europees model)
120 V AC, 60 Hz (Canadees model)
100-240 V AC, 50/60 Hz (andere
modellen)
Oplaadbare lithium ion-batterij LIP-8
(meegeleverd)
Twee LR6 (AA) alkalinebatterijen (niet
meegeleverd)
Levensduur batterijen
Zie “Levensduur batterijen” (pagina 27)
Afmetingen
Ong. 109,5 × 19,7 × 77 mm (b/h/d)
Gewicht
Ong. 190 g enkel recorder
Ong. 240 g incl. opneembare MD en
oplaadbare LIP-8 lithium ion-batterij
Meegeleverd accessoires
Netstroomadaptor (1)
Hoofdtelefoon met afstandsbediening (1)
LIP-8 lithium ion-batterij oplaadbaar (1)
Batterijhouder (1)
Oorkussentjes (2)
Draagtas (1)
35-NL
Optionele accessoires
Oplaadbare LIP-8 lithium ion-batterij
Optische kabel
POC-151HG, POC-152HG, POC-MZ1,
POC-MZ2, POC-15B, POC-15AB, POCDA12SP
Lijnkabel RK-G129, RK-G136
Adaptorcassette CPA-9
Autobatterijkabel DCC-E260
Stereo microfoons ECM-717, ECM-MS907,
ECM-MS957
Stereo hoofdtelefoons* MDR-serie
Actieve luidsprekers SRS-A41, SRS-A91
Opneembare MD’s MDW-serie
MiniDisc draagtas CK-MD4
MiniDisc box CK-MD10
Het kan zijn dat uw dealer niet alle
genoemde onderdelen levert. Vraag uw
dealer om meer informatie over de ter
plaatse leverbare onderdelen.
Licentie voor de VS en andere landen van
Dolby Laboratories Licensing Corporation
Wat is een MD?
Hoe werkt de MiniDisc?
Er zijn twee soorten MiniDiscs (MD):
voorbespeelde (volle) en opneembare
(lege). Voorbespeelde MD’s, opgenomen
in de muziekstudio, kunnen vrijwel
eindeloos worden afgespeeld. Er kunnen
echter geen nummers overheen worden
opgenomen, zoals bij cassettes. Om op te
kunnen nemen moet u gebruik maken
van een “opneembare MD”.
Voorbespeelde MD’s
Voorbespeelde MD’s worden net zo
opgenomen en afgespeeld als de normale
CD’s. Een laserstraal tast de putjes af op
het oppervlak van de MD en geeft de
informatie terug aan de lens in de
recorder. De recorder zet de signalen
vervolgens om in muziek.
Wijzigingen in ontwerp en technische
gegevens voorbehouden zonder
voorafgaande kennisgeving.
* Gebruik uitsluitend een hoofdtelefoon met
stereo ministekker, zowel bij aansluiting op
2/REMOTE op het toestel als bij
aansluiting op de afstandsbediening.
Stereo ministekker
36-NL
Opneembare MD’s
Opneembare MD’s maken gebruik van
magneto-optische (MO) technologie en
kunnen steeds opnieuw worden bespeeld.
De laser binnen in de recorder stuurt
warmte naar de MD, waardoor de
magnetische laag van de MD wordt
gedemagnetiseerd. Vervolgens geeft de
recorder een magnetische lading mee aan
de laag. Deze magnetische laag komt
exact overeen met het audiosignaal dat
wordt geproduceerd door de geluidsbron.
(“+” en “–” komt overeen met “1” en “0”
digitaal). De gedemagnetiseerde MD
neemt de polariteit aan van het
magnetische veld, wat resulteert in een
bespeelde MD.
Hoe kan de MiniDisc zo klein
zijn?
De 2,5 inch MiniDisc, die zich bevindt in
een kunststof omhulsel dat eruit ziet als
een 3,5 inch diskette (zie afbeelding
hieronder), maakt gebruik van een
nieuwe digitale audio compressie
technologie die ATRAC (Adaptive
Transform Acoustic Coding) wordt
genoemd. Om zoveel mogelijk geluid op
een zo klein mogelijk oppervlak te
kunnen opslaan, selecteert en codeert
ATRAC alleen die
frequentiecomponenten die werkelijk
hoorbaar zijn voor het menselijk oor.
Schokbestendig geheugen
Een belangrijk nadeel van optische
leessystemen is dat ze stukken kunnen
overslaan of dat het geluid weg kan
vallen als er teveel trilling aanwezig is.
Het MD systeem lost dit probleem op
door gebruik te maken van een
geheugenbuffer waarin de audiogegevens
worden bewaard.
Snelle toegang
Net zoals op een CD kan op een MD
direct het begin van een muziekstuk
worden teruggevonden. Voorbespeelde
MD’s bevatten een adressering die
correspondeert met elk afzonderlijk
muziekstuk. Opneembare CD’s worden
gefabriceerd met een zone voor
gebruikers-inhoudsopgave (TOC) waarin
de muziekvolgorde wordt opgeslagen.
Het TOC-systeem is vergelijkbaar met het
“directory management system” van
floppy disks. Met andere woorden, de
begin- en eindadressen van alle
muziekstukken die op de disc zijn
opgenomen, worden in deze zone
opgeslagen. Door het muziekstuknummer
in te voeren kunt u om het even welk
muziekstuk zoeken(AMS) en die plaats
kunt u aangeven met een naam, net als bij
een bestand op een diskette.
zone voor gebruikersinhoudsopgave (TOC)
Muziekgegevens
Bevat de volgorde en de begin-/
eindpunten van de muziek.
37-NL
Bedieningselementen
Zie pagina’s tussen ( ) voor meer details.
Recorder
1
!∞
2
!§
3
!¶
4
!•
5
!ª
6
@º
7
@¡
8
@™
9
@£
!º
@¢
!¡
@∞
!™
@§
!£
@¶
!¢
@•
1 Batterijhouder (onderaan) (26)
2 MODE toets (17)
3 DISPLAY toets (14, 19)
4 CLOCK SET toets (onderaan) (16)
5 MIC SENS schakelaar (onderaan) (12)
6 AVLS schakelaar (onderaan) (19)
7 DC IN 6V aansluiting (achteraan) (6)
8 Uitleesvenster (14, 19)
9 SYNCHRO REC (synchro-opname)
schakelaar (11)
0 MIC (PLUG IN POWER) aansluiting
(12)
!¡ LINE IN (OPTICAL) aansluiting (6,
11)
!™ LINE OUT aansluiting (21)
!£ DIGITAL MEGA BASS toets (18)
38-NL
!¢ 2 (hoofdtelefoon)/REMOTE
aansluiting (8)
!∞ REC-indicatie (14)
!§ Verticale jog knop (17, 24)
!¶ TITLE/ENTER toets (24)
!• ( (weergave) toets (7, 9)
!ª =/+ (search/AMS) toets (7, 9)
@º p (stop) toets (7, 9)
@¡ VOLUME +/– toets (9)
@™ HOLD schakelaar (20)
@£ ERASE toets (22)
@¢ T MARK toets (23)
@∞ END SEARCH toets (7)
@§ REC (opname) schakelaar (7)
@¶ P (pauze) toets (7, 9)
@• OPEN toets (6)
Uitleesvenster
MONO BASS
1 SHUF
REC DATE REMAIN
SYNC AM
PM
1 Positie-aanwijzer (14, 19)
Geeft de huidige positie op de MD
aan. Het punt onder opname of
weergave knippert. Het opgenomen
gedeelte licht op.
Huidig punt
0%
50%
100%
Opgenomen gedeelte
Disc-lengte
2 MONO (monaural) indicatie
3 Weergavestand-indicatie
Toont de wijze van weergave van de
MD.
4 Disc-indicatie
Geeft aan dat de disc draait voor
opname, weergave of bewerking van
een MD.
5 SYNC (synchro-opname) indicatie
6 REC-indicatie (7)
Licht op tijdens de opname. Wanneer
de melding knippert, is de recorder
standby voor opname.
7 Volumemeter
Geeft het volume aan van de MD die
wordt afgespeeld of opgenomen.
8 AM/PM-indicatie (16)
Licht op bij tijdsaanduiding in het 12urensysteem.
9 Mega bass-indicatie (18)
0 Batterij-indicatie (26)
Geeft de toestand van de batterij aan.
!¡ REMAIN (resterende tijd/
muziekstukken) indicatie (14, 19)
Licht op samen met de resterende tijd
van het muziekstuk, de resterende tijd
van de MD of het resterend aantal
muziekstukken.
!™ REC DATE (opgenomen/huidige
datum) indicatie
Licht op samen met de datum en het
tijdstip waarop de MD werd
opgenomen. Wanneer “DATE”
oplicht, verschijnen de huidige datum
en tijd.
!£ Tijd-indicatie (14, 19)
Toont de opnametijd, de huidige tijd,
de verstreken tijd van het muziekstuk
of de MD die wordt opgenomen of
afgespeeld.
!¢ Tekstvenster (14, 19)
Hierop verschijnen de namen van
discs en muziekstukken, de datum,
foutmeldingen, muziekstuknummers,
enz.
39-NL
Hoofdtelefoon met
afstandsbediening
1
2
3
4
5
6
9
7
8
!º
!¡
1 Hoofdtelefoon
Kan worden vervangen door optionele
hoofdtelefoon
2 Stereo ministekker
3 p(stop) toets (7, 9)
4 Regelaar (9)
Zet op (•+ in de stopstand voor
weergave. Zet tijdens de weergave op
(•+ om het begin van het
volgende muziekstuk te zoeken; hou
de toets in deze stand om snel vooruit
te zoeken. Zet tijdens de weergave op
= om het begin van het vorige
muziekstuk te zoeken; hou de toets in
deze stand om terug te spoelen.
40-NL
5 HOLD schakelaar (20)
Verschuiven om de
bedieningselementen van de
afstandsbediening te vergrendelen.
6 P (pauze) toets (7,9)
7 PLAY MODE toets (17)
8 DISPLAY toets (15, 20)
9 VOL (volume) +/– toetsen (9)
!º TRACK MARK toets (23)
!¡ Uitleesvenster (15, 20)