Trotec MD 05-30 Handleiding

Categorie
Mobiele airconditioners
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

E - 1 Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E NL
Opmerkingen m.b.t. de bedieningshandleiding E - 01
Informatie over het apparaat........................... E - 02
Veiligheid........................................................ E - 04
Transport......................................................... E - 05
Bediening........................................................ E - 05
Defecten en storingen...................................... E - 09
Onderhoud ..................................................... E - 10
Recycling........................................................ E - 14
Conformiteitsverklaring.................................... E - 14
Symbolen
Gevaar door elektrische stroom!
Wijst op gevaren door elektrische stroom,
die tot letsel en zelfs de dood kunnen
leiden.
Gevaar!
Wijst op een gevaar, dat tot persoonlijk
letsel kan leiden.
Let op!
Wijst op een gevaar, dat tot materiële
schade kan leiden.
De actuele versie van de bedieningshandleiding vindt
u op: www.trotec.de
Juridische opmerking
Deze publicatie vervangt alle voorgaande. Geen
enkele deel van deze publicatie mag, in welke vorm
dan ook, zonder onze schriftelijke toestemming
worden gereproduceerd of met elektronische
systemen worden verwerkt, vermenigvuldigd of
verspreid. Technische wijzigingen voorbehouden. Alle
rechten voorbehouden. Artikelnamen worden zonder
waarborging van het vrije gebruik en volgens de
schrijfwijze van de fabrikant gebruikt. De gebruikte
artikelnamen zijn geregistreerd en moeten als zodanig
worden beschouwd. De leveromvang kan afwijken
van de productafbeeldingen. Dit document is met de
nodige zorgvuldigheid opgesteld. We accepteren geen
enkele aansprakelijkheid voor fouten of
tekortkomingen. © TROTEC
®
Inhoudsopgave
Opmerkingen m.b.t. de
bedieningshandleiding
NL Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E E - 2
Beschrijving van het apparaat
Via het condensatieprincipe zorgt het apparaat voor
het automatisch ontvochtigen van ruimten.
De ventilator zuigt de vochtige ruimtelucht aan via de
achterste luchtinlaat (5) door het luchtfilter, de
verdamper en de daar achter liggende condensor. Op
de koude verdamper wordt de ruimtelucht tot onder
het dauwpunt afgekoeld. De in de lucht opgenomen
waterdamp slaat als condens, resp. rijp neer op de
verdamperlamellen. Bij de condensor wordt de
ontvochtigde, afgekoelde lucht weer verwarmd en
met een temperatuur die ca. 5 °C hoger is dan de
ruimtetemperatuur weer uitgeblazen. De zo bereide,
droge lucht wordt weer gemengd met de ruimtelucht.
Door de doorlopende circulatie van de ruimtelucht
door het apparaat wordt de luchtvochtigheid in de
opstelruimte verminderd. Afhankelijk van de
luchttemperatuur en de relatieve luchtvochtigheid,
druppelt het gecondenseerde water doorlopend of
alleen tijdens de ontdooifasen in de
condensopvangbak en via de hierin geïntegreerde
afvoeraansluiting in het daaronder geplaatste
condensreservoir (6). Deze is uitgerust met een vlotter
voor het meten van het vulpeil.
Het apparaat is voorzien van een bedieningspaneel (7)
voor de bediening en controle van de werking. Wordt
het maximale vulpeil van het condensreservoir (6)
bereikt, knippert het controlelampje van het
condensreservoir (zie hoofdstuk "Bedienings-
elementen") op het bedieningspaneel (7) rood. Het
apparaat schakelt uit. Het controlelampje van het
condensreservoir gaat pas uit na het weer plaatsen
van het lege condensreservoir (6) en het apparaat
start daarna weer automatisch.
Optioneel kan het condenswater via een slang aan de
condensaansluiting (3) worden afgevoerd.
Het apparaat maakt het verlagen van de relatieve
luchtvochtigheid tot 30 % mogelijk. Het apparaat kan
worden gebruikt als hulpmiddel bij het drogen van nat
wasgoed of kleding in woon- of werkruimten. Door de
warmte die ontstaat tijdens het gebruik, kan de
ruimtetemperatuur ca. 1-4 °C stijgen.
Overzicht van het apparaat
Informatie over het apparaat
Nr. Bedieningselement
1 Luchtuitlaat
2 Handgreep
3 Afdekking voor het aansluiten van een slang aan de
condensaansluiting
4 Transportrollen
5 Luchtinlaat
6 Condensreservoir
7 Bedieningspaneel
7
1
2
3
5
4
6
E - 3 Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E NL
Technische gegevens
Elektrisch schema
Parameter Waarde
Model TTK 100 E
Ontvochtigingscapaciteit, max. 30 l / 24 h
Bedrijfstemperatuur 5-35 °C
Werkbereik relatieve luchtvochtigheid 40-100 %
Ventilatiecapaciteit, max. 200 m³/h
Elektrische aansluiting 230 V / 50 Hz
Opgenomen vermogen, max. 630 W
Gebouwzekering 4,15 A
Condensreservoir 5,5 l
Koudemiddel R410A
Koudemiddelhoeveelheid 180 g
Gewicht 15,2 kg
Afmetingen (h x d x b) 612 x 290 x 390 mm
Minimale afstand t.o.v. wanden / objecten A: Boven: 50 cm
B: Achter: 20 cm
C: Zijkant: 20 cm
D: Voorkant: 20 cm
Geluidsdrukniveau LpA (1 m; volgens DIN 45635-01-KL3) 46 dB(A)
HI LO
ORANGE
YELLOW
F/MOTOR
CAPACITOR
WHITE
BLACK
NO
COM.
BLUE
CONTROL BOARD
H.sensor
T.sensor
COM.
NL Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E E - 4
Lees deze handleiding vóór het in gebruik nemen /
gebruik van het apparaat zorgvuldig en bewaar
deze in de directe omgeving van de opstellocatie,
resp. het apparaat!
Gebruik het apparaat niet in ruimten met
explosiegevaar.
Gebruik het apparaat niet in een olie-, zwavel-,
chloorhoudende of zoute atmosfeer.
• Plaats het apparaat rechtop en stabiel.
Stel het apparaat niet bloot aan een gerichte
waterstraal.
• Zorg dat de luchtinlaat en luchtuitlaat vrij zijn.
Zorg dat de aanzuigzijde altijd vrij is van vuil en
losse voorwerpen.
• Steek nooit voorwerpen in het apparaat.
Het apparaat tijdens gebruik niet afdekken of
transporteren.
Zorg dat alle elektrische kabels buiten het
apparaat zijn beschermd tegen beschadigingen
(bijv. door dieren).
Houd bij het kiezen van verlengkabels rekening
met het vermogen van het apparaat, de
kabellengte en het gebruiksdoel. Voorkom
elektrische overbelastingen.
Transporteer het apparaat uitsluitend rechtop en
met een leeg condensreservoir.
Het verzamelde condens afvoeren. Drink het niet.
Er bestaat infectiegevaar!
Het apparaat is niet geschikt voor het drogen van
ruimten en oppervlakken na waterschade door
leidingbreuk of overstromingen.
Bedoeld gebruik
Gebruik het apparaat TTK 100 E uitsluitend voor het
drogen en ontvochtigen van de ruimtelucht volgens de
technische gegevens.
Tot het bedoeld gebruik behoren:
• het drogen en ontvochtigen van:
– woon-, slaap-, douche- en kelderruimten
spoelkeukens, weekendhuisjes, caravans, boten
• het continu drooghouden van:
– magazijnen, archieven, laboratoria
– zwem-, was- en kleedruimten, etc.
Niet bedoeld gebruik
Plaat het apparaat niet op een vochtige resp. over-
stroomde ondergrond. Gebruik het apparaat niet in de
buitenlucht. Leg geen voorwerpen, zoals natte
kledingstukken, te drogen op het apparaat. Eigenhan-
dige constructieve wijzigingen, aan- of ombouwerk-
zaamheden aan het apparaat zijn verboden.
Persoonlijke kwalificaties
Personen die dit apparaat gebruiken moeten:
• zich bewust zijn van de gevaren die bij het gebruik
van elektrische apparaten in vochtige omgeving
ontstaan.
• maatregelen nemen ter beschermen tegen directe
aanraking van de stroomvoerende onderdelen.
de bedieningshandleiding, vooral het hoofdstuk
"Veiligheid" hebben gelezen en begrepen.
Onderhoudswerkzaamheden waarvoor het
openen van de behuizing noodzakelijk is, mogen
uitsluitend door gespecialiseerde bedrijven op het
gebied van koel- en koudetechniek of door
TROTEC
®
worden uitgevoerd.
Restgevaren
Gevaar door elektrische stroom!
Werkzaamheden aan elektrische
onderdelen mogen alleen door een
geautoriseerd gespecialiseerd bedrijf
worden uitgevoerd!
Gevaar door elektrische stroom!
Trek voor alle werkzaamheden aan het
apparaat de netstekker uit het
stopcontact!
Veiligheid
E - 5 Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E NL
Let op!
Gebruik het apparaat nooit zonder dat de
filters gemonteerd zijn, zo wordt schade
voorkomen!
Gevaar!
Van dit apparaat kunnen gevaren uitgaan
als het ondeskundig of niet volgens het
bedoeld gebruik wordt gebruikt door niet
geïnstrueerde personen! Zorg dat wordt
voldaan aan de persoonlijke kwalificaties!
Gedrag bij noodgevallen
1. Bij noodgevallen het apparaat scheiden van de
netvoeding.
2. Sluit een defect apparaat niet weer aan op de
netaansluiting.
Het apparaat is voorzien van rollen en een handgreep
voor eenvoudig transport.
Vóór elk transport de volgende instructies opvolgen:
1. Schakel het apparaat uit met de netschakelaar
(zie hoofdstuk "Bedieningselementen").
2. Trek de netstekker uit het stopcontact. Gebruik de
netkabel niet als trektouw!
3. Maak het condensreservoir leeg. Let op het
nadruppelen van condens.
Na elk transport de volgende instructies opvolgen:
1. Plaats het apparaat na het transport rechtop.
2. Schakel het apparaat pas na één uur in!
Opslag
Bij het niet gebruiken het apparaat als volgt opslaan:
•droog,
•overdekt,
rechtop staand op een plaats die beschermd is
tegen stof en direct zonlicht,
evt. met een kunststofhoes tegen indringen van
stof beschermen.
De opslagtemperatuur moet voldoen aan de in
hoofdstuk "Technische gegevens" opgegeven
bereik voor de bedrijfstemperatuur.
Het apparaat werkt na het inschakelen
volautomatisch, tot uitschakeling door de vlotter
van het gevulde condensreservoir.
Om ervoor te zorgen dat de luchtvochtigheid
correct kan worden gemeten, draait de ventilator
continu, tot het uitschakelen van het apparaat.
• Voorkom open deuren en ramen.
Opstellen
Houd bij het opstellen van het apparaat rekening met
de minimale afstanden t.o.v. wanden en objecten,
volgens hoofdstuk "Technische gegevens".
• Plaats het apparaat stabiel en waterpas.
• Plaats het apparaat zoveel mogelijk in het midden
van de ruimte en houd voldoende afstand t.o.v.
warmtebronnen.
Transport
Bediening
C
C
A
B
D
NL Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E E - 6
Vooral bij het opstellen van het apparaat in natte
omgevingen, zoals spoelkeukens, zwembaden en
dergelijke, het apparaat in de gebouwinstallatie
volgens de voorschriften afzekeren met een
geschikte aardlekschakelaar (RCD = Residual
Current protective Device).
• Zorg dat verlengsnoeren volledig zijn uit-/afgerold.
Opmerkingen m.b.t. de
ontvochtigingscapaciteit
De ontvochtigingscapaciteit is afhankelijk van:
• de aard van de ruimte
• de ruimtetemperatuur
• de relatieve luchtvochtigheid
Hoe hoger de ruimtetemperatuur en de relatieve
luchtvochtigheid, hoe groter de
ontvochtigingscapaciteit.
Bij gebruik in woonruimten volstaat een
luchtvochtigheid van ca. 50-60 %. In magazijnen en
archieven mag de luchtvochtigheid een waarde van
ca. 50 % niet overschrijden.
Bedieningselementen
Display
Nr. Bedieningselement
8 Controlelampje condensreservoir (rood)
9Display
10 Netschakelaar:
Schakelt het apparaat aan en uit.
11 Knop "TIMER"
12 Pijltoets omlaag
13 Pijltoets omhoog
14 Knop "FAN SPEED"
TANK FULL
ROOM HUMIDITY
88
88
%RH
°C
STOP
(%)
80
70
60
50
40
30
ROOM TEMP
SETTING MODE
°C
10
8
11 12 13 14
9
Nr. Bedieningselement
15 Condensreservoir vol of niet goed geplaatst.
16 Gewenste luchtvochtigheid (30-80 %)
17 Ventilatortoerental:
één druppel: lage ventilatorsnelheid
twee druppels: hoge ventilatorsnelheid
18 Symbool "ontdooien"
19 Symbool "Timer" met bedrijfstijd (1-12 uur)
20 Ruimtetemperatuur
21 Actuele luchtvochtigheid
88
88
%RH
°C
STOP
(%)
80
70
60
50
40
30
°C
16
19
20
21
1718
15
E - 7 Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E NL
In gebruik nemen
Apparaat inschakelen
1. Controleer of het condensreservoir leeg is en
goed is geplaatst. Anders werkt het apparaat niet!
2. Steek de netstekker in een volgens de
voorschriften gezekerd stopcontact.
3. Controleer of het controlelampje van het
condensreservoir (8) uit is.
4. Schakel het apparaat in met de
netschakelaar (10).
5. Stel bij het eerste gebruik van het apparaat de
gewenste luchtvochtigheid in met de pijlknop (12)
op <30%.
6. Laat het apparaat ca. één uur werken.
7. Regel de bedrijfsmodus van het apparaat, door
met de pijlknoppen (12 en 13) de gewenste
luchtvochtigheid op een waarde in te stellen
tussen 30 en 80 %.
8. Regel de ventilatorsnelheid van het apparaat,
door op de knop "FAN SPEED" (14) te drukken.
Bedrijfsmodus "Normaal bedrijf"
De ingebouwde hygrostaat schakelt de ontvochtiging
afhankelijk van de luchtvochtigheidswaarde in, resp.
uit.
Bedrijfsmodus "Continubedrijf"
Het apparaat ontvochtigt de lucht continu en
onafhankelijk van de vochtigheidsgraad.
Bedrijfsmodus "Ontdooi-automaat"
Het in de ruimtelucht opgenomen vocht condenseert
bij afkoeling en zorgt, afhankelijk van de
luchttemperatuur en de relatieve vochtigheid, de
verdamperlamellen met een laagje ijs. De ontdooi-
automaat schakelt indien nodig de ontdooicyclus in.
Tijdens de ontdooifase wordt het ontvochtigen kort
onderbroken en brandt het symbool "ontdooien" (18).
De ontdooi-automaat wordt tijdens normaal bedrijf
automatisch geactiveerd.
Automatisch ontdooien
Is de ruimtetemperatuur lager dan 15 °C, bevriest de
verdamper tijdens het ontvochtigen. Het apparaat
voert vervolgens een automatische ontdooiing uit.
Het automatische ontdooien wordt onderbroken
zodra de netschakelaar (10) of de pijlknoppen (12
en 13) worden bediend.
Schakel het apparaat tijdens het automatisch
ontdooien niet uit. Trek de netstekker niet uit het
stopcontact.
Instellen van de bedrijfstijd
1. Druk op de knop "TIMER" (11) om de bedrijfstijd
van het apparaat in te stellen. Druk herhaaldelijk
op de knop, tot de gewenste bedrijfstijd (tussen 1
en 12 uur) wordt weergegeven. Na het verstrijken
van de bedrijfstijd wordt het apparaat
automatisch uitgeschakeld.
2. Druk voor het uitschakelen van deze functie
herhaaldelijk op de knop "TIMER" (11), tot de
bedrijfstijd "00" wordt weergegeven.
NL Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E E - 8
Legen van het condensreservoir Bedrijf met slang aan condensoraansluiting
A.
B.
C.
D.
A.
B.
1/2 inch
C.
D.
E.
E - 9 Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E NL
Buiten gebruik stellen
1. Schakel het apparaat uit met de netschakelaar
(zie hoofdstuk "Bedieningselementen").
2. Raak de netstekker niet aan met vochtige of natte
handen.
3. Trek de netstekker uit het stopcontact.
4. Maak het condensreservoir leeg en veeg het met
een schone doek droog. Let op het nadruppelen
van condens.
5. Reinig het apparaat en vooral het luchtfilter
volgens het hoofdstuk "Onderhoud".
6. Het apparaat opslaan volgens het hoofdstuk
"Opslag".
Het apparaat is tijdens de productie meerdere keren
op een goede werking getest. Mochten er desondanks
storingen ontstaan, controleer het apparaat dan op
basis van de volgende lijst.
Het apparaat start niet:
• Controleer de netaansluiting
(230 V/1~/50 Hz).
• Controleer de netstekker op beschadigingen.
Laat een elektrische controle uitvoeren door
gespecialiseerd bedrijf op het gebied van koel- en
koudetechniek of door TROTEC
®
.
Het apparaat werkt, maar er is geen
condensvorming:
Controleer of het condensreservoir goed is
geplaatst. Controleer het vulpeil van het
condensreservoir, maak het indien nodig leeg. Het
controlelampje van het condensreservoir mag niet
gaan branden.
Controleer de vlotter in het condensreservoir op
vervuilingen. Reinig indien nodig de vlotter en het
condensreservoir. De vlotter moet soepel
bewegen.
Controleer de ruimtetemperatuur. Het werkbereik
van het apparaat ligt tussen 5 en 35 °C.
Controleer of de relatieve luchtvochtigheid
overeenkomt met de technische gegevens
(min.40%).
Controleer de ingestelde bedrijfsmodus. De
luchtvochtigheid in de opstelruimte moet boven
het gekozen bereik liggen. Verlaag indien nodig de
gewenste luchtvochtigheid met de pijlknop (12).
Controleer het luchtfilter op vervuilingen. Het
luchtfilter indien nodig reinigen, resp. vervangen.
Controleer de condensor uitwendig op vervuilingen
(zie hoofdstuk "Onderhoud"). Laat een vervuilde
condensor reinigen door een gespecialiseerd
bedrijf op het gebied van koel- en koudetechniek
of door TROTEC
®
.
Het apparaat maakt herrie, resp. trilt,
condenslekkage:
Controleer of het apparaat rechtop en op een
vlakke ondergrond staat.
Het apparaat wordt zeer heet, maakt herrie, resp.
capaciteit daalt:
Controleer de luchtinlaten en het luchtfilter op
vervuilingen. Verwijder uitwendige vervuilingen.
Controleer het inwendige van het apparaat en
vooral de ventilator, de ventilatorbehuizing, de
verdamper en de condensor uitwendig op
vervuilingen (zie het hoofdstuk "Onderhoud"). Laat
een inwendig vervuild apparaat inwendig reinigen
door een gespecialiseerd bedrijf op het gebied van
koel- en koudetechniek of door TROTEC
®
.
Werkt uw apparaat na deze controles nog niet
probleemloos?
Lever het apparaat in voor reparatie door een
gespecialiseerd bedrijf op het gebied van koel- en
koudetechniek of door TROTEC
®
.
Defecten en storingen
NL Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E E - 10
Onderhoudsintervallen
Onderhouds- en verzorgingsrapport
Apparaattype: ........................................ Apparaatnummer: ........................................
Onderhoud
Onderhouds- en verzorgingsinterval
voor elke keer in
gebruik nemen
indien nodig
minimaal elke
2 weken
minimaal elke
4 weken
minimaal
jaarlijks
Condensreservoir legen X
Aanzuig- en uitblaasopeningen op vervuilingen
en vreemde objecten controleren, indien nodig
reinigen
X
Uitwendige reiniging X X
Visuele controle van het inwendige van het
apparaat op vervuilingen
XX
Aanzuigroosters en luchtfilter op vervuilingen en
vreemde objecten controleren, indien nodig
reinigen resp. vervangen
XX
Op beschadigingen controleren X
Bevestigingsbouten controleren X X
Werkingstest X
Onderhouds- en verzorgingsinterval 12345678910111213141516
Aanzuig- en uitblaasopeningen op
vervuilingen en vreemde objecten controleren,
indien nodig reinigen
Uitwendige reiniging
Visuele controle van het inwendige van het
apparaat op vervuilingen
Aanzuigroosters en luchtfilter op vervuilingen
en vreemde objecten controleren, indien nodig
reinigen resp. vervangen
Op beschadigingen controleren
Bevestigingsbouten controleren
Werkingstest
Opmerkingen:
1. Datum: ...............................
Handtekening: ........................
2. Datum: ...............................
Handtekening: ........................
3. Datum: ...............................
Handtekening: ........................
4. Datum: ...............................
Handtekening:........................
5. Datum: ...............................
Handtekening: ........................
6. Datum: ...............................
Handtekening: ........................
7. Datum: ...............................
Handtekening: ........................
8. Datum: ...............................
Handtekening:........................
9. Datum: ...............................
Handtekening: ........................
10. Datum: .............................
Handtekening: ........................
11. Datum: .............................
Handtekening: ........................
12. Datum: .............................
Handtekening:........................
13. Datum: .............................
Handtekening: ........................
14. Datum: .............................
Handtekening: ........................
15. Datum: .............................
Handtekening: ........................
16. Datum: .............................
Handtekening:........................
E - 11 Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E NL
Werkzaamheden voor aanvang van het
onderhoud
1. Raak de netstekker niet aan met vochtige of natte
handen.
2. Trek vóór alle werkzaamheden de netstekker uit
het stopcontact!
3. Verwijder de vlotter niet uit het condensreservoir.
Onderhoudswerkzaamheden
waarvoor het openen van de behuizing
noodzakelijk is, mogen uitsluitend
door gespecialiseerde bedrijven op het
gebied van koel- en koudetechniek of
door TROTEC
®
worden uitgevoerd.
Visuele controle van het inwendige van het
apparaat op vervuilingen
1. Verwijder het luchtfilter (zie hoofdstuk "Reinigen
van de luchtinlaten en het luchtfilter").
2. Schijn met een zaklamp in de openingen van het
apparaat.
3. Controleer het inwendige van het apparaat op
vervuilingen.
4. Ziet u een dikke stoflaag, laat dan het inwendige
van het apparaat reinigen door een
gespecialiseerd bedrijf op het gebied van koel- en
koudetechniek of door TROTEC
®
.
5. Plaats het luchtfilter weer.
Reinigen van de behuizing en het
condensreservoir
1. Gebruik voor het reinigen een zachte, pluisvrije
doek.
2. Bevochtig de doek met schoon water. Gebruik
geen sprays, oplosmiddelen, alcoholhoudende
reinigingsmiddelen of schuurmiddelen voor het
bevochtigen van de doek.
NL Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E E - 12
Reinigen van de luchtinlaten en het
luchtfilter
Let op!
Controleer voor het weer plaatsen van het
luchtfilter of het onbeschadigd en droog
is!
C.
D.
A.
B.
E.
E - 13 Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E NL
Reserveonderdeeloverzicht en reserveonderdeellijst
ij
IJ
ĵ
Ĵ
ķġ
Ķ
ĺġ
Ĺ
IJı
IJIJ
ĴIJ
Ĵı
ijķ
ijĵ
IJĺ
ijIJ
ijĸ
Ĵķ
Ĵĸ
ĵIJ
ĵı
Ĵĺ
ĴĶ
ijij
IJĸ
IJĵ
IJĴ
ijĺ
ĴĴ
Ĵĵ
ĴĹ
IJĶ
IJķ
ijĴ
ijĶ
Ĵij
IJĹ
ijı
ĸ
IJij
ĵij
ijĹ

Opmerking!
De positienummers van de reserveonderdelen onderschei-
den zich van de in de bedieningshandleiding gebruikte posi-
tienummers van de onderdelen.
Nr. Reserveonderdeel
1 Base Pan
2 Turning Wheel Assembly
3 Compressor Assembly
(35D042-A1-ABDA)
4 Rubber Attenuator
5 Suction Pipe
6 Discharge Pipe
7Plate
8 Capacitor (10 uF / 450 V)
(For Compressor (3))
9 Fix Metal
10 Fixture 1
11 Micro Switch
12 Drainage Pan
13 Evaporator Assembly (2R11S17FPI)
14 Condenser Assembly (2R11S21FPI)
15 Y Tube
16 Capillary Tube
17 Fixture 2
18 Fan Motor (LS-16D2-01)
19 Fan Casing
20 Blower Wheel
21 Screen
22 Capacitor (1.5 uF / 450 V)
(For Fan Motor (18))
23 Power Supply Cord Complete
24 Fixture 3
25 Cover
26 Control Board
27 Pc Board
28 Sensor 1
29 Fixture 4
30 Fix Metal
31 Side Plate R
32 Side Plate L
33 Pear Panel
34 Handle
35 Front Panel
36 Control Plate
37 Control Panel
38 Intake Grille (Complete)
39 Tank Lid
40 Float
41 Drain Bucket
42 Sensor 2
43 Cover
NL Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E E - 14
Elektrische apparaten horen niet in het
huisvuil, maar moeten in de Europese
Unie – volgens Richtlijn 2002/96/EG VAN
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE
RAAD van 27 januari 2003 betreffende afgedankte
elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) –
vakkundig worden gerecycled. Dit apparaat graag aan
het eind van de levensduur recyclen volgens de
geldende wettelijke bepalingen.
In het apparaat wordt een milieuvriendelijk en
ozonneutraal koudemiddel gebruikt (zie hoofdstuk
"Technische gegevens"). Het in het apparaat
aanwezige koudemiddel-/oliemengsel vakkundig
recyclen volgen de nationale wetgeving.
In het kader van de EG-Laagspanningsrichtlijn 2006/
95/EG, bijlage III, paragraaf B en de EG-richtlijn 2004/
108/EG m.b.t. de elektromagnetische compatibiliteit
(EMC).
Hiermee verklaren we, dat de luchtontvochtiger
TTK 100 E in overeenstemming met de genoemde
EG-richtlijnen is ontwikkeld, geconstrueerd en
geproduceerd.
Toegepaste geharmoniseerde normen:
IEC 60335-1:2001/A2:2006
IEC 60335-2-40:2002/A1:2005
IEC 62233:2005
De -markering vindt u op het typeplaatje van het
apparaat.
Fabrikant:
Trotec GmbH & Co. KG Telefoon: +49 2452 962-400
Grebbener Straße 7 Fax: +49 2452 962-200
D-52525 Heinsberg E-mail: [email protected]
Heinsberg, 19-04-2012
Bedrijfsleider: Detlef von der Lieck
Recycling Conformiteitsverklaring

Documenttranscriptie

Juridische opmerking Inhoudsopgave Opmerkingen m.b.t. de bedieningshandleiding E - 01 Informatie over het apparaat........................... E - 02 Veiligheid........................................................ E - 04 Transport......................................................... E - 05 Bediening ........................................................ E - 05 Defecten en storingen...................................... E - 09 Onderhoud ..................................................... E - 10 Recycling........................................................ E - 14 Conformiteitsverklaring.................................... E - 14 Opmerkingen m.b.t. de bedieningshandleiding Symbolen Deze publicatie vervangt alle voorgaande. Geen enkele deel van deze publicatie mag, in welke vorm dan ook, zonder onze schriftelijke toestemming worden gereproduceerd of met elektronische systemen worden verwerkt, vermenigvuldigd of verspreid. Technische wijzigingen voorbehouden. Alle rechten voorbehouden. Artikelnamen worden zonder waarborging van het vrije gebruik en volgens de schrijfwijze van de fabrikant gebruikt. De gebruikte artikelnamen zijn geregistreerd en moeten als zodanig worden beschouwd. De leveromvang kan afwijken van de productafbeeldingen. Dit document is met de nodige zorgvuldigheid opgesteld. We accepteren geen enkele aansprakelijkheid voor fouten of tekortkomingen. © TROTEC® Gevaar door elektrische stroom! Wijst op gevaren door elektrische stroom, die tot letsel en zelfs de dood kunnen leiden. Gevaar! Wijst op een gevaar, dat tot persoonlijk letsel kan leiden. Let op! Wijst op een gevaar, dat tot materiële schade kan leiden. De actuele versie van de bedieningshandleiding vindt u op: www.trotec.de E-1 Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E NL Informatie over het apparaat Overzicht van het apparaat Beschrijving van het apparaat Via het condensatieprincipe zorgt het apparaat voor het automatisch ontvochtigen van ruimten. De ventilator zuigt de vochtige ruimtelucht aan via de achterste luchtinlaat (5) door het luchtfilter, de verdamper en de daar achter liggende condensor. Op de koude verdamper wordt de ruimtelucht tot onder het dauwpunt afgekoeld. De in de lucht opgenomen waterdamp slaat als condens, resp. rijp neer op de verdamperlamellen. Bij de condensor wordt de ontvochtigde, afgekoelde lucht weer verwarmd en met een temperatuur die ca. 5 °C hoger is dan de ruimtetemperatuur weer uitgeblazen. De zo bereide, droge lucht wordt weer gemengd met de ruimtelucht. Door de doorlopende circulatie van de ruimtelucht door het apparaat wordt de luchtvochtigheid in de opstelruimte verminderd. Afhankelijk van de luchttemperatuur en de relatieve luchtvochtigheid, druppelt het gecondenseerde water doorlopend of alleen tijdens de ontdooifasen in de condensopvangbak en via de hierin geïntegreerde afvoeraansluiting in het daaronder geplaatste condensreservoir (6). Deze is uitgerust met een vlotter voor het meten van het vulpeil. Het apparaat is voorzien van een bedieningspaneel (7) voor de bediening en controle van de werking. Wordt het maximale vulpeil van het condensreservoir (6) bereikt, knippert het controlelampje van het condensreservoir (zie hoofdstuk "Bedieningselementen") op het bedieningspaneel (7) rood. Het apparaat schakelt uit. Het controlelampje van het condensreservoir gaat pas uit na het weer plaatsen van het lege condensreservoir (6) en het apparaat start daarna weer automatisch. Optioneel kan het condenswater via een slang aan de condensaansluiting (3) worden afgevoerd. Het apparaat maakt het verlagen van de relatieve luchtvochtigheid tot 30 % mogelijk. Het apparaat kan worden gebruikt als hulpmiddel bij het drogen van nat wasgoed of kleding in woon- of werkruimten. Door de warmte die ontstaat tijdens het gebruik, kan de ruimtetemperatuur ca. 1-4 °C stijgen. NL 7 1 6 2 5 3 4 Nr. Bedieningselement 1 2 3 Luchtuitlaat Handgreep Afdekking voor het aansluiten van een slang aan de condensaansluiting Transportrollen Luchtinlaat Condensreservoir Bedieningspaneel 4 5 6 7 Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E E-2 Technische gegevens Parameter Waarde Model Ontvochtigingscapaciteit, max. Bedrijfstemperatuur Werkbereik relatieve luchtvochtigheid Ventilatiecapaciteit, max. Elektrische aansluiting Opgenomen vermogen, max. Gebouwzekering Condensreservoir Koudemiddel Koudemiddelhoeveelheid Gewicht Afmetingen (h x d x b) Minimale afstand t.o.v. wanden / objecten TTK 100 E 30 l / 24 h 5-35 °C 40-100 % 200 m³/h 230 V / 50 Hz 630 W 4,15 A 5,5 l R410A 180 g 15,2 kg 612 x 290 x 390 mm A: Boven: 50 cm B: Achter: 20 cm C: Zijkant: 20 cm D: Voorkant: 20 cm 46 dB(A) Geluidsdrukniveau LpA (1 m; volgens DIN 45635-01-KL3) Elektrisch schema LO F/MOTOR BLACK HI WHITE NO BLUE COM. ORANGE YELLOW CAPACITOR H.sensor E-3 CONTROL BOARD T.sensor Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E NL Tot het bedoeld gebruik behoren: • het drogen en ontvochtigen van: Veiligheid Lees deze handleiding vóór het in gebruik nemen / gebruik van het apparaat zorgvuldig en bewaar deze in de directe omgeving van de opstellocatie, resp. het apparaat! • Gebruik het apparaat niet in ruimten met explosiegevaar. – woon-, slaap-, douche- en kelderruimten – spoelkeukens, weekendhuisjes, caravans, boten • het continu drooghouden van: – magazijnen, archieven, laboratoria – zwem-, was- en kleedruimten, etc. • Gebruik het apparaat niet in een olie-, zwavel-, Niet bedoeld gebruik chloorhoudende of zoute atmosfeer. Plaat het apparaat niet op een vochtige resp. overstroomde ondergrond. Gebruik het apparaat niet in de • Plaats het apparaat rechtop en stabiel. • Stel het apparaat niet bloot aan een gerichte buitenlucht. Leg geen voorwerpen, zoals natte kledingstukken, te drogen op het apparaat. Eigenhanwaterstraal. dige constructieve wijzigingen, aan- of ombouwerk• Zorg dat de luchtinlaat en luchtuitlaat vrij zijn. zaamheden aan het apparaat zijn verboden. • Zorg dat de aanzuigzijde altijd vrij is van vuil en Persoonlijke kwalificaties losse voorwerpen. Personen die dit apparaat gebruiken moeten: • Steek nooit voorwerpen in het apparaat. • zich bewust zijn van de gevaren die bij het gebruik • Het apparaat tijdens gebruik niet afdekken of van elektrische apparaten in vochtige omgeving transporteren. ontstaan. • Zorg dat alle elektrische kabels buiten het • maatregelen nemen ter beschermen tegen directe apparaat zijn beschermd tegen beschadigingen aanraking van de stroomvoerende onderdelen. (bijv. door dieren). • de bedieningshandleiding, vooral het hoofdstuk • Houd bij het kiezen van verlengkabels rekening "Veiligheid" hebben gelezen en begrepen. met het vermogen van het apparaat, de kabellengte en het gebruiksdoel. Voorkom Onderhoudswerkzaamheden waarvoor het elektrische overbelastingen. openen van de behuizing noodzakelijk is, mogen • Transporteer het apparaat uitsluitend rechtop en uitsluitend door gespecialiseerde bedrijven op het gebied van koel- en koudetechniek of door met een leeg condensreservoir. TROTEC® worden uitgevoerd. • Het verzamelde condens afvoeren. Drink het niet. Er bestaat infectiegevaar! Restgevaren Het apparaat is niet geschikt voor het drogen van ruimten en oppervlakken na waterschade door leidingbreuk of overstromingen. Bedoeld gebruik Gebruik het apparaat TTK 100 E uitsluitend voor het drogen en ontvochtigen van de ruimtelucht volgens de technische gegevens. NL Gevaar door elektrische stroom! Werkzaamheden aan elektrische onderdelen mogen alleen door een geautoriseerd gespecialiseerd bedrijf worden uitgevoerd! Gevaar door elektrische stroom! Trek voor alle werkzaamheden aan het apparaat de netstekker uit het stopcontact! Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E E-4 Let op! Gebruik het apparaat nooit zonder dat de filters gemonteerd zijn, zo wordt schade voorkomen! Gevaar! Van dit apparaat kunnen gevaren uitgaan als het ondeskundig of niet volgens het bedoeld gebruik wordt gebruikt door niet geïnstrueerde personen! Zorg dat wordt voldaan aan de persoonlijke kwalificaties! Gedrag bij noodgevallen 1. Bij noodgevallen het apparaat scheiden van de netvoeding. 2. Sluit een defect apparaat niet weer aan op de netaansluiting. • evt. met een kunststofhoes tegen indringen van stof beschermen. • De opslagtemperatuur moet voldoen aan de in hoofdstuk "Technische gegevens" opgegeven bereik voor de bedrijfstemperatuur. Bediening • Het apparaat werkt na het inschakelen volautomatisch, tot uitschakeling door de vlotter van het gevulde condensreservoir. • Om ervoor te zorgen dat de luchtvochtigheid correct kan worden gemeten, draait de ventilator continu, tot het uitschakelen van het apparaat. • Voorkom open deuren en ramen. Opstellen Houd bij het opstellen van het apparaat rekening met de minimale afstanden t.o.v. wanden en objecten, Het apparaat is voorzien van rollen en een handgreep volgens hoofdstuk "Technische gegevens". voor eenvoudig transport. A Vóór elk transport de volgende instructies opvolgen: Transport 1. Schakel het apparaat uit met de netschakelaar (zie hoofdstuk "Bedieningselementen"). B 2. Trek de netstekker uit het stopcontact. Gebruik de netkabel niet als trektouw! 3. Maak het condensreservoir leeg. Let op het nadruppelen van condens. C Na elk transport de volgende instructies opvolgen: 1. Plaats het apparaat na het transport rechtop. D C 2. Schakel het apparaat pas na één uur in! Opslag • Plaats het apparaat stabiel en waterpas. Bij het niet gebruiken het apparaat als volgt opslaan: • droog, • Plaats het apparaat zoveel mogelijk in het midden van de ruimte en houd voldoende afstand t.o.v. warmtebronnen. • overdekt, • rechtop staand op een plaats die beschermd is tegen stof en direct zonlicht, E-5 Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E NL • Vooral bij het opstellen van het apparaat in natte Display omgevingen, zoals spoelkeukens, zwembaden en dergelijke, het apparaat in de gebouwinstallatie volgens de voorschriften afzekeren met een 21 geschikte aardlekschakelaar (RCD = Residual Current protective Device). 20 • Zorg dat verlengsnoeren volledig zijn uit-/afgerold. 15 88 %RH 88 °C STOP °C 80 70 60 50 40 30 16 (%) Opmerkingen m.b.t. de ontvochtigingscapaciteit De ontvochtigingscapaciteit is afhankelijk van: • de aard van de ruimte • de ruimtetemperatuur • de relatieve luchtvochtigheid Hoe hoger de ruimtetemperatuur en de relatieve luchtvochtigheid, hoe groter de ontvochtigingscapaciteit. Bij gebruik in woonruimten volstaat een luchtvochtigheid van ca. 50-60 %. In magazijnen en archieven mag de luchtvochtigheid een waarde van ca. 50 % niet overschrijden. 19 18 17 Nr. Bedieningselement 15 16 17 Condensreservoir vol of niet goed geplaatst. Gewenste luchtvochtigheid (30-80 %) Ventilatortoerental: één druppel: lage ventilatorsnelheid twee druppels: hoge ventilatorsnelheid Symbool "ontdooien" Symbool "Timer" met bedrijfstijd (1-12 uur) Ruimtetemperatuur Actuele luchtvochtigheid 18 19 20 21 Bedieningselementen 8 9 ROOM HUMIDITY TANK FULL ROOM TEMP 88 %RH 88 °C °C STOP 80 70 60 50 40 30 SETTING MODE (%) 10 11 12 Nr. Bedieningselement 8 9 10 Controlelampje condensreservoir (rood) Display Netschakelaar: Schakelt het apparaat aan en uit. Knop "TIMER" Pijltoets omlaag Pijltoets omhoog Knop "FAN SPEED" 11 12 13 14 NL 13 14 Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E E-6 In gebruik nemen Automatisch ontdooien Is de ruimtetemperatuur lager dan 15 °C, bevriest de Apparaat inschakelen verdamper tijdens het ontvochtigen. Het apparaat 1. Controleer of het condensreservoir leeg is en voert vervolgens een automatische ontdooiing uit. goed is geplaatst. Anders werkt het apparaat niet! • Het automatische ontdooien wordt onderbroken zodra de netschakelaar (10) of de pijlknoppen (12 2. Steek de netstekker in een volgens de en 13) worden bediend. voorschriften gezekerd stopcontact. 3. Controleer of het controlelampje van het Schakel het apparaat tijdens het automatisch ontdooien niet uit. Trek de netstekker niet uit het condensreservoir (8) uit is. 4. Schakel het apparaat in met de stopcontact. netschakelaar (10). 5. Stel bij het eerste gebruik van het apparaat de Instellen van de bedrijfstijd gewenste luchtvochtigheid in met de pijlknop (12) 1. Druk op de knop "TIMER" (11) om de bedrijfstijd op < 30 %. van het apparaat in te stellen. Druk herhaaldelijk op de knop, tot de gewenste bedrijfstijd (tussen 1 6. Laat het apparaat ca. één uur werken. en 12 uur) wordt weergegeven. Na het verstrijken 7. Regel de bedrijfsmodus van het apparaat, door van de bedrijfstijd wordt het apparaat met de pijlknoppen (12 en 13) de gewenste automatisch uitgeschakeld. luchtvochtigheid op een waarde in te stellen 2. Druk voor het uitschakelen van deze functie herhaaldelijk op de knop "TIMER" (11), tot de 8. Regel de ventilatorsnelheid van het apparaat, bedrijfstijd "00" wordt weergegeven. door op de knop "FAN SPEED" (14) te drukken. tussen 30 en 80 %. Bedrijfsmodus "Normaal bedrijf" De ingebouwde hygrostaat schakelt de ontvochtiging afhankelijk van de luchtvochtigheidswaarde in, resp. uit. Bedrijfsmodus "Continubedrijf" Het apparaat ontvochtigt de lucht continu en onafhankelijk van de vochtigheidsgraad. Bedrijfsmodus "Ontdooi-automaat" Het in de ruimtelucht opgenomen vocht condenseert bij afkoeling en zorgt, afhankelijk van de luchttemperatuur en de relatieve vochtigheid, de verdamperlamellen met een laagje ijs. De ontdooiautomaat schakelt indien nodig de ontdooicyclus in. Tijdens de ontdooifase wordt het ontvochtigen kort onderbroken en brandt het symbool "ontdooien" (18). De ontdooi-automaat wordt tijdens normaal bedrijf automatisch geactiveerd. E-7 Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E NL Legen van het condensreservoir Bedrijf met slang aan condensoraansluiting A. A. B. B. C. C. 1/2 inch D. D. E. NL Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E E-8 Buiten gebruik stellen 1. Schakel het apparaat uit met de netschakelaar (zie hoofdstuk "Bedieningselementen"). 2. Raak de netstekker niet aan met vochtige of natte handen. 3. Trek de netstekker uit het stopcontact. 4. Maak het condensreservoir leeg en veeg het met een schone doek droog. Let op het nadruppelen van condens. 5. Reinig het apparaat en vooral het luchtfilter volgens het hoofdstuk "Onderhoud". 6. Het apparaat opslaan volgens het hoofdstuk "Opslag". Defecten en storingen • Controleer de ruimtetemperatuur. Het werkbereik van het apparaat ligt tussen 5 en 35 °C. • Controleer of de relatieve luchtvochtigheid overeenkomt met de technische gegevens (min. 40 %). • Controleer de ingestelde bedrijfsmodus. De luchtvochtigheid in de opstelruimte moet boven het gekozen bereik liggen. Verlaag indien nodig de gewenste luchtvochtigheid met de pijlknop (12). • Controleer het luchtfilter op vervuilingen. Het luchtfilter indien nodig reinigen, resp. vervangen. • Controleer de condensor uitwendig op vervuilingen (zie hoofdstuk "Onderhoud"). Laat een vervuilde condensor reinigen door een gespecialiseerd bedrijf op het gebied van koel- en koudetechniek of door TROTEC®. Het apparaat is tijdens de productie meerdere keren Het apparaat maakt herrie, resp. trilt, op een goede werking getest. Mochten er desondanks condenslekkage: storingen ontstaan, controleer het apparaat dan op • Controleer of het apparaat rechtop en op een vlakke ondergrond staat. basis van de volgende lijst. Het apparaat start niet: • Controleer de netaansluiting (230 V/1~/50 Hz). • Controleer de netstekker op beschadigingen. • Laat een elektrische controle uitvoeren door gespecialiseerd bedrijf op het gebied van koel- en koudetechniek of door TROTEC®. Het apparaat wordt zeer heet, maakt herrie, resp. capaciteit daalt: • Controleer de luchtinlaten en het luchtfilter op vervuilingen. Verwijder uitwendige vervuilingen. • Controleer het inwendige van het apparaat en vooral de ventilator, de ventilatorbehuizing, de verdamper en de condensor uitwendig op vervuilingen (zie het hoofdstuk "Onderhoud"). Laat een inwendig vervuild apparaat inwendig reinigen door een gespecialiseerd bedrijf op het gebied van koel- en koudetechniek of door TROTEC®. Het apparaat werkt, maar er is geen condensvorming: • Controleer of het condensreservoir goed is geplaatst. Controleer het vulpeil van het condensreservoir, maak het indien nodig leeg. Het Werkt uw apparaat na deze controles nog niet controlelampje van het condensreservoir mag niet probleemloos? Lever het apparaat in voor reparatie door een gaan branden. • Controleer de vlotter in het condensreservoir op gespecialiseerd bedrijf op het®gebied van koel- en vervuilingen. Reinig indien nodig de vlotter en het koudetechniek of door TROTEC . condensreservoir. bewegen. E-9 De vlotter moet soepel Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E NL Onderhoud Onderhoudsintervallen voor elke keer in indien nodig gebruik nemen Onderhouds- en verzorgingsinterval Condensreservoir legen Aanzuig- en uitblaasopeningen op vervuilingen en vreemde objecten controleren, indien nodig reinigen Uitwendige reiniging Visuele controle van het inwendige van het apparaat op vervuilingen Aanzuigroosters en luchtfilter op vervuilingen en vreemde objecten controleren, indien nodig reinigen resp. vervangen Op beschadigingen controleren Bevestigingsbouten controleren Werkingstest minimaal elke minimaal elke minimaal 2 weken 4 weken jaarlijks X X X X X X X X X X X X Onderhouds- en verzorgingsrapport Apparaattype: ........................................ Apparaatnummer: ........................................ Onderhouds- en verzorgingsinterval 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Aanzuig- en uitblaasopeningen op vervuilingen en vreemde objecten controleren, indien nodig reinigen Uitwendige reiniging Visuele controle van het inwendige van het apparaat op vervuilingen Aanzuigroosters en luchtfilter op vervuilingen en vreemde objecten controleren, indien nodig reinigen resp. vervangen Op beschadigingen controleren Bevestigingsbouten controleren Werkingstest Opmerkingen: 1. Datum: ............................... Handtekening: ........................ 5. Datum: ............................... Handtekening: ........................ 9. Datum: ............................... Handtekening: ........................ 13. Datum: ............................. Handtekening: ........................ NL 2. Datum: ............................... Handtekening: ........................ 6. Datum: ............................... Handtekening: ........................ 10. Datum: ............................. Handtekening: ........................ 14. Datum: ............................. Handtekening: ........................ 3. Datum: ............................... Handtekening: ........................ 7. Datum: ............................... Handtekening: ........................ 11. Datum: ............................. Handtekening: ........................ 15. Datum: ............................. Handtekening: ........................ Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E 4. Datum: ............................... Handtekening: ........................ 8. Datum: ............................... Handtekening: ........................ 12. Datum: ............................. Handtekening: ........................ 16. Datum: ............................. Handtekening: ........................ E - 10 Werkzaamheden voor aanvang van het onderhoud Reinigen van de behuizing en het condensreservoir 1. Raak de netstekker niet aan met vochtige of natte 1. Gebruik voor het reinigen een zachte, pluisvrije handen. doek. 2. Trek vóór alle werkzaamheden de netstekker uit 2. Bevochtig de doek met schoon water. Gebruik het stopcontact! geen sprays, oplosmiddelen, alcoholhoudende reinigingsmiddelen of schuurmiddelen voor het 3. Verwijder de vlotter niet uit het condensreservoir. bevochtigen van de doek. Onderhoudswerkzaamheden waarvoor het openen van de behuizing noodzakelijk is, mogen uitsluitend door gespecialiseerde bedrijven op het gebied van koel- en koudetechniek of door TROTEC® worden uitgevoerd. Visuele controle van het inwendige van het apparaat op vervuilingen 1. Verwijder het luchtfilter (zie hoofdstuk "Reinigen van de luchtinlaten en het luchtfilter"). 2. Schijn met een zaklamp in de openingen van het apparaat. 3. Controleer het inwendige van het apparaat op vervuilingen. 4. Ziet u een dikke stoflaag, laat dan het inwendige van het apparaat reinigen door een gespecialiseerd bedrijf op het gebied van koel- en koudetechniek of door TROTEC®. 5. Plaats het luchtfilter weer. E - 11 Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E NL Reinigen van de luchtinlaten en het luchtfilter A. Let op! Controleer voor het weer plaatsen van het luchtfilter of het onbeschadigd en droog is! B. C. D. E. NL Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E E - 12 Reserveonderdeeloverzicht en reserveonderdeellijst Opmerking! De positienummers van de reserveonderdelen onderscheiden zich van de in de bedieningshandleiding gebruikte positienummers van de onderdelen. IJij IJĸ ĴĹ Ĵĵ IJĵ IJĴ ijĺ ĴĴ IJĹ ijı ijĹ Ĵĸ Ĵķ ijĸ ijIJ IJĺ ijĵ ijķ ijĴ ijĶ Ĵı ĸ ĴIJ IJIJ IJı Ĺ ijij IJķ IJĶ ĴĶ Ĵĺ ĵı ĵIJ ĺġ  Ķ ķġ Ĵ ĵ IJ ij E - 13 Reserveonderdeel 1 2 3 Base Pan Turning Wheel Assembly Compressor Assembly (35D042-A1-ABDA) Rubber Attenuator Suction Pipe Discharge Pipe Plate Capacitor (10 uF / 450 V) (For Compressor (3)) Fix Metal Fixture 1 Micro Switch Drainage Pan Evaporator Assembly (2R11S17FPI) Condenser Assembly (2R11S21FPI) Y Tube Capillary Tube Fixture 2 Fan Motor (LS-16D2-01) Fan Casing Blower Wheel Screen Capacitor (1.5 uF / 450 V) (For Fan Motor (18)) Power Supply Cord Complete Fixture 3 Cover Control Board Pc Board Sensor 1 Fixture 4 Fix Metal Side Plate R Side Plate L Pear Panel Handle Front Panel Control Plate Control Panel Intake Grille (Complete) Tank Lid Float Drain Bucket Sensor 2 Cover 4 5 6 7 8 Ĵij ĵij Nr. Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 NL Recycling Conformiteitsverklaring Elektrische apparaten horen niet in het huisvuil, maar moeten in de Europese Unie – volgens Richtlijn 2002/96/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 27 januari 2003 betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) – vakkundig worden gerecycled. Dit apparaat graag aan het eind van de levensduur recyclen volgens de geldende wettelijke bepalingen. In het kader van de EG-Laagspanningsrichtlijn 2006/ 95/EG, bijlage III, paragraaf B en de EG-richtlijn 2004/ 108/EG m.b.t. de elektromagnetische compatibiliteit (EMC). Hiermee verklaren we, dat de luchtontvochtiger TTK 100 E in overeenstemming met de genoemde EG-richtlijnen is ontwikkeld, geconstrueerd en geproduceerd. Toegepaste geharmoniseerde normen: IEC 60335-1:2001/A2:2006 In het apparaat wordt een milieuvriendelijk en IEC 60335-2-40:2002/A1:2005 ozonneutraal koudemiddel gebruikt (zie hoofdstuk IEC 62233:2005 "Technische gegevens"). Het in het apparaat aanwezige koudemiddel-/oliemengsel vakkundig De -markering vindt u op het typeplaatje van het recyclen volgen de nationale wetgeving. apparaat. Fabrikant: Trotec GmbH & Co. KG Telefoon: +49 2452 962-400 Grebbener Straße 7 Fax: +49 2452 962-200 D-52525 Heinsberg E-mail: [email protected] Heinsberg, 19-04-2012 Bedrijfsleider: Detlef von der Lieck NL Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 100 E E - 14
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104

Trotec MD 05-30 Handleiding

Categorie
Mobiele airconditioners
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor