72
Richtlijnen voor gebruik en verzorging
GEBRUIK VAN HET APPARAAT
EERSTE KEER GEBRUIKE
Na transport of verplaatsing dient u één uur te wachten
voordat u het apparaat op de netvoeding aansluit. Zorg dat het
apparaat rechtop staat, op een stabiele, vlakke ondergrond,
om lekkage te voorkomen. Gebruik de uittrekbare handgreep
en houd het apparaat zo rechtop mogelijk, nooit op de
zijkant. Laat een minimale ruimte rond het apparaat vrij, zoals
aangegeven in de paragraaf "INSTALLATIEHANDLEIDING".
Wanneer het reservoir vol is of niet goed is geplaatst, gaat
het indicatielampje Water Full (29, indicatie reservoir vol)
branden en stopt het apparaat (lees de paragraaf: "Functie
Waterreservoir vol"). Steek geen kleine voorwerpen in
het reservoir, deze kunnen schade en gevaarlijke situaties
veroorzaken.
OPMERKING: Zorg dat het lter geïnstalleerd is voordat u het
apparaat gebruikt, om brandgevaar te voorkomen.
BESCHRIJVING VAN BEDIENINGSMODI
• Aanzetten
Nadat u de stekker in het stopcontact hebt gedaan
drukt u op de ON/OFF-toets om het apparaat aan
te zetten.
De toets zit aan de rechterkant van het
bedieningspaneel (2). Het rode lampje van de toetsachtergrond
wordt weergegeven wanneer het product op de netvoeding
wordt aangesloten. Nadat u op de ON/OFF-toets heeft gedrukt,
gaat het witte lampje van de toetsachtergrond branden en hoort
u 4 piepjes met een steeds hogere toon.
Druk op de ON/OFF-toets om het apparaat uit te schakelen. Het
rode lampje van de toetsachtergrond gaat branden en u hoort
4 piepjes met een steeds lagere toon. Deze geluidssignalen zijn
anders dan alle andere geluiden die het apparaat geeft als u de
andere toetsen selecteert.
• Selecting the mode
Druk op de Mode-toets om de
werkingsmodus te selecteren
– Auto, Continuous, Quiet en
Dry-modus. Telkens wanneer
u op de Mode-toets drukt, verandert de werkingsmodus
achtereenvolgens in Auto, Cont, Quiet en Dry. Het apparaat
start met de laatst ingestelde modus.
Auto Mode: als het indicatielampje Auto brandt, werkt
het apparaat in de Automatische modus. Het apparaat
handhaaft een vochtigheid tussen de 40-60%. In de Auto
mode kunt de ventilatiesnelheid en de vochtigheid instellen
(zie de beschrijving "De ventilatiesnelheid instellen" en "De
vochtigheid instellen").
Als de gebruiker de vochtigheid niet instelt:
dan kiest de luchtontvochtiger zelf de meest comfortabele
vochtigheid voor mensen op basis van de huidige temperatuur.
Als de omgevingstemperatuur ≤20°C is, dan is de ingestelde
vochtigheid 60%; als de temperatuur tussen de 20°C en de 27°C
ligt, is de ingestelde vochtigheid 50%; en als de temperatuur
>27°C is, is de ingestelde temperatuur 40%.
Als de gebruiker de vochtigheid wel instelt:
dat werkt de luchtontvochtiger in de vochtigheid die ingesteld
is door de gebruiker. Als de door de gebruiker ingestelde
vochtigheid hoger is dan de vochtigheid die gemeten is in
de kamer, dan stopt de compressor en stopt de ventilator
3 minuten daarna. De ledlampjes blijven branden en de
afstellingsjaloezie (3) blijft omhoog staan.
Continuous mode: als het indicatielampje Cont brandt, werkt
het apparaat de continue modus. Dit is een geschikte stand
voor plaatsen waar het zeer droog is. In de Cont mode kunt u
de vochtigheid niet instellen. Als de vochtigheid in de kamer
tot onder de 20% daalt, dan stopt de compressor en stopt de
ventilator 3 minuten daarna. De ledlampjes blijven branden en
de afstellingsjaloezie (3) blijft omhoog staan.
Quiet Mode: als het indicatielampje Quiet brandt, werkt het
apparaat in de Stille modus. Het apparaat werkt automatisch
met de lage ventilatiesnelheid. De Fan-toets is niet beschikbaar
in de Quiet mode. Het apparaat werkt met vergelijkbare
instellingen als in de automatische modus.
Dry Mode: als het indicatielampje Dry brandt, werkt het
apparaat in de Droogmodus. Het apparaat blijft werken en de
vochtigheid stabiliseren om schimmelvorming te voorkomen
na het drogen. De ventilatiesnelheid en vochtigheid kunnen
niet worden ingesteld in de Dry mode. De Droogmodus is
bedoeld voor het drogen van was.
OPMERKING:
• In de Auto-modus en de Quiet-modus stopt het apparaat
automatisch als de vochtigheid in de kamer lager is dan
de ingestelde vochtigheid, of lager dan de vooringestelde
comfortabele temperatuur.
• In de Dry-modus en de Cont-modus is de Humidity-toets
niet beschikbaar. In de Dry-modus en de Cont-modus kan
de ventilatiesnelheid niet worden veranderd.
• De vochtigheid instellen
Druk op de Humidity-toets om de
gewenste vochtigheid in te stellen.
Als u de Humidity-toets ingedrukt
houdt, kan de vochtigheid
worden ingesteld in stappen van 10%, van 30% - 80%
(achtereenvolgens 30% - 40% - 50% - 60% - 70% - 80%). Elke
keer dat u één seconde op de Humidity-toets drukt, wordt de
vochtigheid 10% hoger, van 30% - 80%. Vervolgens wordt de
ingestelde vochtigheid gedurende 5 seconden weergegeven.
Daarna geeft het apparaat de huidige vochtigheid van de
ruimte weer.
In de Cont-modus en de Dry-modus is de Humidity-toets
niet beschikbaar.
• De ventilatiesnelheid instellen
Druk op de Fan-toets om
de ventilatiesnelheid in te
stellen – High, Medium en
Low. Het overeenkomstige
indicatielampje gaat branden om de huidige ventilatiesnelheid
weer te geven.
In de Quiet- en Dry-modus kan de ventilatiesnelheid niet
worden ingesteld.
ON/OFF
Humidity
Fan
High Med Low
Mode
Auto Cont Quiet Dry