Zie blz. 3, fig. 3
Uw Amcor luchtontvochtiger regelt de
relatieve luchtvochtigheid.
Te vochtige lucht wordt aangezogen en
in het apparaat door koelelementen
geleid. Hierdoor condenseert de lucht.
Het condenswater wordt via een vaste
afvoer afgevoerd.
Let op! Gebruik het apparaat NOOIT met beschadigd snoer of stekker.
Klem het snoer nooit af en laat het nooit over scherpe kanten lopen.
Als het elektrische snoer van de luchtontvochtiger is beschadigd, dient een deskundige
servicemonteur het te vervangen, om ieder risico te voorkomen. Als de stekker moet worden
vervangen, zorg er dan voor dat er weer een stekker met randaarde wordt gemonteerd.
Belangrijk: Het apparaat MOET altijd geaard worden aangesloten. Als de
stroomvoorziening niet geaard is, mag u het apparaat absoluut niet aansluiten.
NL
De drogere lucht wordt vervolgens door
een warmtewisselaar gestuurd, waar de
lucht in lichte mate wordt verwarmd.
Daarna wordt de lucht weer in het
vertrek geblazen.
De mate van ontvochtiging is instelbaar
met de HUMIDISTAT toets.
Principe
Principe
Er moet een minimale afstand van 30 cm worden vrijgehouden tussen
zowel de voorzijde als bovenzijde van de luchtontvochtiger
Plaatsing
Plaatsing
Uw AMCOR ontvochtiger kan in elke
gesloten ruimte waar een te hoge
luchtvochtigheid heerst, zoals kelders,
speelruimte, werkplaats, archief of
zwembad worden gebruikt.
De ontvochtiger beschermt vanaf het
moment dat u het apparaat aanzet tegen
de schadelijke effecten van een te hoge
luchtvochtigheid.
Let er op dat uw Amcor luchtontvochtiger
waterpas staat.
De beste resultaten worden verkregen als
ramen en deuren gesloten zijn, want dan
wordt eventuele toevoer van nieuwe
vochtige lucht voorkomen.
Bij gebruik in een zwembad moet het
apparaat via een transformator ofwel via
een stroomonderbrekingsschakelaar
worden aangesloten, conform de
elektrische installatievoorschriften.
Zie blz. 3, fig. 5
Uw ontvochtiger kan worden neergezet
of aan een muur worden gehangen.
Let erop dat het apparaat goed stabiel
staat en op alle vier de pootjes rust.
Ophangen aan een muur
Bevestig de meegeleverde steun (1)
horizontaal met minstens vijf schroeven
en pluggen (2 en 3) aan de muur.
Muurbevestiging
Muurbevestiging
Hang het apparaat aan de steun, de
lippen passen in de openingen in het
achterpaneel.
Om trillingen, rammelen en geluids-
overdracht te voorkomen zijn rubberen
strips meegeleverd.
Deze zelfklevende strips moeten worden
geplaatst op de lippen van de steun (4)
en aan de onderzijde in het metalen
achterpaneel (5).
17