Chicco LIVING de handleiding

Categorie
Kinderwagens
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

34 35
NL
GEBRUIKSAANWIJZING
BELANGRIJKE MEDEDELINGEN
BELANGRIJK: LEES DEZE GEBRUIKSAANWIJ-
ZING VOOR HET GEBRUIK AANDACHTIG
DOOR, OM GEVAREN BIJ HET GEBRUIK TE
VOORKOMEN. BEWAAR ZE VOOR LATERE
RAADPLEGING.
HOUD U ZORGVULDIG AAN DEZE INSTRUC-
TIES, OM DE VEILIGHEID VAN UW KIND NIET
OP HET SPEL TE ZETTEN.
LET OP: VERWIJDER VOOR HET GEBRUIK
EVENTUELE PLASTIC ZAKKEN EN ALLE ANDE-
RE VERPAKKINGSONDERDELEN EN GOOI ZE
WEG OF HOUD ZE IN IEDER GEVAL BUITEN
HET BEREIK VAN BABY’S EN KINDEREN.
WAARSCHUWINGEN
• LETOP:DEVEILIGHEIDVANHETKINDHANGT
OOKVANJOUAF!
• LETOP:Kinderenmoetenaltijdmetdeveilig-
heidsgordelswordenvastgezetenmogennooit
zondertoezichtwordengelaten.
• LETOP:houdhetkindbijdeafstelwerkzaam-
heden uit de buurt van de bewegende delen
vandewandelwagen.
Dezewandelwagenheeftperiodiekonderhoud
nodigdatdoordegebruikermoetwordenver-
richt.
Overbelasting,nietgoedsluitenenhetgebruik
vannietgoedgekeurdeaccessoireskandewan-
delwagenbeschadigenofkapotmaken.
•LETOP:hetkangevaarlijkzijnhetkindzonder
toezichttelaten.
•LETOP: controleer voordemontagedat het
artikelenzijnonderdelennietbeschadigdzijn
tijdenshettransport.Inditgevalmaghetarti-
kelnietwordengebruiktendienthetbuitenhet
bereikvankinderentewordengehouden.
• De wandelwagen mag worden gebruikt voor
kinderenvanafde geboortetot 36 maanden,
entoteengewichtvanmaximaal15kg.
• Voorkinderenvanafdegeboortetotdeleeftijd
vanongeveer6maandenmoetderugleuning
op de volledig neergelaten stand worden ge-
bruikt.
•LETOP:voorhetgebruikdientuzichervante
verzekeren dat alle veiligheidsmechanismen
correctzijn aangebracht.Verzekeruer inhet
bijzondervandatdewandelwagenopdeopen
standis geblokkeerd,doortecontrolerendat
deachterstekruiskoppelingisvergrendeld.
• Laadnietmeerdan5kggewichtindemand.
• Vervoernietmeerdanéénkindtegelijk.
• Breng geen accessoires, reserveonderdelen of
onderdelen opdewandelwagen aan,die niet
doordefabrikantgeleverdofgoedgekeurdzijn.
•LETOP:iederetasofgewichtdataandehand-
grepen is gehangen, kan de stabiliteitvan de
wandelwageninhetgedrangbrengen.
•LETOP:hetgebruikvantussenbeenstukkenen
veiligheidsgordelsisnodigomdeveiligheidvan
hetkindtegaranderen.Gebruikdeveiligheids-
gordelsaltijdsamenmethettussenbeenstuk.
• Verzekeruervandatdegebruikersvandewan-
delwagengoedwetenhoehijwerkt.
LETOP:verzekeruerbijhetopeneneninklap-
penvandathetkindzichopeenveiligeafstand
bevindt:sluitenopendewandelwagennietter-
wijlhetkinderinzit.Verzekeruerbijderegel-
handelingenvandatdebewegendedelenvan
dewandelwagennietinaanrakingkomenmet
hetlichaamvanhetkind.
• Gebruikderemiederekeerdatustopt.
•LET OP:laat dewandelwagen nooit met het
kind erin op een helling staan, ook al zijn de
remmengeactiveerd.
• Zorg ervoor dat andere kinderen niet zonder
toezichtindebuurtvandewandelwagenspe-
lenoferopklimmen.
Omgevaarvoorwurgingtevoorkomen,magu
hetkindgeenvoorwerpenmettouwengeven
ofzebinnenhetbereikvanhetkindlatenlig-
gen.
LETOP:gebruikdewandelwagennietoptrap-
penofroltrappen:uzoudecontroleeroveron-
verwachtskunnenverliezen.Kijkgoeduitalsu
eentredeofdestoepop-ofafgaat.
• Alsudewandelwagengedurendelangetijdin
dezonlaatstaan,wachtdantothijafgekoeldis
voordatuhetkinderinzet.Doorlangindezon
testaan,kunnendematerialenenstoffenvan
kleurveranderen.
• Gebruikhetartikelnietalseronderdelenstuk
ofgescheurdzijnofontbreken.
•LET OP: als de wandelwagen niet wordt ge-
bruikt,dienthijbuitenhetbereikvankinderen
tewordengehouden.
•LETOP:Dewandelwagenmagnietwordenge-
bruikt,terwijlurentof(rol)schaatst.
• Voorkom dat de wandelwagen in aanraking
komtmetzoutwater,omroesttevoorkomen.
• Gebruikdewandelwagennietophetstrand.
•LETOP:ditproductmaguitsluitenddooreen
volwassenewordengebruikt.
•LETOP:Controleervoorgebruikofdebeves-
tigingsmechanismenvandedraagmandofhet
zitjevandewandelwagencorrectgeactiveerd
zijn.
36 3 7
REINIGINGS EN ONDERHOUDSTIPS
Ditartikelheeftperiodiekonderhoudnodig.
Reinigings-enonderhoudswerkzaamhedenmogenalleen
dooreenvolwassenewordenverricht.
REINIGEN
Destofkanvandewandelwagenverwijderdworden(raad-
pleeghethoofdstuk“DEBEKLEDINGVERWIJDEREN”).
Ziedewasetikettenomdestoffengedeeltestereinigen.
Vervolgenswordendewassymbolenmethunbetekenis
weergegeven:
 Metkoudwateropdehandwassen
 Nietbleken
 Nietmechanischdrogen
 Nietstrijken
 Nietchemischlatenreinigen
Reinigdekunststofdelenregelmatigmeteenvochtige
doek.
Naeventueleaanrakingmetwatermoetendemetalendelen
afgedroogdwordenomroestvormingtevoorkomen.
ONDERHOUD
Smeerdebewegendedelenindiennodigmetdrogesilico-
nenolie.Controleerregelmatigdeslijtagestaatvandewielen
enhoudzevrijvanstofenzand.Verzekerjeervandatde
kunststofdelendieoverdemetalenbuizenschuivenvrijzijn
vanstof,vuilenzandomwrijvingtevoorkomen,watdegoede
werkingvandewandelwageninhetgedrangzoukunnen
brengen.Bergdewandelwagenopeendrogeplaatsop.
OPENEN
LETOP:leterbijdezehandelingopdathetkindeneventuele
anderekinderenzichopeenveiligeafstandbevinden.Verzeker
jeertijdensdezefasevandatdebewegendedelenvande
wandelwagennietinaanrakingkomenmethetlichaam
vanhetkind.
1.Voordatjedewandelwagenopent,haaljebeidehandgrepen
opdegebruikstandomhoogendrukjeopdeknoppenaande
zijkanten(g.1A).Verzekerjeervandatdehandgrepenopde
hogestandstaan,zoalsing.1Bwordtgetoond.
2.Trektegelijkertijdaandetrekkersopdehandgrepenvan
dewandelwagen.Dewandelwagenbegintzichteopenen
(g.2).
3.Tildewandelwagenop,zodathijgemakkelijkeropengaat
(g.3).
4.Drukdekruiskoppelingmetdepuntvandevoetomlaag
omhetmechanismevolledigteopenenenvergrendelde
wandelwagenopdegeopendestand(g.4).
LETOP:verzekerjeervandatdewandelwagenopdeopen
standisgeblokkeerd,doortecontrolerendatdeachterste
kruiskoppelingisvergrendeld.
AANBRENGEN/VERWIJDEREN VAN DE BEKLEDING
Omhetgemakkelijkertemaken,moetdezehandelingworden
verrichtmetdezittingvandewandelwagenafgenomen.
5.Brengdebekledingaandooreerstdebovenkantvandestof
(g.5A)aantebrengen,zodatzeaandeachterkantzit,zoals
inguur5Bwordtgetoond.Volghetgekleurdestreepje,om
destofmethetplasticframeuittelijnen(g.5C).Vervolgens
bevestigjedeinternestoffenbekledingmetdetweevelcro’s
aandevleugelsvanhetframe(g.5D).Bevestigdezittingaan
debasisdoordetweeknopenterhoogtevandekringetjes
inguur5Evasttemaken.Laatvervolgensdeonderkanten
vandezittinggoedaansluitendoorzemetdeknopen(A)
endevelcro(B)aandezijkantvanhetframevasttezetten,
zoalsinguur5Fwordtgetoond.Haaldesteunstukkendoor
destof,zoalsinguur5Gwordtgetoond.
6.HaaldeD-vormigeringendoordehiervoorbestemde
openingen(g.6)
7.HaaldebuikgordeldoordeD-vormigeringen,zoalsin
guur7wordtgetoond.
8.LETOP:hettussenbeenstukisaandesteunvandezitting
bevestigd,diemethetframeisverbonden.Vooreengoed
enveiliggebruikmoethettussenbeenstukdoordeopening
indebekledingwordengehaald,zoalswordtgetoondin
guur8.Raadpleegdeparagraaf“Veiligheidsgordels”voor
eencorrectgebruikvandeveiligheidsgordels.
9.Bevestigdetweebedekkingenvandearmleuningenmet
behulpvandedrukknopen(g.9).
VEILIGHEIDSGORDELS
Dewandelwagenisuitgerustmeteenveiligheidssysteemmet
vijfverankeringspuntenbestaandeuittweeschouderbanden,
eenbuikgordeleneentussenbeenstukmetgesp.
LETOP:omhemvoorkinderenvanafdegeboortetotonge-
veer6maandentegebruiken,moetendeschoudergordels
wordengebruikt.
10.Steekdeveiligheidsgespenindespecialeopeningenin
destof(g.10A)encontroleerdatdeschouderbandenzich
opdeidealehoogtevoorjekindbevinden:zoniet,danstelt
jedehoogteervanandersaf(g.10B).
11.Nahetkindindewandelwagentehebbengezet,steekje
de2vorkenindegespenveranderjeindiennodigdewijdte
vandebuikgordelmetbehulpvandegespen(g.11).
12.Omdebuikgordellostemaken,drukjedetweevorkenop-
zijtegelijkin(g.12).Voormeerveiligheidisdewandelwagen
uitgerustmetDvormigeringenomeenextraveiligheidsgordel
vasttekunnenmakenvolgensdevoorschriftenBS6684.De
ringenbevindenzichrechtsenlinksaandebinnenkantvan
depassagierszitting,zoalsinguur7wordtgetoond.
LETOP:omdeveiligheidvanjekindtegaranderen,dienen
deveiligheidsgordelsaltijdtewordengebruikt.
LETOP:omdeveiligheidvanhetkindtegaranderen,dienen
tussenbeenstukkenenveiligheidsgordelstegelijkertijdte
wordengebruikt.
MONTAGE ZITTING GEZICHT NAAR MAMA
LETOP:Indezeopstellingwordtdestootbeugelnietge-
bruikt.
13.Omdezittingindestandgezichtnaarmamatemonteren,
openjedezittingenbevestigjezeterhoogtevandeoranje
pijlen(g.13A)opdezitting,opdehiervoorbestemdepinnen
(g.13BenC)ophetframevandewandelwagen,zoalsin
guur13Dwordtgetoond.
14.Duwdezittingomlaagtotjeeenbevestigingsklikhoort
(g.14).
LETOP:voordatjehetproductindeversiewandelwagen
gebruikt,controleerjealtijdofdezittinggoedisgemon-
teerd.
MONTAGE ZITTING GEZICHT NAAR DE STRAAT
15.Omdezittingindestandgezichtnaardestraattemon-
teren,openjedezittingenbevestigjezeterhoogtevande
oranjepijlen(g.15A)opdezitting,opdehiervoorbestemde
pinnen(g.15BenC)ophetframevandewandelwagen,
zoalsinguur15Dwordtgetoond.
16.Duwdezittingomlaagtotjeeenbevestigingsklikhoort
(g.16).
LETOP:voordatjehetproductindeversiewandelwagen
gebruikt,controleerjealtijdofdezittinggoedisgemon-
teerd.
36 3 7
DEMONTAGE VAN DE ZITTING
Omdezittingteverwijderen,hoeftdestofnietvandewan-
delwagentewordengenomen.
17.Drukopdeoranjeknopaandeachterkantvanderugleu-
ningentildezittingop(g.17).
DE RUGLEUNING AFSTELLEN
18.Dooropdegrijzeknopopderugleuningvandewan-
delwagentedrukken,kunjederugleuningverstellentotde
gewenstestandwordtbereikt(g.18).Doordeknoplos
telaten,wordtderugleuningopdeeerstvolgendestand
vergrendeld.Omderugleuningweerverticaaltezetten,duw
jezegewoonomhoog.
LETOP:methetgewichtvanhetkindkunnendezehande-
lingenmoeilijkerzijn.
DE BEENSTEUN VERSTELLEN
19.Drukopdetweeknoppenaandebinnenkantvande
scharniervandevoetensteun(g.19)omdebeensteunop
degewenstestandaftestellen.
AFNEEMBARE STOOTBEUGEL
20.Omdestootbeugelteverwijderen,drukjeopdetwee
knoppenonderdearmleuningen(g.20)entrekjedebeugel
naarjetoe.Openéénkantvandestootbeugel,omhetkind
gemakkelijkerindewandelwagentekunnenzetten.
LETOP:maakhetkindaltijdmetdeveiligheidsgordelsvast.
DestootbeugelisGEENveiligheidsysteemvoorhetkind.
LETOP:gebruikdestootbeugelnooitomdewandelwagen
methetkinderinoptetillen.
VERSTELBARE ERGONOMISCHE
DOUBLE TWIST HANDVATEN
21.Dooropdeknopophethandvattedrukken,kanhet
handvatopdegewenstestandwordengedraaidenwordt
hetopdevoordegebruikergemakkelijkstehoogteenstand
aangepast(g.21).
Hethandvatkanop8verschillendestandenwordengezet.
22.LETOP:tijdenshetgebruikmaghethandvatnietopde
laagstestandwordengebruikt(g.22A).Tijdenshetgebruik
moetendehandvatenopeenhogestandwordengebruikt,
zoalsinguur22Bwordtgetoond.
REM
Deremheefteenuitwerkingopbeideachterwielenvande
wandelwagentegelijk.Omhetgebruikvandewandelwagen
tevereenvoudigen,iseenSTOP&GOremsysteemingevoerd,
datdoorspecialegekleurdestickerswordtgemerkt,dieop
dehendelsvandeachterremzijnaangebracht.
23.Omdewandelwagenteremmen,duwjederechterhendel
omlaag(g.23).Erverschijntautomatischeenroodetiket
STOPendehendelaandeanderekantspringtomhoog.
24.Omderemtedesactiveren,duwjedelinkerhendelomlaag
(g.24).ErverschijntautomatischeengroenetiketGOen
dehendelaandeanderekantspringtomhoog.
LETOP:gebruikaltijdderemalsjestopt.Laatdewandel-
wagennooitmethetkinderinopeenhellingstaan,ookal
zijnderemmengeactiveerd.
LETOP:naderemhendeltehebbenaangetrokken,verzekert
uzichervandatderemmengoedopbeideachterwielgroepen
geplaatstzijn.
ZWENKWIELEN
Dewandelwagenisuitgerustmetzwenkende/vastevoorwie-
len.Weradenaanoponregelmatigterreindewieleninde
vastestandtegebruiken.Dewielenopdezwenkstandworden
daarentegenaangeradenomdemanoeuvreerbaarheidvan
dewandelwagenopnormalewegenteverhogen.
25.Omdevoorwielenzwenkendtemaken,duwjedehendel
aandevoorkantomlaag,zoalswordtgetoondinguur25.
Omdevoorwielenopdevastestandtezetten,haaljede
hendelmetdevoetomhoog.Hetwielwordtdan,onafhan-
kelijkvandestandwaarinhetzichbevindt,opderechte
standvergrendeld.
LETOP:beidewielenmoetenaltijdtegelijkertijdworden
vergrendeldofontgrendeld.
DE WANDELWAGEN DICHTPLOOIEN
LETOP:leterbijdezehandelingopdathetkindeneventuele
anderekinderenzichopeenveiligeafstandbevinden.Verzeker
jeertijdensdezefasevandatdebewegendedelenvande
wandelwagennietinaanrakingkomenmethetlichaamvan
hetkind.Dewandelwagenkanzowelopdestandgezicht
naardestraatalsgezichtnaarmamawordendichtgeplooid.
Deinstructieshiervoorgeldenvoorbeideversies.Omhet
framedichtgeplooidminderplaatstelateninnemen,ishet
echterraadzaamdewandelwagendichtteplooienmetde
zittingopdestandgezichtnaardestraat.
26.Haaldezijdelingsescharnierenomhoogenplooidekap
dicht(g.26).
27.Trekbeidetrekkersopdehandgrepenomhoog.Terwijl
jezeomhooggetrokkenhoudt,maakjedeachterstekruis-
koppelinglosdoorzemetdepuntvandevoetomhoogte
duwen(g.27).
28.Pakdesluitingshandgreepentrekhemomhoogtot
dewandelwagenhelemaaldichtgeplooidenvergrendeld
is(g.28).
29.Laatderugleuningneertothijhorizontaalligt,zodatde
ingeklaptewandelwagenminderplaatsinneemt(g.29A–
gezichtnaardestraat,g.29B–gezichtnaarmama).
30.Kanteldehandgrepenvervolgensnaarvoren(g.30).
Dedichtgeplooideenvergrendeldewandelwagenblijftnu
rechtopstaan.
LETOP:omdewandelwagendichtteplooien,moethet
koppelstukvoordeuni-handgreepaltijdwordenverwijderd
(indienaanwezig).
DE BEKLEDING VERWIJDEREN
Terwijljedewandelwagenmetgeopendeveiligheidsgordels
halfdichtplooit:
31.MaakdrukknoopAenvelcroBlosopdepunten,diein
guur31wordengetoond.
32.Tildebeensteunop,maakdeknopenopdezittingopen
enverwijderdehoes.Leterhierbijopdatjedeveiligheids-
gordelserdoorheenhaalt(g.32A).Haaldebekledingvan
derugleuningdoorzeomhoogtetrekken,nadevelcro’sopzij
tehebbenlosgemaakt(g.32B).
GEBRUIK VAN AUTOSTOELTJE EN DRAAGMAND
BijdeCHICCOwandelwagensdieeenKLIKKLAKsysteem
opdearmleuningenhebben,kunneneendraagmanden/of
stoeltjeophetframevandewandelwagenwordenbevestigd
zonderextrabevestigingssystementegebruiken.
Omdedraagmandofhetstoeltjevastoflostemaken,
raadpleegjedehiervoorbestemdeinstructies.
33.Voordatjehetautostoeltjeofdedraagmandvastmaakt,
haaljehetbovenstegedeeltevandebedekkingenvandearm-
leuningenlosofverwijderjezehelemaal(g.33AenB).
LETOP:alleenCHICCOautostoeltjesofdraagmandenuit-
gerustmetspecialeKLIKKLAKsystemenkunnenopde
wandelwagenwordenbevestigd.Alvorensdewandelwagen
incombinatiemetdraagmandofautostoeltjetegebruiken,
dientaltijdtewordengecontroleerddathetbevestigings-
systeemgoedvergrendeldis.GEBRUIKUITSLUITENDAC-
CESSOIRESDIEZIJNUITGERUSTMETHETSPECIALEKLIK
KLAKMECHANISME.
34.LETOP:eenverkeerdebevestigingsprocedurevanhet
accessoireaanhetframekaneenslechtewerkingvanhet
bevestigingssysteemmetzichmeebrengen,waardoorhet
terugloskoppelenonmogelijkwordt.Indatgevalkunnen
dehakenhandmatigwordengedeblokkeerddoormeteen
schroevendraaierdehendelsonderdearmleuningenloste
38
maken,waarjeviadespecialeopeningtoegangtoekrijgt
(g.34).
ACCESSOIRES
LETOP:hetkanzijndatdevervolgensbeschrevenaccessoires
bijenkeleuitvoeringenvanhetproductnietaanwezigzijn.
Leesdeinstructiesbetreffendedeaccessoiresdiegeleverdzijn
bijdedoorjougekochteuitvoeringaandachtigdoor.
SAMENVOEGBARE HANDVATEN
35.Omdehandvatentotuni-handgreepomtevormen,druk
jedetweemiddelstehendelstegelijkertijdnaarbinnen(zie
g.35A)enzetjehetkoppelstukvastdoordepinnenAen
Bmetdebijbehorendegatentelatensamenvallen(g.35
B),totjeeenklikhoort.
36.Omhetkoppelstukteverwijderen,drukjedetweemid-
delstehendelstegelijkertijdnaarbinnen(zieg.36A)en
neemjehetkoppelstukwegdoorhetomhoogtetrekken
(g.36B).
LETOP:voordatjehetproductindeversie“uni-handgreep”
gebruikt,controleerjealtijddejuistemontage.
LETOP:omdewandelwagendichtteplooien,moethetkop-
pelstukvoordeuni-handgreepaltijdwordenverwijderd.
LETOP:tildewandelwagennooitmethetkinderinopaan
deuni-handgreep.
COMFORT KIT
DeComfortKitbevat2schouderbeschermerseneenbuik-
beschermer.Debuikbeschermerisbijzonderaangeraden
bijeengebruikopdestandgezichtnaarmama,alshetkind
nogkleinis.
37.Haaldeschouderbeschermersdoordeschouderriemen,
zoalsinguur37wordtgetoond.
38.Haalhettussenbeenstukdoordespecialeopening(g.
38A)endegespvandebuikgordeldoordezijdelingseope-
ningen(g.38B).
LETOP:brengdebuikbeschermeraan,nadatjehetkindin
dewandelwagenhebtgezet.
LETOP:versteldebreedtevandebuikgordelindiennodig
metdegespen.
LETOP:omdeveiligheidvanjekindtegaranderen,dienen
deveiligheidsgordelsaltijdtewordengebruikt.
OMVORMBARE KAP
39.Dezittingisuitgerustmettweekoppelingendiezich
opdezijkantenvandeonderkantvandezittingbevinden
enwaaraandekapkanwordenbevestigd.Omdekapte
bevestigen,steekjehetkoppelsysteemindekoppelingen,
zoalsinguur39wordtgetoond.Aangezienhijaandezit-
tingisbevestigd,volgtdekapdezittingzowelopdestand
gezichtnaardestraatalsgezichtnaarmama,zonderdathij
steedsmoetwordengedraaid.
40.Omdekapteopenen,duwjehetboogjeaandevoorkant
vooruitenzetjehemvastmetdetweezijscharnieren,zoals
wordtgetoondinguur40.
41.Omhetachterpaneelteverwijderenendekapineen
zomersezonneschermpjeteveranderen,openjedezijschar-
nieren(g.41A).Doordestrookdubbeltevouwen,kanhij
gemakkelijkinhetpraktischevakaandeachterkantvandekap
(g.41B)wordenopgeborgen,datdichtgemaaktkanworden
doordeknopinhetknoopsgattesteken(g.41C).
42.Omdekapteverwijderen,haaljedekoppelingenom-
hoog(g.42).
LETOP:dekapdientaanbeidekantenvandewandelwagen
tewordenbevestigd.Controleerdathijgoedisvastgezet.
REGENHOES
Dewandelwagenkanwordenuitgerustmetregenhoes.
43.Bevestigderegenhoesdoorhemmetdeclipsaande
uiteindenvasttezetten(g.43).Laatdehoesnahetgebruik
aandeluchtdrogen(alshijnatzouzijngeworden),voordat
jehemopvouwtenopbergt.
LETOP:letbijzondergoedoptijdenshetgebruikvande
regenhoes.
LETOP:deregenhoesmagnietzonderkapofzonnekapopde
wandelwagenwordengebruikt,omdathetkindhierdoorkan
stikken.Alsderegenhoesopdewandelwagenisaangebracht,
magjehem,omgevaarvooroververhittingtevoorkomen,
nooitmethetkinderinindezonzetten.
VOETENBEKLEDING
44.Omdevoetenbekledingaantebrengen,maakjede
drukknoopaandevoetensteunvast(g.44A),haaljehet
bovenstegedeeltevandevoetenbekledingonderdestoot-
beugeldoorenmaakjezeopdehoogstestandvast,door
deknopendoordeknoopsgatentehalendiezichopde
zijvleugelsvandezittingbevinden(g.44B).
45.Devoetenbekledingkanopdestootbeugelworden
omgeslagenenwordenvastgezetmetdeknoopsgatenzoals
inguur45wordtgetoond.
BOODSCHAPPENMAND
Dewandelwagenisuitgerustmeteenhandigeboodschap-
penmand.
46.Omdeboodschappenmandopdewandelwagenaan
tebrengen,haakjedemusketonhakenAopdeboodschap-
penmandaandetweehakenaandevoorkantvandewan-
delwagenvastenbevestigjede4ringenaandehakenB
(g.46).
LETOP:belaaddemandmetnietmeerdan5kg.Deinhoud
moetuitdemandwordengehaald,voordatjedewandel-
wagendichtplooit.
TAS
Bijsommigeuitvoeringenzitereenhandigetas,uitgerust
metverzorgingskussen.
47.Maakdetasvastzoalsinguur47wordtgetoond.
48.Vooreeneenvoudigergebruikvandewandelwagen
zijnerindetasverschillendevakken,waarjevoorwerpen
inkuntsteken,zoalshetkoppelstukvoordeuni-handgreep
(g.48).
LETOP:belaaddetasmetnietmeerdan2kg.
LETOP:alshetbovenschrevengewichtwordtoverschreden,
kanditdestabiliteitvandewandelwageninhetgedrang
brengenenkanhijkantelen.
Belangrijkeopmerking:deafbeeldingeneninstructiesindit
boekjehebbenbetrekkingopeenbepaaldeuitvoeringvan
dewandelwagen.Sommigeonderdelenenfunctiesdiehier
wordenbeschreven,kunnenafhankelijkvandedoorjou
gekochteuitvoeringanderszijn.
VOOR MEER INFORMATIE
PharsanaN.V.
Temselaan5
1853Strombeek-Bever–BELGIE
Telefoon:023008240
www.chicco.be
39

Documenttranscriptie

NL GEBRUIKSAANWIJZING onderdelen op de wandelwagen aan, die niet door de fabrikant geleverd of goedgekeurd zijn. • LET OP: iedere tas of gewicht dat aan de handgrepen is gehangen, kan de stabiliteit van de wandelwagen in het gedrang brengen. • LET OP: het gebruik van tussenbeenstukken en veiligheidsgordels is nodig om de veiligheid van het kind te garanderen. Gebruik de veiligheidsgordels altijd samen met het tussenbeenstuk. • Verzeker u ervan dat de gebruikers van de wandelwagen goed weten hoe hij werkt. LET OP: verzeker u er bij het openen en inklappen van dat het kind zich op een veilige afstand bevindt: sluit en open de wandelwagen niet terwijl het kind erin zit. Verzeker u er bij de regelhandelingen van dat de bewegende delen van de wandelwagen niet in aanraking komen met het lichaam van het kind. • Gebruik de rem iedere keer dat u stopt. • LET OP: laat de wandelwagen nooit met het kind erin op een helling staan, ook al zijn de remmen geactiveerd. • Zorg ervoor dat andere kinderen niet zonder toezicht in de buurt van de wandelwagen spelen of erop klimmen. Om gevaar voor wurging te voorkomen, mag u het kind geen voorwerpen met touwen geven of ze binnen het bereik van het kind laten liggen. LET OP: gebruik de wandelwagen niet op trappen of roltrappen: u zou de controle erover onverwachts kunnen verliezen. Kijk goed uit als u een trede of de stoep op- of afgaat. • Als u de wandelwagen gedurende lange tijd in de zon laat staan, wacht dan tot hij afgekoeld is voordat u het kind erin zet. Door lang in de zon te staan, kunnen de materialen en stoffen van kleur veranderen. • Gebruik het artikel niet als er onderdelen stuk of gescheurd zijn of ontbreken. • LET OP: als de wandelwagen niet wordt gebruikt, dient hij buiten het bereik van kinderen te worden gehouden. • LET OP: De wandelwagen mag niet worden gebruikt, terwijl u rent of (rol)schaatst. • Voorkom dat de wandelwagen in aanraking komt met zout water, om roest te voorkomen. • Gebruik de wandelwagen niet op het strand. • LET OP: dit product mag uitsluitend door een volwassene worden gebruikt. • LET OP: Controleer voor gebruik of de bevestigingsmechanismen van de draagmand of het zitje van de wandelwagen correct geactiveerd zijn. BELANGRIJKE MEDEDELINGEN BELANGRIJK: LEES DEZE GEBRUIKSAANWIJZING VOOR HET GEBRUIK AANDACHTIG DOOR, OM GEVAREN BIJ HET GEBRUIK TE VOORKOMEN. BEWAAR ZE VOOR LATERE RAADPLEGING. HOUD U ZORGVULDIG AAN DEZE INSTRUCTIES, OM DE VEILIGHEID VAN UW KIND NIET OP HET SPEL TE ZETTEN. LET OP: VERWIJDER VOOR HET GEBRUIK EVENTUELE PLASTIC ZAKKEN EN ALLE ANDERE VERPAKKINGSONDERDELEN EN GOOI ZE WEG OF HOUD ZE IN IEDER GEVAL BUITEN HET BEREIK VAN BABY’S EN KINDEREN. WAARSCHUWINGEN • LET OP: DE VEILIGHEID VAN HET KIND HANGT OOK VAN JOU AF! • LET OP: Kinderen moeten altijd met de veiligheidsgordels worden vastgezet en mogen nooit zonder toezicht worden gelaten. • LET OP: houd het kind bij de afstelwerkzaamheden uit de buurt van de bewegende delen van de wandelwagen. Deze wandelwagen heeft periodiek onderhoud nodig dat door de gebruiker moet worden verricht. Overbelasting, niet goed sluiten en het gebruik van niet goedgekeurde accessoires kan de wandelwagen beschadigen of kapotmaken. • LET OP: het kan gevaarlijk zijn het kind zonder toezicht te laten. • LET OP: controleer voor de montage dat het artikel en zijn onderdelen niet beschadigd zijn tijdens het transport. In dit geval mag het artikel niet worden gebruikt en dient het buiten het bereik van kinderen te worden gehouden. • De wandelwagen mag worden gebruikt voor kinderen vanaf de geboorte tot 36 maanden, en tot een gewicht van maximaal 15 kg. • Voor kinderen vanaf de geboorte tot de leeftijd van ongeveer 6 maanden moet de rugleuning op de volledig neergelaten stand worden gebruikt. • LET OP: voor het gebruik dient u zich ervan te verzekeren dat alle veiligheidsmechanismen correct zijn aangebracht. Verzeker u er in het bijzonder van dat de wandelwagen op de open stand is geblokkeerd, door te controleren dat de achterste kruiskoppeling is vergrendeld. • Laad niet meer dan 5 kg gewicht in de mand. • Vervoer niet meer dan één kind tegelijk. • Breng geen accessoires, reserveonderdelen of 35 in figuur 5 E vast te maken. Laat vervolgens de onderkanten van de zitting goed aansluiten door ze met de knopen (A) en de velcro (B) aan de zijkant van het frame vast te zetten, zoals in figuur 5 F wordt getoond. Haal de steunstukken door de stof, zoals in figuur 5 G wordt getoond. 6. Haal de D-vormige ringen door de hiervoor bestemde openingen (fig. 6) 7. Haal de buikgordel door de D-vormige ringen, zoals in figuur 7 wordt getoond. 8. LET OP: het tussenbeenstuk is aan de steun van de zitting bevestigd, die met het frame is verbonden. Voor een goed en veilig gebruik moet het tussenbeenstuk door de opening in de bekleding worden gehaald, zoals wordt getoond in figuur 8. Raadpleeg de paragraaf “Veiligheidsgordels” voor een correct gebruik van de veiligheidsgordels. 9. Bevestig de twee bedekkingen van de armleuningen met behulp van de drukknopen (fig. 9). REINIGINGS- EN ONDERHOUDSTIPS Dit artikel heeft periodiek onderhoud nodig. Reinigings- en onderhoudswerkzaamheden mogen alleen door een volwassene worden verricht. REINIGEN De stof kan van de wandelwagen verwijderd worden (raadpleeg het hoofdstuk “DE BEKLEDING VERWIJDEREN”). Zie de wasetiketten om de stoffen gedeeltes te reinigen. Vervolgens worden de wassymbolen met hun betekenis weergegeven: Met koud water op de hand wassen Niet bleken Niet mechanisch drogen Niet strijken Niet chemisch laten reinigen VEILIGHEIDSGORDELS De wandelwagen is uitgerust met een veiligheidssysteem met vijf verankeringspunten bestaande uit twee schouderbanden, een buikgordel en een tussenbeenstuk met gesp. LET OP: om hem voor kinderen vanaf de geboorte tot ongeveer 6 maanden te gebruiken, moeten de schoudergordels worden gebruikt. 10. Steek de veiligheidsgespen in de speciale openingen in de stof (fig. 10 A) en controleer dat de schouderbanden zich op de ideale hoogte voor je kind bevinden: zo niet, dan stelt je de hoogte ervan anders af (fig. 10 B). 11. Na het kind in de wandelwagen te hebben gezet, steek je de 2 vorken in de gesp en verander je indien nodig de wijdte van de buikgordel met behulp van de gespen (fig. 11). 12. Om de buikgordel los te maken, druk je de twee vorken opzij tegelijk in (fig. 12). Voor meer veiligheid is de wandelwagen uitgerust met Dvormige ringen om een extra veiligheidsgordel vast te kunnen maken volgens de voorschriften BS 6684. De ringen bevinden zich rechts en links aan de binnenkant van de passagierszitting, zoals in figuur 7 wordt getoond. LET OP: om de veiligheid van je kind te garanderen, dienen de veiligheidsgordels altijd te worden gebruikt. LET OP: om de veiligheid van het kind te garanderen, dienen tussenbeenstukken en veiligheidsgordels tegelijkertijd te worden gebruikt. Reinig de kunststof delen regelmatig met een vochtige doek. Na eventuele aanraking met water moeten de metalen delen afgedroogd worden om roestvorming te voorkomen. ONDERHOUD Smeer de bewegende delen indien nodig met droge siliconenolie. Controleer regelmatig de slijtagestaat van de wielen en houd ze vrij van stof en zand. Verzeker je ervan dat de kunststof delen die over de metalen buizen schuiven vrij zijn van stof, vuil en zand om wrijving te voorkomen, wat de goede werking van de wandelwagen in het gedrang zou kunnen brengen. Berg de wandelwagen op een droge plaats op. OPENEN LET OP: let er bij deze handeling op dat het kind en eventuele andere kinderen zich op een veilige afstand bevinden. Verzeker je er tijdens deze fase van dat de bewegende delen van de wandelwagen niet in aanraking komen met het lichaam van het kind. 1. Voordat je de wandelwagen opent, haal je beide handgrepen op de gebruikstand omhoog en druk je op de knoppen aan de zijkanten (fig. 1 A). Verzeker je ervan dat de handgrepen op de hoge stand staan, zoals in fig. 1 B wordt getoond. 2. Trek tegelijkertijd aan de trekkers op de handgrepen van de wandelwagen. De wandelwagen begint zich te openen (fig. 2). 3. Til de wandelwagen op, zodat hij gemakkelijker opengaat (fig. 3). 4. Druk de kruiskoppeling met de punt van de voet omlaag om het mechanisme volledig te openen en vergrendel de wandelwagen op de geopende stand (fig. 4). LET OP: verzeker je ervan dat de wandelwagen op de open stand is geblokkeerd, door te controleren dat de achterste kruiskoppeling is vergrendeld. MONTAGE ZITTING GEZICHT NAAR MAMA LET OP: In deze opstelling wordt de stootbeugel niet gebruikt. 13. Om de zitting in de stand gezicht naar mama te monteren, open je de zitting en bevestig je ze ter hoogte van de oranje pijlen (fig. 13 A) op de zitting, op de hiervoor bestemde pinnen (fig. 13 B en C) op het frame van de wandelwagen, zoals in figuur 13 D wordt getoond. 14. Duw de zitting omlaag tot je een bevestigingsklik hoort (fig. 14). LET OP: voordat je het product in de versie wandelwagen gebruikt, controleer je altijd of de zitting goed is gemonteerd. MONTAGE ZITTING GEZICHT NAAR DE STRAAT 15. Om de zitting in de stand gezicht naar de straat te monteren, open je de zitting en bevestig je ze ter hoogte van de oranje pijlen (fig. 15 A) op de zitting, op de hiervoor bestemde pinnen (fig. 15 B en C) op het frame van de wandelwagen, zoals in figuur 15 D wordt getoond. 16. Duw de zitting omlaag tot je een bevestigingsklik hoort (fig. 16). LET OP: voordat je het product in de versie wandelwagen gebruikt, controleer je altijd of de zitting goed is gemonteerd. AANBRENGEN/VERWIJDEREN VAN DE BEKLEDING Om het gemakkelijker te maken, moet deze handeling worden verricht met de zitting van de wandelwagen afgenomen. 5. Breng de bekleding aan door eerst de bovenkant van de stof (fig. 5 A) aan te brengen, zodat ze aan de achterkant zit, zoals in figuur 5B wordt getoond. Volg het gekleurde streepje, om de stof met het plastic frame uit te lijnen (fig. 5C). Vervolgens bevestig je de interne stoffen bekleding met de twee velcro’s aan de vleugels van het frame (fig. 5D). Bevestig de zitting aan de basis door de twee knopen ter hoogte van de kringetjes 36 DEMONTAGE VAN DE ZITTING Om de zitting te verwijderen, hoeft de stof niet van de wandelwagen te worden genomen. 17. Druk op de oranje knop aan de achterkant van de rugleuning en til de zitting op (fig. 17). hendel met de voet omhoog. Het wiel wordt dan, onafhankelijk van de stand waarin het zich bevindt, op de rechte stand vergrendeld. LET OP: beide wielen moeten altijd tegelijkertijd worden vergrendeld of ontgrendeld. DE RUGLEUNING AFSTELLEN 18. Door op de grijze knop op de rugleuning van de wandelwagen te drukken, kun je de rugleuning verstellen tot de gewenste stand wordt bereikt (fig. 18). Door de knop los te laten, wordt de rugleuning op de eerstvolgende stand vergrendeld. Om de rugleuning weer verticaal te zetten, duw je ze gewoon omhoog. LET OP: met het gewicht van het kind kunnen deze handelingen moeilijker zijn. DE WANDELWAGEN DICHTPLOOIEN LET OP: let er bij deze handeling op dat het kind en eventuele andere kinderen zich op een veilige afstand bevinden. Verzeker je er tijdens deze fase van dat de bewegende delen van de wandelwagen niet in aanraking komen met het lichaam van het kind. De wandelwagen kan zowel op de stand gezicht naar de straat als gezicht naar mama worden dichtgeplooid. De instructies hiervoor gelden voor beide versies. Om het frame dichtgeplooid minder plaats te laten innemen, is het echter raadzaam de wandelwagen dicht te plooien met de zitting op de stand gezicht naar de straat. 26. Haal de zijdelingse scharnieren omhoog en plooi de kap dicht (fig. 26). 27. Trek beide trekkers op de handgrepen omhoog. Terwijl je ze omhoog getrokken houdt, maak je de achterste kruiskoppeling los door ze met de punt van de voet omhoog te duwen (fig. 27). 28. Pak de sluitingshandgreep en trek hem omhoog tot de wandelwagen helemaal dichtgeplooid en vergrendeld is (fig. 28). 29. Laat de rugleuning neer tot hij horizontaal ligt, zodat de ingeklapte wandelwagen minder plaats inneemt (fig. 29 A – gezicht naar de straat, fig. 29 B – gezicht naar mama). 30. Kantel de handgrepen vervolgens naar voren (fig. 30). De dichtgeplooide en vergrendelde wandelwagen blijft nu rechtop staan. LET OP: om de wandelwagen dicht te plooien, moet het koppelstuk voor de uni-handgreep altijd worden verwijderd (indien aanwezig). DE BEENSTEUN VERSTELLEN 19. Druk op de twee knoppen aan de binnenkant van de scharnier van de voetensteun (fig. 19) om de beensteun op de gewenste stand af te stellen. AFNEEMBARE STOOTBEUGEL 20. Om de stootbeugel te verwijderen, druk je op de twee knoppen onder de armleuningen (fig. 20) en trek je de beugel naar je toe. Open één kant van de stootbeugel, om het kind gemakkelijker in de wandelwagen te kunnen zetten. LET OP: maak het kind altijd met de veiligheidsgordels vast. De stootbeugel is GEEN veiligheidsysteem voor het kind. LET OP: gebruik de stootbeugel nooit om de wandelwagen met het kind erin op te tillen. VERSTELBARE ERGONOMISCHE DOUBLE TWIST HANDVATEN 21. Door op de knop op het handvat te drukken, kan het handvat op de gewenste stand worden gedraaid en wordt het op de voor de gebruiker gemakkelijkste hoogte en stand aangepast (fig. 21). Het handvat kan op 8 verschillende standen worden gezet. 22. LET OP: tijdens het gebruik mag het handvat niet op de laagste stand worden gebruikt (fig. 22 A). Tijdens het gebruik moeten de handvaten op een hoge stand worden gebruikt, zoals in figuur 22 B wordt getoond. DE BEKLEDING VERWIJDEREN Terwijl je de wandelwagen met geopende veiligheidsgordels half dichtplooit: 31. Maak drukknoop A en velcro B los op de punten, die in figuur 31 worden getoond. 32. Til de beensteun op, maak de knopen op de zitting open en verwijder de hoes. Let er hierbij op dat je de veiligheidsgordels er doorheen haalt (fig. 32 A). Haal de bekleding van de rugleuning door ze omhoog te trekken, na de velcro’s opzij te hebben losgemaakt (fig. 32 B). REM De rem heeft een uitwerking op beide achterwielen van de wandelwagen tegelijk. Om het gebruik van de wandelwagen te vereenvoudigen, is een STOP & GO remsysteem ingevoerd, dat door speciale gekleurde stickers wordt gemerkt, die op de hendels van de achterrem zijn aangebracht. 23. Om de wandelwagen te remmen, duw je de rechterhendel omlaag (fig. 23). Er verschijnt automatisch een rood etiket STOP en de hendel aan de andere kant springt omhoog. 24. Om de rem te desactiveren, duw je de linkerhendel omlaag (fig. 24). Er verschijnt automatisch een groen etiket GO en de hendel aan de andere kant springt omhoog. LET OP: gebruik altijd de rem als je stopt. Laat de wandelwagen nooit met het kind erin op een helling staan, ook al zijn de remmen geactiveerd. LET OP: na de remhendel te hebben aangetrokken, verzekert u zich ervan dat de remmen goed op beide achterwielgroepen geplaatst zijn. GEBRUIK VAN AUTOSTOELTJE EN DRAAGMAND Bij de CHICCO wandelwagens die een KLIK KLAK systeem op de armleuningen hebben, kunnen een draagmand en/of stoeltje op het frame van de wandelwagen worden bevestigd zonder extra bevestigingssystemen te gebruiken. Om de draagmand of het stoeltje vast of los te maken, raadpleeg je de hiervoor bestemde instructies. 33. Voordat je het autostoeltje of de draagmand vastmaakt, haal je het bovenste gedeelte van de bedekkingen van de armleuningen los of verwijder je ze helemaal (fig. 33 A en B). LET OP: alleen CHICCO autostoeltjes of draagmanden uitgerust met speciale KLIK KLAK systemen kunnen op de wandelwagen worden bevestigd. Alvorens de wandelwagen in combinatie met draagmand of autostoeltje te gebruiken, dient altijd te worden gecontroleerd dat het bevestigingssysteem goed vergrendeld is. GEBRUIK UITSLUITEND ACCESSOIRES DIE ZIJN UITGERUST MET HET SPECIALE KLIK KLAK MECHANISME. 34. LET OP: een verkeerde bevestigingsprocedure van het accessoire aan het frame kan een slechte werking van het bevestigingssysteem met zich meebrengen, waardoor het terug loskoppelen onmogelijk wordt. In dat geval kunnen de haken handmatig worden gedeblokkeerd door met een schroevendraaier de hendels onder de armleuningen los te ZWENKWIELEN De wandelwagen is uitgerust met zwenkende/vaste voorwielen. We raden aan op onregelmatig terrein de wielen in de vaste stand te gebruiken. De wielen op de zwenkstand worden daarentegen aangeraden om de manoeuvreerbaarheid van de wandelwagen op normale wegen te verhogen. 25. Om de voorwielen zwenkend te maken, duw je de hendel aan de voorkant omlaag, zoals wordt getoond in figuur 25. Om de voorwielen op de vaste stand te zetten, haal je de 37 je hem opvouwt en opbergt. LET OP: let bijzonder goed op tijdens het gebruik van de regenhoes. LET OP: de regenhoes mag niet zonder kap of zonnekap op de wandelwagen worden gebruikt, omdat het kind hierdoor kan stikken. Als de regenhoes op de wandelwagen is aangebracht, mag je hem, om gevaar voor oververhitting te voorkomen, nooit met het kind erin in de zon zetten. maken, waar je via de speciale opening toegang toe krijgt (fig. 34). ACCESSOIRES LET OP: het kan zijn dat de vervolgens beschreven accessoires bij enkele uitvoeringen van het product niet aanwezig zijn. Lees de instructies betreffende de accessoires die geleverd zijn bij de door jou gekochte uitvoering aandachtig door. SAMENVOEGBARE HANDVATEN 35. Om de handvaten tot uni-handgreep om te vormen, druk je de twee middelste hendels tegelijkertijd naar binnen (zie fig. 35 A) en zet je het koppelstuk vast door de pinnen A en B met de bijbehorende gaten te laten samenvallen (fig. 35 B), tot je een klik hoort. 36. Om het koppelstuk te verwijderen, druk je de twee middelste hendels tegelijkertijd naar binnen (zie fig. 36 A) en neem je het koppelstuk weg door het omhoog te trekken (fig. 36 B). LET OP: voordat je het product in de versie “uni-handgreep” gebruikt, controleer je altijd de juiste montage. LET OP: om de wandelwagen dicht te plooien, moet het koppelstuk voor de uni-handgreep altijd worden verwijderd. LET OP: til de wandelwagen nooit met het kind erin op aan de uni-handgreep. VOETENBEKLEDING 44. Om de voetenbekleding aan te brengen, maak je de drukknoop aan de voetensteun vast (fig. 44 A), haal je het bovenste gedeelte van de voetenbekleding onder de stootbeugel door en maak je ze op de hoogste stand vast, door de knopen door de knoopsgaten te halen die zich op de zijvleugels van de zitting bevinden (fig. 44 B). 45. De voetenbekleding kan op de stootbeugel worden omgeslagen en worden vastgezet met de knoopsgaten zoals in figuur 45 wordt getoond. BOODSCHAPPENMAND De wandelwagen is uitgerust met een handige boodschappenmand. 46. Om de boodschappenmand op de wandelwagen aan te brengen, haak je de musketonhaken A op de boodschappenmand aan de twee haken aan de voorkant van de wandelwagen vast en bevestig je de 4 ringen aan de haken B (fig. 46). LET OP: belaad de mand met niet meer dan 5 kg. De inhoud moet uit de mand worden gehaald, voordat je de wandelwagen dichtplooit. COMFORT KIT De Comfort Kit bevat 2 schouderbeschermers en een buikbeschermer. De buikbeschermer is bijzonder aangeraden bij een gebruik op de stand gezicht naar mama, als het kind nog klein is. 37. Haal de schouderbeschermers door de schouderriemen, zoals in figuur 37 wordt getoond. 38. Haal het tussenbeenstuk door de speciale opening (fig. 38 A) en de gesp van de buikgordel door de zijdelingse openingen (fig. 38 B). LET OP: breng de buikbeschermer aan, nadat je het kind in de wandelwagen hebt gezet. LET OP: verstel de breedte van de buikgordel indien nodig met de gespen. LET OP: om de veiligheid van je kind te garanderen, dienen de veiligheidsgordels altijd te worden gebruikt. TAS Bij sommige uitvoeringen zit er een handige tas, uitgerust met verzorgingskussen. 47. Maak de tas vast zoals in figuur 47 wordt getoond. 48. Voor een eenvoudiger gebruik van de wandelwagen zijn er in de tas verschillende vakken, waar je voorwerpen in kunt steken, zoals het koppelstuk voor de uni-handgreep (fig. 48). LET OP: belaad de tas met niet meer dan 2 kg. LET OP: als het bovenschreven gewicht wordt overschreden, kan dit de stabiliteit van de wandelwagen in het gedrang brengen en kan hij kantelen. OMVORMBARE KAP 39. De zitting is uitgerust met twee koppelingen die zich op de zijkanten van de onderkant van de zitting bevinden en waaraan de kap kan worden bevestigd. Om de kap te bevestigen, steek je het koppelsysteem in de koppelingen, zoals in figuur 39 wordt getoond. Aangezien hij aan de zitting is bevestigd, volgt de kap de zitting zowel op de stand gezicht naar de straat als gezicht naar mama, zonder dat hij steeds moet worden gedraaid. 40. Om de kap te openen, duw je het boogje aan de voorkant vooruit en zet je hem vast met de twee zijscharnieren, zoals wordt getoond in figuur 40. 41. Om het achterpaneel te verwijderen en de kap in een zomerse zonneschermpje te veranderen, open je de zijscharnieren (fig. 41 A). Door de strook dubbel te vouwen, kan hij gemakkelijk in het praktische vak aan de achterkant van de kap (fig. 41 B) worden opgeborgen, dat dichtgemaakt kan worden door de knop in het knoopsgat te steken (fig. 41 C). 42. Om de kap te verwijderen, haal je de koppelingen omhoog (fig. 42). LET OP: de kap dient aan beide kanten van de wandelwagen te worden bevestigd. Controleer dat hij goed is vastgezet. Belangrijke opmerking: de afbeeldingen en instructies in dit boekje hebben betrekking op een bepaalde uitvoering van de wandelwagen. Sommige onderdelen en functies die hier worden beschreven, kunnen afhankelijk van de door jou gekochte uitvoering anders zijn. VOOR MEER INFORMATIE Pharsana N.V. Temselaan 5 1853 Strombeek-Bever – BELGIE Telefoon: 02 300 82 40 www.chicco.be REGENHOES De wandelwagen kan worden uitgerust met regenhoes. 43. Bevestig de regenhoes door hem met de clips aan de uiteinden vast te zetten (fig. 43). Laat de hoes na het gebruik aan de lucht drogen (als hij nat zou zijn geworden), voordat 38
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72

Chicco LIVING de handleiding

Categorie
Kinderwagens
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor