35
• Maai alleen in de eerste en tweede versnelling, en niet bij het
achteruitrijden.
• Schakel het maaiapparaat niet aan of uit tijdens het
rijden,maar alleen als de maaier stilstaat.
• Denk erom dat een helling nooit „veilig” is. Bij het rijden
op hellingen moet u extra opletten.Om u tegen kantelen te
beschermen moet u:
- niet schakelen tijdens het rijden;
- niet stoppen of plotseling optrekken als u tegen de helling op
of naar beneden rijdt;
- de motor laten draaien als u naar beneden rijdt;
- op uwhoede zijn voor oneffenheden en andere onzichtbare
gevaren;
- nooit schuin op de helling maaien;
- bijzonder voorzichtig zijn als u op de helling van rijrichting
verandert.
• Schakel het mes en de motor uit:
- voordat u bijtankt.
• Voordat u de zitmaaier verlaat:
- schakel de aandrijving uit;
- zet de koppeling in de vrijloop;
- schakel de motor uit;
- verwijder de contactsleutel.
• Schakel de motor uit en verwijder de bougiestekker:
- voordat u de maaier aanpast voor bemesting of zijuitworp;
- voordat u blokkeringen losmaakt of een verstopping uit de
uitworpslurf verwijdert;
- voordat u de machine controleert, reinigt of repareert.
• Als u een vreemd voorwerp vindt,controleerdemaaierdan op
beschadigingen en laat de noodzakelijke reparaties uitvoeren.
• Als de maaier abnormaal begint te trillen moet hij onmiddellijk
worden nagekeken.
Onderhoud en opslag
• Onderhouds- en reinigingswerkzaamheden mogen evenals
het verwijderen van de beschermplaten alleen worden
uitgevoerd als de motor is uitgeschakeld en de contactsleutel
en bougiestekker zijn verwijderd.Draag handschoenen tijdens
reinigings- en onderhoudswerkzaamheden.
• Zorg ervoor dat alle moeren,bouten en schroeven,met name
die van de mesbalk, vast zijn aangedraaid en dat de uitrusting
gebruiksveilig is.
• Sla de machine nooit met benzine in een afgesloeten ruimte
op,omdat benzinedampen eventueel met open vuur of vonken
in aanraking kunnen komen.
• Laat de motor eerst afkoelen voordat u de machine in een
afgesloten ruimte opslaat.
• Verwijder gras,bladeren of gemorst vet (olie) van demotor,uitla
at,accukasten en rondom de brandstoftank,om brandgevaar te
voorkomen.
• Vervang om veiligheidsredenen afgedankte of beschadigde
onderdelen.
• Als de brandstoftank moet worden geleegd moet de machine
in de vrijloop staan. Let erop dat er geen brandstof wordt
gemorst.
• Reinig het apparaat na elk karwei met een handveger – niet
met water en vooral niet met een hogedrukspuit.
• Sla de machine niet op in een vochtige ruimte.
• Waarschuwing! Laat vervanging en slijpen van messen altijd
bij een vakwerkplaats uitvoeren, omdat na het demonteren van
onderdelen een balanstest die aan de veiligheidsvoorschriften
voldoet moet worden uitgevoerd. Gebruik alleen originele
WOLF-vervangingsonderdelen, omdat u anders geen garantie
heeft dat uw maaier aan de veiligheidsvoorschriften voldoet.
• Als uw zitmaaier gekanteld moet worden mag dat alleen naar
rechts (rijrichting). Zet de maaier niet op de achterkant!
• U kunt de zitmaaier dragen door hem voor en achter aan het
frame op te tillen.
Veiligheidsvoorschriften
Rijden zonder aandrijving (afb. B/F)
Het is mogelijk om de zitmaaier zonder aandrijving te verplaatsen
(schuiven): Zet de koppeling in stand „N“ (vrijloop) en druk het
gaspedaal geheel naar beneden. Nu is de koppeling vrij en kunt
u de zitmaaier gemakkelijk verschuiven. De sleutelhanger kan als
hulpmiddel bij het schuiven worden gebruikt. Breng de schuifhulp
zoals afgebeeld op het ingedrukte rechter voetpedaal aan.
R
N
1
2
3
Versnellingen en maaigedeelte
R – achteruitrijden, niet maaien
N – (vrijstand) geen voortbeweging
1e versnelling – vooruit, 3,5 km/u, maaien
2e versnelling – vooruit, 4,6 km/u, maaien
3e versnelling – vorruit,10,8 km/u,
zonder maaien (uitsluitend rijden).
• Schakel nooit onder het rijden,maar altijd nadat
het gaspedaal wordt losgelaten.
• Tijdens het achteruitrijden is maaien verboden.
In werking stellen
Gebruikstijden
Gelieve de specifieke nationale verordeningen in acht te nemen.
Motorolie bijvullen
Voordat u de zitmaaier voor de eerste keer gebruikt moet met
0,6 l HD SAE 30 / SAE15 W40 vullen tot aan de markering „Full“
op de peilstok. Schroef de peilstok vast en controleer het olie-
peil. Controleer voordat u gaat maaien altijd eerst het oliepeil.
Tanken
Roken en open vuur verboden. Tank niet bij draaiende
motor. Geen brandstof verspreiden bij warme motor. Mors
geen brandstof. Adem de dampen niet in.Gebruik normale
benzine.Tankinhoud 1,5 l.
Rijden met aandrijving
Start en rijd niet in gesloten of slecht geventileerde ruimtes.
Schakel nooit tijdens het rijden.Hetmeerijden op de zitmaaier is
niet toegestaan.Schakel demaaiuitrusting alleen in als de maaier
rechtop staat.