1. Veiligheid
Voorkoming van schade aa n de projector
• Deze projector is o ntworpen voor gebruik met een sp ecifieke lamp (behuizing). Raad pleeg de installatie-instructies voor het
juiste type.
• De luchtfilters van de projector moeten reg elmatig worden gereinigd of vervangen (minimaal elke m aand een ’schone’ behui-
zing). Indien dit niet gebeurt, kan de luc htstroom binnenin de projector verstoord raken waardoor over verhitting kan optreden.
Oververhitting kan ertoe leiden dat het apparaa t tijdens de werking u itschakelt.
• De projector m oet altijd z odanig worden geplaatst dat lucht door de openingen naar binnen kan s tromen en hete lucht v an het
koelsysteem naar buiten kan stromen.
• De projector m oet altijd worden bediend m et alle afdekplaten bev estigd, ten einde het beho ud v an een goede luchtstroom te
garanderen en ervoor te z orgen dat de projector voldoet aan de vereisten voor elektrom agnetische compatibiliteit (EMC ).
• Sleuven en openingen in de behuizing zijn aangebracht voor ventilatie. Deze open ingen mogen niet worden geblokkeerd of
bedekt, om een betrouwbare werking v an het product te garanderen en om het product te beschermen tegen oververhitting.
De openingen mogen nooit w orden geblokkeerd door het apparaat op een bed, so fa, kleed of soortgelijke on dergrond te plaat-
sen. Dit app araat m ag nooit vlakbij of bove n een radiator of warmterooster worden geplaatst. D it apparaat mag niet in een
inbouwinstallatie of omsluiting wo rden geplaatst, tenzij voldoende ventilatie aanwe zig is.
• Zorg ervoor dat geen vloeistoffe n of objecten op of in de projector terecht kunnen komen. Indien dit wel gebeurt, schakel de
projector dan direct uit en koppel de stroom toevoer los. Bedien de projector niet voordat dez e
door bevoegd e onderhoudstech-
nici is gecontroleerd.
• Sleuven en openingen in de behuizing zijn aangebracht voor ventilatie. Deze open ingen mogen niet worden geblokkeerd of
bedekt, om een betrouwbare werking v an het product te garanderen en om het product te beschermen tegen oververhitting.
Dit appa raat mag nooit vlakbij of boven een radiator of warmterooster worden geplaatst.
• Blokkeer de ventilatoren van de projector of de vrije luchtuitstroom rond de projector niet. Losse vellen papier of andere objecten
moeten zich op een afstand van ten minste 10 centimeter van de projector bevinden.
• Gebruik deze apparatuur niet in de buurt van water.
• Voorzichtig met laserstralen: Extra v oorzichtigheid m oet in acht worden genomen wanneer DLP-projectoren worden gebruikt
in dez elfde ruimte als k rachtige laserapparatuur. Directe of indire
cte inval van een laserstraal op de lens kan de Digital Mirror
Devices
TM
ernstig beschadigen en garan tievoorwaarden doen v ervallen.
• Plaats de projector nooit in rechtstreeks zonlicht. Zon licht op de lens kan de Digital Mirror D evices
TM
ernstig beschadigen en
garantievoorwaarden doen vervallen.
• Bewaar de originele verpakking en het verpakkingsmateriaal. Deze kunt u gebruiken als u de apparatuur moet vervoeren. Voor
maximale bescherming verpakt u de set zoals deze oorspronkelijk in de fabriek werd verpakt.
• Maak dit pro duct los van het stopcontact voordat u het r einigt. Gebruik geen v loeibare reinigingsmiddelen of spuitbussen,
maar gebruik een v ochtige doek om het apparaat te reinigen. Gebruik geen schuurmiddelen of krachtige oplosmiddelen, zoals
thinner of benzine, omdat deze de behuiz ing kunn en bes chadigen. Hardnekkig v uil kan worden verwijderd met een doek die
licht is bevo chtigd met een mild schoonmaakmiddel.
• Voor de hoogs t mogelijke optisch e prestaties en resolutie zijn de projectielenzen speciaal behandeld met een antireflecterende
coating. Raak de lens derhalve niet aan. G ebruik een zachte, droge doek a ls u stof van de lens m oet verwijderen. Gebruik
geen vochtige doek , vloeibaar schoonm aakmiddel
of thinner.
• Maximale omgevingstemperatuur, t
a
=35°C(95°F).
• De lampen moeten worden vervangen indien z e zijn beschadigd of thermisch vervormd.
Onderhoud
• Voer niet zelf onderhoudswerkzaam heden uit a an dit product. Bij het openen of verwijderen van afdekplaten kun t u wor den
blootgesteld aan gevaarlijke spanningsniveaus of elektrische schokken.
• Laat onderhoud ov er aan bevoegd onderhoudspersoneel.
• Pogingen om de in de fabriek inges telde interne besturingselementen of andere dan in deze handleiding b esproken bes turings-
elementen te wijzigen, kan permanente schade aan de pr ojector ver oorzaken en de garantie teniet doe n.
• In de volgende gev allen moet u het product loskoppelen van he t stopconcact en onderhoud overlaten aan bev oegde onder-
houdstechnici:
- Wanneer het netsnoer beschadigd of versleten is.
- Als vloeistof in de apparatuur terecht is gekomen.
- Als het product is b lootgesteld aan regen of water.
- Als het produ ct niet norm aal werkt wanneer alle bedieningsinstructies worden opgevolgd. Pas alleen die b esturingselemen-
ten aan die in de bedieningsinstructies worden verme ld. Onjuiste ins telling van andere besturingselementen kan leiden tot
beschadiging en vereist vaak uitgebreide werkzaamheden door een bevoegd technicus om de norm ale werking te herstel-
len.
- Als het product is gevallen of de behuizing i
s beschadigd.
- Als een duidelijke verandering in de werking van het product optreedt waa rvoor onderhoud nodig is.
• Vervangende onderdelen: Wan neer vervangende onderdelen benod igd zijn, controleer dan of de onderhoudstechnicus d e
originele onderdelen van BARCO ter vervanging heeft gebruikt, danwel vervangende onderdelen met dezelfde kenmerk en
als het oor spronkelijke B ARCO-o nderdeel. Niet-geautoriseerde vervangingen kunnen resulteren in verminderde prestaties en
betrouwbaarheid, brand, elektrische schokken of andere risico’s. Het gebruik van niet-geautoriseerde vervangingen kan de
garantie doen vervallen.
• Veiligheidscontrole: Vraag de onderhoudstechnicus na het voltooien van onderhoud of reparatie om de benodigde veiligheids-
controles uit te voeren om vast te s tellen of het product juist werkt.
• Risico van explosie: Let altijd reke
ning o p het volgende:
4
R59770244NL DP-1200 04/09/2008