1. Veiligheid- en milieu-informatie
Brandgevaar voorkomen
• Plaats geen ontvlambare of brandbare materialen in de buurt van de projector!
• De Barco-producten voor p rojectie op groot scherm zijn o ntworpen en v ervaardigd in overeenstemm ing m et uiterst strenge
veiligheidsvoorschriften. Deze projector straalt bij normale werking hitte uit via de externe oppervlakken en de v entilatieope-
ningen. D it is normaal e n veilig. Plaatsing va n ontvlambare of brandbare m aterialen in de nabijheid van deze p rojector k an
spontane ontbranding van dit materiaal tot gevolg hebben , waardoor brand kan ontstaan. Het is daarom absoluut noodzakelijk
om een ve ilige zone rondom de externe oppervlakken van de projector te handhaven waarin gee n ontvlambare of brandbare
materialen aanwezig zijn. Deze veiligheidszone moet minstens 40 cm bedragen voor alle DLP-proje
ctoren. De veiligheidsz one
aan de zijde van de lens moet ten minste 5 meter bedragen. Bedek de projector of de lens niet met enig materiaal terwijl de
projector in werk ing is. Houd ontvlambare en brandbare m aterialen te allen tijde uit d e buurt van de projector. Monteer de
projector in een goed geventileerde ruimte, uit de buurt van ontstekingsbronnen en buiten
het bereik v an rechtstreeks zonlicht.
Stel de projector nooit bloot aan regen of vocht. Geb ruik in geval van brand zand, CO
2
of brand blusapparatuur met droog poe-
der. Gebruik nooit water voor het doven van elektrisch vuur. Laat onderhoud aa n deze projector altijd uitvoeren door bevoegd
onderhoudspersoneel van Barco. Zorg ervoo r dat altijd v ervangende onderdelen van
Barco w orden gebruikt. Gebruik nooit
vervangende onderdelen die niet van Barco zijn, aangezien deze de veiligheid van deze projector negatief kun nen beïnvloeden.
• Sleuven en openingen in de behuizing zijn aangebr acht voor v entilatie. Deze openingen mogen niet worden geblokkeerd of
bedekt, om een be trouwbare werking van de projector te garanderen en om he t product te beschermen tegen oververhitting.
De openingen mogen nooit worden geblokkeerd doo r de projec tor te dicht tegen een m uur o f soortgelijk oppervlak te plaatsen.
Deze projector mag nooit v lakbij of boven een radiator of warmterooster w orden geplaatst. Deze projector mag niet in een
inbouwinstallatie of omsluiting worden geplaatst, tenzij voldoende ventilatie aanwe zig is.
• De projectieruimte moet goed gev entileerd of gekoeld worden om accumulatie van hitte te voorkomen.
• Laat de projector volledig afkoelen voordat deze w ordt opgeslagen. Kopp el de snoeren los van de pr ojector wanneer deze
wordt opgeslagen.
• Plaats geen hittegevoelige materialen in het pad van de luchtafvoer of op de lampb ehuizing.
Schade aan de projector voorkomen
• Deze projector is ontworpen voor gebruik met een spec ifiek type lamp (behuizing). Raadpleeg de installatie-instructies vo or
het juiste type.
• De luchtfilters van de projector moeten regelmatig worden gereinigd of vervangen (minimaal elke maand een ’schone’ behui-
zing). Indien dit niet gebeurt, kan de luchtstroom binnenin de projector verstoord raken waardoor oververhitting kan optreden.
Oververhitting kan ervoor zorgen d at de projector tijdens de werking wor dt uitge schakeld.
• De projector moet altijd z odanig wo rden geplaatst dat lucht ongehinderd via de ventilatieopeningen naar binnen kan stromen
en dat de he te lucht van het koelsysteem o ngehinderd na
ar buiten kan s tromen.
• De projec tor m oet altijd worden bediend m et alle afdekplaten bevestigd, ten einde het behoud van een goede luchtstroming te
garanderen en er voor te zorgen dat het ap paraat voldoet aan de vereisten voor elektromagnetische compatibiliteit (EMC).
• Sleuven en openingen in de behuizing zijn aangebracht voor ventilatie. Om een betrouwbare werking van het product te g a-
randeren en om het product te beschermen tegen oververhitting mogen deze op eningen niet worden geblok keerd of bedekt.
De openingen mogen nooit worden geblokk eerd door het appa raat op een bed, so fa, kleed o f so ortgelijke on dergrond te plaat-
sen. Dit apparaat m ag nooit vlakbij of bove n een rad iator of warmterooster worden geplaatst. D it apparaat mag niet in een
inbouwinstallatie of omsluiting worden geplaatst, tenzij voldoende ventilatie aanwe zig is.
• Zorg ervoor dat geen vloeistoffen op de pro jector wor den gemorst en dat niets in de projector terechtkomt. Schakel indien dit wel
gebeurt, het apparaa t direct uit en koppel de stroomtoevoer los. Bedien de projector niet voordat het apparaat is gec ontroleerd
door bevoegd onderhoudspersoneel.
• Blokkeer de ventilatoren van de projector o f de v rije luchtuitstroom rond de projector niet. Losse vellen papier of andere objecten
moeten zich op een afstand van ten m ins
te 10 centimeter van de projector bevinden.
• Gebruik deze apparatuur niet in de buurt van water.
• Voorzichtig m e t laserstralen: ex tra voorzichtigheid moet in acht worden genomen wanneer DLP-projectoren worden gebruikt
in dezelfde ruimte als k rachtige laserapparatuur. Directe o f indirecte inval van een las erstraal op de lens kan d e Digital Mirror
Devices
TM
ernstig beschadigen en garantievoorwaarden doen vervallen.
• Plaats de projector nooit in rechtstreeks zonlicht. Zonlicht op de lens kan de Digital Mirror Devices
TM
ernstig beschadigen en
garantievoorwaarden doen vervallen.
• Bewaar de originele verpakking en het verpakkingsmateriaal. Deze kunt u gebruiken als u de apparatuur moet vervoeren. Voor
maximale bes cherming moet u de set op dezelfde m anier verpakken als in de fabriek.
• Koppel dit product los van het stopcontact voordat u het reinigt. Gebruik geen vloeibare schoonm aakmiddelen of spuitbussen.
Gebruik een voc htige doek om te reinigen. Gebruik nooit sterke op losmiddelen, zoals thinner of benzine, en gebruik geen
schuurmiddelen: deze kunnen de behuizing beschadigen. Hardnekkig vuil k an worden verwijderd met een doek d ie licht is
bevochtigd met een mild sch oonmaakmiddel.
• Voor de hoogst mogelijke optische prestaties en resolutie zijn de projectielenzen speciaal behandeld m et een antireflecterende
coating. Raak de lens derhalve niet aan. Gebruik een zachte, droge doek om stof van de lens te ver wijderen. Gebruik geen
vochtige doek, schoonmaa kmiddel of thinner.
• Beoordeelde maximale omgevingstemperatuur, t
a
= 40 °C (104 °F).
• De behuizing van de lamp moet worden v ervangen als deze is beschadigd o f vervormd door de hitte.
R5906068NL HDX -SERIE 13/07/2016
5