264 Power TIG 1640 DC-HF

Cebora 264 Power TIG 1640 DC-HF, POWER TIG 1640 DC HF Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Cebora 264 Power TIG 1640 DC-HF Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
37
BELANGRIJK: LEES VOORDAT U MET DEZE MACHINE
BEGINT TE WERKEN DE GEBRUIKSAANWIJZING
AANDACHTIG DOOR EN BEWAAR ZE GEDURENDE
DE VOLLEDIGE LEVENSDUUR VAN DE MACHINE OP
EEN PLAATS DIE DOOR ALLE GEBRUIKERS IS
GEKEND. DEZE UITRUSTING MAG UITSLUITEND
WORDEN GEBRUIKT VOOR LASWERKZAAMHEDEN.
1 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
LASSEN EN VLAMBOOGSNIJDEN KAN
SCHADELIJK ZIJN VOOR UZELF EN
VOOR ANDEREN. Daarom moet de
gebruiker worden gewezen op de gevaren, hierna opge-
somd, die met laswerkzaamheden gepaard gaan. Voor
meer gedetailleerde informatie, bestel het handboek met
code 3.300.758
GELUID
Deze machine produceert geen rechtstreeks
geluid van meer dan 80 dB. Het plasmasnij/las-
procédé kan evenwel geluidsniveaus veroorzaken
die deze limiet overschrijden; daarom dienen gebruikers
alle wettelijk verplichte voorzorgsmaatregelen te treffen.
ELEKTROMAGNETISCHE VELDEN – Kunnen schadelijk
zijn .
• De elektrische stroom die door een wille-
keurige conductor stroomt produceert elek-
tromagnetische velden (EMF). De las- of
snijstroom produceert elektromagnetische
velden rondom de kabels en de generatoren.
• De magnetische velden veroorzaakt door een hoge stroom
kunnen een nadelige uitwerking hebben op pacemakers.
Personen die elektronische apparatuur (pacemakers) dragen
moeten informatie bij een arts inwinnen voor ze afvlam-,
booglas-, puntlas- en snijwerkzaamheden benaderen.
De blootstelling aan elektromagnetische velden, geprodu-
ceerd tijdens het lassen of snijden, kunnen de gezondheid
op onbekende manier beïnvloeden.
Elke operator moet zich aan de volgende procedure hou-
den om de gevaren geproduceerd door elektromagneti-
sche velden te beperken:
- Zorg ervoor dat de aardekabel en de kabel van de
elektrodeklem of de lastoorts naast elkaar blijven
liggen. Maak ze, indien mogelijk, met tape aan elkaar
vast.
- Voorkom dat u de aardekabel en de kabel van de
elektrodeklem of de lastoorts om uw lichaam wikkelt.
- Voorkom dat u tussen de aardekabel en de kabel van
de elektrodeklep of de lastoorts komt te staan. Als de
aardekabel zich rechts van de operator bevindt, moet
de kabel van de elektrodeklem of de lastoorts zich
tevens aan deze zijde bevinden.
- Sluit de aardeklem zo dicht mogelijk in de nabijheid
van het las- of snijpunt aan op het te bewerken stuk.
- Voorkom dat u in de nabijheid van de generator werk-
zaamheden verricht.
ONTPLOFFINGEN
· Las niet in de nabijheid van houders onder druk
of in de aanwezigheid van explosief stof, gassen of
dampen. · Alle cilinders en drukregelaars die bij
laswerkzaamheden worden gebruik dienen met zorg te
worden behandeld.
ELEKTROMAGNETISCHE COMPATIBILITEIT
DDeze machine is vervaardigd in overeenstemming met
de voorschriften zoals bepaald in de geharmoniseerde
norm IEC 60974-10 (Cl. A) en mag uitsluitend worden
gebruikt voor professionele doeleinden in een indus-
triële omgeving. Het garanderen van elektromagneti-
sche compatibiliteit kan problematisch zijn in niet-
industriële omgevingen.
VERWIJDERING VAN ELEKTRISCHE EN ELEK-
TRONISCHE UITRUSTING
Behandel elektrische apparatuur niet als gewoon
afval!
Overeenkomstig de Europese richtlijn 2002/96/EC
betreffende de verwerking van elektrisch en elektronisch
afval en de toepassing van deze richtlijn conform de
nationale wetgeving, moet elektrische apparatuur die het
einde van zijn levensduur heeft bereikt gescheiden wor-
den ingezameld en ingeleverd bij een recyclingbedrijf
dat zich houdt aan de milieuvoorschriften. Als eigenaar
van de apparatuur dient u zich bij onze lokale vertegen-
woordiger te informeren over goedgekeurde inzame-
lingsmethoden. Door het toepassen van deze Europese
richtlijn draagt u bij aan een schoner milieu en een bete-
re volksgezondheid!
ROEP IN GEVAL VAN STORINGEN DE HULP IN VAN
BEKWAAM PERSONEEL.
1.1 PLAATJE MET WAARSCHUWINGEN
De genummerde tekst hieronder komt overeen met de
genummerde hokjes op het plaatje.
B. De draad sleeprollen kunnen de handen verwonden.
C. De lasdraad en de draad sleepgroep staan tijdens
het lassen onder spanning. Houd uw handen en
metalen voorwerpen op een afstand.
1. De elektrische schokken die door de laselektrode of
de kabel veroorzaakt worden, kunnen dodelijk zijn.
Zorg voor voldoende bescherming tegen elektrische
schokken.
1.1 Draag isolerende handschoenen. Raak de elektrode
nooit met blote handen aan. Draag nooit vochtige of
beschadigde handschoenen.
1.2 Controleer of u van het te lassen stuk en de vloer geï-
soleerd bent.
1.3 Haal de stekker van de voedingskabel uit het stop-
contact alvorens u werkzaamheden aan de machine
verricht.
2. De inhalatie van de dampen die tijdens het lassen
geproduceerd worden, kan schadelijk voor de
gezondheid zijn.
2.1 Houd uw hoofd buiten het bereik van de dampen.
2.2 Maak gebruik van een geforceerd ventilatie- of
afzuigsysteem om de dampen te verwijderen.
2.3 Maak gebruik van een afzuigventilator om de dam-
pen te verwijderen.
3. De vonken die door het lassen veroorzaakt worden,
kunnen ontploffingen of brand veroorzaken.
GEBRUIKSAANWIJZING VOOR BOOGLASMACHINE
38
3.1 Houd brandbare materialen buiten het bereik van de
laszone.
3.2 De vonken die door het lassen veroorzaakt worden,
kunnen brand veroorzaken. Houd een blusapparaat
binnen handbereik en zorg ervoor dat iemand altijd
gereed is om het te gebruiken.
3.3 Voer nooit lassen uit op gesloten houders.
4. De stralen van de boog kunnen uw ogen en huid ver-
branden.
4.1 Draag een veiligheidshelm en -bril. Draag een pas-
sende gehoorbescherming en overalls met gesloten
kraag. Draag helmmaskers met filters met de juiste
filtergraad. Draag altijd een complete bescherming
voor uw lichaam.
5. Lees de aanwijzingen door alvorens u van de machi-
ne gebruik maakt of er werkzaamheden aan verricht.
6. Verwijder de waarschuwingsetiketten nooit en dek ze
nooit af
2 ALGEMENE BESCHRIJVING
2.1 TECHNISCHE SPECIFICATIES
Dit lasapparaat is een constante gelijkstroombron die ont-
wikkeld is met INVERTER-technologie, ontworpen voor het
lassen van beklede elektroden (met uitzondering van cellulo-
sebekleding) en voor TIG-processen met ontsteken door
contact en hoogfrequent ontsteking.
GEBRUIK HET APPARAAT NIET VOOR HET ONTDOOIEN
VAN BUIZEN.
2.2 VERKLARING VAN DE OP DE KENPLAAT VER-
MELDE TECHNISCHE SPECIFICATIES.
Het apparaat is gebouwd in overeenstemming met de vol-
gende normen: IEC 60974.1 - IEC 60974.3 -IEC 60974.10
Cl. A - IEC 61000-3-12 - IEC 61000-3-11 (zie opmerking 2)
N°. Serienummer, dat moet worden vermeld bij elk
verzoek betreffende de lasmachine.
Statische monofase frequentieconverter transfor-
mator-gelijkrichter.
Neerwaarts.
SMAW. Geschikt voor lassen met beklede elektroden.
TIG Geschikt voor TIG-lassen.
U
0. Secundaire nullastspanning
X. Werkcycluspercentage. % van 10 minuten gedu-
rende dewelke de lasmachine kan werken met
een bepaalde stroom zonder te oververhitten.
I
2. Lasstroom
U2. Secundaire spanning met stroom I2
U1. Nominale toevoerspanning. De machine heeft een
automatische spanningsregelaar.
1~ 50/60Hz 50- of 60-Hz eenfasige voeding
I1 max. Dit is de maximumwaarde van de opgenomen
stroom.
I1 eff. Dit is de maximumwaarde van de werkelijk opge-
nomen stroom, afhankelijk van de inschakelduur.
IP23S Beschermingsgraad van de kast.
De Graad 3 als tweede cijfer geeft aan dat het
apparaat opgeslagen kan worden, maar dat het
bij neerslag niet buiten gebruikt kan worden,
tenzij in een beschermde omgeving.
Geschikt voor gevaarlijke omgevingen.
OPMERKINGEN:
1-Het apparaat is ontworpen om te functioneren in een
omgeving met een vervuilingsgraad 3 (Zie IEC 60664).
2-Deze apparatuur voldoet aan de norm IEC 61000-3-11,
mits de maximum toelaatbare impedantie Zmax van de
installatie lager of gelijk is aan 0,388 op het interfacepunt
tussen de installatie van de gebruiker en het lichtnet. De
installateur of de gebruiker van de apparatuur zijn verant-
woordelijk voor en moeten waarborgen dat de apparatuur
aangesloten is op een stroomvoorziening met een maxi-
mum toelaatbare impedantie Zmax lager of gelijk aan
0,388. Raadpleeg eventueel het elektriciteitsbedrijf.
2.3 BESCHRIJVING VAN DE VEILIGHEIDSVOOR
ZIE NINGEN
2.3.1 Thermische beveiliging
Deze uitrusting is beveiligd door een thermostaat.
Wanneer de thermostaat in werking treedt, levert de
machine geen stroom meer, maar blijft de ventilator wer-
ken. Het gele led-lampje (B) licht op om aan te geven dat
de thermostaat is geactiveerd. Schakel de lasmachine niet
uit voordat het led-lampje is gedoofd.
2.3.3 Beveiliging tegen kortsluitingen (anti-kleef)
Als een kortsluiting langer dan twee seconden duurt tij-
dens het lassen met beklede elektroden, wordt de stroom
verlaagd tot onschadelijke niveaus.
3 INSTALLATIE
Controleer of de voedingsspanning overeenkomt met de
spanning die vermeld wordt op het plaatje met technische
gegevens van het lasapparaat.
Verbind een stekker met een geschikt vermogen met de
S
39
voedingskabel, en zorg ervoor dat de geel/groene ader ver-
bonden is met het aardingsstekkertje.
Het vermogen van de magnetothermische schakelaar of van
de zekeringen, in serie met de voeding, moet gelijk zijn aan
de stroom I1 die door het apparaat wordt verbruikt.
Eventuele verlengkabels moeten een doorsnede hebben die
geschikt is voor de verbruikte stroom I1.
3.1. INBEDRIJFSSTELLING
Het apparaat moet door ervaren personeel worden geïnstal-
leerd. Alle verbindingen moeten tot stand worden gebracht
in overeenstemming met de geldende voorschriften en met
volledige inachtneming van de wet op de ongevallenpreven-
tie (norm CEI 26-23- IEC/TS 62081).
3.2. BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT
A - Keuzeschakelaar van proces en modus
Met deze knop wordt het lasproces (Elektrode of TIG)
en de modus gekozen.
Bij elke druk op deze knop verandert de instelling.
De leds die gaan branden in correspondentie met de sym-
bolen geven de keuze aan die u heeft gemaakt.
F - LED. MMA-lassen
Dit apparaat kan met alle soorten beklede elektro-
den lassen, behalve cellulose.
De lasstroom wordt geregeld met de knop H.
E - LED. 2-takt TIG-lassen (handmatig). Start
zonder hoog frequent.
Om de boog te ontsteken, drukt u de toortsschakelaar in en
tik daarna het werkstuk kort aan met de
wolfraamelektrodeDeze beweging moet snel en vastbera-
den verlopen.
Na het starten bereikt de stroom de waarde die is ingesteld
met knop H. Wanneer de toortsschakelaar wordt losgelaten,
begint de stroom te dalen gedurende de "aflooptijd" die voo-
raf is ingesteld met knop M totdat de stroom weer nul is.
In deze stand kunt u het voetpedaal ART. 193 aansluiten.
D - LED. 4-takt TIG-lassen (automatisch). Start
zonder hoog frequent.
Het verschil tussen dit programma en het vorige is dat in dit
programma de boog wordt in- en uitgeschakeld door de
toortsschakelaar in te drukken en los te laten.
C - LED. 2-takt TIG-lassen (handmatig). Start
TIG
TIG
TIG
MMA
H
G
F
E
D
A
P
S
G
I
C
L
M
B
O
Q
R
40
met hoog frequent.
Druk de toortsschakelaar in om de boog te ontsteken: een
hoog frequent vonk zal de boog ontsteken.
De werking is dezelfde als hiervoor beschreven voor LED E.
In deze stand kunt u het voetpedaal ART. 193 aansluiten.
B - LED. 4- takt TIG-lassen (automatisch). Start
met hoog frequent.
Het verschil tussen dit programma en het vorige is dat in dit
programma de boog wordt in- en uitgeschakeld door de
toortsschakelaar in te drukken en los te laten.
G - LED - THERMISCHE BEVEILIGING
Gaat branden als de bediener de inschakelduur of
de procentuele in- en uitschakelduur, die toegestaan zijn
voor het apparaat, overschrijdt, en blokkeert tegelijkertijd de
stroomtoevoer.
N.B. In deze conditie blijft de ventilator de stroombron
afkoelen.
H - KNOP
Regelt de lasstroom.
M - KNOP
Slope down. Dit is de tijd waarin de stroom het
minimum bereikt en de boog wordt uitgeschakeld
(0-10 sec.).
L - KNOP
Post gas. Dit stelt de nastroomtijd van het gas na
het einde van het lassen in. (0-30 sec.)
I - 10-PINS CONNECTOR
Op deze connector kunnen de volgende
afstandbedieningen worden aangesloten:
a) las voetpedaal
b) las toorts met startknop
c) las toorts met up/down regeling etc…
O - GASAANSLUITING 1/4 GAS)
Hierop wordt de gasslang van de TIG-lastoorts aan-
gesloten.
P - klem met negatieve uitgang (-)
Q - klem met positieve uitgang (+)
S - schakelaar
Schakelt het apparaat in en uit
R - gasslangaansluiting
0
2
3
4
5
6
7
8
9
10
1
5
10
15
20
25
30
0
I
10
MMA
TIG
115
130
70
25
50
90
A
140
5
115
135
150
75
25
50
95
TIG
3.3 LASSEN VAN BEKLEDE ELEKTRODEN (MMA)
- Dit lasapparaat is geschikt voor het lassen van alle types
elektroden, behalve als zij bekleed zijn met cellulose (AWS
6010)*.
- Overtuig uzelf u ervan dat de schakelaar S in de stand 0
staat, en sluit vervolgens de laskabels aan volgens de pola-
riteit die wordt vereist door de fabrikant van de elektroden
die u gaat gebruiken. Sluit de klem van de massakabel aan
op het werkstuk, zo dicht mogelijk bij de las, en overtuig
uzelf ervan dat er een goed elektrisch contact is.
- Raak niet tegelijkertijd de las-toorts of de elektrodehouder
en de massaklem aan.
- Zet het apparaat aan via de schakelaar S.
Selecteer het MMA-proces door op de knop A te drukken,
led F brandt.
- Regel de stroom op grond van de elektrodediameter, de
laspositie en het type verbinding die moet worden gemaakt.
- Zet het apparaat na het lassen altijd uit en haal de elektro-
de uit de elektrodehouder.
3.4 TIG-LASSEN
Dit lasapparaat is geschikt voor het lassen met een TIG-pro-
ces van roestvrij staal, ijzer, koper.
Sluit de connector van de massakabel aan op de positieve
pool (+) van het lasapparaat en de klem met het werkstuk op
een plaats zo dicht mogelijk bij het lassen, en overtuig uzelf
ervan of er een goed elektrisch contact is.
Sluit de hoofdstroomstekker van de toorts aan op de nega-
tieve pool (-) van het lasapparaat.
Sluit de stuurstroomstekker van de toorts aan op de con-
nector I van het lasapparaat.
Sluit de verbinding van de gasslang van de toorts aan op de
verbinding O van het apparaat en de gasslang die afkomstig
is van het reduceerventiel van de gasfles op de verbinding R.
Het apparaat inschakelen.
Raak de stroomvoerende delen en de uitgangsklemmen niet
aan wanneer het apparaat ingeschakeld is.
Wanneer u het apparaat voor het eerst inschakelt, kiest u het
lasproces met toets A en de lasstroom met knop H.
De hoeveelheid beschermgas moet worden ingesteld op
een waarde (in liter per minuut) die overeenkomt met onge-
veer 6 maal de diameter van de elektrode.
4 AFSTANDSBEDIENINGEN
Voor het instellen van de lasstroom kunnen de volgende
afstandsbedieningen worden aangesloten op dit lasapparaat:
Art. 193 Voetpedaal (gebruikt bij TIG-lassen) PIN
Art (1266) TIG-toorts UP/DOWN.
Art 1192+Art 187 (gebruikt bij elektrode-lassen)
ART. 1180 Aansluiting om de toorts en de pedaalbediening
tijdelijk te verbinden.
Met dit accessoire kan ART 193 in elke TIG-lasmodus wor-
den gebruikt.
De bedieningen die een potentiometer omvatten regelen
de lasstroom van de minimum tot de maximum stroom
die is ingesteld met de knop H.
De bedieningen met UP/DOWN-bediening regelen de
lasstroom van het minimum tot het maximum.
41
5 ONDERHOUD
Het onderhoud mag uitsluitend door gekwalificeerd per-
soneel worden uitgevoerd in overeenstemming met de
norm IEC 26-29 (IEC 60974-4).
5.1 DE GENERATOR ONDERHOUDEN
Controleer of de schakelaar S op “O” staat en of de voe-
dingskabel van het lichtnet losgekoppeld is als u onderhoud
in het apparaat moet uitvoeren.
Reinig tevens regelmatig de binnenkant van het apparaat en
verwijder de opgehoopte metaalstof met behulp van perslu-
cht.
5.2 HANDELINGEN DIE U NA EEN REPARATIE MOET
VERRICHTEN.
Controleer na een reparatie of de bekabeling correct aange-
bracht is en of er sprake is van voldoende isolatie tussen de
primaire en secundaire zijde van de machine. Zorg ervoor
dat de draden niet in aanraking kunnen komen met de
onderdelen in beweging of de onderdelen die tijdens de
functionering verhit raken. Hermonteer alle klemringen op de
oorspronkelijke wijze om een verbinding tussen de primaire
en secundaire te voorkomen als een draad breekt of los-
schiet.
Hermonteer tevens de schroeven met de tandringen op de
oorspronkelijke wijze.
/