ProForm PETL40706 de handleiding

Categorie
Loopbanden
Type
de handleiding
GEBRUIKSAANWIJZING
Modelnummer PETL40706.1
S
erienummer
Sticker met
serienummer
VRAGEN?
Als fabrikant zijn wij gesteld op
uw volledige tevredenheid. Mocht
u nog vragen hebben, mochten
sommige onderdelen ontbreken
of beschadigd zijn neem dan con-
tact op met de winkel waar u dit
produkt hebt gekocht.
WAARSCHUWING
Lees alle instructies en voor-
zorgsmaatregelen in deze hand-
leiding door voordat u dit appa
-
raat gaat gebruiken. Bewaar
deze handleiding voor verdere
raadpleging.
INHOUD
B
ELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
GEBRUIK EN BIJSTELLEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .11
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26
RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
LIJST MET ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
GEDETAILLEERDE TEKENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laataste Pagina
2
PROFORM is een merk van ICON IP, Inc.
1. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar zich te ervan te overtuigen dat alle ge-
bruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en
waarschuwingen.
2. Gebruik de loopband alleen zoals beschreven
is.
3. Plaats de loopband op een vlakke ondergrond
met minstens 2,5 m ruimte rondom ruimte
achter de loopband en 0,5 m ruimte aan iedere
kant van de loopband. Zorg ervoor dat de
loopband geen luchtopeningen, luchtroosters
blokkeert. Leg een kleed onder de loopband
om de vloer te beschermen.
4. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
5. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen
gebruikt worden of waar zuurstof wordt
toegevoegd.
6. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en
huisdieren bij de loopband vandaan.
7. De loopband kan alleen door mensen die min-
der dan 136 kg wegen worden gebruikt.
8. Laat nooit meer dan een persoon op de loop-
band.
9. Draag geschikte kleding wanneer u de loop-
band gebruikt. Draag geen losse kleding die
in de loopband verstrikt kan raken.
Sportkleding voor mannen en vrouwen aan-
bevolen.
Gebruik de loopband nooit op blote
voeten, op sokken of op sandalen. Draag altijd
sportschoenen.
10. Steek de stekker alleen in een geaard stopcon-
tact (zie pagina 11). Geen elk ander apparaat
moet zich op dezelfde groep bevinden.
11.
Houdt de stekker bij hete oppervlaktes van
-
daan.
12.
Loop nooit op de loopband wanneer de elec-
triciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loopband
niet wanneer het electrische snoer of stekker
beschadigd is. Gebruik de loopband niet als
hij niet goed werkt. (Zie PROBLEMEN
OPLOSSEN op pagina 26 als de loopband niet
goed werkt.)
13. Lees de noodstopprocedure grondig door en
test de procedure voordat u de loopband ge-
bruikt (raadpleeg HOE DE STROOM IN TE
SHAKELEN op pagina 13).
14. Start de loopband nooit wanneer u op de band
staat. Houdt u altijd vast aan de handleunin-
gen wanneer u de loopband gebruikt.
15. De loopband kan een hoge snelheid
bereiken.Stel de snelheid geleidelijk bij om
schokkende versnellingen te voorkomen.
16. De pols-sensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren zoals beweging van de
gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de
metingen beïnvloeden. De pols-sensor is alleen
als hulpmiddel bedoeld voor algemene hart-
slag meting.
17. Laat de loopband nooit alleen als het oefen-
toestel ingeschakeld is. Verwijder altijd de
sleutel en trek de stekker uit het stopcontact
als u de loopband niet gebruikt.
18.
Voltooi eerst de montage van de loopband vo
-
ordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst. (Zie
MONTAGE op pagina 6 en DE LOOPBAND
INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op pagina
24.) U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de
loopband te kunnen uitklappen, inklappen of
verplaatsen.
19.
Zorg ervoor dat de sluitknop volledig gesloten
is voordat u de loopband inklapt of verplaatst.
20. U zult een “piep” geluid horen wanneer tij-
dens het gebruik van de iFIT.com pro-
gramma’s de snelheid en/of de hellingstand
van de loopband veranderd wordt/worden.
Luister naar het “piep” geluid en ben er op
voorbereid dat de snelheid en/of hellingstand
van de loopband gaat/gaan veranderen. In
sommige gevallen kan de snelheid en/of
hellingstand veranderen voordat de persoon
-
lijke trainer dat aangeeft.
WAARSCHUWING: Lees de volgende belangrijke voorzorgsmaatregelen en infor-
matie door voordat u de loopband gaat gebruiken om het risico op brandwonden, brand, electrische
s
chok of persoonlijk letsel te verminderen.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
3
21. U kunt wanneer u dat wilt tijdens het gebruik
van de iFIT.com programma’s handmatig de
snelheid en hellingstand aanpassen door op
d
e snelheid en helling toetsen te drukken. De
snelheid en hellingstand instellingen van de
programma’s zullen worden aangepast wan-
neer u nochtans een “piep” geluid hoort.
22. Haal altijd de iFIT.com CD’s en video’s uit uw
CD- of videospeler en maak uw MP3 speler
los wanneer u deze niet gebruikt.
23. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog
goed vast zitten en verstevig ze indien nodig.
24. Steek nooit iets in welke opening dan ook.
25.
GEVAAR: Trek de stekker altijd direct
na gebruik van de loopband uit het stopcon-
t
act. Eveneens de stekker uit het stopcontact
trekken vóór het schoonmaken van de loop-
band, voor het plegen van onderhoud en
voor het bijregelen zoals beschreven is in
deze handleiding. Verwijder nooit de mo-
t
orkap tenzij een technicus dat aangeeft.
Ander onderhoud dan datgene wat vermeld
staat in deze handleiding moet door een
technicus uitgevoerd worden.
26. Deze loopband is alleen voor huiselijk ge-
bruik bedoeld. Gebruik de loopband niet
commercieel of voor verhuur.
WAARSCHUWING: Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of enig ander oefen-
programma begint. Dit is bijzonder belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezondheid-
sproblemen. Lees alle instructies door voor gebruik. ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk
letsel of schade door het gebruik van dit Produkt.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
233006
FR
SP
IT
GR
DU
De stickers hier getoond zijn op uw looband geplakt. Let erop dat de tekst op de
stickers in het Engels is. Zoek naar de stickers in het Nederlands en plak ze over de
engelse stickers. Als er een sticker onbreekt, of niet leesbaar is, neem dan contact
op met de winkel waar u dit apparaat hebt gekocht (zie laatste pagina van deze han-
dleiding). Plak de stickers op de aangegeven plaatsen. Opmerking: het etiket is niet
op ware grootte afgebeeld.
English Translation:
233005
Hand and Foot warning
4
5
F
ijn dat u voor de nieuwe PROFORM® 485 CX loop-
b
and gekozen heeft. De 485 CX loopband combineerd
geavanceerde technologie met huidig ontwerp om uw
het meeste uit uw oefening thuis te krijgen. En wanneer
u de loopband niet gebruikt kunt u de 485 CX loopband
inklappen zodat hij minder ruimte in beslag neemt dan
andere loopbanden.
Lees deze handleiding voor uw eigen welzijn
zorgvuldig door voordat u de loopband gebruikt.
N
eem mocht u nog vragen hebben contact op met de
w
inkel waar u de loopband heeft gekocht. Zorg ervoor
dat u het modelnummer en het serienummer bij de
hand heeft. Het modelnummer is PETL40706.0. Het
serienummer bevindt zich op een sticker op de loop-
band (zie kaft van deze handleiding).
Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de
tekening hieronder en de verschillende onderdelen.
VOORDAT U BEGINT
Handleuning
Sluitknop
Sleutel/Klip
Stroomonder-breker
Aan/Uit Knop
Loopband
Loopplatform met Kussen
voor maximaal oefencomfort
Voetkussentje
RECHTERKANT
Bijstelbouten voor de
Achterroller
Bedieningspaneel
Accessoire Houder
Pols-sensor
ACHTERKANT
MONTAGE
De montage van deze loopband moet door twee mensen gebeuren. Plaats de loopband op een open plek en
verwijder de verpakking. Gooi de verpakking pas weg wanneer u de loopband volledig gemonteerd heeft.
Aandacht: De onderkant van de loopband is met een hoogwaardig smeer behandeld. Het kan zijn dat tijdens het
vervoer wat van het middel op de bovenkant van de loopband terecht is gekomen of zich in de verpakking
bevindt. Dit is normaal en tast de prestatie van de loopband niet aan. Mocht er wat van het middel op de
bovenkant van de loopband bevinden, veeg dit dan met een zachte lap gewoon weg.
Tijdens de montage zult u de meegeleverde inbussleutels , uw eigen kruiskopschroevendraaier
, en rubber hamer .
Gebruik de tekeningen hieronder tijdens de montage van de fiets om de kleine onderdelen te herkennen.
Het nummer tussen haakjes onder iedere tekening is het nummer van het onderdeel op de LIJST MET ON-
DERDELEN op pagina 30 en 31. Het getal na de haakjes geeft het aantal onderdeeltjes aan wat nodig is
voor de montage. Aandacht: Sommige kleine onderdelen kunnen al gemonteerd zijn. Wanneer een on-
derdeel zich niet in de zak met onderdelen bevindt, kijk dan om te zien of het al gemonteerd is. Om
schade aan de plastic onderdelen te vermijden, gebruik nooit elektrisch gereedschap voor de montage.
3/4” Tek Screw (58)–8
1
1/2” Schroef
(33)–1
1/4” Star Washer
(
W
Latch Screw
(XXX)–2
Handrail Bolt (20)–4
Botu van de Handleuning/van het
Verlengstuk van het Been (64)–8
Sterring
(8)–10
Schroef (3)–15
Screw (3)–2
5” Bolt (106)–2
1” Tek Schroef
(22)–4
Lange Bout van de Handleuning (106)–2
6
1. Zorg ervoor dat het snoer uit het stopcontact
getrokken is.
Met de hulp van een tweede persoon, leg zoals
getoond de loopband voorzichtig op zijn link
-
erkant. Klap het Onderstel (58) gedeeltelijk op
zodat de loopband meer stabiel is. Klap de
loopband niet helemaal op totdat de montage
voltooid is.
Maak een Verlängerungsstange (89) aan de on-
derkant van de Staanders (84) vast zoals
getoond.
Zorg er ook voor dat de Draadkoker
van de Staander (77) niet gekneld raakt.
Gebruik mocht dat nodig zijn een rubberen
hamer om het Verlengstuk van het Been volledig
in te slaan. Steek dan twee Bouten van het
Verlengstuk van het Been (64) met twee Sterr-
ingen (8) in de onderkant van het Verlengstuk en
draai de Bouten van het Verlengstuk van het
Been strak vast.
Maak twee Ronde Basiskussentjes (82) op de
basis van de Staanders (84) vast met twee 1”
Tek Schroeven (22).
8
1
58
89
82
82
22
64
77
84
7
2. Til, met hulp van een tweede persoon, de loop-
band voorzichtig op zijn rechterkant zoals
a
angegeven. Klap het Onderstel (58) maar
gedeeltelijk zodat de loopband stabieler is.
Klap
d
e loopband pas volledig in wanneer de
montage voltooid is.
Steek het andere Verlengstuk van het been (89)
in de basis van de Staanders (84) zoals get-
oond. Steek dan de twee Bouten van het
Verlengstuk van het Been (64) met twee Ster-
ringen (8) in de onderkant van het Verlengstuk
en draai de Bouten van het Verlengstuk van het
Been strak vast.
Maak twee Ronde Basiskussentjes (82) op de
basis van de Staanders (84) vast met twee 1”
Tek Schroeven (22).
Met de hulp van een tweede persoon, til de loop-
band voorzichtig op totdat de vier Kussens van
de Basis (82) op de grond staan en de Staand-
ers (84) in verticale positie staan.
58
8
64
2
3. Leg de Linker Handleuning (103) op de grond.
Schuif het linker uiteinde van de Dwarsstang
(20) op de borglip van de Linker Handleuning en
draai twee Schroeven (3) met uw vingers in de
Dwarsstang en de borglip. Draai de Schroeven
nog niet de vast.
Schuif de borglip op de Rechter Handleuning
(104) in de rechterkant van de Dwarsstang (20)
en draai twee Schroeven (3) met uw vingers in
de Dwarsstang en de borglip. Draai de
Schroeven nog niet de vast.
20
3
89
8
2
82
22
3
103
104
3
Tab
Flap
4. Laat een tweede persoon de Handleuning (103,
104) bij de Staanders (84) vasthouden. Steek de
Draadkoker van de Staander (77) door de grote
gaten in de Rechter Handleuning, zoals getoond.
Plaats dan de handleuningen (103, 104) op de
Staanders (84).
Laat de Draadkoker van de
Staander (77) niet in de rechter Handleuning
vallen.
Maak de Handleuningen (103, 104) aan de
Staanders (84) vast met vier Bouten voor de
Handleuning (64) en vier Sterringen (8); draai
de vier Bouten in de Handleuning maar draai
ze nog niet strak vast.
84
103
104
8
8
77
64
84
64
4
84
grote Gaten
8
6. Terwijl een tweede persoon het onderstel van
het bedieningspaneel bij de Linker Handleuning
(103) houdt, maak de aardingsdraad aan het
aangegeven gat in de Linker Handleuning vast
met een 1/2" Schroef (33).
103
Gat
Aarding
sdraad
Bedieningspaneel-
onderstel
33
6
7. Terwijl een tweede persoon het onderstel van
het bedieningspaneel blijft vasthouden, zoek de
draadkoker van het bedieningspaneel aan de
achterkant van het onderstel van het bedien-
ingspaneel.
Sluit de draadkoker van het bedieningspaneel
aan op de Draadkoker van de Staander (77).
Zorg ervoor dat u de connectors goed
aansluit (zie de afbeelding). De connectors
moeten gemakkelijk naast elkaar schuiven en
op hun plaats klikken. Als dit niet het geval is,
moet u één connector draaien en het opnieuw
proberen.
ALS DE CONNECTORS NIET GOED
ZIJN AANGESLOTEN, KAN HET BEDIEN-
INGSPANEEL BESCHADIGD RAKEN WAN
-
NEER DE STROOM WORDT IN-
GESCHAKELD.
Steek dan de connectoren in de Rechter
Handleuning (104).
77
Bedieningspaneel
-onderstel
77
104
7
Draadharnas van
het Bedienings-
paneel
5. Maak de onderste uiteinden van de Handleunin-
g
en (103, 104) aan de Staanders (84) vast met
twee Lange Bouten voor de Handleuning (106)
en twee Sterringen (8);
draai beide Bouten in
de Handleuning en draai ze strak vast.
Draai de vier Bouten van de Handleuning (64)
(slechts twee worden getoond).
Zie stap 3. Draai de vier Schrauben (3) stevig
vast.
106
64
103
104
106
8
8
8
4
5
84
9
9. Draai nog vier Schroeven (3) met uw vingers in
het onderstel van het bedieningspaneel. Draai
dan de negen Schroeven van stap 8 en deze
stap strak vast; draai de Schroeven niet te
strak vast.
Bedieningspaneel-onderstel
3
9
3
10. Maak de Bemanteling van het Veerslot (73) aan
de Linker Staander (84) vast met twee
Schroeven (3). Zorg ervoor dat het grote gat
in de Bemanteling van het Veerslot aan de
getoonde kant zit. Draai de Schroeven niet te
vast.
Als de pen niet vooraf in de Bemanteling van het
Veerslot (73) geïnstalleerd is, verwijder dan de
knop van de pen. Zorg ervoor dat de kraag en
de veer zich zoals getoond op de pen bevinden.
Plaats de pen in de Bemanteling van het
Veerslot en draai de knop weer vast.
Sluit het netsnoer aan zoals beschreven op
bladzijde 11, en schakel de netstroom in zoals
beschreven op bladzijde 13. Opmerking: De
loopband kan automatisch naar het hoogste
hellingsniveau stijgen en dan naar het laagste
niveau terugkeren.
3
84
10
Knop
Pen
Kraag
Groot
Gat
Veer
73
8. Plaats het onderstel van het bedieningspaneel
op de Dwarsstang (20). Zorg ervoor dat de
d
raden niet gekneld raken. Zorg ervoor dat
de aardingsdraad (zie stap 6) en de draad-
k
oker van het bedieningspaneel (zie stap 7)
in het aangegeven kanaal zitten.
Draai vijf Schroeven (3) met uw vingers in de
Dwarsstang (20) en het onderstel van het bedi-
eningspaneel. Draai de vijf schroeven nog niet
strak vast. Steek geen Schroeven in de
aangegeven gaten.
Bedieningspaneel-onderstel
3
3
Geen Schroeven
3
20
8
Kanaal
10
13. Zorg ervoor dat alle onderdelen vast zijn gedraaid voordat u de loopband gebruikt. Bewaar de
meegeleverde sleutel op een veilige plaats. U zult de sleutel nog nodig hebben om de loopband bij te stellen
(zie pagina 27). Leg een matje onder de loopband om uw vloerbedekking te beschermen.
12.Zet de Schokdemper (92) rechtop in verticale
stand. Verwijder de Schokdemperpen (25) van
het uiteinde van de Schokdemper dat rechtop
staat, zoals beschreven in stap 11. Als het nodig
is, draai de Schokdemper rond zodat het
uiteinde van de Schokdemper op dezelfde lijn
komt als het bolletje op de beugel van het
Onderstel (58).
Druk dan op de toetsen om de Helling te ver-
groten of te verkleinen totdat het bolletje op de
beugel op dezelfde lijn ligt als de Schokdemper
(92). Druk dan het uiteinde van de Schokdemper
op het bolletje. Opmerking: Het kan gebeuren
dat u het uiteinde van de Schokdemper op het
bolletje moet drukken terwijl het Onderstel be
-
weegt.
Raadpleeg tekening 12a. Plaats de
Schokdemperpen (25) in de twee kleine gaatjes
vermeld aan de uiteinde van de Schokdemper
(92). Draai dan de Schokdemperpen rond totdat
de pen op de Schokdemper klikt. Opmerking: Er
zijn Extra Schokdemperclips inbegrepen.
Druk op de Hellingafname [INCLINE] toets en
stel de hellingstand in de laagste positie.
Trek vervolgens de stekker uit het stopcontact
en laat het Onderstel (58) zacht zakken op de
grond.
25
92
Gaten
25
92
12
12a
58
Houder
11.Plaats de loopband in de opbergpositie (raad-
pleeg DE LOOPBAND OPKLAPPEN EN VER-
P
LAATSEN op pagina 24).
P
laats dan het cilinderuiteinde van de
Schokdemper (92) aan de beugel aan de basis
van de Staanders (84).
Zie de twee kleine ingevoegde afbeelding. Met
uw nagel of met het uiteinde van een schroeven-
draaier, druk op het uiteinde van de
Schokdemperpen (25) om de pen van de
Schokdemper (92) los te maken. Draai de
Schokdemperpen dan rond en trek de pen uit de
Schokdemper.
U moet voorzichtig handelen
zodat u de Schokdemperpen niet verliest.
Raadpleeg tekening 11a. Druk het cilin-
deruiteinde van de Schokdemper (92) op het
bolletje van de beugel. Steek het uiteinde van de
Schokdemperpen (25) door twee van de kleine
gaatjes aan het uiteinde van de Schokdemper.
Draai de Schokdemperpen dan rond tot het op
de Schokdemper klikt.
9
2
25
92
2
5
11
11a
8
4
Houder
Cilinder
Houder
2
5
25
1
1
DE AL INGESMEERDE LOOPBAND
Uw loopband is voorzien van een band die al met een hoogwaardig smeermiddel is behandeld. BELANGRIJK:
Behandel de band of het loopplatform nooit met silicone spray of enig ander middel. Als uw dat doet zult
u
de loopband beschadigen.
HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De stekker moet geaard zijn. Mocht het niet goed functioneren
geeft de aarding de laagste weerstandspad voor de electriciteit om
zodoende het risico van electrische schok te verminderen. Een
snoer en geaarde stekker zijn bijgeleverd. Belangrijk: Als het
snoer beschadigd is moet u het vervangen met een door de fa-
brikant aanbevolen snoer.
Bekijk tekening 1. Steek het aangegeven eind van het snoer in het
stopcontact van de loopband. Bekijk tekening 2. Steek het snoer in
een goed geinstalleerd en geaard stopcontact die overeenkomt met
alle plaatselijke regelingen. Belangrijk: De loopband kan niet op
een stopcontact met onderbreker van de grondfout circut ge-
bruikt worden.
FR/SP
IT
Stopcontact van de
Loopband
1
F
I
Stopcontact
2
GEBRUIK EN BIJSTELLEN
GEVAAR: Een verkeerd stopcontact (zonder aarde) kan tot een electrische schok leiden.
Laat een elektricien de aarding nakijken als u niet zeker van bent dat het stopcontact goed geaard is.
Knoei niet aan de stekker van het apparaat. Laat een elektricien een nieuwe stekker monteren als de
stekker niet in het stopcontact past.
12
DE STICKER MET WAARSCHUWING PLAKKEN
De waarschuwing op het bedieningspaneel is in het
engels. Deze waarschuwing bestaat ook in diverse
talen op het inbegrepen vel. Plak de sticker met uw
taal op het bedieningspaneel.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband is voorzien van
verschillende functies om het meest doeltreffend te oe-
fenen. U kunt wanneer u de handmatige instelling kiest
de snelheid en de hellingstand van de loopband veran
-
deren door een druk op een toets. Het bedieningspa-
neel zal U tijdens uw oefening voortdurend feedback
geven. U kunt zelfs uw hartslag meten met de inge
-
bouwde optionele hartslagsensor of borstriem (zie
bladzijde 23).
Het bedieningspaneel heeft tien verschillende training
-
sprogramma’s. Elk trainingsprogramma regelt automa-
tisch de snelheid en de helling van de loopband tijdens
een doeltreffende oefening. Daarnaast heeft het bedi
-
eningspaneel ook twee hartslagprogramma’s. Elk hart-
slagprogramma stelt de snelheid en de helling van de
loopband automatisch bij om uw hartslag zo dicht mo
-
gelijk bij de doelhartslag te houden tijdens uw oefen
-
ing. Aandacht: U moet de borstkas-sensor dragen om
een hartslagprogramma te gebruiken.
Het bedieningspaneel kent tevens de nieuwe iFIT.com
interactieve technologie. De iFIT.com technologie werkt
als een persoonlijke trainer bij u thuis. Met een audio
snoer kunt U de loopband op uw geluidssysteem, uw
portable stereo, computer, of video speler aansluiten en
de speciale iFIT.com MP3, CD en video programma’s
afspelen (MP3’s, CD’s en video’s zijn apart te koop).
De iFIT.com programma’s regelen automatisch de
loopband en geven duidelijk aan hoe u uw snelheid
moet toepassen net zoals een trainer dat doet tijdens
uw training. Enerverende muziek motiveert extra.
Bezoek www.iFIT.com om iFIT.com MP3 pro-
gramma’s te downloaden. Bel om iFIT.com CD’s of
videocassettes raadpleeg de kaft van de gebruik-
saanwijzing.
Wanneer de loopband op uw computer is aangesloten,
kunt U ook onze website www.iFIT.com bekijken en
daar basis programma’s direct van internet oproepen.
Raadpleeg de website voor meer informatie.
Om het controlepaneel handmatig te bedienen, volg
de stappen beginnende op bladzijde 13. Om een train
-
ingsprogramma te gebruiken, raadpleeg pagina 15.
Om een programma voor de hartslag te gebruiken,
zie bladzijde 16. Om een iFIT.com MP3, CD, of video
programma te gebruiken, zie bladzijde 20. Om een
iFIT.com programma onmiddellijk van onze
Website te gebruiken, zie bladzijde 22.
Klip
SCHEMA VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Aandacht: Het kan zijn dat er op het
bedieningspaneel een plastic vel zit.
Sleutel
13
HOE DE STROOM IN TE SHAKELEN
D
e stekker in het stopcon-
tact steken (zie pagina
1
1). Zoek naar de aan/uit
knop bij het snoer van de
loopband. Plaamts de
aan/uit knop in de aan
positie.
Ga op de voetenkussentjes van de loopband staan.
Zoek naar de klip die aan de sleutel vast zit (zie teken-
ing op pagina 12) en maak de klip aan de tailleband
van uw kleding vast. Steek vervolgens de sleutel in het
bedieningspaneel. De display zal oplichten.
Belangrijk:
U kunt in geval van nood, de sleutel uit het bedien-
ingspaneel trekken. Hierdoor zal de loopband
langzaam tot stilstand komen. Test de klip door
voorzichtig een paar stappen achteruit te zetten tot-
dat de sleutel uit het bedieningspaneel wordt
getrokken. Als de sleutel niet uit het beningspaneel
komt, stel dan de lengte van de klip bij.
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN hier-
boven.
Kies de handmatige instelling.
Telkens als
u de sleutel
in het pa-
neel steekt,
dan wordt
automatisch
de hand-
matige instelling geselecteerd. Als u een pro-
gramma hebt geselecteerd, kunt u naar de hand-
matige modus terugkeren door herhaaldelijk op de
Hartslagprogrammatoets te drukken totdat een
piste op de display verschijnt.
Start de loopband.
Druk op de Start toets, de Snelheidstoename
[SPEED] toets, of op een van de Snelheidstoet-
sen genummerd van 2 tot 18.
Als de Starttoets of de Versnellingstoets wordt
ingedrukt dan zal de loopband beginnen te bewe
-
gen met een snelheid
van 2 Km/u. Als u een
o
efening doet, kunt u de
snelheid van de loop-
b
and wijzigen door op
de Versnellings- of
Vertragings-toetsen [SPEED] te drukken. Telkens
als u op een toets drukt, zal de snelheid worden
gewijzigd met 0,1 Km/u; als u de toets ingedrukt
houdt, dan zal de snelheid met 0,5 Km/u ver-
hogen. Opmerking: Als u de toetsen hebt inge-
drukt, kan het enkele seconden duren voordat de
gewenste snelheid wordt bereikt.
Wanneer u een van de genummerde snelheidstoet-
sen indrukt zal de loopband geleidelijk toenemen in
snelheid totdat de gekozen snelheidsinstelling
bereikt is.
Om de loopband te stoppen, druk op de Stop-
toets. De tijd zal beginnen te flikkeren op de dis-
play. Om de loopband opnieuw te starten, druk op
de Start-toets, de Versnellingstoets of een van de
genummerde toetsen.
Aandacht: Bekijk tijdens de eerste paar minuten
de ligging van de band en stel deze bij mocht het
nodig zijn (zie pagina 27).
De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
Druk om de helling van
de loopband te veran-
deren, op de Hellings-
[INCLINE] toename en -
afname toetsen. Ieder
keer als de toets wordt
ingedrukt zal de helling van de loopband 0,5% ve-
randeren. Opgelet: Nadat u op de toetsen heeft
gedrukt kan het even duren voor de loopband de
gekozen hellingstand bereikt.
Volg uw vorderingen op de display.
De display
zal een piste
van 400 m
aangeven
wanneer de
handmatige
instelling
gekozen wordt. De indicators rond de piste zullen
tijdens het lopen of rennen na elkaar verschijnen
totdat de hele piste verschijnt. De piste zal dan
verdwijnen en de indicators zullen weer opnieuw
na elkaar verschijnen..
5
4
3
2
1
Piste
Aan
Positie
Piste
HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE GE-
BRUIKEN
14
De linkerkant van de dis-
play zal de verlopen tijd
[
TIME], de afstand [DIS-
TANCE] die u hebt
g
ewandeld of gelopen,
en de hellingsgraad [IN-
CLINE] van de loopband. Aandacht: De display
zal wanneer een programma gekozen wordt (met
uitzondering van het programma 2 voor de hart-
slag ), de overblijvende tijd van het programma in
plaats van de verlopen tijd aangeven.
De rechterkant van de
display zal het aantal
calorieën dat u bij be-
nadering hebt ver-
brand, de snelheid
[SPEED] van de loop-
band, en uw tempo [PACE] (in minuten per kilo-
meter) aangeven. Als u een programma hebt ges-
electeerd, kunt u naar de handmatige modus
terugkeren door herhaaldelijk op de Hartslagpro-
grammatoets te drukken totdat een piste op de
display verschijnt.
Opgelet: Het bedieningspaneel kan de snelheid en
afstand in mijlen of kilometers aangeven. Op de
rechterkant van de display wordt uw hartslag
weergegeven als u de handsensoren of de op-
tionele borstkassensoren gebruikt.
Aandacht:
Voor de eenvoud verwijzen alle instructies
naar kilometers.
Druk op de Stop-toets, haal de sleutel uit het bedi-
eningspaneel en steek de sleutel weer in om de
displays opnieuw in te stellen (te resetten).
Uw hartslag meten als u dat wilt.
Aandacht:
Het bedien-
ingspaneel
zal wan
-
neer u
gelijktijdig
de hand-
greep met
polssensor
en de optionele borstkas-sensor gebruikt uw hart-
slag niet goed aangeven. Verwijder eerst de plas
-
tic velletjes geplakt over de metalen contactpun-
ten op de handleuning om de handgreep met hart-
slagsensor te gebruiken. Zorg er ook voor dat uw
handen proper zijn.
Om uw hartslag te meten, Stap vervolgens op de
voetbalken en houdt de metalen contactpunten
v
ast—
b
eweeg uw handen niet
.
Als uw hartslag
wordt waargenomen, verschijnt het hartsymbool in
d
e rechterhoek onderaan de display. Eerst wor-
den twee hartslagen weergegeven en daarna uw
hartslagfrequentie.
Houdt de contactpunten
ongeveer 15 seconden vast voor het meest
zuivere resultaat.
Zet desgewenst de ventilator aan.
Druk op de Ventilator toets om de ventilator aan te
doen. Om de ventilator op volle sterkte te laten
draaien druk nogmaals op de knop. Druk, om de
ventilator uit te schakelen, een derde keer op de
knop. Aandacht: De ventilator zal een paar
minuten nadat de loopband tot stilstand is
gekomen automatisch uitgaan.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u stopt met uw oefening.
Ga op de voetkussentjes staan, druk op de Stop-
toets en stel de hellingstand in de laagste positie.
De helling van de loopband moet zich in de
laagste stand bevinden wanneer u de loop-
band wilt opbergen anders kan de loopband
beschadigd worden. Haal vervolgens de sleutel
uit het bedieningspaneel en bewaar deze op een
veilige plek. Aandacht: Het bedieningspaneel
behoudt de demo instelling wanneer de dis-
plays en indicatoren blijven branden nadat u
de sleutel heeft uitgetrokken. Zie pagina 23 om
de demo instelling uit te schakelen.
De aan/uit knop bij het snoer van de loopband
in de uit positie zetten wanneer u klaar bent
met uw oefening en de stekker uit het stopcon-
tact trekken.
8
7
6
Contactpunten
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 13.
Kies een trainingsprogramma.
Om een
van de
training-
spro-
gramma’s
te kiezen,
druk her-
haaldelijk
op de
Trainingsprogrammatoetsen totdat een van de
programma-indicators (“P1” tot “P10”) op de dis-
play verschijnt. Als u een trainingsprogramma se-
lecteert, dan zullen de duur van het programma,
het hoogste hellingsniveau en de hoogste snel-
heid van het programma enkele seconden op de
display flikkeren en een profiel van de snelhei-
dsinstellingen van het programma zal over de dis-
play rollen.
Op de Start-toets of de Versnellings-toets
drukken om het programma te starten.
Even nadat u op de toets drukt zal de loopband
automatisch de eerste snelheid en hellingstand
van het programma instellen. Houdt u vast aan de
handleuningen en begin te oefenen.
Ieder programma is in 30, 50, of 60 segementen
van elk één minuut verdeeld. Ieder segment heeft
één instelling voor de helling en voor de snelheid.
Opmerking: dezelfde snelheid en/of helling in-
stelling(en) kan/kunnen voor twee of meerdere
opeenvolgende segmenten worden geprogram-
meerd.
Segment
wird in der
laufenden
Segment-
säule des
displays
gezeigt.
Het hellingsniveau wordt niet in het bovenste deel
van de display getoond. De snelheid voor de vol-
gende segmenten wordt in de kolommen rechts
aangegeven.
De kolom van het Huidig Segment en de eerste
kolom rechts zullen opflikkeren wanneer er nog
m
aar drie seconden overblijven in het eerste seg-
ment. Er klinkt een serie geluidssignalen.
B
ovendien zullen de snelheid en/ou de helling
opflikkeren wanneer de snelheid en de helling van
de loopband gaan veranderen.
Wanneer het eerste segment voltooid is zullen
alle instellingen een kolom naar links verplaatst
worden. De snelheid voor het tweede segment
wordt dan in de kolom van het Huidig Segment
(welke opflikkert) aangegeven. De snelheid en de
helling van de loopband zullen zich automatisch
aan het tweede segment aanpassen. Opmerking:
als alle lampjes in de kolom voor het huidige seg-
ment branden nadat de snelheidsinstellingen naar
links zijn verplaatst, bewegen de snelheidsin-
stellingen omlaag zodat alleen de hoogste indica-
toren in het programma-display worden getoond.
Het programma zal zo doorgaan totdat de snelhei-
dsinstelling van het laatste segment in de Huidige
Segment kolom wordt aangegeven en het laatste
segment eindigt.
U kunt wanneer de snelheids- of de hellingsin-
stelling op enig moment tijdens het programma te
hoog of te laag is deze handmatig bijstellen door
op de Snelheids of Hellingstoetsen te drukken.
Een bijkomende indicator zal gaan branden of uit-
gaan in de kolom van het Huidig Segment wan-
neer u een paar keer op de Snelheid toetsen
drukt. (Als in enig van de kolommen rechts van de
kolom van het Huidig Segment evenveel indica-
toren opflikkeren als in de kolom van het Huidig
Segment dan kan nog een indicator gaan branden
of uitgaan in die kolommen.)
Hoe de loopband
dan ook zal wanneer het volgend segment van
het programma start automatisch de snelheid
en de helling voor het volgende segment in-
stellen.
Druk op de Stop-toets om het programma tijdelijk
te stoppen. De tijd zal op de display beginnen op
te flikkeren. Druk op de Start-toets of the Sne-lhei-
dstoename toets om het programma weer op te
starten. De loopband zal met een snelheid van 2
km/h beginnen te draaien. De loopband zal wan-
neer het volgend segment van het programma be-
gint automatisch de snelheid en de helling van het
volgende segment instellen.
3
2
1
Huidig Segment
15
HOE EEN TRAININGSPROGRAMMA TE GE-
BRUIKEN
Volg uw vorderingen op de display.
Zie stap 5 op pagina 13.
Uw hartslag meten als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 14.
Zet desgewenst de ventilator aan.
Zie stap 7 op pagina 14.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u stopt met uw oefening.
Zie stap 8 op pagina 14.
Programma 1 voor de Hartslag zal automatisch de snel-
heid en helling van de loopband instellen om zodoende
u
w hartslag bij de na te streven hartslag die u gekozen
heeft te houden. Hartslagprogramma 2 zal uw hartslag
dichtbij een vooraf ingestelde doelhartslag houden.
Volg onderstaande stappen om het op de hartslag
afgestemde programma te gebruiken.
De borstkas-sensor dragen.
Als dat gebeurt, raadpleeg dan de gebruiksaanwi-
jzing van de borstkassensoren.
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 13.
Selecteer het op hartslag afgestemde pro-
gramma.
Om een hart-
slagpro-
gramma te
kiezen, druk
herhaaldelijk
op de
Hartslagpro-
grammatoet-
sen totdat
“P1” of “P2” op de display verschijnt.
Een profiel van de na te streven hartslag instelling
van het programma zal wanneer programma 1
voor de hartslag gekozen wordt op het schema
verschijnen.
Als hartslagprogramma 2 geselecteerd is, dan
zal er een grafisch symbool met uw hartslag op
de display verschijnen.
3
2
1
7
6
5
4
WAARSCHUWING: Gebruik
de programma’s voor de hartslag niet wanneer
U hartklachten heeft of wanneer U ouder dan
60 en niet actief bent. Bespreek met uw huis-
arts, als u regelmatig medicijnen inneemt of de
medicijnen uw oefening voor de hartslag kan
beïnvloeden.
16
G
EBRUIKSAANWIJZING VOOR HET OP HART-
SLAG AFGESTEMDE PROGRAMMA
Doel hartslag invoeren.
Als hartslagpro-
gramma 1 geselecteerd
is
, dan zal de maximale
d
oelhartslag van het pro-
gramma op de display
v
erschijnen. Als u dat
wilt, kunt u op de omhoog- of omlaagtoetsen
naast de Hartslagprogrammatoets drukken om de
maximale doelhartslag te wijzigen (zie INTEN-
SITEIT VAN UW OEFENING op pagina 28).
Opmerking: Als u de maximale doelhartslag wi-
jzigt, dan zal de intensiteit van het hele pro-
gramma veranderen.
Als hartslagprogramma 2 geselecteerd is, dan
zal de doelhartslag van het programma op de dis-
play worden weergegeven. Als u dat wilt, kunt u
op de omhoog- of omlaagtoetsen naast de
Hartslagprogrammatoets drukken om de maxi-
male doelhartslag te wijzigen
(zie INTENSITEIT
VAN UW OEFENING op pagina 28)
. Aandacht:
Dezelfde hartslaginstelling blijft bestaan voor het
hele programma.
Op de Start-toets of de Versnellings-toets
drukken om het programma te starten.
Even nadat u op de toets drukt zal de loopband
automatisch de eerste snelheid en hellingstand
van het programma instellen. Houdt u vast aan de
handleuningen en begin te oefenen.
Hartslagprogramma 1 is verdeeld in 30 seg-
menten van een minuut. Wordt een doelhart-
slagniveau geprogrammeerd voor elk segment.
(Aandacht: Dezelfde na te streven hartslagin-
stelling kan voor twee of meerdere segmenten
worden geprogrammeerd.) Hartslagprogramma 2
is verdeeld in 100 segmenten van een minuut.
Dezelfde hartslag-instelling kan worden gepro-
grammeerd voor opeenvolgende segmenten.
Aandacht: Stop voor een kortere oefening gewoon
het programma voordat deze eindigt.
Als hartslag-
programma
1 gese-
lecteerd is,
dan zal de
doelhartslag
voor het
eerste segment in de flikkerende balk met het
Huidige Segment van de display worden
weergegeven. De volgende hartslaginstellingen
zullen in de kolommen rechts worden
aangegeven. Drie seconden voor het einde van
het eerste segment zullen de kolom Huidig
Segment en de kolom rechts opflikkeren en zult u
een toon horen. De na te streven hartslaginstellin-
g
en zullen een kolom naar links verschuiven wan-
neer het eerste segment afloopt. De tweede na te
s
treven hartslaginstelling zal dan in de kolom
Huidig Segment worden aangegeven.
Het bedieningspaneel zal regelmatig tijdens beide
programma’s voor de hartslag uw hartslag
vergelijken met de na te streven hartslaginstelling.
De snelheid van de loopband zal automatisch toe-
of afnemen om uw hartslag dichter bij door u na te
streven hartslaginstelling te brengen. De helling
van de loopband zal ook omhoog gaan wanneer
uw hartslag nog steeds veel te laag is en de snel-
heid van de loopband 12 km/h is.
Als de snelheid of helling te hoog of te laag is,
kunt u deze instelling met de toetsen Snelheid en
Incline bijstellen. De snelheid en/of de helling-
stand van de loopband zal/zullen echter, telkens
wanneer het bedieningspaneel uw hartslag met
uw ten doel gestelde hartslag instelling vergelijkt
automatisch toenemen of verminderen om uw
hartslag dichter bij uw ten doel gestelde hartslag
instelling te brengen.
Als uw hartslag tijdens het programma niet wordt
gedetecteerd, dan zullen de letters “PLS” op de
display beginnen te flikkeren. De snelheid en/of
helling van de loopband kunnen automatisch be-
ginnen te dalen.
Druk op de Stop-toets om het programma wan-
neer dan ook te stoppen. De tijd zal dan op de
display opflikkeren. Druk op de Start-toets of the
Snelheidstoename toets om het programma op
-
nieuw te laten starten. De loopband zal met een
snelheid van 2 km/h beginnen te draaien. De snel-
heid en/of helling van de loopband zullen automa-
tisch veranderen wanneer het bedieningspaneel
uw hartslag met de na te streven hartslag in-
stelling vergelijkt om zodoende uw hartslag
dichter bij de na te streven hartslag instelling te
brengen.
Volg uw vorderingen op de display.
Zie stap 5 op pagina 13.
Zet desgewenst de ventilator aan.
Zie stap 7 op pagina 14.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u stopt met uw oefening.
Zie stap 8 op pagina 14.
8
7
6
5
4
Huidig Segment
17
O
m de iFIT.com MP3 oder CD’s te kunnen gebruiken
moet u de loopband op uw portable MP3 speler, CD
s
peler, portable stereo, geluidssysteem of computer
(met CD speler) aansluiten. Zie pagina’s 18 tot en met
19 voor instructies m.b.t. aansluiting. Om de iFIT.com
programma’s van internet op te roepen moet u de loop-
band op uw computer aansluiten. Zie pagina 19 voor in-
structies m.b.t. aansluiting. Om de iFIT.com videocas-
settes te gebruiken moet u de loopband op uw video
speler aansluiten. Zie pagina 20 voor instructies m.b.t.
aansluiting.
HOE OP UW MP3 SPELER ODER CD SPELER AAN
TE SLUITEN
A. Steek één eind van de meegeleverde 3,5mm bij
3,5mm stereo audio kabel in het contactpunt van
het bedieningspaneel. Steek het andere eind van
de kabel in het contactpunt van uw MP3 speler of
CD speller. Steek uw koptelefoon in het contactpunt
van het bedieningspaneel.
HOE OP UW PORTABLE STEREO AAN TE
SLUITEN
Opgelet: Zie instructie A als uw stereo van een
A
UDIO OUT plug is voorzien. Zie instructie B als
uw stereo van een 3,5 mm LINE OUT plug is
voorzien. Zie instructie C als uw stereo alleen een
PHONES plug heeft.
A. Steek het ene eind van de 3,5mm lange RCA
stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica
zaken) in het contactpunt van het bedieningspa-
neel. Steek het andere eind in het AUDIO OUT con-
tactpunt van uw stereo.
B. Bekijk de tekening hierboven. Steek één eind van
de 3,5mm bij 3,5mm lange stereo audio kabel
(verkrijgbaar in electronica zaken) in het contact-
punt van het bedieningspaneel. Steek het andere
eind van de kabel in het LINE OUT contactpunt van
uw stereo. Aandacht: Steek uw koptelefoon niet in
het contactpunt van het bedieningspaneel wanneer
de kabel in het LINE OUT contactpunt zit.
C. Steek één eind van de 3,5mm bij 3,5mm lange
stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica
zaken) in het contactpunt van het bedieningspa
-
neel. Steek het andere eind in het PHONES con-
tactpunt van uw stereo. Steek uw koptelefoon in het
contactpunt van het bedieningspaneel.
LINE OUT
PHONES
LINE OUT
PHONES
Audio
Snoer
Koptelefoon
A
A
C
PHONES
AUDIO OUT
R
IGHT
LEFT
LINE OUT
Audio Snoer
A/B
A
C
PHONES
AUDIO OUT
RIGHT
L
EFT
LINE OUT
Audio
Snoer
C
Koptelefoon
18
HOE UW LOOPBAND AAN TE SLUITEN OM
IFIT.COM PROGRAMMA’S TE GEBRUIKEN
HOE OP UW GELUIDSSYSTEEM AAN TE SLUITEN
A
andacht: Zie instructie A als uw systeem een
LINE OUT contactpunt heeft die niet gebruikt
w
ordt. Zie instructie B als het LINE OUT contact-
punt in gebruik is.
A. Steek één eind van de 3,5mm lange RCA stereo
audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in
het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek
het andere eind in het LINE OUT contactpunt van
uw stereo. Aandacht: Steek uw koptelefoon niet in
het contactpunt van het bedieningspaneel wanneer
de kabel in het LINE OUT contactpunt zit.
B. Steek één eind van de 3,5mm lange RCA stereo
audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in
het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek
het andere eind in een RCA Y-adaptor (verkrijgbaar
in electronica zaken). Haal vervolgens het snoer die
nu in de LINE OUT plug zit uit deze plug en steek
deze in de Y-adapter. Steek de Y-adapter in de
LINE OUT plug van uw stereo. Aandacht: Steek uw
koptelefoon niet in het contactpunt van het bedien-
ingspaneel wanneer de Y-adaptor in het LINE OUT
contactpunt zit.
HOE OP UW COMPUTER AAN TE SLUITEN
A
. Steek één eind van de 3,5mm bij 3,5mm lange
stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica
z
aken) in het contactpunt van het bedieningspa-
neel. Steek het andere eind van de kabel in het
LINE OUT contactpunt van uw computer. Aandacht:
Steek uw koptelefoon niet in het contactpunt van
het bedieningspaneel wanneer de kabel in het LINE
OUT contactpunt zit.
B
A
CD
VCR
Amp
L
INE OUT
L
INE OUT
CD
VCR
Amp
L
INE OUT
Audio Snoer
A
B
A
CD
VCR
Amp
L
INE OUT
LINE OUT
CD
VCR
Amp
LINE OUT
Audio
Snoer
RCA Y-
adapter
Snoer verwijderd uit
de LINE OUT plug
B
A
LINE OUT
Audio Snoer
A
19
HOE OP UW VIDEO AAN TE SLUITEN
A
andacht: Zie instructie A als uw video speler een
AUDIO OUT plug heeft die niet gebruikt wordt. Zie
i
nstructie B als de AUDIO OUT plug al in gebruik
is. Zie instructie B als u een televisie heeft met in-
gebouwde video speler. Zie HOE OP UW GELU-
IDSSYSTEEM AAN TE SLUITEN op pagina 19 als
uw video op uw geluidssysteem is aangesloten.
A. Steek één eind van de 3,5mm lange RCA stereo
audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in
het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek
het andere eind in het LINE OUT contactpunt van
uw video.
B. Steek één eind van de 3,5mm lange stereo audio
kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in het con-
tactpunt van het bedieningspaneel. Steek het an-
dere eind in een RCA Y-adaptor (verkrijgbaar in
electronica zaken). Haal vervolgens het snoer die
nu in de AUDIO OUT plug zit uit deze plug en steek
deze in de Y-adapter. Steek de Y-adapater in de
AUDIO OUT plug van uw video.
HOE DE IFit.COM MP3, CD EN VIDEO PRO-
RAMMA’S TE GEBRUIKEN
De loopband moet aangesloten zijn op uw MP3 speler,
C
D speler, of video om iFIT.com MP3, CD, of video
programma te kunnen gebruiken. Raadpleeg HOE UW
L
OOPBAND AAN TE SLUITEN OM IFIT.COM PRO-
GRAMMA’S TE GEBRUIKEN op pagina 18 tot 20.
Bezoek www.iFIT.com om MP3 programma’s te
downloaden. Bel om iFIT.com cd’s of video’s te
kopen het telefoonnummer, dat vermeld staat op
de garantiekart de deze handleiding begeleidt.
Volg de stappen hieronder om een iFIT.com MP3, CD
of video programma te gebruiken.
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 13.
De iFIT.com instelling kiezen.
Druk op de
iFIT-toets
om de
iFIT.com in-
stelling te
kiezen. De
letters “iFIT”
zullen op de display verschijnen.
Op de PLAY-toets van uw MP3 speler, CD
speler of video drukken.
Aandacht: Plaats de cd in uw cd speler wanneer u
een iFIT.com cd wilt gebruiken. Steek de video-
cassette in uw video wanneer u een iFIT.com
video wilt gebruiken.
Direct nadat u op de Play-toets heeft gedrukt zal
uw persoonlijke trainer u helpen bij uw oefening.
Volg de instructies van uw trainer. Aandacht: Druk
op de Start toets of de Snelheidstoename toets
van het bedieningspaneel wanneer de tijd op de
linker display opflikkert. De loopband zal niet rea-
geren op MP3, CD, of video programma’s wan
-
neer de tijd op de display opflikkert.
U zult tijdens een CD of video programma een
“piep” geluid horen wanneer de snelheid en/of de
helling gaat/gaan veranderen. OPGELET: Luister
naar het “piep” geluid en bereidt u er op voor dat
de snelheid en/of hellingstand van de loopband
gaat/gaan veranderen. Het kan zijn dat insom-
mige gevallen de snelheid en/of hellingstand kun-
nen veranderen voordat de persoonlijke trainer
dat aangeeft.
3
2
1
B
VIDEO AUDIO
ANT. IN
RF OUT
IN
OUT
CH
34
A
AUDIO OUT
RIGHT
LEFT
VIDEO AUDIO
ANT. IN
RF OUT
IN
OUT
CH
34
Audio Snoer
A
B
VIDEO AUDIO
ANT. IN
RF OUT
IN
O
UT
CH
34
A
AUDIO OUT
RIGHT
LEFT
VIDEO AUDIO
A
NT. IN
RF OUT
IN
OUT
CH
34
B
Snoer verwijderd uit het
AUDIO OUT contactpunt
RCA Y-
Adapter
Audio Snoer
20
U kunt de instellingen handmatige bijstellen door
op de Snelheid of Helling toetsen van het bedien-
i
ngspaneel te drukken wanneer de snelheid of
helling instellingen te hoog of te laag zijn.
Echter,
w
anneer u een “piep” geluid hoort zullen de
snelheid en/of de helling stand veranderen in
de eerstvolgende instellingen van het pro-
gramma.
Druk op de Stop-toets van het bedieningspaneel
wanneer u de loopband wilt stoppen. De tijd zal
op de display beginnen op te flikkeren. Druk op de
Start toets of de Snelheidstoets om het pro-
gramma opnieuw op te starten. De loopband zal
dan met een snelheid van 2 km/h beginnen te
draaien. De snelheid en/of de helling zullen
wanneer een piep geluid gehoord wordt naar
de volgende instelling van het programma
overgaan.
Nadat de programma eindigt zal de loopband tot
stilstand komen. Aandacht: Om een andere MP3,
CD of video programma te gebruiken moet u de
Stop-toets drukken of de sleutel uit het bedien-
ingspaneel halen en stap 1 op pagina 20 raadple-
gen.
Aandacht: Als de snelheid of de helling van de
loopband niet verandert wanneer u het “piep”
geluid hoort:
Zorg ervoor dat de letters iFIT op de display
verschijnen en dat de tijd op de display niet
opflikkert. Druk op de Start toets of de
Snelheidstoename toets van het bedien-
ingspaneel wanneer dit het geval is.
Stel de volume van uw MP3 speler, CD speler
of video bij. Het kan zijn dat het bedieningspa-
n
eel het signaal van het programma niet ont-
vangt omdat de geluidssterkte van de CD
s
peler of video te hoog of te laag is.
Zorg ervoor dat het audio snoer juist is
a
angesloten.
Plaats de CD speler op de vloer of op een
vlakke ondergrond in plaats van op het bedi-
eningspaneel wanneer de CD speler overslaat.
Volg uw vorderingen op de display.
Zie stap 5 op pagina 13.
Uw hartslag meten als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 14.
Zet desgewenst de ventilator aan.
Zie stap 7 op pagina 14.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u stopt met uw oefening.
Zie stap 7 op pagina 17.
OPGELET: Haal altijd de iFIT.com CD’s en de
videocassettes uit uw CD speler of video
speler en maak uw MP3 speler los wanneer u
ze niet gebruikt.
7
6
5
4
21
HOE DE PROGRAMMA’S DIRECT VAN ONZE
WEBSITE TE GEBRUIKEN
Bezoek onze website www.iFIT.com voor directe inter-
net toegang tot eenvoudige programma’s. Additional
options are soon to be available. See www.iFIT.com
for details.
Om deze programma’s van onze website te gebruiken
moet de loopband aangesloten zijn op uw computer.
Zie HOE OP UW COMPUTER AAN TE SLUITEN op
pagina 19. Bovendien moet U een internet aansluiting
en een provider hebben. Een lijst met specifieke sys-
teemvereisten kunt u op onze website vinden.
Volg de stappen hieronder om een programma van
onze website te gebruiken.
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 13.
De iFIT.com instelling kiezen.
Zie stap 2 op pagina 20.
Naar uw computer gaan en de internetverbind-
ing starten.
Start, mocht dat nodig zijn, uw web browser en
ga naar onze website www.iFIT.com.
Het gewenste programma van onze website
kiezen.
Lees en volg on line de programma instructies.
De on line instructies volgen en het pro-
gramma starten.
Wanneer u met een programma start begint een
aftelprocedure op uw scherm.
Ga naar uw loopband terug en stap op de
voetkussentjes. Zoek naar de klip, die aan de
sleutel vastzit en maak de klip aan de taille-
band van uw kleding vast.
Wanneer de aftelprocedure voorbij is zal Uw pro-
gramma beginnen en de loopband gaan draaien.
Houdt u vast aan de handleuningen, stap op de
band en begin te oefenen. U zult tijdens het pro-
g
ramma een “piep” geluid horen wanneer de snel-
heid en/of de helling instelling gaat/gaan veran-
d
eren.
O
PGELET: Luister naar het “piep”
geluid en bereidt u er op voor dat de snelheid
en/of hellingstand van de loopband gaat/gaan
veranderen.
U kunt de instellingen handmatige bijstellen door
op de Snelheid of Helling toetsen van het bedien-
ingspaneel te drukken wanneer de snelheid of
helling instellingen te hoog of te laag zijn.
Echter,
wanneer u een “piep” geluid hoort zullen de
snelheid en/of de helling stand veranderen in
de eerstvolgende instellingen van het pro-
gramma.
Druk op de Stop-toets van het bedieningspaneel
wanneer u de loopband wilt stoppen. De tijd zal op
de linker display beginnen op te flikkeren. Druk op
de Start toets of de Snelheidstoets om het pro-
gramma opnieuw op te starten. De loopband zal
dan met een snelheid van 2 km/h beginnen te
draaien.
De snelheid en/of de helling zullen
wanneer een piep geluid gehoord wordt naar
de volgende instelling van het programma
overgaan.
Nadat de programma is beëindigd zal de loopband
tot stilstand komen. Aandacht: Om een ander pro-
gramma te gebruiken moet u op de Stop-toets
drukken en stap 5 raadplegen.
Aandacht: Zorg ervoor als de snelheid of de
helling van de loopband niet verandert wanneer
u het “piep” geluid hoort dat de iFIT.com indica-
tor aan is en dat de tijd op de display niet
opflikkert. Zorg er bovendien voor dat het audio
snoer juist is aangesloten, goed in de plug zit en
dat het snoer niet om het electriciteitssnoer
gewikkeld is.
Volg uw vorderingen op de display.
Zie stap 5 op pagina 13.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u stopt met uw oefening.
Zie stap 8 op pagina 14.
9
8
7
6
5
4
3
2
1
22
23
D
E INFORMATIE INSTELLING
Op het bedieningspaneel is er ook een informatiefunctie
die gegevens over het gebruik van de loopband in het
geheugen opslaat. De informatie instelling laat u ook toe
d
e kilometers of mijlen eenheid te kiezen en om de
demo instelling aan of uit te schakelen.
Om de informatie-weergave te kiezen, steek de sleutel in
het bedieningspaneel terwijl u de Stop-toets ingedrukt
h
oudt. De volgende informatie wordt op de display
aangegeven:
In het midden van
de display wordt
het aantal kilome-
ter of mijl dat u
hebt gelopen of
gewandeld,
getoond. Op het
onderste deel van
de display wordt
het totale aantal uren dat de loopband gebruikt is,
weergegeven. Daarnaast zal “M” voor metrieke kilome-
ters of “E” voor Engelse mijlen op het onderste deel van
de display verschijnen. Om de meeteenheid te veran-
deren, druk op de Snelheidomhoogtoets.
BELANGRIJK: Als er een “d” verschijnt in de linkerhoek
onderaan de display, dan wordt een demo weergegeven.
Deze instelling is alleen bedoeld voor demonstraties in
een winkel. Wanneer het snoer is ingestoken en het be-
dieningspaneel de demo instelling aangeeft kan de sleu-
tel uit het bedieningspaneel worden genomen, de dis-
plays plus indicatoren zullen automatisch in een zekere
volgorde oplichten. De toetsen van het bedieningspa-
neel zullen nochtans niet werken. Als er een d ver-
schijnt wanneer de informatie instelling gekozen
wordt, druk dan op de Snelheidstoets zodat de d
verdwijnt.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel om de infor-
matie instelling te verlaten.
OPTIONELE BORSTRIEM MET HARTSLAGSENSOR
Met optionele borstkassensoren zijn de mogelijkheden
van het bedieningspaneel nog uitgebreider. De borst-
kassensoren kunnen hands-free worden gebruikt in
combinatie met de twee hartslagprogramma’s van het
bedieningspaneel. Neem contact op met onze klanten-
dienstafdeling om de optionele borstriem met
harslagsensor te kopen.
Als u een optionele borstkassensor hebt gekocht,
volg dan de onderstaande instructies om de ont-
vanger van de borstkassensor te installeren.
1. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en de
stekker uit het stopcontact.
Verwijder de Schroef (3) en het Deurtje (76) aan de
achterkant van de Basis van het Bedieningspaneel
(85).
2. Sluit de draad van de ontvanger (A) aan de aangeg-
even kabel van de Basis van het Bedieningspaneel
(85) vast.
Houd de ontvanger vast zodat het cilin-
dertje georiënteerd is zoals getoond en gericht is
naar de Basis van het Bedieningspaneel. Maak de
ontvanger aan de plastic houder van het Toegangs-
deurtje (76) vast met de twee bijgeleverde schroefjes.
3.
Zorg ervoor dat de draden niet bekneld raken.
Maak het Toegangsdeurtje (76) weer met de Schroef
(3) vast. De andere inbegrepen kabels kunt u weg-
gooien.
A
85
Kleine
Cilinder
3
76
Kabel
Kleine Schroeven
24
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN
HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN
Stel de helling in de laagste stand voordat u de loopband
inklapt. U kunt als u dit niet doet de loopband voor altijd
b
eschadigen. De stekker uit het stopcontact. WAAR-
SCHUWING: U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de loop-
band te kunnen uitklappen, inklappen of verplaatsen.
1. Houd het metalen onderstel stevig vast op de plaats die
door de pijl rechts wordt aangegeven. OPGELET: Om let-
sels te vermijden, til het onderstel nooit op aan de plastic
voetsteunen. Zorg ervoor dat u de kracht van uw benen
gebruikt in plaats van uw rug om de loopband te tillen.
Til
de loopband half omhoog.
2. Plaats uw rechterhand zoals aangegeven en houdt de loop-
band goed vast. Trek, met gebruik van uw linker hand, de
sluitknop naar links en houdt deze vast. Til de loopband tot-
dat het slot langs de sluitpin is. Laat de sluitknop langzaam
los. Zorg ervoor dat de sluitpin goed in het slot zit.
Leg een matje onder de loopband om uw vloerbedekking
te beschermen. Houdt de loopband uit direct zonlicht.
Berg de loopband nooit op in een omgeving waar de
temperatuur hoger dan 30° C.
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
Voordat u de loopband kunt verplaatsen moet u eerst de loop-
band inklappen zoals hierboven is beschreven. Zorg ervoor
dan het onderstel goed met het sluitpin is bevestigd.
1. Houdt met een hand een van de handleuningen vast en
plaats uw andere hand op de band. Plaats een voet tegen
een van de wielen.
2. Kantel de loopband tot deze vrij kan rollen op de voorwieltjes.
Verplaats de loopband voorzichtig naar de gewenste plaats.
Wees heel voorzichtig tijdens het verplaatsen van de
loopband zodat u het risico op persoonlijk letsel voork-
omt. Verplaats de loopband niet over een oneffen onder
-
grond.
3. Plaats weer een voet op het onderstel en kantel de loopband tot deze weer rechtop staat.
Handleuningen
Loopvlak
Voorwiels
Vergrendeld
Sluitknop
Sluiting
Onderstel
25
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
1. Houd de loopband met uw rechterhand vast zoals getoond.
Trek de sluitknop naar links en houd de knop vast. Draai het
onderstel naar beneden totdat het voorbij de sluitpen is.
2.
Houdt de loopband met beide handen goed vast en laat
de loopband op de vloer zakken. OPGELET: Om letsels te
vermijden, til het onderstel nooit op aan de plastic voets-
teunen. Laat de loopband niet op de grond vallen. Buig
door uw knieën en houdt u rug recht om het risico op per-
soonlijk letsel te vermijden.
Onderstel
Sluitknop
26
PROBLEMEN OPLOSSEN
U kunt de meeste problemen met uw loopband oplossen door de hieronder genoemde stappen te volgen.
Zoek het probleem dat bij u van toepassing is en volg de instructies. Mocht u verdere hulp nodig hebben,
n
eem dan contact op met de winkel waar u dit produkt hebt gekocht.
PROBLEEM: De stroom is niet ingeschakeld
O
PLOSSING:
a
. Zorg ervoor dat de stekker goed is aangestoken in een geaard stopcontact. (Zie pagina 9.)
Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 meter of korter.
Belangrijk: De loopband is niet voor een GFCI stopcontact bedoeld.
b. Nadat u de stekker heeft nagekeken, zorg er dan voor dat de sleutel zich goed in het bedien-
ingspaneel zit.
c. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer
op het onderstel van de loopband. Als de knop
uitsteekt zoals aangegeven is de stroomonder-
breker doorgeslagen. Wacht 5 minuten en druk
de schakelaar opnieuw in om de stroomonder-
breker opnieuw in werking te stellen (te resetten).
d. Bekijk de aan/uit knop die zich bij het electriciteit-
snoer van de loopband bevindt. De knop moet
zich in de aan positie bevinden.
PROBLEEM: STROOMUITVAL TIJDENS GEBRUIK
OPLOSSING: a. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer op het onderstel van de loopband (zie tekening
boven). Als de stroomonderbreker is doorgeslagen, wacht dan 5 minuten en druk dan de
schakelaar weer in.
b. Zorg ervoor dat de stekker in het stopcontact steekt. Als de stekker in het stopcontact steekt,
haal hem er uit, wacht 5 minuten en steek de stekker opnieuw in het contact.
c. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Steek de sleutel opnieuw goed in het bedieningspa-
neel.
d. Zorg ervoor dat de aan/uit knop zich in de aan positie bevindt (zie d. boven).
e.
Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband nog steeds niet werkt.
SYMPTOM: Die Neigung des Laufgeräts ändert sich nicht richtig
OPLOSSING: a. Druk terwijl de sleutel in het bedieningspaneel is geschoven op een van de helling toetsen.
Haal de sleutel er uit terwijl de helling van de loopband zich aanpast. Steek de sleutel na
een paar seconden weer in het bedieningspaneel. De loopband zal dan automatisch de helling
tot de maximale helling aanpassen om vervolgens naar de laagste stand terug te keren.
Hierdoor wordt het hellingssysteem opnieuw gekalibreerd.
PROBLEEM: De displays van het bedieningspaneel werken niet naar behoren
OPLOSSING: a.
Oplossing: a. Haal de sleutel uit het bedieningspa-
neel en trek SNOER UIT HET STOPCONTACT.
Leg, met de hulp van een tweede persoon, de
Basis van de Staander (84) voorzichtig neer zoals
aangegeven. Verwijder dan de drie Schroeven (3)
en de drie 3/4" Schroeven (83). Aandacht: Een
kruiskopschroevendraaier met een schacht van
minstens 127mm is vereist.
Doorgeslagen
c
Resten
Aan
Positie
d
3
84
a
3
83
Zet, met de hulp van een tweede persoon, de
Staanders (84) voorzichtig rechtop zoals aangegeven.
D
raai de Kap (41) voorzichtig af.
Zoek de Bladveerschakelaar (63) en de Magneet (46)
a
an de linkerkant van de Katrol (47). Draai de Katrol
z
odanig dat de Magneet gelijk staat met de
Bladveerschakelaar.
Zorg ervoor dat de afstand
tussen de Magneet en de Bladveerschakelaar
o
ngeveer 3 mm is.
D
raai, indien nodig, de Schroef
(3) wat los en verplaats de Bladveerschakelaar
enigszins. Draai de Schroef weer vast. Maak de kap
weer vast en laat de loopband een paar minuten
draaien om de snelheidsmeting na te kijken.
PROBLEEM: De loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING:
a. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, gebruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of korter.
b. Als de loopband te strak is functioneert de loopband
minder en kan zelfs beschadigd worden. Haal de
sleutel uit het bedieningspaneel en
DE STEKKER
UIT HET STOPCONTACT. Draai met de meegele-
verde sleutel beide bouten van de achterroller een 1/4
slag tegen de klok in. Wanneer de loopband goed is
bijgesteld moet u de loopband 5 à 7 cm van het loop
-
platform kunnen tillen. Zorg ervoor dat de band goed
in het midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer
in en laat de loopband een paar minuten draaien.
Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.
c. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wan-
neer de loopband vertraagt wanneer u erop loopt.
PROBLEEM: De loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING:
a. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT wanneer de
loopband niet goed in het midden ligt. Als de loop-
band naar links is verschoven, draai met de
meegeleverde sleutel de linker bout van de achter-
roller een 1/2 slag met de klok mee. Als de loop-
band naar rechts is verschoven, draai dan de bout
van de achterroller een 1/2 slag tegen de klok in.
Zorg ervoor dat u de band niet te strak aandraait.
Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de
loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.
b. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en haal
DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT wanneer de
loopband slipt. Draai met de meegeleverde sleutel beide
bouten van de achterroller een 1/4 slag met de klok
mee. Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u de
loopband 5 à 7 cm van het loopplatform kunnen tillen.
Zorg ervoor dat de band goed in het midden ligt. Steek
de stekker en de sleutel weer in en laat de loopband een
paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de
loopband goed ligt.
Bouten van de Achterroller
5–7 cm
b
a
b
46
3
63
Zicht
van
Boven
47
41
84
3 mm
27
28
De volgende richtlijnen zullen u helpen met het uitvoe-
ren van uw oefenprogramma. Voor meer informatie
raadpleeg een goed boek of raadpleeg uw huisarts.
INTENSITEIT VAN UW OEFENING
Als uw doel is om vet te verbranden of uw cardivascu-
lair systeem te verbeteren dan is de juiste intensiteit
het middel. U kunt het juiste intensiteitsniveau bepalen
door uw hartslag als leidraad te gebruiken. De diagram
hieronder geeft de aanbevolen hartslag aan voor vet
verbranding en voor een aerobic oefening.
Om de juiste harstlag meting te berekenen moet u
eerst onder de diagram uw leeftijd opzoeken (leeftijden
zijn per 10 jaar afgerond). Zoek vervolgens de drie ge-
tallen boven uw leeftijd. Deze drie getallen geven uw
trainingszone aan. De twee laagste getallen zijn voor
vet verbranding aanbevolen. Het hoogste getal is voor
aerobic oefeningen aanbevolen.
Vet verbruiken
Om effectief vet te verbranden moet U voor een lan-
gere tijd op een betrekkelijke lage intensiteit oefenen.
Tijdens de eerste minuten van uw oefening gebruikt uw
lichaam makkelijke bereikbare
koolhydraten
. Pas na de
eerste paar minuten begint uw lichaam
vet
als energie
te verbruiken. Stel de snelheid en de helling van de
l
oopband bij todat uw hartslag rond het laagste getal
van uw trainingszone ligt als u vet wilt verbranden.
Stel voor maximale vet verbranding, de snelheid en
helling van de loopband bij totdat uw hartslag rond het
middelste getal van uw trainingszone ligt.
Aerobic oefening
Uw oefening moet aerobic zijn als het uw doel is uw
cardiovasculair systeem te verbeteren. Een aerobic
oefening is een activiteit met een hogere zuurstof toe-
voer voor een langere tijd. Deze hogere intensiteit
vraagt een grotere prestatie van uw hart om bloed
naar uw spieren te pompen. Het vereist ook een gro-
tere prestatie van uw longen om het bloed van zuurstof
te voorzien. Stel de snelheid en de helling van de loop-
band bij totdat uw hartslag rond het hoogste getal van
uw trainingszone ligt als u een aerobic oefening wilt
uitvoeren.
RICHTLIJNEN VOOR UW OEFENING
Iedere oefening moet uit de volgende drie onderleden
bestaan:
Opwarming—Begin iedere oefening met een opwarm-
fase door 5 à 10 minuten de spieren te strekken en
wat lichte oefeningen te doen. Een juiste opwarmoefe-
ning verhoogt uw lichaamstemperatuur , uw hartslag
en bevordert uw bloedsomloop als voorbereiding op
uw oefening.
Oefening in uw trainingszone—Verhoog de intensi-
teit van uw oefening na het opwarmen zodat uw hart
-
slag binnen uw trainingszone valt. Houdt dit 20 à 60
minuten vol. (Beperk tijdens de eerste paar weken van
uw oefenprogramma uw oefening tot 20 minuten).
Haal diep en regelmatig adem. Houdt nooit uw adem
in.
Afkoeling—Beëindig uw oefening weer met 5 à 10 mi
-
nuten strekoefeningen. Dit zal de soepelheid van uw
spieren bevorderen en problemen helpen voorkomen
na de oefening.
OEFENFREQUENTIE
Om uw conditie te consolideren of te verbeteren moet
u 3 keer per week oefenen met minstens een dag rust
tussen de oefendagen. Na een paar maanden kunt u
als u dat wilt 5 keer per week oefenen. Om succes te
hebben is het belangrijk om plezierig en regelmatig te
oefenen.
RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE
WAARSCHUWING:
Raadpleeg uw huisarts voor u met dit of enig
ander oefenprogramma begint. Dit is bijzon-
der belangrijk voor mensen ouder dan 35 of
mensen met gezondheidsproblemen. Lees
alle instructies door voor gebruik.
De pols-sensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren zoals beweging van de
gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de
hartslag metingen beïnvloeden. De pols-sen-
sor is alleen als hulpmiddel bedoeld voor al-
gemene hartslag meting.
29
VOORGESTELDE STREKOEFENINGEN
D
e juiste houding voor de strekoefeningen is hier rechts getoond. Strek u langzaam, vermijdt krachtige inspan-
ning.
1. Tenen aanraken
Sta met uw knieën lichtjes gebogen en buig uw lichaam vanuit uw
heupen naar voren. Ontspan uw rug en schouders zo veel mogelijk
en reik zover mogelijk naar uw tenen toe. Houdt deze houding 15
seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,
achterkant van knieen en rug.
2. Kniepees strekken
Zit met één been gestrekt. Trek uw andere voet naar u toe en leg
deze tegen de binnenkant van het gestrekte been. Reik zover mo-
gelijk naar uw tenen. Houdt deze houding 15 seconden vol en ont-
span. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,onderrug en lies.
3. Kuit/achillespees strekken
Leun met het ene been voor het andere, naar voren en plaats uw
handen tegen de muur. Houdt uw achterste been gestrekt en uw
achterste voet plat op de grond. Buig uw voorste been, leun naar
voren en duw uw heupen naar de muur toe. Houdt deze houding 15
seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been. Om
uw achillespees verder te strekken, buig ook uw achterste been.
Spieren: kuiten, achillespees en enkels.
4. Dijspier strekken
Pak met één hand tegen de muur voor evenwicht, uw voet met uw
andere hand vast. Breng uw voet zo ver mogelijk tegen uw zitvalk
aan. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit
3 keer voor ieder been. Spieren: dijspier en heupspieren.
5. Binnendij strekken
Zit met de voetzolen tegen elkaar en knieën naar buiten gebogen.
Haal uw voeten zover mogelijk naar uw lies toe. Herhaal dit 3 keer.
Spieren: dijspier en heupspieren.
1
2
3
4
5
30
LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. PETL40706.1 R0408A
O
nder-deel
n
r. Aantal Beschrijving
O
nder-deel
n
r. Aantal Beschrijving
1 2 Sticker Isolator
2 8 3/4” Tek Schroef
3 26 Schroef
4 1 Grendel
5 8 Schroef voor de Voetleuning
6 4 Voorste Isolator
7 4 Tussenring van de Isolator/voor de
Achterroller
8 10 Sterring
9 2 Bout van het Loopplatform, Achterkant
10 2 Bout van het Loopplatform, Voorste
11 4 Loopband Geleider Schroef
12 2 Loopband Geleider
13 2 Motorisolatie
14 1 Elektriciteitssnoer Adapter
15 2 Schakelbout van het Onderstel
16 1 Linker Voetkussentje
17 1 Rechter Voetkussentje
18 11 U-vormige beugel
19 1 Statischer Aufkleber
20 1 Dwarsstang
21 1 Montage van Sluitpen
22 6 1” Tek Schroef
23 1 Motorkap
24 2 Bout van de Motor
25 2 Klip Schokdempergen
26 1 Riem van de Motor
27 1 Aandrijvings Motor
28 2 Tussenring van het Onderstel
29 1 Montage Contactdoos
30 1 Filter Draad
31 2 Bout van het Liftonderstel
32 6 Slotmoer
33
18
1/2” Schroef
34 1 Bedieningspaneel
35 2 Schroef voor Ventilator
36
1
Elektriciteitssnoer
37 1 Ventilator van het Bedieningspaneel
38 1 Controller
39 1 Beugel voor Elektronica
40 3 Sterring van de Roller
41 1 Kap
42 1 Huls van Voorste Roller
43 1 Liftonderstel
44 2 Beschermkapje voor de Staander
45 1 Bout van de Voorste Roller
46 1 Magneet
47 1 Voorste Roller
48 1 Loopband
49 1 Loopplatform
50 1 Filter
51 1 Achterroller
52 1 Linker Achter Beschermkapje
53 2 Bout van de Achterroller
54 1 Rechter Achter Beschermkapje
55 1 Inbussleutel
56 1 Houder van de Helling Stop
57 1 Aardingsdraad
58 1 Onderstel
59 1 Onderkap
60 1 Beugel voor Sensor
61 1 Sensorklip
62 1 Voorste Wieltje Moer
63 1 Sensor
64 8 Botu van de Handleuning/van het
Verlengstuk van het Been
65 2 Einkapje van de Handleuning
66 4 Sterring
67 1 Tranformator
68 2 Gevaar Sticker
69 1 Waarschuwingssticker
70 2 Moer van het Platform
71 12 Kabelbevestiging
72 1 Haarspeld Pen, Onderste
73 1 Bemanteling van het Veerslot
74 3 Verbindingsklip
75 1 Verbinding
76 1 Deurtje
77 1 Draadkoker van de Staander
78 1 Kabelbevestiging
79 1 Sleutel/Klip
80 2
Voorwiel
81 2 Bout van het Wiel
82 6 Kussen van de Basis
83
9
3/4” Schroef
84 1 Staander
85 1 Basis van het Bedieningspaneel
86 1 Haarspeld Pen, Boven
87 2 Haarpen-wigpen
88 1 Hellingmotor
89 2 Verlängerungsstange
90 2 Houder van de Achterroller
91 2 Isolator
92 1 Schokdemper
93 2 Beugel voor Isolator
94 2 Moer van de Isolator, Bovenste
31
95 1 Tussen Schakelbout
96 1 Arm Tussenstuk
9
7 1 Tussenarm
98 1 Veer Tussenarm
9
9 1 Tussenring van de Tussenarm
100 1 Tussenmoer
101 1 Tussenkatrol
102 1 Katrolbout
103 1 Linker Handleuning
104 1 Rechter Handleuning
105 9 Schroef van de Motorkap
1
06 2 Lange Bout van de Handleuning
# 1 6" Blauwe Draad, 2 w.
#
1 4” Rode Draad, F/M
# 1 Gebruiksaanwijzing
# Deze onderdelen woorden niet getoond.
Specificaties kunnen zonder aankondiging veranderen.
16
5
9
12
11
15
10
46
47
10
49
48
9
58
51
53
40
52
54
33
57
53
12
15
55
70
70
11
69
5
5
5
83
83
93
94
1
1
94
5
5
90
90
93
91
6
3
40
17
91
2
2
7
7
5
5
4
3
7
7
3
6
6
3
3
6
32
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL40706.1 R0408A
63
2
3
59
60
83
2
33
61
83
83
2
2
2
3
83
23
105
41
105
105
105
105
3
28
43
28
32
32
62
66
2
7
26
42
24
33
36
101
95
102
98
97
99
96
100
18
30
33
66
33
38
33
33
3
9
29
66
33
50
67
14
13
72
87
86
88
56
87
45
40
33
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL40706.1 R0408A
3
73
18
77
2
0
18
65
8
64
8
3
3
3
3
8
6
4
8
3
3
3
3
84
82
22
82
22
68
68
8
31
32
3
44
3
44
31
32
21
92
25
33
77
81
32
80
82
22
89
82
22
82
22
64
81
32
80
82
22
89
8
64
18
18
65
104
8
106
18
18
8
103
106
3
3
34
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL40706.1 R0408A
3
76
79
75
33
74
71
34
85
3
3
3
19
37
35
35
33
78
35
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL40706.1 R0408A
Onderdeel Nr. 250193 R0408A Gedrukt in China © 2008 ICON IP, Inc.
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Om vervang onderdelen voor uw loopband te bestellen, neem dan a.u.b. contact op met de winkel waar u dit appa-
r
aat hebt gekocht. Zorg ervoor dat u de volgende informatie bij de hand hebt wanneer u onderdelen wilt bestellen:
het MODELNUMMER van het produkt (PETL40706.1)
de NAAM van het produkt (PROFORM 485 CX loopband)
het SERIENUMMER van het produkt (zie de kaft van de handleiding)
het NUMMER VAN HET ONDERDEEL en de BESCHRIJVING (zie LIJST MET ONDERDELEN op pagina 26
en 27 en de GEDETAILLEERDE TEKENING in het midden van deze handleiding)

Documenttranscriptie

Modelnummer PETL40706.1 Serienummer Sticker met serienummer VRAGEN? Als fabrikant zijn wij gesteld op uw volledige tevredenheid. Mocht u nog vragen hebben, mochten sommige onderdelen ontbreken of beschadigd zijn neem dan contact op met de winkel waar u dit produkt hebt gekocht. WAARSCHUWING Lees alle instructies en voorzorgsmaatregelen in deze handleiding door voordat u dit apparaat gaat gebruiken. Bewaar deze handleiding voor verdere raadpleging. GEBRUIKSAANWIJZING INHOUD BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3 VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5 MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6 GEBRUIK EN BIJSTELLEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .11 DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24 PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26 RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28 LIJST MET ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30 GEDETAILLEERDE TEKENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32 HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laataste Pagina PROFORM is een merk van ICON IP, Inc. 2 BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN WAARSCHUWING: Lees de volgende belangrijke voorzorgsmaatregelen en informatie door voordat u de loopband gaat gebruiken om het risico op brandwonden, brand, electrische schok of persoonlijk letsel te verminderen. niet wanneer het electrische snoer of stekker beschadigd is. Gebruik de loopband niet als hij niet goed werkt. (Zie PROBLEMEN OPLOSSEN op pagina 26 als de loopband niet goed werkt.) 1. Het is de verantwoordelijkheid van de eigenaar zich te ervan te overtuigen dat alle gebruikers van de loopband voldoende op de hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en waarschuwingen. 13. Lees de noodstopprocedure grondig door en test de procedure voordat u de loopband gebruikt (raadpleeg HOE DE STROOM IN TE SHAKELEN op pagina 13). 2. Gebruik de loopband alleen zoals beschreven is. 3. Plaats de loopband op een vlakke ondergrond met minstens 2,5 m ruimte rondom ruimte achter de loopband en 0,5 m ruimte aan iedere kant van de loopband. Zorg ervoor dat de loopband geen luchtopeningen, luchtroosters blokkeert. Leg een kleed onder de loopband om de vloer te beschermen. 14. Start de loopband nooit wanneer u op de band staat. Houdt u altijd vast aan de handleuningen wanneer u de loopband gebruikt. 15. De loopband kan een hoge snelheid bereiken.Stel de snelheid geleidelijk bij om schokkende versnellingen te voorkomen. 4. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de loopband niet in een garage, op een overdekt terras of bij water. 16. De pols-sensor is geen medisch instrument. Verschillende factoren zoals beweging van de gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de metingen beïnvloeden. De pols-sensor is alleen als hulpmiddel bedoeld voor algemene hartslag meting. 5. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen gebruikt worden of waar zuurstof wordt toegevoegd. 17. Laat de loopband nooit alleen als het oefentoestel ingeschakeld is. Verwijder altijd de sleutel en trek de stekker uit het stopcontact als u de loopband niet gebruikt. 6. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en huisdieren bij de loopband vandaan. 7. De loopband kan alleen door mensen die minder dan 136 kg wegen worden gebruikt. 18. Voltooi eerst de montage van de loopband voordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst. (Zie MONTAGE op pagina 6 en DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op pagina 24.) U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de loopband te kunnen uitklappen, inklappen of verplaatsen. 8. Laat nooit meer dan een persoon op de loopband. 9. Draag geschikte kleding wanneer u de loopband gebruikt. Draag geen losse kleding die in de loopband verstrikt kan raken. Sportkleding voor mannen en vrouwen aanbevolen. Gebruik de loopband nooit op blote voeten, op sokken of op sandalen. Draag altijd sportschoenen. 19. Zorg ervoor dat de sluitknop volledig gesloten is voordat u de loopband inklapt of verplaatst. 20. U zult een “piep” geluid horen wanneer tijdens het gebruik van de iFIT.com programma’s de snelheid en/of de hellingstand van de loopband veranderd wordt/worden. Luister naar het “piep” geluid en ben er op voorbereid dat de snelheid en/of hellingstand van de loopband gaat/gaan veranderen. In sommige gevallen kan de snelheid en/of hellingstand veranderen voordat de persoonlijke trainer dat aangeeft. 10. Steek de stekker alleen in een geaard stopcontact (zie pagina 11). Geen elk ander apparaat moet zich op dezelfde groep bevinden. 11. Houdt de stekker bij hete oppervlaktes vandaan. 12. Loop nooit op de loopband wanneer de electriciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loopband 3 FR 21. U kunt wanneer u dat wilt tijdens het gebruik van de iFIT.com programma’s handmatig de snelheid en hellingstand aanpassen door op de snelheid en helling toetsen te drukken. De snelheid en hellingstand instellingen van de programma’s zullen worden aangepast wanneer u nochtans een “piep” geluid hoort. 25. na gebruik van de loopband uit het stopcontact. Eveneens de stekker uit het stopcontact trekken vóór het schoonmaken van de loopband, voor het plegen van onderhoud en voor het bijregelen zoals beschreven is in deze handleiding. Verwijder nooit de motorkap tenzij een technicus dat aangeeft. Ander onderhoud dan datgene wat vermeld staat in deze handleiding moet door een technicus uitgevoerd worden. 233005 22. Haal altijd de iFIT.com CD’s en video’s uit uw CD- of videospeler en maak uw MP3 speler los wanneer u deze niet gebruikt. 23. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog goed vast zitten en verstevig ze indien nodig. 24. Steek nooit iets in welke opening dan ook. GEVAAR: Trek de stekker altijd direct 26. Deze loopband is alleen voor huiselijk gebruik bedoeld. Gebruik de loopband niet commercieel of voor verhuur. Hand and Foo WAARSCHUWING: Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of enig ander oefenprogramma begint. Dit is bijzonder belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezondheidsproblemen. Lees alle instructies door voor gebruik. ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade door het gebruik van dit Produkt. BEWAAR DEZE INSTRUCTIES De stickers hier getoond zijn op uw looband geplakt. Let erop dat de tekst op de stickers in het Engels is. Zoek naar de stickers in het Nederlands en plak ze over de engelse stickers. Als er een sticker onbreekt, of niet leesbaar is, neem dan contact op met de winkel waar u dit apparaat hebt gekocht (zie laatste pagina van deze handleiding). Plak de stickers op de aangegeven plaatsen. Opmerking: het etiket is niet op ware grootte afgebeeld. SP IT 233006 4 English Tra GR DU VOORDAT U BEGINT Fijn dat u voor de nieuwe PROFORM® 485 CX loopband gekozen heeft. De 485 CX loopband combineerd geavanceerde technologie met huidig ontwerp om uw het meeste uit uw oefening thuis te krijgen. En wanneer u de loopband niet gebruikt kunt u de 485 CX loopband inklappen zodat hij minder ruimte in beslag neemt dan andere loopbanden. Neem mocht u nog vragen hebben contact op met de winkel waar u de loopband heeft gekocht. Zorg ervoor dat u het modelnummer en het serienummer bij de hand heeft. Het modelnummer is PETL40706.0. Het serienummer bevindt zich op een sticker op de loopband (zie kaft van deze handleiding). Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de tekening hieronder en de verschillende onderdelen. Lees deze handleiding voor uw eigen welzijn zorgvuldig door voordat u de loopband gebruikt. Accessoire Houder Bedieningspaneel Pols-sensor Sleutel/Klip Handleuning Sluitknop Stroomonder-breker Aan/Uit Knop Loopband Voetkussentje ACHTERKANT Loopplatform met Kussen voor maximaal oefencomfort RECHTERKANT Bijstelbouten voor de Achterroller 5 MONTAGE Handrail Bolt (20)–4 De montage van deze loopband moet door twee mensen gebeuren. Plaats de loopband op een open plek en verwijder de verpakking. Gooi de verpakking pas weg wanneer u de loopband volledig gemonteerd heeft. Aandacht: De onderkant van de loopband is met een hoogwaardig smeer behandeld. Het kan zijn dat tijdens het vervoer wat van het middel op de bovenkant van de loopband terecht is gekomen of zich in de verpakking bevindt. Dit is normaal en tast de prestatie van de loopband niet aan. Mocht er wat van het middel op de bovenkant van de loopband bevinden, veeg dit dan met een zachte lap gewoon weg. Latch Screw, uw eigen kruiskopschroevendraaier Tijdens de montage zult u de meegeleverde inbussleutels (XXX)–2 , en rubber hamer . Gebruik deScrew tekeningen 3/4” Tek (58)–8 hieronder tijdens de montage van de fiets om de kleine onderdelen te herkennen. Het nummer tussen haakjes onder iedere tekening is het nummer van het onderdeel op de LIJST MET ONDERDELEN op pagina 30 en 31. Het getal na de haakjes geeft het aantal onderdeeltjes aan wat nodig is Screw (3)–2 voor de montage. Aandacht: Sommige kleine onderdelen kunnen al gemonteerd zijn. Wanneer een onderdeel zich niet in de zak met onderdelen bevindt, kijk dan om te zien of het al gemonteerd is. Om schade aan de plastic onderdelen te vermijden, gebruik nooit elektrisch gereedschap voor de montage. 1” Tek Schroef (22)–4 Schroef (3)–15 Sterring (8)–10 Botu van de Handleuning/van het Verlengstuk van het Been (64)–8 1/2” Schroef (33)–1 1/ Lange Bout van de Handleuning (106)–2 W 1. Zorg ervoor dat het snoer uit het stopcontact getrokken is. 1 82 84 Met de hulp van een tweede persoon, leg zoals getoond de loopband voorzichtig op zijn linkerkant. Klap het Onderstel (58) gedeeltelijk op zodat de loopband meer stabiel is. Klap de loopband niet helemaal op totdat de montage voltooid is. 82 77 22 89 Maak een Verlängerungsstange (89) aan de onderkant van de Staanders (84) vast zoals getoond. Zorg er ook voor dat de Draadkoker van de Staander (77) niet gekneld raakt. Gebruik mocht dat nodig zijn een rubberen hamer om het Verlengstuk van het Been volledig in te slaan. Steek dan twee Bouten van het Verlengstuk van het Been (64) met twee Sterringen (8) in de onderkant van het Verlengstuk en draai de Bouten van het Verlengstuk van het 5” Bolt (106)–2 Been strak vast. 8 64 58 Maak twee Ronde Basiskussentjes (82) op de basis van de Staanders (84) vast met twee 1” Tek Schroeven (22). 6 2. Til, met hulp van een tweede persoon, de loopband voorzichtig op zijn rechterkant zoals aangegeven. Klap het Onderstel (58) maar gedeeltelijk zodat de loopband stabieler is. Klap de loopband pas volledig in wanneer de montage voltooid is. 2 82 84 82 22 Steek het andere Verlengstuk van het been (89) in de basis van de Staanders (84) zoals getoond. Steek dan de twee Bouten van het Verlengstuk van het Been (64) met twee Sterringen (8) in de onderkant van het Verlengstuk en draai de Bouten van het Verlengstuk van het Been strak vast. 89 8 64 58 Maak twee Ronde Basiskussentjes (82) op de basis van de Staanders (84) vast met twee 1” Tek Schroeven (22). Met de hulp van een tweede persoon, til de loopband voorzichtig op totdat de vier Kussens van de Basis (82) op de grond staan en de Staanders (84) in verticale positie staan. 3 3. Leg de Linker Handleuning (103) op de grond. Schuif het linker uiteinde van de Dwarsstang (20) op de borglip van de Linker Handleuning en draai twee Schroeven (3) met uw vingers in de Dwarsstang en de borglip. Draai de Schroeven nog niet de vast. 3 104 Tab 20 Schuif de borglip op de Rechter Handleuning (104) in de rechterkant van de Dwarsstang (20) en draai twee Schroeven (3) met uw vingers in de Dwarsstang en de borglip. Draai de Schroeven nog niet de vast. 3 103 Flap 4. Laat een tweede persoon de Handleuning (103, 104) bij de Staanders (84) vasthouden. Steek de Draadkoker van de Staander (77) door de grote gaten in de Rechter Handleuning, zoals getoond. 4 64 103 104 8 Plaats dan de handleuningen (103, 104) op de Staanders (84). Laat de Draadkoker van de Staander (77) niet in de rechter Handleuning vallen. 64 8 77 Maak de Handleuningen (103, 104) aan de Staanders (84) vast met vier Bouten voor de Handleuning (64) en vier Sterringen (8); draai de vier Bouten in de Handleuning maar draai ze nog niet strak vast. 84 84 7 grote Gaten 5. Maak de onderste uiteinden van de Handleuningen (103, 104) aan de Staanders (84) vast met twee Lange Bouten voor de Handleuning (106) en twee Sterringen (8); draai beide Bouten in de Handleuning en draai ze strak vast. 5 64 84 106 Draai de vier Bouten van de Handleuning (64) (slechts twee worden getoond). 8 Zie stap 3. Draai de vier Schrauben (3) stevig vast. 84 103 8 106 104 6. Terwijl een tweede persoon het onderstel van het bedieningspaneel bij de Linker Handleuning (103) houdt, maak de aardingsdraad aan het aangegeven gat in de Linker Handleuning vast met een 1/2" Schroef (33). 6 Aarding sdraad 33 Gat 103 Bedieningspaneelonderstel 7. Terwijl een tweede persoon het onderstel van het bedieningspaneel blijft vasthouden, zoek de draadkoker van het bedieningspaneel aan de achterkant van het onderstel van het bedieningspaneel. 7 Draadharnas van het Bedieningspaneel Sluit de draadkoker van het bedieningspaneel aan op de Draadkoker van de Staander (77). Zorg ervoor dat u de connectors goed aansluit (zie de afbeelding). De connectors moeten gemakkelijk naast elkaar schuiven en op hun plaats klikken. Als dit niet het geval is, moet u één connector draaien en het opnieuw proberen. ALS DE CONNECTORS NIET GOED ZIJN AANGESLOTEN, KAN HET BEDIENINGSPANEEL BESCHADIGD RAKEN WANNEER DE STROOM WORDT INGESCHAKELD. 77 77 Bedieningspaneel -onderstel 104 Steek dan de connectoren in de Rechter Handleuning (104). 8 8. Plaats het onderstel van het bedieningspaneel op de Dwarsstang (20). Zorg ervoor dat de draden niet gekneld raken. Zorg ervoor dat de aardingsdraad (zie stap 6) en de draadkoker van het bedieningspaneel (zie stap 7) in het aangegeven kanaal zitten. 8 Bedieningspaneel-onderstel Kanaal Draai vijf Schroeven (3) met uw vingers in de Dwarsstang (20) en het onderstel van het bedieningspaneel. Draai de vijf schroeven nog niet strak vast. Steek geen Schroeven in de aangegeven gaten. 20 3 3 3 Geen Schroeven 9. Draai nog vier Schroeven (3) met uw vingers in het onderstel van het bedieningspaneel. Draai dan de negen Schroeven van stap 8 en deze stap strak vast; draai de Schroeven niet te strak vast. 9 Bedieningspaneel-onderstel 3 3 10. Maak de Bemanteling van het Veerslot (73) aan de Linker Staander (84) vast met twee Schroeven (3). Zorg ervoor dat het grote gat in de Bemanteling van het Veerslot aan de getoonde kant zit. Draai de Schroeven niet te vast. 10 84 73 Als de pen niet vooraf in de Bemanteling van het Veerslot (73) geïnstalleerd is, verwijder dan de knop van de pen. Zorg ervoor dat de kraag en de veer zich zoals getoond op de pen bevinden. Plaats de pen in de Bemanteling van het Veerslot en draai de knop weer vast. Knop 3 Veer Pen Groot Gat Sluit het netsnoer aan zoals beschreven op bladzijde 11, en schakel de netstroom in zoals beschreven op bladzijde 13. Opmerking: De loopband kan automatisch naar het hoogste hellingsniveau stijgen en dan naar het laagste niveau terugkeren. 9 Kraag 11.Plaats de loopband in de opbergpositie (raadpleeg DE LOOPBAND OPKLAPPEN EN VERPLAATSEN op pagina 24). 11 25 Plaats dan het cilinderuiteinde van de Schokdemper (92) aan de beugel aan de basis van de Staanders (84). 84 25 Zie de twee kleine ingevoegde afbeelding. Met uw nagel of met het uiteinde van een schroevendraaier, druk op het uiteinde van de Schokdemperpen (25) om de pen van de Schokdemper (92) los te maken. Draai de Schokdemperpen dan rond en trek de pen uit de Schokdemper. U moet voorzichtig handelen zodat u de Schokdemperpen niet verliest. 92 Houder 25 Cilinder 11a Raadpleeg tekening 11a. Druk het cilinderuiteinde van de Schokdemper (92) op het bolletje van de beugel. Steek het uiteinde van de Schokdemperpen (25) door twee van de kleine gaatjes aan het uiteinde van de Schokdemper. Draai de Schokdemperpen dan rond tot het op de Schokdemper klikt. 25 92 Houder 12 12.Zet de Schokdemper (92) rechtop in verticale stand. Verwijder de Schokdemperpen (25) van het uiteinde van de Schokdemper dat rechtop staat, zoals beschreven in stap 11. Als het nodig is, draai de Schokdemper rond zodat het uiteinde van de Schokdemper op dezelfde lijn komt als het bolletje op de beugel van het Onderstel (58). Druk dan op de toetsen om de Helling te vergroten of te verkleinen totdat het bolletje op de beugel op dezelfde lijn ligt als de Schokdemper (92). Druk dan het uiteinde van de Schokdemper op het bolletje. Opmerking: Het kan gebeuren dat u het uiteinde van de Schokdemper op het bolletje moet drukken terwijl het Onderstel beweegt. 58 Houder 25 92 12a Gaten Raadpleeg tekening 12a. Plaats de Schokdemperpen (25) in de twee kleine gaatjes vermeld aan de uiteinde van de Schokdemper (92). Draai dan de Schokdemperpen rond totdat de pen op de Schokdemper klikt. Opmerking: Er zijn Extra Schokdemperclips inbegrepen. 25 92 Druk op de Hellingafname [INCLINE] toets en stel de hellingstand in de laagste positie. Trek vervolgens de stekker uit het stopcontact en laat het Onderstel (58) zacht zakken op de grond. 13. Zorg ervoor dat alle onderdelen vast zijn gedraaid voordat u de loopband gebruikt. Bewaar de meegeleverde sleutel op een veilige plaats. U zult de sleutel nog nodig hebben om de loopband bij te stellen (zie pagina 27). Leg een matje onder de loopband om uw vloerbedekking te beschermen. 10 GEBRUIK EN BIJSTELLEN DE AL INGESMEERDE LOOPBAND Uw loopband is voorzien van een band die al met een hoogwaardig smeermiddel is behandeld. BELANGRIJK: Behandel de band of het loopplatform nooit met silicone spray of enig ander middel. Als uw dat doet zult u de loopband beschadigen. HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE STEKEN De stekker moet geaard zijn. Mocht het niet goed functioneren geeft de aarding de laagste weerstandspad voor de electriciteit om zodoende het risico van electrische schok te verminderen. Een snoer en geaarde stekker zijn bijgeleverd. Belangrijk: Als het snoer beschadigd is moet u het vervangen met een door de fabrikant aanbevolen snoer. Bekijk tekening 1. Steek het aangegeven eind van het snoer in het stopcontact van de loopband. Bekijk tekening 2. Steek het snoer in een goed geinstalleerd en geaard stopcontact die overeenkomt met alle plaatselijke regelingen. Belangrijk: De loopband kan niet op een stopcontact met onderbreker van de grondfout circut gebruikt worden. 1 2 Stopcontact van de Loopband Stopcontact F FR GEVAAR: Een verkeerd stopcontact (zonder aarde) kan tot een electrische schok leiden. Laat een elektricien de aarding nakijken als u niet zeker van bent dat het stopcontact goed geaard is. Knoei niet aan de stekker van het apparaat. Laat een elektricien een nieuwe stekker monteren als de stekker niet in het stopcontact past. I IT 11 SCHEMA VAN HET BEDIENINGSPANEEL Aandacht: Het kan zijn dat er op het bedieningspaneel een plastic vel zit. Klip Sleutel DE STICKER MET WAARSCHUWING PLAKKEN Het bedieningspaneel kent tevens de nieuwe iFIT.com interactieve technologie. De iFIT.com technologie werkt als een persoonlijke trainer bij u thuis. Met een audio snoer kunt U de loopband op uw geluidssysteem, uw portable stereo, computer, of video speler aansluiten en de speciale iFIT.com MP3, CD en video programma’s afspelen (MP3’s, CD’s en video’s zijn apart te koop). De iFIT.com programma’s regelen automatisch de loopband en geven duidelijk aan hoe u uw snelheid moet toepassen net zoals een trainer dat doet tijdens uw training. Enerverende muziek motiveert extra. Bezoek www.iFIT.com om iFIT.com MP3 programma’s te downloaden. Bel om iFIT.com CD’s of videocassettes raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing. De waarschuwing op het bedieningspaneel is in het engels. Deze waarschuwing bestaat ook in diverse talen op het inbegrepen vel. Plak de sticker met uw taal op het bedieningspaneel. FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL Het bedieningspaneel van de loopband is voorzien van verschillende functies om het meest doeltreffend te oefenen. U kunt wanneer u de handmatige instelling kiest de snelheid en de hellingstand van de loopband veranderen door een druk op een toets. Het bedieningspaneel zal U tijdens uw oefening voortdurend feedback geven. U kunt zelfs uw hartslag meten met de ingebouwde optionele hartslagsensor of borstriem (zie bladzijde 23). Wanneer de loopband op uw computer is aangesloten, kunt U ook onze website www.iFIT.com bekijken en daar basis programma’s direct van internet oproepen. Raadpleeg de website voor meer informatie. Het bedieningspaneel heeft tien verschillende trainingsprogramma’s. Elk trainingsprogramma regelt automatisch de snelheid en de helling van de loopband tijdens een doeltreffende oefening. Daarnaast heeft het bedieningspaneel ook twee hartslagprogramma’s. Elk hartslagprogramma stelt de snelheid en de helling van de loopband automatisch bij om uw hartslag zo dicht mogelijk bij de doelhartslag te houden tijdens uw oefening. Aandacht: U moet de borstkas-sensor dragen om een hartslagprogramma te gebruiken. Om het controlepaneel handmatig te bedienen, volg de stappen beginnende op bladzijde 13. Om een trainingsprogramma te gebruiken, raadpleeg pagina 15. Om een programma voor de hartslag te gebruiken, zie bladzijde 16. Om een iFIT.com MP3, CD, of video programma te gebruiken, zie bladzijde 20. Om een iFIT.com programma onmiddellijk van onze Website te gebruiken, zie bladzijde 22. 12 HOE DE STROOM IN TE SHAKELEN De stekker in het stopcontact steken (zie pagina 11). Zoek naar de aan/uit knop bij het snoer van de loopband. Plaamts de aan/uit knop in de aan positie. gen met een snelheid van 2 Km/u. Als u een oefening doet, kunt u de snelheid van de loopband wijzigen door op de Versnellings- of Vertragings-toetsen [SPEED] te drukken. Telkens als u op een toets drukt, zal de snelheid worden gewijzigd met 0,1 Km/u; als u de toets ingedrukt houdt, dan zal de snelheid met 0,5 Km/u verhogen. Opmerking: Als u de toetsen hebt ingedrukt, kan het enkele seconden duren voordat de gewenste snelheid wordt bereikt. Aan Positie Ga op de voetenkussentjes van de loopband staan. Zoek naar de klip die aan de sleutel vast zit (zie tekening op pagina 12) en maak de klip aan de tailleband van uw kleding vast. Steek vervolgens de sleutel in het bedieningspaneel. De display zal oplichten. Belangrijk: U kunt in geval van nood, de sleutel uit het bedieningspaneel trekken. Hierdoor zal de loopband langzaam tot stilstand komen. Test de klip door voorzichtig een paar stappen achteruit te zetten totdat de sleutel uit het bedieningspaneel wordt getrokken. Als de sleutel niet uit het beningspaneel komt, stel dan de lengte van de klip bij. Wanneer u een van de genummerde snelheidstoetsen indrukt zal de loopband geleidelijk toenemen in snelheid totdat de gekozen snelheidsinstelling bereikt is. Om de loopband te stoppen, druk op de Stoptoets. De tijd zal beginnen te flikkeren op de display. Om de loopband opnieuw te starten, druk op de Start-toets, de Versnellingstoets of een van de genummerde toetsen. Aandacht: Bekijk tijdens de eerste paar minuten de ligging van de band en stel deze bij mocht het nodig zijn (zie pagina 27). HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE GEBRUIKEN 1 4 De sleutel volledig in het bedieningspaneel steken. Druk om de helling van de loopband te veranderen, op de Hellings[INCLINE] toename en afname toetsen. Ieder keer als de toets wordt ingedrukt zal de helling van de loopband 0,5% veranderen. Opgelet: Nadat u op de toetsen heeft gedrukt kan het even duren voor de loopband de gekozen hellingstand bereikt. Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN hierboven. 2 Kies de handmatige instelling. Telkens als u de sleutel in het paneel steekt, dan wordt Piste automatisch de handmatige instelling geselecteerd. Als u een programma hebt geselecteerd, kunt u naar de handmatige modus terugkeren door herhaaldelijk op de Hartslagprogrammatoets te drukken totdat een piste op de display verschijnt. 3 De hellingstand van de loopband veranderen zoals gewenst. 5 Volg uw vorderingen op de display. De display zal een piste van 400 m aangeven wanneer de Piste handmatige instelling gekozen wordt. De indicators rond de piste zullen tijdens het lopen of rennen na elkaar verschijnen totdat de hele piste verschijnt. De piste zal dan verdwijnen en de indicators zullen weer opnieuw na elkaar verschijnen.. Start de loopband. Druk op de Start toets, de Snelheidstoename [SPEED] toets, of op een van de Snelheidstoetsen genummerd van 2 tot 18. Als de Starttoets of de Versnellingstoets wordt ingedrukt dan zal de loopband beginnen te bewe- 13 De linkerkant van de display zal de verlopen tijd [TIME], de afstand [DISTANCE] die u hebt gewandeld of gelopen, en de hellingsgraad [INCLINE] van de loopband. Aandacht: De display zal wanneer een programma gekozen wordt (met uitzondering van het programma 2 voor de hartslag ), de overblijvende tijd van het programma in plaats van de verlopen tijd aangeven. Om uw hartslag te meten, Stap vervolgens op de voetbalken en houdt de metalen contactpunten vast—beweeg uw handen niet. Als uw hartslag wordt waargenomen, verschijnt het hartsymbool in de rechterhoek onderaan de display. Eerst worden twee hartslagen weergegeven en daarna uw hartslagfrequentie. Houdt de contactpunten ongeveer 15 seconden vast voor het meest zuivere resultaat. 7 Druk op de Ventilator toets om de ventilator aan te doen. Om de ventilator op volle sterkte te laten draaien druk nogmaals op de knop. Druk, om de ventilator uit te schakelen, een derde keer op de knop. Aandacht: De ventilator zal een paar minuten nadat de loopband tot stilstand is gekomen automatisch uitgaan. De rechterkant van de display zal het aantal calorieën dat u bij benadering hebt verbrand, de snelheid [SPEED] van de loopband, en uw tempo [PACE] (in minuten per kilometer) aangeven. Als u een programma hebt geselecteerd, kunt u naar de handmatige modus terugkeren door herhaaldelijk op de Hartslagprogrammatoets te drukken totdat een piste op de display verschijnt. 8 Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wanneer u stopt met uw oefening. Ga op de voetkussentjes staan, druk op de Stoptoets en stel de hellingstand in de laagste positie. De helling van de loopband moet zich in de laagste stand bevinden wanneer u de loopband wilt opbergen anders kan de loopband beschadigd worden. Haal vervolgens de sleutel uit het bedieningspaneel en bewaar deze op een veilige plek. Aandacht: Het bedieningspaneel behoudt de demo instelling wanneer de displays en indicatoren blijven branden nadat u de sleutel heeft uitgetrokken. Zie pagina 23 om de demo instelling uit te schakelen. Opgelet: Het bedieningspaneel kan de snelheid en afstand in mijlen of kilometers aangeven. Op de rechterkant van de display wordt uw hartslag weergegeven als u de handsensoren of de optionele borstkassensoren gebruikt. Aandacht: Voor de eenvoud verwijzen alle instructies naar kilometers. Druk op de Stop-toets, haal de sleutel uit het bedieningspaneel en steek de sleutel weer in om de displays opnieuw in te stellen (te resetten). 6 Zet desgewenst de ventilator aan. De aan/uit knop bij het snoer van de loopband in de uit positie zetten wanneer u klaar bent met uw oefening en de stekker uit het stopcontact trekken. Uw hartslag meten als u dat wilt. Aandacht: Het bedieningspaneel zal wanneer u gelijktijdig Contactpunten de handgreep met polssensor en de optionele borstkas-sensor gebruikt uw hartslag niet goed aangeven. Verwijder eerst de plastic velletjes geplakt over de metalen contactpunten op de handleuning om de handgreep met hartslagsensor te gebruiken. Zorg er ook voor dat uw handen proper zijn. 14 De kolom van het Huidig Segment en de eerste kolom rechts zullen opflikkeren wanneer er nog maar drie seconden overblijven in het eerste segment. Er klinkt een serie geluidssignalen. Bovendien zullen de snelheid en/ou de helling opflikkeren wanneer de snelheid en de helling van de loopband gaan veranderen. HOE EEN TRAININGSPROGRAMMA TE GEBRUIKEN 1 De sleutel volledig in het bedieningspaneel steken. Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op pagina 13. 2 Wanneer het eerste segment voltooid is zullen alle instellingen een kolom naar links verplaatst worden. De snelheid voor het tweede segment wordt dan in de kolom van het Huidig Segment (welke opflikkert) aangegeven. De snelheid en de helling van de loopband zullen zich automatisch aan het tweede segment aanpassen. Opmerking: als alle lampjes in de kolom voor het huidige segment branden nadat de snelheidsinstellingen naar links zijn verplaatst, bewegen de snelheidsinstellingen omlaag zodat alleen de hoogste indicatoren in het programma-display worden getoond. Kies een trainingsprogramma. Om een van de trainingsprogramma’s te kiezen, druk herhaaldelijk op de Trainingsprogrammatoetsen totdat een van de programma-indicators (“P1” tot “P10”) op de display verschijnt. Als u een trainingsprogramma selecteert, dan zullen de duur van het programma, het hoogste hellingsniveau en de hoogste snelheid van het programma enkele seconden op de display flikkeren en een profiel van de snelheidsinstellingen van het programma zal over de display rollen. 3 Het programma zal zo doorgaan totdat de snelheidsinstelling van het laatste segment in de Huidige Segment kolom wordt aangegeven en het laatste segment eindigt. U kunt wanneer de snelheids- of de hellingsinstelling op enig moment tijdens het programma te hoog of te laag is deze handmatig bijstellen door op de Snelheids of Hellingstoetsen te drukken. Een bijkomende indicator zal gaan branden of uitgaan in de kolom van het Huidig Segment wanneer u een paar keer op de Snelheid toetsen drukt. (Als in enig van de kolommen rechts van de kolom van het Huidig Segment evenveel indicatoren opflikkeren als in de kolom van het Huidig Segment dan kan nog een indicator gaan branden of uitgaan in die kolommen.) Hoe de loopband dan ook zal wanneer het volgend segment van het programma start automatisch de snelheid en de helling voor het volgende segment instellen. Op de Start-toets of de Versnellings-toets drukken om het programma te starten. Even nadat u op de toets drukt zal de loopband automatisch de eerste snelheid en hellingstand van het programma instellen. Houdt u vast aan de handleuningen en begin te oefenen. Ieder programma is in 30, 50, of 60 segementen van elk één minuut verdeeld. Ieder segment heeft één instelling voor de helling en voor de snelheid. Opmerking: dezelfde snelheid en/of helling instelling(en) kan/kunnen voor twee of meerdere opeenvolgende segmenten worden geprogrammeerd. Druk op de Stop-toets om het programma tijdelijk te stoppen. De tijd zal op de display beginnen op te flikkeren. Druk op de Start-toets of the Sne-lheidstoename toets om het programma weer op te starten. De loopband zal met een snelheid van 2 km/h beginnen te draaien. De loopband zal wanneer het volgend segment van het programma begint automatisch de snelheid en de helling van het volgende segment instellen. Segment wird in der laufenden Segmentsäule des Huidig Segment displays gezeigt. Het hellingsniveau wordt niet in het bovenste deel van de display getoond. De snelheid voor de volgende segmenten wordt in de kolommen rechts aangegeven. 15 4 Volg uw vorderingen op de display. GEBRUIKSAANWIJZING VOOR HET OP HARTSLAG AFGESTEMDE PROGRAMMA Zie stap 5 op pagina 13. 5 Programma 1 voor de Hartslag zal automatisch de snelheid en helling van de loopband instellen om zodoende uw hartslag bij de na te streven hartslag die u gekozen heeft te houden. Hartslagprogramma 2 zal uw hartslag dichtbij een vooraf ingestelde doelhartslag houden. Uw hartslag meten als u dat wilt. Zie stap 6 op pagina 14. 6 Zet desgewenst de ventilator aan. WAARSCHUWING: Zie stap 7 op pagina 14. 7 Gebruik de programma’s voor de hartslag niet wanneer U hartklachten heeft of wanneer U ouder dan 60 en niet actief bent. Bespreek met uw huisarts, als u regelmatig medicijnen inneemt of de medicijnen uw oefening voor de hartslag kan beïnvloeden. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wanneer u stopt met uw oefening. Zie stap 8 op pagina 14. Volg onderstaande stappen om het op de hartslag afgestemde programma te gebruiken. 1 De borstkas-sensor dragen. Als dat gebeurt, raadpleeg dan de gebruiksaanwijzing van de borstkassensoren. 2 De sleutel volledig in het bedieningspaneel steken. Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op pagina 13. 3 Selecteer het op hartslag afgestemde programma. Om een hartslagprogramma te kiezen, druk herhaaldelijk op de Hartslagprogrammatoetsen totdat “P1” of “P2” op de display verschijnt. Een profiel van de na te streven hartslag instelling van het programma zal wanneer programma 1 voor de hartslag gekozen wordt op het schema verschijnen. Als hartslagprogramma 2 geselecteerd is, dan zal er een grafisch symbool met uw hartslag op de display verschijnen. 16 4 Segment en de kolom rechts opflikkeren en zult u een toon horen. De na te streven hartslaginstellingen zullen een kolom naar links verschuiven wanneer het eerste segment afloopt. De tweede na te streven hartslaginstelling zal dan in de kolom Huidig Segment worden aangegeven. Doel hartslag invoeren. Als hartslagprogramma 1 geselecteerd is, dan zal de maximale doelhartslag van het programma op de display verschijnen. Als u dat wilt, kunt u op de omhoog- of omlaagtoetsen naast de Hartslagprogrammatoets drukken om de maximale doelhartslag te wijzigen (zie INTENSITEIT VAN UW OEFENING op pagina 28). Opmerking: Als u de maximale doelhartslag wijzigt, dan zal de intensiteit van het hele programma veranderen. Het bedieningspaneel zal regelmatig tijdens beide programma’s voor de hartslag uw hartslag vergelijken met de na te streven hartslaginstelling. De snelheid van de loopband zal automatisch toeof afnemen om uw hartslag dichter bij door u na te streven hartslaginstelling te brengen. De helling van de loopband zal ook omhoog gaan wanneer uw hartslag nog steeds veel te laag is en de snelheid van de loopband 12 km/h is. Als hartslagprogramma 2 geselecteerd is, dan zal de doelhartslag van het programma op de display worden weergegeven. Als u dat wilt, kunt u op de omhoog- of omlaagtoetsen naast de Hartslagprogrammatoets drukken om de maximale doelhartslag te wijzigen (zie INTENSITEIT VAN UW OEFENING op pagina 28). Aandacht: Dezelfde hartslaginstelling blijft bestaan voor het hele programma. 5 Als de snelheid of helling te hoog of te laag is, kunt u deze instelling met de toetsen Snelheid en Incline bijstellen. De snelheid en/of de hellingstand van de loopband zal/zullen echter, telkens wanneer het bedieningspaneel uw hartslag met uw ten doel gestelde hartslag instelling vergelijkt automatisch toenemen of verminderen om uw hartslag dichter bij uw ten doel gestelde hartslag instelling te brengen. Op de Start-toets of de Versnellings-toets drukken om het programma te starten. Als uw hartslag tijdens het programma niet wordt gedetecteerd, dan zullen de letters “PLS” op de display beginnen te flikkeren. De snelheid en/of helling van de loopband kunnen automatisch beginnen te dalen. Even nadat u op de toets drukt zal de loopband automatisch de eerste snelheid en hellingstand van het programma instellen. Houdt u vast aan de handleuningen en begin te oefenen. Druk op de Stop-toets om het programma wanneer dan ook te stoppen. De tijd zal dan op de display opflikkeren. Druk op de Start-toets of the Snelheidstoename toets om het programma opnieuw te laten starten. De loopband zal met een snelheid van 2 km/h beginnen te draaien. De snelheid en/of helling van de loopband zullen automatisch veranderen wanneer het bedieningspaneel uw hartslag met de na te streven hartslag instelling vergelijkt om zodoende uw hartslag dichter bij de na te streven hartslag instelling te brengen. Hartslagprogramma 1 is verdeeld in 30 segmenten van een minuut. Wordt een doelhartslagniveau geprogrammeerd voor elk segment. (Aandacht: Dezelfde na te streven hartslaginstelling kan voor twee of meerdere segmenten worden geprogrammeerd.) Hartslagprogramma 2 is verdeeld in 100 segmenten van een minuut. Dezelfde hartslag-instelling kan worden geprogrammeerd voor opeenvolgende segmenten. Aandacht: Stop voor een kortere oefening gewoon het programma voordat deze eindigt. Als hartslagprogramma 1 geselecteerd is, dan zal de Huidig Segment doelhartslag voor het eerste segment in de flikkerende balk met het Huidige Segment van de display worden weergegeven. De volgende hartslaginstellingen zullen in de kolommen rechts worden aangegeven. Drie seconden voor het einde van het eerste segment zullen de kolom Huidig 6 Volg uw vorderingen op de display. Zie stap 5 op pagina 13. 7 Zet desgewenst de ventilator aan. Zie stap 7 op pagina 14. 8 Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wanneer u stopt met uw oefening. Zie stap 8 op pagina 14. 17 HOE OP UW PORTABLE STEREO AAN TE SLUITEN HOE UW LOOPBAND AAN TE SLUITEN OM IFIT.COM PROGRAMMA’S TE GEBRUIKEN Opgelet: Zie instructie A als uw stereo van een AUDIO OUT plug is voorzien. Zie instructie B als uw stereo van een 3,5 mm LINE OUT plug is voorzien. Zie instructie C als uw stereo alleen een PHONES plug heeft. Om de iFIT.com MP3 oder CD’s te kunnen gebruiken moet u de loopband op uw portable MP3 speler, CD speler, portable stereo, geluidssysteem of computer (met CD speler) aansluiten. Zie pagina’s 18 tot en met 19 voor instructies m.b.t. aansluiting. Om de iFIT.com programma’s van internet op te roepen moet u de loopband op uw computer aansluiten. Zie pagina 19 voor instructies m.b.t. aansluiting. Om de iFIT.com videocassettes te gebruiken moet u de loopband op uw video speler aansluiten. Zie pagina 20 voor instructies m.b.t. aansluiting. A. Steek het ene eind van de 3,5mm lange RCA stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek het andere eind in het AUDIO OUT contactpunt van uw stereo. A/B HOE OP UW MP3 SPELER ODER CD SPELER AAN TE SLUITEN AUDIO OUT A. Steek één eind van de meegeleverde 3,5mm bij 3,5mm stereo audio kabel in het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek het andere eind van de kabel in het contactpunt van uw MP3 speler of CD speller. Steek uw koptelefoon in het contactpunt van het bedieningspaneel. LINE OUT RIGHT LEFT AUDIO OUT LINE OUT RIGHT Audio Snoer LEFT A A B. Bekijk de tekening hierboven. Steek één eind van de 3,5mm bij 3,5mm lange stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek het andere eind van de kabel in het LINE OUT contactpunt van uw stereo. Aandacht: Steek uw koptelefoon niet in het contactpunt van het bedieningspaneel wanneer de kabel in het LINE OUT contactpunt zit. PHONES LINE OUT LINE OUT PHONES A Audio Snoer Koptelefoon C. Steek één eind van de 3,5mm bij 3,5mm lange stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek het andere eind in het PHONES contactpunt van uw stereo. Steek uw koptelefoon in het contactpunt van het bedieningspaneel.PHONES C PHONES Audio Snoer Koptelefoon 18 C C HOE OP UW GELUIDSSYSTEEM AAN TE SLUITEN HOE OP UW COMPUTER AAN TE SLUITEN Aandacht: Zie instructie A als uw systeem een LINE OUT contactpunt heeft die niet gebruikt wordt. Zie instructie B als het LINE OUT contactpunt in gebruik is. A. Steek één eind van de 3,5mm bij 3,5mm lange stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek het andere eind van de kabel in het LINE OUT contactpunt van uw computer. Aandacht: Steek uw koptelefoon niet in het contactpunt van het bedieningspaneel wanneer de kabel in het LINE OUT contactpunt zit. A. Steek één eind van de 3,5mm lange RCA stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek het andere eind in het LINE OUT contactpunt van uw stereo. Aandacht: Steek uw koptelefoon niet in het contactpunt van het bedieningspaneel wanneer de kabel in het LINE OUT contactpunt zit. A A LINE OUT CD VCR Amp LINE OUT LINE OUT Audio Snoer Audio Snoer A CD VCR Amp LINE OUT LINE OUT B. Steek één eind van de 3,5mm lange RCA stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek het andere eind in een RCA Y-adaptor (verkrijgbaar in electronica zaken). Haal vervolgens het snoer die nu in de LINE OUT plug zit uit deze CD plug en steek deze in de Y-adapter. Steek de Y-adapter in de VCR LINE OUT plug van uw stereo. Aandacht: Steek uw Amp van het bedienkoptelefoon niet in het contactpunt ingspaneel wanneer de Y-adaptor in het LINE OUT contactpunt zit. A A B LINE OUT CD VCR Amp Audio Snoer B LINE OUT RCA Yadapter Snoer verwijderd uit de LINE OUT plug B 19 HOE OP UW VIDEO AAN TE SLUITEN HOE DE IFit.COM MP3, CD EN VIDEO PRORAMMA’S TE GEBRUIKEN Aandacht: Zie instructie A als uw video speler een AUDIO OUT plug heeft die niet gebruikt wordt. Zie instructie B als de AUDIO OUT plug al in gebruik is. Zie instructie B als u een televisie heeft met ingebouwde video speler. Zie HOE OP UW GELUIDSSYSTEEM AAN TE SLUITEN op pagina 19 als uw video op uw geluidssysteem is aangesloten. De loopband moet aangesloten zijn op uw MP3 speler, CD speler, of video om iFIT.com MP3, CD, of video programma te kunnen gebruiken. Raadpleeg HOE UW LOOPBAND AAN TE SLUITEN OM IFIT.COM PROGRAMMA’S TE GEBRUIKEN op pagina 18 tot 20. Bezoek www.iFIT.com om MP3 programma’s te downloaden. Bel om iFIT.com cd’s of video’s te kopen het telefoonnummer, dat vermeld staat op de garantiekart de deze handleiding begeleidt. A. Steek één eind van de 3,5mm lange RCA stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek het andere eind in het LINE OUT contactpunt van uw video. Volg de stappen hieronder om een iFIT.com MP3, CD of video programma te gebruiken. A 1 ANT. IN VIDEO AUDIO IN RF OUT CH 3 4 OUT De sleutel volledig in het bedieningspaneel steken. AUDIO OUT Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op pagina 13. RIGHT LEFT 2 ANT. IN VIDEO AUDIO IN De iFIT.com instelling kiezen. RF OUT CH 3 4 Druk op de iFIT-toets om de iFIT.com instelling te kiezen. De letters “iFIT” zullen op de display verschijnen. OUT AUDIO OUT Audio Snoer RIGHT LEFT A B. Steek één eind van de 3,5mm lange stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek het andere eind in een RCA Y-adaptor (verkrijgbaar in electronica zaken). Haal vervolgens het snoer die nu in de AUDIO OUT plug zit uit deze plug en steek deze in de Y-adapter. Steek de Y-adapater in de AUDIO OUT plug van uw video. ANT. IN VIDEO AUDIO IN RF OUT CH 3 4 A 3 OUT Aandacht: Plaats de cd in uw cd speler wanneer u een iFIT.com cd wilt gebruiken. Steek de videocassette in uw video wanneer u een iFIT.com video wilt gebruiken. B ANT. IN VIDEO AUDIO IN RF OUT CH 3 4 OUT B Audio Snoer Op de PLAY-toets van uw MP3 speler, CD speler of video drukken. Direct nadat u op de Play-toets heeft gedrukt zal uw persoonlijke trainer u helpen bij uw oefening. Volg de instructies van uw trainer. Aandacht: Druk op de Start toets of de Snelheidstoename toets van het bedieningspaneel wanneer de tijd op de linker display opflikkert. De loopband zal niet reageren op MP3, CD, of video programma’s wanneer de tijd op de display opflikkert. RCA YAdapter Snoer verwijderd uit het AUDIO OUT contactpunt B U zult tijdens een CD of video programma een “piep” geluid horen wanneer de snelheid en/of de helling gaat/gaan veranderen. OPGELET: Luister naar het “piep” geluid en bereidt u er op voor dat de snelheid en/of hellingstand van de loopband gaat/gaan veranderen. Het kan zijn dat insommige gevallen de snelheid en/of hellingstand kunnen veranderen voordat de persoonlijke trainer dat aangeeft. 20 U kunt de instellingen handmatige bijstellen door op de Snelheid of Helling toetsen van het bedieningspaneel te drukken wanneer de snelheid of helling instellingen te hoog of te laag zijn. Echter, wanneer u een “piep” geluid hoort zullen de snelheid en/of de helling stand veranderen in de eerstvolgende instellingen van het programma. • Stel de volume van uw MP3 speler, CD speler of video bij. Het kan zijn dat het bedieningspaneel het signaal van het programma niet ontvangt omdat de geluidssterkte van de CD speler of video te hoog of te laag is. Druk op de Stop-toets van het bedieningspaneel wanneer u de loopband wilt stoppen. De tijd zal op de display beginnen op te flikkeren. Druk op de Start toets of de Snelheidstoets om het programma opnieuw op te starten. De loopband zal dan met een snelheid van 2 km/h beginnen te draaien. De snelheid en/of de helling zullen wanneer een piep geluid gehoord wordt naar de volgende instelling van het programma overgaan. • Plaats de CD speler op de vloer of op een vlakke ondergrond in plaats van op het bedieningspaneel wanneer de CD speler overslaat. • Zorg ervoor dat het audio snoer juist is aangesloten. 4 Volg uw vorderingen op de display. Zie stap 5 op pagina 13. 5 Uw hartslag meten als u dat wilt. Zie stap 6 op pagina 14. Nadat de programma eindigt zal de loopband tot stilstand komen. Aandacht: Om een andere MP3, CD of video programma te gebruiken moet u de Stop-toets drukken of de sleutel uit het bedieningspaneel halen en stap 1 op pagina 20 raadplegen. 6 Zet desgewenst de ventilator aan. Zie stap 7 op pagina 14. 7 Aandacht: Als de snelheid of de helling van de loopband niet verandert wanneer u het “piep” geluid hoort: Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wanneer u stopt met uw oefening. Zie stap 7 op pagina 17. OPGELET: Haal altijd de iFIT.com CD’s en de videocassettes uit uw CD speler of video speler en maak uw MP3 speler los wanneer u ze niet gebruikt. • Zorg ervoor dat de letters iFIT op de display verschijnen en dat de tijd op de display niet opflikkert. Druk op de Start toets of de Snelheidstoename toets van het bedieningspaneel wanneer dit het geval is. 21 Houdt u vast aan de handleuningen, stap op de band en begin te oefenen. U zult tijdens het programma een “piep” geluid horen wanneer de snelheid en/of de helling instelling gaat/gaan veranderen. OPGELET: Luister naar het “piep” geluid en bereidt u er op voor dat de snelheid en/of hellingstand van de loopband gaat/gaan veranderen. HOE DE PROGRAMMA’S DIRECT VAN ONZE WEBSITE TE GEBRUIKEN Bezoek onze website www.iFIT.com voor directe internet toegang tot eenvoudige programma’s. Additional options are soon to be available. See www.iFIT.com for details. U kunt de instellingen handmatige bijstellen door op de Snelheid of Helling toetsen van het bedieningspaneel te drukken wanneer de snelheid of helling instellingen te hoog of te laag zijn. Echter, wanneer u een “piep” geluid hoort zullen de snelheid en/of de helling stand veranderen in de eerstvolgende instellingen van het programma. Om deze programma’s van onze website te gebruiken moet de loopband aangesloten zijn op uw computer. Zie HOE OP UW COMPUTER AAN TE SLUITEN op pagina 19. Bovendien moet U een internet aansluiting en een provider hebben. Een lijst met specifieke systeemvereisten kunt u op onze website vinden. Volg de stappen hieronder om een programma van onze website te gebruiken. 1 Druk op de Stop-toets van het bedieningspaneel wanneer u de loopband wilt stoppen. De tijd zal op de linker display beginnen op te flikkeren. Druk op de Start toets of de Snelheidstoets om het programma opnieuw op te starten. De loopband zal dan met een snelheid van 2 km/h beginnen te draaien. De snelheid en/of de helling zullen wanneer een piep geluid gehoord wordt naar de volgende instelling van het programma overgaan. De sleutel volledig in het bedieningspaneel steken. Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op pagina 13. 2 De iFIT.com instelling kiezen. Zie stap 2 op pagina 20. 3 Naar uw computer gaan en de internetverbinding starten. 4 Start, mocht dat nodig zijn, uw web browser en ga naar onze website www.iFIT.com. 5 Het gewenste programma van onze website kiezen. Nadat de programma is beëindigd zal de loopband tot stilstand komen. Aandacht: Om een ander programma te gebruiken moet u op de Stop-toets drukken en stap 5 raadplegen. Aandacht: Zorg ervoor als de snelheid of de helling van de loopband niet verandert wanneer u het “piep” geluid hoort dat de iFIT.com indicator aan is en dat de tijd op de display niet opflikkert. Zorg er bovendien voor dat het audio snoer juist is aangesloten, goed in de plug zit en dat het snoer niet om het electriciteitssnoer gewikkeld is. Lees en volg on line de programma instructies. 6 De on line instructies volgen en het programma starten. 8 Wanneer u met een programma start begint een aftelprocedure op uw scherm. 7 Volg uw vorderingen op de display. Zie stap 5 op pagina 13. Ga naar uw loopband terug en stap op de voetkussentjes. Zoek naar de klip, die aan de sleutel vastzit en maak de klip aan de tailleband van uw kleding vast. 9 Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wanneer u stopt met uw oefening. Zie stap 8 op pagina 14. Wanneer de aftelprocedure voorbij is zal Uw programma beginnen en de loopband gaan draaien. 22 DE INFORMATIE INSTELLING Op het bedieningspaneel is er ook een informatiefunctie die gegevens over het gebruik van de loopband in het geheugen opslaat. De informatie instelling laat u ook toe de kilometers of mijlen eenheid te kiezen en om de demo instelling aan of uit te schakelen. Om de informatie-weergave te kiezen, steek de sleutel in het bedieningspaneel terwijl u de Stop-toets ingedrukt houdt. De volgende informatie wordt op de display aangegeven: In het midden van de display wordt het aantal kilometer of mijl dat u hebt gelopen of gewandeld, getoond. Op het onderste deel van de display wordt het totale aantal uren dat de loopband gebruikt is, weergegeven. Daarnaast zal “M” voor metrieke kilometers of “E” voor Engelse mijlen op het onderste deel van de display verschijnen. Om de meeteenheid te veranderen, druk op de Snelheidomhoogtoets. BELANGRIJK: Als er een “d” verschijnt in de linkerhoek onderaan de display, dan wordt een demo weergegeven. Deze instelling is alleen bedoeld voor demonstraties in een winkel. Wanneer het snoer is ingestoken en het bedieningspaneel de demo instelling aangeeft kan de sleutel uit het bedieningspaneel worden genomen, de displays plus indicatoren zullen automatisch in een zekere volgorde oplichten. De toetsen van het bedieningspaneel zullen nochtans niet werken. Als er een d verschijnt wanneer de informatie instelling gekozen wordt, druk dan op de Snelheidstoets zodat de d verdwijnt. Als u een optionele borstkassensor hebt gekocht, volg dan de onderstaande instructies om de ontvanger van de borstkassensor te installeren. 1. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en de stekker uit het stopcontact. Verwijder de Schroef (3) en het Deurtje (76) aan de achterkant van de Basis van het Bedieningspaneel (85). 2. Sluit de draad van de ontvanger (A) aan de aangegeven kabel van de Basis van het Bedieningspaneel (85) vast. Houd de ontvanger vast zodat het cilindertje georiënteerd is zoals getoond en gericht is naar de Basis van het Bedieningspaneel. Maak de ontvanger aan de plastic houder van het Toegangsdeurtje (76) vast met de twee bijgeleverde schroefjes. 3. Zorg ervoor dat de draden niet bekneld raken. Maak het Toegangsdeurtje (76) weer met de Schroef (3) vast. De andere inbegrepen kabels kunt u weggooien. 85 Haal de sleutel uit het bedieningspaneel om de informatie instelling te verlaten. Kleine Schroeven OPTIONELE BORSTRIEM MET HARTSLAGSENSOR Kabel A Met optionele borstkassensoren zijn de mogelijkheden van het bedieningspaneel nog uitgebreider. De borstkassensoren kunnen hands-free worden gebruikt in combinatie met de twee hartslagprogramma’s van het bedieningspaneel. Neem contact op met onze klantendienstafdeling om de optionele borstriem met harslagsensor te kopen. Kleine Cilinder 76 23 3 DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN Stel de helling in de laagste stand voordat u de loopband inklapt. U kunt als u dit niet doet de loopband voor altijd beschadigen. De stekker uit het stopcontact. WAARSCHUWING: U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de loopband te kunnen uitklappen, inklappen of verplaatsen. 1. Houd het metalen onderstel stevig vast op de plaats die door de pijl rechts wordt aangegeven. OPGELET: Om letsels te vermijden, til het onderstel nooit op aan de plastic voetsteunen. Zorg ervoor dat u de kracht van uw benen gebruikt in plaats van uw rug om de loopband te tillen. Til de loopband half omhoog. Onderstel 2. Plaats uw rechterhand zoals aangegeven en houdt de loopband goed vast. Trek, met gebruik van uw linker hand, de sluitknop naar links en houdt deze vast. Til de loopband totdat het slot langs de sluitpin is. Laat de sluitknop langzaam los. Zorg ervoor dat de sluitpin goed in het slot zit. Leg een matje onder de loopband om uw vloerbedekking te beschermen. Houdt de loopband uit direct zonlicht. Berg de loopband nooit op in een omgeving waar de temperatuur hoger dan 30° C. Sluitknop Vergrendeld Sluiting HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN Loopvlak Voordat u de loopband kunt verplaatsen moet u eerst de loopband inklappen zoals hierboven is beschreven. Zorg ervoor dan het onderstel goed met het sluitpin is bevestigd. Handleuningen 1. Houdt met een hand een van de handleuningen vast en plaats uw andere hand op de band. Plaats een voet tegen een van de wielen. 2. Kantel de loopband tot deze vrij kan rollen op de voorwieltjes. Verplaats de loopband voorzichtig naar de gewenste plaats. Wees heel voorzichtig tijdens het verplaatsen van de loopband zodat u het risico op persoonlijk letsel voorkomt. Verplaats de loopband niet over een oneffen ondergrond. Voorwiels 3. Plaats weer een voet op het onderstel en kantel de loopband tot deze weer rechtop staat. 24 HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN 1. Houd de loopband met uw rechterhand vast zoals getoond. Trek de sluitknop naar links en houd de knop vast. Draai het onderstel naar beneden totdat het voorbij de sluitpen is. Sluitknop 2. Houdt de loopband met beide handen goed vast en laat de loopband op de vloer zakken. OPGELET: Om letsels te vermijden, til het onderstel nooit op aan de plastic voetsteunen. Laat de loopband niet op de grond vallen. Buig door uw knieën en houdt u rug recht om het risico op persoonlijk letsel te vermijden. Onderstel 25 PROBLEMEN OPLOSSEN U kunt de meeste problemen met uw loopband oplossen door de hieronder genoemde stappen te volgen. Zoek het probleem dat bij u van toepassing is en volg de instructies. Mocht u verdere hulp nodig hebben, neem dan contact op met de winkel waar u dit produkt hebt gekocht. PROBLEEM: De stroom is niet ingeschakeld OPLOSSING: a. Zorg ervoor dat de stekker goed is aangestoken in een geaard stopcontact. (Zie pagina 9.) Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 meter of korter. Belangrijk: De loopband is niet voor een GFCI stopcontact bedoeld. b. Nadat u de stekker heeft nagekeken, zorg er dan voor dat de sleutel zich goed in het bedieningspaneel zit. c. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer op het onderstel van de loopband. Als de knop uitsteekt zoals aangegeven is de stroomonderbreker doorgeslagen. Wacht 5 minuten en druk de schakelaar opnieuw in om de stroomonderbreker opnieuw in werking te stellen (te resetten). d. Bekijk de aan/uit knop die zich bij het electriciteitsnoer van de loopband bevindt. De knop moet zich in de aan positie bevinden. PROBLEEM: Resten c Doorgeslagen d Aan Positie STROOMUITVAL TIJDENS GEBRUIK OPLOSSING: a. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer op het onderstel van de loopband (zie tekening boven). Als de stroomonderbreker is doorgeslagen, wacht dan 5 minuten en druk dan de schakelaar weer in. b. Zorg ervoor dat de stekker in het stopcontact steekt. Als de stekker in het stopcontact steekt, haal hem er uit, wacht 5 minuten en steek de stekker opnieuw in het contact. c. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Steek de sleutel opnieuw goed in het bedieningspaneel. d. Zorg ervoor dat de aan/uit knop zich in de aan positie bevindt (zie d. boven). e. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband nog steeds niet werkt. SYMPTOM: Die Neigung des Laufgeräts ändert sich nicht richtig OPLOSSING: a. Druk terwijl de sleutel in het bedieningspaneel is geschoven op een van de helling toetsen. Haal de sleutel er uit terwijl de helling van de loopband zich aanpast. Steek de sleutel na een paar seconden weer in het bedieningspaneel. De loopband zal dan automatisch de helling tot de maximale helling aanpassen om vervolgens naar de laagste stand terug te keren. Hierdoor wordt het hellingssysteem opnieuw gekalibreerd. PROBLEEM: De displays van het bedieningspaneel werken niet naar behoren OPLOSSING: a. Oplossing: a. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en trek SNOER UIT HET STOPCONTACT. Leg, met de hulp van een tweede persoon, de Basis van de Staander (84) voorzichtig neer zoals aangegeven. Verwijder dan de drie Schroeven (3) en de drie 3/4" Schroeven (83). Aandacht: Een kruiskopschroevendraaier met een schacht van minstens 127mm is vereist. a 3 83 84 3 26 Zet, met de hulp van een tweede persoon, de Staanders (84) voorzichtig rechtop zoals aangegeven. Draai de Kap (41) voorzichtig af. Zoek de Bladveerschakelaar (63) en de Magneet (46) aan de linkerkant van de Katrol (47). Draai de Katrol zodanig dat de Magneet gelijk staat met de Bladveerschakelaar. Zorg ervoor dat de afstand tussen de Magneet en de Bladveerschakelaar ongeveer 3 mm is. Draai, indien nodig, de Schroef (3) wat los en verplaats de Bladveerschakelaar enigszins. Draai de Schroef weer vast. Maak de kap weer vast en laat de loopband een paar minuten draaien om de snelheidsmeting na te kijken. 41 Zicht van Boven 84 3 mm 46 63 3 47 PROBLEEM: De loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt OPLOSSING: a. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, gebruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of korter. b. Als de loopband te strak is functioneert de loopband minder en kan zelfs beschadigd worden. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT. Draai met de meegeleverde sleutel beide bouten van de achterroller een 1/4 slag tegen de klok in. Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u de loopband 5 à 7 cm van het loopplatform kunnen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in het midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt. b 5–7 cm Bouten van de Achterroller c. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband vertraagt wanneer u erop loopt. PROBLEEM: De loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt OPLOSSING: a. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en DE a STEKKER UIT HET STOPCONTACT wanneer de loopband niet goed in het midden ligt. Als de loopband naar links is verschoven, draai met de meegeleverde sleutel de linker bout van de achterroller een 1/2 slag met de klok mee. Als de loopband naar rechts is verschoven, draai dan de bout van de achterroller een 1/2 slag tegen de klok in. Zorg ervoor dat u de band niet te strak aandraait. Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt. b. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en haal DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT wanneer de loopband slipt. Draai met de meegeleverde sleutel beide bouten van de achterroller een 1/4 slag met de klok mee. Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u de loopband 5 à 7 cm van het loopplatform kunnen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in het midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt. 27 b RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE loopband bij todat uw hartslag rond het laagste getal van uw trainingszone ligt als u vet wilt verbranden. WAARSCHUWING: Raadpleeg uw huisarts voor u met dit of enig ander oefenprogramma begint. Dit is bijzonder belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezondheidsproblemen. Lees alle instructies door voor gebruik. Stel voor maximale vet verbranding, de snelheid en helling van de loopband bij totdat uw hartslag rond het middelste getal van uw trainingszone ligt. Aerobic oefening De pols-sensor is geen medisch instrument. Verschillende factoren zoals beweging van de gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de hartslag metingen beïnvloeden. De pols-sensor is alleen als hulpmiddel bedoeld voor algemene hartslag meting. De volgende richtlijnen zullen u helpen met het uitvoeren van uw oefenprogramma. Voor meer informatie raadpleeg een goed boek of raadpleeg uw huisarts. Uw oefening moet aerobic zijn als het uw doel is uw cardiovasculair systeem te verbeteren. Een aerobic oefening is een activiteit met een hogere zuurstof toevoer voor een langere tijd. Deze hogere intensiteit vraagt een grotere prestatie van uw hart om bloed naar uw spieren te pompen. Het vereist ook een grotere prestatie van uw longen om het bloed van zuurstof te voorzien. Stel de snelheid en de helling van de loopband bij totdat uw hartslag rond het hoogste getal van uw trainingszone ligt als u een aerobic oefening wilt uitvoeren. INTENSITEIT VAN UW OEFENING RICHTLIJNEN VOOR UW OEFENING Als uw doel is om vet te verbranden of uw cardivasculair systeem te verbeteren dan is de juiste intensiteit het middel. U kunt het juiste intensiteitsniveau bepalen door uw hartslag als leidraad te gebruiken. De diagram hieronder geeft de aanbevolen hartslag aan voor vet verbranding en voor een aerobic oefening. Iedere oefening moet uit de volgende drie onderleden bestaan: Opwarming—Begin iedere oefening met een opwarmfase door 5 à 10 minuten de spieren te strekken en wat lichte oefeningen te doen. Een juiste opwarmoefening verhoogt uw lichaamstemperatuur , uw hartslag en bevordert uw bloedsomloop als voorbereiding op uw oefening. Oefening in uw trainingszone—Verhoog de intensiteit van uw oefening na het opwarmen zodat uw hartslag binnen uw trainingszone valt. Houdt dit 20 à 60 minuten vol. (Beperk tijdens de eerste paar weken van uw oefenprogramma uw oefening tot 20 minuten). Haal diep en regelmatig adem. Houdt nooit uw adem in. Om de juiste harstlag meting te berekenen moet u eerst onder de diagram uw leeftijd opzoeken (leeftijden zijn per 10 jaar afgerond). Zoek vervolgens de drie getallen boven uw leeftijd. Deze drie getallen geven uw trainingszone aan. De twee laagste getallen zijn voor vet verbranding aanbevolen. Het hoogste getal is voor aerobic oefeningen aanbevolen. Afkoeling—Beëindig uw oefening weer met 5 à 10 minuten strekoefeningen. Dit zal de soepelheid van uw spieren bevorderen en problemen helpen voorkomen na de oefening. Vet verbruiken OEFENFREQUENTIE Om effectief vet te verbranden moet U voor een langere tijd op een betrekkelijke lage intensiteit oefenen. Tijdens de eerste minuten van uw oefening gebruikt uw lichaam makkelijke bereikbare koolhydraten. Pas na de eerste paar minuten begint uw lichaam vet als energie te verbruiken. Stel de snelheid en de helling van de Om uw conditie te consolideren of te verbeteren moet u 3 keer per week oefenen met minstens een dag rust tussen de oefendagen. Na een paar maanden kunt u als u dat wilt 5 keer per week oefenen. Om succes te hebben is het belangrijk om plezierig en regelmatig te oefenen. 28 VOORGESTELDE STREKOEFENINGEN De juiste houding voor de strekoefeningen is hier rechts getoond. Strek u langzaam, vermijdt krachtige inspanning. 1. Tenen aanraken 1 Sta met uw knieën lichtjes gebogen en buig uw lichaam vanuit uw heupen naar voren. Ontspan uw rug en schouders zo veel mogelijk en reik zover mogelijk naar uw tenen toe. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees, achterkant van knieen en rug. 2. Kniepees strekken 2 Zit met één been gestrekt. Trek uw andere voet naar u toe en leg deze tegen de binnenkant van het gestrekte been. Reik zover mogelijk naar uw tenen. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,onderrug en lies. 3. Kuit/achillespees strekken Leun met het ene been voor het andere, naar voren en plaats uw handen tegen de muur. Houdt uw achterste been gestrekt en uw achterste voet plat op de grond. Buig uw voorste been, leun naar voren en duw uw heupen naar de muur toe. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been. Om uw achillespees verder te strekken, buig ook uw achterste been. Spieren: kuiten, achillespees en enkels. 3 4 4. Dijspier strekken Pak met één hand tegen de muur voor evenwicht, uw voet met uw andere hand vast. Breng uw voet zo ver mogelijk tegen uw zitvalk aan. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been. Spieren: dijspier en heupspieren. 5. Binnendij strekken Zit met de voetzolen tegen elkaar en knieën naar buiten gebogen. Haal uw voeten zover mogelijk naar uw lies toe. Herhaal dit 3 keer. Spieren: dijspier en heupspieren. 29 5 LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. PETL40706.1 Onder-deel nr. Aantal Beschrijving Onder-deel nr. Aantal Beschrijving 1 2 3 4 5 6 7 2 8 26 1 8 4 4 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 10 2 2 4 2 2 1 2 1 1 11 1 1 1 6 1 2 2 1 1 2 1 1 2 6 18 1 2 1 1 1 1 3 1 1 1 2 1 1 1 R0408A Sticker Isolator 3/4” Tek Schroef Schroef Grendel Schroef voor de Voetleuning Voorste Isolator Tussenring van de Isolator/voor de Achterroller Sterring Bout van het Loopplatform, Achterkant Bout van het Loopplatform, Voorste Loopband Geleider Schroef Loopband Geleider Motorisolatie Elektriciteitssnoer Adapter Schakelbout van het Onderstel Linker Voetkussentje Rechter Voetkussentje U-vormige beugel Statischer Aufkleber Dwarsstang Montage van Sluitpen 1” Tek Schroef Motorkap Bout van de Motor Klip Schokdempergen Riem van de Motor Aandrijvings Motor Tussenring van het Onderstel Montage Contactdoos Filter Draad Bout van het Liftonderstel Slotmoer 1/2” Schroef Bedieningspaneel Schroef voor Ventilator Elektriciteitssnoer Ventilator van het Bedieningspaneel Controller Beugel voor Elektronica Sterring van de Roller Kap Huls van Voorste Roller Liftonderstel Beschermkapje voor de Staander Bout van de Voorste Roller Magneet Voorste Roller 30 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 1 1 1 1 1 2 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 8 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 2 4 1 2 1 2 12 1 1 3 1 1 1 1 1 2 2 6 9 1 1 1 2 1 2 2 2 1 2 2 Loopband Loopplatform Filter Achterroller Linker Achter Beschermkapje Bout van de Achterroller Rechter Achter Beschermkapje Inbussleutel Houder van de Helling Stop Aardingsdraad Onderstel Onderkap Beugel voor Sensor Sensorklip Voorste Wieltje Moer Sensor Botu van de Handleuning/van het Verlengstuk van het Been Einkapje van de Handleuning Sterring Tranformator Gevaar Sticker Waarschuwingssticker Moer van het Platform Kabelbevestiging Haarspeld Pen, Onderste Bemanteling van het Veerslot Verbindingsklip Verbinding Deurtje Draadkoker van de Staander Kabelbevestiging Sleutel/Klip Voorwiel Bout van het Wiel Kussen van de Basis 3/4” Schroef Staander Basis van het Bedieningspaneel Haarspeld Pen, Boven Haarpen-wigpen Hellingmotor Verlängerungsstange Houder van de Achterroller Isolator Schokdemper Beugel voor Isolator Moer van de Isolator, Bovenste 95 96 97 98 99 100 101 102 103 1 1 1 1 1 1 1 1 1 Tussen Schakelbout Arm Tussenstuk Tussenarm Veer Tussenarm Tussenring van de Tussenarm Tussenmoer Tussenkatrol Katrolbout Linker Handleuning 104 105 106 # # # 1 9 2 1 1 1 Rechter Handleuning Schroef van de Motorkap Lange Bout van de Handleuning 6" Blauwe Draad, 2 w. 4” Rode Draad, F/M Gebruiksaanwijzing # Deze onderdelen woorden niet getoond. Specificaties kunnen zonder aankondiging veranderen. 31 5 32 55 53 70 16 52 7 90 40 6 5 2 3 9 69 57 33 83 3 4 53 91 5 7 40 51 49 1 2 9 94 7 93 5 11 54 90 83 48 12 17 6 3 5 58 70 5 10 15 6 3 47 5 46 1 11 10 12 94 7 93 91 5 6 3 15 GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL40706.1 R0408A GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL40706.1 33 38 R0408A 33 66 27 26 33 96 97 95 33 67 102 13 101 39 98 33 24 50 100 99 28 66 33 66 32 18 42 14 29 56 86 87 36 45 30 40 88 43 28 62 72 32 41 87 105 3 23 105 105 105 2 33 83 83 61 60 63 105 83 2 83 3 59 2 3 33 2 2 GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL40706.1 R0408A 8 3 64 8 3 64 8 20 3 3 8 3 3 3 103 18 21 3 73 3 3 77 84 3 104 18 18 106 18 8 44 3 65 32 68 31 65 106 8 82 77 22 33 82 32 31 3 22 18 44 89 8 81 82 64 22 92 68 82 80 32 82 89 22 8 25 64 32 80 82 22 81 34 18 22 GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL40706.1 37 35 35 34 79 33 85 3 3 19 76 78 3 3 71 75 33 74 35 R0408A HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN Om vervang onderdelen voor uw loopband te bestellen, neem dan a.u.b. contact op met de winkel waar u dit apparaat hebt gekocht. Zorg ervoor dat u de volgende informatie bij de hand hebt wanneer u onderdelen wilt bestellen: • het MODELNUMMER van het produkt (PETL40706.1) • de NAAM van het produkt (PROFORM 485 CX loopband) • het SERIENUMMER van het produkt (zie de kaft van de handleiding) • het NUMMER VAN HET ONDERDEEL en de BESCHRIJVING (zie LIJST MET ONDERDELEN op pagina 26 en 27 en de GEDETAILLEERDE TEKENING in het midden van deze handleiding) Onderdeel Nr. 250193 R0408A Gedrukt in China © 2008 ICON IP, Inc.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

ProForm PETL40706 de handleiding

Categorie
Loopbanden
Type
de handleiding