ProForm PETL90707 de handleiding

Type
de handleiding
GEBRUIKSAANWIJZING
Model Nr. PETL90707.0
S
erial Nr.
S
chrijf het serienummer hierboven
voor verdere raadpleging.
Sticker met
serienummer
VRAGEN?
Als fabrikant zijn wij gesteld op
uw volledige tevredenheid. Mocht
u nog vragen hebben, mochten
sommige onderdelen ontbreken
of beschadigd zijn neem dan con-
tact op met de winkel waar u dit
produkt hebt gekocht.
OPGELET
Lees alle instructies en voor-
zorgsmaatregelen in deze hand-
leiding door voordat u dit appa
-
raat gaat gebruiken. Bewaar
deze handleiding voor verdere
raadpleging.
INHOUD
DE STICKERS MET WAARSCHUWING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2
B
ELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
V
OORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
M
ONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
GEBRUIK EN BIJSTELLEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .11
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26
RICHTLIJNEN VOOR HET DEFENEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
LIJST MET ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
GEDETAILLEERDE TEKENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laataste Pagina
RECYCLING INFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laataste Pagina
2
PROFORM is een merk van ICON IP, Inc.
233006
SP
IT
GR
DU
English Translation:
233005
Hand and Foot warning
DE STICKERS MET WAARSCHUWING
De stickers met waarschuwing hier
getoond zijn op de aangegeven plaatsen
geplakt. Bel, wanneer een sticker ont-
breekt of niet leesbaar is, het nummer
op de kaft van deze handleiding en
vraag voor een vervangsticker. Plak de
sticker op de aangegeven plaats.
Aandacht: De stickers worden niet op ware
groote weergegeven.
1. Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of
enig ander oefenprogramma begint. Dit is bij-
zonder belangrijk voor mensen boven de 35
of mensen met al bestaander gezondheid-
sproblemen.
2. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar zich te ervan te overtuigen dat alle ge-
bruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en
waarschuwingen.
3. Gebruik de loopband alleen zoals beschreven
is.
4. Plaats de loopband op een vlakke ondergrond
met minstens 2,5 m ruimte rondom ruimte
achter de loopband en 0,5 m ruimte aan
iedere kant van de loopband. Zorg ervoor dat
de loopband geen luchtopeningen,
luchtroosters blokkeert. Leg een kleed onder
de loopband om de vloer te beschermen.
5. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
6. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen
gebruikt worden of waar zuurstof wordt
toegevoegd.
7. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en
huisdieren bij de loopband vandaan.
8. De loopband kan alleen door mensen die min-
der dan 136 kg wegen worden gebruikt.
9. Laat nooit meer dan een persoon op de loop-
band.
10. Draag geschikte kleding wanneer u de loop-
band gebruikt. Draag geen losse kleding die
in de loopband verstrikt kan raken.
Sportkleding voor mannen en vrouwen aan-
bevolen.
Gebruik de loopband nooit op blote
voeten, op sokken of op sandalen. Draag al-
tijd sportschoenen.
11. Steek de stekker alleen in een geaard stopcon-
tact (zie pagina 11). Geen elk ander apparaat
moet zich op dezelfde groep bevinden.
12. Houdt de stekker bij hete oppervlaktes van-
daan.
13. Loop nooit op de loopband wanneer de elec-
triciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loopband
niet wanneer het electrische snoer of stekker
beschadigd is. Gebruik de loopband niet als
hij niet goed werkt. (Zie PROBLEMEN
OPLOSSEN op pagina 26 als de loopband niet
goed werkt.)
14. Lees de noodstopprocedure grondig door en
test de procedure voordat u de loopband ge-
bruikt (raadpleeg HOE DE ELEXTRICITEIT IN
TE SCHAKELEN- op pagina 13).
15. Start de loopband nooit wanneer u op de
band staat. Houdt u altijd vast aan de handle-
uningen wanneer u de loopband gebruikt.
16. De loopband kan een hoge snelheid
bereiken.Stel de snelheid geleidelijk bij om
schokkende versnellingen te voorkomen.
17. De pols-sensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren zoals beweging van de
gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de
metingen beïnvloeden. De pols-sensor is
alleen als hulpmiddel bedoeld voor algemene
hartslag meting.
18. Laat de loopband nooit alleen als het oefen-
toestel ingeschakeld is. Verwijder altijd de
sleutel en trek de stekker uit het stopcontact
als u de loopband niet gebruikt.
19. Voltooi eerst de montage van de loopband vo-
ordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst. (Zie
MONTAGE op pagina 6 en DE LOOPBAND
INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op pagina
24.) U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de
loopband te kunnen uitklappen, inklappen of
verplaatsen.
WAARSCHUWING: Lees alle belangrijke voorzorgsmaatregelen en instructies in
deze handleiding en alle waarschuwingen op uw loopband voordat u deze gebruikt om het risico van
ernstig letsel te verminderen. ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade door het
g
ebruik van dit produkt.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
3
20. Zorg ervoor dat de sluitknop volledig ges-
l
oten is voordat u de loopband inklapt of ver-
plaatst.
21. U zult een “piep” geluid horen wanneer tij-
dens het gebruik van de iFIT.com pro-
g
ramma’s de snelheid en/of de hellingstand
van de loopband veranderd wordt/worden.
Luister naar het “piep” geluid en ben er op
voorbereid dat de snelheid en/of hellingstand
van de loopband gaat/gaan veranderen. In
sommige gevallen kan de snelheid en/of
hellingstand veranderen voordat de persoon-
lijke trainer dat aangeeft.
22. U kunt wanneer u dat wilt tijdens het gebruik
van de iFIT.com programma’s handmatig de
snelheid en hellingstand aanpassen door op
de snelheid en helling toetsen te drukken. De
snelheid en hellingstand instellingen van de
programma’s zullen worden aangepast wan-
neer u nochtans een “piep” geluid hoort.
23. Haal altijd de iFIT.com CD’s en video’s uit uw
CD- of videospeler en maak uw MP3 speler
los wanneer u deze niet gebruikt.
24. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog
g
oed vast zitten en verstevig ze indien nodig.
25. Steek nooit iets in welke opening dan ook.
26.
GEVAAR: Trek de stekker altijd direct
na gebruik van de loopband uit het stopcon-
t
act. Eveneens de stekker uit het stopcontact
trekken vóór het schoonmaken van de loop-
band, voor het plegen van onderhoud en
voor het bijregelen zoals beschreven is in
deze handleiding. Verwijder nooit de mo-
torkap tenzij een technicus dat aangeeft.
Ander onderhoud dan datgene wat vermeld
staat in deze handleiding moet door een
technicus uitgevoerd worden.
27. Deze loopband is alleen voor huiselijk ge-
bruik bedoeld. Gebruik de loopband niet
commercieel of voor verhuur.
4
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
5
F
ijn dat u voor de nieuwe PROFORM
®
S
TYLE 8500
l
oopband gekozen heeft. De STYLE 8500 loopband
combineerd geavanceerde technologie met huidig on-
twerp om uw het meeste uit uw oefening thuis te krijgen.
En wanneer u de loopband niet gebruikt kunt u de
STYLE 8500 loopband inklappen zodat hij minder
ruimte in beslag neemt dan andere loopbanden.
Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorgvuldig
door voordat u de loopband begint te gebruiken.
R
aadpleeg de kaft van deze handleiding mocht u nog
v
ragen hebben nadat u de handleiding hebt
doorgelezen. Voordat u met ons contact opneemt,
schrijf het productnummer en serienummer even op.
De plaats waar u beide stickers kunt vinden wordt op
de kaft van de handleiding aangegeven.
Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de
tekening hieronder en de verschillende onderdelen.
VOORDAT U BEGINT
Handleuning
Sluitknop
Sleutel/Klip
Reset/off
Stroomonderbreker
Loopband
Loopplatform met Kussen
Voetkussentje
Bijstelbouten voor de
Achterroller
Bedieningspaneel
Accessoire Houder
Pols-sensor
MONTAGE
D
e montage van deze loopband moet door twee mensen gebeuren.
P
laats de loopband op een open plek en
verwijder de verpakking. Gooi de verpakking pas weg wanneer u de loopband volledig gemonteerd heeft.
Opmerking: De onderkant van de loopband is met een hoogwaardig smeer behandeld. Het kan zijn dat tijdens
het vervoer wat van het middel op de bovenkant van de loopband terecht is gekomen of zich in de verpakking
b
evindt. Dit is normaal en tast de prestatie van de loopband niet aan. Mocht er wat van het middel op de
b
ovenkant van de loopband bevinden, veeg dit dan met een zachte lap gewoon weg.
Tijdens de montage zult u de meegeleverde inbussleutels , uw eigen kruiskopschroevendraaier
, en rubber hamer .
Gebruik de tekeningen hieronder tijdens de montage van de fiets om de kleine onderdelen te herkennen.
Het
nummer tussen haakjes onder iedere tekening is het nummer van het onderdeel van de LIJST MET ONDERDELEN
aan het eind van deze handleiding.
Het getal na de haakjes geeft het aantal onderdeeltjes aan wat nodig is voor
de montage. Opmerking: Sommige kleine onderdelen kunnen al gemonteerd zijn. Wanneer een onderdeel
zich niet in de zak met onderdelen bevindt, kijk dan om te zien of het al gemonteerd is. Om schade aan de
plastic onderdelen te vermijden, gebruik nooit elektrisch gereedschap voor de montage.
3/4” Tek Screw (58)–8
1
Star Washer
(106)–4
1/2" Schroef (33)–1
1/4” Star Washer
(21)–2
Handrail Star
Washer (19)–4
Latch Screw
(XXX)–2
Handrail Bolt (20)–4
Screw (3)–15
Screw (3)–2
5” Bolt (106)–2
3/4" Schroef
(2)–15
1" Schroef (22)–4
Sterring (8)–10
Bout van de Handleuning/van het Verlengstuk van het Been (64)–8
3/4" Tek Screw
(2)–4
1" Tek Screw
(22)–4
Lange Bout van de Handleuning (106)–2
M4 x 12mm
Screw (105)–11
6
1. Zorg ervoor dat het snoer uit het stopcontact
getrokken is.
Met de hulp van een tweede persoon, leg zoals
getoond de loopband voorzichtig op zijn link
-
erkant. Klap het Onderstel (58) gedeeltelijk op
zodat de loopband meer stabiel is. Klap de
loopband niet helemaal op totdat de mon
-
tage voltooid is.
Maak een Verlängerungsstange (89) aan de on-
derkant van de Staanders (84) vast zoals
getoond. Opmerking: Zorg er ook voor dat de
Draadkoker van de Staander (77) niet
gekneld raakt. Gebruik mocht dat nodig zijn
een rubberen hamer om het Verlengstuk van
het Been volledig in te slaan. Steek dan twee
Bouten van het Verlengstuk van het Been (64)
met twee Sterringen (8) in de onderkant van het
Verlengstuk en draai de Bouten van het
Verlengstuk van het Been strak vast.
Maak twee Ronde Kussens van de Basis (82)
op de basis van de Staanders (84) vast met
twee 1" Schroeven (22).
8
1
58
89
82
82
22
64
77
84
7
2. Til, met hulp van een tweede persoon, de loop-
band voorzichtig op zijn rechterkant zoals
a
angegeven. Klap het Onderstel (58) maar
gedeeltelijk zodat de loopband stabieler is.
Klap
d
e loopband pas volledig in wanneer de
montage voltooid is.
Steek het andere Verlengstuk van het been (89)
in de basis van de Staanders (84) zoals get-
oond. Steek dan de twee Bouten van het
Verlengstuk van het Been (64) met twee Ster-
ringen (8) in de onderkant van het Verlengstuk
en draai de Bouten van het Verlengstuk van het
Been strak vast.
Maak twee Ronde Kussens van de Basis (82)
op de basis van de Staanders (84) vast met
twee 1" Schroeven (22).
Met de hulp van een tweede persoon, til de
loopband voorzichtig op totdat de vier Kussens
van de Basis (82) op de grond staan en de
Staand-ers (84) in verticale positie staan.
58
8
64
2
3. Leg de Linker Handleuning (103) op de grond.
Schuif het linker uiteinde van de Dwarsstang
(20) op de borglip van de Linker Handleuning en
draai twee 3/4" Schroeven (2) met uw vingers in
de Dwarsstang en de borglip. Draai de
Schroeven nog niet de vast.
Schuif de borglip op de Rechter Handleuning
(104) in de rechterkant van de Dwarsstang (20)
en draai twee 3/4" Schroeven (2) met uw
vingers in de Dwarsstang en de borglip. Draai
de Schroeven nog niet de vast.
20
3
89
8
2
82
22
2
103
104
2
Tab
Flap
4. Laat een tweede persoon de Handleuning (103,
104) bij de Staanders (84) vasthouden. Steek
de Draadkoker van de Staander (77) door de
grote gaten in de Rechter Handleuning, zoals
getoond.
Plaats dan de Handleuningen (103, 104) op de
Staanders (84).
Laat de Draadkoker van de
Staander (77) niet in de rechter Handleuning
vallen.
Maak de Handleuningen (103, 104) aan de
Staanders (84) vast met vier Bouten voor de
Handleuning (64) en vier Sterringen (8); draai
de vier Bouten in de Handleuning maar draai
ze nog niet strak vast.
84
103
104
8
8
77
64
84
64
4
84
Grote Gaten
8
6. Terwijl een tweede persoon het onderstel van
het bedieningspaneel bij de Linker Handleuning
(103) houdt, maak de aardingsdraad aan het
aangegeven gat in de Linker Handleuning vast
met een 1/2" Schroef (33).
103
Gat
Aarding
sdraad
Bedieningspaneel-
onderstel
33
6
7. Terwijl een tweede persoon het onderstel van
het bedieningspaneel blijft vasthouden, zoek de
draadkoker van het bedieningspaneel aan de
achterkant van het onderstel van het bedien-
ingspaneel.
Sluit de draadkoker van het bedieningspaneel
aan op de Draadkoker van de Staander (77).
Zorg ervoor dat u de connectors goed
aansluit (zie de afbeelding). De connectors
moeten gemakkelijk naast elkaar schuiven
en op hun plaats klikken. Als dit niet het geval
is, moet u één connector draaien en het op-
nieuw proberen.
ALS DE CONNECTORS NIET
GOED ZIJN AANGESLOTEN, KAN HET BEDI-
ENINGSPANEEL BESCHADIGD RAKEN
WANNEER DE STROOM WORDT IN-
GESCHAKELD.
Steek dan de connectoren in de Rechter
Handleuning (104).
77
Bedieningspaneel
-onderstel
77
104
7
Draadharnas van
het Bedienings-
paneel
5. Maak de onderste uiteinden van de Handleunin-
g
en (103, 104) aan de Staanders (84) vast met
twee Lange Bouten voor de Handleuning (106)
en twee Sterringen (8);
draai beide Bouten in
de Handleuning en draai ze strak vast.
Draai de vier Bouten van de Handleuning (64)
(slechts twee worden getoond).
Zie stap 3. Draai de vier 3/4" Schroeven (2) ste-
vig vast.
106
64
103
104
106
8
8
8
4
5
84
9
9. Draai nog vier 3/4" Schroeven (2) met uw
vingers in het onderstel van het bedieningspa-
neel. Draai dan de negen Schroeven van stap
8 en deze stap strak vast; draai de
Schroeven niet te strak vast.
Bedieningspaneel-onderstel
2
9
2
10. Maak de Bemanteling van het Veerslot (73) aan
de Linker Staander (84) vast met twee 3/4"
Schroeven (2). Zorg ervoor dat het grote gat
in de Bemanteling van het Veerslot aan de
getoonde kant zit. Draai de Schroeven niet te
vast.
Als de pen niet vooraf in de Bemanteling van
het Veerslot (73) geïnstalleerd is, verwijder dan
de knop van de pen. Zorg ervoor dat de kraag
en de veer zich zoals getoond op de pen bevin
-
den. Plaats de pen in de Bemanteling van het
Veerslot en draai de knop weer vast.
Sluit het netsnoer aan zoals beschreven op
bladzijde 11, en schakel de netstroom in zoals
beschreven op bladzijde 13. Opmerking: De
loopband kan automatisch naar het hoogste
hellingsniveau stijgen en dan naar het laagste
niveau terugkeren.
2
84
10
Knop
Pen
Kraag
Groot
Gat
Veer
73
8. Plaats het onderstel van het bedieningspaneel
op de Dwarsstang (20). Zorg ervoor dat de
d
raden niet gekneld raken. Zorg ervoor dat
de aardingsdraad (zie stap 6) en de draad-
k
oker van het bedieningspaneel (zie stap 7)
in het aangegeven kanaal zitten.
Draai vijf 3/4" Schroeven (2) met uw vingers in
de Dwarsstang (20) en het onderstel van het be-
dieningspaneel. Draai de vijf schroeven nog
niet strak vast. Steek geen Schroeven in de
aangegeven gaten.
Bedieningspaneel-onderstel
2
2
Geen Schroeven
2
20
8
Kanaal
10
13. Zorg ervoor dat alle onderdelen vast zijn gedraaid voordat u de loopband gebruikt. Opmerking: Bewaar
de meegeleverde sleutel op een veilige plaats. U zult de sleutel nog nodig hebben om de loopband bij te
stellen (zie pagina 27). Leg een matje onder de loopband om uw vloerbedekking te beschermen.
12. Zet de Schokdemper (92) rechtop in verticale
stand. Verwijder de Klip Schokdempergen (25)
van het uiteinde van de Schokdemper dat rech-
top staat, zoals beschreven in stap 11. Als het
nodig is, draai de Schokdemper rond zodat het
uiteinde van de Schokdemper op dezelfde lijn
komt als het bolletje op de beugel van het
Onderstel (58).
Druk dan op de toetsen om de Helling te ver-
groten of te verkleinen totdat het bolletje op de
beugel op dezelfde lijn ligt als de Schokdemper
(92). Druk dan het uiteinde van de
Schokdemper op het bolletje. Opmerking: Het
kan gebeuren dat u het uiteinde van de
Schokdemper op het bolletje moet drukken ter
-
wijl het Onderstel (58) beweegt.
Raadpleeg tekening 12a. Plaats de Klip
Schokdempergen (25) in de twee kleine gaatjes
vermeld aan de uiteinde van de Schokdemper
(92). Draai dan de Klip Schokdempergen rond
totdat de pen op de Schokdemper klikt.
Opmerking: Er zijn Extra Schokdemperclips in-
begrepen.
Druk op de Hellingafname [INCLINE] toets en
stel de hellingstand in de laagste positie. Trek
vervolgens de stekker uit het stopcontact en laat
het Onderstel (58) zacht zakken op de grond.
25
92
Gaten
25
92
12
12a
58
Houder
11. Plaats de loopband in de opbergpositie (raad-
pleeg DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VER-
P
LAATSEN op pagina 24).
P
laats dan het cilinderuiteinde van de
Schokdemper (92) aan de beugel aan de basis
van de Staanders (84).
Zie de twee kleine ingevoegde afbeelding. Met
uw nagel of met het uiteinde van een schroeven-
draaier, druk op het uiteinde van de Klip
Schokdempergen (25) om de pen van de
Schokdemper (92) los te maken. Draai de Klip
Schokdempergen dan rond en trek de pen uit de
Schokdemper.
U moet voorzichtig handelen
zodat u de Klip Schokdempergen niet verliest.
Raadpleeg tekening 11a. Druk het cilin-
deruiteinde van de Schokdemper (92) op het bol-
letje van de beugel. Steek het uiteinde van de
Klip Schokdempergen (25) door twee van de
kleine gaatjes aan het uiteinde van de
Schokdemper. Draai de Klip Schokdempergen
dan rond tot het op de Schokdemper klikt.
9
2
25
92
2
5
11
11a
8
4
Houder
Cilinder
Houder
2
5
25
1
1
DE AL INGESMEERDE LOOPBAND
Uw loopband is voorzien van een band die al met een hoogwaardig smeermiddel is behandeld. BELANGRIJK:
Behandel de band of het loopplatform nooit met silicone spray of enig ander middel. Als uw dat doet zult
u
de loopband beschadigen.
HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De stekker moet geaard zijn. Mocht het niet goed functioneren
geeft de aarding de laagste weerstandspad voor de electriciteit om
zodoende het risico van electrische schok te verminderen. Een
snoer en geaarde stekker zijn bijgeleverd. Belangrijk: Als het
snoer beschadigd is moet u het vervangen met een door de fa-
brikant aanbevolen snoer.
Bekijk tekening 1. Steek het aangegeven eind van het snoer in het
stopcontact van de loopband. Bekijk tekening 2. Steek het snoer in
een goed geinstalleerd en geaard stopcontact die overeenkomt met
alle plaatselijke regelingen. Belangrijk: De loopband kan niet op
een stopcontact met onderbreker van de grondfout circut ge-
bruikt worden.
FR/SP
IT
Stopcontact van de
Loopband
1
F
I
Stopcontact
2
GEBRUIK EN BIJSTELLEN
GEVAAR: Een verkeerd stopcontact (zonder aarde) kan tot een electrische schok leiden.
Laat een elektricien de aarding nakijken als u niet zeker van bent dat het stopcontact goed geaard is.
Knoei niet aan de stekker van het apparaat. Laat een elektricien een nieuwe stekker monteren als de
stekker niet in het stopcontact past.
12
DE STICKER MET WAARSCHUWING PLAKKEN
De waarschuwing op het bedieningspaneel is in het
engels. Deze waarschuwing bestaat ook in diverse
talen op het inbegrepen vel. Plak de sticker met uw
taal op het bedieningspaneel.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband is voorzien van
verschillende functies om het meest doeltreffend te oe-
fenen. U kunt wanneer u de handmatige instelling kiest
de snelheid en de hellingstand van de loopband veran
-
deren door een druk op een toets. Het bedieningspa-
neel zal U tijdens uw oefening voortdurend feedback
geven. U kunt zelfs uw hartslag meten met de inge
-
bouwde optionele hartslagsensor of borstriem (zie
bladzijde 23).
Het bedieningspaneel heeft tien verschillende training
-
sprogramma’s. Elk trainingsprogramma regelt automa-
tisch de snelheid en de helling van de loopband tijdens
een doeltreffende oefening. Daarnaast heeft het bedi
-
eningspaneel ook twee hartslagprogramma’s. Elk hart-
slagprogramma stelt de snelheid en de helling van de
loopband automatisch bij om uw hartslag zo dicht mo
-
gelijk bij de doelhartslag te houden tijdens uw oefen
-
ing. Opmerking: U moet de borstkas-sensor dragen
om een hartslagprogramma te gebruiken.
Het bedieningspaneel kent tevens de nieuwe iFIT.com
interactieve technologie. De iFIT.com technologie werkt
als een persoonlijke trainer bij u thuis. Met een audio
snoer kunt U de loopband op uw geluidssysteem, uw
portable stereo, computer, of video speler aansluiten en
de speciale iFIT.com MP3, CD en video programma’s
afspelen (MP3’s, CD’s en video’s zijn apart te koop).
De iFIT.com programma’s regelen automatisch de
loopband en geven duidelijk aan hoe u uw snelheid
moet toepassen net zoals een trainer dat doet tijdens
uw training. Enerverende muziek motiveert extra.
Bezoek www.iFIT.com om iFIT.com MP3 pro-
gramma’s te downloaden. Bel om iFIT.com CD’s of
videocassettes raadpleeg de kaft van de gebruik-
saanwijzing.
Wanneer de loopband op uw computer is aangesloten,
kunt U ook onze website www.iFIT.com bekijken en
daar basis programma’s direct van internet oproepen.
Raadpleeg de website voor meer informatie.
Om het controlepaneel handmatig te bedienen, volg
de stappen beginnende op bladzijde 13. Om een train
-
ingsprogramma te gebruiken, raadpleeg pagina 15.
Om een programma voor de hartslag te gebruiken,
zie bladzijde 16. Om een iFIT.com MP3, CD, of video
programma te gebruiken, zie bladzijde 20. Om een
iFIT.com programma onmiddellijk van onze
Website te gebruiken, zie bladzijde 22.
Klip
SCHEMA VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Opmerking: Het kan zijn dat er op het
bedieningspaneel een plastic vel zit.
Sleutel
13
HOE DE ELEKTRICITEIT IN TE SCHAKELEN
B
ELANGRIJK: Laat, wanneer de loopband aan
koude temperaturen bloodgesteld is gewesst, de
l
oopband tot kamertemperatuur komen voordat u
de elektriciteit inschakelt. Als u dit niet doet kunt u
het bedieningspaneel of andere elektrische compo-
nenten beschadigen.
Steek het snoer in (zie pag-
ina 11). Zoek vervolgens
naar de reset/off stroomon-
derbreker op het onderstel
van de loopband bij het
snoer. Plaats de stroomon-
derbreker in de reset positie.
BELANGRIJK: Het bedieningspaneel bevat een
demo instelling ontworpen om de loopband in de
winkel te kunnen gebruiken. De demo instelling is
gekozen wanneer de displays gaan branden zodra
het snoer in het stopcontact ingestoken is en de
stroomonderbreker zich in de reset positie vindt.
Druk, om de demo instelling uit te schakkelen, een
paar seconden op de Stop toets. Raadpleeg DE IN-
FORMATIE INSTELLING op pagina 23 om de demo
instelling uit te schakkelen wanneer de displays bli-
jven branden.
Ga vervolgens op de voetbalken van de loopband
staan. Zoek naar de klip dat aan de sleutel vastzit
(raadpleeg tekening op pagina 12) en schuif de klip in
de band van uw kleding. Steek dan de sleutel in het be-
dieningspaneel. De display zullen gaan branden. BE-
LANGRIJK: In geval van nood kan de sleutel uit het
bedieningspaneel getrokken worden zodat de loop-
band tot stilstand komt. Test de klip door een paar
stapjes naar achteren te nemen. Stel de klip wat bij
wanneer de sleutel niet uit het bedieningspaneel
getrokken wordt.
HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE
GEBRUIKEN
1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE ELEKTRICITEIT IN TE SCHAKELEN
hierboven.
2. Kies de handmatige instelling.
Telkens als u
de sleutel in
het paneel
steekt, dan
wordt au-
tomatisch de
handmatige instelling geselecteerd. Als u een pro-
gramma hebt geselecteerd, kunt u naar de hand-
m
atige modus terugkeren door herhaaldelijk op de
Hartslagprogrammatoets [HEART RATE PRO-
G
RAMS] te drukken totdat een piste op de display
verschijnt.
3
. Start de loopband.
Druk op de Start toets, de Snelheidstoename
[SPEED] toets, of op een van de Snelheidstoet-sen
genummerd van 2 tot 18.
Als de Starttoets of de
Versnellingstoets wordt
ingedrukt dan zal de
loopband beginnen te
bewegen met een sne-
lheid van 2 Km/u [km/h]. Als u
een oefening doet, kunt u de snelheid van de loop-
band wijzigen door op de Versnellings- of
Vertragings-toetsen te drukken. Telkens als u op
een toets drukt, zal de snelheid worden gewijzigd
met 0,1 Km/u; als u de toets ingedrukt houdt, dan
zal de snelheid met 0,5 Km/u verhogen.
Opmerking: Als u de toetsen hebt ingedrukt, kan
het enkele seconden duren voordat de gewenste
snelheid wordt bereikt.
Wanneer u een van de genummerde snelheidstoet-
sen indrukt zal de loopband geleidelijk toenemen in
snelheid totdat de gekozen snelheidsinstelling
bereikt is.
Om de loopband te stoppen, druk op de Stop-
toets. De tijd zal beginnen te flikkeren op de dis-
play. Om de loopband opnieuw te starten, druk op
de Start-toets, de Versnellingstoets of een van de
genummerde toetsen.
Opmerking: Bekijk tijdens de eerste paar minuten
de ligging van de band en stel deze bij mocht het
nodig zijn (zie pagina 27).
4. De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
Druk om de helling van de
loopband te veranderen,
op de Hellings- [INCLINE]
toename en -afname toet
-
sen. Ieder keer als de
toets wordt ingedrukt zal
de helling van de loopband 0,5% veranderen.
Opgelet: Nadat u op de toetsen heeft gedrukt kan
het even duren voor de loopband de gekozen
hellingstand bereikt.
Aan
Positie
Piste
14
5. Volg uw vorderingen op de display.
De display zal
een piste van
400 m
a
angeven
wanneer de
h
andmatige
instelling
gekozen wordt. De indicators rond de piste zullen ti-
jdens het lopen of rennen na elkaar verschijnen tot-
dat de hele piste verschijnt. De piste zal dan verd-
wijnen en de indicators zullen weer opnieuw na
elkaar verschijnen.
De linkerkant van de dis-
play zal de verlopen tijd
[TIME], de afstand [DIS-
TANCE] die u hebt
gewandeld of gelopen, en
de hellingsgraad [IN-
CLINE] van de loopband. Opmerking: De display
zal wanneer een programma gekozen wordt (met
uitzondering van het programma 2 voor de hart-
slag), de overblijvende tijd van het programma in
plaats van de verlopen tijd aangeven.
De rechterkant van de
display zal het aantal
calorieën [CALS.] dat u
bij benadering hebt ver-
brand, de snelheid
[SPEED] van de loop-
band, en uw tempo [PACE] (in minuten per kilome-
ter) aangeven. Als u een programma hebt gese-
lecteerd, kunt u naar de handmatige modus terugk-
eren door herhaaldelijk op de Hartslagpro-gram-
matoets te drukken totdat een piste op de display
verschijnt.
Opgelet: Het bedieningspaneel kan de snelheid en
afstand in mijlen of kilometers aangeven. Op de
rechterkant van de display wordt uw hartslag
weergegeven als u de handsensoren of de op-
tionele borstkassensoren gebruikt.
Opmerking:
Voor de eenvoud verwijzen alle instructies naar
kilometers.
Druk op de Stop-toets, haal de sleutel uit het bedi-
eningspaneel en steek de sleutel weer in om de
displays opnieuw in te stellen (te resetten).
6. Uw hartslag meten als u dat wilt.
O
pmerking:
Het bedien-
i
ngspaneel zal
wanneer u
gelijktijdig de
handgreep met
polssensor en
de optionele
borstkas-sen-
sor gebruikt uw hartslag niet goed aangeven.
Verwijder eerst de plastic velletjes geplakt over de
metalen contactpunten op de handleuning om de
handgreep met hartslagsensor te gebruiken. Zorg
er ook voor dat uw handen proper zijn.
Om uw hartslag te meten,
Stap vervolgens op de
voetbalken en houdt de metalen contactpunten
vast—
beweeg uw handen niet. Als uw hartslag
wordt waargenomen, verschijnt het hartsymbool in
de rechterhoek onderaan de display. Eerst worden
twee hartslagen weergegeven en daarna uw hart-
slagfrequentie [PULSE].
Houdt de contactpunten
ongeveer 15 seconden vast voor het meest zui-
vere resultaat.
7. Zet desgewenst de ventilator aan.
Druk op de Ventilator [FAN] toets om de ventilator
aan te doen. Om de ventilator op volle sterkte te
laten draaien druk nogmaals op de knop. Druk, om
de ventilator uit te schakelen, een derde keer op
de knop. Opmerking: De ventilator zal een paar
minuten nadat de loopband tot stilstand is
gekomen automatisch uitgaan.
8. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u stopt met uw oefening.
Ga op de voetbalken staan en druk op de Stop
toets en stel de helling van de loopband tot de
laagste stand.
De helling moet zich in de laagste
stand bevinden wanneer u de loopband wilt op
-
bergen of de loopband kan beschadigd wor-
den. Trek vervolgens de sleutel uit het bedien-
ingspaneel en bewaar het op een veilige plaats.
Wanneer u klaar bent met de loopband te ge-
bruiken, plaats de stroomonderbreker in de “off”
positie en neem het snoer uit het stopcontact.
BE-
LANGRIJK: Als u dit niet doet kunnen de elek-
trische onderdelen te snel slijten.
Contactpunten
P
iste
HOE EEN TRAININGSPROGRAMMA TE
GEBRUIKEN
1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel
s
teken.
Zie HOE DE ELECTRICITEIT IN TE SCHAKELEN
op pagina 13.
2. Kies een trainingsprogramma.
Om een van
de training-
sprogramma’s
te kiezen,
druk her-
haaldelijk op
de Trainings-
programm
[TRAINER
PROGRAMS] atoetsen totdat een van de pro-
gramma-indicators (“P 1” tot “P 10”) op de display
verschijnt. Als u een trainingsprogramma se-
lecteert, dan zullen de duur van het programma,
het hoogste hellingsniveau en de hoogste snelheid
van het programma enkele seconden op de display
flikkeren en een profiel van de snelheidsinstellin-
gen van het programma zal over de display rollen.
3. Op de Start-toets of de Versnellings-toets
drukken om het programma te starten.
Even nadat u op de toets drukt zal de loopband au-
tomatisch de eerste snelheid en hellingstand van
het programma instellen. Houdt u vast aan de han-
dleuningen en begin te oefenen.
Ieder programma is in 30, 50, of 60 segementen
van elk één minuut verdeeld. Ieder segment heeft
één instelling voor de helling en voor de snelheid.
Opmerking: dezelfde snelheid en/of helling in-
stelling(en) kan/kunnen voor twee of meerdere
opeenvolgende segmenten worden geprogram
-
meerd.
Segment wird
in der
laufenden
Segment-
säule des dis
-
plays gezeigt.
Het
hellingsniveau wordt niet in het bovenste deel van
de display getoond. De snelheid voor de volgende
segmenten wordt in de kolommen rechts
aangegeven.
De kolom van het Huidig Segment en de eerste
kolom rechts zullen opflikkeren wanneer er nog
maar drie seconden overblijven in het eerste seg-
ment. Er klinkt een serie geluidssignalen.
B
ovendien zullen de snelheid en/ou de helling
opflikkeren wanneer de snelheid en de helling van
d
e loopband gaan veranderen.
Wanneer het eerste segment voltooid is zullen alle
instellingen een kolom naar links verplaatst wor-
den. De snelheid voor het tweede segment wordt
dan in de kolom van het Huidig Segment (welke
opflikkert) aangegeven. De snelheid en de helling
van de loopband zullen zich automatisch aan het
tweede segment aanpassen. Opmerking: als alle
lampjes in de kolom voor het huidige segment
branden nadat de snelheidsinstellingen naar links
zijn verplaatst, bewegen de snelheidsinstellingen
omlaag zodat alleen de hoogste indicatoren in het
programma-display worden getoond.
Het programma zal zo doorgaan totdat de snelhei-
dsinstelling van het laatste segment in de Huidige
Segment kolom wordt aangegeven en het laatste
segment eindigt.
U kunt wanneer de snelheids- of de hellingsin-
stelling op enig moment tijdens het programma te
hoog of te laag is deze handmatig bijstellen door
op de Snelheids of Hellingstoetsen te drukken. Een
bijkomende indicator zal gaan branden of uitgaan
in de kolom van het Huidig Segment wanneer u
een paar keer op de Snelheid toetsen drukt. Als in
enig van de kolommen rechts van de kolom van
het Huidig Segment evenveel indicatoren
opflikkeren als in de kolom van het Huidig
Segment dan kan nog een indicator gaan branden
of uitgaan in die kolommen.
Belangrijk: Hoe de
loopband dan ook zal wanneer het volgend
segment van het programma start automatisch
de snelheid en de helling voor het volgende
segment instellen.
Druk op de Stop-toets om het programma tijdelijk
te stoppen. De tijd zal op de display beginnen op te
flikkeren. Druk op de Start-toets of the Sne-lheid
-
stoename toets om het programma weer op te
starten. De loopband zal met een snelheid van 2
km/h beginnen te draaien. De loopband zal wan
-
neer het volgend segment van het programma be-
gint automatisch de snelheid en de helling van het
volgende segment instellen.
Huidig Segment
15
4. Volg uw vorderingen op de display.
Zie stap 5 op pagina 14.
5. Uw hartslag meten als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 14.
6. Zet desgewenst de ventilator aan.
Zie stap 7 op pagina 14.
7. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u stopt met uw oefening.
Zie stap 8 op pagina 14.
GEBRUIKSAANWIJZING VOOR HET OP HART-
SLAG AFGESTEMDE PROGRAMMA
Programma 1 voor de Hartslag zal automatisch de snel-
h
eid en helling van de loopband instellen om zodoende
uw hartslag bij de na te streven hartslag die u gekozen
heeft te houden. Hartslagprogramma 2 zal uw hartslag
dichtbij een vooraf ingestelde doelhartslag houden.
Volg onderstaande stappen om het op de hartslag
afgestemde programma te gebruiken.
1. De optioneles borstkas-polssensor dragen.
Als dat gebeurt, raadpleeg dan de gebruiksaanwi-
jzing van de borstkas-polssensor.
2. De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE ELEKTRICITEIT IN TE SCHAKELEN
op pagina 13.
3. Selecteer het op hartslag afgestemde pro-
gramma.
Om een hart-
slagpro-
gramma te
kiezen, druk
herhaaldelijk
op de
Hartslagpro-
grammatoet-
sen [HEART
RATE PROGRAMS] totdat “P 1” of “P 2” op de
display verschijnt.
Een profiel van de na te streven hartslag instelling
van het programma zal wanneer programma 1
voor de hartslag gekozen wordt op het schema
verschijnen.
Als hartslagprogramma 2 geselecteerd is, dan
zal er een grafisch symbool met uw hartslag op de
display verschijnen.
OPGELET: Gebruik de pro-
gramma’s voor de hartslag niet wanneer U
hartklachten heeft of wanneer U ouder dan 60
en niet actief bent. Bespreek met uw huisarts,
als u regelmatig medicijnen inneemt of de
medicijnen uw oefening voor de hartslag kan
beïnvloeden.
16
4. Doel hartslag invoeren.
Als hartslagprogramma
1 geselecteerd is, dan
zal de maximale doelhart-
s
lag van het programma
op de display verschijnen.
A
ls u dat wilt, kunt u op de
omhoog- of omlaagtoetsen naast de
Hartslagprogrammatoets drukken om de maximale
doelhartslag te wijzigen
(zie INTENSITEIT VAN
UW OEFENING op pagina 28). Opmerking: Als u
de maximale doelhartslag wijzigt, dan zal de inten-
siteit van het hele programma veranderen.
Als hartslagprogramma 2 geselecteerd is, dan
zal de doelhartslag van het programma op de dis-
play worden weergegeven. Als u dat wilt, kunt u op
de omhoog- of omlaagtoetsen naast de
Hartslagprogrammatoets drukken om de maximale
doelhartslag te wijzigen
(zie INTENSITEIT VAN
UW OEFENING op pagina 28). Opmerking:
Dezelfde hartslaginstelling blijft bestaan voor het
hele programma.
5. Op de Start-toets of de Versnellings-toets
drukken om het programma te starten.
Even nadat u op de toets drukt zal de loopband au-
tomatisch de eerste snelheid en hellingstand van
het programma instellen. Houdt u vast aan de han-
dleuningen en begin te oefenen.
Hartslagprogramma 1 is verdeeld in 30 segmenten
van een minuut. Wordt een doelhartslagniveau ge-
programmeerd voor elk segment. (Opmerking:
Dezelfde na te streven hartslaginstelling kan voor
twee of meerdere segmenten worden geprogram-
meerd.) Hartslagprogramma 2 is verdeeld in 100
segmenten van een minuut. Dezelfde hartslag-in-
stelling kan worden geprogrammeerd voor opeen-
volgende segmenten. Stop voor een kortere oefen-
ing gewoon het programma voordat deze eindigt.
Als hartslag-
programma 1
geselecteerd
is, dan zal de
doelhartslag
voor het
eerste seg-
ment in de flikkerende balk met het Huidige
Segment van de display worden weergegeven. De
volgende hartslaginstellingen zullen in de kolom-
men rechts worden aangegeven. Drie seconden
voor het einde van het eerste segment zullen de
kolom Huidig Segment en de kolom rechts
opflikkeren en zult u een toon horen. De na te
streven hartslaginstellingen zullen een kolom naar
links verschuiven wanneer het eerste segment
a
floopt. De tweede na te streven hartslaginstelling
zal dan in de kolom Huidig Segment worden
a
angegeven.
Het bedieningspaneel zal regelmatig tijdens beide
programma’s voor de hartslag uw hartslag
vergelijken met de na te streven hartslaginstelling.
De snelheid van de loopband zal automatisch toe-
of afnemen om uw hartslag dichter bij door u na te
streven hartslaginstelling te brengen. De helling
van de loopband zal ook omhoog gaan wanneer
uw hartslag nog steeds veel te laag is en de snel-
heid van de loopband 12 km/h is.
Als de snelheid of helling te hoog of te laag is, kunt
u deze instelling met de toetsen Snelheid en
Incline bijstellen. De snelheid en/of de hellingstand
van de loopband zal/zullen echter, telkens wan-
neer het bedieningspaneel uw hartslag met uw ten
doel gestelde hartslag instelling vergelijkt automa-
tisch toenemen of verminderen om uw hartslag
dichter bij uw ten doel gestelde hartslag instelling
te brengen.
Als uw hartslag tijdens het programma niet wordt
gedetecteerd, dan zullen de letters “PLS” op de dis-
play beginnen te flikkeren. De snelheid en/of helling
van de loopband kunnen automatisch beginnen te
dalen.
Druk op de Stop-toets om het programma wanneer
dan ook te stoppen. De tijd zal dan op de display
opflikkeren. Druk op de Start-toets of the
Snelheidstoename toets om het programma op-
nieuw te laten starten. De loopband zal met een
snelheid van 2 km/h beginnen te draaien. De snel-
heid en/of helling van de loopband zullen automa-
tisch veranderen wanneer het bedieningspaneel
uw hartslag met de na te streven hartslag instelling
vergelijkt om zodoende uw hartslag dichter bij de
na te streven hartslag instelling te brengen.
6. Volg uw vorderingen op de display.
Zie stap 5 op pagina 14.
7.
Zet desgewenst de ventilator aan.
Zie stap 7 op pagina 14.
8.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan
-
neer u stopt met uw oefening.
Zie stap 8 op pagina 14.
Huidig Segment
17
HOE UW LOOPBAND AAN TE SLUITEN OM
IFIT.COM PROGRAMMA’S TE GEBRUIKEN
Om de iFIT.com MP3 oder CD’s
te kunnen gebruiken
m
oet u de loopband op uw portable MP3 speler, CD
speler, portable stereo, geluidssysteem of computer
(met CD speler) aansluiten. Zie pagina’s 18 tot en met
19 voor instructies m.b.t. aansluiting.
Om de iFIT.com
programma’s van internet op te roepen moet u de
loopband op uw computer aansluiten. Zie pagina 19
voor instructies m.b.t. aansluiting. Om de iFIT.com
videocassettes
te gebruiken moet u de loopband op
uw video speler aansluiten. Zie pagina 20 voor instruc-
ties m.b.t. aansluiting.
HOE OP UW MP3 SPELER ODER CD SPELER AAN
TE SLUITEN
A. Steek één eind van de meegeleverde 3,5 mm bij
3,5 mm stereo audio kabel in het contactpunt van
het bedieningspaneel. Steek het andere eind van
de kabel in het contactpunt van uw MP3 speler of
CD speller. Steek uw koptelefoon in het contact-
punt van het bedieningspaneel.
HOE OP UW PORTABLE STEREO AAN TE
SLUITEN
Opgelet: Zie instructie A als uw stereo van een
[
AUDIO OUT] plug is voorzien. Zie instructie B als
uw stereo van een 3,5 mm [LINE OUT] plug is
voorzien. Zie instructie C als uw stereo alleen een
[PHONES] plug heeft.
A. Steek het ene eind van de 3,5 mm lange RCA
stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica
zaken) in het contactpunt van het bedieningspa-
neel. Steek het andere eind in het AUDIO OUT
contactpunt van uw stereo.
B. Bekijk de tekening hierboven. Steek één eind van
de 3,5 mm bij 3,5 mm lange stereo audio kabel
(verkrijgbaar in electronica zaken) in het contact-
punt van het bedieningspaneel. Steek het andere
eind van de kabel in het LINE OUT contactpunt
van uw stereo. Opmerking: Steek uw koptelefoon
niet in het contactpunt van het bedieningspaneel
wanneer de kabel in het LINE OUT contactpunt zit.
C. Steek één eind van de 3,5 mm bij 3,5 mm lange
stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica
zaken) in het contactpunt van het bedieningspa
-
neel. Steek het andere eind in het PHONES con-
tactpunt van uw stereo. Steek uw koptelefoon in
het contactpunt van het bedieningspaneel.
LINE OUT
P
HONES
LINE OUT
PHONES
Audio
Snoer
Koptelefoon
A
A
C
PHONES
AUDIO OUT
R
IGHT
LEFT
LINE OUT
Audio Snoer
A/B
A
C
PHONES
AUDIO OUT
RIGHT
L
EFT
LINE OUT
Audio
Snoer
C
Koptelefoon
18
HOE OP UW GELUIDSSYSTEEM AAN TE SLUITEN
O
pmerking: Zie instructie A als uw systeem een
[LINE OUT] contactpunt heeft die niet gebruikt
w
ordt. Zie instructie B als het LINE OUT contact-
punt in gebruik is.
A. Steek één eind van de 3,5 mm lange RCA stereo
audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in
het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek
het andere eind in het LINE OUT contactpunt van
uw stereo. Opmerking: Steek uw koptelefoon niet
in het contactpunt van het bedieningspaneel wan-
neer de kabel in het LINE OUT contactpunt zit.
B. Steek één eind van de 3,5 mm lange RCA stereo
audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in
het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek
het andere eind in een RCA Y-adaptor (verkrijg-
baar in electronica zaken). Haal vervolgens het
snoer die nu in de LINE OUT plug zit uit deze plug
en steek deze in de Y-adapter. Steek de Y-adapter
in de LINE OUT plug van uw stereo. Aandacht:
Steek uw koptelefoon niet in het contactpunt van
het bedieningspaneel wanneer de Y-adaptor in het
LINE OUT contactpunt zit.
HOE OP UW COMPUTER AAN TE SLUITEN
A
. Steek één eind van de 3,5 mm bij 3,5 mm lange
stereo audio kabel (verkrijgbaar in electronica
z
aken) in het contactpunt van het bedieningspa-
neel. Steek het andere eind van de kabel in het
LINE OUT contactpunt van uw computer.
Opmerking: Steek uw koptelefoon niet in het con-
tactpunt van het bedieningspaneel wanneer de
kabel in het LINE OUT contactpunt zit.
B
A
CD
VCR
Amp
LINE OUT
LINE OUT
CD
VCR
Amp
LINE OUT
Audio Snoer
A
B
A
CD
VCR
Amp
LINE OUT
LINE OUT
CD
VCR
Amp
L
INE OUT
Audio
Snoer
RCA Y-
adapter
Snoer verwijderd uit
de LINE OUT plug
B
A
LINE OUT
Audio Snoer
A
19
HOE OP UW VIDEO AAN TE SLUITEN
O
pmerking: Zie instructie A als uw video speler
een [AUDIO OUT] plug heeft die niet gebruikt
w
ordt. Zie instructie B als de AUDIO OUT plug al in
gebruik is. Zie instructie B als u een televisie heeft
met ingebouwde video speler. Zie HOE OP UW
GELUIDSSYSTEEM AAN TE SLUITEN op pagina 19
als uw video op uw geluidssysteem is aanges-
loten.
A. Steek één eind van de 3,5 mm lange RCA stereo
audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in
het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek
het andere eind in het LINE OUT contactpunt van
uw video.
B. Steek één eind van de 3,5 mm lange stereo audio
kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in het con-
tactpunt van het bedieningspaneel. Steek het an-
dere eind in een RCA Y-adaptor (verkrijgbaar in
electronica zaken). Haal vervolgens het snoer die
nu in de AUDIO OUT plug zit uit deze plug en
steek deze in de Y-adapter. Steek de Y-adapater
in de AUDIO OUT plug van uw video.
HOE DE IFit.COM MP3, CD EN VIDEO PRO-
RAMMA’S TE GEBRUIKEN
De loopband moet aangesloten zijn op uw MP3 speler,
C
D speler, of video om iFIT.com MP3, CD, of video
programma te kunnen gebruiken. Raadpleeg HOE UW
LOOPBAND AAN TE SLUITEN OM IFIT.COM PRO-
GRAMMA’S TE GEBRUIKEN op pagina 18 tot 20.
Bezoek www.iFIT.com om MP3 programma’s te
downloaden. Bel om iFIT.com cd’s of video’s te
kopen het telefoonnummer, dat vermeld staat op
de garantiekart de deze handleiding begeleidt.
Volg de stappen hieronder om een iFIT.com MP3, CD
of video programma te gebruiken.
1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE ELEKTRICITEIT IN TE SCHAKELEN
op pagina 13.
2. De iFIT.com instelling kiezen.
Druk op de
iFIT-toets om
de iFIT.com
instelling te
kiezen. De
letters “iFIT”
zullen op de
display verschijnen.
3. Op de PLAY-toets van uw MP3 speler, CD
speler of video drukken.
Opmerking: Plaats de cd in uw cd speler wanneer
u een iFIT.com cd wilt gebruiken. Steek de video-
cassette in uw video wanneer u een iFIT.com
video wilt gebruiken.
Direct nadat u op de Play-toets heeft gedrukt zal
uw persoonlijke trainer u helpen bij uw oefening.
Volg de instructies van uw trainer. Opmerking:
Druk op de Start toets of de Snelheidstoename
toets van het bedieningspaneel wanneer de tijd op
de linker display opflikkert. De loopband zal niet
reageren op MP3, CD, of video programma’s wan-
neer de tijd op de display opflikkert.
U zult tijdens een CD of video programma een
“piep” geluid horen wanneer de snelheid en/of de
helling gaat/gaan veranderen.
OPGELET: Luister
naar het “piep” geluid en bereidt u er op voor
dat de snelheid en/of hellingstand van de loop-
band gaat/gaan veranderen. Het kan zijn dat in-
sommige gevallen de snelheid en/of helling
-
stand kunnen veranderen voordat de persoon-
lijke trainer dat aangeeft.
B
VIDEO AUDIO
ANT. IN
RF OUT
IN
OUT
CH
34
A
A
UDIO OUT
R
IGHT
L
EFT
VIDEO AUDIO
ANT. IN
RF OUT
IN
OUT
CH
34
Audio Snoer
A
B
VIDEO AUDIO
ANT. IN
RF OUT
IN
OUT
CH
34
A
AUDIO OUT
RIGHT
LEFT
VIDEO AUDIO
ANT. IN
RF OUT
IN
OUT
C
H
34
B
Snoer verwijderd uit het
AUDIO OUT contactpunt
RCA Y-
Adapter
Audio Snoer
20
U kunt de instellingen handmatige bijstellen door
op de Snelheid of Helling toetsen van het bedien-
i
ngspaneel te drukken wanneer de snelheid of
helling instellingen te hoog of te laag zijn.
Echter,
w
anneer u een “piep” geluid hoort zullen de
snelheid en/of de helling stand veranderen in
de eerstvolgende instellingen van het pro-
gramma.
Druk op de Stop-toets van het bedieningspaneel
wanneer u de loopband wilt stoppen. De tijd zal op
de display beginnen op te flikkeren. Druk op de
Start toets of de Snelheidstoets om het programma
opnieuw op te starten. De loopband zal dan met
een snelheid van 2 km/h beginnen te draaien.
De
snelheid en/of de helling zullen wanneer een
piep geluid gehoord wordt naar de volgende in-
stelling van het programma overgaan.
Nadat de programma eindigt zal de loopband tot stil-
stand komen. Opmerking: Om een andere MP3, CD
of video programma te gebruiken moet u de Stop-
toets drukken of de sleutel uit het bedieningspaneel
halen en stap 1 op pagina 20 raadplegen.
Opmerking: Als de snelheid of de helling van de
loopband niet verandert wanneer u het “piep”
geluid hoort:
Zorg ervoor dat de letters iFIT op de display
verschijnen en dat de tijd op de display niet
opflikkert. Druk op de Start toets of de
Snelheidstoename toets van het bedieningspa-
neel wanneer dit het geval is.
Stel de volume van uw MP3 speler, CD speler
of video bij. Het kan zijn dat het bedieningspa-
neel het signaal van het programma niet ont-
vangt omdat de geluidssterkte van de CD
s
peler of video te hoog of te laag is.
Zorg ervoor dat het audio snoer juist is
aangesloten.
Plaats de CD speler op de vloer of op een
vlakke ondergrond in plaats van op het bedien-
ingspaneel wanneer de CD speler overslaat.
4. Volg uw vorderingen op de display.
Zie stap 5 op pagina 14.
5. Uw hartslag meten als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 14.
6. Zet desgewenst de ventilator aan.
Zie stap 8 op pagina 14.
7. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u stopt met uw oefening.
Zie stap 7 op pagina 14.
OPGELET: Haal altijd de iFIT.com CD’s en de
videocassettes uit uw CD speler of video speler
en maak uw MP3 speler los wanneer u ze niet
gebruikt.
21
HOE DE PROGRAMMA’S DIRECT VAN ONZE WEB-
SITE TE GEBRUIKEN
Bezoek onze website www.iFIT.com voor directe inter-
n
et toegang tot eenvoudige programma’s. Additional
options are soon to be available. See www.iFIT.com
for details.
Om deze programma’s van onze website te gebruiken
moet de loopband aangesloten zijn op uw computer.
Zie HOE OP UW COMPUTER AAN TE SLUITEN op
pagina 19. Bovendien moet U een internet aansluiting
en een provider hebben. Een lijst met specifieke sys-
teemvereisten kunt u op onze website vinden.
Volg de stappen hieronder om een programma van
onze website te gebruiken.
1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE ELEKTRICITEIT TE SCHAKELEN op
pagina 13.
2. De iFIT.com instelling kiezen.
Zie stap 2 op pagina 20.
3. Naar uw computer gaan en de internetverbind-
ing starten.
4. Start, mocht dat nodig zijn, uw web browser en
ga naar onze website www.iFIT.com.
5. Het gewenste programma van onze website
kiezen.
Lees en volg on line de programma instructies.
6. De on line instructies volgen en het programma
starten.
Wanneer u met een programma start begint een af
-
telprocedure op uw scherm.
7.
Ga naar uw loopband terug en stap op de
voetkussentjes. Zoek naar de klip, die aan de
sleutel vastzit en maak de klip aan de tailleband
van uw kleding vast.
Wanneer de aftelprocedure voorbij is zal Uw pro-
gramma beginnen en de loopband gaan draaien.
Houdt u vast aan de handleuningen, stap op de
band en begin te oefenen. U zult tijdens het pro-
gramma een “piep” geluid horen wanneer de snel-
h
eid en/of de helling instelling gaat/gaan veran-
deren.
OPGELET: Luister naar het “piep” geluid
e
n bereidt u er op voor dat de snelheid en/of
hellingstand van de loopband gaat/gaan veran-
deren.
U kunt de instellingen handmatige bijstellen door
op de Snelheid of Helling toetsen van het bedien-
ingspaneel te drukken wanneer de snelheid of
helling instellingen te hoog of te laag zijn.
Echter,
wanneer u een “piep” geluid hoort zullen de
snelheid en/of de helling stand veranderen in
de eerstvolgende instellingen van het pro-
gramma.
Druk op de Stop-toets van het bedieningspaneel
wanneer u de loopband wilt stoppen. De tijd zal op
de linker display beginnen op te flikkeren. Druk op
de Start toets of de Snelheidstoets om het pro-
gramma opnieuw op te starten. De loopband zal
dan met een snelheid van 2 km/h beginnen te
draaien.
De snelheid en/of de helling zullen
wanneer een piep geluid gehoord wordt naar de
volgende instelling van het programma over-
gaan.
Nadat de programma is beëindigd zal de loopband
tot stilstand komen. Aandacht: Om een ander pro-
gramma te gebruiken moet u op de Stop-toets
drukken en stap 5 raadplegen.
Opmerking: Zorg ervoor als de snelheid of de
helling van de loopband niet verandert wanneer
u het “piep” geluid hoort dat de iFIT.com indica-
tor aan is en dat de tijd op de display niet
opflikkert. Zorg er bovendien voor dat het audio
snoer juist is aangesloten, goed in de plug zit en
dat het snoer niet om het electriciteitssnoer
gewikkeld is.
8.
Volg uw vorderingen op de display.
Zie stap 5 op pagina 14.
9. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u stopt met uw oefening.
Zie stap 8 op pagina 14.
22
23
DE INFORMATIE INSTELLING
O
p het bedieningspaneel is er ook een informatiefunc-
tie die gegevens over het gebruik van de loopband in
h
et geheugen opslaat. De informatie instelling laat u
ook toe de kilometers of mijlen eenheid te kiezen en
om de demo instelling aan of uit te schakelen.
Om de informatie-weergave te kiezen, steek de sleutel
in het bedieningspaneel terwijl u de Stop-toets inge-
drukt houdt. De volgende informatie wordt op de dis-
play aangegeven:
In het midden van
de display wordt
het aantal kilome-
ter of mijl dat u
hebt gelopen of
gewandeld,
getoond. Op het
onderste deel van
de display wordt
het totale aantal uren dat de loopband gebruikt is,
weergegeven. Daarnaast zal “M” voor kilometers of “E”
voor mijlen op het onderste deel van de display verschi-
jnen. Om de meeteenheid te veranderen, druk op de
Snelheidomhoogtoets.
Opmerking: Het bedieningspaneel bevat een demo in-
stelling ontworpen om de loopband in de winkel te kun-
nen gebruiken. Terwijl de demo instelling gekozen is
kunt u het bedieningspaneel normaal gebruiken wan-
neer het snoer in het stopcontact zit, de stroomonder-
breker in de reset positie geplaatst wordt, en de sleutel
in het bedieningspaneel gestoken wordt. Wanneer u de
sleutel uit het bedieningspaneel trekt zullen de display
blijven branden alhoewel de toesten niet meer zullen
werken. Terwijl de informatie instelling gekozen is zal
een “d” op de display rechts onder verschijnen wan-
neer de demo instelling aan is. Om de demo instelling
te kiezen of uit te schakkelen druk dan op de Snelheid
afname-toets.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel om de infor
-
matie instelling te verlaten.
OPTIONELE BORTSKAS-POLSSENSOR
Met optionele borstkas-polssensor zijn de mogelijkhe
-
den van het bedieningspaneel nog uitgebreider. De
borstkas-polssensor kunnen hands-free worden ge-
bruikt in combinatie met de twee hartslagpro-
gramma’s van het bedieningspaneel.
Neem contact
op met onze klantendienstafdeling om de op-
tionele borstkas-polssensor te kopen.
Als u een optionele borstkas-polssensor hebt
gekocht, volg dan de onderstaande instructies om
de ontvanger van de borstkas-polssensor te in-
stalleren.
1. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en de
stekker uit het stopcontact.
Verwijder de Schroef (3) en het Deurtje (76) aan
de achterkant van de Basis van het
Bedieningspaneel (85).
2. Sluit de draad van de ontvanger (A) aan de
aangeg-even kabel van de Basis van het
Bedieningspaneel (85) vast.
Houd de ontvanger
vast zodat het cilindertje georiënteerd is zoals
getoond en gericht is naar de Basis van het
Bedieningspaneel. Maak de ontvanger aan de
plastic houder van het Toegangs-deurtje (76) vast
met de twee bijgeleverde schroefjes.
3. Zorg ervoor dat de draden niet bekneld raken.
Maak het Toegangsdeurtje (76) weer met de
Schroef (3) vast. De andere inbegrepen kabels
kunt u weggooien.
A
85
Kleine
Cilinder
3
76
Kabel
Kleine Schroeven
24
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN
HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN
Stel de helling in de laagste stand voordat u de loopband
inklapt. U kunt als u dit niet doet de loopband voor altijd
b
eschadigen. De stekker uit het stopcontact. OPGELET: U
moet zeker 20 kg kunnen tillen om de loopband te kunnen
uitklappen, inklappen of verplaatsen.
1. Houd het metalen onderstel stevig vast op de plaats die
door de pijl rechts wordt aangegeven. OPGELET: Om
letsels te vermijden, til het onderstel nooit op aan de
plastic voetsteunen. Zorg ervoor dat u de kracht van uw
benen gebruikt in plaats van uw rug om de loopband te
tillen.
Til de loopband half omhoog.
2. Plaats uw rechterhand zoals aangegeven en houdt de loop-
band goed vast. Trek, met gebruik van uw linker hand, de
sluitknop naar links en houdt deze vast. Til de loopband tot-
dat het slot langs de sluitpin is. Laat de sluitknop langzaam
los. Zorg ervoor dat de sluitpin goed in het slot zit.
Leg een matje onder de loopband om uw vloerbe-
dekking te beschermen. Houdt de loopband uit direct
zonlicht. Berg de loopband nooit op in een omgeving
waar de temperatuur hoger dan 30° C.
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
Voordat u de loopband kunt verplaatsen moet u eerst de loop-
band inklappen zoals hierboven is beschreven. Zorg ervoor
dan het onderstel goed met het sluitpin is bevestigd.
1. Houdt met een hand een van de handleuningen vast en
plaats uw andere hand op de band. Plaats een voet tegen
een van de wielen.
2. Kantel de loopband tot deze vrij kan rollen op de voorwielt-
jes. Verplaats de loopband voorzichtig naar de gewenste
plaats. Wees heel voorzichtig tijdens het verplaatsen
van de loopband zodat u het risico op persoonlijk letsel
voork-omt. Verplaats de loopband niet over een oneffen
ondergrond.
3. Plaats weer een voet op het onderstel en kantel de loopband
tot deze weer rechtop staat.
Handleuningen
Loopvlak
Voorwiels
Vergrendeld
Sluitknop
Sluiting
Onderstel
25
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
1. Houd de loopband met uw rechterhand vast zoals getoond.
Trek de sluitknop naar links en houd de knop vast. Draai het
onderstel naar beneden totdat het voorbij de sluitpen is.
2.
Houdt de loopband met beide handen goed vast en laat
de loopband op de vloer zakken. OPGELET: Om letsels
te vermijden, til het onderstel nooit op aan de plastic
voetsteunen. Laat de loopband niet op de grond vallen.
Buig door uw knieën en houdt u rug recht om het risico
op persoonlijk letsel te vermijden.
Onderstel
Sluitknop
PROBLEMEN OPLOSSEN
U kunt de meeste problemen met uw loopband oplossen door de hieronder genoemde stappen te volgen.
Zoek het probleem dat bij u van toepassing is en volg de instructies. Mocht u verdere hulp nodig hebben,
n
eem dan contact op met de winkel waar u dit produkt hebt gekocht.
PROBLEEM: De stroom is niet ingeschakeld
O
PLOSSING:
a
. Zorg ervoor dat de stekker goed is aangestoken in een geaard stopcontact. (Zie pagina 11.)
Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 meter of korter.
Belangrijk: De loopband is niet voor een GFCI stopcontact bedoeld.
b. Nadat u de stekker heeft nagekeken, zorg er dan voor dat de sleutel zich goed in het bedien-
ingspaneel zit.
c. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer
op het onderstel van de loopband. Als de knop
uitsteekt zoals aangegeven is de stroomonder-
breker doorgeslagen. Wacht 5 minuten en druk
de schakelaar opnieuw in om de stroomonder-
breker opnieuw in werking te stellen (te resetten).
PROBLEEM: Stroomuitval tijdens gebruik
OPLOSSING: a. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer op het onderstel van de loopband (zie tekening
boven). Als de stroomonderbreker is doorgeslagen, wacht dan 5 minuten en druk dan de
schakelaar weer in.
b. Zorg ervoor de stekker in het stopcontact steekt. Als de stekker in het stopcontact steekt, haal
hem er uit, wacht 5 minuten en steek de stekker opnieuw in het contact.
c. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Steek de sleutel opnieuw goed in het bedieningspaneel.
d. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband nog steeds niet werkt.
SYMPTOM: De display van het bedieningspaneel blijft branden als de sleutel uit het bedieningspaneel
wordt verwijderd.
OPLOSSING: a. Het bedieningspaneel beschikt over een demo-modus. Deze modus wordt gebruikt als de loop-
band in een winkel wordt tentoongesteld. Als de displays blijven branden als u de sleutel uit het
bedieningspaneel haalt, dan is de demo-modus geactiveerd. Om de demo-modus uit te
schakelen, houd de Stop-knop enkele seconden ingedrukt. Als de displays nog steeds bran-
den, raadpleeg DE INFORMATIE-MODUS op pagina 23 om de demo-modus uit te schakelen.
SYMPTOM: Die Neigung des Laufgeräts ändert sich nicht richtig
OPLOSSING: a. Druk terwijl de sleutel in het bedieningspaneel is geschoven op een van de helling toetsen.
Haal de sleutel er uit terwijl de helling van de loopband zich aanpast. Steek de sleutel na
een paar seconden weer in het bedieningspaneel. De loopband zal dan automatisch de helling
tot de maximale helling aanpassen om vervolgens naar de laagste stand terug te keren.
Hierdoor wordt het hellingssysteem opnieuw gekalibreerd.
PROBLEEM: De displays van het bedieningspaneel werken niet
naar behoren
OPLOSSING:
a. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en trek
SNOER UIT HET STOPCONTACT. Leg, met de
hulp van een tweede persoon, de Basis van de
Staander (84) voorzichtig neer zoals aangegeven.
Verwijder dan de drie Schroeven (3) en de drie 3/4"
Schroeven (83). Opmerking: Een kruiskop-
schroevendraaier met een schacht van minstens
127 mm is vereist.
Doorgeslagen
c
Resten
3
84
a
3
83
26
Zet, met de hulp van een tweede persoon, de
Staanders (84) voorzichtig rechtop zoals aangegeven.
D
raai de Kap (41) voorzichtig af.
Zoek de Bladveerschakelaar (63) en de Magneet (46)
a
an de linkerkant van de Katrol (47). Draai de Katrol
zodanig dat de Magneet gelijk staat met de
Bladveerschakelaar.
Zorg ervoor dat de afstand
tussen de Magneet en de Bladveerschakelaar
ongeveer 3 mm is.
Draai, indien nodig, de Schroef (3)
wat los en verplaats de Bladveerschakelaar enigszins.
Draai de Schroef weer vast. Maak de kap weer vast en
laat de loopband een paar minuten draaien om de
snelheidsmeting na te kijken.
PROBLEEM: De loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING:
a. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, gebruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of korter.
b. Als de loopband te strak is functioneert de loopband
minder en kan zelfs beschadigd worden. Haal de
sleutel uit het bedieningspaneel en
DE STEKKER
UIT HET STOPCONTACT. Draai met de meegele-
verde sleutel beide bouten van de achterroller een 1/4
slag tegen de klok in. Wanneer de loopband goed is
bijgesteld moet u de loopband 5 à 7 cm van het loop-
platform kunnen tillen. Zorg ervoor dat de band goed
in het midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer
in en laat de loopband een paar minuten draaien.
Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.
c.
Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband vertraagt wanneer u erop
loopt.
PROBLEEM: De loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING:
a. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT wanneer de
loopband niet goed in het midden ligt. Als de loop
-
band naar links is verschoven
, draai met de
meegeleverde sleutel de linker bout van de achter-
roller een 1/2 slag met de klok mee. Als de loop
-
band naar rechts is verschoven
, draai dan de bout
van de achterroller een 1/2 slag tegen de klok in.
Zorg ervoor dat u de band niet te strak aandraait.
Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de
loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.
b. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en haal
DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT wanneer de
loopband slipt. Draai met de meegeleverde sleutel beide
bouten van de achterroller een 1/4 slag met de klok
mee. Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u de
loopband 5 à 7 cm van het loopplatform kunnen tillen.
Zorg ervoor dat de band goed in het midden ligt. Steek
de stekker en de sleutel weer in en laat de loopband een
paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de
loopband goed ligt.
Bouten van de Achterroller
5–7 cm
b
a
b
46
3
63
Zicht
van
Boven
47
41
84
3 mm
27
28
De volgende richtlijnen zullen u helpen met het uitvoe
-
ren van uw oefenprogramma. Voor meer informatie
raadpleeg een goed boek of raadpleeg uw huisarts.
INTENSITEIT VAN UW OEFENING
Als uw doel is om vet te verbranden of uw cardivascu-
lair systeem te verbeteren dan is de juiste intensiteit
het middel. U kunt het juiste intensiteitsniveau bepalen
door uw hartslag als leidraad te gebruiken. De diagram
hieronder geeft de aanbevolen hartslag aan voor ver-
branding en voor een aerobic oefening.
Om de juiste harstlag meting te berekenen moet u
eerst onder de diagram uw leeftijd opzoeken (leeftijden
zijn per 10 jaar afgerond). Zoek vervolgens de drie ge-
tallen boven uw leeftijd. Deze drie getallen geven uw
trainingszone aan. De twee laagste getallen zijn voor
vet verbranding aanbevolen. Het hoogste getal is voor
aerobic oefeningen aanbevolen.
Vet verbruiken—Om effectief vet te verbranden moet
U voor een langere tijd op een betrekkelijke lage inten-
siteit oefenen. Tijdens de eerste minuten van uw oefe-
ning gebruikt uw lichaam makkelijke bereikbare
kool-
hydraten
. Pas na de eerste paar minuten begint uw li-
chaam
vet
als energie te verbruiken. Stel de snelheid
en de helling van de loopband bij todat uw hartslag
rond het laagste getal van uw trainingszone ligt als u
vet wilt verbranden. Stel voor maximale vet verbran-
ding, de snelheid en helling van de loopband bij totdat
uw hartslag rond het middelste getal van uw trainings-
zone ligt.
Aerobic oefening—Uw oefening moet aerobic zijn als
het uw doel is uw cardiovasculair systeem te verbete-
ren. Een aerobic oefening is een activiteit met een ho-
gere zuurstof toevoer voor een langere tijd. Deze ho-
gere intensiteit vraagt een grotere prestatie van uw
hart om bloed naar uw spieren te pompen. Het vereist
ook een grotere prestatie van uw longen om het bloed
van zuurstof te voorzien. Stel de snelheid en de helling
van de loopband bij totdat uw hartslag rond het hoog
-
ste getal van uw trainingszone ligt als u een aerobic
oefening wilt uitvoeren.
RICHTLIJNEN VOOR UW OEFENING
Opwarming—Begin iedere oefening met een opwarm-
fase door 5 à 10 minuten de spieren te strekken en
wat lichte oefeningen te doen. Een juiste opwarmoefe-
ning verhoogt uw lichaamstemperatuur, uw hartslag en
bevordert uw bloedsomloop als voorbereiding op uw
oefening.
Oefening in uw trainingszone—Verhoog de intensiteit
van uw oefening na het opwarmen zodat uw hartslag
binnen uw trainingszone valt. Houdt dit 20 à 30 minuten
vol. (Beperk tijdens de eerste paar weken van uw oefen-
programma uw oefening tot 20 minuten). Haal diep en
regelmatig adem. Houdt nooit uw adem in.
Afkoeling—Beëindig uw oefening weer met 5 à 10 mi-
nuten strekoefeningen. Dit zal de soepelheid van uw
spieren bevorderen en problemen helpen voorkomen
na de oefening.
OEFENFREQUENTIE
Om uw conditie te consolideren of te verbeteren moet
u 3 keer per week oefenen met minstens een dag rust
tussen de oefendagen. Na een paar maanden kunt u
als u dat wilt 5 keer per week oefenen. Om succes te
hebben is het belangrijk om plezierig en regelmatig te
oefenen.
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN
WAARSCHUWING:
R
aadpleeg uw huisarts voor u met dit of enig
ander oefenprogramma begint. Dit is bijzon-
der belangrijk voor mensen ouder dan 35 of
mensen met gezondheidsproblemen.
De pols-sensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren zoals beweging van de
gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de
hartslag metingen beïnvloeden. De pols-sen-
sor is alleen als hulpmiddel bedoeld.
29
VOORGESTELDE STREKOEFENINGEN
D
e juiste houding voor de strekoefeningen is hier rechts getoond.
Strek u langzaam, vermijdt krachtige inspanning.
1. Tenen aanraken
Sta met uw knieën lichtjes gebogen en buig uw lichaam vanuit uw
heupen naar voren. Ontspan uw rug en schouders zo veel mogelijk
en reik zover mogelijk naar uw tenen toe. Houdt deze houding 15
seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,
achterkant van knieen en rug.
2. Kniepees strekken
Zit met één been gestrekt. Trek uw andere voet naar u toe en leg
deze tegen de binnenkant van het gestrekte been. Reik zover mo-
gelijk naar uw tenen. Houdt deze houding 15 seconden vol en ont-
span. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,onderrug en lies.
3. Kuit/achillespees strekken
Leun met het ene been voor het andere, naar voren en plaats uw
handen tegen de muur. Houdt uw achterste been gestrekt en uw
achterste voet plat op de grond. Buig uw voorste been, leun naar
voren en duw uw heupen naar de muur toe. Houdt deze houding 15
seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been. Om
uw achillespees verder te strekken, buig ook uw achterste been.
Spieren: kuiten, achillespees en enkels.
4. Dijspier strekken
Pak met één hand tegen de muur voor evenwicht, uw voet met uw
andere hand vast. Breng uw voet zo ver mogelijk tegen uw zitvalk
aan. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit
3 keer voor ieder been. Spieren: dijspier en heupspieren.
5. Binnendij strekken
Zit met de voetzolen tegen elkaar en knieën naar buiten gebogen.
Haal uw voeten zover mogelijk naar uw lies toe. Herhaal dit 3 keer.
Spieren: dijspier en heupspieren.
1
2
3
4
5
30
LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. PETL90707.0 R0607A
N
r. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
1 2 Sticker Isolator
2 25 3/4" Schroef
3
24 Schroef
4 1 Grendel
5 8 Schroef voor de Voetleuning
6 4 Voorste Isolator
7 2 Tussenring van de Isolator
8 4 Sterring
9 2 Bout van het Loopplatform,
Achterkant
10 2 Bout van het Loopplatform, Voorste
11 4 Loopband Geleider Schroef
12 2 Loopband Geleider
13 2 Motorbus
14 1 Elektriciteitssnoer Adapter
15 2 Schakelbout van het Onderstel
16 1 Linker Voetkussentje
17 1 Rechter Voetkussentje
18 11 U-vormige beugel
19 2 Statischer Aufkleber
20 1 Dwarsstang
21 1 Montage van Sluitpen
22 4 1" Schroef
23 1 Motorkap
24 2 Bout van de Motor
25 1 Klip Schokdempergen
26 1 Riem van de Motor
27 1 Aandrijvings Motor
28 2 Tussenring van het Onderstel
29 1 Beugel Contactdoos
30 5 Filter Draad
31 2 Bout van het Liftonderstel
32
6 Slotmoer
33 18 1/2" Schroef
34
1
Bedieningspaneel
35
2
Schroef voor Ventilator
36 1 Elektriciteitssnoer
37
1
Ventilator van het Bedieningspaneel
38
1
Controller
39 1 Beugel voor Elektronica
40 3 Sterring van de Roller
41
1
Kap
42
1
Huls van Voorste Roller
43 1 Liftonderstel
44
2 Beschermkapje voor de Staander
45
1
Bout van de Voorste Roller
46 1 Magneet
47 1 Voorste Roller
48
1
Loopband
49 1 Loopplatform
50 1 Filter
51 1 Achterroller
5
2 1 Linker Achter Beschermkapje
53 2 Bout van de Achterroller
54 1 Rechter Achter Beschermkapje
55 1 Inbussleutel
56 1 Houder van de Helling Stop
57 1 Aardingsdraad
58 1 Onderstel
59 1 Onderkap
60 1 Beugel voor Sensor
61 1 Sensorklip
62 1 Voorste Wieltje Moer
63 1 Sensor
64 8 Bout van de Handleuning/van het
Verlengstuk van het Been
65 2 Einkapje van de Handleuning
66 4 Sterring
67 1 Tranformator
68 2 Gevaar Sticker
69 1 Waarschuwingssticker
70 2 Moer van het Platform
71 12 Kabelbevestiging
72 1 Haarspeld Pen, Onderste
73 1 Bemanteling van het Veerslot
74 2 Verbindingsklip
75 1 Verbinding
76 1 Deurtje
77 1 Draadkoker van de Staander
78 7 Kabelbevestiging
79 1 Sleutel/Klip
80 2 Voorwiel
81 2 Bout van het Wiel
82 6 Kussen van de Basis
83 9
3/4" Schroef van het eindkapje
84
1
Staander
85 1 Basis van het Bedieningspaneel
86 1
Haarspeld Pen, Boven
87
2
Haarpen-wigpen
88 1 Hellingmotor
89 2 Verlängerungsstange
90
2
Houder van de Achterroller
91 2
Isolator
92 1 Schokdemper
93 2 Beugel voor Isolator
94
2
Moer van de Isolator, Bovenste
95 1 Tussen Schakelbout
96 1 Arm Tussenstuk
97
1
Tussenarm
98 1 Veer Tussenarm
31
99 1 Motorplaat
100 1 Reset/off stroomonderbreker
1
01 1 Tussenkatrol
102 1 Katrolbout
1
03 1 Linker Handleuning
104 1 Rechter Handleuning
105 1 Hellingsmotordraad
106 2 Lange Bout van de Handleuning
107 1 Contactdoos
108 1 18" Draad
109 1 Aardingsbout
110 1 Aardingsmoer
* - 6" Blauwe Draad, M/F
* - 4" Rode Draad, M/F
* - 8" Groene/Gele Draad met sticker
* - 10" Groene/Gele Draad, F/R
*
- 8" Groene/Gele Draad, F/R
* - 4" Zwarte Draad, M/F
*
- 10" Blauwe Draad, 2F
* - 4" Blauwe Draad, M/F
* - 10" Witte Draad, 2F
* - 8" Witte Draad, 2F
* - 4" Zwarte Draad, 2F
* - Gebruiksaanwijzing
* Deze onderdelen woorden niet getoond.
Specificaties kunnen zonder aankondiging veranderen.
16
5
9
12
11
15
10
46
47
10
49
48
9
58
51
53
40
52
54
33
57
53
12
15
55
70
70
11
69
5
5
5
83
83
93
94
1
1
94
5
5
90
90
93
91
6
3
6
3
40
17
91
2
2
7
7
5
5
4
3
6
3
6
3
3
6
32
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL90707.0 R0607A
63
2
3
59
60
83
2
33
61
83
83
2
2
2
3
83
23
41
30
3
28
43
28
32
32
62
66
27
26
42
24
33
36
101
95
102
98
97
9
6
18
33
66
3
3
38
3
3
33
39
29
66
33
50
67
14
13
45
40
30
30
30
30
100
109
110
107
72
87
86
88
56
87
99
105
33
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL90707.0 R0607A
73
18
77
2
0
18
65
8
64
8
2
2
2
2
8
6
4
8
84
82
22
82
22
68
68
8
31
32
3
44
3
44
31
32
21
92
25
77
81
32
80
82
2
89
82
22
82
22
64
81
32
80
82
2
89
8
64
18
18
65
104
8
106
18
18
8
2
103
2
106
2
2
2
2
34
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL90707.0 R0607A
3
76
79
75
33
74
71
34
85
3
3
3
19
37
35
35
33
78
83
108
35
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL90707.0 R0607A
Onderdeel Nr. 255918 R0607A Gedrukt in China © 2007 ICON IP, Inc.
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Om vervang onderdelen te bestellen, bekijk dan de kaft van deze handleiding. Zorg ervoor dat u de volgende infor-
m
atie bij de hand hebt wanneer u contact met ons opneemt:
het modelnummer en serienummer van het apparaat (raadpleeg de kaft van deze handleiding)
de naam van het apparaat (raadpleeg de kaft van deze handleiding)
het nummer van het onderdeel en de beschrijving (zie LIJST MET ONDERDELEN en GEDETAILLEERDE TE-
KENING aan het eind van deze handleiding)
RECYCLING INFORMATIE
Dit elektronisch product mag niet bij het gemeentelijk afval worden gegooid. Om
het milieu te beschermen, moet dit product volgens de wet worden gerecycled
aan het einde van de levenscyclus. Gebruik recycling installaties die bevoegd zijn
voor het verwerken van dit soort afval in uw streek. Zo zult u het milieu helpen bescher-
men en de Europese normen voor milieubescherming helpen verbeteren. Als u meer in-
formatie nodig hebt over veilige en correcte afvalverwijdering, neem contact op met uw
plaatselijke gemeentedienst of de winkel waar u dit product hebt gekocht.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

ProForm PETL90707 de handleiding

Type
de handleiding