Behringer DJX750 de handleiding

Type
de handleiding
Gebruiksaanwijzing
PRO MIXER DJX750
Professional 5-Channel DJ Mixer with
Advanced Digital Eects and BPM Counter
2 PRO MIXER DJX750 Gebruiksaanwijzing
Dank u
Met de BEHRINGER PRO MIXER DJX750 heb je een DJ-mengpaneel waar je
helemaal de trend mee zet. De grote hoeveelheid features (Beat Counter,
insertroute, interne eectprocessor etc.) geven je de mogelijkheid op een
totaal nieuwe en bijzonder creatieve manier te werk te gaan. De DJX750 is een
professioneel toepasbaar mengpaneel, dat echt heel eenvoudig te bedienen is en
je bij je creativiteit ondersteunt.
De tijd staat niet stil en wie niet “out” wil zijn, moet snel zijn. Hiervoor hebben
we een uitstekend DJ-mengpaneel met de meest actuele features en technieken
ontwikkeld. Het is optimaal geschikt voor het gebruik met Dance Club- of
DJ-installaties en geeft puur plezier.
Zeg eens eerlijk: wie leest er nu graag gebruiksaanwijzingen? Wij weten wel,
dat je snel wilt beginnen. Maar pas als je deze handleiding hebt gelezen, zul je
alle functies van de DJX750 begrijpen en zinvol kunnen gebruiken. Neem er de
tijdvoor!
Inhoudsopgave
Dank u ............................................................................. 2
Belangrijke veiligheidsvoorschriften .......................... 3
Wettelijke Ontkenning .................................................. 3
1. Bedieningselementen ............................................... 4
1.1 Stereokanalen 1 tot en met 4 ......................................... 4
1.2 Microfoonkanaal ................................................................. 5
1.3 MONITOR-gedeelte ........................................................... 5
1.4 MASTER-gedeelte ............................................................... 5
1.5 Het Crossfader-gedeelte .................................................. 5
1.6 XPQ 3D Surround-eect................................................... 5
1.7 Auto BPM Counter .............................................................. 6
1.8 Interne eectprocessor .................................................... 6
2. Aansluitingen ............................................................ 7
2.1 De aansluitingen aan de achterkant ........................... 7
3. Ingebruikneming ....................................................... 8
4. Verzending ................................................................. 8
5. Online-Registratie ..................................................... 8
6. Specicaties ............................................................... 9
3 PRO MIXER DJX750 Gebruiksaanwijzing
Belangrijke
veiligheidsvoorschriften
WETTELIJKE ONTKENNING
Waarschuwing
Aansluitingen die gemerkt zijn met
het symbool voeren een zodanig hoge
spanning dat ze een risico vormen voor elektrische
schokken. Gebruik uitsluitend kwalitatief hoogwaardige,
in de handel verkrijgbare luidsprekerkabels die
voorzien zijn van ¼"TS stekkers. Laat uitsluitend
gekwali ceerd personeel alle overige installatie- of
modi catiehandelingen uitvoeren.
Dit symbool wijst u altijd op belangrijke
bedienings - en onderhoudsvoorschriften
in de bijbehorende documenten.
Wijvragen u dringend de handleiding te lezen.
Attentie
Verwijder in geen geval de bovenste
afdekking (van het achterste gedeelte)
anders bestaat er gevaar voor een elektrische schok.
Het apparaat bevat geen te onderhouden onderdelen.
Reparatiewerkzaamheden mogen uitsluitend door
gekwali ceerd personeel uitgevoerd worden.
Attentie
Om het risico op brand of elektrische
schokken te beperken, dient u te
voorkomen dat dit apparaat wordt blootgesteld aan regen
en vocht. Het apparaat mag niet worden blootgesteld aan
neerdruppelend of opspattend water en er mogen geen
met water gevulde voorwerpen – zoals een vaas – op het
apparaat worden gezet.
Attentie
Deze onderhoudsinstructies zijn
uitsluitend bedoeld voor gekwali ceerd
onderhoudspersoneel. Omelektrische schokken te
voorkomen, mag u geen andere onderhoudshandelingen
verrichten dan in de bedieningsinstructies vermeld staan.
Reparatiewerkzaamheden mogen alleen uitgevoerd
worden door gekwali ceerd onderhoudspersoneel.
1. Lees deze voorschriften.
2. Bewaar deze voorschriften.
3. Neem alle waarschuwingen in acht.
4. Volg alle voorschriften op.
5. Gebruik dit apparaat niet in de buurt van water.
6. Reinig het uitsluitend met een droge doek.
7. Let erop geen van de ventilatie-openingen
te bedekken. Plaats en installeer het volgens de
voor- schriften van de fabrikant.
8. Het apparaat mag niet worden geplaatst in de buurt
van radiatoren, warmte-uitlaten, kachels of andere zaken
(ook versterkers) die warmte afgeven.
9. Maak de veiligheid waarin door de polarisatie-
of aardingsstekker wordt voorzien, niet ongedaan.
Eenpolarisatiestekker heeft twee bladen, waarvaner
een breder is dan het andere. Een aardingsstekker heeft
twee bladen en een derde uitsteeksel voor de aarding.
Het bredere blad of het derde uitsteeksel zijn er voor
uw veiligheid. Mocht de geleverde stekker niet in uw
stopcontact passen, laat het contact dan door een
elektricien vervangen.
10. Om beschadiging te voorkomen, moet de
stroomleiding zo gelegd worden dat er niet kan worden
over gelopen en dat ze beschermd is tegen scherpe
kanten. Zorg zeker voor voldoende bescherming aan de
stekkers, de verlengkabels en het punt waar het netsnoer
het apparaat verlaat.
11. Het toestel met altijd met een intacte aarddraad aan
het stroomnet aangesloten zijn.
12. Wanneer de stekker van het hoofdnetwerk of een
apparaatstopcontact de functionele eenheid voor het
uitschakelen is, dient deze altijd toegankelijk te zijn.
13. Gebruik uitsluitend door de producent
gespeci- ceerd toebehoren c.q. onderdelen.
14. Gebruik het apparaat
uitsluitend in combinatie
met de wagen, hetstatief,
de driepoot, de beugel of
tafel die door de producent
is aangegeven, of die
in combinatie met het
apparaat wordt verkocht.
Bij gebruik van een wagen dient men voorzichtig te zijn bij
het verrijden van de combinatie wagen/apparaat en letsel
door vallen te voorkomen.
15. Bij onweer en als u het apparaat langere tijd niet
gebruikt, haalt u de stekker uit het stopcontact.
16. Laat alle voorkomende reparaties door vakkundig en
bevoegd personeel uitvoeren. Reparatiewerk-zaamheden
zijn nodig als het toestel op enige wijze beschadigd is
geraakt, bijvoorbeeld als de hoofd-stroomkabel of -stekker
is beschadigd, als er vloeistof of voorwerpen in terecht
zijn gekomen, als het aan regen of vochtigheid heeft
bloot-gestaan, niet normaal functioneert of wanneer het
is gevallen.
17. Correcte afvoer van dit
product: dit symbool geeft aan
dat u dit product op grond van
de AEEA-richtlijn (2002/96/ EG)
en de nationale wetgeving van
uw land niet met het gewone
huishoudelijke afval mag
weggooien. Dit product moet na a oop van de nuttige
levensduur naar een o ciële inzamelpost voor afgedankte
elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) worden
gebracht, zodat het kan worden gerecycleerd. Vanwege
de potentieel gevaarlijke sto en die in elektrische en
elektronische apparatuur kunnen voorkomen, kan een
onjuiste afvoer van afval van het onderhavige type
een negatieve invloed op het milieu en de menselijke
gezondheid hebben. Eenjuiste afvoer van dit product is
echter niet alleen beter voor het milieu en de gezondheid,
maar draagt tevens bij aan een doelmatiger gebruik
van de natuurlijke hulpbronnen. Voormeer informatie
over de plaatsen waar u uw afgedankte apparatuur kunt
inleveren, kunt u contact opnemen met uw gemeente of
de plaatselijkereinigingsdienst.
TECHNISCHE SPECIFICATIES EN UITERLIJK KUNNEN
ZONDER AANKONDIGING WORDEN GEWIJZIGD. DE
HIERIN VERVATTE INFORMATIE IS CORRECT BIJ HET
TER PERSE GAAN. ALLE HANDELSMERKEN ZIJN HET
EIGENDOM VAN HUN RESPECTIEVE EIGENAARS.
MUSICGROUP AANVAARDT GEEN AANSPRAKELIJKHEID
VOOR ENIG VERLIES DAT ENIG PERSOON ZOU
ONDERVINDEN, DIE GEHEEL OF GEDEELTELIJK
VERTROUWT OP ENIGE BESCHRIJVING, FOTOOF
UITSPRAAK DIE HIERIN IS OPGENOMEN. KLEURENEN
SPECIFICATIES KUNNEN TUSSEN PRODUCTEN
ONDERLING ENIGSZINS AFWIJKEN. PRODUCTEN VAN
MUSICGROUP WORDEN UITSLUITEND VERKOCHT
DOOR GEAUTORISEERDE DEALERS. DISTRIBUTEURSEN
DEALERS ZIJN GEEN AGENTEN VAN MUSICGROUP
EN HEBBEN ABSOLUUT GEEN AUTORITEIT OM
MUSICGROUP TE BINDEN DOOR MIDDEL VAN
ENIGE UITDRUKKELIJKE OF BESLOTEN ACTIE OF
VERTEGENWOORDIGING. DEZEHANDLEIDING IS
AUTEURSRECHTELIJK BESCHERMD. NIETS VAN DEZE
HANDLEIDING MAG WORDEN GEREPRODUCEERD
OF OVERGEDRAGEN IN ENIGE VORM OF OP
ENIGE WIJZE, ELEKTRONISCH OF MECHANISCH,
WAARONDER FOTOKOPIËREN EN OPNEMEN OP
ENIGERLEI WIJZE, VOOR ENIG DOEL, ZONDER DE
UITDRUKKELIJKE SCHRIFTELIJKE TOESTEMMING VAN
MUSICGROUPIPLTD.
ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN.
© 2013 MUSICGroupIPLtd.
Trident Chambers, Wickhams Cay, P.O. Box 146,
Road Town, Tortola, British Virgin Islands
4 PRO MIXER DJX750 Gebruiksaanwijzing
1. Bedieningselementen
(1) (3) (2) (5) (4)
(27)
(28)
(29)
(17)
(32)
(31)
(30)
(16)
(33)
(34)
(18)
(35)
(36)
(19)
(37)
(20)(26)(25)(24)(23)(22)(21)
(15)
(14)
(13)
(12)
(6)
(11)
(10)
(9)
(
8)
(7)
1.1 Stereokanalen 1 tot en met 4
(1) Met de LINE/CD-schakelaar selecteer je het ingangskanaal voor kanaal 1.
Deze heeft in tegenstelling tot de andere kanalen twee Line-ingangen.
(2) Met de PHONO/CD- c.q. PHONO/LINE-schakelaar (Kanalen 3 en 4) bepaal
je het ingangssignaal voor de kanalen 2 tot 4. “Phono” is bedoeld om
een platenspeler op aan te sluiten. “Line” c.q. “CD” moet voor alle andere
signaalbronnen (bijv. CD- of MD-speler) worden gekozen. Door een speciale
techniek kan de ingangsgevoeligheid van de Phono-ingang in Line-niveau
worden over-geschakeld, wat een exibel gebruik toelaat (zie (41)).
Sluit in geen geval apparaten met Line-niveau aan op de uiterst
gevoelige Phono-ingangen! Het uitgangsniveau van Phono-
geluidsaftastsystemen ligt in het millivoltbereik, terwijl CD-spelers en
Tape Decks niveau’s van hele Volts leveren. Dat wil dus zeggen, dat het
niveau van Line-signalen tot wel 100 keer hoger ligt dan dat voor
Phono-ingangen.
(3) Met de GAIN-regelaar wordt het ingangsniveau afgeregeld. Het actuele
niveau kun je van de LED-balk (5) aezen.
5 PRO MIXER DJX750 Gebruiksaanwijzing
(4) Elk ingangskanaal heeft een 3-bands-equalizer (HIGH, MID en LOW) met
Kill-karakteristiek. Zodoende kan het signaal veel verder worden verlaagd
(-32 dB) dan verhoogd (+12 dB). Deze functie is bijv. handig om een bepaald
frequentiebereik uit een muziekstuk stil te zetten.
Het totaalvolume is ook van de EQ-instelling afhankelijk. Voordat je de
niveaus met de GAIN-regelaar afregelt, is het daarom van belang eerst
de equalizer in te stellen.
(5) Van de 10-delige LED-balken langs de kanaalbedieningen kun je het niveau
van de ingangssignalen aezen.
(6) Met de kanaal-fader stel je het kanaalvolume in.
1.2 Microfoonkanaal
(7) Dit is de symmetrische XLR-aansluiting voor een dynamische microfoon.
(8) Met de GAIN-regeling in het MIC-gedeelte bepaal je het volume van
hetmicrofoonsignaal.
(9) In het microfoongedeelte bevindt zich ook een 3-bands equalizer (HIGH, MID
en LOW, zonder Kill-karakteristiek), waarmee je de klank van je stem kunt
veranderen en optimaal aan je eigen geluid kunt aanpassen.
(10) Met de MIC ON-schakelaar activeer je het microfoonkanaal. Als de
bijbehorende LED oplicht, is deze actief.
(11) De PRO MIXER beschikt over een Talkover-functie. Deze functie werkt in
principe heel simpel: Zodra je in je microfoon spreekt terwijl er een Track
loopt, wordt het volume ervan verlaagt. Met de TALK-regeling bepaal je,
inwelke mate het muzieksignaal wordt verlaagd (max. -24 dB). Deze functie
is bijzonder handig, om je stem bij mededelingen naar voren te halen.
1.3 MONITOR-gedeelte
Het MONITOR-signaal is je koptelefoonsignaal, waarmee je de muziek vantevoren
kunt beluisteren, zonder het MASTER-signaal te veranderen.
(12) Staat de MODE-schakelaar in de stand “Split, dan ligt het voorluistersignaal
van de kanalen in het stereobeeld aan de linker en het MASTER-signaal aan
de rechter kant. De MIX-regelaar (hierna beschreven) heeft in dit geval geen
functie. In de “stereo”-modus kun je met behulp van de MIX-regelaar tussen
het MASTER- en het voorluistersignaal overfaden.
(13) Met de MIX-regelaar kun je in de “stereo”-modus bepalen, welk signaal je via
de koptelefoon wilt auisteren. Is de regelaar helemaal naar links gedraaid
(CUE) dan hoor je uitsluitend het koptelefoonsignaal, is de regelaar helemaal
naar rechts gedraaid, dan hoor je alleen het MASTER-uitgangssignaal. In de
tussenliggende standen wordt er een volumeverhouding tussen de twee
signalen ingesteld.
(14) De LEVEL-regeling bepaalt het volume van het koptelefoon-signaal.
(15) Dit is de asymmetrische PHONES-klinkeruitgang voor je koptelefoon.
Jekoptelefoon moet een minimale impedantie van 32 Ohm hebben.
(16) Met de MONITOR CUE-toetsen (CH-1 tot CH-4, MASTER, FX) selecteer je het
voorluistersignaal dat je op je koptelefoon wilt zetten. Je kunt ook meerdere
signaal-bronnen selecteren en deze tegelijk auisteren. De LED van de
elke toets licht op, wanneer het bijbehorende kanaal naar de koptelefoon
wordtgestuurd.
1.4 MASTER-gedeelte
(17) Op de MASTER LEVEL-meter kun je het signaalniveau van het
MASTER-signaal aezen.
(18) Dit is MASTER fader voor het instellen van het uitgangs-volume bij de
MASTER-uitgang (zie (44)).
(19) Om het stereobeeld vorm te geven, heeft de MASTER-uitgang een
MASTERBALANCE-regelaar.
(20) De BOOTH LEVEL-regeling bepaalt het volume van de BOOTH-uitgang
(zie(45)).
1.5 Het Crossfader-gedeelte
(21) Met de ASSIGN A- en B-draaischakelaars bepaal je, welke ingangssignalen
naar de CROSSFADER-kanten A en B gaan. Tussen deze twee signalen kun je
vervolgens met de CROSSFADER overfaden (zie hierna).
(22) De VCA CONTROLLED Crossfader dient voor het overfaden tussen de
geselecteerde kanalen (z. (21)). Net als de KANAAL-fader is ook CROSSFADER
een pro-fessionele 45 mm-fader.
(23) Aan de TIME OFFSET-LED kun je de synchronisatie van de Tracks aan de linker
en rechter Crossfader-kant aezen (zie par. 2.7).
(24) De TEMPO DIFFERENCE-LED geeft de tempoverschillen tussen de Tracks aan
de linker en de rechter Crossfader-kant weer (zie par. 2.7).
(25) Voor de linker en de rechter Crossfader-kant is telkens een 3-bands Kill
Switch voorzien (KILL A of KILL B), waardoor het mogelijk is drie gescheiden
frequentiebereiken (LOW, MID en HIGH) elk met -32 dB te verlagen. Bijde
meeste andere DJ-mengpanelen zou de EQ van de ingangskanalen bij
het gebruik van Kill-schakelaars niet meer kunnen werken, dit is bij de
DJX750 echter niet het geval. Hier kun je de equalizers blijven gebruiken,
bijvoorbeeld om een bepaald frequentiebereik nog veel verder te verlagen.
(26) Met de CF CURVE-regelaar kun je het regelkarakter van de Crossfader
traploos van een lineair naar een logaritmisch karakteristiek laten
veranderen. In de lineaire karakteristiek verandert de Crossfader het geluid
gelijkmatig over de gehele regelweg, in de logaritmische verschuift de
volumeregeling naar de uiteinden van de regelweg.
1.6 XPQ 3D Surround-eect
De XPQ 3D Surround-functie is een ingebouwd eect, die je muziek nog
dat laatste beetje extra meegeeft en elk optreden tot een ware belevenis
maakt. Door de verbreding van de stereobasis lijkt het geluid levendiger en
transparanter. Met de SURROUND-regeling (27) bepaal je de intensiteit van het
eect en met de XPQ ON-schakelaar (28) wordt hij geactiveerd (de bijbehorende
LED licht op).
6 PRO MIXER DJX750 Gebruiksaanwijzing
1.7 Auto BPM Counter
De Auto BPM-counter van de PRO MIXER DJX750 is bijzonder nuttig om soepele
overgangen tussen twee tracks te realiseren en je sessie zo tot een absoluut
succes te maken. Hij is in staat de verschillende tempo’s van de lopende tracks in
BPM (Beats Per Minute) te bepalen. De twee BPM Counter-gedeelten zijn identiek
en geven elk de BPM-waarde van de twee aan de Crossfader toegewezen
stereokanalen weer. De boven het DISPLAY geplaatste LED’s 1 - 4 (29) laten zien
welk van de vier ingangskanalen aan de betreende BPM Counter is toegewezen.
Het tempo van de door middel van de ASSIGN A- c.q. B-toets toegewezen
Tracks wordt in het desbetreende Display (30) weergegeven. Mochten er in
een muziekstuk meerdere tempowisselingen voorkomen, dan zouden hierdoor
steeds verschillende BPM-waarden worden weergegeven, hetgeen onnodig voor
verwarring zorgt. Voor dit geval hebben de Beat Counter-gedeelten elk een eigen
SYNC LOCK-toets (31), waarmee je tijdens een nummer het bereik van mogelijke
tempowaarden kunt inperken. Dit is dan zinvol, als de Counter al een realistische
waarde heeft bepaald. Hetzelfde kun je handmatig met de BEAT ASSIST-toetsen
(32) realiseren. Wanneer je deze ten minste drie keer in de maat van het nummer
indrukt, verschijnt het betreende tempo in het DISPLAY. De Beat Assist- en
SYNCLOCK-toetsen zijn elk voorzien van een LED.
Wanneer je nu met de SYNC LOCK- of BEAT ASSIST-toetsen in beide kanalen het
tempo van de binnenkomende nummers hebt ingeperkt, wordt het verschil
tussen de tempo’s van de kanalen in de vorm van een negenlamps TEMPO
DIFFERENCE-LED-balk (24) zichtbaar gemaakt. De mate van het tempoverschil
wordt weergegeven en wel door een overeenkomstige uitslag naar rechts
(signaal A is langzamer) of naar links (signaal B is langzamer). Wanneer de
middelste LED oplicht, zijn de twee tempo’s gelijk. Op de daaronder gelegenen
TIME OFFSET-LED-balk (23) kun je de synchronisatie van de kanalen aezen.
Wanneer de middelste LED van deze balk oplicht, lopen de twee Tracks
synchroon. Schuiven de lichtjes naar links of rechts, dan lopen de kanalen niet
synchroon. De TEMPO DIFFERENCE- en TIME OFFSET-balken zijn alleen dan actief,
als de tempo’s van beide kanalen op een van de boven beschreven manieren
zijnbepaald.
Komt er geen (of een te zacht) muzieksignaal binnen, dan laat het
Display van de Beat Counter horizontale strepen zien. Bij een aanwezig,
maar niet te identificeren muzieksignaal zegt het Display 160 BPM en
gaat dan terug naar de beginstand (horizontale strepen), waarna de
Beat Counter opnieuw een analyse probeert te maken. “160” BPM is
dan ook geen echte waarde, maar slechts een foutmelding bij een
analyseerbaar muzieksignaal.
Om de SYNC LOCK- of BEAT ASSIST-modus weer te verlaten, druk je eenvoudig in
beide kanalen nog eens op de SYNC LOCK-toets.
1.8 Interne eectprocessor
Presets van de multi-eectprocessor
De DJX750 beschikt over een interne digitale eectprocessor waarmee je het
Master-signaal, het signaal vanaf de ingangskanalen of het microfoonsignaal
van eecten kunt voorzien. Deze module biedt verscheidene standaardeecten
(bijv.hall, delay, echo, etc.) en diverse lter- en modulatie-eecten.
• Selecteer het te bewerken signaal met de SOURCE-draaiknop (33).
• Draai aan de PROGRAMMA-regelaar (35) om een eect uit te kiezen. Op het
PROGRAMMA-display (34) verschijnt het programmanummer.
• Druk de PROGRAMMA-regelaar ca. 2 seconden in om de geselecteerde
Presette laden.
• Nadat het nieuwe eect werd ingeladen, kun je door aan de PROGRAMMA-
regelaar (35) te draaien een parameter van het eect veranderen.
Deparameterwaarde wordt op het display weergegeven.
Grp No. Eect Type Adjustable Parameter
1 0 Filter Sweep LP Frequency
1 Filter Sweep BP Frequency
2 Filter Sweep HP Frequency
3 Auto Filter (Envelope)” LP Sensitivity
4 Auto Filter (Envelope)” BP Sensitivity
5 Auto Filter (Envelope)” HP Sensitivity
6 LFO Filter LP LFO Rate
7 LFO Filter BP LFO Rate
8 LFO Filter HP LFO Rate
2 0 Bitcrusher Depth
3 0 Flanger Gate/Pan LFO Rate
1 Flanger “Standard (Full Res)” LFO Rate
2 Flanger “Standard (Half Res)” LFO Rate
3 Flanger Ultra LFO Rate
4 0 Delay 1/1 Delay Time (related to BPM)
1 Delay 3/4 Delay Time (related to BPM)
2 Delay 1/2 Delay Time (related to BPM)
5 0 Echo 1/1 Delay Time (related to BPM)
1 Echo 3/4 Delay Time (related to BPM)
2 Echo 1/2 Delay Time (related to BPM)
6 0 Reverb Big Plate Reverb Time (Decay)
1 Reverb Small Chamber Reverb Time (Decay)
2 Reverb Bright Room Reverb Time (Decay)
3 Reverb Voice Widener Tone
4 Reverb/Delay “Big Plate + Delay Delay Time (related to BPM)
7 0 Phase Shifter 4 LFO Rate
1 Phase Shifter Fall LFO Rate
2 Phase Shifter Rise LFO Rate
8 0 Panning Panning LFO Rate
1 Panning Tremolo LFO Rate
9 0 Sim/Dyn Ultrabass Frequency
1 Sim/Dyn Ultrafex Frequency
2 Sim/Dyn Voice Changer Distortion
7 PRO MIXER DJX750 Gebruiksaanwijzing
Welke parameters van het gekozen effect kunnen worden veranderd,
zie je in de tabel (in de kolom ‘Adjustable Parameter’).
Bij de delay- en echo-effecten worden de parameterwaarden in BPM
(beats per minute) weergegeven. Hier kunnen waarden tussen 80 en
160 BPM worden uitgekozen. Aangezien het display maar twee cijfers
heeft, worden waarden boven de 100 met een punt achter het
• Met de LEVEL-regelaar (36) bepaal je zelf het volume van het eectsignaal.
• Je activeert het eectsignaal door te drukken op de FX ON-knop (37).
Door nog een keer kort op de PROGRAMMA-regelaar te drukken kan deze weer
worden gebruik om een eect uit te kiezen.
2. Aansluitingen
2.1 De aansluitingen aan de achterkant
(38) Dit zijn de LINE- c.q. CD-ingangen voor het aansluiten van een Tape Deck,
CD-, MD-speler etc. kanaal 1 heeft in tegenstelling tot de andere kanalen
twee Line-ingangen.
(39) De PHONO-ingangen voor kanaal 2 en 4 zijn bedoeld om platenspelers op
aan te sluiten.
(40) Met behulp van de GND-aansluitingen worden de platenspelers geaard.
(41) Met de PHONO/LINE-schakelaars kun je de ingangs-gevoeligheid van de
PHONO-ingangen van kanaal 2 tot 4 op Line-niveau omschakelen. Zo kun je
zelfs een Tape Deck of een CD-speler op de PHONO-ingangen aansluiten.
(42) Naast de interne eectprocessor beschikt de DJX750 nog over een
geïntegreerde eectroute voor een extern eect-apparaat/Sampler.
Viade SEND-uitspeelroute wordt het signaal van het MONITOR-gedeelte
afgetakt en naar een extern apparaat toegestuurd. Het bij de SEND-bus
binnenkomende signaal is zodoende identiek met het koptelefoonsignaal en
wordt met de MONITOR CUE-toetsen (16) geselecteerd.
(43) Via de RETURN-retourroute wordt het extern bewerkte signaal aan het
MASTER-gedeelte (uitgangssignaal) toege-voegd. Het volume van het
eectsignaal kan alleen bij de Output-regeling van het eectapparaat zelf
worden ingesteld.
(44) Op de MASTER-uitgang kan een versterker worden aangesloten, die je dan
met de MASTER Fader (18) bedient.
Schakel de eindtrappen altijd als laatste in, om het optreden van
inschakelpieken tegen te gaan, die je luidsprekers nl. gemakkelijk
kunnen beschadigen. Let er voor het inschakelen van de eindtrappen
op, dat er geen signaal bij de DJX750 binnenkomt, anders kunnen je
oren plotselinge, pijnlijke verrassingen te verwerken krijgen. Het beste
is, als je eerst alle faders naar beneden haalt, c.q. alle draaiknoppen op
nul zet.
(45) De BOOTH-uitgang biedt een extra mogelijkheid om een versterker aan te
sluiten, bijvoorbeeld om de monitorboxen te voeden of om een tweede zone
of zaal van geluid te voorzien. Deze uitgang wordt met de BOOTH LEVEL-
regeling (20) van het MASTER-gedeelte ingesteld.
(46) Via de TAPE-uitgang kun je je muziek opnemen, door bijv. een Tape Deck,
DAT-recorder o.i.d. aan te sluiten. In tegenstelling tot de MASTER-uitgang
ligt het uitgangsvolume vast, waardoor je het ingangsniveau bij het
opname-apparaat moet instellen.
(47) Met de POWER-schakelaar zet je de DJX750 aan. Deze dient in de positie “uit
te staan, wanneer je het apparaat op het stroomnet aansluit.
Let alsjeblieft op het volgende: De POWER-schake-laar schakelt de
stroomvoorziening bij het uitzetten niet volledig uit. Trek daarom de
kabel uit het stopcontact wanneer je het apparaat gedurende langere
tijd niet gebruikt.
(48) Dit is de aansluiting voor de netkabel. Hier komt het nut van de uitgebreide
interne voeding duidelijk naar voren: het impulsgedrag van elke
versterkerschakeling wordt vooral door de beschikbare stroomreserves
bepaalt. Elk mengpaneel is voorzien van een heel aantal operationele
versterkers (opamps) voor de signaalverwerking van Line-niveau
signalen. Vanwege de beperkte capaciteit van hun voedingen hebben veel
mengpanelen onder hoge belasting last van “stress. Behalve jouw DJX750:
De klank blijft altijd helder en transparant.
(49) ZEKERINGHOUDER/ VOLTAGE. Voordat je het apparaat met het stroomnet
verbindt, dien je eerst te controleren of het aangegeven voltage
overeenkomt met de netspanning ter plaatse. Als er een zekering vervangen
wordt, moet je absoluut hetzelfde type gebruiken. Bij sommige apparaten
kan de zekeringhouder in twee verschillende posities worden ingezet, omzo
tussen 230 V en 120 V om te schakelen. Let alsjeblieft op het volgende:
Bijgebruik van het apparaat bij 120 V buiten Europa, dienen er zekeringen
met hogere waarden geplaatst te worden.
Om de stroomtoevoer uit te schakelen trek je de netstekker uit het
stopcontact. Let erop dat als je het apparaat in gebruik neemt,
de netstekker goed toegankelijk is. Wanneer het apparaat in een
Rack wordt gemonteerd, zorg er dan voor, dat de verbinding met het
stroomnet te allen tijde eenvoudig door middel van een stekker of een
meerpolige netschakelaar aan de achterkant kan worden verbroken.
(50) Serienummer van de DJX750.
(41)(50)
(38)(39)(40)
(48) (49)
(44) (45) (46) (42) (43)
8 PRO MIXER DJX750 Gebruiksaanwijzing
3. Ingebruikneming
Zorg alsjeblieft voor voldoende luchttoevoer en zet de DJX750 niet
in de buurt van verwarmingen, om oververhitting van het apparaat
te voorkomen.
Voordat je het apparaat op het stroomnet aansluit, dien je eerst
zorgvuldig na te gaan of je apparaat op de juiste voedingsspanning is
ingesteld. De zekeringhouder aan de bus voor de netaansluiting heeft
3 driehoekige markeringen. Twee van deze driehoeken staan recht
tegenover elkaar. Je apparaat is op de naast deze markeringen staande
bedrijfsspanning ingesteld en kan worden omgeschakeld door de
zekeringhouder 180° te draaien.
Let op
Dit geldt niet voor exportmodellen, die bijv. alleen voor een netspanning van
120V zijn ontworpen!
Wanneer het apparaat op een andere netspanning wordt ingesteld, dient er een
andere zekering te worden geplaatst. De specicaties vindt je in het hoofdstuk
“Technische Gegevens”.
Doorgebrande zekeringen moeten onverwijld vervangen worden door
zekeringen met de correcte waarde! De correcte waarde vindt u in
hoofdstuk “Technische gegevens”. Schakel het apparaat uit voor u de
stop verwisselt en haal de stekker uit het stopcontact om elektrische
schokken of schade aan het apparaat te voorkomen.
Het apparaat wordt met behulp van het meegeleverde netkabel met apparaatbus
op het net aangesloten. Deze voldoet aan de nodige veiligheidseisen.
Let u er alstublieft op, dat alle apparaten geaard dienen te zijn.
Voor uw eigen veiligheid dient u in geen geval de aarding van de
apparaten c.q. de netkabel te verwijderen of onklaar te maken.
Het toestel met altijd met een intacte aarddraad aan het stroomnet
aangesloten zijn.
In de buurt van sterke radiozenders en hoog-frequente bronnen kan er
een negatieve beïnvloeding van de geluidskwaliteit ontstaan. Maak de
afstand tussen zender en apparaat groter en gebruik afgeschermde
kabels voor alle aansluitingen.
4. Verzending
Neem in dat geval direct contact op met de BEHRINGER-leverancier waar je het
apparaat hebt gekocht. Als je BEHRINGER-leverancier niet bij jou in de buurt is
gevestigd, kun je óók direct contact opnemen met één van onze vestigingen.
Opde originele verpakking van het apparaat vind je een lijst met de adressen
van onze BEHRINGER-vestigingen (Global Contact Information/European Contact
Information). Als er voor jouw land geen contactadres vermeld is, kun je contact
opnemen met de dichtstbijzijnde importeur. Onder het kopje Support op onze
website behringer.com kun je de contactadressen ook vinden.
Als je apparaat, samen met de aankoopdatum, bij ons geregistreerd is, wordt het
afhandelen van je garantieaanspraken aanmerkelijk eenvoudiger.
Teneinde een veilig transport te waarborgen is de DJX750 in de fabriek zorgvuldig
verpakt. Mocht de doos desondanks beschadigingen vertonen, kijk dan direct of
de buitenkant van het apparaat beschadigd is geraakt.
Stuur het apparaat bij eventuele beschadigingen NIET aan ons terug,
maar neem dringend eerst contact op met de dealer die je het apparaat
verkocht heeft en het transportbedrijf, aangezien elke aanspraak op
vergoeding anders teniet kan worden gedaan.
Gebruik alsjeblieft de originele doos om schade bij opslag en
verzending te vermijden.
Laat zonder toezicht geen kinderen met het apparaat of
verpakkingsmateriaal omgaan.
5. Online-Registratie
Registreer je BEHRINGER-apparaat na aankoop zo snel mogelijk op onze website
behringer.com (respectievelijk behringer.nl) en lees de garantievoorwaarden
aandachtig door.
Bedankt voor je medewerking!
9 PRO MIXER DJX750 Gebruiksaanwijzing
6. Specicaties
Audio-Ingangen
Mic 40 dB gain, XLR, elektr. gesymmetreerd
Phono in 40 dB gain, asymmetrische ingang
Line in 0 dB gain, asymmetrische ingangen
CD in 0 dB gain, asymmetrische ingangen
Return 0 dB gain, asymmetrische ingang
Audio-Uitgangen
Master max. +21 dBu
Booth max. +21 dBu
Tape typ. 0 dBu
Send typ. 0 dBu
Phones Out max. 180 mW @ 75 ohm
Equalizer
Stereo Low +12 dB / -32 dB @ 50 Hz
Stereo Mid +12 dB / -32 dB @ 1.2 kHz
Stereo High +12 dB / -32 dB @ 10 kHz
Mic Low +15 dB / -15 dB @ 80 Hz
Mic Mid +15 dB / -15 dB @ 2.5 kHz
Mic High +15 dB / -15 dB @ 12 kHz
Kill Low -54 dB @ 50 Hz
Kill Mid -44 dB @ 1 kHz
Kill High -26 dB @ 10 kHz
Digitale Eectprocessor
DSP Freescale
Omvormer 24-bits Delta-Sigma,
64/128-voudig Oversampling
Aftastsnelheid 46.875 kHz
Algemeen
Ruisafstand (S/N) > 80 dB (Line)
Overspraak > 70 dB (Line)
Vervorming (THD) < 0.03%
Frequentiekarakteristiek 10 Hz - 55 kHz, +0 / -3 dB
Stroomvoorziening
Netbelasting 32 W
Aansluiting op het net Standaard-apparaataansluiting
Netspanning/Zekering
100 - 120 V~, 50/60 Hz T 1 A H
220 - 230 V~, 50/60 Hz T 500 mA H
Afmetingen/Gewicht
Afmetingen (H x B x D) ca. 104,3 x 320 x 370,8 mm
Gewicht ca. 3,9 kg
De Fa. BEHRINGER streeft altijd naar de hoogste kwaliteit. BEHRINGER voert eventuele verbeteringen zonder
voorafgaande aankondiging door. Technische data en uiterlijke kenmerken kunnen daarom van de genoemde
specificaties of van de afbeeldingen van het product afwijken.
We Hear You
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10

Behringer DJX750 de handleiding

Type
de handleiding