Makita EBH341R Handleiding

Categorie
Tuingereedschap
Type
Handleiding
Warning
Read this instruction manual carefully before putting the Brush Cutter into operation and strictly observe the safety regulations!
Preserve instruction manual carefully!
Avertissement
Lire attentivement ce manuel d’instructios avant d’utiliser la Débroussailleuse et observer rigoureusement les règles de sécurité !
Conserver ce manuel dans un endroit sûr !
Warnung
Lesen Sie diese Betriebsanleitung vor der lnbetriebnahme der Montorsense sufmerksam durch und halten Sie die Sicherheitsvorschriften
genau ein!
Bewahren Sie diese Betriebsanleitung sorgfältig auf!
Attenzione
Leggete attentamente questo manuale di istruzioni prima di far funzionare il Decespugliatore, ed osservate rigorosamente le regole sulla
sicurezza!
Conservate con cura questo manuale di instruzioni!
Waarschuwing
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig alvorens de Bosmaaier in gebruik te nemen en neem de veiligheidsvoorschriften strict in acht!
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig!
Advertencia
Lea atentamente este manual de instrucciones antes de poner en funcionamiento el Desbrozadora y cumpla estrictamente los
reglamentos de seguridad.
Guarde cuidadosamente este manual de instrucciones.
Advertência
Leia este manual cuidadosamente antes de pôr o Cortador de Grama Tipo Mochila em funcionamento e observe rigorosamente as
normas de segurança.
Conserve este manual de instruções com cuidado.
ORIGINAL INSTRUCTION MANUAL
MANUEL D’INSTRUCTIONS ORIGINAL
ORIGINALBEDIENUNGSANLEITUNG
MANUALE DI ISTRUZIONI ORIGINALE
ORIGINELE GEBRUIKSAANWIJZING
MANUAL DE INSTRUCCIONES ORIGINAL
MANUAL DE INSTRUÇÕES ORIGINAL
English / Français / Deutsch
Italiano / Nederlands / Español / Português
Backpack BrushCutter
Débroussailleuse à dos
Rücken tragbare Benzin Motorsense
Decespugliatore a Zaino
Op de rug braagbare Bosmaaier
Desbrozadora de mochila
Cortador de Grama Tipo Mochila
EBH341R
EBH341R
86
Wij danken u ten zeerste voor de aankoop van de MAKITA Bosmaaier. Wij zijn
blij u de MAKITA Bosmaaier te kunnen aanbieden die het resultaat is van een
lang ontwikkelingsprogramma en vele jaren opgedane kennis en ervaring.
Gelieve dit handboekje zorgvuldig door te lezen, te begrijpen en op te volgen.
Het geeft een gedetailleerde uitleg van de verschillende punten waardoor u zich
een denkbeeld kunt vormen van de voortreffelijke prestaties van de machine.
Dit zal u in staat stellen de beste resultaten te verkrijgen van uw MAKITA
Bosmaaier.
Inhoudsopgave Bladzijde
Het is erg belangrik dat u weet wat de volgende symbolen betekenen wanneer u dere gebruiksaanwÿzing leest.
SYMBOLEN
Nederlands
Symbolen.....................................................................86
Veiligheidsvoorschriften ..........................................87-90
Technische gegevens ..................................................92
Naam van de onderdelen ............................................93
Monteren van motor en aandrijfstang .....................94-95
Installeren van de handgreep ......................................96
Installeren van de beschermkap..................................96
Installeren van het mesblad of nylon draadkop ...........96
Voor gebruik ...........................................................97-98
Aandachtspunten bij de bediening en hoe
u de machine moet stoppen .................................99-100
Aanscherpen van het mesblad ..................................100
Onderhoudsvoorschriften ...................................101-103
Machine-opslag ..................................................104-105
Oplossen van problemen...........................................106
Lees, begrijp en volg de
Gebruiksaanwijzing op
WAARSCHUWING/GEVAAR/LET OP
Verboden
Afstand houden
Gevaar voor rondvliegende Voorwerpen
Niet roken
Open vlammen verboden
Draag veiligheidshandschoenen
Terugslag (enkel voor bosmaaier)
Personen en huisdleren niet
Toegelaten in de werkomgeving
Draag een veiligheidshelm,
Oog-en oorbescherming
Max. toelaatbaar toerental maaiblad
Brandstof (Benzine)
Motor-Handbediend starten
Noodstop
Eerste Hulp Bij Ongevallen
(EHBO)
AAN/START
UIT/STOP
87
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Algemene voorschriften
Om een juiste en veilige bediening te verzekeren, dient de gebruiker deze
gebruiksaanwijzing te lezen en te begrijpen om zich vertrouwd te maken met
de bediening van de bosmaaier. Gebruikers die onvoldoende vertrouwd zijn
met de machine kunnen zowel zichzelf als anderen in gevaar brengen door
onjuiste bediening.
Het is aan te bevelen dat u de bosnaaier alleen uitleent aan personen die
voldoende ervaring hebben met bosmaaiers.
Overhandig ook altijd de gebruiksaanwijzing.
Gebruik de bosmaaier uitsluitend met alle beschermingen aangebracht.
Personen die nooit eerder met een bosmaaier hebben gewerkt, dienen bij
hun dealer te informeren naar basisrichtlijnen om zichvertrouwd te maken
met het hanteren van een motoraangedreven maaier.
Gebruik van de bosmaaier mag niet worden toegestaan aan kinderen
en personen beneden de 18 jaar. Personen boven de 16 jaar kunnen de
machine echter gebruiken voor opleidingsdoeleinden en dit uitsluitend onder
het toezicht van een bevoegd opleider.
Gebruik de bosmaaier met uiterste voorzichtigheid en oplettendheid.
Gebruik de bosmaaier alleen wanneer u in goede lichameliike gezondheid
verkeert. Voer alle werkzaamheden zorgvuldig en voorzichtig uit. De
gebruiker is aansprakelijk voor anderen.
Gebruik de bosmaaier nooit onder invloed van alcohol of geneesmiddelen.
Gebruik de machine niet wanneer u vermoeid bent.
Bewaar deze voorschriften voor naslag in de toekomst.
Door nationale regelgeving kan de functionaliteit van de machine zijn beperkt.
Persoonlijkeveiligheidsuitusting
Draag doelmatige en geschikte kleren die nauw passen zonder u in uw
bewegingen te belemmeren. Draag geen juwelen, kleding of lang haar, die
kunnen blijven vasthangen in struikgewas of heesters.
Tijdens het bedienen van de bosmaaier dient u de volgende
veiligheidsuitrusting en veiligheidskleding te dragen om hoofd-, oog-, hand-of
voetverwondingen te voorkomen en om uw gehoor te beschermen.
Draag altijd een helm wanneer u in het bos werkt. Controleer de
veiligheidshelm (1) regelmatig op beschadiging en vernieuw deze op zijn
laatst na 5 jaar gebruik. Gebruik uitsluitend goedgekeurde veiligheidshelmen.
Het vizier (2) van de helm (of een goedgekeurde veiligheidsbril) beschermt
uw gezicht tegen rondvliegende twijgjes, steentjes of andere voorwerpen.
Draag tijdens het gebruik van de bosmaaier altijd een veiligheidsbril of een
vizier om oogverwondingen te voorkomen.
Om verslechtering van uw gehoor te voorkomen, draag een doeltreffende
bescherming tegen het lawaai (oorbeschermers (3), oordopjes enz.), vooral
tijdens lange werkperioden.
De werkoverall (4) beschermt tegen rondvliegende splinters en steentjes. Het
is sterk aan te bevelen dat de gebruiker een werk-overall draagt.
Speciale handschoenen (5), gemaakt van dik leer, zijn een onderdeel van de
voorgeschreven veiligheidsuitrusting en dienen daarom tijdens het gebruik
van de bosmaaier altijd te worden gedragen.
Draag tijdens het gebruik van de bosmaaier altijd stevige schoenen (6) met
slipvrije zolen. Dit zal u beschermen tegen verwondingen en verzekert goede
steun voor de voeten.
Starten van de bosmaaier
Controleer eerst of er binnen een bereik van 15 meter of 50 voet geen
kinderen of andere personen aanwezig zijn. Let ook op dat er geen dieren in
de directe omgeving zijn.
Alvorens de bosmaaier te starten, altijd eerst controleren of deze geschikt is
voorveiliggebruik:
Controleer of het mesblad goed is vastgezet. Controleer of de
bevestigingsmoer van het mesblad stevig is aangetrokken.
Controleer de gashendel op soepele werking en gemakkelijke bediening.
Controleer of de gashendelpal juist werkt. Rotatie van het mesblad tijdens
onbelast draaien is niet toegelaten.
Raadpleeg de voorschriften voor het afstellen van het nullasttoerental op
blz. 100. Controleer of handgrepen schoon en droog zijn en test de werking
van de STOP schakelaar. Houd de handgrepen vrij van olie en brandstof.
Alvorens te starten moet u de lokale regels aangaande geluidsoverlast en de
toegestane werktijden controleren. Houd u aan die regels.
Start uitsluitend met de bosmaaier op de grond geplaatst.
Start niet wanneer de maaier achter u of op uw rug is.
88
Rusten•
Vervoer•
Bijvullen•
Onderhoud•
Vervangen van gereedschap•
Start de bosmaaier alleen in overeenstemming met de instructies.
Gebruik geen andere methode voor het starten van de motor!
Gebruik de bosmaaier en het bijgeleverde gereedschap alleen voor de
gespeciceerdedoeleinden.
Start de motor van de bosmaaier pas nadat de bosmaaier helemaal is
gemonteerd. Bediening van de machine is alleen toegestaan nadat al de
geschikte accessoires zijn bevestigd!
Alvorens de motor te starten, controleer of het mesblad niet in aanraking
komt met harde voorwerpen zoals takken, stenen enz.
In geval van motorstoringen dient u de motor onmiddellijk te stoppen.
Wanneer het mesblad tegen stenen of andere voorwerpen is gestoten, stop
dan onmiddellijk de motor en controleer het mesblad op beschadiging.
Controleer het mesblad na korte, regelmatige tussentijden op beschadiging
(ontdekken van haarscheurtjes door middel van een klopgeluidtest).
Een vertrouwd weergalmend geluid dient te worden gehoord.
Gebruik de bosmaaier alleen met de schouderband eraan bevestigd.
De schouderband dient juist te worden afgesteld alvorens de bosmaaier
wordt gestart. Het is zeer belangrijk dat de schouderband wordt afgesteld in
overeenstemming met de grootte van de gebruiker, om vermoeidheid tijdens
het gebruik of verlies van controle over de machine te voorkomen. Houd de
machine tijdens het gebruik nooit met één hand vast.
Houd de bosmaaier tijdens het gebruik altijd met beide handen vast.
Zorg ervoor dat u altijd een veilige, evenwichtige steun voor de voeten hebt.
Bedien de bosmaaier zodanig dat u geen uitlaatgassen inademt. Laat
de motor nooit in gesloten ruimten draaien (gevaar voor verstikking en
gasvergiftiging). Koolmonoxide is een reukloos gas. Zorg er altijd voor dat er
goede ventilatie is.
Stop de motor wanneer u wilt rusten of wanneer u de bosmaaier alleen
achterlaat. Plaats deze in een veilige omgeving om gevaar voor anderen, het
in brand vliegen van brandbare materialen of beschadiging van de machine
te voorkomen.
Leg de hete bosmaaier nooit op droog gras of andere brandbare materialen.
Het mesblad dient gebruikt te worden met de geschikte beschermkap erop
bevestigd. Gebruik het gereedschap nooit zonder deze beschermkap!
Tijdens het bedienen van de machine dienen alle bijgeleverde
beschermingsonderdelen en beschermkappen te worden gebruikt.
Bedien de motor nooit met een defecte knalpot.
Stop de motor alvorens de machine te vervoeren.
Wanneer u het gereedschap vervoert, bevestigt u altijd de beschermkap op
het snijblad.
Zet de bosmaaier rechtop en bevestig deze in de auto of vrachtauto om
schade door het verschuiven van de machine tijdens transport te voorkomen.
Controleer alvorens de machine te transporteren dat de brandstoftank geheel
leeg is zodat er geen brandstof kan gaan lekken.
Nadat tegen het gereedschap is gestoten of het is gevallen, controleert u de
conditie van het gereedschap voordat u de werkzaamheden hervat.
Controleerhetbrandstofsysteemopbrandstoekkage,ende
bedieningselementen en veiligheidsvoorzieningen op een juiste werking.
Als enige beschadiging zichtbaar is of u twijfelt, vraagt u ons erkende
servicecentrum om inspectie en reparatie.
Bijvullen
Verminder de kans op brand en brandwonden en behandel benzine zeer
voorzichtig. Benzine is uitermate ontvlambaar.
Stop de motor, rook niet en houd vuur uit de buurt voor en tijdens het
bijtanken.
Vermijd contact van de huid met aardolieprodukten. Adem de brandstofdamp
niet in. Draag tijdens het bijvullen altijd beschermhandschoenen. Venieuw en
reinig regelmatig uw beschermkleding.
Pas op dat u geen brandstof of olie morst. Veeg de machine droog alvorens
de motor te starten. Zorg dat natte doeken goed zijn opgedroogd voordat u
deze in een wasbak of dergelijke stopt zodat de doeken niet in brand kunnen
vliegen.
Zorg dat er geen brandstof op uw kleren terechtkomt. Indien er brandstof op
uw kleren is gemorst (gevaar), trek dan onmiddellijk andere kleren aan.
Controleer regelmatig de brandstoftankdop om er zeker van te zijn dat deze
goed vergrendeld is.
Draai de borgschroef van de brandstoftank goed en voorzichtig aan.
Ga op een andere plaats staan om de motor te starten (tenminste 3 meter of
10 voet van de plaats waar werd bijgevuld).
Vul nooit bij in een afgesloten ruimte. Brandstofdampen verzamelen zich op
grondhoogte(gevaarvoorontplofngen).
Gebruik uitsluitend goedgekeurde containers voor het vervoeren en opslaan
van brandstof. Zorg ervoor dat de opgeslagen brandstof niet toegankelijk is
voor kinderen.
Vul nooit brandstof bij terwijl de motor nog heet is of draait.
Wanneer u benzine mengt met tweetakt-motorolie, gebruik dan uitsluitend
benzine die geen ethanol of methanol (alcohol) bevat.
Hierdoorvoorkomtunamelijkbeschadigingvandebrandstoeidingenen
andere motoronderdelen.
89
Let op:
Terugslag!
Schematische
afbeelding
Schematische
afbeelding
Bedieningsmethode
Gebruik de bosmaaier alleen bij goed licht en bij goed zicht. Tijdens koude
seizoenen dient u op te passen voor gladde of natte plaatsen, ijs en sneeuw
(slipgevaar). Zorg ervoor dat u altijd veilige steun voor de voeten hebt.
Reik niet te ver met de machine. Zorg ervoor dat u altijd goede steun voor
de voeten hebt, uw evenwicht bewaart en volledige handcontrole over de
machine hebt.
Maai nooit boven taille-hoogte.
Klim nooit in bomen om met de bosmaaier te maaien.
Werk nooit op onstabiele oppervlakten of steil terrein.
Verwijder voorwerpen, zoals stenen, spijkers, gebroken glas, draad, etc.,
uit de werkomgeving. Vreemde voorwerpen kunnen het snijgereedschap
beschadigen, gevaarlijke terugslag veroorzaken of omhoog geworpen
worden en een gevaarlijk projektiel worden.
Begin pas met het maaien nadat het snijgereedschap op volle
bedrijfssnelheid is gekomen.
Bedien dit gereedschap nooit terwijl het ondersteboven is gekeerd en ook
nooit bij een uiterst scherpe hoek.
WAARSCHUWING! -De omgeving rond het maaimes is nog gevaarlijk zolang
als de motor niet tot volledige stilstand is gekomen.
Als gras of takken bekneld raken tussen het snijgarnituur en de
beschermkap, zet u altijd de motor uit voordat u ze verwijdert.
Als u dat toch doet, kan door onbedoeld draaien van het snijblad ernstig
letsel ontstaan.
Neem een pauze om te voorkomen dat u door vermoeidheid de controle
over het gereedschap verliest. Wij adviseren u ieder uur 10 tot 20 minuten te
rusten.
Terugslag (stoot van het snijblad)
Tijdens het bedienen van de bosmaaier, kan ongecontroleerde terugslag
optreden.
Dit is vooral het geval wanneer u probeert te maaien binnen een bladsegment
tussen 12 en 2 uur op de wijzerplaat zoals gezien vanaf de plaats van de
gebruiker.
Laat dit segment van de bosmaaier nooit in aanraking komen met vaste
voorwerpen zoals struiken, stronken, bomen etc., met een diameter van meer
dan 3 cm.
De bosmaaier zal dan met grote kracht en snelheid worden teruggeslagen
met mogelijk gevaar voor ernstige verwondingen.
Gebruik de bosmaaier nooit met het bladsegment tussen de 12 en 2 uur
positie.
Voorkomen van terugslag
Om terugslag te voorkomen, de volgende punten in acht nemen:
Maaien met het bladsegment tussen 12 en 2 uur is zeer gevaarlijk, vooral bij
gebruik van metalen mesbladen. Wanneer deze bosmaaier wordt gebruikt
met de bladsegmenten van 11 tot 12 uur en van 2 tot 5 uur, is er nog mogelijk
gevaar voor enige terugslag.
Maaien met de bladsegmenten tussen 11 en 12 uur, en tussen 2 en 5 uur,
dient alleen door geoefende en ervaren gebruikers te worden uitgevoerd
en dit uitsluitend op eigen risico. Gemakkelijk maaien met weinig of geen
terugslag is mogelijk met het bladsegment tussen 8 en 11 uur.
Snijgereedschappen
Gebruik uitsluitend het geschikte snijgereedschap voor het betreffende werk.
Mesblad (kruisvormig mesblad (4 tanden), wervelmesblad
(8 tanden)):
Voor het maaien van dikke materialen zoals onkruid, hoog gras, struiken,
heesters,kreupelhout,kreupelbosjesetc.(maximaledikte:2cmdiameter).Voor
dit soort maaiwerk dient u de bosmaaier gelijkmatig in halve cirkels van rechts
naar links te zwenken (op dezelfde wijze als wanneer u met een zeis werkt).
Gebruik nooit andere messenbladen, waaronder metalen meerdelige kettingen
en vlegelmessen. Als u dat toch doet, kan ernstig letsel ontstaan.
Onderhoudsvoorschriften
Laat uw gereedschap onderhouden door ons erkende servicecentrum dat
altijd uitsluitend gebruikmaakt van originele vervangingsonderdelen. Onjuiste
reparatie en slecht onderhoud kan de levensduur van het gereedschap
verkorten en de kans op ongevallen vergroten.
Alvorens met het werk te beginnen, dient u te controleren of de bosmaaier in
goede staat is. Controleer in het bijzonder de staat van het snijgereedschap,
de beschermkap en de schouderband. Let er vooral goed op dat de
mesbladen juist zijn aangescherpt.
Zet de motor af en verwijder de bougie-aansluitklemmen wanneer u het
mesblad wilt vervangen of aanscherpen, en ook wanneer u de bosmaaier of
het snijgereedschap wilt reinigen.
90
Probeer nooit beschadigde mesbladen recht te maken of te lassen.
Wees milieuvriendelijk. Bedien de bosmaaier met zo weinig mogelijk lawaai
en vervuiling. Controleer in het bijzonder of de carburateur juist is afgesteld.
Maak de bosmaaier regelmatig schoon en controleer of alle bouten en
moeren goed zijn vastgezet.
Voer nooit onderhoudswerk aan de bosmaaier uit en berg deze nooit op in de
buurt van open vlammen, vonken, etc.
Maak de brandstoftank leeg alvorens de bosmaaier op te bergen. Berg de
bosmaaier altijd in een goed geventileerde en op slot gedane ruimte op.
Wanneer u het gereedschap reinigt, onderhoudt of opbergt, bevestigt u altijd
de beschermkap op het snijblad.
Neem alle van toepassing zijnde voorschriften ter preventie van
ongevallen, verstrekt door de belanghebbende handelsverenigingen en
verzekeringsmaatschappijen, in acht. Breng nooit wijzigingen aan in de
bosmaaier, aangezien dit uw veiligheid in gevaar zal brengen.
Onderhoudswerkzaamheden en reparaties door de gebruiker zijn beperkt tot
die welke in deze gebruiksaanwijzing zijn beschreven.
Alle andere werkzaamheden dienen door Erkende Service Agenten te worden
uitgevoerd.
Gebruik uitsluitend originele vervangstukken en accessoires door MAKITA
geleverd. Het gebruik van niet-goedgekeurde accessoires en gereedschappen
vergroot het gevaar voor ongevallen en verwondingen. MAKITA erkent geen
aansprakelijkheid voor ongevallen of beschadiging veroorzaakt door het gebruik
van nietgoedgekeurde snijgereedschappen, hulpstukken of accessoires.
Eerstehulpbijongevallen(EHBO)
Om op mogelijke ongevallen voorbereid te zijn, zorg ervoor dat een goed
gevulde verbandkist beschikbaar is in de buurt van uw werkomgeving. Wanneer
u iets uit de verbandkist gebruikt, dient u dit onmiddellijk te vervangen.
Wanneer u hulp inroept, geef dan de volgende informatie:
Plaats van het ongeval
Wat er gebeurd is
Aantal gewonde personen
Omvang van verwondingen
Uw naam
Trillingen
Personen met een slechte bloedsomloop die worden blootgesteld aan sterke
trillingen, kunnen verwondingen aan bloedvaten of het zenuwstelsel oplopen.
Trillingen kunnen de volgende symptomen veroorzaken in de vingers, handen
ofpolsen:“slapen”(ongevoeligheid),tintellingen,pijn,stekendgevoel,
veranderen van huidskleur of van de huid. Als een van deze symptomen zich
voordoet, raadpleegt u uw huisarts!
Omdekansopdeze“wittevingerziekte”teverkleinen,houdtuuwhanden
warm tijdens het werk en onderhoudt u het gereedschap en de accessoires
goed.
91
Alleen voor Europese landen
EU-verklaring van conformiteit
Wij,MakitaCorporation,alsdeverantwoordelijkefabrikant,verklarendatdevolgendeMakitamachine(s):
Aanduidingvandemachine:OpderugbraagbareBosmaaier
Modelnr./Type:EBH341R
Technischegegevens:ziedetabel“TECHNISCHEGEGEVENS”
in serie zijn geproduceerd en
VoldoenaandevolgendeEuropeserichtlijnen:
2000/14/EC en 2006/42/EC
Enzijngefabriceerdinovereenstemmingmetdevolgendenormenofgenormaliseerddocumenten:
EN ISO 11806-2
Detechnischedocumentatiewordtbewaarddoor:
Makita International Europe Ltd., Technical Department,
Michigan Drive, Tongwell, Milton Keynes, Bucks MK15 8JD, Engeland
De conformiteitsbeoordelingsprocedure vereist door Richtlijn 2000/14/EC was in Overeenstemming met annex V.
Gemetengeluidsvermogenniveau:108,2dB
Gegarandeerdgeluidsvermogenniveau:111dB
3. 11. 2009
Tomoyasu Kato
Directeur
Makita Corporation
3-11-8, Sumiyoshi-cho,
Anjo, Aichi, JAPAN
92
TECHNISCHE GEGEVENS
Model
EBH341R
Ring-handgreep
Mesblad Nylon draadkop
Afmetingen:lengtexbreedtexhoogte(zonderlengtepijphouder) mm 430 x 280 x 430
Gewicht (zonder bescherming en mesblad) kg 10,2
Inhoud (brandstoftank) L 0,65
Snijgereedschap (diam. snijblad) mm 255
Cilinderinhoud cm
3
33,5
Maximaal motorvermogen kw 1,07 bij 7.000 min
-1
Motortoerental bij aanbevolen max. assnelheid min
-1
10.000
Maximal assnelheid (overeenkomstig) min
-1
7.500
Brandstofverbruik kg/h 0,458
Speciekbrandstofverbruik g/kwh 426
Onbelast toerental min
-1
3,000
Koppelingstoerental min
-1
4,100
Carburateur (membraantype) type WALBRO WYL
Ontstekingssysteem type Solid state ontsteking
Bougie type NGK CMR6A
Elektrodenafstand mm 0,7 – 0,8
Trilling volgens ISO 22867
Rechterhandgreep
(Achterste handvat)
a
hv eq
m/s
2
2,1 2,2
Onzekerheid K m/s
2
0,3 1,6
Linkerhandgreep
(Voorste handvat)
a
hv eq
m/s
2
3,6 3,0
Onzekerheid K m/s
2
0,8 1,9
Gemiddeld geluidsdrukniveau volgens ISO 22868
L
PA eq
dB (A) 87,3 93,2
Onzekerheid K dB (A) 2,2 2,3
Gemiddeld geluidsvermogenniveau
volgens ISO 22868
L
WA eq
dB (A) 100,5 105,2
Onzekerheid K dB (A) 2,8 2,6
Brandstof Autobenzine
Motorolie
SAE10W30olievanAPIClassicatie
SF Klasse of hoger (4-takt olie voor auto’s).
Versnelling sverhouding 15/20
93
NAAM VAN DE ONDERDELEN
NL Benaming van de onderdelen
1 Benzinetank
2 Startinrichting
3 Luchtlter
4 Aan/uit-schakelaar
5 Bougie
6 Uitlaat-knaldemper
7 Handgreep
8 Gashendel
9 Gaskabel
10 Aandrijfas
11 Beschermkap
(beschermkap van snijgarnituur)
12 Drijfwerk
13 Maaiblad
14 Schouderband
15 Tankdop
16 Startgreep
17 Opvoerpomp
18 Chokehendel
19 Uitlaatpijp
20 Oliepeistok
21 Flexibele pijp
22 Nylon draadkop
94
LETOP: Alvorensenigwerkaandebosmaaieruittevoeren,altijdeerst
de motor afzetten en de bougieaansluitklemmen losmaken
van de bougie. Pas op voor hete motoronderdelen en scherpe
meskanten.Draagaltijdveiligheidshandschoenen!
LET OP: Start de bosmaaier pas nadat u deze volledig gemonteerd hebt.
1. Verbindenvandeexibelepijpmetmotorenpijphuishouder
Steekeenuiteindevandeexibelepijp(1)inhethuisvandekoppeling(2)
vandemotortotdatueenlichte“klik”hoort.
Steekhetandereuiteindevandeexibelepijpindepijphuishouder(3)van
de bosmaaier totdat het vergrendelt.
Controleerdathetvierkanteuiteindevandeexibelestanggoedinde
verbinding van de aandrijfas past.
LETOP: Hetvierkanteulteindevandeexibeleaspastmogelijknietin
deverbindingvandeaandrijfaswanneerudeexibelepijpniet
juistinkuntsteken.Voorkombeschadigingvanhetuiteindevan
deexibleasenforceerniet.
Herhaaldeprocedurenogmaalstotdatdeexibeleasenpijp
goed passen.
MONTEREN VAN MOTOR EN AANDRIJFSTANG
2. MONTAGE VAN GASKABEL
Verwijderdeafdekkingvanhetluchtlter.
Plaats de gaskabel (4) in de stelbout (5) en verplaats de wartel (6) zo dat
de kabel in de groef daarvan past. Op dit moment zal de kant van de wartel
methetrondegaterinnaardemetalenttingaanhetuiteindevande
binnendraad wijzen.
Laatdewartellosencontroleerofdedemetalenttingaanhetuiteindevan
de binnendraad inderdaad in het gat valt.
Doedeafdekkingvanhetluchtlterweerterug.
Wartel
Eindbeslag
Rond gat
Gaskabel
Instek
95
AANSLUITING SCHAKELAARSNOEREN
Sluit de twee snoeren van de schakelaar aan op de bijbehorende snoeren
van de motor door de ene in de andere te steken.
Zet de stekkers vast met klem (7).
AFSTELLING VAN DE GASKABEL
Stel de gaskabel af met de stelbout zodat er 1 a 2 mm speling blijft wanneer
de gashendel in de laagste stand staat met de stelbout voor de carburateur.
(Let erop dat het snijblad niet mag draaien wanneer de motor stationair
loopt.)
LeiddegaskabelenIOschakelaardradentezamenlangsdeexibelepijp
en bevestig stevig met een draadklem (8) op drie punten. De gaskabel en I-O
schakelaardraden schieten mogelijk los met alle gevolgen van dien wanneer zij
niet goed zijn bevestigd.
96
Monteer een eindstuk aan de linkerkant van het gereedschap tezamen met
de handgreep ter bescherming van de gebruiker.
Zorg ervoor dat de handgreep/bescherming wordt gemonteerd tussen de
afstandshouder en de pijlmarkeringen.
WAARSCHUWING:Verwijderofverkleindeafstandshouderniet.
De afstandshouder zorgt voor een bepaalde afstand tussen
beide handen. Als de handgreep/bescherming dichter
op het andere handvat zou staan dan de lengte van de
afstandshouder, kunt u de controle over het gereedschap
verliezen waardoor ernstig persoonlijk letsel kan ontstaan.
Om te voldoen aan de van toepassing zijnde veiligheidsvoorschriften, mogen
uitsluitend de in de tabel aangegeven gereedschap/beschermkap combinaties
worden gebruikt. Nalatigheid in dit verband kan ernstige verwonding of dood
van de gebruiker of omstanders tot gevolg hebben.
Gebruik uitsluitend een origineel MAKITA mesblad of nylon draadkop.
Het mesblad dient goed schoon te zijn, goed aangescherpt en vrij van
barsten of scheuren. Indien het mesblad tijdens het gebruik tegen harde
voorwerpen of stenen wordt gestoten, onmiddellijk de motor afzetten en het
mesblad op beschadiging controleren.
Reinig en scherp of vernieuw het mesblad na ten hoogste iedere drie uren
van gebruik.
De buitendiameter van het mesblad mag niet groter zijn dan 255 mm
(10/32”). Gebruik nooit mesbladen met een buitendiameter van meer dan
255 mm (10-1/32”).
LET OP: Voor uw eigen veiligheid en om te voldoen aan de voorschriften
ter preventie van ongevallen, dient de geschikte beschermkap
altijdgeïnstalleerdtezijn.
Probeer nooit de machine te gebruiken zonder dat de
beschermkapopdejuistewijzeisaangebracht.
Bevestig de bescherming met 4 bouten stevig aan de versnellingskast.
Gebruik nooit zonder een bescherming of indien de bescherming gebroken
is.
Keer de machine ondersteboven voor gemakkelijker vervangen van het
mesblad of de nylon draadkop.
Montage van het mesblad
Bevestig het mesblad en de andere onderdelen in de volgorde die in de
afbeelding is aangegeven. Druk een stang of inbussleutel in de opening van
de versnellingskast totdat het mesblad is vergrendeld en niet meer draait.
Draai de moer linksom met een combinatiesleutel vast.
(Vergeet niet dat de moer in tegengestelde richting van een normale moer
wordt vast of losgedraaid.)
De moer moet voor ieder gebruik opnieuw worden vastgedraaid.
Gebruik bij voorkeur de hier rechts aangegeven bevestigingen voor deze
bosmaaier.
Probeer beslist geen bomen, blokken hout of andere harde materialen te
snijden.
[Aantrekkoppel:28–48N–m]
OPMERKING:Draagaltijdhandschoenenwanneeruaanhetmesblad
werkt.
Montage van de nylon draadkop
De mesdop, boutafdekking en moer heeft u niet nodig voor de montage van
de nylon snijkop. De nylon snijkop wordt gemonteerd op de grasafdekking.
Steek de inbussleutel door het gat in de overbrenging en meshouder tot deze
vergrendelt met de inbussleutel.
Schroef vervolgens de nylon snijkop tegen de klok in op de as
.
Verwijder de inbussleutel.
INSTALLEREN VAN DE HANDGREEP
INSTALLEREN VAN DE BESCHERMKAP
INSTALLEREN VAN HET MESBLAD OF NYLON DRAADKOP
naar motor
Pijlmerkteken
Kruisvorming
mesblad (4 tanden)
moer
boutafdekking
mesdop
mes
grasafdekking
meshouder
bescherminng
beschermplaat
vesnellingshuis
Nylon draadkop
Wervel mesblad
(8 tanden)
Beschermkap voor
metalen mesblad
97
INSPECTIE EN BIJVULLEN VAN MOTOROLIE
Voer de volgende procedure uit wanneer de motor is afgekoeld.
Houd de motor horizontaal, verwijder de oliepeilstok en kijk of het oliepeil zich tussen de markeringen voor het maximale en het minimale
oliepeil bevindt. Wanneer er zo weinig olie in de motor zit dat alleen de tip van de oliepeilstok de olie raakt wanneer de oliepeilstok in het
carter steekt zonder vastgedraaid te zijn (Afb. 1), dient u motorolie toe te voegen (Afb. 2).
Vooruwinformatie,hetduurtongeveer15uurvooreroliebijgevuldmoetworden(vulfrequentie:15keer).
Als de olie verkleurd blijkt, of wanneer u vuil in de olie aantreft, dient u de olie te verversen. (Zie bladzijde 101 voor de intervallen en manier
van verversen)
Aanbevolen olie: SAE10W30olievanAPIClassicatieSFKlasseofhoger(4taktolievoorauto’s)
Hoeveelheid olie: Ongeveer 100 cc.
NOOT:Alsdemotornietrechtwordtgehouden,kanerolieindemotorterechtkomenenkuntuteveelolieinhetblokdoen.
Als er teveel olie in het carter gedaan is, kan de olie verontreinigd raken, of verbranden met een witte rook als resultaat.
Opmerking1bijhetverversenvandeoliede“oliepeilstok”
Verwijder stof en vuil rond de olievul-opening en haal de oliepeilstok los.
Houd de losgemaakte oliepeilstok vrij van zand en stof. Doet u dat niet, dan kunnen vuil dat aan de oliepeilstok blijven hangen de
circulatie van de olie door de motor belemmeren of het binnenwerk beschadigen, wat kan leiden tot problemen.
Om de oliepeilstok schoon te houden kunt u deze bijvoorbeeld met zijn knop in de motor-afdekking steken, zoals in Afb. 3 te zien is.
VOOR GEBRUIK
(1) Houd de motor horizontaal en haal de oliepeilstok los.
(2) Vul bij met motorolie tot aan de rand van de olievul-opening. (Zie Afb. 2 op
de vorige bladzijde).
Gebruikbijvoorbeeldeenspuitesomdeoliemakkelijkerindeopeningte
krijgen.
(3) Zet de oliepeilstok weer goed vast. Doet u dat niet, dan kan er olielekkage
optreden.
Afb. 1
Opmerking2bijhetverversenvanolie:“Alseroliegemorstwordt”
Als er olie gemorst wordt tussen de brandstoftank en de motor zelf, kan de olie in de inlaat van de luchtkoeling gezogen worden, waardoor
de motor verontreinigd kan raken. Vergeet niet om gemorste olie op te nemen voor u de motor weer in gebruik neemt.
Oliepeilstok
Afb. 3
Vul motorolie bij
als er alleen aan
de tip olie zit.
Maximum oliepeil
(onderkant schroefdraad
olievulopening)
Afb. 2
98
Tanken
WAARSCHUWING: ONTVLAMBARE MATERIALEN TEN
STRENGSTE VERBODEN
Gebruikte benzine: benzine voor auto’s
Maak de tankdop een beetje los om eventuele gassen te laten ontsnappen.
Haal de tankdop los en doe brandstof in de tank terwijl u er voor zorgt dat de
gassen in de tank kan ontsnappen door de vulopening naar boven te houden.
(Doe nooit brandstof in de vulopening voor de motorolie.)
Veeg de omgeving van de tankdop goed schoon om te voorkomen dat
vreemde voorwerpen in de brandstoftank terecht komen.
Doe de tankdop weer goed vast als u klaar bent met tanken.
Als er een beschadiging of onvolkomenheid is aan de tankdop, dient u deze •
te vervangen.
De tankdop is aan slijtage onderhevig en dient elke twee a drie jaar •
vervangen te worden.
Brandstoftankdop
Maximale
brandstofpeil
Brandstoftank
TANKEN
Omgaan met brandstof
U moet brandstof met de grootst mogelijke voorzichtigheid behandelen. Brandstof kan aan oplosmiddelen verwante stoffen bevatten. U moet
tanken in een voldoende geventileerde ruimte of in de open lucht. Adem de brandstofdampen niet in en houd de brandstof zo veel mogelijk
bij u vandaan. Als u herhaaldelijk en voor langere tijd in aanraking bent met brandstoffen, zal de huid uitdrogen en kan zich een huidziekte of
allergie ontwikkelen. Als er brandstof in uw oog komt, dient u het oog te spoelen met water. Als u oog dan nog pijn blijft doen, dient u een arts te
raadplegen.
Opslagtermijnvanbrandstof
Brandstof hoort binnen 4 weken opgebruikt te worden, zelfs al wordt het bewaard in een speciale container in een goed geventileerde, donkere
ruimte.
Als u geen speciale container gebruikt, of als de container open is, kan brandstof binnen een dag onbruikbaar worden.
Opslag van de machine en de tank
Bewaar de machine en de tank op een koele plek, uit de zon.
Bewaar in geen geval brandstof in de passagiersruimte of de bagageruimte van uw auto.
Brandstof
De gebruikte motor is een 4-takt motor. Let er op dat u benzine voor auto’s gebruikt (normaal of super).
Opmerkingen over brandstof
Gebruik nooit een benzine-olie mengsel. Doet u dit toch, dan kan er zich een koolstof afzetting vormen en kunnen er mechanische
problemen op gaan treden.
Gebruik van slechte brandstof zal de motor onregelmatig doen starten.
99
Raadpleeg de van toepassing zijnde veiligheidsinstructies!
STARTEN
Verplaats u minimaal 3 meter van de tankplaats. Plaats de bosmaaier op een
vlakke, schone ondergrond en zorg dat het snijgereedschap niet in aanraking
kan komen met de grond of andere voorwerpen.
A: Koude start
1) Laat het gas los en zet de omwentelingssnelheid van de motor op het
minimum.
2) Zet de I-O stopschakelaar (1) op OPERATION.
3) Chokehendel
Sluit de chokehendel.
Openzettenvandechoke:
Helemaal sluiten in koude omstandigheden of wanneer de motor koud is.
Helemaal of half open bij opnieuw starten kort nadat de motor gestopt
werd.
4) Opvoerpomp
Blijf op de opvoerpomp drukken tot er brandstof in de opvoerpomp komt. (In
het algemeen zal er na 7 tot 10 keer drukken brandstof in de opvoerpomp
komen.)
Als u de opvoerpomp te intensief gebruikt, zal het teveel aan benzine
teruggevoerd worden naar de brandstoftank.
5) Trekstarter
Trek rustig aan de trekstarter tot u weerstand voelt (compressiepunt).
Laat de trekstarter vervolgens terugkeren en trek er dan krachtig aan.
Trek de trekstarter nooit volledig uit. Laat nooit direct los nadat u de
trekstarter heeft uitgetrokken. Houd de trekstarter vast totdat deze
terugkeert naar zijn oorspronkelijke positie.
6) Chokehendel
Zet de chokehendel open wanneer de motor start.
Zet de chokehendel steeds verder open terwijl u controleert hoe de motor
loopt. Vergeet niet dat de chokehendel uiteindelijk helemaal open moet
staan.
Als het koud is of wanneer de motor is afgekoeld, mag u nooit de
chokehendel ineens helemaal open zetten. Doet u dit toch, dan kan de
motor stilvallen.
7) Opwarmen
Laat de motor 2 a 3 minuten opwarmen.
AANDACHTSPUNTEN BIJ DE BEDIENING EN HOE U DE MACHINE MOET STOPPEN
OPERATION
Ontgrendelingshendel
I/O aan/uit
schakelaar (1)
Gashendel (6)
CLOSE
OPEN
Carburateur
Opvoerpomp
100
Noot: –Alsdestarthendelherhaaldelijkaangetrokkenwordtmetdechokeopde“CLOSE”positie,komterteveelbenzinetoevoerhetgeenhet
starten bemoeilijkt.
Indien er teveel benzinetoevoer is, verwijder de bougie en draai de starthendel enkele keren om de overvloedige benzine te verijderen.
Droog verder de polen van de bougle.
Waarschuwingtijdenswerkzaamheden:
Als de gashendel vol ingeknepen blijft in een onbelaste toestand, kan het motortoerental oplopen tot over de 10.000 tpm. Werk enkel met een
belast toerental dat zo ongeveer tussen de 6.000 en 8.500 tpm ligt.
B: Starten na het opwarmen
1) Druk herhaaldelijk op de opvoerpomp.
2) Houd de gashendel in de stationairstand.
3) Trek hard aan de trekstarter.
4) Als het moeilijk is om de motor te starten, dient u het gas ongeveer 1/3 open te zetten. Let op het snijblad aangezien dit rond kan gaan
draaien.
Letopbijdebediening
Wanneer de motor ondersteboven wordt gebruikt, is het mogelijk dat er witte rook uit de knaldemper komt.
BIJSTELLEN VAN DE LAGE OMWENTELINGSSNELHEID (STATIONAIR)
Wanneer het noodzakelijk blijkt om het stationaire toerental bij te stellen, dient u de stelschroef op de carburateur bij te stellen.
STOPPEN
Zet de I-O schakelaar op STOP.
1) Laat de gashendel (6) los en als het motortoerental gezakt is zet u de I-O
aan/uit-schakelaar op STOP, zodat de motor stopt.
2) Let er op dat het snijblad mogelijk niet onmiddellijk stopt en laat het in een
dergelijk geval eerst volledig tot stilstand komen.
CONTROLEREN VAN HET STATIONAIRE TOERENTAL
Stel het stationaire toerental in op 3.000 t/m.
Wanneer het noodzakelijk is het stationaire toerental bij te stellen, dient u de
stelschroef op de carburateur bij te stellen (zoals rechts is afgebeeld), met
een kruiskopschroevendraaier.
Draai de stelschroef naar rechts om het toerental van de motor toe te laten
nemen.
Draai de stelschroef naar links om het toerental te laten dalen.
De carburateur is standaard ingesteld voor het verlaten van de fabriek.
Als het nodig is om hem bij te stellen, dient u contact op te nemen met uw
erkende onderhoudsmonteur.
stelschoef
Carbureteur
STOP
I-O aan/uit-schakelaar
Gashendel (6)
LETOP:Deondervermeldemesbladendienenalleenineendaarvoor
bevoegde werkplaats te worden aangescherpt. Wanneer u aanscherpt
met de hand, zal het snijgereedschap slecht gebalanceerd zijn,
hetgeen potentieel gevaarlijke vibraties en beschadiging van de
machine kan veroorzaken.
Mesblad (kruisvormig mesblad (4 tanden), wervelmesblad (8 tanden))
Onze erkende service-agent verleent service bij het deskundig aanscherpen
en balanceren van mesbladen.
OPMERKING:Omdegebruiksduurvanhetmesblad(kruisvormigmesblad,
wervelmesblad) te verlengen, kunt u het mesblad éénmaal
omkeren tot beide sneden bot geworden zijn. Een bot mesblad
mag nooit verder worden gebruikt, omdat dit terugslag en
ernstige verwonding kan veroorzaken.
AANSCHERPEN VAN HET MESBLAD
101
WAARSCHUWING:Voordatuaandebosmaaierwerkt,altijdeerstdeaan/uitschakelaaropstopzettenendebougiekapvandebougietrekken
(zie“Bougiecontrole”)Draagaltijdbeschermendehandschoenen!
Om een lange levensduur te verzekeren en eventuele schade aan de machine te voorkomen, moeten de volgende werkzaamheden met een
zekereregelmaatwordenuitgevoerd:
Dagelijksecontroleenonderhoud
Voordat u gaat werken met de bosmaaier controleer of alle schroeven vast zitten en geen schroeven vermist worden. Let vooral op de
bevestiging van het snijgereedschap.
Controleer of er geen vuil opgehoopt zit tussen de koelribben en tussen luchtspleten. Maak zonodig schoon.
Nadagelijkswerkhetvolgendeonderhoudplegen:
Maak de bosmaaier schoon en controleer op beschadigingen. •
Reinighetluchtlter.Wanneeronderzeerstofgeomstandighedengewerktwordt,reinighetlterdanmeerderemalen.•
Controleer het snijgereedschap op schade en verzeker u dat de bevestiging goed vast zit.•
Controleer of de gaskabelafstelling genoeg vrije slag biedt, zodat het snijgereedschap niet draait tijdens het stationaire toerental (stel •
zonodig opnieuw af).
Als na afstellen van het stationaire toerental het snijgereedschap nog steeds draait, raadpleeg uw dealer. Controleer het functioneren van de
gashendel, blokkeerknop, aan/uit-schakelaar en veiligheidsvergrendeling.
ONDERHOUDSVOORSCHRIFTEN
VERVERSEN VAN DE MOTOROLIE
Telanggebruiktemotoroliezaldelevensduurvandeheenenweerbewegendeenroterendeonderdeleninkbekorten.Vergeetniette
controleren wanneer en hoeveel olie ververst moet worden.
LET OP:
In het algemeen zullen de motor zelf en de motorolie nog enige tijd heet blijven ook al is de motor gestopt. Als u de olie
wilt gaan verversen, moet u eerst controleren of de motor zelf en de motorolie daarin voldoende zijn afgekoeld. Doet u dat
niet, dan bestaat het gevaar dat u zich zult branden.
NOOT: Als er teveel olie in het carter gedaan is, kan de olie verontreinigd raken, of verbranden met een witte rook als resultaat.
Verversingsinterval: In het begin na elke 20 bedrijfsuren, daarna na elke 50 bedrijfsuren.
Aanbevolen olie: SAE10W30olievanAPIClassicatieSFKlasseofhoger(4taktolievoorauto’s)
Voer de volgende procedure uit bij het verversen van de olie.
1) Controleer of de tankdop goed dicht zit.
2) Maak de oliepeilstok los. Houd de oliepeilstok vrij van stof of vuil.
Brandstoftankdop
Oliepeilstok
doek of papier
3) Houd een poetsdoek of stuk papier bij de olievul-opening.
4) Verwijder de oliepeilstok en tap de olie af door het apparaat met de olievul-
opening naar beneden te kiepen. Laat de afgewerkte motorolie in een bak
lopen.
102
5) Houd de motor horizontaal en vul het carter met verse motorolie tot aan
derandvandeolievulopening.Ukunthetmakkelijksteenspuitesofiets
dergelijks gebruiken.
6) Doe de oliepeilstok weer terug en zet hem goed vast na het verversen van
de olie. Als u de oliepeilstok niet goed vast maakt, zal er olie gaan lekken.
BOUGIE-CONTROLE
Gebruik enkel de originele bougiesleutel om een bougie te vervangen of te
controleren.
De afstand tussen de 2 elektroden moet 0,7-0,8 mm bedragen. Is de afstand
te groot of the nauw, stel deze bij. Als de bougie aangekoekt is, vervang deze
of maak deze schoon.
WAARSCHUWING:Raaknooitdebougiekabelaanmetdraaiendemotor
(gevaar voor elektrische schok met hoog voltage).
REINIGEN VAN HET LUCHTFILTER
GEVAAR: ONTVLAMBARE MATERIALEN TEN STRENGSTE
VERBODEN
Intervalvoorreinigingeninspectie:Dagelijks(omde10bedrijfsuren)
Doe de chokehendel helemaal dicht en zorg ervoor dat er verder geen stof en
vuil in de carburateur terecht kan komen.
Verwijderdebevestigingsbout(en)vanhetdekselvanhetluchtlter.
Trek het deksel naar beneden en haal het los.
Als er nog olie aan het element (spons) zit, dient u het stevig uit te knijpen.
Bijzwareverontreiniging:
1) Verwijder het element (spons), dompel het in warm water of in een
neutraal sopje en laat het vervolgens goed drogen.
2) Reinig het element (vilt) met benzine en laat het goed drogen.
Voor u het element weer terugzet, moet u controleren of het volledig
gedroogd is. Is het element nog niet goed droog, dan kunt startproblemen
ondervinden.
Veegmeteenpoetsdoekeventueleolieronddeafdekkingvanhetluchtlter
en luchtinlaat weg.
Direct na het reinigen dient u het deksel terug te zetten en vast te maken met
de bevestigingsbout (en). (Maak eerst de haakjes aan de bovenkant vast en
vervolgens aan de onderkant.)
Aandachtspuntenvoorhetluchtlterelement
Reinig het element verschillende keren per dag als er erg veel stof door
wordt opgevangen.
Als u door blijft werken terwijl het element nog olie bevat. kan er olie uit
hetluchtlterlekken,metallegevolgenvandien.
Plaat
Element (vilt)
Bevestigingsbout
Pak dit gedeelte vast en verwijder het
element (vilt).
Luchtinlaat
Element (spons)
Afdekkingluchtlter
0,7 mm - 0,8 mm
(0,028” - 0,032”)
OPMERKINGEN OVER OLIE
Gooi afgewerkte motorolie niet weg met het normale vuilnis en loos het niet in de natuur of in een sloot. Het afvoeren van olie is wettelijk
geregeld. Volg altijd de geldende wetten en regelgeving wanneer u zich van afgewerkte motorolie wilt ontdoen. Neem contact op met een
erkende onderhoudsmonteur als u hieromtrent vragen hebt.
Ook wanneer u olie gewoon bewaart zal de olie op den duur bederven. Controleer regelmatig of de olie die u wilt gebruiken nog goed is
(vervang de olie minstens elke 6 maanden).
103
Gat voor smeervet
SMEREN VAN HET DRIJFWEK
Smeren via de smeer-opening hittebestendig vet (Shell Alvania 2 of
gelijkwaardig) in het drijfwerk na iedere 30 draai-uren.
(Speciaal MAKITA smeervet is verkrijgbaar bij uw MAKITAdealer.)
BRANDSTOFLEIDING VERVANGEN
GEVAAR: ONTVLAMBARE MATERIALEN TEN STRENGSTE
VERBODEN
Intervalvoorreinigingeninspectie:Dagelijks(omde10bedrijfsuren)
Vervanging:Jaarlijks(elke200bedrijfsuren)
Vervangdebrandstoeidingelkjaar,ongeachthoevaakuhetapparaat
gebruikt.Brandstoekkagekanbrandveroorzaken.
Alsubijinspectiebrandstoekkageconstateert,dientuonmiddellijkde
brandstoeidingtevervangen.
INSPECTIE VAN BOUTEN, MOEREN EN
SCHROEVEN
Draai losgetrilde bouten, moeren enz. opnieuw vast.
Controleer of er brandstof- of olielekkage is opgetreden.
Vervang beschadigde of versleten onderdelen onmiddellijk door nieuwe om
een veilige werking van het apparaat te waarborgen.
REINIGEN VAN HET BRANDSTOFFILTER
GEVAAR: ONTVLAMBARE MATERIALEN TEN STRENGSTE
VERBODEN
Intervalvoorreinigingeninspectie:Maandelijks(omde50bedrijfsuren)
Zuigkop in de benzinetank
Hetbrandstoflter(1)vandezuigkopltertdebenzinevoordatdezeinde
carburateur komt.
Regelmatigecontrolevanditbrandstoflterisaanbevolen.Verwijder
de tankdop en haak de zuigkop naar buiten. Vervuilde of uitgeharde
brandstofltersuitwisselen.
Onvoldoende benzinetoevoer door vervuilde zuigkoppen kunnen allerlei
storingenveroorzaken,wisseldaaromregelmatighetbrandstoflteruit,op
zijn minst om de paar maanden.
SMEREN VAN DE FLEXIBELE AS
Trekomde20bedrijfsurendeexibeleasuitdeexibelebekledingensmeer
vervolgensdeexibeleas.
Deexibeleaskanbrekenalsdezenietgesmeerdwordt.
Onderhoudswerkzaamheden of afstellingen die in deze gebruiksaanwijzing niet zijn vermeld of beschreven, dienen uitsluitend door een Erkende
Service Agent te worden uitgevoerd.
Flexibele bekleding
Flexibele as
Smeren
Brandstoeiding
Brandstoflter(1)
Slangenklem
Brandstoeiding
REINIGEN VAN ONDERDELEN
Houd de motor altijd zo schoon mogelijk.
Houd de cilinders vrij van stof en vuil. Als de koelvinnen bedekt raken door stof en vuil, kan de motor vastlopen.
VERVANGEN VAN PAKKINGEN EN AFDICHTINGEN
Wanneer u de motor opnieuw monteert nadat u het apparaat uit elkaar heeft gehaald, moet u de pakkingen en afdichtingen door nieuwe
vervangen.
104
WAARSCHUWING: Voor u de brandstof aftapt moet u de motor stoppen en laten afkoelen.
Kortnadatdemotorgestoptis,kandezenogheetzijn,hetgeenkanleidentot
brandwonden, brandgevaar en brand.
LET OP: Wanneerudemachinelangeretijdnietzultgebruiken,dientuallebrandstof
uit de tank en de carburateur af te tappen en de machine te bewaren op een
droge en schone plek.
Tapdebrandstofuitdetankendecarburateurafviadevolgendeprocedure:
1) Verwijder de tankdop en tap alle brandstof af.
Als er verontreinigingen achterblijven in de brandstoftank, dient u dee
eveneens volledig te verwijderen.
2)Gebruikeendraadomhetbrandstoflterteverwijderen.
3) Druk op de opvoerpomp tot alle brandstof daaruit verwijderd is en tap
eventuele brandstof uit de tank af.
4)Doehetlterweerterugindetankendoedetankdopgoedvast.
5) Laat de motor vervolgens lopen tot deze vanzelf stopt.
Verwijder de bougie en druppel een beetje motorolie in het bougiegat.
Trek voorzichtig aan de starter zodat de motorolie verdeeld wordt en doe de
bougie weer terug.
Bevestig de afscherming op het snijblad.
Bewaar de afgetapte brandstof in een speciale jerrycan in een goed
geventileerde ruimte.
MACHINE-OPSLAG
Letopnaopslagvoorlangeretijd
Voor u de machine weer opstart nadat deze langere tijd opgeslagen is geweest, dient u de olie te vervangen (zie blz. 101). De olie
verslechtert namelijk wanneer de machine langere tijd niet gebruikt wordt.
Storing lokaliseren
Storing Onderdeel Observatie Oorzaak
Motor start niet of nauwelijks Ontsteking Bougie vonkt Oorzaak in benzinetoevoer of
compressiesysteem, of mechanische oorzaak
Vonkt niet Stopschakelaar, kabelbreuk, kortsluiting,
bougie of aansluiting defect ontstekingsspoel
defect
Benzinetoevoer Tank gevuld Onjuiste chokepositie, carburateur defect,
vervuilde zuigkop, breuk, knik of vuil in
benzineleiding
Compressie Geen compressie bij start Voetpakking stuk, krukaskeerringen defect,
zuigerveren gebroken of lekke bougiepakking
Mechanische storing Starter functioneert niet Gebroken startveer, defecte startpallen
Warm start problemen Tank gevuld bougie vonkt Carburateur vervuild, laten reinigen
Motor start maar valt stil Benzinetoevoer Tank gevuld Onjuiste afstelling, vervuilde zuigkop of
carburateur
Defecte ontluchting, breuk benzineleiding,
kabelbreuk, ontsteking defect
Onvoldoende vermogen Diverse oorzaken Stationairloop onregelmatig Luchtltervervuild,carburateurvervuild,
uitlaat verstopt uitlaatpoort vervuild
105
Onderdeel
Bedrijfsuren
Voor
gebruik
Na
smering
Dagelijks
(10 u.)
30 u. 50 u. 200 u.
Motor uit/
rustpauze
Correspon
derende P
Motorolie
Inspecteren
97
Verversen
*
1
101
Onderdelen vastzetten
(bouten, moeren)
Inspecteren
103
Brandstoftank
Reinigen/
inspecteren
Brandstof
aftappen
*
3
104
Gashendel
Werking
controleren
99
Stopschakelaar
Werking
controleren
99
Snijblad Inspecteren
96
Stationaire draaisnelheid
Inspecteren/
bijstellen
100
Luchtlter Reinigen
102
Bougie Inspecteren
102
Kanaal luchtkoeling
Reinigen/
inspecteren
103
Brandstoeiding
Inspecteren
103
Vervangen
*
2
Smering tandwielkast Bijvullen
103
Brandstoflter
Reinigen/
vervangen
103
Speling tussen luchtinlaatklep
en uitlaatklep
Bijstellen
*
2
Olieleiding Inspectie
*
2
Reviseren motor *
2
Carburateur
Brandstof
aftappen
*
3
104
*1 Voer de eerste verversing uit na 20 bedrijfsuren.
*2 Laat de inspectie na 200 bedrijfsuren uitvoeren door een erkende onderhoudsmonteur of motor-werkplaats.
*3 Laat de motor gewoon even doorlopen nadat u de brandstoftank heeft leeg gemaakt om alle brandstof uit de carburateur te verwijderen.
106
Ga eerst zelf na wat er aan de hand zou kunnen zijn voor u om een reparatie gaat verzoeken. Als u iets abnormaals vindt, voer dan de
handelingen beschreven in deze handleiding uit. Knoei niet met onderdelen en demonteer geen onderdelen als dat niet in de handleiding
beschreven wordt. Neem contact op met een erkende onderhoudsmonteur of uw dealer voor eventuele reparaties.
Probleem Waarschijnlijkeoorzaak(storing) Oplossing
De motor start niet
U heeft de opvoerpomp niet gebruikt. Druk 7 tot 10 keer op de opvoerpomp.
Er wordt niet snel genoeg aan de trekstarter
getrokken.
Trek harder.
Niet genoeg brandstof. Ga tanken.
Brandstoflterverstopt. Reinighetbrandstoflter.
Verbogenbrandstoeiding Haal de knik eruit of vervang de
brandstoeiding.
Slechte brandstof. Als de brandstof oud of slecht is, is de motor
moeilijker te starten, Gebruik verse brandstof.
(Ververs de brandstof in de tank minstens een
keer per maand.)
Te grote toevoer van brandstof (verzuipen). Zet de gashendel op halve of hoge snelheid
en trek aan de trekstarter totdat de motor
start. Wanneer de motor aanslaat zal het
snijbladdirectmeegaandraaien.Letgoed
ophetsnijblad. Als de motor nog steeds niet
wil starten, dient u de bougie eruit te draaien,
af te drogen en weer in te draaien. Start de
motor vervolgens zoals beschreven.
Losse bougiedop. Zet de bougiedop weer vast.
Vuile bougie. Maak de bougie schoon.
Abnormale elektrodenafstand. Stel de afstand tussen de elektroden van de
bougie bij.
Andere problemen met de bougie. Vervang de bougie.
Problemen met de carburateur. Verzoek om inspectie en onderhoud.
De trekstarter werkt niet. Verzoek om inspectie en onderhoud.
Problemen met de overbrenging. Verzoek om inspectie en onderhoud.
Motor valt stil.
Motorsnelheid neemt niet toe.
Niet genoeg opgewarmd. Laat de motor eerst opwarmen.
Dechokehendelstaatop“CLOSE”(dicht),
alhoewel de motor al opgewarmd is.
Zet de chokehendel open.
Brandstoflterverstopt. Reinighetbrandstoflter.
Luchtlterverstoptofverontreinigd. Reinighetluchtlter.
Problemen met de carburateur. Verzoek om inspectie en onderhoud.
Problemen met de overbrenging. Verzoek om inspectie en onderhoud.
Het snijblad draait niet.
Stop de motor onmiddellijk.
De bevestigingsmoer van het snijblad zit los. Draai de moer goed vast.
Het snijblad zit vast in plantenresten of tegen
de afdekking.
Verwijder de ongerechtigheden.
Problemen met de overbrenging. Verzoek om inspectie en onderhoud.
Het apparaat zelf trilt op abnormale wijze.
Stop de motor onmiddellijk.
Het snijblad is kapot, verbogen of versleten. Vervang het snijblad.
De bevestigingsmoer van het snijblad zit los. Draai de moer goed vast.
Het bolle deel van het snijblad is verschoven
ten opzichte van de bevestiging.
Maak opnieuw goed vast.
Problemen met de overbrenging. Verzoek om inspectie en onderhoud.
Het snijblad stopt niet onmiddellijk.
Stop de motor onmiddellijk.
Het stationaire toerental is te hoog. Stel het stationaire toerental correct af.
De gaskabel zit niet goed vast. Maak de gaskabel op de juiste wijze vast.
Problemen met de overbrenging. Verzoek om inspectie en onderhoud.
De motor stopt niet.
Laat de motor stationair lopen en zet de
chokehendel op CLOSE (dicht).
Stekkertje los. Maak het stekkertje vast.
Problemen met het elektrische systeem. Verzoek om inspectie en onderhoud.
Wanneerdemotornietstartnahetopwarmen:
Als u geen problemen vindt via de bovenstaande controles, dient u het gas ongeveer 1/3 open te zetten en vervolgens de motor te starten.
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN

Documenttranscriptie

English / Français / Deutsch Italiano / Nederlands / Español / Português Backpack BrushCutter Débroussailleuse à dos Rücken tragbare Benzin Motorsense Decespugliatore a Zaino Op de rug braagbare Bosmaaier Desbrozadora de mochila Cortador de Grama Tipo Mochila EBH341R EBH341R ORIGINAL INSTRUCTION MANUAL MANUEL D’INSTRUCTIONS ORIGINAL ORIGINALBEDIENUNGSANLEITUNG MANUALE DI ISTRUZIONI ORIGINALE ORIGINELE GEBRUIKSAANWIJZING MANUAL DE INSTRUCCIONES ORIGINAL MANUAL DE INSTRUÇÕES ORIGINAL Warning Read this instruction manual carefully before putting the Brush Cutter into operation and strictly observe the safety regulations! Preserve instruction manual carefully! Avertissement Lire attentivement ce manuel d’instructios avant d’utiliser la Débroussailleuse et observer rigoureusement les règles de sécurité ! Conserver ce manuel dans un endroit sûr ! Warnung Lesen Sie diese Betriebsanleitung vor der lnbetriebnahme der Montorsense sufmerksam durch und halten Sie die Sicherheitsvorschriften genau ein! Bewahren Sie diese Betriebsanleitung sorgfältig auf! Attenzione Leggete attentamente questo manuale di istruzioni prima di far funzionare il Decespugliatore, ed osservate rigorosamente le regole sulla sicurezza! Conservate con cura questo manuale di instruzioni! Waarschuwing Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig alvorens de Bosmaaier in gebruik te nemen en neem de veiligheidsvoorschriften strict in acht! Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig! Advertencia Lea atentamente este manual de instrucciones antes de poner en funcionamiento el Desbrozadora y cumpla estrictamente los reglamentos de seguridad. Guarde cuidadosamente este manual de instrucciones. Advertência Leia este manual cuidadosamente antes de pôr o Cortador de Grama Tipo Mochila em funcionamento e observe rigorosamente as normas de segurança. Conserve este manual de instruções com cuidado. Nederlands Wij danken u ten zeerste voor de aankoop van de MAKITA Bosmaaier. Wij zijn blij u de MAKITA Bosmaaier te kunnen aanbieden die het resultaat is van een lang ontwikkelingsprogramma en vele jaren opgedane kennis en ervaring. Gelieve dit handboekje zorgvuldig door te lezen, te begrijpen en op te volgen. Het geeft een gedetailleerde uitleg van de verschillende punten waardoor u zich een denkbeeld kunt vormen van de voortreffelijke prestaties van de machine. Dit zal u in staat stellen de beste resultaten te verkrijgen van uw MAKITA Bosmaaier. Inhoudsopgave   Bladzijde Symbolen.....................................................................86 Veiligheidsvoorschriften ..........................................87-90 Technische gegevens ..................................................92 Naam van de onderdelen ............................................93 Monteren van motor en aandrijfstang .....................94-95 Installeren van de handgreep ......................................96 Installeren van de beschermkap..................................96 Installeren van het mesblad of nylon draadkop ...........96 Voor gebruik ...........................................................97-98 Aandachtspunten bij de bediening en hoe u de machine moet stoppen .................................99-100 Aanscherpen van het mesblad ..................................100 Onderhoudsvoorschriften ...................................101-103 Machine-opslag ..................................................104-105 Oplossen van problemen...........................................106 SYMBOLEN Het is erg belangrik dat u weet wat de volgende symbolen betekenen wanneer u dere gebruiksaanwÿzing leest. Lees, begrijp en volg de Gebruiksaanwijzing op Draag een veiligheidshelm, Oog-en oorbescherming WAARSCHUWING/GEVAAR/LET OP Max. toelaatbaar toerental maaiblad Verboden Brandstof (Benzine) Afstand houden Motor-Handbediend starten Gevaar voor rondvliegende Voorwerpen Noodstop Niet roken Eerste Hulp Bij Ongevallen (EHBO) Open vlammen verboden AAN/START UIT/STOP Draag veiligheidshandschoenen Terugslag (enkel voor bosmaaier) Personen en huisdleren niet Toegelaten in de werkomgeving 86 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Algemene voorschriften – Om een juiste en veilige bediening te verzekeren, dient de gebruiker deze gebruiksaanwijzing te lezen en te begrijpen om zich vertrouwd te maken met de bediening van de bosmaaier. Gebruikers die onvoldoende vertrouwd zijn met de machine kunnen zowel zichzelf als anderen in gevaar brengen door onjuiste bediening. – Het is aan te bevelen dat u de bosnaaier alleen uitleent aan personen die voldoende ervaring hebben met bosmaaiers. Overhandig ook altijd de gebruiksaanwijzing. – Gebruik de bosmaaier uitsluitend met alle beschermingen aangebracht. – Personen die nooit eerder met een bosmaaier hebben gewerkt, dienen bij hun dealer te informeren naar basisrichtlijnen om zichvertrouwd te maken met het hanteren van een motoraangedreven maaier. – Gebruik van de bosmaaier mag niet worden toegestaan aan kinderen en personen beneden de 18 jaar. Personen boven de 16 jaar kunnen de machine echter gebruiken voor opleidingsdoeleinden en dit uitsluitend onder het toezicht van een bevoegd opleider. – Gebruik de bosmaaier met uiterste voorzichtigheid en oplettendheid. – Gebruik de bosmaaier alleen wanneer u in goede lichameliike gezondheid verkeert. Voer alle werkzaamheden zorgvuldig en voorzichtig uit. De gebruiker is aansprakelijk voor anderen. – Gebruik de bosmaaier nooit onder invloed van alcohol of geneesmiddelen. – Gebruik de machine niet wanneer u vermoeid bent. – Bewaar deze voorschriften voor naslag in de toekomst. – Door nationale regelgeving kan de functionaliteit van de machine zijn beperkt. Persoonlijke  veiligheidsuitusting – Draag doelmatige en geschikte kleren die nauw passen zonder u in uw bewegingen te belemmeren. Draag geen juwelen, kleding of lang haar, die kunnen blijven vasthangen in struikgewas of heesters. – Tijdens het bedienen van de bosmaaier dient u de volgende veiligheidsuitrusting en veiligheidskleding te dragen om hoofd-, oog-, hand-of voetverwondingen te voorkomen en om uw gehoor te beschermen. – Draag altijd een helm wanneer u in het bos werkt. Controleer de veiligheidshelm (1) regelmatig op beschadiging en vernieuw deze op zijn laatst na 5 jaar gebruik. Gebruik uitsluitend goedgekeurde veiligheidshelmen. – Het vizier (2) van de helm (of een goedgekeurde veiligheidsbril) beschermt uw gezicht tegen rondvliegende twijgjes, steentjes of andere voorwerpen. Draag tijdens het gebruik van de bosmaaier altijd een veiligheidsbril of een vizier om oogverwondingen te voorkomen. – Om verslechtering van uw gehoor te voorkomen, draag een doeltreffende bescherming tegen het lawaai (oorbeschermers (3), oordopjes enz.), vooral tijdens lange werkperioden. – De werkoverall (4) beschermt tegen rondvliegende splinters en steentjes. Het is sterk aan te bevelen dat de gebruiker een werk-overall draagt. – Speciale handschoenen (5), gemaakt van dik leer, zijn een onderdeel van de voorgeschreven veiligheidsuitrusting en dienen daarom tijdens het gebruik van de bosmaaier altijd te worden gedragen. – Draag tijdens het gebruik van de bosmaaier altijd stevige schoenen (6) met slipvrije zolen. Dit zal u beschermen tegen verwondingen en verzekert goede steun voor de voeten. Starten van de bosmaaier – Controleer eerst of er binnen een bereik van 15 meter of 50 voet geen kinderen of andere personen aanwezig zijn. Let ook op dat er geen dieren in de directe omgeving zijn. – Alvorens de bosmaaier te starten, altijd eerst controleren of deze geschikt is voor  veilig  gebruik: Controleer of het mesblad goed is vastgezet. Controleer of de bevestigingsmoer van het mesblad stevig is aangetrokken. Controleer de gashendel op soepele werking en gemakkelijke bediening. Controleer of de gashendelpal juist werkt. Rotatie van het mesblad tijdens onbelast draaien is niet toegelaten. Raadpleeg de voorschriften voor het afstellen van het nullasttoerental op blz. 100. Controleer of handgrepen schoon en droog zijn en test de werking van de STOP schakelaar. Houd de handgrepen vrij van olie en brandstof. – Alvorens te starten moet u de lokale regels aangaande geluidsoverlast en de toegestane werktijden controleren. Houd u aan die regels. – Start uitsluitend met de bosmaaier op de grond geplaatst. – Start niet wanneer de maaier achter u of op uw rug is. 87 Start de bosmaaier alleen in overeenstemming met de instructies. Gebruik geen andere methode voor het starten van de motor! – Gebruik de bosmaaier en het bijgeleverde gereedschap alleen voor de gespecificeerde  doeleinden. – Start de motor van de bosmaaier pas nadat de bosmaaier helemaal is gemonteerd. Bediening van de machine is alleen toegestaan nadat al de geschikte accessoires zijn bevestigd! – Alvorens de motor te starten, controleer of het mesblad niet in aanraking komt met harde voorwerpen zoals takken, stenen enz. – In geval van motorstoringen dient u de motor onmiddellijk te stoppen. – Wanneer het mesblad tegen stenen of andere voorwerpen is gestoten, stop dan onmiddellijk de motor en controleer het mesblad op beschadiging. – Controleer het mesblad na korte, regelmatige tussentijden op beschadiging (ontdekken van haarscheurtjes door middel van een klopgeluidtest). – Een vertrouwd weergalmend geluid dient te worden gehoord. – Gebruik de bosmaaier alleen met de schouderband eraan bevestigd. De schouderband dient juist te worden afgesteld alvorens de bosmaaier wordt gestart. Het is zeer belangrijk dat de schouderband wordt afgesteld in overeenstemming met de grootte van de gebruiker, om vermoeidheid tijdens het gebruik of verlies van controle over de machine te voorkomen. Houd de machine tijdens het gebruik nooit met één hand vast. – Houd de bosmaaier tijdens het gebruik altijd met beide handen vast. Zorg ervoor dat u altijd een veilige, evenwichtige steun voor de voeten hebt. – Bedien de bosmaaier zodanig dat u geen uitlaatgassen inademt. Laat de motor nooit in gesloten ruimten draaien (gevaar voor verstikking en gasvergiftiging). Koolmonoxide is een reukloos gas. Zorg er altijd voor dat er goede ventilatie is. – Stop de motor wanneer u wilt rusten of wanneer u de bosmaaier alleen achterlaat. Plaats deze in een veilige omgeving om gevaar voor anderen, het in brand vliegen van brandbare materialen of beschadiging van de machine te voorkomen. – Leg de hete bosmaaier nooit op droog gras of andere brandbare materialen. – Het mesblad dient gebruikt te worden met de geschikte beschermkap erop bevestigd. Gebruik het gereedschap nooit zonder deze beschermkap! – Tijdens het bedienen van de machine dienen alle bijgeleverde beschermingsonderdelen en beschermkappen te worden gebruikt. – Bedien de motor nooit met een defecte knalpot. – Stop de motor alvorens de machine te vervoeren. – Wanneer u het gereedschap vervoert, bevestigt u altijd de beschermkap op het snijblad. – Zet de bosmaaier rechtop en bevestig deze in de auto of vrachtauto om schade door het verschuiven van de machine tijdens transport te voorkomen. – Controleer alvorens de machine te transporteren dat de brandstoftank geheel leeg is zodat er geen brandstof kan gaan lekken. – Nadat tegen het gereedschap is gestoten of het is gevallen, controleert u de conditie van het gereedschap voordat u de werkzaamheden hervat. Controleer  het  brandstofsysteem  op  brandstoflekkage,  en  de   bedieningselementen en veiligheidsvoorzieningen op een juiste werking. Als enige beschadiging zichtbaar is of u twijfelt, vraagt u ons erkende servicecentrum om inspectie en reparatie. Bijvullen – Verminder de kans op brand en brandwonden en behandel benzine zeer voorzichtig. Benzine is uitermate ontvlambaar. – Stop de motor, rook niet en houd vuur uit de buurt voor en tijdens het bijtanken. – Vermijd contact van de huid met aardolieprodukten. Adem de brandstofdamp niet in. Draag tijdens het bijvullen altijd beschermhandschoenen. Venieuw en reinig regelmatig uw beschermkleding. – Pas op dat u geen brandstof of olie morst. Veeg de machine droog alvorens de motor te starten. Zorg dat natte doeken goed zijn opgedroogd voordat u deze in een wasbak of dergelijke stopt zodat de doeken niet in brand kunnen vliegen. – Zorg dat er geen brandstof op uw kleren terechtkomt. Indien er brandstof op uw kleren is gemorst (gevaar), trek dan onmiddellijk andere kleren aan. – Controleer regelmatig de brandstoftankdop om er zeker van te zijn dat deze goed vergrendeld is. – Draai de borgschroef van de brandstoftank goed en voorzichtig aan. Ga op een andere plaats staan om de motor te starten (tenminste 3 meter of 10 voet van de plaats waar werd bijgevuld). – Vul nooit bij in een afgesloten ruimte. Brandstofdampen verzamelen zich op grondhoogte  (gevaar  voor  ontploffingen). – Gebruik uitsluitend goedgekeurde containers voor het vervoeren en opslaan van brandstof. Zorg ervoor dat de opgeslagen brandstof niet toegankelijk is voor kinderen. – Vul nooit brandstof bij terwijl de motor nog heet is of draait. – Wanneer u benzine mengt met tweetakt-motorolie, gebruik dan uitsluitend benzine die geen ethanol of methanol (alcohol) bevat. Hierdoor  voorkomt  u  namelijk  beschadiging  van  de  brandstofleidingen  en   andere motoronderdelen. 88 •   •   •   •   •   Rusten Vervoer Bijvullen Onderhoud Vervangen van gereedschap Bedieningsmethode – Gebruik de bosmaaier alleen bij goed licht en bij goed zicht. Tijdens koude seizoenen dient u op te passen voor gladde of natte plaatsen, ijs en sneeuw (slipgevaar). Zorg ervoor dat u altijd veilige steun voor de voeten hebt. – Reik niet te ver met de machine. Zorg ervoor dat u altijd goede steun voor de voeten hebt, uw evenwicht bewaart en volledige handcontrole over de machine hebt. – Maai nooit boven taille-hoogte. – Klim nooit in bomen om met de bosmaaier te maaien. – Werk nooit op onstabiele oppervlakten of steil terrein. – Verwijder voorwerpen, zoals stenen, spijkers, gebroken glas, draad, etc., uit de werkomgeving. Vreemde voorwerpen kunnen het snijgereedschap beschadigen, gevaarlijke terugslag veroorzaken of omhoog geworpen worden en een gevaarlijk projektiel worden. – Begin pas met het maaien nadat het snijgereedschap op volle bedrijfssnelheid is gekomen. – Bedien dit gereedschap nooit terwijl het ondersteboven is gekeerd en ook nooit bij een uiterst scherpe hoek. – WAARSCHUWING! -De omgeving rond het maaimes is nog gevaarlijk zolang als de motor niet tot volledige stilstand is gekomen. – Als gras of takken bekneld raken tussen het snijgarnituur en de beschermkap, zet u altijd de motor uit voordat u ze verwijdert. Als u dat toch doet, kan door onbedoeld draaien van het snijblad ernstig letsel ontstaan. – Neem een pauze om te voorkomen dat u door vermoeidheid de controle over het gereedschap verliest. Wij adviseren u ieder uur 10 tot 20 minuten te rusten. Terugslag (stoot van het snijblad) – Tijdens het bedienen van de bosmaaier, kan ongecontroleerde terugslag optreden. – Dit is vooral het geval wanneer u probeert te maaien binnen een bladsegment tussen 12 en 2 uur op de wijzerplaat zoals gezien vanaf de plaats van de gebruiker. – Laat dit segment van de bosmaaier nooit in aanraking komen met vaste voorwerpen zoals struiken, stronken, bomen etc., met een diameter van meer dan 3 cm. – De bosmaaier zal dan met grote kracht en snelheid worden teruggeslagen met mogelijk gevaar voor ernstige verwondingen. – Gebruik de bosmaaier nooit met het bladsegment tussen de 12 en 2 uur positie. Let op: Terugslag! Schematische afbeelding Voorkomen van terugslag Om terugslag te voorkomen, de volgende punten in acht nemen: – Maaien met het bladsegment tussen 12 en 2 uur is zeer gevaarlijk, vooral bij gebruik van metalen mesbladen. Wanneer deze bosmaaier wordt gebruikt met de bladsegmenten van 11 tot 12 uur en van 2 tot 5 uur, is er nog mogelijk gevaar voor enige terugslag. – Maaien met de bladsegmenten tussen 11 en 12 uur, en tussen 2 en 5 uur, dient alleen door geoefende en ervaren gebruikers te worden uitgevoerd en dit uitsluitend op eigen risico. Gemakkelijk maaien met weinig of geen terugslag is mogelijk met het bladsegment tussen 8 en 11 uur. Snijgereedschappen Gebruik uitsluitend het geschikte snijgereedschap voor het betreffende werk. Mesblad (kruisvormig mesblad (4 tanden), wervelmesblad (8 tanden)): Voor het maaien van dikke materialen zoals onkruid, hoog gras, struiken, heesters,  kreupelhout,  kreupelbosjes  etc.  (maximale  dikte:  2  cm  diameter).  Voor   dit soort maaiwerk dient u de bosmaaier gelijkmatig in halve cirkels van rechts naar links te zwenken (op dezelfde wijze als wanneer u met een zeis werkt). Gebruik nooit andere messenbladen, waaronder metalen meerdelige kettingen en vlegelmessen. Als u dat toch doet, kan ernstig letsel ontstaan. Onderhoudsvoorschriften – Laat uw gereedschap onderhouden door ons erkende servicecentrum dat altijd uitsluitend gebruikmaakt van originele vervangingsonderdelen. Onjuiste reparatie en slecht onderhoud kan de levensduur van het gereedschap verkorten en de kans op ongevallen vergroten. – Alvorens met het werk te beginnen, dient u te controleren of de bosmaaier in goede staat is. Controleer in het bijzonder de staat van het snijgereedschap, de beschermkap en de schouderband. Let er vooral goed op dat de mesbladen juist zijn aangescherpt. – Zet de motor af en verwijder de bougie-aansluitklemmen wanneer u het mesblad wilt vervangen of aanscherpen, en ook wanneer u de bosmaaier of het snijgereedschap wilt reinigen. 89 Schematische afbeelding Probeer nooit beschadigde mesbladen recht te maken of te lassen. – Wees milieuvriendelijk. Bedien de bosmaaier met zo weinig mogelijk lawaai en vervuiling. Controleer in het bijzonder of de carburateur juist is afgesteld. – Maak de bosmaaier regelmatig schoon en controleer of alle bouten en moeren goed zijn vastgezet. – Voer nooit onderhoudswerk aan de bosmaaier uit en berg deze nooit op in de buurt van open vlammen, vonken, etc. – Maak de brandstoftank leeg alvorens de bosmaaier op te bergen. Berg de bosmaaier altijd in een goed geventileerde en op slot gedane ruimte op. – Wanneer u het gereedschap reinigt, onderhoudt of opbergt, bevestigt u altijd de beschermkap op het snijblad. Neem alle van toepassing zijnde voorschriften ter preventie van ongevallen, verstrekt door de belanghebbende handelsverenigingen en verzekeringsmaatschappijen, in acht. Breng nooit wijzigingen aan in de bosmaaier, aangezien dit uw veiligheid in gevaar zal brengen. Onderhoudswerkzaamheden en reparaties door de gebruiker zijn beperkt tot die welke in deze gebruiksaanwijzing zijn beschreven. Alle andere werkzaamheden dienen door Erkende Service Agenten te worden uitgevoerd. Gebruik uitsluitend originele vervangstukken en accessoires door MAKITA geleverd. Het gebruik van niet-goedgekeurde accessoires en gereedschappen vergroot het gevaar voor ongevallen en verwondingen. MAKITA erkent geen aansprakelijkheid voor ongevallen of beschadiging veroorzaakt door het gebruik van nietgoedgekeurde snijgereedschappen, hulpstukken of accessoires. Eerste  hulp  bij  ongevallen  (EHBO) Om op mogelijke ongevallen voorbereid te zijn, zorg ervoor dat een goed gevulde verbandkist beschikbaar is in de buurt van uw werkomgeving. Wanneer u iets uit de verbandkist gebruikt, dient u dit onmiddellijk te vervangen. Wanneer u hulp inroept, geef dan de volgende informatie: – Plaats van het ongeval – Wat er gebeurd is – Aantal gewonde personen – Omvang van verwondingen – Uw naam Trillingen – Personen met een slechte bloedsomloop die worden blootgesteld aan sterke trillingen, kunnen verwondingen aan bloedvaten of het zenuwstelsel oplopen. Trillingen kunnen de volgende symptomen veroorzaken in de vingers, handen of  polsen:  “slapen”  (ongevoeligheid),  tintellingen,  pijn,  stekend  gevoel,   veranderen van huidskleur of van de huid. Als een van deze symptomen zich voordoet, raadpleegt u uw huisarts! – Om  de  kans  op  deze  “witte-­vingerziekte”  te  verkleinen,  houdt  u  uw  handen   warm tijdens het werk en onderhoudt u het gereedschap en de accessoires goed. 90 Alleen voor Europese landen EU-verklaring van conformiteit Wij,  Makita  Corporation,  als  de  verantwoordelijke  fabrikant,  verklaren  dat  de  volgende  Makita-­machine(s): Aanduiding  van  de  machine:  Op  de  rug  braagbare  Bosmaaier Modelnr./Type:  EBH341R   Technische  gegevens:  zie  de  tabel  “TECHNISCHE  GEGEVENS” in serie zijn geproduceerd en Voldoen  aan  de  volgende  Europese  richtlijnen: 2000/14/EC en 2006/42/EC En  zijn  gefabriceerd  in  overeenstemming  met  de  volgende  normen  of  genormaliseerd  documenten: EN ISO 11806-2 De  technische  documentatie  wordt  bewaard  door: Makita International Europe Ltd., Technical Department, Michigan Drive, Tongwell, Milton Keynes, Bucks MK15 8JD, Engeland De conformiteitsbeoordelingsprocedure vereist door Richtlijn 2000/14/EC was in Overeenstemming met annex V. Gemeten  geluidsvermogenniveau:  108,2  dB Gegarandeerd  geluidsvermogenniveau:  111  dB 3. 11. 2009 Tomoyasu Kato Directeur Makita Corporation 3-11-8, Sumiyoshi-cho, Anjo, Aichi, JAPAN 91 TECHNISCHE GEGEVENS EBH341R Model Ring-handgreep Mesblad Afmetingen:  lengte  x  breedte  x  hoogte  (zonder  lengte  pijphouder) mm Gewicht (zonder bescherming en mesblad) Inhoud (brandstoftank) Snijgereedschap (diam. snijblad) Cilinderinhoud 430 x 280 x 430 kg 10,2 L 0,65 mm 255 3 33,5 cm Maximaal motorvermogen 1,07 bij 7.000 min-1 kw min-1 Motortoerental bij aanbevolen max. assnelheid Nylon draadkop 10.000 Maximal assnelheid (overeenkomstig) min -1 7.500 Brandstofverbruik kg/h 0,458 Specifiek  brandstofverbruik g/kwh Onbelast toerental 426 -1 3,000 -1 4,100 min Koppelingstoerental min Carburateur (membraantype) type WALBRO WYL Ontstekingssysteem type Solid state ontsteking Bougie type NGK CMR6A Elektrodenafstand mm 0,7 – 0,8 Rechterhandgreep (Achterste handvat) Trilling volgens ISO 22867 Linkerhandgreep (Voorste handvat) Gemiddeld geluidsdrukniveau volgens ISO 22868 Gemiddeld geluidsvermogenniveau volgens ISO 22868 ahv eq 2 2,1 2,2 2 0,3 1,6 2 3,6 3,0 2 0,8 1,9 m/s Onzekerheid K m/s ahv eq m/s Onzekerheid K m/s LPA eq dB (A) 87,3 93,2 Onzekerheid K dB (A) 2,2 2,3 LWA eq dB (A) 100,5 105,2 Onzekerheid K dB (A) 2,8 2,6 Brandstof Autobenzine Motorolie SAE10W-­30  olie  van  API  Classificatie SF Klasse of hoger (4-takt olie voor auto’s). Versnelling sverhouding 15/20 92 NAAM VAN DE ONDERDELEN NL 93 Benaming van de onderdelen 1 Benzinetank 2 Startinrichting 3 Luchtfilter 4 Aan/uit-schakelaar 5 Bougie 6 Uitlaat-knaldemper 7 Handgreep 8 Gashendel 9 Gaskabel 10 Aandrijfas 11 Beschermkap (beschermkap van snijgarnituur) 12 Drijfwerk 13 Maaiblad 14 Schouderband 15 Tankdop 16 Startgreep 17 Opvoerpomp 18 Chokehendel 19 Uitlaatpijp 20 Oliepeistok 21 Flexibele pijp 22 Nylon draadkop MONTEREN VAN MOTOR EN AANDRIJFSTANG LET  OP:   Alvorens  enig  werk  aan  de  bosmaaier  uit  te  voeren,  altijd  eerst   de motor afzetten en de bougieaansluitklemmen losmaken van de bougie. Pas op voor hete motoronderdelen en scherpe meskanten.  Draag  altijd  veiligheidshandschoenen! LET OP: Start de bosmaaier pas nadat u deze volledig gemonteerd hebt. 1.   Verbinden  van  de  flexibele  pijp  met  motor  en  pijphuishouder Steek  een  uiteinde  van  de  flexibele  pijp  (1)  in  het  huis  van  de  koppeling  (2)   van  de  motor  totdat  u  een  lichte  “klik”  hoort. Steek  het  andere  uiteinde  van  de  flexibele  pijp  in  de  pijphuishouder  (3)  van   de bosmaaier totdat het vergrendelt. Controleer  dat  het  vierkante  uiteinde  van  de  flexibele  stang  goed  in  de   verbinding van de aandrijfas past. LET  OP:   Het  vierkante  ulteinde  van  de  flexibele  as  past  mogelijk  niet  in   de  verbinding  van  de  aandrijfas  wanneer  u  de  flexibele  pijp  niet   juist  in  kunt  steken.  Voorkom  beschadiging  van  het  uiteinde  van   de  flexible  as  en  forceer  niet. Herhaal  de  procedure  nogmaals  totdat  de  flexibele  as  en  pijp   goed passen. 2. MONTAGE VAN GASKABEL – Verwijder  de  afdekking  van  het  luchtfilter. – Plaats de gaskabel (4) in de stelbout (5) en verplaats de wartel (6) zo dat de kabel in de groef daarvan past. Op dit moment zal de kant van de wartel met  het  ronde  gat  erin  naar  de  metalen  fitting  aan  het  uiteinde  van  de   binnendraad wijzen. – Laat  de  wartel  los  en  controleer  of  de  de  metalen  fitting  aan  het  uiteinde  van   de binnendraad inderdaad in het gat valt. – Doe  de  afdekking  van  het  luchtfilter  weer  terug. Wartel Gaskabel Instek Rond gat Eindbeslag 94 AANSLUITING SCHAKELAARSNOEREN – Sluit de twee snoeren van de schakelaar aan op de bijbehorende snoeren van de motor door de ene in de andere te steken. – Zet de stekkers vast met klem (7). AFSTELLING VAN DE GASKABEL – Stel de gaskabel af met de stelbout zodat er 1 a 2 mm speling blijft wanneer de gashendel in de laagste stand staat met de stelbout voor de carburateur. (Let erop dat het snijblad niet mag draaien wanneer de motor stationair loopt.) Leid  de  gaskabel  en  I-­O  schakelaardraden  tezamen  langs  de  flexibele  pijp   en bevestig stevig met een draadklem (8) op drie punten. De gaskabel en I-O schakelaardraden schieten mogelijk los met alle gevolgen van dien wanneer zij niet goed zijn bevestigd. 95 INSTALLEREN VAN DE HANDGREEP – Monteer een eindstuk aan de linkerkant van het gereedschap tezamen met de handgreep ter bescherming van de gebruiker. – Zorg ervoor dat de handgreep/bescherming wordt gemonteerd tussen de afstandshouder en de pijlmarkeringen. WAARSCHUWING:    Verwijder  of  verklein  de  afstandshouder  niet. De afstandshouder zorgt voor een bepaalde afstand tussen beide handen. Als de handgreep/bescherming dichter op het andere handvat zou staan dan de lengte van de afstandshouder, kunt u de controle over het gereedschap verliezen waardoor ernstig persoonlijk letsel kan ontstaan. Pijlmerkteken naar motor INSTALLEREN VAN DE BESCHERMKAP Om te voldoen aan de van toepassing zijnde veiligheidsvoorschriften, mogen uitsluitend de in de tabel aangegeven gereedschap/beschermkap combinaties worden gebruikt. Nalatigheid in dit verband kan ernstige verwonding of dood van de gebruiker of omstanders tot gevolg hebben. Gebruik uitsluitend een origineel MAKITA mesblad of nylon draadkop. – Het mesblad dient goed schoon te zijn, goed aangescherpt en vrij van barsten of scheuren. Indien het mesblad tijdens het gebruik tegen harde voorwerpen of stenen wordt gestoten, onmiddellijk de motor afzetten en het mesblad op beschadiging controleren. – Reinig en scherp of vernieuw het mesblad na ten hoogste iedere drie uren van gebruik. – De buitendiameter van het mesblad mag niet groter zijn dan 255 mm (10/32”). Gebruik nooit mesbladen met een buitendiameter van meer dan 255 mm (10-1/32”). LET OP: Voor uw eigen veiligheid en om te voldoen aan de voorschriften ter preventie van ongevallen, dient de geschikte beschermkap altijd  geïnstalleerd  te  zijn. Probeer nooit de machine te gebruiken zonder dat de beschermkap  op  de  juiste  wijze  is  aangebracht. Kruisvorming Wervel mesblad mesblad (4 tanden) (8 tanden) Nylon draadkop – Bevestig de bescherming met 4 bouten stevig aan de versnellingskast. Gebruik nooit zonder een bescherming of indien de bescherming gebroken is. INSTALLEREN VAN HET MESBLAD OF NYLON DRAADKOP Keer de machine ondersteboven voor gemakkelijker vervangen van het mesblad of de nylon draadkop. Montage van het mesblad – Bevestig het mesblad en de andere onderdelen in de volgorde die in de afbeelding is aangegeven. Druk een stang of inbussleutel in de opening van de versnellingskast totdat het mesblad is vergrendeld en niet meer draait. Draai de moer linksom met een combinatiesleutel vast. (Vergeet niet dat de moer in tegengestelde richting van een normale moer wordt vast of losgedraaid.) – De moer moet voor ieder gebruik opnieuw worden vastgedraaid. – Gebruik bij voorkeur de hier rechts aangegeven bevestigingen voor deze bosmaaier. – Probeer beslist geen bomen, blokken hout of andere harde materialen te snijden. [Aantrekkoppel:  28  –  48  N–m] OPMERKING:    Draag  altijd  handschoenen  wanneer  u  aan  het  mesblad   werkt. moer boutafdekking mesdop mes grasafdekking meshouder beschermplaat Montage van de nylon draadkop – De mesdop, boutafdekking en moer heeft u niet nodig voor de montage van de nylon snijkop. De nylon snijkop wordt gemonteerd op de grasafdekking. – Steek de inbussleutel door het gat in de overbrenging en meshouder tot deze vergrendelt met de inbussleutel. – Schroef vervolgens de nylon snijkop tegen de klok in op de as. – Verwijder de inbussleutel. 96 bescherminng vesnellingshuis Beschermkap voor metalen mesblad VOOR GEBRUIK INSPECTIE EN BIJVULLEN VAN MOTOROLIE – Voer de volgende procedure uit wanneer de motor is afgekoeld. – Houd de motor horizontaal, verwijder de oliepeilstok en kijk of het oliepeil zich tussen de markeringen voor het maximale en het minimale oliepeil bevindt. Wanneer er zo weinig olie in de motor zit dat alleen de tip van de oliepeilstok de olie raakt wanneer de oliepeilstok in het carter steekt zonder vastgedraaid te zijn (Afb. 1), dient u motorolie toe te voegen (Afb. 2). – Voor  uw  informatie,  het  duurt  ongeveer  15  uur  voor  er  olie  bijgevuld  moet  worden  (vulfrequentie:  15  keer). – Als de olie verkleurd blijkt, of wanneer u vuil in de olie aantreft, dient u de olie te verversen. (Zie bladzijde 101 voor de intervallen en manier van verversen) Aanbevolen olie: SAE10W-­30  olie  van  API  Classificatie  SF  Klasse  of  hoger  (4-­takt  olie  voor  auto’s) Hoeveelheid olie: Ongeveer 100 cc. NOOT:      Als  de  motor  niet  recht  wordt  gehouden,  kan  er  olie  in  de  motor  terecht  komen  en  kunt  u  teveel  olie  in  het  blok  doen. Als er teveel olie in het carter gedaan is, kan de olie verontreinigd raken, of verbranden met een witte rook als resultaat. Opmerking  1  bij  het  verversen  van  de  olie;;  de  “oliepeilstok”   – Verwijder stof en vuil rond de olievul-opening en haal de oliepeilstok los. – Houd de losgemaakte oliepeilstok vrij van zand en stof. Doet u dat niet, dan kunnen vuil dat aan de oliepeilstok blijven hangen de circulatie van de olie door de motor belemmeren of het binnenwerk beschadigen, wat kan leiden tot problemen. – Om de oliepeilstok schoon te houden kunt u deze bijvoorbeeld met zijn knop in de motor-afdekking steken, zoals in Afb. 3 te zien is. Vul motorolie bij als er alleen aan de tip olie zit. Afb. 1 Maximum oliepeil (onderkant schroefdraad olievulopening) Afb. 2 Oliepeilstok Afb. 3 (1) Houd de motor horizontaal en haal de oliepeilstok los. (2) Vul bij met motorolie tot aan de rand van de olievul-opening. (Zie Afb. 2 op de vorige bladzijde). Gebruik  bijvoorbeeld  een  spuitfles  om  de  olie  makkelijker  in  de  opening  te   krijgen. (3) Zet de oliepeilstok weer goed vast. Doet u dat niet, dan kan er olielekkage optreden. Opmerking  2  bij  het  verversen  van  olie:  “Als  er  olie  gemorst  wordt” – Als er olie gemorst wordt tussen de brandstoftank en de motor zelf, kan de olie in de inlaat van de luchtkoeling gezogen worden, waardoor de motor verontreinigd kan raken. Vergeet niet om gemorste olie op te nemen voor u de motor weer in gebruik neemt. 97 TANKEN Omgaan met brandstof U moet brandstof met de grootst mogelijke voorzichtigheid behandelen. Brandstof kan aan oplosmiddelen verwante stoffen bevatten. U moet tanken in een voldoende geventileerde ruimte of in de open lucht. Adem de brandstofdampen niet in en houd de brandstof zo veel mogelijk bij u vandaan. Als u herhaaldelijk en voor langere tijd in aanraking bent met brandstoffen, zal de huid uitdrogen en kan zich een huidziekte of allergie ontwikkelen. Als er brandstof in uw oog komt, dient u het oog te spoelen met water. Als u oog dan nog pijn blijft doen, dient u een arts te raadplegen. Opslagtermijn  van  brandstof Brandstof hoort binnen 4 weken opgebruikt te worden, zelfs al wordt het bewaard in een speciale container in een goed geventileerde, donkere ruimte. Als u geen speciale container gebruikt, of als de container open is, kan brandstof binnen een dag onbruikbaar worden. Opslag van de machine en de tank – Bewaar de machine en de tank op een koele plek, uit de zon. – Bewaar in geen geval brandstof in de passagiersruimte of de bagageruimte van uw auto. Brandstof De gebruikte motor is een 4-takt motor. Let er op dat u benzine voor auto’s gebruikt (normaal of super). Opmerkingen over brandstof – Gebruik nooit een benzine-olie mengsel. Doet u dit toch, dan kan er zich een koolstof afzetting vormen en kunnen er mechanische problemen op gaan treden. – Gebruik van slechte brandstof zal de motor onregelmatig doen starten. Tanken WAARSCHUWING: ONTVLAMBARE MATERIALEN TEN STRENGSTE VERBODEN Gebruikte benzine: benzine voor auto’s – Maak de tankdop een beetje los om eventuele gassen te laten ontsnappen. – Haal de tankdop los en doe brandstof in de tank terwijl u er voor zorgt dat de gassen in de tank kan ontsnappen door de vulopening naar boven te houden. (Doe nooit brandstof in de vulopening voor de motorolie.) – Veeg de omgeving van de tankdop goed schoon om te voorkomen dat vreemde voorwerpen in de brandstoftank terecht komen. – Doe de tankdop weer goed vast als u klaar bent met tanken. •   Als er een beschadiging of onvolkomenheid is aan de tankdop, dient u deze te vervangen. •   De tankdop is aan slijtage onderhevig en dient elke twee a drie jaar vervangen te worden. 98 Brandstoftankdop Maximale brandstofpeil Brandstoftank AANDACHTSPUNTEN BIJ DE BEDIENING EN HOE U DE MACHINE MOET STOPPEN Raadpleeg de van toepassing zijnde veiligheidsinstructies! STARTEN OPERATION Verplaats u minimaal 3 meter van de tankplaats. Plaats de bosmaaier op een vlakke, schone ondergrond en zorg dat het snijgereedschap niet in aanraking kan komen met de grond of andere voorwerpen. Ontgrendelingshendel I/O aan/uit schakelaar (1) A: Koude start 1) Laat het gas los en zet de omwentelingssnelheid van de motor op het minimum. Gashendel (6) 2) Zet de I-O stopschakelaar (1) op OPERATION. CLOSE 3) Chokehendel Sluit de chokehendel. Open  zetten  van  de  choke:   – Helemaal sluiten in koude omstandigheden of wanneer de motor koud is. – Helemaal of half open bij opnieuw starten kort nadat de motor gestopt werd. 4) Opvoerpomp Blijf op de opvoerpomp drukken tot er brandstof in de opvoerpomp komt. (In het algemeen zal er na 7 tot 10 keer drukken brandstof in de opvoerpomp komen.) Als u de opvoerpomp te intensief gebruikt, zal het teveel aan benzine teruggevoerd worden naar de brandstoftank. Carburateur Opvoerpomp 5) Trekstarter – Trek rustig aan de trekstarter tot u weerstand voelt (compressiepunt). Laat de trekstarter vervolgens terugkeren en trek er dan krachtig aan. – Trek de trekstarter nooit volledig uit. Laat nooit direct los nadat u de trekstarter heeft uitgetrokken. Houd de trekstarter vast totdat deze terugkeert naar zijn oorspronkelijke positie. 6) Chokehendel Zet de chokehendel open wanneer de motor start. – Zet de chokehendel steeds verder open terwijl u controleert hoe de motor loopt. Vergeet niet dat de chokehendel uiteindelijk helemaal open moet staan. – Als het koud is of wanneer de motor is afgekoeld, mag u nooit de chokehendel ineens helemaal open zetten. Doet u dit toch, dan kan de motor stilvallen. 7) Opwarmen Laat de motor 2 a 3 minuten opwarmen. 99 OPEN Noot:   –    Als  de  starthendel  herhaaldelijk  aangetrokken  wordt  met  de  choke  op  de  “CLOSE”  positie,  komt  er  te  veel  benzinetoevoer  hetgeen  het   starten bemoeilijkt. – Indien er teveel benzinetoevoer is, verwijder de bougie en draai de starthendel enkele keren om de overvloedige benzine te verijderen. Droog verder de polen van de bougle. Waarschuwing  tijdens  werkzaamheden: Als de gashendel vol ingeknepen blijft in een onbelaste toestand, kan het motortoerental oplopen tot over de 10.000 tpm. Werk enkel met een belast toerental dat zo ongeveer tussen de 6.000 en 8.500 tpm ligt. B: Starten na het opwarmen 1) Druk herhaaldelijk op de opvoerpomp. 2) Houd de gashendel in de stationairstand. 3) Trek hard aan de trekstarter. 4) Als het moeilijk is om de motor te starten, dient u het gas ongeveer 1/3 open te zetten. Let op het snijblad aangezien dit rond kan gaan draaien. Let  op  bij  de  bediening – Wanneer de motor ondersteboven wordt gebruikt, is het mogelijk dat er witte rook uit de knaldemper komt. STOPPEN Zet de I-O schakelaar op STOP. 1) Laat de gashendel (6) los en als het motortoerental gezakt is zet u de I-O aan/uit-schakelaar op STOP, zodat de motor stopt. 2) Let er op dat het snijblad mogelijk niet onmiddellijk stopt en laat het in een dergelijk geval eerst volledig tot stilstand komen. STOP I-O aan/uit-schakelaar Gashendel (6) BIJSTELLEN VAN DE LAGE OMWENTELINGSSNELHEID (STATIONAIR) Wanneer het noodzakelijk blijkt om het stationaire toerental bij te stellen, dient u de stelschroef op de carburateur bij te stellen. CONTROLEREN VAN HET STATIONAIRE TOERENTAL – Stel het stationaire toerental in op 3.000 t/m. Wanneer het noodzakelijk is het stationaire toerental bij te stellen, dient u de stelschroef op de carburateur bij te stellen (zoals rechts is afgebeeld), met een kruiskopschroevendraaier. – Draai de stelschroef naar rechts om het toerental van de motor toe te laten nemen. – Draai de stelschroef naar links om het toerental te laten dalen. – De carburateur is standaard ingesteld voor het verlaten van de fabriek. Als het nodig is om hem bij te stellen, dient u contact op te nemen met uw erkende onderhoudsmonteur. AANSCHERPEN VAN HET MESBLAD LET  OP:    De  ondervermelde  mesbladen  dienen  alleen  in  een  daarvoor   bevoegde werkplaats te worden aangescherpt. Wanneer u aanscherpt met de hand, zal het snijgereedschap slecht gebalanceerd zijn, hetgeen potentieel gevaarlijke vibraties en beschadiging van de machine kan veroorzaken. – Mesblad (kruisvormig mesblad (4 tanden), wervelmesblad (8 tanden)) Onze erkende service-agent verleent service bij het deskundig aanscherpen en balanceren van mesbladen. OPMERKING:    Om  de  gebruiksduur  van  het  mesblad  (kruisvormig  mesblad,   wervelmesblad) te verlengen, kunt u het mesblad éénmaal omkeren tot beide sneden bot geworden zijn. Een bot mesblad mag nooit verder worden gebruikt, omdat dit terugslag en ernstige verwonding kan veroorzaken. 100 stelschoef Carbureteur ONDERHOUDSVOORSCHRIFTEN WAARSCHUWING:    Voordat  u  aan  de  bosmaaier  werkt,  altijd  eerst  de  aan/uit-­schakelaar  op  stop  zetten  en  de  bougiekap  van  de  bougie  trekken   (zie  “Bougie-­controle”)  Draag  altijd  beschermende  handschoenen! Om een lange levensduur te verzekeren en eventuele schade aan de machine te voorkomen, moeten de volgende werkzaamheden met een zekere  regelmaat  worden  uitgevoerd: Dagelijkse  controle  en  onderhoud – Voordat u gaat werken met de bosmaaier controleer of alle schroeven vast zitten en geen schroeven vermist worden. Let vooral op de bevestiging van het snijgereedschap. – Controleer of er geen vuil opgehoopt zit tussen de koelribben en tussen luchtspleten. Maak zonodig schoon. – Na  dagelijks  werk  het  volgende  onderhoud  plegen: •   Maak de bosmaaier schoon en controleer op beschadigingen. •   Reinig  het  luchtfilter.  Wanneer  onder  zeer  stoffige  omstandigheden  gewerkt  wordt,  reinig  het  filter  dan  meerdere  malen. •   Controleer het snijgereedschap op schade en verzeker u dat de bevestiging goed vast zit. •   Controleer of de gaskabelafstelling genoeg vrije slag biedt, zodat het snijgereedschap niet draait tijdens het stationaire toerental (stel zonodig opnieuw af). – Als na afstellen van het stationaire toerental het snijgereedschap nog steeds draait, raadpleeg uw dealer. Controleer het functioneren van de gashendel, blokkeerknop, aan/uit-schakelaar en veiligheidsvergrendeling. VERVERSEN VAN DE MOTOROLIE Te  lang  gebruikte  motorolie  zal  de  levensduur  van  de  heen  en  weer  bewegende  en  roterende  onderdelen  flink  bekorten.  Vergeet  niet  te   controleren wanneer en hoeveel olie ververst moet worden. LET OP: In het algemeen zullen de motor zelf en de motorolie nog enige tijd heet blijven ook al is de motor gestopt. Als u de olie wilt gaan verversen, moet u eerst controleren of de motor zelf en de motorolie daarin voldoende zijn afgekoeld. Doet u dat niet, dan bestaat het gevaar dat u zich zult branden. NOOT: Als er teveel olie in het carter gedaan is, kan de olie verontreinigd raken, of verbranden met een witte rook als resultaat. Verversingsinterval: In het begin na elke 20 bedrijfsuren, daarna na elke 50 bedrijfsuren. Aanbevolen olie: SAE10W-­30  olie  van  API  Classificatie  SF  Klasse  of  hoger  (4-­takt  olie  voor  auto’s) Voer de volgende procedure uit bij het verversen van de olie. Brandstoftankdop 1) Controleer of de tankdop goed dicht zit. 2) Maak de oliepeilstok los. Houd de oliepeilstok vrij van stof of vuil. Oliepeilstok 3) Houd een poetsdoek of stuk papier bij de olievul-opening. doek of papier 4) Verwijder de oliepeilstok en tap de olie af door het apparaat met de olievulopening naar beneden te kiepen. Laat de afgewerkte motorolie in een bak lopen. 101 5) Houd de motor horizontaal en vul het carter met verse motorolie tot aan de  rand  van  de  olievul-­opening.  U  kunt  het  makkelijkst  een  spuitfles  of  iets   dergelijks gebruiken. 6) Doe de oliepeilstok weer terug en zet hem goed vast na het verversen van de olie. Als u de oliepeilstok niet goed vast maakt, zal er olie gaan lekken. OPMERKINGEN OVER OLIE – Gooi afgewerkte motorolie niet weg met het normale vuilnis en loos het niet in de natuur of in een sloot. Het afvoeren van olie is wettelijk geregeld. Volg altijd de geldende wetten en regelgeving wanneer u zich van afgewerkte motorolie wilt ontdoen. Neem contact op met een erkende onderhoudsmonteur als u hieromtrent vragen hebt. – Ook wanneer u olie gewoon bewaart zal de olie op den duur bederven. Controleer regelmatig of de olie die u wilt gebruiken nog goed is (vervang de olie minstens elke 6 maanden). REINIGEN VAN HET LUCHTFILTER Element (spons) GEVAAR: ONTVLAMBARE MATERIALEN TEN STRENGSTE VERBODEN Plaat Afdekking  luchtfilter Interval  voor  reiniging  en  inspectie:  Dagelijks  (om  de  10  bedrijfsuren) – Doe de chokehendel helemaal dicht en zorg ervoor dat er verder geen stof en vuil in de carburateur terecht kan komen. Luchtinlaat – Verwijder  de  bevestigingsbout  (en)  van  het  deksel  van  het  luchtfilter. – Trek het deksel naar beneden en haal het los. Element (vilt) – Als er nog olie aan het element (spons) zit, dient u het stevig uit te knijpen. – Bij  zware  verontreiniging: 1) Verwijder het element (spons), dompel het in warm water of in een neutraal sopje en laat het vervolgens goed drogen. 2) Reinig het element (vilt) met benzine en laat het goed drogen. Bevestigingsbout – Voor u het element weer terugzet, moet u controleren of het volledig gedroogd is. Is het element nog niet goed droog, dan kunt startproblemen ondervinden. – Veeg  met  een  poetsdoek  eventuele  olie  rond  de  afdekking  van  het  luchtfilter   en luchtinlaat weg. – Direct na het reinigen dient u het deksel terug te zetten en vast te maken met de bevestigingsbout (en). (Maak eerst de haakjes aan de bovenkant vast en vervolgens aan de onderkant.) Pak dit gedeelte vast en verwijder het element (vilt). Aandachtspunten  voor  het  luchtfilter  element – Reinig het element verschillende keren per dag als er erg veel stof door wordt opgevangen. – Als u door blijft werken terwijl het element nog olie bevat. kan er olie uit het  luchtfilter  lekken,  met  alle  gevolgen  van  dien. BOUGIE-CONTROLE – Gebruik enkel de originele bougiesleutel om een bougie te vervangen of te controleren. – De afstand tussen de 2 elektroden moet 0,7-0,8 mm bedragen. Is de afstand te groot of the nauw, stel deze bij. Als de bougie aangekoekt is, vervang deze of maak deze schoon. WAARSCHUWING:    Raak  nooit  de  bougiekabel  aan  met  draaiende  motor   (gevaar voor elektrische schok met hoog voltage). 102 0,7 mm - 0,8 mm (0,028” - 0,032”) SMEREN VAN HET DRIJFWEK Gat voor smeervet – Smeren via de smeer-opening hittebestendig vet (Shell Alvania 2 of gelijkwaardig) in het drijfwerk na iedere 30 draai-uren. (Speciaal MAKITA smeervet is verkrijgbaar bij uw MAKITAdealer.) REINIGEN VAN HET BRANDSTOFFILTER Brandstoffilter  (1) GEVAAR: ONTVLAMBARE MATERIALEN TEN STRENGSTE VERBODEN Slangenklem Brandstofleiding Interval  voor  reiniging  en  inspectie:  Maandelijks  (om  de  50  bedrijfsuren) Zuigkop in de benzinetank – Het  brandstoffilter  (1)  van  de  zuigkop  filtert  de  benzine  voordat  deze  in  de   carburateur komt. – Regelmatige  controle  van  dit  brandstoffilter  is  aanbevolen.  Verwijder   de tankdop en haak de zuigkop naar buiten. Vervuilde of uitgeharde brandstoffilters  uitwisselen. – Onvoldoende benzinetoevoer door vervuilde zuigkoppen kunnen allerlei storingen  veroorzaken,  wissel  daarom  regelmatig  het  brandstoffilter  uit,  op   zijn minst om de paar maanden. BRANDSTOFLEIDING VERVANGEN Brandstofleiding GEVAAR: ONTVLAMBARE MATERIALEN TEN STRENGSTE VERBODEN Interval  voor  reiniging  en  inspectie:  Dagelijks  (om  de  10  bedrijfsuren) Vervanging:  Jaarlijks  (elke  200  bedrijfsuren) Vervang  de  brandstofleiding  elk  jaar,  ongeacht  hoe  vaak  u  het  apparaat   gebruikt.  Brandstoflekkage  kan  brand  veroorzaken. Als  u  bij  inspectie  brandstoflekkage  constateert,  dient  u  onmiddellijk  de   brandstofleiding  te  vervangen. INSPECTIE VAN BOUTEN, MOEREN EN SCHROEVEN – Draai losgetrilde bouten, moeren enz. opnieuw vast. – Controleer of er brandstof- of olielekkage is opgetreden. – Vervang beschadigde of versleten onderdelen onmiddellijk door nieuwe om een veilige werking van het apparaat te waarborgen. REINIGEN VAN ONDERDELEN – Houd de motor altijd zo schoon mogelijk. – Houd de cilinders vrij van stof en vuil. Als de koelvinnen bedekt raken door stof en vuil, kan de motor vastlopen. VERVANGEN VAN PAKKINGEN EN AFDICHTINGEN Wanneer u de motor opnieuw monteert nadat u het apparaat uit elkaar heeft gehaald, moet u de pakkingen en afdichtingen door nieuwe vervangen. SMEREN VAN DE FLEXIBELE AS – Trek  om  de  20  bedrijfsuren  de  flexibele  as  uit  de  flexibele  bekleding  en  smeer   vervolgens  de  flexibele  as. – De  flexibele  as  kan  breken  als  deze  niet  gesmeerd  wordt. Flexibele bekleding Flexibele as Smeren Onderhoudswerkzaamheden of afstellingen die in deze gebruiksaanwijzing niet zijn vermeld of beschreven, dienen uitsluitend door een Erkende Service Agent te worden uitgevoerd. 103 MACHINE-OPSLAG WAARSCHUWING: Voor u de brandstof aftapt moet u de motor stoppen en laten afkoelen. Kort  nadat  de  motor  gestopt  is,  kan  deze  nog  heet  zijn,  hetgeen  kan  leiden  tot   brandwonden, brandgevaar en brand. LET OP: Wanneer  u  de  machine  langere  tijd  niet  zult  gebruiken,  dient  u  alle  brandstof   uit de tank en de carburateur af te tappen en de machine te bewaren op een droge en schone plek. – Tap  de  brandstof  uit  de  tank  en  de  carburateur  af  via  de  volgende  procedure: 1) Verwijder de tankdop en tap alle brandstof af. Als er verontreinigingen achterblijven in de brandstoftank, dient u dee eveneens volledig te verwijderen. 2)    Gebruik  een  draad  om  het  brandstoffilter  te  verwijderen. 3) Druk op de opvoerpomp tot alle brandstof daaruit verwijderd is en tap eventuele brandstof uit de tank af. 4)    Doe  het  filter  weer  terug  in  de  tank  en  doe  de  tankdop  goed  vast. 5) Laat de motor vervolgens lopen tot deze vanzelf stopt. – Verwijder de bougie en druppel een beetje motorolie in het bougiegat. – Trek voorzichtig aan de starter zodat de motorolie verdeeld wordt en doe de bougie weer terug. – Bevestig de afscherming op het snijblad. – Bewaar de afgetapte brandstof in een speciale jerrycan in een goed geventileerde ruimte. Let  op  na  opslag  voor  langere  tijd – Voor u de machine weer opstart nadat deze langere tijd opgeslagen is geweest, dient u de olie te vervangen (zie blz. 101). De olie verslechtert namelijk wanneer de machine langere tijd niet gebruikt wordt. Storing lokaliseren Storing Motor start niet of nauwelijks Onderdeel Ontsteking Oorzaak Bougie vonkt Oorzaak in benzinetoevoer of compressiesysteem, of mechanische oorzaak Vonkt niet Stopschakelaar, kabelbreuk, kortsluiting, bougie of aansluiting defect ontstekingsspoel defect Benzinetoevoer Tank gevuld Onjuiste chokepositie, carburateur defect, vervuilde zuigkop, breuk, knik of vuil in benzineleiding Compressie Geen compressie bij start Voetpakking stuk, krukaskeerringen defect, zuigerveren gebroken of lekke bougiepakking Mechanische storing Starter functioneert niet Gebroken startveer, defecte startpallen Tank gevuld bougie vonkt Carburateur vervuild, laten reinigen Tank gevuld Onjuiste afstelling, vervuilde zuigkop of carburateur Warm start problemen Motor start maar valt stil Observatie Benzinetoevoer Defecte ontluchting, breuk benzineleiding, kabelbreuk, ontsteking defect Onvoldoende vermogen Diverse oorzaken Stationairloop onregelmatig 104 Luchtfilter  vervuild,  carburateur  vervuild,   uitlaat verstopt uitlaatpoort vervuild Onderdeel Voor gebruik Bedrijfsuren Na smering Dagelijks   (10 u.) 30 u. 50 u. 200 u. Motor uit/ rustpauze Correspon derende P 97 Inspecteren Motorolie *1 Verversen Onderdelen vastzetten (bouten, moeren) Brandstoftank 101 Inspecteren 103 Reinigen/ inspecteren ― Brandstof aftappen *3 104 Gashendel Werking controleren 99 Stopschakelaar Werking controleren 99 Snijblad Inspecteren 96 Stationaire draaisnelheid Inspecteren/ bijstellen 100 Luchtfilter Reinigen 102 Bougie Inspecteren 102 Kanaal luchtkoeling Reinigen/ inspecteren 103 Inspecteren 103 Brandstofleiding Vervangen *2 ― Smering tandwielkast Bijvullen 103 Brandstoffilter Reinigen/ vervangen 103 Speling tussen luchtinlaatklep Bijstellen en uitlaatklep *2 Olieleiding *2 Inspectie Reviseren motor Carburateur ― *2 Brandstof aftappen ― *3 104 *1 Voer de eerste verversing uit na 20 bedrijfsuren. *2 Laat de inspectie na 200 bedrijfsuren uitvoeren door een erkende onderhoudsmonteur of motor-werkplaats. *3 Laat de motor gewoon even doorlopen nadat u de brandstoftank heeft leeg gemaakt om alle brandstof uit de carburateur te verwijderen. 105 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN Ga eerst zelf na wat er aan de hand zou kunnen zijn voor u om een reparatie gaat verzoeken. Als u iets abnormaals vindt, voer dan de handelingen beschreven in deze handleiding uit. Knoei niet met onderdelen en demonteer geen onderdelen als dat niet in de handleiding beschreven wordt. Neem contact op met een erkende onderhoudsmonteur of uw dealer voor eventuele reparaties. Probleem Waarschijnlijke  oorzaak  (storing) U heeft de opvoerpomp niet gebruikt. Druk 7 tot 10 keer op de opvoerpomp. Er wordt niet snel genoeg aan de trekstarter getrokken. Trek harder. Niet genoeg brandstof. Ga tanken. Brandstoffilter  verstopt. Reinig  het  brandstoffilter. Verbogen  brandstofleiding Haal de knik eruit of vervang de brandstofleiding. Slechte brandstof. Als de brandstof oud of slecht is, is de motor moeilijker te starten, Gebruik verse brandstof. (Ververs de brandstof in de tank minstens een keer per maand.) Te grote toevoer van brandstof (verzuipen). Zet de gashendel op halve of hoge snelheid en trek aan de trekstarter totdat de motor start. Wanneer de motor aanslaat zal het snijblad  direct  mee  gaan  draaien.  Let  goed   op  het  snijblad. Als de motor nog steeds niet wil starten, dient u de bougie eruit te draaien, af te drogen en weer in te draaien. Start de motor vervolgens zoals beschreven. Losse bougiedop. Zet de bougiedop weer vast. Vuile bougie. Maak de bougie schoon. Abnormale elektrodenafstand. Stel de afstand tussen de elektroden van de bougie bij. Andere problemen met de bougie. Vervang de bougie. Problemen met de carburateur. Verzoek om inspectie en onderhoud. De trekstarter werkt niet. Verzoek om inspectie en onderhoud. Problemen met de overbrenging. Verzoek om inspectie en onderhoud. Niet genoeg opgewarmd. Laat de motor eerst opwarmen. De  chokehendel  staat  op  “CLOSE”  (dicht),   alhoewel de motor al opgewarmd is. Zet de chokehendel open. Brandstoffilter  verstopt. Reinig  het  brandstoffilter. Luchtfilter  verstopt  of  verontreinigd. Reinig  het  luchtfilter. Problemen met de carburateur. Verzoek om inspectie en onderhoud. Problemen met de overbrenging. Verzoek om inspectie en onderhoud. De bevestigingsmoer van het snijblad zit los. Draai de moer goed vast. Het snijblad zit vast in plantenresten of tegen de afdekking. Verwijder de ongerechtigheden. Problemen met de overbrenging. Verzoek om inspectie en onderhoud. Het snijblad is kapot, verbogen of versleten. Vervang het snijblad. De bevestigingsmoer van het snijblad zit los. Draai de moer goed vast. Het bolle deel van het snijblad is verschoven ten opzichte van de bevestiging. Maak opnieuw goed vast. Problemen met de overbrenging. Verzoek om inspectie en onderhoud. Het stationaire toerental is te hoog. Stel het stationaire toerental correct af. De gaskabel zit niet goed vast. Maak de gaskabel op de juiste wijze vast. Problemen met de overbrenging. Verzoek om inspectie en onderhoud. Stekkertje los. Maak het stekkertje vast. Problemen met het elektrische systeem. Verzoek om inspectie en onderhoud. De motor start niet Motor valt stil. Motorsnelheid neemt niet toe. Het snijblad draait niet. Stop de motor onmiddellijk. Het apparaat zelf trilt op abnormale wijze. Stop de motor onmiddellijk. Het snijblad stopt niet onmiddellijk. Stop de motor onmiddellijk. De motor stopt niet. Laat de motor stationair lopen en zet de chokehendel op CLOSE (dicht). Oplossing Wanneer  de  motor  niet  start  na  het  opwarmen: Als u geen problemen vindt via de bovenstaande controles, dient u het gas ongeveer 1/3 open te zetten en vervolgens de motor te starten. 106
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152

Makita EBH341R Handleiding

Categorie
Tuingereedschap
Type
Handleiding