Documenttranscriptie
Inhoudsopgave
Inleiding
3
Conformiteitsverklaring
4
Veiligheid
4
Installatiecondities
Algemeen
De Schoorsteen
Vloer en wanden
Productbeschrijving
5
5
5
6
6
Installatie
Algemene voorbereiding
Schoorsteenaansluiting voorbereiden
Aansluiting op het schoorsteenkanaal
Rookgasafvoersysteem
Gasaansluiting maken
Afstandsbedieningset installeren
Decoratieve houtblokkenset plaatsen
6
6
7
7
8
8
9
10
Gebruik
Eerste gebruik
Bedieningsinstructies
Handmatige bediening
Gas naar toestel uitschakelen
Regeling verbranding
Eventuele problemen
11
11
12
20
22
22
22
Onderhoud
Jaarlijks onderhoud van het toestel
Schoonmaken en ander regelmatig onderhoud
Wisselstukken
22
22
22
23
Bijlage 1: Technische gegevens
24
Bijlage 2: Afmetingen
28
Bijlage 3: Afstand tot brandbaar materiaal
30
Bijlage 4: Diagnoseschema
32
Index
34
DOVRE
2
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Inleiding
Geachte gebruiker,
Met de aankoop van dit verwarmingstoestel van
DOVRE heeft u gekozen voor een kwaliteitsproduct.
Dit product maakt deel uit van een nieuwe generatie
energiezuinige en milieuvriendelijke verwarmingstoestellen. Deze toestellen maken optimaal
gebruik van zowel convectiewarmte als stralingswarmte.
Uw DOVRE toestel is geproduceerd met de
modernste productiemiddelen. Mocht er onverhoopt toch iets mankeren aan uw toestel, dan kunt
u altijd een beroep doen op de DOVRE service.
Het toestel mag niet gewijzigd worden; gebruik
steeds originele onderdelen.
Het toestel is bedoeld voor plaatsing in een woonruimte. Het moet hermetisch worden aangesloten
op een goed werkende schoorsteen.
Wij adviseren u het toestel te laten installeren door
een bevoegd installateur.
DOVRE kan niet aansprakelijk worden gesteld
voor problemen of schade door een onjuiste installatie.
Bij installatie en gebruik moeten de hierna beschreven veiligheidsvoorschriften in acht worden genomen.
In deze handleiding leest u hoe u het DOVRE verwarmingstoestel op een veilige manier installeert,
gebruikt en onderhoudt. Als u aanvullende informatie
of technische gegevens wilt of een installatie-probleem heeft, neemt u dan eerst contact op met uw
leverancier.
© 2019 DOVRE NV
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
3
Conformiteitsverklaring
Veiligheid
Let op! Alle veiligheidsvoorschriften moeten
strikt worden nageleefd.
Lees aandachtig de instructies voor installatie,
gebruik en onderhoud die met het toestel zijn
meegeleverd, voordat u het toestel in gebruik
neemt.
Notified body: 0359
Hierbij verklaart
Dovre nv, Nijverheidsstraat 18 B-2381 Weelde,
dat gaskachel VIRTUS 50GAO(P) conform EN 613
geproduceerd is.
Weelde 01-03-2019
Het toestel moet worden geïnstalleerd overeenkomstig de wetgeving en voorschriften van
uw land.
Alle lokale bepalingen en de bepalingen die
betrekking hebben op nationale en Europese
normen moeten worden nageleefd bij het installeren van het toestel.
Het toestel dient geplaatst, aangesloten, in
bedrijf gesteld en gecontroleerd te worden door
een bevoegd installateur, volgens de laatst geldende nationale en lokale normen, volgens
voorschriften voor gesloten toestellen en volgens de installatievoorschriften van de fabrikant.
Het toestel is ontworpen voor verwarmingsdoeleinden. Alle oppervlaktes, inclusief het glas en de aansluitbuis kunnen zeer
heet worden (meer dan 100°C)! Deze moeten
worden beschouwd als actieve zone. Zorg voor
voldoende afscherming als jonge kinderen, mindervaliden en ouderen zich in de nabijheid van
het toestel bevinden.
In het kader van een continue productverbetering, kunnen specificaties van het geleverde toestel afwijken
van de beschrijving in deze brochure, zonder voorafgaande kennisgeving.
DOVRE N.V.
Nijverheidsstraat 18 Tel : +32 (0) 14 65 91 91
B-2381 Weelde
Fax : +32 (0) 14 65 90 09
België
E-mail :
[email protected]
Veiligheidsafstanden tot brandbaar materiaal
moeten strikt worden aangehouden.
Plaats geen gordijnen, kleren, wasgoed of
andere brandbare materialen bovenop of in de
nabijheid van het toestel. De minimale veilige
afstand bedraagt 80 cm.
Gebruik tijdens het gebruik van uw toestel
geen licht ontvlambare of explosieve stoffen in
de nabijheid van het toestel.
Als het glas van het toestel is gebroken of
gebarsten, moet dit glas worden vervangen
voordat u het toestel opnieuw in gebruik neemt.
Het toestel is afgesteld en verzegeld in de
fabriek, overeenkomstig op de typeplaat
DOVRE
4
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
aangegeven categorie en op de juiste nominale
belasting. Controleer of de gegevens op de
typeplaat overeenkomen met de lokale gassoort en de druk, en met de aard van uw installatie. De typeplaat bevindt zich achter de deur
onder in het toestel.
Het toestel moet door de installateur gecontroleerd worden op dichtheid van gasaanvoeren rookgasafvoerleiding. Ook de werking van
de regelkraan, het thermokoppelcircuit en het
ontsteken van de brander moet worden gecontroleerd.
Laat bij het in werking stellen, uw installateur u
inlichten over gebruik, bediening en onderhoud
van uw toestel.
Gebruik uitsluitend de meegeleverde keramische houtblokkenset.
Plaats de houtblokkenset exact volgens de
beschrijving.
Laat de ruimte rond de waakvlam vrij van kooltjes.
Vermijd vuil in de gasleiding.
Sluit steeds de gaskraan wanneer het toestel
niet in gebruik is.
Sluit bij het bemerken van een gaslucht onmiddellijk de hoofdkraan, open vensters en vermijd
vuur of het gebruik van elektrische contacten
zoals schakelaars in verband met daardoor
eventueel veroorzaakte vonken. Wend u altijd
tot een vakman om een eventueel gaslek op te
sporen.
Installatiecondities
Algemeen
Het toestel moet worden aangesloten op een goed
werkende schoorsteen.
Voor de aansluitmaten: zie de bijlage "Technische
gegevens".
Informeer bij de brandweer en/of verzekeringsmaatschappij naar eventuele specifieke
vereisten en voorschriften.
De Schoorsteen
De schoorsteen (het rookkanaal) heeft een dubbele
functie:
Het aanzuigen van de lucht vanuit de kamer, nodig
voor de verbranding van de brandstof in de kachel
of open haard.
Het afvoeren van de verbrandingsgassen door thermische en natuurlijke trek. De thermische trek ontstaat door het warmteverschil tussen de lucht in en
buiten het rookkanaal. De opgewarmde lucht in het
rookkanaal is lichter dan de koudere lucht buiten
het kanaal en stijgt daarom omhoog, samen met de
verbrandingsgassen. Natuurlijke trek wordt veroorzaakt door omgevingsfactoren onder andere de
wind.
Het is verboden om meerdere toestellen op een
enkele schoorsteen aan te sluiten (bijvoorbeeld de centrale verwarmingsketel), tenzij lokale of nationale
reglementen hierin voorzien.
Ga na welke schoorsteen nodig is voor het gekozen
toestel, en of de bestaande schoorsteen geschikt is
en voldoet aan de van toepassing zijnde normen. Laat
u hierbij adviseren door een specialist.
De schoorsteen moet voldoen aan de volgende algemene voorwaarden:
Het rookkanaal moet gemaakt zijn van vuurvast
materiaal. Elementen van keramiek of roestvrij
staal verdienen aanbeveling.
De schoorsteen moet luchtdicht en goed gereinigd
zijn, en een voldoende trek garanderen.
De schoorsteen moet zo verticaal mogelijk lopen,
vertrekkend van de uitgang van het toestel. Richtingveranderingen en horizontale stukken zijn afgeraden wegens verstoring van de rookgasafvoer.
De binnenmaten van de schoorsteen mogen niet te
groot zijn om de rookgassen niet te sterk te laten
afkoelen. Voor de aanbevolen schoorsteendiameter: Zie de bijlage "Technische gegevens". Indien het rookkanaal behoorlijk geïsoleerd
is, kan de diameter eventueel groter zijn.
De sectie van het rookkanaal moet vooral constant
zijn. Verbredingen, en vooral vernauwingen, verstoren de vlotte rookgasafvoer en moeten worden
vermeden. Hetzelfde geldt voor een dekplaat of
afvoerkap boven op de schoorsteen. Let erop dat
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
5
hierdoor de uitmondingsectie niet vernauwt, en dat
de kap zodanig ontworpen is dat, bij wind, de
afvoer van de rookgassen niet belemmerd, maar
bevorderd wordt.
4. Klep naar gasblok
5. Gaslaansluiting G3/8"
6. Concentrische rookafvoer boven of achter
Vooral als het rookkanaal door onverwarmde ruimten loopt of buitenwanden heeft, is bijkomende isolatie belangrijk. Metalen schoorstenen, of schoorsteengedeelten buiten de woning, moeten steeds
worden uitgevoerd in dubbelwandig geïsoleerde buizen. Het buitendaks gedeelte van de schoorsteen
moet steeds geïsoleerd zijn.
De schoorsteen dient voldoende hoog te zijn (minimaal 2,5 meter) en uitmonden in een zone die niet
wordt verstoord door omliggende gebouwen, nabijstaande bomen of andere hindernissen.
2
1
3
5
4
Vloer en wanden
De vloer waarop het toestel wordt geplaatst, moet voldoende draagvermogen hebben. Voor het gewicht van
het toestel: zie de bijlage "Technische gegevens".
Zorg voor voldoende afstand tussen het toestel
en brandbare materialen zoals houten wanden
en meubels.
Een vloerkleed moet minimaal 80 cm van het
vuur verwijderd zijn.
Voor verdere eisen in verband met brandveiligheid: zie de bijlage "Afstand tot brandbaar
materiaal".
Productbeschrijving
6
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
7
5
09-20022-041
Duimschroeven afdekking
Afdekking gasbediening
Ontvanger
Gasblok
Reset-knop
Batterijdeksel
Batterijen
Kenmerken van het toestel
De VIRTUS GAO(P) is een vrijstaande gaskachel.
Het toestel onttrekt de verbrandingslucht uit de
ruimte waarin het toestel is geplaatst.
Bij het toestel wordt een draadloze afstandsbediening met thermostaat geleverd; deze werkt op
batterijen.
6
1
2
Het toestel is uitgevoerd met elektronische ontsteking.
3
Het toestel wordt geleverd met een natuurgetrouwe
houtblokkenset van keramisch materiaal.
5
Installatie
4
Algemene voorbereiding
09-20022-055
1. Glasruit
2. Keramische houtblokkenset
3. Brander
Controleer het toestel onmiddellijk bij ontvangst op
(transport)schade en eventuele andere gebreken.
Het toestel is aan de onderkant met schroeven op
de pallet gemonteerd.
DOVRE
6
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
schroeven (2) van de bovenste glasbevestigingen (3)
los te draaien.
1
2
10
3
2
PH2
3
4
4
09-20022-042
Als u (transport)schade of gebreken hebt
geconstateerd, neem het toestel dan niet in
gebruik en stel de leverancier op de hoogte.
1
Verwijder de demontabele onderdelen uit het toestel voordat u het toestel gaat installeren.
Door demontabele onderdelen te verwijderen,
kunt u het toestel gemakkelijker verplaatsen en
beschadiging voorkomen.
Let bij het verwijderen van demontabele onderdelen op hun oorspronkelijke positie, om ze
later weer op de juiste plaats te kunnen aanbrengen.
Het toestel kan worden geopend door eerst de topplaat (1) af te nemen, daarna het gietijzeren front (2) te
verwijderen door dit naar boven te heffen en zo uit zijn
nokken te halen.
1
09-20022-044
Toestel plaatsen
Plaats het toestel bij voorkeur op een vlakke vloer.
Het toestel is uitgerust met stelvoetjes in de vloerplaat zodat het toestel perfect waterpas gesteld
worden.
Houd rekening met de afstanden tot brandbaar
materiaal. Zie de bijlage "Afstand tot brandbaar
materiaal".
Schoorsteenaansluiting
voorbereiden
Bij het aansluiten van het toestel op een schoorsteen
hebt u de keuze uit aansluiting aan de bovenzijde of
aan de achterzijde van het toestel.
2
Aansluiten op de achterzijde
Bij levering is het toestel klaar om aan de achterzijde
te worden aangesloten.
Aansluiting op het
schoorsteenkanaal
09-20022-043
De glasplaat (4) kan worden verwijderd door de schroeven van de onderste glaslat (1) los te draaien (deze
moeten niet worden verwijderd), vervolgens de
De aansluitkraag moet hermetisch met de schoorsteen worden verbonden.
De aansluitbuis diameter 150 mm, wordt op de gietijzeren kraag aangesloten.
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
7
Rookgasafvoersysteem
Deze gaskachel heeft een zogenaamd open verbrandingssysteem en is uitgerust met een trekonderbreker.
Het toestel kan op een traditioneel schoorsteenkanaal worden aangesloten. Om een goede
trek te garanderen, mag de diameter van de schoorsteen niet te veel afwijken van de aansluitkraag.
Om condensatieproblemen te vermijden, is het
raadzaam om in een gemetseld schoorsteenkanaal
een flexibele buis aan te brengen vanaf de aansluitkraag tot de schoorsteen uitmonding.
Bij een te grote of slecht geïsoleerde schoorsteen
ontstaan problemen met de trek.
Metalen schoorsteensystemen die zich buiten de
woning bevinden, moeten geïsoleerd zijn.
Atmosfeerbeveiliging
Het toestel is voorzien van een oxypilot dat de toevoer
van de gas afsluit bij een abnormale werking van de
schoorsteen (geen of te weinig trek, plotse terugslag
of onvoldoende verluchting in de kamer).
Wanneer het systeem de gastoevoer afsluit, is het
raadzaam een minuut of tien te wachten voordat u het
toestel opnieuw aansteekt (volgens de normale aansteekprocedure). Verloopt dit normaal, dan is er niets
aan de hand. Indien het fenomeen zich echter regelmatig herhaalt, is het raadzaam de installateur te raadplegen, die de goede werking van het veiligheidssysteem zal nagaan en de slechte werking
van de schoorsteen of de onvoldoende verluchting zal
verhelpen.
Dit is een veiligheidssysteem! Het is in uw
eigen belang dat dit systeem niet buiten werking wordt gesteld. De fabrikant kan op geen
enkele wijze aansprakelijk worden gesteld voor
de gevolge verbonden aan een eventuele buitenwerkingstelling.
Ventilatie van de ruimte
Verbranding van hout, kolen, mazout of gas verbruikt
zuurstof. Het is dus van groot belang dat de ruimte
waar het toestel geïnstalleerd wordt, voldoende verlucht of geventileerd wordt.
Bij een onvoldoende verluchting kan de verbranding
verstoord worden, en kan de feilloze afvoer van de
rookgassen door de schoorsteen niet meer gega-
randeerd worden, met mogelijk rookgasuitwasemingen in de woonkamer tot gevolg.
Plaats desnoods in de kamer een luchtinlaatrooster
dat de toevoer van verse lucht garandeert. Deze voorziening is zeker nodig bij goed geïsoleerde ruimtes,
wanneer er mechanische ventilatie aanwezig is. Voor
minimum verluchtingsopeningen wordt verwezen naar
de van toepassing zijnde norm.
Let ook op andere luchtverbruikers die in dezelfde
ruimte of in de woning aanwezig zijn, zoals een ander
verwarmingstoestel, een dampkap, een droogkast of
een badkamerventilator. Gebruik deze toestellen niet
als de haard brandt, of zorg voor een extra lucht- toevoer in functie van deze toestellen.
Gasaansluiting maken
De aansluiting op de gasleiding bevindt zich aan de
achterkant van het gasregelblok dat zich rechts onderaan het toestel bevindt.
De aansluiting dient aan de volgende voorwaarden te
voldoen:
In de gastoevoerleiding moet een gekeurde gaskraan geplaatst worden, zo dicht mogelijk bij het
toestel en steeds bereikbaar.
De aansluiting dient spanningsvrij te geschieden.
Laat de aansluiting door een erkend installateur uitvoeren.
Volg onderstaande instructies:
1. Controleer of de gassoort en de gasdruk ter
plaatse overeenkomen met de aanduiding op het
typeplaatje.
Het typeplaatje bevindt zich op het toestel.
2. Bouw de gastoevoerleiding op. Voor leidingen tot
+/- 10 m volstaat 3/8” G-buis of koperbuis met diameter 10/12 mm. Voor meer dan 10 m gebruikt
men 1/2” G-buis of koperbuis met diameter 13/15
mm.
3. Plaats de gaskraan.
4. Sluit het toestel aan op de gastoevoerleiding. De
gasaansluiting kan via de opening aan de achterzijde gemaakt worden. Gebruik hiervoor een
koppeling 3/8”.
DOVRE
8
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
5. Controleer de toevoerleiding op gasdichtheid (door
middel van bijvoorbeeld zeepwater).
Afstandsbedieningset
installeren
De Mertik Maxitrol GV60 afstandsbedieningsset
bestaat uit een handset (zender) en een ontvanger.
Het systeem werkt op batterijen, optioneel kan men
een wisselstroomadapter aansluiten.
2
1
3
5
4
De batterijen (2 x 1,5 Volt AAA voor de handset
(zender), 4 x 1,5 Volt AA voor de ontvanger)
worden meegeleverd.
Gebruik alleen de Mertik Maxitrol wisselstroomadapter of een vooraf door Mertik
Maxitrol goedgekeurde adapter. Bij andere
adapters kunt u systeem wellicht niet gebruiken en/of beschadigen.
Batterijen – handset (zender)
▪ 2x 1,5V AAA (LR 03) (aanbevolen kwaliteit: alkalisch).
▪ Handsets met display: Batterij indicator op het display.
▪ Wij raden u aan de batterij na 2 jaar te vervangen.
Batterijen – ontvanger
▪ 4x1,5 V AA (aanbevolen kwaliteit: alkalisch)
▪ Indicatielampje Batterij bijna leeg: regelmatige pieptonen gedurende 3 seconden als de motor draait.
▪ In plaats van batterijen moet wellicht een wisselstroomadapter worden gebruikt.
Plaats de batterijen in de zender (handset) en in de
ontvanger (zwart doosje, dekseltje kan eenvoudig
geopend worden).
6
7
5
09-20022-041
Instellen van de elektronicacode
Aan alle Mertik Maxitrol elektronica wordt automatisch, uit circa 65.000 willekeurige, beschikbare
codes, een code toegekend. In het geval van de
afstandsbedieningsset wordt deze code aan de handset toegekend. Deze code moet door de ontvanger
worden ingelezen van de handset.
Het instellen van de code hoeft slechts één
keer te gebeuren dus niet als u de batterijen in
de handset of ontvanger vervangt.
1. Druk op de resetknop van de ontvanger en houd
deze ingedrukt totdat u twee pieptonen hoort; zie
volgende figuur. Laat de resetknop na de tweede
pieptoon los.
De eerste pieptoon is kort en de tweede is
lang.
De ontvanger bevindt zich onder in het toestel,
deze is eenvoudig te bereiken door de twee duimschroeven (1) te verwijderen en het deksel (2) te
laten zakken; zie volgende figuur.
09-20020-216
2. Druk binnen 20 seconden op de knop (kleine
vlam) op de handset totdat u twee extra korte pieptonen hoort; de code is dan ingesteld. Als u een
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
9
lange pieptoon hoort, betekent dit dat het instellen
van de code is mislukt, bijvoorbeeld omdat de
bedrading onjuist is. Controleer de bedrading en
probeer opnieuw.
Decoratieve houtblokkenset
plaatsen
De blokken zijn breekbaar, behandel ze voorzichtig.
De blokken moeten exact op de brander worden geplaatst zoals op de foto's is aangegeven.
Volg voor de plaatsing de onderstaande instructies:
Bij het plaatsen van de houtblokkenset, let erop dat de
waakvlam en het tweede thermokoppel vrij blijft.
Plaats de onderdelen volgens de volgende figuren.
De houtblokkenset bestaat uit 8 keramisch houtblokken, kooltjes en gloeidraad.
1. Plaats de kooltjes en de gloeidraad.
2. Plaats de houtblokken in de volgorde zoals
getoond in onderstaande figuren:
DOVRE
10
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
De manier waarop de kooltjes verspreid worden over het branderoppervlak, bepaalt mede
het vlammenbeeld. In bepaalde gevallen kan
het nodig zijn de verdeling van de kooltjes te
veranderen door bijvoorbeeld enkele branderpoorten gedeeltelijk vrij te maken om aldus
een beter verdeeld vlammenbeeld te krijgen.
5. Plaats alle gedemonteerde onderdelen op de juiste
plaats terug in het toestel.
Het toestel is nu klaar voor gebruik.
Gebruik
Eerste gebruik
Wanneer u het toestel voor het eerst gebruikt, laat het
dan enkele uren op de hoogste stand branden en ventileer de ruimte tegelijkertijd goed. Hierdoor zal de hittebestendige lak uitharden. Hierbij kan wel wat witte
aanslag op het glas en op het binnenwerk ontstaan.
Zodra het toestel is afgekoeld is deze aanslag eenvoudig te verwijderen met een doek. Maak de glasruit
schoon voor ingebruikname van het toestel ter voorkoming van het inbranden van vuil.
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
11
Fahrenheit of Celsius
Bedieningsinstructies
Afstandsbediening
1
11
2
3
4
10
5
9
6
7
8
12
13
14
15
16
17
18
19
09-20021-370
1
Tijd
2
Signaal indicator
3
Thermostaat modus
4
Batterij indicator
5
Fahrenheit of Celsius
6
Eco modus
7
Dubbele brander
8
Temperatuur
9
Progamma modus
10
Timer
11
Kinderbeveiliging
12
Aan / uit
13
Timer
14
Thermostaat
15
Hoger
16
Programma
17
Dubbele brander
18
Eco
19
Lager
09-20021-371
Om te wisselen tussen °C en °F druk [aan/uit] en
[timer] gelijktijdig in.
°F geeft een 12 uren klok
°C geeft een 24 uren klok.
DOVRE
12
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
UIT: Om te deactiveren druk de knoppen [aan/uit] en
tegelijk in. Het symbool voor kinderbeveiliging verdwijnt
Uur instellen
Toestel inschakelen
Alvorens het toestel in te schakelen moet de Manuele
knop op de GV60 gasblok op ON staan en de aan/uit
schakelaar op de gasblok AAN
Als de waakvlam is gevormd, zal de motor
automatisch naar de maximale vlamstand overschakelen
Een-knop bediening
09-20021-373
1. Druk tegelijkertijd op de knoppen
knippert.
en
. De Dag
2. Druk op de knop of om een nummer te selecteren dat overeen komt met de dag van de week
(bijv. 1= maandag, 2= dinsdag, 3= Woensdag, 4=
Donderdag, 5= vrijdag, 6= Zaterdag, 7= Zondag).
3. Druk tegelijkertijd op de knoppen
Uur knippert.
4. Druk op
of
of
. Het
om uur te selecteren.
5. Druk tegelijkertijd op de knoppen
Minuten knipperen.
6. Druk op
en
en
09-20021-374
. De
Druk op de knop [aan/uit] (één knopontsteking) tot
twee korte piepjes en een knipperende reeks lijnen
om minuten te selecteren.
7. Druk gelijktijdig op
wacht.
en
om te bevestigen of
Dit bevestigt dat de startsequentie is begonnen; knop
loslaten.
l
Kinderbeveiliging
l
AAN: Om te activeren druk de knoppen [aan/uit] en
tegelijk in. Het symbool voor kinderbeveiliging
wordt weergegeven en de handset is niet bedienbaar ,
behalve voor de uit-functie.
Hoofdgas stroomt zodra de ontsteking van de
waakvlam plaatsvindt
Handset gaat automatisch naar Manuale
Modus na ontsteking van de hoofdbrander.
Wisselen van één knopontsteking naar twee knopontsteking kan door de [aan/uit] knop langer dan 10
seconden ingedrukt te houden na het plaatsen van de
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
13
batterijen. ON verschijnt op het display, 1 knippert.
Wanneer de wissel is gebeurt knippert 2
Uitschakelen
Twee-knop bediening
09-20021-376
09-20021-375
Druk op de knoppen [aan/uit] en (twee knopontsteking) tot twee korte piepjes en een knipperende reeks lijnen verschijnen.
Druk op de [aan/uit]knop om uit te schakelen. Er is
een 5 seconde vertraging voor de volgende ontsteking
mogelijk is.
Dit bevestigt dat de startsequentie is begonnen; knop
loslaten.
l
l
Hoofdgas stroomt zodra de ontsteking van de
waakvlam plaatsvindt
Handset gaat automatisch naar Manuale
Modus na ontsteking van de hoofdbrander.
Wisselen van twee knopontsteking naar één knopontsteking kan door de [aan/uit] knop langer dan 10
seconden ingedrukt te houden na het plaatsen van de
batterijen. ON verschijnt op het display, 2 knippert.
Wanneer de wissel is gebeurd, knippert 1.
DOVRE
14
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Vlamhoogte regelen
Hoog of laag vuur
09-20021-377
Druk op
om de vlamhoogte te verhogen .
Om de vlamhoogte te verlagen of om het apparaat in
waakvlam te zetten , houdt u de knop ingedrukt.
09-20021-378
Dubbelklik op de knop om naar laag vuur te gaan.
LO verschijnt op het display
09-20021-379
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
15
Dubbelklik op de knop om naar hoog vuur te gaan.
HI verschijnt op het display
GEBRUIKSMODI
Thermostatische modus
Timer
09-20021-381
09-20021-380
AAN / INSTELLING:
1. Houd de knop [Timer] ingedrukt totdat het symbool Timer wordt weergegeven en het uur knippert.
2. Druk op
of
De kamertemperatuur wordt gemeten en vergeleken
met de ingestelde temperatuur. De vlamhoogte wordt
dan automatisch aangepast om de ingestelde temperatuur te bereiken.
om het uur te selecteren.
3. Om te bevestigen drukt u op de knop [Timer]. De
minuten knipperen
4. Druk op
of
om de minuten te selecteren.
5. Bevestig met een druk op de [Timer] knop of
wacht.
UIT:
Druk op de knop [Timer] en het symbool en de afteltijd verdwijnen.
OPMERKING: aan het einde van de afteltijd
wordt het vuur uitgeschakeld. De Timer werkt
alleen in Manual, Thermostatic, en Ecomodus. De maximale afteltijd is 9 uur en 50
minuten.
DOVRE
16
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Programmamodus
De vlamhoogte moduleert tussen hoog en laag. Als de
kamertemperatuur lager is dan de ingestelde temperatuur dan blijft de vlam langer hoog. Als de kamertemperatuur hoger is dan de ingestelde temperatuur
dan blijft de vlam voor een langere periode laag. Eén
cyclus duurt ongeveer 20 minuten.
Thermostatische modus
09-20021-382
Programma's 1 en 2, elk kan worden geprogrammeerd
om op specifieke tijdstippen in- en uitschakelen keer
bij een ingestelde temperatuur.
Eco-modus
09-20021-384
AAN: Druk op de [thermostaat] knop. Het symbool
wordt weergegeven, de vooraf ingestelde temperatuur
wordt kort weergegeven, en vervolgens de kamertemperatuur
UIT:
1. Druk op de [thermostaat] knop.
2. Druk op de
gaan
of
knop om in manuele modus te
3. Druk op de [Programma] knop om naar de programmamodus te gaan.
4. Druk op de [Eco] knop om naar de Eco-modus te
gaan.
09-20021-383
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
17
INSTELLEN:
Programma modus
09-20021-385
1. Houd de [thermostaat] knop ingedrukt totdat de
temperatuur knippert.
2. Druk op
of
te stellen.
09-20021-386
AAN: Druk op de [Programma] knop. Het symbool
wordt weergegeven, samen met 1 of 2, ON of OFF
om de ingestelde temperatuur in
3. Om te bevestigen drukt u op de [thermostaat]
knop of wacht.
09-20021-387
DOVRE
18
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
UIT:
Dag- en tijdinstelling
1. Druk op de [programma] knop. of de
knop om in manuele modus te gaan
of
2. Druk op de [Eco] knop om naar de Eco-modus te
gaan.
3. Druk op de [thermostaat] knop om naar de thermostaat modus te gaan.
De ingestelde temperatuur voor de thermostaatmodus
is de temperatuur voor de on-time in de programmamodus. Het wijzigen van de ingestelde temperatuur in Thermostatische modus wijzigt ook de
temperatuur in de programma modus.
Temperatuurinstelling:
09-20021-389
1. ALL knippert. Gebruik de en toets om te kiezen tussen, ALL, SA:SU, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7
2. Om te bevestigen druk de [programma] toets.
3. ON verschijnt en het uur symbool knippert,
Gebruik de en toets om het uur voor de
AAN tijd te selecteren.
4. Om te bevestigen druk de [programma] toets,
5. ON verschijnt en de minuten knipperen, Gebruik
de en toets om de minuten voor de AAN tijd
te selecteren.
09-20021-388
1. Houd de [programma] toets ingedrukt tot het
symbool knippert. ON en de AAN temperatuur
verschijnt.
2. Om te vervolgen druk op de [programma] toets,
OFF verschijnt en stel de UIT temperatuur in
3. Selecteer de uit temperatuur met de
toets
en
4. Om te bevestigen druk de [programma] toets.
6. Om te bevestigen druk de [programma] toets
7. OFF verschijnt en het uur symbool knippert,
gebruik de en toets om het uur voor de UIT
tijd te selecteren.
8. Om te bevestigen druk de [programma] toets,
9. OFF verschijnt en de minuten knipperen, gebruik
de en toets om de minuten voor de UIT tijd
te selecteren.
10. Om te bevestigen druk de [programma] toets
5. De AAN en UIT temperatuur instelling zijn
dezelfde voor elke dag.
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
19
11. Ga verder om eventueel programma 2 in te stellen of stop hier om programma 2 op niet actief te
laten.
Eco Modus
12. Programma 1 en 2 gebruiken dezelfde AAN en
UIT temperatuurinstellingen, van zodra een
andere temperatuur gekozen wordt in de thermostatische modus is deze de standaard waarde
voor de temperatuur in de programma modus
Dubbele brander
09-20021-391
AAN: druk op de [eco] toets om de eco modus te starten het symbool verschijnt op het display.
UIT: druk op de [eco] toets om de eco modus te stoppen, het symbool verdwijnt op het display.
Handmatige bediening
09-20021-390
AAN: druk op de [dubbele brander] toets om de achterste brander te ontsteken, het symbool verschijnt op
het display.
Handmatige bediening van het toestel is alleen mogelijk als de HANDknop wordt gebruikt, zie volgende
figuur.
UIT: druk op de [dubbele brander] toets om de achterste brander te doven, het symbool verdwijnt op het
display.
De klep voor de tweede brander kan niet manueel worden bedient, indien de batterijen van de afstandsbediening of de ontvanger leeg zijn blijft de tweede
brander in zijn laatste positie.
DOVRE
20
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
5
1
2
6
3
7
4
8
09-20020-244
1
Piëzo-onsteking
2
Aan/uit-schakelaar (optie)
3
Achtdraads-ontvanger-contact
4
Micro-schakelaar
5
Aansluiting piëzo-ontsteking (2.8x0.8mm)
6
Handknop in MAN-stand
7
Handmatige waakvlamklepregelaar
8
Hoofdklepknop in OFF (UIT) stand
Toegang tot de waakvlam is alleen nodig voor
ontsteking met een lucifer.
Oefen bij het verdraaien van de hoofdklepknop
geen overmatige kracht uit. De knop heeft een
slipkoppeling die klikt totdat de eindaanslagen
worden bereikt. Daardoor kunnen de vlamhoogte en de waakvlam-standby-stand handmatig worden ingesteld.
Lees de veiligheidsinformatie voordat u doorgaat.
1. Draai de hoofdklepknop (8) in de stand OFF (UIT),
helemaal rechtsom
.
Met de HANDknop in de stand MAN
(HANDMATIG) zijn een handmatige waakvlamklepregelaar en piëzo-ontsteking(optie)
toegankelijk.
3. Wacht vijf minuten zodat het toestel vrij is van
gas. Controleer door te ruiken of er geen gas meer
rondom het toestel aanwezig is, ook bij de vloer.
Als u een gasgeur vaststelt, stop dan onmiddellijk. Zie de laatste waarschuwing in het
hoofdstuk "Veiligheid". Als er geen gas aanwezig is, gaat u door naar de volgende instructiestap.
4. Druk de handmatige waakvlamklepregelaar (7)
helemaal omlaag en houd deze ingedrukt om de
waakvlamgasstroom te starten.
Ontsteking met lucifer:
Ontsteek de waakvlam direct met een lucifer en
houd de handmatige waakvlamregelaar ingedrukt
tot circa een minuut nadat de waakvlam is ontstoken. Laat de handmatige waakvlamklepregelaar dan los. Als de waakvlam
uitgaat, wacht dan vijf minuten en herhaal de
bovenstaande instructie.
Ontsteking met piëzo-ontsteking:
Verplaats de ontstekingskabel van de ontvanger
naar de klep; zie vorige figuur. Druk de piëzo-ontsteking in. Als de waakvlam uitgaat, wacht dan
vijf minuten en herhaal de bovenstaande instructie.
Als de waakvlam na diverse pogingen nog
steeds uitgaat, moet u de gasregelknop (hoofdklepknop) op OFF (UIT) zetten en doorgaan
naar stap (8).
5. Breng, waar van toepassing, het waakvlamtoegangspaneel weer aan voordat u doorgaat.
6. Draai de HANDknop in de stand ON (AAN), helemaal linksom
.
7. Draai de HANDknop in de stand ON (AAN), helemaal linksom
.
8. Als het toestel niet werkt, volgt u de instructies
onder "Gas naar toestel uitschakelen” .
2. Draai de HANDknop (6) in de stand MAN
(HANDMATIG), helemaal rechtsom
.
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
21
Gas naar toestel uitschakelen
Als de gasregelaar toegankelijk is, draai de hoofdklepknop in de stand OFF (UIT), helemaal rechtsom
Wordt het toestel voor langere tijd niet gebruikt,
draai dan ook de gaskraan in de gastoevoerleiding dicht.
Afstoffen en anderszins reinigen van de brander.
Gebruik een stofzuiger om het vuil van de brander
te verwijderen.
Afstoffen van de keramische houtblokken.
Let op: deze blokken zijn zeer kwetsbaar.
Gebruik geen harde of schurende materialen en
geen perslucht gebruiken om vuil af te spuiten.
Reinigen en controleren van het hoofdspuitstuk.
Regeling verbranding
Bij het ontsteken, wanneer het toestel nog vrij koud is,
zijn de vlammen van de hoofdbrander zeer blauw.
Naarmate het toestel opwarmt tot zijn bedrijfstemperatuur, zullen ze geleidelijk aan geler worden
en het effect van een echt houtvuur benaderen.
Adviezen voor het stoken
Tijdens het stookseizoen kan men de waakvlam het
best laten branden, men heeft dan minder last van condensvorming op de ruit en zal deze langer schoon blijven.
Eventuele problemen
Raadpleeg de bijlage "Diagnoseschema" om eventuele problemen bij het gebruik van het toestel op te
lossen.
Onderhoud
Volg de onderhoudsinstructies in dit hoofdstuk om het
toestel in goede staat te houden.
Jaarlijks onderhoud van het
toestel
Eenmaal per jaar dient het toestel te worden onderhouden en nagekeken te worden door een vakman.
Deze onderhoudsbeurt omvat onder meer het volgende :
Afstoffen en anderszins reinigen van de verbrandingskamer en kanalen voor de luchtaanvoer
en de rookgasafvoer.
Inspectie en dichtheidscontrole van zowel de luchten rookgaskanalen als van de dak- of geveldoorvoer.
Demontage en reinigen van waakvlamspuitstuk en
thermokoppel.
Dichtheidscontrole van de gasleidingen.
Controle van de afstandsbediening, eventueel vervangen van de batterijen.
Werkingstest: ontsteking waakvlam, ontsteking
hoofdbrander, werking van de afstandsbediening.
Toegang tot de belangrijkste
componenten
Om het jaarlijkse onderhoud te kunnen uitvoeren is toegang nodig tot een aantal interne componenten van
het toestel.
1. Open de deur, zie het hoofdstuk "Installatie" voor
instructies.
2. Verwijder de decoratieve houtblokkenset uit het
toestel.
De waakvlam en thermokoppel zijn nu bereikbaar voor
onderhoud of eventuele vervanging.
Schoonmaken en ander
regelmatig onderhoud
Maak het toestel niet schoon wanneer het nog
warm is.
Maak de buitenkant van het toestel schoon met
een droge niet-pluizende doek.
Glas schoonmaken
Goed schoongemaakt glas neemt minder snel vuil op.
Ga als volgt te werk:
1. Verwijder stof en loszittend roet met een droge
doek.
DOVRE
22
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
2. Maak het glas schoon met kachelruitenreiniger:
a. Breng kachelruitenreiniger aan op een keukenspons, wrijf het gehele glasoppervlak in en
laat even inwerken.
b. Verwijder het vuil met een vochtige doek of
keukenpapier.
3. Maak het glas nogmaals schoon met een gewoon
glasreinigingsproduct.
4. Wrijf het glas schoon met een droge doek of keukenpapier.
Gebruik geen schurende of bijtende producten om
het glas schoon te maken.
Gebruik schoonmaakhandschoenen om uw handen te beschermen.
Als het glas van het toestel is gebroken of
gebarsten, moet dit glas worden vervangen
voordat u het toestel opnieuw in gebruik neemt.
Voorkom dat kachelruitreiniger tussen het glas
en de gietijzeren deur loopt.
Onderhoud geëmailleerde kachel
Reinig het toestel nooit als het nog warm is. Het reinigen van het geëmailleerde oppervlak van de kachel
kunt u het beste doen met zachte groene zeep en
lauw water. Gebruik zo min mogelijk water, wrijf het
oppervlak goed droog en voorkom roestvorming.
Gebruik nooit staalwol of een ander schuurmiddel. Zet
nooit een waterketel direct op een geëmailleerde
kachel; gebruik een onderzetter en voorkom beschadigingen. Let erop dat er geen agressieve zure producten op geëmailleerde onderdelen komen.
Lakbeschadigingen bijwerken
hittebestendige lak meegeleverd waarmee kleine
(transport) beschadigingen kunnen worden bijgewerkt.
Breng de hittebestendige lak in dunne laagjes aan en
laat het goed drogen voordat het toestel in gebruik
genomen wordt.
Sommige kleuren email zijn gevoelig voor verandering van temperatuur. Hierdoor kan het voorkomen dat de kleur verandert tijdens het gebruik
van het toestel. Als het toestel is afgekoeld keert
de oorspronkelijke kleur van het email terug.
Als geëmailleerde oppervlakken zeer heet worden
kunnen er haarscheurtjes ontstaan. Dit is een normaal verschijnsel en heeft geen invloed op het functioneren van de kachel.
Zorg dat de kachel niet wordt overbelast. Bij
overbelasting wordt de oppervlaktetemperatuur
extreem hoog en kan er blijvende schade aan
het email ontstaan.
Afdichting controleren
Controleer of het afdichtingskoord van de glasruit nog
goed afsluit. Afdichtingskoord verslijt en moet tijdig
worden vervangen.
Wisselstukken
VIRTUS GAO(P)
Omschrijving
Artikelnr.
Handset ( d.i. zender)
Ontvanger
Imitatie houtblokken
Gloeidraad
Frontglas
306.146.000
306.147.000
231.234.000
331.231.000
326.408.000
Kleine lakbeschadigingen kunt u bijwerken met een
spuitbus speciale hittebestendige lak die verkrijgbaar
is bij uw leverancier.
Het geëmailleerde oppervlak
bijwerken
Emailleren is een artisanaal proces dat maakt dat er
kleine kleurverschillen en beschadigingen op het toestel kunnen voorkomen. De toestellen ondergaan in
de fabriek een visuele controle, dat wil zeggen, de controleur kijkt op een afstand van 1 meter gedurende 10
seconden naar het oppervlak.
Eventuele beschadigingen die dan niet opvallen worden als OK beschouwd. Bij het toestel is een speciale
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
23
Bijlage 1: Technische gegevens
Model
VIRTUS 50
GAO
Land
BE FR
NL
DE LU
DE
ES GB IE PT
DK FI SE IT
AT
Categorie
I2E+
I2L/I2K
I2E
I2ELL
I2H
Gassoort
G20/G25
G25/G25,3
G20
G25
G20
Type toestel
B11
B11
B11
B11
B11
Nominale belasting
(Hi)
6,2 kW
5,7 kW
6,2 kW
4,5 kW
6,2 kW
Rendement
85 %
82 %
85 %
82 %
85 %
Nominaal vermogen
5,5 kW
4,7 kW
5,5 kW
3,7 kW
5,5 kW
Nominaal gasverbruik
0,66 m3/hr
(G20)
0,7 m3/hr (G20)
0,66 m3/hr
(G20)
0,64 m3/hr
(G20)
0,66 m3/hr
(G20)
Voordruk
20/25 mbar
25 mbar
20 mbar
20 mbar
20mbar
Branderdruk
12,5/19 mbar
19 mbar
12,5 mbar
15,4 mbar
12,5 mbar
Code branderspuitstuk
320/220
320/220
320/220
320/220
320/220
Code waakvlamspuitstuk
312
312
312
312
312
Gasaansluiting
3/8"
3/8"
3/8"
3/8"
3/8"
- mg/kWh
- mg/kWh
Rookgasafvoer
100mm
Gewicht
NOx
75 kg
- mg/kWh
- mg/kWh
- mg/kWh
NOx klasse
DOVRE
24
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Model
VIRTUS 50 GAOP
Land
NO DK FI SE AT
DE NL
BE GB IE
PT DK FI
SE IT AT
NL DE AT
NO DK FI
SE
BE FR GB
IT NL
Categorie
I3B/P
I3+
I3P(50)
I3P(30)
I3P(37)
Gassoort
G30
G30/31
G31
G31
G31
Type toestel
B11
B11
B11
B11
B11
Nominale belasting
5,5 kW
(Hi)
5,5 kW
5,5 kW
4,9 kW
5,5 kW
Rendement
84,3 %
84,3 %
84,3 %
83 %
84,3 %
Nominaal vermogen
4,7 kW
4,7 kW
4,7 kW
4 kW
4,7 kW
Nominaal gasverbruik
0,17 m3/hr
0,17 m3/hr
(G30)
0,23 m3/hr
0,20 m3/hr
0,23 m3/hr
Voordruk
30 mbar
(28-30)/37
mbar
50 mbar
30 mbar
37 mbar
Branderdruk
27 mbar
27/36 mbar
36 mbar
28 mbar
36 mbar
Code branderspuitstuk
120/100
120/100
120/100
120/100
120/100
Code waakvlamspuitstuk
271
271
271
271
271
Gasaansluiting
3/8"
3/8"
3/8"
3/8"
3/8"
- mg/kWh
- mg/kWh
Rookgasafvoer
100mm
Gewicht
NOx
75 kg
- mg/kWh
- mg/kWh
- mg/kWh
NOx klasse
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
25
Model
VIRTUS 70
GAO
Land
BE FR
NL
DE LU
DE
ES GB IE PT
DK FI SE IT
AT
Categorie
I2E+
I2L/I2K
I2E
I2ELL
I2H
Gassoort
G20/G25
G25/G25,3
G20
G25
G20
Type toestel
B11
B11
B11
B11
B11
Nominale belasting
(Hi)
7,6 kW
7 kW
7,6 kW
6,5 kW
7,6 kW
Rendement
87 %
83 %
85 %
83 %
85 %
Nominaal vermogen
6,6 kW
5,8 kW
6,5 kW
5,4 kW
6,6 kW
Nominaal gasverbruik
0,78 m3/hr
(G20)
0,9 m3/hr (G20)
0,78 m3/hr
(G20)
0,77 m3/hr
(G20)
0,78 m3/hr
(G20)
Voordruk
20/25 mbar
25 mbar
20 mbar
20 mbar
20mbar
Branderdruk
12,5/19 mbar
19 mbar
12,5 mbar
15,4 mbar
12,5 mbar
Code branderspuitstuk
320/220
320/220
320/220
320/220
320/220
Code waakvlamspuitstuk
312
312
312
312
312
Gasaansluiting
3/8"
3/8"
3/8"
3/8"
3/8"
- mg/kWh
- mg/kWh
Rookgasafvoer
100mm
Gewicht
NOx
85 kg
- mg/kWh
- mg/kWh
- mg/kWh
NOx klasse
DOVRE
26
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Model
VIRTUS 70 GAOP
Land
NO DK FI SE AT
DE NL
BE GB IE
PT DK FI
SE IT AT
NL DE AT
NO DK FI
SE
BE FR GB
IT NL
Categorie
I3B/P
I3+
I3P(50)
I3P(30)
I3P(37)
Gassoort
G30
G30/31
G31
G31
G31
Type toestel
B11
B11
B11
B11
B11
Nominale belasting
7,6 kW
(Hi)
7,6 kW
7,6 kW
6,6 kW
7,8 kW
Rendement
88 %
88 %
88 %
88 %
88 %
Nominaal vermogen
6,7 kW
6,7 kW
6,7 kW
5,8 kW
6,9 kW
Nominaal gasverbruik
0,24 m3/hr
0,24 m3/hr
(G30)
0,32 m3/hr
0,27 m3/hr
0,32 m3/hr
Voordruk
30 mbar
(28-30)/37
mbar
50 mbar
30 mbar
37 mbar
Branderdruk
27 mbar
27/36 mbar
36 mbar
28 mbar
36 mbar
Code branderspuitstuk
120/100
120/100
120/100
120/100
120/100
Code waakvlamspuitstuk
271
271
271
271
271
Gasaansluiting
3/8"
3/8"
3/8"
3/8"
3/8"
- mg/kWh
- mg/kWh
Rookgasafvoer
100mm
Gewicht
NOx
90 kg
- mg/kWh
- mg/kWh
- mg/kWh
NOx klasse
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
27
Bijlage 2: Afmetingen
VIRTUS 50GAO(P)
588
175
200
570
720
100
425
3/8''
440
580
09-20022-051
DOVRE
28
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
VIRTUS 70GAO(P)
710
175
200
720
570
100
425
3/8''
440
700
09-20022-056
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
29
Bijlage 3: Afstand tot brandbaar materiaal
VIRTUS 50GAO(P) - Minimale afstanden in millimeters
850
40
150
20
590
690
100
100
500
20
920
920
20
1095
1095
300
20
660
20
920
150
820
300
09-20022-060
Brandbaar materiaal
Onbrandbaar materiaal
DOVRE
30
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
VIRTUS 70GAO(P) - Minimale afstanden in millimeters
975
810
100
100
500
20
1000
1000
20
1180
1180
300
20
660
20
920
150
940
40
150
20
700
300
09-20022-058
Brandbaar materiaal
Onbrandbaar materiaal
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
31
Bijlage 4: Diagnoseschema
Probleem
Geen vonk
Wel vonk maar geen ontsteking
Bij loslaten aansteekknop dooft waakvlam
Hoofdbrander ontsteekt niet
Fluiten tussen grote en kleine stand
Verstoord vlambeeld
Gaslucht
Reuk van verbrandingsgassen in ruimte
Toestel dooft
Afstandsbediening werkt niet
mogelijke
oorzaak
mogelijke oplossing
Voedingskabel los
Controleer de aansluitklemmen.
(*) = ingreep door installateur laten verrichten
Kortsluiting van voe- Verhelp de kortsluiting. Leg de ontstekingskabel niet tegen metadingskabel
len delen want dit verzwakt de vonk.
Bougie gebroken
Vervang de bougie (*).
Piëzo-ontsteking
defect
Vervang de piëzo-ontsteking (*).
Geen gas
Controleer of de gaskraan open staat.
Lucht in leidingen
Spoel de leiding door door de ontstekingsknop langere tijd ingedrukt te houden.
Te hoge gasdruk
Controleer de voedingsdruk of stel de gasleverancier op de
hoogte (*).
Te lage gasdruk
Controleer op een plaatselijke belemmering van de gastoevoer,
bijv. door vuilophoping. Controleer de voedingsdruk of stel de gasleverancier op de hoogte (*).
Waakvlamspuitstuk
of waakvlamleiding
verstopt
Reinig de onderdelen (doorblazen) of vervang het spuitstuk (*).
Foutief waakvlamspuitstuk
Monteer het juiste waakvlamspuitstuk (*).
Thermokoppel nog
niet voldoende
warm
Houd de ontstekingsknop langer ingedrukt.
Thermokoppel
bevindt zich niet in
de waakvlam
Positioneer het thermokoppel op de correcte wijze in de vlam (*).
DOVRE
32
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
(vervolg)
Probleem
Roetaanslag op het
thermokoppel
Reinig het thermokoppel met behulp van een
doek.
Thermokoppel defect
Vervang het thermokoppel (*).
Geen vonk
Wel vonk maar geen ontsteking
Bij loslaten aansteekknop dooft waakvlam
Hoofdbrander ontsteekt niet
Fluiten tussen grote en kleine stand
Verstoord vlambeeld
Gaslucht
Reuk van verbrandingsgassen in ruimte
Toestel dooft
Afstandsbediening werkt niet
mogelijke oorzaak
mogelijke oplossing
(*) = ingreep door installateur laten verrichten
Elektromagnetische klep
defect
Vervang het regelblok (*).
Verstopte leidingen of
spuitstukken
Blaas de onderdelen door en reinig deze (*).
Braam aan spuitstuk
Verwijder de braam (*).
Vervuilde brander
Reinig de brander, controleer de plaatsing van de houtblokken, verwijder eventuele kooltjes van de branderpoorten (*).
Gaslek
Sluit de hoofdkraan, spoor het gaslek op en verhelp het lek
(*).
Verstopte rookafvoerkanaal of luchtaanvoerkanalen
Controleer de kanalen en reinig deze (*).
Toestel lekt lucht
Controleer de afdichtingen van de deur en de naden van
het toestel (*).
Stof op verbrandingskamer
Reinig de verbrandingskamer.
Lege batterijen
Vervang de batterijen.
Bedrading naar gasblok
Spoor een eventueel slecht contactpunt op en verhelp het.
Zender of ontvanger
defect
Vervang de afstandsbediening.
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
33
Index
D
Dag- en tijdinstelling
A
Aansluiten
afmetingen
19
Demontabele onderdelen
28
Aansluiten op schoorsteen
aan achterzijde
7
Aansluiting
7
Aansluitkraag schoorsteenaansluiting
7
Deur
afdichtingskoord
7
23
Draagvermogen van vloer
Dubbele brander
6
20
E
32
Eco Modus
20
Adviezen
waakvlam
22
Emaille
onderhoud
23
Adviezenstoken
22
Afdichtingskoord van deur
23
Afmetingen
28
Afstandsbediening
elektronicacode
handset
installeren
onderdelen
werkt niet
12
9
9
9
9
32
Gasaansluiting
gassoort,gasdruk
Afwerklaag, onderhoud
23
Gastoevoerleiding
Aansteekknop loslaten
Atmosfeerbeveiliging
8
B
Batterij
leeg
plaatsen
type
33
9
9
Bediening
handmatig
20
Brandbaar materiaal
afstand tot
30
Branderdruk
G
Gas
uitschakelen
22
Brandveiligheid
afstand tot brandbaar materiaal
meubels
vloer
wanden
30
6
6
6
C
Categorie
25, 27
Code branderspuitstuk
24-27
Code waakvlamspuitstuk
24-27
24-27
8
Gaskraan
8
Gaslucht
21, 32
Gassoort
24, 26
8
Gebruik
regeling verbranding
22
GEBRUIKSMODI
16
Geur van gas
21
Gewicht
24-27
Glas
schoonmaken
22
GV60
afstandsbedieningsset
batterijen
9
9
H
24-27
Brandstof
benodigde hoeveelheid
22
Houtblokkenset
35GA
plaatsing
10
10
10
K
Kachelruitenreiniger
22
Kieren in toestel
23
Kinderbeveiliging
13
L
Luchtlek
23
DOVRE
34
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
M
Mertik Maxitrol
GV60
9
Muren
brandveiligheid
6
N
Nominaal gasverbruik
24-27
Nominaal vermogen
22, 24-27
Nominale belasting
24-27
NOx
24-27
NOx klasse
24, 26
O
Onderdelen, demontabele
Onderhoud
afdichting
emaille
glas schoonmaken
inspectie
jaarlijks
toestel schoonmaken
7
22
22
Schoorsteen
5
Schoorsteenaansluiting
achterzijde
voorbereiding
7
7
Spuitstuk
braam
33
Stoken
adviezen
onvoldoende warmte
22
22
T
Temperatuurinstelling
19
Thermokoppel
22
Thermostatische modus
23
23
22
22
22
22
P
Plaatsen
afmetingen
28
Problemen oplossen
16-17
Timer
16
Toestel inschakelen
13
Typeplaat
4
U
Uitgaan van vuur
32
Uitschakele
gastoevoer
22
Uitschakelen
14
22, 32-33
Programma modus
18
Programmamodus
17
R
Regeling verbranding
gasdebiet
kleur vlammen
22
22
Rendement
24-27
Reuk
gaslucht
verbrandingsgassen
32
32
Roetaanslag
thermokoppel
32
Rookgasafvoer
24-27
Rookgasafvoersysteem
8
Ruiten
schoonmaken
22
S
Schade
Schoonmaken
glas
toestel
7
V
Ventilatie
8
Verbrandingsgassen
32
Vlambeeld
32
Vlamhoogte
15
Vloeren
brandveiligheid
draagvermogen
6
6
Vloerkleed
6
Vonk
geen ontsteking
32
Voordruk
24-27
W
Waakvlam
dooft
32
Waarschuwing
brandbare materialen
gaslucht
gassoort en gasdruk
4
5
4
DOVRE
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
35
glas gebroken of gebarsten
heet oppervlak
houtblokkenset
kachelruitreiniger
ventilatie
verzekeringsvoorwaarden
voorschriften
waakvlam
Wanden
brandveiligheid
4, 23
4
5
23
5
5
4
5
6
Warmte, onvoldoende
22
Wisselstroomadapter
9
DOVRE
36
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden