Tefal ZE585D34 de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Tefal ZE585D34 de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
BESCHRIJVING
VEILIGHEIDSSYSTEEM
Dit apparaat is voorzien van een veiligheidsmechanisme. Om de sapcentrifuge
te starten, dient het deksel (C) goed zijn vastgezet met de veiligheidsklem (H).
Als de veiligheidsklem (H) wordt losgemaakt, stopt de sapcentrifuge. Aan het
einde van de cyclus zet u de bedieningsknop (I) op 0 en wacht u totdat de
zeef (D) volledig tot stilstand is gekomen voordat u het deksel verwijdert.
VÓÓR HET EERSTE GEBRUIK
• Het is verstandig om alle verwijderbare delen (A, B, C, D, E, G, L, M, N) af te
wassen in warm water met afwasmiddel (zie paragraaf "Reinigen"). Spoel ze
af en droog ze goed af.
• Pak het apparaat uit en zet het op een stevig en stabiel werkvlak.
• Zorg ervoor dat al het verpakkingsmateriaal is verwijderd voordat u het
apparaat aanzet.
WERKEN MET HET APPARAAT
• Plaats het sapreservoir (E) in het apparaat door het reservoir iets naar voren
te kantelen en de schenktuit door het gat te steken (zie Fig. 1).
• Plaats de zeef (D) in het sapreservoir (E). Zorg ervoor dat de zeef juist goed
op de aandrijfas wordt geklemd (J). U hoort een klik wanneer de zeef goed
is geplaatst (zie Fig. 2).
• Plaats het deksel (C) op het apparaat met de uitvoertuit naar achteren
gericht (zie Fig. 3).
A Aandrukstop
B Aanvoerbuis
C Deksel
D Zeef
E Sapreservoir
F Schenktuit met
druppelstopsysteem
G Pulpreservoir
H Veiligheidsklem
I Bedieningsknop
(2 snelheden)
J Aandrijfas
K Motorblok
L Deksel sapkan
M Schuimfilter
N Sapkan
O Borstel
P Snoeropbergruimte
57
NL
GEVAAR: De veiligheidsvoorschriften worden bij het apparaat
geleverd. Lees deze voorschriften aandachtig door voordat u
uw nieuw apparaat voor het eerst gebruikt. Bewaar ze op een
veilige plek, zodat u ze later als referentie kunt inzien.
• Druk de veiligheidsklem (H) naar achteren totdat deze vastklikt. U hoort een
klik (zie Fig. 4).
• Plaats het pulpreservoir (G) op de achterkant van het apparaat (zie Fig. 5).
• Schuif de aandrukstop (A) in de aanvoerbuis (B) zodat het uitsteeksel op de
aandrukstop op een lijn komt met het richeltje in de aanvoerbuis.
• Om het sap van het schuim te scheiden, schuift u het schuimfilter (M) in de
sapkan (N) en plaatst u het deksel op de kan (zie Fig. 6). Het schuimfilter
zorgt ervoor dat het schuim in de kan achterblijft wanneer u het sap
uitschenkt.
Dit apparaat is voorzien van een druppelstopsysteem (F): druk de schenktuit naar
beneden om het systeem te activeren en het sap uit te schenken (zie Fig. 7)
.
• Plaats de sapkan (N) onder de schenktuit aan de voorkant van het
apparaat (zie Fig. 8).
• Steek de stekker in het stopcontact.
• Start het apparaat met de bedieningsknop (I).
• Plaats het fruit of de groenten in de aanvoerbuis (B).
Voeg alleen fruit en groente toe als de motor draait.
• Druk de aandrukstop (A) niet te hard aan. Gebruik geen ander keukengerei
om fruit of groente aan te drukken. Druk fruit of groente NOOIT aan met uw
vingers.
• Wanneer u klaar bent, zet u de bedieningsknop (I) op 0 en wacht u totdat
de zeef (D) volledig tot stilstand is gekomen.
• Wanneer het pulpreservoir (G) vol is, of het sap langzamer gaat stromen,
leegt u het pulpreservoir en reinigt u de zeef en het deksel.
Nadat u het sap hebt bereidt, schakelt u het druppelstopsysteem in door de
schenktuit omhoog te kantelen om de sapstroom te onderbreken voordat u
het glas verwijderd (zie Fig. 9).
58
Om de filter te verwijderen maakt u de filter los door er met beide handen
stevig aan te trekken (zie Fig. 10 en 11).
WELKE SNELHEID GEBRUIKEN?
Het is af te raden uw apparaat langer dan 2 minuten continu te gebruiken.
PRACTISCHE TIPS
• Was het fruit zorgvuldig voordat u de pitten verwijderd.
• Over het algemeen is het niet nodig om fruit te schillen. Alleen fruit met een
dikke en bittere schil, zoals citroen, sinaasappel, grapefruit of ananas dient
te worden geschild. Verwijder van de ananas ook het hart.
• Bepaalde soorten fruit, zoals appel, peer, tomaat, enz. (met een diameter
die kleiner is dan 74,5 mm) kunnen ongesneden in de aanvoerbuis worden
gestoken, dankzij het “Direct Fruit Systeem”. Kies dus het juiste soort fruit of
groente.
• Het is lastig om sap te persen van bananen, avocado, bramen, vijgen,
aubergine en frambozen.
• Gebruik de sapcentrifuge niet voor suikerriet of zeer hard fruit of vezelrijk fruit.
• Gebruik verse en rijpe vruchten en groente; deze geven meer sap. Dit
apparaat is geschikt voor vruchten als appels, peren, sinaasappels, druiven,
granaatappel en ananas en groenten als wortels, komkommers, tomaten,
rode bieten en selderij.
• Als u overrijp fruit gebruikt, raakt de zeef sneller verstopt.
• Belangrijk: het sap dient direct te worden opgedronken. Door contact met
lucht oxideert het sap snel, waardoor de smaak, de kleur en de
voedingswaarde verandert. Appel- en perensap worden snel bruin. Door
een paar druppels citroensap toe te voegen, kunt u deze verkleuring
vertragen.
59
*
De kwantiteit en kwaliteit van vruchtensap is sterk afhankelijk van de oogstdatum en het soort fruit of
groente. De hierboven vernoemde hoeveelheden sap dienen slechts als richtlijn.
Ingrediënten
Snelheid
Globaal gewicht (in kg)
Hoeveelheid verkregen
sap in cl (*)
Appels
2
1 65
Peren 2
1
60
Wortels 2
1
60
Komkommer 1
1 (ongeveer 2 komkommers)
60
Ananas 2
1
30
Druiven 1
1
45
Tomaten 1
1,5
90
Selderij 2
1,5
35
Als u de verkeerde snelheid kiest, kan het apparaat ongewoon hard schudden.
REINIGING
Alle verwijderbare delen (A, B, C, D, E, G, L, M, N) kunnen in de vaatwasser
worden afgewassen, met uitzondering van het sapreservoir (E). Het sapreservoir
(E) dient direct na gebruik te worden afgewassen in water met afwasmiddel.
• Het apparaat is gemakkelijk te reinigen direct na gebruik.
• Gebruik geen schuursponsjes, aceton, alcohol (white spirit), enz. om het
apparaat te reinigen.
• Wees voorzichtig met de zeef. Gebruik het apparaat op de juiste manier om
storingen te voorkomen. De zeef kan worden gereinigd met de borstel (O).
Verwijder de zeef bij eerste tekenen van zwakte of schade.
• Reinig het motorblok met een vochtige doek. Droog het goed af.
• Dompel het motorblok nooit onder in water.
WAT TE DOEN ALS UW APPARAAT NIET WERKT?
PROBLEMEN
OORZAKEN
OPLOSSINGEN
Het apparaat werkt niet.
De stekker zit niet goed in het
stopcontact; de bedieningsknop
(I) staat niet op “1” of “2”.
Sluit het apparaat aan op een
stopcontact met het juiste voltage.
Zet de bedieningsknop op snelheid
“1” of “2”.
Het deksel (C) zit niet goed vast.
Controleer dat het deksel (C) juist is
geplaatst en dat het is vastgezet
met de veiligheidsklem (H).
Er komt een geur vrij of het
apparaat is te heet om aan te
raken, het maakt abnormaal
veel geluid of er komt rook uit
het apparaat.
De zeef (D) is niet juist geplaatst.
Controleer of de zeef (D) juist is
geplaatst op de aandrijfas (J).
Er wordt te veel groente of fruit
tegelijk verwerkt.
Laat het apparaat afkoelen en
verwerk minder groente of fruit in
een keer.
Er komt minder sap uit het
apparaat.
De zeef (D) is verstopt.
Schakel het apparaat uit, reinig de
aanvoerbuis (B) en de zeef (D).
Neem bij andere problemen of storingen contact op met een erkend servicecentrum.
60
/