Dometic RM122, Dometic RM123 de handleiding

Categorie
Koelboxen
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

NL
RM122, RM123
111
Lees deze handleiding voor de ingebruikname zorgvuldig door en
bewaar deze. Geef de handleiding bij doorgeven van het toestel door
aan de gebruiker.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die door
gebruik tegen de voorschriften in of door verkeerde bediening wordt
veroorzaakt.
Inhoudsopgave
1 Verklaring van de symbolen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 112
2 Veiligheidsinstructies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 112
3 Omvang van de levering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 115
4 Toebehoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 116
5 Gebruik volgens de voorschriften . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 116
6 Technische beschrijving. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 117
7 Koelkast inbouwen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 118
8 Koelkast aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 122
9 Koelkast bedienen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 124
10 Verhelpen van storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 128
11 Reiniging en onderhoud. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 129
12 Garantie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 129
13 Afvoer. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 129
14 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 130
NL
Verklaring van de symbolen RM122, RM123
112
1 Verklaring van de symbolen
!
A
I
Handeling: dit symbool geeft aan dat u iets moet doen. De vereiste
handelingen worden stap voor stap beschreven.
Dit symbool beschrijft het resultaat van een handeling.
Afb. 1 5, pagina 3: deze aanduiding wijst u op een element in een afbeel-
ding, in dit voorbeeld op „positie 5 in afbeelding 1 op pagina 3”.
2 Veiligheidsinstructies
2.1 Algemene veiligheid
!
WAARSCHUWING!
Als het toestel zichtbaar beschadigd is, mag het niet in gebruik
worden genomen.
Als de aansluitkabel van dit toestel wordt beschadigd, moet
deze om gevaar uit te sluiten door de fabrikant, diens klanten-
service of een gelijkwaardig gekwalificeerd persoon worden
vervangen.
Reparaties aan dit toestel mogen uitsluitend door vakmonteurs
worden uitgevoerd. Door onvakkundige reparaties kunnen gro-
te gevaren ontstaan.
WAARSCHUWING!
Veiligheidsaanwijzing: Het niet naleven kan leiden tot overlijden
of ernstig letsel.
LET OP!
Het niet naleven ervan kan leiden tot materiële schade en de
werking van het product beperken.
INSTRUCTIE
Aanvullende informatie voor het bedienen van het product.
NL
RM122, RM123 Veiligheidsinstructies
113
Dit toestel kan door kinderen vanaf 8 jaar en ouder evenals door
personen met verminderde fysieke, zintuiglijke of geestelijke
vermogens of tekortschietende ervaring en kennis gebruikt wor-
den, als ze worden begeleid of hun is uitgelegd hoe ze het toe-
stel veilig kunnen gebruiken. Ook dienen ze inzicht te hebben in
de gevaren die het gebruik van het toestel met zich meebrengt.
Reiniging en gebruikeronderhoud mogen niet door kinderen
zonder begeleiding worden uitgevoerd.
Kinderen mogen niet met het toestel spelen.
Er moet toezicht worden gehouden op kinderen, om te voorko-
men dat ze met het toestel spelen.
Bewaar en gebruik het toestel buiten het bereik van kinderen
onder 8 jaar.
Bewaar geen explosiegevaarlijke stoffen, zoals spuitbussen
met brandbaar drijfgas, in het toestel.
!
VOORZICHTIG!
Scheid het toestel van het net
voor iedere reiniging en ieder onderhoud
na elk gebruik
Levensmiddelen mogen alleen in de originele verpakking of in
geschikte bakken worden bewaard.
A
LET OP!
Vergelijk de spanning op het typeplaatje met de aanwezige
energievoorziening.
Trek de stekker nooit aan de aansluitkabel uit het stopcontact.
Het koeltoestel is niet geschikt voor transport van bijtende of op-
losmiddelhoudende stoffen.
2.2 Veiligheid tijdens gebruik van het toestel
A
LET OP!
Gebruik geen elektrische toestellen binnen het koeltoestel, be-
halve als deze toestellen daarvoor door de fabrikant worden
aanbevolen.
NL
Veiligheidsinstructies RM122, RM123
114
Oververhittingsgevaar!
Let er altijd op dat de warmte die bij het gebruik ontstaat goed
afgevoerd kan worden. Zorg voor een beluchtingsopening met
een diameter van minstens 250 cm² alsmede een ontluch-
tingsopening.
Let erop dat de ventilatieopeningen niet worden afgedekt.
Vul het binnenreservoir niet met vloeistoffen of ijs.
Dompel het toestel nooit onder in water.
Bescherm het toestel en de kabels tegen hitte en vocht.
2.3 Veiligheid tijdens gebruik van het toestel met
12 Vg
A
LET OP!
De leiding tussen accu en koeltoestel moet door een zekering
van max. 15 A zijn beveiligd.
Kies gebruik met 12 Vg (accubedrijf) alleen als u een accu-
bewaker gebruikt of de voertuiggenerator voldoende spanning
levert.
Gebruik alleen kabels met passende kabeldiameter:
2.4 Veiligheid tijdens gebruik van het toestel met
230 Vw
A
LET OP!
Sluit het toestel enkel met de bijbehorende aansluitkabel op het
wisselstroomnet aan.
Trek de stekker nooit aan de aansluitkabel uit het stopcontact.
Als de aansluitkabel is beschadigd, moet deze worden vervan-
gen om gevaren te voorkomen. Vervang een beschadigde aan-
sluitkabel alleen door een aansluitkabel van hetzelfde type en
met dezelfde specificatie.
Let er voor de ingebruikneming op dat toevoerleiding en stekker
droog zijn.
Vergelijk de spanning op het typeplaatje met de aanwezige
energievoorziening.
NL
RM122, RM123 Omvang van de levering
115
2.5 Veiligheid tijdens gebruik van het toestel met gas
A
LET OP!
Het toestel nooit met open vuur op lekkage controleren.
Gebruik uitsluitend propaan- of butaangas (geen aardgas).
Het toestel mag uitsluitend met de op het typeplaatje aangege-
ven druk worden gebruikt. Gebruik een vast ingestelde DIN-
DVGW-erkende drukregelaar conform DIN EN 12864.
Bewaar de flessen met vloeibaar gas nooit op niet-geventileer-
de plaatsen of onder grondniveau (trechtervormige kuilen in de
grond).
Bescherm flessen met vloeibaar gas tegen directe zonnestra-
len. De temperatuur mag niet hoger zijn dan 50 °C.
Het gebruik van het toestel met gas is op veerboten niet toege-
staan.
Bij gasgeur:
Afsluitkraan van de gasvoorziening en flesventiel sluiten.
Ramen openen en de ruimte verlaten.
Geen elektrische schakelaars indrukken.
Open vuur blussen.
3 Omvang van de levering
Koelkast
230 Vw-aansluitkabel (alleen RM123)
12 Vg-aansluitkabel
Aansluitkabel
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
Ontluchtingskit
NL
Toebehoren RM122, RM123
116
4 Toebehoren
Als toebehoren verkrijgbaar (niet bij de levering inbegrepen):
Neem bij vragen over toebehoren contact op met uw servicepartner.
5 Gebruik volgens de voorschriften
De koelkasten RM122 en RM123 zijn ontworpen voor inbouw in caravans of
campers. Ze zijn geschikt voor het koelen van levensmiddelen.
De koelkasten zijn voor het bedrijf aan een 12-Vg-spanningsbron ontwor-
pen en kunnen onafhankelijk van stroom met vloeibaar gas (propaan of
butaan) worden gebruikt. De koelkast RM123 is bovendien ook voor de aan-
sluiting aan een netspanning van 220 – 240 Vw
geschikt.
Omschrijving Artikelnr.
Ventilatierooster LS100, met verbrandingsgasleiding en winterafdekking
wit 9105900012
beige 9105900011
Ventilatierooster LS200, zonder verbrandingsgasleiding en winterafdekking
wit 9105900014
beige 9105900013
NL
RM122, RM123 Technische beschrijving
117
6 Technische beschrijving
6.1 Beschrijving
De koelkast is een absorptiekoelkast. Het apparaat is voor bedrijf met ver-
schillende soorten energie geconstrueerd en kan als volgt worden gebruikt:
RM122: met 12 Vg of met butaan-/propaangas
RM123: met 220 – 240 Vw, 12 Vg of met butaan-/propaangas
Het toestel beschikt over een vergrendelingsmechanisme dat ook als trans-
portbeveiliging dient.
Het apparaat is uitgerust met een automatische vlambeveiliging, die de
gastoevoer na 30 seconden automatisch onderbreekt, als de vlam uitgaat.
6.2 Bedieningselementen
Pos. in afb. 2,
pag. 3
Beschrijving
1 Deurvergrendeling
2 Verdamper
3 Opvangschaal
4 Kijkvenster ter controle van de gasvlam
5 Temperatuurregelaar voor gasbedrijf
6 RM122: Voeler voor piëzo-ontsteker
RM123: Schakelaar voor elektronische ontsteking
7 Temperatuurregelaar voor elektrisch bedrijf
NL
Koelkast inbouwen RM122, RM123
118
7 Koelkast inbouwen
7.1 Montage voorbereiden
Neem bij de montage van de koelkast volgende aanwijzingen in acht:
Voor een optimale circulatie van het koudemiddel mag de koelkast een
hellingshoek van hooguit 3° hebben. De ijsschaal moet waterpas in de
koelkast liggen, als het voertuig horizontaal staat.
De koelkast moet in een nis worden ingebouwd, zodat hij bij beweging
van het voertuig vast staat. Neem hiervoor de volgende afmetingen in
acht (h x b x d in mm): 662 x 384 x 415.
De omgeving rond het afvoerbuis en branderbehuizing moet van metaal
of ander niet-ontvlambaar materiaal zijn of hiermee zijn afgedekt.
In de buitenwand moeten een beluchtingsopening (afb. 3 1, pagina 3)
en een ontluchtingsopening (afb. 3 2, pagina 3) met ventilatierooster
voorhanden zijn om de warmte die ontstaat goed naar buiten te kunnen
leiden:
Beluchtingsopening: Beluchtingsrooster moet indien mogelijk in een
lijn met de ondergrond van de inbouwnis zijn en een diameter hebben
van hooguit 250 cm².
Ontluchtingsopening: indien mogelijk boven het toestel. Hier kan een
ventilatierooster met geïntegreerde verbrandingsgasleiding worden
gebruikt.
Indien het ventilatierooster van de beluchtingsopening niet in een lijn met
de ondergrond kan worden ingebouwd, moet ook een beluchtingsopening
(afb. 3 4, pagina 3) in de ondergrond voor het afvoeren van uitgetreden
gas worden aangebracht.
Beluchtings- en ontluchtingsopeningen mogen tijdens bedrijf niet door
voertuigdelen worden afgedekt (bijvoorbeeld bumper of geopende deur).
Aan de achterzijde van de koelkast moet voldoende ruimte voorhanden
zijn zodat de lucht rond het koelelement kan circuleren.
Breng aan de bovenzijde een warmtegeleideplaat aan (afb. 3 3,
pagina 3) zodat de warmte zich niet in het voertuig kan ophopen.
De koelkast moet conform EN 1949 met onafhankelijke beluchting
worden ingebouwd, zie hoofdstuk „Koelkast met onafhankelijke beluch-
ting inbouwen” op pagina 119.
NL
RM122, RM123 Koelkast inbouwen
119
7.2 Koelkast met onafhankelijke beluchting inbouwen
Koeltoestellen op gas in caravans of campers in moeten conform EN 1949
met onafhankelijke beluchting worden ingebouwd. Dit betekent dat de ver-
brandingslucht niet uit de binnenruimte wordt genomen en de afvoergassen
niet direct in de woonruimte kunnen dringen.
Tussen de achterwand van de koelkast en de binnenruimte van het voertuig
moet een geschikte afdichting worden aangebracht.
!
De fabrikant raadt aan om een flexibele afdichting te gebruiken om in- en uit-
bouwen voor onderhoud te vereenvoudigen.
Bevestig de afdichtlippen (afb. 4 1, pagina 3) bijvoorbeeld door lijmen
aan een bevestigingslijst achter de koelkast .
Schuif de koelkast bij montage tegen de aanslaglijsten met de afdichtlip-
pen. Hierdoor is de ruimte achter het toestel naar de binnenruimte van het
voertuig afgedicht.
7.3 Be- en ontluchtingsopeningen maken
I
Breng een be- en ontluchtingsopening in de buitenwand aan. Neem hier-
bij de aanwijzingen in acht, zie hoofdstuk „Montage voorbereiden” op
pagina 118.
Indien het ventilatierooster van de beluchtingsopening niet in een lijn met de
ondergrond van de inbouwnis kan worden ingebouwd, moet een beluch-
tingsopening in de ondergrond worden ingebouwd:
Maak achter de koelkast bij de gasbrander een beluchtingsopening van
minstens 40 mm in de ondergrond (afb. 5 1, pagina 4). De beluchtings-
buis moet direct naar buiten leiden. Zo kan uittredend onverbrand gas
naar buiten ontwijken.
WAARSCHUWING! Brandgevaar!
Gebruik voor de inbouw met onafhankelijke beluchting geen licht
ontvlambaar materiaal zoals silicone-afdichtmassa, montage-
schuim en dergelijke.
INSTRUCTIE
Bij hoge omgevingstemperatuur functioneert de koelkast alleen
optimaal, als de be- en ontluchting optimaal is.
NL
Koelkast inbouwen RM122, RM123
120
Scherm het einde van de opening af met een bochtstuk zodat tijdens rij-
den geen modder of vuil kan binnendringen (afb. 6, pag. 4).
7.4 Koelkast bevestigen
Bevestig de koelkast met houten lijsten aan de zijkant:
Bevestig de houten lijsten aan de bovenzijde van de koelkast over de
gehele diepte van het toestel (afb. 8 1, pagina 5).
7.5 Afvoergasbuis monteren
De afvoergasbuis moet de afvoergassen direct naar buiten leiden.
Maak een opening met een diameter van hooguit 70 mm op het punt in
de voertuigwand.
Plaats het T-stuk (afb. 9 2, pagina 5) op de opening van de koelkast.
Leid de verlengbuis (afb. 9 1, pagina 5) van de ontluchtingsset van bui-
ten door de opening.
De ventilatieafdekking moet de buitenwand van het voertuig raken. Als
dit niet het geval is, moet de verlengbuis (afb. 9 1, pagina 5) worden
ingekort.
A
I
Kort de verlengbuis als volgt in:
Schuif verlengbuis (afb. 9 1, pagina 5) en eindstuk (afb. 9 2, pagina 5)
in elkaar.
Meet het bereik tussen de ventilatieafdekking en buitenwand (afb. 0 X,
pagina 5).
Breng de maat over op het einde van de verlengbuis (afb. 0 Y,
pagina 5).
LET OP! Gevaar voor beschadiging!
Verleng de afvoergasbuis niet, anders condenseert waterdamp in
de afvoergasbuis dat terug het toestel inloopt. De brander kan
hierdoor worden beschadigd.
INSTRUCTIE
Als de voertuigwand bij de opening niet verticaal of effen is, moet
de afdekplaat met niet-brandbaar materiaal (bijvoorbeeld metaal)
worden ondersteund. De afdekplaat moet parallel ten opzichte
van de koelkastachterwand zijn.
NL
RM122, RM123 Koelkast inbouwen
121
Kort de verlengbuis overeenkomstig in.
Bevestig het eindstuk met de opening van de koelkast met een schroef
(afb. 9, pag. 5 )
Dicht de opening af met niet-ontvlambare afdichtmassa (afb. a 1,
pagina 5).
Bevestig de afdekplaat met vier schroeven op de buitenwand van het
voertuig (afb. 9 3, pagina 5).
7.6 Afdekking boven de koelkastdeur monteren
Schroef aan elke zijde een houtblok met de afmetingen 25 x 66 mm aan
beide zijden van de nis.
Monteer de blokken 16 mm naar binnen verschoven zodat de afdekking
later in een lijn met het front van de keukenmeubels afsluit (afb. 8 2,
pagina 5).
Schroef de afdekking op de blokken.
7.7 Deuraanslag wisselen
A
De koelkast wordt met de deurscharnier aan de rechterkant geleverd. Ga als
volgt te werk om de deuraanslag te vervangen:
Draai de koelkast op zijn zijkant.
Trek de draaiknop van de temperatuurregeling eraf.
Maak beide schroeven los en verwijder de onderste afdekking.
Verwijder het bovenste scharnierblad en de afsluitplaat.
Houd het bovenste scharnierblad en de afsluitplaat aan de gewenste zij-
de, en bevestig ze aan de onderste scharnierplaat van de andere zijde.
Monteer het ventilatierooster met beide schroeven.
Druk de draaiknop van de temperatuurregeling op de spil tot deze ver-
grendelt.
Wacht enkele uren alvorens de koelkast in gebruik te nemen.
LET OP! Gevaar voor beschadiging!
Leg de koelkast alleen op de zijkant neer, nooit op de achterzijde.
Anders kan het aggregaat worden beschadigd.
NL
Koelkast aansluiten RM122, RM123
122
7.8 Deurdecor vervangen
A
U kunt het deurdecor vervangen. Het deurdecor kan van roestvrijstaal of
kunststof laminaat zijn en moet volgende afmetingen hebben:
485 x 350 x 0,53 (h x b x d in mm).
Vervang het deurdecor als volgt:
Draai de koelkastdeur op de zijkant.
Verwijder drie schroeven aan de onderzijde van de deurlijst.
Trek het decor eruit.
Schuif het nieuwe decor in de opening.
Schroef de drie schroeven we weer in.
Wacht enkele uren alvorens de koelkast in gebruik te nemen.
8 Koelkast aansluiten
8.1 Ontsteker aansluiten (alleen RM123)
Gebruik voor de verbinding een kabel met een diameter van 0,5 mm² en een
zekering met 0,5 of 1 A.
Verbind de klemmenlijst van de ontsteker met de plus- en minpool van de
accu (afb. b 1, pagina 5).
LET OP! Gevaar voor beschadiging!
Leg de koelkast alleen op de zijkant neer, nooit op de achterzijde.
Anders kan het aggregaat worden beschadigd.
NL
RM122, RM123 Koelkast aansluiten
123
8.2 Op 12 Vg aansluiten
Het toestel wordt met een 12-V-stekker op een 12-V-contactdoos aangeslo-
ten.
Sluit de koelkast weer aan conform afb. c, pag. 6.
Beveilig de stuurleiding met een geschikte zekering.
Sluit de stuurleiding aan op geschakelde plus (klem 15).
Bouw tussen koelkast en accu een relais in om te voorkomen dat de accu
bij onbedoeld uitschakelen van de motor compleet ontlaadt.
8.3 Op 230 Vw aansluiten (alleen RM123)
!
Het toestel wordt met een netstekker op een 230-Vw-netcontactdoos aan-
gesloten.
De aansluitkabel wordt zonder netstekker geleverd. Laat een passende
netstekker alleen door een elektricien aansluiten. De netstekker moet bij de
contactdoos in uw voertuig passen en voldoen aan de wettelijke voorschrif-
ten in uw land.
Laat eventueel op een geschikt punt een passende netcontactdoos installe-
ren. De netcontactdoos moet goed bereikbaar zijn zodat de netstekker indien
nodig kan worden uitgetrokken en het toestel daardoor van het net kan wor-
den gescheiden.
De indeling van de aansluitkabel is als volgt:
Groen en geel. Massakabel (afb. d 1, pagina 6)
Blauw: Nulleider (afb. d 2, pagina 6)
Bruin: Fase (afb. d 3, pagina 6)
WAARSCHUWING!
De elektrische installatie mag alleen door een elektricien conform
de nationale voorschriften worden aangesloten. Door ondeskun-
dige aansluiting kunnen grote gevaren ontstaan.
NL
Koelkast bedienen RM122, RM123
124
8.4 Op de gastoevoer aansluiten
A
De koelkast moet door een afsluitinrichting in de gasleiding afzonderlijk kun-
nen worden afgesloten. De afsluitinrichting moet goed toegankelijk zijn.
Verbind de koelkast conform afb. e, pag. 7 met de gastoevoer, vast en
spanningsvrij.
Gebruik een snijringkoppeling conform EN 1949.
Een slangaansluiting is niet toegestaan.
Controleer alle verbindingen met lekspray op lekdichtheid. De lekdicht-
heid is gegarandeerd als er zich geen luchtbellen vormen.
9 Koelkast bedienen
!
A
LET OP!
Het toestel mag alleen door een vakman volgens de geldende
voorschriften en normen op de gasvoorziening worden aange-
sloten.
Gebruik uitsluitend propaan- of butaangasflessen (geen aard-
gas) met gekeurd drukreduceerventiel en passend kopstuk.
Vergelijk de druk op het typeplaatje met de druk op de prop-
aan- of butaangasfles.
Het toestel mag uitsluitend met de op het typeplaatje aange-
geven druk worden gebruikt.
Neem a.u.b. de in uw land toegestane drukken in acht.
Gebruik een vast ingestelde DIN-DVGW-erkende drukrege-
laar conform DIN EN 12864.
Neem de normen EN 732 en EN 1949 in acht.
VOORZICHTIG! Gevaar voor de gezondheid!
Als u medicijnen wilt koelen, controleer dan of het koelvermogen
van het toestel aan de vereisten van het betreffende medicijn vol-
doet.
LET OP!
Zorg ervoor dat er zich enkel voorwerpen of waren in de koel-
kast bevinden die tot de gekozen temperatuur gekoeld mogen
worden.
Levensmiddelen mogen alleen in de originele verpakking of in
geschikte bakken worden bewaard.
NL
RM122, RM123 Koelkast bedienen
125
I
9.1 Koelkast inschakelen
Gebruik met gas (RM122)
Open de deur van de koelkast. In het kijkglas (afb. 2 4, pagina 3) ziet u,
wanneer de vlam brandt.
Controleer of de gastoevoer is ingeschakeld.
Draai de temperatuurregelaar (afb. f 2, pagina 7) op stand „3“.
Druk de temperatuurregelaar in en houd deze ingedrukt, tot de brander is
ontstoken.
Bedien de piëzo-ontsteker (afb. f 1, pagina 7) meerdere keren in een
afstand van ca. 2 seconden.
Houd de temperatuurregelaar nog 15 seconden ingedrukt, nadat de bran-
der is ontstoken en een vlam in het kijkglas zichtbaar is.
Daarna is de automatische vlambeveiliging bedrijfsgereed.
Gebruik met gas (RM123)
Controleer of de gastoevoer is ingeschakeld alsmede de 230-Vw-aansl-
uitkabel van de netcontactdoos is gescheiden.
Zet de tuimelschakelaar op „I“ (afb. g 1, pagina 7) om de elektronische
ontsteking in te schakelen.
De tuimelschakelaar begint te knipperen.
Draai de temperatuurregelaar (afb. g 2, pagina 7) op stand „3“.
Druk de temperatuurregelaar in en houd deze ingedrukt.
Zodra de brander is ontstoken, stopt de tuimelschakelaar met knipperen.
INSTRUCTIE
Voordat u het nieuwe toestel in gebruik neemt, moet u het uit
hygiënische redenen van binnen en van buiten met een voch-
tige doek reinigen.
Het koelvermogen kan worden beïnvloed door
de omgevingstemperatuur,
de hoeveelheid levensmiddelen die geconserveerd dienen
te worden,
het aantal keren dat de deur wordt geopend.
NL
Koelkast bedienen RM122, RM123
126
Houd de temperatuurregelaar nog 15 seconden ingedrukt, nadat de bran-
der is ontstoken.
Daarna is de automatische vlambeveiliging bedrijfsgereed.
Bedrijf met 230 Vw (alleen RM123)
Controleer of temperatuurregelaar en tuimelschakelaar zijn uitgeschakeld
en de 12-Vg-voeding onderbroken is.
Steek de 230-Vw-aansluitkabel in de contactdoos.
Schakel de koelkast in door de temperatuurregelaar (afb. h 1, pagina 7)
op een willekeurig niveau in te stellen.
Bedrijf met 12 Vg
I
Controleer of de gastoevoer en de 230-Vw-toevoer onderbroken zijn.
Verbind de 12-V-stekker met de 12-Vg-sigarettenaansluiting.
9.2 Tips om energie te sparen
Laat warme spijzen eerst afkoelen, voordat u ze in het koeltoestel doet.
Open de koelkast niet vaker dan nodig.
Laat de deur niet langer openstaan dan nodig.
Plaats de levensmiddelen zodanig dat de lucht in de koelkast kan circul-
eren.
9.3 Temperatuur instellen
In gasbedrijf
Stel met de temperatuurregelaar (afb. g 2, pagina 7) de temperatuur in:
Stand „3” = hoog koelvermogen
Korte voor stand „0” = laag koelvermogen
Begin de koeling gedurende een uur met koelstand „3”.
Stel dan stand „2” of „1” in om de temperatuur te handhaven.
INSTRUCTIE
Scheid de koelkast bij motorstilstand van de accu, aangezien
deze anders wordt ontladen.
NL
RM122, RM123 Koelkast bedienen
127
Bij bedrijf met 12 Vg (RM122, RM123) of 230 Vw (alleen RM123)
I
De temperatuurregelaar beschikt over acht instelposities (afb. h 1,
pagina 7).
Begin de koeling met de stand „3” of „4”.
9.4 IJsblokjes maken
Vul de ijsschaal tot driekwart hoogte met water.
Plaats de ijsschaal op de verdamper (afb. 2 2, pagina 3) van de koel-
kast.
9.5 Deurvergrendeling instellen
Druk de pen omlaag om de koelkastdeur tijdens rijden te vergrendelen
(afb. i, pag. 7).
9.6 Koelkast ontdooien
A
I
Onderbreek de spanning- en gastoevoer.
Leeg de koelkast.
Laat de deur geopend.
Het dooiwater wordt opgevangen door de opvangschaal (afb. 2 3,
pagina 3).
Leeg de opvangschaal (afb. 2 3, pagina 3) en plaats deze in de koel-
kast.
INSTRUCTIE
Na het inschakelen duurt het ongeveer een uur voordat de ijs-
schaal tekenen van koeling vertoont.
LET OP!
Gebruik geen mechanisch gereedschap voor het verwijderen van
ijslagen of het losmaken van vastgevroren voorwerpen.
INSTRUCTIE
Ontdooi de koelkast voor optimale werking elke 710 dagen.
NL
Verhelpen van storingen RM122, RM123
128
10 Verhelpen van storingen
Storing Mogelijke oorzaak Voorstel tot oplossing
De koelkast werkt niet. De koelkast over-
schrijdt een hellings-
hoek van 3°.
Lijn de koelkast opnieuw uit.
Lijn het voertuig horizontaal
uit.
In gasbedrijf: De koel-
kast werkt niet.
De gasfles is leeg. Vervang de gasflessen.
De gasklep is gesloten. Draai de gasklep open.
In 12-Vg-bedrijf: De
koelkast werkt niet.
De zekering in de
12-Vg-leiding is
defect.
Vervang de zekering.
De schakelaar van de
12-Vg-leiding is uitge-
schakeld.
Schakel de schakelaar in.
In 230-Vw-bedrijf: De
koelkast werkt niet.
De zekering in het
230-Vw-net is defect.
Vervang de zekering.
De themostaatrege-
laar staat op „0”.
Draai de thermostaatregelaar
in positie „1”, „2” of „3”.
De koelkast koelt onvol-
doende.
De luchtcirculatie rond
de ventilator is onvol-
doende.
Verwijder eventuele delen en
afdekkingen.
IJsvorming op verdam-
per.
Ontdooi de koelkast.
De temperatuur is te
hoog ingesteld.
Selecteer een lagere tempera-
tuur.
De gasdruk is ver-
keerd ingesteld.
Stel de correcte gasdruk in.
De omgevingstempera-
tuur is te hoog.
Zorg voor een lagere omge-
vingstemperatuur.
Er zijn te veel levens-
middelen tegelijkertijd
in de koelkast gedaan.
Neem een deel van de levens-
middelen weg.
De deur is niet correct
gesloten.
Sluit de deur.
Meer dan een energie-
bron in gebruik.
Gebruik slechts een energie-
bron.
NL
RM122, RM123 Reiniging en onderhoud
129
11 Reiniging en onderhoud
!
A
Reinig het toestel van binnen en buiten af en toe met een vochtige doek.
Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen van het toestel vrij zijn van stof en
verontreinigingen, zodat de bij het gebruik ontstane warmte kan worden
afgevoerd en het toestel niet beschadigd raakt.
12 Garantie
De wettelijke garantieperiode is van toepassing. Als het product defect is,
wendt u zich tot uw speciaalzaak of tot het filiaal van de fabrikant in uw land
(adressen zie achterkant van de handleiding).
Voor de afhandeling van de reparatie of garantie dient u de volgende docu-
menten mee te sturen:
een kopie van de factuur met datum van aankoop,
reden van de klacht of een beschrijving van de storing.
13 Afvoer
Laat het verpakkingsmateriaal indien mogelijk recyclen.
M
Als u het product definitief buiten bedrijf stelt, informeer dan bij het
dichtstbijzijnde recyclingcentrum of uw speciaalzaak naar de be-
treffende afvoervoorschriften.
WAARSCHUWING!
Scheid voor elke reiniging en verzorging het toestel van het net.
LET OP! Gevaar voor beschadiging!
Reinig het koeltoestel nooit onder stromend water of in
afwaswater.
Gebruik voor het reinigen geen bijtende schoonmaakmiddelen
of harde voorwerpen, aangezien het koeltoestel hierdoor
beschadigd zou kunnen raken.
NL
Technische gegevens RM122, RM123
130
14 Technische gegevens
RM122 RM123
Artikelnr.: 9105203945,
9105203946,
9105203947
9105203951,
9105203952
Aansluitspanning: 12 Vg 230 Vw,
12 Vg
Bruto-inhoud: 31 l
Nettoinhoud: 28 l
Energieverbruik: 1,3 kWh/24 h
(12 V)
1,3kWh/24h
(230 V / 12 V)
Gasverbruik: 206 g/24 h
Klimaatklasse: N
Koelvermogen: tot max. +7 °C
Omgevingstemperatuur: +16 °C tot +32 °C
Afmetingen h x b x d: 585 x 380 x 440 mm
Gewicht: 15 kg

Documenttranscriptie

RM122, RM123 Lees deze handleiding voor de ingebruikname zorgvuldig door en bewaar deze. Geef de handleiding bij doorgeven van het toestel door aan de gebruiker. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die door gebruik tegen de voorschriften in of door verkeerde bediening wordt veroorzaakt. Inhoudsopgave 1 Verklaring van de symbolen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 112 2 Veiligheidsinstructies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 112 3 Omvang van de levering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 115 4 Toebehoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 116 5 Gebruik volgens de voorschriften . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 116 6 Technische beschrijving. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 117 7 Koelkast inbouwen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 118 8 Koelkast aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 122 9 Koelkast bedienen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 124 10 Verhelpen van storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 128 11 Reiniging en onderhoud. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 129 12 Garantie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 129 13 Afvoer. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 129 14 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 130 NL 111 Verklaring van de symbolen RM122, RM123 1 Verklaring van de symbolen ! A I WAARSCHUWING! Veiligheidsaanwijzing: Het niet naleven kan leiden tot overlijden of ernstig letsel. LET OP! Het niet naleven ervan kan leiden tot materiële schade en de werking van het product beperken. INSTRUCTIE Aanvullende informatie voor het bedienen van het product. ➤ Handeling: dit symbool geeft aan dat u iets moet doen. De vereiste handelingen worden stap voor stap beschreven. ✓ Dit symbool beschrijft het resultaat van een handeling. Afb. 1 5, pagina 3: deze aanduiding wijst u op een element in een afbeelding, in dit voorbeeld op „positie 5 in afbeelding 1 op pagina 3”. 2 Veiligheidsinstructies 2.1 Algemene veiligheid ! WAARSCHUWING!  Als het toestel zichtbaar beschadigd is, mag het niet in gebruik worden genomen.  Als de aansluitkabel van dit toestel wordt beschadigd, moet deze om gevaar uit te sluiten door de fabrikant, diens klantenservice of een gelijkwaardig gekwalificeerd persoon worden vervangen.  Reparaties aan dit toestel mogen uitsluitend door vakmonteurs worden uitgevoerd. Door onvakkundige reparaties kunnen grote gevaren ontstaan. 112 NL RM122, RM123 Veiligheidsinstructies  Dit toestel kan door kinderen vanaf 8 jaar en ouder evenals door personen met verminderde fysieke, zintuiglijke of geestelijke vermogens of tekortschietende ervaring en kennis gebruikt worden, als ze worden begeleid of hun is uitgelegd hoe ze het toestel veilig kunnen gebruiken. Ook dienen ze inzicht te hebben in de gevaren die het gebruik van het toestel met zich meebrengt.  Reiniging en gebruikeronderhoud mogen niet door kinderen zonder begeleiding worden uitgevoerd.  Kinderen mogen niet met het toestel spelen.  Er moet toezicht worden gehouden op kinderen, om te voorkomen dat ze met het toestel spelen.  Bewaar en gebruik het toestel buiten het bereik van kinderen onder 8 jaar.  Bewaar geen explosiegevaarlijke stoffen, zoals spuitbussen met brandbaar drijfgas, in het toestel. ! VOORZICHTIG!  Scheid het toestel van het net – voor iedere reiniging en ieder onderhoud – na elk gebruik  Levensmiddelen mogen alleen in de originele verpakking of in geschikte bakken worden bewaard. A LET OP!  Vergelijk de spanning op het typeplaatje met de aanwezige energievoorziening.  Trek de stekker nooit aan de aansluitkabel uit het stopcontact.  Het koeltoestel is niet geschikt voor transport van bijtende of oplosmiddelhoudende stoffen. 2.2 Veiligheid tijdens gebruik van het toestel A LET OP! NL  Gebruik geen elektrische toestellen binnen het koeltoestel, behalve als deze toestellen daarvoor door de fabrikant worden aanbevolen. 113 Veiligheidsinstructies RM122, RM123  Oververhittingsgevaar! Let er altijd op dat de warmte die bij het gebruik ontstaat goed afgevoerd kan worden. Zorg voor een beluchtingsopening met een diameter van minstens 250 cm² alsmede een ontluchtingsopening.  Let erop dat de ventilatieopeningen niet worden afgedekt.  Vul het binnenreservoir niet met vloeistoffen of ijs.  Dompel het toestel nooit onder in water.  Bescherm het toestel en de kabels tegen hitte en vocht. 2.3 A Veiligheid tijdens gebruik van het toestel met 12 Vg LET OP!  De leiding tussen accu en koeltoestel moet door een zekering van max. 15 A zijn beveiligd.  Kies gebruik met 12 Vg (accubedrijf) alleen als u een accubewaker gebruikt of de voertuiggenerator voldoende spanning levert.  Gebruik alleen kabels met passende kabeldiameter: 2.4 A Veiligheid tijdens gebruik van het toestel met 230 Vw LET OP!  Sluit het toestel enkel met de bijbehorende aansluitkabel op het wisselstroomnet aan.  Trek de stekker nooit aan de aansluitkabel uit het stopcontact.  Als de aansluitkabel is beschadigd, moet deze worden vervangen om gevaren te voorkomen. Vervang een beschadigde aansluitkabel alleen door een aansluitkabel van hetzelfde type en met dezelfde specificatie.  Let er voor de ingebruikneming op dat toevoerleiding en stekker droog zijn.  Vergelijk de spanning op het typeplaatje met de aanwezige energievoorziening. 114 NL RM122, RM123 2.5 A Omvang van de levering Veiligheid tijdens gebruik van het toestel met gas LET OP!  Het toestel nooit met open vuur op lekkage controleren.  Gebruik uitsluitend propaan- of butaangas (geen aardgas).  Het toestel mag uitsluitend met de op het typeplaatje aangegeven druk worden gebruikt. Gebruik een vast ingestelde DINDVGW-erkende drukregelaar conform DIN EN 12864.  Bewaar de flessen met vloeibaar gas nooit op niet-geventileerde plaatsen of onder grondniveau (trechtervormige kuilen in de grond).  Bescherm flessen met vloeibaar gas tegen directe zonnestralen. De temperatuur mag niet hoger zijn dan 50 °C.  Het gebruik van het toestel met gas is op veerboten niet toegestaan.  Bij gasgeur: – Afsluitkraan van de gasvoorziening en flesventiel sluiten. – Ramen openen en de ruimte verlaten. – Geen elektrische schakelaars indrukken. – Open vuur blussen. 3 Omvang van de levering  Koelkast  230 Vw-aansluitkabel (alleen RM123)  12 Vg-aansluitkabel  Aansluitkabel  Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing  Ontluchtingskit NL 115 Toebehoren 4 RM122, RM123 Toebehoren Als toebehoren verkrijgbaar (niet bij de levering inbegrepen): Omschrijving Artikelnr. Ventilatierooster LS100, met verbrandingsgasleiding en winterafdekking wit 9105900012 beige 9105900011 Ventilatierooster LS200, zonder verbrandingsgasleiding en winterafdekking wit 9105900014 beige 9105900013 Neem bij vragen over toebehoren contact op met uw servicepartner. 5 Gebruik volgens de voorschriften De koelkasten RM122 en RM123 zijn ontworpen voor inbouw in caravans of campers. Ze zijn geschikt voor het koelen van levensmiddelen. De koelkasten zijn voor het bedrijf aan een 12-Vg-spanningsbron ontworpen en kunnen onafhankelijk van stroom met vloeibaar gas (propaan of butaan) worden gebruikt. De koelkast RM123 is bovendien ook voor de aansluiting aan een netspanning van 220 – 240 Vw geschikt. 116 NL RM122, RM123 Technische beschrijving 6 Technische beschrijving 6.1 Beschrijving De koelkast is een absorptiekoelkast. Het apparaat is voor bedrijf met verschillende soorten energie geconstrueerd en kan als volgt worden gebruikt:  RM122: met 12 Vg of met butaan-/propaangas  RM123: met 220 – 240 Vw, 12 Vg of met butaan-/propaangas Het toestel beschikt over een vergrendelingsmechanisme dat ook als transportbeveiliging dient. Het apparaat is uitgerust met een automatische vlambeveiliging, die de gastoevoer na 30 seconden automatisch onderbreekt, als de vlam uitgaat. 6.2 Bedieningselementen Pos. in afb. 2, pag. 3 NL Beschrijving 1 Deurvergrendeling 2 Verdamper 3 Opvangschaal 4 Kijkvenster ter controle van de gasvlam 5 Temperatuurregelaar voor gasbedrijf 6 RM122: Voeler voor piëzo-ontsteker RM123: Schakelaar voor elektronische ontsteking 7 Temperatuurregelaar voor elektrisch bedrijf 117 Koelkast inbouwen 7 Koelkast inbouwen 7.1 Montage voorbereiden RM122, RM123 Neem bij de montage van de koelkast volgende aanwijzingen in acht:  Voor een optimale circulatie van het koudemiddel mag de koelkast een hellingshoek van hooguit 3° hebben. De ijsschaal moet waterpas in de koelkast liggen, als het voertuig horizontaal staat.  De koelkast moet in een nis worden ingebouwd, zodat hij bij beweging van het voertuig vast staat. Neem hiervoor de volgende afmetingen in acht (h x b x d in mm): 662 x 384 x 415.  De omgeving rond het afvoerbuis en branderbehuizing moet van metaal of ander niet-ontvlambaar materiaal zijn of hiermee zijn afgedekt.  In de buitenwand moeten een beluchtingsopening (afb. 3 1, pagina 3) en een ontluchtingsopening (afb. 3 2, pagina 3) met ventilatierooster voorhanden zijn om de warmte die ontstaat goed naar buiten te kunnen leiden: – Beluchtingsopening: Beluchtingsrooster moet indien mogelijk in een lijn met de ondergrond van de inbouwnis zijn en een diameter hebben van hooguit 250 cm². – Ontluchtingsopening: indien mogelijk boven het toestel. Hier kan een ventilatierooster met geïntegreerde verbrandingsgasleiding worden gebruikt.  Indien het ventilatierooster van de beluchtingsopening niet in een lijn met de ondergrond kan worden ingebouwd, moet ook een beluchtingsopening (afb. 3 4, pagina 3) in de ondergrond voor het afvoeren van uitgetreden gas worden aangebracht.  Beluchtings- en ontluchtingsopeningen mogen tijdens bedrijf niet door voertuigdelen worden afgedekt (bijvoorbeeld bumper of geopende deur).  Aan de achterzijde van de koelkast moet voldoende ruimte voorhanden zijn zodat de lucht rond het koelelement kan circuleren.  Breng aan de bovenzijde een warmtegeleideplaat aan (afb. 3 3, pagina 3) zodat de warmte zich niet in het voertuig kan ophopen.  De koelkast moet conform EN 1949 met onafhankelijke beluchting worden ingebouwd, zie hoofdstuk „Koelkast met onafhankelijke beluchting inbouwen” op pagina 119. 118 NL RM122, RM123 7.2 Koelkast inbouwen Koelkast met onafhankelijke beluchting inbouwen Koeltoestellen op gas in caravans of campers in moeten conform EN 1949 met onafhankelijke beluchting worden ingebouwd. Dit betekent dat de verbrandingslucht niet uit de binnenruimte wordt genomen en de afvoergassen niet direct in de woonruimte kunnen dringen. Tussen de achterwand van de koelkast en de binnenruimte van het voertuig moet een geschikte afdichting worden aangebracht. ! WAARSCHUWING! Brandgevaar! Gebruik voor de inbouw met onafhankelijke beluchting geen licht ontvlambaar materiaal zoals silicone-afdichtmassa, montageschuim en dergelijke. De fabrikant raadt aan om een flexibele afdichting te gebruiken om in- en uitbouwen voor onderhoud te vereenvoudigen. ➤ Bevestig de afdichtlippen (afb. 4 1, pagina 3) bijvoorbeeld door lijmen aan een bevestigingslijst achter de koelkast . ➤ Schuif de koelkast bij montage tegen de aanslaglijsten met de afdichtlippen. Hierdoor is de ruimte achter het toestel naar de binnenruimte van het voertuig afgedicht. 7.3 Be- en ontluchtingsopeningen maken I INSTRUCTIE Bij hoge omgevingstemperatuur functioneert de koelkast alleen optimaal, als de be- en ontluchting optimaal is. ➤ Breng een be- en ontluchtingsopening in de buitenwand aan. Neem hierbij de aanwijzingen in acht, zie hoofdstuk „Montage voorbereiden” op pagina 118. Indien het ventilatierooster van de beluchtingsopening niet in een lijn met de ondergrond van de inbouwnis kan worden ingebouwd, moet een beluchtingsopening in de ondergrond worden ingebouwd: ➤ Maak achter de koelkast bij de gasbrander een beluchtingsopening van minstens 40 mm in de ondergrond (afb. 5 1, pagina 4). De beluchtingsbuis moet direct naar buiten leiden. Zo kan uittredend onverbrand gas naar buiten ontwijken. NL 119 Koelkast inbouwen RM122, RM123 ➤ Scherm het einde van de opening af met een bochtstuk zodat tijdens rijden geen modder of vuil kan binnendringen (afb. 6, pag. 4). 7.4 Koelkast bevestigen ➤ Bevestig de koelkast met houten lijsten aan de zijkant: Bevestig de houten lijsten aan de bovenzijde van de koelkast over de gehele diepte van het toestel (afb. 8 1, pagina 5). 7.5 Afvoergasbuis monteren De afvoergasbuis moet de afvoergassen direct naar buiten leiden. ➤ Maak een opening met een diameter van hooguit 70 mm op het punt in de voertuigwand. ➤ Plaats het T-stuk (afb. 9 2, pagina 5) op de opening van de koelkast. ➤ Leid de verlengbuis (afb. 9 1, pagina 5) van de ontluchtingsset van buiten door de opening. De ventilatieafdekking moet de buitenwand van het voertuig raken. Als dit niet het geval is, moet de verlengbuis (afb. 9 1, pagina 5) worden ingekort. A LET OP! Gevaar voor beschadiging! Verleng de afvoergasbuis niet, anders condenseert waterdamp in de afvoergasbuis dat terug het toestel inloopt. De brander kan hierdoor worden beschadigd. I INSTRUCTIE Als de voertuigwand bij de opening niet verticaal of effen is, moet de afdekplaat met niet-brandbaar materiaal (bijvoorbeeld metaal) worden ondersteund. De afdekplaat moet parallel ten opzichte van de koelkastachterwand zijn. Kort de verlengbuis als volgt in: ➤ Schuif verlengbuis (afb. 9 1, pagina 5) en eindstuk (afb. 9 2, pagina 5) in elkaar. ➤ Meet het bereik tussen de ventilatieafdekking en buitenwand (afb. 0 X, pagina 5). ➤ Breng de maat over op het einde van de verlengbuis (afb. 0 Y, pagina 5). 120 NL RM122, RM123 Koelkast inbouwen ➤ Kort de verlengbuis overeenkomstig in. ➤ Bevestig het eindstuk met de opening van de koelkast met een schroef (afb. 9, pag. 5 ) ➤ Dicht de opening af met niet-ontvlambare afdichtmassa (afb. a 1, pagina 5). ➤ Bevestig de afdekplaat met vier schroeven op de buitenwand van het voertuig (afb. 9 3, pagina 5). 7.6 Afdekking boven de koelkastdeur monteren ➤ Schroef aan elke zijde een houtblok met de afmetingen 25 x 66 mm aan beide zijden van de nis. ➤ Monteer de blokken 16 mm naar binnen verschoven zodat de afdekking later in een lijn met het front van de keukenmeubels afsluit (afb. 8 2, pagina 5). ➤ Schroef de afdekking op de blokken. 7.7 Deuraanslag wisselen A LET OP! Gevaar voor beschadiging! Leg de koelkast alleen op de zijkant neer, nooit op de achterzijde. Anders kan het aggregaat worden beschadigd. De koelkast wordt met de deurscharnier aan de rechterkant geleverd. Ga als volgt te werk om de deuraanslag te vervangen: ➤ Draai de koelkast op zijn zijkant. ➤ Trek de draaiknop van de temperatuurregeling eraf. ➤ Maak beide schroeven los en verwijder de onderste afdekking. ➤ Verwijder het bovenste scharnierblad en de afsluitplaat. ➤ Houd het bovenste scharnierblad en de afsluitplaat aan de gewenste zijde, en bevestig ze aan de onderste scharnierplaat van de andere zijde. ➤ Monteer het ventilatierooster met beide schroeven. ➤ Druk de draaiknop van de temperatuurregeling op de spil tot deze vergrendelt. ➤ Wacht enkele uren alvorens de koelkast in gebruik te nemen. NL 121 Koelkast aansluiten RM122, RM123 7.8 Deurdecor vervangen A LET OP! Gevaar voor beschadiging! Leg de koelkast alleen op de zijkant neer, nooit op de achterzijde. Anders kan het aggregaat worden beschadigd. U kunt het deurdecor vervangen. Het deurdecor kan van roestvrijstaal of kunststof laminaat zijn en moet volgende afmetingen hebben: 485 x 350 x 0,5–3 (h x b x d in mm). Vervang het deurdecor als volgt: ➤ Draai de koelkastdeur op de zijkant. ➤ Verwijder drie schroeven aan de onderzijde van de deurlijst. ➤ Trek het decor eruit. ➤ Schuif het nieuwe decor in de opening. ➤ Schroef de drie schroeven we weer in. ➤ Wacht enkele uren alvorens de koelkast in gebruik te nemen. 8 Koelkast aansluiten 8.1 Ontsteker aansluiten (alleen RM123) Gebruik voor de verbinding een kabel met een diameter van 0,5 mm² en een zekering met 0,5 of 1 A. ➤ Verbind de klemmenlijst van de ontsteker met de plus- en minpool van de accu (afb. b 1, pagina 5). 122 NL RM122, RM123 8.2 Koelkast aansluiten Op 12 Vg aansluiten Het toestel wordt met een 12-V-stekker op een 12-V-contactdoos aangesloten. ➤ Sluit de koelkast weer aan conform afb. c, pag. 6. ➤ Beveilig de stuurleiding met een geschikte zekering. ➤ Sluit de stuurleiding aan op geschakelde plus (klem 15). ➤ Bouw tussen koelkast en accu een relais in om te voorkomen dat de accu bij onbedoeld uitschakelen van de motor compleet ontlaadt. 8.3 Op 230 Vw aansluiten (alleen RM123) ! WAARSCHUWING! De elektrische installatie mag alleen door een elektricien conform de nationale voorschriften worden aangesloten. Door ondeskundige aansluiting kunnen grote gevaren ontstaan. Het toestel wordt met een netstekker op een 230-Vw-netcontactdoos aangesloten. De aansluitkabel wordt zonder netstekker geleverd. Laat een passende netstekker alleen door een elektricien aansluiten. De netstekker moet bij de contactdoos in uw voertuig passen en voldoen aan de wettelijke voorschriften in uw land. Laat eventueel op een geschikt punt een passende netcontactdoos installeren. De netcontactdoos moet goed bereikbaar zijn zodat de netstekker indien nodig kan worden uitgetrokken en het toestel daardoor van het net kan worden gescheiden. De indeling van de aansluitkabel is als volgt:  Groen en geel. Massakabel (afb. d 1, pagina 6)  Blauw: Nulleider (afb. d 2, pagina 6)  Bruin: Fase (afb. d 3, pagina 6) NL 123 Koelkast bedienen RM122, RM123 8.4 Op de gastoevoer aansluiten A LET OP!  Het toestel mag alleen door een vakman volgens de geldende voorschriften en normen op de gasvoorziening worden aangesloten.  Gebruik uitsluitend propaan- of butaangasflessen (geen aardgas) met gekeurd drukreduceerventiel en passend kopstuk. Vergelijk de druk op het typeplaatje met de druk op de propaan- of butaangasfles.  Het toestel mag uitsluitend met de op het typeplaatje aangegeven druk worden gebruikt.  Neem a.u.b. de in uw land toegestane drukken in acht. Gebruik een vast ingestelde DIN-DVGW-erkende drukregelaar conform DIN EN 12864.  Neem de normen EN 732 en EN 1949 in acht. De koelkast moet door een afsluitinrichting in de gasleiding afzonderlijk kunnen worden afgesloten. De afsluitinrichting moet goed toegankelijk zijn. ➤ Verbind de koelkast conform afb. e, pag. 7 met de gastoevoer, vast en spanningsvrij. Gebruik een snijringkoppeling conform EN 1949. Een slangaansluiting is niet toegestaan. ➤ Controleer alle verbindingen met lekspray op lekdichtheid. De lekdichtheid is gegarandeerd als er zich geen luchtbellen vormen. 9 Koelkast bedienen ! VOORZICHTIG! Gevaar voor de gezondheid! Als u medicijnen wilt koelen, controleer dan of het koelvermogen van het toestel aan de vereisten van het betreffende medicijn voldoet. A LET OP!  Zorg ervoor dat er zich enkel voorwerpen of waren in de koelkast bevinden die tot de gekozen temperatuur gekoeld mogen worden.  Levensmiddelen mogen alleen in de originele verpakking of in geschikte bakken worden bewaard. 124 NL RM122, RM123 Koelkast bedienen I INSTRUCTIE  Voordat u het nieuwe toestel in gebruik neemt, moet u het uit hygiënische redenen van binnen en van buiten met een vochtige doek reinigen.  Het koelvermogen kan worden beïnvloed door – de omgevingstemperatuur, – de hoeveelheid levensmiddelen die geconserveerd dienen te worden, – het aantal keren dat de deur wordt geopend. 9.1 Koelkast inschakelen Gebruik met gas (RM122) ➤ Open de deur van de koelkast. In het kijkglas (afb. 2 4, pagina 3) ziet u, wanneer de vlam brandt. ➤ Controleer of de gastoevoer is ingeschakeld. ➤ Draai de temperatuurregelaar (afb. f 2, pagina 7) op stand „3“. ➤ Druk de temperatuurregelaar in en houd deze ingedrukt, tot de brander is ontstoken. ➤ Bedien de piëzo-ontsteker (afb. f 1, pagina 7) meerdere keren in een afstand van ca. 2 seconden. ➤ Houd de temperatuurregelaar nog 15 seconden ingedrukt, nadat de brander is ontstoken en een vlam in het kijkglas zichtbaar is. ➤ Daarna is de automatische vlambeveiliging bedrijfsgereed. Gebruik met gas (RM123) ➤ Controleer of de gastoevoer is ingeschakeld alsmede de 230-Vw-aansluitkabel van de netcontactdoos is gescheiden. ➤ Zet de tuimelschakelaar op „I“ (afb. g 1, pagina 7) om de elektronische ontsteking in te schakelen. ✓ De tuimelschakelaar begint te knipperen. ➤ Draai de temperatuurregelaar (afb. g 2, pagina 7) op stand „3“. ➤ Druk de temperatuurregelaar in en houd deze ingedrukt. ✓ Zodra de brander is ontstoken, stopt de tuimelschakelaar met knipperen. NL 125 Koelkast bedienen RM122, RM123 ➤ Houd de temperatuurregelaar nog 15 seconden ingedrukt, nadat de brander is ontstoken. Daarna is de automatische vlambeveiliging bedrijfsgereed. Bedrijf met 230 Vw (alleen RM123) ➤ Controleer of temperatuurregelaar en tuimelschakelaar zijn uitgeschakeld en de 12-Vg-voeding onderbroken is. ➤ Steek de 230-Vw-aansluitkabel in de contactdoos. ➤ Schakel de koelkast in door de temperatuurregelaar (afb. h 1, pagina 7) op een willekeurig niveau in te stellen. Bedrijf met 12 Vg I INSTRUCTIE Scheid de koelkast bij motorstilstand van de accu, aangezien deze anders wordt ontladen. ➤ Controleer of de gastoevoer en de 230-Vw-toevoer onderbroken zijn. ➤ Verbind de 12-V-stekker met de 12-Vg-sigarettenaansluiting. 9.2 Tips om energie te sparen  Laat warme spijzen eerst afkoelen, voordat u ze in het koeltoestel doet.  Open de koelkast niet vaker dan nodig.  Laat de deur niet langer openstaan dan nodig.  Plaats de levensmiddelen zodanig dat de lucht in de koelkast kan circuleren. 9.3 Temperatuur instellen In gasbedrijf ➤ Stel met de temperatuurregelaar (afb. g 2, pagina 7) de temperatuur in: – Stand „3” = hoog koelvermogen – Korte voor stand „0” = laag koelvermogen ➤ Begin de koeling gedurende een uur met koelstand „3”. ➤ Stel dan stand „2” of „1” in om de temperatuur te handhaven. 126 NL RM122, RM123 Koelkast bedienen Bij bedrijf met 12 Vg (RM122, RM123) of 230 Vw (alleen RM123) I INSTRUCTIE Na het inschakelen duurt het ongeveer een uur voordat de ijsschaal tekenen van koeling vertoont. De temperatuurregelaar beschikt over acht instelposities (afb. h 1, pagina 7). ➤ Begin de koeling met de stand „3” of „4”. 9.4 IJsblokjes maken ➤ Vul de ijsschaal tot driekwart hoogte met water. ➤ Plaats de ijsschaal op de verdamper (afb. 2 2, pagina 3) van de koelkast. 9.5 Deurvergrendeling instellen ➤ Druk de pen omlaag om de koelkastdeur tijdens rijden te vergrendelen (afb. i, pag. 7). 9.6 Koelkast ontdooien A I LET OP! Gebruik geen mechanisch gereedschap voor het verwijderen van ijslagen of het losmaken van vastgevroren voorwerpen. INSTRUCTIE Ontdooi de koelkast voor optimale werking elke 7–10 dagen. ➤ Onderbreek de spanning- en gastoevoer. ➤ Leeg de koelkast. ➤ Laat de deur geopend. ✓ Het dooiwater wordt opgevangen door de opvangschaal (afb. 2 3, pagina 3). ➤ Leeg de opvangschaal (afb. 2 3, pagina 3) en plaats deze in de koelkast. NL 127 Verhelpen van storingen 10 RM122, RM123 Verhelpen van storingen Storing Mogelijke oorzaak Voorstel tot oplossing De koelkast werkt niet. De koelkast overschrijdt een hellingshoek van 3°. Lijn de koelkast opnieuw uit. In gasbedrijf: De koelkast werkt niet. De gasfles is leeg. Vervang de gasflessen. In 12-Vg-bedrijf: De koelkast werkt niet. De zekering in de 12-Vg-leiding is defect. Lijn het voertuig horizontaal uit. De gasklep is gesloten. Draai de gasklep open. Vervang de zekering. De schakelaar van de Schakel de schakelaar in. 12-Vg-leiding is uitgeschakeld. In 230-Vw-bedrijf: De koelkast werkt niet. De koelkast koelt onvoldoende. De zekering in het 230-Vw-net is defect. Vervang de zekering. De themostaatregelaar staat op „0”. Draai de thermostaatregelaar in positie „1”, „2” of „3”. De luchtcirculatie rond de ventilator is onvoldoende. Verwijder eventuele delen en afdekkingen. IJsvorming op verdam- Ontdooi de koelkast. per. De temperatuur is te hoog ingesteld. Selecteer een lagere temperatuur. De gasdruk is verkeerd ingesteld. Stel de correcte gasdruk in. De omgevingstempera- Zorg voor een lagere omgetuur is te hoog. vingstemperatuur. Er zijn te veel levensmiddelen tegelijkertijd in de koelkast gedaan. Neem een deel van de levensmiddelen weg. De deur is niet correct gesloten. Sluit de deur. Meer dan een energie- Gebruik slechts een energiebron in gebruik. bron. 128 NL RM122, RM123 Reiniging en onderhoud 11 Reiniging en onderhoud ! A WAARSCHUWING! Scheid voor elke reiniging en verzorging het toestel van het net. LET OP! Gevaar voor beschadiging!  Reinig het koeltoestel nooit onder stromend water of in afwaswater.  Gebruik voor het reinigen geen bijtende schoonmaakmiddelen of harde voorwerpen, aangezien het koeltoestel hierdoor beschadigd zou kunnen raken. ➤ Reinig het toestel van binnen en buiten af en toe met een vochtige doek. ➤ Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen van het toestel vrij zijn van stof en verontreinigingen, zodat de bij het gebruik ontstane warmte kan worden afgevoerd en het toestel niet beschadigd raakt. 12 Garantie De wettelijke garantieperiode is van toepassing. Als het product defect is, wendt u zich tot uw speciaalzaak of tot het filiaal van de fabrikant in uw land (adressen zie achterkant van de handleiding). Voor de afhandeling van de reparatie of garantie dient u de volgende documenten mee te sturen:  een kopie van de factuur met datum van aankoop,  reden van de klacht of een beschrijving van de storing. 13 Afvoer ➤ Laat het verpakkingsmateriaal indien mogelijk recyclen. M NL Als u het product definitief buiten bedrijf stelt, informeer dan bij het dichtstbijzijnde recyclingcentrum of uw speciaalzaak naar de betreffende afvoervoorschriften. 129 Technische gegevens 14 RM122, RM123 Technische gegevens Artikelnr.: Aansluitspanning: RM122 RM123 9105203945, 9105203946, 9105203947 9105203951, 9105203952 12 Vg 230 Vw, 12 Vg Bruto-inhoud: 31 l Nettoinhoud: 28 l Energieverbruik: Gasverbruik: 1,3 kWh/24 h (12 V) 1,3 kWh/24 h (230 V / 12 V) 206 g/24 h Klimaatklasse: N Koelvermogen: tot max. +7 °C Omgevingstemperatuur: Afmetingen h x b x d: Gewicht: 130 +16 °C tot +32 °C 585 x 380 x 440 mm 15 kg NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248
  • Page 249 249
  • Page 250 250
  • Page 251 251
  • Page 252 252
  • Page 253 253
  • Page 254 254
  • Page 255 255
  • Page 256 256
  • Page 257 257
  • Page 258 258
  • Page 259 259
  • Page 260 260
  • Page 261 261
  • Page 262 262
  • Page 263 263
  • Page 264 264
  • Page 265 265
  • Page 266 266
  • Page 267 267
  • Page 268 268
  • Page 269 269
  • Page 270 270
  • Page 271 271
  • Page 272 272
  • Page 273 273
  • Page 274 274
  • Page 275 275
  • Page 276 276
  • Page 277 277
  • Page 278 278
  • Page 279 279
  • Page 280 280
  • Page 281 281
  • Page 282 282
  • Page 283 283
  • Page 284 284
  • Page 285 285
  • Page 286 286
  • Page 287 287
  • Page 288 288
  • Page 289 289
  • Page 290 290
  • Page 291 291
  • Page 292 292
  • Page 293 293
  • Page 294 294
  • Page 295 295
  • Page 296 296
  • Page 297 297
  • Page 298 298
  • Page 299 299
  • Page 300 300
  • Page 301 301
  • Page 302 302
  • Page 303 303
  • Page 304 304
  • Page 305 305
  • Page 306 306
  • Page 307 307
  • Page 308 308
  • Page 309 309
  • Page 310 310
  • Page 311 311
  • Page 312 312
  • Page 313 313
  • Page 314 314
  • Page 315 315
  • Page 316 316
  • Page 317 317
  • Page 318 318
  • Page 319 319
  • Page 320 320
  • Page 321 321
  • Page 322 322
  • Page 323 323
  • Page 324 324
  • Page 325 325
  • Page 326 326
  • Page 327 327
  • Page 328 328

Dometic RM122, Dometic RM123 de handleiding

Categorie
Koelboxen
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor