SOLO 10

AEG SOLO 10, SOLO 10 TA541006W de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de AEG SOLO 10 de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
1
1 ONZE ZORG
Wij willen u bedanken voor de aankoop van dit product. Bij de ontwikkeling en montage van dit product
stonden u en het milieu centraal. Daarom krijgt u bij dit product een verkorte installatiehandleiding,
zodat er minder papier wordt gebruikt en er dus minder bomen moeten worden gekapt. Een volledige
en gedetailleerde gebruikershandleiding met alle kenmerken is te vinden op onze website www.
aegtelephones.eu. Download de volledige gebruikershandleiding voor het geval u gebruik wilt maken
van alle geavanceerde functies van uw product. Om het milieu te sparen vragen wij u om deze volledige
gebruikershandleiding niet af te drukken. Bedankt dat u ons steunt in onze zorg voor het milieu.
2 GEBRUIKSDOEL
Deze telefoon is bedoeld voor aansluiting op een openbaar analoog telefoonnetwerk of een analoge
uitbreiding van een compatibel PBX-systeem.
3 UW TELEFOON INSTALLEREN
3.1 Aansluiten van het basisstation (zie P4)
tHet netsnoer (15) en het telefoonsnoer (14) op het basisstation aansluiten.
tSteek de adapter in een 100 - 240Vac, 50 - 60Hz stopcontact en sluit de telefoonlijn aan op een
telefoonaansluiting.
tGebruik uitsluitend de meegeleverde kabels.
Waarschuwing:
Gebruik uitsluitend de meegeleverde adapter. Gebruik van andere voeding kan het toestel beschadigen.
Waarschuwing:
Plaats het basisstation binnen handbereik van het stopcontact. Probeer nooit om het netsnoer te
verlengen.
Opmerking:
Het basisstation moet altijd op het stopcontact aangesloten blijven.
3.2 De oplaadbare batterijen installeren en opladen (zie P5)
tPlaats de 2 meegeleverde batterijen in het batterijvak en let daarbij op de juiste polariteit (zie de
markering in het batterijvak).
tPlaats het batterijdeksel in de lipjes met de inkepingen die zich op de randen van het achterpaneel
bevinden en druk de klep aan totdat deze vastklikt.
tPlaats de handset op het basisstation en laadt de handset 15 uur op voordat u het apparaat de eerste
keer gebruikt.
>De handset geeft een geluidssignaal wanneer het goed op het basisstation of de oplader is geplaatst.
>De batterij-oplaadindicator op het basisstation of de oplader licht rood op als aanduiding dat de
batterijen worden opgeladen.
Waarschuwing:
Gebruik uitsluitend de meegeleverde oplaadbare NiMH-batterijen.
Opmerking:
De handset kan warm worden wanneer de batterijen worden opgeladen of tijdens langdurig gebruik.
Dit is normaal en duidt niet op een defect.
OPGELET
Explosiegevaar indien de batterijen worden vervangen door een verkeerd type.
Gooi gebruikte batterijen weg volgens de geldende milieurichtlijnen.
2
NL
3.3 Verbinding handset & basisstation
tBij aankoop zijn alle handsets al aangemeld bij het basisstation en maken automatisch verbinding
wanneer ze worden ingeschakeld.
tOm uw draadloze handset en basisstation samen te gebruiken, moet u een radioverbinding tussen
beide toestellen maken. Het signaal tussen de handset en het basisstation is in overeenstemming met
de normale normen voor een DECT-telefoon. Maximale bereik is tot 300 meter buitenshuis en 50 meter
binnenshuis. Let op:
>Grote metalen voorwerpen, zoals koelkasten, spiegels of kasten tussen de handset en het basisstation
kunnen het radiosignaal blokkeren.
>Solide structuren, zoals muren, kunnen de signaalsterkte reduceren.
>Elektrische apparatuur kan storingen veroorzaken en/of het bereik beïnvloeden.
tPlaats het basisstation niet te dicht bij een andere telefoon, tv of audio-apparatuur; dit kan leiden tot
interferentie.
tHoe hoger het basisstation staat, hoe beter het signaal.
tBuiten bereik waarschuwing. Als u tijdens een gesprek een waarschuwingstoon hoort en/of het geluid
in de handset vaag of vervormd wordt, bent u mogelijk buiten bereik van het basisstation. Ga binnen 20
seconden dichter bij de basisstation staan; anders kan de verbinding worden verbroken.
4 UW TELEFOON LEREN KENNEN
4.1 Overzicht van uw handset (zie P1)
#
Symbool Betekenis
1
Vanuit standby indrukken om het hoofdmenu te openen.
Indrukken om een item te selecteren of een invoer of instelling op te slaan.
2
Vanuit de menu-modus indrukken om naar boven te scrollen.
Tijdens een gesprek of afspelen van bericht indrukken om het volume te verhogen.
Vanuit standby indrukken om de bellijst te openen.
3
Indrukken om te bellen of een gesprek aan te nemen.
Tijdens een gesprek of afspelen van bericht indrukken om te schakelen tussen
luidspreker en hoornluidspreker.
4
Ingedrukt houden om toetsenblokkering in- of uit te schakelen.
5
Tijdens een gesprek indrukken om een Flash-signaal voor netwerkdiensten te versturen.
6 Vanuit standby indrukken om de kieslijst te openen.
7
Vanuit de standby of tijdens een gesprek indrukken voor een intercom-oproep of
een gesprek door te schakelen.
8
Indrukken om een handeling te annuleren.
Vanuit voorkiezen indrukken om het laatste cijfer te wissen.
Tijdens een gesprek indrukken om de microfoon te dempen, opnieuw indrukken
om gesprek te hervatten.
9
Vanuit de menu-modus indrukken om naar beneden te scrollen.
Tijdens een gesprek of afspelen van bericht indrukken om het volume te verlagen.
Vanuit standby indrukken om telefoonboek te openen.
10
Tijdens gesprek indrukken om gesprek af te breken.
Tijdens instellen indrukken om te annuleren en af te sluiten zonder wijzigingen.
Vanuit de standby ingedrukt houden om de handset aan/uit te schakelen.
11
Ingedrukt houden om de bel van de handset uit te schakelen.
Ingedrukt houden om een pauze in te voegen tijdens het kiezen, of om een
nummer in te voeren in het telefoonboek.
3
4.2 Display-iconen en symbolen (zie P2)
Symbool Betekenis
Geeft aan dat de batterij bijna leeg is.
Geeft aan dat de batterij volledig geladen is.
Knippert als de batterij zwak is.
Verschijnt als de lijn bezet is.
Knippert bij een binnenkomend gesprek.
Geeft aan dat een nieuwe voicemail is binnengekomen*.
Knippert als u oproepen hebt gemist, of wanneer de bellijst wordt bekeken.
Verschijnt als het telefoonboek wordt geopend.
Verschijnt als de alarmfunctie is ingeschakeld.
Verschijnt wanneer de bel van de handset is uitgeschakeld.
Verschijnt als de handset is aangemeld en binnen het bereik van het basisstation is.
Knippert als de handset buiten bereik is of naar een basisstation zoekt.
Verschijnt als de handset in de luidsprekermodus staat.
Gaat aan als de bevestiging van een keuze of instelling beschikbaar is.
Gaat aan tijdens bewerken telefoonboek om laatste cijfer te wissen.
Gaat aan in menumodus wanneer u kunt teruggaan naar vorige stand of vorige stap.
* Om deze functie te kunnen gebruiken moet u geabonneerd zijn op nummerweergave van uw
telecomaanbieder. Mogelijk moet hiervoor worden betaald.
4.3 Basisstation (zie P3)
#
Symbool Betekenis
12
Brandt rood tijdens het opladen.
13
Indrukken om alle aangemelde handsets te zoeken/op te roepen. Deze toets of een
andere willekeurige toets op de handset opnieuw indrukken om het oproepen af te
sluiten. Ingedrukt houden om het aanmeldingsproces te beginnen.
4.4 Menu-overzicht en menu-navigatie
tDruk vanuit het startscherm op
om het “TELEFOONBOEK” (PHONEBOOK), te openen. Dit is de
eerst optie in het hoofdmenu.
tDruk op
of om naar andere opties in de menulijst te gaan.
tDruk op
om een submenu of functie te openen.
tDruk op
om terug te gaan naar het vorige niveau.
tDruk op
om de huidige bewerking te annuleren en terug te keren naar het startscherm.
Opmerking:
Als gedurende 15 seconden geen toetsen ingedrukt worden, keert de handset automatische terug naar
de standby.
4.5 Tekst en nummers invoeren
De onderstaande tabel toont hoe U karakters kan ingeven door de toetsen op het alfanumerieke
toetsenbord herhaaldelijk in te drukken. Dit is handig bij het opslaan van een naam in het telefoonboek
of het hernoemen van uw handset.
4
NL
Bijvoorbeeld: het invoeren van de naam Tom:
T Druk één keer op 8
O Druk drie keer op 6
M Druk één keer op 6
In de bewerkingsmodus wordt de cursor getoond om de huidige positie van de tekstinvoer aan te geven.
De cursor staat rechts van het laatst ingevoerde leesteken.
Suggesties voor invoer:
Wanneer een leesteken is geselecteerd, verplaats de cursor na een korte pauze naar de volgende positie.
Druk op
om het laatste leesteken te verwijderen.
5 INSTELLING VAN DE TAAL
Uw handset ondersteunt verschillende talen.
tDruk vanuit het startscherm op
.
tDruk op
en selecteer “PERS. INSTEL” (PERSONAL SET) en druk dan op om te selecteren.
tDruk op
en selecteer “TAAL” (LANGUAGE) en druk dan op om te selecteren.
tDruk op
om de gewenste taal te selecteren en druk dan op om te bevestigen.
>Een bevestigingstoon wordt weergegeven.
tDruk op
om terug te gaan naar standby.
Opmerking:
Als de taal is ingesteld, wordt het menu op de handset meteen overgeschakeld naar de geselecteerde taal.
6 UW TELEFOON GEBRUIKEN
6.1 Telefoneren
6.1.1 Voorkiezen
tKies een telefoonnummer (maximaal 24 cijfers).
tDruk op
als u een fout maakt om het laatste cijfer te wissen.
tDruk op
om het nummer te bellen.
6.1.2 Direct kiezen
tDruk op
.
tKies een nummer (maximaal 24 cijfers).
6.1.3 Bellen vanuit de nummerherhalingslijst
tDruk in standby op
.
>Het laatst gebelde nummer wordt getoond.
tDruk op
om het gewenste item in de nummerherhalingslijst te selecteren en druk op om het
nummer te bellen.
6.1.4 Bellen vanuit de oproeplijst
tDruk in standby op
.
tDruk op
om het gewenste item in de bellijst te selecteren en druk op om het nummer in de
bellijst te bellen.
Opmerking:
U moet geabonneerd zijn op de Nummerherkenning om het nummer of de naam van de beller in de
oproeplijst te kunnen zien.
5
6.1.5 Bellen vanuit het telefoonboek
tDruk in standby op
.
tDruk op
om het gewenste item in het telefoonboek te selecteren en druk op om het
geselecteerde nummer te bellen.
6.2 Gesprek beantwoorden en beëindigen
tAls er gebeld wordt, druk dan op
.
tDruk op
om een gesprek te beëindigen.
Waarschuwing:
Bij een inkomend gesprek de handset niet te dicht bij uw oor houden, omdat het volume van de beltoon
uw gehoor zou kunnen beschadigen.
Opmerking:
U kunt de handset normaal terug plaatsen op het basisstation of de oplader na afloop van een gesprek.
6.3 Handset Speakerphone
Tijdens een gesprek kunt u op
drukken om te schakelen tussen de hands-free luidspreker en de
handsetluidspreker.
6.4 Volume handsetluidspreker bijstellen
Er zijn 3 volumeniveau’s voor de handsetluidspreker.
tDruk tijdens een gesprek op
om “VOLUME 1” (VOLUME 1) tot “VOLUME 3” (VOLUME 3) te
selecteren.
>De huidige instelling wordt getoond.
>Wanneer u het gesprek beëindigt, blijft de instelling op de laatst gekozen niveau.
6.5 Luidsprekervolume instellen
Er zijn 5 volumeniveau’s voor de luidspreker.
tDruk tijdens een gesprek op
om “VOLUME 1” (VOLUME 1) tot “VOLUME 5” (VOLUME 5) te
selecteren.
>De huidige instelling wordt getoond.
>Wanneer u het gesprek beëindigt, blijft de instelling op de laatst gekozen niveau.
6.6 Microfoon in- of uitschakelen
Wanneer de microfoon is uitgeschakeld, toont het display van de handset “GELUID UIT” (MUTE ON). De
beller kan u niet horen.
Druk tijdens het gesprek op
om de microfoon aan/uit te schakelen.
6.7 Paging
Met de paging-functie kunt u een zoekgeraakte handset opsporen als de handset binnen bereik van de
basis is en een geladen batterij heeft.
tDruk op
onder het basisstation.
>Alle geregistreerde handsets binnen bereik worden opgeroepen.
U kunt paging stoppen door op een willekeurige toets of de handset te drukken of druk opnieuw op de
onder het basisstation.
6.8 De handset Aan/Uit-schakelen
tHoud vanuit standby de
toets langer dan 2 seconden ingedrukt om de handset aan/uit te schakelen.
>Het display toont “ZOEKEN...” (SEARCHING…) totdat de handset het basisstation vindt bij het
inschakelen.
Opmerking:
Als u de handset enige tijd niet gebruikt en deze niet op het basisstation of de oplader is geplaatst, kunt
u de handset uitschakelen om de batterij te sparen.
6
NL
BELANGRIJK:
Wanneer de handset is uitgeschakeld, kan deze niet worden gebruikt om te bellen, inclusief noodoproepen.
De handset belt niet bij een inkomende oproep. Om een oproep te beantwoorden moet u de handset
weer inschakelen en het kan enige tijd duren voordat de handset opnieuw een radioverbinding heeft met
het basisstation.
6.9 De toetsen vergrendelen/ontgrendelen
U kunt de toetsen vergrendelen om te voorkomen dat u per ongeluk belt of toetsen indrukt.
tVanuit standby
3 seconde ingedrukt houden om de toetsen te vergrendelen.
>Het display van de handset toont “TOETS.GEBL” (KEYS LOCKED).
tDe toets
opnieuw indrukken om de toetsen te ontgrendelen.
Opmerking:
Inkomende gesprekken kunnen normaal beantwoord worden als de toetsen vergrendeld zijn.
7 TELEFOONBOEK
Uw telefoon kan maximaal 100 nummers bevatten, die opgeslagen en bekeken kunnen worden door
een handset die is aangemeld op het basisstation. Maar het telefoonboek kan slechts door één handset
gelijktijdig worden geopend. Elk item in het telefoonboek mag bestaan uit maximaal 24 cijfers voor de
telefoonnummers en 12 leestekens voor de naam.
7.1 Een contactpersoon opslaan in het telefoonboek
tDruk vanuit het startscherm op
.
tDruk opnieuw op
om “TELEFOONBOEK” (PHONEBOOK) te selecteren.
tDruk op
om “NWE GEGEVENS” (NEW ENTRY) te selecteren.
tVoer de naam van het contactpersoon in (maximaal 12 leestekens) met het toetsenpaneel.
tDruk op
als u een fout maakt om het laatst ingevoerde leesteken te wissen.
tDruk op
om de invoer van de naam te bevestigen.
tVoer het nummer van het contactpersoon in (maximaal 24 leestekens) met het toetsenpaneel.
tDruk op
als u een fout maakt om het laatst ingevoerde cijfer te wissen.
tDruk op
om te bevestigen.
>Een bevestigingstoon wordt weergegeven.
tDruk op
om terug te gaan naar standby.
Opmerking:
U kunt geen nummers in het telefoonboek opslaan als het geheugen vol is. In dat geval dient u eerder
ingevoerde nummers te wissen om ruimte te maken voor nieuwe nummers. Bij het opslaan van het nummer,
het volledige nummer invoeren, inclusief het netnummer als u geabonneerd bent op nummerweergave.
Anders wordt de naam niet getoond bij een inkomend gesprek.
7.2 Telefoonboek openen
tDruk vanuit het startscherm op
.
tDruk opnieuw op
om “TELEFOONBOEK” (PHONEBOOK) te selecteren.
tOf u kunt vanuit de standby ook op
drukken om het telefoonboek te openen.
tDruk op
om de “BELLIJST” (LIST) te openen en druk op om te selecteren.
>De lijst in het telefoonboek wordt in alfabetische volgorde getoond.
tDruk op
om door de lijst te bladeren.
tDruk op
om de details van de geselecteerde item te bekijken.
tDruk op
om terug te gaan naar standby.
Opmerking:
In plaats van met
naar een item in het telefoonboek te gaan, kunt u ook op de cijfertoets drukken
corresponderend met de eerste letter van de naam die u zoekt.
Door bijvoorbeeld te drukken op 2 ziet u de invoerwaarden die beginnen met A. Door opnieuw te drukken
op 2 ziet u de invoerwaarden die beginnen met B, etc. Druk dan eventueel op
om de gewenste
naam te vinden.
7
8 NUMMERWEERGAVE (AFHANKELIJK VAN ABONNEMENT)
Als u geabonneerd bent op de nummerweergave (Calling Line Identification) bij uw telecomprovider, dan
verschijnt het telefoonnummer van de beller op het display van de handset wanneer er een inkomende
oproep is. Het nummer wordt vervolgens opgeslagen in de Oproeplijst (Call Log).
Als het nummer en de naam van de beller in het telefoonboek is opgeslagen, wordt de naam ook op de
handset getoond en dan opgeslagen in de Oproeplijst (Call Log).
Opmerking:
Als gebeld wordt door iemand van wie het nummer niet beschikbaar is, of als u niet geabonneerd bent
op nummerweergave, dan toont het display “NIET BESCH.” (UNAVAILABLE) bij het binnenkomende
gesprek.
Gegevens over binnenkomende oproepen hangen af van het land en de telecomaanbieders.
8.1 Oproeplijst
In de Oproeplijst (Call Log) worden de laatste 10 externe oproepen bewaard, ongeacht of u de oproepen
hebt beantwoord.
Als meerdere keren door hetzelfde nummer is gebeld, wordt alleen de laatste oproep bewaard.
Wanneer de Oproeplijst (Call Log) vol is, wordt de oudste oproep vervangen door de laatste oproep.
8.1.1 Oproeplijst openen
tDruk vanuit het startscherm op
.
tDruk op
om door de lijst te bladeren.
>De oproepen worden in chronologische volgorde getoond, met de meest recente oproepen
bovenaan de lijst.
9 HERHAALLIJST
De laatste 5 gebelde nummers worden opgeslagen in de herhaallijst. Maximaal 24 cijfers kunnen voor een
nummer getoond worden.
9.1 De Herhaallijst openen
tDruk vanuit het startscherm op
.
tDruk op
om door de herhaallijst te bladeren.
>Het laatst gebelde nummer staat bovenaan de herhaallijst.
10 HET TOESTEL RESETTEN
Met deze functie kunt u de telefoon terugzetten in de standaard instellingen.
Opmerking:
Bij het resetten van de telefoon worden alle persoonlijke instellingen, oproeplijst, en herhaallijstnummers
gewist, en het toestel keert terug naar de standaard instellingen. Uw telefoonboek blijft na het resetten
echter bewaard. Als uw toestel over een antwoordapparaat beschikt, blijven opgenomen berichten
ongewijzigd, maar alle andere instellingen worden gereset.
tDruk vanuit het startscherm op
.
tDruk op
en ga naar “GEAVANC.INST” (ADVANCED SET) en druk dan op om te selecteren.
tDruk op
en selecteer “RESETTEN” (RESET) en druk dan op om te selecteren.
tDruk opnieuw op
om te bevestigen.
>Een toon is te horen als bevestiging, en het toestel wordt teruggezet in de standaard instellingen.
8
NL
11 REINIGING EN ZORG
Reinig geen onderdelen van het toestel met benzeen, thinners of andere chemicaliën met oplosmiddelen.
Hierdoor kan permanente schade ontstaan die niet onder de garantie valt.
Reinig het toestel wanneer nodig met een vochtige doek.
Houd uw toestel uit de buurt van hete, vochtige omstandigheden of fel zonlicht en laat het niet nat worden.
12 GARANTIE EN SERVICE
De telefoon wordt geleverd met een garantie van 24 maanden vanaf de aankoopdatum vermeld op uw
aankoopbon. Onder deze garantie vallen geen storingen of defecten als gevolg van ongevallen, verkeerd
gebruik, normale slijtage, onachtzaamheid, storingen in de telefoonlijn, blikseminslag, knoeien met
de apparatuur of pogingen om het toestel aan te passen of te repareren die niet door goedgekeurde
servicepunten zijn uitgevoerd.
Bewaar uw aankoopbon; dat is uw garantiebewijs.
12.1 Tijdens de garantieperiode
tKoppel het basisstation los van de telefoonlijn en de netvoeding.
tDoe alle onderdelen van uw telefoonsysteem in de originele verpakking.
tBreng het toestel terug naar de winkel waar u het hebt gekocht en neem uw aankoopbon mee.
tVergeet ook de netvoedingsadapter niet. (indien van toepassing)
12.2 Na de garantieperiode
Als het toestel niet meer onder garantie valt, kunt u contact met ons opnemen via www.aegtelephones.eu
Dit product werkt alleen met oplaadbare batterijen. Als u niet-oplaadbare batterijen in de handset
gebruikt en de handset op het basisstation plaatst, wordt de handset beschadigd. Dit is NIET gedekt
door de garantie.
13 BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Volg deze veiligheidsaanwijzijgen op bij gebruik van uw telefoon om het gevaar van brand, elektrische
schokken, of persoonlijk letsel te voorkomen:
tDe aanwijzingen aandahctig doorlezen.
tAlle waarschuwingen en aanwijzingen op het apparaat in acht nemen.
tVerwijder de stekker uit het stopcontact alvorens het apparaat schoon te maken. Gebruik geen vloeibare
reinigers of aerosol producten. Gebruik een vochtige doek om het apparaat schoon te maken.
tHet apparaat niet gebruiken in de buurt van hitte, vochtige omstandigheden of sterk zonlicht, en
voorkom dat het apparaat nat wordt (niet bij bad, gootsteen of zwembad gebruiken).
tStopcontacten en verlengsnoeren niet overbelasten om het gevaar van brand of elektrische schok te
vermijden.
tVerwijder de stekker uit het stopcontact in de volgende omstandheden:
>Wanneer netsnoer of de stekker is beschadigd of versleten.
>Als het toestel niet normaal functioneert ondanks dat de gebruiksaanwijzingen worden opgevolgd.
>Als het product is gevallen of de behuizing is beschadigd.
>Als het product niet meer normaal functioneert.
tHet toestel NOOIT buiten gebruiken bij onweer. Koppel het basisstation los van de telefoonlijn en de
netvoeding als er onweer is bij u in de omgeving. Schade veroorzaakt door onweer is niet gedekt door
de garantie.
tDeze telefoon niet gebruiken om een gaslek te melden wanneer u in de nabijheid bent van een gasleiding.
tGebruik alleen de meegeleverde NiMH (nikkel-metaalhydride) batterijen. Er is explosiegevaar als de
batterij met een verkeerd type batterij wordt vervangen. Het gebruik van andere soorten batterijen of
niet-oplaadbare batterijen/cellen kan gevaarlijk zijn. Elektrische apparatuur kan storingen veroorzaken
en/of het toestel beschadigen. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die
ontstaat door het niet opvolgen van de aanwijzingen.
9
tGebruik geen opladers van derden. Dit kan de batterijen beschadigen.
tControleer of de batterijen met de juiste polariteit zijn geplaatst.
tBatterijen volgens de plaatselijke voorschriften inleveren. De batterij niet aan vuur blootstellen, in water
onder dompelen, demonteren, beschadigen of doorboren.
14 CE-VERKLARING
Dit product voldoet aan de essentiële vereisten en andere relevante voorschriften van de
R&TTE -richtlijn 1999/5/EC.
U vindt de Conformiteitsverklaring op: www.aegtelephones.eu
15 HET TOESTEL AFDANKEN (MILIEU)
Aan het einde van de levensduur van het product mag u dit product niet weggooien met het normale
huishoudafval, maar moet u het product naar een inzamelingspunt voor de recycling van elektrische
en elektronische apparatuur brengen. Dat wordt aangegeven met het symbool op het product, in de
gebruikershandleiding en/of op de verpakking. Sommige productmaterialen kunnen worden hergebruikt
als u ze naar een inzamelingspunt brengt. Door sommige onderdelen of grondstoffen van gebruikte
producten aan te bieden voor hergebruik levert u een belangrijke bijdrage aan de bescherming van het
milieu. Neem contact op met de plaatselijke autoriteiten voor meer informatie over de inzamelingspunten
in uw regio.
De batterijen moeten worden verwijderd voordat het toestel wordt weggegooid. Gooi de batterijen
op een milieuvriendelijke manier weg, volgens de voorschriften van uw land.
1/106