AEG Voxtel D210 de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de AEG Voxtel D210 de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
44
1 ONZE ZORG
Wij willen u bedanken voor de aankoop van dit product. Bij de ontwikkeling en montage van dit product
stonden u en het milieu centraal. Daarom krijgt u bij dit product een verkorte installatiehandleiding,
zodat er minder papier wordt gebruikt en er dus minder bomen moeten worden gekapt. Een volledige,
gedetailleerde gebruikershandleiding met beschrijvingen van alle functies vindt u op onze website,
www.aegtelephones.eu. Hier kunt u de gebruikershandleiding integraal downloaden zodat u alle
geavanceerde functies van uw product kunt gebruiken. Met het oog op het milieu zouden wij u evenwel
willen verzoeken om de volledige handleiding niet af te drukken. Bedankt dat u ons steunt in onze zorg
voor het milieu.
2 BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Wanneer u uw telefoon gebruikt, dient u steeds enkele fundamentele veiligheidsvoorschriften in acht te
nemen om het risico op brand, elektrische schokken en letsels te beperken:
1. Lees alle instructies en zorg dat u ze begrijpt.
2. Houd rekening met alle waarschuwingen en instructies die op het product zijn vermeld.
3. Trek de netvoedingsadapter uit het stopcontact alvorens u het toestel reinigt. Gebruik geen vloeibare
reinigingsmiddelen of spuitbussen. Gebruik een vochtige doek om het toestel te reinigen.
4. Houd uw telefoon uit de buurt van warme, vochtige omgevingen of direct zonlicht, maak het toestel
niet nat en gebruik het niet in de buurt van water (bad, gootsteen, zwembad enz.).
5. Zorg dat u de stopcontacten en verlengkabels niet overbelast om brand en elektrische schokken te
vermijden.
6. Haal dit product in de volgende omstandigheden uit het stopcontact:
tBij schade aan het netsnoer of de stekker.
tAls het product niet normaal werkt bij toepassing van de gebruiksinstructies.
tAls men het product heeft laten vallen en de behuizing beschadigd is.
tAls de prestaties van het product drastisch gewijzigd zijn.
7. Gebruik uw telefoon NOOIT buiten tijdens een onweersbui. Koppel het toestel los van de telefoonlijn
en het stopcontact wanneer het onweert in uw omgeving. Schade door blikseminslag wordt niet
gedekt door de garantie.
8. Gebruik de telefoon niet om een gaslek te melden wanneer u zich in de buurt van het lek bevindt.
9. Gebruik alleen de meegeleverde NiMH-batterijen (nikkelmetaalhydride)!
10. Het gebruik van andere batterijtypes of niet-oplaadbare batterijen/primaire cellen kan gevaarlijk zijn.
Dat kan leiden tot interferentie en/of schade aan het toestel of de omgeving. De fabrikant kan niet
aansprakelijk worden gesteld voor schade door het niet-naleven van deze voorschriften.
11. Gebruik geen laders van andere fabrikanten. Zij kunnen de batterijen beschadigen.
12. Zorg dat de batterijen volgens de juiste polariteit zijn geplaatst.
13. Doe batterijen veilig weg. U mag ze niet onderdompelen in water, verbranden of achterlaten op
plaatsen waar ze mogelijk doorboord worden.
3 BEDOELD GEBRUIK
Deze telefoon is bedoeld voor aansluiting op een openbaar analoog telefoonnetwerk of een analoge
verlenging van een compatibel PBX-systeem.
4 DE VERPAKKING VAN UW TELEFOON VERWIJDEREN
De verpakking bevat het volgende:
tIBOETFU
t4QJSBBMTOPFSWBOEFIBOETFU
t#BTJTTUBUJPO
t%SBBEMP[FIBOETFU
t0QMBEFSNFUWPFEJOHTBEBQUFS
t7PFEJOHTBEBQUFSWPPSIFUCBTJTTUBUJPO
45
NL
t5FMFGPPOTOPFS
t0QMBBECBSF"""CBUUFSJKFO
t(FCSVJLFSTIBOEMFJEJOH
Bewaar het verpakkingsmateriaal op een veilige plek zodat u het later kunt gebruiken als u het toestel
moet vervoeren.
5 UW TELEFOON
5.1 Overzicht draadloze handset (zie P1)
# Betekenis
1
Toets voor omhoog
tIn de standby-modus: indrukken om de oproeplijst te openen
tIn menumodus: indrukken om omhoog te gaan in het menu
tIn telefoonboek / herhaallijst / oproeplijst: indrukken om omhoog te gaan in de lijst
tTijdens een oproep: indrukken om het volume van de handset te verhogen
tTijdens het rinkelen: indrukken om het belvolume te verhogen
2
Softtoets rechts (wissen/terug/dempen/intercom)
tIn hoofdmenumodus: indrukken om naar het standby-display te gaan
tIn submenumodus: indrukken om naar het vorige niveau te gaan
tIn submenumodus: ingedrukt houden om terug te keren naar het standby-display
tIn de bewerkings-/voorkiesmodus: indrukken om een teken/cijfer te wissen
tIn de bewerkings-/voorkiesmodus: ingedrukt houden om alle tekens / cijfers te wissen
tTijdens een oproep: indrukken om de microfoon uit te schakelen/te activeren
tIn de standby-modus: indrukken om een intern gesprek te voeren met een andere
handset
3
Toets voor UIT / inhaken
tTijdens een oproep: indrukken om een oproep te beëindigen om terug te gaan naar
het standby-display
tIn de menu-/bewerkingsmodus: indrukken om terug te gaan naar het vorige menu
tIn de standby-modus: Ingedrukt houden om de handset uit te schakelen
tIn de standby-modus (wanneer de handset is uitgeschakeld): Ingedrukt houden om
de handset in te schakelen
4
R
Flash-toets
tIn de standby-/voorkiesmodus: indrukken om een flash in te voegen
tTijdens een oproep: indrukken om een flashsignaal te genereren
5
Handenvrij-toets
tTijdens een oproep: indrukken om de luidspreker in/uit te schakelen
tContactpersoon in oproeplijst / telefoonboek: indrukken om te bellen met de
luidspreker
tTijdens het rinkelen: indrukken om een oproep te beantwoorden met de luidspreker
6
Toets voor omlaag (opnieuw kiezen/omlaag)
tIn de standby-modus: indrukken om de herhaallijst te openen
tIn menumodus: indrukken om omlaag te gaan in het menu
tIn telefoonboek / herhaallijst / oproeplijst: indrukken om omlaag te gaan in de lijst
tTijdens een oproep: indrukken om het volume van de handset te verlagen
tTijdens het rinkelen: indrukken om het belvolume te verlagen
7
Afhaaktoets
tIn de standby-/voorkiesmodus: indrukken om te telefoneren
tIn de herhaallijst / de oproeplijst / het telefoonboek: indrukken om te bellen naar het
weergegeven nummer
tTijdens het rinkelen: indrukken om een oproep te beantwoorden
46
8
O
K
Softtoets links (menu/ok)
tIn de standby-modus: indrukken om het hoofdmenu te openen
tIn submenumodus: indrukken om de selectie te bevestigen
tTijdens een oproep: indrukken om de intercom / het telefoonboek / de herhaallijst /
de oproeplijst te gebruiken
5.2 Display draadloze handset (zie P2)
Het lcd-scherm geeft informatie over de huidige status van de telefoon.
# Betekenis
Brandt wanneer de handset binnen bereik van het basisstation is.
Knippert wanneer hij buiten bereik van het basisstation is of niet geregistreerd is
op het basisstation.
Brandt wanneer een intern gesprek wordt gevoerd.
Knippert bij een inkomende interne oproep.
Geeft aan dat er een gesprek wordt gevoerd met die handset.
Geeft aan dat de luidspreker wordt gebruikt.
Geeft aan dat de beltoon van de handset is uitgeschakeld.
Brandt wanneer er een alarm is ingesteld.
Knippert wanneer het alarm weerklinkt.
Geeft aan dat het toetsenbord is vergrendeld.
Geeft aan dat u een nieuw voicemailbericht hebt.
(Dit is een nummerweergavedienst van de netwerkoperator).
Geeft aan dat de batterij volledig is opgeladen.
Het hele pictogram knippert wanneer de batterij wordt opgeladen.
Het binnenste deel van het pictogram knippert wanneer de batterij zich in de
laatste laadfase bevindt.
Geeft aan dat de batterij moet worden opgeladen.
Knippert bij een laag batterijniveau.
Geeft aan dat er meer tekens of cijfers staan vóór de tekens/cijfers die worden
weergegeven.
Geeft aan dat er meer tekens of cijfers staan na de tekens/cijfers die worden
weergegeven.
Softtoets links: indrukken om het hoofdmenu te openen.
Softtoets links: indrukken om de selectie te bevestigen.
Geeft een nieuwe oproep in de oproeplijst aan.
Geeft aan dat er hoger of lager in de lijst nog meer opties zijn.
Softtoets rechts: indrukken om een intern gesprek te starten.
Softtoets rechts: indrukken om terug te keren naar het vorige menuniveau (terug) of
de huidige actie te annuleren.
Softtoets rechts: druk op het alarm of demp/activeer de microfoon tijdens een
gesprek.
47
NL
5.3 Bedraad basisstation
# Betekenis
9 M1-M5
M1-M5 Directe geheugentoetsen
Druk om het nummer te bellen dat onder de geheugentoets is opgeslagen.
10
O
K
Menu/OK
In de standby-modus: indrukken om het hoofdmenu te openen.
In submenumodus: indrukken om de selectie te bevestigen.
In de nummerherhaallijst / Oproeplog: indrukken voor submenu.
11
C/Dempen
In hoofdmenumodus: indrukken om naar het standby-display te gaan.
In submenumodus: indrukken om naar het vorige niveau te gaan.
In de bewerkings-/voorkiesmodus: indrukken om een teken/cijfer te wissen.
Tijdens een oproep: indrukken om de microfoon te dempen/te activeren.
Tijdens het rinkelen: indrukken om het belvolume uit te schakelen.
In de standby-modus: indrukken om een intern gesprek te voeren met een andere
handset.
12
Omhoog
In menumodus: indrukken om omhoog te gaan in het menu.
In telefoonboek / herhaallijst / oproeplijst / oproeplog: indrukken om omhoog te gaan
in de lijst.
Tijdens de oproep: indrukken om het volume te verhogen.
13
Oproeplijst / rechts
In de standby-modus: indrukken om de oproeplijst te openen.
In de bewerkingsmodus: indrukken om de cursor een teken naar rechts te verplaatsen.
14
Nummerherhaling/Omlaag
In de standby-modus: indrukken om de herhaallijst te openen.
In menumodus: indrukken om omlaag te gaan in het menu.
In telefoonboek / herhaallijst / oproeplijst / oproeplog: indrukken om omlaag te gaan
in de lijst.
Tijdens de oproep: indrukken om het volume te verlagen.
15
Telefoonboek / links
In standby-modus: indrukken om het telefoonboek te openen.
In de bewerkingsmodus: indrukken om de cursor een teken naar links te verplaatsen.
16
R
Flash
In de voorkiesmodus of tijdens een oproep: indrukken om een flash-signaal in te
voegen.
17
Handenvrije luidsprekermodus
Indrukken om te bellen met de luidspreker.
5.4 Display basisstation
Geeft aan dat er een gesprek wordt gevoerd.
Geeft aan dat de handenvrije functie wordt gebruikt.
Geeft de tijd aan.
Geeft aan dat het belvolume van het basisstation is uitgeschakeld.
Dit wordt weergegeven wanneer u in het telefoonboekmenu bent.
48
Geeft aan dat u een nieuw voicemailbericht hebt. (Dit is een netwerkdienst die afhankelijk
is van de operator).
Dit wordt weergegeven wanneer het een herhaalde oproep is.
Geeft het volgordenummer van CID-record aan.
Dit wordt weergegeven bij een nieuwe invoer in CID als er een wordt bekeken.
6 UW TELEFOON INSTALLEREN
6.1 Het bedrade basisstation aansluiten (zie P6)
tSluit de handset met het spiraalsnoer aan op het basisstation. Zorg daarbij dat de stekkers volledig in
de aansluitingen op de handset en op de zijkant van het basisstation zijn gestoken totdat ze klikken.
tSteek het netsnoer en het telefoonsnoer in de aansluitingen op aan achterkant van het basisstation
tSteek de netvoedingsadapter in een stopcontact van 230 V AC / 50 Hz en het telefoonsnoer in de
telefooncontactdoos.
Waarschuwing:
Gebruik alleen de netvoedingsadapter die bij het basisstation wordt geleverd.
6.2 De draadloze handset installeren en de batterijen opladen (zie P3)
tSchuif de afdekking van het batterijcompartiment aan de achterkant van de handset open.
tPlaats de 2 meegeleverde batterijen conform de polariteitsaanduidingen in het batterijcompartiment.
tSchuif de afdekking van het batterijcompartiment terug op zijn plaats tot deze klikt.
tPlaats de draadloze handset in de oplader en laad hem gedurende 15 uur op voordat u de handset voor
het eerst gebruikt.
>De handset piept kort wanneer hij correct op de oplader is geplaatst.
Waarschuwing:
Gebruik alleen oplaadbare NiMH-batterijen.
7 UW TELEFOON GEBRUIKEN
De draadloze handset gebruiken:
7.1 Telefoneren
7.1.1 Voorkiezen
tVoer het telefoonnummer in en druk op
om verbinding te maken en het nummer te bellen.
>Als u bij de invoer van het nummer een fout maakt, druk dan op „C“ (
) om cijfers te wissen.
7.1.2 Direct kiezen
tDruk op
om verbinding te maken en voer vervolgens het telefoonnummer in.
Opmerking:
Als u een verkeerd cijfer hebt ingevoerd, kunt u dit niet corrigeren met de toets „C“ (
).
7.1.3 Een nummer uit het telefoonboek bellen
tDruk op
, , om het telefoonboek te openen en druk op / om de gewenste contactpersoon
te selecteren.
tDruk op
om de geselecteerde contactpersoon te bellen.
49
NL
Opmerking:
De alfanumerieke toetsen fungeren als snelkoppeling naar contactpersonen met de overeenkomstige
letters.
7.1.4 Een nummer van de oproeplijst bellen (enkel met nummerweergave)
tDruk op
om de oproeplijst te openen en druk op / om het gewenste nummer in de oproeplijst
te selecteren.
tDruk op
om het geselecteerde nummer in de oproeplijst te bellen.
7.1.5 Nummerherhaling
tDruk op
om de lijst met laatst gebelde nummers te openen en druk op / om het gewenste
nummer in de lijst te selecteren.
tDruk op
om het geselecteerde nummer te bellen.
7.1.6 Gesprekstimer
Uw handset registreert automatisch de duurtijd van elk gesprek.
De timer wordt weergegeven zodra u een oproep beantwoordt of 15 seconden na het kiezen en blijft op
het display tot 5 seconden na het einde van het gesprek.
De tijd wordt weergegeven in uren, minuten en seconden (UU:MM:SS).
7.2 Een oproep beantwoorden
Als de handset niet in de oplader staat:
tWanneer de telefoon rinkelt, drukt u op
om een oproep te beantwoorden.
Opmerking:
Als de functie “AUTOM.ANTW” (AUTO ANSWER) op “AAN” (ON) staat, wordt de oproep automatisch
beantwoord wanneer u de handset van het basisstation neemt en hoeft er geen toets te worden ingedrukt.
7.3 Een oproep beëindigen
tDruk tijdens een oproep op
om de oproep te beëindigen.
OF
tPlaats de handset op het basisstation of de oplader om de oproep te beëindigen.
7.4 Handenvrij bellen
Tijdens een gesprek drukt u op
om af te wisselen tussen de handenvrije luidsprekermodus en de
normale handsetmodus.
7.5 Volume regelen
Er zijn vijf volumeniveaus (“VOLUME 1” (VOLUME 1) tot “VOLUME 5” (VOLUME 5)) waarmee u het volume
van de handset en de luidspreker kunt kiezen.
Tijdens een oproep:
tDruk op
/ om volume 1-5 te kiezen. De huidige instelling wordt weergegeven.
>Wanneer u de oproep beëindigt, blijft het laatst ingestelde niveau behouden.
7.6 Microfoon uitschakelen
U kunt met iemand vlak bij u praten zonder dat de persoon aan de andere kant van de lijn u kan horen.
Tijdens een oproep:
Druk op „C“ (
) om de microfoon te dempen; „DEMPEN” (MUTED) wordt op het lcd-scherm
weergegeven.
De persoon aan de andere kant van de lijn kan u niet horen. Druk nog een keer op “C” (
) om de
microfoon weer in te schakelen.
7.7 De beltoon van de handset uitschakelen
Houd in de standby-modus de toets # ingedrukt om de beltoon uit te schakelen. Het pictogram
wordt weergegeven op het lcd-scherm.
50
Opmerking:
Bij een inkomend gesprek knippert het pictogram
en verschijnt “OPROEP” (CALL) of het nummer
van de beller op het display, zelfs wanneer de beltoon is uitgeschakeld.
Om de beltoon opnieuw te activeren, houdt u # opnieuw ingedrukt.
7.8 Toetsvergrendeling
U kunt de toetsen vergrendelen, zodat ze niet per ongeluk kunnen worden ingedrukt terwijl u de handset
in uw zak hebt.
tHoud in de standby-modus de toets * ingedrukt om het toetsenbord te vergrendelen. Op het display
verschijnt het pictogram
.
Opmerking:
U kunt
nog steeds gebruiken om een oproep te beantwoorden wanneer de handset rinkelt.
Om het toetsenbord te ontgrendelen, houdt u * opnieuw ingedrukt.
7.9 Laatste nummer herhalen
U kunt de vijf laatst gebelde nummers opnieuw kiezen. Als er in het telefoonboek een naam aan het
nummer is gekoppeld, verschijnt de naam in plaats van het nummer.
Het laatst gebelde nummer verschijnt bovenaan de herhaallijst.
7.9.1 Een nummer uit de herhaallijst bellen
tDruk in de standby-modus op
om de herhaallijst te openen.
Opmerking:
Als de herhaallijst een naam bevat, drukt u op # om het nummer te zien dat bij de naam hoort.
tDruk op
/ om door de herhaallijst te bladeren.
tDruk op
om het in de herhaallijst geselecteerde nummer te bellen.
Opmerking:
Als er geen nummers in de herhaallijst staan, verschijnt er op het display “LEEG” (EMPTY).
Het bedrade basisstation gebruiken:
7.10 Een externe oproep maken
7.10.1 Voorkiezen
Voer het telefoonnummer in en neem de handset op of druk op
om het nummer te bellen. Als u bij de
invoer van het nummer een fout maakt, druk dan op
om cijfers te wissen.
Opmerking:
U kunt een pauze tussen de cijfers invoeren door de toets < 0 > ingedrukt te houden; op het scherm wordt
een “P” in het nummer weergegeven.
Druk op
R
om een flash-signaal in te voegen; op het scherm wordt “F” weergegeven.
7.10.2 Direct kiezen
Neem de handset op of druk op
om verbinding te maken en voer vervolgens het telefoonnummer in.
7.10.3 Een nummer uit het telefoonboek bellen
Druk op
om het telefoonboek te openen en druk op / om de gewenste contactpersoon te
selecteren.
Pak de bedrade handset op of druk op
om de geselecteerde contactpersoon te bellen.
7.10.4 Bellen vanuit de oproeplijst
Druk op
om de oproeplijst te openen en druk op / om het gewenste nummer in de oproeplijst te
selecteren. Pak de bedrade handset op of druk op
om het geselecteerde nummer van de oproeplijst
te bellen.
51
NL
7.10.5 Nummerherhaling
Druk op
om de lijst met laatst gebelde nummers te openen en druk op / om het gewenste
nummer in de lijst te selecteren. Pak de handset op of druk op
om het geselecteerde nummer te bellen.
7.10.6 Gesprekstimer
Uw basisstation registreert automatisch de duur van elk gesprek. De timer wordt weergegeven zodra u
een oproep beantwoordt of 15 seconden na het kiezen en blijft een paar seconden na het einde van het
gesprek op het display staan. De tijd wordt weergegeven in uren, minuten en seconden (UU:MM:SS).
7.11 Een oproep beantwoorden
Als de telefoon belt, neemt u de handset op of drukt u op
om de oproep te beantwoorden.
7.12 Een oproep beëindigen
Plaats tijdens een oproep de bedrade handset op het basisstation om de oproep te beëindigen.
Of druk op
als u in de handenvrije modus belt.
7.13 Het volume van de handset en voor de handenvrije functie aanpassen
Er zijn vijf volumeniveaus (“VOLUME 1” (VOLUME 1) tot “VOLUME 5” (VOLUME 5)) waarmee u het volume
van de handset en de luidspreker kunt kiezen.
Tijdens een oproep:
Druk op
/ om het volume te verhogen of te verlagen.
De huidige instelling wordt weergegeven. Wanneer u de oproep beëindigt, blijft het laatst ingestelde
niveau behouden.
7.14 Microfoon uitschakelen (Mute)
U kunt met iemand vlak bij u praten zonder dat de persoon aan de andere kant van de lijn u kan horen.
Tijdens een oproep:
Druk op
om het geluid van de microfoon te dempen; „DEMPEN“ (MUTED) wordt op het display
weergegeven. De persoon aan de andere kant van de lijn kan u niet horen. Druk nog een keer op
om het geluid van de microfoon weer in te schakelen. „DEMPEN“ (MUTED) wordt vervangen door
„LINE IN USE“ (LIJN BEZET) op het display. De persoon aan de andere kant van de lijn kan u weer horen.
7.15 Oproep zonder netvoeding
De bedrade basiseenheid kan een noodoproep met de bedrade handset maken als de netvoeding is
losgekoppeld.
Pak de bedrade handset op en wacht totdat u een kiestoon hoort. Voer daarna het telefoonnummer in
dat u wilt bellen.
Opmerking:
Het is niet mogelijk om nummers uit geheugens te kiezen of om de luidsprekers te gebruiken als de
netvoeding niet is ingeschakeld.
Als de netvoeding is uitgeschakeld, kunt u een binnenkomende oproep met de bedrade handset
beantwoorden.
Als de telefoon overgaat, pakt u de bedrade handset op en kunt u met de beller praten.
7.16 Nummerherhaling
U kunt de tien laatst gebelde nummers opnieuw kiezen. Als er in het telefoonboek een naam aan het
nummer is gekoppeld, wordt ook de naam weergegeven.
7.16.1 Een nummer uit de herhaallijst bellen
Druk in de standby-modus op
om de herhaallijst te openen.
Opmerking:
U kunt de herhaallijst ook bekijken via
, selecteer dan „CALL LOG“ (OPROEPLOG) en „DIALED“
(GEKOZEN).
1. Druk op
/ om door de herhaallijst te bladeren.
2. Pak de bedrade handset op of druk op
om het geselecteerde herhalingsnummer te kiezen.
52
Opmerking:
Als er geen nummers in de herhaallijst staan, verschijnt er op het display “LEEG” (EMPTY).
7.17 Een interne oproep maken
Met deze functie kunt u interne oproepen maken en externe oproepen doorverbinden. Als het gebelde
basisstation of de gebelde handset niet binnen 60 seconden wordt beantwoord, stopt het basisstation of
de handset met rinkelen en gaat het bellende toestel weer naar standby.
7.17.1 Intern gesprek ( Intercom )
De draadloze handset gebruiken:
1. Druk in de standby-modus op “C” (
); alle andere geregistreerde handsetnummers worden
weergegeven alsook een „7“ en een „9“.
2. Geef < 7 > in om het basisstation te bellen of geef het nummer in van de handset die u wilt bellen. Of
geef „9“ in om alle handsets en het basisstation te bellen.
3. Het gebelde basisstation gaat over en de bedrade handset moet van het basisstation worden genomen
om de interne oproep te maken.
OF
3. De gebelde handset gaat over en er moet op
op die handset worden gedrukt om de interne oproep
te beantwoorden.
Opmerking:
Als er slechts één handset is geregistreerd bij het basisstation, wordt het basisstation meteen gebeld als
er op “C” (
) wordt gedrukt.
Opmerking:
Als er een externe oproep binnenkomt terwijl u een intern gesprek maakt, hoort u waarschuwingstonen. U
moet het intern gesprek beëindigen om de externe oproep te kunnen beantwoorden.
Het bedrade basisstation gebruiken:
1. Druk in de standby-modus op
; de geregistreerde handsetnummers worden samen met een „9“
weergegeven.
2. Voer het handsetnummer in dat u wilt bellen of druk op „9“ om alle handsets te bellen.
3. De gebelde handset gaat over. Druk op
op de gebelde handset om de interne oproep te maken.
7.17.2 Een externe oproep doorverbinden
De draadloze handset gebruiken:
Tijdens een externe oproep:
1. Druk op
; „INTERCOM“ (INTERCOM) wordt weergegeven.
2. Druk op
om alle andere geregistreerde handsetnummers plus een „9“ weer te geven. Geef het
nummer in van de handset waarnaar u de oproep wilt doorverbinden.
3. De externe oproep wordt automatisch in de wacht geplaatst en de gebelde handset gaat over.
4. Druk op
op de gebelde handset om een intern gesprek te starten.
5. Druk op
op de eerste handset of plaats deze handset op de oplader om de externe oproep met de
externe beller te beëindigen.
6. De externe oproep wordt naar de gebelde handset doorverbonden.
Opmerking:
Als de andere handset de interne oproep niet beantwoordt, kunt u de interne oproep stoppen en terug
gaan naar de externe oproep door op
te drukken.
Het bedrade basisstation gebruiken:
Tijdens een externe oproep:
1. Druk op
om alle andere geregistreerde handsetnummers plus een „9“ weer te geven.
2. Geef het nummer in van de handset waarnaar u de oproep wilt doorverbinden.
De externe oproep wordt automatisch in de wacht geplaatst en de gebelde handset gaat over.
3. Druk op
op de gebelde handset om een intern gesprek te voeren.
53
NL
4. Plaats de bedrade handset weer op het basisstation of druk op in de handenvrije modus om het
huidige gesprek met de externe beller te beëindigen.
5. De externe oproep wordt naar de gebelde handset doorverbonden.
8 TELEFOONBOEK
Uw telefoon bevat een telefoonboek waarin men tot vijftig contactpersonen kan opslaan met naam en
nummer. Voor elk telefoonboekcontact zijn er maximaal 20 cijfers voor het telefoonnummer op de handset
of 24 cijfers voor een telefoonnummer op het basisstation en 12 tekens voor de naam beschikbaar. U kunt
ook verschillende beltonen selecteren voor uw telefoonboekcontacten. (Opmerking: de verschillende
beltonen worden alleen afgespeeld wanneer u bent geabonneerd op de dienst nummerweergave en
als het inkomende nummer overeenkomt met het opgeslagen nummer). De telefooncontacten worden
alfabetisch op naam opgeslagen.
De draadloze handset gebruiken:
8.1 Een nieuw contact toevoegen
In de standby-modus:
tDruk op
en / om “TELEF.BOEK” (PHONEBOOK) te selecteren en druk vervolgens op om
het telefoonboek te openen.
tDruk op
om “TOEVOEGEN” (ADD) weer te geven.
tDruk op
en voer vervolgens de naam in.
tDruk op
en voer het nummer in.
tDruk op
en / om de gewenste beltoon voor uw contactpersoon te selecteren.
tDruk op
om de contactpersoon op te slaan.
Het bedrade basisstation gebruiken:
8.2 Een nieuw contact toevoegen
In de standby-modus:
1. Druk op
om „TELEF.BOEK“ (PHONEBOOK) weer te geven.
2. Druk op en daarna op / om „TOEVOEGEN“ (ADD) weer te geven.
3. Druk op
; op het display wordt de cursor aan het begin van de naam weergegeven.
4. Voer de naam in met de cijfertoetsen (maximaal 12 tekens). Als u een fout maakt, druk op
om het
laatste teken te wissen.
5. Druk op
; de cursor gaat naar de volgende nummerpositie.
6. Voer het nummer in met de cijfertoetsen (maximaal 24 cijfers). Als u een fout maakt, druk op
om het
laatste cijfer te wissen.
7. Druk op
om „MELODIE 1“ (MELODY 1) weer te geven.
Gebruik
/ om door de melodieën te bladeren (u kunt uit 10 melodieën kiezen).
8. Druk op
om de melodie te bevestigen en de contactpersoon in het telefoonboek op te slaan.
Opmerking:
Als er geen ruimte meer in het telefoonboek is, wordt „TELBOEK VOL“ (PB FULL) op het display
weergegeven.
9 NUMMERWEERGAVE (NETWERKAFHANKELIJK)
Deze functie is beschikbaar als u bij uw telefoonprovider een abonnement op de dienst nummerweergave
hebt. Uw telefoon kan tot 20 ontvangen oproepen met datum/tijd in de oproeplijsten van het basisstation
en de draadloze handsets opslaan. Wanneer de telefoon rinkelt, wordt het nummer op het display van
de handset en het basisstation weergegeven. Als het nummer overeenkomt met een nummer in het
telefoonboek van uw basisstation en/of handset, wordt de bijbehorende naam uit dat telefoonboek
afwisselend met het nummer op de handset en met het nummer op het basisstation weergegeven.
54
De handset en het basisstation bellen met de melodie die u voor dat telefoonboekcontact hebt
geselecteerd.
Als de oproep afkomstig is van personen met een geheim nummer, verschijnt er “VERBORGEN”
(WITHHELD) op het display.
Als de oproep afkomstig is van een persoon wiens nummer onbeschikbaar is (bijvoorbeeld een
internationale oproep of huistelefooncentrale), verschijnt er “BUITENBEREIK” (OUT OF AREA).
Als u nieuwe gemiste oproepen hebt, verschijnt er in standby-modus “X NW GESPR.” (X NEW CALLS)
op de handset, waarbij X het aantal nieuwe oproepen is. Op het basisstation wordt „NIEUW X“ (NEW X)
rechtsboven op het display weergegeven.
De draadloze handset gebruiken:
9.1 De oproeplijst bekijken
Alle ontvangen oproepen worden opgeslagen in de oproeplijst en de laatste oproep staat bovenaan de
lijst. Wanneer de oproeplijst vol is, wordt de oudste oproep vervangen door een nieuwe. Onbeantwoorde
oproepen die nog niet bekeken zijn, worden gemarkeerd met het pictogram
in het midden van de
onderste displayregel.
tDruk op
om de oproeplijst te openen.
OF druk op
en / tot “BELLIJST” (CALL LIST) verschijnt en druk op .
tDruk op
/ om het gewenste nummer te selecteren.
tDruk indien van toepassing op # om het nummer van de beller te bekijken.
tDruk op
, / tot “DETAILS” (DETAILS) verschijnt en dan op om de datum en het tijdstip van
de oproep weer te geven.
tDruk op
om terug naar het vorige display te gaan.
Het bedrade basisstation gebruiken:
9.2 Het oproeplog en/of de oproeplijst bekijken
Alle ontvangen oproepen worden opgeslagen in het oproeplog, met alle oproepen in de lijst
ONTVANGEN (RECEIVED), maar alleen onbeantwoorde oproepen in de lijst GEMIST (MISSED) en in de
oproeplijst, waarbij de laatste oproep bovenaan de lijst staat. Wanneer de oproeplijst vol is, wordt de
oudste oproep vervangen door een nieuwe. Onbeantwoorde oproepen die niet zijn gelezen, worden
tijdens het bekijken aangegeven met het pictogram
en het aantal nieuwe oproepen wordt in de
standby-modus rechtsboven op het scherm weergegeven.
tDruk op
om de lijst met meest recente gemiste oproepen in het oproeplog te bekijken.
OF Druk op
, daarna op / om „CALL LOG“ (OPROEPLOG) weer te geven. Druk daarna op om
„MISSED“ (GEMIST) weer te geven en druk op
om de lijst met meest recente gemiste oproepen in het
oproeplog te bekijken of druk weer op
/ om „RECEIVED“ (ONTVANGEN) weer te geven en druk
daarna op
om de meest recente ontvangen oproepen in het oproeplog te bekijken.
tDruk op
/ om door de betreffende lijst te bladeren.
10 TELEFOONINSTELLINGEN
Uw telefoon heeft een aantal instellingen die u kunt wijzigen om de werking ervan aan uw eigen voorkeuren
aan te passen.
De draadloze handset gebruiken:
10.1 De taal van de handset instellen
tDruk op
en / “HANDSET INST” (HS SETTINGS) te selecteren.
tDruk op
en / om “TAAL” (LANGUAGE) te selecteren.
tDruk op
en / om de gewenste taal in te stellen.
tDruk op
om te bevestigen.
55
NL
10.2 Automatisch beantwoorden instellen
Als u Automatisch beantwoorden instelt, kunt u een oproep automatisch beantwoorden door de handset
van het basisstation of de oplader op te pakken. U hoeft dan geen toets in te drukken.
tDruk op
en / om „HANDSET INST“ (HS SETTINGS) te selecteren.
tDruk op
en / om „AUTOM.ANTW“ (AUTO ANSWER) te selecteren.
tDruk op
en / om automatisch beantwoorden in of uit te schakelen.
tDruk op
om te bevestigen.
10.3 Basisinstellingen
10.3.1 De taal van het basisstation instellen
In standby-modus:
tDruk op
en / om “TAAL” (LANGUAGE) te selecteren.
tDruk op
en / om de gewenste taal te selecteren.
tDruk op
om te bevestigen.
10.3.2 Uw telefoon resetten
U kunt uw telefoon weer op de standaardinstellingen instellen. Bij een reset worden al uw persoonlijke
instellingen, invoeren in de oproeplijst, invoeren in de nummerherhaallijst en berichten van het
antwoordapparaat gewist, maar uw telefoonboek niet.
tDruk op
en / om „STANDAARD“ (DEFAULT) te selecteren.
tDruk op
; „PIN?-----“ wordt weergegeven.
tVoer de viercijferige pincode in (standaard 0000).
tDruk op
om “BEVES.?” (CONFIRM?) weer te geven.
tDruk op
om te bevestigen; de telefoon wordt weer op de standaardinstellingen ingesteld.
10.3.3 Standaardinstellingen basisstation
U kunt alle instellingen van het basisstation weer op de standaardinstellingen instellen. Bij een reset
worden alle persoonlijke instellingen voor het basisstation, de invoeren in de oproeplijst, de invoeren in
de nummerherhaallijst, invoeren in het directe geheugen en berichten op het antwoordapparaat gewist,
maar uw telefoonboek niet.
tDruk op
en / om „INSTELLINGEN“ (SETTINGS) te selecteren.
tDruk op
en / om “STANDAARD BS” (BS SETTINGS) te selecteren.
tDruk op
; op het display wordt “PIN?” weergegeven; voer de viercijferige pincode in (standaardinstelling
is 0000).
tDruk op
om te bevestigen; het basisstation gaat terug naar het vorige menu.
11 REGISTRATIE VAN HANDSETS
Belangrijk:
Wanneer u uw telefoon koopt, zijn alle draadloze handsets reeds geregistreerd op uw basisstation. U hoeft
ze dus niet meer te registreren.
Een handset registreren is alleen nodig wanneer u extra draadloze handsets bijkoopt of wanneer een
draadloze handset defect raakt.
U kunt bijkomende handsets registreren tot een maximum van vijf handsets per basisstation. Het nummer
van de handset (1 tot en met 5) wordt op het display weergegeven.
Een draadloze handset kan slechts op één basisstation tegelijkertijd worden geregistreerd.
Als u wilt controleren of een handset is geregistreerd, moet u eerst controleren of de voeding naar de
basiseenheid is ingeschakeld en of de handset binnen bereik is. Op het display van de handset moet het
nummer worden weergegeven en het pictogram
moet branden. Als er „REGISTREER“ (REGISTER) op
het display staat, moet u de handset weer registreren aan de hand van de volgende procedure:
tDruk op het basisstation op
en / om „REGISTRATIE“ (REGISTRATION) weer te geven. Druk
daarna op
om het basisstation in de registratiemodus te brengen. Op het display van het basisstation
wordt „EVEN GEDULD“ (PLEASE WAIT) weergegeven. Het basisstation blijft dan ongeveer 2 minuten
in de registratiemodus. De volgende reeks handelingen op de handset moet binnen deze tijd worden
voltooid.
56
tDruk op
en / om “REGISTRATIE” (REGISTRATION) te selecteren.
tDruk op
. „PIN?------“ verschijnt.
tVoer de viercijferige pincode in (standaard 0000).
tDruk op
om te bevestigen. Op het display knippert „EVEN GEDULD“ (PLEASE WAIT).
Als de registratie van de handset is gelukt, gaat het display in standby met het nieuwe handsetnummer en
het pictogram
stopt met knipperen.
De handset zal automatisch worden toegewezen aan het volgende vrije handsetnummer. Als de handset
niet goed is geregistreerd, blijft het pictogram
knipperen.
12 GARANTIE EN SERVICE
De telefoon wordt geleverd met 24 maanden garantie vanaf de aankoopdatum vermeld op uw
aankoopbon. Onder deze garantie vallen geen storingen of defecten als gevolg van ongevallen, verkeerd
gebruik, normale slijtage, onachtzaamheid, storingen in de telefoonlijn, blikseminslag, knoeien met
de apparatuur of pogingen om het toestel aan te passen of te repareren die niet door goedgekeurde
servicepunten zijn uitgevoerd.
Bewaar uw aankoopbon; dat is uw garantiebewijs.
12.1 Tijdens de garantieperiode
tKoppel het basisstation los van de telefoonlijn en de netvoeding.
tDoe alle onderdelen van uw telefoonsysteem in de originele verpakking.
tBreng het toestel terug naar de winkel waar u het hebt gekocht en neem uw aankoopbon mee.
tVergeet ook de netvoedingsadapter niet.
12.2 Na de garantieperiode
Als het toestel niet meer onder garantie valt, kunt u contact met ons opnemen via www.aegtelephones.eu
Dit product werkt enkel met oplaadbare batterijen. Als u niet-oplaadbare batterijen in de handset steekt
en de handset op het basisstation plaatst, wordt de handset beschadigd en deze schade is NIET gedekt
door de garantie.
13 TECHNISCHE INFORMATIE
Standaard Digital Enhanced Cordless Telecommunication (DECT)
Frequentiebereik 1,88 tot 1,9 GHz (bandbreedte = 20 MHz)
Kanaalbandbreedte 1,728 MHz
Bereik Tot 300 meter buiten; tot 50 meter binnen
Gebruikstijden Standby: min. 100 uur, gesprekstijd: min. 10 uur
Laadtijd batterij: 15 uur
Temperatuurbereik Werkt bij 0 °C tot 40 °C, Opslag bij -20 °C tot 60 °C
Elektrische aansluiting Bedraad basisstation:
Ten Pao - S004LB0600045 / S004LV0600045
input 100-240 V AC 50/60 Hz 150 mA, output 6VDC 450 mA
Laadtoestel:
Ten Pao - S004LB0600030 / S004LV0600030
input 100-240 V AC 50/60 Hz 150 mA, output 6VDC 300 mA
57
NL
14 CE-VERKLARING
Dit product voldoet aan de essentiële vereisten en andere relevante voorschriften van de R&TTE-richtlijn
1999/5/EC.
U vindt de conformiteitsverklaring op: www.aegtelephones.eu
15 HET TOESTEL AFDANKEN (MILIEU)
Aan het einde van de levensduur van het product mag u dit product niet weggooien met het normale
huishoudafval, maar moet u het product naar een inzamelingspunt voor de recycling van elektrische
en elektronische apparatuur brengen. Dat wordt aangegeven met het symbool op het product, in de
gebruikershandleiding en/of op de verpakking. Sommige productmaterialen kunnen worden hergebruikt
als u ze naar een inzamelingspunt brengt. Door sommige onderdelen of grondstoffen van gebruikte
producten aan te bieden voor hergebruik levert u een belangrijke bijdrage aan de bescherming van het
milieu. Neem contact op met de plaatselijke autoriteiten voor meer informatie over de inzamelingspunten
in uw regio.
De batterijen moeten worden verwijderd voordat het toestel wordt weggegooid. Gooi de batterijen
op een milieuvriendelijke manier weg, volgens de voorschriften van uw land.
16 REINIGING EN ZORG
Reinig geen onderdelen van de telefoon met benzeen, thinners of andere chemicaliën met oplosmiddelen.
Hierdoor kan permanente schade ontstaan die niet onder de garantie valt.
Reinig het toestel wanneer nodig met een vochtige doek.
Houd uw telefoonsysteem uit de buurt van hete, vochtige omstandigheden of fel zonlicht en laat het
niet nat worden.
/