Sapag Check Valves Clasar IOM de handleiding

Type
de handleiding
Type 3
Type 2
Open
Dicht
Open
Dicht
Open
Dicht
Type 1
Stuklijst
Pos.nr. Benaming
1 Huis
2 Klepblad
3 Veer
4 O-ring
5 Tegenflens
Onderdelen van CLASAR kleppen
• Huis
• Tegenflens of achterhuis
• Klepblad
• Veer
Opmerking: CLASAR kleppen worden geleverd zonder flens- of hulpafdichtingen en zonder
trekstangen of bouten om de kleppen in de leiding te bevestigen.
Zoals bij de meeste kleppen en appendages, verdient het aanbeveling flensspreiders te gebruiken
om voldoende ruimte te maken om de klep in de leiding te plaatsen of eruit te verwijderen.
Hiermee wordt voorkomen dat onacceptabele spanningen ontstaan ten gevolge van de anders
onvermijdelijke verkeerde uitlijning
Ten minste een van de leidingdelen aangesloten op de klep moet stevig worden verankerd om de
krachten op te kunnen nemen die optreden tijdens het sluiten van de klep.
1. Algemene handleiding
1.1 Werking
CLASAR terugslagkleppen hebben een axiaal bewegend klepblad en de kleppen werken in elke
stand, b.v. in horizontale, opgaande of neergaande stroming.
1.2 Beschrijving
Er zijn drie typen CLASAR terugslagkleppen:
• CLASAR type I voor ringtype-montage tussen flenzen DN 150
• CLASAR type II voor ringtype-montage tussen flenzen van DN 200 tot DN 500
• CLASAR type Ill met flenzen voor DN > 600
Wijzigingen voorbehouden SAHSB-0020-NL-1306
CLASAR® terugslagkleppen
Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud
SAPAG
www.valves.emerson.com
BELANGRIJK
Let er goed op dat alle losse deeltjes
(lasdruppels, gruis, metaalspanen, enz.)
voor montage verwijderd worden, om
beschadiging van het klepblad en de
dichtingsvlakken te voorkomen.
2. Installatie
2.1 Voor installatie
• Controleer voor montage zorgvuldig of de terugslagklep schoon is. Verwijder alle vreemde
deeltjes uit de leiding en spoel deze schoon met water of perslucht, naar gelang de toepassing.
• Las de flenzen nooit aan de leiding met de CLASAR terugslagklep ertussen, aangezien dit het
klepblad kan beschadigen.
• Zorg voor een zeefrooster of ander middel om vaste deeltjes te verwijderen, als het mogelijk is
dat het medium in de leiding vaste deeltjes meevoert die het binnenwerk van de klep kunnen
vervuilen en zo een goede dichting verhinderen.
• Controleer dat de stroming gaat in de richting van de pijl op het huis van de terugslagklep.
• CLASAR terugslagkleppen types I en II voor ringtype-montage moeten perfect worden uitgelijnd
met de hartlijn van de leiding. Gebruik afstandsbussen op de trekstangen als dat nodig is.
3.3 Montage
• Plaats het klepblad zodanig in het huis dat de contactvlakken goed contact maken met elkaar.
• Plaats de veer.
• Breng ruim smeermiddel aan op de ringafdichting en de boring in het huis.
• Druk met de hand de tegenflens in het huis (CLASAR type I en II).
• Schroef in het andere geval het achterhuis vast (CLASAR type Ill met flenzen).
3.2 Demontage
Ringtype CLASAR
• Verwijder de terugslagklep uit de leiding en plaats hem op een schoon en vlak oppervlak, met de
bovenstroomse of huiszijde naar beneden en de benedenstroomse of tegenflenszijde naar boven.
Het klepblad en de veer moeten zichtbaar zijn. Maak de tegenflens los in de uitsparingen tussen
de tegenflens en het huis, kantel de tegenflens naar buiten en neem hem uit.
• Verwijder de veer en het klepblad.
CLASAR met flenzen
• Verwijder de terugslagklep uit de leiding en plaats hem op een schoon en vlak oppervlak, met de
het huis naar beneden en tegenflens naar boven, zodat het klepblad en de veer zichtbaar zijn.
Draai de trekstangen los die de mof tegen het huis houden en verwijder het achterhuis, gevolgd door
de veer en het klepblad.
• Als de demontage gereed is:
- Controleer de staat van de aansluitvlakken van het huis, er mogen geen corrosieputjes zichtbaar
zijn, of andere beschadigingen. Controleer de ruimte rond de geleiding van het klepblad extra
goed. Zonodig schoonmaken met polijstpapier.
- Controleer de staat van de ondersteuning waar deze in contact komen met het huis. Controleer
de staat van de ring die de vinnen verbindt. Vervang het klepblad indien noodzakelijk.
- Controleer de retourveer.
- Vervang de afdichtring.
3 Onderhoud
3.1 Reserveonderdelen
De volgende reserveonderdelen zijn leverbaar:
• Klepblad
• Retourveer
• Afdichtring tussen huis en tegenflens of achterhuis
Er is geen speciaal gereedschap nodig voor het onderhoud van CLASAR terugslagkleppen.
Wijzigingen voorbehouden pagina 2
CLASAR® terugslagkleppen
Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud
DN 80 100 125 150 200 250 300 350 400 450 500 600 700 800 900 1000 1200
PN10 8 8 8 8 8 12 12 16 16 20 20 20 24 24 28 28 32
NF E 29203 M16 M16 M16 M20 M20 M20 M20 M20 M24 M24 M24 M27 M27 M30 M30 M33 M36
NF E 29209 160 180 210 240 220 240 280 320 340 320 400 130 130 140 150 150 170
DIN 2501 160 180 210 240 220 240 280 320 350 340 420 140 150 160 170 190 190
BS 4504
PN16 8 8 8 8 12 12 12 16 16 20 20 20 24 24 28 28 32
NF E 29203 M16 M16 M16 M20 M20 M24 M24 M24 M27 M27 M30 M33 M33 M36 M36 M39 M45
NF E 29209 160 180 210 240 220 260 290 330 350 340 430 150 150 170 160 170 190
DIN 2501 160 180 210 240 220 260 300 330 360 360 440 150 150 170 180 190 220
BS 4504
PN20 4 8 8 8 8 12 12 12 16 16 16 20 - - 32 36
NF E 29203 M16 M16 M20 M20 M20 M24 M24 M27 M27 M30 M30 M33 - - M38 M39
NF E 29209 170 190 230 260 240 260 300 350 360 360 440 170 - - 210 220
DIN 2501 170 190 220 260 240 270 320 370 390 380 470 170 - - 180 190
BS 4504
PN25 8 8 8 8 12 12 16 16 16 20 20 20 24 24
NF E 29203 M16 M20 M24 M24 M20 M27 M27 M30 M33 M33 M33 M36 M39 M45
NF E 29209 170 200 230 260 240 270 310 360 380 370 450 160 170 180
DIN 2501 1770 200 230 2660 2440 270 310 360 3880 370 450 170 170 180
BS 4504
PN40 8 8 8 8 12 12 16 16 16 20 20 20
NF E 29203 M16 M20 M24 M24 M27 M30 M30 M33 M36 M36 M39 M45
DIN 2501 170 200 230 260 250 280 330 380 400 390 470 200
BS 4504 170 200 230 2660 260 2880 330 380 400 390 490 210
PN50 8 8 8 8 12 16 16 20 20 24 24
NF E 29203 M20 M20 M20 M20 M24 M27 M30 M30 M33 M33 M33
DIN 2501 180 180 240 270 260 300 340 390 410 400 490
BS 4504
M16 110 6/8
M20 220 6/8
M22 290 6/8
M24 370 6/8
M27 540 6/8
M30 340 4/6
M33 500 4/6
M36 650 4/6
M39 800 4/6
M45 1300 4/6
DN60 - DN1800
Montage met flenzen
DN80 - DN500
Montage tussen flenzen
S = laseinden of opsteekflenzen
F = vlakke flenzen
Aantal bouten
Boutdiam.
Boutlengte S
Boutlengte F
Aantal bouten
Boutdiam.
Boutlengte S
Boutlengte F
Aantal bouten
Boutdiam.
Boutlengte S
Boutlengte F
Aantal bouten
Boutdiam.
Boutlengte S
Boutlengte F
Aantal bouten
Boutdiam.
Boutlengte S
Boutlengte F
Aantal bouten
Boutdiam.
Boutlengte
Aanhaalmoment
Aanhaalmoment voor bouten (Nm) – niet-oxiderende nieuwe bouten
ø Max. moment Kwaliteit
Bouten
Wijzigingen voorbehouden pagina 3
CLASAR® terugslagkleppen
Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud
CLASAR
terugslagklep
Isolatieklep, concentrische uitvoering
Isolatieklep, concentrische uitvoering
CLASAR
terugslagklep
CLASAR
terugslagklep
Pomp
Pomp
Pomp
Pomp
CLASAR
terugslagklep
CLASAR leidingmontage - krachtpomp
Wijzigingen voorbehouden pagina 4
CLASAR® terugslagkleppen
Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud
CLASAR
terugslagklep
Isolatieklep, concentrische uitvoering
Isolatieklep, concentrische uitvoering
CLASAR
terugslagklep
CLASAR
terugslagklep
CLASAR
terugslagklep
CLASAR leidingmontage – inlijn-montage
CLASAR® terugslagkleppen
Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud
Wijzigingen voorbehouden pagina 5
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5

Sapag Check Valves Clasar IOM de handleiding

Type
de handleiding