Gardena 19030 de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

GARDENA smart Sensor
Vertaling van de originele gebruiksaanwijzing.
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en houdt u zich aan de aanwijzingen.
Maak u aan de hand van deze gebruiksaanwijzing vertrouwd met het apparaat, met het
juiste gebruik en met de veiligheidsaanwijzingen.
Uit veiligheidsoverwegingen mogen kinderen en jongeren onder de 16 jaar evenals per-
sonendie niet met deze gebruiksaanwijzing vertrouwd zijn, dit apparaat niet gebruiken.
Personen met een lichamelijke of geestelijke beperking mogen het apparaat alleen gebrui-
ken, wanneer ze onder toezicht staan van of geïnstrueerd zijn door een bevoegde persoon.
Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet met het apparaat
spelen. Gebruik het apparaat nooit als u moe of ziek bent, of wanneer u onder de invloed
van alcohol, drugs of een geneesmiddel bent.
Gebruik volgens de
voorschriften:
De GARDENA smart bodemvochtigheidssensor is bestemd voor
gebruik in tuinen van particulieren en hobbyisten en in kassen voor
het uitsluitende gebruik buitenshuis voor de besturing van het smart
system, waarbij rekening wordt gehouden met de vochtigheid van de
grond, lichtsterkte en omgevingstemperatuur.
De smart bodemvochtigheidssensor kan uitsluitend samen met de
GARDENA smart gateway art. 19000 worden gebruikt.
De GARDENA smart bodemvochtigheidssensor mag niet voor
industriële toepassingen worden gebruikt en niet in combinatie
met chemicaliën, levensmiddelen, licht ontvlambare en explosieve
stoffen.
Inhoudsopgave: 1. VEILIGHEID .......................................21
2. WERKING ........................................22
3. INGEBRUIKNAME ..................................22
4. BEDIENING .......................................24
5. ONDERHOUD .....................................25
6. OPBERGEN .......................................25
7. STORINGEN VERHELPEN ............................25
8. TECHNISCHE GEGEVENS ............................26
9. TOEBEHOREN .....................................26
10. SERVICE / GARANTIE ................................26
1. VEILIGHEID
Gevaar! Houd kleine kinderen tijdens de montage
uit de buurt. Tijdens de montage zouden kleine
onderdelen ingeslikt kunnen worden en er bestaat
verstikkingsgevaar door de polyzak.
Gevaar! Dit apparaat genereert tijdens de werking
een elektromagnetisch veld. Dit veld kan in sommi-
ge gevallen een wisselwerking hebben met actieve
of passieve medische implantaten. Om het risico
op ernstig of dodelijk letsel te voorkomen, advise-
ren wij personen met medische implantaten infor-
matie in te winnen bij hun arts of fabrikant van het
medische implantaat alvorens het apparaat te
gebruiken.
Het apparaat kan binnen het temperatuurbereik
van – 1 °C – + 50 °C buitenshuis worden gebruikt.
Batterijen:
Om redenen van gebruiksveiligheid mogen in
de sensor alleen 2 alkali-mangaan (alkaline)
batterijen van het type LR6 (AA) (mignon) worden
gebruikt voor het toegestane temperatuurbereik
van – 10 °C – + 50 °C).
21
NL
GEVAAR!
Explosiegevaar bij het onvakkundig ver-
vangen van de batterijen. Afvoeren van lege
batterijen, zie 6. OPBERGEN.
Gebruik geen accu’s.
Om bij langere afwezigheid een uitval van de
sensor door zwakke batterijen te voorkomen,
moeten de batterijen op een gegeven tijdstip wor-
den vervangen. Doorslaggevend hiervoor is de
bestaande gebruiksduur van de batterijen en
de vermoedelijke tijdsduur van de afwezigheid,
die in totaal niet langer dan 6 maanden mag
duren.
2. WERKING
De sensor meet de vochtigheid van de grond rond de wortels van de
planten, de lichtsterkte en de omgevingstemperatuur automatisch
en verzendt de meetresultaten naar de gateway (de waarden kunnen
via de GARDENA smart app worden afgelezen).
Aanduidingen / sensoren:
1
2
4
3
1
Lichtsensor
2
LED-verbindingsaanduiding / signaalsterkte:
Groen knipperend: bij het aanmelden
Groen gedurende 20 sec.: hoge signaalsterkte
Geel gedurende 20 sec.: gemiddelde signaalsterkte
Rood gedurende 20 sec.: lage signaalsterkte
3
Temperatuursensor (in het apparaat)
4
Vochtsensor
3. INGEBRUIKNAME
Batterijen plaatsen: De batterijen zijn niet bij de leveringsomvang inbegrepen.
De sensor mag alleen met 2 alkali-mangaan (alkaline) batterijen van
het type LR6 (AA) (mignon) worden gebruikt.
De gebruiksduur bedraagt bij normaal gebruik 6 maanden
(2 x app-opvraag per dag).
LET OP!
Er mogen geen accu’s worden gebruikt!
22
NL
756
ß
P
1. Druk op het lipje
5
en klap het deksel
6
open.
2. Verwijder de batterijhouder
7
.
3. Plaats de batterijen in de batterijhouder
7
. Let daarbij op
de juiste polariteit
ß
P
.
4. Schuif de batterijhouder
7
terug in de sensor.
5. Sluit het deksel
6
.
Kies de juiste standplaats
voor de sensor:
Juiste standplaats:
De sensor moet op een plaats in de besproeiingszone worden
gezet waar deze aan dezelfde klimatologische omstandigheden
(zon, wind, regen, enz.) is blootgesteld als de planten waarvan
de toestand moet worden weergegeven.
Verkeerde standplaats:
De sensor mag niet door aangrenzende planten worden afgedekt.
Voorkom dat de sensor in de schaduw staat.
Om verkeerde reactieresultaten uit te sluiten die ontstaan door
opgestuwd water, mag de sensor niet in laaggelegen gedeelten
worden geplaatst.
De sensor mag niet in zones worden geplaatst, die door een
grasmaaier worden gemaaid.
Sensor "in de grond planten":
4
0
8
LET OP!
De sensorpunt van de meetvoeler meet de vochtig-
heid van de grond alleen op de juiste wijze, wanneer
alle vlakken van de sensorpunt door de grond worden
geraakt! Er mag zich geen ingesloten lucht rond de
sensorpunt in de grond bevinden.
1. Schep de grond
8
er trechtervormig ten minste 12 cm diep uit.
2. Maak de uitgeschepte grond
8
los en verwijder eventuele stenen.
3. Wanneer de grond te droog is, moet deze worden bevochtigd.
4. Vul de trechter weer losjes op met de losgemaakte, vochtige
grond
8
.
5. Dompel de volledige sensorpunt
4
in water (het vilt moet nat zijn).
6. Steek de sensor tot aan de bovenkant van de meetvoeler
0
in de
losgemaakte grond
8
.
Daarbij moet de sensorpunt
4
aan alle kanten in contact komen
met de vochtige grond.
7. Druk de grond
8
rond de meetvoeler
0
licht aan.
De sensor mag niet los in de grond zitten.
8. Giet rond de directe omgeving van de sensor ca. 1 liter water.
Afhankelijk van de grondsoort kan het wel enkele uren duren
voordat de sensor de werkelijke vochtigheid van de grond
registreert.
TIP: sluit het GARDENA Micro-Drip-System aan:
Om ervoor te zorgen dat de verspreide hoeveelheid water bij
gebruik van het GARDENA Micro-Drip-System door de sensor-
puntwordt geregistreerd, moet er een druppelaar direct boven
de meetvoeler worden aangebracht.
23
NL
4. BEDIENING
Bediening via de GARDENA
smart app:
Voor de bediening van de smart bodemvochtigheidssensor moet een
smart gateway worden aangesloten.
De smart Sensor moet worden aangesloten met behulp van de
GARDENA smart app.
De smart bodemvochtigheidssensor wordt bediend via de GARDENA
smart app.
De GARDENA smart app kan worden gedownload via de Apple
App Store of de Google Play Store.
Aanduidingen van de sensor: Vochtigheid van de grond (0 – 100 %)
Lichtsterkte (0 – 200.000 Lux)
Omgevingstemperatuur (– 1 – + 50 °C)
Batterijaanduiding (naar verwachting 0 – 100 %)
Fabrieksinstellingen:
9
De smart Sensor wordt teruggezet naar de fabrieksinstellingen.
v Druk op de knop fabrieksinstellingen
9
.
Toepassingsinstructies: Om ervoor te zorgen dat de vochtigheid van de grond zo constant
mogelijk wordt gehouden, dient met korte besproeiingscycli en korte
besproeiingstijden te worden besproeid. Dat geldt in het bijzonder
voor bloembakken die besproeiingstijden van < 5 min. hebben.
De verspreiding van het vocht in de grond na besproeiing of neer-
slag vindt plaats met een bepaalde traagheid. In het ongunstigste
geval kan het gebeuren dat een besproeiing en een regenbui zolang
samenvallen totdat de gewenste vochtigheid van de grond is
bereikt.
24
NL
5. ONDERHOUD
Sensorpunt reinigen /
vervangen:
4
Wanneer de sensor wordt verplaatst, moet de sensorpunt worden
gereinigd / vervangen. Het vilt van de punt mag niet in aanraking
komen met vet / olie.
v Reinig de sensorpunt
4
met schoon water.
Wanneer het vilt van de sensorpunt beschadigd is, kan deze via de
GARDENA servicedienst worden besteld.
v Schroef de sensorpunt
4
eraf en schroef de nieuwe punt erop.
Sensor reinigen: Er mogen geen bijtende of schurende schoonmaakmiddelen
worden gebruikt.
v Maak de sensor schoon met een vochtige doek
(gebruik geen oplosmiddelen).
6. OPBERGEN
Buitenbedrijfstelling: De plaats waar het apparaat wordt opgeborgen, moet voor kinderen
ontoegankelijk zijn.
1. Om de batterijen te beschermen dienen deze te worden
verwijderd (zie 3. INGEBRUIKNAME).
2. Berg de sensor op een droge, vorstvrije plaats op.
Afvoeren:
(conform RL2012/19/EG)
Het apparaat mag niet bij het normale huisvuil worden gevoegd,
maar moet op de juiste wijze worden afgevoerd.
v Belangrijk: Lever het apparaat in bij een gemeentelijk
afvalinzamelpunt.
Lege batterijen afvoeren: Lever lege batterijen in bij het verkooppunt of breng ze naar een
gemeentelijk inzamelpunt.
Voer de batterijen alleen af wanneer ze leeg zijn.
7. STORINGEN VERHELPEN
Bij storingen vindt u de FAQ’s op dit adres:
B: www.gardena.be/nl/faq
NL: www.gardena.nl/faq
Bij overige storingen verzoeken wij u contact op te nemen met de GARDENA
servicedienst. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door de GARDENA
servicedienst of door vakhandelaren die door GARDENA zijn geautoriseerd.
25
NL
8. TECHNISCHE GEGEVENS
smart Sensor
(art. 19030-20)
Gebruikstemperatuur
(buitenshuis)
1 °C – 50 °C
Interne SRD (draadloze anten-
nes voor korte afstanden)
Frequentiebereik 863 – 870 MHz
Maximaal zendvermogen 25 mW
Draadloze reikwijdte
in open veld
ca. 100 m
Vochtigheid van de grond 0 – 100 %
Lichtsterkte 0 – 200.000 Lux
Te gebruiken batterijen 2 alkali-mangaan (alkaline)-batterijen type LR6 (AA) mignon
Gebruiksduur van de batterijen ca. 6 maanden met alkaline-batterijen (min. 2000 mAh)
EU-overeenstemmings-
verklaring:
De volledige conformiteitsverklaring is te vinden op:
www.gardena.com/de/smart-ce
9. TOEBEHOREN
GARDENA sensorpunt
met viltplaatjes
Ter vervanging wanneer de
sensorpunt beschadigd is.
Art. 19030-00.620.00
(via de GARDENA
servicedienst)
10. SERVICE / GARANTIE
Service: Neem contact op met het adres op de achterzijde.
Garantie: GARDENA Manufacturing GmbH geeft op dit apparaat 2 jaar garantie
(vanaf aankoopdatum). Deze garantie heeft betrekking op alle wezen-
lijke defecten aan het toestel, die aanwijsbaar op materiaal- of fabri-
cagefouten berusten. Garantie vindt plaats door de levering van een
vervangend apparaat of door de gratis reparatie van het ingestuurde
apparaat, naar onze keuze, indien aan de volgende voorwaarden is
voldaan:
Het apparaat werd vakkundig en volgens de adviezen in de
gebruiksaanwijzing behandeld.
Noch de koper, noch een derde persoon heeft getracht het
apparaat te repareren.
• Het slijtdeel sensorpunt met vilt valt niet onder de garantie.
Defecte batterijen die verkeerd zijn geplaatst of lekken, vallen niet
onder de garantie.
Deze garantie van de producent heeft geen betrekking op de ten
aanzien van de handelaar / verkoper bestaande aansprakelijkheid.
Wanneer u problemen heeft met dit apparaat, kunt u contact
opnemen met onze service.
26
NL
D Produkthaftung
Wir weisen ausdrücklich darauf hin, dass wir nach dem Produkthaftungsgesetz nicht für durch
unsere Geräte hervorgerufene Schäden einzustehen haben, sofern diese durch unsachgemäße
Reparatur verursacht oder bei einem Teileaustausch nicht unsere originale GARDENA Teile oder
von uns freigegebene Teile verwendet wurden und die Reparatur nicht vom GARDENA Service
oder dem autorisierten Fachmann durchgeführt wird.
Entsprechendes gilt für Ergänzungsteile und Zubehör.
GB Product Liability
We expressly point out that, in accordance with the product liability law, we are not liable for any
damage caused by our units if it is because of improper repair or if parts replaced are not original
GARDENA parts or approved parts, and, if the repairs were not done by a GARDENA Service Centre
or an approved specialist.
The same applies to spare parts and accessories.
F Responsabilité
Nous vous signalons expressément que GARDENA n’est pas responsable des dommages causés
par ses appareils, dans la mesure où ces dommages seraient causés suite à une réparation non
conforme, dans la mesure où, lors d’un échange de pièces, les pièces d’origine GARDENA n’auraient
pas été utilisées, ou si la réparation n’a pas été effectuée par le Service Après-Vente GARDENA ou
l’un des Centres SAV agréés GARDENA.
Ceci est également valable pour tout ajout de pièces et d’accessoires autres que ceux préconisés
par GARDENA.
NL Productaansprakelijkheid
Wij wijzen er nadrukkelijk op, dat wij op grond van de wet aansprakelijkheid voor producten niet
aansprakelijk zijn voor schade ont staan door onze apparaten, indien deze door onvakkundige
reparatie veroorzaakt zijn, of er bij het uitwisselen van onderdelen geen gebruik gemaakt werd
van onze originele GARDENA onderdelen of door ons vrijgegeven onderdelen en de reparatie
niet door de GARDENA technische dienst of de bevoegde vakman uitgevoerd werd.
Ditzelfde geldt voor extra-onderdelen en accessoires.
I Responsabilità del prodotto
Si rende espressamente noto che, conformemente alla legislazione sulla responsabilità del prodotto,
non si risponde di danni causati da nostri articoli se originati da riparazioni eseguite non correttamente
o da sostituzioni di parti effettuate con materiale non originale GARDENA o comunque da noi non
approvato e, in ogni caso, qualora l’intervento non venga eseguito da un centro assistenza GARDENA
o da personale specializzato autorizzato.
Lo stesso vale per le parti complementari e gli accessori.
33

Documenttranscriptie

GARDENA smart Sensor Vertaling van de originele gebruiksaanwijzing.  Uit veiligheidsoverwegingen mogen kinderen en jongeren onder de 16 jaar evenals per­ sonen die niet met deze gebruiksaanwijzing vertrouwd zijn, dit apparaat niet gebruiken. ­Personen met een lichamelijke of geestelijke beperking mogen het apparaat alleen gebrui­ ken, wanneer ze onder toezicht staan van of geïnstrueerd zijn door een bevoegde persoon. Kinderen m ­ oeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet met het apparaat spelen. Gebruik het apparaat nooit als u moe of ziek bent, of wanneer u onder de invloed van a ­ lcohol, drugs of een geneesmiddel bent. Gebruik volgens de ­voorschriften: De GARDENA smart bodemvochtigheidssensor is bestemd voor gebruik in tuinen van particulieren en hobbyisten en in kassen voor het uitsluitende gebruik buitenshuis voor de besturing van het smart system, waarbij rekening wordt gehouden met de vochtigheid van de grond, lichtsterkte en omgevingstemperatuur. De smart bodemvochtigheidssensor kan uitsluitend samen met de GARDENA smart gateway art. 19000 worden gebruikt. De GARDENA smart bodemvochtigheidssensor mag niet voor industriële toepassingen worden gebruikt en niet in combinatie met chemicaliën, levensmiddelen, licht ontvlambare en explosieve stoffen. Inhoudsopgave: 1. VEILIGHEID . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 2. WERKING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 3. INGEBRUIKNAME . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 4. BEDIENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 5. ONDERHOUD . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 6. OPBERGEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 7. STORINGEN VERHELPEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 8. TECHNISCHE GEGEVENS. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 9. TOEBEHOREN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 10. SERVICE / GARANTIE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 1. VEILIGHEID Gevaar! Houd kleine kinderen tijdens de montage uit de buurt. Tijdens de montage zouden kleine onderdelen ingeslikt kunnen worden en er bestaat verstikkingsgevaar door de polyzak. Gevaar! Dit apparaat genereert tijdens de werking een elektromagnetisch veld. Dit veld kan in sommi­ ge gevallen een wisselwerking hebben met actieve of passieve medische implantaten. Om het risico op ernstig of dodelijk letsel te voorkomen, advise­ ren wij personen met medische implantaten infor­ matie in te winnen bij hun arts of fabrikant van het medische implantaat alvorens het apparaat te gebruiken. Het apparaat kan binnen het temperatuurbereik van – 1 °C – + 50 °C buitenshuis worden gebruikt. Batterijen: Om redenen van gebruiksveiligheid mogen in de sensor alleen 2 alkali-mangaan (alkaline) ­batterijen van het type LR6 (AA) (mignon) worden gebruikt voor het toegestane temperatuurbereik van – 10 °C – + 50 °C). 21 NL Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en houdt u zich aan de aanwijzingen. Maak u aan de hand van deze gebruiksaanwijzing vertrouwd met het apparaat, met het juiste gebruik en met de veiligheidsaanwijzingen. GEVAAR! Explosiegevaar bij het onvakkundig ver­ vangen van de batterijen. Afvoeren van lege batterijen, zie 6. OPBERGEN. NL Gebruik geen accu’s. Om bij langere afwezigheid een uitval van de ­sensor door zwakke batterijen te voorkomen, moeten de batterijen op een gegeven tijdstip wor­ den vervangen. Doorslaggevend hiervoor is de bestaande gebruiksduur van de batterijen en de vermoedelijke tijdsduur van de afwezigheid, die in totaal niet langer dan 6 maanden mag duren. 2. WERKING De sensor meet de vochtigheid van de grond rond de wortels van de planten, de lichtsterkte en de omgevingstemperatuur automatisch en verzendt de meetresultaten naar de gateway (de waarden kunnen via de GARDENA smart app worden afgelezen). Aanduidingen / sensoren: (1) (2) Lichtsensor (3) (4) Temperatuursensor (in het apparaat) 1 2 3 LED-verbindingsaanduiding / signaalsterkte: Groen knipperend: bij het aanmelden Groen gedurende 20 sec.: hoge signaalsterkte Geel gedurende 20 sec.: gemiddelde signaalsterkte Rood gedurende 20 sec.: lage signaalsterkte Vochtsensor 4 3. INGEBRUIKNAME Batterijen plaatsen: De batterijen zijn niet bij de leveringsomvang inbegrepen. De sensor mag alleen met 2 alkali-mangaan (alkaline) batterijen van het type LR6 (AA) (mignon) worden gebruikt. De gebruiksduur bedraagt bij normaal gebruik 6 maanden (2 x app-opvraag per dag).  LET OP! Er mogen geen accu’s worden gebruikt! 22 1. Druk op het lipje (5) en klap het deksel (6) open. ßP 2. Verwijder de batterijhouder (7). 3. Plaats de batterijen in de batterijhouder (7). Let daarbij op P. de juiste polariteit ß 4. Schuif de batterijhouder (7) terug in de sensor. 5 7 Kies de juiste standplaats voor de sensor: Juiste standplaats: De sensor moet op een plaats in de besproeiingszone worden gezet waar deze aan dezelfde klimatologische omstandigheden (zon, wind, regen, enz.) is blootgesteld als de planten waarvan de toestand moet worden weergegeven. NL 6 5. Sluit het deksel (6). Verkeerde standplaats: De sensor mag niet door aangrenzende planten worden afgedekt. Voorkom dat de sensor in de schaduw staat. Om verkeerde reactieresultaten uit te sluiten die ontstaan door ­opgestuwd water, mag de sensor niet in laaggelegen gedeelten ­worden geplaatst. De sensor mag niet in zones worden geplaatst, die door een ­grasmaaier worden gemaaid. Sensor "in de grond planten": LET OP! De sensorpunt van de meetvoeler meet de vochtigheid van de grond alleen op de juiste wijze, wanneer alle vlakken van de sensorpunt door de grond worden geraakt! Er mag zich geen ingesloten lucht rond de sensorpunt in de grond bevinden. 1. Schep de grond (8) er trechtervormig ten minste 12 cm diep uit. 2. Maak de uitgeschepte grond (8) los en verwijder eventuele stenen. 3. Wanneer de grond te droog is, moet deze worden bevochtigd. 8 4. Vul de trechter weer losjes op met de losgemaakte, vochtige grond (8). 5. Dompel de volledige sensorpunt (4) in water (het vilt moet nat zijn). 4 0 6. Steek de sensor tot aan de bovenkant van de meetvoeler (10) in de losgemaakte grond (8). Daarbij moet de sensorpunt (4) aan alle kanten in contact komen met de vochtige grond. 7. Druk de grond (8) rond de meetvoeler (10) licht aan. De sensor mag niet los in de grond zitten. 8. Giet rond de directe omgeving van de sensor ca. 1 liter water. Afhankelijk van de grondsoort kan het wel enkele uren duren ­voordat de sensor de werkelijke vochtigheid van de grond ­registreert. TIP: sluit het GARDENA Micro-Drip-System aan: Om ervoor te zorgen dat de verspreide hoeveelheid water bij gebruik van het GARDENA Micro-Drip-System door de sensor­ punt wordt geregistreerd, moet er een druppelaar direct boven de ­meetvoeler worden aangebracht. 23 4. BEDIENING Bediening via de GARDENA smart app: Voor de bediening van de smart bodemvochtigheidssensor moet een smart gateway worden aangesloten. De smart Sensor moet worden aangesloten met behulp van de ­GARDENA smart app. NL De smart bodemvochtigheidssensor wordt bediend via de GARDENA smart app. De GARDENA smart app kan worden gedownload via de Apple App Store of de Google Play Store. Aanduidingen van de sensor: – Vochtigheid van de grond (0 – 100 %) – Lichtsterkte (0 – 200.000 Lux) – Omgevingstemperatuur (– 1 – + 50 °C) – Batterijaanduiding (naar verwachting 0 – 100 %) Fabrieksinstellingen: De smart Sensor wordt teruggezet naar de fabrieksinstellingen. v Druk op de knop fabrieksinstellingen (9). 9 Toepassingsinstructies: Om ervoor te zorgen dat de vochtigheid van de grond zo constant mogelijk wordt gehouden, dient met korte besproeiingscycli en korte besproeiingstijden te worden besproeid. Dat geldt in het bijzonder voor bloembakken die besproeiingstijden van < 5 min. hebben. De verspreiding van het vocht in de grond na besproeiing of neer­ slag vindt plaats met een bepaalde traagheid. In het ongunstigste geval kan het gebeuren dat een besproeiing en een regenbui zolang samenvallen totdat de gewenste vochtigheid van de grond is bereikt. 24 5. ONDERHOUD Sensorpunt reinigen / vervangen: Wanneer de sensor wordt verplaatst, moet de sensorpunt worden gereinigd / vervangen. Het vilt van de punt mag niet in aanraking komen met vet / olie. v Reinig de sensorpunt (4) met schoon water. Wanneer het vilt van de sensorpunt beschadigd is, kan deze via de GARDENA servicedienst worden besteld. v Schroef de sensorpunt (4) eraf en schroef de nieuwe punt erop. Sensor reinigen: NL 4 Er mogen geen bijtende of schurende schoonmaakmiddelen worden gebruikt. v Maak de sensor schoon met een vochtige doek (gebruik geen oplosmiddelen). 6. OPBERGEN Buitenbedrijfstelling: De plaats waar het apparaat wordt opgeborgen, moet voor kinderen ontoegankelijk zijn. 1. Om de batterijen te beschermen dienen deze te worden ­verwijderd (zie 3. INGEBRUIKNAME). 2. Berg de sensor op een droge, vorstvrije plaats op. Afvoeren: (conform RL2012/19/EG) Het apparaat mag niet bij het normale huisvuil worden gevoegd, maar moet op de juiste wijze worden afgevoerd. v Belangrijk: Lever het apparaat in bij een gemeentelijk ­afvalinzamelpunt. Lege batterijen afvoeren: Lever lege batterijen in bij het verkooppunt of breng ze naar een gemeentelijk inzamelpunt. Voer de batterijen alleen af wanneer ze leeg zijn. 7. STORINGEN VERHELPEN Bij storingen vindt u de FAQ’s op dit adres: B: www.gardena.be/nl/faq NL: www.gardena.nl/faq  ij overige storingen verzoeken wij u contact op te nemen met de GARDENA B ­servicedienst. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door de GARDENA ­servicedienst of door vakhandelaren die door GARDENA zijn geautoriseerd. 25 8. TECHNISCHE GEGEVENS smart Sensor (art. 19030-20) Gebruikstemperatuur (buitenshuis) – 1 °C – 50 °C NL Interne SRD (draadloze anten­ nes voor korte afstanden) Frequentiebereik 863 – 870 MHz Maximaal zendvermogen 25 mW Draadloze reikwijdte in open veld ca. 100 m Vochtigheid van de grond 0 – 100 % Lichtsterkte 0 – 200.000 Lux Te gebruiken batterijen 2 alkali-mangaan (alkaline)-batterijen type LR6 (AA) mignon Gebruiksduur van de batterijen ca. 6 maanden met alkaline-batterijen (min. 2000 mAh) EU-overeenstemmings­ verklaring: De volledige conformiteitsverklaring is te vinden op: www.gardena.com/de/smart-ce 9. TOEBEHOREN GARDENA sensorpunt met viltplaatjes Ter vervanging wanneer de ­sensorpunt beschadigd is. Art. 19030-00.620.00 (via de GARDENA ­servicedienst) 10. SERVICE / GARANTIE Service: Neem contact op met het adres op de achterzijde. Garantie: GARDENA Manufacturing GmbH geeft op dit apparaat 2 jaar garantie (vanaf aankoopdatum). Deze garantie heeft betrekking op alle wezen­ lijke defecten aan het toestel, die aanwijsbaar op materiaal- of fabri­ cagefouten berusten. Garantie vindt plaats door de levering van een vervangend apparaat of door de gratis reparatie van het ingestuurde apparaat, naar onze keuze, indien aan de volgende voorwaarden is voldaan: • Het apparaat werd vakkundig en volgens de adviezen in de gebruiksaanwijzing behandeld. • Noch de koper, noch een derde persoon heeft getracht het ­apparaat te repareren. • Het slijtdeel sensorpunt met vilt valt niet onder de garantie. • Defecte batterijen die verkeerd zijn geplaatst of lekken, vallen niet onder de garantie. Deze garantie van de producent heeft geen betrekking op de ten aanzien van de handelaar / verkoper bestaande aansprakelijkheid. Wanneer u problemen heeft met dit apparaat, kunt u contact ­opnemen met onze service. 26 D Produkthaftung Wir weisen ausdrücklich darauf hin, dass wir nach dem Produkthaftungsgesetz nicht für durch unsere Geräte hervorgerufene Schäden einzustehen haben, sofern diese durch unsachgemäße ­Reparatur verursacht oder bei einem Teileaustausch nicht unsere originale GARDENA Teile oder von uns freigegebene Teile verwendet wurden und die Reparatur nicht vom GARDENA Service oder dem autorisierten Fachmann durchgeführt wird. Entsprechendes gilt für Ergänzungsteile und Zubehör. GB Product Liability We expressly point out that, in accordance with the product liability law, we are not liable for any damage caused by our units if it is because of improper repair or if parts replaced are not original GARDENA parts or approved parts, and, if the repairs were not done by a GARDENA Service Centre or an approved specialist. The same applies to spare parts and accessories. F Responsabilité Nous vous signalons expressément que GARDENA n’est pas responsable des dommages causés par ses appareils, dans la mesure où ces dommages seraient causés suite à une réparation non ­conforme, dans la mesure où, lors d’un échange de pièces, les pièces d’origine GARDENA n’auraient pas été utilisées, ou si la réparation n’a pas été effectuée par le Service Après-Vente GARDENA ou l’un des Centres SAV agréés ­GARDENA. Ceci est également valable pour tout ajout de pièces et d’accessoires autres que ceux préconisés par GARDENA. NL Productaansprakelijkheid Wij wijzen er nadrukkelijk op, dat wij op grond van de wet aansprakelijkheid voor producten niet ­aansprakelijk zijn voor schade ont­staan door onze apparaten, indien deze door onvakkundige reparatie veroorzaakt zijn, of er bij het uitwisselen van onderdelen geen gebruik gemaakt werd van onze originele GARDENA onderdelen of door ons vrijgegeven onderdelen en de reparatie niet door de GARDENA technische dienst of de bevoegde vakman uitgevoerd werd. ­ Ditzelfde geldt voor extra-onderdelen en accessoires. I Responsabilità del prodotto Si rende espressamente noto che, conformemente alla legislazione sulla responsabilità del prodotto, non si risponde di danni ­causati da nostri articoli se originati da riparazioni eseguite non correttamente o da sostituzioni di parti effettuate con ­materiale non originale GARDENA o comunque da noi non approvato e, in ogni caso, qualora l’intervento non venga eseguito da un centro assistenza GARDENA o da personale specializzato autorizzato. Lo stesso vale per le parti complementari e gli accessori. 33
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34

Gardena 19030 de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor