VOLTCRAFT GM-100 Operating Instructions Manual

Categorie
Meten, testen
Type
Operating Instructions Manual
VOLTCRAFT IM INTERNET http://www.voltcraft.de
Impressum
Diese Bedienungsanleitung ist eine Publikation von Voltcraft
®
, Lindenweg 15, D-92242 Hirschau, Tel.-Nr. 0180/586 582 7
(www.voltcraft.de).
Alle Rechte einschließlich Übersetzung vorbehalten. Reproduktionen jeder Art, z.B. Fotokopie, Mikroverfilmung, oder die Erfassung in
elektronischen Datenverarbeitungsanlagen, bedürfen der schriftlichen Genehmigung des Herausgebers. Nachdruck, auch auszugswei-
se, verboten.
Diese Bedienungsanleitung entspricht dem technischen Stand bei Drucklegung. Änderung in Technik und Ausstattung vorbehalten.
© Copyright 2009 by Voltcraft
®
Impressum /legal notice in our operating instructions
These operating instructions are a publication by Voltcraft
®
, Lindenweg 15, D-92242 Hirschau/Germany, Phone +49 180/586 582 7
(www.voltcraft.de).
All rights including translation reserved. Reproduction by any method, e.g. photocopy, microfilming, or the capture in electronic data
processing systems require the prior written approval by the editor. Reprinting, also in part, is prohibited.
These operating instructions represent the technical status at the time of printing. Changes in technology and equipment reserved.
© Copyright 2009 by Voltcraft
®
Informations /légales dans nos modes d'emploi
Ce mode d'emploi est une publication de la société Voltcraft
®
, Lindenweg 15, D-92242 Hirschau/Allemagne, Tél. +49 180/586 582 7
(www.voltcraft.de).
Tous droits réservés, y compris de traduction. Toute reproduction, quelle qu'elle soit (p. ex. photocopie, microfilm, saisie dans des
installations de traitement de données) nécessite une autorisation écrite de l'éditeur. Il est interdit de le réimprimer, même par extraits.
Ce mode d'emploi correspond au niveau technique du moment de la mise sous presse. Sous réserve de modifications techniques et de
l'équipement.
© Copyright 2009 by Voltcraft
®
Colofon in onze gebruiksaanwijzingen
Deze gebruiksaanwijzing is een publicatie van de firma Voltcraft
®
, Lindenweg 15, D-92242 Hirschau/Duitsland, Tel. +49 180/586 582 7
(www.voltcraft.de).
Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld fotokopie, microverfilming of de
registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming van de uitgever. Nadruk, ook van
uittreksels, verboden.
Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische stand bij het in druk bezorgen. Wijziging van techniek en uitrusting voorbehouden.
© Copyright 2009 by Voltcraft
®
01_0209_01/HK
2
Diese Bedienungsanleitung gehört zu diesem Produkt. Sie enthält wichtige Hinweise zur Inbe-
triebnahme und Handhabung. Achten Sie hierauf, auch wenn Sie dieses Produkt an Dritte wei-
tergeben.
Heben Sie deshalb diese Bedienungsanleitung zum Nachlesen auf!
Eine Auflistung der Inhalte finden Sie in dem Inhaltsverzeichnis mit Angabe der entsprechenden
Seitenzahlen auf Seite 5.
These operating instructions belong with this product. They contain important information for
putting it into service and operating it. This should be noted also when this product is passed on
to a third party.
Therefore look after these operating instructions for future reference!
A list of contents with the corresponding page numbers can be found in the index on page 18.
Ce mode d'emploi appartient à ce produit. Il contient des recommandations en ce qui concerne
sa mise en service et sa manutention. Veuillez en tenir compte et ceci également lorsque vous
remettez le produit à des tiers.
Conservez ce mode d'emploi afin de pouvoir vous documenter en temps utile.!
Vous trouverez le récapitulatif des indications du contenu à la table des matières avec mention
de la page correspondante à la page 31.
Deze gebruiksaanwijzing hoort bij dit product. Er staan belangrijke aanwijzingen in betreffende
de ingebruikname en gebruik, ook als u dit product doorgeeft aan derden.
Bewaar deze handleiding zorgvuldig, zodat u deze later nog eens kunt nalezen!
U vindt een opsomming van de inhoud in de inhoudsopgave met aanduiding van de pagina-
nummers op pagina 44.
43
Inleiding
Geachte klant,
Hartelijk dank voor de aankoop van dit Voltcraft® product. U hebt hiermee een goede keus
gemaakt.
U hebt een meer dan gemiddeld kwaliteitsproduct aangeschaft uit een merkfamilie die zich op het
gebied van meet-, laad-, en voedingstechniek onderscheidt door specifieke vakkundigheid en perma-
nente innovatie.
Met Voltcraft® worden gecompliceerde taken voor u als kieskeurige doe-het-zelver of als professione-
le gebruiker al gauw kinderspel. Voltcraft® biedt u betrouwbare technologie tegen een buitengewoon
voordelige prijs-kwaliteitverhouding.
Wij zijn ervan overtuigd: uw keuze voor Voltcraft is tegelijkertijd het begin van een langdurige en pret-
tige samenwerking.
Veel plezier met uw nieuwe Voltcraft®-product!
44
Inhoudsopgave
Inleiding ..............................................................................................................................................43
Voorgeschreven gebruik......................................................................................................................45
Veiligheidsvoorschriften ......................................................................................................................45
Leveringsomvang ................................................................................................................................46
Bedieningselementen..........................................................................................................................47
Displaysymbolen ............................................................................................................................47
Functies van de toetsen ..................................................................................................................48
Ingebruikneming..................................................................................................................................48
Plaatsen van de batterij ......................................................................................................................48
Aansluiten van de meetsensor ............................................................................................................48
Opstellen van het meetapparaat ....................................................................................................48
Automatische uitschakelfunctie ......................................................................................................48
HOLD-functie ..................................................................................................................................49
Apparaat in- en uitschakelen ..........................................................................................................49
Uitvoeren van een meting....................................................................................................................49
Nulstelling (relatieve meting) ..........................................................................................................49
Meten van DC-magneetvelden........................................................................................................50
Meten van AC-magneetvelden........................................................................................................50
REC-meetwaardegeheugen............................................................................................................51
RS232-interface ..................................................................................................................................51
Onderhoud en reiniging ......................................................................................................................52
Batterijen vervangen ......................................................................................................................52
Gebruik met netadapter ..................................................................................................................53
Afvalverwijdering ................................................................................................................................53
Verhelpen van storingen......................................................................................................................54
Technische gegevens..........................................................................................................................55
45
Voorgeschreven gebruik
De GM-100 is een hooggevoelige magneetveldmeter voor uiteenlopende toepassingen in de industrie,
ontwikkeling, elektronica en mechanica. Met de externe sensor is de meting van AC- en DC-magneet-
velden mogelijk in het bereik van –3000 tot +3000 mG (milliGauss) of –300 tot + 300 µT (microTesla).
Bij de meting van DC-magneetvelden wordt bovendien de polariteit van het magneetveld (noord/zuid)
aangegeven. De hooggevoeligheid van de sensor maakt zelfs de meting van het aardmagneetveld
voor refrentiedoeleinden mogelijk.
Een RS232-interface maakt met een optionele datakabel de verdere verwerking van de meetgege-
vens mogelijk.
Voor de voedingsspanning zijn 6 microbatterijen (type AAA, UM4) nodig. Optioneel is ook het gebruik
mogelijk met een netadapter. Batterijen en netadapter zijn niet bij de levering inbegrepen.
Een meting onder slechte omgevingsvoorwaarden is niet toegestaan.
Ongunstige omstandigheden zijn:
- vocht of een te hoge luchtvochtigheid,
- stof en brandbare gassen, dampen of oplosmiddelen
Een andere toepassing dan hierboven beschreven, kan leiden tot beschadiging van dit product.
Het complete product mag niet worden gewijzigd of omgebouwd!
De veiligheidsvoorschriften dienen absoluut in acht te worden genomen!
Veiligheidsvoorschriften
Lees voor ingebruikneming de volledige gebruiksaanwijzing door; deze bevat
belangrijke instructies voor het juiste gebruik.
Bij schade veroorzaakt door het niet opvolgen van de gebruiksaanwijzing, ver-
valt het recht op garantie! Voor vervolgschade die hieruit ontstaat, zijn wij niet
aansprakelijk!
Wij kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor materiële schade of perso-
onlijk letsel als gevolg van ondeskundig gebruik of het niet in acht nemen
van de veiligheidsvoorschriften! In dergelijke gevallen vervalt het recht op
garantie.
Het apparaat heeft de fabriek in veiligheidstechnisch perfecte staat verlaten.
Volg de instructies en waarschuwingen in de gebruiksaanwijzing op om deze status van het apparaat
te handhaven en een veilige werking te garanderen! Let op de volgende symbolen:
46
Een uitroepteken in een driehoek wijst op belangrijke instructies in deze gebruiksaan-
wijzing die absoluut moeten worden opgevolgd.
Dit apparaat is CE-goedgekeurd en voldoet aan de betreffende nationale en Europe-
se richtlijnen.
Het “hand”-symbool vindt u bij bijzondere tips of instructies voor de bediening.
Om veiligheids- en keuringsredenen (CE) is het eigenmachtig ombouwen en/of veranderen van het
apparaat niet toegestaan.
Meetapparaten en accessoires zijn geen speelgoed; houd deze buiten bereik van kinderen!
In industriële omgevingen dienen de Arbovoorschriften ter voorkoming van ongevallen met betrekking
tot elektrische installaties en bedrijfsmiddelen in acht te worden genomen.
Het omgaan met magnetische componenten of zich ophouden in een magnetische omgeving kan voor
mensen met een pacemaker leiden tot gevaarlijke situaties en storingen.
In scholen, opleidingscentra, hobbyruimten en werkplaatsen moet door geschoold personeel voldoen-
de toezicht worden gehouden op de bediening van meetapparaten.
Schakel het meetapparaat nooit onmiddellijk in, nadat het van een koude naar een warme ruimte is
gebracht. Door het condenswater dat wordt gevormd, kan het apparaat onder bepaalde omstandighe-
den beschadigd raken. Laat het apparaat uitgeschakeld op kamertemperatuur komen.
Laat het verpakkingsmateriaal niet achteloos slingeren. Dit kan voor kinderen gevaarlijk speel-
goed zijn.
Het meetapparaat mag niet worden gebruikt in explosiegevaarlijke omgevingen.
Neem ook de veiligheidsvoorschriften in de afzonderlijke hoofdstukken in acht.
Leveringsomvang
Magneetveldmeter GM-100
Externe meetsensor
Kunststof koffer
Gebruiksaanwijzing
47
Bedieningselementen
Zie uitklappagina
1 Toets „UNIT/ZERO“
2 Toets zonder functie (ook tegenover liggend)
3 „POWER“-toets voor in- en uitschakelen
4 Toets „HOLD“
5 LCD-display
6 Meetbus voor externe sensor (15)
7 Toets „REC“
8 Toets „AC/DC“
9 Netaansluitbus
10 RESET-toets
11 RS232-interface
12 Apparaatstandaard
13 Batterijvak
14 Statief-bus
15 Sensor-aansluitstekker
16 Sensorkop
Displaysymbolen
mG milliGauss, natuurlijke eenheid van de magnetische fluxdichtheid (exp. -3)
µT microTesla, SI-eenheid van de magnetische fluxdichtheid (exp. -6)
N geeft positief magneetveld aan (noordpool)
S geeft negatief magneetveld aan (zuidpool)
AC geeft de wisselveld-modus aan
REC aanduiding voor gegevensregistratie voor minimum/maximum-waarde
MAX aanduiding van maximumwaarde
MIN aanduiding van minimumwaarde
Symbool voor batterij vervangen
48
Functies van de toetsen
POWER Bedrijfsschakelaar; het meetapparaat kan worden in- en uitgeschakeld
HOLD Meetmodus: de meetwaarden worden door te drukken op een toets vastgehouden
op het display (HOLD)
Setup-menu: het menu wordt door te drukken op de toets afgesloten (ESC). De para-
meters worden niet opgeslagen.
REC De min/max-meetwaarden worden door te drukken op de toets opgeslagen en elke
keer opnieuw drukken geeft de min- en maxwaarden achter elkaar weer (REC).
UNIT Schakelt de meeteenheid om
ZERO Toets voor nulstelling
AC/DC Omschakeling tussen de magnetische gelijk- en wisselvelden
Ingebruikname
Plaatsen van de batterij
Voor de eerste ingebruikneming dient u 6 nieuwe microbatterijen (alkaline, AAA) in het meetapparaat
te plaatsen. Optioneel kan ook een netadapter worden gebruikt. Het plaatsen van de batterijen en het
gebruik van de netadapter worden beschreven onder ‘Onderhoud en reiniging’.
Aansluiten van de meetsensor
Verbind de ronde stekker van de sensor (15) met de bus “PROBE INPUT” (6) op het meetapparaat.
De stekker is beschermd tegen omgekeerd polariseren en past alleen op de juiste manier in de bus.
Let op de pijl op de stekker. Deze markering wijst naar de achterzijde. Zorg er steeds voor dat de stek-
ker vast in de bus zit, anders kunnen meetfouten ontstaan.
Opstellen van het meetapparaat
Het meetapparaat kan voor gemakkelijker aflezen met behulp van de beugel op de achterzijde (12)
worden rechtop gezet.
Met de statief-bus (14) is montage mogelijk op een statief.
Automatische uitschakelfunctie
Om de levensduur van de batterijen niet onnodig te verkorten, kan een automatische uitschakelfunctie
worden geactiveerd. Het meetapparaat wordt automatisch uitgeschakeld als gedurende ca. 10 minu-
ten geen toets is ingedrukt. Deze functie is bij levering uitgeschakeld.
49
Voor het inschakelen, gaat u als volgt te werk:
- Schakel het meetapparaat in.
- Houd de toets „AC/DC“ (8) ongeveer 2 s ingedrukt. Op het display verschijnt „PoFF“.
- Selecteer met de toetsen „UNIT“ (1) of „AC/DC“ (8) de gewenste modus:
0 = automatische uitschakeling is uit
1 = automatische uitschakeling is aan
- Bevestig uw keuze met de toets „REC“ (7) of sluit de instelling af zonder op te slaan met de toets
„HOLD“.
- Het display keert terug naar de normale meetmodus.
HOLD-functie
In de meetmodus kan met de toets „HOLD“ de meetwaarde op het display worden vastgehouden. Het
symbool „HOLD“ wordt op het display weergegeven. Door opnieuw te drukken, verschijnt de normale
meetmodus weer. „HOLD“ verdwijnt.
Apparaat in- en uitschakelen
Schakel het apparaat in met de toets „POWER“ (3). Na een korte initialiseringsfase is het meetappa-
raat gereed voor gebruik. Voor uitschakelen, drukt u opnieuw op de toets „POWER“ (3). De weergave
„OFF“ verschijnt en schakelt het apparaat met een pieptoon uit. Schakel het meetapparaat na beëin-
diging van de meting uit.
Uitvoeren van een meting
De hooggevoelige sensor geeft in de normale meetmodus steeds een lage
waarde aan. Deze waarde komt overeen met het aardmagneetveld en kan via
een nulstelling worden gecompenseerd.
Met dit meetapparaat kunnen magnetische gelijk- en wisselvelden worden gemeten. De meetmodus
moet dienovereenkomstig zijn ingesteld. Na inschakeling is de DC-modus standaard ingesteld.
Elke beweging van de sensor kan leiden tot een schommeling van de meetwaarde.
Breng de sensor voor aanvang van de meting aan op het te testen object en schakel
pas daarna het meetapparaat in.
Nulstelling (relatieve meting)
Door de hooggevoelige sensor wordt al het natuurlijke aardmagneetveld weergegeven. Om deze waar-
de niet in de meting op te nemen, kan het display op nul worden gezet.
U gaat hiervoor als volgt te werk:
50
- Schakel het meetapparaat in.
- Houd de toets „ZERO“ (1) ca. 2 s ingedrukt tot het display op nul is gezet. Een pieptoon bevestigt
deze actie. De actieve nulstelling wordt met een kleine „0“ boven de noord/zuid-aanduiding aange-
geven.
- De metingen kunnen nu worden uitgevoerd.
- Om de nulstelling uit te schakelen, houdt u de toets „ZERO“ (1) ca. 2 s ingedrukt. Een pieptoon
bevestigt deze actie. De „0“-aanduiding verdwijnt.
Meten van DC-magneetvelden
DC-magneten zijn bijv. permanente magneten met noord- en zuidpool. De magnetische veldlijnen ver-
lopen buiten de magneet altijd van noordpool naar zuidpool. Door deze eigenschap is het mogelijk
naast de meetwaarde voor de magnetische fluxdichtheid ook de polariteit (noord/zuid) weer te geven.
Voor een DC-meting gaat u als volgt te werk:
- Schakel het meetapparaat in. De DC-meetmodus is geactiveerd.
-
Kies met de toets „UNIT“ de meeteenheid (µT/mG). Met elke keer drukken, schakelt u de een-
heid om.
- Breng de sensor met de sensorkop (16) aan op het te meten object (zie afbeelding). De sensorkop
moet het object aanraken.
- De meetwaarde wordt samen met de polariteit (N/S) op het display weergegeven.
- Schakel het meetapparaat na beëindiging van de meting uit.
Als het meetbereik naar beneden (-) of boven (+) is overschreden, geeft het display
alleen de onderste resp. bovenste segmentlijnen van de meetwaarde aan.
Meten van AC-magneetvelden
AC-magneetvelden komen voor in wisselstroomspoelen, zoals transformatoren, enz. De magnetische
veldlijnen wisselen van richting. Het meetapparaat kan magnetische wisselvelden meten van 40 Hz tot 10
kHz.
Voor een AC-meting gaat u als volgt te werk:
- Schakel het meetapparaat in. De DC-meetmodus is geactiveerd.
- Druk voor omschakeling naar het AC-bereik op de toets „AC/DC“ (8). Op het display verschijnt “AC”.
Met elke keer drukken schakelt u de functie om.
-
Kies met de toets „UNIT“ de meeteenheid (µT/mG). Met elke keer drukken, schakelt u de een-
heid om.
- Breng de sensor met de sensorkop (16) aan op het te meten object (zie afbeelding bij de DC-meting).
De sensorkop moet het object aanraken.
- De meetwaarde wordt in het display weergegeven.
- Schakel het meetapparaat na beëindiging van de meting uit.
51
REC-meetwaardegeheugen
Het meetwaardegeheuegen geeft de minimum- en maximumwaarde van het kooldioxidegehalte weer.
- De REC-functie kan in de meetmodus worden geactiveerd door te drukken op de toets „REC“ (7).
- Op het display verschijnt het symbool „REC“ met een pieptoon.
- De registratie loopt. De automatische utschakeling is gedeactiveerd.
- Om de max-waarde op te roepen, drukt u nogmaals op de toets „REC“ (7). Op het display verschi-
jnt „MAX“ en de waarde wordt uit het geheugen geladen en weergegeven. Door nogmaals te druk-
ken, wordt de min-waarde weergegeven met de aanduiding „MIN“. De MIN/MAX-weergave kan met
de toets „HOLD“ (4) worden beëindigd om terug te keren naar „REC“ meetwaardegeheugen. Op het
display wordt alleen nog „REC“ weergegeven.
- Om de REC-functie te deactiveren, houdt u de toets „REC“ (7) gedurende ca. 2 s ingedrukt. Het
symbool „REC“ verdwijnt.
De opgeslagen weetwaarden blijven alleen in de REC-meetmodus bewaard. Als
deze functie wordt beëindigd of het meetapparaat wordt uitgeschakeld, dan wordt
tevens het geheugen gewist.
RS232-interface
Het meetapparaat bezit voor het uitwisselen van gegevens met een computer een seriële interface (11).
Deze bevindt zich aan de rechterzijde van de behuizing onder een deksel. Open de klep met een pun-
tig voorwerp. De interface is uitgevoerd in de vorm van een 3,5mm mono stekkerbus en vereist een
speciale datakabel, die optioneel verkrijgbaar is.
De datakabel wordt als volgt aangesloten:
Jackplug 3,5 mm mono 9-pol. D SUB-bus voor pc
Middelste contact Pin 4
Buitencontact Pin 2
Tussen pin 2 en pin 5 is een weerstand van 2,2 kohm
vereist.
Het seriële datasignaal bestaat uit 16 bits met de volgende sequentie:
D15 D14 D13 D12 D11 D10 D9 D8 D7 D6 D5 D4 D3 D2 D1 D0
52
Elke databit heeft de volgende betekenis:
D15 Startteken
D14 4
D13 Databit bij het zenden van de displayregels: 1 = bovenste regel, 2 = onderste regel
D11+D12 Meeteenheid op het display: B3 = mG, B2 = µT
D10 Polariteit; 0 = positief, 1 = negatief
D9 Decimale punt (DP) op de juiste plaats van rechts naar links;
0= kein DP; 1=1DP; 2=2DP; 3=3DP
D8 tot D1 meetwaarde
D8 = grootste digit (MSD), D1 = kleinste digit (LSD).
Bij een displayweergave van 1234 ontstaat als bitset „00001234“
D0 Eindteken
RS232-instellingen:Baudrate: 9600, pariteit: nee, aantal databits: 8, stopbit: 1 (9600, N, 8, 1)
Onderhoud en reiniging
Afgezien van de vervanging van de batterij en een incidentele reiniging is het meetapparaat onder-
houdsvrij. Gebruik voor het schoonmaken van het apparaat een schone, droge, antistatische en pluis-
vrije reinigingsdoek zonder toevoeging van schurende, chemische en oplosmiddelhoudende reini-
gingsmiddelen.
Batterijen vervangen
Voor de eerste ingebruikname en als op het display het batterijsymbool zichtbaar wordt, moe-
ten de batterijen worden geplaatst resp. vervangen.
Vervang de batterijen als volgt:
- Schakel het meetapparaat uit
- Draai aan de achterkant de beide schroeven van het batterijvak los en
neem het batterijvakdeksel weg.
- Vervang de lege batterijen door nieuwe batterijen van hetzelfde type
(micro, type AAA).
- Let bij het plaatsen van de batterijen op de polariteitgegevens in het batte-
rijvak (+/-)
- Sluit de behuizing weer zorgvuldig in omgekeerde volgorde.
53
Laat geen lege batterijen in het meetapparaat zitten, aangezien zelfs batterijen
die tegen lekken zijn beveiligd, kunnen corroderen, waardoor chemicaliën vrij-
komen die schadelijk zijn voor uw gezondheid, resp. schade veroorzaken aan
het apparaat.
Batterijen/accu’s mogen niet kortgesloten, gedemonteerd of in het vuur worden
geworpen. Batterijen mogen niet worden opgeladen. Er bestaat explosiegevaar.
Lekkende of beschadigde batterijen/accu’s kunnen bij huidcontact bijten-
de wonden veroorzaken. Draag daarom in dit geval beschermende hand-
schoenen.
Vervang altijd alle batterijen gelijktijdig. Meng geen nieuwe batterijen met oude,
aangezien deze kunnen gaan lekken.
Gebruik met netadapter
Als optie kan het meetapparaat ook worden gebruikt in combinatie met een geschikte netadapter. De
netaansluitbus (9) bevindt zich aan de rechterzijde van het apparaat onder een klep. Open de klep met
een puntig voorwerp. De passende stekker heeft de volgende gegevens:
buitendiameter 5,5 mm, binnengat 2,5 mm.
polariteit: buiten min (-), binnen plus (+)
Bedrijfsgegevens : Spanning: 9 V/DC, stroom: Minimaal 50 mA
De juiste alkalinebatterijen zijn onder bestelnr. 65 23 64 verkrijgbaar (6x bestellen). U kunt
de passende netadapter bestellen onder bestelnummer 12 26 99.
Afvoer
Gebruikte elektronische apparaten zijn grondstoffen en horen niet thuis bij het hui-
safval. Indien het apparaat onbruikbaar is geworden, dient het in overeenstemming
met de geldende wettelijke voorschriften te worden afgevoerd. Afvoer via het huisvuil
is niet toegestaan.
Afvoer van lege batterijen/accu’s!
U bent als eindverbruiker volgens de KCA-voorschriften wettelijk verplicht alle lege
batterijen en accu’s in te leveren; afvoeren via het huisvuil is niet toegestaan!
Op batterijen/accu´s die schadelijke stoffen bevatten, vindt u de hiernaast vermelde sym-
bolen. Deze geven aan dat ze niet via het huisvuil mogen worden verwijderd. De
aanduidingen voor irriterend werkende, zware metalen zijn: Cd = cadmium, Hg = kwik,
Pb = lood. Lege batterijen/accu’s kunt u gratis inleveren bij de verzamelplaatsen van uw
gemeente, onze filialen of andere verkooppunten van batterijen/accu´s! Zo voldoet u aan
de wettelijke verplichtingen en draagt u bij aan de bescherming van het milieu!
54
Verhelpen van storingen
U heeft met het meetapparaat een product aangeschaft dat volgens de nieuwste stand der techniek is
ontwikkeld en veilig is in het gebruik.
Toch kunnen zich problemen of storingen voordoen.
Hieronder vindt u enkele maatregelen om eventuele storingen eenvoudig zelf te verhelpen:
Neem altijd de veiligheidsinstructies in acht!
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
Het meetapparaat kan Zijn de batterijen leeg? Controleer de batterijstatus.
niet worden ingeschakeld. Zet het meetapparaat terug op
nul door te drukken op de
Reset-toets (10).
Er wordt geen stabiele Meetfout? Houd de sensor stil.
meetwaarde aangegeven. Wordt de sensor te veel bewogen?
Is de juiste meetfunctie Controleer de AC/DC-
(AC/DC) geselecteerd? functie, of deze geschikt is voor
uw object.
Het meetapparaat kan Niet-gedefinieerde Zet het meetapparaat
niet worden bediend. systeemtoestand. terug door te drukken op de
Reset-toets (10).
Andere reparaties dan hierboven beschreven, mogen uitsluitend door een erkende
vakman worden uitgevoerd.
Bij vragen over het gebruik van het meetapparaat staat onze technische helpdesk
onder het volgende telefoonnummer ter beschikking:
Voltcraft, Lindenweg 15, 92242 Hirschau, Telnr. 0180 / 586 582 7.
55
Technische gegevens
Weergave ..................................................LCD-scherm
Meetwaarden ............................................mG/µT
Meetinterval................................................ca. 1 s
Meetfrequentie AC ....................................40 Hz – 10 kHz
Veldrichting ................................................Uni-axiaal
Auto-Power-Off-tijd ....................................ca. 10 minuten/handmatig
Interface ....................................................serieel, RS232
Batterijen....................................................6x 1,5V micro-batterij (AAA)
Optionele netadapter..................................9 V/DC gestabiliseerd, min. 50 mA
Stroomverbruik ..........................................ca. 21 mA
Bedrijfstemperatuur....................................0 tot +50°C
Rel. luchtvochtigheid..................................<85% rF, niet condenserend
Gewicht ......................................................ca. 400 g
Afmetingen (LxBxH mm)............................173 x 68 x 42 (meetapparaat)
177 x 29 x 17 (sensor)
Leidinglengte sensor..................................ca. 1 m
Meettoleranties
Aanduiding van de nauwkeurigheid in ± (% van aflezing + weergavefouten). De nauwkeurigheid geldt
1 jaar lang bij een temperatuur van +23°C (±5°C), bij een rel. luchtvochtigheid van minder dan 85 %rF,
niet condenserend.
De nauwkeurigheid geldt bij een omgevingsveldsterkte van < 3 V/m en een frequentie
< 30 MHz.
Meeteenheid mG (milliGauss) µT (microTesla)
Meetbereik -3000 mG tot +3000 mG -300 µT tot + 300 µT
Resolutie -199,9 mG tot +199,9 mG 0,1 mG -19,99 µT tot +19,99 µT 0,01 µT
≥ +200 mG, ≤ -200 mG 1 mG ≥ +20,0 µT, ≤ -20,0 µT 0,1 µT
Nauwkeurigheid ±(2% + 2 mG)* ±(2% + 0,2 µT)*
* -1000 mG tot + 1000 mG * -100,0 µT tot + 100,0 µT

Documenttranscriptie

VOLTCRAFT IM INTERNET http://www.voltcraft.de 쮕 Impressum Diese Bedienungsanleitung ist eine Publikation von Voltcraft®, Lindenweg 15, D-92242 Hirschau, Tel.-Nr. 0180/586 582 7 (www.voltcraft.de). Alle Rechte einschließlich Übersetzung vorbehalten. Reproduktionen jeder Art, z.B. Fotokopie, Mikroverfilmung, oder die Erfassung in elektronischen Datenverarbeitungsanlagen, bedürfen der schriftlichen Genehmigung des Herausgebers. Nachdruck, auch auszugsweise, verboten. Diese Bedienungsanleitung entspricht dem technischen Stand bei Drucklegung. Änderung in Technik und Ausstattung vorbehalten. © Copyright 2009 by Voltcraft®  Impressum /legal notice in our operating instructions These operating instructions are a publication by Voltcraft®, Lindenweg 15, D-92242 Hirschau/Germany, Phone +49 180/586 582 7 (www.voltcraft.de). All rights including translation reserved. Reproduction by any method, e.g. photocopy, microfilming, or the capture in electronic data processing systems require the prior written approval by the editor. Reprinting, also in part, is prohibited. These operating instructions represent the technical status at the time of printing. Changes in technology and equipment reserved. © Copyright 2009 by Voltcraft®  Informations /légales dans nos modes d'emploi Ce mode d'emploi est une publication de la société Voltcraft®, Lindenweg 15, D-92242 Hirschau/Allemagne, Tél. +49 180/586 582 7 (www.voltcraft.de). Tous droits réservés, y compris de traduction. Toute reproduction, quelle qu'elle soit (p. ex. photocopie, microfilm, saisie dans des installations de traitement de données) nécessite une autorisation écrite de l'éditeur. Il est interdit de le réimprimer, même par extraits. Ce mode d'emploi correspond au niveau technique du moment de la mise sous presse. Sous réserve de modifications techniques et de l'équipement. © Copyright 2009 by Voltcraft®  Colofon in onze gebruiksaanwijzingen Deze gebruiksaanwijzing is een publicatie van de firma Voltcraft®, Lindenweg 15, D-92242 Hirschau/Duitsland, Tel. +49 180/586 582 7 (www.voltcraft.de). Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld fotokopie, microverfilming of de registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming van de uitgever. Nadruk, ook van uittreksels, verboden. Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische stand bij het in druk bezorgen. Wijziging van techniek en uitrusting voorbehouden. © Copyright 2009 by Voltcraft® 01_0209_01/HK 쮕 Diese Bedienungsanleitung gehört zu diesem Produkt. Sie enthält wichtige Hinweise zur Inbetriebnahme und Handhabung. Achten Sie hierauf, auch wenn Sie dieses Produkt an Dritte weitergeben. Heben Sie deshalb diese Bedienungsanleitung zum Nachlesen auf! Eine Auflistung der Inhalte finden Sie in dem Inhaltsverzeichnis mit Angabe der entsprechenden Seitenzahlen auf Seite 5.  These operating instructions belong with this product. They contain important information for putting it into service and operating it. This should be noted also when this product is passed on to a third party. Therefore look after these operating instructions for future reference! A list of contents with the corresponding page numbers can be found in the index on page 18.  Ce mode d'emploi appartient à ce produit. Il contient des recommandations en ce qui concerne sa mise en service et sa manutention. Veuillez en tenir compte et ceci également lorsque vous remettez le produit à des tiers. Conservez ce mode d'emploi afin de pouvoir vous documenter en temps utile.! Vous trouverez le récapitulatif des indications du contenu à la table des matières avec mention de la page correspondante à la page 31.  Deze gebruiksaanwijzing hoort bij dit product. Er staan belangrijke aanwijzingen in betreffende de ingebruikname en gebruik, ook als u dit product doorgeeft aan derden. Bewaar deze handleiding zorgvuldig, zodat u deze later nog eens kunt nalezen! U vindt een opsomming van de inhoud in de inhoudsopgave met aanduiding van de paginanummers op pagina 44. 2  Inleiding Geachte klant, Hartelijk dank voor de aankoop van dit Voltcraft® product. U hebt hiermee een goede keus gemaakt. U hebt een meer dan gemiddeld kwaliteitsproduct aangeschaft uit een merkfamilie die zich op het gebied van meet-, laad-, en voedingstechniek onderscheidt door specifieke vakkundigheid en permanente innovatie. Met Voltcraft® worden gecompliceerde taken voor u als kieskeurige doe-het-zelver of als professionele gebruiker al gauw kinderspel. Voltcraft® biedt u betrouwbare technologie tegen een buitengewoon voordelige prijs-kwaliteitverhouding. Wij zijn ervan overtuigd: uw keuze voor Voltcraft is tegelijkertijd het begin van een langdurige en prettige samenwerking. Veel plezier met uw nieuwe Voltcraft®-product! 43 Inhoudsopgave Inleiding ..............................................................................................................................................43 Voorgeschreven gebruik......................................................................................................................45 Veiligheidsvoorschriften ......................................................................................................................45 Leveringsomvang ................................................................................................................................46 Bedieningselementen..........................................................................................................................47 Displaysymbolen ............................................................................................................................47 Functies van de toetsen ..................................................................................................................48 Ingebruikneming..................................................................................................................................48 Plaatsen van de batterij ......................................................................................................................48 Aansluiten van de meetsensor ............................................................................................................48 Opstellen van het meetapparaat ....................................................................................................48 Automatische uitschakelfunctie ......................................................................................................48 HOLD-functie ..................................................................................................................................49 Apparaat in- en uitschakelen ..........................................................................................................49 Uitvoeren van een meting....................................................................................................................49 Nulstelling (relatieve meting) ..........................................................................................................49 Meten van DC-magneetvelden........................................................................................................50 Meten van AC-magneetvelden ........................................................................................................50 REC-meetwaardegeheugen............................................................................................................51 RS232-interface ..................................................................................................................................51 Onderhoud en reiniging ......................................................................................................................52 Batterijen vervangen ......................................................................................................................52 Gebruik met netadapter ..................................................................................................................53 Afvalverwijdering ................................................................................................................................53 Verhelpen van storingen......................................................................................................................54 Technische gegevens..........................................................................................................................55 44 Voorgeschreven gebruik De GM-100 is een hooggevoelige magneetveldmeter voor uiteenlopende toepassingen in de industrie, ontwikkeling, elektronica en mechanica. Met de externe sensor is de meting van AC- en DC-magneetvelden mogelijk in het bereik van –3000 tot +3000 mG (milliGauss) of –300 tot + 300 µT (microTesla). Bij de meting van DC-magneetvelden wordt bovendien de polariteit van het magneetveld (noord/zuid) aangegeven. De hooggevoeligheid van de sensor maakt zelfs de meting van het aardmagneetveld voor refrentiedoeleinden mogelijk. Een RS232-interface maakt met een optionele datakabel de verdere verwerking van de meetgegevens mogelijk. Voor de voedingsspanning zijn 6 microbatterijen (type AAA, UM4) nodig. Optioneel is ook het gebruik mogelijk met een netadapter. Batterijen en netadapter zijn niet bij de levering inbegrepen. Een meting onder slechte omgevingsvoorwaarden is niet toegestaan. Ongunstige omstandigheden zijn: - vocht of een te hoge luchtvochtigheid, - stof en brandbare gassen, dampen of oplosmiddelen Een andere toepassing dan hierboven beschreven, kan leiden tot beschadiging van dit product. Het complete product mag niet worden gewijzigd of omgebouwd! De veiligheidsvoorschriften dienen absoluut in acht te worden genomen! Veiligheidsvoorschriften  Lees voor ingebruikneming de volledige gebruiksaanwijzing door; deze bevat belangrijke instructies voor het juiste gebruik. Bij schade veroorzaakt door het niet opvolgen van de gebruiksaanwijzing, vervalt het recht op garantie! Voor vervolgschade die hieruit ontstaat, zijn wij niet aansprakelijk! Wij kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor materiële schade of persoonlijk letsel als gevolg van ondeskundig gebruik of het niet in acht nemen van de veiligheidsvoorschriften! In dergelijke gevallen vervalt het recht op garantie. Het apparaat heeft de fabriek in veiligheidstechnisch perfecte staat verlaten. Volg de instructies en waarschuwingen in de gebruiksaanwijzing op om deze status van het apparaat te handhaven en een veilige werking te garanderen! Let op de volgende symbolen: 45  Een uitroepteken in een driehoek wijst op belangrijke instructies in deze gebruiksaanwijzing die absoluut moeten worden opgevolgd. Dit apparaat is CE-goedgekeurd en voldoet aan de betreffende nationale en Europese richtlijnen. ☞ Het “hand”-symbool vindt u bij bijzondere tips of instructies voor de bediening. Om veiligheids- en keuringsredenen (CE) is het eigenmachtig ombouwen en/of veranderen van het apparaat niet toegestaan. Meetapparaten en accessoires zijn geen speelgoed; houd deze buiten bereik van kinderen! In industriële omgevingen dienen de Arbovoorschriften ter voorkoming van ongevallen met betrekking tot elektrische installaties en bedrijfsmiddelen in acht te worden genomen. Het omgaan met magnetische componenten of zich ophouden in een magnetische omgeving kan voor mensen met een pacemaker leiden tot gevaarlijke situaties en storingen. In scholen, opleidingscentra, hobbyruimten en werkplaatsen moet door geschoold personeel voldoende toezicht worden gehouden op de bediening van meetapparaten. Schakel het meetapparaat nooit onmiddellijk in, nadat het van een koude naar een warme ruimte is gebracht. Door het condenswater dat wordt gevormd, kan het apparaat onder bepaalde omstandigheden beschadigd raken. Laat het apparaat uitgeschakeld op kamertemperatuur komen. Laat het verpakkingsmateriaal niet achteloos slingeren. Dit kan voor kinderen gevaarlijk speelgoed zijn. Het meetapparaat mag niet worden gebruikt in explosiegevaarlijke omgevingen. Neem ook de veiligheidsvoorschriften in de afzonderlijke hoofdstukken in acht. Leveringsomvang Magneetveldmeter GM-100 Externe meetsensor Kunststof koffer Gebruiksaanwijzing 46 Bedieningselementen Zie uitklappagina 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Toets „UNIT/ZERO“ Toets zonder functie (ook tegenover liggend) „POWER“-toets voor in- en uitschakelen Toets „HOLD“ LCD-display Meetbus voor externe sensor (15) Toets „REC“ Toets „AC/DC“ Netaansluitbus RESET-toets RS232-interface Apparaatstandaard Batterijvak Statief-bus Sensor-aansluitstekker Sensorkop Displaysymbolen mG milliGauss, natuurlijke eenheid van de magnetische fluxdichtheid (exp. -3) µT microTesla, SI-eenheid van de magnetische fluxdichtheid (exp. -6) N geeft positief magneetveld aan (noordpool) S geeft negatief magneetveld aan (zuidpool) AC geeft de wisselveld-modus aan REC aanduiding voor gegevensregistratie voor minimum/maximum-waarde MAX aanduiding van maximumwaarde MIN aanduiding van minimumwaarde Symbool voor batterij vervangen 47 Functies van de toetsen POWER Bedrijfsschakelaar; het meetapparaat kan worden in- en uitgeschakeld HOLD Meetmodus: de meetwaarden worden door te drukken op een toets vastgehouden op het display (HOLD) Setup-menu: het menu wordt door te drukken op de toets afgesloten (ESC). De parameters worden niet opgeslagen. REC De min/max-meetwaarden worden door te drukken op de toets opgeslagen en elke keer opnieuw drukken geeft de min- en maxwaarden achter elkaar weer (REC). UNIT Schakelt de meeteenheid om ZERO Toets voor nulstelling AC/DC Omschakeling tussen de magnetische gelijk- en wisselvelden Ingebruikname Plaatsen van de batterij Voor de eerste ingebruikneming dient u 6 nieuwe microbatterijen (alkaline, AAA) in het meetapparaat te plaatsen. Optioneel kan ook een netadapter worden gebruikt. Het plaatsen van de batterijen en het gebruik van de netadapter worden beschreven onder ‘Onderhoud en reiniging’. Aansluiten van de meetsensor Verbind de ronde stekker van de sensor (15) met de bus “PROBE INPUT” (6) op het meetapparaat. De stekker is beschermd tegen omgekeerd polariseren en past alleen op de juiste manier in de bus. Let op de pijl op de stekker. Deze markering wijst naar de achterzijde. Zorg er steeds voor dat de stekker vast in de bus zit, anders kunnen meetfouten ontstaan. Opstellen van het meetapparaat Het meetapparaat kan voor gemakkelijker aflezen met behulp van de beugel op de achterzijde (12) worden rechtop gezet. Met de statief-bus (14) is montage mogelijk op een statief. Automatische uitschakelfunctie Om de levensduur van de batterijen niet onnodig te verkorten, kan een automatische uitschakelfunctie worden geactiveerd. Het meetapparaat wordt automatisch uitgeschakeld als gedurende ca. 10 minuten geen toets is ingedrukt. Deze functie is bij levering uitgeschakeld. 48 Voor het inschakelen, gaat u als volgt te werk: - Schakel het meetapparaat in. - Houd de toets „AC/DC“ (8) ongeveer 2 s ingedrukt. Op het display verschijnt „PoFF“. - Selecteer met de toetsen „UNIT“ (1) of „AC/DC“ (8) de gewenste modus: 0 = automatische uitschakeling is uit 1 = automatische uitschakeling is aan - Bevestig uw keuze met de toets „REC“ (7) of sluit de instelling af zonder op te slaan met de toets „HOLD“. - Het display keert terug naar de normale meetmodus. HOLD-functie In de meetmodus kan met de toets „HOLD“ de meetwaarde op het display worden vastgehouden. Het symbool „HOLD“ wordt op het display weergegeven. Door opnieuw te drukken, verschijnt de normale meetmodus weer. „HOLD“ verdwijnt. Apparaat in- en uitschakelen Schakel het apparaat in met de toets „POWER“ (3). Na een korte initialiseringsfase is het meetapparaat gereed voor gebruik. Voor uitschakelen, drukt u opnieuw op de toets „POWER“ (3). De weergave „OFF“ verschijnt en schakelt het apparaat met een pieptoon uit. Schakel het meetapparaat na beëindiging van de meting uit. Uitvoeren van een meting  De hooggevoelige sensor geeft in de normale meetmodus steeds een lage waarde aan. Deze waarde komt overeen met het aardmagneetveld en kan via een nulstelling worden gecompenseerd. Met dit meetapparaat kunnen magnetische gelijk- en wisselvelden worden gemeten. De meetmodus moet dienovereenkomstig zijn ingesteld. Na inschakeling is de DC-modus standaard ingesteld. ☞ Elke beweging van de sensor kan leiden tot een schommeling van de meetwaarde. Breng de sensor voor aanvang van de meting aan op het te testen object en schakel pas daarna het meetapparaat in. Nulstelling (relatieve meting) Door de hooggevoelige sensor wordt al het natuurlijke aardmagneetveld weergegeven. Om deze waarde niet in de meting op te nemen, kan het display op nul worden gezet. U gaat hiervoor als volgt te werk: 49 - Schakel het meetapparaat in. - Houd de toets „ZERO“ (1) ca. 2 s ingedrukt tot het display op nul is gezet. Een pieptoon bevestigt deze actie. De actieve nulstelling wordt met een kleine „0“ boven de noord/zuid-aanduiding aangegeven. - De metingen kunnen nu worden uitgevoerd. - Om de nulstelling uit te schakelen, houdt u de toets „ZERO“ (1) ca. 2 s ingedrukt. Een pieptoon bevestigt deze actie. De „0“-aanduiding verdwijnt. Meten van DC-magneetvelden DC-magneten zijn bijv. permanente magneten met noord- en zuidpool. De magnetische veldlijnen verlopen buiten de magneet altijd van noordpool naar zuidpool. Door deze eigenschap is het mogelijk naast de meetwaarde voor de magnetische fluxdichtheid ook de polariteit (noord/zuid) weer te geven. Voor een DC-meting gaat u als volgt te werk: - Schakel het meetapparaat in. De DC-meetmodus is geactiveerd. - Kies met de toets „UNIT“ de meeteenheid (µT/mG). Met elke keer drukken, schakelt u de eenheid om. - Breng de sensor met de sensorkop (16) aan op het te meten object (zie afbeelding). De sensorkop moet het object aanraken. - De meetwaarde wordt samen met de polariteit (N/S) op het display weergegeven. - Schakel het meetapparaat na beëindiging van de meting uit. ☞ Als het meetbereik naar beneden (-) of boven (+) is overschreden, geeft het display alleen de onderste resp. bovenste segmentlijnen van de meetwaarde aan. Meten van AC-magneetvelden AC-magneetvelden komen voor in wisselstroomspoelen, zoals transformatoren, enz. De magnetische veldlijnen wisselen van richting. Het meetapparaat kan magnetische wisselvelden meten van 40 Hz tot 10 kHz. Voor een AC-meting gaat u als volgt te werk: - Schakel het meetapparaat in. De DC-meetmodus is geactiveerd. - Druk voor omschakeling naar het AC-bereik op de toets „AC/DC“ (8). Op het display verschijnt “AC”. Met elke keer drukken schakelt u de functie om. - Kies met de toets „UNIT“ de meeteenheid (µT/mG). Met elke keer drukken, schakelt u de eenheid om. - Breng de sensor met de sensorkop (16) aan op het te meten object (zie afbeelding bij de DC-meting). De sensorkop moet het object aanraken. - De meetwaarde wordt in het display weergegeven. - Schakel het meetapparaat na beëindiging van de meting uit. 50 REC-meetwaardegeheugen Het meetwaardegeheuegen geeft de minimum- en maximumwaarde van het kooldioxidegehalte weer. - De REC-functie kan in de meetmodus worden geactiveerd door te drukken op de toets „REC“ (7). - Op het display verschijnt het symbool „REC“ met een pieptoon. - De registratie loopt. De automatische utschakeling is gedeactiveerd. - Om de max-waarde op te roepen, drukt u nogmaals op de toets „REC“ (7). Op het display verschijnt „MAX“ en de waarde wordt uit het geheugen geladen en weergegeven. Door nogmaals te drukken, wordt de min-waarde weergegeven met de aanduiding „MIN“. De MIN/MAX-weergave kan met de toets „HOLD“ (4) worden beëindigd om terug te keren naar „REC“ meetwaardegeheugen. Op het display wordt alleen nog „REC“ weergegeven. - Om de REC-functie te deactiveren, houdt u de toets „REC“ (7) gedurende ca. 2 s ingedrukt. Het symbool „REC“ verdwijnt. ☞ De opgeslagen weetwaarden blijven alleen in de REC-meetmodus bewaard. Als deze functie wordt beëindigd of het meetapparaat wordt uitgeschakeld, dan wordt tevens het geheugen gewist. RS232-interface Het meetapparaat bezit voor het uitwisselen van gegevens met een computer een seriële interface (11). Deze bevindt zich aan de rechterzijde van de behuizing onder een deksel. Open de klep met een puntig voorwerp. De interface is uitgevoerd in de vorm van een 3,5mm mono stekkerbus en vereist een speciale datakabel, die optioneel verkrijgbaar is. De datakabel wordt als volgt aangesloten: Jackplug 3,5 mm mono 9-pol. D SUB-bus voor pc Middelste contact Pin 4 Buitencontact Pin 2 Tussen pin 2 en pin 5 is een weerstand van 2,2 kohm vereist. Het seriële datasignaal bestaat uit 16 bits met de volgende sequentie: D15 D14 D13 D12 D11 D10 D9 D8 D7 D6 D5 D4 D3 D2 D1 D0 51 Elke databit heeft de volgende betekenis: D15 Startteken D14 4 D13 Databit bij het zenden van de displayregels: 1 = bovenste regel, 2 = onderste regel D11+D12 Meeteenheid op het display: B3 = mG, B2 = µT D10 Polariteit; 0 = positief, 1 = negatief D9 Decimale punt (DP) op de juiste plaats van rechts naar links; 0= kein DP; 1=1DP; 2=2DP; 3=3DP D8 tot D1 meetwaarde D8 = grootste digit (MSD), D1 = kleinste digit (LSD). Bij een displayweergave van 1234 ontstaat als bitset „00001234“ D0 Eindteken RS232-instellingen:Baudrate: 9600, pariteit: nee, aantal databits: 8, stopbit: 1 (9600, N, 8, 1) Onderhoud en reiniging Afgezien van de vervanging van de batterij en een incidentele reiniging is het meetapparaat onderhoudsvrij. Gebruik voor het schoonmaken van het apparaat een schone, droge, antistatische en pluisvrije reinigingsdoek zonder toevoeging van schurende, chemische en oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen. Batterijen vervangen Voor de eerste ingebruikname en als op het display het batterijsymbool ten de batterijen worden geplaatst resp. vervangen. Vervang de batterijen als volgt: - Schakel het meetapparaat uit - Draai aan de achterkant de beide schroeven van het batterijvak los en neem het batterijvakdeksel weg. - Vervang de lege batterijen door nieuwe batterijen van hetzelfde type (micro, type AAA). - Let bij het plaatsen van de batterijen op de polariteitgegevens in het batterijvak (+/-) - Sluit de behuizing weer zorgvuldig in omgekeerde volgorde. 52 zichtbaar wordt, moe-  Laat geen lege batterijen in het meetapparaat zitten, aangezien zelfs batterijen die tegen lekken zijn beveiligd, kunnen corroderen, waardoor chemicaliën vrijkomen die schadelijk zijn voor uw gezondheid, resp. schade veroorzaken aan het apparaat. Batterijen/accu’s mogen niet kortgesloten, gedemonteerd of in het vuur worden geworpen. Batterijen mogen niet worden opgeladen. Er bestaat explosiegevaar. Lekkende of beschadigde batterijen/accu’s kunnen bij huidcontact bijtende wonden veroorzaken. Draag daarom in dit geval beschermende handschoenen. Vervang altijd alle batterijen gelijktijdig. Meng geen nieuwe batterijen met oude, aangezien deze kunnen gaan lekken. Gebruik met netadapter Als optie kan het meetapparaat ook worden gebruikt in combinatie met een geschikte netadapter. De netaansluitbus (9) bevindt zich aan de rechterzijde van het apparaat onder een klep. Open de klep met een puntig voorwerp. De passende stekker heeft de volgende gegevens: buitendiameter 5,5 mm, binnengat 2,5 mm. polariteit: buiten min (-), binnen plus (+) Bedrijfsgegevens : Spanning: 9 V/DC, stroom: Minimaal 50 mA ☞ De juiste alkalinebatterijen zijn onder bestelnr. 65 23 64 verkrijgbaar (6x bestellen). U kunt de passende netadapter bestellen onder bestelnummer 12 26 99. Afvoer Gebruikte elektronische apparaten zijn grondstoffen en horen niet thuis bij het huisafval. Indien het apparaat onbruikbaar is geworden, dient het in overeenstemming met de geldende wettelijke voorschriften te worden afgevoerd. Afvoer via het huisvuil is niet toegestaan. Afvoer van lege batterijen/accu’s! U bent als eindverbruiker volgens de KCA-voorschriften wettelijk verplicht alle lege batterijen en accu’s in te leveren; afvoeren via het huisvuil is niet toegestaan! Op batterijen/accu´s die schadelijke stoffen bevatten, vindt u de hiernaast vermelde symbolen. Deze geven aan dat ze niet via het huisvuil mogen worden verwijderd. De aanduidingen voor irriterend werkende, zware metalen zijn: Cd = cadmium, Hg = kwik, Pb = lood. Lege batterijen/accu’s kunt u gratis inleveren bij de verzamelplaatsen van uw gemeente, onze filialen of andere verkooppunten van batterijen/accu´s! Zo voldoet u aan de wettelijke verplichtingen en draagt u bij aan de bescherming van het milieu! 53 Verhelpen van storingen U heeft met het meetapparaat een product aangeschaft dat volgens de nieuwste stand der techniek is ontwikkeld en veilig is in het gebruik. Toch kunnen zich problemen of storingen voordoen. Hieronder vindt u enkele maatregelen om eventuele storingen eenvoudig zelf te verhelpen:  Neem altijd de veiligheidsinstructies in acht! Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Het meetapparaat kan niet worden ingeschakeld. Zijn de batterijen leeg? Controleer de batterijstatus. Zet het meetapparaat terug op nul door te drukken op de Reset-toets (10). Er wordt geen stabiele meetwaarde aangegeven. Meetfout? Houd de sensor stil. Wordt de sensor te veel bewogen? Het meetapparaat kan niet worden bediend.  Is de juiste meetfunctie (AC/DC) geselecteerd? Controleer de AC/DCfunctie, of deze geschikt is voor uw object. Niet-gedefinieerde systeemtoestand. Zet het meetapparaat terug door te drukken op de Reset-toets (10). Andere reparaties dan hierboven beschreven, mogen uitsluitend door een erkende vakman worden uitgevoerd. Bij vragen over het gebruik van het meetapparaat staat onze technische helpdesk onder het volgende telefoonnummer ter beschikking: Voltcraft, Lindenweg 15, 92242 Hirschau, Telnr. 0180 / 586 582 7. 54 Technische gegevens Weergave ..................................................LCD-scherm Meetwaarden ............................................mG/µT Meetinterval................................................ca. 1 s Meetfrequentie AC ....................................40 Hz – 10 kHz Veldrichting ................................................Uni-axiaal Auto-Power-Off-tijd ....................................ca. 10 minuten/handmatig Interface ....................................................serieel, RS232 Batterijen ....................................................6x 1,5V micro-batterij (AAA) Optionele netadapter..................................9 V/DC gestabiliseerd, min. 50 mA Stroomverbruik ..........................................ca. 21 mA Bedrijfstemperatuur....................................0 tot +50°C Rel. luchtvochtigheid ..................................<85% rF, niet condenserend Gewicht ......................................................ca. 400 g Afmetingen (LxBxH mm) ............................173 x 68 x 42 (meetapparaat) 177 x 29 x 17 (sensor) Leidinglengte sensor ..................................ca. 1 m Meettoleranties Aanduiding van de nauwkeurigheid in ± (% van aflezing + weergavefouten). De nauwkeurigheid geldt 1 jaar lang bij een temperatuur van +23°C (±5°C), bij een rel. luchtvochtigheid van minder dan 85 %rF, niet condenserend. De nauwkeurigheid geldt bij een omgevingsveldsterkte van < 3 V/m en een frequentie < 30 MHz. Meeteenheid mG (milliGauss) Meetbereik -3000 mG tot +3000 mG Resolutie -199,9 mG tot +199,9 mG 0,1 mG -19,99 µT tot +19,99 µT 0,01 µT ≥ +200 mG, ≤ -200 mG 1 mG ≥ +20,0 µT, ≤ -20,0 µT 0,1 µT Nauwkeurigheid ±(2% + 2 mG)* * -1000 mG tot + 1000 mG µT (microTesla) -300 µT tot + 300 µT ±(2% + 0,2 µT)* * -100,0 µT tot + 100,0 µT 55
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58

VOLTCRAFT GM-100 Operating Instructions Manual

Categorie
Meten, testen
Type
Operating Instructions Manual

in andere talen