Hilti PR 300-HV2S Handleiding

Type
Handleiding
OORSPRONKELIJKE GEBRUIKSAANWIJZING
PR 300-HV2S Rotatielaser
Lees de handleiding voor het eerste gebruik
beslist door.
Bewaar deze handleiding altijd bij het appa-
raat.
Geef het apparaat alleen samen met de hand-
leiding aan andere personen door.
Inhoud Pagina
1 Algemene opmerkingen 144
2 Veiligheidsinstructies 144
3 Beschrijving 146
4 Technische gegevens 149
5 Inbedrijfneming 150
6 Bediening 152
7 Verzorging en onderhoud 162
8 Foutopsporing 163
9 Afval voor hergebruik recyclen 164
10 Fabrieksgarantie op de apparatuur 165
11 EG-conformiteitsverklaring (origineel) 165
1 Deze nummers verwijzen naar afbeeldingen. De afbeel-
dingen zijn te vinden aan het begin van de handleiding.
In detekst van deze handleiding wordt met "het apparaat"
of "de rotatielaser" altijd de rotatielaser PR 300-HV2S
bedoeld. Met "afstandsbediening" resp. "laserontvanger"
of "ontvanger" wordt altijd de laserontvanger PRA 300
bedoeld.
Rotatielaser 1
@
Laserstraal (rotatievlak)
;
Rotatiekop
=
Penta Prisma
%
Handgreep
&
Bedieningspaneel
(
Grondplaat met ⁵/₈"‑schroefdraad
)
Li-ion-accu PRA 84
Batterijvak 2
@
Li-ion-accu PRA 84
;
Batterijvak
=
Vergrendeling
Opladen in het apparaat 3
@
Netvoeding PUA 81
;
Oplaadaansluiting
Opladen buiten het apparaat 4
@
Netvoeding PUA 81
;
Auto‑laadsnoer PUA 82
=
LED acculaadactiviteit
Bedieningspaneel rotatielaser 5
@
Aan/uit-toets
;
LED automatische nivellering
=
LED-pijlen voor elektronische hellingshoekuitrichting
%
Toets handmatige elektronische hellingshoekuitrich-
ting (alleen in combinatie met hellingshoekmodus)
&
Toets en LED schokwaarschuwingsfunctie
(
Toets en LED hellingshoekmodus
)
LED bewakingsmodus (alleen bij verticale automati-
sche uitrichting)
+
LED acculaadtoestandaanduiding
Bedieningspaneel PRA 300 laserontvan-
ger/afstandsbediening 6
@
Aan/uit-toets
;
Hellingshoekinvoertoets Plus / richtingstoets Rechts
resp. Hoog (met PRA 90)
=
Bevestigingstoets (Ok)
%
Menutoets
&
Hellingshoekinvoertoets Min / richtingstoets Links
resp. Omlaag (met PRA 90)
(
Toets automatisch uitrichten/bewakingsmodus (ver-
ticaal) (dubbele klik)
)
Detectieveld
+
Markeerkerf
§
Display
DisplayPRA 300laserontvanger/afstandsbediening7
@
Aanduiding van de positie van de ontvanger t.o.v.
de hoogte van het laservlak
;
Weergave nauwkeurigheid
=
Indicatie batterijtoestand
%
Virtuele straaldiafragma's in-/uitschakelen
&
Volume-aanduiding
(
Afstandsaanduiding tot het laservlak
nl
143
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
1 Algemene opmerkingen
1.1 Signaalwoorden en hun betekenis
GEVAAR
Voor een direct dreigend gevaar dat tot ernstig letsel of
tot de dood leidt.
WAARSCHUWING
Voor een eventueel gevaarlijke situatie die tot ernstig
letsel of tot de dood kan leiden.
ATTENTIE
Voor een eventueel gevaarlijke situatie die tot licht letsel
of tot materiële schade kan leiden.
AANWIJZING
Voor gebruikstips en andere nuttige informatie.
1.2 Verklaring van de pictogrammen en overige
aanwijzingen
Symbolen
Vóór het
gebruik de
handleiding
lezen
Waarschu-
wing voor
algemeen
gevaar
Waarschu-
wing voor
bijtende
stoffen
Waarschu-
wing voor
gevaarlijke
elektrische
spanning
Alleen voor
gebruik
binnen
Materialen
afvoeren
voor
recycling
Niet in de
straal kijken
Waarschu-
wing voor
explosieve
stoffen
Vergrendeling
gesloten
Vergrendeling open
Op het apparaat
Klasse 2 laserproduct. Niet in de straal kijken.
Plaats van de identificatiegegevens op het apparaat
De typeaanduiding en het seriekenmerk staan op het
typeplaatje van uw apparaat. Neem deze gegevens over
in uw handleiding en geef ze altijd door wanneer u onze
vertegenwoordiging of ons servicestation om informatie
vraagt.
Type:
Generatie: 01
Serienr.:
2 Veiligheidsinstructies
2.1 Essentiële veiligheidsnotities
Naast de technische veiligheidsinstructies in de af-
zonderlijke hoofdstukken van deze handleiding moe-
ten de volgende bepalingen altijd strikt worden opge-
volgd.
2.2 Algemene veiligheidsmaatregelen
a) Maak geen veiligheidsinrichtingen on-
klaar en verwijder geen instructie- en
waarschuwingsopschriften.
b) Aanpassingen of veranderingen aan het apparaat
zijn niet toegestaan.
c) Wees alert, let goed op wat u doet en ga met
verstand te werk bij het gebruik van het apparaat.
Gebruik het apparaat niet wanneer u moe bent
of onder invloed bent van drugs, alcohol of me-
dicijnen. Een moment van onoplettendheid bij het
gebruik van het apparaat kan tot ernstig letsel leiden.
d) Zorg ervoor dat kinderen niet in aanraking komen
met laserapparaten.
nl
144
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
e) Wanneer het apparaat op een ondeskundige manier
wordt geopend kan er laserstraling ontstaan die ster-
ker is dan klasse 2 resp. 3. Laat het apparaat door
een Hilti-servicestation repareren.
f) Werk niet met het gereedschap in een explo-
sieve omgeving waarin zich brandbare vloeistof-
fen, gassen of stof bevinden. Apparaten veroorza-
ken vonken die het stof of de dampen tot ontsteking
kunnen brengen.
g) (Aanwijzing volgens FCC §15.21): Veranderingen of
modificaties die niet uitdrukkelijk door Hilti toege-
staan zijn, kunnen het recht van de gebruiker beper-
ken om het apparaat in bedrijf te nemen.
h) Als andere dan de hier genoemde bedienings- of
afstelapparaten wordt gebruikt, of als anders te werk
wordt gegaan, kan dit leiden tot gevaarlijke straling.
i) Controleer het apparaat alvorens het te gebrui-
ken. Laat het apparaat ingeval van beschadiging
repareren in een Hilti-servicestation.
j) Ga zorgvuldig met het apparaat om. Controleer
of bewegende delen van het gereedschap correct
functioneren en niet vastklemmen en of onder-
delen gebroken of zodanig beschadigd zijn dat
de werking van het apparaat nadelig wordt beïn-
vloed. Laat beschadigde delen repareren voordat
u het apparaat gebruikt. Veel ongevallen hebben
hun oorzaak in slecht onderhouden apparaten.
k) Na een valof anderemechanische invloeden dient
u de precisie van het apparaat te controleren.
l) Controleer het apparaat voor belangrijke metin-
gen.
m) Controleer tijdens het gebruik meerdere malen de
precisie.
n) Wanneer het apparaat vanuit een zeer koude in
een warme omgeving wordt gebracht, of om-
gekeerd, dient u het apparaat vóór gebruik op
temperatuur te laten komen.
o) Zorg er bij het gebruik van adapters voor dat het
apparaat stevig vastgeschroefd is.
p) Om foutieve metingen te voorkomen, moet het
uitgangsvenster van de laser schoon worden ge-
houden.
q) Ook al is het apparaat gemaakt voor zwaar ge-
bruik op bouwplaatsen, toch dient het, evenals
andere optische en elektrische apparaten (bijv.
veldkijkers, brillen, fotoapparaten), zorgvuldig te
worden behandeld.
r) Hoewel het apparaat beschermd is tegen het bin-
nendringen van vocht, dient u het droog te maken
alvorens het in de transportcontainer te plaatsen.
s) De elektrische contacten uit de buurt van regen
en vocht houden.
t) Gebruik de netvoeding alleen voor het elektrici-
teitsnet.
u) Zorg ervoor dat het apparaat en de netvoeding
geen obstakel vormen dat ertoe kan leiden dat
mensen vallen en letsel oplopen.
v) Zorg voor een goede verlichting van het werkge-
bied.
w) Controleer de verlengsnoeren regelmatig en ver-
vang deze in geval van beschadiging. Wordt de
netvoeding of het verlengsnoer tijdens de werk-
zaamheden beschadigd, dan mag u het niet aan-
raken. Haal de stekker uit het stopcontact. Be-
schadigde voedings- en verlengsnoeren houden het
risico van een elektrische schok in.
x) Voorkom aanraking van het lichaam met geaarde
oppervlakken, bijvoorbeeld van buizen, verwar-
mingen, fornuizen en koelkasten. Er bestaat een
verhoogd risico door een elektrische schok wanneer
uw lichaam geaard is.
y) Bescherm het snoer tegen hitte, olie en scherpe
randen.
z) Gebruik de netvoeding nooit in vuile of natte toe-
stand. Vocht of stof dat zich aan het oppervlak
van de netvoeding hecht, met namevan geleidend
materiaal, kan onder ongunstige omstandigheden
tot een elektrische schok leiden. Laat daarom
verontreinigde apparaten, met name wanneer er
vaak geleidend materiaal wordt bewerkt, regel-
matig controleren door de Hilti-service.
z) Raak de contacten niet aan.
2.2.1 Gebruik en onderhoud van
accugereedschappen
a) Stel de accu's niet bloot aan hoge temperaturen
of aan vuur. Er is sprake van explosiegevaar.
b) De accu's mogen niet uit elkaar genomen, in-
eengedrukt, tot boven de 75 °C worden verhit
of verbrand. Anders bestaat er gevaar voor vuur,
verbranding door bijtend zuur en explosie.
c) Voorkomdat er vocht binnendringt.Binnengedron-
gen vocht kan kortsluiting en chemische reacties
veroorzakenenbrandwondenofbrandtotgevolg
hebben.
d) Bij een verkeerd gebruik kan er vloeistof uit de bat-
terij/accu komen. Voorkom contact. Spoel bij on-
voorzien contact met water af. Komt de vloeistof
in de ogen, spoel deze dan met veel water uit en
neem contact op met een arts. Gelekte accuvloei-
stof kan tot huidirritaties en verbrandingen leiden.
e) Gebruik uitsluitend de voor uw apparaat goedge-
keurde accu's. Bij het gebruik van andere accu's of
het gebruik van accu's voor andere doeleinden is er
kans op brand en bestaat er explosiegevaar.
f) Neem de bijzondere richtlijnen voor het transport,
de opslag en het gebruik van Li-ion-accu's in acht.
g) Houd de gebruikte accu of acculader uit
de buurt van paperclips, munten, sleutels,
spijkers, schroeven of andere kleine metalen
voorwerpen, die een kortsluiting van de accu- of
laadcontacten zouden kunnen veroorzaken. Een
kortsluiting tussen de accu- of laadcontacten kan
leiden tot brand of verbrandingen.
h) Voorkom kortsluiting van de accu. Controleer al-
vorens de accu in het apparaat te plaatsen of de
contacten van de accu en het apparaat vrij zijn. Wor-
den de contacten van een accu kortgesloten, dan
bestaat het risico van vuur, verbranding door bijtend
zuur en explosie.
i) Beschadigde accu's (bijvoorbeeld accu's met
scheuren, gebroken onderdelen, verbogen,
nl
145
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
ingedrukte en/of uitgetrokken contacten) mogen
niet geladen en ook niet meer worden gebruikt.
j) Gebruik voor het apparaat en het opladen
van de accu alleen de netvoeding PUA 81,
het auto‑laadsnoer PUA 82 of andere door de
fabrikant aanbevolen acculaders. Anders bestaat
het gevaar het apparaat te beschadigen. Voor
een acculader dat voor een bepaald type accu's
geschikt is, bestaat het risico van brand wanneer
deze met andere accu's wordt gebruikt.
2.3 Correcte inrichting van het werkgebied
a) Zet het gebied waar u metingen verricht af en let
er bij het opstellen van het apparaat op dat de
straal niet op andere personen of op uzelf wordt
gericht.
b) Wanneer u op ladders werkt, neem dan geen
ongewone lichaamshouding aan. Zorg ervoor dat
u stevig staat en altijd in evenwicht bent.
c) Metingenin de buurt van reflecterendeobjecten resp.
oppervlakken en door ruiten of soortgelijke materia-
len kunnen leiden tot een verkeerd meetresultaat.
d) Let er op dat het apparaat op een effen, stabiel
oppervlak wordt geplaatst (zonder trillingen!).
e) Gebruik het apparaat alleen binnen de gedefini-
eerde grenzen.
f) Controleer of uw PR 300-HV2Salleen op uw PRA300
reageert en niet op een andere PRA 300 die eventueel
op de bouwplaats wordt gebruikt.
g) Zorg voor een stevige bevestiging van de net-
voeding, bijv. aan een statief, als u het apparaat
oplaadt tijdens het gebruik.
h) Het gebruik van producten voor andere dan de voor-
ziene toepassingen kan tot gevaarlijke situaties lei-
den. Gebruikhet product, de toebehoren, deinzet-
gereedschappen en dergelijke in overeenstem-
ming met deze aanwijzingen en op de manier die
voor dit speciale producttype is voorgeschreven.
Let daarbij op de arbeidsomstandigheden en de
uit te voeren werkzaamheden.
i) Het werken met meetlatten in de buurt van hoog-
spanningsleidingen is niet toegestaan.
2.3.1 Elektromagnetische compatibiliteit
Hoewel het apparaat voldoet aan de strenge eisen van
de betreffende voorschriften, kan Hilti de mogelijkheid
niet uitsluiten dat het apparaat door sterke straling wordt
gestoord, hetgeen tot een foute bewerking kan leiden. In
dit geval of wanneer u niet zeker bent, dienen controle-
metingen te worden uitgevoerd. Eveneens kan Hilti niet
uitsluiten dat andere apparaten (bijv. navigatietoestellen
van vliegtuigen) gestoord worden.
2.3.2 Laserclassificatie voor klasse 2
laserapparaten
Afhankelijk van de verkochte versie voldoet het appa-
raat aan de laserklasse 2 volgens IEC60825-1:2007 /
EN60825-1:2007. Deze apparaten kunnen zonder ver-
dere beveiligingsmaatregelenworden gebruikt.Toch mag
men, evenals bij de zon, niet direct in de lichtbron kijken.
In het geval van direct oogcontact uw ogen sluiten en uw
hoofd uit de lichtbundel bewegen. Richt de laserstraal
niet op personen.
3 Beschrijving
3.1 Gebruik volgens de voorschriften
De PR 300-HV2S is een rotatielaser met een roterende, zichtbare laserstraal en, in een hoek van 90° daarop, een
referentiestraal. De rotatielaser kan verticaal, horizontaal en voor schuinehoekeniénoftweevlakkenworden
gebruikt.
Het apparaat is bestemd voor het vaststellen, overdragen en controleren van horizontale hoogteverlopen, verticale en
hellende vlakken en rechte hoeken. Voorbeelden voor het gebruik zijn het aanbrengen van meet- en hoogtelijnen, het
bepalen van rechte hoeken op wanden, verticaal uitrichten op referentiepunten of het creëren van hellende vlakken.
Het apparaat is bestemd voor de professionele gebruiker en mag alleen door geautoriseerd, vakkundig geschoold
personeel bediend, onderhouden en gerepareerd worden. Dit personeel moet speciaal op de hoogte zijn gesteld
van de mogelijke gevaren. Het apparaat en de bijbehorende hulpmiddelen kunnen gevaar opleveren als ze door
ongeschoolde personen op ondeskundige wijze of niet volgens de voorschriften worden gebruikt.
Voor een optimaal gebruik van het apparaat bieden wij u verschillende toebehoren.
Gebruik ter voorkoming van letsel alleen originele Hilti toebehoren en apparaten.
3.2 Kenmerken
Met het apparaat kan een persoon snel en met een grote nauwkeurigheid elk vlak waterpas stellen.
De nivellering vindt automatisch plaats na het inschakelen van het apparaat. De straal wordt ingeschakeld als de
nivellering bereikt is.
De LED's geven de actuele modus aan.
Het apparaat werkt met oplaadbare Li‑ion accu's, die ook tijdens het gebruik kunnen worden opgeladen.
nl
146
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
3.3 Combinatiemogelijkheid met de afstandsbediening/laserontvanger PRA 300
De PRA 300 is een afstandsbediening en laserontvanger in een. Hiermee is het mogelijk de PR 300-HV2S rotatielaser
gemakkelijk vanaf grote afstanden te bedienen. Daarnaast dient de PRA 300 ook als laserontvanger en kan deze
worden gebruikt om de laserstraal op grote afstand zichtbaar te maken.
3.4 Digitaal meten van de afstand
De laserontvanger toont digitaal de afstand tussen het laservlak en de markeerkerf van de laserontvanger. Zodoende
kan in een stap tot op de millimeter nauwkeurig worden vastgesteld waar de laserontvanger zich bevindt.
3.5 Automatisch uitrichten en controleren
Met de PR 300-HV2S en de PRA 300 kan één persoon eenvoudig een laservlak op een punt uitrichten. Het apparaat
herkent de betreffende uitrichting (horizontaal, verticaal of neiging) en gebruikt vervolgens de functie automatisch
uitrichten (horizontaal met PRA 90 en neiging) of automatisch uitrichten met aansluitende bewaking van het vlak
(verticaal). Het uitgerichte laservlak wordt met behulp van de controlefunctie van de PRA 300 automatisch met
regelmatige intervallen gecontroleerd, om eventuele verschuivingen (bijv. door temperatuurschommelingen, wind e.d.)
te voorkomen. De bewakingsfunctie kan worden uitgeschakeld.
3.6 Digitale hellingshoekaanduiding met gepatenteerde automatische elektronische hellingshoekuitrichting
De digitale hellingshoekaanduiding kan een hellingshoek tot 25% aanduiden, als de PR 300-HV2S zich al in
een hellingshoek bevindt. Zo kunnen zonder berekeningen hellingen worden uitgezet en gecontroleerd. Met de
automatische elektronische hellingshoekuitrichting kan de nauwkeurigheid van een helling worden geoptimaliseerd.
3.7 Schokwaarschuwingsfunctie
De schokwaarschuwingsfunctie wordt na het inschakelen van het apparaat pas twee minuten na het uitvoeren van
de nivellering geactiveerd. Als binnen deze twee minuten op een toets wordt gedrukt, begint de wachttijd van twee
minuten opnieuw. Als het apparaat tijdens het gebruik uit het waterpasvlak wordt gebracht (schudden / stoten), dan
schakelt het in de waarschuwingsmodus; alle LED’s knipperen, de laser schakelt uit (kop draait niet meer).
3.8 Automatische uitschakeling
Wanneer het apparaat buiten het zelf instelbare bereik (±16° X-as, ±10° Y-as) is opgesteld of mechanisch is
geblokkeerd, dan schakelt de laser niet in en knipperen de LED’s.
Het apparaat kan op statieven met 5/8"-schroefdraad of direct op een vlakke stabiele ondergrond worden opgesteld
(trillingvrij!). Bij het automatisch nivelleren van één of beide richtingen bewaakt het servosysteem de handhaving van
de gespecificeerde nauwkeurigheid. Het apparaat wordt uitgeschakeld wanneer het apparaat niet zelf de nivellering
kan uitvoeren (apparaat buiten het instelbare bereik of mechanisch geblokkeerd) of wanneer het apparaat uit zijn
ingestelde vlak wordt gebracht (zie het hoofdstuk schokwaarschuwing).
AANWIJZING
Wanneer het apparaat niet zelf de nivellering kan uitvoeren, schakelt de laser uit en knipperen alle LED's.
3.9 Standaard leveringsomvang
1 Rotatielaser PR 300-HV2S
1 Laserontvanger/afstandsbediening PRA 300
1 Ontvangerhouder PRA 83
2Handleiding
1 Li-ion-accu PRA 84
1NetvoedingPUA81
2 Batterijen (AA‑cellen)
2 Fabriekscertificaten
1 Hilti-koffer
AANWIJZING
Verdere toebehoren kunt u vinden in uw Hilti Centre of online op www.hilti.com.
nl
147
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
3.10 Indicatoren van de bedrijfsstatus
Het apparaat heeft de volgende statusaanduidingen: LED automatische nivellering, LED acculaadtoestand, LED
deactivering schokwaarschuwingsfunctie, LED hellingshoekmodus, LED bewaking en LED elektronische hellings-
hoekuitrichting.
3.11 LED-weergaven op de PR 300‑HV2S rotatielaser
LED automatische nivellering De groene LED knippert. Het apparaat is bezig waterpas te stel-
len.
De groene LED brandt con-
stant.
Het apparaat is goed ingesteld / werkt
correct.
LED deactivering schokwaarschu-
wingsfunctie
De oranje LED brandt con-
stant.
De schokwaarschuwingsfunctie is gede-
activeerd.
LED hellingshoekmodus De oranje LED knippert. Uitrichten van een hellend vlak.
De oranje LED brandt con-
stant.
Hellingshoekmodus is geactiveerd.
LED bewaking De oranje LED brandt con-
stant.
Het apparaat richt het laservlak op het
referentiepunt (PRA 300) uit.
De oranje LED knippert. Het apparaat staat in de controlemodus.
Uitrichting op het referentiepunt (PRA
300) is correct.
LED's elektronische hellingshoekuit-
richting
De oranje LED-pijlen knippe-
ren.
Het apparaat bevindt zich in de modus
"elektronische hellingshoekuitrichting",
de PRA 300 ontvangt geen laserstraal
Beide oranje LED-pijlen bran-
den constant
Het apparaat is correct op de PRA 300
uitgericht.
De linker oranje LED-pijl
brandt
Het apparaat moet rechtsom worden
gedraaid.
De rechter oranje LED-pijl
brandt
Het apparaat moet linksom worden ge-
draaid
Alle LED's Alle LED's knipperen Er is tegen het apparaat gestoten of het
apparaat heeft een storing.
3.12 Laadtoestand van de Li‑ion accu tijdens het gebruik
LED brandt permanent LED knipperend
Laadtoestand C
LED1,2,3,4
-
C≧75%
LED1,2,3
-
50% C < 75%
LED 1, 2
-
25% C < 50%
LED 1
-
10% C < 25%
-
LED 1
C<10%
3.13 Laadtoestand van de Li‑ion accu tijdens het opladen in het apparaat
LED brandt permanent LED knipperend
Laadtoestand C
LED1,2,3,4
-
C = 100%
LED1,2,3 LED4
75% C < 100%
LED1,2 LED3
50% C < 75%
LED1 LED2
25% C < 50%
-
LED 1
C<25%
3.14 Laadtoestand van de Li‑ion accu tijdens het opladen in het apparaat
Als de rode LED constant brandt, wordt de accu opgeladen.
Als de rode LED acculaadactiviteit niet brandt, is het opladen voltooid of levert de acculader geen stroom.
nl
148
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
4 Technische gegevens
Technische wijzigingen voorbehouden!
PR 300-HV2S
Reikwijdte ontvangst (diameter) Met PRA 300 typisch: 2…600 m
Reikwijdte afstandsbediening (diameter) Met PRA 300 typisch, Op open veldenzonderexterne
invloeden: 0…240 m
Nauwkeurigheid
1
Op 10 m: ± 0,5 mm
Loodstraal Continu haaks op het rotatievlak
Laserklasse Klasse 2, 620-690 nm; < 1 mW (EN 60825-1:2007 / IEC
60825-1:2007); Maximaal vermogen < 4,85 mW bij
300/min
Rotatiesnelheden 600/min, 1.000/min (tijdens de automatische uitrich-
tingsprocedure)
Hellingshoekbereik
Met apparaat al onder een hoek: 25 %
Bereik van de zelfnivellering ±16° X-as, ±10° Y-as
Energievoorziening 7,2V/4,5AhLi-ionaccu
Bedrijfsduur accu Temperatuur +25 °C, Lithium-ion accu: 25 h
Bedrijfstemperatuur -20…+50 °C
Opslagtemperatuur (droog) -25…+60 °C
Veiligheidsklasse IP 66 (overeenkomstig IEC 60529); Niet in de modus
"Opladen tijdens gebruik"
Schroefdraad van het statief
⁵⁄₈" x 18
Gewicht (inclusief PRA 84) 2,5 kg
Valtesthoogte
2
1,5 m
1
Invloeden zoals met name grote temperatuurschommelingen, vochtigheid, schokken, vallen, enz. kunnen de nauwkeurigheid beïn-
vloeden. Tenzij anders vermeld, is het apparaat onder standaard omgevingsomstandigheden (MIL-STD-810G) afgesteld resp. gekali-
breerd.
2
De valtest is van het statief op een vlakke betonnen vloer onder standaard omgevingsomstandigheden (MIL-STD-810G) uitgevoerd.
PRA 300
Werkingsgebied detectie (diameter) Met PR 300-HV2S typisch: 2…600 m
Zoemer 3 volumes met de mogelijkheid om deze te onderdruk-
ken
LCD-display Aan beide kanten
Bereik van de afstandsaanduiding ± 52 mm
Weergavebereik van het laservlak ± 1 mm
Lengte van het detectieveld 120 mm
Centrumindicatie van bovenkant behuizing
75 mm
Markeerkerven Aan beide kanten
Detectievrije wachttijd voor zelfuitschakeling 15 min
Gewicht (inclusief batterijen) 0,25 kg
Energievoorziening 2 AA‑batterijen
Levensduur batterijen Temperatuur +20 °C: Circa 40 h (afhankelijk van de
kwaliteit van de alkali-mangaanbatterijen)
Bedrijfstemperatuur -20…+50 °C
Opslagtemperatuur -25…+60 °C
1
De valtest is in de ontvangerhouder PRA 83 op een vlakke betonnen vloer onder standaard omgevingsomstandigheden (MIL-STD-
810G) uitgevoerd.
nl
149
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
Veiligheidsklasse IP 66 (overeenkomstig IEC 60529), behalve batterijvak
Valtesthoogte
1
2m
1
De valtest is in de ontvangerhouder PRA 83 op een vlakke betonnen vloer onder standaard omgevingsomstandigheden (MIL-STD-
810G) uitgevoerd.
PRA 84 Li-ion accu
Nominale spanning (normale modus) 7,2 V
Maximale spanning (in gebruik of bij het opladen tijdens
het gebruik)
13 V
Nominale stroom 180 mA
Laadtijd
Temperatuur+3C:2h10min(accu80%opgeladen)
Bedrijfstemperatuur -20…+50 °C
Opslagtemperatuur (droog) -25…+60 °C
Laadtemperatuur (ook bij het opladen tijdens gebruik) +0…+40 °C
Gewicht 0,3 kg
PUA 81 Netvoeding
Netstroomvoeding 115…230 V
Netfrequentie 47…63 Hz
Nominaal vermogen 36 W
Nominale spanning 12 V
Bedrijfstemperatuur +0…+40 °C
Opslagtemperatuur (droog) -25…+60 °C
Gewicht 0,23 kg
5 Inbedrijfneming
AANWIJZING
Het apparaat mag alleen met de Hilti accu PRA 84 of
PRA 84G worden gebruikt.
5.1 Accu aanbrengen 2
1. Schuif de accu in het apparaat.
2. Draai de vergrendeling rechtsom tot het symbool
"Vergrendeling dicht" verschijnt.
5.2 Accu verwijderen 8
1. Draai de vergrendeling linksom tot het symbool "Ver-
grendeling open" verschijnt.
2. Trek de accu uit het apparaat.
5.3 Accu opladen
5.3.1 Eerste maal opladen van een nieuwe accu
Laad de accu's voor het eerste gebruik volledig op.
AANWIJZING
Zorg er daarbij voor dat het op te laden systeem veilig is
geplaatst.
5.3.2 Opnieuw opladen van een accu
1. Zorg ervoor dat de buitenvlakken van de accu
schoon en droog zijn.
2. Voer de accu in het apparaat in.
AANWIJZING Li‑ion-accu's zijn altijd gebruiksklaar,
ook wanneer ze ten dele zijn opgeladen.
Wanneer het apparaat is ingeschakeld, wordt de
voortgang van het opladen aangegeven door LED's.
5.4 Opties voor het opladen van de accu
AANWIJZING
Zorgervoordatdeaanbevolen temperatuur bij het opla-
deninachtwordtgenomen(0tot4C).
GEVAAR
De netvoeding PUA 81 mag alleen "binnenshuis" wor-
den gebruikt. Voorkom dat er vocht binnendringt.
5.4.1 Opladen van de accu in het apparaat 4
1. Plaats de accu in het batterijvak (zie 5.1).
2. Draai de vergrendeling totdat de laadaansluiting van
de accu zichtbaar wordt.
3. Sluitdestekkervandenetvoedingofhet
auto‑laadsnoer aan op de accu.
De accu wordt opgeladen.
4. Schakel het apparaat in om de laadtoestand tijdens
het opladen weer te geven.
nl
150
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
5.4.2 Opladen van de accu buiten het apparaat 5
1. Verwijderdeaccu(zie5.2).
2. Verbind de stekker van de netvoeding of het
auto‑laadsnoer met de accu.
De rode LED van de accu geeft laadactiviteit aan.
5.4.3 Opladen van de accu tijdens het gebruik
GEVAAR
Het is niet toegestaan om het accu-pack tijdens het
gebruik van het apparaat buitenshuis of in een vochtige
omgeving op te laden.
1. Draai de sluiting totdat de laadaansluiting van de
accu zichtbaar wordt.
2. Steek de stekker van de netvoeding in de accu.
Het apparaat werkt tijdens het opladen en de laad-
toestand van de accu wordt door de LED's op het
apparaat weergegeven.
5.5 Rotatielaser inschakelen
Druk op de aan/uit-toets .
AANWIJZING
Na het inschakelen start het apparaat de automatische
nivellering. Bij volledige nivellering schakelt de laserstraal
in de rotatie- en in de normale richting in.
5.6 LED indicaties
Zie het hoofdstuk met de beschrijving "LED-weergaven
op de PR 300‑HV2S rotatielaser".
5.7 Batterijen in de PRA 300 aanbrengen 9
GEVAAR
Gebruik geen beschadigde batterijen.
GEVAAR
Geen oude en nieuwe batterijen samen in het apparaat
aanbrengen. Gebruik geen batterijen van verschillende
producenten of met verschillende typeaanduidingen.
AANWIJZING
De PRA 300 mag alleen met batterijen worden gebruikt
die overeenkomstig internationale standaarden geprodu-
ceerd zijn.
1. Open het batterijvak van de laserontvanger.
2. Breng de batterijen in de laserontvanger aan.
AANWIJZING Letbijhetaanbrengenopdepolariteit
van de batterijen!
3. Sluit het batterijvak.
5.8 Pairen
Het apparaat en de afstandsbediening/de laserontvanger
worden gepaird geleverd. Andere laserontvangers van
hetzelfde type of het automatische statief PRA 90 zijn
zonder pairing niet klaar voor gebruik. Om het apparaat
met dit accessoire te kunnen gebruiken, moeten deze
op elkaar worden ingesteld, ofwel gepaird. Het pairen
van apparaten bewerkstelligt dat de apparaten eenduidig
met elkaar worden gepaird. Het apparaat en het auto-
matische statief PRA 90 ontvangen zo alleen signalen
van de gepairde afstandsbediening/laserontvanger. De
pairing maakt het mogelijk om naast andere rotatiela-
sers te werken, zonder dat instellingen hierdoor worden
gewijzigd.
5.8.1 Pairen van apparaat en laserontvanger
1.
Druk de aan/uit-toetsen van het apparaat en
de laserontvanger gelijktijdig in en houd deze ten
minste 3 seconden ingedrukt.
De succesvolle pairing wordt op de laserontvanger
door een geluidssignaal en op het apparaat door het
knipperen van alle LED's aangegeven. Tegelijkertijd
verschijnt op het display van de laserontvanger het
hierboven afgebeelde symbool. Het apparaat en
de ontvanger schakelen na het pairen automatisch
uit.
2. Schakeldegepairdeapparatenweerin.
5.8.2 Pairen van PRA 90 statief en ontvanger
1.
Druk de aan-/uit-toetsen van het automatische
statief PRA 90 en van de laserontvanger gelijktijdig
in en houd deze ten minste 3 seconden ingedrukt.
De succesvolle pairing wordt op de laserontvanger
door een geluidssignaal en op het apparaat door het
knipperen van alle LED's aangegeven. Tegelijkertijd
verschijnt op het display van de laserontvanger het
hierboven afgebeelde symbool. Het apparaat en
de ontvanger schakelen na het pairen automatisch
uit.
2. Schakeldegepairdeapparatenweerin.
Op het display van de laserontvanger wordt het
apparaat inclusief statief aangegeven.
nl
151
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
6Bediening
6.1 Overzicht van de algemene symbolen
Overzicht van de algemene symbolen
Algemene symbolen
Werkzaamheden succesvol afgesloten.
Informatie
Waarschuwing
Schokwaarschuwing geactiveerd
Slaapmodus geactiveerd
Rotatielaser in slaapmodus
Hellingshoekmodus geactiveerd
Automatisch elektronisch uitlijnen is geactiveerd
Handmatig uitlijnen
6.2 Apparaat controleren
Controleer voor belangrijke metingen de nauwkeurigheid van het apparaat, met name nadat het op de grond is
gevallen of aan ongebruikelijke mechanische invloeden blootgesteld is geweest (zie 7.6).
6.3 Apparaat inschakelen
Druk op de aan/uit-toets .
AANWIJZING
Na het inschakelen start het apparaat de automatische nivellering.
6.4 Werken met de PRA 300 laserontvanger/afstandsbediening
De PRA 300 is een afstandsbediening en laserontvanger in een. De afstandsbediening vergemakkelijkt het werken
met de rotatielaser en is nodig om sommige functies van het apparaat te kunnen gebruiken. De aanduiding van de
laserstraal vindt optisch en akoestisch plaats.
nl
152
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
6.4.1 Werken met de PRA 300 laserontvanger als los apparaat
1.
Druk op de aan/uit-toets .
AANWIJZING Als de ontvanger voor de PR 300 rotatielaser is gestart, is op het display van de ontvanger nog
geen laserstraal afgebeeld.
2. Houd de laserontvanger met het detectievenster direct in het vlak van de roterende laserstraal.
6.4.2 Werken met de laserontvanger in de ontvangerhouder PRA 83 
1. Druk de ontvanger schuin in de rubber behuizing van de PRA 83, tot deze de ontvanger volledig omsluit. Let erop
dat het ontvangstveld en de toetsen zich aan de voorzijde bevinden.
2. Maak de ontvanger samen met de rubber behuizing vast aan de handgreep. De magnetische houder verbindt de
behuizing en de handgreep met elkaar.
3.
Schakel de ontvanger in met de aan/uit-toets .
4. Open de draaigreep.
5. Bevestig de ontvangerhouder PRA 83 door sluiten van de draaihandgreep stevig aan de telescoop- of nivelleer-
stang.
6. Houd de ontvanger met het ontvangstveld direct in het vlak van de roterende laserstraal.
6.4.3 Werken met de baak PRA 81 
1. Open de sluiting van de PRA 81.
2. Plaats de laserontvanger in de baak PRA 81.
3. Sluit de sluiting van de PRA 81.
4.
Schakel de laserontvanger met de aan/uit-toets in.
5. Houd de laserontvanger met het detectievenster direct in het vlak van de roterende laserstraal.
6. Positioneer de laserontvanger zodanig, dat de afstandsaanduiding "0" aangeeft.
7. Meet de gewenste afstand met behulp van het meetlint.
6.5 Menu-opties van de PRA 300 laserontvanger/afstandsbediening
1.
U kunt op elk moment tijdens de bediening de menutoets indrukken.
De menuweergave verschijnt op het display.
2.
Selecteer met de richtingstoetsen of naar behoefte de afzonderlijke menupunten.
AANWIJZING Met de richtingstoetsen of kunnen de instelmogelijkheden worden geselecteerd. Met de
toets wordt uw selectie opgeslagen.
Volume
Eenheden
Systeeminrichting
Apparaatinstelling
Informatie
Retour
3.
Met de menutoets of de retourtoets kan op elk moment het menu weer worden verlaten.
6.5.1 Volume instellen
Bij iedere keer inschakelen van de laserontvanger is het volume op "normaal" ingesteld. Door een druk op de
volumefunctie in het menu kan het volume worden gewijzigd. Er kan worden gekozenuitde4opties"Zacht",
"Normaal", "Luid" en "Uit". Na iedere selectie keert u automatisch weer in de normale bedieningsmodus terug.
nl
153
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
Volume luid
Volume normaal
Volume zacht
Volume uit
De retourtoets kan worden bediend, om weer terug in het menu te komen.
6.5.2 Eenheden instellen
Met de eenhedenfunctie in het menu kunt u de gewenste nauwkeurigheid van de digitale weergave instellen in
millimeter of inch. Na iedere selectie keert u automatisch weer terug in de normale bedieningsmodus, of kunt u de
retourtoets bedienen, om weer in het menu terug te komen.
Eenheden
1mm
¹⁄₁₆"
2mm ¹"
5mm
¹⁄₄"
10 mm
¹⁄₂"
25 mm 1"
6.5.3 Systeeminrichting instellen
Er zijn de volgende menupunten: In-/uitschakelen van de straaldiafragma's en Slaapmodus .
6.5.3.1 In-/uitschakelen van de straaldiafragma's
U kunt de laserstraal van de PR 300-HV2S aan één of meerdere kanten van het apparaat uitschakelen. Deze functie is
nuttig wanneer u op een bouwplaats meerdere lasers gebruikt en de ontvangst van meer dan één laser wilt voorkomen.
Het straalvlak is onderverdeeld in vier kwadranten. Deze zijn op de behuizing gemarkeerd en kunnen op de volgende
manier worden vastgelegd.
1.
Selecteer in het menu de systeeminstellingen en bevestig deze met de bevestigingstoets .
2.
Selecteer de functie Straaldiafragma's in-/uitschakelen en bevestig deze met de bevestigingstoets .
3.
Navigeer naar het juiste kwadrant met de navigatietoetsen .
4.
Deactiveer/activeer het kwadrant met de OK-toets .
5.
Bevestig deze instelling met de bevestigingstoets .
Als het kwadrant zichtbaar is, is de status "ingeschakeld". Als het kwadrant niet zichtbaar is, is de status "uit".
6.
Met de retourtoets keert u weer terug naar het menupunt "Voor de inrichting van het systeem relevante
instelling" , of via de menutoets terug in de bedieningsmodus.
AANWIJZING Instellingen die het apparaat betreffen worden alleen effectief als het apparaat ingeschakeld is en
radiografisch verbonden is.
6.5.3.2 Slaapmodus activeren/deactiveren
In de slaapmodus kan de PR 300-HV2S stroom besparen. De laser wordt uitgeschakeld en zo wordt de capaciteit van
de accu verlengd.
nl
154
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
1.
Druk bij de PRA 300 op de toets menu .
2.
Selecteer de voor de inrichting van het systeem relevante instelling .
3.
Navigeer met de richtingstoetsen naar de optie "Slaapmodus" .
4.
Bevestig dit menupunt met de OK-toets .
5.
Activeer/deactiveer met de bevestigingstoets de slaaptoestand.
AANWIJZING Alle instellingen blijven opgeslagen.
6.5.4 Apparaatinstellingen
Gevoeligheid schokwaarschuwings-
functie
Veel trillingen, lage gevoeligheid bij
schokken
Medium
Laag
Eenheden hellingshoekmodus
Procent
Graden
Promille
Eenheden
Millimeter
Inch
Radiografische verbinding
Aan
Uit
Instellingen die het apparaat betreffen worden alleen effectief als het apparaat ingeschakeld is en radiografisch
verbonden is. Met de retourtoets keert u weer terug in het hoofdmenu.
6.5.4.1 Schokwaarschuwingsfunctie deactiveren
1. Schakel de rotatielaser in (zie 6.3).
nl
155
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
2.
Druk op de toets voor deactivering van de schokwaarschuwingsfunctie .
Het constant branden van de LED "Deactivering schokwaarschuwingsfunctie" geeft aan dat de functie gedeacti-
veerd is.
Als de schokwaarschuwingsfunctie gedeactiveerd is, reageert het apparaat niet meer op schokken.
3. Om terug te keren naar de standaardmodus, het apparaat uitschakelen en opnieuw starten.
6.5.4.2 Eenheden hellingshoekmodus
Bij Eenheden hellingshoekmodus kunnen procenten, graden of promilles worden ingesteld voor het invoeren van de
hellingshoek.
1.
Druk bij de PRA 300 op de toets menu .
2.
Druk op de toets apparaatinstellingen .
3.
Navigeer met de richtingspijlen naar de optie Eenheden hellingshoekmodus.
4.
Bevestig dit menupunt met de toets .
5.
Navigeer naar de correcte eenheid en activeer deze met de toets .
6.5.4.3 Eenheden
In het menupunt Eenheden kan worden gewisseld tussen metrisch en imperiaal.
1.
Druk bij de PRA 300 op de toets menu .
2.
Druk op de toets apparaatinstellingen .
3.
Druk op een van de pijltoetsen en navigeer naar de optie Eenheden .
4.
Bevestig dit menupunt met de toets .
5.
Navigeer naar de correcte eenheden en activeer deze met de toets .
6.5.4.4 Radiografische verbinding
Indien noodzakelijk kan de radiografische verbinding van de ontvanger worden gedeactiveerd en kan de ontvan-
ger/afstandsbediening alleen als ontvanger worden gebruikt.
1.
Druk bij de PRA 300 op de toets menu .
2.
Druk op de toets apparaatinstellingen .
3.
Navigeer met de pijltoetsen naar de optie radiografische verbinding .
4.
Bevestig dit menupunt met de toets .
5.
Navigeer naar de correcte radiografische verbinding en activeer deze met de toets .
6.5.5 Informatie
Bij het selecteren van dit menupunt heeft u de volgende opties:
Softwareversie
Hier kan de softwareversie van apparaat, ontvanger en PRA 90 worden
opgeroepen.
Datum laatste kalibratie
Hier kan de datum van de laatste kalibratie worden opgeroepen.
QR code
De QR code kan met een smartphone worden gescand en gelinkd naar
geanimeerde video's, die de bediening van het systeem verklaren.
Met de menutoets of de retourtoets kan op elk moment het menu weer worden verlaten.
6.6 Horizontaal werken
6.6.1 Opstellen
1. Monteer, afhankelijk van de toepassing, het apparaat bijv. op een statief. u kunt de rotatielaser ook aan een
wandhouder monteren. De hellingshoek van het draagvlak mag maximaal ± zijn.
nl
156
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
2.
Druk op de aan/uit-toets .
De LED "Automatisch waterpas stellen" knippert groen en de nivelleringstatus wordt weergegeven op het
bedieningspaneel van de laserontvanger.
Zodra de nivellering is voltooid, wordt de laserstraal ingeschakeld, roteert hij en brandt de LED "Automatische
nivellering" constant.
6.6.2 Uitrichten met het automatische statief PRA 90
AANWIJZING
Deze functie is alleen beschikbaar met het automatische statief PRA 90.
Bij het eerste gebruik moet de laserontvanger PRA 300 met het statief worden gepaird (zie 6.9.2).
Met het optionele automatische statief PRA 90 kan de hoogte van het laservlak handmatig of automatisch op het
gewenste niveau worden ingesteld.
1. Monteer het apparaat op het automatische statief PRA 90.
2. Schakel de rotatielaser, het automatische statief en de laserontvanger in. Richt de hoogte van het laservlak nu
handmatig (zie 6.6.2.1) of automatisch (zie 6.6.2.2) uit.
6.6.2.1 Handmatig uitrichten 6
Druk op de laserontvanger de toetsen of op de PRA 90 de pijltoetsen in, om het horizontale vlak naar boven
resp. naar beneden te verschuiven.
6.6.2.2 Automatisch uitrichten 6
1. Houd de ontvangerzijde van de laserontvanger op de gewenste doelhoogte en in de richting van het bedienings-
paneel van de PRA 90. Houd de laserontvanger tijdens het uitrichten rustig en let erop dat u vrij zicht hebt tussen
de laserontvanger en het apparaat.
2.
Dubbelklik op de toets Automatisch uitrichten op de laserontvanger. Door nogmaals dubbelklikken wordt de
uitrichting beëindigd.
Na het dubbelklikken start de uitrichtingsprocedure van het laservlak, en het statief beweegt omhoog of omlaag.
Gedurende de uitrichtingsprocedure klinkt een voortdurend akoestisch signaal. Zodra de laserstraal op het
ontvangstveld van de laserontvanger schijnt, wordt de straal naar de markeerkerf (referentievlak) bewogen.
Nadat de positie is bereikt en het apparaat is ingesteld, geeft een geluidssignaal van vijf seconden aan dat het
proces is afgesloten. Het symbool van de "Automatische uitrichting" wordt niet meer weergegeven.
3. Controleer de hoogte-instelling op het display.
4. Verwijder de laserontvanger.
AANWIJZING Als het automatische uitrichtingsproces niet succesvol was, klinken korte signalen en dooft het
signaal "Automatisch uitrichten" .
AANWIJZING Er verschijnt bovendien een waarschuwing op de ontvanger, dat de ontvangerzichbuitenhet
mogelijke ontvangstgebied bevindt.
nl
157
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
6.7 Verticaal werken
1. Plaats het apparaat voor verticaal werken op een passend statief, geveladapter of bouwplankadapter of
wandhouder, zodat het bedieningspaneel van het apparaat naar boven gericht is. Als alternatief kunt u het
apparaat ook op de rubbervoeten van de achterste handgrepen leggen.
AANWIJZING De beste radiografische verbinding met de PRA 300 biedt de zijde van het apparaat die rechts op
het bedieningspaneel aansluit.
AANWIJZING Om de gespecificeerde nauwkeurigheid te bereiken, moet het apparaat op een horizontaal
vlak worden gepositioneerd resp. overeenkomstig nauwkeurig op het statief of andere toebehoren worden
gemonteerd.
2. Richt de rotatielaser met behulp van vizier en korrel in de gewenste richting uit.
3.
Druk op de aan/uit-toets .
Na de nivellering projecteert het apparaat een vaste laserstraal loodrecht naar beneden. Dit geprojecteerde punt
is een referentiepunt (geen loodpunt) en dient ter positionering van het apparaat.
4. Richt het apparaat nu zo uit dat de geprojecteerde laserpunt exact op een referentiepunt (bijv. een nagel in de
bouwplank) uitgelijnd is.
5. Richt de hoogte van het laservlak nu handmatig (zie 6.7.1) of automatisch (zie 6.7.2) op het gewenste tweede
referentiepunt uit.
Zodra u met de uitrichting begint, gaat de laser automatisch draaien.
6.7.1 Handmatig uitrichten 6
1.
Druk op de laserontvanger de richtingstoetsen in, om het verticale vlak handmatig uit te richten.
6.7.2 Automatisch uitrichten en controleren 6
1. Bevestig of houd de laserontvanger met de markeerkerf op de gewenste uit te richten plaats en in de richting van
het apparaat.
2.
Dubbelklik op de toets automatisch uitrichten . Door nogmaals dubbelklikken wordt de uitrichting beëindigd.
De uitrichtingsprocedure van het laservlak wordt gestart. Gedurende de uitrichtingsprocedure klinkt een voort-
durend akoestisch signaal.
Ukuntderichtingvanhetzoekproceswijzigendoordetoets"Automatischuitrichten" eenmaal in te drukken.
Zodra de laserstraal op het ontvangstveld van de laserontvanger schijnt, wordt de straal naar de markeerkerf
(referentievlak) bewogen.
Nadat de positie is bereikt (markeerkerf gevonden) en het apparaat is ingesteld, geeft een geluidssignaal van vijf
seconden aan dat het proces is afgesloten.
De laserontvanger gaat automatisch naar de bewakingsmodus en controleert in regelmatige afstanden of het
laservlak verschoven is. Bij een verschuiving wordt het laservlak weer op de markeerkerf verschoven, wanneer dit
mogelijk is. Als het markeringsvlak buiten het nivelleringsbereik van ±5° ligt, als het directe zichtcontact tussen
het apparaat en de laserontvanger gedurende langere tijd verhinderd is of als de uitrichtingsprocedure binnen
twee minuten niet is gelukt, klinken korte geluidssignalen. De laser draait niet meer en het symbool "automatische
uitrichting" dooft. Dit geeft het afbreken van de automatische uitrichtingsprocedure aan.
3. Nadat de automatische uitrichtingsprocedure is afgesloten, maar de ontvanger niet gepositioneerd moet blijven of
als ontvanger wilt gebruiken, kan door dubbelklikken op de toets automatisch uitrichten de bewakingsmodus
weer worden verlaten.
nl
158
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
6.8 Werken met hellingen
AANWIJZING
Als het apparaat temperatuurveranderingen van ongeveer 10 graden meet, stopt de laserrotatie gedurende circa 40
seconden. Gedurende deze tijd corrigeert het apparaat alle mogelijke storingen als gevolg van de temperatuurveran-
dering. Na de automatische correctie stelt het apparaat het laservlak weer op de vorige hellingshoek in en begint de
laser te draaien.
Apparaat in het water
Nivellering uit, om met hellingshoekadapter te werken
Als laatste gebruikte hellingshoekwaarde
X-as
Y-as
De hellingshoek kan handmatig, automatisch of met behulp van de hellingshoekadapter PRA 79 worden ingesteld.
6.8.1 Opstellen
1. Monteer de rotatielaser op een statief.
2. Positioneer de rotatielaser op het eerste referentiepunt op de bovenste of op de onderste rand van het hellende
vlak.
3. Ga achter het apparaat staan, met de blik in de richting van het bedieningspaneel.
4. Richt het apparaat met behulp van vizier en korrel op de kop van het apparaat parallel aan het hellende vlak op
het tweede referentiepunt uit.
5.
Schakel de laserontvanger in .
6.
Schakel het apparaat in en druk op de toets hellingshoekmodus .
De LED hellingshoekmodus gaat branden.
Zodra de nivellering afgerond is, wordt de laserstraal ingeschakeld. Het bedieningspaneel van de PRA 300 toont
nu de volgende hellingshoekmogelijkheden:
Digitale verandering van de X- of de Y-waarde .
Nivellering uitschakelen (om te gebruiken met de hellingshoekadapter PRA 79)
Oproepen van de als laatste gebruikte waarde .
Voor een nauwkeurigere uitrichting na de instelling van de hellingshoek deautomatischeofdehandmatige
elektronische hellingshoekuitrichting uitvoeren (zie 6.8.2.2). Hellingshoeken kunnen op de PRA 300 in %, ⁰⁄₀₀ of
in ° worden ingesteld resp. aangegeven (zie 6.5.4).
6.8.2 Hellingshoek handmatig digitaal instellen 
Bij de laserontvanger/afstandsbediening kunnen hellingshoeken tot 20% worden ingevoerd. De aanduiding van de
laserontvanger geeft de hellingshoek aan. Als bovendien gebruik wordt gemaakt van een hellingshoekadapter of een
statief met hellingshoek, kunnen hellingshoeken tot 25% worden bereikt.
Hellingshoeken kunnen tegelijkertijd in X en Y worden ingesteld, of in slechts één van de beide assen.
1.
Navigeer met de pijltoets of op de softkey X en bevestig de selectie met .
2.
Selecteer vervolgens met de pijltoetsen of het cijfer of het toestandsteken dat u wilt instellen en activeer
het met .
nl
159
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
3.
Voer met de pijltoetsen of de waarde in en bevestig iedere plaats met ; dan kan pas een nieuw cijfer
worden geselecteerd.
4.
Nadat u de gewenste waarde heeft ingevoerd, deze bevestigen met .
5.
Navigeer met de pijltoets naar de bevestigingstoets en druk deze in .
6.
Nu kan nog een waarde voor Y worden ingevoerd of gelijk naar bevestigen worden genavigeerd. De laser
verstelt pas, als deze stap wordt bevestigd.
AANWIJZING Als alternatief kan voor OK op de retourtoets worden gedrukt hierdoor wordt teruggekeerd
naar het hoofdmenu en worden uw invoeren gewist.
6.8.2.1 Optionele automatische elektronische hellingshoekuitrichting
Na het grof uitrichten van de rotatielaser en de instelling van de hellingshoek (zoals hierboven beschreven) kan het
uitrichten van de PR 300-HV2S door de door Hilti gepatenteerde, automatische elektronische hellingshoekuitrichting
worden geoptimaliseerd.
1. Positioneer de laserontvanger PRA 300 tegenover de rotatielaser PR 300-HV2S centraal aan het einde van het
hellend vlak op de tweede referentie. U kunt hem zelf vasthouden of met de ontvangerhouder PRA 83 fixeren.
2. Selecteer na het invoeren van de hellingshoek op de PRA 300 door dubbelklikkenopdeAUTOknopdefunctie
Auto-E-Targeting en bevestig dit met .
De animatie op de PRA 300 toont het verloop van het automatische uitrichtingsproces. Zodra deze is afgesloten,
is de uitrichting van de PRA 300 correct.
Na een succesvolle uitrichting wordt de functie automatisch beëindigd en richt de laser zich uit op het
ontvangstgebied van de ontvanger.
Tussen de grove uitrichting met behulp van vizier en korrel en de fijne uitrichting met behulp van de automatische
elektronische hellingshoekuitrichting kunnen afwijkingen optreden. Omdat de automatische, elektronische me-
thode met behulp van het apparaat nauwkeuriger is dan de optische, wordt geadviseerdaltijddeelektronische
hellingshoekuitrichting als referentie te gebruiken.
In de menubalk is altijd te zien, dat de Auto-E-Targeting is uitgevoerd. Als het systeem wordt uitgeschakeld, is
de afwijking van vizier en korrel weer opgeheven.
De laser zoekt de ontvanger eerst in de X-as en vervolgens in de Y-as. Targeting kan alleen plaatsvinden in een
hoek van +/- 5°.
6.8.2.2 Optionele handmatige elektronische hellingshoekuitrichting
Na het grof uitrichten van de rotatielaser en de instelling van de hellingshoek (zoals hierboven beschreven) kan het
uitrichten van de PR 300-HV2S door de door Hilti gepatenteerde, handmatige elektronische hellingshoekuitrichting
worden geoptimaliseerd.
1. Positioneer de PRA 300 centraal aan het einde van het hellend vlak tegenover de PR 300-HV2S. U kunt hem zelf
vasthouden of met de PRA 83 fixeren.
AANWIJZING Het ontvangstveld moet op het tweede referentiepunt zijn uitgericht.
2. Activeer de handmatige elektronische hellingshoekuitrichting van de PR 300-HV2S door het indrukken van de
toets elektronische hellingshoekuitrichting.
Als de pijlen voor de elektronische hellingshoekuitrichting knipperen, ontvangt de PRA 300 geen laserstraal van
de PR 300-HV2S.
3. Als de linker pijl knippert, de PR 300-HV2S rechtsom verdraaien.
4. Als de rechter pijl knippert, de PR 300-HV2S linksom verdraaien.
Als beide pijlen branden, is de uitrichting op de PRA 300 correct.
Naeen succesvolleuitrichting (beidepijlen brandenconstant gedurende10 seconde) wordt de functie automatisch
beëindigd.
5. Fixeer de rotatielaser nu op het statief, zodat het niet abusievelijk kanwordenverdraaid.
6. U kunt de elektronische hellingshoekuitrichting ook activeren door het indrukken van de toets handmatige
elektronische hellingshoekuitrichting.
AANWIJZING Tussen de grove uitrichting met behulp van vizier en korrel en de fijne uitrichting met behulp van de
handmatige elektronische hellingshoekuitrichting kunnen afwijkingen optreden. Omdat de handmatige elektroni-
sche methode nauwkeuriger is dan de optische, wordt geadviseerd altijd de elektronische hellingshoekuitrichting
als referentie te gebruiken.
6.8.3 Aanwezige hellingshoek automatisch meten 
Met deze functie kan automatisch een gekanteld laservlak tussen 2 punten tot stand worden gebracht en de
hellingshoek tussen deze punten worden bepaald.
1. Stel het apparaat zoals onder 6.8.1 beschreven op de bovenste rand van het hellende vlak in.
2. Monteer de laserontvanger met de ontvangerhouder PRA 83 bijvoorbeeld op de telescoopplaat PUA 53.
nl
160
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
3. Positioneer de ontvanger direct voor de rotatielaser, richt hem t.o.v. de hoogte van het laservlak uit en fixeer hem
op het tweede referentiepunt op de telescoopplaat.
4. Positioneer de ontvanger met de telescoopplaat op de onderste rand van het hellend vlak, klik op de toets
automatisch uitlijnen en bevestig dit met .
AANWIJZING Door nogmaals dubbelklikken op de AUTO toets wordt de uitrichting beëindigd.
Nu start de uitrichtingsprocedure van het laservlak. Gedurende de uitrichtingsprocedure klinkt een continu
akoestisch signaal.
5.
U kunt de richting van het zoekproces wijzigen door de toets "Automatisch uitlijnen" eenmaal in te drukken.
Zodra de laserstraal op het ontvangstveld van de laserontvanger schijnt, wordt de straal op de markeerkerf
(referentievlak) gefixeerd. Nadat de positie is bereikt (markeerkerf gevonden), geeft een akoestisch signaal van
vijf seconden aan dat het proces is afgesloten.
Het symbool "automatische uitrichting" wordt niet meer weergegeven op het display van de laserontvanger en
de ontvanger gaat automatisch op de normale modus over.
De nieuwe hellingshoek wordt weergegeven op het display van de laserontvanger.
6. Lees de hellingshoek tussen de beide punten (standpunten van het apparaat en de laserontvanger) op het display
van de laserontvanger af.
AANWIJZING Optioneel kan vervolgens nog de Auto-E-Targeting uitgevoerd worden. 6.8.2.1
6.8.4 Hellingshoek met behulp van de hellingshoekadapter PRA 79 instellen
AANWIJZING
De hellingshoektafel moet correct tussen het statief en het apparaat gemonteerd zijn (zie handleiding PRA 79).
1. Monteer de hellingshoekadapter PRA 79 afhankelijk van het gebruik op bijv. een statief.
2. Positioneer het statief op de bovenste of op de onderste rand van het hellende vlak.
3. Monteer de rotatielaser op de hellingshoekadapter en richt het apparaat met behulp van de doelkerf op de kop
van de PR 300-HV2S inclusief de hellingshoekadapter parallel aan het hellende vlak uit. Het bedieningspaneel
van de PR 300-HV2S moet zich aan de tegenovergestelde zijde van de hellingshoekrichting bevinden.
4. Zorg ervoor dat de hellingshoekadapter zich in de uitgangspositie bevindt (0°).
5. Schakel het apparaat in (zie 6.3).
6.
Druk op de toets hellingshoekmodus .
Op het bedieningspaneel van de rotatielaser gaat nu de LED hellingshoekmodus branden.
Het apparaat begint nu met de automatische nivellering. Zodra deze voltooid is, wordt de laser ingeschakeld en
begint deze te draaien.
7.
Selecteer nu op de ontvanger de functie Nivelleren deactiveren.
8. Stel nu de gewenste hellingshoek op de hellingshoekadapter in.
AANWIJZING Bij de handmatige instelling van de hellingshoek nivelleert de PR 300-HV2S het laservlak eenmalig
en fixeert dit vervolgens. Trillingen, temperatuurveranderingen of andere invloeden die gedurende de dag kunnen
optreden kunnen van invloed zijn op de positie van het laservlak.
AANWIJZING Om bij de digitale handmatige instelling van X/Y te komen, moet de standaardmodus weer worden
ingesteld. Daartoe moet het systeem opnieuw worden gestart.
6.9 Terughalen van de laatste waardes
Als het apparaat wordt uitgeschakeld en verplaatst, kan de als laatste opgeslagen hellingshoek op de ontvanger weer
worden opgeroepen.
1.
Schakel het apparaat weer in en activeer op het apparaat de hellingshoekmodus .
Het eerste menupunt is de laatste waarde.
2.
Selecteer de waarde met .
3. Controleer of de X- en Y-waardes werkelijk kloppen.
4.
Bevestig de waardes met .
De rotatielaser stelt zich dan weer in op de voorgaande hellingshoek.
6.10 Reset X/Y waarde 
Om X en Y snel weer op 0 in te stellen, de softkey "Reset op 0" gebruiken.
6.11 Naar de standaardmodus terugkeren
Om terug te keren naar de standaardmodus, het apparaat uitschakelen en opnieuw starten.
nl
161
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
7 Verzorging en onderhoud
7.1Reinigenendrogen
1. Blaas het stof van de optische lenzen.
2. Het glas niet met de vingers aanraken.
3. Alleen met schone en zachte doeken reinigen; zo
nodig met zuivere alcohol of wat water bevochtigen.
AANWIJZING Door te ruw reinigingsmateriaal kan
het glas bekrast raken en de nauwkeurigheid van
het apparaat nadelig worden beïnvloed.
AANWIJZING Geen andere vloeistoffen gebruiken
omdatdezedekunststofdelenkunnenaantasten.
4. Droog de uitrusting met inachtneming van de tem-
peratuurgrenzen die in de Technische gegevens zijn
aangegeven.
AANWIJZING Met name in de winter en zomer de
temperatuurgrenzen in acht nemen wanneer u de
uitrusting bijv. in een voertuig bewaart.
7.2 Verzorging van de lithium-ion accu
AANWIJZING
Het is niet nodig om de Li-ion-accu's een opfrislading te
geven, zoals bij NiCd- of NiMH-accu's.
AANWIJZING
Wanneer het laden wordt onderbroken, beïnvloedt dit de
levensduur van de accu's niet.
AANWIJZING
Het laden kan op ieder moment worden gestart zonder
dat de levensduur wordt beïnvloed. Er is geen sprake van
een memory-effect, zoals bij NiCd- of NiMH-accu's.
AANWIJZING
De accu's kunnen het best volledig opgeladen en zo koel
en droog mogelijk worden bewaard. Het is ongunstig om
de accu's te bewaren bij hoge omgevingstemperaturen
(bijv. achter ruiten). Hierdoor wordt de levensduur van
de accu's en het zelfontladingspercentage van de cellen
beïnvloed.
AANWIJZING
Door veroudering of overbelasting verliezen accu's capa-
citeit; ze kunnen in dat geval niet meer volledig worden
geladen. Ondanks dat u met een oude accu nog kunt
werken, dient deze op tijd te worden vervangen.
1. Voorkom dat er vocht binnendringt.
2. Laad de accu's voor het eerste gebruik volledig op.
3. Laad de accu op, zodra de prestaties van het appa-
raat duidelijk minder worden.
AANWIJZING Tijdig opladen verhoogt de levens-
duur van de accu.
AANWIJZING Bij verder gebruik van de accu wordt
het ontladen automatisch beëindigd voordat er cel-
lenkunnenwordenbeschadigdenwordthetappa-
raat uitgeschakeld.
4. Laad de accu's alleen op met de goedgekeurde
acculaders van Hilti voor lithium-ion accu's.
7.3 Opslaan
1. Apparaten die nat zijn geworden, dienen te worden
uitgepakt. Apparaten, transportcontainers en toebe-
horen moeten worden gedroogd (met inachtneming
van de bedrijfstemperatuur) en gereinigd. De appa-
ratuur pas weer inpakken als alles helemaal droog
is.
2. Voer wanneer de apparatuur gedurende langere tijd
is opgeslagen of getransporteerd vóór gebruik een
controlemeting uit.
3. Neem accu's en batterijen uit het apparaat en de la-
serontvanger wanneer deze voor langere tijd worden
opgeslagen. Lekkende accu's en batterijen kunnen
het apparaat en de laserontvanger beschadigen.
7.4 Transporteren
Gebruik voor het transport of de verzending van uw
uitrusting de kartonnen verzenddoos van Hilti of een
gelijkwaardige verpakking.
ATTENTIE
Het apparaat altijd zonder batterijen/accu's verstu-
ren.
7.5 Hilti meettechniek service
De Hilti meettechniek service voert de controle uit en
zorgt bij een afwijking tevens voor de reparatie en de her-
nieuwde controle van de specificatie-overeenstemming
van het apparaat. De specificatie-overeenstemming op
het moment van de controle wordt schriftelijk bevestigd
door het servicecertificaat.
Het wordt aanbevolen:
1. dat afhankelijk van de normale belasting van het
apparaat een geschikt controle-interval wordt geko-
zen.
2. dat ten minste eenmaal per jaar een controle door
de Hilti meettechniek service plaatsvindt.
3. datnaeenbijzonderzware belasting van het appa-
raat een controle door de Hilti meettechniek service
plaatsvindt.
4. dat voor belangrijke werkzaamheden/opdrachten
een controle door de Hilti meettechniek service
plaatsvindt.
De controle door de HILTI meettechniek service
ontslaat de gebruiker niet van de normale controle
van het apparaat voor en tijdens het gebruik.
7.6 Nauwkeurigheid controleren
AANWIJZING
Om aan de technische specificaties te kunnen blijven
voldoen, moet het apparaat regelmatig (minstens voor
ieder groter/kritisch project) worden gecontroleerd!
nl
162
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
AANWIJZING
Onder de volgende omstandigheden kan worden aan-
genomen, dat een apparaat na een val correct en met
dezelfde nauwkeurigheid als voor de val werkt:
Bij de val is de in de Technische gegevens aangegeven
valhoogte niet overschreden.
Het apparaat is bij de val niet mechanisch beschadigd
(bijv. breuk van de pentaprisma).
Het apparaat zendt bij het gebruik een roterende laser-
straal uit.
Het apparaat heeft ook voor de val correct gewerkt.
7.6.1 Horizontale hoofd- en dwarsas controleren 
1. Statief circa 20 m van een wand opstellen en de
statiefkop m.b.v. waterpas horizontaal uitrichten.
2. Het apparaat op het statief monteren en de appa-
raatkop met behulp van de doelkerf op de wand
uitrichten.
3. Met behulp van de ontvanger een punt (punt 1)
bepalenenditpuntopdewandmarkeren.
4. Het apparaat 90º rechtsom om de apparaatas
draaien. Daarbij mag de hoogte van het apparaat
niet veranderd worden.
5. Met behulp van de laserontvanger een tweede punt
(punt 2) bepalen en dit punt op de wand markeren.
6. Stappen 4 en 5 nog twee maal herhalen en punt 3
en punt 4 met behulp van de ontvanger opvangen
en op de wand markeren.
Bij zorgvuldige uitvoering moet de verticale af-
stand tussen de beide gemarkeerde punten 1 en
3 (hoofdas) resp. punten 2 en 4 (dwarsas) steeds
< 2 mm zijn (op 20 m). Bij grotere afwijkingen het
apparaat voor kalibratie opsturen naar Hilti-service.
7.6.2 Controle van de verticale as  
1. Het apparaat verticaal op een zo vlak mogelijke
bodem circa 10 m van een wand opstellen.
2. De handgrepen van het apparaat parallel aan de
wand uitrichten.
3. Het apparaat inschakelen en het referentiepunt (R)
op de vloer markeren.
4. Met behulp van de ontvanger punt (A) aan de on-
derkant van de wand markeren.
5. Met behulp van de ontvanger punt (B) op circa 10 m
hoogte markeren.
6. Het apparaat 180° draaien en op het referentiepunt
(R) op de vloer en op het onderste markeringspunt
(A)opdewanduitrichten.
7. Met behulp van de ontvanger punt (C) op circa 10 m
hoogte markeren.
8. Bij zorgvuldige uitvoering moet de horizontale af-
stand tussen de beide op tien meter hoogte gemar-
keerde punten (B) en (C) kleiner dan 1 mm zijn (bij
10 m).
AANWIJZING Bij een grotere afwijking: Het appa-
raat voor kalibratie naar de Hilti-service zenden.
8 Foutopsporing
Iedere weergave komt verschijnt samen met het symbool "Informatie" of "Waarschuwing" (zie het hoofdstuk "Overzicht
van de algemene symbolen").
Aanduiding Fout Mogelijke oorzaak
Oplossing
Hellingshoek te groot.
Het apparaat kan de inge-
voerde hellingshoek niet
bereiken.
Hellingshoek te groot Het apparaat opnieuw
positioneren, opdat de
ingevoerde hellingshoek-
waardekanwordenbe-
reikt.
Foutieve positie roteerder.
Het apparaat kan niet ni-
velleren.
Het apparaat is niet cor-
rect gepositioneerd, hoek
istevernaarvoren.
Het apparaat moet op-
nieuw worden gepositi-
oneerd, om weer in het
nivelleringsgebied te kun-
nen komen.
Schok van roteerder
Het apparaat is blootge-
steld aan een schok.
De roteerder is blootge-
steld aan een schok en de
nauwkeurigheid kan niet
meer worden gegaran-
deerd.
Start het systeem op-
nieuw op en voer een
referentiemeting uit, al-
vorens verder te werken.
Bewaking onderbroken.
De bewaking tussen ap-
paraat en laserontvanger
is onderbroken.
De ontvanger heeft lan-
ger dan 2 minuten geen
laserstraal ontvangen.
Het apparaat moet op-
nieuw worden gestart en
de verticale laserstraal
moet opnieuw worden uit-
gericht.
nl
163
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
Aanduiding Fout Mogelijke oorzaak
Oplossing
Accusymbool ontvanger
Accu van ontvanger is
bijna leeg.
Accu van ontvanger is
bijna leeg.
Accu spoedig opladen.
Accusymbool rotatielaser
Accu van rotatielaser is
bijna leeg.
Accu van rotatielaser bijna
leeg.
Accu spoedig opladen.
Accusymbool statief
Accu van statief is bijna
leeg.
Accu van statief bijna
leeg.
Accu spoedig opladen.
Autoalignment
Het auto-alignmentproces
is afgebroken.
De ontvanger heeft bin-
nen 2 minuten geen straal
kunnen vinden.
Hetprocesmoetopnieuw
worden gestart.
Auto-E-Targeting
Auto-E-Targeting kan niet
starten.
De ontvanger is buiten het
Auto-E-Targeting bereik.
Ontvanger in de laser-
straal houden.
Autoalignment niet moge-
lijk.
Autoalignment is op dit
moment niet mogelijk.
Tijdens bepaalde menu-
programma's is autoalign-
ment niet mogelijk.
Sluit het betreffende menu
af en probeer het op-
nieuw.
Accusymbool ontvanger
Accu van ontvanger is
leeg.
Accu van ontvanger leeg. Accu opladen.
Accusymbool rotatielaser
Accu van rotatielaser is
leeg.
Accu van rotatielaser leeg. Accu opladen.
Accusymbool statief
Accu van statief is leeg. Accu van statief leeg. Accu opladen.
Weergavesymbool
Er vindt geen Auto-E-
Targeting plaats.
De ontvanger is buiten het
Auto-E-Targeting bereik.
Ontvanger in de laser-
straal houden.
Auto-E-Targeting niet
succesvol.
Auto-E-Targeting niet
succesvol.
Automatische E-Targeting
konnietwordenafgeslo-
ten.
Start de Auto-E-Targeting
opnieuw.
9 Afval voor hergebruik recyclen
WAARSCHUWING
Wanneer de uitrusting op ondeskundige wijze wordt afgevoerd kan dit tot het volgende leiden:
bij het verbranden van kunststofonderdelen ontstaan giftige verbrandingsgassen, waardoor er personen ziek kunnen
worden.
Batterijen kunnen ontploffen en daarbij, wanneer ze beschadigd of sterk verwarmd worden, vergiftigingen, brandwon-
den (door brandend zuur) of milieuvervuiling veroorzaken.
Wanneer het apparaat niet zorgvuldig wordt afgevoerd, bestaat de kans dat onbevoegde personen de uitrusting op
ondeskundige wijze gebruiken. Hierbij kunnen zij zichzelf en derden ernstig letsel toebrengen en het milieu vervuilen.
nl
164
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
Hilti-apparaten zijn voor een groot deel vervaardigd van materiaal dat kan worden gerecycled. Voor hergebruik is een
juiste materiaalscheiding noodzakelijk. In veel landen is Hilti er al op ingesteld om uw oude apparaat voor recycling
terug te nemen. Vraag hierover informatie bij de klantenservice van Hilti of bij uw verkoopadviseur.
Alleen voor EU-landen
Geef elektrisch gereedschap niet met het huisvuil mee!
Overeenkomstig de Europese richtlijn inzake oude elektrische en elektronische apparaten en de toe-
passing daarvan binnen de nationale wetgeving, dienen gebruikte elektrischeapparatenenaccu's
gescheiden te worden ingezameld en te worden afgevoerd naar een recyclingbedrijf dat voldoet aan de
geldende milieu-eisen.
Voer de batterijen af volgens de nationale voorschriften.
10 Fabrieksgarantie op de apparatuur
Neem bij vragen over de garantievoorwaarden contact
op met uw lokale HILTI dealer.
11 EG-conformiteitsverklaring (origineel)
Omschrijving: Rotatielaser
Type: PR 300-HV2S
Generatie: 01
Bouwjaar: 2014
Als de uitsluitend verantwoordelijken voor dit product
verklaren wij dat het voldoet aan de volgende
voorschriften en normen: 2011/65/EU, 2006/42/EG,
2006/66/EG, 1999/5/EG, EN ISO 12100, tot 19
april 2016: 2004/108/EG, vanaf 20 april 2016:
2014/30/EU, EN 300 440‑2 V1.4.1, EN 301 489‑1 V1.9.2,
EN 301 489‑17 V2.2.1.
Hilti Corporation, Feldkircherstrasse 100,
FL‑9494 Schaan
Paolo Luccini Edward Przybylowicz
Head of BA Quality and Process Mana-
gement
Head of BU Measuring Systems
Business Area Electric Tools & Acces-
sories
BU Measuring Systems
05/2015 05/2015
Technische documentatie bij:
Hilti Entwicklungsgesellschaft mbH
Zulassung Elektrowerkzeuge
Hiltistrasse 6
86916 Kaufering
Deutschland
nl
165
Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00

Documenttranscriptie

OORSPRONKELIJKE GEBRUIKSAANWIJZING PR 300-HV2S Rotatielaser Lees de handleiding voor het eerste gebruik beslist door. Bewaar deze handleiding altijd bij het apparaat. Geef het apparaat alleen samen met de handleiding aan andere personen door. Inhoud 1 Algemene opmerkingen 2 Veiligheidsinstructies 3 Beschrijving 4 Technische gegevens 5 Inbedrijfneming 6 Bediening 7 Verzorging en onderhoud 8 Foutopsporing 9 Afval voor hergebruik recyclen 10 Fabrieksgarantie op de apparatuur 11 EG-conformiteitsverklaring (origineel) Pagina 144 144 146 149 150 152 162 163 164 165 165 1 Deze nummers verwijzen naar afbeeldingen. De afbeeldingen zijn te vinden aan het begin van de handleiding. In de tekst van deze handleiding wordt met "het apparaat" of "de rotatielaser" altijd de rotatielaser PR 300-HV2S bedoeld. Met "afstandsbediening" resp. "laserontvanger" of "ontvanger" wordt altijd de laserontvanger PRA 300 bedoeld. Rotatielaser 1 @ Laserstraal (rotatievlak) ; Rotatiekop = Penta Prisma % Handgreep & Bedieningspaneel ( Grondplaat met ⁵/₈"‑schroefdraad ) Li-ion-accu PRA 84 Batterijvak 2 @ Li-ion-accu PRA 84 ; Batterijvak = Vergrendeling Opladen in het apparaat 3 @ Netvoeding PUA 81 ; Oplaadaansluiting Opladen buiten het apparaat 4 @ Netvoeding PUA 81 ; Auto‑laadsnoer PUA 82 = LED acculaadactiviteit nl Bedieningspaneel rotatielaser 5 @ Aan/uit-toets ; LED automatische nivellering = LED-pijlen voor elektronische hellingshoekuitrichting % Toets handmatige elektronische hellingshoekuitrichting (alleen in combinatie met hellingshoekmodus) & Toets en LED schokwaarschuwingsfunctie ( Toets en LED hellingshoekmodus ) LED bewakingsmodus (alleen bij verticale automatische uitrichting) + LED acculaadtoestandaanduiding Bedieningspaneel PRA 300 laserontvan- ger/afstandsbediening 6 @ Aan/uit-toets ; Hellingshoekinvoertoets Plus / richtingstoets Rechts resp. Hoog (met PRA 90) = Bevestigingstoets (Ok) % Menutoets & Hellingshoekinvoertoets Min / richtingstoets Links resp. Omlaag (met PRA 90) ( Toets automatisch uitrichten/bewakingsmodus (verticaal) (dubbele klik) ) Detectieveld + Markeerkerf § Display Display PRA 300 laserontvanger/afstandsbediening 7 @ Aanduiding van de positie van de ontvanger t.o.v. de hoogte van het laservlak ; Weergave nauwkeurigheid = Indicatie batterijtoestand % Virtuele straaldiafragma's in-/uitschakelen & Volume-aanduiding ( Afstandsaanduiding tot het laservlak 143 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 1 Algemene opmerkingen 1.1 Signaalwoorden en hun betekenis GEVAAR Voor een direct dreigend gevaar dat tot ernstig letsel of tot de dood leidt. Op het apparaat WAARSCHUWING Voor een eventueel gevaarlijke situatie die tot ernstig letsel of tot de dood kan leiden. ATTENTIE Voor een eventueel gevaarlijke situatie die tot licht letsel of tot materiële schade kan leiden. nl AANWIJZING Voor gebruikstips en andere nuttige informatie. 1.2 Verklaring van de pictogrammen en overige aanwijzingen Symbolen Klasse 2 laserproduct. Niet in de straal kijken. Plaats van de identificatiegegevens op het apparaat De typeaanduiding en het seriekenmerk staan op het typeplaatje van uw apparaat. Neem deze gegevens over in uw handleiding en geef ze altijd door wanneer u onze vertegenwoordiging of ons servicestation om informatie vraagt. Type: Generatie: 01 Vóór het gebruik de handleiding lezen Waarschuwing voor algemeen gevaar Waarschuwing voor bijtende stoffen Waarschuwing voor gevaarlijke elektrische spanning Alleen voor gebruik binnen Materialen afvoeren voor recycling Niet in de straal kijken Waarschuwing voor explosieve stoffen Vergrendeling gesloten Serienr.: Vergrendeling open 2 Veiligheidsinstructies 2.1 Essentiële veiligheidsnotities Naast de technische veiligheidsinstructies in de afzonderlijke hoofdstukken van deze handleiding moeten de volgende bepalingen altijd strikt worden opgevolgd. 2.2 Algemene veiligheidsmaatregelen a) Maak geen veiligheidsinrichtingen onklaar en verwijder geen instructie- en waarschuwingsopschriften. 144 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 b) Aanpassingen of veranderingen aan het apparaat zijn niet toegestaan. c) Wees alert, let goed op wat u doet en ga met verstand te werk bij het gebruik van het apparaat. Gebruik het apparaat niet wanneer u moe bent of onder invloed bent van drugs, alcohol of medicijnen. Een moment van onoplettendheid bij het gebruik van het apparaat kan tot ernstig letsel leiden. d) Zorg ervoor dat kinderen niet in aanraking komen met laserapparaten. e) f) g) h) i) j) k) l) m) n) o) p) q) r) s) t) u) v) w) Wanneer het apparaat op een ondeskundige manier wordt geopend kan er laserstraling ontstaan die sterker is dan klasse 2 resp. 3. Laat het apparaat door een Hilti-servicestation repareren. Werk niet met het gereedschap in een explosieve omgeving waarin zich brandbare vloeistoffen, gassen of stof bevinden. Apparaten veroorzaken vonken die het stof of de dampen tot ontsteking kunnen brengen. (Aanwijzing volgens FCC §15.21): Veranderingen of modificaties die niet uitdrukkelijk door Hilti toegestaan zijn, kunnen het recht van de gebruiker beperken om het apparaat in bedrijf te nemen. Als andere dan de hier genoemde bedienings- of afstelapparaten wordt gebruikt, of als anders te werk wordt gegaan, kan dit leiden tot gevaarlijke straling. Controleer het apparaat alvorens het te gebruiken. Laat het apparaat ingeval van beschadiging repareren in een Hilti-servicestation. Ga zorgvuldig met het apparaat om. Controleer of bewegende delen van het gereedschap correct functioneren en niet vastklemmen en of onderdelen gebroken of zodanig beschadigd zijn dat de werking van het apparaat nadelig wordt beïnvloed. Laat beschadigde delen repareren voordat u het apparaat gebruikt. Veel ongevallen hebben hun oorzaak in slecht onderhouden apparaten. Na een val of andere mechanische invloeden dient u de precisie van het apparaat te controleren. Controleer het apparaat voor belangrijke metingen. Controleer tijdens het gebruik meerdere malen de precisie. Wanneer het apparaat vanuit een zeer koude in een warme omgeving wordt gebracht, of omgekeerd, dient u het apparaat vóór gebruik op temperatuur te laten komen. Zorg er bij het gebruik van adapters voor dat het apparaat stevig vastgeschroefd is. Om foutieve metingen te voorkomen, moet het uitgangsvenster van de laser schoon worden gehouden. Ook al is het apparaat gemaakt voor zwaar gebruik op bouwplaatsen, toch dient het, evenals andere optische en elektrische apparaten (bijv. veldkijkers, brillen, fotoapparaten), zorgvuldig te worden behandeld. Hoewel het apparaat beschermd is tegen het binnendringen van vocht, dient u het droog te maken alvorens het in de transportcontainer te plaatsen. De elektrische contacten uit de buurt van regen en vocht houden. Gebruik de netvoeding alleen voor het elektriciteitsnet. Zorg ervoor dat het apparaat en de netvoeding geen obstakel vormen dat ertoe kan leiden dat mensen vallen en letsel oplopen. Zorg voor een goede verlichting van het werkgebied. Controleer de verlengsnoeren regelmatig en vervang deze in geval van beschadiging. Wordt de x) y) z) z) netvoeding of het verlengsnoer tijdens de werkzaamheden beschadigd, dan mag u het niet aanraken. Haal de stekker uit het stopcontact. Beschadigde voedings- en verlengsnoeren houden het risico van een elektrische schok in. Voorkom aanraking van het lichaam met geaarde oppervlakken, bijvoorbeeld van buizen, verwarmingen, fornuizen en koelkasten. Er bestaat een verhoogd risico door een elektrische schok wanneer uw lichaam geaard is. Bescherm het snoer tegen hitte, olie en scherpe randen. Gebruik de netvoeding nooit in vuile of natte toestand. Vocht of stof dat zich aan het oppervlak van de netvoeding hecht, met name van geleidend materiaal, kan onder ongunstige omstandigheden tot een elektrische schok leiden. Laat daarom verontreinigde apparaten, met name wanneer er vaak geleidend materiaal wordt bewerkt, regelmatig controleren door de Hilti-service. Raak de contacten niet aan. 2.2.1 Gebruik en onderhoud van accugereedschappen Stel de accu's niet bloot aan hoge temperaturen of aan vuur. Er is sprake van explosiegevaar. b) De accu's mogen niet uit elkaar genomen, ineengedrukt, tot boven de 75 °C worden verhit of verbrand. Anders bestaat er gevaar voor vuur, verbranding door bijtend zuur en explosie. c) Voorkom dat er vocht binnendringt. Binnengedrongen vocht kan kortsluiting en chemische reacties veroorzaken en brandwonden of brand tot gevolg hebben. d) Bij een verkeerd gebruik kan er vloeistof uit de batterij/accu komen. Voorkom contact. Spoel bij onvoorzien contact met water af. Komt de vloeistof in de ogen, spoel deze dan met veel water uit en neem contact op met een arts. Gelekte accuvloeistof kan tot huidirritaties en verbrandingen leiden. e) Gebruik uitsluitend de voor uw apparaat goedgekeurde accu's. Bij het gebruik van andere accu's of het gebruik van accu's voor andere doeleinden is er kans op brand en bestaat er explosiegevaar. f) Neem de bijzondere richtlijnen voor het transport, de opslag en het gebruik van Li-ion-accu's in acht. g) Houd de gebruikte accu of acculader uit de buurt van paperclips, munten, sleutels, spijkers, schroeven of andere kleine metalen voorwerpen, die een kortsluiting van de accu- of laadcontacten zouden kunnen veroorzaken. Een kortsluiting tussen de accu- of laadcontacten kan leiden tot brand of verbrandingen. h) Voorkom kortsluiting van de accu. Controleer alvorens de accu in het apparaat te plaatsen of de contacten van de accu en het apparaat vrij zijn. Worden de contacten van een accu kortgesloten, dan bestaat het risico van vuur, verbranding door bijtend zuur en explosie. i) Beschadigde accu's (bijvoorbeeld accu's met scheuren, gebroken onderdelen, verbogen, a) 145 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 nl j) ingedrukte en/of uitgetrokken contacten) mogen niet geladen en ook niet meer worden gebruikt. Gebruik voor het apparaat en het opladen van de accu alleen de netvoeding PUA 81, het auto‑laadsnoer PUA 82 of andere door de fabrikant aanbevolen acculaders. Anders bestaat het gevaar het apparaat te beschadigen. Voor een acculader dat voor een bepaald type accu's geschikt is, bestaat het risico van brand wanneer deze met andere accu's wordt gebruikt. 2.3 Correcte inrichting van het werkgebied Zet het gebied waar u metingen verricht af en let er bij het opstellen van het apparaat op dat de straal niet op andere personen of op uzelf wordt gericht. b) Wanneer u op ladders werkt, neem dan geen ongewone lichaamshouding aan. Zorg ervoor dat u stevig staat en altijd in evenwicht bent. c) Metingen in de buurt van reflecterende objecten resp. oppervlakken en door ruiten of soortgelijke materialen kunnen leiden tot een verkeerd meetresultaat. d) Let er op dat het apparaat op een effen, stabiel oppervlak wordt geplaatst (zonder trillingen!). e) Gebruik het apparaat alleen binnen de gedefinieerde grenzen. f) Controleer of uw PR 300-HV2S alleen op uw PRA 300 reageert en niet op een andere PRA 300 die eventueel op de bouwplaats wordt gebruikt. a) nl g) Zorg voor een stevige bevestiging van de netvoeding, bijv. aan een statief, als u het apparaat oplaadt tijdens het gebruik. h) Het gebruik van producten voor andere dan de voorziene toepassingen kan tot gevaarlijke situaties leiden. Gebruik het product, de toebehoren, de inzetgereedschappen en dergelijke in overeenstemming met deze aanwijzingen en op de manier die voor dit speciale producttype is voorgeschreven. Let daarbij op de arbeidsomstandigheden en de uit te voeren werkzaamheden. i) Het werken met meetlatten in de buurt van hoogspanningsleidingen is niet toegestaan. 2.3.1 Elektromagnetische compatibiliteit Hoewel het apparaat voldoet aan de strenge eisen van de betreffende voorschriften, kan Hilti de mogelijkheid niet uitsluiten dat het apparaat door sterke straling wordt gestoord, hetgeen tot een foute bewerking kan leiden. In dit geval of wanneer u niet zeker bent, dienen controlemetingen te worden uitgevoerd. Eveneens kan Hilti niet uitsluiten dat andere apparaten (bijv. navigatietoestellen van vliegtuigen) gestoord worden. 2.3.2 Laserclassificatie voor klasse 2 laserapparaten Afhankelijk van de verkochte versie voldoet het apparaat aan de laserklasse 2 volgens IEC60825-1:2007 / EN60825-1:2007. Deze apparaten kunnen zonder verdere beveiligingsmaatregelen worden gebruikt. Toch mag men, evenals bij de zon, niet direct in de lichtbron kijken. In het geval van direct oogcontact uw ogen sluiten en uw hoofd uit de lichtbundel bewegen. Richt de laserstraal niet op personen. 3 Beschrijving 3.1 Gebruik volgens de voorschriften De PR 300-HV2S is een rotatielaser met een roterende, zichtbare laserstraal en, in een hoek van 90° daarop, een referentiestraal. De rotatielaser kan verticaal, horizontaal en voor schuine hoeken in één of twee vlakken worden gebruikt. Het apparaat is bestemd voor het vaststellen, overdragen en controleren van horizontale hoogteverlopen, verticale en hellende vlakken en rechte hoeken. Voorbeelden voor het gebruik zijn het aanbrengen van meet- en hoogtelijnen, het bepalen van rechte hoeken op wanden, verticaal uitrichten op referentiepunten of het creëren van hellende vlakken. Het apparaat is bestemd voor de professionele gebruiker en mag alleen door geautoriseerd, vakkundig geschoold personeel bediend, onderhouden en gerepareerd worden. Dit personeel moet speciaal op de hoogte zijn gesteld van de mogelijke gevaren. Het apparaat en de bijbehorende hulpmiddelen kunnen gevaar opleveren als ze door ongeschoolde personen op ondeskundige wijze of niet volgens de voorschriften worden gebruikt. Voor een optimaal gebruik van het apparaat bieden wij u verschillende toebehoren. Gebruik ter voorkoming van letsel alleen originele Hilti toebehoren en apparaten. 3.2 Kenmerken Met het apparaat kan een persoon snel en met een grote nauwkeurigheid elk vlak waterpas stellen. De nivellering vindt automatisch plaats na het inschakelen van het apparaat. De straal wordt ingeschakeld als de nivellering bereikt is. De LED's geven de actuele modus aan. Het apparaat werkt met oplaadbare Li‑ion accu's, die ook tijdens het gebruik kunnen worden opgeladen. 146 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 3.3 Combinatiemogelijkheid met de afstandsbediening/laserontvanger PRA 300 De PRA 300 is een afstandsbediening en laserontvanger in een. Hiermee is het mogelijk de PR 300-HV2S rotatielaser gemakkelijk vanaf grote afstanden te bedienen. Daarnaast dient de PRA 300 ook als laserontvanger en kan deze worden gebruikt om de laserstraal op grote afstand zichtbaar te maken. 3.4 Digitaal meten van de afstand De laserontvanger toont digitaal de afstand tussen het laservlak en de markeerkerf van de laserontvanger. Zodoende kan in een stap tot op de millimeter nauwkeurig worden vastgesteld waar de laserontvanger zich bevindt. 3.5 Automatisch uitrichten en controleren Met de PR 300-HV2S en de PRA 300 kan één persoon eenvoudig een laservlak op een punt uitrichten. Het apparaat herkent de betreffende uitrichting (horizontaal, verticaal of neiging) en gebruikt vervolgens de functie automatisch uitrichten (horizontaal met PRA 90 en neiging) of automatisch uitrichten met aansluitende bewaking van het vlak (verticaal). Het uitgerichte laservlak wordt met behulp van de controlefunctie van de PRA 300 automatisch met regelmatige intervallen gecontroleerd, om eventuele verschuivingen (bijv. door temperatuurschommelingen, wind e.d.) te voorkomen. De bewakingsfunctie kan worden uitgeschakeld. 3.6 Digitale hellingshoekaanduiding met gepatenteerde automatische elektronische hellingshoekuitrichting De digitale hellingshoekaanduiding kan een hellingshoek tot 25% aanduiden, als de PR 300-HV2S zich al in een hellingshoek bevindt. Zo kunnen zonder berekeningen hellingen worden uitgezet en gecontroleerd. Met de automatische elektronische hellingshoekuitrichting kan de nauwkeurigheid van een helling worden geoptimaliseerd. 3.7 Schokwaarschuwingsfunctie De schokwaarschuwingsfunctie wordt na het inschakelen van het apparaat pas twee minuten na het uitvoeren van de nivellering geactiveerd. Als binnen deze twee minuten op een toets wordt gedrukt, begint de wachttijd van twee minuten opnieuw. Als het apparaat tijdens het gebruik uit het waterpasvlak wordt gebracht (schudden / stoten), dan schakelt het in de waarschuwingsmodus; alle LED’s knipperen, de laser schakelt uit (kop draait niet meer). 3.8 Automatische uitschakeling Wanneer het apparaat buiten het zelf instelbare bereik (±16° X-as, ±10° Y-as) is opgesteld of mechanisch is geblokkeerd, dan schakelt de laser niet in en knipperen de LED’s. Het apparaat kan op statieven met 5/8"-schroefdraad of direct op een vlakke stabiele ondergrond worden opgesteld (trillingvrij!). Bij het automatisch nivelleren van één of beide richtingen bewaakt het servosysteem de handhaving van de gespecificeerde nauwkeurigheid. Het apparaat wordt uitgeschakeld wanneer het apparaat niet zelf de nivellering kan uitvoeren (apparaat buiten het instelbare bereik of mechanisch geblokkeerd) of wanneer het apparaat uit zijn ingestelde vlak wordt gebracht (zie het hoofdstuk schokwaarschuwing). AANWIJZING Wanneer het apparaat niet zelf de nivellering kan uitvoeren, schakelt de laser uit en knipperen alle LED's. 3.9 Standaard leveringsomvang 1 Rotatielaser PR 300-HV2S 1 Ontvangerhouder PRA 83 1 2 Laserontvanger/afstandsbediening PRA 300 Handleiding 1 Li-ion-accu PRA 84 2 Batterijen (AA‑cellen) 1 2 1 Netvoeding PUA 81 Fabriekscertificaten Hilti-koffer AANWIJZING Verdere toebehoren kunt u vinden in uw Hilti Centre of online op www.hilti.com. 147 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 nl 3.10 Indicatoren van de bedrijfsstatus Het apparaat heeft de volgende statusaanduidingen: LED automatische nivellering, LED acculaadtoestand, LED deactivering schokwaarschuwingsfunctie, LED hellingshoekmodus, LED bewaking en LED elektronische hellingshoekuitrichting. 3.11 LED-weergaven op de PR 300‑HV2S rotatielaser nl LED automatische nivellering De groene LED knippert. LED deactivering schokwaarschuwingsfunctie LED hellingshoekmodus De groene LED brandt constant. De oranje LED brandt constant. De oranje LED knippert. LED bewaking De oranje LED brandt constant. De oranje LED brandt constant. De oranje LED knippert. LED's elektronische hellingshoekuitrichting De oranje LED-pijlen knipperen. Alle LED's Beide oranje LED-pijlen branden constant De linker oranje LED-pijl brandt De rechter oranje LED-pijl brandt Alle LED's knipperen Het apparaat is bezig waterpas te stellen. Het apparaat is goed ingesteld / werkt correct. De schokwaarschuwingsfunctie is gedeactiveerd. Uitrichten van een hellend vlak. Hellingshoekmodus is geactiveerd. Het apparaat richt het laservlak op het referentiepunt (PRA 300) uit. Het apparaat staat in de controlemodus. Uitrichting op het referentiepunt (PRA 300) is correct. Het apparaat bevindt zich in de modus "elektronische hellingshoekuitrichting", de PRA 300 ontvangt geen laserstraal Het apparaat is correct op de PRA 300 uitgericht. Het apparaat moet rechtsom worden gedraaid. Het apparaat moet linksom worden gedraaid Er is tegen het apparaat gestoten of het apparaat heeft een storing. 3.12 Laadtoestand van de Li‑ion accu tijdens het gebruik LED brandt permanent LED 1, 2, 3, 4 LED 1, 2, 3 LED knipperend - - LED 1, 2 - LED 1 - LED 1 - Laadtoestand C C ≧ 75% 50% ≦ C < 75% 25% ≦ C < 50% 10% ≦ C < 25% C < 10% 3.13 Laadtoestand van de Li‑ion accu tijdens het opladen in het apparaat LED brandt permanent LED knipperend Laadtoestand C LED 1, 2, 3, 4 - LED 1, 2, 3 LED 4 75% ≦ C < 100% LED 1, 2 LED 3 50% ≦ C < 75% LED 1 - LED 2 25% ≦ C < 50% LED 1 C < 25% 3.14 Laadtoestand van de Li‑ion accu tijdens het opladen in het apparaat C = 100% Als de rode LED constant brandt, wordt de accu opgeladen. Als de rode LED acculaadactiviteit niet brandt, is het opladen voltooid of levert de acculader geen stroom. 148 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 4 Technische gegevens Technische wijzigingen voorbehouden! PR 300-HV2S Reikwijdte ontvangst (diameter) Reikwijdte afstandsbediening (diameter) Nauwkeurigheid1 Met PRA 300 typisch: 2…600 m Met PRA 300 typisch, Op open veld en zonder externe invloeden: 0…240 m Op 10 m: ± 0,5 mm Loodstraal Continu haaks op het rotatievlak Laserklasse Hellingshoekbereik Klasse 2, 620-690 nm; < 1 mW (EN 60825-1:2007 / IEC 60825-1:2007); Maximaal vermogen < 4,85 mW bij ≧ 300/min 600/min, 1.000/min (tijdens de automatische uitrichtingsprocedure) Met apparaat al onder een hoek: ≤ 25 % Bereik van de zelfnivellering ±16° X-as, ±10° Y-as Energievoorziening 7,2V/ 4,5 Ah Li-ion accu Rotatiesnelheden Bedrijfsduur accu Temperatuur +25 °C, Lithium-ion accu: ≥ 25 h Bedrijfstemperatuur -20…+50 °C Opslagtemperatuur (droog) -25…+60 °C Veiligheidsklasse IP 66 (overeenkomstig IEC 60529); Niet in de modus "Opladen tijdens gebruik" ⁵⁄₈" x 18 Schroefdraad van het statief Gewicht (inclusief PRA 84) 2,5 kg Valtesthoogte2 1,5 m 1 Invloeden zoals met name grote temperatuurschommelingen, vochtigheid, schokken, vallen, enz. kunnen de nauwkeurigheid beïn- vloeden. Tenzij anders vermeld, is het apparaat onder standaard omgevingsomstandigheden (MIL-STD-810G) afgesteld resp. gekalibreerd. 2 De valtest is van het statief op een vlakke betonnen vloer onder standaard omgevingsomstandigheden (MIL-STD-810G) uitgevoerd. PRA 300 Werkingsgebied detectie (diameter) Zoemer LCD-display Met PR 300-HV2S typisch: 2…600 m 3 volumes met de mogelijkheid om deze te onderdrukken Aan beide kanten Bereik van de afstandsaanduiding ± 52 mm Weergavebereik van het laservlak ± 1 mm Lengte van het detectieveld 120 mm Centrumindicatie van bovenkant behuizing 75 mm Markeerkerven Aan beide kanten Detectievrije wachttijd voor zelfuitschakeling 15 min Gewicht (inclusief batterijen) 0,25 kg Energievoorziening 2 AA‑batterijen Levensduur batterijen Bedrijfstemperatuur Temperatuur +20 °C: Circa 40 h (afhankelijk van de kwaliteit van de alkali-mangaanbatterijen) -20…+50 °C Opslagtemperatuur -25…+60 °C 1 De valtest is in de ontvangerhouder PRA 83 op een vlakke betonnen vloer onder standaard omgevingsomstandigheden (MIL-STD810G) uitgevoerd. 149 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 nl Veiligheidsklasse IP 66 (overeenkomstig IEC 60529), behalve batterijvak Valtesthoogte1 2m 1 De valtest is in de ontvangerhouder PRA 83 op een vlakke betonnen vloer onder standaard omgevingsomstandigheden (MIL-STD810G) uitgevoerd. PRA 84 Li-ion accu Nominale spanning (normale modus) Maximale spanning (in gebruik of bij het opladen tijdens het gebruik) Nominale stroom nl 7,2 V 13 V 180 mA Laadtijd Temperatuur +32 °C: 2 h 10 min (accu 80% opgeladen) Bedrijfstemperatuur -20…+50 °C Opslagtemperatuur (droog) -25…+60 °C Laadtemperatuur (ook bij het opladen tijdens gebruik) +0…+40 °C Gewicht 0,3 kg PUA 81 Netvoeding Netstroomvoeding 115…230 V Netfrequentie 47…63 Hz Nominaal vermogen 36 W Nominale spanning 12 V Bedrijfstemperatuur +0…+40 °C Opslagtemperatuur (droog) -25…+60 °C Gewicht 0,23 kg 5 Inbedrijfneming 5.1 Accu aanbrengen 2 Voer de accu in het apparaat in. AANWIJZING Li‑ion-accu's zijn altijd gebruiksklaar, ook wanneer ze ten dele zijn opgeladen. Wanneer het apparaat is ingeschakeld, wordt de voortgang van het opladen aangegeven door LED's. 5.2 Accu verwijderen 8 AANWIJZING Zorg ervoor dat de aanbevolen temperatuur bij het opladen in acht wordt genomen (0 tot 40 °C). AANWIJZING Het apparaat mag alleen met de Hilti accu PRA 84 of PRA 84G worden gebruikt. 1. 2. 1. 2. Schuif de accu in het apparaat. Draai de vergrendeling rechtsom tot het symbool "Vergrendeling dicht" verschijnt. Draai de vergrendeling linksom tot het symbool "Vergrendeling open" verschijnt. Trek de accu uit het apparaat. 5.3 Accu opladen 5.3.1 Eerste maal opladen van een nieuwe accu Laad de accu's voor het eerste gebruik volledig op. AANWIJZING Zorg er daarbij voor dat het op te laden systeem veilig is geplaatst. 5.3.2 Opnieuw opladen van een accu 1. Zorg ervoor dat de buitenvlakken van de accu schoon en droog zijn. 150 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 2. 5.4 Opties voor het opladen van de accu GEVAAR De netvoeding PUA 81 mag alleen "binnenshuis" worden gebruikt. Voorkom dat er vocht binnendringt. 5.4.1 Opladen van de accu in het apparaat 4 1. 2. 3. 4. Plaats de accu in het batterijvak (zie 5.1). Draai de vergrendeling totdat de laadaansluiting van de accu zichtbaar wordt. Sluit de stekker van de netvoeding of het auto‑laadsnoer aan op de accu. De accu wordt opgeladen. Schakel het apparaat in om de laadtoestand tijdens het opladen weer te geven. 5.4.2 Opladen van de accu buiten het apparaat 5 1. 2. Verwijder de accu (zie 5.2). Verbind de stekker van de netvoeding of het auto‑laadsnoer met de accu. De rode LED van de accu geeft laadactiviteit aan. 5.4.3 Opladen van de accu tijdens het gebruik GEVAAR Het is niet toegestaan om het accu-pack tijdens het gebruik van het apparaat buitenshuis of in een vochtige omgeving op te laden. 1. 2. Draai de sluiting totdat de laadaansluiting van de accu zichtbaar wordt. Steek de stekker van de netvoeding in de accu. Het apparaat werkt tijdens het opladen en de laadtoestand van de accu wordt door de LED's op het apparaat weergegeven. 5.5 Rotatielaser inschakelen Druk op de aan/uit-toets . AANWIJZING Na het inschakelen start het apparaat de automatische nivellering. Bij volledige nivellering schakelt de laserstraal in de rotatie- en in de normale richting in. 5.8 Pairen Het apparaat en de afstandsbediening/de laserontvanger worden gepaird geleverd. Andere laserontvangers van hetzelfde type of het automatische statief PRA 90 zijn zonder pairing niet klaar voor gebruik. Om het apparaat met dit accessoire te kunnen gebruiken, moeten deze op elkaar worden ingesteld, ofwel gepaird. Het pairen van apparaten bewerkstelligt dat de apparaten eenduidig met elkaar worden gepaird. Het apparaat en het automatische statief PRA 90 ontvangen zo alleen signalen van de gepairde afstandsbediening/laserontvanger. De pairing maakt het mogelijk om naast andere rotatielasers te werken, zonder dat instellingen hierdoor worden gewijzigd. 5.8.1 Pairen van apparaat en laserontvanger nl 1. 5.6 LED indicaties Zie het hoofdstuk met de beschrijving "LED-weergaven op de PR 300‑HV2S rotatielaser". 5.7 Batterijen in de PRA 300 aanbrengen 9 GEVAAR Gebruik geen beschadigde batterijen. GEVAAR Geen oude en nieuwe batterijen samen in het apparaat aanbrengen. Gebruik geen batterijen van verschillende producenten of met verschillende typeaanduidingen. 2. 5.8.2 Pairen van PRA 90 statief en ontvanger 1. AANWIJZING De PRA 300 mag alleen met batterijen worden gebruikt die overeenkomstig internationale standaarden geproduceerd zijn. 1. 2. 3. Open het batterijvak van de laserontvanger. Breng de batterijen in de laserontvanger aan. AANWIJZING Let bij het aanbrengen op de polariteit van de batterijen! Sluit het batterijvak. Druk de aan/uit-toetsen van het apparaat en de laserontvanger gelijktijdig in en houd deze ten minste 3 seconden ingedrukt. De succesvolle pairing wordt op de laserontvanger door een geluidssignaal en op het apparaat door het knipperen van alle LED's aangegeven. Tegelijkertijd verschijnt op het display van de laserontvanger het hierboven afgebeelde symbool. Het apparaat en de ontvanger schakelen na het pairen automatisch uit. Schakel de gepairde apparaten weer in. 2. Druk de aan-/uit-toetsen van het automatische statief PRA 90 en van de laserontvanger gelijktijdig in en houd deze ten minste 3 seconden ingedrukt. De succesvolle pairing wordt op de laserontvanger door een geluidssignaal en op het apparaat door het knipperen van alle LED's aangegeven. Tegelijkertijd verschijnt op het display van de laserontvanger het hierboven afgebeelde symbool. Het apparaat en de ontvanger schakelen na het pairen automatisch uit. Schakel de gepairde apparaten weer in. Op het display van de laserontvanger wordt het apparaat inclusief statief aangegeven. 151 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 6 Bediening 6.1 Overzicht van de algemene symbolen Overzicht van de algemene symbolen Algemene symbolen Werkzaamheden succesvol afgesloten. Informatie Waarschuwing nl Schokwaarschuwing geactiveerd Slaapmodus geactiveerd Rotatielaser in slaapmodus Hellingshoekmodus geactiveerd Automatisch elektronisch uitlijnen is geactiveerd Handmatig uitlijnen 6.2 Apparaat controleren Controleer voor belangrijke metingen de nauwkeurigheid van het apparaat, met name nadat het op de grond is gevallen of aan ongebruikelijke mechanische invloeden blootgesteld is geweest (zie 7.6). 6.3 Apparaat inschakelen Druk op de aan/uit-toets . AANWIJZING Na het inschakelen start het apparaat de automatische nivellering. 6.4 Werken met de PRA 300 laserontvanger/afstandsbediening De PRA 300 is een afstandsbediening en laserontvanger in een. De afstandsbediening vergemakkelijkt het werken met de rotatielaser en is nodig om sommige functies van het apparaat te kunnen gebruiken. De aanduiding van de laserstraal vindt optisch en akoestisch plaats. 152 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 6.4.1 Werken met de PRA 300 laserontvanger als los apparaat 1. 2. Druk op de aan/uit-toets . AANWIJZING Als de ontvanger voor de PR 300 rotatielaser is gestart, is op het display van de ontvanger nog geen laserstraal afgebeeld. Houd de laserontvanger met het detectievenster direct in het vlak van de roterende laserstraal. 6.4.2 Werken met de laserontvanger in de ontvangerhouder PRA 83 10 1. 2. 3. 4. 5. 6. Druk de ontvanger schuin in de rubber behuizing van de PRA 83, tot deze de ontvanger volledig omsluit. Let erop dat het ontvangstveld en de toetsen zich aan de voorzijde bevinden. Maak de ontvanger samen met de rubber behuizing vast aan de handgreep. De magnetische houder verbindt de behuizing en de handgreep met elkaar. Schakel de ontvanger in met de aan/uit-toets . Open de draaigreep. Bevestig de ontvangerhouder PRA 83 door sluiten van de draaihandgreep stevig aan de telescoop- of nivelleerstang. Houd de ontvanger met het ontvangstveld direct in het vlak van de roterende laserstraal. 6.4.3 Werken met de baak PRA 81 10 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Open de sluiting van de PRA 81. Plaats de laserontvanger in de baak PRA 81. Sluit de sluiting van de PRA 81. Schakel de laserontvanger met de aan/uit-toets in. Houd de laserontvanger met het detectievenster direct in het vlak van de roterende laserstraal. Positioneer de laserontvanger zodanig, dat de afstandsaanduiding "0" aangeeft. Meet de gewenste afstand met behulp van het meetlint. 6.5 Menu-opties van de PRA 300 laserontvanger/afstandsbediening 1. 2. U kunt op elk moment tijdens de bediening de menutoets indrukken. De menuweergave verschijnt op het display. Selecteer met de richtingstoetsen of naar behoefte de afzonderlijke menupunten. AANWIJZING Met de richtingstoetsen of kunnen de instelmogelijkheden worden geselecteerd. Met de toets wordt uw selectie opgeslagen. Volume Eenheden Systeeminrichting Apparaatinstelling Informatie Retour 3. Met de menutoets of de retourtoets kan op elk moment het menu weer worden verlaten. 6.5.1 Volume instellen Bij iedere keer inschakelen van de laserontvanger is het volume op "normaal" ingesteld. Door een druk op de volumefunctie in het menu kan het volume worden gewijzigd. Er kan worden gekozen uit de 4 opties "Zacht", "Normaal", "Luid" en "Uit". Na iedere selectie keert u automatisch weer in de normale bedieningsmodus terug. 153 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 nl Volume luid Volume normaal Volume zacht Volume uit De retourtoets kan worden bediend, om weer terug in het menu te komen. 6.5.2 Eenheden instellen nl Met de eenhedenfunctie in het menu kunt u de gewenste nauwkeurigheid van de digitale weergave instellen in millimeter of inch. Na iedere selectie keert u automatisch weer terug in de normale bedieningsmodus, of kunt u de retourtoets bedienen, om weer in het menu terug te komen. Eenheden 1 mm ¹⁄₁₆" 2 mm ¹⁄₈" 5 mm ¹⁄₄" 10 mm ¹⁄₂" 25 mm 1" 6.5.3 Systeeminrichting instellen Er zijn de volgende menupunten: In-/uitschakelen van de straaldiafragma's en Slaapmodus . 6.5.3.1 In-/uitschakelen van de straaldiafragma's U kunt de laserstraal van de PR 300-HV2S aan één of meerdere kanten van het apparaat uitschakelen. Deze functie is nuttig wanneer u op een bouwplaats meerdere lasers gebruikt en de ontvangst van meer dan één laser wilt voorkomen. Het straalvlak is onderverdeeld in vier kwadranten. Deze zijn op de behuizing gemarkeerd en kunnen op de volgende manier worden vastgelegd. 1. 2. 3. 4. 5. 6. Selecteer in het menu de systeeminstellingen en bevestig deze met de bevestigingstoets . Selecteer de functie Straaldiafragma's in-/uitschakelen en bevestig deze met de bevestigingstoets . Navigeer naar het juiste kwadrant met de navigatietoetsen . Deactiveer/activeer het kwadrant met de OK-toets . Bevestig deze instelling met de bevestigingstoets . Als het kwadrant zichtbaar is, is de status "ingeschakeld". Als het kwadrant niet zichtbaar is, is de status "uit". Met de retourtoets keert u weer terug naar het menupunt "Voor de inrichting van het systeem relevante instelling" , of via de menutoets terug in de bedieningsmodus. AANWIJZING Instellingen die het apparaat betreffen worden alleen effectief als het apparaat ingeschakeld is en radiografisch verbonden is. 6.5.3.2 Slaapmodus activeren/deactiveren In de slaapmodus kan de PR 300-HV2S stroom besparen. De laser wordt uitgeschakeld en zo wordt de capaciteit van de accu verlengd. 154 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 1. 2. 3. 4. 5. Druk bij de PRA 300 op de toets menu . Selecteer de voor de inrichting van het systeem relevante instelling . Navigeer met de richtingstoetsen naar de optie "Slaapmodus" . Bevestig dit menupunt met de OK-toets . Activeer/deactiveer met de bevestigingstoets de slaaptoestand. AANWIJZING Alle instellingen blijven opgeslagen. 6.5.4 Apparaatinstellingen Veel trillingen, lage gevoeligheid bij schokken Gevoeligheid schokwaarschuwingsfunctie Medium nl Laag Procent Eenheden hellingshoekmodus Graden Promille Millimeter Eenheden Inch Aan Radiografische verbinding Uit Instellingen die het apparaat betreffen worden alleen effectief als het apparaat ingeschakeld is en radiografisch verbonden is. Met de retourtoets keert u weer terug in het hoofdmenu. 6.5.4.1 Schokwaarschuwingsfunctie deactiveren 1. Schakel de rotatielaser in (zie 6.3). 155 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 2. 3. Druk op de toets voor deactivering van de schokwaarschuwingsfunctie . Het constant branden van de LED "Deactivering schokwaarschuwingsfunctie" geeft aan dat de functie gedeactiveerd is. Als de schokwaarschuwingsfunctie gedeactiveerd is, reageert het apparaat niet meer op schokken. Om terug te keren naar de standaardmodus, het apparaat uitschakelen en opnieuw starten. 6.5.4.2 Eenheden hellingshoekmodus Bij Eenheden hellingshoekmodus kunnen procenten, graden of promilles worden ingesteld voor het invoeren van de hellingshoek. 1. Druk bij de PRA 300 op de toets menu . 2. Druk op de toets apparaatinstellingen . 3. Navigeer met de richtingspijlen naar de optie Eenheden hellingshoekmodus . 4. Bevestig dit menupunt met de toets . 5. Navigeer naar de correcte eenheid en activeer deze met de toets . 6.5.4.3 Eenheden nl In het menupunt Eenheden kan worden gewisseld tussen metrisch en imperiaal. 1. Druk bij de PRA 300 op de toets menu . 2. Druk op de toets apparaatinstellingen . 3. Druk op een van de pijltoetsen en navigeer naar de optie Eenheden . 4. Bevestig dit menupunt met de toets . 5. Navigeer naar de correcte eenheden en activeer deze met de toets . 6.5.4.4 Radiografische verbinding Indien noodzakelijk kan de radiografische verbinding van de ontvanger worden gedeactiveerd en kan de ontvanger/afstandsbediening alleen als ontvanger worden gebruikt. 1. Druk bij de PRA 300 op de toets menu . 2. Druk op de toets apparaatinstellingen . 3. Navigeer met de pijltoetsen naar de optie radiografische verbinding . 4. Bevestig dit menupunt met de toets . 5. Navigeer naar de correcte radiografische verbinding en activeer deze met de toets . 6.5.5 Informatie Bij het selecteren van dit menupunt heeft u de volgende opties: Hier kan de softwareversie van apparaat, ontvanger en PRA 90 worden opgeroepen. Softwareversie Hier kan de datum van de laatste kalibratie worden opgeroepen. Datum laatste kalibratie De QR code kan met een smartphone worden gescand en gelinkd naar geanimeerde video's, die de bediening van het systeem verklaren. QR code Met de menutoets of de retourtoets kan op elk moment het menu weer worden verlaten. 6.6 Horizontaal werken 6.6.1 Opstellen 1. Monteer, afhankelijk van de toepassing, het apparaat bijv. op een statief. u kunt de rotatielaser ook aan een wandhouder monteren. De hellingshoek van het draagvlak mag maximaal ± 5° zijn. 156 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 2. Druk op de aan/uit-toets . De LED "Automatisch waterpas stellen" knippert groen en de nivelleringstatus wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de laserontvanger. Zodra de nivellering is voltooid, wordt de laserstraal ingeschakeld, roteert hij en brandt de LED "Automatische nivellering" constant. 6.6.2 Uitrichten met het automatische statief PRA 90 AANWIJZING Deze functie is alleen beschikbaar met het automatische statief PRA 90. Bij het eerste gebruik moet de laserontvanger PRA 300 met het statief worden gepaird (zie 6.9.2). Met het optionele automatische statief PRA 90 kan de hoogte van het laservlak handmatig of automatisch op het gewenste niveau worden ingesteld. 1. 2. Monteer het apparaat op het automatische statief PRA 90. Schakel de rotatielaser, het automatische statief en de laserontvanger in. Richt de hoogte van het laservlak nu handmatig (zie 6.6.2.1) of automatisch (zie 6.6.2.2) uit. 6.6.2.1 Handmatig uitrichten 6 11 Druk op de laserontvanger de toetsen resp. naar beneden te verschuiven. of op de PRA 90 de pijltoetsen in, om het horizontale vlak naar boven 6.6.2.2 Automatisch uitrichten 6 12 1. 2. 3. 4. Houd de ontvangerzijde van de laserontvanger op de gewenste doelhoogte en in de richting van het bedieningspaneel van de PRA 90. Houd de laserontvanger tijdens het uitrichten rustig en let erop dat u vrij zicht hebt tussen de laserontvanger en het apparaat. Dubbelklik op de toets Automatisch uitrichten op de laserontvanger. Door nogmaals dubbelklikken wordt de uitrichting beëindigd. Na het dubbelklikken start de uitrichtingsprocedure van het laservlak, en het statief beweegt omhoog of omlaag. Gedurende de uitrichtingsprocedure klinkt een voortdurend akoestisch signaal. Zodra de laserstraal op het ontvangstveld van de laserontvanger schijnt, wordt de straal naar de markeerkerf (referentievlak) bewogen. Nadat de positie is bereikt en het apparaat is ingesteld, geeft een geluidssignaal van vijf seconden aan dat het proces is afgesloten. Het symbool van de "Automatische uitrichting" wordt niet meer weergegeven. Controleer de hoogte-instelling op het display. Verwijder de laserontvanger. AANWIJZING Als het automatische uitrichtingsproces niet succesvol was, klinken korte signalen en dooft het signaal "Automatisch uitrichten" . AANWIJZING Er verschijnt bovendien een waarschuwing op de ontvanger, dat de ontvanger zich buiten het mogelijke ontvangstgebied bevindt. 157 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 nl 6.7 Verticaal werken 1. 2. 3. 4. nl 5. Plaats het apparaat voor verticaal werken op een passend statief, geveladapter of bouwplankadapter of wandhouder, zodat het bedieningspaneel van het apparaat naar boven gericht is. Als alternatief kunt u het apparaat ook op de rubbervoeten van de achterste handgrepen leggen. AANWIJZING De beste radiografische verbinding met de PRA 300 biedt de zijde van het apparaat die rechts op het bedieningspaneel aansluit. AANWIJZING Om de gespecificeerde nauwkeurigheid te bereiken, moet het apparaat op een horizontaal vlak worden gepositioneerd resp. overeenkomstig nauwkeurig op het statief of andere toebehoren worden gemonteerd. Richt de rotatielaser met behulp van vizier en korrel in de gewenste richting uit. Druk op de aan/uit-toets . Na de nivellering projecteert het apparaat een vaste laserstraal loodrecht naar beneden. Dit geprojecteerde punt is een referentiepunt (geen loodpunt) en dient ter positionering van het apparaat. Richt het apparaat nu zo uit dat de geprojecteerde laserpunt exact op een referentiepunt (bijv. een nagel in de bouwplank) uitgelijnd is. Richt de hoogte van het laservlak nu handmatig (zie 6.7.1) of automatisch (zie 6.7.2) op het gewenste tweede referentiepunt uit. Zodra u met de uitrichting begint, gaat de laser automatisch draaien. 6.7.1 Handmatig uitrichten 6 13 1. Druk op de laserontvanger de richtingstoetsen in, om het verticale vlak handmatig uit te richten. 6.7.2 Automatisch uitrichten en controleren 6 14 1. 2. 3. Bevestig of houd de laserontvanger met de markeerkerf op de gewenste uit te richten plaats en in de richting van het apparaat. Dubbelklik op de toets automatisch uitrichten . Door nogmaals dubbelklikken wordt de uitrichting beëindigd. De uitrichtingsprocedure van het laservlak wordt gestart. Gedurende de uitrichtingsprocedure klinkt een voortdurend akoestisch signaal. U kunt de richting van het zoekproces wijzigen door de toets "Automatisch uitrichten" eenmaal in te drukken. Zodra de laserstraal op het ontvangstveld van de laserontvanger schijnt, wordt de straal naar de markeerkerf (referentievlak) bewogen. Nadat de positie is bereikt (markeerkerf gevonden) en het apparaat is ingesteld, geeft een geluidssignaal van vijf seconden aan dat het proces is afgesloten. De laserontvanger gaat automatisch naar de bewakingsmodus en controleert in regelmatige afstanden of het laservlak verschoven is. Bij een verschuiving wordt het laservlak weer op de markeerkerf verschoven, wanneer dit mogelijk is. Als het markeringsvlak buiten het nivelleringsbereik van ±5° ligt, als het directe zichtcontact tussen het apparaat en de laserontvanger gedurende langere tijd verhinderd is of als de uitrichtingsprocedure binnen twee minuten niet is gelukt, klinken korte geluidssignalen. De laser draait niet meer en het symbool "automatische uitrichting" dooft. Dit geeft het afbreken van de automatische uitrichtingsprocedure aan. Nadat de automatische uitrichtingsprocedure is afgesloten, maar de ontvanger niet gepositioneerd moet blijven of als ontvanger wilt gebruiken, kan door dubbelklikken op de toets automatisch uitrichten de bewakingsmodus weer worden verlaten. 158 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 6.8 Werken met hellingen AANWIJZING Als het apparaat temperatuurveranderingen van ongeveer 10 graden meet, stopt de laserrotatie gedurende circa 40 seconden. Gedurende deze tijd corrigeert het apparaat alle mogelijke storingen als gevolg van de temperatuurverandering. Na de automatische correctie stelt het apparaat het laservlak weer op de vorige hellingshoek in en begint de laser te draaien. Apparaat in het water Nivellering uit, om met hellingshoekadapter te werken Als laatste gebruikte hellingshoekwaarde nl X-as Y-as De hellingshoek kan handmatig, automatisch of met behulp van de hellingshoekadapter PRA 79 worden ingesteld. 6.8.1 Opstellen 1. 2. 3. 4. 5. 6. Monteer de rotatielaser op een statief. Positioneer de rotatielaser op het eerste referentiepunt op de bovenste of op de onderste rand van het hellende vlak. Ga achter het apparaat staan, met de blik in de richting van het bedieningspaneel. Richt het apparaat met behulp van vizier en korrel op de kop van het apparaat parallel aan het hellende vlak op het tweede referentiepunt uit. Schakel de laserontvanger in . Schakel het apparaat in en druk op de toets hellingshoekmodus . De LED hellingshoekmodus gaat branden. Zodra de nivellering afgerond is, wordt de laserstraal ingeschakeld. Het bedieningspaneel van de PRA 300 toont nu de volgende hellingshoekmogelijkheden: – Digitale verandering van de X- of de Y-waarde 21. – Nivellering uitschakelen (om te gebruiken met de hellingshoekadapter PRA 79) – Oproepen van de als laatste gebruikte waarde . Voor een nauwkeurigere uitrichting na de instelling van de hellingshoek de automatische of de handmatige elektronische hellingshoekuitrichting uitvoeren (zie 6.8.2.2). Hellingshoeken kunnen op de PRA 300 in %, ⁰⁄₀₀ of in ° worden ingesteld resp. aangegeven (zie 6.5.4). 6.8.2 Hellingshoek handmatig digitaal instellen 15 Bij de laserontvanger/afstandsbediening kunnen hellingshoeken tot 20% worden ingevoerd. De aanduiding van de laserontvanger geeft de hellingshoek aan. Als bovendien gebruik wordt gemaakt van een hellingshoekadapter of een statief met hellingshoek, kunnen hellingshoeken tot 25% worden bereikt. Hellingshoeken kunnen tegelijkertijd in X en Y worden ingesteld, of in slechts één van de beide assen. 1. 2. Navigeer met de pijltoets of op de softkey X en bevestig de selectie met . Selecteer vervolgens met de pijltoetsen of het cijfer of het toestandsteken dat u wilt instellen en activeer het met . 159 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 3. 4. 5. 6. Voer met de pijltoetsen of de waarde in en bevestig iedere plaats met ; dan kan pas een nieuw cijfer worden geselecteerd. Nadat u de gewenste waarde heeft ingevoerd, deze bevestigen met . Navigeer met de pijltoets naar de bevestigingstoets en druk deze in . Nu kan nog een waarde voor Y worden ingevoerd of gelijk naar bevestigen worden genavigeerd. De laser verstelt pas, als deze stap wordt bevestigd. AANWIJZING Als alternatief kan voor OK op de retourtoets worden gedrukt – hierdoor wordt teruggekeerd naar het hoofdmenu en worden uw invoeren gewist. 6.8.2.1 Optionele automatische elektronische hellingshoekuitrichting nl Na het grof uitrichten van de rotatielaser en de instelling van de hellingshoek (zoals hierboven beschreven) kan het uitrichten van de PR 300-HV2S door de door Hilti gepatenteerde, automatische elektronische hellingshoekuitrichting worden geoptimaliseerd. 1. Positioneer de laserontvanger PRA 300 tegenover de rotatielaser PR 300-HV2S centraal aan het einde van het hellend vlak op de tweede referentie. U kunt hem zelf vasthouden of met de ontvangerhouder PRA 83 fixeren. 2. Selecteer na het invoeren van de hellingshoek op de PRA 300 door dubbelklikken op de AUTO knop de functie Auto-E-Targeting en bevestig dit met . De animatie op de PRA 300 toont het verloop van het automatische uitrichtingsproces. Zodra deze is afgesloten, is de uitrichting van de PRA 300 correct. Na een succesvolle uitrichting wordt de functie automatisch beëindigd en richt de laser zich uit op het ontvangstgebied van de ontvanger. Tussen de grove uitrichting met behulp van vizier en korrel en de fijne uitrichting met behulp van de automatische elektronische hellingshoekuitrichting kunnen afwijkingen optreden. Omdat de automatische, elektronische methode met behulp van het apparaat nauwkeuriger is dan de optische, wordt geadviseerd altijd de elektronische hellingshoekuitrichting als referentie te gebruiken. In de menubalk is altijd te zien, dat de Auto-E-Targeting is uitgevoerd. Als het systeem wordt uitgeschakeld, is de afwijking van vizier en korrel weer opgeheven. De laser zoekt de ontvanger eerst in de X-as en vervolgens in de Y-as. Targeting kan alleen plaatsvinden in een hoek van +/- 5°. 6.8.2.2 Optionele handmatige elektronische hellingshoekuitrichting Na het grof uitrichten van de rotatielaser en de instelling van de hellingshoek (zoals hierboven beschreven) kan het uitrichten van de PR 300-HV2S door de door Hilti gepatenteerde, handmatige elektronische hellingshoekuitrichting worden geoptimaliseerd. 1. Positioneer de PRA 300 centraal aan het einde van het hellend vlak tegenover de PR 300-HV2S. U kunt hem zelf vasthouden of met de PRA 83 fixeren. AANWIJZING Het ontvangstveld moet op het tweede referentiepunt zijn uitgericht. 2. Activeer de handmatige elektronische hellingshoekuitrichting van de PR 300-HV2S door het indrukken van de toets elektronische hellingshoekuitrichting. Als de pijlen voor de elektronische hellingshoekuitrichting knipperen, ontvangt de PRA 300 geen laserstraal van de PR 300-HV2S. 3. Als de linker pijl knippert, de PR 300-HV2S rechtsom verdraaien. 4. Als de rechter pijl knippert, de PR 300-HV2S linksom verdraaien. Als beide pijlen branden, is de uitrichting op de PRA 300 correct. Na een succesvolle uitrichting (beide pijlen branden constant gedurende 10 seconde) wordt de functie automatisch beëindigd. 5. Fixeer de rotatielaser nu op het statief, zodat het niet abusievelijk kan worden verdraaid. 6. U kunt de elektronische hellingshoekuitrichting ook activeren door het indrukken van de toets handmatige elektronische hellingshoekuitrichting. AANWIJZING Tussen de grove uitrichting met behulp van vizier en korrel en de fijne uitrichting met behulp van de handmatige elektronische hellingshoekuitrichting kunnen afwijkingen optreden. Omdat de handmatige elektronische methode nauwkeuriger is dan de optische, wordt geadviseerd altijd de elektronische hellingshoekuitrichting als referentie te gebruiken. 6.8.3 Aanwezige hellingshoek automatisch meten 16 Met deze functie kan automatisch een gekanteld laservlak tussen 2 punten tot stand worden gebracht en de hellingshoek tussen deze punten worden bepaald. 1. Stel het apparaat zoals onder 6.8.1 beschreven op de bovenste rand van het hellende vlak in. 2. Monteer de laserontvanger met de ontvangerhouder PRA 83 bijvoorbeeld op de telescoopplaat PUA 53. 160 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 3. 4. 5. 6. Positioneer de ontvanger direct voor de rotatielaser, richt hem t.o.v. de hoogte van het laservlak uit en fixeer hem op het tweede referentiepunt op de telescoopplaat. Positioneer de ontvanger met de telescoopplaat op de onderste rand van het hellend vlak, klik op de toets automatisch uitlijnen en bevestig dit met . AANWIJZING Door nogmaals dubbelklikken op de AUTO toets wordt de uitrichting beëindigd. Nu start de uitrichtingsprocedure van het laservlak. Gedurende de uitrichtingsprocedure klinkt een continu akoestisch signaal. U kunt de richting van het zoekproces wijzigen door de toets "Automatisch uitlijnen" eenmaal in te drukken. Zodra de laserstraal op het ontvangstveld van de laserontvanger schijnt, wordt de straal op de markeerkerf (referentievlak) gefixeerd. Nadat de positie is bereikt (markeerkerf gevonden), geeft een akoestisch signaal van vijf seconden aan dat het proces is afgesloten. Het symbool "automatische uitrichting" wordt niet meer weergegeven op het display van de laserontvanger en de ontvanger gaat automatisch op de normale modus over. De nieuwe hellingshoek wordt weergegeven op het display van de laserontvanger. Lees de hellingshoek tussen de beide punten (standpunten van het apparaat en de laserontvanger) op het display van de laserontvanger af. AANWIJZING Optioneel kan vervolgens nog de Auto-E-Targeting uitgevoerd worden. 6.8.2.1 6.8.4 Hellingshoek met behulp van de hellingshoekadapter PRA 79 instellen AANWIJZING De hellingshoektafel moet correct tussen het statief en het apparaat gemonteerd zijn (zie handleiding PRA 79). 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Monteer de hellingshoekadapter PRA 79 afhankelijk van het gebruik op bijv. een statief. Positioneer het statief op de bovenste of op de onderste rand van het hellende vlak. Monteer de rotatielaser op de hellingshoekadapter en richt het apparaat met behulp van de doelkerf op de kop van de PR 300-HV2S inclusief de hellingshoekadapter parallel aan het hellende vlak uit. Het bedieningspaneel van de PR 300-HV2S moet zich aan de tegenovergestelde zijde van de hellingshoekrichting bevinden. Zorg ervoor dat de hellingshoekadapter zich in de uitgangspositie bevindt (0°). Schakel het apparaat in (zie 6.3). Druk op de toets hellingshoekmodus . Op het bedieningspaneel van de rotatielaser gaat nu de LED hellingshoekmodus branden. Het apparaat begint nu met de automatische nivellering. Zodra deze voltooid is, wordt de laser ingeschakeld en begint deze te draaien. Selecteer nu op de ontvanger de functie Nivelleren deactiveren. Stel nu de gewenste hellingshoek op de hellingshoekadapter in. AANWIJZING Bij de handmatige instelling van de hellingshoek nivelleert de PR 300-HV2S het laservlak eenmalig en fixeert dit vervolgens. Trillingen, temperatuurveranderingen of andere invloeden die gedurende de dag kunnen optreden kunnen van invloed zijn op de positie van het laservlak. AANWIJZING Om bij de digitale handmatige instelling van X/Y te komen, moet de standaardmodus weer worden ingesteld. Daartoe moet het systeem opnieuw worden gestart. 6.9 Terughalen van de laatste waardes Als het apparaat wordt uitgeschakeld en verplaatst, kan de als laatste opgeslagen hellingshoek op de ontvanger weer worden opgeroepen. 1. Schakel het apparaat weer in en activeer op het apparaat de hellingshoekmodus . Het eerste menupunt is de laatste waarde. 2. Selecteer de waarde met . 3. Controleer of de X- en Y-waardes werkelijk kloppen. 4. Bevestig de waardes met . De rotatielaser stelt zich dan weer in op de voorgaande hellingshoek. 6.10 Reset X/Y waarde 17 Om X en Y snel weer op 0 in te stellen, de softkey "Reset op 0" gebruiken. 6.11 Naar de standaardmodus terugkeren Om terug te keren naar de standaardmodus, het apparaat uitschakelen en opnieuw starten. 161 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 nl 7 Verzorging en onderhoud 7.1 Reinigen en drogen 1. 2. 3. 4. nl Blaas het stof van de optische lenzen. Het glas niet met de vingers aanraken. Alleen met schone en zachte doeken reinigen; zo nodig met zuivere alcohol of wat water bevochtigen. AANWIJZING Door te ruw reinigingsmateriaal kan het glas bekrast raken en de nauwkeurigheid van het apparaat nadelig worden beïnvloed. AANWIJZING Geen andere vloeistoffen gebruiken omdat deze de kunststof delen kunnen aantasten. Droog de uitrusting met inachtneming van de temperatuurgrenzen die in de Technische gegevens zijn aangegeven. AANWIJZING Met name in de winter en zomer de temperatuurgrenzen in acht nemen wanneer u de uitrusting bijv. in een voertuig bewaart. 7.2 Verzorging van de lithium-ion accu AANWIJZING Het is niet nodig om de Li-ion-accu's een opfrislading te geven, zoals bij NiCd- of NiMH-accu's. AANWIJZING Wanneer het laden wordt onderbroken, beïnvloedt dit de levensduur van de accu's niet. AANWIJZING Het laden kan op ieder moment worden gestart zonder dat de levensduur wordt beïnvloed. Er is geen sprake van een memory-effect, zoals bij NiCd- of NiMH-accu's. AANWIJZING De accu's kunnen het best volledig opgeladen en zo koel en droog mogelijk worden bewaard. Het is ongunstig om de accu's te bewaren bij hoge omgevingstemperaturen (bijv. achter ruiten). Hierdoor wordt de levensduur van de accu's en het zelfontladingspercentage van de cellen beïnvloed. AANWIJZING Door veroudering of overbelasting verliezen accu's capaciteit; ze kunnen in dat geval niet meer volledig worden geladen. Ondanks dat u met een oude accu nog kunt werken, dient deze op tijd te worden vervangen. 1. 2. 3. 4. Voorkom dat er vocht binnendringt. Laad de accu's voor het eerste gebruik volledig op. Laad de accu op, zodra de prestaties van het apparaat duidelijk minder worden. AANWIJZING Tijdig opladen verhoogt de levensduur van de accu. AANWIJZING Bij verder gebruik van de accu wordt het ontladen automatisch beëindigd voordat er cellen kunnen worden beschadigd en wordt het apparaat uitgeschakeld. Laad de accu's alleen op met de goedgekeurde acculaders van Hilti voor lithium-ion accu's. 162 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 7.3 Opslaan 1. 2. 3. Apparaten die nat zijn geworden, dienen te worden uitgepakt. Apparaten, transportcontainers en toebehoren moeten worden gedroogd (met inachtneming van de bedrijfstemperatuur) en gereinigd. De apparatuur pas weer inpakken als alles helemaal droog is. Voer wanneer de apparatuur gedurende langere tijd is opgeslagen of getransporteerd vóór gebruik een controlemeting uit. Neem accu's en batterijen uit het apparaat en de laserontvanger wanneer deze voor langere tijd worden opgeslagen. Lekkende accu's en batterijen kunnen het apparaat en de laserontvanger beschadigen. 7.4 Transporteren Gebruik voor het transport of de verzending van uw uitrusting de kartonnen verzenddoos van Hilti of een gelijkwaardige verpakking. ATTENTIE Het apparaat altijd zonder batterijen/accu's versturen. 7.5 Hilti meettechniek service De Hilti meettechniek service voert de controle uit en zorgt bij een afwijking tevens voor de reparatie en de hernieuwde controle van de specificatie-overeenstemming van het apparaat. De specificatie-overeenstemming op het moment van de controle wordt schriftelijk bevestigd door het servicecertificaat. Het wordt aanbevolen: 1. 2. 3. 4. dat afhankelijk van de normale belasting van het apparaat een geschikt controle-interval wordt gekozen. dat ten minste eenmaal per jaar een controle door de Hilti meettechniek service plaatsvindt. dat na een bijzonder zware belasting van het apparaat een controle door de Hilti meettechniek service plaatsvindt. dat voor belangrijke werkzaamheden/opdrachten een controle door de Hilti meettechniek service plaatsvindt. De controle door de HILTI meettechniek service ontslaat de gebruiker niet van de normale controle van het apparaat voor en tijdens het gebruik. 7.6 Nauwkeurigheid controleren AANWIJZING Om aan de technische specificaties te kunnen blijven voldoen, moet het apparaat regelmatig (minstens voor ieder groter/kritisch project) worden gecontroleerd! AANWIJZING Onder de volgende omstandigheden kan worden aangenomen, dat een apparaat na een val correct en met dezelfde nauwkeurigheid als voor de val werkt: Bij de val is de in de Technische gegevens aangegeven valhoogte niet overschreden. Het apparaat is bij de val niet mechanisch beschadigd (bijv. breuk van de pentaprisma). Het apparaat zendt bij het gebruik een roterende laserstraal uit. Het apparaat heeft ook voor de val correct gewerkt. 7.6.1 Horizontale hoofd- en dwarsas controleren 18 1. 2. 3. 4. 5. Statief circa 20 m van een wand opstellen en de statiefkop m.b.v. waterpas horizontaal uitrichten. Het apparaat op het statief monteren en de apparaatkop met behulp van de doelkerf op de wand uitrichten. Met behulp van de ontvanger een punt (punt 1) bepalen en dit punt op de wand markeren. Het apparaat 90º rechtsom om de apparaatas draaien. Daarbij mag de hoogte van het apparaat niet veranderd worden. Met behulp van de laserontvanger een tweede punt (punt 2) bepalen en dit punt op de wand markeren. 6. Stappen 4 en 5 nog twee maal herhalen en punt 3 en punt 4 met behulp van de ontvanger opvangen en op de wand markeren. Bij zorgvuldige uitvoering moet de verticale afstand tussen de beide gemarkeerde punten 1 en 3 (hoofdas) resp. punten 2 en 4 (dwarsas) steeds < 2 mm zijn (op 20 m). Bij grotere afwijkingen het apparaat voor kalibratie opsturen naar Hilti-service. 7.6.2 Controle van de verticale as 19 20 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Het apparaat verticaal op een zo vlak mogelijke bodem circa 10 m van een wand opstellen. De handgrepen van het apparaat parallel aan de wand uitrichten. Het apparaat inschakelen en het referentiepunt (R) op de vloer markeren. Met behulp van de ontvanger punt (A) aan de onderkant van de wand markeren. Met behulp van de ontvanger punt (B) op circa 10 m hoogte markeren. Het apparaat 180° draaien en op het referentiepunt (R) op de vloer en op het onderste markeringspunt (A) op de wand uitrichten. Met behulp van de ontvanger punt (C) op circa 10 m hoogte markeren. Bij zorgvuldige uitvoering moet de horizontale afstand tussen de beide op tien meter hoogte gemarkeerde punten (B) en (C) kleiner dan 1 mm zijn (bij 10 m). AANWIJZING Bij een grotere afwijking: Het apparaat voor kalibratie naar de Hilti-service zenden. 8 Foutopsporing Iedere weergave komt verschijnt samen met het symbool "Informatie" of "Waarschuwing" (zie het hoofdstuk "Overzicht van de algemene symbolen"). Aanduiding Hellingshoek te groot. Fout Mogelijke oorzaak Oplossing Het apparaat kan de ingevoerde hellingshoek niet bereiken. Hellingshoek te groot Het apparaat kan niet nivelleren. Het apparaat is niet correct gepositioneerd, hoek is te ver naar voren. Het apparaat is blootgesteld aan een schok. De roteerder is blootgesteld aan een schok en de nauwkeurigheid kan niet meer worden gegarandeerd. De ontvanger heeft langer dan 2 minuten geen laserstraal ontvangen. Het apparaat opnieuw positioneren, opdat de ingevoerde hellingshoekwaarde kan worden bereikt. Het apparaat moet opnieuw worden gepositioneerd, om weer in het nivelleringsgebied te kunnen komen. Start het systeem opnieuw op en voer een referentiemeting uit, alvorens verder te werken. Foutieve positie roteerder. Schok van roteerder Bewaking onderbroken. De bewaking tussen apparaat en laserontvanger is onderbroken. Het apparaat moet opnieuw worden gestart en de verticale laserstraal moet opnieuw worden uitgericht. 163 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 nl Aanduiding Accusymbool ontvanger Accusymbool rotatielaser Accusymbool statief nl Autoalignment Auto-E-Targeting Autoalignment niet mogelijk. Accusymbool ontvanger Accusymbool rotatielaser Accusymbool statief Weergavesymbool Fout Mogelijke oorzaak Oplossing Accu van ontvanger is bijna leeg. Accu van ontvanger is bijna leeg. Accu spoedig opladen. Accu van rotatielaser is bijna leeg. Accu van rotatielaser bijna leeg. Accu spoedig opladen. Accu van statief is bijna leeg. Accu van statief bijna leeg. Accu spoedig opladen. Het auto-alignmentproces is afgebroken. De ontvanger heeft binnen 2 minuten geen straal kunnen vinden. Het proces moet opnieuw worden gestart. Auto-E-Targeting kan niet starten. De ontvanger is buiten het Auto-E-Targeting bereik. Ontvanger in de laserstraal houden. Autoalignment is op dit moment niet mogelijk. Tijdens bepaalde menuprogramma's is autoalignment niet mogelijk. Sluit het betreffende menu af en probeer het opnieuw. Accu van ontvanger is leeg. Accu van ontvanger leeg. Accu opladen. Accu van rotatielaser is leeg. Accu van rotatielaser leeg. Accu opladen. Accu van statief is leeg. Accu van statief leeg. Accu opladen. Er vindt geen Auto-ETargeting plaats. De ontvanger is buiten het Auto-E-Targeting bereik. Ontvanger in de laserstraal houden. Auto-E-Targeting niet succesvol. Automatische E-Targeting kon niet worden afgesloten. Start de Auto-E-Targeting opnieuw. Auto-E-Targeting niet succesvol. 9 Afval voor hergebruik recyclen WAARSCHUWING Wanneer de uitrusting op ondeskundige wijze wordt afgevoerd kan dit tot het volgende leiden: bij het verbranden van kunststofonderdelen ontstaan giftige verbrandingsgassen, waardoor er personen ziek kunnen worden. Batterijen kunnen ontploffen en daarbij, wanneer ze beschadigd of sterk verwarmd worden, vergiftigingen, brandwonden (door brandend zuur) of milieuvervuiling veroorzaken. Wanneer het apparaat niet zorgvuldig wordt afgevoerd, bestaat de kans dat onbevoegde personen de uitrusting op ondeskundige wijze gebruiken. Hierbij kunnen zij zichzelf en derden ernstig letsel toebrengen en het milieu vervuilen. 164 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00 Hilti-apparaten zijn voor een groot deel vervaardigd van materiaal dat kan worden gerecycled. Voor hergebruik is een juiste materiaalscheiding noodzakelijk. In veel landen is Hilti er al op ingesteld om uw oude apparaat voor recycling terug te nemen. Vraag hierover informatie bij de klantenservice van Hilti of bij uw verkoopadviseur. Alleen voor EU-landen Geef elektrisch gereedschap niet met het huisvuil mee! Overeenkomstig de Europese richtlijn inzake oude elektrische en elektronische apparaten en de toepassing daarvan binnen de nationale wetgeving, dienen gebruikte elektrische apparaten en accu's gescheiden te worden ingezameld en te worden afgevoerd naar een recyclingbedrijf dat voldoet aan de geldende milieu-eisen. Voer de batterijen af volgens de nationale voorschriften. nl 10 Fabrieksgarantie op de apparatuur Neem bij vragen over de garantievoorwaarden contact op met uw lokale HILTI dealer. 11 EG-conformiteitsverklaring (origineel) Omschrijving: Type: Rotatielaser PR 300-HV2S Generatie: 01 Bouwjaar: 2014 Als de uitsluitend verantwoordelijken voor dit product verklaren wij dat het voldoet aan de volgende voorschriften en normen: 2011/65/EU, 2006/42/EG, 2006/66/EG, 1999/5/EG, EN ISO 12100, tot 19 april 2016: 2004/108/EG, vanaf 20 april 2016: 2014/30/EU, EN 300 440‑2 V1.4.1, EN 301 489‑1 V1.9.2, EN 301 489‑17 V2.2.1. Hilti Corporation, Feldkircherstrasse 100, FL‑9494 Schaan Paolo Luccini Head of BA Quality and Process Management Business Area Electric Tools & Accessories 05/2015 Edward Przybylowicz Head of BU Measuring Systems BU Measuring Systems 05/2015 Technische documentatie bij: Hilti Entwicklungsgesellschaft mbH Zulassung Elektrowerkzeuge Hiltistrasse 6 86916 Kaufering Deutschland 165 Printed: 28.08.2015 | Doc-Nr: PUB / 5244495 / 000 / 00
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248
  • Page 249 249
  • Page 250 250
  • Page 251 251
  • Page 252 252
  • Page 253 253
  • Page 254 254
  • Page 255 255
  • Page 256 256
  • Page 257 257
  • Page 258 258
  • Page 259 259
  • Page 260 260
  • Page 261 261
  • Page 262 262
  • Page 263 263
  • Page 264 264
  • Page 265 265
  • Page 266 266
  • Page 267 267
  • Page 268 268
  • Page 269 269
  • Page 270 270
  • Page 271 271
  • Page 272 272
  • Page 273 273
  • Page 274 274
  • Page 275 275
  • Page 276 276
  • Page 277 277
  • Page 278 278
  • Page 279 279
  • Page 280 280
  • Page 281 281
  • Page 282 282
  • Page 283 283
  • Page 284 284
  • Page 285 285
  • Page 286 286
  • Page 287 287
  • Page 288 288
  • Page 289 289
  • Page 290 290
  • Page 291 291
  • Page 292 292
  • Page 293 293
  • Page 294 294
  • Page 295 295
  • Page 296 296
  • Page 297 297
  • Page 298 298
  • Page 299 299
  • Page 300 300
  • Page 301 301
  • Page 302 302
  • Page 303 303
  • Page 304 304
  • Page 305 305
  • Page 306 306
  • Page 307 307
  • Page 308 308
  • Page 309 309
  • Page 310 310
  • Page 311 311
  • Page 312 312
  • Page 313 313
  • Page 314 314
  • Page 315 315
  • Page 316 316
  • Page 317 317
  • Page 318 318
  • Page 319 319
  • Page 320 320
  • Page 321 321
  • Page 322 322
  • Page 323 323
  • Page 324 324
  • Page 325 325
  • Page 326 326
  • Page 327 327
  • Page 328 328
  • Page 329 329
  • Page 330 330
  • Page 331 331
  • Page 332 332
  • Page 333 333
  • Page 334 334
  • Page 335 335
  • Page 336 336
  • Page 337 337
  • Page 338 338
  • Page 339 339
  • Page 340 340
  • Page 341 341
  • Page 342 342
  • Page 343 343
  • Page 344 344
  • Page 345 345
  • Page 346 346
  • Page 347 347
  • Page 348 348
  • Page 349 349
  • Page 350 350
  • Page 351 351
  • Page 352 352
  • Page 353 353
  • Page 354 354
  • Page 355 355
  • Page 356 356
  • Page 357 357
  • Page 358 358
  • Page 359 359
  • Page 360 360
  • Page 361 361
  • Page 362 362
  • Page 363 363
  • Page 364 364
  • Page 365 365
  • Page 366 366
  • Page 367 367
  • Page 368 368
  • Page 369 369
  • Page 370 370
  • Page 371 371
  • Page 372 372
  • Page 373 373
  • Page 374 374
  • Page 375 375
  • Page 376 376
  • Page 377 377
  • Page 378 378
  • Page 379 379
  • Page 380 380
  • Page 381 381
  • Page 382 382
  • Page 383 383
  • Page 384 384
  • Page 385 385
  • Page 386 386
  • Page 387 387
  • Page 388 388
  • Page 389 389
  • Page 390 390
  • Page 391 391
  • Page 392 392
  • Page 393 393
  • Page 394 394
  • Page 395 395
  • Page 396 396
  • Page 397 397
  • Page 398 398
  • Page 399 399
  • Page 400 400
  • Page 401 401
  • Page 402 402
  • Page 403 403
  • Page 404 404
  • Page 405 405
  • Page 406 406
  • Page 407 407
  • Page 408 408
  • Page 409 409
  • Page 410 410
  • Page 411 411
  • Page 412 412
  • Page 413 413
  • Page 414 414
  • Page 415 415
  • Page 416 416
  • Page 417 417
  • Page 418 418
  • Page 419 419
  • Page 420 420
  • Page 421 421
  • Page 422 422
  • Page 423 423
  • Page 424 424
  • Page 425 425
  • Page 426 426
  • Page 427 427
  • Page 428 428
  • Page 429 429
  • Page 430 430
  • Page 431 431
  • Page 432 432
  • Page 433 433
  • Page 434 434
  • Page 435 435
  • Page 436 436
  • Page 437 437
  • Page 438 438
  • Page 439 439
  • Page 440 440
  • Page 441 441
  • Page 442 442
  • Page 443 443
  • Page 444 444
  • Page 445 445
  • Page 446 446
  • Page 447 447
  • Page 448 448
  • Page 449 449

Hilti PR 300-HV2S Handleiding

Type
Handleiding