Binks Pressure Tanks, BINKS 83C-210-CE, BINKS 83Z-210-CE Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Binks Pressure Tanks Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
© ITW Finishing Systems & Products 2009 Page 19
83C-210-CE & 83Z-210-CE DRUKTANK
Kleine tank - Maximaal 9,5 liter
BELANGRIJK: Voordat deze apparatuur in gebruik wordt genomen, is het zaak alle instructies en
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN te lezen en op te volgen. Bewaar deze als referentiemateriaal voor
toekomstig gebruik.
BESCHRIJVING
Deze druktanks zijn voorzien van een
CE-markering in overeenstemming met
de Richtlijn Drukapparatuur (Richtlijn
97/23/EG) en ATEX Richtlijn 94/9/EG
betreffende apparaten bedoeld voor
gebruik in Zones 1 en 2,
beschermingsniveau Cat 2 G X. Zij zijn
geschikt voor gebruik met ontvlambare
materialen en materialen op waterbasis
(uitsluitend 83Z).
Deze druktanks zijn bedoeld voor de toevoer
van vloeibaar materiaal bij een vooringestelde
constante druk van maximaal 5,5 bar (80 psi).
De tanks zijn gebouwd volgens ASME-
specificaties. De 83C modellen zijn
vervaardigd van elektrolytisch verzinkt
koolstofstaal. De 83Z modellen hebben
roestvrijstalen doorgangen en een klep. Zij
bevatten een polyethyleen binnenzak om
reiniging te vergemakkelijken.
Modellen:
83C-210-CE: Vloeistofregeling, klep en wand
vervaardigd van elektrolytisch verzinkt
koolstofstaal.
83Z-210-CE: Vloeistofregeling, wand
vervaardigd van elektrolytisch verzinkt
koolstofstaal, roestvrijstalen doorgangen en
kleppen voor materialen op waterbasis.
Oplosmiddelen die halogeenkoolwaterstof
bevatten - bijvoorbeeld: 1,1,1 - trichloroethaan
en methyleenchloride - kunnen chemisch
reageren met aluminium onderdelen en
componenten en explosiegevaar opleveren.
Deze oplosmiddelen kunnen ook de verzinkte
coating van de tank aantasten. Lees het etiket
of het gegevensblad voor het materiaal.
Gebruik materialen die deze oplosmiddelen
bevatten, niet met deze druktanks.
Raadpleeg de specificatiekaart om te
controleren of de gebruikte vloeistoffen en
oplosmiddelen chemisch compatibel zijn met
de natte onderdelen van de tank. Alvorens de
tank te vullen met een vloeistof of oplosmiddel,
moet u altijd het bijgeleverde
documentatiemateriaal van de fabrikant en het
veiligheidsinformatieblad lezen.
Als de drukbelasting hoger is dan de
berekende belasting of als er wijzigingen zijn
aangebracht in de druktank, bestaat de kans
dat deze scheurt of explodeert.
· Een veiligheidsklep zorgt ervoor dat de druk
in de tank niet te hoog wordt. Bij elk gebruik
moet u aan de ring op de veiligheidsklep
trekken om te controleren of deze
onbelemmerd werkt en de luchtdruk
vermindert. Als de klep vastzit, niet
onbelemmerd werkt of de luchtdruk niet
vermindert, moet u de klep vervangen. U mag
deze klep niet verwijderen, proberen af te
stellen of door iets anders vervangen.
· Een verandering in de tank zal deze minder
sterk maken. U mag nooit in de tank boren,
deze lassen of op enige wijze veranderen.
· De maximale werkdruk van deze tank is 5,5
bar (80 psi).
Statische elektriciteit kan worden veroorzaakt
door de vloeistofstroom in de druktank en de
slang. Als alle onderdelen niet goed zijn
geaard, kunnen vonken ontstaan. Vonken
kunnen dampen tot ontbranding brengen die
worden gevormd bij het spuiten van
oplosmiddelen en de vloeistof.
Zorg ervoor dat de druktank is geaard door
gebruik te maken van geleidende luchtslangen
en/of een ATEX-goedgekeurde aardingsklem
vanaf de tank en het andere uiteinde naar een
echte aarding.
Als tijdens het gebruik van deze apparatuur
statische vonken ontstaan of u een lichte schok
voelt, moet u onmiddellijk stoppen met spuiten.
Controleer of de apparatuur is geaard voordat
u verder gaat met spuiten.
Drukafvoer
Hoge druk kan ernstig letsel veroorzaken. De
druk in een druktank blijft gehandhaafd nadat
het systeem is uitgeschakeld. Alvorens de klep
te verwijderen, moet de druk op de volgende
wijze worden afgevoerd:
1. Schakel de hoofdluchttoevoer naar de tank
uit.
2. Sluit de luchtinlaatklep op het luchtverdeel-
stuk van de tank.
3. Ontlucht de tank door de vingerschroef op
de ontluchtingsklep linksom te draaien. Wacht
totdat alle lucht via de ontluchtingsklep is
ontsnapt voordat u de klep van de druktank
verwijdert.
4. Laat de ontluchtingsklep open totdat u de
klep hebt teruggeplaatst op de tank.
SB-E-21-041
NL
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
SB-E-21-041-R1 (2/2018) NL-1 / 6 www.carlisleft.com
NL
© ITW Finishing Systems & Products 2009 Page 20
De volgende risico's kunnen ontstaan bij normaal gebruik. Wij verzoeken u de volgende kaart te lezen:
RISICO OORZAAK VEILIGHEIDSMAATREGELEN
BRAND
Oplosmiddelen en coatings kunnen
zeer brandbaar zijn, in het bijzonder
als zij worden gespoten.
1. Adequate afzuiginstallatie om opeenhoping
van ontvlambare dampen in de lucht te
voorkomen.
2. Een rookverbod voor de spuitruimte.
3. Plaatsing van brandblusapparatuur in de
spuitruimte.
BRAND - DRUKTANK
Dampen van ontvlambare
vloeistoffen kunnen tot ontbranding
komen of exploderen.
1. Houd de tank minstens 3 meter uit de buurt
van een ontstekingsbron, zoals hete
oppervlakken, mechanische vonken en
vonkende (niet-explosieveilige) elektrische
apparaten.
INADEMING VAN GIFTIGE
STOFFEN
Sommige materialen kunnen
schadelijk zijn bij inademing of
huidcontact.
1. Houd u aan de voorschriften van het
veiligheidsinformatieblad dat de fabrikant
van het coatingmateriaal heeft verstrekt.
2. Zorg voor een adequate afzuiginstallatie
om opeenhoping van giftig materiaal in de
lucht te voorkomen.
3. Gebruik een gasmasker of een
ademhalingsapparaat bij kans op
inademing van spuitmateriaal. Het
gasmasker moet geschikt zijn voor het
materiaal dat wordt gespoten.
EXPLOSIE, DRUKTANK -
SCHEUREN
Verandering of wijzigingen aan de
druktank kunnen deze minder sterk
maken.
1. U mag nooit in de tank boren, deze lassen
of op enige wijze veranderen.
2. U mag nooit aan de veiligheidsklep komen,
deze proberen af te stellen of verwijderen.
3. Gebruik ter vervanging van de
veiligheidsklep uitsluitend het juiste
onderdeel (zie lijst).
4. Monteer nooit een veiligheidsklep met
hogere nominale druk dan de maximale
werkdruk van de tank.
ALGEMENE VEILIGHEID
Verkeerd gebruik of onderhoud kan
risico’s opleveren.
Gebruikers moeten op adequate wijze worden
getraind in het veilige gebruik en het
onderhoud van deze apparatuur.
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
Deze handleiding bevat informatie die u moet weten en begrijpen. Deze informatie heeft betrekking op GEBRUIKERSVEILIGHEID
en het VOORKOMEN VAN PROBLEMEN MET DE APPARATUUR. Om u te attenderen op deze informatie, maken wij gebruik
van de volgende symbolen: Wij verzoeken u speciale aandacht te besteden aan de deze rubrieken.
Belangrijke informatie die vertelt hoe u
schade aan de apparatuur kunt
voorkomen, of hoe u een situatie kunt
vermijden die lichte verwondingen
veroorzaakt.
Belangrijke veiligheidsinformatie – Risico
op ernstig letsel of de dood.
OPMERKING
Informatie waaraan speciale aandacht
moet worden besteed.
VOORZICHTIG
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
NL
SB-E-21-041-R1 (2/2018)NL-2 / 6www.carlisleft.com
© ITW Finishing Systems & Products 2009 Page 21
INSTALLATIE
Meng en prepareer het te spuiten materiaal
volgens de instructies van de fabrikant. Zeef
het materiaal met een fijnmazige zeef (60- of
90-mazig) om alle vreemde deeltjes te
verwijderen die kunnen binnendringen en de
doorgangen zouden kunnen verstoppen.
1. Haal altijd alle druk in de tank weg. Trek
aan de ring op de veiligheidsklep totdat
de tank is ontlucht.
2. Draai de vingerschroeven los, zet de
klemmen van de klep naar achteren en
verwijder de klep.
3. Giet het materiaal in de tank. Zie
accessoires voor wegwerpzakken voor de
tank. Een bak met een inhoud van
ongeveer 4,5 liter kan ook worden
gebruikt door 5 mm schuin af te snijden
van het uiteinde van de vloeistofbuis.
4. Plaats de klep terug en zet de klemmen
en de vingerschroeven stevig vast.
5. Indien mogelijk moet de luchtleiding door
een luchtfilter/regelaar lopen om de lucht
te reinigen van vuil en meegevoerd water
en olie te verwijderen. Zie
ACCESSOIRES voor verkrijgbare filters.
Bevestig de luchttoevoerslang op de
luchtinlaataansluiting op de regelaar van
de tank.
6. Bevestig de slang voor de
verstuivingslucht op de
luchtuitlaataansluiting die zich recht
tegenover de luchtinlaataansluiting
bevindt.
7. Bevestig de slang voor het spuitmateriaal
op de vloeistofuitlaataansluiting.
8. Zie Figuur 1 voor een standaard
opstelling.
GEBRUIK
1. Schakel de luchttoevoer in.
2. Draai de stelschroef van de T-handgreep
op de regelaar van de tank naar rechts
om de druk van het spuitmateriaal te
verhogen: draai deze naar links om de
druk te verminderen. De maximale druk in
de tank is 5,5 bar.
3. De verstuivingslucht voor het spuitpistool
kan worden ingesteld op het pistool met
behulp van een luchtregelklep (HAV-501)
of met de extra luchtregelaar PT-413 die
als accessoire verkrijgbaar is (zie P6).
4. Raadpleeg de instructies voor het
spuitpistool voor het gebruik van het
spuitpistool.
Bij gebruik van een snelkoppeling op de
luchtinlaat van de regelaar op de
druktank, mag u de snelkoppeling niet
losmaken als er druk in de tank is, tenzij
de kogelklep is gesloten.
Als u dat doet, zal de druk in de tank snel
worden afgevoerd, waardoor de verf kan
worden teruggezogen via de
luchtregelaar en de luchtmotor,
afhankelijk van het vloeistofpeil in de
tank. De druk in de tank moet altijd
worden afgevoerd door de regelaar
helemaal linksom te draaien of te trekken
aan de ring van de veiligheidsklep.
PREVENTIEF ONDERHOUD
Apparatuur reinigen:
1. Schakel de hoofdluchttoevoer naar de
tank uit.
2. Draai de stelschroef van de T-handgreep
op de regelaar van de tank linksom
totdat u geen veerspanning meer voelt.
3. Haal alle druk uit de tank door te trekken
aan de ring op de veiligheidsklep totdat
de tank is ontlucht.
4. Draai de vingerschroeven los, zet de
klemmen van de tankklep naar achteren
en klap de klep naar een kant.
5. Draai de ring van de luchtkap van het
spuitpistool ongeveer drie slagen los.
6. Om de slang van de vloeistoftoevoer
naar het spuitpistool leeg te laten lopen,
moet u de luchtkap verwijderen en met
ongeveer twee slagen terugplaatsen.
Schakel de luchttoevoer naar het
spuitpistool in en houd de trekker van het
pistool ingedrukt in de cabine; hierdoor
ontstaat een tegendruk in de
vloeistofleiding en zal de vloeistof terug
in de tank lopen.
7. Maak de tank leeg en reinig de tank en
de onderdelen die in contact met
spuitmateriaal zijn gekomen. Gebruik
een geschikt reinigingsmiddel.
8. Giet een reinigingsmiddel in de tank.
9. Plaats de klep terug en zet de
vingerschroeven en klemmen vast.
10. Ga spuiten totdat er een schone
oplossing naar buiten komt.
11. Herhaal stappen 5 tot en met 7.
Houd de veiligheidsklep altijd schoon.
Controleer regelmatig of de
veiligheidsklep onbelemmerd werkt door
aan de ring te trekken.
CONSTRUCTIEMATERIAAL
Wand
SA-620 warmgewalst staal,
verzinkt
2,7 mm (8 gauge)
Klep
83C
SA-414 warmgewalst staal,
verzinkt
4,2 mm (3/16”)
83Z
304 roestvrij staal 4,2 mm (8
gauge)
Vloeistofbuis
83C
Staal, verzinkt
83Z
Roestvrij staal
Luchtverdeelstuk
CRS verzinkt
Vloeistofuitlaat
83C
Staal, verzinkt
83Z
Roestvrij staal
Santopreen
Pakking van tankklep
ONDERDEELNUMMERKAART
Tankcode Gewicht
(kg)
Hoogte
(mm)
83C-210-CE
12,8 485
83Z-210-CE
12,8 485
SPECIFICATIE
Tankinhoud
9,5 liter
Maximale werkdruk
5,5 bar (80 psi)
Ingestelde druk
veiligheidsklep
5,5 bar (80 psi)
Maat luchtinlaat
1/4" NPS of BSP (M)
Maat vloeistofuitlaat
3/8" NPS of BSP (M)
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
NL
SB-E-21-041-R1 (2/2018) NL-3 / 6 www.carlisleft.com
© ITW Finishing Systems & Products 2009 Page 22
Ref. Nr. Onderdeelnr: Beschrijving Vereiste
afzonderlijke
onderdelen
1 PT-423 Tank kit (omvat ref. nrs. 1A, 13, 14, 15 & 16) 1
1A PT-420 Wand 1
2 PT-33-1 Pakking van tankklep, santopreen 1
3
PT-426 83C Klep, verzinkt 1
PT-422 83Z Klep, roestvrij staal 1
4 83-2727 Meter 1
5 HAR-511 Regelaar 1
6 SSP-30-ZN 90° wartelverloopstuk 1/4" NPS (F) x 1/4" NPT (M) 1
7 Kruisverbindingsstuk 1/4" NPT (F) 1
8 TIA-5080-CE Veiligheidsklep - 80 psi 1
9 PT-32 Handgreep 1
10 Zeskantige moer 3/8" - 16 1
11
AD-11
83C
(NPT)
Nippel 3/8" NPT (M) x 3/8" NPT (M) 1
2101007
83C
(BSP)
Nippel 3/8" NPT (M) x 3/8" BSP (M) 1
SSP-459
83Z
(NPT)
Nippel 3/8" NPT (M) x 3/8" NPT (M) roestvrij staal 1
CT-1164
83Z
(BSP)
Nippel 3/8" NPT (M) x 3/8" BSP (M) roestvrij staal 1
12 SSP-1939 Knie 3/8" NPT (F) x 3/8" (M) roestvrij staal 1
13 PT-79 Vingerschroef 4
14 ———— Juk 4
15 ———— Borgpen, 3/32 x 1" 4
16 ————- Scharnierpen 4
17 PT-31 83C Vloeistofbuis 1
17 QMS-9-1 83Z Vloeistofbuis, roestvrij staal 1
18
PT-78-K10 of
PT-78-K60
Binnenzak voor tank (set van 10 of 60) 1
19 SSP-462-ZN Zeskantige nippel 1/4" NPT (M) 1
20 SS-2707 Ontluchtingsklep 1
21 83-4233 D.M nippel (83C-210) 1
22
H-2008 (NPS) Nippel 1/4“ NPT (M) x 1/4“ NPS (M) 1
2101004 (BSP) Nippel 1/4“ NPT (M) x 1/4“ BSP (M) 1
83-4233 (NPS) Nippel 3/8“ NPT (M) x 1/4“ NPS (M) 1
2101005 (BSP) Nippel 3/8“ NPT (M) x 1/4“ BSP (M) 1
23
24 85-451 Lucht regelsamenstel 1
NL
SB-E-21-041-R1 (2/2018)NL-4 / 6www.carlisleft.com
© ITW Finishing Systems & Products 2009 Page 23
Explosietekening van 83C & 83Z-210-CE druktank
Vloeistof uit
Lucht in
24
NL
SB-E-21-041-R1 (2/2018) NL-5 / 6 www.carlisleft.com
© ITW Finishing Systems & Products 2009 Page 24
Ref. Nr. Onder-
deelnr:
Beschrijving Vereiste
afzonderlijke
onderdelen
28 KK-4977
Reparatiekit
1
+ 29 ——–
O-ring
1
+ 30 ——–
Veer
1
+ 31 ——–
O-ring
1
+ 32 ——–
Klep
1
+ 33 ——–
O-ring
1
+ 34 ——–
Membraan
1
Ref. 10 ONDERDELEN HAR-511 REGELAAR
Onderhoudscontroles
Probleem Oorzaak Oplossing
Lucht ontsnapt uit poort op de kap van
de regelaar
Defect of beschadigd membraan (ref.
nr. 34)
Membraan vervangen
Meter geeft aan dat druk omhoog
kruipt
Vuile of versleten klepzitting in
regelaar
Klepzitting reinigen of vervangen
Lucht lekt uit veiligheidsklep beneden
maximale werkdruk
De klepzitting is vuil of beschadigd
dan wel de klepsteel zit vast
Veiligheidsklep vervangen. Probeer
de veiligheidsklep niet te repareren.
Vloeistof- of luchtlek bij de pakking
van de tankklep
Kapotte pakking (ref. nr. 2)
Vingerschroeven zijn niet stevig
genoeg vastgedraaid
Pakking vervangen
Schroeven vastdraaien
Opmerking: Controleer af en toe de meter (ref. nr. 4). De meter moet terugkeren naar nul als er geen
druk op de meter is.
ACCESSOIRES
PT-78-K10 & PT-78-K60
binnenzak.
Een geperste polyethyleen binnenzak
om de tank in kortere tijd te reinigen.
De zak is vervaardigd van stevig,
duurzaam en lekdicht polyethyleen en
kan worden hergebruikt. Kan worden
gebruikt met elk materiaal dat geschikt
is voor polyethyleen (uitsluitend
verkrijgbaar in sets van 10 en 60
stuks).
PT-413 luchtregelaar.
Wordt gebruikt om tanks met
uitsluitend vloeistofregeling geschikt te
maken voor vloeistof- en luchtregeling.
Wordt gebruikt met draagbare
luchtcompressoren of met
luchttoevoerleidingen als geen andere
apparaten om de luchtdruk te regelen
(omzetters of regelaars) beschikbaar
zijn.
Kogelkleppen.
Om een kogelklep te monteren op de
luchtinlaat, moet de nippel (ref. nr. 29)
worden verwijderd. Vervangen met
kogelklep VA-5432-K (NPS) of VA-
5427-K (BSP).
VA-540 afsluitklep voor
vloeistofuitlaat.
Om deze te
monteren, moet het verloopstuk (ref.
nr. 16) worden verwijderd en worden
vervangen door kogelklep VA-5429-K
(BSP) of VA-5424-K (NPS) (conische
schroefdraad voor bevestiging aan de
regelaar).
Met deze kleppen wordt de aansluiting
van lucht- en vloeistofslangen
vergemakkelijkt.
NL
SB-E-21-041-R1 (2/2018)NL-6 / 6www.carlisleft.com
1/56