Apex Digital Pro-CARE 4 Handleiding

Type
Handleiding
91
Nederlands
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSMAATREGELEN
LEES ALLE INSTRUCTIES DOOR VOORDAT U
HET PRODUCT IN GEBRUIK NEEMT.
GEVAAR - Om het risico van elektrocutie te vermijden:
1. Schakel dit product onmiddellijk na het gebruik altijd uit.
2. Gebruik het niet terwijl u zich wast.
3. Leg dit product niet op een plaats waar het in een badkuip of een spoelbak kan vallen.
4. Het product niet in water of andere vloeistoffen plaatsen of erin laten vallen.
5. Grijp niet naar een apparaat dat in het water gevallen is. Trek de stekker onmiddellijk uit.
WAARSCHUWING - Om het risico van brandwonden, elektrocutie, brand of persoonlijke
verwondingen te vermijden:
1. Evalueer het gevaar van verstrikking voor de patiënt volgens het protocol en bewaak de
patiënten nauwlettend.
2. Dit systeem is niet geschikt voor patiënten met een ruggenmergletsel.
3. Een nauwgezet toezicht is vereist als dit product wordt gebruikt voor of in de buurt van
kinderen. Als een kind een klein onderdeel inslikt dat losgekomen is van het apparaat, kan dit
elektrische brandwonden of verstikking veroorzaken.
4. Gebruik dit apparaat alleen zoals beschreven in deze handleiding. Gebruik geen andere
matrassen dan diegene die door de fabrikant worden aanbevolen.
5. Gebruik dit product nooit als het stroomsnoer of de stekker beschadigd is, als het product niet
behoorlijk werkt, gevallen of beschadigd is, of als het in water gevallen is. Breng het product
terug naar de verdeler of stuur het naar Apex Medical Corp. voor nazicht en reparatie
6. Houd het stroomsnoer uit de buurt van de hete oppervlakken.
7. Zorg ervoor dat de verluchtingsopeningen van dit product nooit geblokkeerd worden en
plaats het product nooit op zachte oppervlakken, zoals op een bed of een sofa, waar de
verluchtingsopeningen geblokkeerd kunnen geraken. Houd de verluchtingsopeningen vrij van
pluisjes, haar en soortgelijke deeltjes.
8. Geen voorwerpen in een opening of slang laten vallen of erin steken.
9. Wijzig dit product niet zonder toestemming van de fabrikant.
10. De matrasbeschermers hebben tests op het gebied van de huidgevoeligheid en huidirritaties
doorstaan. Als u echter vermoed dat u last hebt of gehad hebt van een allergische reactie,
raadpleeg uw arts dan onmiddellijk.
11. Laat niet te lange stukken buis aan de bovenkant van uw bed hangen. Dit zou beknelling
kunnen veroorzaken.
OPGELET
1. Bij mogelijke elektromagnetische interferentie met een mobiele telefoon, dient u de
afstand tussen de apparaten te vergroten (3,3m), of moet u de mobiele telefoon
uitschakelen.
92
Nederlands
NOTA, OPGELET EN WAARSCHUWINGEN:
NOTA- Dit verwijst naar tips.
OPGELET - Dit geeft uitlegt over de juiste opening of over onderhoudsprocedures om schade of
vernieling van het apparaat of andere eigendommen te vermijden.
WAARSCHUWING- Vestigt de aandacht op een potentieel gevaar dat correcte procedures of
praktijken vereist om persoonlijke verwondingen te vermijden
SYMBOLEN
Erkende vertegenwoordiger in de Europese gemeenschap.
Catalogus-, bestel-, of referentienummer
Fabrikant
Het symbool “BF” geeft aan dat dit toestel voldoet aan de beschermingsgraad
tegen elektrische ontlading voor apparaten van het type BF.
Zie de gebruikershandleiding/het instructieboekje
Beschermd tegen vaste vreemde voorwerpen van 1 mm en groter. Beschermd
tegen verticaal vallende waterdruppels
Klasse II
Temperatuurbeperking/temperatuurbereik
Chemische reiniging, gelijk welk reinigingsmiddel, behalve trichloorethyleen
Niet strijken
Droogzwieren, normaal, lage temperatuur
Niet droogzwieren
Niet bleken
Niet chemisch reinigen
Machinewas, regular / normaal, 95graden C (203 graden F)
Recycling van elektrische en elektronische apparaten (AEEA):
Breng dit apparaat naar een re
cyclingcentrum voor elektrische en elektronische
apparaten. Wend u voor nadere informatie over de recycling van dit apparaat tot
de plaatselijke recyclingdienst van uw gemeente of tot de afhaaldienst, of tot de
winkel waar u het apparaat hebt gekocht.
93
Nederlands
1. INLEIDING
Deze handleiding moet worden gebruikt voor de ingebruikneming van het systeem en voor latere
raadplegingen.
1.1 General Information
Het systeem is een hoogwaardig en betaalbaar matrassysteem dat geschikt is om
doorligwonden of drukzweren te vermijden.
Het systeem werd getest en goedgekeurd volgens de onderstaande normen:
EN 60601-1
EN 60601-1-2
EN 55011 Klasse B
IEC61000-3-2
IEC 61000-3-3
EMC-Waarschuwing
Dit apparaat werd getest en werd conform bevonden met de grenzen voor medische hulpmiddelen
volgens EN 60601-1-2:2007. Deze grenzen zijn bedoeld om een redelijke bescherming te bieden
tegen schadelijke interferentie bij een typische medische installatie. Dit apparaat verwekt en
gebruikt radiofrequentie-energie en kan deze uitstralen en als de apparatuur niet geïnstalleerd en
gebruikt wordt volgens de instructies, kan het schadelijke interferentie veroorzaken aan andere
apparaten in de buurt. Er is echter geen garantie dat er zich geen interferentie zal voordoen in een
bepaalde installatie. Als dit apparaat schadelijke interferentie veroorzaakt voor andere apparaten,
wat vastgesteld kan worden door het apparaat aan en uit te schakelen, wordt de gebruiker
aangemoedigd om de interferentie te verhelpen door één van de volgende maatregelen:
Heroriënteer het ontvangende apparaat of zet het op een andere plaats.
Vergroot de afstand tussen de apparaten.
Sluit het apparaat aan op een stopcontact van een andere kring dan diegene het/de andere
appara(a)t(en) aangesloten is/zijn.
Raadpleeg de fabrikant of een servicemonteur.
1.2 Bedoeld gebruik
Dit product is bedoeld om:
om doorligwonden te vermijden door het comfort voor de patiënt te optimaliseren.
voor thuiszorgpatiënten die last hebben van drukzweren.
voor de pijnbestrijding op voorschrift van een arts.
Het product mag alleen worden gebruikt door gekwalificeerde personen die vertrouwd zijn met de
verpleegprocedures en die een adequate training genoten hebben en over de nodige kennis
beschikken om drukzweren te vermijden en te behandelen.
NOTA - Dit apparaat is niet geschikt voor gebruik in aanwezigheid van een ontvlambaar
anesthesiemengsel met lucht, zuurstof of lachgas.
94
Nederlands
2. PRODUCTBESCHRIJVING
Pak het apparaat uit en controleer het op transportschade. Als het apparaat beschadigd werd,
neem dan onmiddellijk contact op met de verdeler.
2.1 Pomp en matrassysteem
1. CPR
2. Pompeenheid
3. Matrassysteem of Bubbelpadsysteem
4. Snelkoppeling
95
Nederlands
2.2 Pompeenheid
Voorzijde
1. Snelkoppelaars
2. Voorpaneel
Achterzijde
1. Stroomschakelaar
2. Stroomsnoer
3. zekeringen
4. Luchtfilter
5. Montagebeugels
2.3 Voorpaneel
1. Drukregelingsniveaus
De “Comfortinstelling” regelt de uitgaande luchtdruk. Als de stevigheid (
) wat is
afgenomen, zal de uitgangsdruk verhogen en vice versa om de luchtdruk (
) te
veminderen. Als de toestand van de patiënt aanzienlijk is veranderd, beoordeel dan of opnieuw
of het product geschikt is voor de patiënt en pas de comfortinstelling aan.
96
Nederlands
NOTA: Telkens wanneer de matras wordt gnitieerd (opgeblazen), is het aanbevolen dat u
de drukknop op “Max” instelt om het opblazen te versnellen. U kunt de stevigheid
van de luchtmatras achteraf bijregelen.
NOTA: U kunt ook controleren of de druk geschikt is voor de patiënt door een hand tussen
de luchtcellen te schuiven ter hoogte van de bips van de patiënt. Laat altijd
minstens 1” inch ruimte over tussen de patiënt en de statische cel om te vermijden
dat de patiënt de onderkant raakt.
2. Cyclustijd
U kunt kiezen tussen 4 cyclustijden op het aanraakpaneel. Met de knop cyclustijd (
)De
gebruiker kan een van de vier cyclustijden kiezen op basis van het comfort voor de patiënt en
het gewenste resultaat.
3. Therapie
A. Maximum stevigheid
Het oppervlak zal automatisch de maximale stevigheid hebben als de stroomschakelaar
wordt ingeschakeld. Dit waarborgt dat de pomp in staat is om haar maximale werkdruk te
bereiken. Zodra het maximale drukniveau is bereikt, zal de pomp automatisch naar de
alternerende modus overschakelen. De gebruiker kan deze functie ook gebruiken bij het
overbrengen van de patiënt of tijdens verplegingsprocedures om hem beter te
ondersteunen.
NOTA : De LEDs voor de max stevigheid en de preset-functie zullen gelijktijdig branden
tot de matras haar maximale druk heeft bereikt.
B. Alternerende modus
Alternerende luchtcellen worden gedeeltelijk afgelaten en opgeblazen om langdurige
druk op eenzelfde punt onder de patiënt te vermijden.
C. Statische modus
Niet-alternerende modus, de lucht van alle luchtcellen wordt in gelijke mate opgeblazen
op lagere druk in vergelijking met het respectieve comfortniveau.
D. Opblazen van het zitkussen
Als het kussen goed is opgeblazen, wordt de patiënt ondersteunt als hij rechtop zit,
zonder dat deze de ondergrond raakt. De gebruiker kan bijkomende functies selecteren
onder statische of alternerende modus.
97
Nederlands
4. Paneelvergrendeling
Als het controlepaneel gedurende 5 minuten onaangeroerd blijft, zal een groene LED oplichten
en zal het controlepaneel alle instellingen blokkeren. Zo wordt vermeden dat de instellingen
accidenteel worden gewijzigd tijdens het normale gebruik. Om de functies te ontgrendelen,
volstaat het om de knop voor de paneelvergrendeling
twee seconden aan te raken.
5. Stilschakelen van het alarm
Als de knop voor het stilschakelen van het alarm wordt ingedrukt, zal de zoemer tijdelijk worden
uitgeschakeld. Als de situatie niet binnen 5 minuten is opgelost, zal het alarm worden
geactiveerd.
A. PDA (alarm bij uitvallen van de stroom), STROOMONDERBREKING
Tijdens een stroomonderbreking, zal de led die een stroomonderbreking aanduidt,
branden en zal een zoemer worden geactiveerd. Om zowel de zoemer als de LED uit te
schakelen, moet u op de knop Mute drukken.
B. Indicator lage druk
Als de led voor lage druk oplicht, is de luchtdruk in de luchtmatras beneden het normale
niveau. Zie het deel Verhelpen van problemen.
C. Service
De indicatorlamp voor de service zal branden als zich een probleem voordoet in het
systeem. De gebruiker kan beroep doen op een monteur voor de reparatie.
98
Nederlands
3.INSTALLATIE
3.1 Installatie van de pomp & de matras
Pak het apparaat uit en controleer het op transportschade. Neem bij beschadiging direct contact
op met de verdeler.
1. Plaats de matras of het pad op het bedframe. Aan de
onderzijde van de matras bevinden zich
bevestigingsriemen. Bevestig de matras door de
riemen aan het bedframe vast te maken en zorg
ervoor dat de bewegende delen van het bed nog altijd
vrij kunnen bewegen. Gelieve hiermee rekening te
houden aan het bedeinde.
2. Hang de pomp aan het voeteneinde en pas de
hangers aan, zodat de pomp rechtop staat, of plaats
de pomp op een plat oppervlak.
3. Sluit alle luchtslangen van de luchtmatras aan op de
pompeenheid. Bij een correcte vergrendeling, zult u
een klikgeluid horen.
LETOP: Controleer of de luchtslangen niet
verdraaid of gekneld zitten onder de
matras.
4. Steek de stroomstekker in een stopcontact.
NOTA: Controleer of de pompeenheid geschikt
is voor het plaatselijke spanningsnet.
5. Zet de stroomschakelaar op ON (aan).
OPGELET: De pomp mag alleen worden gebruikt
met de matras die door de fabrikant
wordt aangeraden. Gebruik ze niet
voor enig ander doel.
99
Nederlands
NOTA:Voor het transport of wanneer de stroom
uitvalt, kan de transporttas worden gebruikt
om de cellen in de submatras opgepompt
te houden. Als de matras volledig
opgeblazen was na het opstarten, zal de
matras bij een stroomuitval 4-8 uur
opgeblazen blijven, afhankelijk van het
vulniveau van de matras. Om de lucht traag
af te laten, maakt u de aansluitslang los
van de regelkast en verbindt u de
transporttas met de slang. Controleer of de
CPR-knop behoorlijk gesloten is.
Hieronder vindt u enkele installatietips:
Na de installatie moet de eventuele overtollige kabellengte netjes opgeborgen worden zodat niemand
erover kan vallen. Het APPARAAT moet correct worden aangebracht op een plaats waar de
gebruikers/artsen er gemakkelijk bij kunnen.
100
Nederlands
4. WERKING
NOTA: Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig door voor het gebruik.
4.1 Algemene werking
1. Zet de stroomschakelaar aan de zijkant van de
pomp aan.
2. Als de pomp eenmaal lucht in de matras begint
te pompen, zal het circa 30 minuten duren voor
de matras opgeblazen is.
3. Telkens wanneer u de matras wilt oppompen
voor gebruik, is het raadzaam de matras eerst tot
de maximumstand op te pompen om de matras
zo snel mogelijk op te pompen. De
lagedrukindicator (gele LED) zal oplichten als de
matras in het begin niet volledig opgeblazen is.
Als de gewenste druk is bereikt,zal de
lagedrukindicator (gele LED) automatisch uit
gaan.
4. Als de aanvankelijke inflatie (maxfirm proces)
voltooid is, zal het systeem automatisch
overschakelen naar de vooraf ingestelde
drukmodus.
5. Regel de drukinstelling volgens het gewicht en
de lichaamslengte van de patiënt voor een
optimaal comfortniveau, waarbij de patiënt niet
doorligt. De druk in de matras zal langzaam
opgebouwd worden tot de gewenste druk en
vervolgens is de matras gebruiksklaar.
NOTA: Telkens wanneer u de matras wilt
oppompen voor gebruik, is het
raadzaam de matras eerst tot de
maximumstand op te pompen. De
gebruiker / verpleger kan het
drukniveau in de matras vervolgens
naar wens regelen.
101
Nederlands
4.2 Werking CPR in noodgevallen
Als zich bij een noodgeval een ademstilstand
voordoet, open dan onmiddellijk de CRP-ventielen
van de matras. De CRP-ventielen bevinden zich aan
het hoofdeinde, aan de rechterzijde van de matras.
De snelkoppeling op de pompeenheid kan worden
afgekoppeld om de lucht nog sneller af te laten.
5. REINIGING
Het is belangrijk om de reinigingsprocedures te volgen om kruiscontaminatie te vermijden. Maak
het oppervlak schoon in een droge en stofvrije omgeving.
OPGELET- De pomp niet onderdompelen in vloeistoffen.
Wrijf de matraseenheid schoon met een doek die in lauw water met een zacht detergent werd
gedrenkt (temperatuur mag niet hoger zijn dan 95 ), of met in water opgelost
natriumhypochloriet gevolgd door een goedgekeurd ontsmettingsmiddel. Na de reiniging moeten
alle delen aan de lucht drogen voor het gebruik.
OPGELET- Laat de matras na de reiniging aan de lucht drogen, zonder ze te lang aan
rechtstreeks zonlicht bloot te stellen.
Vermijd stof en vermijd stoffige omgevingen. De hoes mag gereinigd worden met in water verdund
natriumhypochloriet. Alle bestanddelen moeten aan de lucht worden gedroogd voor hun gebruik.
De (eventuele) draagtas moet binnenste buiten worden gekeerd en moet gedesinfecteerd
worden door veegdesinfectie met ontsmettende oplossingen. Laat ze volledig drogen aan de lucht.
Als de binnenkant eenmaal droog is, draai ze dan terug om en reinig de buitenzijde van de tas met
een desinfectieoplossing.
Cover Material:
Stretch
Silver
+
Stretch
6. BEWARING
1. Leg de matras op een vlak oppervlak onderste boven.
2. Rol de matras op van het hoofdeinde naar het voeteneinde toe, met de CPR-klep open.
3. De riem van het voeteinde kan rond de opgerolde matras worden geslagen om te vermijden
dat de matras terug afrolt.
NOTA- De matras niet vouwen, plooien of stapelen.
102
Nederlands
7. ONDERHOUD
7.1 Algemeen
1. Controleer het stroomsnoer en de stroomstekker op beschadiging of overdreven slijtage.
2. Controleer de matrashoes op tekenen van slijtage of beschadiging. Controleer of de
matrashoes en de slangen correct opgeborgen zitten.
3. Controleer de luchtstroom van de snelkoppeling. De luchtstroom moet iedere halve cyclustijd
alterneren tussen iedere connector als de matras in alternerende modus werkt.
4. Controleer of de luchtslangen niet geknikt zitten of gebarsten gebroken zijn. Voor meer
informatie kunt u de lokale vertegenwoordiger contacteren.
7.2 Vervangen van de zekering
1. Trek de stekker uit het stopcontact als u
vermoedt dat er een zekering gesprongen is.
2. Verwijder het deksel van de zekeringhouder met
behulp van een kleine schroevendraaier.
3. Breng een nieuwe zekering met het juiste
vermogen aan en breng het deksel van de
zekeringhouder weer aan. Het vermogen van de
zekering moet van type T1A/250V zijn en moet
VDE-goedgekeurd zijn.
7.3. Vervanging luchtfilter
1. Maak de schroeven van de luchtfilterplaat aan de
achterzijde van de pomp los.
2. Het filter is herbruikbaar en kan zachtjes worden
gewassen met een zacht detergent en water.
Droog de filter voor gebruik.
3. Controleer en vervang het luchtfilter geregeld
als het apparaat wordt gebruikt in een vuile
omgeving.
8. VERWACHTE LEVENSDUUR:
De producten zijn bedoeld om veilig en betrouwbaar te werken volgens de instructies verstrekt door
Apex Medical. Apex Medical raadt aan om het systeem te laten nakijken en onderhouden door
vakkundige monteurs als er enige tekenen zijn van slijtage of als u twijfelt aan de goede werking van het
apparaat. In de overige gevallen zijn normaal geen nazichten of reparaties van de apparaten nodig.
103
Nederlands
9. VERHELPEN VAN PROBLEMEN
Probleem
Oplossing
De stroom staat niet
aan.
Controleer of de stroomstekker goed is ingestoken.
Controleer of er een zekering gesprongen is.
Pictogram “Alarm on”
(Hoorbaar en zichtbaar)
Controleer of de stroom plots uitgevallen is.
Controleer of de CPR verzegeld is.
Controleer of de verbinding tussen de luchtbuisconnector en de
pompeenheid goed bevestigd is.
Controleer of alle leidingen langsheen de matras goed aangesloten
zijn.
De patiënt ligt door.
Het is mogelijk dat de drukinstelling inadequaat is, pas het
comfortbereik 1 of 2 niveaus hoger aan en wacht enkele minuten om
een optimaal comfortniveau te bereiken.
De matrasvorm is te
los.
Controleer of alle drukknoppen of riemen van de matras goed
bevestigd zijn.
Controleer of de matras aan het bedframe is bevestigd met de
riemen.
Sommige
uitvoeringopeningen
van de
luchtbuisaansluiting
produceren geen lucht.
Dit is normaal als de matras in alternerende modus werkt. De
luchtuitvoeropeningen produceren alternerend lucht tijdens hun
cyclustijd.
104
Nederlands
10. TECHNISCHE KENMERKEN
Item
Specificatie
Stroomtoevoer (Nota: Zie
vermogenslabel op het product)
AC 220V 240V/50 Hz, 0,07A (voor systeem
van230 V)
Vermogen zekering
T1AL, 250V
Cyclustijd
Vier mogelijkheden
Afmetingen (L x B x H)
29,1 x 20 x 11,7 cm / 11,4" x 7,9" x 4,6"
Gewicht
2,2 Kg / 5 lb
Omgeving
Luchtdruk
700 hPa tot 1013.25 hPa
TemperatuurTemperatuur
Werking: 10°C tot 40°C (50°F tot 104°F )
Opslag: -15°C tot 50°C (5°F tot 12F )
Transport: -15°C tot 70°C (5°F tot 158°F )
Vochtigheid
Werking: 10% tot 90% niet-condenserend
Opslag: 10% tot 90% niet-condenserend
Verzending: 10% tot 90% RV niet-condenserend
Classificatie:
Klasse II, Type BF, IP41
Toegepast deel: Luchtmatras
Niet geschikt voor gebruik in aanwezigheid van een
ontvlambaar anesthesiemengsel met lucht, zuurstof
of lachgas.
Matras
Specificatie
Model
Matras 8”
Afmetingen (L x B x H)
200 x 90 x 20,3 cm, of 78.7" x 35,4" x 8"
Gewicht
10.3 Kg / 22.7 lb
Max. Ondersteuning Gewicht
200 Kg/ 440.9 lb
NOTA:
1. Raadpleeg de verdeler of de EG-vertegenwoordiger voor andere technische
documenten.
2. De specificatie is ook geschikt voor andere gebieden die met dezelfde
stroomvoorziening werken.
3. De afmetingen en het gewicht werden gemeten zonder het kussenschuim.
4. De fabrikant behoudt zich het recht voor de technische kenmerken zonder
voorafgaand bericht te wijzigen.
105
Nederlands
BIJLAGE A: EMC-INFORMATIE
GELEIDING EN VERKLARING VAN DE FABRIKANT -
ELEKTROMAGNETISCHE IMMUNITEIT
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving zoals hieronder vermeld: De
gebruiker van dit apparaat dient ervoor te zorgen dat het in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
Emissietest Conformiteit Elektromagnetische omgeving-geleiding
RF-emissies
CISPR 11
Groep1
Het apparaat gebruikt alleen RF-energie voor de
interne functies. Daarom zijn de RF-emissies erg laag
en is het weinig waarschijnlijk dat deze interferentie
veroorzaken voor naburige elektronische apparatuur.
RF-emissies
CISPR 11
Klasse B
Het apparaat is geschikt voor gebruik in alle
instellingen, inclusief woongebouwen en instellingen
die rechtstreeks aangesloten zijn op een openbaar
laagspanning-stroomnet.
Harmonische emissies
IEC61000-3-2
Klasse A
Spanningsschommelingen
/ flikkeremissies
IEC61000-3-3
Voldoet aan:
GELEIDING EN VERKLARING VAN DE FABRIKANT - ELEKTROMAGNETISCHE IMMUNITEIT
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving zoals hieronder vermeld: De
gebruiker van dit apparaat dient ervoor te zorgen dat het in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
Immuniteitstest
IEC60601
testniveau
Conformiteit
Gids elektromagnetische
omgeving
Elektrostatische ontlading
(ESD) IED61000-4-2
±6kV contact
±8kV lucht
±6kV contact
±8kV lucht
Vloeren dienen van hout, beton
of met keramische tegels te
zijn. Als vloeren zijn bedekt met
synthetisch materiaal, moet de
relatieve luchtvochtigheid
minstens 30% zijn.
Snelle elektrische
overgang /burst
IEC61000-4-4
±2kV voor
stroomtoevoerlijn
±1kV voor
ingaande/uitgaand
e lijn
±2kV voor
stroomtoevoerlijn
±1kV voor
ingaande/uitgaand
e lijn
De kwaliteit van de
netspanning dient de normale
kwaliteit voor een typische
bedrijfs- of
ziekenhuisomgeving te zijn.
Overspanning
IEC61000-4-5
± 1 kV lijn(en) tot
lijn(en)
± 2 kV lijn(en) tot
aarding
± 1 kV lijn(en) tot
lijn(en)
De netstroomkwaliteit moet qua
kwaliteit voldoende zijn voor
gebruik in een typische
commerciële omgeving of
ziekenhuisomgeving.
Spanningsdalingen,
schommelingen op
ingaande
stroomvoedingslijnen
IEC61000-4-11
<5 % U
T
(>95 %
daling in U
T
) voor
0,5 cyclus
40 % U
T
(60 %
daling in U
T
) voor 5
cycli
70 % U
T
(30 %
daling in U
T
) voor
25 cycli
<5 % U
T
(>95 %
daling in U
T
) voor 5
sec
<5 % U
T
(>95 %
daling in U
T
) voor
0,5 cyclus
40 % U
T
(60 %
daling in U
T
) voor 5
cycli
70 % U
T
(30 %
daling in U
T
) voor
25 cycli
<5 % U
T
(>95 %
daling in U
T
) voor 5
sec
De kwaliteit van de
netspanning dient de normale
kwaliteit voor een bedrijfs- of
ziekenhuisomgeving te zijn. Als
het voor de gebruiker van dit
apparaat noodzakelijk is dat dit
apparaat tijdens
stroomonderbrekingen blijft
werken, is het wenselijk dat het
apparaat van stroom wordt
voorzien door een
ononderbreekbare
stroomvoorziening of een
batterij.
106
Nederlands
Stroomfrequentie
(50/60Hz) magnetisch
veld
IEC61000-4-8
3 A/m 3 A/m
Magnetische velden van de
voedingsfrequentie moeten op
een niveau zijn dat
kenmerkend is voor een
typische commerciële
omgeving of
ziekenhuisomgeving.
NOTA: U
T
is de netspanning vóór de toepassing van het testniveau.
GELEIDING EN VERKLARING VAN DE FABRIKANT - ELEKTROMAGNETISCHE IMMUNITEIT
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving zoals hieronder vermeld: De
gebruiker van dit apparaat dient ervoor te zorgen dat het in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
Immuniteitstest
IEC60601
testniveau
Conformitei
t
Gids elektromagnetische omgeving
Geleide RF
IEC 61000-4-6
Gestraalde RF
IEC 61000-4-3
3Vrms 150 kHz tot
80 MHz buiten
ISM-banden
a
3 V/m 80 MHz tot
2,5 GHz
3 Vrms
3 V/m
Bij gebruik van draagbare en
mobiele
RF-communicatieapparatuur in de
buurt van enig onderdeel van dit
apparaat, met inbegrip van kabels,
dient minimaal de aanbevolen
scheidingsafstand te worden
gerespecteerd die wordt berekend
met behulp van de vergelijking die
geldt voor de frequentie van de
zender.
Aanbevolen scheidingsafstand
Pd 2.1=
150 kHz tot 80 MHz
Pd 2.1=
150 kHz tot 80 MHz
Pd 3.2=
80 MHz tot 2,5G MHz
waarbij P het maximum
uitgangsvermogen is van de zender
in Watt (W) volgens de fabrikant van
de zender en d de aanbevolen
scheidingsafstand in meters (m).
b
Veldsterkten van vaste RF-
transmitters, zoals bepaald door een
elektromagnetisch locatieonderzoek
c
, moeten lager zijn dan het
compliantieniveau in elk
frequentiebereik
d
.
Er kan zich interferentie voordoen in
de buurt van apparatuur die met het
volgende symbool is gemarkeerd:
NOTA 1: Bij 80 MHz en 800 Mhz, is het hogere frequentiebereik van toepassing.
NOTA 2: Het is mogelijk dat deze richtlijnen niet in alle situaties van toepassing zijn.
Elektromagnetische overdracht wordt beïnvloed door absorptie en reflectie door structuren,
voorwerpen en personen.
107
Nederlands
d) De ISM (industriële, wetenschappelijke en medische (in het Engels: industrial, scientific and
medical)) banden tussen 150 kHz en 80 MHz zijn 6,765 MHz tot 6,795 MHz;13,553 MHz tot
13,567 MHz; 26,957 MHz tot 27,283 MHz; en 40,66 MHz tot 40,70 MHz.
e) De compliantieniveaus in de ISM-frequentiebanden tussen
150 kHz en 80 MHz en in het
frequentiebereik van 80 Mhz tot 2,5 GHZ zijn bedoeld om de waarschijnlijkheid te verkleinen dat
de mobiele/draagbare communicatie-apparatuur interferentie kan veroorzaken die ongewild in de
patiëntenzone terechtkomt. Daarom wordt een bijkomende factor van 10/3 gebruikt bij het
berekenen van de aanbevolen scheidingsafstand voor zenders in deze frequentiebereiken.
f) Veldsterkten van vaste zenders, zoals basiszenders voor radiotelefoons (mobiele telefoons
/draadloze telefoons) en
mobiele radio's, amateurradios's, AM- en FM radiozenders, TV-zenders kunnen theoretisch niet
met zekerheid worden voorspeld. Om de elektromagnetische omgeving als gevolg van vaste
RF-transmitters te kunnen bepalen, kan een elektromagnetisch locatieonderzoek worden
overwogen. Als de gemeten veldsterkte op de locatie waar het apparaat wordt gebruikt, hoger is
dan het hierboven vermelde toepasselijke RF-compliantieniveau, dient u nauwlettend te
controleren of het apparaat normaal werkt. Als wordt vastgesteld dat het apparaat niet normaal
werkt, kunnen extra maatregelen nodig zijn, zoals een heroriëntering of een verplaatsing van het
apparaat.
d) In het frequentiebereik van 150 kHz tot 80 Mhz moeten veldsterktes lager zijn dan 3 V/m.
AANBEVOLEN AFSTANDEN TUSSEN DRAAGBARE EN MOBIELE
RF-COMUNICATIEAPPARATUUR EN DIT APPARAAT:
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving waarin uitgestraalde
RF-storingen onder controle worden gehouden. De klant of de gebruiker van dit apparaat kan
elektromagnetische interferentie helpen vermijden door een minimumafstand te handhaven tussen
draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur (zenders) en dit apparaat, volgens de
onderstaande aanbevelingen, volgens het maximale uitgangsvermogen van de
communicatieapparatuur.
Maximaal nominaal
uitgangsvermogen
van de zender
W
Scheidingsafstand volgens de frequentie van de zender m
150 kHz tot 80 Mhz
Pd 2.1=
80 Mhz tot 800 MHz
Pd 2.1=
800 Mhz tot 2,5 MHz
Pd 3.2=
0,01 0,12 0,12 0,23
0,1 0,38 0,38 0,73
1 1.2 1.2 2.3
10
3.8
3,8
7.3
100 12 12 23
Voor zenders met een maximaal uitgangsvermogen dat hierboven niet is vermeld, kan de aanbevolen
scheidingsafstand
d
in meters (m) worden geschat door gebruik te maken van de vergelijking die van
toepassing is op de frequentie van de zender, waarbij P het door de zenderfabrikant vermelde
maximale uitgangsvermogen van de zender in Watt (W) is.
NOTA 1: Bij 80 Mhz en 800 Mhz is de scheidingsafstand voor het hogere frequentiebereik van
toepassing.
Nota 2
Het is mogelijk dat deze richtlijnen niet in alle situaties van toepassing zijn.
Elektromagnetische overdracht wordt beïnvloed door absorptie en reflectie door structuren,
voorwerpen en personen.

Documenttranscriptie

Nederlands BELANGRIJKE VEILIGHEIDSMAATREGELEN LEES ALLE INSTRUCTIES DOOR VOORDAT U HET PRODUCT IN GEBRUIK NEEMT. GEVAAR - Om het risico van elektrocutie te vermijden: 1. Schakel dit product onmiddellijk na het gebruik altijd uit. 2. Gebruik het niet terwijl u zich wast. 3. Leg dit product niet op een plaats waar het in een badkuip of een spoelbak kan vallen. 4. Het product niet in water of andere vloeistoffen plaatsen of erin laten vallen. 5. Grijp niet naar een apparaat dat in het water gevallen is. Trek de stekker onmiddellijk uit. WAARSCHUWING - Om het risico van brandwonden, elektrocutie, brand of persoonlijke verwondingen te vermijden: 1. Evalueer het gevaar van verstrikking voor de patiënt volgens het protocol en bewaak de patiënten nauwlettend. 2. Dit systeem is niet geschikt voor patiënten met een ruggenmergletsel. 3. Een nauwgezet toezicht is vereist als dit product wordt gebruikt voor of in de buurt van kinderen. Als een kind een klein onderdeel inslikt dat losgekomen is van het apparaat, kan dit elektrische brandwonden of verstikking veroorzaken. 4. Gebruik dit apparaat alleen zoals beschreven in deze handleiding. Gebruik geen andere 5. Gebruik dit product nooit als het stroomsnoer of de stekker beschadigd is, als het product niet matrassen dan diegene die door de fabrikant worden aanbevolen. behoorlijk werkt, gevallen of beschadigd is, of als het in water gevallen is. Breng het product terug naar de verdeler of stuur het naar Apex Medical Corp. voor nazicht en reparatie 6. Houd het stroomsnoer uit de buurt van de hete oppervlakken. 7. Zorg ervoor dat de verluchtingsopeningen van dit product nooit geblokkeerd worden en plaats het product nooit op zachte oppervlakken, zoals op een bed of een sofa, waar de verluchtingsopeningen geblokkeerd kunnen geraken. Houd de verluchtingsopeningen vrij van pluisjes, haar en soortgelijke deeltjes. 8. Geen voorwerpen in een opening of slang laten vallen of erin steken. 9. Wijzig dit product niet zonder toestemming van de fabrikant. 10. De matrasbeschermers hebben tests op het gebied van de huidgevoeligheid en huidirritaties doorstaan. Als u echter vermoed dat u last hebt of gehad hebt van een allergische reactie, raadpleeg uw arts dan onmiddellijk. 11. Laat niet te lange stukken buis aan de bovenkant van uw bed hangen. Dit zou beknelling kunnen veroorzaken. OPGELET – 1. Bij mogelijke elektromagnetische interferentie met een mobiele telefoon, dient u de afstand tussen de apparaten te vergroten (3,3m), of moet u de mobiele telefoon uitschakelen. 91 Nederlands NOTA, OPGELET EN WAARSCHUWINGEN: NOTA- Dit verwijst naar tips. OPGELET - Dit geeft uitlegt over de juiste opening of over onderhoudsprocedures om schade of vernieling van het apparaat of andere eigendommen te vermijden. WAARSCHUWING- Vestigt de aandacht op een potentieel gevaar dat correcte procedures of praktijken vereist om persoonlijke verwondingen te vermijden SYMBOLEN Erkende vertegenwoordiger in de Europese gemeenschap. Catalogus-, bestel-, of referentienummer Fabrikant Het symbool “BF” geeft aan dat dit toestel voldoet aan de beschermingsgraad tegen elektrische ontlading voor apparaten van het type BF. Zie de gebruikershandleiding/het instructieboekje Beschermd tegen vaste vreemde voorwerpen van 1 mm en groter. Beschermd tegen verticaal vallende waterdruppels Klasse II Temperatuurbeperking/temperatuurbereik Chemische reiniging, gelijk welk reinigingsmiddel, behalve trichloorethyleen Niet strijken Droogzwieren, normaal, lage temperatuur Niet droogzwieren Niet bleken Niet chemisch reinigen Machinewas, regular / normaal, 95graden C (203 graden F) Recycling van elektrische en elektronische apparaten (AEEA): Breng dit apparaat naar een recyclingcentrum voor elektrische en elektronische apparaten. Wend u voor nadere informatie over de recycling van dit apparaat tot de plaatselijke recyclingdienst van uw gemeente of tot de afhaaldienst, of tot de winkel waar u het apparaat hebt gekocht. 92 Nederlands 1. INLEIDING Deze handleiding moet worden gebruikt voor de ingebruikneming van het systeem en voor latere raadplegingen. 1.1 General Information Het systeem is een hoogwaardig en betaalbaar matrassysteem dat geschikt is om doorligwonden of drukzweren te vermijden. Het systeem werd getest en goedgekeurd volgens de onderstaande normen: EN 60601-1 EN 60601-1-2 EN 55011 Klasse B IEC61000-3-2 IEC 61000-3-3 EMC-Waarschuwing Dit apparaat werd getest en werd conform bevonden met de grenzen voor medische hulpmiddelen volgens EN 60601-1-2:2007. Deze grenzen zijn bedoeld om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie bij een typische medische installatie. Dit apparaat verwekt en gebruikt radiofrequentie-energie en kan deze uitstralen en als de apparatuur niet geïnstalleerd en gebruikt wordt volgens de instructies, kan het schadelijke interferentie veroorzaken aan andere apparaten in de buurt. Er is echter geen garantie dat er zich geen interferentie zal voordoen in een bepaalde installatie. Als dit apparaat schadelijke interferentie veroorzaakt voor andere apparaten, wat vastgesteld kan worden door het apparaat aan en uit te schakelen, wordt de gebruiker aangemoedigd om de interferentie te verhelpen door één van de volgende maatregelen:  Heroriënteer het ontvangende apparaat of zet het op een andere plaats.  Vergroot de afstand tussen de apparaten. Sluit het apparaat aan op een stopcontact van een andere kring dan diegene het/de andere  appara(a)t(en) aangesloten is/zijn. Raadpleeg de fabrikant of een servicemonteur.  1.2    Bedoeld gebruik Dit product is bedoeld om: om doorligwonden te vermijden door het comfort voor de patiënt te optimaliseren. voor thuiszorgpatiënten die last hebben van drukzweren. voor de pijnbestrijding op voorschrift van een arts. Het product mag alleen worden gebruikt door gekwalificeerde personen die vertrouwd zijn met de verpleegprocedures en die een adequate training genoten hebben en over de nodige kennis beschikken om drukzweren te vermijden en te behandelen. NOTA - Dit apparaat is niet geschikt voor gebruik in aanwezigheid van een ontvlambaar anesthesiemengsel met lucht, zuurstof of lachgas. 93 Nederlands 2. PRODUCTBESCHRIJVING Pak het apparaat uit en controleer het op transportschade. Als het apparaat beschadigd werd, neem dan onmiddellijk contact op met de verdeler. 2.1 Pomp en matrassysteem 1. CPR 2. Pompeenheid 3. Matrassysteem of Bubbelpadsysteem 4. Snelkoppeling 94 Nederlands 2.2 Pompeenheid Voorzijde 1. Snelkoppelaars 2. Voorpaneel 1. Stroomschakelaar Achterzijde 2. Stroomsnoer 3. zekeringen 4. Luchtfilter 5. Montagebeugels 2.3 Voorpaneel 1. Drukregelingsniveaus De “Comfortinstelling” regelt de uitgaande luchtdruk. Als de stevigheid ( afgenomen, zal de uitgangsdruk verhogen en vice versa om de luchtdruk ( ) wat is ) te veminderen. Als de toestand van de patiënt aanzienlijk is veranderd, beoordeel dan of opnieuw of het product geschikt is voor de patiënt en pas de comfortinstelling aan. 95 Nederlands NOTA: Telkens wanneer de matras wordt geïnitieerd (opgeblazen), is het aanbevolen dat u de drukknop op “Max” instelt om het opblazen te versnellen. U kunt de stevigheid van de luchtmatras achteraf bijregelen. NOTA: U kunt ook controleren of de druk geschikt is voor de patiënt door een hand tussen de luchtcellen te schuiven ter hoogte van de bips van de patiënt. Laat altijd minstens 1” inch ruimte over tussen de patiënt en de statische cel om te vermijden dat de patiënt de onderkant raakt. 2. Cyclustijd U kunt kiezen tussen 4 cyclustijden op het aanraakpaneel. Met de knop cyclustijd ( )De gebruiker kan een van de vier cyclustijden kiezen op basis van het comfort voor de patiënt en het gewenste resultaat. 3. Therapie A. Maximum stevigheid Het oppervlak zal automatisch de maximale stevigheid hebben als de stroomschakelaar wordt ingeschakeld. Dit waarborgt dat de pomp in staat is om haar maximale werkdruk te bereiken. Zodra het maximale drukniveau is bereikt, zal de pomp automatisch naar de alternerende modus overschakelen. De gebruiker kan deze functie ook gebruiken bij het overbrengen van de patiënt of tijdens verplegingsprocedures om hem beter te ondersteunen. NOTA : De LEDs voor de max stevigheid en de preset-functie zullen gelijktijdig branden tot de matras haar maximale druk heeft bereikt. B. Alternerende modus Alternerende luchtcellen worden gedeeltelijk afgelaten en opgeblazen om langdurige druk op eenzelfde punt onder de patiënt te vermijden. C. Statische modus Niet-alternerende modus, de lucht van alle luchtcellen wordt in gelijke mate opgeblazen op lagere druk in vergelijking met het respectieve comfortniveau. D. Opblazen van het zitkussen Als het kussen goed is opgeblazen, wordt de patiënt ondersteunt als hij rechtop zit, zonder dat deze de ondergrond raakt. De gebruiker kan bijkomende functies selecteren onder statische of alternerende modus. 96 Nederlands 4. Paneelvergrendeling Als het controlepaneel gedurende 5 minuten onaangeroerd blijft, zal een groene LED oplichten en zal het controlepaneel alle instellingen blokkeren. Zo wordt vermeden dat de instellingen accidenteel worden gewijzigd tijdens het normale gebruik. Om de functies te ontgrendelen, volstaat het om de knop voor de paneelvergrendeling twee seconden aan te raken. 5. Stilschakelen van het alarm Als de knop voor het stilschakelen van het alarm wordt ingedrukt, zal de zoemer tijdelijk worden uitgeschakeld. Als de situatie niet binnen 5 minuten is opgelost, zal het alarm worden geactiveerd. A. PDA (alarm bij uitvallen van de stroom), STROOMONDERBREKING Tijdens een stroomonderbreking, zal de led die een stroomonderbreking aanduidt, branden en zal een zoemer worden geactiveerd. Om zowel de zoemer als de LED uit te schakelen, moet u op de knop Mute drukken. B. Indicator lage druk Als de led voor lage druk oplicht, is de luchtdruk in de luchtmatras beneden het normale niveau. Zie het deel Verhelpen van problemen. C. Service De indicatorlamp voor de service zal branden als zich een probleem voordoet in het systeem. De gebruiker kan beroep doen op een monteur voor de reparatie. 97 Nederlands 3.INSTALLATIE 3.1 Installatie van de pomp & de matras Pak het apparaat uit en controleer het op transportschade. Neem bij beschadiging direct contact op met de verdeler. 1. Plaats de matras of het pad op het bedframe. Aan de onderzijde van de matras bevinden zich bevestigingsriemen. Bevestig de matras door de riemen aan het bedframe vast te maken en zorg ervoor dat de bewegende delen van het bed nog altijd vrij kunnen bewegen. Gelieve hiermee rekening te houden aan het bedeinde. 2. Hang de pomp aan het voeteneinde en pas de hangers aan, zodat de pomp rechtop staat, of plaats de pomp op een plat oppervlak. 3. Sluit alle luchtslangen van de luchtmatras aan op de pompeenheid. Bij een correcte vergrendeling, zult u een klikgeluid horen. LETOP: 4. Steek de stroomstekker in een stopcontact. NOTA: 5. Controleer of de luchtslangen niet verdraaid of gekneld zitten onder de matras. Controleer of de pompeenheid geschikt is voor het plaatselijke spanningsnet. Zet de stroomschakelaar op ON (aan). OPGELET: De pomp mag alleen worden gebruikt met de matras die door de fabrikant wordt aangeraden. Gebruik ze niet voor enig ander doel. 98 Nederlands NOTA:Voor het transport of wanneer de stroom uitvalt, kan de transporttas worden gebruikt om de cellen in de submatras opgepompt te houden. Als de matras volledig opgeblazen was na het opstarten, zal de matras bij een stroomuitval 4-8 uur opgeblazen blijven, afhankelijk van het vulniveau van de matras. Om de lucht traag af te laten, maakt u de aansluitslang los van de regelkast en verbindt u de transporttas met de slang. Controleer of de CPR-knop behoorlijk gesloten is. Hieronder vindt u enkele installatietips: Na de installatie moet de eventuele overtollige kabellengte netjes opgeborgen worden zodat niemand erover kan vallen. Het APPARAAT moet correct worden aangebracht op een plaats waar de gebruikers/artsen er gemakkelijk bij kunnen. 99 Nederlands 4. WERKING NOTA: Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig door voor het gebruik. 4.1 Algemene werking 1. Zet de stroomschakelaar aan de zijkant van de pomp aan. 2. Als de pomp eenmaal lucht in de matras begint te pompen, zal het circa 30 minuten duren voor de matras opgeblazen is. 3. Telkens wanneer u de matras wilt oppompen voor gebruik, is het raadzaam de matras eerst tot de maximumstand op te pompen om de matras zo snel mogelijk op te pompen. De lagedrukindicator (gele LED) zal oplichten als de matras in het begin niet volledig opgeblazen is. Als de gewenste druk is bereikt,zal de lagedrukindicator (gele LED) automatisch uit gaan. 4. Als de aanvankelijke inflatie (maxfirm proces) voltooid is, overschakelen zal het naar systeem de automatisch vooraf ingestelde drukmodus. 5. Regel de drukinstelling volgens het gewicht en de lichaamslengte van de patiënt voor een optimaal comfortniveau, waarbij de patiënt niet doorligt. De druk in de matras zal langzaam opgebouwd worden tot de gewenste druk en vervolgens is de matras gebruiksklaar. NOTA: Telkens wanneer u de matras wilt oppompen voor gebruik, is het raadzaam de matras eerst tot de maximumstand op te pompen. De gebruiker / verpleger kan het drukniveau in de matras vervolgens naar wens regelen. 100 Nederlands 4.2 Werking CPR in noodgevallen Als zich bij een noodgeval een ademstilstand voordoet, open dan onmiddellijk de CRP-ventielen van de matras. De CRP-ventielen bevinden zich aan het hoofdeinde, aan de rechterzijde van de matras. De snelkoppeling op de pompeenheid kan worden afgekoppeld om de lucht nog sneller af te laten. 5. REINIGING Het is belangrijk om de reinigingsprocedures te volgen om kruiscontaminatie te vermijden. Maak het oppervlak schoon in een droge en stofvrije omgeving. OPGELET- De pomp niet onderdompelen in vloeistoffen. Wrijf de matraseenheid schoon met een doek die in lauw water met een zacht detergent werd gedrenkt (temperatuur mag niet hoger zijn dan 95 ℃ ), of met in water opgelost natriumhypochloriet gevolgd door een goedgekeurd ontsmettingsmiddel. Na de reiniging moeten alle delen aan de lucht drogen voor het gebruik. OPGELET- Laat de matras na de reiniging aan de lucht drogen, zonder ze te lang aan rechtstreeks zonlicht bloot te stellen. Vermijd stof en vermijd stoffige omgevingen. De hoes mag gereinigd worden met in water verdund natriumhypochloriet. Alle bestanddelen moeten aan de lucht worden gedroogd voor hun gebruik. De (eventuele) draagtas moet binnenste buiten worden gekeerd en moet gedesinfecteerd worden door veegdesinfectie met ontsmettende oplossingen. Laat ze volledig drogen aan de lucht. Als de binnenkant eenmaal droog is, draai ze dan terug om en reinig de buitenzijde van de tas met een desinfectieoplossing. Cover Material:  Stretch  Silver Stretch + 6. BEWARING 1. 2. 3. Leg de matras op een vlak oppervlak onderste boven. Rol de matras op van het hoofdeinde naar het voeteneinde toe, met de CPR-klep open. De riem van het voeteinde kan rond de opgerolde matras worden geslagen om te vermijden dat de matras terug afrolt. NOTA- De matras niet vouwen, plooien of stapelen. 101 Nederlands 7. ONDERHOUD 7.1 Algemeen 1. Controleer het stroomsnoer en de stroomstekker op beschadiging of overdreven slijtage. 2. Controleer de matrashoes op tekenen van slijtage of beschadiging. Controleer of de matrashoes en de slangen correct opgeborgen zitten. 3. Controleer de luchtstroom van de snelkoppeling. De luchtstroom moet iedere halve cyclustijd alterneren tussen iedere connector als de matras in alternerende modus werkt. 4. Controleer of de luchtslangen niet geknikt zitten of gebarsten gebroken zijn. Voor meer informatie kunt u de lokale vertegenwoordiger contacteren. 7.2 Vervangen van de zekering 1. Trek de stekker uit het stopcontact als u vermoedt dat er een zekering gesprongen is. 2. Verwijder het deksel van de zekeringhouder met behulp van een kleine schroevendraaier. 3. Breng een nieuwe zekering met het juiste vermogen aan en breng het deksel van de zekeringhouder weer aan. Het vermogen van de zekering moet van type T1A/250V zijn en moet VDE-goedgekeurd zijn. 7.3. Vervanging luchtfilter 1. Maak de schroeven van de luchtfilterplaat aan de achterzijde van de pomp los. 2. Het filter is herbruikbaar en kan zachtjes worden gewassen met een zacht detergent en water. Droog de filter voor gebruik. 3. Controleer en vervang het luchtfilter geregeld als het apparaat wordt gebruikt in een vuile omgeving. 8. VERWACHTE LEVENSDUUR: De producten zijn bedoeld om veilig en betrouwbaar te werken volgens de instructies verstrekt door Apex Medical. Apex Medical raadt aan om het systeem te laten nakijken en onderhouden door vakkundige monteurs als er enige tekenen zijn van slijtage of als u twijfelt aan de goede werking van het apparaat. In de overige gevallen zijn normaal geen nazichten of reparaties van de apparaten nodig. 102 Nederlands 9. VERHELPEN VAN PROBLEMEN Probleem De stroom staat niet aan. Oplossing ‧ Controleer of de stroomstekker goed is ingestoken. ‧ Controleer of er een zekering gesprongen is. ‧ Controleer of de stroom plots uitgevallen is. ‧ Controleer of de CPR verzegeld is. Pictogram “Alarm on” (Hoorbaar en zichtbaar) ‧ Controleer of de verbinding tussen de luchtbuisconnector en de pompeenheid goed bevestigd is. ‧ Controleer of alle leidingen langsheen de matras goed aangesloten zijn. ‧ Het is mogelijk dat de drukinstelling inadequaat is, pas het De patiënt ligt door. comfortbereik 1 of 2 niveaus hoger aan en wacht enkele minuten om een optimaal comfortniveau te bereiken. ‧ Controleer of alle drukknoppen of riemen van de matras goed De matrasvorm is te los. bevestigd zijn. ‧ Controleer of de matras aan het bedframe is bevestigd met de riemen. Sommige uitvoeringopeningen van de luchtbuisaansluiting produceren geen lucht. ‧ Dit is normaal als de matras in alternerende modus werkt. De luchtuitvoeropeningen produceren alternerend lucht tijdens hun cyclustijd. 103 Nederlands 10. TECHNISCHE KENMERKEN Item Specificatie Stroomtoevoer (Nota: Zie AC 220V 240V/50 Hz, 0,07A vermogenslabel op het product) van230 V) Vermogen zekering T1AL, 250V Cyclustijd Vier mogelijkheden Afmetingen (L x B x H) 29,1 x 20 x 11,7 cm / 11,4" x 7,9" x 4,6" Gewicht 2,2 Kg / 5 lb Luchtdruk (voor systeem 700 hPa tot 1013.25 hPa Werking: 10°C tot 40°C (50°F tot 104°F ) Omgeving TemperatuurTemperatuur Opslag: -15°C tot 50°C (5°F tot 122°F ) Transport: -15°C tot 70°C (5°F tot 158°F ) Werking: 10% tot 90% niet-condenserend Vochtigheid Opslag: 10% tot 90% niet-condenserend Verzending: 10% tot 90% RV niet-condenserend Klasse II, Type BF, IP41 Toegepast deel: Luchtmatras Classificatie: Niet geschikt voor gebruik in aanwezigheid van een ontvlambaar anesthesiemengsel met lucht, zuurstof of lachgas. Matras Specificatie Model Matras 8” Afmetingen (L x B x H) 200 x 90 x 20,3 cm, of 78.7" x 35,4" x 8" Gewicht 10.3 Kg / 22.7 lb Max. Ondersteuning Gewicht 200 Kg/ 440.9 lb NOTA: 1. Raadpleeg de verdeler of de EG-vertegenwoordiger voor andere technische 2. De specificatie is ook geschikt voor andere gebieden die met dezelfde 3. De afmetingen en het gewicht werden gemeten zonder het kussenschuim. 4. De fabrikant behoudt zich het recht voor de technische kenmerken zonder documenten. stroomvoorziening werken. voorafgaand bericht te wijzigen. 104 Nederlands BIJLAGE A: EMC-INFORMATIE GELEIDING EN VERKLARING VAN DE FABRIKANT ELEKTROMAGNETISCHE IMMUNITEIT Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving zoals hieronder vermeld: De gebruiker van dit apparaat dient ervoor te zorgen dat het in een dergelijke omgeving wordt gebruikt. Emissietest Conformiteit Elektromagnetische omgeving-geleiding RF-emissies CISPR 11 Groep1 Het apparaat gebruikt alleen RF-energie voor de interne functies. Daarom zijn de RF-emissies erg laag en is het weinig waarschijnlijk dat deze interferentie veroorzaken voor naburige elektronische apparatuur. RF-emissies Klasse B CISPR 11 Harmonische emissies Klasse A IEC61000-3-2 Spanningsschommelingen / flikkeremissies Voldoet aan: IEC61000-3-3 Het apparaat is geschikt voor gebruik in alle instellingen, inclusief woongebouwen en instellingen die rechtstreeks aangesloten zijn op een openbaar laagspanning-stroomnet. GELEIDING EN VERKLARING VAN DE FABRIKANT - ELEKTROMAGNETISCHE IMMUNITEIT Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving zoals hieronder vermeld: De gebruiker van dit apparaat dient ervoor te zorgen dat het in een dergelijke omgeving wordt gebruikt. IEC60601 Gids elektromagnetische Immuniteitstest Conformiteit testniveau omgeving Vloeren dienen van hout, beton of met keramische tegels te Elektrostatische ontlading ±6kV contact ±6kV contact zijn. Als vloeren zijn bedekt met (ESD) IED61000-4-2 ±8kV lucht ±8kV lucht synthetisch materiaal, moet de relatieve luchtvochtigheid minstens 30% zijn. ±2kV voor ±2kV voor De kwaliteit van de Snelle elektrische stroomtoevoerlijn stroomtoevoerlijn netspanning dient de normale ±1kV voor ±1kV voor overgang /burst kwaliteit voor een typische ingaande/uitgaand ingaande/uitgaand bedrijfs- of IEC61000-4-4 e lijn e lijn ziekenhuisomgeving te zijn. ± 1 kV lijn(en) tot ± 1 kV lijn(en) tot De netstroomkwaliteit moet qua lijn(en) lijn(en) kwaliteit voldoende zijn voor Overspanning ± 2 kV lijn(en) tot gebruik in een typische IEC61000-4-5 aarding commerciële omgeving of ziekenhuisomgeving. De kwaliteit van de netspanning dient de normale <5 % U T (>95 % <5 % U T (>95 % daling in U T ) voor daling in U T ) voor kwaliteit voor een bedrijfs- of ziekenhuisomgeving te zijn. Als 0,5 cyclus 0,5 cyclus het voor de gebruiker van dit 40 % U T (60 % 40 % U T (60 % Spanningsdalingen, daling in U T ) voor 5 daling in U T ) voor 5 apparaat noodzakelijk is dat dit schommelingen op cycli cycli apparaat tijdens ingaande 70 % U T (30 % 70 % U T (30 % stroomonderbrekingen blijft stroomvoedingslijnen daling in U T ) voor daling in U T ) voor werken, is het wenselijk dat het IEC61000-4-11 25 cycli 25 cycli apparaat van stroom wordt <5 % U T (>95 % <5 % U T (>95 % voorzien door een daling in U T ) voor 5 daling in U T ) voor 5 ononderbreekbare sec sec stroomvoorziening of een batterij. 105 Nederlands Stroomfrequentie (50/60Hz) magnetisch veld IEC61000-4-8 3 A/m Magnetische velden van de voedingsfrequentie moeten op een niveau zijn dat kenmerkend is voor een typische commerciële omgeving of ziekenhuisomgeving. 3 A/m NOTA: U T is de netspanning vóór de toepassing van het testniveau. GELEIDING EN VERKLARING VAN DE FABRIKANT - ELEKTROMAGNETISCHE IMMUNITEIT Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving zoals hieronder vermeld: De gebruiker van dit apparaat dient ervoor te zorgen dat het in een dergelijke omgeving wordt gebruikt. IEC60601 Conformitei Immuniteitstest Gids elektromagnetische omgeving testniveau t Bij gebruik van draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur in de buurt van enig onderdeel van dit apparaat, met inbegrip van kabels, dient minimaal de aanbevolen scheidingsafstand te worden gerespecteerd die wordt berekend met behulp van de vergelijking die geldt voor de frequentie van de zender. Aanbevolen scheidingsafstand Geleide RF IEC 61000-4-6 Gestraalde RF IEC 61000-4-3 3Vrms 150 kHz tot 3 Vrms 80 MHz buiten a ISM-banden 3 V/m 80 MHz tot 3 V/m 2,5 GHz d = 1.2 P 150 kHz tot 80 MHz d = 1.2 P 150 kHz tot 80 MHz d = 2.3 P 80 MHz tot 2,5G MHz waarbij P het maximum uitgangsvermogen is van de zender in Watt (W) volgens de fabrikant van de zender en d de aanbevolen b scheidingsafstand in meters (m). Veldsterkten van vaste RFtransmitters, zoals bepaald door een elektromagnetisch locatieonderzoek c , moeten lager zijn dan het compliantieniveau in elk d frequentiebereik . Er kan zich interferentie voordoen in de buurt van apparatuur die met het volgende symbool is gemarkeerd: NOTA 1: Bij 80 MHz en 800 Mhz, is het hogere frequentiebereik van toepassing. NOTA 2: Het is mogelijk dat deze richtlijnen niet in alle situaties van toepassing zijn. Elektromagnetische overdracht wordt beïnvloed door absorptie en reflectie door structuren, voorwerpen en personen. 106 Nederlands d) De ISM (industriële, wetenschappelijke en medische (in het Engels: industrial, scientific and medical)) banden tussen 150 kHz en 80 MHz zijn 6,765 MHz tot 6,795 MHz;13,553 MHz tot 13,567 MHz; 26,957 MHz tot 27,283 MHz; en 40,66 MHz tot 40,70 MHz. e) De compliantieniveaus in de ISM-frequentiebanden tussen 150 kHz en 80 MHz en in het frequentiebereik van 80 Mhz tot 2,5 GHZ zijn bedoeld om de waarschijnlijkheid te verkleinen dat de mobiele/draagbare communicatie-apparatuur interferentie kan veroorzaken die ongewild in de patiëntenzone terechtkomt. Daarom wordt een bijkomende factor van 10/3 gebruikt bij het berekenen van de aanbevolen scheidingsafstand voor zenders in deze frequentiebereiken. f) Veldsterkten van vaste zenders, zoals basiszenders voor radiotelefoons (mobiele telefoons /draadloze telefoons) en mobiele radio's, amateurradios's, AM- en FM radiozenders, TV-zenders kunnen theoretisch niet met zekerheid worden voorspeld. Om de elektromagnetische omgeving als gevolg van vaste RF-transmitters te kunnen bepalen, kan een elektromagnetisch locatieonderzoek worden overwogen. Als de gemeten veldsterkte op de locatie waar het apparaat wordt gebruikt, hoger is dan het hierboven vermelde toepasselijke RF-compliantieniveau, dient u nauwlettend te controleren of het apparaat normaal werkt. Als wordt vastgesteld dat het apparaat niet normaal werkt, kunnen extra maatregelen nodig zijn, zoals een heroriëntering of een verplaatsing van het apparaat. d) In het frequentiebereik van 150 kHz tot 80 Mhz moeten veldsterktes lager zijn dan 3 V/m. AANBEVOLEN AFSTANDEN TUSSEN DRAAGBARE EN MOBIELE RF-COMUNICATIEAPPARATUUR EN DIT APPARAAT: Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving waarin uitgestraalde RF-storingen onder controle worden gehouden. De klant of de gebruiker van dit apparaat kan elektromagnetische interferentie helpen vermijden door een minimumafstand te handhaven tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur (zenders) en dit apparaat, volgens de onderstaande aanbevelingen, volgens het maximale uitgangsvermogen van de communicatieapparatuur. Maximaal nominaal Scheidingsafstand volgens de frequentie van de zender m uitgangsvermogen van de zender 150 kHz tot 80 Mhz 80 Mhz tot 800 MHz 800 Mhz tot 2,5 MHz W d = 1.2 P d = 1.2 P d = 2.3 P 0,01 0,12 0,12 0,23 0,1 0,38 0,38 0,73 1 10 1.2 3.8 1.2 3,8 2.3 7.3 100 12 12 23 Voor zenders met een maximaal uitgangsvermogen dat hierboven niet is vermeld, kan de aanbevolen scheidingsafstand d in meters (m) worden geschat door gebruik te maken van de vergelijking die van toepassing is op de frequentie van de zender, waarbij P het door de zenderfabrikant vermelde maximale uitgangsvermogen van de zender in Watt (W) is. NOTA 1: Bij 80 Mhz en 800 Mhz is de scheidingsafstand voor het hogere frequentiebereik van toepassing. Nota 2 Het is mogelijk dat deze richtlijnen niet in alle situaties van toepassing zijn. Elektromagnetische overdracht wordt beïnvloed door absorptie en reflectie door structuren, voorwerpen en personen. 107
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128

Apex Digital Pro-CARE 4 Handleiding

Type
Handleiding