HP Color LaserJet 3550 Printer series Gebruikershandleiding

Categorie
Afdrukken
Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gebruiken
HP Color LaserJet
3550 en 3700
series printer
HP Color LaserJet 3550 en 3700 series printer
Gebruikershandleiding
Auteursrecht en licentiebepalingen
Development Company, L.P.
Verveelvuldiging, bewerking en vertaling
zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming zijn verboden, behalve zoals
toegestaan door het auteursrecht.
De informatie in dit document kan zonder
kennisgeving worden gewijzigd.
De enige garantie voor producten en
services van HP worden uiteengezet in de
garantieverklaring die bij dergelijke
producten en services wordt geleverd.
Niets in deze verklaring mag worden
opgevat als een aanvullende garantie. HP
is niet aansprakelijk voor technische of
redactionele fouten of weglatingen in deze
verklaring.
Handelsmerken
Adobe® is een handelsmerk van Adobe
Systems Incorporated.
Arial® is een in de Verenigde Staten
gedeponeerd handelsmerk van Monotype
Corporation.
CorelDRAW
is een handelsmerk of
gedeponeerd handelsmerk van Corel
Corporation of Corel Corporation Limited.
Energy Star® en het logo van Energy
Star® zijn in de Verenigde Staten
gedeponeerde merken van de
Amerikaanse EPA (Environmental
Protection Agency). Informatie over het
juiste gebruik van de tekens vindt u in de
richtlijnen voor het juiste gebruik van de
naam en het internationale logo van
Energy Star®.
Microsoft® is een gedeponeerd
handelsmerk van Microsoft Corporation in
de Verenigde Staten.
Netscape Navigator is een in de Verenigde
Staten gedeponeerd handelsmerk van
Netscape Communications Corporation.
Opera™ is een handelsmerk van Opera
Software ASA.
*Het handelsmerk van Pantone, Inc. voor
de controlestandaard voor kleuren.
PostScript® is een handelsmerk van
Adobe Systems Incorporated.
UNIX® is een gedeponeerd handelsmerk
van The Open Group.
Windows®, MS Windows® en Windows
NT® zijn in de Verenigde Staten
gedeponeerde handelsmerken van
Microsoft Corporation.
© 2005 Copyright Hewlett-Packard
Onderdeelnummer: Q5990-90945
Edition 1, 1/2005
HP online klantenondersteuning
Online diensten
24 uur per dag toegang tot informatie met een modem of internetverbinding.
World Wide Web-adres: voor de HP Color LaserJet 3550 series printer kunt u op
http://www.hp.com/support/clj3550 updates van HP printersoftware, product- en
ondersteuningsinformatie en printerdrivers in verschillende talen krijgen. Voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer kunt u terecht op http://www.hp.com/support/clj3700. (Deze
websites zijn Engelstalig.)
Ga naar: http://www.hp.com/support/net_printing voor informatie over de HP Jetdirect
en3700 externe printserver.
HP Instant Support Professional Edition (ISPE) is een suite van webprogramma's voor
probleemoplossing met betrekking tot computers en printers. Met ISPE kunt u computer- of
afdrukproblemen snel vinden, analyseren en oplossen. U kunt de ISPE-hulpprogramma's
openen vanaf http://instantsupport.hp.com.
Telefonische ondersteuning
HP biedt gedurende de garantieperiode kosteloze telefonische ondersteuning. Als u belt,
wordt u doorverbonden met een team van medewerkers die klaar staan om u te helpen.
Raadpleeg de brochure in de productverpakking voor het telefoonnummer voor uw land/
regio. U kunt ook naar http://www.hp.com/support/callcenters gaan. Zorg dat u de volgende
gegevens bij de hand hebt als u HP belt: productnaam, serienummer, datum van aankoop
en een beschrijving van het probleem.
U kunt voor ondersteuning ook terecht op http://www.hp.com. Klik op het vak support &
drivers.
Software, drivers en elektronische informatie
Ga naar: http://www.hp.com/clj3550_software voor de HP Color LaserJet 3550 series printer
of http://www.hp.com/clj3700_software voor de HP Color LaserJet 3700 series printer. De
webpagina's voor de drivers kunnen in het Engels zijn, maar u kunt de drivers in
verschillende talen downloaden.
Bel: (zie de brochure in de productverpakking).
Accessoires of benodigdheden direct bestellen via HP
In de Verenigde Staten kunt u benodigdheden bestellen op http://www.hp.com/sbso/product/
supplies. In Canada kunt u benodigdheden bestellen op http://www.hp.ca/catalog/supplies.
In Europa kunt u benodigdheden bestellen op http://www.hp.com/supplies. In Zuidoost-Azië
en Australië kunt u benodigdheden bestellen op http://www.hp.com/paper/.
U kunt accessoires bestellen op http://www.hpshopping.com.
Bel: 1-800-538-8787 (Verenigde Staten) of 1-800-387-3154 (Canada).
Service-informatie van HP
Voor de gegevens van geautoriseerde HP dealers kunt u bellen met 1-800-243-9816
(Verenigde Staten) of 1-800-387-3867 (Canada).
Neem voor service voor uw product contact op met de afdeling klantenondersteuning van
uw land/regio (zie de brochure in de productverpakking).
Service-overeenkomsten van HP
Bel: 1-800-835-4747 (Verenigde Staten) of 1-800-268-1221 (Canada).
Verlengde service: 1-800-446-0522
NLWW iii
HP-werkset
Met HP werkset kunt u de printerstatus controleren en probleemoplossingsinformatie en on
line documentatie bekijken. U kunt de HP werkset weergeven als de printer rechtstreeks op
de computer is aangesloten of als deze op een netwerk is aangesloten. U kunt de HP
werkset alleen gebruiken als u de software volledig hebt geïnstalleerd. Zie
De HP werkset
gebruiken.
Ondersteuning en informatie van HP voor Macintosh-computers
Ga naar: http://www.hp.com/go/macosx voor ondersteuningsinformatie voor Macintosh OS X
en de service voor driverupdates van HP.
Ga naar: http://www.hp.com/go/mac-connect voor producten die speciaal voor de Macintosh-
gebruiker zijn ontworpen.
iv NLWW
Inhoudsopgave
1 Basisinformatie over de printer
Snelle toegang tot printerinformatie .........................................................................................2
Koppelingen naar handleiding ...........................................................................................2
Als u meer informatie wilt ..................................................................................................2
Printerconfiguraties ..................................................................................................................4
HP Color LaserJet 3550 printer .........................................................................................4
HP Color LaserJet 3550n printer .......................................................................................4
HP Color LaserJet 3700 printer .........................................................................................5
HP Color LaserJet 3700n printer .......................................................................................5
HP Color LaserJet 3700dn printer .....................................................................................6
HP Color LaserJet 3700dtn printer ....................................................................................6
Printerfuncties ..........................................................................................................................7
Overzicht ................................................................................................................................10
Printersoftware .......................................................................................................................11
Printerdrivers ...................................................................................................................11
Software voor netwerken .................................................................................................13
Hulpprogramma's ............................................................................................................14
Specificaties voor het afdrukmateriaal ...................................................................................16
Ondersteunde papiergewichten en -formaten .................................................................16
2 Bedieningspaneel
Overzicht van het bedieningspaneel ......................................................................................20
Knoppen op het bedieningspaneel ..................................................................................20
Lampjes op het bedieningspaneel ...................................................................................21
Uitleesvenster ..................................................................................................................21
Toegang tot het bedieningspaneel via een computer ......................................................22
Menu's van het bedieningspaneel ..........................................................................................23
Aan de slag ......................................................................................................................23
Menuoverzicht ........................................................................................................................24
De menu's openen ..........................................................................................................24
Menu Informatie ...............................................................................................................24
Menu Papierverwerking ...................................................................................................24
Menu Apparaat configureren ...........................................................................................25
Menu Diagnostiek ............................................................................................................26
Menu Informatie .....................................................................................................................28
Menu Papierverwerking .........................................................................................................29
Menu Apparaat configureren .................................................................................................30
Menu Afdrukken ..............................................................................................................30
Menu Afdrukkwaliteit .......................................................................................................32
Menu Systeeminstellingen ...............................................................................................34
Menu I/O ..........................................................................................................................37
Menu Herstel ...................................................................................................................38
Menu Diagnostiek ..................................................................................................................40
Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel veranderen ...........................................41
Opties voor ladegedrag: gewenste lade gebruiken en handmatige invoer ......................41
NLWW v
PowerSave-tijd ................................................................................................................42
Helderheid van het uitleesvenster ...................................................................................43
Personality (beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) ......................43
Wisbare waarschuwingen (beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700 series
printer) ..........................................................................................................................44
Automatisch doorgaan .....................................................................................................44
Printerbenodigdheden bijna op ........................................................................................45
Storingsherstel .................................................................................................................45
Taal ..................................................................................................................................46
Het bedieningspaneel gebruiken als de printer wordt gedeeld ..............................................47
3 I/O-configuratie
USB-configuratie ....................................................................................................................50
De USB-kabel aansluiten ................................................................................................50
Parallelle configuratie (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) .....................51
EIO-configuratie (Enhanced I/O) (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) ....52
HP Jetdirect printservers .................................................................................................52
Beschikbare interfaces voor Enhanced I/O .....................................................................52
NetWare-netwerken .........................................................................................................53
Windows- en Windows NT-netwerken .............................................................................53
AppleTalk-netwerken .......................................................................................................53
UNIX/Linux-netwerken .....................................................................................................53
Netwerkconfiguratie ...............................................................................................................54
Configuratie van TCP/IP-parameters ..............................................................................54
Netwerkprotocollen uitschakelen (optioneel) ...................................................................59
4 Afdruktaken
Afdruktaken beheren ..............................................................................................................62
Bron .................................................................................................................................62
Soort en Formaat .............................................................................................................63
Prioriteit van afdrukinstellingen ........................................................................................63
Toegang tot de instellingen in de printerdriver ................................................................64
Papier selecteren ...................................................................................................................65
Papier dat u moet vermijden ............................................................................................65
Papier dat de printer kan beschadigen ............................................................................66
Laden configureren ................................................................................................................67
Formaat configureren ......................................................................................................67
Soort configureren ...........................................................................................................67
Aangepast papier voor Lade 1 ........................................................................................68
Afdrukken vanuit Lade 1 (multifunctionele lade) ..............................................................69
Enveloppen afdrukken vanuit Lade 1 ..............................................................................72
Afdrukken vanuit Lade 2 en Lade 3 .................................................................................74
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal ..................................................................................80
Transparanten .................................................................................................................80
Glanspapier .....................................................................................................................80
Gekleurd papier ...............................................................................................................80
Enveloppen ......................................................................................................................81
Etiketten ...........................................................................................................................81
Zwaar papier ....................................................................................................................82
HP LaserJet Tough paper ...............................................................................................82
Voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier ................................................................82
Kringlooppapier ...............................................................................................................83
Dubbelzijdig afdrukken (duplex) .............................................................................................84
Automatisch dubbelzijdig afdrukken (beschikbaar voor de HP Color LaserJet
3700dn en 3700dtn printer) ..........................................................................................84
vi NLWW
Instellingen van het bedieningspaneel voor automatisch dubbelzijdig afdrukken ...........84
Opties voor het binden van dubbelzijdige afdruktaken ....................................................85
Handmatig dubbelzijdig afdrukken ..................................................................................85
Bijzondere afdruksituaties ......................................................................................................88
De eerste pagina anders afdrukken ................................................................................88
Afdrukken op speciaal papier ..........................................................................................88
Een afdruktaak afbreken .................................................................................................88
Geheugen beheren (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) .........................90
5 Printerbeheer
Pagina's met printerinformatie ...............................................................................................92
Menustructuur ..................................................................................................................92
Configuratiepagina ..........................................................................................................93
Statuspagina printerbenodigdheden ................................................................................93
Gebruikspagina (voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) ...................................94
Demo ...............................................................................................................................94
Bestandsdirectory (voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) ...............................94
PCL- of PS-lettertypenoverzicht (voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) ..........95
Ingebouwde webserver gebruiken (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series
printer) ................................................................................................................................96
Toegang tot de ingebouwde webserver krijgen met behulp van een
netwerkverbinding ........................................................................................................96
Tabblad Informatie ...........................................................................................................97
Tabblad Instellingen ........................................................................................................97
Tabblad Netwerken .........................................................................................................98
Overige koppelingen ........................................................................................................98
De HP werkset gebruiken ......................................................................................................99
Ondersteunde besturingssystemen .................................................................................99
Ondersteunde browsers ..................................................................................................99
De HP werkset weergeven ..............................................................................................99
Onderdelen van de HP werkset .....................................................................................100
Overige koppelingen ......................................................................................................100
Tabblad Status ..............................................................................................................100
Tabblad Problemen oplossen ........................................................................................100
Tabblad Waarschuwingen .............................................................................................100
Tabblad Documentatie ..................................................................................................101
Geavanceerde printerinstellingen (venster) ...................................................................101
HP werkset links ............................................................................................................102
6 Kleur
Afdrukken in kleur ................................................................................................................104
HP ImageREt 2400 ........................................................................................................104
Papierselectie ................................................................................................................104
Kleuropties (voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) ........................................104
sRGB (standard Red-Green-Blue) ................................................................................105
In vier kleuren afdrukken (CMYK [voor de HP Color LaserJet 3700 series printer]) .....105
Kleurbeheer .........................................................................................................................106
Afdrukken in grijstinten ..................................................................................................106
Automatische of handmatige kleuraanpassing ..............................................................106
Kleuren overeenstemmen ....................................................................................................108
Kleurovereenstemming (voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) .....................108
7 Onderhoud
Benodigdhedenbeheer .........................................................................................................110
NLWW vii
Levensduur van benodigdheden ...................................................................................110
Vervangingstijden voor benodigdheden (bij benadering) voor de HP Color
LaserJet 3550 series printer .......................................................................................110
Vervangingstijden voor benodigdheden (bij benadering) voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer .......................................................................................111
De levensduur van de inktcartridge controleren ............................................................111
Inktcartridges bewaren ..................................................................................................112
Inktcartridges van HP ....................................................................................................112
Inktcartridges van andere merken .................................................................................113
Echtheidscontrole van inktcartridges .............................................................................113
HP fraude-hotline ...........................................................................................................113
Onderdelen en benodigdheden vervangen ..........................................................................114
Onderdelen en benodigdheden zoeken ........................................................................114
Richtlijnen voor vervanging ...........................................................................................114
Inktcartridges vervangen ...............................................................................................115
Transferkit vervangen ....................................................................................................117
De fuser en oppakrol vervangen ...................................................................................121
De printer reinigen ...............................................................................................................131
De printer reinigen vanaf het bedieningspaneel ............................................................131
E-mailwaarschuwingen configureren ...................................................................................132
8 Problemen oplossen
Controlelijst voor het oplossen van problemen ....................................................................134
Factoren die de prestaties van de printer beïnvloeden .................................................134
Soorten berichten op het bedieningspaneel ........................................................................135
Statusberichten ..............................................................................................................135
Waarschuwingsberichten ..............................................................................................135
Foutberichten .................................................................................................................135
Kritieke-foutberichten .....................................................................................................135
Berichten van het bedieningspaneel ....................................................................................136
Papierstoringen ....................................................................................................................156
Herstel na papierstoringen ............................................................................................156
Veelvoorkomende oorzaken van papierstoringen ................................................................158
Papierstoringen verhelpen ...................................................................................................160
Papierstoring in Lade 1 ..................................................................................................160
Storing in Lade 2 of Lade 3 ...........................................................................................162
Papierstoring in de bovenklep aan de achterzijde .........................................................164
Papierstoring in het fusergedeelte .................................................................................166
Papierstoring in de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak) ...........................171
Papierstoring in de voorklep ..........................................................................................172
Papierstoring in de duplex-eenheid ...............................................................................174
Problemen met de papierverwerking ...................................................................................176
Informatiepagina's voor problemen oplossen ......................................................................182
Pagina van papierbaantest ............................................................................................182
Registratiepagina ...........................................................................................................182
Logbestand ....................................................................................................................183
Problemen met de manier waarop de printer reageert ........................................................184
Problemen met het bedieningspaneel van de printer ..........................................................187
Problemen met het afdrukken van kleuren ..........................................................................188
Onjuiste printeruitvoer ..........................................................................................................190
Richtlijnen voor afdrukken met verschillende lettertypen ..............................................192
Problemen met programma's ...............................................................................................193
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen ........................................................................194
Problemen met afdrukkwaliteit veroorzaakt door papier ...............................................194
Problemen met overhead-transparanten .......................................................................194
viii NLWW
Problemen met afdrukkwaliteit veroorzaakt door de omgeving .....................................195
Problemen met afdrukkwaliteit veroorzaakt door papierstoringen .................................195
Problemen met de afdrukkwaliteit veroorzaakt door een opeenhoping van toner
in de printer ................................................................................................................195
Pagina voor problemen oplossen ..................................................................................195
De printer kalibreren ......................................................................................................196
Bijlage A Printerbenodigdheden en accessoires
Beschikbaarheid van reserveonderdelen en benodigdheden ..............................................198
Bestellen via de ingebouwde webserver (voor printers met een netwerkaansluiting) .........199
Bijlage B Service en ondersteuning
Beperkte garantie van Hewlett-Packard ..............................................................................203
Beperkte garantie voor de tonercartridge, de transfereenheid en fusereenheid ..................205
Onderhoudsovereenkomsten van HP ..................................................................................206
On-site servicecontracten ..............................................................................................206
Verlenging van de garantie ............................................................................................206
Printer opnieuw inpakken .....................................................................................................207
De printer opnieuw inpakken .........................................................................................207
Bijlage C Printerspecificaties
Informatie over de specificaties ...........................................................................................209
Bijlage D Overheidsinformatie
FCC-voorschriften ................................................................................................................213
Programma voor milieuvriendelijke producten .....................................................................213
Milieubescherming .........................................................................................................213
Ozonproductie ...............................................................................................................213
Minder energieverbruik ..................................................................................................214
Tonerverbruik ................................................................................................................214
Papierverbruik ...............................................................................................................214
Plastic onderdelen .........................................................................................................214
Afdrukbenodigdheden voor de HP LaserJet ..................................................................214
Informatie over het HP Printing Supplies Returns and Recycling Program ...................215
Papier ............................................................................................................................215
Materiaalbeperkingen ....................................................................................................215
Material Safety Data Sheet (MSDS, chemiekaart) ........................................................215
Verlenging van de garantie ............................................................................................216
Meer informatie ..............................................................................................................216
Conformiteitsverklaring ........................................................................................................217
Veiligheidsverklaringen ........................................................................................................220
Laserverklaring ..............................................................................................................220
Canadese DOC-voorschriften .......................................................................................220
EMI-verklaring voor Korea .............................................................................................220
VCCI-verklaring (Japan) ................................................................................................220
Laserverklaring voor Finland .........................................................................................221
Bijlage E Werken met geheugenkaarten en printservers
Printergeheugen ..................................................................................................................223
Een configuratiepagina afdrukken .................................................................................223
Geheugen- en lettertype-DIMM's installeren ........................................................................224
Geheugen- en lettertype-DIMM's installeren .................................................................224
NLWW ix
Geheugen activeren ......................................................................................................228
De lettertype-DIMM activeren ........................................................................................228
Installatie van een DIMM controleren ............................................................................229
Een kaart voor de HP Jetdirect-printserver installeren in de HP Color LaserJet 3700
series printer .....................................................................................................................230
Een HP Jetdirect printserver installeren ........................................................................230
Woordenlijst
Index
x NLWW
Basisinformatie over de printer
Dit hoofdstuk biedt informatie over de functies van de printer. De volgende onderwerpen
komen aan bod:
Snelle toegang tot printerinformatie
Printerconfiguraties
Printerfuncties
Overzicht
Printersoftware
Specificaties voor het afdrukmateriaal
NLWW 1
Snelle toegang tot printerinformatie
Koppelingen naar handleiding
Overzicht
Onderdelen en benodigdheden vervangen
Als u meer informatie wilt
Voor deze printer zijn verschillende handleidingen beschikbaar. Ga naar http://www.hp.com/
support/clj3550 voor HP Color LaserJet 3550 series printers. Ga naar http://www.hp.com/
support/clj3700 voor HP Color LaserJet 3700 series printers.
De printer gereedmaken
Aan de slag... Stapsgewijze instructies voor het installeren en instellen van de printer.
Handleiding voor HP Jetdirect printservers voor beheerders Instructies voor het
configureren van de HP Jetdirect printserver en het oplossen van problemen.
Handleidingen voor accessoires en benodigdheden Stapsgewijze instructies bij de
optionele accessoires en benodigdheden van de printer voor het installeren van deze
accessoires en benodigdheden.
2 Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printer NLWW
Gebruik van de printer
Gebruikershandleiding Uitgebreide informatie over het gebruik van de printer en het
verhelpen van mogelijke problemen. Deze handleiding staat op de cd-rom die u bij de printer
hebt gekregen.
On line Help Informatie over de printeropties die via de printerdrivers beschikbaar zijn. U
kunt een Help-onderwerp raadplegen via het menu Help van de printerdriver.
NLWW Snelle toegang tot printerinformatie 3
Printerconfiguraties
Hartelijk dank voor het aanschaffen van de HP Color LaserJet 3550 series printer of de
HP Color LaserJet 3700 series printer. Deze printers zijn verkrijgbaar in de hieronder
beschreven configuraties.
HP Color LaserJet 3550 printer
De HP Color LaserJet 3550 printer is een vierkleurenlaserprinter met een maximumsnelheid
van 16 pagina's per minuut (ppm) in zowel monochroom (zwart-wit) als kleur.
Laden. De printer wordt geleverd met een multifunctionele lade (Lade 1) voor maximaal
100 vel van verschillende papiersoorten en -formaten of 10 enveloppen en een
papierinvoer voor 250 vel (Lade 2) met ondersteuning voor verschillende
papierformaten. De printer ondersteunt een optionele papierinvoer voor 500 vel (Lade
3). Zie
Ondersteunde papiergewichten en -formaten voor meer informatie.
Connectiviteit. De printer heeft een Hi-Speed USB 2.0-poort als aansluitmogelijkheid.
Geheugen. De printer beschikt over 64 MB SDRAM-geheugen (Synchronous Dynamic
Random Access Memory).
HP Color LaserJet 3550n printer
De HP Color LaserJet 3550n printer biedt dezelfde functies als de HP Color LaserJet 3550
printer, en een HP Jetdirect en3700 externe printserver voor een eenvoudige verbinding met
10baseT-/100baseT-netwerken.
4 Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printer NLWW
HP Color LaserJet 3700 printer
De HP Color LaserJet 3700 printer is een vierkleurenlaserprinter met een maximumsnelheid
van 16 pagina's per minuut (ppm) in zowel monochroom (zwart-wit) als kleur.
Laden. De printer wordt geleverd met een multifunctionele lade (Lade 1) voor maximaal
100 vel van verschillende papiersoorten en -formaten of 10 enveloppen en een
papierinvoer voor 250 vel (Lade 2) met ondersteuning voor verschillende
papierformaten. De printer ondersteunt een optionele papierinvoer voor 500 vel (Lade
3). Zie
Ondersteunde papiergewichten en -formaten voor meer informatie.
Connectiviteit. De printer biedt een USB-poort en een bidirectionele parallelle poort (die
voldoet aan IEEE-1284) als aansluitmogelijkheid.
Random Access Memory). De printer heeft drie DIMM-sleuven waarin
geheugenmodules van 64, 128 of 256 MB RAM kunnen worden geïnstalleerd. Deze
printer ondersteunt maximaal 448 MB geheugen.
HP Color LaserJet 3700n printer
De HP Color LaserJet 3700n printer biedt dezelfde functies als de HP Color LaserJet 3700
10/100baseT-netwerken.
NLWW Printerconfiguraties 5
Geheugen. De printer beschikt over 128 MB SDRAM-geheugen (Synchronous Dynamic
printer, en een HP Jetdirect 620n printserver voor een eenvoudige verbinding met
HP Color LaserJet 3700dn printer
De HP Color LaserJet 3700dn printer biedt dezelfde functies als de HP Color LaserJet
3700n printer, de functie voor automatisch dubbelzijdig afdrukken (duplex) en een totaal van
128 MB SDRAM.
HP Color LaserJet 3700dtn printer
De HP Color LaserJet 3700dtn printer biedt dezelfde functies als de HP Color LaserJet
3700dn printer en een extra papierinvoer voor 500 vel (Lade 3).
6 Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printer NLWW
Printerfuncties
In deze printer worden de kwaliteit en betrouwbaarheid van Hewlett-Packard gecombineerd
met de onderstaande functies. Raadpleeg de volgende website van Hewlett-Packard:
http://www.hp.com/support/clj3550 voor meer informatie over de functies van de HP Color
LaserJet 3550 series printer. Raadpleeg de volgende website: http://www.hp.com/support/
clj3700 voor meer informatie over de functies van de HP Color LaserJet 3700 series printer.
Functies
HP Color LaserJet 3550 series
printer
HP Color LaserJet 3700 series
printer
Prestaties 16 ppm (zowel zwart-wit als
kleur).
Zie
Factoren die de prestaties
van de printer beïnvloeden als
de prestatie van de printer
minder is.
Drukt af op verschillende
afdrukmaterialen. Zie
Ondersteunde papiergewichten
en -formaten voor meer
informatie.
16 ppm (zowel zwart-wit als kleur).
Zie
Factoren die de prestaties
van de printer beïnvloeden als de
prestatie van de printer minder is.
Drukt af op verschillende
afdrukmaterialen. Zie
Ondersteunde papiergewichten
en -formaten voor meer informatie.
MIPS RISC-processor (350 MHz)
Geheugen 64 MB SDRAM-geheugen
(Synchronous Dynamic
Random Access Memory).
(Synchronous Dynamic Random
Access Memory).
Uitbreidbaar tot 448 MB.
Gebruikers-
interface
Grafisch uitleesvenster op het
bedieningspaneel.
Verbeterde Help op het
bedieninsgpaneel.
HP werkset (een
webtoepassing voor informatie
over status en problemen
oplossen).
Printerdrivers voor Windows en
Apple Macintosh.
Grafisch uitleesvenster op het
bedieningspaneel.
Verbeterde Help op het
bedieninsgpaneel.
HP werkset (een webtoepassing
voor informatie over status en
problemen oplossen).
Printerdrivers voor Windows en
Apple Macintosh.
Ingebouwde webserver voor
toegang tot ondersteuning en
bestelmogelijkheden voor
printerbenodigdheden
(beheerhulpmiddel voor printers
die op een netwerk zijn
aangesloten).
Ondersteunde
printer-
personality's
HP JetReady 4.1 HP PCL 6.
PostScript 3-emulatie.
Automatisch schakelen tussen
printertalen.
Opslagfuncties Niet van toepassing. Lettertypen en formulieren.
NLWW Printerfuncties 7
128 MB SDRAM-geheugen
HP Color LaserJet 3550 series
printer
HP Color LaserJet 3700 series
printer
Milieu-
voorzieningen
PowerSave-instelling.
Groot aantal onderdelen
geschikt voor recycling.
Voldoet aan Energy Star.
PowerSave-instelling.
Groot aantal onderdelen geschikt
voor recycling.
Voldoet aan Energy Star.
Lettertypen Niet van toepassing. 80 interne lettertypen beschikbaar
voor de PCL-printertaal en voor
PostScript-emulatie.
80 schermlettertypen in
TrueType™-formaat geleverd bij
de software.
Papierverwerking Drukt af op papier van 76 bij
127 mm tot 215 bij 355 mm.
Drukt af op papier met een
gewicht van 60 g/m
2
tot 163 g/m
2
.
Drukt af op een
verscheidenheid van
afdrukmateriaal waaronder
glanspapier, zwaar papier,
etiketten, film, transparanten en
enveloppen.
Meerdere glansniveaus.
Een papierinvoer voor 250 vel
(Lade 2) die de papierformaten
Letter, Legal, Executive,
Executive (JIS), A4, A5, B5
(JIS), B5 (ISO) en 216 bij 330
mm ondersteunt.
Optionele papierinvoer voor
500 vel die de papierformaten
letter en A4 (Lade 3)
ondersteunt. Zie
Ondersteunde
papiergewichten en -formaten
voor meer informatie.
Een uitvoerbak voor 150 vel
(boven) met de afdrukkant naar
beneden en een uitvoerbak
voor 25 vel (achter) met de
afdrukkant naar boven.
Drukt af op papier van 76 bij 127
mm tot 215 bij 355 mm.
Drukt af op papier met een
gewicht van 60 g/m
2
tot 163 g/m
2
.
Drukt af op een verscheidenheid
van afdrukmateriaal waaronder
glanspapier, zwaar papier,
etiketten, film, transparanten en
enveloppen.
Meerdere glansniveaus.
Een papierinvoer voor 250 vel
(Lade 2) die de papierformaten
Letter, Legal, Executive,
Executive (JIS), A4, A5, B5 (JIS),
B5 (ISO) en 216 bij 330 mm
ondersteunt.
Optionele papierinvoer voor 500
vel die de papierformaten letter
en A4 (Lade 3) ondersteunt. Deze
wordt standaard geleverd bij de
HP Color LaserJet 3700dtn
printer (Lade 3). Zie
Ondersteunde papiergewichten
en -formaten voor meer informatie.
Een uitvoerbak voor 150 vel
(boven) met de afdrukkant naar
beneden en een uitvoerbak voor
25 vel (achter) met de afdrukkant
naar boven.
Automatisch dubbelzijdig
afdrukken op de HP Color
LaserJet 3700dn en 3700dtn.
Functies (vervolg)
8 Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printer NLWW
HP Color LaserJet 3550 series
printer
HP Color LaserJet 3700 series
printer
Accessoires Optionele papierinvoer voor
500 vel die de papierformaten
letter en A4 (Lade 3)
ondersteunt.
Optionele papierinvoer voor 500
vel (Lade 3) die de
papierformaten letter en A4
ondersteunt. Deze wordt
standaard geleverd bij de
HP Color LaserJet 3700dtn
(Lade 3).
DIMM-modules (Dual Inline
Memory Modules).
Optionele flash-DIMM.
Connectiviteit Interface met USB-kabel (Hi-
Speed Universal Serial Bus 2.0).
HP Jetdirect en3700 externe
printserver; standaard op de
HP Color LaserJet 3550n printer.
HP Web Jetadmin-software.
Standaardinterface met een
bidirectionele parallelle kabel
(voldoet aan IEEE -1284) voor
neerwaartse compatibiliteit.
Interface met USB-kabel
(Universal Serial Bus).
Optioneel verkrijgbare EIO-
netwerkkaart (Enhanced Input/
Output); standaard op de
HP Color LaserJet 3700n,
3700dn en 3700dtn printers.
Ingebouwde webserver van HP
HP Web Jetadmin-software.
Toebehoren De statuspagina biedt
informatie over het niveau van
de toner, het aantal afgedrukte
pagina's en het geschatte
aantal resterende pagina's.
Inktcartridges hoeven niet te
worden geschud.
Printer controleert of nieuw
geïnstalleerde inktcartridges
van HP zijn.
Bestellen van
printerbenodigdheden via het
internet (met HP werkset).
De statuspagina biedt informatie
over het niveau van de toner, het
aantal afgedrukte pagina's en het
geschatte aantal resterende
pagina's.
Inktcartridges hoeven niet te
worden geschud.
Printer controleert of nieuw
geïnstalleerde inktcartridges van
HP zijn.
Bestellen van
printerbenodigdheden via het
internet (via de ingebouwde
webserver en HP werkset).
Toegang On line gebruikershandleiding
geschikt voor schermlezers.
U kunt tonercartridges met één
hand installeren en verwijderen.
U kunt alle panelen en kleppen
met één hand openen.
U kunt afdrukmateriaal met één
hand in Lade 1 plaatsen.
On line gebruikershandleiding
geschikt voor schermlezers.
U kunt tonercartridges met één
hand installeren en verwijderen.
U kunt alle panelen en kleppen
met één hand openen.
U kunt afdrukmateriaal met één
hand in Lade 1 plaatsen.
Functies (vervolg)
NLWW Printerfuncties 9
Overzicht
De volgende afbeeldingen geven een overzicht van de naam en de plaats van de
belangrijkste onderdelen van de printer.
Vooraanzicht (afgebeeld met papierinvoer voor 500 vel)
1 aan/uit-schakelaar
2 Lade 3 (optioneel; 500 vel normaal papier)
3 Lade 2 (250 vel normaal papier)
4 Lade 1
5 voorklep
6 printerbedieningspaneel
7 verlengstuk voor uitvoerbak, voor gebruik met B5 (JIS), B5 (ISO) en papier van 216 x 356 mm
8 uitvoerbak
9 DIMM-toegangsklep (bij de HP Color LaserJet 3700 series printer)
Zij- en achteraanzicht
1 bovenklep aan de achterzijde
2 parallelle verbinding (bij de HP Color LaserJet 3700 series printer)
3 onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak)
4 USB-verbinding
5 voedingsaansluiting
6 Lade 3 (optioneel)
7 aan/uit-schakelaar
8 EIO-aansluiting (bij de HP Color LaserJet 3700 series printer)
9 DIMM-toegangsklep (bij de HP Color LaserJet 3700 series printer)
10 Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printer NLWW
Printersoftware
Bij de printer hebt u een cd-rom gekregen met daarop de afdruksysteemsoftware. De
softwareonderdelen en printerdrivers op deze cd-rom maken het mogelijk ten volle gebruik
te maken van de mogelijkheden van de printer. Instructies voor het installeren van deze
software vindt u in de beknopte handleiding.
Opmerking
De nieuwste informatie over de verschillende componenten van de afdruksysteemsoftware
vindt u in de Leesmij-bestanden op de cd-rom.
Hieronder volgt een beknopt overzicht van de software op de cd-rom. Het afdruksysteem
omvat software voor eindgebruikers en netwerkbeheerders van de volgende
besturingssystemen:
Microsoft Windows 98, ME en NT 4.0
Microsoft Windows 2000, XP 32-bits en XP 64-bits
Apple Mac OS versie 9.1 of hoger en Mac OS X versie 10.1 of hoger
Opmerking
Zie Netwerkconfiguratie voor een overzicht van alle netwerkomgevingen die door de
netwerkbeheersoftware worden ondersteund.
Ga voor een lijst van printerdrivers, bijgewerkte printersoftware van HP en informatie over
productondersteuning voor de HP Color LaserJet 3550 series printer naar http://www.hp.com/
support/clj3550. Ga naar http://www.hp.com/support/clj3700 voor de HP Color LaserJet
3700 series printer.
Printerdrivers
Printerdrivers geven toegang tot de printerfuncties en zorgen ervoor dat de computer met de
printer kan communiceren. De volgende printerdrivers worden bij de printer geleverd op een
cd-rom.
Opmerking
De HP Color LaserJet 3550 bevat geen PCL en PDL (Page Description Languages) voor
PostScript. De HP Color LaserJet 3550 gebruikt de HP JetReady 4.1 PDL, een printertaal
voor hosts. Met HP JetReady 4.1 worden zowel de computer als de printer gebruikt voor het
genereren van de afgedrukte pagina in een Windows- of Macintosh-omgeving. HP JetReady
4.1 zet de vooraf gegenereerde bestanden over van de hostcomputer naar de printer en
geeft instructies aan de printer zodat de pagina's kunnen worden omgezet naar afdrukbare
gegevens.
Printerdrivers voor de HP Color LaserJet 3550 series printer
Besturingssysteem
1
JetReady 4.1
Windows 98, ME
Windows NT 4.0
Windows 2000
Windows XP (32-bits)
Windows XP (64-bits)
Windows Server 2003 (32-bits)
NLWW Printersoftware 11
Besturingssysteem
1
JetReady 4.1
Windows Server 2003 (64-bits)
Macintosh OS
1
Niet alle functies van de printer zijn beschikbaar vanuit alle drivers of besturingssystemen.
Welke mogelijkheden in uw driver beschikbaar zijn, kunt u vinden in de on line Help.
Printerdrivers voor de HP Color LaserJet 3700 series printer
Besturingssysteem
1
PCL 6 PS-emulatie
Windows 98, ME
Windows NT 4.0
Opmerking
Windows NT biedt geen ondersteuning
voor USB
Windows 2000
2
Windows XP (32-bits)
2
Windows XP (64-bits)
2
,
3
Windows Server 2003 (32-bits)
Windows Server 2003 (64-bits)
Macintosh OS
1
Niet alle functies van de printer zijn beschikbaar vanuit alle drivers of besturingssystemen.
Welke mogelijkheden in uw driver beschikbaar zijn, kunt u vinden in de on line Help.
2
Voor Windows 2000 en Windows XP (32-bits en 64-bits) kunt u de PCL 5-driver
downloaden van http://www.hp.com/go/clj3700software.
3
Voor Windows XP (64-bits) kunt u de PCL 6-driver downloaden van http://www.hp.com/go/
clj3700software.
Opmerking
Als tijdens de installatie van de software niet automatisch is gezocht naar de meest recente
drivers op het internet, kunt u de drivers downloaden voor de HP Color LaserJet 3550 series
printer via de URL: http://www.hp.com/support/lj5500. Ga naar http://www.hp.com/go/
clj3700_software voor de HP Color LaserJet 3700 series printer.
Extra drivers
De volgene drivers zijn niet opgenomen op de cd-rom, maar zijn wel beschikbaar via
http://www.hp.com/go/clj3700software. Deze drivers zijn alleen voor de HP Color LaserJet
3700 series printer.
OS/2 PS- en PCL-printerdriver
UNIX-modelscripts
Linux-drivers
Opmerking
De drivers voor OS/2 zijn verkrijgbaar bij IBM en worden bij OS/2 geleverd. Deze drivers zijn
niet beschikbaar voor de talen Traditioneel Chinees, Vereenvoudigd Chinees, Koreaans en
Japans.
Printerdrivers voor de HP Color LaserJet 3550 series printer (vervolg)
12 Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printer NLWW
Software voor netwerken
Zie de Handleiding voor HP Jetdirect printservers voor beheerders voor een overzicht van
verkrijgbare HP software voor netwerkinstallatie en configuratie. Deze handleiding kunt u
vinden op de cd die bij de printer is geleverd.
HP Web Jetadmin
Met HP Web Jetadmin kunt u met een browser de printers beheren die via HP Jetdirect zijn
aangesloten op het intranet. HP Web Jetadmin is een op de browsertechnologie gebaseerd
beheerhulpmiddel en moet alleen op de netwerkcomputer van de beheerder worden
geïnstalleerd. Het kan op een aantal verschillende systemen worden geïnstalleerd en
uitgevoerd.
Ga naar HP Online Klantenondersteuning op http://www.hp.com/go/webjetadmin voor de
meest recente versie van HP Web Jetadmin of een recente lijst met de meeste
ondersteunde hostservers.
Als HP Web Jetadmin op een hostserver is geïnstalleerd, is het programma vanaf elke
clientcomputer toegankelijk via een ondersteunde webbrowser, zoals Microsoft Internet
Explorer 4.x of Netscape Navigator 4.x of hoger. In de browser kunt u naar de HP Web
Jetadmin-host navigeren.
HP Web Jetadmin 6.5 of hoger beschikt over de volgende functies:
De taakgeoriënteerde gebruikersinterface biedt configureerbare weergaven, waardoor
netwerkbeheerders veel tijd kunnen besparen.
Met de aanpasbare gebruikersprofielen kunnen netwerkbeheerders ervoor zorgen dat
alleen de bekeken of gebruikte functie wordt opgenomen.
Onmiddellijke waarschuwingen per e-mail voor apparatuurdefecten, benodigdheden die
bijna op zijn en overige printerproblemen worden nu naar verschillende personen
verzonden.
Installatie-op-afstand en beheer-vanaf-waar-dan-ook met behulp van een standaard
webbrowser.
Met geavanceerde autodetectie wordt gezocht naar randapparatuur in het netwerk,
zodat de beheerder niet elke printer handmatig in de database hoeft in te voeren.
Eenvoudige integratie in beheertoepassingen voor de onderneming.
Snel zoeken naar randapparatuur gebaseerd op parameters, zoals het IP-adres, de
kleurcapaciteit of de naam van het model.
Eenvoudig organiseren van randapparatuur in logische groepen, met virtuele
kantoorplattegronden voor gemakkelijke navigatie.
Ga voor de meest recente informatie over HP Web Jetadmin naar de URL:
http://www.hp.com/go/webjetadmin.
UNIX
Het HP Jetdirect-printerinstallatieprogramma voor UNIX is een eenvoudig hulpprogramma
voor het installeren van printers op HP-UX- en Solaris-netwerken. U kunt deze software
downloaden via HP Online Klantenondersteuning op de volgende URL: http://www.hp.com/
support/net_printing.
NLWW Printersoftware 13
Linux
Ga naar http://www.hp.com/go/linux voor meer informatie over ondersteuning van Linux.
Hulpprogramma's
De HP Color LaserJet 3550 series printer en de HP Color LaserJet 3700 series printer zijn
voorzien van verschillende hulpprogramma's waarmee u de printer op een netwerk
eenvoudig kunt controleren en beheren.
HP werkset
De HP werkset is een toepassing die u voor de volgende taken kunt gebruiken:
de printerstatus controleren
de printerinstellingen configureren
informatie over het oplossen van problemen bekijken
on line documentatie bekijken
interne printerpagina's afdrukken
U kunt de HP werkset bekijken wanneer de printer direct is aangesloten op de computer of
wanneer de printer is aangesloten op een netwerk. U kunt de HP werkset alleen gebruiken
als u de software volledig hebt geïnstalleerd.
Ingebouwde webserver (bij de HP Color LaserJet 3700 series printer)
Deze printer is uitgerust met een ingebouwde webserver die toegang geeft tot informatie
over de printer- en netwerkactiviteiten. Een webserver biedt een omgeving waarin
webtoepassingen kunnen worden uitgevoerd, net zoals een besturingssysteem, zoals
Windows, een omgeving biedt waarin computertoepassingen kunnen worden uitgevoerd. De
resultaten van deze toepassingen kunnen vervolgens worden weergegeven door een
webbrowser, zoals Microsoft Internet Explorer of Netscape Navigator.
Een ingebouwde webserver bevindt zich in een hardwareapparaat (zoals een printer) of in
de firmware, in plaats van in software die op een netwerkserver is geladen.
Het voordeel van een ingebouwde webserver is dat deze een interface met de printer biedt
die toegankelijk is voor iedereen met een standaard webbrowser en een op het netwerk
aangesloten computer. Er is geen speciale software die moet worden geïnstalleerd en
geconfigureerd, maar u moet wel een ondersteunde webbrowser op de computer hebben.
Als u naar de ingebouwde webserver wilt gaan, typt u het IP-adres van de printer in de
adresregel van de browser. (Als u het IP-adres niet weet, drukt u een configuratiepagina af.
Meer informatie over het afdrukken van een configuratiepagina vindt u in
Pagina's met
printerinformatie.)
Functies
De ingebouwde webserver van HP dient voor het bekijken van de status van de printer en
de netwerkkaart en voor het beheren van de afdrukfuncties via uw computer. U kunt met de
ingebouwde webserver van HP het volgende doen:
informatie over de printerstatus bekijken
de resterende levensduur van alle benodigdheden bepalen en nieuwe bestellen
de configuratie van laden bekijken en wijzigen
14 Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printer NLWW
de configuratie van het bedieningspaneel van de printer bekijken en wijzigen
interne pagina's bekijken en afdrukken
berichten van printergebeurtenissen en benodigdheden ontvangen
koppelingen naar andere websites maken en aanpassen
de taal selecteren waarin de pagina's van de ingebouwde webserver moeten worden
weergegeven
de netwerkconfiguratie bekijken en wijzigen
ondersteuningsinformatie over de printer en over de huidige printerstatus bekijken.
Zie
Ingebouwde webserver gebruiken (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer)
voor een volledig overzicht van de functies van de ingebouwde webserver.
Overige componenten en hulpprogramma's
Voor gebruikers van Windows en Macintosh-computers en voor netwerkbeheerders zijn
diverse programma's beschikbaar. Een kort overzicht van deze programma's volgt hieronder.
Windows Macintosh OS
Netwerkbeheerder
Een programma voor het
automatisch installeren
van het afdruksysteem
On line webregistratie
HP werkset: een
webtoepassing voor het
controleren van de
printerstatus en -
instellingen voor
gebruikers van
Windows 98, 2000, ME en
XP
PPD-bestanden
(PostScript Printer
Description): voor gebruik
met de Apple PostScript-
drivers die worden
geleverd met het
besturingssysteem van de
Macintosh (Mac OS)
HP werkset: een
webtoepassing voor het
controleren van de
printerstatus en -
instellingen voor
gebruikers van Max OS X,
10.1 en 10.2.
HP Web Jetadmin: een op
browsertechnologie
gebaseerd hulpmiddel
voor systeembeheer.
Raadpleeg
http://www.hp.com/go/
webjetadmin voor de
meest recente software
voor HP Web Jetadmin
HP JetDirect Printer
Installer voor UNIX:
beschikbaar voor
downloaden van
http://www.hp.com /
support /net_printing
NLWW Printersoftware 15
Specificaties voor het afdrukmateriaal
Voor optimale resultaten gebruikt u fotokopieerpapier van 75 g/m
2
tot 90 g/m
2
. Controleer of
het papier van goede kwaliteit is en vrij is van insnijdingen, scheuren, vlekken, losse
deeltjes, stof, kreukels, knikken, vouwen of omkrullende randen.
Ondersteunde papiergewichten en -formaten
Papierformaten voor Lade 1
1
Lade 1 Afmetingen Gewicht of dikte Capaciteit
Minimumformaat papier 76 bij 127 mm
60 tot 163 g/m
2
100 vellen
(75 g/m
2
)
Maximumformaat
papier
216 bij 356 mm
60 tot 163 g/m
2
100 vellen
(75 g/m
2
)
Minimumformaat
glanzend papier
76 bij 127 mm
75 tot 120 g/m
2
Maximale
stapelhoogte: 12 mm
Maximumformaat
glanzend papier
216 bij 356 mm
75 tot 120 g/m
2
Maximale
stapelhoogte: 12 mm
Minimumformaat
transparanten
2
76 bij 127 mm 0,12 tot 0,13 mm dik 50 vellen
Maximumformaat
transparanten
2
216 bij 356 mm 0,12 tot 0,13 mm dik 50 vellen
Minimumformaat
enveloppen
76 bij 127 mm
60 tot 90 g/m
2
10 enveloppen
Maximumformaat
enveloppen
216 bij 356 mm
60 tot 90 g/m
2
10 enveloppen
Minimumformaat etiket 76 bij 127 mm
75 tot 163 g/m
2
50 vellen
Maximumformaat etiket 216 bij 356 mm
75 tot 163 g/m
2
50 vellen
Minimumformaat
kaarten
76 bij 127 mm
2
40 vellen
Maximumformaat
kaarten
216 bij 356 mm
2
40 vellen
1
De printer ondersteunt verschillende aangepaste en standaardformaten van het
afdrukmateriaal. De capaciteit kan verschillen afhankelijk van het materiaalgewicht, de dikte
van het materiaal en de omgevingsomstandigheden. Gladheid: 100 tot 250 (Sheffield). Zie
Printerbenodigdheden en accessoires voor meer informatie over bestellen.
2
Gebruik uitsluitend transparanten die zijn ontwikkeld voor HP Color LaserJet printers. Deze
printer herkent transparanten die niet zijn ontworpen voor gebruik met de HP Color LaserJet
printers. Zie
Menu Afdrukkwaliteit voor meer informatie.
Opmerking
In de volgende tabel worden de standaardpapierformaten weergegeven die de printer
ondersteunt voor Lade 2.
16 Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printer NLWW
135 tot 166 g/m
135 tot 166 g/m
Papierformaten voor Lade 2
1
Lade 2 Afmetingen Gewicht of dikte Capaciteit
Letter 216 bij 279 mm
60 tot 105 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
)
Legal 216 bij 356 mm
60 tot 105 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
)
Executive 184 bij 267 mm
60 tot 105 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
)
Executive (JIS) 216 bij 330 mm
60 tot 105 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
)
A4 210 bij 297 mm
60 tot 105 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
)
A5 148 bij 210 mm
60 tot 105 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
)
B5 (JIS) 182 bij 257 mm
60 tot 105 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
)
B5 (ISO) 176 bij 250 mm
60 tot 105 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
)
1
De capaciteit kan verschillen afhankelijk van het materiaalgewicht, de dikte van het
materiaal en de omgevingsomstandigheden.
Papierformaten voor Lade 3
1
Lade 3 Afmetingen Gewicht of dikte Capaciteit
Letter 215 bij 279 mm
60 tot 105 g/m
2
500 vellen
(75 g/m
2
)
A4 210 bij 296 mm
60 tot 105 g/m
2
500 vellen
(75 g/m
2
)
1
De capaciteit kan verschillen afhankelijk van het materiaalgewicht, de dikte van het
materiaal en de omgevingsomstandigheden.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken (beschikbaar op bepaalde modellen van de
HP LaserJet 3700 series printer)
1
Automatisch dubbelzijdig
afdrukken
Afmetingen Gewicht of dikte
Letter 216 bij 279 mm
60 tot 105 g/m
2
Legal 216 bij 356 mm
60 tot 105 g/m
2
A4 210 bij 297 mm
60 tot 105 g/m
2
1
De printer drukt automatisch af op papier met een gewicht tot 163 gm
2
. Automatisch
afdrukken op papier dat zwaarder is, kan echter leiden tot onverwachte resultaten.
Handmatig dubbelzijdig afdrukken. Op alle ondersteunde papierformaten en -soorten die
vanuit Lade 1 worden afgedrukt, kan handmatig dubbelzijdig worden afgedrukt. Zie
Dubbelzijdig afdrukken (duplex) voor meer informatie.
NLWW Specificaties voor het afdrukmateriaal 17
18 Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printer NLWW
Bedieningspaneel
Dit hoofdstuk bevat informatie over het bedieningspaneel van de printer, waaronder de
printerfuncties en gegevens over de printer en de afdruktaken. De volgende onderwerpen
komen aan bod:
Overzicht van het bedieningspaneel
Menu's van het bedieningspaneel
Menuoverzicht
Menu Informatie
Menu Papierverwerking
Menu Apparaat configureren
Menu Diagnostiek
Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel veranderen
Het bedieningspaneel gebruiken als de printer wordt gedeeld
NLWW 19
Overzicht van het bedieningspaneel
Het bedieningspaneel biedt functies voor de bediening van de printer en geeft informatie
weer over de printer en over afdruktaken. Het uitleesvenster biedt grafische informatie over
de printer en de status van de printerbenodigdheden zodat u gemakkelijker problemen kunt
opsporen en oplossen.
Knoppen en lampjes op het bedieningspaneel
1
Help (
) (knop)
2 Terug (
) (knop)
3 Klaar (lampje)
4 Menu (knop)
5 Gegevens (lampje)
6 Attentie (lampje)
7 Stop (knop)
8 Omlaag (
) (knop)
9 Selecteren (
) (knop)
10 Omhoog (
) (knop)
11 Inktcartridgeniveau (lampje)
12 uitleesvenster
De printer biedt informatie via het uitleesvenster en de lampjes in het onderste gedeelte van
het bedieningspaneel. De lampjes Klaar, Gegevens en Attentie bieden overzichtelijke
informatie over de status van de printer en waarschuwen u voor afdrukproblemen. Het
uitleesvenster biedt verdere statusinformatie, menu's, Help-informatie en foutberichten.
Knoppen op het bedieningspaneel
U kunt de knoppen op het bedieningspaneel gebruiken voor het uitvoeren van printerfuncties
en voor het doorlopen van de menu's en berichten in het uitleesvenster.
Knop Functie
Selecteren Hiermee kunt u selecties maken, het afdrukken
hervatten na wisbare fouten en inktcartridges
activeren die niet van HP zijn.
20 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
Knop Functie
Pijl omhoog
Pijl omlaag
Dient voor het doorlopen van menu's en tekst en
voor het verhogen of verlagen van numerieke
opties in het uitleesvenster.
Terug Springt terug in de menu's.
Menu Dient voor het openen en afsluiten van menu's.
Stop Hiermee kunt u de huidige taak onderbreken,
kunt u de huidige afdruktaak hervatten of
annuleren, kunt u papier uit de printer
verwijderen en kunt u wisbare fouten bij de
onderbreken taak verwijderen.
Help
Hiermee krijgt u gedetailleerde informatie over
printerberichten en menu's.
Lampjes op het bedieningspaneel
Lampje Aan Uit Knippert
Klaar
(groen)
Printer is on line (klaar
om gegevens te
ontvangen en af te
drukken)
Printer is off line
(onderbroken) of is
uitgeschakeld.
Printer probeert het
afdrukken te
beëindigen en offline
te gaan. Dit gebeurt
meestal in reactie op
een verzoek van de
gebruiker om de
huidige afdruktaak te
onderbreken.
Gegevens
(groen)
Er zijn verwerkte
gegevens in de printer
aanwezig, maar er zijn
nog meer gegevens
nodig om de
afdruktaak te kunnen
voltooien. Ook kan
afdruktaak zijn
onderbroken of kan er
sprake van fouten die
moeten worden
verholpen.
Printer kan geen
gegevens verwerken
of ontvangen.
Printer verwerkt of
ontvangt gegevens.
Attentie
(geel)
Er heeft zich een
kritieke fout
voorgedaan. De
printer heeft aandacht
nodig.
Er zijn geen
omstandigheden meer
aanwezig die
aandacht vragen.
Er heeft zich een fout
voorgedaan. De
printer heeft aandacht
nodig.
Uitleesvenster
Het uitleesvenster van de printer biedt snel volledige informatie over de printer en de
afdruktaken. Het niveau van de benodigdheden worden aangegeven met afbeeldingen. De
menu's bieden toegang tot de printerfuncties en tot gedetailleerde informatie.
NLWW Overzicht van het bedieningspaneel 21
Het hoofdscherm van het uitleesvenster beschikt over twee gebieden: bericht/prompt en
meter voor benodigdheden.
Uitleesvenster van de printer
1 Berichten/prompt-gebied
2 Meter voor de benodigdheden
3 Kleurinktcartridges van links naar rechts: zwart, cyaan, magenta en geel
Het bericht- en het promptgebied bieden informatie over de staat van de printer en laten u
weten hoe u verder moet handelen.
De meter voor de benodigdheden toont het niveau in de inktcartridges (zwart, magenta, geel
en cyaan). Als een inktcartridge is geïnstalleerd die niet van HP is, wordt er wellicht een
weergegeven in plaats van het inktniveau. De meter voor benodigdheden wordt altijd met
het bericht Gereed weergegeven en wanneer de printer een waarschuwing of foutbericht
over een inktcartridge weergeeft.
Toegang tot het bedieningspaneel via een computer
Met de HP werkset of de instellingspagina van de ingebouwde webserver kunt u tevens
toegang krijgen tot het bedieningspaneel van de printer via een computer.
Op de computer wordt dezelfde informatie weergegeven als op het bedieningspaneel.
Verder kunt u via de computer een aantal functies van het bedieningspaneel uitvoeren,
zoals het controleren van de printerbenodigdheden, het bekijken van berichten en het
veranderen van de configuratie van de laden. Zie
De HP werkset gebruiken of Ingebouwde
webserver gebruiken (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) voor meer
informatie.
22 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
Menu's van het bedieningspaneel
U kunt de meeste dagelijkse afdruktaken in de computer uitvoeren via de printerdriver of het
programma. Dit is de eenvoudigste manier om de printer te bedienen. Wijzigingen die u
aanbrengt met de computer hebben voorrang op de instellingen op het bedieningspaneel.
Raadpleeg de bijbehorende Help-bestanden van de software of raadpleeg
Printersoftware
voor meer informatie over het openen van de printerdriver.
U kunt de printer ook bedienen door instellingen te wijzigen in het bedieningspaneel van de
printer. Via het bedieningspaneel kunt u toegang krijgen tot printerfuncties die niet worden
ondersteund door de printerdriver en het programma. U gebruikt het bedieningspaneel voor
het configureren van de laden voor bepaalde soorten afdrukmateriaal en formaten.
Aan de slag
Met de volgende knoppen u door de menu's van het bedieningspaneel bladeren.
Knop Functie
Selecteren Maakt een selectie en hervat het afdrukken na
een wisbare waarschuwing.
Pijl omhoog
Pijl omlaag
Dient voor het doorlopen van menu's en tekst en
voor het verhogen of verlagen van numerieke
opties in het uitleesvenster. Houd de pijlen
ingedrukt om sneller door de opties te bladeren.
Terug Springt terug in de menu's.
Menu Dient voor het openen en afsluiten van menu's.
Gereed Als er 60 seconden niet op een knop wordt
gedrukt, keert de printer terug naar de status
Gereed.
Hangslotsymbool
Het menu is door de netwerkbeheerder
vergrendeld.
NLWW Menu's van het bedieningspaneel 23
Menuoverzicht
In de volgende tabellen vindt u een overzicht van ieder menu.
De menu's openen
1. Druk één keer op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
of om naar het overzicht te gaan.
3. Druk op
om de gewenste optie te selecteren.
4. Druk op
om naar het vorige niveau terug te gaan.
5. Druk op M
ENU
om MENU'S te verlaten.
6.
Druk op
om extra informatie over een menu weer te geven.
MENU'S Informatie
PAPIERVERWERKING
Apparaat configureren
DIAGNOSTIEK
SERVICE
Menu Informatie
Zie Menu Informatie voor meer informatie.
Informatie MENUSTRUCTUUR AFDRUKKEN
CONFIGURATIE AFDRUKKEN
STATUSPAGINA BENODIGDH. AFDR.
STAT. BENODIGDHDN
GEBRUIKSGEGEVENS AFDRUKKEN (voor de
HP Color LaserJet 3700 series printer)
DEMO AFDRUKKEN
BESTANDSDIRECTORY AFDRUKKEN (voor
de HP Color LaserJet 3700 series printer)
PCL-LETTERTYPEN OVERZICHT AFDRUK.
(voor de HP Color LaserJet 3700 series printer)
PS-LETTERTYPEN- OVERZICHT AFDRUK.
(voor de HP Color LaserJet 3700 series printer)
Menu Papierverwerking
Zie Menu Papierverwerking voor meer informatie.
24 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
PAPIERVERWERKING LADE 1 FORMAAT
LADE 1 TYPE
LADE 2 FORMAAT
LADE 2 TYPE
LADE 3 FORMAAT
LADE 3 TYPE
Menu Apparaat configureren
Zie Menu Apparaat configureren en Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel
veranderen voor meer informatie.
Apparaat configureren AFDRUKKEN EXEMPLAREN
Standaard papierformaat:
STAND. AANGEPAST
PAPIERFORMAAT
DUBBELZIJDIG (voor de
HP Color LaserJet 3700dn en
3700dtn)
DUPLEX BINDEN (voor de
HP Color LaserJet 3700dn en
3700dtn)
A4/LETTER VERVANGEN
HANDMATIG INVOEREN
LETTERTYPE COURIER (voor
de HP Color LaserJet 3700
series printer)
BREDE A4 (voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer)
Afdrukken PS fouten: (voor
de HP Color LaserJet 3700
series printer)
PCL
AFDRUKKWALITEIT KLEUR AANPASSEN
KALIBRATIE INSTELLEN
FUSERMODI
AUTODETECTIEMODUS
INKTJET TRANSPARANTEN
OPTIMALISEREN
NU KALIBREREN
REINIGINGSPAGINA MAKEN
REINIGINGSPAGINA
VERWERKEN
NLWW Menuoverzicht 25
SYSTEEM- INSTELLINGEN ADRES WEERGEVEN
(beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer)
OPTIMALE SNELHEID/
KOSTEN
GEDRAG VAN LADE
POWERSAVE-TIJD
HELDERHEID WEERGEVEN
PERSONALITY (voor de
HP Color LaserJet 3700 series
printer)
WISBARE BERICHTEN (voor
de HP Color LaserJet 3700
series printer)
AUTOM. DOORGAAN
BENDIGDH. BIJNA OP
Storing verhelpen:
ram_disk (voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer)
Taal
I/O I/O TIME-OUT
PAGINA
BUFFERINSTELLINGEN
PARALLELLE INVOER (voor
de HP Color LaserJet 3700
series printer)
EIO X (voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer)
HERSTEL FABRIEKSINST.
HERSTELLEN
POWERSAVE
RESET BENODIGDHDN
Menu Diagnostiek
Zie Menu Diagnostiek voor meer informatie.
26 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
DIAGNOSTIEK GEBEURTENISLOG- BOEK AFDRUKKEN
GEBEURTENISLOG- BOEK WEERGEVEN
PQ PROBLEEMOPLOSSING
CARTRIDGE CONTR. UITSCHAKELEN
SENSOREN PAPIERBAAN
PAPIERBAANTEST
HANDMATIGE SENSORTEST
ONDERDELENTEST
TEST AFDRUKKEN/STOPPEN
NLWW Menuoverzicht 27
Menu Informatie
U kunt het menu Informatie gebruiken voor toegang tot bepaalde printerinformatie en het
afdrukken ervan.
Menuoptie Omschrijving
MENUSTRUCTUUR AFDRUKKEN Drukt een overzicht af van het menu van het
bedieningspaneel waarop u de lay-out en de
instelling van de diverse opties van het menu
van het bedieningspaneel kunt zien. Zie
Pagina's met printerinformatie.
CONFIGURATIE AFDRUKKEN Hiermee drukt u de configuratiepagina van de
printer af.
STATUSPAGINA BENODIGDH. AFDR. Maakt een afdruk van de resterende levensduur
van de benodigdheden en rapporteert gegevens
over het totaal aantal afgedrukte pagina's en de
verwerkte taken, de productiedatum van de
inktcartridges, het serienummer, het aantal
afgedrukte pagina's en onderhoudsinformatie.
STAT. BENODIGDHDN Toont de status van de benodigdheden in een
lijst.
GEBRUIKSGEGEVENS AFDRUKKEN Maakt een afdruk van alle materiaalformaten die
door de printer zijn gevoerd; geeft aan of de
afdrukken enkelzijdig (simplex), dubbelzijdig
(duplex), zwart-wit of in kleur zijn; en rapporteert
het aantal pagina's.
Beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
DEMO AFDRUKKEN Drukt een demonstratiepagina af.
BESTANDSDIRECTORY AFDRUKKEN Maakt een afdruk van de naam en de directory
van de bestanden die in de printer zijn
opgeslagen.
Beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
PCL-LETTERTYPEN OVERZICHT AFDRUK. Maakt een afdruk van de beschikbare PCL-
lettertypen.
Beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
PS-LETTERTYPEN- OVERZICHT AFDRUK. Maakt een afdruk van de beschikbare PS-
lettertypen (PostScript-emulatie).
Beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
28 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
Menu Papierverwerking
Via het menu Papierverwerking kunt u de laden configureren op soort en formaat. Het is
belangrijk om door middel van dit menu de laden juist te configureren alvorens u voor het
eerst afdrukt.
Opmerking
Als u eerdere HP LaserJet printers hebt gebruikt, bent u wellicht gewend om Lade 1 te
configureren in de Eerste modus of de Cassettemodus. Als u de instellingen voor de Eerste
modus wilt nabootsen, configureert u Lade 1 met formaat = ELK FORMAAT en type = ELK
SOORT. Als u de instellingen van de Cassettemodus wilt nabootsen, stelt u de soort of het
formaat voor Lade 1 in op een andere instelling dan ELK FORMAAT of ELK SOORT.
Menuoptie
Waarde Omschrijving
LADE 1 FORMAAT Er wordt een lijst met de
beschikbare formaten
weergegeven.
Dient voor het configureren van
het papierformaat voor Lade 1.
De standaardinstelling is ELK
FORMAAT. Zie
Ondersteunde
papiergewichten en -formaten
voor een volledig overzicht van
de beschikbare formaten.
LADE 1 TYPE Er wordt een lijst met de
beschikbare typen
weergegeven.
Dient voor het configureren van
het papiertype voor Lade 1. De
standaardinstelling is ELK
SOORT. Zie
Ondersteunde
papiergewichten en -formaten
voor een volledig overzicht van
de beschikbare soorten.
LADE 2 FORMAAT
LADE 3 FORMAAT
Er wordt een lijst met de
beschikbare formaten
weergegeven.
Hiermee kunt u het
papierformaat voor Lade 2 of
Lade 3 configureren. De
standaardinstelling is Letter of
A4, afhankelijk van het land/de
regio. Zie
Ondersteunde
papiergewichten en -formaten
voor een volledig overzicht van
de beschikbare formaten.
LADE 2 TYPE
LADE 3 TYPE
Er wordt een lijst met de
beschikbare typen
weergegeven.
Hiermee kunt u de papiersoort
voor Lade 2 of Lade 3
configureren. De
standaardinstelling is
GEWOON. Zie Ondersteunde
papiergewichten en -formaten
voor een volledig overzicht van
de beschikbare soorten.
NLWW Menu Papierverwerking 29
Menu Apparaat configureren
Met het menu Apparaat configureren kunt u de standaardafdrukinstellingen wijzigen of
opnieuw instellen, de afdrukkwaliteit aanpassen en de systeemconfiguratie en de I/O-opties
wijzigen.
Menu Afdrukken
Deze instellingen zijn alleen van toepassing op taken zonder specifieke eigenschappen.
Voor de meeste taken worden alle eigenschappen specifiek opgegeven en worden de
instellingen in dit menu tenietgedaan. Met dit menu kunt u ook de standaardinstellingen voor
papierformaat en -type opgeven.
Menuoptie Waarden Omschrijving
EXEMPLAREN 1–32.000 Dient voor instelling van het
standaardaantal exemplaren. Het
standaardaantal exemplaren is 1.
Standaard papierformaat: Er wordt een lijst met de beschikbare
formaten weergegeven.
Dient voor het instellen van het
standaardpapierformaat.
STAND. AANGEPAST
PAPIERFORMAAT
MAATEENHEID
X-GROOTTE Y-GROOTTE
Dient voor het instellen van
standaardafmetingen voor aangepaste
taken zonder formaat. Beschikbaar
voor Lade 1.
DUBBELZIJDIG UIT
AAN
Dient voor het in- en uitschakelen van
de duplexfunctie (automatisch
dubbelzijdig afdrukken). De
standaardwaarde is UIT. U kunt deze
instelling tenietdoen in de printerdriver.
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700dn en 3700dtn printer.
DUPLEX BINDEN LANGE RAND
KORTE RAND
Hiermee kunt u instellen of een
dubbelzijdige afdruktaak aan de lange
zijde of de korte zijde wordt afgedrukt.
A4/LETTER VERVANGEN NEE
JA
Hiermee kunt u instellen dat A4-
formaat wordt afgedrukt op papier van
Letter-formaat wanneer er geen papier
van A4-formaat in de printer is
geplaatst of dat Letter-formaat wordt
afgedrukt op papier van A4-formaat
wanneer er geen papier van Letter-
formaat is geplaatst. De
standaardwaarde is NEE.
HANDMATIG INVOEREN AAN
UIT
De standaardwaarde is UIT. Als u de
optie instelt op AAN, wordt
HANDMATIG INVOEREN de
standaardwaarde voor taken waarbij
geen lade wordt geselecteerd. U kunt
deze instelling tenietdoen in de
printerdriver.
30 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
Menuoptie Waarden Omschrijving
LETTERTYPE COURIER NORMAAL
DONKER
Dient voor het selecteren van een van
de beschikbare versies van het
lettertype Courier. De
standaardwaarde is NORMAAL.
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer.
BREDE A4 NEE
JA
Dient voor het veranderen van het
afdrukgebied van het A4-formaat zodat
80 10-pitch tekens op een enkele regel
passen. De standaardwaarde is NEE.
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer.
Afdrukken PS fouten: UIT
AAN
Dient voor het in- of uitschakelen van
pagina's met PS-fouten (emulated
PostScript). De standaardwaarde is UIT.
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer.
NLWW Menu Apparaat configureren 31
Menuoptie Waarden Omschrijving
PCL PAGINALENGTE
AFDRUKSTAND
BRON LETTERTYPEN
GROOTTE LETTERTYPE
PITCH LETTERTYPE
PUNTGROOTTE LETTERTYPE
SYMBOOLSET
CR AAN LF TOEVOEGEN
BLANCO PAGINA'S
ONDERDRUKKEN
Dient voor het configureren van de
instellingen voor de printertaal.
Met PAGINALENGTE stelt u het
aantal regels per pagina in. De
standaardwaarde is 0.
Met AFDRUKSTAND bepaalt u of de
pagina wordt opgemaakt langs de
lange zijde of de korte zijde. De
standaardwaarde is STAAND
(beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer).
Met BRON LETTERTYPEN selecteert
u welk lettertype wordt gebruikt op het
bedieningspaneel van de printer. De
standaardwaarde is INTERN.
GROOTTE LETTERTYPE is het getal
van het lettertype dat u selecteert. Als
dit lettertype een contourlettertype is,
kunt u met PITCH LETTERTYPE de
pitch van een lettertype met een vaste
letterafstand instellen. De
standaardwaarde is 10,00
(beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer).
Met PUNTGROOTTE LETTERTYPE
wordt de grootte van een geselecteerd
lettertype met een vaste letterafstand
ingesteld. Het standaardlettertype is 12
punten.
Met SYMBOOLSET stelt u in welke
symbolenset wordt gebruikt op het
bedieningspaneel van de printer. De
standaardwaarde is PC-8.
Met CR AAN LF TOEVOEGEN kunt u
instellen of een regelinvoer wordt
toegevoegd aan elke regelterugloop bij
een neerwaarts compatibele PCL-taak.
De standaardwaarde is NEE.
Met BLANCO PAGINA'S
ONDERDRUKKEN kunt u instellen of
lege pagina's in PCL-taken
automatisch worden onderdrukt. JA
betekent dat lege pagina's worden
onderdrukt (beschikbaar voor de
HP Color LaserJet 3700 series printer.
Menu Afdrukkwaliteit
Dit menu dient voor het aanpassen van alle aspecten van de afdrukkwaliteit, waaronder
instellingen voor de kalibratie, registratie en de kleurhalftonen.
32 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
Menuoptie Waarden Omschrijving
KLEUR AANPASSEN CYAANDICHTHEID
MAGENTADICHTHEID
GEELDICHTHEID
ZWARTDICHTHEID
KLEURWAARDEN
HERSTELLEN
Dient voor het aanpassen van
de halftooninstellingen voor
iedere kleur apart. De
standaardwaarde voor elke
kleur is 0.
KALIBRATIE INSTELLEN TESTPAGINA AFDRUKKEN
Bron
LADE 1
LADE 2
LADE 3
Dient voor het uitlijnen van de
afbeelding voor enkelzijdig en
dubbelzijdig afdrukken. De
standaardwaarde voor Bron is
LADE 2. De standaardwaarde
voor de subitems LADE 1,
LADE 2 en LADE 3 is 0.
AUTODETECTIEMODUS ALLEEN TRANSPARANT
UITGEBR. DETECT.
Als een lade is ingesteld op
GEWOON of ELK FORM en in
de afdruktaak geen
materiaalsoort is opgegeven,
wordt de afdrukkwaliteit
aangepast aan de
materiaalsoort die door de
printer wordt herkend. De
standaardwaarde is ALLEEN
TRANSPARANT, waarmee
transparanten, glanzend papier
en tough paper worden herkend.
INKTJET TRANSPARANTEN WEIG.-BEV. FUSER
ACCEPT.-NIET GEADV.
WEIG.-BEV. FUSER zorgt
ervoor dat een afdruktaak
wordt stopgezet wanneer is
vastgesteld dat een type
transparant ongeschikt is om
op af te drukken. Deze optie
beschermt de printerfuser
tegen beschadiging.
Met ACCEPT.-NIET GEADV.
kan de taak toch worden
afgedrukt, zelfs wanneer een
ongeschikt type transparant
wordt gebruikt.
De standaardwaarde is WEIG.-
BEV. FUSER.
FUSERMODI Er wordt een lijst met de
beschikbare modi weergegeven.
Dient voor het koppelen van
een papiertype aan een
bepaalde afdrukmodus.
NLWW Menu Apparaat configureren 33
Menuoptie Waarden Omschrijving
OPTIMALISEREN T1 OMLAAG
T1 OMHOOG
T2 OMHOOG 1
T2 OMHOOG 2
T2 OMLAAG 1
T2 OMLAAG 2
VOORRAND OMHOOG
VOORRAND OMLAAG
ACHTERGR.VERKL. 1
ACHTERGR.VERKL. 2
FUSER OMLAAG 1
FUSER OMLAAG 2
VERSCHUIVING
SPOOKEFF.VOORK.
ROTATIE VOORAF
OPTIMALISATIE OPNIEUW
INSTELLEN
Hiermee kunt u bepaalde
parameters optimaliseren voor
alle taken in plaats van (of
naast) alleen parameters te
optimaliseren voor bepaalde
papiertypen. De
standaardwaarde voor elke
optie is UIT.
OPTIMALISATIE OPNIEUW
INSTELLEN zorgt ervoor dat
alle waarden worden
teruggezet op UIT.
NU KALIBREREN Hiermee worden alle
printerkalibraties uitgevoerd om
de afdrukkwaliteit te
optimaliseren.
REINIGINGSPAGINA MAKEN Dient om een reinigingspagina
af te drukken waarmee de
printer kan worden gereinigd.
Deze pagina bevat instructies
voor het verwerken van de
reinigingspagina. Zie
De printer
reinigen voor meer informatie.
REINIGINGSPAGINA
VERWERKEN
Nadat de reinigingspagina in
Lade 1 is geplaatst, zorgt deze
menuoptie ervoor dat de
reinigingspagina door de
printer wordt verwerkt. Het
reinigingsproces duurt enkele
momenten. Zie
De printer
reinigen voor meer informatie.
Menu Systeeminstellingen
In het menu Systeeminstellingen kunt u de standaardinstellingen voor de algemene
printerconfiguratie wijzigen, zoals de PowerSave-tijd, de printer-personality (printertaal) en
het herstel na een storing. Zie
Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel
veranderen voor meer informatie.
34 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
Menuoptie Waarden Omschrijving
ADRES WEERGEVEN AUTO
UIT
Met AUTO kan op het
bedieningspaneel van de printer
afwisselend het IP-adres van de
printer en het bericht Gereed worden
weergegeven. De standaardwaarde is
UIT.
Deze menuoptie wordt alleen
weergegeven als de printer is
aangesloten op een netwerk
(beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700n, 3700dn en 3700dtn
printer).
OPTIMALE SNELHEID/ KOSTEN AUTO
MEESTAL
KLEURENPAG
MEESTAL
MONO PAG.
Deze menuoptie bepaalt hoe de
printer overschakelt van afdrukken in
kleur naar monochroom (zwart-wit)
afdrukken zodat maximale prestaties
en een maximale gebruiksduur van de
inktcartridges worden verkregen.
Met AUTO worden de
standaardinstellingen van de printer
hersteld. De standaardwaarde is
AUTO.
Selecteer MEESTAL KLEURENPAG
als u bijna al uw taken afdrukt in kleur
met een hoge paginadekking.
Selecteer MEESTAL MONO PAG. als
u meestal monochrome taken of een
combinatie van kleurentaken en
monochrome taken afdrukt.
GEDRAG VAN LADE GEBRUIK
GEWENSTE
LADE
HANDINVOER
PROMPT
PS OF
AFDRUKMATERI
AAL
Dient voor het opgeven van
instellingen voor de ladeselectie. (Met
deze instelling kunt u laden
configureren als laden van bepaalde
oudere printers van HP.)
De standaardwaarde voor GEBRUIK
GEWENSTE LADE is EXCLUSIEF.
De standaardwaarde voor
HANDINVOER PROMPT is ALTIJD.
PS OF AFDRUKMATERIAAL bepaalt
hoe papier wordt verwerkt wanneer u
afdrukt vanuit een Adobe PS-
printerdriver. Bij INGESCHAKELD
wordt de HP papierverwerking
gebruikt. Bij Niet mogelijk wordt de
papierverwerking van Adobe PS
gebruikt. De standaardwaarde is
INGESCHAKELD.
Zie
Opties voor ladegedrag: gewenste
lade gebruiken en handmatige invoer
voor meer informatie.
NLWW Menu Apparaat configureren 35
Menuoptie Waarden Omschrijving
POWERSAVE-TIJD 1 UREN
2 MINUUT
30 MINUTEN
4 UREN
15 MINUTEN
15 UUR
Vermindert het stroomverbruik
wanneer de printer een bepaalde tijd
niet gebruikt is.
Met deze optie kunt u instellen hoe
lang het duurt voordat de PowerSave-
stand van de printer wordt
ingeschakeld als de printer niet actief
is. De standaardwaarde is 30
MINUTEN.
Zie
PowerSave-tijd voor meer
informatie.
HELDERHEID WEERGEVEN 1–10 Met deze optie kunt u de helderheid
van het bedieningspaneel van de
printer instellen. De standaardwaarde
is 5. Zie
Helderheid van het
uitleesvenster.
PERSONALITY AUTO
PS
PCL
Dient voor het instellen van de
standaard-personality op PCL,
PostScript-emulatie of op automatisch
heen en weer schakelen. De
standaardwaarde is AUTO.
Zie
Personality (beschikbaar voor de
HP Color LaserJet 3700 series printer)
voor meer informatie.
WISBARE BERICHTEN TAAK
AAN
Met deze optie kunt u instellen hoe
lang een wisbare waarschuwing wordt
weergegeven op het
bedieningspaneel van de printer. De
standaardwaarde is TAAK. Dit wordt
weergegeven tot u op
drukt. AAN
wordt weergegeven tot het einde van
de taak waardoor de waarschuwing is
gegenereerd.
Zie
Wisbare waarschuwingen
(beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer) voor
meer informatie.
AUTOM. DOORGAAN UIT
AAN
Bepaalt wat de printer doet wanneer
er een fout optreedt waarna
automatisch doorgaan mogelijk is. De
standaardwaarde is AAN.
Bij AAN wordt het afdrukken na 10
seconden automatisch hervat.
Met UIT wordt het afdrukken
onderbroken. Druk op
om door te
gaan met afdrukken.
Zie
Automatisch doorgaan voor meer
informatie.
36 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
Menuoptie Waarden Omschrijving
BENDIGDH. BIJNA OP STOP
VERDER
Dient voor instelling van rapportage
over benodigdheden die bijna op zijn.
De standaardwaarde is VERDER.
Bij STOP wordt het afdrukken
stopgezet zodra wordt vastgesteld dat
printerbenodigdheden bijna op zijn.
Druk op
om door te gaan met
afdrukken.
Zie
Printerbenodigdheden bijna op
voor meer informatie.
Storing verhelpen: UIT
AAN
AUTO
Bepaalt of de printer na een
papierstoring zal proberen om
overgeslagen pagina's opnieuw af te
drukken. De standaardwaarde is
AUTO.
Zie
Storingsherstel voor meer
informatie.
ram_disk AUTO
UIT
Bepaalt hoe de functie voor de RAM-
schijf is geconfigureerd. AUTO stelt
de printer in staat de optimale grootte
van de RAM-schijf te bepalen op basis
van de hoeveelheid beschikbaar
geheugen. Met UIT wordt de RAM-
schijf uitgeschakeld, maar blijft een
klein gedeelte van de RAM-schijf nog
beschikbaar. De standaardwaarde is
AUTO.
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer.
Taal Er wordt een lijst
met beschikbare
talen
weergegeven.
Dient voor het instellen van de
standaardtaal voor het
bedieningspaneel.
Zie
Taal voor meer informatie.
Menu I/O
Met dit menu kunt u de I/O-opties van de printer configureren.
Zie
Netwerkconfiguratie.
Menuoptie Waarden Omschrijving
I/O TIME-OUT 5–300 Dient voor het selecteren van
de I/O-time-out in seconden.
NLWW Menu Apparaat configureren 37
Menuoptie Waarden Omschrijving
PAGINA
BUFFERINSTELLINGEN
UIT
AAN
Hiermee stelt u in of de printer
de prestaties moet
optimaliseren of het
apparaatgebruik moet
beperken terwijl wordt gewacht
op gegevensoverdracht.
Selecteer AAN als de printer
USB 1.1 of Ethernet 10 base T
gebruikt. De standaardwaarde
is UIT (beschikbaar voor de
HP Color LaserJet 3550 series
printer).
PARALLELLE INVOER HOGE SNELHEID
GEAVANCEERDE FUNCTIES
Dient voor het selecteren van
de snelheid waarmee de
parallelle poort communiceert
met de host en voor het in- en
uitschakelen van de
bidirectionele parallelle
communicatie.
De standaardwaarde voor
HOGE SNELHEID is JA. De
standaardwaarde voor
GEAVANCEERDE FUNCTIES
is AAN.
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer.
EIO X Mogelijke waarden zijn:
TCP/IP
IPX/SPX
APPLETALK
DLC/LLC
LINK-SNELH
Hiermee kunt u EIO-apparaten
configureren die in de EIO-
sleuf zijn geïnstalleerd.
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer.
Zie
EIO-configuratie (Enhanced
I/O) (alleen voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer)
voor meer informatie.
Menu Herstel
In het menu Herstel kunt u de fabrieksinstellingen herstellen, de PowerSave-functie in- en
uitschakelen en de printer bijwerken na het installeren van nieuwe printerbenodigdheden.
38 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
Menuoptie Waarden Omschrijving
FABRIEKSINST.
HERSTELLEN
Geen Hiermee kunt u de paginabuffer
wissen, alle tijdelijke
personality-gegevens
verwijderen, de
afdrukomgeving opnieuw
instellen en alle
standaardinstellingen
herstellen. Met dit menu
worden de netwerkinstellingen
van HP Jetdirect echter niet
teruggezet naar de
standaardwaarden.
POWERSAVE UIT
AAN
Dient voor het in- en
uitschakelen van de
PowerSave-functie. De
standaardwaarde is AAN.
RESET BENODIGDHDN NWE. TRANSFERKIT
NIEUWE FUSERKIT
Hiermee kunt u doorgeven aan
de printer dat er een nieuwe
transferkit of fuserkit is
geïnstalleerd.
NLWW Menu Apparaat configureren 39
Menu Diagnostiek
Met het menu Diagnostiek kunnen tests worden uitgevoerd waarmee de problemen met de
printer kunnen worden vastgesteld en opgelost.
Menuoptie Omschrijving
GEBEURTENISLOG- BOEK AFDRUKKEN Met deze optie kunt u een lijst met de laatste 50
vermeldingen in het printerlogboek afdrukken, te
beginnen met het meest recente bericht.
GEBEURTENISLOG- BOEK WEERGEVEN Deze optie toont de laatste 50 gebeurtenissen
van het bedieningspaneel, te beginnen met de
meest recente gebeurtenis.
PQ PROBLEEMOPLOSSING Deze optie drukt een aantal pagina's af die u
kunt gebruiken om problemen met de
afdrukkwaliteit op te lossen.
CARTRIDGE CONTR. UITSCHAKELEN Met deze test kunt u afdrukken als een of meer
inktcartridges zijn verwijderd, zodat u problemen
met inktcartridges kunt vaststellen.
SENSOREN PAPIERBAAN Deze optie toont de waarden van de sensoren.
De waarden worden elke keer dat het papier de
sensoren passeert, bijgewerkt. Afdruktaken
kunnen worden gestart op het bedieningspaneel
of worden verzonden via de computer.
PAPIERBAANTEST Deze optie komt is nuttig voor het testen van de
functies voor de papierverwerking, zoals de
configuratie van de laden.
HANDMATIGE SENSORTEST Met dit item kan een servicemedewerker testen
of de sensors en schakelaars voor de
papierbaan correct functioneren.
ONDERDELENTEST Met deze optie kunt u aparte onderdelen
onafhankelijk activeren om geluiden, lekkages
en andere kwesties te isoleren.
TEST AFDRUKKEN/STOPPEN Met dit item worden problemen met de
afdrukkwaliteit nauwkeuriger geïsoleerd door de
printer tijdens het afdrukken te onderbreken. Als
u de printer tijdens het afdrukken onderbreekt,
heeft dit wellicht een papierstoring tot gevolg die
handmatig moet worden verwijderd. Een
servicemedewerker moet deze test uitvoeren.
40 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel veranderen
Via het bedieningspaneel van de printer kunt u de algemene standaardinstellingen van de
printerconfiguratie wijzigen, zoals het formaat en het type afdrukmateriaal van een lade, de
tijd voor de PowerSave-functie, de personality van de printer (de printertaal) en de methode
van storingherstel.
U hebt tevens toegang tot het bedieningspaneel van de printer via een computer als u de
instellingspagina van de ingebouwde webserver gebruikt. De computer toont dezelfde
informatie als op het bedieningspaneel wordt weergegeven. Zie
Ingebouwde webserver
gebruiken (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) voor meer informatie.
VOORZICHTIG
De configuratie-instellingen hoeven maar zelden te worden gewijzigd. Hewlett-Packard
beveelt aan dat de configuratie-instellingen uitsluitend door de systeembeheerder worden
veranderd.
Opties voor ladegedrag: gewenste lade gebruiken en
handmatige invoer
De laden hebben de volgende opties die door de gebruiker kunnen worden ingesteld:
GEBRUIK GEWENSTE LADE. Als u EXCLUSIEF (de standaardinstelling) selecteert,
selecteert de printer niet automatisch een andere lade wanneer u aangeeft dat een
bepaalde lade moet worden gebruikt. Als u EERSTE selecteert, kan de printer papier
opnemen uit een tweede lade als de opgegeven lade leeg is.
Handmatig laden. Als u ALTIJD (de standaardinstelling) selecteert, geeft het systeem
altijd eerst een melding voordat papier uit de multifunctionele lade wordt opgenomen.
Als u TENZIJ GELADEN selecteert, geeft het systeem alleen een melding als de
multifunctionele lade leeg is.
Ga als volgt te werk om gebruik van de verzochte lade in te stellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
5. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
6. Druk op
om GEDRAG VAN LADE te markeren.
7. Druk op
om GEDRAG VAN LADE te selecteren.
8. Druk op
om GEBRUIK GEWENSTE LADE te selecteren.
9. Druk op
of om EXCLUSIEF of EERSTE te selecteren.
10. Druk op
om het gedrag van de lade in te stellen.
11. Druk op M
ENU
.
Ga als volgt te werk om de prompt voor handinvoer in te stellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
NLWW Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel veranderen 41
3. Druk op om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
5. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
6. Druk op
om GEDRAG VAN LADE te markeren.
7. Druk op
om GEDRAG VAN LADE te selecteren.
8. Druk op
om HANDINVOER PROMPT te markeren.
9. Druk op
om HANDINVOER PROMPT te selecteren.
10. Druk op
of om ALTIJD of TENZIJ GELADEN te selecteren.
11. Druk op
om het gedrag van de lade in te stellen.
12. Druk op M
ENU
.
PowerSave-tijd
Met de instelbare PowerSave-functie kunt u het energieverbruik beperken wanneer de
printer enige tijd niet actief is geweest. De tijdsduur die verstrijkt voordat de PowerSave-
stand van de printer wordt ingeschakeld, kan worden ingesteld op 1 UREN, 2 MINUUT, 30
MINUTEN, 4 UREN, 4 UREN, 15 MINUTEN of 15 UUR. De standaardinstelling is 30
MINUTEN.
Opmerking
Het uitleesvenster van de printer wordt gedimd wanneer de printer naar de PowerSave-
stand verspringt. De PowerSave-stand heeft geen invloed op de opwarmtijd van de printer,
tenzij deze meer dan 8 uur in de PowerSave-stand heeft gestaan.
Ga als volgt te werk om de tijd voor de PowerSave-stand in te stellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
5. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
6. Druk op
om POWERSAVE-TIJD te markeren.
7. Druk op
om POWERSAVE-TIJD te selecteren.
8. Druk op
of om de gewenste tijd te selecteren.
9. Druk op
om de tijd in te stellen.
10. Druk op M
ENU
.
Ga als volgt te werk om PowerSave in of uit te schakelen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om HERSTEL te markeren.
5. Druk op
om HERSTEL te selecteren.
42 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
6. Druk op om POWERSAVE te markeren.
7. Druk op
om POWERSAVE te selecteren.
8. Druk op
of om AAN of UIT te selecteren.
9. Druk op
om de waarde in te stellen.
10. Druk op M
ENU
.
Helderheid van het uitleesvenster
U kunt de helderheid van het bedieningspaneel aanpassen met de optie HELDERHEID
WEERGEVEN.
Ga als volgt te werk om de helderheid van het uitleesvenster in te stellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
5. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
6. Druk op
om HELDERHEID WEERGEVEN te markeren.
7. Druk op
om HELDERHEID WEERGEVEN te selecteren.
8. Druk op
of om de gewenste instelling te selecteren.
9. Druk op
om de waarde in te stellen.
10. Druk op M
ENU
.
Personality (beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700
series printer)
Deze printer schakelt automatisch over naar de juiste personality (printertaal).
AUTO stelt de printer in staat om automatisch de aard van de afdruktaak te detecteren
en de personality voor de betreffende taak in te stellen.
PCL stelt de printer in voor gebruik van de printertaal PCL (Printer Control Language).
PS stelt de printer in voor gebruik van de PostScript-emulatiemodus.
Ga als volgt te werk om de personality in te stellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
5. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
6. Druk op
om PERSONALITY te markeren.
7. Druk op
om PERSONALITY te selecteren.
NLWW Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel veranderen 43
8. Druk op of om de juiste personality te selecteren (AUTO, PS of PCL).
9. Druk op
om de personality in te stellen.
10. Druk op M
ENU
.
Wisbare waarschuwingen (beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer)
Met deze optie bepaalt u de tijd dat wisbare waarschuwingen worden weergegeven door
AAN of TAAK te selecteren. De standaardwaarde is TAAK.
AAN geeft de wisbare waarschuwingen weer totdat u op
drukt.
TAAK geeft de wisbare waarschuwingen weer totdat de taak waardoor het bericht is
veroorzaakt, is beëindigd.
Ga als volgt te werk om de wisbare waarschuwingen in te stellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
5. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
6. Druk op
om WISBARE BERICHTEN te markeren.
7. Druk op
om WISBARE BERICHTEN te selecteren.
8. Druk op
of om de gewenste instelling te selecteren.
9. Druk op
om de waarde in te stellen.
10. Druk op M
ENU
.
Automatisch doorgaan
U bepaalt wat de printer doet wanneer er een fout optreedt waarna automatisch doorgaan
mogelijk is. AAN is de standaardinstelling.
AAN toont gedurende tien seconden een foutbericht alvorens automatisch door te gaan
met afdrukken.
UIT zet het afdrukken tijdelijk stil wanneer er een foutbericht wordt weergegeven. Dat
duurt totdat u op
drukt.
Ga als volgt te werk om de printer in te stellen op automatisch doorgaan
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
5. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
6. Druk op
om AUTOM. DOORGAAN te markeren.
44 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
7. Druk op om AUTOM. DOORGAAN te selecteren.
8. Druk op
of om de gewenste instelling te selecteren.
9. Druk op
om de waarde in te stellen.
10. Druk op M
ENU
.
Printerbenodigdheden bijna op
De printer biedt twee opties voor het rapporteren dat de benodigdheden bijna op zijn;
VERDER is de standaardwaarde.
Met VERDER kan de printer ondanks het feit dat er een waarschuwing wordt
weergegeven, doorgaan met afdrukken totdat de benodigdheden zijn vervangen of op
zijn.
Met STOP houdt de printer op met afdrukken totdat de benodigdheden zijn vervangen of
totdat u op
drukt waardoor de printer verder afdrukt terwijl de waarschuwing zichtbaar
blijft.
Ga als volgt te werk om de waarschuwing voor de
printerbenodigdheden in te stellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
5. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
6. Druk op
om BENDIGDH. BIJNA OP te markeren.
7. Druk op
om BENDIGDH. BIJNA OP te selecteren.
8. Druk op
of om de gewenste instelling te selecteren.
9. Druk op
om de waarde in te stellen.
10. Druk op M
ENU
.
Storingsherstel
Met deze optie bepaalt u de reactie van de printer na een papierstoring, waaronder de
manier waarop de printer de betrokken pagina's verwerkt. AUTO is de standaardwaarde.
AUTO. Wanneer er voldoende geheugen beschikbaar is, wordt de functie voor
storingsherstel automatisch door de printer ingeschakeld.
AAN. De pagina's die bij de papierstoring zijn betrokken, worden opnieuw afgedrukt. Er
wordt aanvullende geheugencapaciteit toegewezen om de laatste afgedrukte pagina's
op te slaan. Hierdoor kunnen de algemene afdrukprestaties afnemen.
UIT. Pagina's die bij de papierstoring zijn betrokken, worden niet opnieuw afgedrukt.
Aangezien er geen geheugen wordt gebruikt voor het opslaan van de laatst afgedrukte
pagina's, is het mogelijk dat de prestaties optimaal zijn.
NLWW Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel veranderen 45
Ga als volgt te werk om de reactie van de printer op een papierstoring
in te stellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
5. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
6. Druk op
om Storing verhelpen: te markeren.
7. Druk op
om Storing verhelpen: te selecteren.
8. Druk op
of om de gewenste instelling te selecteren.
9. Druk op
om de waarde in te stellen.
10. Druk op M
ENU
.
Taal
De optie voor het instellen van de standaardtaal wordt weergegeven wanneer de printer
voor het eerst wordt gestart. Als u de beschikbare opties doorloopt, wordt de lijst
weergegeven in de taal die is gemarkeerd. Wanneer de lijst in de gewenste taal wordt
weergegeven, drukt u op
om de betreffende taal in te stellen. U kunt de taal ook wijzigen
met de onderstaande procedures:
Ga als volgt te werk om de taal te selecteren
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
5. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
6. Druk op
om Taal te markeren.
7. Druk op
om Taal te selecteren.
8. Druk op
of om de gewenste taal te selecteren.
9. Druk op
om de waarde in te stellen.
10. Druk op M
ENU
.
46 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
Het bedieningspaneel gebruiken als de printer wordt gedeeld
Als gebruik van de printer met anderen wordt gedeeld, volgt u de onderstaande richtlijnen:
Raadpleeg altijd uw systeembeheerder voordat u de instellingen op het
bedieningspaneel wijzigt. Het wijzigen van de instellingen op het bedieningspaneel kan
gevolgen hebben voor andere afdruktaken.
Overleg altijd met de andere gebruikers voordat u het standaardlettertype van de printer
wijzigt of software-lettertypen downloadt. Een goede coördinatie bespaart
printergeheugen en voorkomt onverwachte afdrukresultaten.
Houd er rekening mee dat overschakeling op een andere printer-personality, zoals
geëmuleerde PostScript of PCL, van invloed is op de afdrukresultaten van andere
gebruikers.
Opmerking
Het besturingssysteem van het netwerk beschermt wellicht de afdruktaak van elke gebruiker
automatisch tegen de invloed van andere afdruktaken. Raadpleeg uw systeembeheerder
voor meer informatie.
NLWW Het bedieningspaneel gebruiken als de printer wordt gedeeld 47
48 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
I/O-configuratie
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u bepaalde netwerkparameters configureert op de
printer. De volgende onderwerpen komen aan bod:
USB-configuratie
Parallelle configuratie (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer)
EIO-configuratie (Enhanced I/O) (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer)
Netwerkconfiguratie
NLWW 49
USB-configuratie
Voor alle printermodellen worden USB-aansluitingen ondersteund. De USB-poort bevindt
zich aan de achterkant van de printer.
De USB-kabel aansluiten
Sluit de USB-kabel aan op de printer. Sluit het andere uiteinde van de USB-kabel aan op de
computer.
1
2
Verbinding voor de USB-poort
1 USB-poort
2 USB-aansluiting
Opmerking
U kunt de printer niet aansluiten op één computer met de parallelle kabel en op een andere
computer met de USB-kabel. Als u beide typen kabels aansluit, wordt de USB-kabel
automatisch uitgeschakeld.
50 Hoofdstuk 3 I/O-configuratie NLWW
Parallelle configuratie (alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer)
De HP Color LaserJet 3700 biedt ondersteuning voor een netwerk- en een parallelle
verbinding tegelijk. Een parallelle verbinding wordt gemaakt door de printer op een computer
aan te sluiten via een bidirectionele parallelle kabel (die voldoet aan IEEE-1284) waarbij de
b-connector in de parallelle poort van de printer wordt gestoken. De kabel mag maximaal 10
m lang zijn.
Wanneer een parallelle interface wordt beschreven, duidt de term bidirectioneel erop dat de
printer via de parallelle poort zowel gegevens van de computer kan ontvangen als gegevens
naar de computer kan verzenden. Met de parallelle interface beschikt u over neerwaartse
compatibiliteit. U kunt echter het beste de USB- of netwerkaansluiting gebruiken voor de
beste prestaties.
1
2
Verbinding voor de parallelle poort
1 b-connector
2 parallelle poort
Opmerking
Voor gebruik van de geavanceerde mogelijkheden van de bidirectionele parallelle interface,
zoals de bidirectionele communicatie tussen de computer en de printer, snellere overdracht
van gegevens en automatische configuratie van printerdrivers, moet u ervoor zorgen dat de
meest recente printerdriver is geïnstalleerd. Zie
Printerdrivers voor meer informatie.
Opmerking
De fabrieksinstellingen bieden ondersteuning voor automatisch heen en weer schakelen
tussen de parallelle poort en een of meer netwerkverbindingen van de printer. Als zich
problemen voordoen, raadpleegt u
Netwerkconfiguratie.
NLWW Parallelle configuratie (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) 51
EIO-configuratie (Enhanced I/O) (alleen voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer)
De printer beschikt over één EIO-sleuf (Enhanced Input/Output). In de EIO-sleuf kunt u
compatibele, externe apparaten installeren, zoals netwerkkaarten voor de HP Jetdirect
printserver of andere apparaten. Als u een EIO-netwerkkaart in de sleuf installeert, verhoogt
u het aantal netwerkinterfaces dat voor de printer beschikbaar is.
EIO-netwerkkaarten kunnen de prestaties van de printer maximaliseren wanneer u afdrukt
via een netwerk. Bovendien beschikt u op deze manier over de mogelijkheid om de printer
overal in een netwerk te plaatsen. Hierdoor is het niet nodig om de printer rechtstreeks op
een server of een werkstation aan te sluiten en kunt u de printer dichter bij de gebruikers
van het netwerk plaatsen.
Als de printer van een EIO-netwerkkaart is voorzien, kunt u deze kaart configureren via het
menu Apparaat configureren van het bedieningspaneel.
HP Jetdirect printservers
HP Jetdirect printservers (netwerkkaarten) kunnen worden geïnstalleerd in een van de EIO-
sleuven van de printer. Deze kaarten ondersteunen diverse netwerkprotocollen en
besturingssystemen. HP Jetdirect printservers vergemakkelijken het netwerkbeheer doordat
u de mogelijkheid hebt om een printer op iedere locatie rechtstreeks aan te sluiten op uw
netwerk. HP Jetdirect printservers ondersteunen ook het SNMP (Simple Network
Management Protocol), waarmee netwerkbeheerders printers op afstand kunnen beheren
en problemen via HP Jetadmin software kunnen oplossen.
Opmerking
Installatie van deze kaarten en de netwerkconfiguratie moet worden uitgevoerd door een
netwerkbeheerder. U kunt de kaart configureren via het bedieningspaneel, via de
installatiesoftware voor de printer of via het programma HP Web Jetadmin.
Opmerking
Raadpleeg de documentatie bij de HP Jetdirect printserver voor informatie over welke
externe apparaten of EIO-netwerkkaarten worden ondersteund.
Beschikbare interfaces voor Enhanced I/O
HP Jetdirect printservers (netwerkkaarten) bieden oplossingen voor:
Novell NetWare Network
Microsoft Windows- en Windows NT-netwerken
Apple Mac OS (AppleTalk)
UNIX (HP-UX en Solaris)
Linux (Red Hat en SuSE)
Afdrukken via het internet
Voor een overzicht van beschikbare netwerkoplossingen raadpleegt u de Handleiding voor
HP Jetdirect printservers voor beheerders of bezoekt u HP Online Klantenondersteuning op
http://www.hp.com/support/net_printing.
52 Hoofdstuk 3 I/O-configuratie NLWW
NetWare-netwerken
Als u Novell NetWare samen met een HP Jetdirect printserver gebruikt, biedt de modus
Queue Server betere afdrukprestaties dan de modus Remote Printer. De HP Jetdirect
printserver biedt ondersteuning voor NDS (Novell Directory Services) en Bindery. Raadpleeg
voor verdere informatie de Handleiding voor HP Jetdirect printservers voor beheerders.
Voor computers met Windows 98, Me, NT 4.0, 2000 en XP gebruikt u het hulpprogramma
voor printerinstallatie om de printer in een NetWare-netwerk in te stellen.
Windows- en Windows NT-netwerken
Voor computers met Windows 98, Me, NT 4.0, 2000 en XP gebruikt u het hulpprogramma
voor printerinstallatie om de printer in een Microsoft Windows-netwerk in te stellen. Het
hulpprogramma kan worden gebruikt om printers in te stellen voor peer-to-peer gebruik of
voor client-server netwerkgebruik.
AppleTalk-netwerken
Gebruik de HP werkset om de printer te configureren voor een EtherTalk- of een LocalTalk-
netwerk. Raadpleeg de Handleiding voor HP Jetdirect printservers voor beheerders voor
meer informatie. Deze handleiding wordt geleverd bij printers waarin een HP Jetdirect
printserver is geïnstalleerd.
UNIX/Linux-netwerken
Gebruik het HP Jetdirect printerinstallatieprogramma voor UNIX om de printer voor een HP-
UX- of Sun Solaris-netwerk in te stellen.
Gebruik HP Web Jetadmin om printers voor een UNIX- of Linux-netwerk in te stellen en te
beheren.
Als u software van HP wilt aanschaffen voor UNIX/Linux-netwerken, bezoekt u HP Online
Klantenondersteuning op URL: http://www.hp.com/support/net_printing. Raadpleeg de
Handleiding voor HP Jetdirect printservers voor beheerders voor overige installatieopties die
door de HP Jetdirect printserver worden ondersteund. Deze handleiding wordt geleverd bij
printers met een HP Jetdirect printserver.
NLWW EIO-configuratie (Enhanced I/O) (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) 53
Netwerkconfiguratie
Opmerking
De netwerkconfiguratiefunctie is beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700 series printer
als een EIO-apparaat is geïnstalleerd.
Het is mogelijk dat u bepaalde netwerkparameters op de printer moet configureren. U kunt
deze parameters configureren via het bedieningspaneel van de printer, de ingebouwde
webserver en voor de meeste netwerken ook vanuit HP Web Jetadmin of de HP werkset.
Opmerking
Zie voor meer informatie over het gebruik van de ingebouwde webserver Ingebouwde
webserver gebruiken (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer).
Raadpleeg de Handleiding voor HP Jetdirect printservers voor beheerders voor een volledig
overzicht van ondersteunde netwerken en instructies voor het configureren van
netwerkparameters vanuit software. Deze handleiding wordt geleverd bij printers waarin een
HP Jetdirect printserver is geïnstalleerd.
Dit gedeelte bevat de volgende instructies voor het configureren van netwerkparameters
vanaf het bedieningspaneel van de printer:
configuratie van TCP/IP-parameters
uitschakelen van ongebruikte netwerkparameters
Configuratie van TCP/IP-parameters
Via het printerbedieningspaneel kunt u de volgende TCP/IP-parameters configureren:
gebruik van het bestand BOOTP voor configuratieparameters (het bestand BOOTP
wordt standaard gebruikt)
IP-adres (4 bytes)
subnetmasker (4 bytes)
standaard-gateway (4 bytes)
time-out voor niet-actieve TCP-verbinding (in seconden)
TCP/IP-parameters configureren met BOOTP of DHCP
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om I/O te markeren.
5. Druk op
om I/O te selecteren.
6. Druk op
om EIO X te markeren.
7. Druk op
om EIO X te selecteren.
8. Druk op
om TCP/IP te markeren.
9. Druk op
om TCP/IP te selecteren.
10. Druk op
om CONFIG.METHODE te selecteren.
11. Druk op
om BOOTP of DHCP te markeren.
54 Hoofdstuk 3 I/O-configuratie NLWW
12. Druk op om de instelling op te slaan.
13. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel
van de printer
Stel handmatig een IP-adres, subnetmasker, standaardgateway, syslog server en time-out
bij inactiviteit in.
Een IP-adres instellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om I/O te markeren.
5. Druk op
om I/O te selecteren.
6. Druk op
om EIO X te markeren.
7. Druk op
om EIO X te selecteren.
8. Druk op
om TCP/IP te markeren.
9. Druk op
om TCP/IP te selecteren.
10. Druk op
om CONFIG.METHODE te selecteren.
11. Druk op
om HANDMATIG te markeren.
12. Druk op
om HANDMATIG te selecteren.
13. Druk op
om HANDM. INST. te markeren.
14. Druk op
om HANDM. INST. te selecteren.
15. Druk op
om IP-adres: te markeren.
16. Druk op
om IP-adres: te selecteren.
Opmerking
De eerste serie van vier series getallen is gemarkeerd. Elke serie getallen geeft een byte
aan informatie weer en heeft een bereik van 0 tot 255.
17. Druk op
of op om het getal te verhogen of te verlagen voor de eerste byte van het
IP-adres.
Opmerking
Houd de pijltoets ingedrukt om de getallen sneller te doorlopen.
18. Druk op
om naar de volgende serie getallen te verspringen. (Druk op om naar de
vorige reeks getallen te gaan.)
19. Herhaal stap 17 en 18 totdat het gewenste IP-adres is opgegeven.
20. Druk op
om de instelling op te slaan.
21. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
Het subnetmasker instellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
NLWW Netwerkconfiguratie 55
2. Druk op om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om I/O te markeren.
5. Druk op
om I/O te selecteren.
6. Druk op
om EIO X te markeren.
7. Druk op
om EIO X te selecteren.
8. Druk op
om TCP/IP te markeren.
9. Druk op
om TCP/IP te selecteren.
10. Druk op
om CONFIG.METHODE te selecteren.
11. Druk op
om HANDMATIG te markeren.
12. Druk op
om HANDMATIG te selecteren.
13. Druk op
om HANDM. INST. te markeren.
14. Druk op
om HANDM. INST. te selecteren.
15. Druk op
om SUBNETMASKER te markeren.
16. Druk op
om SUBNETMASKER te selecteren.
Opmerking
De eerste serie van vier series getallen is gemarkeerd. Elke serie getallen geeft een byte
aan informatie weer en heeft een bereik van 0 tot 255.
17. Druk op
of op de om het getal te verhogen of te verlagen voor de eerste byte van
het subnetmasker.
18. Druk op
om naar de volgende serie getallen te verspringen. (Druk op om naar de
vorige reeks getallen te gaan.)
19. Herhaal stap 17 en 18 totdat het gewenste subnetmasker is opgegeven.
20. Druk op
om het subnetmasker op te slaan.
21. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
De standaardgateway instellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om I/O te markeren.
5. Druk op
om I/O te selecteren.
6. Druk op
om EIO X te markeren.
7. Druk op
om EIO X te selecteren.
8. Druk op
om TCP/IP te markeren.
9. Druk op
om TCP/IP te selecteren.
10. Druk op
om CONFIG.METHODE te selecteren.
11. Druk op
om HANDMATIG te markeren.
12. Druk op
om HANDMATIG te selecteren.
56 Hoofdstuk 3 I/O-configuratie NLWW
13. Druk op om HANDM. INST. te markeren.
14. Druk op
om HANDM. INST. te selecteren.
15. Druk op
om STANDAARDGATEWAY te markeren.
16. Druk op
om STANDAARDGATEWAY te selecteren.
Opmerking
De eerste serie van vier series getallen vormt de standaardinstellingen. Elke serie getallen
geeft een byte aan informatie weer en heeft een bereik van 0 tot 255.
17. Druk op
of op om het getal te verhogen of te verlagen voor de eerste byte van de
standaardgateway.
18. Druk op
om naar de volgende serie getallen te verspringen. (Druk op om naar de
vorige reeks getallen te gaan.)
19. Herhaal stap 17 en 18 totdat het gewenste subnetmasker is opgegeven.
20. Druk op
om de standaardgateway op te slaan.
21. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
De syslog server instellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om I/O te markeren.
5. Druk op
om I/O te selecteren.
6. Druk op
om EIO X te markeren.
7. Druk op
om EIO X te selecteren.
8. Druk op
om TCP/IP te markeren.
9. Druk op
om TCP/IP te selecteren.
10. Druk op
om CONFIG.METHODE te selecteren.
11. Druk op
om HANDMATIG te markeren.
12. Druk op
om HANDMATIG te selecteren.
13. Druk op
om HANDM. INST. te markeren.
14. Druk op
om HANDM. INST. te selecteren.
15. Druk op
om SYSLOG SERVER te markeren.
16. Druk op
om SYSLOG SERVER te selecteren.
Opmerking
De eerste serie van vier series getallen vormt de standaardinstellingen. Elke serie getallen
geeft een byte aan informatie weer en heeft een bereik van 0 tot 255.
17. Druk op
of op om het getal te verhogen of te verlagen voor de eerste byte van de
standaardgateway.
18. Druk op
om naar de volgende serie getallen te verspringen. (Druk op om naar de
vorige reeks getallen te gaan.)
19. Herhaal stap 17 en 18 totdat het gewenste subnetmasker is opgegeven.
20. Druk op
om de syslog server op te slaan.
NLWW Netwerkconfiguratie 57
21. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
De time-out bij inactiviteit instellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om I/O te markeren.
5. Druk op
om I/O te selecteren.
6. Druk op
om EIO X te markeren.
7. Druk op
om EIO X te selecteren.
8. Druk op
om TCP/IP te markeren.
9. Druk op
om TCP/IP te selecteren.
10. Druk op
om CONFIG.METHODE te selecteren.
11. Druk op
om HANDMATIG te markeren.
12. Druk op
om HANDMATIG te selecteren.
13. Druk op
om HANDM. INST. te markeren.
14. Druk op
om HANDM. INST. te selecteren.
15. Druk op
om INACTIV.TIME-OUT te markeren.
16. Druk op
om INACTIV.TIME-OUT te selecteren.
17. Druk op
of om het aantal seconden voor de time-out bij inactiviteit te verhogen of te
verlagen.
18. Druk op
om de time-out bij inactiviteit op te slaan.
19. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
De verbindingssnelheid instellen
De verbindingssnelheid is standaard ingesteld op AUTO. Voer de volgende procedure uit
om een bepaalde snelheid in te stellen:
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om I/O SUBMENU te markeren.
5. Druk op
om I/O SUBMENU te selecteren.
6. Druk op
om EIO X te markeren.
7. Druk op
om EIO X te selecteren.
8. Druk op
om LINK-SNELH te markeren.
9. Druk op
om LINK-SNELH te selecteren.
10. Druk op
om de gewenste verbindingssnelheid te markeren.
11. Druk op
om de gewenste verbindingssnelheid te selecteren.
58 Hoofdstuk 3 I/O-configuratie NLWW
12. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
Netwerkprotocollen uitschakelen (optioneel)
Alle ondersteunde netwerkprotocollen zijn ingeschakeld in de fabriek. Het uitschakelen van
de ongebruikte protocollen heeft de volgende voordelen:
vermindert door printers veroorzaakt netwerkverkeer
verhindert dat onbevoegde gebruikers op de printer afdrukken
geeft alleen toepasselijke informatie op de configuratiepagina
maakt het mogelijk dat het bedieningspaneel van de printer protocolspecifieke
foutberichten en waarschuwingen weergeeft
Opmerking
De TCP/IP-configuratie van de HP Color LaserJet 3550 moet niet worden uitgeschakeld. Als
u TCP/IP uitschakelt, verliest u de verbinding met de pagina van de ingebouwde webserver
van de printer.
IPX/SPX uitschakelen
Opmerking
Schakel dit protocol niet uit als Windows 95/98, Windows NT, Me, 2000 en XP naar de
printer afdrukken met IPX/SPX.
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om I/O te markeren.
5. Druk op
om I/O te selecteren.
6. Druk op
om EIO X te markeren.
7. Druk op
om EIO X te selecteren.
8. Druk op
om IPX/SPX te markeren.
9. Druk op
om IPX/SPX te selecteren.
10. Druk op
om INSCHAKELEN te selecteren.
11. Druk op
om UIT te markeren.
12. Druk op
om UIT te selecteren. Er verschijnt een bericht op het bedieningspaneel dat
de instelling is opgeslagen en er wordt een optie weergegeven waarmee IPX/SPX
opnieuw kan worden ingesteld.
13. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
AppleTalk uitschakelen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om I/O te markeren.
5. Druk op
om I/O te selecteren.
NLWW Netwerkconfiguratie 59
6. Druk op om EIO X te markeren.
7. Druk op
om EIO X te selecteren.
8. Druk op
om APPLETALK te markeren.
9. Druk op
om APPLETALK te selecteren.
10. Druk op
om INSCHAKELEN te selecteren.
11. Druk op
om UIT te markeren.
12. Druk op
om UIT te selecteren. Er verschijnt een bericht op het bedieningspaneel dat
de instelling is opgeslagen en er wordt een optie weergegeven waarmee AppleTalk
opnieuw kan worden ingesteld.
13. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
DLC/LLC uitschakelen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om I/O te markeren.
5. Druk op
om I/O te selecteren.
6. Druk op
om EIO X te markeren.
7. Druk op
om EIO X te selecteren.
8. Druk op
om DCL/LLC te markeren.
9. Druk op
om DCL/LLC te selecteren.
10. Druk op
om INSCHAKELEN te selecteren.
11. Druk op
om UIT te markeren.
12. Druk op
om UIT te selecteren. Er verschijnt een bericht op het bedieningspaneel dat
de instelling is opgeslagen en er wordt een optie weergegeven waarmee DLC/LLC
opnieuw kan worden ingesteld.
13. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
60 Hoofdstuk 3 I/O-configuratie NLWW
Afdruktaken
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u eenvoudige afdruktaken uitvoert. De volgende
onderwerpen komen aan bod:
Afdruktaken beheren
Papier selecteren
Laden configureren
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal
Dubbelzijdig afdrukken (duplex)
Bijzondere afdruksituaties
Geheugen beheren (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer)
NLWW 61
Afdruktaken beheren
Als u het besturingssysteem Microsoft Windows gebruikt en een taak wilt afdrukken, wordt
door drie instellingen bepaald waar de printerdriver zal proberen om papier op te nemen. De
instellingen voor Bron, Soort en Formaat worden in de meeste softwareapplicaties
weergegeven in het dialoogvenster Pagina-instelling, Afdrukken of
Afdrukeigenschappen. Als u deze instellingen niet verandert, selecteert de printer
automatisch een lade op basis van de standaardinstellingen.
VOORZICHTIG
Als u afdruktaken van andere gebruikers onveranderd wilt laten, is het verstandig om
veranderingen in de instelling aan te brengen via het programma of de printerdriver.
Wijzigingen van de printerinstellingen die zijn aangebracht via het bedieningspaneel van de
printer, worden de standaardinstellingen voor alle volgende afdruktaken. De instellingen die
in de software of de printerdriver worden geselecteerd, krijgen voorrang op de instellingen
die op het bedieningspaneel worden geselecteerd.
Bron
Afdrukken volgens Bron houdt in dat u een specifieke lade kiest waaruit de printer het
papier moet opnemen. De printer zal proberen om uit de opgegeven lade af te drukken,
ongeacht de soort en het formaat van het afdrukmateriaal in de lade. Als u een lade kiest die
is geconfigureerd voor een soort of formaat dat niet met de afdruktaak overeenkomt, drukt
de printer niet automatisch af. In plaats daarvan wacht de printer totdat u in de opgegeven
lade papier van de juiste soort en het juiste formaat voor de afdruktaak plaatst. Als het
papier juist in de lade is geplaatst, begint de printer met afdrukken. Als u op
drukt, kunt u
via het uitleesvenster andere laden kiezen.
Opmerking
Zie Prioriteit van afdrukinstellingen als u problemen hebt met afdrukken op Bron.
62 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
Soort en Formaat
Afdrukken volgens Soort of Formaat houdt in dat de printer papier ophaalt vanuit de eerste
lade die papier van de gewenste soort of het gewenste formaat bevat. Selectie van papier
volgens soort in plaats van bron is vergelijkbaar met het vergrendelen van laden en zorgt
ervoor dat speciaal papier niet per ongeluk wordt gebruikt. (Als u echter de instelling
Willekeurig selecteert, wordt de functie voor het vergrendelen van laden niet ingeschakeld.)
Als een lade bijvoorbeeld voor briefhoofdpapier is geconfigureerd en u in de printerdriver
opgeeft dat u op normaal papier wilt afdrukken, wordt door de printer geen papier uit de lade
briefhoofdpapier opgenomen. In plaats daarvan wordt papier opgenomen uit een lade die
normaal papier bevat en die via het bedieningspaneel voor normaal papier is
geconfigureerd. Selectie van papier volgens soort en formaat leidt tot aanmerkelijke
verbeteringen in de afdrukkwaliteit voor zwaar papier, glanspapier en transparanten.
Gebruik van de onjuiste instelling kan leiden tot verminderde afdrukkwaliteit. Druk altijd af
volgens Soort voor speciaal afdrukmateriaal, zoals etiketten of transparanten. Druk altijd af
volgens Formaat voor enveloppen.
Als u wilt afdrukken volgens Soort of Formaat en de laden niet zijn geconfigureerd voor
een bepaalde soort of een bepaald formaat, plaatst u het papier of het afdrukmateriaal in
Lade 1. Vervolgens selecteert u de opties Soort en Formaat in de dialoogvensters
Pagina-instelling, Afdrukken of Afdrukeigenschappen.
Als u vaak op een bepaalde soort of een bepaald formaat papier afdrukt, kunt u (voor
een lokale printer) of kan de netwerkbeheerder (voor een netwerkprinter) een lade voor
de betreffende soort of het betreffende formaat papier configureren. Zie
Ingebouwde
webserver gebruiken (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) en Laden
configureren voor soort en formaat. Als u daarna die soort of dat formaat kiest als
afdruktaak, zal de printer papier opnemen uit de lade die voor de betreffende soort of
het betreffende formaat is geconfigureerd.
Elke keer dat Lade 2 of de optionele Lade 3 wordt gesloten, wordt een bericht
weergegeven dat u een Soort of Formaat voor de lade moet selecteren. Als de lade al
correct is geconfigureerd, drukt u op
om terug te keren naar de status Gereed.
Prioriteit van afdrukinstellingen
Wijzigingen die u in de afdrukinstellingen aanbrengt, krijgen voorrang (of hebben prioriteit)
afhankelijk van waar de wijzigingen zijn aangebracht:
Opmerking
Namen van opdrachten en dialoogvensters kunnen variëren afhankelijk van het programma
dat u gebruikt.
Dialoogvenster Pagina-instelling. Dit dialoogvenster wordt geopend wanneer u klikt op
Pagina-instelling of een vergelijkbare opdracht in het menu Bestand van het
programma waarin u werkt. Als u hier wijzigingen aanbrengt, worden alle gewijzigde
instellingen ergens anders teniet gedaan.
Dialoogvenster Afdrukken. Dit dialoogvenster wordt geopend wanneer u klikt op
Afdrukken, Pagina-instelling of een vergelijkbare opdracht in het menu Bestand van
het programma waarin u werkt. Instellingen die in het dialoogvenster Afdrukken worden
gewijzigd, hebben een lagere prioriteit en doen wijzigingen in het dialoogvenster Pagina-
instelling niet teniet.
Dialoogvenster Printereigenschappen (printerdriver). De printerdriver wordt geopend
wanneer u klikt op Eigenschappen in het dialoogvenster Afdrukken. Instellingen die in
het dialoogvenster Printereigenschappen worden gewijzigd, hebben geen prioriteit
over instellingen die elders in het programma zijn gekozen.
NLWW Afdruktaken beheren 63
Standaardinstellingen in de printerdriver. Met de standaardinstellingen in de printerdriver
worden de instellingen voor alle afdruktaken bepaald, tenzij de instellingen worden
gewijzigd in de dialoogvensters Pagina-instelling, Afdrukken of Eigenschappen voor
printer, zoals hierboven wordt beschreven.
Instellingen op het bedieningspaneel van de printer. De instellingen die hier worden
gewijzigd, hebben een lagere prioriteit dan instellingen die elders worden gewijzigd.
Toegang tot de instellingen in de printerdriver
Besturingssysteem Instellingen voor afdruktaken
tijdelijk wijzigen
Standaardinstellingen
definitief wijzigen
1
Windows 98, NT 4.0, 2000, Me
en XP
Kies Afdrukken in het menu
Bestand. Selecteer de printer
en klik op Eigenschappen.
(De werkelijke procedure kan
verschillen; dit is de
meestvoorkomende procedure.)
Klik op Start en kies
Instellingen en Printers of
Printers en faxapparaten. Klik
met de rechtermuisknop op het
printerpictogram en kies
Eigenschappen. Veel functies
zijn beschikbaar als u de
opdracht Standaardwaarden
document (NT 4.0) of
Voorkeursinstellingen voor
afdrukken (2000 en XP)
gebruikt.
Macintosh OS 9.1 Kies Print in het menu Archief.
Wijzig de gewenste instellingen
in de verschillende pop-
upmenu's.
Kies Print in het menu Archief.
Als u de instellingen hebt
gewijzigd in het pop-upmenu,
klikt u op Bewaar instellingen.
Macintosh OS X Kies Print in het menu Archief.
Wijzig de gewenste instellingen
in de verschillende pop-
upmenu's.
Kies Print in het menu Archief.
Wijzig de gewenste instellingen
in de verschillende pop-
upmenu's en klik op Bewaar
speciale instellingen in het
hoofdpop-upmenu. Deze
instellingen worden opgeslagen
als de optie Speciaal. Als u de
nieuwe instellingen wilt
gebruiken, moet u de optie
Speciaal selecteren wanneer u
een programma opent en wilt
afdrukken.
1
Toegang tot de standaardinstellingen voor de printer is wellicht beperkt en de instellingen
zijn dus wellicht niet beschikbaar.
64 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
Papier selecteren
Met deze printer kunt u op verschillende soorten papier en andere afdrukmaterialen
afdrukken. In dit gedeelte worden richtlijnen en specificaties voor de keuze en het gebruik
van verschillende afdrukmaterialen gegeven.
Zorg voordat u papier of speciale formulieren in grotere hoeveelheden aanschaft, dat uw
leverancier weet welke eisen worden gesteld aan afdrukmaterialen die op uw printer mogen
worden gebruikt. Deze eisen worden beschreven in de HP LaserJet Printer Family Print
Media Specification Guide.
Zie
Printerbenodigdheden en accessoires voor informatie over het bestellen van de HP
LaserJet Printer Family Print Media Specification Guide. Als u een exemplaar van de HP
LaserJet Printer Family Print Media Specification Guide wilt downloaden, gaat u naar
http://www.hp.com/support/clj3550 voor de HP Color LaserJet 3550 series en naar
http://www.hp.com/support/clj3700 voor de HP Color LaserJet 3700 series. Selecteer
Manuals (Handleidingen).
Het is mogelijk dat het papier voldoet aan alle richtlijnen van dit hoofdstuk of van de HP
LaserJet Printer Family Print Media Specification Guide en toch niet tot voldoende
afdrukresultaten leidt. Dit kan te wijten zijn aan abnormale omstandigheden in de ruimte
waar wordt afgedrukt, of aan andere variabelen waarover Hewlett-Packard geen controle
heeft (bijvoorbeeld een extreem hoge of lage temperatuur of luchtvochtigheid).
Hewlett-Packard raadt aan papier eerst uit te proberen voordat u grote hoeveelheden
aanschaft.
VOORZICHTIG
Het gebruik van papier dat niet voldoet aan de hier of in de handleiding voor afdrukmateriaal
beschreven specificaties, kan problemen veroorzaken waar reparaties voor nodig zijn die
niet door de garantie- of service-overeenkomst van Hewlett-Packard worden gedekt.
Papier dat u moet vermijden
De printer kan veel verschillende soorten papier verwerken. Gebruik van papier dat niet aan
de specificaties van de printer voldoet, leidt tot verslechtering van de afdrukkwaliteit en een
verhoogde kans op papierstoringen.
Gebruik geen papier met een te ruw oppervlak.
Gebruik geen papier met gaatjes of perforaties, behalve geperforeerd standaardpapier
met 3 gaatjes.
Gebruik geen meerdelige formulieren.
Gebruik geen papier waarop al eerder is afgedrukt of dat door een kopieerapparaat is
gevoerd.
Gebruik geen papier met een watermerk als u afdrukt met dekkende kleurvlakken of
patronen.
NLWW Papier selecteren 65
Papier dat de printer kan beschadigen
In zeldzame gevallen kan het voorkomen dat de printer door het papier wordt beschadigd.
Als u schade aan de printer wilt voorkomen, moet u gebruik van het volgende papier
vermijden:
Gebruik geen papier met nietjes.
Gebruik geen transparanten die bestemd zijn voor inkjetprinters of voor andere printers
met lage temperaturen of transparanten die bestemd zijn voor zwart-wit afdrukken.
Gebruik uitsluitend transparanten die zijn goedgekeurd voor gebruik met HP Color
LaserJet printers.
Gebruik geen fotopapier bestemd voor Inkjet-printers.
Gebruik geen gebosseleerd of gecoat papier dat niet geschikt is voor de temperatuur
van de fusereenheden van de HP Color LaserJet 3550 en 3700 series printer. Selecteer
papier dat gedurende 0,1 seconde een temperatuur van 190° C kan doorstaan. HP
levert verschillende soorten papier die speciaal zijn ontwikkeld voor gebruik in HP Color
LaserJet 3550 en 3700 series printers.
Gebruik geen briefhoofdpapier dat met lage-temperatuurinkt of thermografie is bedrukt.
Op voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier moet inkt zijn gebruikt dat gedurende
0,1 seconde een temperatuur van 190° C kan doorstaan.
Gebruik geen afdrukmateriaal dat schadelijke emissies produceert of dat smelt,
vervormd of verkleurd als het gedurende 0,1 seconde aan een temperatuur van
190° C wordt blootgesteld.
Als u benodigdheden voor HP Color LaserJet printers wilt bestellen, gaat u naar URL:
http://www.hp.com/go/ljsupplies in de V.S. of naar URL: http://www.hp.com/ghp/
buyonline.html in de overige delen van de wereld.
66 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
Laden configureren
U kunt met de HP Color LaserJet 3550 en 3700 series printer laden configureren per soort
en formaat. U kunt verschillende soorten papier in de laden van de printer plaatsen en
vervolgens papier opvragen per soort of formaat in de toepassing of de printerdriver.
Opmerking
Als u eerder HP LaserJet printers hebt gebruikt, bent u wellicht gewend om Lade 1 te
configureren in de Eerste modus of de Cassettemodus. Als u de instellingen voor de Eerste
modus wilt nabootsen, configureert u voor Lade 1 de opties ELK FORMAAT en ELK
SOORT. Het papier wordt eerst uit Lade 1 gehaald (indien deze lade papier bevat) wanneer
er voor de afdruktaak geen andere lade is opgegeven. Deze instelling wordt aanbevolen als
u verschillende soorten of formaten papier in Lade 1 plaatst. Als u de instellingen van de
Cassettemodus wilt nabootsen, stelt u de soort of het formaat voor Lade 1 in op een andere
instelling dan ELK FORMAAT of ELK SOORT. Deze instelling wordt aanbevolen wanneer u
hetzelfde papierformaat en dezelfde papiersoort gebruikt in Lade 1.
Opmerking
Als u dubbelzijdig wilt afdrukken, controleert u of het geplaatste papier voldoet aan de
specificaties voor dubbelzijdig afdrukken. (Zie
Ondersteunde papiergewichten en -formaten.)
Met de volgende instructies kunt u de laden configureren op het bedieningspaneel van de
printer. Het is tevens mogelijk om de laden via de computer te configureren met behulp van
de ingebouwde webserver. Zie
Ingebouwde webserver gebruiken (alleen voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer).
Formaat configureren
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om PAPIERVERWERKING te markeren.
3. Druk op
om PAPIERVERWERKING te selecteren.
4. Druk op
om LADE 1 FORMAAT, LADE 2 FORMAAT, LADE 3 FORMAAT te
markeren.
5. Druk op
om LADE 1 FORMAAT, LADE 2 FORMAAT, LADE 3 FORMAAT te
selecteren.
6. Druk op
of om het gewenste papierformaat te markeren.
7. Druk op
om het papierformaat te selecteren.
8. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
9. Als LADE 1 FORMAAT is ingesteld op custom, wordt het pop-upmenu voor speciaal
papier weergegeven. Zie
Aangepast papier voor Lade 1 voor meer informatie.
Soort configureren
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om PAPIERVERWERKING te markeren.
3. Druk op
om PAPIERVERWERKING te selecteren.
4. Druk op
om LADE 1 TYPE, LADE 2 TYPE, LADE 3 TYPE te markeren.
5. Druk op
om LADE 1 TYPE, LADE 2 TYPE, LADE 3 TYPE te selecteren.
6. Druk op
of om de gewenste papiersoort te markeren.
NLWW Laden configureren 67
7. Druk op om de papiersoort te selecteren.
8. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
Aangepast papier voor Lade 1
Gebruik de instelling ELK FORMAAT wanneer het papier waarop u wilt afdrukken, niet
precies overeenkomt met het papierformaat dat is opgegeven in het document dat u afdrukt.
De printer probeert eerst papier te vinden dat precies overeenkomt met het document en
probeert vervolgens af te drukken vanuit de lade die is ingesteld op ELK FORMAAT of ELK
SOORT.
Gebruik de instelling ELK AANGEPAST wanneer het formaat van het papier waarop u wilt
afdrukken, niet precies overeenkomt met het papierformaat dat is opgegeven in het
document dat u afdrukt. De printer probeert een formaat te vinden dat precies overeenkomt.
Wanneer er geen formaat wordt gevonden dat precies overeenkomt met het aangepaste
formaat dat is opgegeven, probeert de printer de lade te vinden die is ingesteld op ELK
AANGEPAST. Uiteindelijk drukt de printer af vanuit een lade die is ingesteld op ELK FORM.
Het instellen van aangepast papier bestaat uit twee stappen. Nadat u beide stappen hebt
uitgevoerd, wordt op het uitleesvenster opnieuw het menu PAPIERVERWERKING
weergegeven. Wanneer een aangepast formaat voor een lade is ingesteld, blijft deze
instelling behouden totdat u de instelling wijzigt in het bedieningspaneel.
?
x
yy
2
1
1 X-afmeting
2 Y-afmeting
Maateenheid
1. Druk op om MAATEENHEID te markeren.
2. Druk op
om MAATEENHEID te selecteren.
3. Druk op
of om de gewenste maateenheid te markeren.
4. Druk op
om de instelling te selecteren.
X-afmeting
De X-afmeting is de breedte van de pagina zoals deze wordt ingevoerd.
1. Druk op
om X-GROOTTE te markeren.
2. Druk op
om X-GROOTTE te selecteren.
68 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
3. Druk op of om de gewenste instelling te markeren.
4. Druk op
om de instelling te selecteren. Als de opgegeven instelling buiten het geldige
bereik valt, wordt gedurende twee seconden Ongeldige waarde weergegeven. U wordt
in het uitleesvenster gevraagd om een andere instelling op te geven.
Y-afmeting
De Y-afmeting is de lengte van de pagina zoals deze wordt ingevoerd.
1. Druk op
om Y-GROOTTE te markeren.
2. Druk op
om Y-GROOTTE te selecteren.
3. Druk op
of om de gewenste instelling te markeren.
4. Druk op
om de instelling te selecteren. Als de opgegeven instelling buiten het geldige
bereik valt, wordt gedurende twee seconden Ongeldige waarde weergegeven. U wordt
in het uitleesvenster gevraagd om een andere instelling op te geven.
Afdrukken vanuit Lade 1 (multifunctionele lade)
Lade 1 is een multifunctionele lade die 100 vel papier of 10 enveloppen kan bevatten. Deze
lade biedt een gemakkelijke manier voor het afdrukken van enveloppen, transparanten,
aangepaste papierformaten of andere papiersoorten zonder dat u papier uit andere laden
hoeft te verwijderen.
Papier plaatsen in Lade 1
VOORZICHTIG
Plaats geen afdrukmateriaal in Lade 1 tijdens het afdrukken om papierstoringen te
voorkomen.
1. Open Lade 1.
Opmerking
Gebruik Lade 1 als u wilt afdrukken op speciaal afdrukmateriaal, zoals enveloppen. Zie
Enveloppen afdrukken vanuit Lade 1 voor meer informatie.
NLWW Laden configureren 69
2. Trek het verlengstuk van de uitvoerbak omhoog.
3. Trek het verlengstuk van de lade uit en open indien nodig het extra verlengstuk van de
lade.
4. Schuif de papiergeleiders voor de breedte iets verder uit elkaar dan de breedte van het
afdrukmateriaal.
?
70 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
5. Plaats het afdrukmateriaal met de afdrukzijde naar boven en met de bovenste, korte
zijde als eerste in de lade.
Opmerking
Raadpleeg Dubbelzijdig afdrukken (duplex) voor plaatsingsinstructies als u dubbelzijdig wilt
afdrukken.
?
6. Schuif de papiergeleiders voor de breedte net zover naar binnen totdat deze de stapel
afdrukmateriaal op zijn plaats houden zonder het materiaal te buigen. Het
afdrukmateriaal moet onder de lipjes op de breedtegeleiders passen.
?
VOORZICHTIG
Wacht totdat de printer gereed is met afdrukken voordat u Lade 1 (optioneel) sluit. Anders
kunnen papierstoringen ontstaan.
7. Als u afdrukt op speciaal afdrukmateriaal, zoals etiketten, enveloppen of zwaarder of
lichter papier, opent u de onderklep aan de achterzijde van de printer (achteruitvoerbak).
Trek het verlengstuk van de lade uit.
NLWW Laden configureren 71
Enveloppen afdrukken vanuit Lade 1
U kunt vanuit Lade 1 verschillende soorten enveloppen afdrukken. Er kunnen maximaal 10
enveloppen in de lade worden geplaatst. De afdrukkwaliteit is afhankelijk van de soort
envelop.
In de software stelt u de marges in op ten minste 15 mm van de rand van de envelop.
VOORZICHTIG
Enveloppen met klemmetjes, vensters, binnenvoering, niet-bedekt plakmiddel of andere
synthetische materialen kunnen de printer zwaar beschadigen. Probeer nooit op beide
zijden van een envelop af te drukken om storingen en mogelijke beschadiging van de printer
te vermijden. Voordat u enveloppen laadt, moet u ervoor zorgen dat deze vlak en
onbeschadigd zijn en niet aan elkaar plakken. Gebruik geen zelfklevende enveloppen
waarvan de kleefstroken onder druk vastkleven. Verwijder geen enveloppen uit de lade en
vul de lade niet bij tijdens het afdrukken, omdat u hiermee papierstoringen kunt veroorzaken.
Ga als volgt te werk om enveloppen in Lade 1 te plaatsen
1. Open Lade 1.
2. Trek het verlengstuk van de lade uit en open indien nodig het extra verlengstuk van de
lade.
72 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
3. Stel de papiergeleiders voor de breedte in.
?
4. Plaats maximaal 10 enveloppen in het midden van Lade 1 met de afdrukzijde naar
boven, de postzegelhoek naar de printer gericht en de korte zijde naar de printer
gekeerd. Schuif de enveloppen zo ver mogelijk in de printer zonder te forceren.
?
5. Schuif de geleiders tegen de stapel enveloppen, zonder dat deze echter opbollen. De
enveloppen moeten onder de lipjes op de geleiders passen.
?
Enveloppen bedrukken
1. Als voor Lade 1 een specifiek formaat is ingesteld, stelt u op het bedieningspaneel het
papierformaat voor Lade 1 in op het formaat van de enveloppen.
2. Geef Lade 1 op of selecteer de papierbron op formaat in de printerdriver.
NLWW Laden configureren 73
3. Wanneer uw software niet automatisch de juiste opmaak voor een envelop kiest, moet u
in uw programma of in de printerdriver de oriëntatie Liggend opgeven. Neem bij het
instellen van de marges voor het adres van de afzender en de ontvanger op enveloppen
van het formaat Commercial #10 of DL de volgende richtlijnen in acht.
Opmerking
Kies voor andere envelopformaten een marge-instelling die met dit formaat overeenkomt.
4. Selecteer in het programma of de printerdriver de opdracht Afdrukken.
Adrestype Linkermarge Bovenmarge
Afzender 15 mm 15 mm
Bestemming 102 mm 51 mm
Afdrukken vanuit Lade 2 en Lade 3
Lade 2 biedt plaats aan 250 vel normaal papier. Voor Lade 2 kan een groot aantal formaten
worden ingesteld. De optionele Lade 3 kan maximaal 500 vel normaal papier bevatten.
Lade 3 kan onder Lade 2 worden geplaatst. Lade 3 is geschikt voor Letter- en A4-papier.
Indien juist geïnstalleerd, wordt Lade 3 door de printer herkend en wordt Lade 3
weergegeven als een optie in het menu Apparaat configureren op het bedieningspaneel.
VOORZICHTIG
De papierbaan voor Lade 3 loopt door Lade 2. Wanneer Lade 2 of Lade 3 gedeeltelijk naar
buiten is getrokken of is verwijderd, kan papier in Lade 3 niet worden ingevoerd. Hierdoor
kan in de printer een papierstoring ontstaan.
Papier plaatsen in Lade 2
VOORZICHTIG
Als u papierstoringen wilt vermijden, moet u geen lade openen of verwijderen tijdens het
afdrukken.
1. Trek Lade 2 uit de printer en verwijder alle papier.
74 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
2. Trek het verlengstuk van de uitvoerbak omhoog.
3. Verschuif de zijgeleiders totdat de blauwe pijlen op de breedtegeleiders het geplaatste
papierformaat aangeven.
4. Druk op de achterkant van de lade op de blauwe ribbels en verschuif de lengtegeleiders
totdat de pijl gericht is op het papierformaat dat u plaatst.
NLWW Laden configureren 75
5. Plaats het papier in de lade. Als dit speciaal papier is, bijvoorbeeld briefhoofdpapier,
plaatst u het papier met de afdrukzijde naar beneden en de bovenrand richting de
voorkant van de lade.
Opmerking
Raadpleeg Dubbelzijdig afdrukken (duplex) voor plaatsingsinstructies als u dubbelzijdig wilt
afdrukken.
6. Druk op de stapel papier totdat de metalen hefplaat vastklikt. Zorg dat de stapel papier
vlak ligt en dat het papier onder de hoogtelipjes is geplaatst.
7. Schuif de lade terug in de printer.
76 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
Papier plaatsen in Lade 3
1. Trek de lade uit de printer en verwijder alle papier.
2. Trek het verlengstuk van de uitvoerbak omhoog.
3. Pas de lengtegeleiders aan. Als u Letter-papier gebruikt, tilt u de blauwe afsluiter aan de
achterkant op. Als u A4-papier gebruikt, laat u de blauwe afsluiter aan de achterkant
zakken.
NLWW Laden configureren 77
4. Pas de breedtegeleiders aan. Druk voor Letter-papier het midden van de
breedtegeleiders aan de zijkant zo ver mogelijk naar buiten. Druk voor A4-papier de
blauwe ribbels aan de buitenkant van de breedtegeleiders aan de zijkant zo ver mogelijk
naar binnen.
5. Plaats het papier in de lade. Als dit speciaal papier is, bijvoorbeeld briefhoofdpapier,
plaatst u het papier met de afdrukzijde naar beneden en de bovenrand naar de voorkant
van de lade gericht.
Opmerking
Raadpleeg Dubbelzijdig afdrukken (duplex) voor plaatsingsinstructies als u dubbelzijdig wilt
afdrukken.
6. De stapel papier moet in alle vier hoeken vlak in de lade liggen en moet onder de
hoogtelipjes zijn geplaatst.
78 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
7. Schuif de lade terug in de printer.
NLWW Laden configureren 79
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal
Ga bij het afdrukken op speciaal afdrukmateriaal te werk volgens onderstaande richtlijnen.
Transparanten
Neem bij het afdrukken op transparanten het volgende in acht:
Pak transparanten altijd bij de randen vast. Vettige vingerafdrukken op een transparant
kunnen de afdrukkwaliteit aantasten.
Gebruik alleen overheadtransparanten die voor gebruik in deze printer worden
aanbevolen. Hewlett-Packard beveelt voor deze printer HP Color LaserJet
Transparanten aan. HP producten zijn zo ontwikkeld dat deze in combinatie met elkaar
de best mogelijke resultaten garanderen.
Selecteer TRANSPARANT als materiaalsoort in de toepassing of de printerdriver of
druk af uit een lade die is geconfigureerd voor transparanten.
VOORZICHTIG
Transparanten die niet zijn ontwikkeld voor afdrukken in een LaserJet printer smelten in de
printer, waardoor de printer wordt beschadigd. Gebruik geen transparanten die bestemd zijn
voor zwart-wit afdrukken.
Glanspapier
Selecteer in het programma of in de driver de optie Glanspapier als de soort
afdrukmateriaal of druk af vanuit een lade die voor glanspapier is geconfigureerd.
Selecteer Glanzend voor materialen met een gewicht tot 105 g/m
2
. Selecteer Zwaar
glanzend voor materialen met een gewicht tot 120 g/m
2
.
Aangezien dit voor alle afdruktaken geldt, is het belangrijk dat u na uitvoering van uw
afdruktaak de normale instelling van de printer herstelt. Zie
Laden configureren voor
meer informatie.
Opmerking
Hewlett-Packard beveelt voor deze printer HP Color LaserJet Soft Gloss paper aan. HP
producten zijn zo ontwikkeld dat deze in combinatie met elkaar de best mogelijke resultaten
garanderen. Als in deze printer geen HP Color LaserJet Soft Gloss paper wordt gebruikt,
kan de afdrukkwaliteit verminderen.
Gekleurd papier
Gekleurd papier moet van dezelfde hoge kwaliteit zijn als wit fotokopieerpapier.
De gebruikte kleurpigmenten moeten de temperatuur van de fuser van de printer
(190° C) gedurende 0,1 seconde kunnen doorstaan zonder dat de kwaliteit van de
kleuren wordt aangetast.
Gebruik geen papier met een gekleurde coating die na fabricage van het papier is
aangebracht.
De printer produceert kleuren door patronen puntjes – overlappend en met variërende
spatiëring – af te drukken. De tint of de kleur van het gebruikte papier kan de tinten van
de afgedrukte kleuren beïnvloeden.
80 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
Enveloppen
Opmerking
U kunt enveloppen alleen bedrukken vanuit Lade 1. Stel het formaat voor de lade in op het
specifieke envelopformaat. Zie
Enveloppen afdrukken vanuit Lade 1.
Houd rekening met de volgende punten om juist af te drukken op enveloppen en om
papierstoringen te voorkomen:
Plaats niet meer dan 10 enveloppen tegelijk in Lade 1.
De enveloppen mogen niet zwaarder zijn dan 90 g/m
2
.
Enveloppen moeten plat zijn.
Gebruik geen vensterenveloppen of enveloppen met sluithaakjes.
Enveloppen mogen niet verkreukeld, geknikt of gevouwen of anderszins beschadigd zijn.
Zelfklevende enveloppen moeten zijn voorzien van lijm die bestand is tegen de hitte en
de druk van het smeltproces van de printer.
De enveloppen moeten worden geplaatst met de afdrukkant naar beneden, de
bovenkant van de envelop naar links en de korte zijde naar de printer gericht.
Opmerking
In een vochtige omgeving moeten enveloppen met de lange zijde naar de printer gericht
worden afgedrukt. Dit voorkomt dat de enveloppen tijdens het afdrukken worden
dichtgeplakt. Enveloppen moeten met de afdrukkant naar beneden en met de lange zijde
naar de printer worden geplaatst als u wilt afdrukken langs de lange zijde. Zie
Enveloppen
afdrukken vanuit Lade 1 als u de afdrukstand van de printer voor enveloppen wilt wijzigen.
Etiketten
Opmerking
Selecteer in de toepassing of de printerdriver Etiketten als de materiaalsoort of configureer
Lade 1 voor etiketten. Zie
Laden configureren.
Neem bij het afdrukken op etiketten het volgende in acht:
Controleer of de kleeflaag van de etiketten gedurende 0,1 seconde een temperatuur van
190° C kan doorstaan.
Zorg ervoor dat de kleeflaag tussen de etiketten nergens blootligt. Op plaatsen waar de
kleeflaag blootligt, kunnen de etiketten loslaten, waardoor papierstoringen kunnen
worden veroorzaakt. Een blootliggende kleeflaag kan ook onderdelen van de printer
beschadigen.
Laad een vel etiketten niet meer dan een keer in de printer.
Zorg ervoor dat de etiketten goed vlak liggen.
Gebruik geen etiketten met kreukels, bobbels of andere beschadigingen.
NLWW Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal 81
Zwaar papier
De laden kunnen de meeste zware materialen tot 105 g/m
2
verwerken.
2 2
2 2 2 2
materiaalsoort in de toepassing of de printerdriver of druk af uit een lade die is
geconfigureerd voor zwaar papier. Aangezien deze instelling voor alle afdruktaken geldt,
is het belangrijk dat u na uitvoering van uw afdruktaak de normale instelling van de
printer herstelt. Zie
Laden configureren.
VOORZICHTIG
Gebruik over het algemeen geen papier dat zwaarder is dan het afdrukmateriaal dat voor
deze printer wordt aanbevolen. Gebruik van te zwaar papier kan tot transportproblemen,
papierstoringen, verminderde afdrukkwaliteit of tot overmatige slijtage van de
printermechanismen leiden. Bepaalde zware afdrukmaterialen, zoals HP Cover Stock,
kunnen echter zonder problemen worden gebruikt.
HP LaserJet Tough paper
Volg onderstaande richtlijnen wanneer u op HP LaserJet Tough paper afdrukt:
Pak het papier altijd bij de randen vast. Vettige vingerafdrukken op het papier kunnen de
afdrukkwaliteit aantasten.
Gebruik alleen HP LaserJet Tough paper voor deze printer. HP producten zijn zo
ontwikkeld dat deze in combinatie met elkaar de best mogelijke resultaten garanderen.
Selecteer STEVIG PAP. als materiaalsoort in de toepassing of de printerdriver of druk af
uit een lade die is geconfigureerd voor HP LaserJet Tough paper.
VOORZICHTIG
Transparant materiaal dat niet is ontwikkeld voor afdrukken in een LaserJet printer, smelt in
de printer waardoor de printer wordt beschadigd.
Voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier
Als u afdrukt op voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier bereikt u de beste resultaten
wanneer u de volgende richtlijnen in acht neemt:
Formulieren en briefhoofdpapier moeten zijn bedrukt met hittebestendige inkt die niet
smelt, verdampt of schadelijke emissies produceert wanneer deze gedurende 0,1 aan
de temperatuur van de fuser van de printer (ongeveer 190° C) wordt blootgesteld.
De inkt op het papier mag niet brandbaar zijn en de rollen in de printer niet aantasten.
Formulieren en briefhoofdpapier moeten in een vochtbestendige verpakking worden
bewaard om veranderingen in het materiaal tegen te gaan.
Controleer voordat u voorgedrukte formulieren of briefhoofdpapier in de printer laadt,
eerst of de inkt goed droog is. Natte inkt op voorgedrukt papier kan tijdens het
smeltproces loslaten.
82 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
Gebruik in Lade 1 alleen kaarten met een gewicht van 135 g/m tot 166 g/m .
Selecteer ZWAAR 106 g/m tot 163 g/m of KAARTEN 135 g/m tot 166 g/m als
Tijdens dubbelzijdig afdrukken op de HP Color LaserJet 3700 series printer plaatst u
voorgedrukte formulieren en briefhoofdpapier in Lade 2 en Lade 3 met de afdrukzijde
naar boven en de bovenrand van de pagina naar de achterkant van de lade. Als u
voorgedrukte formulieren of briefhoofdpapier in Lade 1 wilt plaatsen, plaatst u het papier
met de afdrukzijde naar beneden en de onderrand naar de printer gericht.
Tijdens enkelzijdig afdrukken plaatst u voorgedrukte formulieren en briefhoofdpapier in
Lade 2 en Lade 3 met de afdrukzijde naar boven en de bovenrand van de pagina naar
links. Als u voorgedrukte formulieren en briefhoofdpapier in Lade 1 wilt plaatsen, plaatst
u deze in de lade met de bedrukte zijde naar beneden en de bovenste korte zijde naar
de printer gericht.
Kringlooppapier
U kunt op uw printer ook kringlooppapier gebruiken. Kringlooppapier moet aan dezelfde
eisen voldoen als normaal papier. Raadpleeg de HP LaserJet Printer Family Print Media
Specification Guide voor meer informatie. Hewlett-Packard beveelt aan om kringlooppapier
te gebruiken dat niet meer dan 5 procent houtpulp bevat.
NLWW Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal 83
Dubbelzijdig afdrukken (duplex)
De printer kan op beide zijden van het papier afdrukken. Raadpleeg Handmatig dubbelzijdig
afdrukken als de printer niet beschikt over een functie voor automatisch dubbelzijdig
afdrukken.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken (beschikbaar voor de
HP Color LaserJet 3700dn en 3700dtn printer)
Opmerking
Als u automatisch dubbelzijdig wilt afdrukken, moet u dit aangeven in het programma dat u
gebruikt of in de printerdriver.
Ga als volgt te werk om automatisch dubbelzijdig af te drukken:
Zorg ervoor dat de printerdriver voor dubbelzijdig afdrukken is ingesteld. (Raadpleeg de
on line Help van de printerdriver voor instructies.)
Selecteer de opties voor dubbelzijdig afdrukken in de printerdriver. U moet opties
instellen voor de pagina-oriëntatie en het binden.
Bepaalde afdrukmaterialen, zoals transparanten, etiketten, kaarten en glansfilm kunnen
niet dubbelzijdig worden bedrukt.
Voor de beste resultaten kunt u dubbelzijdig afdrukken het beste vermijden bij gebruik
van ruw en zwaar papier.
Tijdens dubbelzijdig afdrukken plaatst u voorgedrukte formulieren en briefhoofdpapier in
Lade 2 en Lade 3 met de afdrukzijde naar boven en de bovenrand van de pagina
richting de achterzijde van de lade. Als u voorgedrukte formulieren of briefhoofdpapier in
Lade 1 wilt plaatsen, plaatst u het papier met de afdrukkant naar beneden en de
onderrand als eerste in de lade.
Instellingen van het bedieningspaneel voor automatisch
dubbelzijdig afdrukken
In veel programma's kunt u de instellingen voor dubbelzijdig afdrukken zelf wijzigen. Als u de
instellingen voor dubbelzijdig afdrukken niet in uw programma of printerdriver kunt wijzigen,
kunt u dit doen via het bedieningspaneel van de printer. De fabrieksinstelling is UIT.
84 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
VOORZICHTIG
Druk niet dubbelzijdig af op etiketten, transparanten of glanzend papier. De printer kan
hierdoor ernstig worden beschadigd.
Ga als volgt te werk om het dubbelzijdig afdrukken via het
bedieningspaneel te activeren
Opmerking
Het wijzigen van de instellingen voor dubbelzijdig afdrukken heeft gevolgen voor alle
afdruktaken. Wijzig deze instellingen daarom indien mogelijk altijd via uw programma of de
printerdriver.
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om AFDRUKKEN te selecteren.
5. Druk op
om DUBBELZIJDIG te markeren.
6. Druk op
om DUBBELZIJDIG te selecteren.
7. Druk op
of om AAN te selecteren om dubbelzijdig afdrukken in te schakelen of UIT
om dubbelzijdig afdrukken uit te schakelen.
8. Druk op
om de waarde op te slaan.
9. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
10. Selecteer, indien mogelijk, dubbelzijdig afdrukken in het programma dat u gebruikt of in
de printerdriver.
Opmerking
Als u dubbelzijdig afdrukken in de printerdriver wilt selecteren, moet eerst de driver juist
worden geconfigureerd. (Raadpleeg de on line Help van de printerdriver voor instructies.)
Opties voor het binden van dubbelzijdige afdruktaken
Voordat u een dubbelzijdig document afdrukt, kiest u de printerdriver de rand waarlangs het
voltooide document moet worden gebonden. Over de lengte van het papier (boekbinden) is
de bindmethode die voor boeken wordt gebruikt. Over de breedte van het papier is de
bindmethode die voor kalenders wordt gebruikt.
Opmerking
De standaardbindmethode is binden langs de lange zijde waarbij de pagina is ingesteld op
de staande oriëntatie. Als u langs de korte zijde wilt binden, schakelt u het selectievakje
Pagina's naar boven omslaan in.
Handmatig dubbelzijdig afdrukken
Opmerking
De HP Color LaserJet 3550 series printer heeft geen functie voor automatisch dubbelzijdig
afdrukken (duplex).
Als u dubbelzijdig wilt afdrukken op papier waarvan het formaat of gewicht niet wordt
ondersteund (bijvoorbeeld papier dat zwaarder is dan 105 g/m
2
of heel dun papier), of als de
printer geen automatisch dubbelzijdig afdrukken ondersteunt, moet u het papier handmatig
opnieuw in de printer plaatsen nadat de eerste zijde is afgedrukt. U moet het papier ook
opnieuw handmatig in de printer plaatsen als u in de printerdriver de optie Uitvoer in de
juiste volgorde voor de achterste bak of Uitvoer in de juiste volgorde voor de rechte
papierbaan selecteert. Volg de instructies in de printerdriver.
NLWW Dubbelzijdig afdrukken (duplex) 85
Als u kaarten of zwaar papier gebruikt, selecteert u Uitvoer in de juiste volgorde in de
printerdriver om papierstoringen te voorkomen. Open de onderklep aan de achterzijde
(achteruitvoerbak).
Opmerking
Gebruik geen beschadigd of eerder bedrukt papier. Dit kan papierstoringen veroorzaken.
Handmatig dubbelzijdig afdrukken
1. Plaats voldoende papier in een van de laden om de taak te kunnen afdrukken. Als u
speciaal papier gebruikt, bijvoorbeeld briefhoofdpapier, plaatst u het papier op een van
de volgende manieren in de lade:
Als u Lade 1 gebruikt, plaatst u het briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar onder en
met de onderzijde als eerste in de lade.
Als u Lade 2 gebruikt (lade voor 250 vel) of Lade 3 (lade voor 500 vel), plaatst u het
briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar boven en de bovenrand van de pagina richting
de achterzijde van de lade.
2. Open de printerdriver.
3. Selecteer het juiste formaat en type.
4. Als u afdrukt op zwaar papier of zeer dun papier, selecteert u Juiste volgorde voor
achteruitvoerbak of Juiste volgorde voor rechte papierbaan in de printerdriver.
5. Open de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak).
86 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
6. Selecteer Dubbelzijdig afdrukken (handmatig) op het tabblad Afwerking.
7. Klik op OK.
8. Ga naar de printer. Wanneer de melding HANDMATIG INVOEREN verschijnt, verwijdert
u eventueel leeg papier uit Lade 1. Plaats de afgedrukte stapel met de onbedrukte zijde
omhoog en met de bovenrand als eerste in de lade. U moet de tweede zijde altijd
afdrukken vanuit Lade 1.
Opmerking
Verwijder geen lege vellen uit de afgedrukte stapel.
9. Als er een bericht verschijnt in het bedieningspaneel drukt u op
.
Opmerking
Als het totaalaantal vellen de maximale capaciteit van lade 1 voor handmatige dubbelzijdige
afdruktaken overschrijdt, plaatst u eerst de bovenste 100 vellen en drukt u op
. Als u
hierom wordt gevraagd, plaatst u de volgende 100 vellen en drukt u op
. Herhaal, indien
nodig, deze procedure totdat alle vellen van de uitvoerstapel in lade 1 zijn geplaatst.
NLWW Dubbelzijdig afdrukken (duplex) 87
Bijzondere afdruksituaties
Gebruik deze richtlijnen als u gaat afdrukken op speciale papiersoorten.
De eerste pagina anders afdrukken
Voer de onderstaande procedure uit om de eerste pagina van een document op een andere
papiersoort af te drukken dan de rest van het document. U kunt bijvoorbeeld de eerste
pagina van een document op briefhoofdpapier afdrukken en de rest op normaal papier.
1. Geef vanuit uw toepassing of de printerdriver een lade op voor de eerste pagina en een
andere lade voor de overige pagina's.
2. Plaats het speciale papier in de lade die u in stap 1 hebt opgegeven.
3. Leg het papier voor de overige pagina's van het document in een andere lade.
4. Druk het document af.
U kunt ook op ander papier afdrukken door via het bedieningspaneel of vanuit de
printerdriver de soorten papier in de laden in te stellen en vervolgens voor de eerste pagina
en de resterende pagina's de gewenste papiersoort te selecteren.
Afdrukken op speciaal papier
U kunt met deze printer ook enkelzijdig en handmatig dubbelzijdig afdrukken op papier van
afwijkend formaat. Lade 1 ondersteunt papierformaten van 76 bij 127 mm tot 216 bij 356 mm.
Als tijdens het afdrukken op speciaal papier Lade 1 via het bedieningspaneel van de printer
is geconfigureerd als LADE X TYPE= ELK SOORT en LADE X FORMAAT= ELK FORM,
zal de printer afdrukken op het papier in de lade, ongeacht de papiersoort.
In sommige programma's en printerdrivers kunt u zelf speciale papierformaten opgeven. Let
er in dat geval op dat u het papierformaat correct instelt, zowel in het dialoogvenster Pagina-
instelling als in het dialoogvenster Afdrukken. Wanneer dit niet mogelijk is met de software,
geeft u de afmetingen van het speciale papierformaat op in het menu Papierverwerking op
het bedieningspaneel van de printer. Zie
Menu Papierverwerking voor meer informatie.
Wanneer u in uw programma ook zelf de marges voor een speciaal papierformaat moet
berekenen, raadpleeg dan de on line Help van de toepassing.
Een afdruktaak afbreken
U kunt een afdruktaak afbreken vanaf het bedieningspaneel of vanuit het programma. Voor
instructies voor het afbreken van een afdruktaak vanaf een computer in een netwerk
raadpleegt u de on line Help voor het desbetreffende netwerkbesturingssysteem.
Opmerking
Nadat een afdruktaak is geannuleerd, kan het even duren voordat alle afdrukgegevens uit
het geheugen zijn verwijderd.
88 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
Ga als volgt te werk om een afdruktaak af te breken vanaf het
bedieningspaneel van de printer
Druk op S
TOP
op het bedieningspaneel van de printer om de taak die momenteel wordt
afgedrukt, te onderbreken. Druk op
om Huidige taak annuleren te markeren. Druk op
om de taak te annuleren. Als u wilt doorgaan met afdrukken, drukt u op om het afdrukken
te hervatten. Als de afdruktaak te ver is gevorderd, kunt u deze wellicht niet annuleren.
Ga als volgt te werk om een afdruktaak af te breken met het programma
Er verschijnt kort een dialoogvenster op het scherm waarin u de afdruktaak kunt annuleren.
Wanneer u meerdere afdruktaken vanuit een toepassing naar de printer hebt gestuurd, is
het mogelijk dat deze nog in de wachtrij staan (bijvoorbeeld in Afdrukbeheer van Windows).
Raadpleeg de documentatie bij de toepassing om te weten te komen hoe u een afdruktaak
vanaf de computer kunt afbreken.
Als een afdruktaak in een afdrukwachtrij (computergeheugen) of afdrukspooler
(Windows 98, 2000, XP of ME) is geplaatst, verwijdert u de afdruktaak daar.
Voor Windows 98, 2000, XP of ME gaat u naar Start en kiest u Instellingen en Printers.
Dubbelklik op het pictogram van de HP Color LaserJet 3550 of 3700 printer om de
afdrukspooler te openen. Selecteer de afdruktaak die u wilt annuleren en druk op Delete. Als
de afdruktaak niet wordt geannuleerd, moet u de computer wellicht uitschakelen en opnieuw
opstarten.
NLWW Bijzondere afdruksituaties 89
Geheugen beheren (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series
printer)
Deze printer ondersteunt maximaal 448 MB geheugen. U kunt extra geheugen toevoegen
door DIMM-geheugenmodules (Dual Inline Memory Modules) te installeren. De printer heeft
drie DIMM-sleuven waarin geheugenmodules van 64, 128 of 256 MB RAM kunnen worden
geïnstalleerd. Meer informatie over het installeren van geheugen vindt u in
Werken met
geheugenkaarten en printservers.
De printer maakt gebruik van 168-pins synchrone DRAM-geheugenmodules zonder pariteit.
EDO-DIMM's (Extended Data Output) worden niet ondersteund.
Opmerking
Als zich bij het afdrukken van complexe grafische afbeeldingen geheugenproblemen
voordoen, kunt u meer geheugen vrijmaken door gedownloade lettertypen, opmaakmodellen
en macro's uit het printergeheugen te verwijderen. Problemen met het printergeheugen
kunnen mede worden voorkomen door de complexiteit van een afdruktaak vanuit een
toepassing te verkleinen.
Opmerking
Werk de printerconfiguratie bij in de printerdriver nadat u geheugen hebt toegevoegd.
90 Hoofdstuk 4 Afdruktaken NLWW
Printerbeheer
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de printer beheert. De volgende onderwerpen
komen aan bod:
Pagina's met printerinformatie
Ingebouwde webserver gebruiken (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer)
De HP werkset gebruiken
NLWW 91
Pagina's met printerinformatie
Vanaf het bedieningspaneel van de printer kunt u pagina's afdrukken die informatie geven
over de printer en de huidige configuratie. Hieronder wordt omschreven hoe u de volgende
informatiepagina's kunt afdrukken:
menustructuur
configuratiepagina
statuspagina printerbenodigdheden
gebruikspagina (bij de HP Color LaserJet 3700 series printer)
demopagina
bestandsdirectory (bij de HP Color LaserJet 3700 series printer)
PCL- of PS-lettertypenoverzicht (bij de HP Color LaserJet 3700 series printer)
registratiepagina
pagina van papierbaantest
logbestand
pagina voor problemen oplossen
Opmerking
Pagina's met printerinformatie voor de HP Color LaserJet 3550 series printer zijn alleen in
het Engels beschikbaar.
Menustructuur
Als u de huidige instellingen wilt bekijken voor alle menu's en opties die op het
bedieningspaneel kunnen verschijnen, drukt u een menustructuur van het bedieningspaneel
af.
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Informatie te markeren.
3. Druk op
om Informatie te selecteren.
4. Als MENUSTRUCTUUR AFDRUKKEN niet is gemarkeerd, drukt u op
of op totdat
de optie is gemarkeerd.
5. Druk op
om MENUSTRUCTUUR AFDRUKKEN te selecteren.
Het bericht Afdrukken... MENU MAP verschijnt op het uitleesvenster totdat de printer klaar
is met het afdrukken van de menustructuur. Na het afdrukken van de menustructuur springt
de printer terug naar Gereed.
U kunt de menustructuur desgewenst bij de printer leggen, zodat u de structuur als
referentie kunt gebruiken. De inhoud van de menustructuur varieert, afhankelijk van de
opties die in de printer zijn geïnstalleerd. (Veel van deze instellingen worden genegeerd als
er vanuit de printerdriver of het programma een andere instelling wordt gekozen.)
Raadpleeg voor een complete lijst van de bedieningspaneelopties en mogelijke waarden
Menuoverzicht.
92 Hoofdstuk 5 Printerbeheer NLWW
Configuratiepagina
Gebruik de configuratiepagina om uw huidige printerinstellingen te bekijken, voor hulp bij het
oplossen van printerproblemen of voor het controleren van de installatie of optionele
accessoires zoals geheugen (DIMM's), papierladen en printertalen.
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Informatie te markeren.
3. Druk op
om Informatie te selecteren.
4. Druk op
om CONFIGURATIE AFDRUKKEN te markeren.
5. Druk op
om CONFIGURATIE AFDRUKKEN te selecteren.
Het bericht Afdrukken... CONFIGURATIE verschijnt op het uitleesvenster totdat de printer
klaar is met het afdrukken van de configuratiepagina. Na het afdrukken van de
configuratiepagina springt de printer terug naar Gereed.
Opmerking
Als de printer is voorzien van EIO-kaarten (zoals een HP Jetdirect printserver) of een
optionele vaste schijf, wordt er nog een extra pagina afgedrukt met informatie over de
configuratie van de interface.
Statuspagina printerbenodigdheden
Op de statuspagina met benodigdheden kunt u zien hoe lang de volgende benodigdheden
en kits nog meegaan:
inktcartridges (alle kleuren)
transfereenheid
fuser
De statuspagina voor de benodigdheden afdrukken
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Informatie te selecteren.
3. Druk op
om STATUSPAGINA BENODIGDH. AFDR. te markeren.
4. Druk op
om STATUSPAGINA BENODIGDH. AFDR. te selecteren.
Het bericht Afdrukken... STATUS BENODIGDHEDEN verschijnt op het uitleesvenster
totdat de printer klaar is met het afdrukken van de statuspagina voor de benodigdheden. Na
het afdrukken van de statuspagina voor de benodigdheden springt de printer terug naar
Gereed.
Opmerking
Als u benodigdheden gebruikt die niet van HP zijn, wordt de resterende levensduur van
deze benodigdheden wellicht niet op de statuspagina voor benodigdheden aangegeven. Zie
Inktcartridges van andere merken voor meer informatie.
NLWW Pagina's met printerinformatie 93
Gebruikspagina (voor de HP Color LaserJet 3700 series printer)
De gebruikspagina bevat een overzicht van het aantal pagina's dat voor elk afdrukformaat
door de printer is gegaan. Voor elk papierformaat wordt het totaal aantal pagina's vermeld
dat aan één zijde, aan beide zijden (met de duplex-eenheid) en met beide methoden is
afgedrukt. Bovendien wordt het gemiddelde paginadekkingspercentage voor elke kleur
vermeld.
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Informatie te selecteren.
3. Druk op
om GEBRUIKSGEGEVENS AFDRUKKEN te markeren.
4. Druk op
om GEBRUIKSGEGEVENS AFDRUKKEN te selecteren.
Het bericht Afdrukken... GEBRUIKSPAGINA wordt weergegeven op het uitleesvenster
totdat de printer klaar is met het afdrukken van de gebruikspagina. Na het afdrukken van de
gebruikspagina springt de printer terug naar Gereed.
Demo
Een demonstratiepagina is een kleurenfoto aan de hand waarvan de afdrukkwaliteit wordt
getoond. Deze foto is beschikbaar via de printer en is opgeslagen op de cd-rom die bij de
printer wordt geleverd.
Opmerking
U kunt deze pagina ook afdrukken met de HP werkset.
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Informatie te markeren.
3. Druk op
om Informatie te selecteren.
4. Druk op
om DEMO AFDRUKKEN te markeren.
5. Druk op
om DEMO AFDRUKKEN te selecteren.
Het bericht DEMO PAGINA afdrukken... verschijnt op het uitleesvenster totdat de printer
klaar is met het afdrukken van de demonstratiepagina. Na het afdrukken van de
demonstratiepagina springt de printer terug naar Gereed.
Bestandsdirectory (voor de HP Color LaserJet 3700 series
printer)
In de bestandsdirectory wordt informatie weergegeven voor alle geïnstalleerde apparaten
voor massaopslag. Deze optie wordt niet weergegeven als er geen apparaten voor
massaopslag zijn geïnstalleerd.
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Informatie te markeren.
3. Druk op
om Informatie te selecteren.
4. Druk op
om BESTANDSDIRECTORY AFDRUKKEN te markeren.
5. Druk op
om BESTANDSDIRECTORY AFDRUKKEN te selecteren.
Het bericht Afdrukken... BESTANDSDIRECTORY verschijnt op het uitleesvenster totdat de
printer klaar is met het afdrukken van de bestandsdirectorypagina. Na het afdrukken van de
bestandsdirectorypagina springt de printer terug naar Gereed.
94 Hoofdstuk 5 Printerbeheer NLWW
PCL- of PS-lettertypenoverzicht (voor de HP Color LaserJet
3700 series printer)
Gebruik de lettertypenoverzichten om te bekijken welke lettertypen in de printer zijn
geïnstalleerd. (De lettertypenoverzichten bevatten ook de lettertypen die op een optionele
vaste schijf of flash-DIMM zijn opgeslagen.)
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Informatie te markeren.
3. Druk op
om Informatie te selecteren.
4. Druk op
tot PCL-LETTERTYPEN OVERZICHT AFDRUK. of PS-LETTERTYPEN-
OVERZICHT AFDRUK. verschijnt.
5. Druk op
om PCL-LETTERTYPEN OVERZICHT AFDRUK. of PS-LETTERTYPEN-
OVERZICHT AFDRUK. te selecteren.
Het bericht Afdrukken... FONT LIJST verschijnt op het uitleesvenster totdat de printer klaar
is met het afdrukken van de lettertypepagina. Na het afdrukken van de lettertypepagina
springt de printer terug naar Gereed.
NLWW Pagina's met printerinformatie 95
Ingebouwde webserver gebruiken (alleen voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer)
Als de printer rechtstreeks is aangesloten op een computer, gebruikt u de HP werkset om
webpagina's met de printerstatus te bekijken.
Als de printer via een netwerk is aangesloten, is de ingebouwde webserver automatisch
beschikbaar. De ingebouwde webserver is toegankelijk via Windows 95 en later.
Met de ingebouwde webserver kunt u de status van de printer en het netwerk bekijken en de
afdrukfuncties beheren vanaf uw computer in plaats van via het bedieningspaneel van de
printer. Hieronder ziet u enkele voorbeelden van wat u zoal met de ingebouwde webserver
kunt doen.
statusinformatie over de printer bekijken
het type papier in elke papierlade instellen
de resterende levensduur van alle benodigdheden bepalen en nieuwe bestellen
de configuratie van laden bekijken en wijzigen
de configuratie van het bedieningspaneel van de printer bekijken en wijzigen
interne pagina's bekijken en afdrukken
berichten van printergebeurtenissen en benodigdheden ontvangen
de netwerkconfiguratie bekijken en wijzigen
ondersteuningsinformatie over de huidige status van de printer bekijken
De ingebouwde webserver is te gebruiken met Microsoft Internet Explorer 4 of Netscape
Navigator 4 of met nieuwere versies van deze browsers. De ingebouwde webserver werkt
wanneer de printer is aangesloten op een netwerk dat op IP is gebaseerd. De ingebouwde
webserver biedt geen ondersteuning voor printeraansluitingen op basis van IPX of
AppleTalk. Om de ingebouwde webserver te kunnen openen en gebruiken hoeft u geen
toegang tot het internet te hebben.
Toegang tot de ingebouwde webserver krijgen met behulp
van een netwerkverbinding
Ga naar de webbrowser van de computer en typ het IP-adres van de printer in het veld voor
adressen/URL's. (Als u het IP-adres niet weet, drukt u een configuratiepagina af. Meer
informatie over het afdrukken van een configuratiepagina vindt u in
Pagina's met
printerinformatie.)
Opmerking
Nadat u de URL hebt geopend, kunt u er een bladwijzer voor maken, zodat u er voortaan
snel naartoe kunt gaan.
1. De ingebouwde webserver heeft drie tabbladen met instellingen en informatie over de
printer: het tabblad Informatie, het tabblad Instellingen en het tabblad Netwerk. Klik op
het gewenste tabblad.
2. Zie de volgende secties voor meer informatie over elk tabblad.
96 Hoofdstuk 5 Printerbeheer NLWW
Tabblad Informatie
Dit tabblad bevat de volgende pagina's:
Apparaatstatus. Op deze pagina worden de printerstatus en de resterende levensduur
van benodigdheden van HP weergegeven, waarbij met 0 procent wordt aangegeven
welke benodigdheden leeg of op zijn. Op deze pagina worden tevens het type en
formaat van het ingestelde afdrukmateriaal voor elke lade weergegeven. Klik op
Instellingen wijzigen om de standaardinstellingen te wijzigen.
Configuratiepagina. Op deze pagina wordt de informatie weergegeven van de
configuratiepagina van de printer.
Status benodigdheden. Op deze pagina wordt de resterende levensduur van
benodigdheden van HP weergegeven, waarbij met 0 procent wordt aangegeven welke
benodigdheden leeg of op zijn. Deze pagina vermeldt tevens artikelnummers. Klik op
Benodigdheden bestellen in het gedeelte Overige koppelingen aan de linkerzijde van
het venster. U moet toegang tot het Internet hebben om een website te kunnen
bezoeken.
Logbestand. Op deze pagina wordt een lijst met alle gebeurtenissen en fouten van de
printer weergegeven.
Gebruikspagina. Op deze pagina wordt een overzicht gegeven van het aantal pagina's
dat door de printer is afgedrukt, gegroepeerd naar grootte en type.
Apparaatgegevens. Op deze pagina worden de naam, het adres en de modelgegevens
van de printer weergegeven. Klik op Apparaatgegevens op het tabblad Instellingen
om deze items te wijzigen.
Bedieningspaneel. Op het bedieningspaneel worden berichten weergegeven van het
bedieningspaneel van de printer, bijvoorbeeld Klaar of PowerSave.
Tabblad Instellingen
Met dit tabblad kunt u de printer via uw computer configureren. Het tabblad Instellingen kan
worden beveiligd met een wachtwoord. Als de printer op een netwerk is aangesloten, moet u
altijd met de printerbeheerder overleg plegen voordat u de instellingen op dit tabblad wijzigt.
Het tabblad Instellingen bevat de volgende pagina's.
Apparaat configureren. Alle printerinstellingen worden via deze pagina geconfigureerd.
Deze pagina bevat de gangbare menu's van printers die u opent met behulp van een
bedieningspaneeldisplay. Deze menu's zijn Informatie, Papierverwerking, Apparaat
configureren en Diagnostiek.
Waarschuwingen. Alleen netwerk. Instellen om e-mailwaarschuwingen te ontvangen
voor diverse printergebeurtenissen.
E-mail. Alleen netwerk. Wordt samen met de waarschuwingenpagina gebruikt om
binnenkomende en uitgaande e-mail in te stellen, alsmede e-mailwaarschuwingen.
Beveiliging. Een wachtwoord instellen voor toegang tot de tabbladen Instellingen en
Netwerk. Bepaalde functies van de ingebouwde webserver in- en uitschakelen.
Overige koppelingen Een koppeling naar een andere website toevoegen of
aanpassen. Deze koppeling wordt weergegeven onder Overige koppelingen op alle
pagina's van de ingebouwde webserver. Deze permanente koppelingen verschijnen
altijd onder Overige koppelingen: HP instant ondersteuning™, Benodigdheden
bestellen en Productondersteuning.
NLWW Ingebouwde webserver gebruiken (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer) 97
Apparaatgegevens. De printer een naam geven en een nummer toekennen. Voer de
naam en het e-mailadres in voor de eerste contactpersoon die informatie over de printer
ontvangt.
Taal. De taal bepalen waarin informatie van de ingebouwde webserver verschijnt.
Tijdservicediensten. Hiermee wordt de tijd gesynchroniseerd met een netwerktijdserver.
Tabblad Netwerken
Met dit tabblad kan de netwerkbeheerder netwerkinstellingen voor de printer kiezen wanneer
deze op een IP-netwerk is aangesloten. Dit tabblad verschijnt niet als de printer rechtstreeks
op een computer is aangesloten of als de printer op een netwerk is aangesloten waarbij
geen gebruik wordt gemaakt van een HP Jetdirect printserver.
Overige koppelingen
Deze sectie bevat koppelingen waarmee u verbinding maakt met het Internet. Als u deze
koppelingen wilt kunnen gebruiken, moet u toegang tot het Internet hebben. Als u een
inbelverbinding gebruikt en nog geen verbinding hebt wanneer u de ingebouwde webserver
opent, moet u eerst verbinding maken voordat u de websites kunt bezoeken. Het kan nodig
zijn de ingebouwde webserver te sluiten en opnieuw te openen.
HP instant ondersteuning™. Hiermee gaat u naar de website van HP waar u
oplossingen kunt vinden voor mogelijke vragen en problemen. Deze service analyseert
het foutlogbestand en de configuratiegegevens van uw printer voor specifieke
diagnostische informatie en ondersteuningsinformatie voor uw printer.
Benodigdheden bestellen. Klik op deze koppeling om naar de website van HP te gaan
en artikelen van HP te bestellen, zoals inktcartridges en papier.
Productondersteuning. Hiermee gaat u naar de ondersteuningssite voor de HP Color
LaserJet 3550 series printer en de HP Color LaserJet 3700 series printer. Vervolgens
kunt u naar hulp zoeken over algemene onderwerpen.
98 Hoofdstuk 5 Printerbeheer NLWW
De HP werkset gebruiken
De HP werkset is een webtoepassing die u kunt gebruiken voor de volgende taken:
De printerstatus controleren.
De printerinstellingen configureren.
Informatie over probleemoplossing bekijken.
On line documentatie bekijken.
Pop-upwaarschuwingen instellen (alleen voor Windows).
U kunt de HP werkset weergeven als de printer rechtstreeks op de computer is aangesloten
of als deze op een netwerk is aangesloten. U kunt de HP werkset alleen gebruiken als u de
software volledig hebt geïnstalleerd.
Opmerking
U hebt geen toegang tot het internet nodig om de HP werkset te openen en te gebruiken.
Als u echter op een koppeling in het gedeelte Overige koppelingen klikt, hebt u toegang tot
het internet nodig om naar de betreffende website te gaan. Zie
Overige koppelingen voor
meer informatie.
Ondersteunde besturingssystemen
HP werkset wordt ondersteund voor de volgende besturingssystemen:
Windows 98, 2000, Me en XP
Mac OS 10.2 of hoger
Ondersteunde browsers
U kunt de HP werkset gebruiken met de volgende browsers:
Windows
Microsoft Internet Explorer 5.2 of hoger
Netscape Navigator 6 of hoger
Opera Software ASA Opera™
Macintosh
Microsoft Internet Explorer 5.2 of hoger
Netscape Navigator 6 of hoger
Alle pagina's kunnen worden afgedrukt vanuit de browser.
De HP werkset weergeven
Klik op Start en kies Programma's en HP werkset. Dubbelklik op het pictogram voor de
status van de client.
De HP werkset wordt in de webbrowser geopend.
Opmerking
Nadat u de URL hebt geopend, kunt u er een bladwijzer voor maken, zodat u er voortaan
snel naartoe kunt gaan.
NLWW De HP werkset gebruiken 99
Onderdelen van de HP werkset
De HP werkset bevat de volgende onderdelen:
Tabblad Status
Tabblad Problemen oplossen
Tabblad Waarschuwingen
Tabblad Documentatie
Geavanceerde printerinstellingen (venster)
Overige koppelingen
Elke pagina in de HP werkset bevat koppelingen naar de HP website voor productregistratie,
productondersteuning en het bestellen van benodigdheden. U hebt toegang tot het internet
nodig om deze koppelingen te gebruiken. Als u een inbelverbinding gebruikt en geen
verbinding hebt gemaakt voor u de HP werkset opende, moet u eerst verbinding maken
alvorens u deze websites kunt bezoeken.
Tabblad Status
Het tabblad Status bevat koppelingen naar de volgende hoofdpagina's:
Apparaatstatus. De printerstatusinformatie bekijken. Op deze pagina worden de
printeromstandigheden, zoals een papierstoring of een lege lade, weergegeven. Nadat u
een printerprobleem hebt opgelost, klikt u op Vernieuwen om de apparaatstatus bij te
werken.
Status benodigdheden. Op deze pagina worden gedetailleerde gegevens getoond,
zoals het percentage overgebleven toner in de cartridge en het aantal pagina's dat is
afgedrukt met de huidige cartridge. De pagina bevat ook koppelingen voor het bestellen
van benodigdheden en informatie over het recyclen van afval.
Infopagina's afdrukken. De configuratiepagina en diverse andere infopagina's
afdrukken die beschikbaar zijn op de printer, zoals de statuspagina voor de
benodigdheden en de demopagina.
Tabblad Problemen oplossen
Het tabblad Problemen oplossen biedt koppelingen naar informatie over het oplossen van
diverse printerproblemen, zoals het verhelpen van een papierstoring, het oplossen van
problemen met de afdrukkwaliteit en het oplossen van andere problemen met de printer.
Tabblad Waarschuwingen
Op het tabblad Waarschuwingen kunt u instellen welke printerwaarschuwingen moeten
worden weergegeven. Het tabblad Waarschuwingen bevat koppelingen naar de volgende
hoofdpagina's:
Statuswaarschuwingen instellen
E-mailwaarschuwingen instellen (alleen beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700
series printer)
Beheerdersinstellingen
100 Hoofdstuk 5 Printerbeheer NLWW
Pagina Statuswaarschuwingen instellen
Op de pagina Statuswaarschuwingen instellen kunt u waarschuwingen in- of uitschakelen en
kiezen uit twee typen waarschuwingen:
een pop-upbericht
een pictogram in de taakbalk
Klik op Toepassen om de instellingen op te slaan.
Pagina Instellingen voor e-mailwaarschuwingen
Op de pagina Instellingen voor e-mailwaarschuwingen kunt u het e-mailadres instellen
waarnaar de waarschuwingen moeten worden verzonden en opgeven welk type
waarschuwing naar welk e-mailadres moet worden gestuurd. U kunt maximaal vier e-
mailadressen instellen voor de volgende waarschuwingen:
benodigdheden
service
papierbaan
adviserend
U moet een SMTP-server instellen om e-mailwaarschuwingen te versturen.
Pagina Beheerdersinstellingen
Op de pagina Beheerdersinstellingen kunt u instellen hoe vaak de HP werkset op
printerwaarschuwingen moet controleren. De beschikbare instellingen zijn:
een keer per minuut (elke 60 seconden)
twee keer per minuut (elke 30 seconden)
twintig keer per minuut (elke 3 seconden)
Als u het I/O-netwerk minder wilt belasten, vermindert u het aantal keren dat naar
waarschuwingen wordt gekeken.
Tabblad Documentatie
Op het tabblad Documentatie wordt de volgende informatie weergegeven:
Gebruikershandleiding. De gebruikershandleiding bevat informatie over het gebruik
van de printer, de garantieverklaring, de specificaties en de ondersteuning. De
gebruikershandleiding is beschikbaar in HTML- en PDF-indeling.
Installatieopmerkingen. Bevat de meest recente informatie over de printer.
Geavanceerde printerinstellingen (venster)
Wanneer u op de koppeling Geavanceerde printerinstellingen klikt, wordt een nieuw
venster geopend. Het venster Geavanceerde printerinstellingen bevat twee tabbladen:
Tabblad Informatie
Tabblad Instellingen
Tabblad Netwerk
NLWW De HP werkset gebruiken 101
Tabblad Informatie
Op het tabblad Informatie staan twee snelkoppelingen voor de volgende onderwerpen:
Apparaatstatus
Configuratie
Status benodigdheden
Apparaatgegevens
Logbestand
Gebruikspagina (alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series printer)
Infopagina's afdrukken
Tabblad Instellingen
Het tabblad Instellingen bevat diverse pagina's met configuratie-instellingen en
mogelijkheden voor het wijzigen van de configuratie.
Opmerking
Instellingen in de software hebben voorrang op de instellingen in de HP werkset.
Apparaat configureren. Alle printerinstellingen worden via deze pagina geconfigureerd.
Deze pagina bevat de gangbare menu's van printers die u opent met behulp van een
bedieningspaneeldisplay. Deze menu's zijn Informatie, Papierverwerking, Apparaat
configureren en Diagnostiek.
Apparaatgegevens. De printer een naam geven en een nummer toekennen. Voer de
naam en het e-mailadres in voor de eerste contactpersoon die informatie over de printer
ontvangt.
Tabblad Netwerk
Op het tabblad Netwerk kan de netwerkbeheerder de netwerkinstellingen voor de printer
controleren als deze is aangesloten op een IP-netwerk. Dit tabblad wordt niet weergegeven
als de printer rechtstreeks op een computer is aangesloten of als de printer is aangesloten
op een netwerk met een andere verbinding dan een HP Jetdirect printserver.
HP werkset links
De HP werkset links aan de linkerzijde van het scherm leiden naar de volgende opties:
Selecteer een apparaat. Selecteer een apparaat uit alle apparaten die zijn
ingeschakeld voor HP werkset.
Huidige waarschuwingen bekijken. De huidige waarschuwingen voor alle
geïnstalleerde printers weergeven. (Er moet een taak worden afgedrukt als u de
waarschuwingen wilt weergegeven.)
Pagina Alleen tekst. HP werkset weergeven als een overzicht met koppelingen naar
pagina's met alleen tekst.
102 Hoofdstuk 5 Printerbeheer NLWW
Kleur
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de printer prachtige afdrukken in kleur levert. Tevens
wordt hier omschreven hoe u de best mogelijke kleurafdrukken kunt maken. De volgende
onderwerpen komen aan bod:
Afdrukken in kleur
Kleurbeheer
Kleuren overeenstemmen
NLWW 103
Afdrukken in kleur
De HP Color LaserJet 3550 series printer en de HP Color LaserJet 3700 series printer
bieden fantastische kleuren direct na het instellen van de printer. De printers bieden een
combinatie van automatische kleurfuncties voor het afdrukken van uitstekende kleuren voor
algemeen gebruik op kantoor. De HP Color LaserJet 3700 series printer biedt ook
geavanceerde hulpmiddelen voor professionele gebruikers met ervaring op het gebied van
afdrukken in kleur.
De HP Color LaserJet 3550 series printer en de HP Color LaserJet 3700 series printer
bieden zorgvuldig samengestelde en geteste kleurtabellen voor het gelijkmatig en
nauwkeurig afdrukken van alle kleuren.
HP ImageREt 2400
HP ImageREt 2400 is een technologie die de beste afdrukkwaliteit in kleur biedt zonder dat
er printerdriverinstellingen hoeven te worden gewijzigd en zonder dat u hoeft te kiezen
tussen afdrukkwaliteit, prestaties en geheugen. ImageREt 2400 levert fotorealistische
afbeeldingen.
HP ImageREt 2400 is voor deze printer verbeterd. De verbeteringen bieden technologieën
voor trapping, een verbeterde controle over het plaatsen van stippen en een nauwkeurigere
controle over de tonerkwaliteit van een stip. Deze nieuwe technologieën samen met het
afdrukproces van HP dat verscheidene niveaus omvat, resulteren in een printer met een
resolutie van 600 x 600 dpi die laserkwaliteit van 2400 dpi met miljoenen gelijkmatige
kleuren levert.
Papierselectie
Voor de beste kleuren en afbeeldingskwaliteit is het belangrijk om in het printermenu of via
het bedieningspaneel van de printer de juiste papiersoort te selecteren. Zie
Papier selecteren.
Kleuropties (voor de HP Color LaserJet 3700 series printer)
De kleuropties maken automatisch optimale kleurafdrukken mogelijk voor diverse soorten
documenten.
De kleuropties maken gebruik van het zogenaamde "object tagging"; dit is een methode om
voor de verschillende objecten op een pagina (tekst, illustraties en foto's) de best mogelijke
kleur- en halftooninstellingen te gebruiken. De printerdriver onderzoekt welke objecten de
pagina bevat en bepaalt vervolgens de halftoon- en kleurinstellingen die voor elk object op
de pagina de beste afdrukkwaliteit geven. In combinatie met de reeds optimale
standaardinstellingen produceert ‘object tagging' zo de fraaiste kleurenresultaten.
Onder Windows zijn de kleuropties Automatisch en Handmatig op het tabblad Kleur van
de printerdriver ondergebracht.
104 Hoofdstuk 6 Kleur NLWW
sRGB (standard Red-Green-Blue)
sRGB (standard Red-Green-Blue) is een wereldwijde kleurstandaard die oorspronkelijk is
ontwikkeld door HP en Microsoft als gemeenschappelijk kleursysteem voor monitoren,
invoerapparaten (scanners, digitale camera's) en uitvoerapparaten (printers, plotters). sRGB
is de standaardkleurruimte die wordt gebruikt voor HP producten, besturingssystemen van
Microsoft, het web en de meeste kantoorsoftware die tegenwoordig wordt verkocht. sRGB is
het meestgebruikte kleursysteem voor monitoren van Windows-computers en voor de
nieuwe zogenaamde 'high-definition television'.
Opmerking
Factoren, zoals het type monitor dat u gebruikt of de lichtval in de kamer, beïnvloeden de
weergave van de kleuren op het scherm. Zie
Kleuren overeenstemmen voor meer informatie.
Voor de laatste versies van Adobe PhotoShop
®
, CorelDRAW, Microsoft Office en veel
andere toepassingen wordt sRGB gebruikt voor het weergeven van kleuren. sRGB is als
standaardkleurruimte in besturingssystemen van Microsoft nu wijd verbreid als middel voor
het uitwisselen van kleurgegevens tussen toepassingen en apparaten door een
gemeenschappelijke definitie die zorgt voor meer consistentie in het gebruik van kleuren.
sRGB verruimt de mogelijkheden van gebruikers om de kleuren van printer, monitor en
andere invoerapparaten (scanners, digitale camera's) beter op elkaar af te stemmen, ook als
zij geen expert zijn op het gebied van kleur.
In vier kleuren afdrukken (CMYK [voor de HP Color LaserJet
3700 series printer])
Cyaan, magenta, geel en zwart (CMYK) zijn de inktkleuren die worden gebruikt door een
drukpers. Het proces wordt vaak vierkleurendruk genoemd. CMYK-gegevensbestanden
worden gewoonlijk gebruikt door de grafische sector, zoals drukkerijen en uitgeverijen. De
printer accepteert CMYK-kleuren via de PS-printerdriver. De CMYK-kleurenweergave van de
printer is ontwikkeld om rijke, intensieve kleuren te leveren voor tekst en afbeeldingen.
CMYK-inktsetemulatie (alleen PostScript)
De CMYK-kleurenweergave van de printer kan worden ingesteld om verschillende
standaardinktsets voor offsetdruk te emuleren.
Standaardinstelling. Deze modus is handig voor het afdrukken van CMYK-gegevens
voor algemeen gebruik. Met de modus is het mogelijk foto's goed af te drukken, terwijl
tegelijkertijd tekst en afbeeldingen met rijke intensieve kleuren worden afgedrukt.
Specificaties voor SWOP (Web Offset Publications). Algemene inktstandaard in de
Verenigde Staten en elders.
Euroscale. Algemene inktstandaard in Europa en elders.
DIC (Dainippon Ink and Chemical). Algemene inktstandaard in Japan en elders.
Apparaat. Emulatie is uitgeschakeld. Voor het correct afdrukken van foto's in deze
modus moet u de kleuren van de afbeelding in de applicatie of in het besturingssysteem
regelen.
Gebruik de SWOP- of EURO-emulatie voor CMYK-inkt om de beste overeenkomst met
vierkleuren PANTONE
®
-proceskleuren in PANTONE
®
-gecertificeerde toepassingen te
verkrijgen, afhankelijk van de gebruikte staalkaart.
NLWW Afdrukken in kleur 105
Kleurbeheer
Instelling van de kleuropties op Automatisch levert over het algemeen de beste
afdrukkwaliteit voor documenten in kleur. Er kunnen echter situaties optreden waarin u een
kleurdocument in grijstinten (zwart-wit) wilt afdrukken of een van de kleuropties van de
printer wilt wijzigen.
In Windows kunt u in grijstinten afdrukken of kleuropties veranderen met instellingen op
het tabblad Kleur van de printerdriver.
Als u een Macintosh-computer hebt, kunt u in grijstinten afdrukken of kleuropties
veranderen via het pop-up-menu Kleuraanpassing in het dialoogvenster Print.
Afdrukken in grijstinten
Als u de optie Afdrukken in grijstinten in de printerdriver kiest, wordt uw document in zwart-
wit afgedrukt. Deze optie is handig voor het afdrukken van kleurendocumenten die u wilt
kopiëren of faxen.
Als u Afdrukken in grijsschaal hebt geselecteerd, schakelt de printer over naar de
monochroommodus (ongeacht de instelling voor OPTIMALE SNELHEID/ KOSTEN). Met
deze modus wordt de slijtage van kleurencartridges verminderd.
Automatische of handmatige kleuraanpassing
De kleuraanpassingsoptie Automatisch dient voor het optimaliseren van neutrale grijstinten,
halftonen en randverbeteringen in de verschillende elementen van een document. Meer
informatie vindt u in de Help-informatie van de printerdriver.
Opmerking
Automatisch is de standaardinstelling en wordt aanbevolen voor het afdrukken van alle
kleurendocumenten.
Met de kleuraanpassingsoptie Handmatig kunt u zelf neutrale grijstinten, halftonen en
randverbeteringen voor tekst, illustraties en foto's aanpassen. Als u via het tabblad Kleur
naar de handmatige kleuropties wilt gaan, selecteert u Handmatig en vervolgens Instellingen.
Handmatige kleuropties
Met de handmatige kleuraanpassing kunt u de opties Kleur (of Kleurafstemming) en
Halftoon apart veranderen voor tekst, illustraties en foto's.
Opmerking
Door sommige applicaties worden tekst en illustraties in rasterafbeeldingen omgezet. In
deze gevallen hebben de instellingen van Foto's ook invloed op tekst en illustraties.
Halftoon opties beïnvloeden de resolutie en helderheid van uw gekleurde documenten. U
kunt instellingen voor halftonen onafhankelijk van elkaar selecteren voor tekst, afbeeldingen
en foto's. Er zijn twee halftoonopties, namelijk Gelijkmatig en Gedetailleerd.
106 Hoofdstuk 6 Kleur NLWW
Voor de HP Color LaserJet 3700 series printer zijn de volgende opties beschikbaar voor de
instelling Halftonen:
De optie Gelijkmatig geeft betere resultaten voor grote, effen oppervlakken. Ook foto's
worden verbeterd door het geleidelijke overgaan van fijne kleurnuances. Kies deze optie
als het gelijkmatig vullen van gekleurde vlakken het belangrijkst is.
De optie Detail is nuttig voor tekst en afbeeldingen die scherpe scheidingen tussen
lijnen en kleuren vereisen, zoals afbeeldingen met een patroon of veel details. Kies deze
optie als scherpe randen en details het belangrijkst zijn.
De instelling Neutrale grijstinten bepaalt de methode die wordt toegepast voor het
samenstellen van grijze kleuren in tekst, afbeeldingen en foto's.
Voor de HP Color LaserJet 3700 series printer zijn de onderstaande opties beschikbaar voor
de instelling Neutrale grijstinten:
Alleen zwart levert neutrale kleuren (grijstinten en zwart) met behulp van uitsluitend
zwarte toner. Op deze manier worden neutrale kleuren verzekerd.
4-Kleur levert neutrale kleuren (grijs en zwart) door combinatie van alle vier toner-
kleuren. Deze methode levert beter in elkaar overlopende kleuren en kleurovergangen
voor niet-neutrale kleuren en biedt bovendien het donkerste zwart.
Met de instelling Scherpteregeling (voor de HP Color LaserJet 3550 series printer) wordt
bepaald hoe randen worden weergegeven. De randinstelling bestaat uit twee componenten:
aangepaste halftonen en 'trapping'. Aangepaste halftonen bieden scherpere randen.
Trapping vermindert het effect van onjuist geplaatste kleuren door de randen van het
naastgelegen onderwerp enigszins te overlappen.
Voor de HP Color LaserJet 3700 series printer zijn de onderstaande niveaus voor
randinstelling beschikbaar:
Maximaal is de hoogste instelling voor trapping. Voor deze instelling worden
aangepaste halftonen geactiveerd.
Normaal is de standaardinstelling voor trapping. Trapping wordt ingesteld op gemiddeld
en aangepaste halftonen worden ingeschakeld.
Licht stelt trapping in op het laagste niveau, waarbij aangepaste halftonen ingeschakeld
worden.
Uit dient voor het uitschakelen van zowel trapping als aangepaste halftonen.
Voor de HP Color LaserJet 3550 series printer zijn de onderstaande niveaus beschikbaar:
Maximaal is de hoogste instelling voor trapping.
Normaal stelt trapping in op gemiddeld niveau.
Licht stelt trapping in op het laagste niveau.
Uit is de standaardinstelling voor trapping. Trapping is uitgeschakeld.
Voor de HP Color LaserJet 3700 series printer zijn de volgende waarden beschikbaar voor
de instellingen bij RGB-kleuren:
Standaard zorgt ervoor dat de printer RGB-kleur ziet als sRGB. sRGB is de
geaccepteerde standaard van Microsoft en het World Wide Web (http://www.w3.org).
Levendig zorgt ervoor dat de printer de kleurverzadiging in de middentonen verhoogt.
Objecten met vale kleuren worden met vollere kleuren afgedrukt. Deze waarde wordt
aanbevolen voor het afdrukken van zakelijke afbeeldingen.
Apparaat laat de printer weten dat RGB-gegevens in de apparaatmodus "raw" moeten
worden afgedrukt. Voor het correct afdrukken van foto's in deze modus moet u de
kleuren van de afbeelding in het programma of in het besturingssysteem instellen.
NLWW Kleurbeheer 107
Kleuren overeenstemmen
Het laten overeenkomen van de kleuren op de afdruk en de kleuren op het beeldscherm is
een heel ingewikkeld proces, omdat printers en computermonitoren verschillende methoden
gebruiken voor het produceren van kleuren. Monitoren geven kleuren weer door middel van
lichtpixels met gebruikmaking van een RGB-kleurenproces (rood, groen, blauw); printers
drukken kleuren af met gebruikmaking van een CMYK-proces (cyaan, magenta, geel en
zwart).
Diverse factoren kunnen de aanpassing van afgedrukte kleuren aan kleuren op de monitor
beïnvloeden. Deze factoren zijn onder andere:
afdrukmateriaal
printerkleurstoffen (bijvoorbeeld inkten en toners)
het afdrukproces (bijvoorbeeld inkjet-, kleurendrukpers- of lasertechnologie)
de verlichting in de ruimte
persoonlijke verschillen in de kleurenperceptie
programma's
printerdrivers
het besturingssysteem van de computer
monitoren
videokaarten en drivers
omgevingsfactoren (bijvoorbeeld vochtigheidsgraad)
Houd bovengenoemde factoren in gedachten als de kleuren op uw scherm niet volmaakt
overeenkomen met de afgedrukte kleuren.
De beste methode om de kleuren op uw scherm te laten overeenkomen met die van uw
printer, is uw documenten af te drukken in sRGB-kleuren.
Kleurovereenstemming (voor de HP Color LaserJet 3700
series printer)
Het proces voor het overeenstemmen van kleuren van de printer met bestaande
standaardstaalkaarten is complex. Over het algemeen kunt u treffende kleuren vinden als de
standaardkleuren waarmee u wilt overeenstemmen, zijn samengesteld met cyaan, magenta,
gele en zwarte inkten. Dit worden meestal processtaalkaarten genoemd.
Sommige staalkaarten gebruiken steunkleuren. Dit zijn specifiek samengestelde kleuren. De
meeste steunkleuren liggen buiten het bereik (kleurbereik) van de printer. De meeste
steunkleurstaalkaarten worden vergezeld van staalkaarten met CMYK-benaderingen van de
steunkleur.
De meeste staalkaarten met proceskleuren dragen een opschrift met een beschrijving van
de processen die zijn gebruikt voor het afdrukken van de staalkaart. In de meeste gevallen
is dit SWOP, EURO of DIC. Als u optimale kleurovereenstemming zoekt met een staalkaart
met proceskleuren, selecteert u de overeenkomstige inktemulatie in het menu van de printer.
Als u de methode van het standaardproces niet kent, gebruikt u de inktemulatie SWOP.
Voor de beste overeenkomst met vierkleuren PANTONE
®
-proceskleuren gebruikt u de
SWOP- of EURO-emulatie voor CMYK-inkt in de driver voor PostScript-emulatie voor de
HP Color LaserJet 3700 wanneer u afdrukt uit PANTONE
®
-gecertificeerde toepassingen.
108 Hoofdstuk 6 Kleur NLWW
Onderhoud
In dit hoofdstuk wordt het onderhoud van de printer beschreven. De volgende onderwerpen
komen aan bod:
Benodigdhedenbeheer
Onderdelen en benodigdheden vervangen
De printer reinigen
E-mailwaarschuwingen configureren
NLWW 109
Benodigdhedenbeheer
Inktcartridges op de juiste manier gebruiken, opslaan en beheren kan zorgen voor een
printeruitvoer van goede kwaliteit.
Levensduur van benodigdheden
De levensduur van de inktcartridge hangt af van het gebruikspatroon en de hoeveelheid
toner die voor uw afdruktaken nodig is. Wanneer u bijvoorbeeld pagina's afdrukt die voor vijf
procent met inkt zijn bedekt, kan een inktcartridge van HP gemiddeld 4000 of 6000 pagina's
meegaan, afhankelijk van het printermodel. (Bij een gemiddelde zakenbrief is ruim 5% van
de pagina bedrukt.)
De levensduur van een inktcartridge wordt verminderd door het afdrukken van veel
opdrachten van één of twee pagina's, intensief gebruik en automatisch dubbelzijdig
afdrukken. U kunt de verwachte levensduur van de inktcartridge altijd controleren aan de
hand van het tonerniveau. Zie
De levensduur van de inktcartridge controleren voor meer
informatie.
Vervangingstijden voor benodigdheden (bij benadering) voor
de HP Color LaserJet 3550 series printer
De volgende tabel vermeldt de geschatte tijdsintervallen waarna de benodigdheden moeten
worden vervangen en de berichten die op het bedieningspaneel van de printer verschijnen
om u daarop attent te maken.
Artikel Printerbericht Aantal pagina's Tijdsperiode (bij
benadering)
1
Zwarte-inktcartridge ZWART PATROON
VERVANGEN
6.000 pagina's
2
6 maanden
Kleurencartridges <KLEUR> PATROON
VERVANGEN
4.000 pagina's
2
4 maanden
Transferkit TRANSFER KIT
VERVANGEN
75.000 pagina's
3
60 maanden
Fuserkit FUSERKIT
VERVANGEN
75.000 pagina's
3
60 maanden
1
De geschatte levensduur is gebaseerd op 1.000 pagina's per maand.
2
De gemiddelde paginatelling bij benadering van A4-/Letter-formaat is gebaseerd op een
dekking van ongeveer 5 procent van de afzonderlijke kleuren.
3
Resultaten kunnen variëren als gevolg van de gebruiksomstandigheden en
afdrukgewoonten.
Ga voor het bestellen van benodigdheden naar de URL: http://www.hp.com/support/clj3550.
110 Hoofdstuk 7 Onderhoud NLWW
Vervangingstijden voor benodigdheden (bij benadering) voor
de HP Color LaserJet 3700 series printer
De volgende tabel vermeldt de geschatte tijdsintervallen waarna de benodigdheden moeten
worden vervangen en de berichten die op het bedieningspaneel van de printer verschijnen
om u daarop attent te maken.
Artikel Printerbericht Aantal pagina's Tijdsperiode (bij
benadering)
1
Inktcartridges ZWART PATROON
VERVANGEN
<KLEUR> PATROON
VERVANGEN
6.000 pagina's
2
4 maanden
Transferkit TRANSFER KIT
VERVANGEN
75.000 pagina's
3
50 maanden
Fuserkit FUSERKIT
VERVANGEN
75.000 pagina's
3
50 maanden
1
De geschatte levensduur is gebaseerd op 1.500 pagina's per maand.
2
De gemiddelde paginatelling bij benadering van A4-/Letter-formaat is gebaseerd op een
dekking van ongeveer 5 procent van de afzonderlijke kleuren.
3
Resultaten kunnen variëren als gevolg van de gebruiksomstandigheden en
afdrukgewoonten.
Ga voor het bestellen van benodigdheden naar de URL: http://www.hp.com/support/clj3700.
De levensduur van de inktcartridge controleren
U kunt het niveau van de inktcartridge controleren via het bedieningspaneel van de printer,
de ingebouwde webserver, de printersoftware, HP werkset of HP Web Jetadmin. Controleer
de meter voor de benodigdheden op het bedieningspaneel.
Uitleesvenster van de printer
1 Berichten-/promptgebied
2 Meter voor de benodigdheden
3 Kleurinktcartridges van links naar rechts: zwart, cyaan, magenta en geel
Voer de volgende procedure uit om een statuspagina voor de benodigdheden af te drukken
voor nauwkeurigere informatie over de niveaus.
NLWW Benodigdhedenbeheer 111
Het bedieningspaneel gebruiken om de levensduur van de inktcartridge
te controleren
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Informatie te selecteren.
3. Druk op
om STATUSPAGINA BENODIGDH. AFDR. te markeren.
4. Druk op
om de statuspagina van de benodigdheden af te drukken.
De HP werkset gebruiken
Gebruik de pagina Status benodigdheden die u kunt vinden op het tabblad Status.
De ingebouwde webserver gebruiken om de levensduur van de
inktcartridge (voor netwerkprinters) te controleren
1. Voer in uw browser het IP-adres van de homepage van de printer in. U komt nu in de
statuspagina van de printer. Zie
Ingebouwde webserver gebruiken (alleen voor de HP
Color LaserJet 3700 series printer).
2. Klik links op het scherm op Status benodigdheden. U komt nu op de statuspagina van
de printerbenodigdheden, waar u informatie over de inktpatronen kunt vinden.
Opmerking
U vindt het IP-adres op de Jetdirect-pagina van de printer die wordt afgedrukt met de
configuratiepagina. Zie
Configuratiepagina.
HP Web Jetadmin gebruiken
Selecteer de printer in HP Web Jetadmin. Op de statuspagina van de printer vindt u
informatie over de inktpatronen.
Inktcartridges bewaren
Verwijder de inktcartridge pas uit de verpakking wanneer u klaar bent om deze te gaan
gebruiken.
VOORZICHTIG
Als u beschadiging van de inktcartridge wilt voorkomen, moet u deze niet langer dan een
paar minuten aan licht blootstellen en moet u het oppervlak van de rol niet aanraken.
Inktcartridges van HP
Voor originele nieuwe inktcartridges van HP (onderdeelnummers van HP Color LaserJet
3550 series printer: Q2670A, Q2671A, Q2672A en Q2673A; onderdeelnummers van HP
Color LaserJet 3700 series printer: Q2670A, Q2681A, Q2682A en Q2683A) is de volgende
informatie beschikbaar:
resterend percentage van de benodigdheden
geschat aantal resterende pagina's
aantal afgedrukte pagina's
112 Hoofdstuk 7 Onderhoud NLWW
Inktcartridges van andere merken
Hewlett-Packard Company kan het gebruik van toner-cassettes die niet door HP zijn
vervaardigd (nieuw of opnieuw gevuld), niet aanbevelen. Aangezien dit geen echte HP
producten zijn, heeft HP ook geen invloed op het ontwerp en de kwaliteit ervan. Reparaties
aan de printer als gevolg van het gebruik van een toner-cassette die niet van HP is, worden
niet gedekt door de garantie op de printer.
Als u een inktcartridge van derden gebruikt, kan HP de nauwkeurigheid van sommige
functies niet garanderen.
Als de niet-HP inktcartridge aan u is verkocht als een echt product van HP, raadpleegt u
HP
fraude-hotline.
Echtheidscontrole van inktcartridges
Nadat u de cartridges hebt geïnstalleerd, worden de cartridges automatisch door de printer
gecontroleerd. Na de controle laat de printer u weten of de inktcartridge echt van HP is.
Zie
HP fraude-hotline als het bericht op het bedieningspaneel aangeeft dat de inktcartridge
niet van HP is terwijl u in de veronderstelling bent dat dit wel het geval is.
HP fraude-hotline
Bel de fraude-hotline van HP ((877) 219 3183 in Noord-Amerika, gratis) wanneer u een HP
LaserJet inktpatroon installeert en de printer een bericht te zien geeft dat de patroon niet van
HP is. HP helpt u te bepalen of het betreffende product een echt HP product is en
onderneemt stappen om het probleem op te lossen.
In de volgende gevallen hebt u mogelijk te maken met een inktcartridge die niet van HP is:
U ondervindt een groot aantal problemen bij het gebruik van de inktcartridge.
De inktcartridge ziet er anders uit dan gebruikelijk (bijvoorbeeld het oranje treklipje
ontbreekt en de doos is anders).
NLWW Benodigdhedenbeheer 113
Onderdelen en benodigdheden vervangen
Volg de richtlijnen in dit gedeelte zorgvuldig wanneer u printeronderdelen of -benodigdheden
vervangt. De transfereenheid, fuser en oppakrol zijn printeronderdelen die dezelfde
levensduur hebben als de printer. Als deze onderdelen echter worden beschadigd, moeten
deze worden vervangen.
Onderdelen en benodigdheden zoeken
De benodigdheden en onderdelen zijn te herkennen aan de etiketten en de blauwe plastic
hendels.
De volgende afbeelding toont de plaats van de benodigdheden en onderdelen.
Locaties van de benodigdheden en onderdelen
1 fuser
2 inktcartridges
3 transfereenheid
4 oppakrol
Richtlijnen voor vervanging
Neem de volgende richtlijnen in acht bij het opstellen van de printer om benodigdheden
eenvoudig te kunnen vervangen.
Er moet voldoende ruimte zijn boven en aan de voorkant van de printer om
benodigdheden te kunnen verwijderen.
De printer moet op een vlak, stevig oppervlak worden geplaatst.
Voor instructies over het installeren over benodigdheden raadpleegt u de
installatiehandleiding die bij het artikel is geleverd of gaat u voor meer informatie over de HP
Color LaserJet 3550 series printer naar http://www.hp.com/support/clj3550 en over de HP
Color LaserJet 3700 series printer naar http://www.hp.com/support/clj3700.
VOORZICHTIG
Hewlett-Packard adviseert HP producten te gebruiken in deze printer. Het gebruik van niet
door HP vervaardigde producten kan problemen veroorzaken waarvoor reparaties nodig zijn
die niet door de garantie- of service-overeenkomst van Hewlett-Packard worden gedekt.
114 Hoofdstuk 7 Onderhoud NLWW
Inktcartridges vervangen
Wanneer een inktcartridge bijna leeg is, wordt op het bedieningspaneel een bericht
weergegeven waarmee wordt aangegeven dat u een nieuwe inktcartridge moet bestellen. U
kunt de printer verder blijven gebruiken totdat op het bedieningspaneel een bericht wordt
weergegeven dat zegt dat de inktcartridge moet worden vervangen.
De printer gebruikt vier basiskleuren en beschikt voor iedere kleur over een inktcartridge:
zwart (K), cyaan (C), magenta (M), geel (Y).
Vervang de inktcartridge wanneer op het bedieningspaneel het bericht <KLEUR>
PATROON VERVANGEN wordt weergegeven. Tevens wordt op het bedieningspaneel
aangegeven welke kleur moet worden vervangen (tenzij er geen originele inktcartridge van
HP wordt gebruikt).
Opmerking
Als alle inktcartridges tegelijkertijd bijna leeg zijn en u met name monochroom (zwart-wit)
afdrukt, moet u de afdrukmodus wijzigen in MEESTAL MONO PAG.. Zie
Menu
Systeeminstellingen voor meer informatie.
De inktcartridge vervangen
1. Trek de hendel van de voorklep omhoog en trek vervolgens de voorklep naar beneden.
VOORZICHTIG
Plaats niets op de transfereenheid en raak de transfereenheid, die zich achter de voorklep
bevindt, niet aan.
2. Verwijder de verbruikte inktcartridge uit de printer.
NLWW Onderdelen en benodigdheden vervangen 115
3. Haal de nieuwe inktcartridge uit de zak. Plaats de verbruikte inktcartridge in de zak voor
recycling.
4. Pak beide uiteinden van de inktcartridge vast en verspreid de toner door de inktcartridge
voorzichtig heen en weer te schudden.
VOORZICHTIG
Raak de sluiter of het oppervlak van de rol niet aan.
5. Verwijder de oranje transportvergrendeling en de oranje transporttape van de nieuwe
inktcartridge. Gooi de transporttape en transportvergrendeling weg volgens de lokale
wetgeving.
116 Hoofdstuk 7 Onderhoud NLWW
6. Breng de inktcartridge in lijn met de geleiders in de printer en plaats met de hendel de
inktcartridge in de printer totdat deze stevig vastzit.
7. Sluit de voorklep stevig.
Na enige tijd wordt op het bedieningspaneel het bericht Gereed weergegeven.
Opmerking
Als een inktcartridge in de verkeerde sleuf wordt geplaatst of een verkeerde inktcartridge
voor de printer wordt gebruikt, wordt het bericht ONJUISTE <KLEUR> PATROON of
Onjuiste benodigheden op het bedieningspaneel weergegeven.
8. De installatie is nu voltooid. Plaats de verbruikte inktcartridge in de zak waarin de
nieuwe inktcartridge is geleverd. Raadpleeg de bijgesloten recyclinggids voor instructies
over recycling.
9. Als u een inktcartridge gebruikt die niet van HP is, controleert u het bedieningspaneel
van de printer voor verdere instructies.
Ga naar http://www.hp.com/support/clj3550 voor meer hulp met de HP Color LaserJet 3550
series printer en naar http://www.hp.com/support/clj3700 voor meer hulp met de HP Color
LaserJet 3700 series printer.
Transferkit vervangen
Vervang de transferkit wanneer op het bedieningspaneel het bericht TRANSFER KIT
VERVANGEN wordt weergegeven. De transferkit bevat een vervangende transfereenheid
voor deze printer.
NLWW Onderdelen en benodigdheden vervangen 117
De transfereenheid vervangen
WAARSCHU-
WING
Verwijder sieraden of andere metalen voorwerpen van uw lichaam om elektrische schokken
te voorkomen.
1. Trek de hendel van de voorklep omhoog en trek vervolgens de voorklep naar beneden.
WAARSCHU-
WING
Leg niks op de transfereenheid. Raak de bovenkant van de transfereenheid of de
contactpunten aan de linkerzijde van de transfereenheid niet aan.
2. Pak de blauwe hendel aan de rechterzijde vast. Houd de blauwe knop ingedrukt. Trek
de rechterzijde van de transfereenheid een beetje omhoog.
118 Hoofdstuk 7 Onderhoud NLWW
3. Pak de blauwe hendel aan de linkerzijde vast en trek deze omhoog om de
transfereenheid te verwijderen uit de printer.
Opmerking
Ga naar http://www.hp.com/recycle voor informatie over hoe u de gebruikte transfereenheid
volgens de geldende wetgeving kunt weggooien.
4. Gebruik de hendels om de nieuwe transfereenheid uit de zak te halen. Pak de
transfereenheid vast met de hendels aan beide kanten.
5. Plaats de nieuwe transfereenheid op een vlakke ondergrond. Verwijder de oranje tape
en oranje transportvergrendeling.
NLWW Onderdelen en benodigdheden vervangen 119
6. Plaats de linkerzijde van de transfereenheid in de voorklep van de printer. Plaats de
twee pinnen aan de linkerzijde in de gaten en laat vervolgens de rechterzijde in de klep
zakken.
7. Controleer of de blauwe knop op de blauwe hendel aan de rechterzijde niet is
geblokkeerd (is omhoog gekomen). Als de knop is geblokkeerd, pakt u de blauwe
hendel aan de rechterzijde vast en trekt u de transfereenheid naar u toe.
8. Sluit de voorklep stevig.
9. Nadat u de voorklep hebt gesloten, wordt na enige tijd het bericht NWE. TRANSFERKIT
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer.
10. Als het bericht NWE. TRANSFERKIT verschijnt, gaat u naar stap 11. Als het bericht niet
verschijnt, moet u de teller van de transfereenheid opnieuw instellen. Zie
De teller van
de transfereenheid opnieuw instellen.
120 Hoofdstuk 7 Onderhoud NLWW
11. Druk op het bedieningspaneel op om JA te markeren en druk vervolgens op om
deze optie te selecteren. De teller van de transfereenheid wordt opnieuw ingesteld en de
printer is klaar voor gebruik.
Opmerking
Als u de oude transferkit hebt vervangen voordat het einde van de levensduur is bereikt
(omdat deze bijvoorbeeld is beschadigd) of als u wilt doorgaan met afdrukken nadat het
bericht dat het einde van de levensduur is bereikt, is verschenen, moet u de teller van de
transferkit opnieuw instellen met het bedieningspaneel van de printer. Het bericht dat het
einde van de levensduur is bereikt is een service voor de klant. Wanneer u doorgaat met
afdrukken nadat dit bericht is verschenen, kan dit nadelige gevolgen hebben voor de
afdrukkwaliteit. Als u de teller van de transferkit na een dergelijk bericht opnieuw hebt
ingesteld, is de informatie over de resterende levensduur van kit onjuist tot u de kit vervangt
en de teller opnieuw instelt.
De teller van de transfereenheid opnieuw instellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om HERSTEL te markeren.
5. Druk op
om HERSTEL te selecteren.
6. Druk op
om RESET BENODIGDHDN te markeren.
7. Druk op
om RESET BENODIGDHDN te selecteren.
8. Druk op
om NWE. TRANSFERKIT te markeren.
9. Druk op
om NWE. TRANSFERKIT te selecteren.
10. Druk op
om JA te markeren.
11. Druk op
om JA te selecteren.
De teller van de transfereenheid wordt opnieuw ingesteld en de printer is klaar voor
gebruik.
De fuser en oppakrol vervangen
Vervang de fuser en oppakrol wanneer op het bedieningspaneel het bericht FUSERKIT
VERVANGEN wordt weergegeven. De fuserkit bevat een vervangende fuser en oppakrol
voor Lade 2 voor deze printer. Als u de fuser hebt vervangen, moet u de oppakrol ook
vervangen. De instructies voor het vervangen van de oppakrol worden na de instructies voor
het vervangen van de fuser gegeven.
NLWW Onderdelen en benodigdheden vervangen 121
De fuser vervangen
1. Zet de printer uit.
2. Open de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak).
WAARSCHU-
WING
De fuser is heet. Wacht 10 minuten voordat u verdergaat.
3. Schuif het ladeverlengstuk van de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak)
volledig uit.
122 Hoofdstuk 7 Onderhoud NLWW
4. Trek de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak) omhoog terwijl u met een
vinger drukt op het lipje met de ribbels aan de linkerzijde van de klep. Verwijder de
onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak).
5. Plaats uw duimen op de blauwe ribbels (bij het waarschuwingsetiket) en trek met uw
vingers de blauwe hendels omhoog.
6. Trek de fuser uit de printer.
Opmerking
Ga naar http://www.hp.com/recycle voor informatie over hoe u de gebruikte fuser volgens de
geldende wetgeving kunt weggooien.
NLWW Onderdelen en benodigdheden vervangen 123
7. Haal de nieuwe fuser uit de zak.
8. Pak de fuser vast met de duimen op de blauwe ribbels en de vingers op de blauwe
hendels. Druk beide zijden van de fuser in de printer.
9. Druk op de zwarte ribbels aan de voorzijde van de fuser totdat de fuser op de plaats
vastklikt.
124 Hoofdstuk 7 Onderhoud NLWW
10. Draai de groene hendels omhoog.
11. Als u de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak) opnieuw wilt plaatsen, houdt u
de klep in een hoek van 45º en plaatst u de pin in het gat aan de rechterzijde.
NLWW Onderdelen en benodigdheden vervangen 125
12. Druk op de ribbels op het lipje aan de linkerzijde van de klep en plaats de pin in het gat.
13. Sluit de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak).
Opmerking
Als u de fuser hebt vervangen, moet u de oppakrol ook vervangen. Zie De oppakrol
vervangen voor instructies.
126 Hoofdstuk 7 Onderhoud NLWW
De oppakrol vervangen
Opmerking
De printer moet nog steeds zijn uitgeschakeld.
1. Trek Lade 2 naar buiten en leg deze op een vlakke ondergrond.
2. Duw met één vinger op de blauwe zijde van de oppakrol totdat de pin uit het rechtergat
wordt verwijderd.
3. Trek de oppakrol voorzichtig naar beneden om de linkerpin van de oppakrol te
verwijderen uit de printer.
NLWW Onderdelen en benodigdheden vervangen 127
4. Haal de nieuwe oppakrol uit de zak.
Opmerking
Ga naar http://www.hp.com/recycle voor informatie over hoe u de gebruikte oppakrol
volgens de geldende wetgeving kunt weggooien.
5. Houd de blauwe zijde van de oppakrol vast en plaats de linkerpin in het gat op de printer.
6. Druk op de oppakrol terwijl u de rechterzijde van de oppakrol omhoog trekt zodat de pin
in het gat wordt geplaatst en vastklikt.
128 Hoofdstuk 7 Onderhoud NLWW
7. Draai de blauwe zijde van de oppakrol totdat deze vastklikt.
8. Vervang Lade 2.
9. Zet de printer aan. Na enige tijd wordt op het bedieningspaneel van de printer wellicht
het bericht NIEUWE FUSERKIT weergegeven.
10. Als het bericht NIEUWE FUSERKIT verschijnt, gaat u naar stap 11. Als het bericht niet
verschijnt, moet u de teller van de fuser opnieuw instellen. Zie
De teller van de fuser
opnieuw instellen.
11. Druk op het bedieningspaneel op
om JA te markeren en druk vervolgens op om
deze optie te selecteren. De teller van de fuser wordt opnieuw ingesteld en de printer is
klaar voor gebruik.
Opmerking
Wilt u doorgaan met afdrukken na dit bericht, dan moet de teller van de fuserkit opnieuw
worden ingesteld met het bedieningspaneel van de printer. Het bericht dat het einde van de
levensduur is bereikt is een service voor de klant. Wanneer u doorgaat met afdrukken nadat
dit bericht is verschenen, kan dit nadelige gevolgen hebben voor de afdrukkwaliteit. Als u de
teller van de fuserkit na een dergelijk bericht opnieuw hebt ingesteld, is de informatie over
de resterende levensduur van kit onjuist tot u de kit vervangt en de teller opnieuw instelt.
De teller van de fuser opnieuw instellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om HERSTEL te markeren.
5. Druk op
om HERSTEL te selecteren.
6. Druk op
om RESET BENODIGDHDN te markeren.
NLWW Onderdelen en benodigdheden vervangen 129
7. Druk op om RESET BENODIGDHDN te selecteren.
8. Druk op
om NIEUWE FUSERKIT te markeren.
9. Druk op
om NIEUWE FUSERKIT te selecteren.
10. Druk op
om JA te markeren.
11. Druk op
om JA te selecteren.
De teller van de fuser wordt opnieuw ingesteld en de printer is klaar voor gebruik.
130 Hoofdstuk 7 Onderhoud NLWW
De printer reinigen
Tijdens het afdrukproces kunnen zich papier, tonerresten en stofdeeltjes ophopen in de
printer. Dit kan na verloop van tijd problemen geven met de afdrukkwaliteit, bijvoorbeeld in
de vorm van tonervlekken of vegen. Deze printer beschikt over een reinigingsstand
waarmee dergelijke problemen kunnen worden opgelost en voorkomen.
De printer reinigen vanaf het bedieningspaneel
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om AFDRUKKWALITEIT te markeren.
5. Druk op
om AFDRUKKWALITEIT te selecteren.
6. Druk op
om REINIGINGSPAGINA MAKEN te markeren.
7. Druk op
om REINIGINGSPAGINA MAKEN te selecteren.
Er wordt een pagina met patronen afgedrukt.
8. Verwijder alle papier uit Lade 1.
9. Verwijder de reinigingspagina en plaats deze met de bedrukte zijde naar onder in Lade 1.
Opmerking
Als u zich niet nog altijd in de MENU'S bevindt, volgt u de bovenstaande instructies om naar
AFDRUKKWALITEIT te gaan.
10. Druk op het bedieningspaneel op
om REINIGINGSPAGINA VERWERKEN te
markeren.
11. Druk op
om REINIGINGSPAGINA VERWERKEN te selecteren.
Op het bedieningspaneel verschijnt het bericht BEZIG MET REINIGEN. Het
reinigingsproces duurt enkele minuten.
NLWW De printer reinigen 131
E-mailwaarschuwingen configureren
Opmerking
Als de hostsoftware geen e-mail ondersteunt, is deze functie wellicht niet beschikbaar op de
HP Color LaserJet 3550 series printer.
U kunt HP Web Jetadmin of de ingebouwde webserver gebruiken om het systeem zo in te
stellen dat waarschuwingen worden gegeven bij problemen met de printer. De
waarschuwingen worden via e-mailberichten verzonden naar de door u opgegeven e-
mailadressen.
U kunt het volgende instellen:
de printer(s) die u wilt bewaken
de waarschuwingen die u wilt ontvangen, bijvoorbeeld voor papierstoringen, papier op,
status van de benodigdheden en klep open.
de e-mailaccounts die de waarschuwingen moeten ontvangen
Software Informatiebron
HP Web Jetadmin Zie HP Web Jetadmin voor algemene informatie
over HP Web Jetadmin.
Raadpleeg de on line Help van HP Web
Jetadmin voor meer informatie over
waarschuwingen en het instellen ervan.
Ingebouwde webserver Zie Ingebouwde webserver gebruiken (alleen
voor de HP Color LaserJet 3700 series printer)
voor algemene informatie over de ingebouwde
webserver.
Raadpleeg het Help-systeem van HP Web
Jetadmin voor meer informatie over
waarschuwingen en het instellen ervan.
HP werkset Zie Tabblad Waarschuwingen voor algemene
informatie over de HP werkset.
132 Hoofdstuk 7 Onderhoud NLWW
Problemen oplossen
In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u doet wanneer zich met uw printer een probleem
voordoet. De volgende onderwerpen komen aan bod:
Controlelijst voor het oplossen van problemen
Soorten berichten op het bedieningspaneel
Berichten van het bedieningspaneel
Papierstoringen
Veelvoorkomende oorzaken van papierstoringen
Papierstoringen verhelpen
Problemen met de papierverwerking
Informatiepagina's voor problemen oplossen
Problemen met de manier waarop de printer reageert
Problemen met het bedieningspaneel van de printer
Problemen met het afdrukken van kleuren
Onjuiste printeruitvoer
Problemen met programma's
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
NLWW 133
Controlelijst voor het oplossen van problemen
Als u problemen ervaart met de printer, kan de volgende lijst uitkomst bieden bij het zoeken
naar de oorzaak:
Is de printer aangesloten op het elektriciteitsnet?
Is de printer ingeschakeld?
Is de printer Gereed om af te drukken?
Zijn alle benodigde snoeren aangesloten?
Worden er berichten weergegeven op het bedieningspaneel?
Worden echte benodigdheden van HP gebruikt?
Zijn eventueel recentelijk vervangen inktpatronen correct geïnstalleerd? Is de
verzegelingssticker op de cassette verwijderd?
Zijn eventueel recentelijk vervangen benodigdheden (fuserkit en transferkit) correct
geïnstalleerd?
Ga naar http://www.hp.com/support/clj3550 voor de HP Color LaserJet 3550 series printer
en naar http://www.hp.com/support/clj3700 voor de HP Color LaserJet 3700 series printer
als u in deze handleiding geen oplossing vindt voor printerproblemen.
Zie de handleiding Aan de slag... van deze printer voor aanvullende informatie over de
installatie van de printer.
Factoren die de prestaties van de printer beïnvloeden
De tijd die nodig is om een taak af te drukken is van verschillende factoren afhankelijk. Een
belangrijke factor is de maximale afdruksnelheid, uitgedrukt in aantal pagina's per minuut
(ppm). Andere factoren die de afdruksnelheid beïnvloeden, zijn onder meer het gebruik van
speciaal papier (zoals transparanten, zwaar papier of papier met een aangepast formaat),
de printerverwerkingstijd en de downloadtijd. Andere factoren zijn onder andere:
de complexiteit en de grootte van afbeeldingen
de snelheid van de gebruikte computer
de USB-aansluiting, voor de HP Color LaserJet 3550 printer
de I/O-configuratie van de printer (netwerk, parallel of USB 1.1) voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer. Met de parallelle interface beschikt u over neerwaartse
compatibiliteit. U kunt echter het beste de USB- of netwerkaansluiting gebruiken voor de
beste prestaties.
de hoeveelheid printergeheugen
het netwerkbesturingssysteem en de configuratie daarvan (indien van toepassing)
de printer-personality (PCL of PostScript-emulatie), voor de HP Color LaserJet 3700
series printer
Opmerking
Door het geheugen van de printer uit te breiden, kunt u geheugenproblemen oplossen, de
verwerking van complexe grafische elementen verbeteren en de downloadtijd verkorten; de
maximale snelheid van de printer (het aantal pagina's per minuut) zal niet per se worden
verbeterd.
134 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Soorten berichten op het bedieningspaneel
Op het bedieningspaneel worden vier soorten berichten weergegeven die de printerstatus of
problemen met de printer aangeven.
Statusberichten
Statusberichten geven de actuele toestand van de printer weer. De berichten geven
informatie over de normale werking van de printer en er zijn geen handelingen van de
gebruiker nodig om deze te wissen. De berichten veranderen als de toestand van de printer
verandert. Wanneer de printer klaar is en geen taken uitvoert en er geen af te handelen
waarschuwingsberichten zijn, wordt het statusbericht Gereed weergegeven als de printer on
line staat.
Waarschuwingsberichten
Waarschuwingen stellen u op de hoogte van gegevens- en afdrukfouten. Deze berichten
worden doorgaans afgewisseld met het bericht Gereed of Status en blijven staan totdat u
op
drukt. Als in het configuratiemenu van de printer TAAK is ingesteld voor WISBARE
BERICHTEN, worden deze berichten door de volgende afdruktaak gewist.
Foutberichten
Foutberichten melden dat er een handeling moet worden verricht, zoals papier toevoegen of
een papierstoring verhelpen.
Na bepaalde foutberichten kan de printer automatisch doorgaan. Als AUTOM.
DOORGAAN=AAN is ingesteld in de menu's, gaat de printer verder nadat een wisbare fout
gedurende 10 seconden is weergegeven.
Opmerking
Als gedurende 10 seconden op een knop wordt gedrukt, wordt de functie voor het
automatisch doorgaan stilgezet en wordt de functie van de knop uitgevoerd. Als u
bijvoorbeeld op S
TOP
drukt, wordt het afdrukken onderbroken en krijgt u de optie om de
afdruktaak te annuleren.
Kritieke-foutberichten
Kritieke-foutberichten attenderen u op een defect in het apparaat. Sommige van deze
berichten kunnen worden opgelost door de printer uit en weer aan te zetten. Deze berichten
worden niet beïnvloed door de instelling AUTOM. DOORGAAN. Als een kritieke fout
aanhoudt, is service noodzakelijk.
In de volgende tabel wordt een alfabetische omschrijving gegeven van de diverse berichten
op het bedieningspaneel.
NLWW Soorten berichten op het bedieningspaneel 135
Berichten van het bedieningspaneel
Berichten van het bedieningspaneel
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
Als er geen papier in de lade voor
handmatige invoer is geplaatst:
HANDM. INVOEREN
<TYPE> <FORMAAT>
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
Er is papier in Lade 1 geplaatst, maar er
is een taak naar de printer verzonden
waarvoor het papiertype of het formaat
niet beschikbaar is.
Druk op om vanuit de lade af te
drukken.
of
Druk op
voor Help.
of
Zie
Laden configureren voor meer
informatie.
<KLEUR>
PATROON VERVANGEN
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
.
De aangegeven inktcartridge is bijna aan
het eind van de levensduur en de
instelling BENDIGDH. BIJNA OP in
SYSTEEM- INSTELLINGEN is ingesteld
op STOP. Druk op
om dit te negeren.
1. Bestel de aangegeven inktcartridge.
2. Druk op
om verder te gaan.
of
Druk op
voor Help.
Zie
Printerbenodigdheden en
accessoires voor meer informatie.
<KLEUR>
PATROON VERVANGEN
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
De aangegeven inktpatroon heeft het
einde van de levensduur bereikt. Het
afdrukken kan pas verdergaan wanneer
de inktpatroon is vervangen.
Druk op voor Help.
of
Zie
Inktcartridges vervangen of
Onderdelen en benodigdheden
vervangen voor meer informatie.
Zie
Printerbenodigdheden en
accessoires voor meer informatie.
10.92.YYPATRONEN
NIET GOED GEPLAATST
wordt afgewisseld met
Open en sluit de
voorste klep
De cartridges zijn niet vastgezet. Open en sluit de voorklep om de
cartridges vast te zetten.
10.XX.YY
ONRECHTMATIG
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
Er is een nieuw onderdeel geïnstalleerd
die niet door HP is gemaakt. Dit bericht
wordt weergegeven tot er
benodigdheden van HP worden
geïnstalleerd of tot er op
wordt gedrukt.
Wanneer u in de veronderstelling bent
dat u benodigdheden van HP hebt
aangeschaft, maar dit niet het geval is,
belt u de HP fraude-hotline op
1-877-219-3183.
Service of reparaties aan de printer als
gevolg van het gebruik van
benodigdheden die niet van HP zijn,
worden niet gedekt door de garantie
van HP.
Als u wilt verdergaan met afdrukken,
drukt u op
. De eerste afdruktaak die
reeds in afwachting is, wordt
geannuleerd.
136 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
10.XX.YY ONDERDEEL
GEHEUGENFOUT
Druk op voor hulp
De printer kan niet lezen of schrijven
naar ten minste één
inktcartridgegeheugenlabel of er
ontbreekt ten minste één
inktcartridgegeheugenlabel.
1. Open en sluit de voorklep.
2. Als deze fout zich blijft voordoen,
neemt u contact op met de
ondersteuning van HP.
13.XX.YY STORING IN
ACHTERSTE ONDERKLEP
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
Er is een papierstoring in de onderklep
aan de achterzijde (achteruitvoerbak)
achter de fuser.
Zie Papierstoringen verhelpen als de
papierstoring niet automatisch verholpen
kan worden door de printer.
of
Druk op
voor Help.
Als dit bericht blijft verschijnen nadat u
alle pagina's hebt verwijderd en de Help
hebt gesloten, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
13.XX.YY STORING IN
BOVENSTE ACHTERKLEP
wordt afgewisseld met
Verhelp de storing en druk op
.
Er is een papierstoring in de bovenklep
aan de achterzijde, de bovenklep aan de
achterzijde is geopend tijdens het
afdrukken of de klep was open toen een
afdruktaak naar de printer werd
verzonden.
Sluit de bovenklep aan de achterzijde.
Druk op
voor Help.
of
Zie
Papierstoringen verhelpen.
Als dit bericht blijft verschijnen nadat u
alle pagina's hebt verwijderd en de Help
hebt gesloten, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
13.XX.YY STORING IN
DUPLEXER
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
Er is een storing opgetreden in de
papierbaan.
Alleen voor de HP Color LaserJet
3700dn en 3700dtn printers.
Druk op
voor Help.
of
Zie
Papierstoringen verhelpen.
Als dit bericht blijft verschijnen nadat u
alle pagina's hebt verwijderd en de Help
hebt gesloten, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
13.XX.YY STORING IN
LADE 1
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
Verhelp de storing en druk op .
Er is een pagina vastgelopen in de
multifunctionele lade.
Druk op voor Help.
of
Zie
Papierstoringen verhelpen.
Als dit bericht blijft verschijnen nadat u
alle pagina's hebt verwijderd en de Help
hebt gesloten, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
13.XX.YY STORING IN
LADE X
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
Verhelp de storing en druk op .
Er is een pagina vastgelopen in lade X.
Druk op voor Help.
of
Zie
Papierstoringen verhelpen.
Als dit bericht blijft verschijnen nadat u
alle pagina's hebt verwijderd en de Help
hebt gesloten, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
NLWW Berichten van het bedieningspaneel 137
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
13.XX.YY STORING IN
ONDERSTE ACHTERKLEP
wordt afgewisseld met
Verhelp de storing en druk op
Er is een pagina vastgelopen in de
onderklep aan de achterzijde
(achteruitvoerbak).
Druk op voor Help.
of
Zie
Papierstoringen verhelpen.
Als dit bericht blijft verschijnen nadat u
alle pagina's hebt verwijderd en de Help
hebt gesloten, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
13.XX.YY STORING IN
VOORSTE KLEP
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
Er is een papierstoring in de voorklep.
Druk op voor Help.
of
Zie
Papierstoringen verhelpen.
Als dit bericht blijft verschijnen nadat u
alle pagina's hebt verwijderd en de Help
hebt gesloten, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
13.XX.YY STORING IN
VOORSTE KLEP
wordt afgewisseld met
VERWIJDER INCOMPAT.
TRANSPARANTEN
Er is een papierstoring in de voorklep die
is veroorzaakt door transparanten die
niet compatibel zijn.
Druk op voor Help.
of
Zie
Papierstoringen verhelpen voor meer
informatie.
Als dit bericht blijft verschijnen nadat u
alle pagina's hebt verwijderd en de Help
hebt gesloten, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
20 ONVOLDOENDE
GEHEUGEN
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
Doorgaan druk .
De printer ontvangt meer gegevens van
de computer dan in het beschikbare
geheugen passen.
1. Druk op om verder te gaan.
Opmerking
Er zullen gegevens verloren gaan.
2. Maak de afdruktaak minder complex
om deze fout te vermijden.
3. Als u extra geheugen in de printer
installeert, is het mogelijk dat het
afdrukken van complexere pagina’s
zonder problemen verloopt.
22 EIO X
BUFFER OVERFLOW
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
De I/O-buffer van de EIO-kaart in sleuf X
van de printer is vol terwijl de printer
bezig is.
1. Druk op om verder te gaan.
Opmerking
Er zullen gegevens verloren gaan.
2. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer als een EIO-apparaat is
geïnstalleerd.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
138 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
22 PARALLELLE I/O
BUFFER OVERFLOW
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
De parallelle buffer van de printer is vol
terwijl de printer bezig is.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
1. Druk op
om verder te gaan.
Opmerking
Er zullen gegevens verloren gaan.
2. Als dit bericht blijft verschijnen
nadat u de Help hebt gesloten, moet
u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
22 SERIËLE I/O
BUFFER OVERFLOW
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
De seriële buffer van de printer is vol
terwijl de printer bezig is.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer als een EIO-apparaat is
geïnstalleerd.
1. Druk op
om verder te gaan.
Opmerking
Er zullen gegevens verloren gaan.
2. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
22 USB I/O
BUFFER OVERFLOW
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
De parallelle USB-buffer van de printer
is vol terwijl de printer bezig is.
1. Druk op om verder te gaan.
Opmerking
Er zullen gegevens verloren gaan.
2. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
40 EIO X SLECHTE
TRANSMISSIE
Doorgaan druk
Er is een verbinding abnormaal
verbroken met de kaart in EIO-sleuf X.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer als een EIO-apparaat is
geïnstalleerd.
1. Druk op
om verder te gaan.
Opmerking
Er zullen gegevens verloren gaan.
2. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
40 SLECHTE SERIËLE
TRANSMISSIE
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
Er is een fout opgetreden in de seriële
gegevens (pariteit, framing of
regeloverloop) terwijl de printer bezig
was met het ontvangen van gegevens.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
1. Druk op
om verder te gaan.
Opmerking
Er zullen gegevens verloren gaan.
2. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
NLWW Berichten van het bedieningspaneel 139
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
41.3 ONJUIST
FORMAAT IN LADE X
wordt afgewisseld met
VUL LADE X
<TYPE> <FORMAAT>
Het geplaatste papier is langer of korter
dan het formaat waarvoor de lade is
geconfigureerd.
1. Plaats het papier volgens de
instructies.
2. Druk op
om af te drukken.
3. Als het onjuiste formaat is
geselecteerd, drukt u op S
TOP
om
de taak te annuleren of drukt u op
om naar de Help te gaan.
4. Als de onjuiste lade is geselecteerd,
drukt u op Stop om de taak te
annuleren.
5. Configureer de laden op de juiste
manier en verzend de taak opnieuw.
Controleer of alle laden juist zijn
geconfigureerd voordat u opnieuw
afdrukt. Zie
Laden configureren voor
meer informatie.
41.5 ONJUIST
SOORT IN LADE X
wordt afgewisseld met
VUL LADE X
<TYPE> <FORMAAT>
De printer herkent een ander papiertype
in de papierbaan dan waarvoor de lade
is geconfigureerd.
1. Plaats het papier volgens de
instructies.
2. Druk op
om af te drukken.
3. Als de onjuiste soort is
geselecteerd, drukt u op S
TOP
om
de taak te annuleren of drukt u op
om naar de Help te gaan.
4. Configureer de laden op de juiste
manier en verzend de taak opnieuw.
Controleer of alle laden juist zijn
geconfigureerd voordat u opnieuw
afdrukt. Zie
Laden configureren voor
meer informatie.
41.X
PRINTERFOUT
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
Er is een printerfout opgetreden. 1. Druk op om verder te gaan of
druk op
voor verdere informatie.
2. Als het bericht blijft verschijnen
nadat u de Help hebt gesloten, zet u
de printer uit en vervolgens weer
aan.
3. Als dit bericht daarna blijft
verschijnen, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
49.XXXX
PRINTERFOUT
wordt afgewisseld met
Om verder te gaan
eerst uit en insch.
Er heeft zich een kritieke firmware-fout
voorgedaan.
1. Zet de printer uit en weer aan.
2. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
140 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
50.X FUSERFOUT
Druk op voor hulp
Er is een fuserfout opgetreden. 1. Zet de printer uit.
2. Controleer of de fuser juist is
geïnstalleerd en juist is geplaatst.
3. Zet de printer aan.
4. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
51.XY
PRINTERFOUT
wordt afgewisseld met
Om verder te gaan
eerst uit en insch.
Er is een printerfout opgetreden. 1. Druk op om verder te gaan.
2. Zet de printer uit en weer aan als
het bericht blijft verschijnen.
3. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
52.XY
PRINTERFOUT
wordt afgewisseld met
Om verder te gaan
eerst uit en insch.
Er is een printerfout opgetreden. 1. Druk op om verder te gaan.
2. Zet de printer uit en weer aan als
het bericht blijft verschijnen.
3. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
53.10.03 RAM/ROM- GEHEUGEN
CONTROLEREN
Er is een geheugenfout opgetreden die
is veroorzaakt door een
voedingsprobleem in de formatter.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3550
series printers.
Neem contact op met de ondersteuning
van HP.
53.10.03 RAM/ROM- GEHEUGEN
CONTROLEREN
Er is een fout bij de firmware DIMM in
sleuf 1.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printers.
1. Zet de printer uit.
2. Controleer of de firmware DIMM
goed is geplaatst.
3. Zet de printer aan.
4. Als het probleem zich blijft
voordoen, moet u de firmware
DIMM vervangen.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
NLWW Berichten van het bedieningspaneel 141
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
53.XX.ZZ
DIMM A MODULE B
wordt afgewisseld met
Druk op STOP
om verder te gaan
Er is een fout opgetreden in het
geheugen van de printer.
Waarden A en ZZ zijn als volgt:
A DIMM-type
1 DIMM-sleuf 1
2 DIMM-sleuf 2
3 DIMM-sleuf 3
4 DIMM-sleuf 4
ZZ Foutnummer
00 DIMM NIET ONDERSTEUND
01 DIMM SPD MISLUKT (niet-herkend
geheugen)
03 ZELFTEST MISLUKT
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printers.
Als u hierom wordt gevraagd, drukt u op
S
TOP
om door te gaan. De printer
schakelt over naar de stand Gereed,
maar gebruikt het geïnstalleerde
geheugen niet volledig.
of
1. Zet de printer uit.
2. Controleer of de SDRAM volledig
voldoet aan de specificaties en
correct is geplaatst.
3. Zet de printer aan.
4. Als het probleem zich blijft
voordoen, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
54.X PRINTER
FOUT
Er is een printeropdrachtfout opgetreden. 1. Zet de printer uit en weer aan.
2. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
55.X
PRINTERFOUT
wordt afgewisseld met
Om verder te gaan
eerst uit en insch.
Er is een printeropdrachtfout opgetreden. 1. Druk op om verder te gaan.
2. Zet de printer uit en weer aan als
het bericht blijft verschijnen.
3. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
57.X
PRINTERFOUT
wordt afgewisseld met
Om verder te gaan
eerst uit en insch.
Er is een printerventilatorfout opgetreden. 1. Zet de printer uit en weer aan.
2. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
59.X
PRINTERFOUT
wordt afgewisseld met
Om verder te gaan
eerst uit en insch.
Er is een fout met de printermotor
opgetreden.
1. Zet de printer uit en weer aan.
2. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
Opmerking
Dit bericht kan eveneens verschijnen
wanneer de transfereenheid ontbreekt of
onjuist is geïnstalleerd. Zorg ervoor dat
de transfereenheid goed is geïnstalleerd.
62 GEEN SYSTEEM Het systeem is onvindbaar. 1. Zet de printer uit en weer aan.
2. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
142 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
64 PRINTERFOUT
Druk op voor hulp
wordt afgewisseld met
Om verder te gaan
eerst uit en insch.
Scanbufferfout. 1. Zet de printer uit en weer aan.
2. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
68.X OPSLAGFOUT
INSTELL. GEWIJZIGD
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
Een of meer printerinstellingen die in het
apparaat met het niet-vluchtig geheugen
zijn opgeslagen, zijn ongeldig en zijn
teruggezet op de fabrieksinstellingen.
Druk op
om het bericht te wissen. Het
afdrukken kan verdergaan, maar er kan
zich onverwacht gedrag voordoen.
1. Druk op om verder te gaan.
2. Zet de printer uit en weer aan.
3. Als dit bericht blijft verschijnen,
moet u contact opnemen met de
ondersteuning van HP.
68.X PERMANENT
GEHEUGEN VOL
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
Het apparaat met het niet-vluchtige
geheugen is vol. Druk op
om het
bericht te wissen. Het afdrukken kan
verdergaan, maar er kan zich
onverwacht gedrag voordoen.
X Omschrijving
1 voor verwijderbare schijf (flash-schijf of
vaste schijf)
0 voor NVRAM in de printer
1. Druk op om verder te gaan.
2. Bij 68.0-fouten zet u de printer uit en
weer aan.
3. Als zich een 68.0-fout blijft
voordoen, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
4. Bij 68.1-fouten gebruikt u HP Web
Jetadmin om bestanden van de
schijf te verwijderen.
5. Als zich een 68.1-fout blijft
voordoen, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
68.X SCHRIJFFOUT
PERMANENT GEHEUGEN
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
Het apparaat met het niet-vluchtige
geheugen is vol. Druk op
om het
bericht te wissen. Het afdrukken kan
verdergaan, maar er kan zich
onverwacht gedrag voordoen.
X Omschrijving
0 voor NVRAM in de printer
1 voor verwijderbare schijf (flash-schijf of
vaste schijf)
1. Druk op om verder te gaan.
2. Als het probleem zich blijft
voordoen, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
79.XXXX
PRINTERFOUT
wordt afgewisseld met
Om verder te gaan
eerst uit en insch.
Er heeft zich in de apparatuur een
kritieke fout voorgedaan.
1. Zet de printer uit en weer aan.
2. Als het probleem zich blijft
voordoen, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
8X.YYYY
EIO-FOUT
Er is een kritieke fout opgetreden in EIO-
kaart in sleuf X.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
1. Zet de printer uit en weer aan.
2. Als het probleem zich blijft
voordoen, neemt u contact op met
de ondersteuning van HP.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
NLWW Berichten van het bedieningspaneel 143
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
Afdrukken...
BESTANDSDIRECTORY
De printer is bezig met het afdrukken
van de directory-pagina voor de
massaopslag. Als de pagina is
afgedrukt, springt de printer terug naar
de stand Gereed.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
Geen handeling vereist.
Afdrukken...
CONFIGURATIE
De printer is bezig met het afdrukken
van een configuratiepagina. Als de
pagina is afgedrukt, springt de printer
terug naar de stand Gereed. Geen
handeling vereist.
Geen handeling vereist.
Afdrukken...
EVENT LOG
De printer is bezig met het afdrukken
van een pagina met het logbestand. Als
de pagina is afgedrukt, springt de printer
terug naar de stand Gereed.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
Geen handeling vereist.
Afdrukken...
FONT LIJST
De printer is bezig met het samenstellen
van een lijst van de PCL- of de PS-
lettertypen. Als de pagina is afgedrukt,
springt de printer terug naar de stand
Gereed.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
Geen handeling vereist.
Afdrukken...
GEBRUIKSPAGINA
De printer is bezig met het afdrukken
van een pagina met informatie over het
gebruik van de printer. Als de pagina is
afgedrukt, springt de printer terug naar
de stand Gereed.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
Geen handeling vereist.
Afdrukken...
MENU MAP
De printer is bezig met het samenstellen
van een overzicht van de menu's van de
printer. Als de pagina is afgedrukt,
springt de printer terug naar de stand
Gereed.
Geen handeling vereist.
Afdrukken...
PQ probleemoplos.
De printer is bezig met het samenstellen
van een aantal pagina's met informatie
over het oplossen van problemen met de
afdrukkwaliteit. Als de pagina's zijn
afgedrukt, springt de printer terug naar
de stand Gereed.
Volg de instructies op de afgedrukte
pagina’s.
Afdrukken...
STATUS BENODIGDHEDEN
De printer is bezig met het afdrukken
van een pagina met informatie over de
status van de afdrukbenodigdheden. Als
de pagina is afgedrukt, springt de printer
terug naar de stand Gereed.
Geen handeling vereist.
AFDRUKKEN...
REGISTRATIEPAGINA
De printer is bezig met het afdrukken
van een registratiepagina. Als de pagina
is afgedrukt, springt de printer terug naar
het menu KALIBRATIE INSTELLEN.
Volg de instructies op de afgedrukte
pagina’s.
AFDRUKKEN GESTOPT
Doorgaan druk
Dit bericht wordt weergegeven als een
Afdruk/Stop-test wordt uitgevoerd en de
tijd verloopt.
Druk op om verder te gaan.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
144 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
Annuleren...
<TAAKNAAM>
De printer is bezig een taak te
annuleren. Het bericht blijft
weergegeven totdat de taak is gestopt,
de papierbaan is vrijgemaakt en alle
gegevens die over het actieve
gegevenskanaal binnenkomen zijn
ontvangen en genegeerd.
Geen handeling vereist.
BENODIGDH.
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
Meerdere benodigdheden zijn bijna op
en de instelling BENDIGDH. BIJNA OP
in SYSTEEM- INSTELLINGEN is
ingesteld op STOP.
1. Druk op om te controleren welke
benodigdheden moeten worden
besteld.
2. Bestel de aangegeven
benodigdheden.
3. Druk op
om verder te gaan.
Zie
Printerbenodigdheden en
accessoires voor meer informatie.
BENODIGDH.
wordt afgewisseld met
Gereed
Meer dan een van de benodigdheden is
bijna op.
1. Druk op om te controleren welke
benodigdheden moeten worden
besteld.
2. Bestel de aangegeven
benodigdheden. Het afdrukken kan
verdergaan totdat BENODIGDH.
wordt bereikt.
of
Druk op
voor Help.
Zie
Printerbenodigdheden en
accessoires voor meer informatie.
BENODIGDH.
wordt afgewisseld met
Voor status druk
Er is ten minste één accessoire leeg en
aan vervanging toe en een andere
accessoire is leeg of bijna leeg.
1. Druk op om te controleren welke
benodigdheden vervangen moeten
worden.
2.
Druk op
voor Help.
of
Zie
Onderdelen en benodigdheden
vervangen voor meer informatie.
Zie
Printerbenodigdheden en
accessoires voor meer informatie.
Benodigdheden installeren
Voor status druk
Er is ten minste één accessoire onjuist in
de printer geïnstalleerd of afwezig en
een andere accessoire ontbreekt, is
onjuist geïnstalleerd, is leeg of bijna
leeg. Installeer de accessoire opnieuw
en zorg ervoor dat deze juist is
aangebracht.
Druk op en vervolgens op voor Help.
of
Zie
Richtlijnen voor vervanging voor
meer informatie.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
NLWW Berichten van het bedieningspaneel 145
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
BESTEL <KLEUR>
PATROON
wordt afgewisseld met
Gereed
De aangegeven inktpatroon is bijna aan
het einde van de levensduur. De printer
is klaar en het aangegeven aantal
resterende pagina's kan verder worden
afgedrukt.
Bestel de aangegeven inktcartridge. Het
afdrukken gaat verder totdat <KLEUR>
PATROON VERVANGEN wordt
weergegeven.
Opmerking
Het geschatte aantal resterende
pagina's is gebaseerd op het historisch
gebruik van dit onderdeel met 1% van
de pagina bedrukt.
Zie Printerbenodigdheden en
accessoires voor meer informatie.
Bezig met initialiseren... Dit bericht wordt weergegeven wanneer
de printer wordt ingeschakeld, zodra de
afzonderlijke taken worden
geïnitialiseerd.
Geen handeling vereist.
BEZIG MET REINIGEN De printer wordt gereinigd. Geen handeling vereist.
Creëren...
REINIGINGSPAGINA
De printer is bezig met het afdrukken
van een reinigingspagina. Als de
reinigingspagina is afgedrukt, keert de
printer terug naar de status Gereed.
1. Druk op M
ENU
om naar de menu's te
gaan.
2. Plaats de reinigingspagina in Lade 1.
3. Selecteer REINIGINGSPAGINA
VERWERKEN.
Data ontvangen
wordt afgewisseld met
Gereed
De printer heeft gegevens ontvangen en
wacht op doorvoer. Wanneer de printer
het volgende bestand ontvangt,
verdwijnt het bericht.
Druk op om verder te gaan.
DEMO PAGINA
afdrukken...
De printer is bezig met het afdrukken
van een demonstratiepagina. Als de
pagina is afgedrukt, springt de printer
terug naar de stand Gereed.
Geen handeling vereist.
Event log leeg GEBEURTENISLOG- BOEK
WEERGEVEN is geselecteerd op het
bedieningspaneel en het logbestand is
leeg.
Geen handeling vereist.
even wachten De printer is bezig met het wissen van
gegevens.
Geen handeling vereist.
FLASH
BESTANDSSYST. IS VOL
wordt afgewisseld met
Gereed
Voor wissen druk op
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
De printer heeft een PJL-opdracht
ontvangen waardoor iets in het
bestandsysteem opgeslagen moest
worden maar de bewerking is niet gelukt
omdat het bestandsysteem vol is.
1. Gebruik HP Web Jetadmin om
bestanden van de flash-DIMM te
wissen en probeer het opnieuw.
2. Als u dit bericht uit het venster wilt
wissen, drukt u op
.
Zie
HP Web Jetadmin voor meer
informatie.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
146 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
FLASH APPARAAT-
STORING
wordt afgewisseld met
Gereed
Voor wissen druk op
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
Er is een defect opgetreden in het
opslagapparaat.
1. Het afdrukken kan verdergaan voor
taken waarvoor gebruik van de flash-
DIMM niet nodig is.
2. Als u dit bericht uit het venster wilt
wissen, drukt u op
.
3. Als het bericht aanhoudt, verwijdert
u de flash-DIMM en installeert u
deze opnieuw.
4. Als het bericht aanhoudt, vervangt u
de flash-DIMM.
FLASH BESTAND
BEWERKING MISLUKT
wordt afgewisseld met
Gereed
Voor wissen druk op
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
De printer heeft een PJL-opdracht
ontvangen die tot een onlogische
bewerking zou leiden (bijvoorbeeld het
downloaden van een bestand naar een
directory die niet bestaat).
1. Het is mogelijk dat het afdrukken
verdergaat.
2. Als u dit bericht uit het venster wilt
wissen, drukt u op
.
3. Als het bericht weer verschijnt, is er
wellicht een probleem met het
programma.
Flash disk X
initializing
wordt afgewisseld met
NIET UITSCHAKELEN
De nieuwe flash-DIMM die in sleuf X is
geïnstalleerd, wordt geïnitialiseerd.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
Geen handeling vereist.
FLASH IS TEGEN
SCHRIJVEN BESCHERMD
wordt afgewisseld met
Gereed
Voor wissen druk op
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
Het bestandsysteem is beveiligd en er
kunnen geen nieuwe bestanden naartoe
worden geschreven.
1. Als u het schrijven naar het flash-
geheugen wilt activeren, moet u de
schrijfbeveiliging uitschakelen met
HP Web Jetadmin.
2. Zet de printer uit en weer aan om
het bericht van het
bedieningspaneel te wissen.
Zie
HP Web Jetadmin voor meer
informatie.
FUSER INSTALLEREN
Druk op voor hulp
De fuser is niet geïnstalleerd of is onjuist
geïnstalleerd in de printer.
Druk op voor Help.
of
Zie
De fuser en oppakrol vervangen voor
meer informatie.
FUSER KIT BESTELLEN
wordt afgewisseld met
Gereed
Druk op voor hulp
De fuser is aan het einde van de
levensduur. De printer is klaar en het
aangegeven aantal resterende pagina's
kan verder worden afgedrukt.
Bestel een fuserkit. Het afdrukken kan
verdergaan totdat FUSERKIT
VERVANGEN wordt weergegeven.
of
Druk op
voor Help.
Zie
Printerbenodigdheden en
accessoires voor meer informatie.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
NLWW Berichten van het bedieningspaneel 147
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
FUSERKIT VERVANGEN
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
De fuser is bijna aan het eind van de
levensduur en de instelling BENDIGDH.
BIJNA OP in SYSTEEM-
INSTELLINGEN is ingesteld op STOP.
1. Bestel een fuserkit.
2. Druk op
om verder te gaan. Het
afdrukken kan verdergaan totdat
FUSERKIT VERVANGEN wordt
bereikt.
of
Druk op
voor Help.
Zie
Printerbenodigdheden en
accessoires voor meer informatie.
FUSERKIT VERVANGEN
Druk op voor hulp
De fuserkit is aan het einde van de
levensduur.
Druk op voor Help.
of
Zie
De fuser en oppakrol vervangen voor
meer informatie.
Zie
Printerbenodigdheden en
accessoires voor meer informatie.
Gebeurtenislogboek wissen Dit bericht wordt weergegeven tijdens
het wissen van het gebeurtenislogboek.
De printer springt één scherm terug naar
Servicemenu na het afdrukken van de
pagina.
Geen handeling vereist.
GEBR. LADE X
<TYPE> <FORMAAT>
De printer biedt alternatieve papiertypen
voor gebruik voor deze afdruktaak.
1. Gebruik desgewenst en om
een ander formaat of andere soort
te markeren en druk op
om het
formaat of de soort te selecteren.
2. Druk op
om terug te gaan naar
het vorige formaat of de vorige soort.
Zie
Laden configureren voor meer
informatie.
GEEN HP ONDERDEEL
AANGETROFFEN
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
Er is een nieuw onderdeel geïnstalleerd
die niet door HP is gemaakt. Dit bericht
wordt weergegeven totdat er
benodigdheden van HP worden
geïnstalleerd of totdat op de knop
wordt gedrukt.
Wanneer u in de veronderstelling bent
dat u benodigdheden van HP hebt
aangeschaft, maar dit niet het geval is,
belt u de HP fraude-hotline op
1-877-219-3183.
Service of reparaties aan de printer als
gevolg van het gebruik van
benodigdheden die niet van HP zijn,
worden niet gedekt door de garantie
van HP.
Als u wilt verdergaan met afdrukken,
drukt u op
. De eerste taak die reeds in
afwachting is, wordt geannuleerd.
GEKOZEN PERSONALITY
NIET BESCHIKBAAR
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
De printer heeft een verzoek ontvangen
voor een personality die niet in de printer
bestaat. De taak wordt afgebroken en er
worden geen pagina's afgedrukt.
1. Druk op om verder te gaan.
2. Probeer een andere driver te
gebruiken.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
148 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
Gereed De printer is on line en klaar voor
gegevens. Op het bedieningspaneel
worden geen statusberichten
weergegeven.
Geen handeling vereist.
Gereed
Diagnostiek modus
wordt afgewisseld met
Voor verlaten druk
op Taak annuleren
De printer is on line en klaar voor
gegevens. Op het bedieningspaneel
worden geen statusberichten
weergegeven.
Geen handeling vereist.
HANDM. INVOEREN
<TYPE> <FORMAAT>
wordt afgewisseld met
Druk op Start voor
een andere lade
.
Er is geen papier in de lade geplaatst en
er is een afdruktaak naar de printer
verzonden waarvoor de papiersoort en
het papierformaat niet beschikbaar zijn
in Lade 1.
Druk op om vanuit een andere lade af
te drukken. Zie
Laden configureren voor
meer informatie.
of
Druk op
voor Help.
HANDM. INVOEREN
<TYPE> <FORMAAT>
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
Lade 1 is leeg en er is geen andere lade
beschikbaar.
Druk op voor Help.
of
Zie
Laden configureren voor meer
informatie.
HANDMATIGE INVOER
UITVOERSTAPEL
wordt afgewisseld met
Afdr. tweede zijde:
druk op
De eerste zijde van een handmatige
dubbelzijdige afdruktaak is afgedrukt en
de printer wacht tot de uitgevoerde
stapel opnieuw wordt geplaatst voor het
afdrukken van de tweede zijde.
Neem de uitgevoerde stapel uit de
uitvoerbak en plaats de stapel in Lade 1
om de tweede zijde van de dubbelzijdige
afdruktaak af te drukken. Zie
Handmatig
dubbelzijdig afdrukken voor meer
informatie.
Herstellen De printer is bezig met het herstellen
van de instellingen.
Geen handeling vereist.
Herstellen
Fabrieksinstellingen
De printer is bezig met het herstellen
van de fabrieksinstellingen.
Geen handeling vereist.
Initialiseren
permanente opslag
Dit bericht wordt weergegeven wanneer
de printer wordt ingeschakeld om aan te
geven dat de permanente opslag klaar
wordt gemaakt voor gebruik.
Geen handeling vereist.
Instelling opgesl. Er is een menuoptie ingesteld en
opgeslagen.
Geen handeling vereist.
Kalibreren...<TEST> De printer is bezig met kalibreren. Geen handeling vereist.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
NLWW Berichten van het bedieningspaneel 149
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
KAN NIET DUBBZ.AFDR.
CNTRL. ACHTERSTE BAK
wordt afgewisseld met
KAN NIET DUBBZ.AFDR.
CONTROL. PAPIER
De onderklep aan de achterzijde
(achteruitvoerbak) is geopend tijdens de
automatische dubbelzijdige taak of de
printer heeft een papierformaat herkend
dat niet door de automatische eenheid
voor dubbelzijdig afdrukken kan worden
verwerkt.
Alleen voor HP Color LaserJet 3700dn
en 3700dtn printers.
Sluit de onderklep aan de achterzijde
(achteruitvoerbak) of plaats papier dat
wordt ondersteund voor automatisch
dubbelzijdig afdrukken. Zie
Ondersteunde papiergewichten en -
formaten voor meer informatie.
KAN NIET DUBBZ.AFDR.
sluit achterste bak.
Er is een dubbelzijdige afdruktaak naar
de printer verzonden terwijl de onderklep
aan de achterzijde (achteruitvoerbak) is
geopend.
Alleen voor de HP Color LaserJet
3700dn en 3700dtn printers.
Sluit de onderklep aan de achterzijde
(achteruitvoerbak).
Kit telling herstellen
Kit telling herstellen
In het menu RESET BENODIGDHDN is
JA geselecteerd voor het op nul instellen
van benodigdheden die niet als nieuw
kunnen worden gedetecteerd.
Geen handeling vereist.
Laden
programmaX
wordt afgewisseld met
NIET UITSCHAKELEN
U kunt programma's en lettertypen in het
bestandsysteem van de printer opslaan
en in het RAM-geheugen laden wanneer
de printer wordt ingeschakeld. Het
nummer X is een volgnummer dat
aangeeft dat het huidige programma
wordt geladen.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
Geen handeling vereist.
Lade X
<TYPE> <FORMAAT>
wordt afgewisseld met
Druk op
Formaat herk. door
De printer rapporteert de huidige
configuratie van Lade X.
Geen handeling vereist.
Zie
Laden configureren voor verdere
bijzonderheden.
LADE X OPN.LADEN
TRANSPARANT <FORMAAT>
wordt afgewisseld met
Voldoet transparant
aan specificatie?
De transparant die is geplaatst, wordt
wellicht niet ondersteund.
VOORZICHTIG
Gebruik uitsluitend transparanten die zijn
ontwikkeld voor HP Color LaserJet
printers. Transparanten die niet
compatibel zijn, kunnen de printer
beschadigen. Raadpleeg de HP
LaserJet Printer Family Print Media
Specification Guide voor meer informatie.
1. Verwijder alle transparanten die niet
compatibel zijn uit Lade X.
2. Plaats compatibele transparanten in
Lade 1.
Zie
Afdrukken op speciaal
afdrukmateriaal voor meer informatie.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
150 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
Motor <KLEUR>
draaien
wordt afgewisseld met
Voor verlaten druk
op Taak annuleren
Er wordt een test uitgevoerd en de
geselecteerde component is <kleur>
cartridgemotor
Druk op S
TOP
wanneer u deze test wilt
stoppen.
Motor draaien
wordt afgewisseld met
Voor verlaten druk
op Taak annuleren
De printer voert een test van een van de
componenten uit en de geselecteerde
component is Motor <KLEUR>.
Druk op S
TOP
wanneer u deze test wilt
stoppen.
NIET ONDERST.GEG.OP
<FS> DIMM: SLEUF X
wordt afgewisseld met
Voor wissen druk op
.
De gegevens op de DIMM worden niet
ondersteund (hoewel de DIMM wellicht
wordt ondersteund).
Druk op om dit bericht te wissen.
of
Druk op S
ELECTEREN
om verder te gaan
met afdrukken.
OND.IN GEBRUIK
DIE NIET VAN HP IS
wordt afgewisseld met
Gereed
De printer heeft vastgesteld dat er
benodigdheden zijn geïnstalleerd die
niet van HP zijn en
(negeren) is
ingedrukt.
Wanneer u in de veronderstelling bent
dat u benodigdheden van HP hebt
aangeschaft, maar dit niet het geval is,
belt u de HP fraude-hotline op
1-877-219-3183.
Service of reparaties aan de printer als
gevolg van het gebruik van
benodigdheden die niet van HP zijn,
worden niet gedekt door de garantie
van HP.
Onjuist Toegang tot het menu is beperkt. Neem contact op met de
netwerkbeheerder.
ONJUISTE <KLEUR>
PATROON
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
Een kleurencartridge is in een verkeerde
sleuf geïnstalleerd of een verkeerde
cartridge is geplaatst en de klep is
gesloten.
Druk op voor Help.
of
Zie
Inktcartridges vervangen voor meer
informatie.
ONJUISTE <KLEUR>
PATROON
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
De kleurcartridge is niet geïnstalleerd of
is onjuist geïnstalleerd in de printer.
Druk op voor Help.
of
Zie
Inktcartridges vervangen voor meer
informatie.
Onjuiste benodigheden
Voor status druk
Er is ten minste één accessoire onjuist in
de printer geïnstalleerd en een andere
accessoire ontbreekt, is onjuist
geïnstalleerd, is leeg of bijna leeg.
Druk op en vervolgens op voor Help.
of
Zie
Onderdelen en benodigdheden
vervangen voor meer informatie.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
NLWW Berichten van het bedieningspaneel 151
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
ONRECHTMATIG
ONDERDEEL IN GEBRUIK
wordt afgewisseld met
Gereed
De printer heeft vastgesteld dat er een
onderdeel is geïnstalleerd dat niet van
HP is en
(negeren) is ingedrukt.
Wanneer u in de veronderstelling bent
dat u benodigdheden van HP hebt
aangeschaft, maar dit niet het geval is,
belt u de HP fraude-hotline op
1-877-219-3183.
Service of reparaties aan de printer als
gevolg van het gebruik van
benodigdheden die niet van HP zijn,
worden niet gedekt door de garantie
van HP.
Orig. HP benodigd-
heden geïnstalleerd
Er is een nieuwe inktpatroon van HP
geïnstalleerd. De printer springt terug
naar Gereed na ongeveer 10 seconden.
Geen handeling vereist.
ORIG. HP BENODIGDH.
BESTEMD VOOR <PROD>
Dit originele onderdeel van HP is niet
ontworpen voor deze printer en wordt
niet ondersteund. De afdrukkwaliteit
wordt hierdoor wellicht beïnvloed.
Vervang dit onderdeel door een origineel
onderdeel van HP dat ontworpen is voor
deze printer.
Papierbaan controleren Het apparaat draait de rollen om te
controleren of er een papierstoring is.
Geen handeling vereist.
Papierbaan vrijmaken De printer is vastgelopen of heeft tijdens
het inschakelen onjuist geplaatst papier
gevonden. De printer probeert
automatisch om de vastgelopen pagina's
uit te werpen.
Geen handeling vereist.
Pauze
wordt afgewisseld met
Terug naar Klaar:
druk op STOP
Het afdrukken is onderbroken. Druk op S
TOP
om het afdrukken te
hervatten.
Powersave aan De printer staat in de Powersave-modus.
Als u op een knop drukt of als er
gegevens worden ontvangen, wordt de
PowerSave-modus uitgeschakeld en
wordt de handeling uitgevoerd.
Geen handeling vereist. Powersave
wordt automatisch gesloten.
Printercontrole Het apparaat voert een interne test uit. Geen handeling vereist.
RAMDISK APPARAAT-
STORING
wordt afgewisseld met
Gereed
Voor wissen druk op
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
Er is een defect opgetreden in het
opslagapparaat.
1. Het afdrukken kan verdergaan voor
taken waarvoor gebruik van de
RAM-schijf niet nodig is.
2. Als u dit bericht uit het venster wilt
wissen, drukt u op
.
RAMDISK BESTAND
BESTANDSSYST. IS VOL
wordt afgewisseld met
Gereed
Voor wissen druk op
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
De printer heeft een PJL-opdracht
ontvangen waardoor iets in het
bestandsysteem opgeslagen moest
worden maar de bewerking is niet gelukt
omdat het bestandsysteem vol is.
1. Gebruik HP Web Jetadmin om
bestanden van de RAM-schijf te
wissen en probeer het opnieuw.
2. Als u dit bericht uit het venster wilt
wissen, drukt u op
.
Zie
HP Web Jetadmin voor meer
informatie.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
152 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
RAMDISK BESTAND
BEWERKING MISLUKT
wordt afgewisseld met
Gereed
Voor wissen druk op
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
De printer heeft een PJL-opdracht
ontvangen die tot een onlogische
bewerking zou leiden (bijvoorbeeld het
downloaden van een bestand naar een
directory die niet bestaat).
1. Het is mogelijk dat het afdrukken
verdergaat.
2. Als u dit bericht uit het venster wilt
wissen, drukt u op
.
3. Als het bericht weer verschijnt, is er
wellicht een probleem met het
programma.
RAMDISK IS TEGEN
SCHRIJVEN BESCHERMD
wordt afgewisseld met
Gereed
Voor wissen druk op
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
Het bestandsysteem is beveiligd en er
kunnen geen nieuwe bestanden naartoe
worden geschreven.
1. Als u schrijven naar het RAM-
geheugen wilt activeren, moet u de
schrijfbeveiliging uitschakelen met
HP Web Jetadmin.
2. Als u dit bericht uit het venster wilt
wissen, drukt u op
.
Zie
HP Web Jetadmin voor meer
informatie.
RAMDISK X
Bezig met initialiseren...
wordt afgewisseld met
NIET UITSCHAKELEN
De nieuwe RAM-schijf die in sleuf X is
geïnstalleerd, wordt geïnitialiseerd.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
Geen handeling vereist.
SLUIT De bovenklep aan de achterzijde is
geopend.
Sluit de bovenklep aan de achterzijde.
SLUIT VOORSTE KLEP De voorklep moet worden gesloten. Sluit de voorklep.
Solenoïde en
motor verplaatsen
wordt afgewisseld met
Voor verlaten druk
op Taak annuleren
De printer voert een test van een van de
componenten uit en de geselecteerde
componenten zijn solenoïde en motor.
Geen handeling vereist.
Solenoïde verplaatsen
wordt afgewisseld met
Voor verlaten druk
op Taak annuleren
De printer voert een test van een van de
componenten uit en de geselecteerde
component is solenoïde.
Geen handeling vereist.
Toegang geweigerd
MENU'S GEBLOKKEERD
Iemand heeft geprobeerd om een
menuoptie aan te passen terwijl het
bedieningspaneel door de
printerbeheerder is vergrendeld. Na
korte tijd verdwijnt het bericht en keert
de printer terug naar de status Gereed
of BEZIG.
Neem contact op met de beheerder van
de printer om instellingen te veranderen.
TRANSFER
KIT INSTALLEREN
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
De transfereenheid is niet geïnstalleerd
of is onjuist geïnstalleerd in de printer.
Druk op voor Help.
of
Zie
Transferkit vervangen voor meer
informatie.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
NLWW Berichten van het bedieningspaneel 153
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
TRANSFER KIT BESTELLEN
wordt afgewisseld met
Gereed
Druk op voor hulp
Het resterende aantal pagina’s voor de
transfereenheid heeft het onderste peil
bereikt en de instelling BENDIGDH.
BIJNA OP in SYSTEEM-
INSTELLINGEN is ingesteld op STOP.
Bestel een transferkit. Het afdrukken kan
verdergaan totdat TRANSFER KIT
VERVANGEN wordt bereikt.
Druk op
voor Help.
Zie
Printerbenodigdheden en
accessoires voor meer informatie.
TRANSFER KIT VERVANGEN
wordt afgewisseld met
Doorgaan druk
De transfereenheid is bijna aan het eind
van de levensduur en de instelling
BENDIGDH. BIJNA OP in SYSTEEM-
INSTELLINGEN is ingesteld op STOP.
1. Bestel een transferkit.
2. Druk op
om door te gaan met
afdrukken.
Zie
Printerbenodigdheden en
accessoires voor meer informatie.
TRANSFER KIT VERVANGEN
Druk op voor hulp
De transfereenheid is aan het einde van
de levensduur.
Druk op voor Help.
of
Zie
Transferkit vervangen voor meer
informatie.
Zie
Printerbenodigdheden en
accessoires voor meer informatie.
Uitvoeren...
PAPIERBAANTEST
De printer is bezig met een test van de
papierbaan.
Geen handeling vereist.
Upgrade
ophalen
Er is een upgrade van de firmware bezig. Schakel de printer niet uit totdat deze
terugspringt naar de status Gereed.
Upgrade
opnieuw verzenden
De firmware-upgrade is niet correct
voltooid.
Probeer de upgrade opnieuw. U moet
wellicht de parallelle poort gebruiken om
de upgrade te verzenden.
Upgrade
uitvoeren
Er is een upgrade van de firmware bezig. Geen handeling vereist. Schakel de
printer niet uit.
Verwerken... Dit bericht gaat vooraf aan alle andere
verwerkingstaken of verschijnt wanneer
de printer niet-afdrukbare gegevens
ontvangt.
Geen handeling vereist.
Verwerken...
<TAAKNAAM>
De printer is bezig met het verwerken
van een taak maar heeft nog geen
papier opgenomen. Wanneer het papier
wordt opgenomen, wordt dit bericht
vervangen door een ander bericht dat
aangeeft welke lade voor de taak
gebruikt wordt.
Geen handeling vereist.
Verwerken...
<TAAKNAAM>
wordt afgewisseld met
uit lade X
De printer is actief bezig met het
verwerken van een taak uit de
aangegeven lade.
Geen handeling vereist.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
154 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie
Verwerken...
INTERVALMODUS
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
De printer is gedurende een bepaalde
periode zwaar belast. De printer drukt af
en pauzeert met tussenpozen van een
minuut om de temperatuur op een
acceptabel niveau te houden.
Geen handeling vereist.
Als u de modus waarin de printer met
tussenpozen werkt, wilt vermijden, moet
u de printer minder zwaar belasten.
VERWIJDER ALLE
INKTPATROONS
wordt afgewisseld met
Voor verlaten druk
op Taak annuleren
De printer voert een test van een van de
componenten uit.
Verwijder alle inktcartridges.
Wanneer de diagnose is voltooid,
installeert u de inktcartridges opnieuw.
VERWIJDER MINIMAAL
VERWIJDER MINIMAAL ÉÉN
INKTPATROON
wordt afgewisseld met
Voor verlaten druk
op Taak annuleren
De printer voert een
cartridgeuitschakelingscontrole of een
test van een van de componenten uit.
Verwijder een inktcartridge.
Wanneer de test is voltooid, installeert u
de inktcartridge opnieuw.
Verzoek geaccepteerd
even wachten
De printer heeft een verzoek
geaccepteerd voor het afdrukken van
een interne pagina, maar eerst moet de
huidige taak nog worden voltooid.
Geen handeling vereist.
VUL LADE X
<TYPE> <FORMAAT>
wordt afgewisseld met
Druk op Start voor
een andere lade
Lade X is leeg of is geconfigureerd voor
een ander type of formaat dan
opgegeven voor de afdruktaak.
Druk op voor Help.
of
Druk op
om vanuit een andere lade af
te drukken. Zie
Laden configureren voor
meer informatie.
VUL LADE X
<TYPE> <FORMAAT>
wordt afgewisseld met
Druk op voor hulp
Lade X is leeg of is geconfigureerd voor
een ander type of formaat dan
opgegeven voor de afdruktaak. Er is
geen andere lade beschikbaar.
Druk op voor Help.
of
Zie
Laden configureren voor meer
informatie.
Wacht op printer om
opn te initialiseren
De instellingen zijn gewijzigd voordat de
printer automatisch opnieuw wordt
gestart of de modus van een extern
apparaat is gewijzigd.
Geen handeling vereist.
Berichten van het bedieningspaneel (vervolg)
NLWW Berichten van het bedieningspaneel 155
Papierstoringen
Gebruik deze afbeelding om papierstoringen in de printer te verhelpen. Zie Papierstoringen
verhelpen voor instructies bij het verhelpen van papierstoringen.
Plaatsen waar het papier kan vastlopen (afgebeeld zonder de optionele Lade 3)
1 uitvoerbak
2 papierbaan
3 invoer Lade 1
4 laden
5 duplex-baan
6 baan naar onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak)
Herstel na papierstoringen
Deze printer is voorzien van de functie ‘herstel na papierstoring', een functie waarmee u kunt
bepalen of de printer nadat papier is vastgelopen, automatisch moet proberen om
vastgelopen pagina's opnieuw af te drukken. De opties zijn:
AUTO De printer probeert vastgelopen pagina's opnieuw af te drukken.
UIT Er wordt niet geprobeerd om vastgelopen pagina's opnieuw af te drukken.
Opmerking
Tijdens het herstelproces drukt de printer mogelijk enkele pagina's af die vóór de
papierstoring wel goed zijn afgedrukt. Verwijder dubbele pagina's.
Ga als volgt te werk om herstel na een papierstoring uit te schakelen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
5. Druk op
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
6. Druk op
om Storing verhelpen: te markeren.
7. Druk op
om Storing verhelpen: te selecteren.
156 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
8. Druk op om UIT te markeren.
9. Druk op
om UIT te selecteren.
10. Druk op M
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
Als u de afdruksnelheid wilt verhogen en geheugen wilt besparen, kunt u herstel na
papierstoringen wellicht uitschakelen. Als herstel na papierstoring is uitgeschakeld, worden
de bij een storing betrokken pagina's niet opnieuw afgedrukt.
NLWW Papierstoringen 157
Veelvoorkomende oorzaken van papierstoringen
De volgende tabel geeft veelvoorkomende oorzaken van papierstoringen en suggesties om
ze te verhelpen.
Veelvoorkomende oorzaken van papierstoringen
1
Oorzaak Oplossing
Papier voldoet niet aan de door HP aanbevolen
specificaties.
Gebruik alleen papier dat voldoet aan de
specificaties van HP. Zie
Ondersteunde
papiergewichten en -formaten.
Een van de benodigdheden is niet correct
geïnstalleerd, wat herhaaldelijk storingen
veroorzaakt.
Zorg ervoor dat alle inktcartridges, de transfer-
en de fusereenheid juist zijn geïnstalleerd.
U laadt papier dat al eerder door een printer of
kopieermachine is gebruikt.
Plaats geen papier waarop al eerder is afgedrukt
of gekopieerd.
Een invoerlade is niet correct geladen. Verwijder overbodig papier uit de invoerlade.
Zorg dat het papier de maximale hoogte voor
stapels (aangegeven door een markeringspunt)
in de lade niet overschrijdt. Zie
Laden
configureren.
Papier is scheefgetrokken. De geleiders van de invoerlade zijn niet correct
ingesteld. Stel de geleiders van de invoerlade zo
in dat deze het papier vast op zijn plaats houden
zonder het te buigen.
Het papier is gebogen of plakt aan elkaar. Verwijder het papier, buig het, draai het 180
graden of keer het om. Plaats het papier
opnieuw in de invoerlade.
Opmerking
Waaier het papier niet uit. Uitwaaieren kan
statische elektriciteit opwekken waardoor het
papier aan elkaar kan plakken.
Papier wordt verwijderd voordat het in de
uitvoerbak valt.
Stel de printer opnieuw in. Wacht tot de pagina
volledig in de uitvoerbak tot rust komt alvorens
deze te verwijderen.
Tijdens dubbelzijdig afdrukken wordt het papier
verwijderd voordat de achterkant van de
pagina's van het document worden afgedrukt.
Voer de reset-functie van de printer uit en druk
het document opnieuw af. Wacht tot de pagina
volledig in de uitvoerbak tot rust komt alvorens
deze te verwijderen.
Het papier is in slechte staat. Vervang het papier.
Het papier wordt niet opgenomen door de
interne rollen van Lade 2 of Lade 3.
Verwijder het bovenste vel. Als het papier
2
niet uit de lade wordt opgenomen.
Het papier heeft ruwe of gekartelde randen. Vervang het papier.
158 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
zwaarder is dan 105 g/m , is het mogelijk dat het
Veelvoorkomende oorzaken van papierstoringen
1
Oorzaak Oplossing
Het papier is geperforeerd of gebosseleerd. De vellen van het papier zijn niet gemakkelijk
van elkaar te scheiden. Wellicht is het nodig om
enkele vellen in te voeren via Lade 1.
Veelvoorkomende oorzaken van papierstoringen (vervolg)
Oorzaak
Oplossing
De vervaldatum van een van de benodigdheden
in de printer is verstreken.
Controleer of het bedieningspaneel van de
printer een bericht weergeeft over het vervangen
van benodigdheden of druk een statuspagina af
om de resterende levensduur van de
printerbenodigdheden te controleren. Zie
Onderdelen en benodigdheden vervangen voor
meer informatie.
Het papier is niet correct opgeslagen. Vervang het papier. Het papier moet in de
oorspronkelijke verpakking en onder de juiste
omstandigheden worden bewaard.
1
Als de printer blijft vastlopen, neemt u contact op met de HP-Klantenondersteuning of met
een door HP erkende servicevertegenwoordiger. Ga naar http://www.hp.com/support/clj3550
voor meer informatie over de HP Color LaserJet 3550 series printer en naar
http://www.hp.com/support/clj3700 voor meer informatie over de HP Color LaserJet 3700
series printer.
NLWW Veelvoorkomende oorzaken van papierstoringen 159
Papierstoringen verhelpen
De onderstaande gedeelten corresponderen met berichten die op het bedieningspaneel
kunnen worden weergegeven. Gebruik deze procedures om de storingen te verhelpen.
Papierstoring in Lade 1
1. Verwijder het papier uit de lade.
?
2. Neem het vastgelopen papier bij beide hoeken beet en trek het omhoog.
?
160 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
3. Plaats het papier terug in Lade 1
?
4. Controleer of de papiergeleiders het papier op de plaats houden zonder het te buigen en
of het papier niet boven de lipjes uitsteekt.
?
5. Druk op om verder te gaan met afdrukken.
NLWW Papierstoringen verhelpen 161
Storing in Lade 2 of Lade 3
1. Als de optionele Lade 3 is geïnstalleerd, trekt u Lade 3 naar buiten en plaatst u deze op
een vlakke ondergrond. Als het vastgelopen papier zichtbaar is, verwijdert u het papier
uit Lade 3.
2. Als u geen papier ziet zitten, controleert u of zich in de printer aan de bovenkant van de
lade-opening papier bevindt. Verwijder alle eventueel aanwezig papier.
3. Trek Lade 2 naar buiten en leg deze op een vlakke ondergrond.
162 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
4. Verwijder het papier als het zichtbaar is.
5. Als u geen papier ziet zitten, controleert u of zich in de printer aan de bovenkant van de
lade-opening papier bevindt. Verwijder alle eventueel aanwezig papier.
6. Plaats Lade 2 en de optionele Lade 3 weer terug.
Opmerking
Gebruik Lade 1 en de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak) als u afdrukt op
zwaarder papier. Zie
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal voor meer informatie.
7. Druk op
om verder te gaan met afdrukken.
NLWW Papierstoringen verhelpen 163
Papierstoring in de bovenklep aan de achterzijde
Opmerking
Als de bovenklep aan de achterzijde is geopend, kan het bericht 13.XX.YY STORING IN
BOVENSTE ACHTERKLEP verschijnen op het bedieningspaneel. Controleer of de
bovenklep aan de achterzijde is gesloten tijdens het afdrukken.
1. Verwijder alle zichtbare papier uit de bovenste uitvoerbak.
?
2. Open de bovenklep aan de achterzijde.
3. Verwijder alle eventueel aanwezig papier.
164 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
4. Sluit de bovenklep aan de achterzijde.
5. Als er geen papier zichtbaar is, opent u de onderklep aan de achterzijde
(achteruitvoerbak).
6. Druk op de groene hendels en verwijder het papier. Draai de groene hendels weer
omhoog nadat u de pagina hebt verwijderd.
NLWW Papierstoringen verhelpen 165
7. Sluit de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak).
8. Druk op als het afdrukken niet wordt hervat.
Papierstoring in het fusergedeelte
1. Open de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak).
Opmerking
Controleer of de groene hendels omlaag zijn gedraaid. Als de groene hendels omlaag zijn
gedraaid, kan hierdoor een bericht over een papierstoring op het bedieningspaneel worden
weergegeven.
166 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
2. Druk op de groene hendels en verwijder het papier als het papier zichtbaar is. Draai de
groene hendels weer omhoog als u het papier hebt verwijderd en sluit de onderklep aan
de achterzijde (achteruitvoerbak).
3. Als het papier niet zichtbaar is, schakelt u de printer uit.
WAARSCHU-
WING
De fuser is heet. Wacht 10 minuten voordat u verdergaat.
4. Schuif het ladeverlengstuk van de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak)
volledig uit.
NLWW Papierstoringen verhelpen 167
5. Verwijder de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak) door de rechterzijde van
de klep omhoog te trekken terwijl u op het lipje met de ribbels aan de linkerzijde van de
klep drukt.
6. Plaats uw duimen op de blauwe ribbels (bij het waarschuwingsetiket) en trek met uw
vingers de blauwe hendels omhoog.
7. Trek de fuser uit de printer.
168 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
8. Druk op de zwarte lipjes op de fuser en duw deze omhoog om de sluiterklep te openen.
VOORZICHTIG
Open de sluiterklep niet als de fuser zich in de printer bevindt.
9. Verwijder alle vastgelopen papier.
Opmerking
Als het papier scheurt, controleert u of alle papiersnippers uit de papierbaan zijn verwijderd
voordat u doorgaat met afdrukken.
10. Pak de fuser vast met de duimen op de blauwe ribbels en de vingers op de blauwe
hendels. Druk beide zijden van de fuser in de printer.
11. Druk op de zwarte ribbels aan de voorzijde van de fuser totdat de fuser op de plaats
vastklikt.
NLWW Papierstoringen verhelpen 169
12. Als u de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak) opnieuw wilt plaatsen, houdt u
de klep in een hoek van 45º en plaatst u de pin in het gat aan de rechterzijde.
13. Druk op de ribbels op het lipje aan de linkerzijde van de klep en plaats de pin in het gat.
14. Sluit de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak). Zet de printer aan.
170 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Papierstoring in de onderklep aan de achterzijde
(achteruitvoerbak)
1. Open de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak).
2. Druk op de groene hendels en verwijder het papier.
3. Til de groene hendels op en sluit de onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak).
4. Druk op als het afdrukken niet wordt hervat.
NLWW Papierstoringen verhelpen 171
Papierstoring in de voorklep
1. Open de voorklep.
VOORZICHTIG
Leg niks op de transfereenheid. Raak de bovenkant van de transfereenheid of de
contactpunten aan de linkerzijde van de transfereenheid niet aan.
2. Verwijder de magenta en gele inktcartridge.
172 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
3. Draai desgewenst het groene rolwiel in de richting van de achterzijde van de printer om
het papier te transporteren. Verwijder alle eventueel aanwezig papier.
Opmerking
Als het papier scheurt, controleert u of alle papiersnippers uit de papierbaan zijn verwijderd
voordat u doorgaat met afdrukken.
4. Plaats de magenta en gele inktcartridge terug.
5. Sluit de voorklep.
NLWW Papierstoringen verhelpen 173
Papierstoring in de duplex-eenheid
Opmerking
Dit bericht verschijnt alleen voor HP Color LaserJet 3700dn en 3700dtn printers. Op het
bedieningspaneel verschijnt het bericht 13.XX.YY STORING LADE 2 VERWIJDEREN.
1. Verwijder Lade 2 en leg deze op een vlakke ondergrond.
2. Verwijder alle papier dat zich bovenin de lade-opening bevindt.
3. Trek de groene hendel links van de lade-opening recht naar voren totdat de metalen
papiertoegangsplaat (duplex-plaat) naar beneden komt.
174 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
4. Verwijder alle vastgelopen papier.
5. Duw de metalen papiertoegangsplaat (duplex-plaat) omhoog totdat deze vastklikt.
6. Plaats Lade 2 terug.
7. Druk op om verder te gaan met afdrukken.
NLWW Papierstoringen verhelpen 175
Problemen met de papierverwerking
De volgende tabel bevat veelvoorkomende problemen met de papierverwerking en
oplossingen voor het verhelpen van deze problemen.
Gebruik alleen papier dat voldoet aan de specificaties in de HP LaserJet Printer Family
Paper Specification Guide. Zie
Printerbenodigdheden en accessoires voor bestelinformatie.
Zie
Ondersteunde papiergewichten en -formaten voor de papierspecificaties voor deze
printer.
Problemen met de papierverwerking
De printer voert meerdere vellen tegelijk in
Oorzaak
Oplossing
De lade is te vol. Verwijder het overtollige papier uit de lade.
Het papier overschrijdt de maximale hoogte voor
stapels, aangegeven door een markeringspunt,
in de invoerlade (lade 2 of 3).
Open de lade en controleer of de papierstapel
de maximale hoogte overschrijdt.
Het papier plakt aan elkaar. Verwijder het papier, buig het, draai het 180
graden of keer het om en plaats het dan
opnieuw in de lade.
Opmerking
Waaier het papier niet uit. Uitwaaieren kan
statische elektriciteit opwekken waardoor het
papier aan elkaar kan plakken.
Het papier voldoet niet aan de specificaties voor
deze printer.
Gebruik uitsluitend papier dat voldoet aan de
specificaties van HP voor deze printer. Zie
Ondersteunde papiergewichten en -formaten.
Het papier wordt gebruikt in een vochtige
omgeving.
Gebruik een andere papiersoort.
Er worden twee pagina's afgedrukt op één vel papier
Oorzaak
Oplossing
Lang papier kan boven de uitvoerbak uitsteken
en terugvallen in Lade 1.
Schuif de papiersteun uit als u lang papier
gebruikt.
De printer voert een onjuist paginaformaat in
Oorzaak
Oplossing
Het juiste papierformaat is niet in de lade
geplaatst.
Plaats het juiste papierformaat in de lade.
176 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
De printer voert een onjuist paginaformaat in
Oorzaak
Oplossing
Het juiste papierformaat is niet geselecteerd in
het programma of de printerdriver.
Controleer of de instellingen in het programma
en de printerdriver juist zijn, aangezien de
instellingen van de printerdriver en het
bedieningspaneel teniet worden gedaan door de
instellingen van de toepassing en de instellingen
van het bedieningspaneel teniet worden gedaan
door de printerdriver.
Het juiste papierformaat voor Lade 1 is niet
geselecteerd op het bedieningspaneel van de
printer.
Selecteer het juiste papierformaat voor Lade 1
op het bedieningspaneel.
Het papierformaat is niet correct geconfigureerd
voor de lade.
Druk een configuratiepagina af of gebruik het
bedieningspaneel om te bepalen welk formaat is
geconfigureerd voor de diverse laden.
De printer neemt papier op uit de onjuiste lade
Oorzaak
Oplossing
U gebruikt een driver voor een andere printer. Gebruik de driver voor deze printer.
De opgegeven lade is leeg. Plaats papier in de opgegeven lade.
In het submenu Systeeminstellingen van het
menu Apparaat configureren is het ladegedrag
voor de verzochte lade ingesteld op EERSTE.
Wijzig de instelling in EXCLUSIEF.
Het papierformaat is niet correct geconfigureerd
voor de lade.
Druk een configuratiepagina af of gebruik het
bedieningspaneel om te bepalen welk formaat is
geconfigureerd voor de diverse laden.
De instelling GEBEURTENISLOG- BOEK
WEERGEVEN van het bedieningspaneel is
ingesteld op EXCLUSIEF en de gewenste
invoerlade is leeg. De printer gebruikt geen
andere lade.
Plaats papier in de opgegeven lade.
of
Wijzig de instelling van EXCLUSIEF in EERSTE
in het configuratiemenu. Hierdoor kan de printer
papier in andere laden gebruiken als de
opgegeven lade leeg is.
Papier wordt niet automatisch ingevoerd
Oorzaak
Oplossing
In het programma is handinvoer geselecteerd. Plaats papier in Lade 1 of druk op als er al
papier is geplaatst.
Het juiste papierformaat is niet geplaatst. Plaats het juiste papierformaat.
De lade is leeg. Plaats papier in de lade.
Het papier van een eerdere storing is niet geheel
verwijderd.
Open de printer en verwijder al het papier in de
papierbaan. Kijk het fusergedeelte zorgvuldig na
op vastgelopen afdrukmateriaal. Zie
Papierstoringen.
Problemen met de papierverwerking (vervolg)
NLWW Problemen met de papierverwerking 177
Papier wordt niet automatisch ingevoerd
Oorzaak
Oplossing
Het papierformaat is niet correct geconfigureerd
voor de lade.
Druk een configuratiepagina af of gebruik het
bedieningspaneel om te bepalen welk formaat is
geconfigureerd voor de diverse laden.
De papiergeleiders in de lade liggen niet tegen
het papier.
Zorg ervoor dat de geleiders tegen het papier
liggen.
De prompt voor handmatige invoer in ingesteld
op ALTIJD. Er wordt altijd om handmatige invoer
gevraagd, zelfs als er papier in de lade is
geplaatst.
Open de lade, plaats het papier opnieuw en sluit
de lade.
Als dit niet mogelijk is, wijzigt u de instelling voor
handmatige invoer in TENZIJ GELADEN.
Wanneer deze instelling wordt gebruikt, wordt er
altijd om handmatige invoer gevraagd, tenzij er
al papier in de invoerlade is geplaatst.
De instelling GEBEURTENISLOG- BOEK
WEERGEVEN van het bedieningspaneel is
ingesteld op EXCLUSIEF en de gewenste
invoerlade is leeg. De printer gebruikt geen
andere lade.
Plaats papier in de opgegeven lade.
of
Wijzig de instelling van EXCLUSIEF in EERSTE
in het configuratiemenu. Hierdoor kan de printer
papier in andere laden gebruiken als de
opgegeven lade leeg is.
Het papier wordt niet vanuit Lade 2 en 3 ingevoerd
Oorzaak
Oplossing
In het programma is handmatige invoer of
Lade 1 geselecteerd.
Plaats papier in Lade 1 of druk op als er al
papier is geplaatst.
Het juiste papierformaat is niet geplaatst. Plaats het juiste papierformaat.
De lade is leeg. Plaats papier in de lade.
De correcte papiersoort voor de lade is niet
geselecteerd op het bedieningspaneel.
Selecteer op het bedieningspaneel de juiste
papiersoort voor de lade.
Het papier van een eerdere storing is niet geheel
verwijderd.
Open de printer en verwijder al het papier in de
papierbaan. Kijk het fusergedeelte zorgvuldig na
op vastgelopen afdrukmateriaal. Zie
Papierstoringen.
Lade 3 (papierinvoer voor 500 vel) verschijnt niet
als optie.
Lade 3 verschijnt alleen als optie als deze is
geïnstalleerd. Controleer of Lade 3 op de juiste
wijze is geïnstalleerd. Controleer of de
printerdriver is geconfigureerd voor Lade 3. Zie
Toegang tot de instellingen in de printerdriver.
Lade 3 is op de onjuiste wijze geïnstalleerd. Druk een configuratiepagina af om te controleren
of Lade 3 juist is geïnstalleerd. Als dit niet het
geval is, controleert u of de optioneel
geïnstalleerde papierinvoer voor 500 vel correct
op de printer is bevestigd.
Problemen met de papierverwerking (vervolg)
178 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Het papier wordt niet vanuit Lade 2 en 3 ingevoerd
Oorzaak
Oplossing
Het papierformaat is niet correct geconfigureerd
voor de lade.
Druk een configuratiepagina af of gebruik het
bedieningspaneel om te bepalen welk formaat is
geconfigureerd voor de diverse laden.
De papiergeleiders in de lade liggen niet tegen
het papier.
Zorg ervoor dat de geleiders tegen het papier
liggen.
De instelling GEBEURTENISLOG- BOEK
WEERGEVEN van het bedieningspaneel is
ingesteld op EXCLUSIEF en de gewenste
invoerlade is leeg. De printer gebruikt geen
andere lade.
Wijzig de instelling EXCLUSIEF of plaats het
juiste papierformaat in de invoerlade.
Transparanten of glanspapier worden niet ingevoerd
Oorzaak
Oplossing
Er zijn wellicht transparanten geplaatst die niet
worden ondersteund.
Gebruik transparanten die zijn ontworpen voor
HP Color LaserJet printers.
De juiste papiersoort is niet geselecteerd in de
software of de printerdriver.
Zorg ervoor dat in de software of in de
printerdriver de juiste papiersoort is geselecteerd.
De lade is te vol. Verwijder het overtollige papier uit de lade.
Controleer of het papier de maximale hoogte
voor stapels (aangegeven door markeringspunt)
in Lade 2 of 3 niet overschrijdt. Overschrijd de
maximale stapelhoogte voor Lade 1 niet.
Het papier in een andere lade heeft hetzelfde
formaat als de transparanten en de printer is
standaard ingesteld voor de andere lade.
Zorg dat de lade met de transparanten of het
glanspapier is geselecteerd in het programma of
in de printerdriver. Gebruik het bedieningspaneel
van de printer om de lade te configureren voor
de papiersoort die is geplaatst.
De lade met de transparanten of het glanspapier
is niet juist geconfigureerd voor het soort
afdrukmateriaal.
Zorg dat de lade met de transparanten of het
glanspapier is geselecteerd in het programma of
in de printerdriver. Gebruik het bedieningspaneel
van de printer om de lade te configureren voor
de papiersoort die is geplaatst. Zie
Laden
configureren.
Enveloppen lopen vast of worden niet ingevoerd in de printer
Oorzaak
Oplossing
Enveloppen zijn in een niet-ondersteunde lade
geplaatst. Voor enveloppen mag alleen Lade 1
worden gebruikt.
Plaats enveloppen in Lade 1.
De enveloppen zijn gekruld of beschadigd. Probeer andere enveloppen te gebruiken.
Bewaar enveloppen in een geregelde omgeving.
Zie
Enveloppen voor meer informatie.
Problemen met de papierverwerking (vervolg)
NLWW Problemen met de papierverwerking 179
Enveloppen lopen vast of worden niet ingevoerd in de printer
Oorzaak
Oplossing
De enveloppen zijn dichtgeplakt omdat het
vochtigheidsgehalte te hoog is.
Probeer andere enveloppen te gebruiken.
Bewaar enveloppen in een geregelde omgeving.
De oriëntatie (oriëntatie) van de envelop is onjuist. Controleer of de enveloppen goed zijn geladen.
Zie
Laden configureren.
Deze printer biedt geen ondersteuning voor de
gebruikte enveloppen.
Zie Ondersteunde papiergewichten en -formaten
of de HP LaserJet Printer Family Print Media
Specification Guide.
Lade 1 is geconfigureerd voor een ander formaat
dan enveloppen.
Configureer het formaat van Lade 1 voor
enveloppen.
De uitvoer is gekruld of gekreukt
Oorzaak
Oplossing
Het papier voldoet niet aan de specificaties voor
deze printer.
Gebruik uitsluitend papier dat voldoet aan de
specificaties van HP voor deze printer. Zie
Ondersteunde papiergewichten en -formaten.
Het papier is beschadigd of in slechte staat. Verwijder het papier uit de lade en plaats papier
dat in goede staat is.
De printer werkt in een uitzonderlijk vochtige
omgeving.
Controleer of de afdrukomgeving binnen de
vochtigheidspecificaties valt.
Er worden grote effen partijen afgedrukt. Grote effen partijen kunnen uitzonderlijke krulling
veroorzaken. Probeer een ander patroon te
gebruiken.
Het gebruikte papier is niet juist bewaard en is
mogelijk vochtig.
Verwijder het papier en vervang het door papier
uit een nieuw, ongeopend pak.
Het papier heeft slecht afgesneden randen. Verwijder het papier, buig het, draai het 180
graden of keer het om en plaats het opnieuw in
de lade. Waaier het papier niet uit. Als het
probleem zich blijft voordoen, moet u het papier
vervangen.
Onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak)
was niet volledig uitgeschoven.
Schuif de klep aan de onderkant van de
achterzijde (achteruitvoerbak) volledig uit.
De specifieke papiersoort is niet geconfigureerd
voor de lade of is niet in de software
geselecteerd.
Configureer de software voor het papier.
Raadpleeg hiervoor de documentatie bij de
software. Configureer de lade voor het papier.
Zie
Laden configureren.
Papier is eerder gebruikt. Gebruik papier niet opnieuw.
Problemen met de papierverwerking (vervolg)
180 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Printer kan niet dubbelzijdig afdrukken of drukt onjuist af (dubbelzijdig afdrukken)
Oorzaak
Oplossing
U wilt automatisch dubbelzijdig afdrukken op niet-
ondersteund papier.
Controleer of het papier wordt ondersteund voor
dubbelzijdig afdrukken. Zie
Ondersteunde
papiergewichten en -formaten. Zie Handmatig
dubbelzijdig afdrukken als het papier niet wordt
ondersteund.
De printerdriver is niet ingesteld voor
dubbelzijdig afdrukken.
Stel de printerdriver in om dubbelzijdig afdrukken
te activeren. Zie
Toegang tot de instellingen in
de printerdriver.
De eerste pagina wordt afgedrukt op de
achterkant van een voorbedrukt formulier of een
vel met briefhoofd.
Als u Lade 1 gebruikt, plaatst u het
briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar onder
en met de onderzijde als eerste in de lade. Als u
Lade 2 of Lade 3 gebruikt, plaatst u het
briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar boven
en de bovenrand van de pagina naar de
achterzijde van de lade gericht. Zie
Dubbelzijdig
afdrukken (duplex) voor meer informatie over
dubbelzijdig afdrukken.
Printermodel ondersteunt het automatisch
dubbelzijdig afdrukken niet.
De HP Color LaserJet 3550, 3550n, 3700 en
3700n ondersteunen het automatisch
dubbelzijdig afdrukken niet. Zie
Handmatig
dubbelzijdig afdrukken.
Een afdruktaak voor handmatig dubbelzijdig
afdrukken is opgegeven met de optie Uitvoer in
juiste volgorde, maar de onderklep aan de
achterzijde (achteruitvoerbak) is niet geopend.
Open de onderklep aan de achterzijde
(achteruitvoerbak) en verzend de taak opnieuw
naar de printer.
Er wordt op één zijde afgedrukt, zelfs als dubbelzijdig afdrukken (duplex) is geselecteerd
Oorzaak
Oplossing
De optie voor handmatig dubbelzijdig afdrukken
is niet ingeschakeld.
Selecteer de optie voor handmatig dubbelzijdig
afdrukken. Zie
Handmatig dubbelzijdig afdrukken.
Het geselecteerde papierformaat is niet geschikt
voor dubbelzijdig afdrukken.
Plaats en selecteer een papierformaat en -soort
waarvoor dubbelzijdig afdrukken wordt
ondersteund.
Problemen met de papierverwerking (vervolg)
NLWW Problemen met de papierverwerking 181
Informatiepagina's voor problemen oplossen
Vanaf het bedieningspaneel van de printer kunt u pagina's afdrukken voor het vaststellen en
oplossen van printerproblemen. Hieronder wordt omschreven hoe u de volgende
informatiepagina's kunt afdrukken:
pagina van papierbaantest
registratiepagina
logbestand
Pagina van papierbaantest
De pagina van de papierbaantest kunt u gebruiken voor het testen van de
papierverwerkingsfuncties van de printer. U kunt de papierbaan opgeven die u wilt testen
door de bron, de bestemming en andere beschikbare functies op de printer te selecteren.
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om DIAGNOSTIEK te markeren.
3. Druk op
om DIAGNOSTIEK te selecteren.
4. Druk op
om PAPIERBAANTEST te markeren.
5. Druk op
om PAPIERBAANTEST te selecteren.
Het bericht Uitvoeren... wordt weergegeven op het uitleesvenster totdat de printer klaar is
met het testen van de papierbaan. Na het afdrukken van de pagina van de papierbaantest
keert de printer terug naar Gereed.
Registratiepagina
Op de registratiepagina worden een horizontale en verticale pijl afgedrukt. De pijlen geven
aan hoe ver van het midden een afbeelding kan worden afgedrukt op de pagina. U kunt de
registratiewaarden voor een lade instellen zodat afbeeldingen op de achterzijde en voorzijde
van een pagina worden gecentreerd. Als u de registratiewaarden opgeeft, kunt u tevens het
afdrukken van rand tot rand instellen op ongeveer 2 mm vanaf de randen van het papier. De
plaatsing van de afbeelding verschilt per lade. Voer de registratieprocedure uit voor elke lade.
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om AFDRUKKWALITEIT te markeren.
5. Druk op
om AFDRUKKWALITEIT te selecteren.
6. Druk op
om KALIBRATIE INSTELLEN te markeren.
7. Druk op
om KALIBRATIE INSTELLEN te selecteren.
Opmerking
U kunt een lade selecteren door een Bron op te geven. De Bron is standaard Lade 2. Als u
de registratie voor Lade 2 instellen, gaat u naar stap 12. Als dit niet mogelijk is, gaat u naar
de volgende stap.
8. Druk op
om Bron te markeren.
9. Druk op
om Bron te selecteren.
182 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
10. Druk op of om een lade te markeren.
11. Druk op
om de lade te selecteren.
Nadat u de lade hebt geselecteerd, keert het bedieningspaneel van de printer terug naar
het menu KALIBRATIE INSTELLEN.
12. Druk op
om TESTPAGINA AFDRUKKEN te markeren.
13. Druk op
om TESTPAGINA AFDRUKKEN te selecteren.
14. Volg de instructies op de afgedrukte pagina.
Logbestand
Het logbestand geeft een overzicht van alles wat er met de printer is gebeurd, zoals
papierstoringen, servicefouten en andere voorvallen.
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om DIAGNOSTIEK te markeren.
3. Druk op
om DIAGNOSTIEK te selecteren.
4. Druk op
om GEBEURTENISLOG- BOEK AFDRUKKEN te markeren.
5. Druk op
om GEBEURTENISLOG- BOEK AFDRUKKEN te selecteren.
Het bericht Afdrukken... EVENT LOG verschijnt op het uitleesvenster totdat de printer klaar
is met het afdrukken van het logbestand. Na het afdrukken van het logbestand springt de
printer terug naar Gereed.
NLWW Informatiepagina's voor problemen oplossen 183
Problemen met de manier waarop de printer reageert
De volgende tabel bevat veelvoorkomende problemen met de manier waarop de printer
reageert en oplossingen voor het verhelpen van deze problemen.
Problemen met de manier waarop de printer reageert
Geen bericht in het uitleesvenster
Oorzaak
Oplossing
De aan/uit-knop van de printer is uitgeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld.
Ventilatoren kunnen draaien terwijl de printer in
de standby-stand staat (uit).
De geheugen-DIMM's van de printer (alleen
beschikbaar bij de HP Color LaserJet 3700
series printer) zijn defect of onjuist geïnstalleerd.
Controleer of de geheugen-DIMM's van de
printer correct zijn geïnstalleerd en niet defect
zijn.
Het netsnoer zit niet stevig in de printer en het
stopcontact.
Zet de printer uit, maak het netsnoer los en sluit
het weer aan. Zet de printer opnieuw aan.
De netspanning is onjuist voor de
stroomconfiguratie van de printer.
Sluit de printer aan op een stroombron met de
juiste netspanning, zoals gespecificeerd op de
voltagesticker op de achterkant van de printer.
Het netsnoer is beschadigd of uitzonderlijk
versleten.
Vervang het netsnoer.
Het stopcontact werkt niet goed. Sluit de printer aan op een ander stopcontact.
Het bedieningspaneel is moeilijk te lezen
Oorzaak
Oplossing
Het contrast is te groot of te klein voor de
bedrijfsomgeving.
Pas het contrast op het bedieningspaneel aan.
Zie
Helderheid van het uitleesvenster.
De printer staat aan maar er wordt niets afgedrukt
Oorzaak
Oplossing
Het Klaar-lampje van de printer brandt niet. Druk op S
TOP
om de printer naar de status
Gereed te laten terugkeren.
De bovenklep is niet goed gesloten. Sluit de bovenklep stevig.
Het Gegevens-lampje knippert. De printer ontvangt waarschijnlijk nog gegevens.
Wacht tot het Gegevens-lampje niet meer
knippert.
<KLEUR> PATROON VERVANGEN verschijnt
op het uitleesvenster van de printer.
Vervang de inktcartridge die op het
uitleesvenster wordt aangegeven.
184 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
De printer staat aan maar er wordt niets afgedrukt
Oorzaak
Oplossing
Een ander printerbericht dan Gereed verschijnt
op het bedieningspaneel van de printer.
Zie Berichten van het bedieningspaneel.
Wellicht is er een DOS-time-out voor de
parallelle poort opgetreden.
Voeg de opdracht MODE toe aan het bestand
AUTOEXEC.BAT. Raadpleeg de handleiding
van DOS voor verdere informatie.
De PS-personality (PostScript-emulatie) is niet
geselecteerd.
Selecteer PS of AUTO als de printertaal. Zie
Configuratie-instellingen van het
bedieningspaneel veranderen.
In uw programma of printerdriver is niet de juiste
printerdriver geselecteerd.
Selecteer in het programma of in de printerdriver
voor deze printer de driver voor PostScript-
emulatie.
De printer is niet goed geconfigureerd. Zie Configuratie-instellingen van het
bedieningspaneel veranderen.
De computerpoort is niet geconfigureerd of werkt
niet goed.
Sluit een ander randapparaat aan op deze poort
om te controleren of de poort goed werkt.
De printer heeft een onjuiste naam gekregen
voor het netwerk of voor een Macintosh-
computer.
Gebruik voor Macintosh het juiste
hulpprogramma om de printer een naam te
geven in het netwerk. Selecteer de AppleTalk-
zone en de printer in de Kiezer.
Printer is ingeschakeld maar ontvangt geen gegevens
Oorzaak
Oplossing
Het Klaar-lampje van de printer brandt niet. Druk op S
TOP
om de printer naar de status
Gereed te laten terugkeren.
De voorklep is niet goed gesloten. Sluit de voorklep.
Een ander printerbericht dan Gereed verschijnt
op het bedieningspaneel van de printer.
Zie Berichten van het bedieningspaneel.
De interfacekabel is niet juist voor deze
configuratie.
Selecteer de juiste interfacekabel voor deze
configuratie. Raadpleeg
Parallelle configuratie
(alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series
printer) of EIO-configuratie (Enhanced I/O)
(alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series
printer) voor meer informatie.
De interfacekabel is niet stevig aangesloten op
de printer en de computer.
Maak de interfacekabel los en sluit deze weer
aan.
De printer is niet juist geconfigureerd. Zie Configuratie-instellingen van het
bedieningspaneel veranderen voor configuratie-
informatie.
De interfaceconfiguraties op de
configuratiepagina van de printer komen niet
overeen met de configuraties van de
hostcomputer.
Configureer de printer zodanig dat deze
overeenkomt met de configuratie van de
computer.
Problemen met de manier waarop de printer reageert (vervolg)
NLWW Problemen met de manier waarop de printer reageert 185
Printer is ingeschakeld maar ontvangt geen gegevens
Oorzaak
Oplossing
De computer werkt niet naar behoren. Gebruik een toepassing die correct functioneert,
om de computer te controleren of ga naar DOS
en typ Dir>Prn achter de DOS-prompt.
De computerpoort waarop de printer is
aangesloten, is niet geconfigureerd of werkt niet
goed.
Sluit een ander randapparaat aan op deze poort
om te controleren of de poort goed werkt.
De printer heeft een onjuiste naam gekregen
voor het netwerk of voor een Macintosh-
computer.
Gebruik voor Macintosh het juiste
hulpprogramma om de printer een naam te
geven in het netwerk. Selecteer de AppleTalk-
zone en de printer in de Kiezer.
Selecteren van de printer vanaf de computer is niet mogelijk
Oorzaak
Oplossing
Als u een schakeldoos gebruikt, is misschien de
juiste printer niet geselecteerd voor de computer.
Selecteer de juiste printer op de schakeldoos.
Het Klaar-lampje van de printer brandt niet. Druk op S
TOP
om de printer naar de status
Gereed te laten terugkeren.
Een ander printerbericht dan Gereed verschijnt
op het bedieningspaneel van de printer.
Zie Berichten van het bedieningspaneel.
De juiste printerdriver is niet geïnstalleerd in de
computer.
Installeer de juiste printerdriver.
De juiste printer en poort zijn niet op uw
computer geselecteerd.
Selecteer de juiste printer en poort.
Uw netwerk is niet goed geconfigureerd voor
deze printer.
Gebruik uw netwerksoftware om de
netwerkconfiguratie van de printer te controleren
of neem contact op met de netwerkbeheerder.
Het stopcontact werkt niet goed. Sluit de printer aan op een ander stopcontact.
Er verschijnt een bericht met de mededeling dat dubbelzijdig afdrukken niet beschikbaar is
voor de geselecteerde soort en het geselecteerde formaat
Oorzaak
Oplossing
Het opgegeven papier wordt niet ondersteund
voor automatisch dubbelzijdig afdrukken.
Controleer of handmatig dubbelzijdig afdrukken
is ingeschakeld. Zie
Toegang tot de instellingen
in de printerdriver.
Problemen met de manier waarop de printer reageert (vervolg)
186 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Problemen met het bedieningspaneel van de printer
De volgende tabel bevat veelvoorkomende problemen met het bedieningspaneel van de
printer en oplossingen voor het verhelpen van deze problemen.
Problemen met het bedieningspaneel van de printer
De instellingen van het bedieningspaneel werken niet juist
Oorzaak
Oplossing
Het uitleesvenster op het bedieningspaneel van
de printer is leeg, zelfs wanneer de ventilator
draait.
Ventilatoren kunnen draaien terwijl de printer in
de standby-stand staat (uit). Druk op de aan/uit-
knop van de printer om de printer in te schakelen.
Printerinstellingen in het programma of de
printerdriver verschillen van de instellingen in het
bedieningspaneel.
Controleer of de instellingen in de toepassing en
de printerdriver juist zijn. De instellingen van de
toepassing hebben voorrang op de instellingen
van de printerdriver en het bedieningspaneel en
de instellingen van de printerdriver hebben
voorrang op die van het bedieningspaneel.
De instellingen van het bedieningspaneel waren
niet juist opgeslagen nadat deze waren
veranderd.
Selecteer de instellingen op het
bedieningspaneel opnieuw en druk vervolgens
op
. Er moet een sterretje (*) rechts van de
instelling verschijnen.
Het Gegevens-lampje brandt, maar er worden
geen pagina's afgedrukt.
Er zitten gebufferde gegevens in de printer. Druk
op
om de gegevens in de buffer af te drukken
met behulp van de instellingen van het
bedieningspaneel en om de nieuwe instellingen
van het bedieningspaneel te activeren.
Als de printer op een netwerk is aangesloten, is
het mogelijk dat de instellingen van het
bedieningspaneel door een andere gebruiker zijn
veranderd.
Raadpleeg de netwerkbeheerder om
verandering in de instellingen van het
bedieningspaneel te coördineren.
Selecteren van Lade 3 (optionele papierinvoer voor 500 vel) is niet mogelijk
Oorzaak
Oplossing
Lade 3 (papierinvoer voor 500 vel) wordt niet als
invoerladeoptie weergegeven op de
configuratiepagina of op het bedieningspaneel.
Lade 3 verschijnt alleen als optie als deze is
geïnstalleerd. Controleer of Lade 3 correct is
geïnstalleerd.
Lade 3 wordt niet als optie weergegeven in de
printerdriver.
Controleer of de configuratie van de printerdriver
Lade 3 herkent. Raadpleeg de Help van de
printerdriver om extra laden in te stellen en te
configureren.
NLWW Problemen met het bedieningspaneel van de printer 187
Problemen met het afdrukken van kleuren
De volgende tabel bevat veelvoorkomende problemen bij het afdrukken van kleuren en
oplossingen om deze problemen te verhelpen.
Problemen met het afdrukken van kleuren
Er wordt zwart afgedrukt in plaats van kleur
Oorzaak
Oplossing
U hebt Grijstinten geselecteerd in het
programma of de printerdriver.
Selecteer de modus Kleur in plaats van de
modus Grijstinten of Monochroom in het
programma of de printerdriver. Zie
Pagina's met
printerinformatie voor meer informatie over het
afdrukken van een configuratiepagina.
In uw programma is niet de juiste printerdriver
geselecteerd.
Selecteer de juiste printerdriver.
Er verschijnt geen kleur op de configuratiepagina. Neem contact op met de ondersteuning van HP.
Onjuiste tint
Oorzaak
Oplossing
Het papier voldoet niet aan de specificaties voor
deze printer.
Raadpleeg de HP LaserJet Printer Family Print
Media Specification Guide voor meer informatie.
Ga naar http://www.hp.com/support/clj3550 of
http://www.hp.com/support/clj3700 (afhankelijk
van het printermodel) voor meer informatie over
het bestellen van de HP LaserJet Printer Family
Print Media Specification Guide. Wanneer u
verbinding hebt, kiest u Manuals (Handleidingen).
U laat de printer werken in uitzonderlijk vochtige
omstandigheden.
Controleer of de omgeving van de printer voldoet
aan de vochtigheidspecificaties.
Kalibreer de printer. Zie
Menu Afdrukkwaliteit.
Opmerking
Voor meer informatie over het oplossen van
problemen met kleuren raadpleegt u
Problemen
met de afdrukkwaliteit oplossen.
Ontbrekende kleuren
Oorzaak
Oplossing
De HP inktcartridge is defect. Vervang de inktcartridge.
188 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Inconsequente kleuren na installatie van een inktcartridge
Oorzaak
Oplossing
Wellicht is er nog een inktcartridge die bijna leeg
is.
Controleer de meter voor de benodigdheden op
het bedieningspaneel of druk voor de
benodigdheden een statuspagina af. Zie
Pagina's met printerinformatie.
De kleuren die worden afgedrukt, komen niet overeen met de kleuren op het scherm
Oorzaak
Oplossing
Uitzonderlijk lichte schermkleuren worden niet
afgedrukt.
Het is mogelijk dat uiterst lichte kleuren door het
programma als wit worden geïnterpreteerd. Als
dat zo is, vermijdt u uitzonderlijk lichte kleuren.
Uitzonderlijk donkere schermkleuren worden
zwart afgedrukt.
Het is mogelijk dat uiterst donkere kleuren door
het programma als zwart worden
geïnterpreteerd. Als dat zo is, vermijdt u
uitzonderlijk donkere kleuren.
De kleuren op het scherm van de computer zijn
anders dan de afgedrukte kleuren van de printer.
Alleen voor de HP Color LaserJet 3700 series
printer.
1. Selecteer Handmatig op het tabblad Kleur
in het gedeelte Kleurenopties van de
printerdriver.
2. Klik op Instellingen.
3. Selecteer bij de handmatige kleurenopties in
het gedeelte Kleurenopties voor elk gewenst
object Standaard (sRGB).
4. Klik op OK om de bewerking te voltooien.
Opmerking
Het overeenstemmen van de afgedrukte kleuren
met de kleuren op het scherm wordt beïnvloed
door diverse factoren. Deze factoren zijn onder
meer het papier, licht van boven, programma's,
paletten van het besturingssysteem, de monitor
en de videokaarten en drivers. Zie
Kleur voor
meer informatie.
Problemen met het afdrukken van kleuren (vervolg)
NLWW Problemen met het afdrukken van kleuren 189
Onjuiste printeruitvoer
De volgende tabel bevat veelvoorkomende problemen met de uitvoer en oplossingen om
deze problemen te verhelpen.
Onjuiste printeruitvoer
Onjuiste lettertypen worden afgedrukt
Oorzaak
Oplossing
Het lettertype is onjuist geselecteerd in het
programma.
Selecteer het lettertype opnieuw in het
programma.
Het lettertype is niet beschikbaar voor de printer. Download het lettertype naar de printer of
gebruik een ander lettertype. (In Windows doet
de driver dit automatisch.)
De juiste printerdriver is niet geselecteerd. Selecteer de juiste printerdriver.
Niet in staat om alle tekens in een symbolenset af te drukken
Oorzaak
Oplossing
Het juiste lettertype is niet geselecteerd. Selecteer het juiste lettertype.
De juiste symbolenset is niet geselecteerd. Selecteer de juiste symbolenset.
Het geselecteerde teken of symbool wordt niet
ondersteund door het programma.
Gebruik een lettertype dat ondersteuning biedt
voor het geselecteerde teken of symbool.
Dansende tekst tussen afdrukken
Oorzaak
Oplossing
Uw programma stelt de printer niet opnieuw in
op de bovenkant van de pagina.
Raadpleeg de documentatie voor de software of
het PCL/PJL Technical Reference Package voor
specifieke informatie.
Ontbrekende tekens of onderbroken afdrukproces
Oorzaak
Oplossing
De interfacekabel is van slechte kwaliteit. Probeer een andere kabel van hogere kwaliteit
die aan de IEEE-norm voldoet. Parallelle kabels
mogen niet langer zijn dan 10 meter.
De interfacekabel is los. Maak de interfacekabel los en sluit deze weer
aan.
De interfacekabel is beschadigd of defect. Probeer een andere interfacekabel.
190 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Ontbrekende tekens of onderbroken afdrukproces
Oorzaak
Oplossing
Het netsnoer is los. Maak het netsnoer los en sluit het weer aan.
U probeert een PCL-taak af te drukken, terwijl de
printer is geconfigureerd voor PostScript-emulatie.
Selecteer de juiste printer-personality op het
bedieningspaneel van de printer en verzend de
afdruktaak nogmaals.
U probeert een PostScript-taak af te drukken
terwijl de printer is geconfigureerd voor PCL.
Selecteer de juiste printer-personality op het
bedieningspaneel van de printer en verzend de
afdruktaak nogmaals.
Gedeeltelijke afdruk
Oorzaak
Oplossing
Er verschijnt een geheugenfoutbericht op het
bedieningspaneel van de printer.
1. Maak printergeheugen vrij door onnodige
gedownloade lettertypen, opmaakmodellen
en macro's in het printergeheugen te wissen.
of
2. Voeg meer geheugen toe aan de printer.
Het bestand dat u afdrukt, bevat fouten. Controleer het programma om ervoor te zorgen
dat het bestand geen fouten bevat.
1. Druk vanuit hetzelfde programma een ander
bestand af waarvan u weet dat het geen
fouten bevat.
of
2. Druk het bestand af vanuit een ander
programma.
Er is een onjuiste opdracht tot handmatig dubbelzijdig afdrukken gegeven.
Oorzaak
Oplossing
Een afdruktaak voor handmatig dubbelzijdig
afdrukken is opgegeven met de optie Uitvoer in
juiste volgorde, maar de onderklep aan de
achterzijde (achteruitvoerbak) is niet geopend.
Open de onderklep aan de achterzijde
(achteruitvoerbak) en verzend de taak opnieuw
naar de printer.
Afdrukken bevatten vegen, verticale lijnen, tonerspikkels of steeds terugkerende strepen
Oorzaak
Oplossing
De printermotor moet worden gereinigd. Reinig de printer. Zie De printer reinigen. Zie
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen als
het probleem zich blijft voordoen.
Onjuiste printeruitvoer (vervolg)
NLWW Onjuiste printeruitvoer 191
Richtlijnen voor afdrukken met verschillende lettertypen
De 80 interne lettertypen zijn beschikbaar in de modus PostScript-emulatie (PS) en PCL.
Download alleen de benodigde lettertypen om het printergeheugen te besparen.
Als u diverse gedownloade lettertypen nodig hebt, kunt u overwegen extra
printergeheugen te installeren.
Enkele programma's downloaden automatisch lettertypen bij het begin van elke afdruktaak.
Het is misschien mogelijk om die programma's te configureren om alleen lettertypen te
downloaden die niet al in de printer aanwezig zijn.
192 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Problemen met programma's
De volgende tabel bevat veelvoorkomende problemen met programma's en oplossingen
voor het verhelpen van deze problemen.
Problemen met programma's
Niet in staat om systeemselecties te wijzigen door middel van software
Oorzaak
Oplossing
Systeemwijzigingen via software zijn
geblokkeerd door het bedieningspaneel van de
printer.
Neem contact op met de netwerkbeheerder.
Het programma ondersteunt geen
systeemwijzigingen.
Raadpleeg de documentatie van het programma.
De juiste printerdriver is niet geladen. Laad de juiste printerdriver.
De juiste driver voor de toepassing is niet
geladen.
Laad de juiste driver voor de toepassing.
Niet in staat om vanuit de software een lettertype te selecteren
Oorzaak
Oplossing
Het lettertype is niet beschikbaar voor het
programma.
Raadpleeg de documentatie van het programma.
Niet in staat om vanuit de software kleuren te selecteren
Oorzaak
Oplossing
Het programma ondersteunt geen kleuren. Zie de documentatie van het programma.
De modus Kleur is niet geselecteerd in uw
programma of in de printerdriver.
Selecteer de modus Kleur in plaats van
Grijstinten of Monochroom.
De juiste printerdriver is niet geladen. Laad de juiste printerdriver.
De printerdriver herkent Lade 3 of de duplex-eenheid niet.
Oorzaak
Oplossing
De printerdriver is niet geconfigureerd om
Lade 3 of de duplex-eenheid te herkennen.
Raadpleeg de on line Help van de printerdriver
voor instructies voor het configureren van de
driver om printeraccessoires te herkennen.
De accessoire is mogelijk niet geïnstalleerd. Controleer of de accessoire goed is geïnstalleerd.
NLWW Problemen met programma's 193
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
Als u problemen hebt met de afdrukkwaliteit, kunnen de volgende gedeelten uitkomst bieden
bij het zoeken naar de oorzaak.
Problemen met afdrukkwaliteit veroorzaakt door papier
Bepaalde problemen met de afdrukkwaliteit zijn het gevolg van gebruik van onjuist papier.
Gebruik papier dat voldoet aan de papierspecificaties van HP. Zie
Ondersteunde
papiergewichten en -formaten.
Het oppervlak van het papier is te glad. Gebruik papier dat voldoet aan de
papierspecificaties van HP. Zie
Ondersteunde papiergewichten en -formaten.
De driver is niet goed ingesteld. Zie
Soort en Formaat om de instelling voor de
papiersoort te wijzigen.
Het papier dat u gebruikt, is te zwaar voor de printer en de toner hecht niet aan het
papier.
Het vochtigheidsgehalte van het papier is ongelijkmatig, te hoog of te laag. Gebruik
papier uit een andere bron of open een nieuw pak papier.
Delen van het papier nemen geen toner op. Gebruik papier uit een andere bron of open
een nieuw pak papier.
Het door u gebruikte briefhoofd wordt afgedrukt op ruw papier. Gebruik gladder
kopieerpapier. Als het probleem hierdoor wordt opgelost, neemt u contact op met de
leverancier van uw briefhoofdpapier om te controleren of het gebruikte papier voldoet
aan de specificaties voor deze printer. Zie
Ondersteunde papiergewichten en -formaten.
Het papier is te ruw. Gebruik gladder kopieerpapier.
Problemen met overhead-transparanten
Overhead-transparanten kunnen dezelfde kwaliteitsproblemen geven als ander papier en
daarnaast een aantal specifieke problemen. Omdat transparanten bovendien plooibaar zijn
in het afdruktraject, laten de papierverwerkingscomponenten er gemakkelijk sporen op na.
Opmerking
Laat transparanten minstens 30 seconden afkoelen voordat u deze oppakt.
Ga naar het tabblad Papier van de printerdriver en selecteer Transparant als de soort
afdrukmateriaal. Zorg tevens dat de lade juist is geconfigureerd voor transparanten.
Zorg ervoor dat de transparanten voldoen aan de specificaties voor deze printer. Zie
Ondersteunde papiergewichten en -formaten. Raadpleeg de HP LaserJet Family Paper
Specification Guide voor meer informatie over materiaalspecificaties en bestellen. Ga
naar http://www.hp.com/support/clj3550 voor de HP Color LaserJet 3550 series printer.
Ga naar http://www.hp.com/support/clj3700 voor de HP Color LaserJet 3700 series
printer. Selecteer Manuals (Handleidingen) voor handleidingen die u kunt downloaden.
De transparanten die u gebruikt, zijn niet ontwikkeld voor het vereiste hechten van de
toner. Gebruik uitsluitend transparanten die zijn ontwikkeld voor HP Color LaserJet
printers.
Pak transparanten altijd bij de randen vast. Vet afkomstig van vingers op het oppervlak
van de transparanten kan vlekken en vegen veroorzaken.
194 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Kleine, verspreide donkere plekken op de onderrand van pagina's die vaste kleuren
bevatten, kunnen worden veroorzaakt door transparanten die samenkleven in de
uitvoerbak. Probeer een kleiner aantal transparanten af te drukken.
De geselecteerde kleuren zien er na afdrukken niet uit zoals verwacht. Selecteer andere
kleuren in het programma of in de printerdriver.
Als u een reflectieprojector gebruikt, moet u in plaats daarvan een gewone overhead-
projector gebruiken.
Problemen met afdrukkwaliteit veroorzaakt door de omgeving
Als de printer in uitzonderlijk vochtige of droge omstandigheden werkt, controleert u of de
omgeving voldoet aan de specificaties. Raadpleeg de beknopte handleiding van de printer
voor informatie over specificaties van de werkomgeving.
Problemen met afdrukkwaliteit veroorzaakt door
papierstoringen
Zorg ervoor dat al het papier uit de papierbaan is verwijderd. Zie Herstel na papierstoringen.
Als de printer is vastgelopen, drukt u twee of drie pagina's af om de printer te reinigen.
Het papier wordt niet door de fuser gevoerd. Dit kan fouten veroorzaken op volgende
documenten. Druk twee of drie pagina's af om de printer te reinigen. Zie
Pagina voor
problemen oplossen als het probleem aanhoudt.
Problemen met de afdrukkwaliteit veroorzaakt door een
opeenhoping van toner in de printer
In de loop van de tijd kunnen toner en andere deeltjes opeenhopen in de printer. Deze
opeenhoping kan de volgende problemen met de afdrukkwaliteit veroorzaken:
markeringen op gelijke intervallen op de bedrukte zijde van de pagina
toner die snel vlekken maakt
tonervlekken op de pagina
verticale strepen of banden op de pagina
Reinig de printer om dit type problemen op te lossen. Zie
De printer reinigen.
Pagina voor problemen oplossen
Gebruik de ingebouwde pagina's voor het oplossen van problemen met de afdrukkwaliteit
voor het lokaliseren en oplossen van problemen.
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om DIAGNOSTIEK te markeren.
3. Druk op
om DIAGNOSTIEK te selecteren.
4. Druk op
om PQ PROBLEEMOPLOSSING te markeren.
5. Druk op
om de pagina's af te drukken.
NLWW Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen 195
De printer springt terug naar de staat Gereed na het afdrukken van de pagina's voor het
oplossen van problemen met de afdrukkwaliteit. Als u problemen met de afdrukkwaliteit hebt
terwijl u de pagina's met informatie over het oplossen van problemen met de afdrukkwaliteit
bekijkt, moet u een printerkalibratie uitvoeren. Zie
De printer kalibreren.
De printer kalibreren
Kalibreren is een printerfunctie waarmee de afdrukkwaliteit wordt geoptimaliseerd. Als u
problemen hebt met de afdrukkwaliteit, kalibreert u de printer.
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
om Apparaat configureren te selecteren.
4. Druk op
om AFDRUKKWALITEIT te markeren.
5. Druk op
om AFDRUKKWALITEIT te selecteren.
6. Druk op
om NU KALIBREREN te markeren.
7. Druk op
om NU KALIBREREN te selecteren.
196 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
Printerbenodigdheden en
accessoires
Ga naar http://www.hp.com/sbso/product/supplies voor het bestellen van benodigdheden in
de Verenigde Staten. Ga naar http://www.hp.com/ghp/buyonline.html voor het bestellen van
benodigdheden in de rest van de wereld. Ga naar http://www.hp.ca/catalog/supplies voor het
bestellen van benodigdheden in Canada. Ga naar http://www.hp.com/go/supplies voor het
bestellen van benodigdheden in Europa. Ga naar http://www.hp.com/paper/ voor het
bestellen van benodigdheden in Zuidoost-Azië en Australië.
Ga naar http://www.hp.com/go/accessories als u accessoires wilt bestellen.
NLWW 197
Beschikbaarheid van reserveonderdelen en benodigdheden
Reserveonderdelen en printerbenodigdheden voor dit product blijven minstens vijf jaar nadat
productie van de printer wordt gestopt, verkrijgbaar.
198 Bijlage A Printerbenodigdheden en accessoires NLWW
Bestellen via de ingebouwde webserver (voor printers met een
netwerkaansluiting)
Voer de volgende procedure uit om printerbenodigdheden rechtstreeks via de ingebouwde
webserver te bestellen (zie
Ingebouwde webserver gebruiken (alleen voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer)).
1. Ga naar de webbrowser van uw computer en typ het IP-adres van de printer. Het
venster Printerstatus wordt weergegeven. Of ga naar de URL die in de e-
mailwaarschuwing is aangegeven.
2. Voer een wachtwoord in als hierom wordt gevraagd.
3. Klik op Benodigdheden bestellen aan de linkerzijde van het venster
Apparaatconfiguratie. Er verschijnt nu een URL waar u benodigdheden kunt kopen. Er
wordt nu informatie gegeven met onderdeelnummers en printerinformatie.
4. Selecteer de onderdeelnummers die u wilt bestellen en volg de instructies op het scherm.
Benodigdheden, accessoires en onderdeelnummers
Artikel Nummer Type/grootte
Geheugenupgrades (DIMM's) C7848A SDRAM-DIMM (synchroon 64
MB)
C7850A SDRAM-DIMM (synchroon 128
MB)
C9653A SDRAM-DIMM (synchroon 256
MB)
Accessoires Q2486A Optionele papierinvoer voor
500 vel (Lade 3)
Interne EIO-aansluiting voor de
HP Color LaserJet 3700 series
printer
printserver (10/100-TX
Ethernet, Hi-Speed USB 2.0)
J6058A HP Jetdirect 680n 802.11b
draadloze printserver
J4135A HP Jetdirect verbindingskaart
(USB, serieel en LocalTalk)
Externe aansluiting (EX) voor
de HP Color LaserJet 3550
series printer
J7942A HP Jetdirect en3700 externe
printserver (10/100base Tx,
USB 2.0 HI-speed)
J6061A HP Jetdirect 380x 802.11b
draadloze printserver (USB 1.1)
NLWW Bestellen via de ingebouwde webserver (voor printers met een netwerkaansluiting) 199
J7934A HP Jetdirect 620n interne
Artikel Nummer Type/grootte
J6072A HP bt1300 Bluetooth draadloze
printeradapter (voor USB of
parallel)
Externe aansluiting (EX) voor
de HP Color LaserJet 3700
series printer
J3264A HP Jetdirect 500x printserver
(Token Ring)
J3265A HP Jetdirect 500x printserver
(fast Ethernet)
J3258B HP Jetdirect 170x printserver
(Ethernet)
J7942A HP Jetdirect en3700 externe
printserver (10/100base Tx, Hi-
Speed USB 2.0)
J6061A HP Jetdirect 380x 802.11b
draadloze printserver (USB 1.1)
J6035B HP Jetdirect 175x printserver
(fast Ethernet, 10/100base Tx,
USB 1.1)
J6072A HP bt1300 Bluetooth draadloze
printeradapter (voor USB of
parallel)
Printerbenodigdheden voor de
HP Color LaserJet 3550 series
printer
Q2670A Zwarte-inktcartridge voor de
HP Color LaserJet 3550 series
printer
Q2671A Cyaan-inktcartridge voor de
HP Color LaserJet 3550 series
printer
Q2672A Gele-inktcartridge voor de
HP Color LaserJet 3550 series
printer
Q2773A Magenta-inktcartridge voor de
HP Color LaserJet 3550 series
printer
Q3658A Transferkit
Q3655A Fuserkit (110 - 127 V)
Q3656A Fuserkit (220 - 240 V)
Printerbenodigdheden voor de
HP Color LaserJet 3700 series
printer
Q2670A Zwarte-inktcartridge voor de
HP Color LaserJet 3700 series
printer
Q2681A Cyaan-inktcartridge voor de
HP Color LaserJet 3700 series
printer
Q2682A Gele-inktcartridge voor de
HP Color LaserJet 3700 series
printer
Benodigdheden, accessoires en onderdeelnummers (vervolg)
200 Bijlage A Printerbenodigdheden en accessoires NLWW
Artikel Nummer Type/grootte
Q2683A Magenta-inktcartridge voor de
HP Color LaserJet 3700 series
printer
Q3658A Transferkit
Q3655A Fuserkit (110 - 127 V)
Q3656A Fuserkit (220 - 240 V)
Kabels C2946A Een parallelle kabel die voldoet
aan IEEE-1284 met een lengte
van 3 m en met een 25-pins
male/micro 36-pins male
stekker ("C"-grootte)
C6518A USB 2.0-printerkabel
(standaard 2 meter)
Papier C2934A 50 vel
HP Color LaserJet
Transparanten (Letter-formaat)
C2936A 50 vel
HP Color LaserJet
Transparanten (A4-formaat)
Q2419A HP LaserJet hoogglanzend
papier (letter-formaat)
C4179A 200 vel
HP LaserJet matglanzend
papier (letter-formaat)
C4179B 200 vel
HP LaserJet matglanzend
papier (A4-formaat)
Q1298A HP LaserJet Tough paper
(letter-formaat)
Q1298B HP LaserJet Tough paper (A4-
formaat)
HPU1132 HP Premium Choice laser
paper (letter-formaat)
CHP410 HP Premium Choice laser
paper (A4-formaat)
HPJ1124 HP LaserJet papier (letter-
formaat)
CHP310 HP LaserJet papier (A4-formaat)
Documentatie 5851-1468 HP LaserJet Printer Family
Print Media Specification Guide
Benodigdheden, accessoires en onderdeelnummers (vervolg)
NLWW Bestellen via de ingebouwde webserver (voor printers met een netwerkaansluiting) 201
Artikel Nummer Type/grootte
5021-0337 PCL/PJL Technical Reference
Package
U kunt een versie van deze
handleiding ook downloaden
via URL: http://www.hp.com/
support/clj3550 of
http://www.hp.com/support/
clj3700. Kies Manuals
(Handleidingen) wanneer u
verbinding hebt.
Benodigdheden, accessoires en onderdeelnummers (vervolg)
202 Bijlage A Printerbenodigdheden en accessoires NLWW
Service en ondersteuning
Beperkte garantie van Hewlett-Packard
HP-PRODUCT
HP Color LaserJet 3550, 3550n, 3700, 3700n,
3700dn en 3700dtn printers
DUUR VAN DE BEPERKTE GARANTIE
Eén jaar
HP geeft u, de eindgebruiker-afnemer, de garantie dat na de aankoopdatum, gedurende de bovengenoemde
periode, haar computerhardware en accessoires vrij zijn van defecten in materiaal en vakmanschap. Als HP in
kennis wordt gesteld van voornoemde defecten gedurende de garantieperiode, zal HP, naar eigen goeddunken,
producten die defect blijken, repareren of vervangen. Vervangende producten kunnen nieuw dan wel zo goed als
nieuw zijn.
HP garandeert dat de software van HP, indien deze op de juiste wijze wordt geïnstalleerd en gebruikt, gedurende
de hierboven gemelde periode geen defecten zal vertonen bij het uitvoeren van de programmeringsinstructies als
gevolg van materiaal- en constructiefouten. Als HP in kennis wordt gesteld van voornoemde defecten gedurende
de garantieperiode, zal HP de softwareproducten die de programma-instructies niet naar behoren uitvoeren als
gevolg van voornoemde defecten, vervangen.
HP garandeert niet dat de werking van HP-producten storing- of foutvrij zal zijn. Mocht HP niet in staat zijn het
product binnen redelijke termijn te repareren of te vervangen, dan zal de aankoopprijs worden terugbetaald nadat
het product is geretourneerd.
HP-producten bevatten wellicht herstelde of incidenteel gebruikte onderdelen die qua werking gelijk zijn aan
nieuwe onderdelen.
De garantie heeft geen betrekking op defecten die het resultaat zijn van (a) onjuist of onvoldoende onderhoud of
kalibreren, (b) niet door HP geleverde software, interfacing, onderdelen of benodigdheden, (c) onbevoegde
aanpassingen of verkeerd gebruik, (d) gebruik buiten de beschreven omgevingsspecificaties voor het product of
(e) onjuiste voorbereiding of slecht onderhoud van de locatie.
GENOEMDE GARANTIES ZIJN EXCLUSIEF, VOOR ZOVER TOEGESTAAN DOOR TOEPASSELIJKE
WETGEVING, EN ER WORDEN GEEN ANDERE SCHRIFTELIJKE NOCH MONDELINGE DANWEL
IMPLICIETE GARANTIES VERSTREKT. HP AANVAARDT MET NAME GEEN IMPLICIETE GARANTIES VAN
VERKOOPBAARHEID, AANVAARDBARE KWALITEIT OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL.
Sommige landen/regio's, staten en provincies staan geen beperkingen toe van de lengte van stilzwijgende
garantiebepalingen, zodat het mogelijk is dat de bovengenoemde beperking of uitsluiting niet op u van
toepassing is. Deze garantie biedt u specifieke wettelijke rechten en het is mogelijk dat u nog andere rechten
geniet die van land/regio tot land/regio, staat tot staat of van provincie tot provincie kunnen verschillen. De
beperkte garantie van HP is geldig in elk land/elke regio of elke locatie waar HP ondersteuningsdiensten voor dit
product heeft en waar HP dit product heeft uitgebracht. Het niveau van garantieservice dat u ontvangt kan
variëren door lokale bepalingen. Vorm, geschiktheid of functies zullen door HP niet worden aangepast om het
product te laten werken in een land/regio waar het product conform de wet of voorschriften niet voor is bedoeld.
NLWW Beperkte garantie van Hewlett-Packard 203
VOOR ZOVER TOEGESTAAN DOOR LOKALE WETGEVING, ZIJN DE RECHTSMIDDELEN IN DEZE
GARANTIEVERKLARING UW ENIGE EN EXCLUSIEVE RECHTSMIDDELEN. BEHALVE ZOALS HIERBOVEN
OMSCHREVEN, ZAL HP IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR HET VERLIES VAN GEGEVENS OF
VOOR DIRECTE, UITZONDERLIJKE OF INCIDENTELE SCHADE, GEVOLGSCHADE (MET INBEGRIP VAN
WINSTDERVING) OF ANDERE SCHADE, ONGEACHT HET FEIT OF DEZE SCHADE BERUST OP
CONTRACT, BENADELING OF ANDERSZIJDS. In sommige landen/regio's, staten en provincies is de uitsluiting
van of beperking van incidentele schade of gevolgschade niet geldig, zodat het mogelijk is dat de voorgaande
beperking of uitsluiting niet op u van toepassing is.
DE GARANTIEBEPALINGEN IN DEZE VERKLARING VORMEN BEHALVE VOOR ZOVER BEPERKT TOT
WAT WETTELIJK IS TOEGESTAAN GEEN UITSLUITING, BEPERKING OF AANPASSING VAN DE
WETTELIJKE RECHTEN DIE VAN TOEPASSING ZIJN OP DIT PRODUCT, MAAR ZIJN EEN AANVULLING
DAAROP.
204 Bijlage B Service en ondersteuning NLWW
Beperkte garantie voor de tonercartridge, de transfereenheid en
fusereenheid
HP garandeert dat dit HP-product geen materiaal- en productiefouten bevat.
Deze garantie is niet van toepassing op producten die (a) zijn nagevuld, verbeterd,
bijgewerkt of op een andere manier aangepast, producten waarbij (b) problemen optreden
als gevolg van verkeerd gebruik, onjuiste opslag of vanwege gebruik in een andere
omgeving dan aangegeven in de printerspecificaties, of producten die (c) slijtage vertonen
als gevolg van normaal gebruik.
Als u in aanmerking wilt komen voor garantie, moet u dit product retourneren aan de winkel
waar u het product hebt gekocht (voorzien van een beschrijving van het probleem en
afdrukvoorbeelden) of contact opnemen met HP Klantenondersteuning. HP zal het product
vervolgens vervangen, indien het product is beschadigd, of het aankoopbedrag vergoeden.
VOOR ZOVER IS TOEGESTAAN DOOR DE PLAATSELIJKE WETGEVING, IS DE
BOVENGENOEMDE GARANTIE EXCLUSIEF. HP BIEDT GEEN ANDERE EXPLICIETE OF
IMPLICIETE GARANTIES OF VOORWAARDEN, SCHRIFTELIJK NOCH MONDELING EN
WIJST ALLE IMPLICIETE GARANTIES OF VOORWAARDEN VAN
VERHANDELBAARHEID, TOEREIKENDE KWALITEIT OF GESCHIKTHEID VOOR EEN
BEPAALD DOEL VAN DE HAND.
VOOR ZOVER IS TOEGESTAAN DOOR DE PLAATSELIJKE WETGEVING, ZIJN HP OF
HAAR LEVERANCIERS OP GEEN ENKELE WIJZE AANSPRAKELIJK VOOR DIRECTE,
BIJZONDERE, INCIDENTELE OF GEVOLGSCHADE (WAARONDER WINSTDERVING OF
GEGEVENSVERLIES), OF ANDERE SCHADE, HETZIJ ONDER CONTRACT, DWANG OF
ANDERSZINS.
DE GARANTIEBEPALINGEN IN DEZE VERKLARING VORMEN, BEHALVE VOOR ZOVER
BEPERKT TOT WAT WETTELIJK IS TOEGESTAAN, GEEN UITSLUITING, BEPERKING
OF AANPASSING VAN DE WETTELIJKE RECHTEN DIE VAN TOEPASSING ZIJN OP DIT
PRODUCT, MAAR ZIJN EEN AANVULLING DAAROP.
NLWW Beperkte garantie voor de tonercartridge, de transfereenheid en fusereenheid 205
Onderhoudsovereenkomsten van HP
HP heeft diverse soorten onderhoudsovereenkomsten die aan de behoefte aan
verschillende soorten ondersteuning tegemoetkomen. Onderhoudsovereenkomsten behoren
niet bij de standaardgarantie. Ondersteunde services kunnen per land/regio verschillen.
Vraag uw plaatselijke HP dealer welke services voor u beschikbaar zijn.
On-site servicecontracten
Om u de ondersteuning te geven die het beste met uw behoeften overeenkomt, heeft HP
overeenkomsten voor on-site-service met verschillende responstijden:
Service de volgende dag ter locatie van de klant ("next-day on-site"-
service)
Deze overeenkomst biedt ondersteuning op de werkdag na de dag waarop een verzoek om
service is ontvangen. Service buiten normale uren en het normale servicegebied van HP is
verkrijgbaar voor de meeste overeenkomsten (tegen extra kosten).
Wekelijkse service ter locatie van de klant (volumeservice)
Volgens deze overeenkomst worden organisaties met veel HP producten wekelijks bezocht
voor service. Deze overeenkomst is bedoeld voor vestigingen waar 25 of meer
werkstationproducten, zoals printers, plotters, computers en schijfstations worden gebruikt.
Verlenging van de garantie
Met HP SupportPack kan u de garantieduur voor HP apparatuur en voor alle door HP
geleverde interne onderdelen verlengen. Deze garantie geldt 1 à 3 jaar vanaf de datum van
aanschaf van het product van HP. U moet HP SupportPack binnen 90 dagen na aankoop
van het HP product aanschaffen. Neem voor verdere informatie contact op met HP
Customer Care Service and Support.
206 Bijlage B Service en ondersteuning NLWW
Printer opnieuw inpakken
Als de printer moet worden verplaatst of verzonden naar een andere locatie, moet u de
volgende procedure uitvoeren om de printer opnieuw in te pakken.
VOORZICHTIG
Schade tijdens het verzenden als gevolg van een onjuiste verpakking is de
verantwoordelijkheid van de klant. De printer moet rechtop blijven staan tijdens de
verzending.
De printer opnieuw inpakken
VOORZICHTIG
Het is erg belangrijk dat u de inktcartridges verwijdert voordat u de printer verzendt.
Inktcartridges die tijdens de verzending in de printer zitten, gaan lekken waardoor de
printermotor en andere onderdelen worden bedekt met toner.
Ter voorkoming van schade aan de inktcartridge moet u de rol niet aanraken en de
inktcartridge bewaren in het oorspronkelijke verpakkingsmateriaal of op een manier waarop
deze niet wordt blootgesteld aan licht.
1. Verwijder de vier inktcartridges en verzend deze afzonderlijk.
2. Verwijder de optionele Lade 3 en verzend deze afzonderlijk.
3. Gebruik, indien mogelijk, de oorspronkelijke doos en het oorspronkelijke
verpakkingsmateriaal. Als u het verpakkingsmateriaal van de printer al hebt
weggegooid, kunt u contact opnemen met een lokale verzenddienst voor informatie over
het opnieuw inpakken van de printer. U kunt het beste de apparatuur verzekeren
voordat u deze verzendt.
NLWW Printer opnieuw inpakken 207
208 Bijlage B Service en ondersteuning NLWW
Printerspecificaties
Informatie over de specificaties
De printerspecificaties geven informatie over het formaat en gewicht van de printer, de
stroomvereisten en het stroomverbruik en hoeveel geluid de printer maakt. In de
specificaties wordt ook beschreven hoe de verschillende bedieningsmodi van de printer het
stroomverbruik, de warmteafgifte en het geluid beïnvloeden.
Afmetingen
Product Hoogte Diepte Breedte Gewicht
HP Color
LaserJet 3550
series printer
467 mm 447 mm 499,5 mm 32,5 kg
HP Color
LaserJet 3550
series printer met
optionele Lade 3
603 mm 447 mm 499,5 mm 38 kg
HP Color
LaserJet 3700
series printer
467 mm 447 mm 499,5 mm 33,5 kg
HP Color
LaserJet 3700
series printer met
optionele Lade 3
603 mm 447 mm 499,5 mm 38,8 kg
HP Jetdirect
en3700 externe
printserver
35 mm 131 mm 102 mm 0,159 kg
WAARSCHU-
WING
De stroomvereisten zijn gebaseerd op het land/de regio waar de printer wordt verkocht.
Verander niets aan de ingestelde spanning. Veranderingen kunnen leiden tot beschadiging
van de printer en de garantie doen vervallen.
NLWW Informatie over de specificaties 209
Elektrische specificaties (HP Color LaserJet 3700 series printer)
Artikel Modellen voor 110 V Modellen voor 220 V
Stroomvereisten 100 tot 127 V (+/- 10%)
50 tot 60 Hz (+/- 2 Hz)
220 tot 240 V (+/- 10%)
50 tot 60 Hz (+/- 2 Hz)
Aanbevolen minimumcapaciteit
van de stroomkring
5,3 A 3 A
Elektrische specificaties (HP Color LaserJet 3550 series printer)
Artikel Modellen voor 110 V Modellen voor 230 V
Stroomvereisten 100 tot 127 V (+/- 10%)
50 tot 60 Hz (+/- 2 Hz)
220 tot 240 V (+/- 10%)
50 tot 60 Hz (+/- 2 Hz)
Aanbevolen minimumcapaciteit
van de stroomkring
5,3 A 3,0 A
Stroomverbruik (gemiddeld, in watt)
1
Product-
model
Afdrukken
2
Klaar
3
PowerSave
4
Uit Warmteafgifte
bij status
Klaar (BTU/
uur)
HP Color
LaserJet 3550
350 16 8 0,2 55
HP Color
LaserJet
3500n
350 17 10 0,2 58
HP Color
LaserJet 3700
400 25 14,5 0,3 85
HP Color
LaserJet
3700n
400 25 14,5 0,3 85
HP Color
LaserJet
3700dn
400 26 14,5 0,3 89
HP Color
LaserJet
3700dtn
400 26 14,5 0,3 89
1
Het stroomverbruik wordt vermeld op basis van de hoogstgemeten waarden bij afdrukken
in kleur en zwart-wit met standaardvoltages.
2
De afdruksnelheid is 16 PPM voor materiaal van het formaat Letter en 16 PPM voor
materiaal van het formaat A4.
3
Standaard heeft de printer 30 minuten nodig om over te schakelen van de modus Klaar
naar de modus PowerSave.
4
De printer heeft 12 seconden nodig om vanuit de modus PowerSave te beginnen met
afdrukken.
210 Bijlage C Printerspecificaties NLWW
Opmerking
Deze waarden zijn onder voorbehoud van wijzigingen. Ga naar http://www.hp.com/support/
clj3550 voor recente informatie over de HP Color LaserJet 3550 series printer en naar
http://www.hp.com/support/clj3700 voor de HP Color LaserJet 3700 series printer.
Akoestische emissie (HP Color LaserJet 3700 series printer)
Geluidsniveau Volgens ISO 9296
Afdrukken (16 PPM)
1
L
WAd
= 6,4 Bel (A) [64 dB (A)]
Klaar
L
WAd
= 5,5 Bel (A) [55 dB (A)]
Geluidsdruk: positie van omstander Volgens ISO 9296
Afdrukken (16 PPM)
1
L
pAm
= 49 dB (A)
Klaar
L
pAm
= 39 dB (A)
1
De afdruksnelheid is 16 PPM voor materiaal van het formaat Letter en 16 PPM voor
materiaal van het formaat A4.
Akoestische emissie (HP Color LaserJet 3550 series printer)
1
Geluidsniveau Volgens ISO 9296
Afdrukken (16 PPM)
2
L
WAd
= 6,4 Bel (A) [64 dB (A)]
Klaar
L
WAd
= 4,9 Bel (A) [49 dB (A)]
Geluidsdruk: positie van omstander Volgens ISO 9296
Afdrukken (16 PPM)
2
L
pAm
= 49 dB (A)
Klaar
L
pAm
= 32 dB (A)
1
Getest met de HP Color LaserJet 3550 in de modus voor enkelzijdig afdrukken.
2
De afdruksnelheid is 16 PPM voor materiaal van het formaat Letter en 16 PPM voor
materiaal van het formaat A4.
Opmerking
Deze waarden zijn onder voorbehoud van wijzigingen. Ga naar http://www.hp.com/support/
clj3550 voor recente informatie over de HP Color LaserJet 3550 series printer en naar
http://www.hp.com/support/clj3700 voor de HP Color LaserJet 3700 series printer.
Specificaties voor de werkomgeving
Omgeving Aanbevolen Toegestaan
Temperatuur 17 tot 25° C 10 tot 27° C
Vochtigheid 20 tot 60% RH 10 tot 70% RH
Hoogte Niet van toepassing. 0 tot 2600 m
Opmerking
Deze waarden zijn onder voorbehoud van wijzigingen. Ga naar http://www.hp.com/support/
clj3550 voor recente informatie over de HP Color LaserJet 3550 series printer en naar
http://www.hp.com/support/clj3700 voor de HP Color LaserJet 3700 series printer.
NLWW Informatie over de specificaties 211
212 Bijlage C Printerspecificaties NLWW
Overheidsinformatie
FCC-voorschriften
Deze apparatuur is getest en in overeenstemming bevonden met de beperkingen voor een
elektronisch apparaat van Klasse B, conform Deel 15 van de FCC-voorschriften. De limieten
moeten in een woonomgeving een redelijke bescherming bieden tegen storing. Deze
apparatuur produceert en gebruikt energie in het radiofrequentiegebied en kan deze
uitstralen. Als dit apparaat niet volgens de instructies wordt geïnstalleerd en gebruikt, kan dit
leiden tot ernstige storing van de radiocommunicatie. Er is echter geen garantie dat in
bepaalde situaties geen storing zal optreden. Als deze apparatuur schadelijke storing in
radio- of televisie-ontvangst veroorzaakt, hetgeen kan worden vastgesteld door de
apparatuur uit en weer aan te zetten, kan de gebruiker proberen deze storing op te heffen
op een of meer van de volgende manieren:
Verplaats de ontvangstantenne of richt deze anders.
Vergroot de afstand tussen het apparaat en de ontvanger.
Sluit de apparatuur aan op een stopcontact van een andere stroomkring dan die waarop
het ontvangstapparaat is aangesloten.
Raadpleeg de dealer of een ervaren radio- en TV-monteur.
Opmerking
Veranderingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk door Hewlett-Packard zijn
goedgekeurd, kunnen de bevoegdheid van de gebruiker om met deze apparatuur te werken,
tenietdoen.
Om te voldoen aan de limieten voor apparaten uit de klasse B zoals gesteld in Deel 15 van
de FCC-voorschriften, is het gebruik van een afgeschermde interfacekabel verplicht.
Programma voor milieuvriendelijke producten
Milieubescherming
Hewlett-Packard Company spant zich in om op milieuvriendelijke wijze kwalitatief
hoogstaande producten te leveren. Het ontwerp van dit product bevat dan ook diverse
kenmerken die de effecten op het milieu beperken.
Ozonproductie
Dit product brengt geen meetbaar ozongas (O
3
) voort.
NLWW Programma voor milieuvriendelijke producten 213
Minder energieverbruik
Het energieverbruik daalt aanzienlijk in de modus PowerSave (laag energieverbruik). Dat
betekent niet alleen een besparing op natuurlijke hulpbronnen, maar ook op geld, zonder dat
de hoge prestaties van deze printer worden beïnvloed. Dit product voldoet aan de vereisten
van het ENERGY STAR®-programma (versie 3.0). Dit is een vrijwillig programma voor de
ontwikkeling van kantoorproducten met efficiënt energieverbruik.
ENERGY STAR® is een gedeponeerd handelsmerk in de Verenigde Staten. Als partner van
ENERGY STAR® heeft Hewlett-Packard Company bepaald dat dit product voldoet aan de
richtlijnen van ENERGY STAR® voor efficiënt energieverbruik. Zie
http://www.energystar.gov/ voor meer informatie.
Tonerverbruik
In de modus Concept wordt aanzienlijk minder toner gebruikt, waardoor de levensduur van
de tonercartridge wordt verlengd.
Papierverbruik
De optionele functie voor automatisch dubbelzijdig afdrukken (duplex afdrukken) van dit
product vermindert het papierverbruik en de daarmee samenhangende belasting van
natuurlijke hulpbronnen. Zie
Dubbelzijdig afdrukken (duplex) voor meer informatie.
Opmerking
De HP Color LaserJet 3550, 3550n, 3700 en 3700n printers bieden ondersteuning voor de
modus voor handmatig dubbelzijdig afdrukken (zie
Handmatig dubbelzijdig afdrukken voor
dubbelzijdig afdrukken).
Plastic onderdelen
Kunststof onderdelen zwaarder dan 25 gram zijn volgens internationale normen
gemarkeerd, waardoor aan het einde van de levensduur van het product beter kan worden
bepaald hoe de kunststof onderdelen moeten worden afgevoerd.
Afdrukbenodigdheden voor de HP LaserJet
In veel landen/regio's kunnen de printerbenodigdheden voor dit product (tonercartridges) in
het kader van het 'HP Printing Supplies Returns and Recycling Program' aan HP worden
geretourneerd. Dit eenvoudige, gratis retourneringsprogramma is beschikbaar in meer dan
30 landen/regio's. Informatie en instructies in meerdere talen vindt u in elke nieuwe
verpakking met tonercartridges of andere afdrukbenodigdheden voor HP LaserJet.
214 Bijlage D Overheidsinformatie NLWW
Informatie over het HP Printing Supplies Returns and
Recycling Program
Sinds 1992 kunnen HP LaserJet benodigdheden gratis worden geretourneerd aan HP voor
recycling. Het retourneringsprogramma is beschikbaar in 86% van alle landen/regio's waar
dergelijke HP LaserJet benodigdheden worden verkocht. In de meeste verpakkingen met
HP LaserJet tonercartridges vindt u gefrankeerde en geadresseerde etiketten in de
gebruikershandleiding. Etiketten en verpakkingen zijn ook verkrijgbaar via:
http://www.hp.com/recycle.
Wereldwijd zijn in 2002 meer dan 10 miljoen HP LaserJet tonercartridges gerecycled via het
retourneringsprogramma van HP Planet Partners. Hierdoor is ruim 13 miljoen kilo restafval
van tonercartridges niet op de vuilnisbelt beland. Wereldwijd heeft HP gemiddeld 80% van
het totale gewicht aan kunststof en metalen van de gebruikte tonercartridges gerecycled.
Kunststof en metalen worden gebruikt om nieuwe producten te maken, zoals HP-producten,
plastic bakjes en spoelen. De andere materialen worden op een milieuvriendelijke manier
afgebroken.
In de V.S.: om gebruikte cartridges en andere benodigdheden in te zamelen op een
manier die het milieu zo weinig mogelijk belast, wordt u gevraagd om deze materialen in
grotere hoeveelheden terug te zenden. Verpak twee of meer cartridges bij elkaar en
gebruik het vooruitbetaalde, geadresseerde UPS-etiket dat in de doos is meegeleverd.
Bel voor meer informatie in de Verenigde Staten +1-800-340-2445 of ga naar de website
van HP op http://www.hp.com/go/recycle.
Retourneren buiten de V.S. Klanten buiten de V.S. kunnen de website
http://www.hp.com/recycle bezoeken voor meer informatie over de beschikbaarheid van
het HP Supplies Returns and Recycling Program.
Papier
Deze printer is geschikt voor kringlooppapier, mits het papier voldoet aan de richtlijnen die
worden vermeld in de HP LaserJet Printer Family Print Media Specification Guide. Dit
product is geschikt voor het gebruik van kringlooppapier dat voldoet aan de norm
EN12281:2002.
Materiaalbeperkingen
Dit HP-product bevat geen batterijen.
Dit product bevat geen toegevoegd kwik.
Material Safety Data Sheet (MSDS, chemiekaart)
Ga naar de website van HP op http://www.hp.com/go/msds voor Material Safety Data
Sheets (MSDS, chemiekaart) als u wilt nagaan of bepaalde benodigdheden chemische
stoffen bevatten.
NLWW Programma voor milieuvriendelijke producten 215
Verlenging van de garantie
Met HP SupportPack kunt u de garantieduur voor HP-apparatuur en voor alle door HP
geleverde interne onderdelen verlengen. Deze garantie is 3 jaar geldig vanaf de datum van
aanschaf van het HP-product. U moet HP SupportPack binnen 90 dagen na aankoop van
het HP-product aanschaffen. Neem voor verdere informatie contact op met
HP Klantenondersteuning. Zie
Beperkte garantie van Hewlett-Packard.
Meer informatie
Meer informatie over onderwerpen met betrekking tot het milieu:
Milieuprofielblad voor dit product en andere verwante producten van HP
Inzet van HP voor het milieu
Het milieubeheersysteem van HP
Het retournerings- en recycleprogramma van HP voor verbruikte producten
Material Safety Data Sheets (chemiekaarten)
Ga naar http://www.hp.com/go/environment of http://www.hp.com/hpinfo/community/
environment/productinfo/safety.
216 Bijlage D Overheidsinformatie NLWW
Conformiteitsverklaring
Conformiteitsverklaring
volgens ISO/IEC-richtlijn 22 en EN45014
Naam fabrikant: Hewlett-Packard Company
Adres fabrikant: 11311 Chinden Boulevard
Boise, Idaho 83714-1021, Verenigde Staten
verklaart dat het product
Naam product: HP Color LaserJet 3500
HP Color LaserJet 3550
Modelnummer:
3)
BOISB-0302-01
Productopties: Alle
voldoet aan de volgende productspecificaties:
VEILIGHEID: IEC 60950:1999/EN60950: 2000
IEC 60825-1:1993 + A1:1997 +A2:2001/EN 60825-1:1994 +A11:1996 + A2:2001 (Class 1 Laser/LED Product)
GB4943-2001
Elektromagnetische
compatibiliteit (EMC):
CISPR 22:1997/EN 55022:1998 Klasse B
1)
EN 61000-2-3:2000
EN 61000-3-3:1995\A1
EN 55024:1998
FCC Titel 47 CFR, Deel 15 Klasse B
2)
/ICES-003, Issue 4
GB9254-1998, GB17625.1-2003
Aanvullende informatie:
Dit product voldoet aan de eisen van de EMC-richtlijn 89/336/EEC en de Laagspanningsrichtlijn 73/23/EEC en is dienovereenkomstig
voorzien van de CE-aanduiding.
1) Het product is getest in een normale configuratie met een Hewlett-Packard PC-systeem.
2) Dit apparaat voldoet aan Deel 15 van de FCC-voorschriften. De werking moet voldoen aan de volgende twee voorwaarden: (1) Dit
apparaat mag geen schadelijke storing veroorzaken, en (2) dit apparaat moet storingen die het ontvangt accepteren, inclusief storingen die
ongewenste effecten hebben op de werking.
3) Dit product bevat vanwege overheidsvoorschriften een modelnummer. Dit nummer moet u niet verwarren met de productnamen of de
productnummers.
Boise, Idaho 83713, Verenigde Staten
1 augustus 2004
Alleen voor vragen over de overheidsvoorschriften:
Australië:
Product Regulations Manager, Hewlett-Packard Australia, Ltd., 31-41 Joseph Street, Blackburn, Victoria 3130,
Australië
Contactadres in
Europa
Uw plaatselijke Hewlett-Packard verkoop- en servicekantoor of Hewlett-Packard Gmbh, Department HQ-TRE /
Standards Europe, Herrenberger Straße 140, Böblingen, D-71034, Germany (FAX+49-7031-14-3143)
Contactadres in de
V.S.
Product Regulations Manager, Hewlett-Packard Company, PO Box 15, Mail Stop 160, Boise, ID 83707-0015,
Verenigde Staten (Telefoon: 208-396-6000)
NLWW Conformiteitsverklaring 217
Conformiteitsverklaring
volgens ISO/IEC-richtlijn 22 en EN45014
Naam fabrikant: Hewlett-Packard Company
Adres fabrikant: 11311 Chinden Boulevard
Boise, Idaho 83714-1021, Verenigde Staten
verklaart dat het product
Naam product: HP Color LaserJet 3700/3700n/3700dn/3700dtn
Modelnummer
4)
BOISB-0302-00
IInclusief
Q2486A - Optionele invoerlade voor 500 vel
Productopties: Alle
voldoet aan de volgende productspecificaties:
VEILIGHEID: IEC 60950:1999/EN60950: 2000
IEC 60825-1:1993 + A1:1997 +A2:2001 / EN 60825-1:1994 +A11:1996 + A2:2001 (Klasse 1 Laser/LED Product) /
GB4943-2001
Elektromagnetische
compatibiliteit (EMC):
CISPR 22:1997/EN 55022:1998 Klasse B
1), 3)
EN 61000-2-3:2000
EN 61000-3-3:1995\A1
EN 55024:1998
FCC Titel 47 CFR, Deel 15 Klasse B
2)
/ICES-003, Issue 4/GB9254-1998, GB17625.1-2003
Aanvullende informatie:
Dit product voldoet aan de eisen van de EMC-richtlijn 89/336/EEC en de Laagspanningsrichtlijn 73/23/EEC en is dienovereenkomstig
voorzien van de CE-aanduiding.
1) Het product is getest in een normale configuratie met een Hewlett-Packard PC-systeem.
2) Dit apparaat voldoet aan Deel 15 van de FCC-voorschriften. De werking moet voldoen aan de volgende twee voorwaarden: (1) Dit
apparaat mag geen schadelijke storing veroorzaken, en (2) dit apparaat moet storingen die het ontvangt accepteren, inclusief storingen die
ongewenste effecten hebben op de werking.
3) Het product bevat LAN-opties (Local Area Network). Als de interfacekabel is aangesloten op LAN-aansluitingen, voldoet het product aan de
eisen van EN55022 Klasse A, waarbij de volgende punten van toepassing zijn: "Waarschuwing. Dit is een Klasse A-product. In een huiselijke
omgeving kan dit product radiostoring veroorzaken waarbij de gebruiker de juiste maatregelen moet treffen".
4) Dit product bevat vanwege overheidsvoorschriften een modelnummer. U moet dit nummer niet verwarren met de productnamen (HP Color
LaserJet 3700 series) of de productnummers (Q1321A, Q1322A, Q1323A, Q1324A).
Boise, Idaho 83713, Verenigde Staten
1 augustus 2004
Alleen voor vragen over de overheidsvoorschriften:
Australië:
Product Regulations Manager, Hewlett-Packard Australia, Ltd., 31-41 Joseph Street, Blackburn, Victoria 3130,
Australië
Contactadres in
Europa
Uw plaatselijke Hewlett-Packard verkoop- en servicekantoor of Hewlett-Packard Gmbh, Department HQ-TRE /
Standards Europe, Herrenberger Straße 140, Böblingen, D-71034, Germany (FAX+49-7031-14-3143)
Contactadres in de
V.S.
Product Regulations Manager, Hewlett-Packard Company, PO Box 15, Mail Stop 160, Boise, ID 83707-0015,
Verenigde Staten (Telefoon: 208-396-6000)
218 Bijlage D Overheidsinformatie NLWW
Conformiteitsverklaring
volgens ISO/IEC-richtlijn 22 en EN45014
Naam fabrikant: Hewlett-Packard Company
Adres fabrikant: 8000 Foothills Blvd.
Roseville, Californië 95747-5677, Verenigde Staten
verklaart dat het product
Naam product: Jetdirect en3700 externe printserver
Modelnummer
2)
RSVLD--0101
Modelnummer, J7942A
voldoet aan de volgende productspecificaties:
VEILIGHEID:
IEC 60950: 1999 3
e
Editie / EN 60950: 2000
IEC 60825-1: 1993 +A1:1997 +A2:2001 / EN 60825-1: 1994 +A11:1996 +A2:2001 Klasse 1 (Laser/LED)
GB 4943: 1995
Elektromagnetische
compatibiliteit (EMC):
EN 55022: 1998 Klasse B
1)
FCC Titel 47 CFR, Deel 15 Klasse B
ICES-003 uitgave 4: 2004
EN 55024: 1998 +A1 2001 + A2: 2003
EN 61000-3-2: 2000
EN 61000-3-3 +A1: 2001
GB 9254: 1998
Aanvullende informatie:
1) Dit product voldoet aan de eisen van de EMC-richtlijn 89/336/EEG en de Laagspanningsrichtlijn 73/23/EEG en is dienovereenkomstig
voorzien van de CE-aanduiding.
2) Dit product bevat een modelnummer vanwege overheidsvoorschriften. U moet dit nummer niet verwarren met de productnamen of de
productnummers.
Dit product is getest in normale configuraties met producten van Hewlett-Packard Co.
Roseville, Californië 95747, Verenigde Staten
24 maart 2004
Alleen voor vragen over de overheidsvoorschriften:
Contactadres in
Europa
Uw plaatselijke Hewlett-Packard verkoop- en servicekantoor of Hewlett-Packard Gmbh, Department HQ-TRE /
Standards Europe, Herrenberger Straße 140, Böblingen, D-71034, Duitsland (FAX+49-7031-14-3143)
Contactadres in de
V.S.
Hewlett Packard Co. Corporate Product Regulations Manager, 3000 Hanover Street, Palo Alto, CA 94304, Verenigde
Staten (Telefoonnummer: +1-650-857-1501)
NLWW Conformiteitsverklaring 219
Veiligheidsverklaringen
Laserverklaring
Het Center for Devices and Radiological Health (CDRH) van de Amerikaanse Food and
Drug Administration heeft een aantal voorschriften geïmplementeerd voor laserproducten
die zijn gefabriceerd na 1 augustus 1976. Het opvolgen van deze voorschriften is verplicht
voor producten die worden verkocht binnen de Verenigde Staten. Deze printer is
goedgekeurd als een laserproduct "Klasse 1" volgens de Radiation Performance Standard
van het Amerikaanse DHHS (Department of Health and Human Services) conform de
Radiation Control for Health and Safety Act van 1968. Aangezien de straling die binnen de
printer tot stand komt, volledig binnen de beschermende behuizing en externe kleppen blijft,
kan de laserstraal tijdens geen enkele fase van de normale bediening ontsnappen.
WAARSCHU-
WING
Het gebruik van bedieningselementen, het aanbrengen van wijzigingen of het uitvoeren van
andere procedures dan beschreven in deze gebruikershandleiding, kan leiden tot
blootstelling aan gevaarlijke straling.
Canadese DOC-voorschriften
Deze printer voldoet aan de Canadese eisen voor elektromagnetische straling (EMC) voor
apparaten van Klasse B.
« Conforme à la classe B des normes canadiennes de compatibilité électromagnétiques.
« CEM ». »
EMI-verklaring voor Korea
VCCI-verklaring (Japan)
220 Bijlage D Overheidsinformatie NLWW
Laserverklaring voor Finland
Luokan 1 laserlaite
Klass 1 Laser Apparat
HP Color LaserJet 3550, 3550n, 3700, 3700n, 3700dn, 3700dtn, laserkirjoitin on käyttäjän
kannalta turvallinen luokan 1 laserlaite. Normaalissa käytössä kirjoittimen suojakotelointi
estää lasersäteen pääsyn laitteen ulkopuolelle. Laitteen turvallisuusluokka on määritetty
standardin EN 60825-1 (1994) mukaisesti.
VAROITUS!
Laitteen käyttäminen muulla kuin käyttöohjeessa mainitulla tavalla saattaa altistaa käyttäjän
turvallisuusluokan 1 ylittävälle näkymättömälle lasersäteilylle.
VARNING!
Om apparaten används på annat sätt än i bruksanvisning specificerats, kan användaren
utsättas för osynlig laserstrålning, som överskrider gränsen för laserklass 1.
HUOLTO
HP Color LaserJet 3550, 3550n, 3700, 3700n, 3700dn, 3700dtn -kirjoittimen sisällä ei ole
käyttäjän huollettavissa olevia kohteita. Laitteen saa avata ja huoltaa ainoastaan sen
huoltamiseen koulutettu henkilö. Tällaiseksi huoltotoimenpiteeksi ei katsota väriainekasetin
vaihtamista, paperiradan puhdistusta tai muita käyttäjän käsikirjassa lueteltuja, käyttäjän
tehtäväksi tarkoitettuja ylläpitotoimia, jotka voidaan suorittaa ilman erikoistyökaluja.
VARO!
Mikäli kirjoittimen suojakotelo avataan, olet alttiina näkymättömällelasersäteilylle laitteen
ollessa toiminnassa. Älä katso säteeseen.
VARNING!
Om laserprinterns skyddshölje öppnas då apparaten är i funktion, utsättas användaren för
osynlig laserstrålning. Betrakta ej strålen. Tiedot laitteessa käytettävän laserdiodin
säteilyominaisuuksista: Aallonpituus 775-795 nm Teho 5 m W Luokan 3B laser.
NLWW Veiligheidsverklaringen 221
222 Bijlage D Overheidsinformatie NLWW
Werken met geheugenkaarten
en printservers
Printergeheugen
De HP Color LaserJet 3700 series printer beschikt over drie DIMM-sleuven (Dual Inline
Memory Module).
Opmerking
Voor maximale flexibiliteit bij gebruik van DIMM's biedt de formatter drie 168-pins DIMM-
sleuven en een vierde 100-pins DIMM-sleuf.
Deze DIMM-sleuven kunnen gebruikt worden voor het upgraden van de printer met het
volgende:
meer printergeheugen - DIMM's zijn verkrijgbaar met 64, 128 en 256 MB
flash-DIMM's - verkrijgbaar in 4 MB. In tegenstelling tot standaard printergeheugen
kunnen Flash-DIMM's gebruikt worden om gedownloade opties permanent in de printer
op te slaan, zelfs wanneer de printer uit staat.
op DIMM's gebaseerde extra lettertypen, macro's en sjablonen.
andere op DIMM's gebaseerde printertalen en printeropties.
U wilt wellicht meer geheugen aan de printer toevoegen als u dikwijls complexe
afbeeldingen of PostScript-documenten afdrukt of veel gedownloade lettertypen gebruikt.
Extra geheugen stelt de printer tevens in staat om meerdere, gesorteerde exemplaren op
maximale snelheid af te drukken.
Opmerking
De SIMM's (Single In-line Memory Modules) die bij eerdere HP LaserJet printers werden
gebruikt, zijn niet compatibel met deze printer.
Opmerking
Zie voor het bestellen van DIMM's Printerbenodigdheden en accessoires.
Alvorens extra geheugen te bestellen is het verstandig om een configuratiepagina af te
drukken en te controleren hoeveel geheugen er reeds geïnstalleerd is.
Een configuratiepagina afdrukken
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
2. Druk op
om Informatie te markeren.
3. Druk op
om Informatie te selecteren.
4. Druk op
om CONFIGURATIE AFDRUKKEN te markeren.
5. Druk op
om de configuratiepagina af te drukken.
NLWW Printergeheugen 223
Geheugen- en lettertype-DIMM's installeren
Voor de printer kunt u extra geheugen installeren en daarnaast kunt u eveneens een
lettertype-DIMM installeren voor het afdrukken van bijvoorbeeld Chinese tekens of het
Cyrillisch alfabet.
VOORZICHTIG
DIMM's kunnen door statische elektriciteit worden beschadigd. Draag bij het hanteren van
DIMM's een antistatische polsband of raak regelmatig de antistatische verpakking van de
DIMM aan en raak vervolgens blank metaal op de printer aan.
Geheugen- en lettertype-DIMM's installeren
1. Zet de printer uit.
2. Verwijder alle netsnoeren en interfacekabels.
224 Bijlage E Werken met geheugenkaarten en printservers NLWW
3. Open de DIMM-toegangsklep voorzichtig met een platte schroevendraaier. Verwijder de
klep door deze naar de achterkant van de printer te trekken.
4. Draai de schroeven los waarmee de klep van de formatter op de printer is vastgemaakt.
Verwijder de klep van de formatter.
5. Haal de DIMM uit de antistatische verpakking. Zoek naar de inkepingen in de onderrand
van de DIMM.
NLWW Geheugen- en lettertype-DIMM's installeren 225
6. Houd de DIMM bij de randen vast en breng de inkepingen van de DIMM in lijn met de
strepen van de DIMM-sleuf.
7. Duw tenslotte de DIMM recht in de sleuf. Duw de vergrendelingen aan weerszijden van
de DIMM naar binnen tot ze op hun plaats klikken.
Opmerking
Als u problemen hebt met het aanbrengen van de DIMM of met het sluiten van de
vergrendelingen, moet u ervoor zorgen dat de inkepingen in de onderrand van de DIMM
gelijkliggen met de strepen van de sleuf. Als de DIMM nog steeds niet aangebracht kan
worden, controleert u of u het juiste type DIMM probeert te installeren.
226 Bijlage E Werken met geheugenkaarten en printservers NLWW
8. Breng de klep van de formatter-kaart in lijn met de inkepingen aan de onderkant van de
sleuf en draai de schroef aan om de formatter-kaart op de printer te bevestigen.
9. Plaats de DIMM-toegangsklep weer terug door de lipjes op de klep in de sleuven van de
printer te steken. Duw de klep dicht.
10. Sluit het netsnoer en de USB-kabel of parallelle kabel opnieuw aan.
NLWW Geheugen- en lettertype-DIMM's installeren 227
11. Zet de printer aan.
12. Als u een geheugen-DIMM geïnstalleerd hebt, gaat u naar Geheugen activeren. Als u
een lettertype-DIMM geïnstalleerd hebt, gaat u naar
De lettertype-DIMM activeren.
Geheugen activeren
Als u een geheugen-DIMM geïnstalleerd hebt, moet de printerdriver zo ingesteld worden dat
het extra geheugen gedetecteerd wordt.
Ga als volgt te werk om in Windows geheugen te activeren
1. Selecteer in het menu Start de optie Instellingen en klik op Printers of Printers en faxen.
2. Selecteer deze printer en selecteer Eigenschappen.
3. Klik op het tabblad Configureren op Meer.
4. Typ of selecteer in het veld Totaal geheugen de totale grootte van het geheugen dat nu
geïnstalleerd is.
5. Klik op OK.
6. Ga naar
Installatie van een DIMM controleren.
De lettertype-DIMM activeren
Als u een lettertype-DIMM in de printer geïnstalleerd hebt, moet u voor de juiste werking van
de DIMM in de printerdriver de optie Lettertype-DIMM selecteren.
Ga als volgt te werk om de lettertypen van de PCL 6-printerdriver voor
Windows te activeren
1. Klik in het menu Start op de optie Instellingen en klik op Printers.
2. Selecteer deze printer en selecteer Eigenschappen.
3. Klik op het tabblad Configureren op Meer.
4. Plaats een vinkje in het aankruisvakje Lettertype-DIMM.
5. Klik in het dialoogvenster Lettertype-DIMM's configureren op Toevoegen om het
lettertypebestand toe te voegen.
228 Bijlage E Werken met geheugenkaarten en printservers NLWW
6. Blader in het dialoogvenster Lettertype-DIMM toevoegen naar de locatie van het
lettertypebestand en klik op OK.
7. Selecteer in het dialoogvenster Lettertype-DIMM's configureren de geïnstalleerde
DIMM.
8. Klik op OK.
9. Druk een configuratiepagina af. Zie
Configuratiepagina.
Installatie van een DIMM controleren
Controleer of de DIMM's juist geïnstalleerd zijn en naar behoren werken.
Ga als volgt te werk om installatie van een DIMM te controleren
1. Zet de printer aan. Controleer of na het opstarten het Klaar-lampje van de printer gaat
branden. Als een foutmelding verschijnt, is het mogelijk dat een DIMM niet juist is
geïnstalleerd.
2. Druk een configuratiepagina af. Zie
Configuratiepagina.
3. Controleer het gedeelte Geïnstalleerde personality's en opties op de configuratiepagina
en vergelijk dat met de configuratiepagina die vóór de installatie van de DIMM is
afgedrukt.
4. Als de hoeveelheid geheugen niet is toegenomen, kan dat de volgende oorzaken hebben:
De DIMM is wellicht niet goed geïnstalleerd. Herhaal de installatieprocedure.
De DIMM is mogelijk defect. Probeer een nieuwe DIMM.
NLWW Geheugen- en lettertype-DIMM's installeren 229
Een kaart voor de HP Jetdirect-printserver installeren in de
HP Color LaserJet 3700 series printer
Het basismodel van de printer beschikt over een EIO-sleuf waarin een HP Jetdirect
printserver geïnstalleerd kan worden.
Een HP Jetdirect printserver installeren
1. Zet de printer uit.
2. Verwijder alle netsnoeren en interfacekabels.
230 Bijlage E Werken met geheugenkaarten en printservers NLWW
3. Zoek naar een lege EIO-sleuf. Verwijder de twee schroeven waarmee het dekplaatje
van de EIO-sleuf op de printer is vastgezet en verwijder het dekplaatje. Deze schroeven
en het klepje hebt u later nodig.
4. Steek de HP JetDirect printserver stevig in de EIO-sleuf. Breng de bij de printserver
geleverde schroeven aan en draai ze vast
5. Sluit de netwerkkabel aan.
NLWW
Een kaart voor de HP Jetdirect-printserver installeren in de HP Color LaserJet 3700
series printer 231
6. Sluit het netsnoer opnieuw aan en schakel de printer in.
7. Druk een configuratiepagina af (zie Configuratiepagina). Naast een configuratiepagina
voor de printer en de pagina Voorraadstatus wordt voor de HP Jetdirect printserver een
configuratiepagina afgedrukt met informatie over de configuratie en de status van het
netwerk.
Als deze pagina niet wordt afgedrukt, moet u de printserver verwijderen en opnieuw
installeren om ervoor te zorgen dat deze goed in de sleuf is aangebracht.
8. Voer een van de volgende stappen uit:
Kies de juiste poort. Raadpleeg de documentatie van de computer of het
besturingssysteem voor instructies.
Installeer de software opnieuw waarbij u deze keer de optie voor netwerkinstallatie kiest.
232 Bijlage E Werken met geheugenkaarten en printservers NLWW
Woordenlijst
afdrukmateriaal
Het papier, de etiketten, de transparanten of ander materiaal waarop door de
printer een afbeelding wordt afgedrukt.
bak
Een opvangplaats voor afgedrukte pagina's.
bedieningspaneel
Het gedeelte van de printer met de knoppen en het uitleesvenster (display).
Het bedieningspaneel wordt gebruikt om printerinstellingen op te geven en
de printerstatus te bekijken.
benodigdheden
Materiaal dat door de printer wordt opgebruikt en na verloop van tijd moet
worden vervangen. De afdrukbenodigdheden voor de printer bestaan uit vier
inktcartridges, de transfereenheid en de fuser.
bidirectionele communicatie
Gegevensoverdracht in twee richtingen.
BOOTP
Afkorting voor Bootstrap Protocol; een Internet-protocol waarmee een
computer het eigen IP-adres kan vinden.
DHCP
Afkorting voor Dynamic Host Configuration Protocol. DHCP wordt gebruikt
door afzonderlijke computers en randapparaten in een netwerk voor het
zoeken naar de eigen configuratie-informatie, inclusief het IP-adres.
DIMM
Afkorting voor Dual In-line Memory Module. Een kleine elektronische kaart
met geheugen-chips.
dubbelzijdig
Een functie voor het dubbelzijdig afdrukken van papier.
EIO
Afkorting voor Enhanced Input/Output. Een hardware-interface die wordt
gebruikt voor het toevoegen van een interne printserver, een
netwerkadapter, een vaste schijf of een ander plug-in-apparaat voor een
printer van HP.
Emulated PostScript
Software voor het emuleren van Adobe PostScript, een programmeertaal
voor beschrijving van een afgedrukte pagina.
EPS
Afkorting voor Encapsulated PostScript (een bepaald type grafisch bestand).
NLWW Woordenlijst 233
firmware
Programmeringsinstructies die zijn opgeslagen in een alleen-lezen
geheugeneenheid in de printer.
fuser
Het gedeelte van de printer dat hitte gebruikt voor het vastsmelten van de
toner op het papier of ander afdrukmateriaal.
geheugenlabel
Een geheugenpartitie met een specifiek adres.
grijswaarden
Diverse grijstinten.
halftoonpatroon
Een halftoonpatroon gebruikt inktstippen van diverse grootte voor levering
van een gelijkmatige afbeelding zoals een foto.
HP Jetdirect
Een product van HP voor het afdrukken via een netwerk.
HP Web Jetadmin
Door handelsmerk beschermde software van HP waarmee een gebruiker
een computer kan aanwenden voor beheer van randapparaten die op een
HP Jetdirect printserver zijn aangesloten.
HP werkset
Software waarmee toegang kan worden verkregen tot de printerfuncties
vanaf de computer.
I/O
Afkorting voor Input/Output en verwijst naar instellingen van de
computerpoort.
IP-adres
Een uniek nummer dat wordt toegewezen aan een computer die deel
uitmaakt van een netwerk.
IPX/SPX
Afkorting voor Internetwork Packet Exchange/Sequenced Packet Exchange.
Kiezer
Een hulpprogramma op de Macintosh waarmee u een apparaat kunt
selecteren.
lade
Een bewaarplaats voor leeg papier.
lettertype
Een volledige serie letters, cijfers en symbolen.
macro
Een enkele toetscombinatie of opdracht die een serie acties of instructies
veroorzaakt.
monochroom
Zwart-wit. Zonder kleur.
234 Woordenlijst NLWW
mopy
Een term van HP voor het maken van "multiple original prints" (het maken
van meerdere originele afdrukken).
netwerk
Een systeem van computers die met elkaar zijn verbonden via telefoonlijnen
of op een andere manier voor het delen van informatie.
netwerkbeheerder
De persoon die toezicht houdt over een netwerk.
paginabuffer
Tijdelijk printergeheugen dat wordt gebruikt voor het bewaren van de
paginagegevens terwijl de printer bezig is met het samenstellen van de
afbeelding van de pagina.
parallelle kabel
Een type computerkabel die vaak wordt gebruikt om een printer rechtstreeks
op een computer aan te sluiten in plaats van het netwerk.
parallelle poort
Een aansluitpunt voor een apparaat dat via een parallelle kabel wordt
aangesloten.
PCL
Afkorting voor Printer Control Language.
personality
Karakteristieke kenmerken van een printer of een printertaal.
pixel
Afkorting voor picture element; het kleinste onderdeel van een afbeelding op
de monitor.
PJL
Afkorting voor Printer Job Language.
PostScript
Een door een handelsmerk beschermde taal voor het beschrijven van een
pagina.
PPD
Afkorting voor PostScript Printer Description.
printerdriver
Een hulpprogramma dat door de computer wordt gebruikt voor het activeren
van printerfuncties.
RAM
Afkorting voor Random Access Memory; een bepaald type
computergeheugen dat wordt gebruikt voor opslag van gegevens die door
de gebruiker kunnen worden gewijzigd.
randapparaat
Een secundair apparaat, zoals een printer, een modem of een
opslagsysteem, dat samenwerkt met een computer.
NLWW Woordenlijst 235
rasterafbeelding
Een afbeelding die uit stippen is opgebouwd.
renderen
Het proces van het creëren van tekst of afbeeldingen.
ROM
Afkorting voor Read-Only Memory; een bepaald type computergeheugen dat
wordt gebruikt voor opslag van gegevens die niet door de gebruiker mogen
worden gewijzigd.
standaardinstelling
De normale instelling voor de apparatuur of de software.
TCP/IP
Een Internet-protocol (ontwikkeld door het Amerikaanse Departement van
Defensie) dat zich heeft ontwikkeld tot de wereldwijde standaard voor
communicatie.
toner
Uiterst fijn zwart of gekleurd poeder waarmee de afbeelding op een
afgedrukte pagina wordt opgebouwd.
transfereenheid
De zwarte plastic riem waardoor het papier in de printer wordt voortbewogen
en waarmee de toner uit de inktcartridges op het papier wordt overgebracht.
236 Woordenlijst NLWW
Index
A
accessoires
bestellen 197
afbreken, een afdruktaak 88
Afdrukken (menu) 30
Afdrukkwaliteit (menu) 32
afdrukmateriaal
briefhoofdpapier 82
enveloppen 81
etiketten 81
gekleurd papier 80
glanspapier 80
HP LaserJet Tough paper 82
kringlooppapier 83
selecteren 65
transparanten 80
voorgedrukte formulieren 82
zwaar papier 82
afdruktaken beheren 62
automatisch doorgaan 44
B
bedieningspaneel
configureren 41
gebruik delen met anderen 47
helderheid uitleesvenster 43
knoppen 20
lampjes 20
menu's 23, 24
overzicht 19
printer-personality's 43
uitleesvenster 21
benodigdheden
bestellen 197
tijdsintervallen vervanging 110, 111
benodigdheden op
waarschuwingen instellen 132
bestandsdirectorypagina
afdrukken 94
C
configuratiepagina
afdrukken 93
configureren
e-mailwaarschuwingen 132
D
Diagnostiek (menu) 40
DIMM's
installeren 224
dubbelzijdig afdrukken 84
duplex-afdrukken 84
E
een afdruktaak annuleren 88
een afdruktaak onderbreken 88
EIO (Enhanced Input/Output)
configureren 52
e-mailwaarschuwingen
configureren 132
EMI-verklaring (Korea) 220
enveloppen
plaatsen in Lade 1 72
F
FCC-voorschriften 213
fouten
automatisch doorgaan 44
G
garantie
product 203
tonercartridge 205
transfereenheid en fusereenheid 205
gebruikspagina
afdrukken 94
geheugen
inschakelen 228
installeren 224
toevoegen 90, 223
NLWW Index 237
gekleurd papier
aanpassen 106
afdrukken in grijstinten 106
beheer 106
gebruiken 104
halftoonopties 106
HP ImageREt 2400 104
overeenstemmen met scherm 108
printer tegenover monitor 108
sRGB 105
grijstinten afdrukken 106
H
handmatig dubbelzijdig afdrukken 85
Herstel (menu) 38
HP fraude-hotline 113
HP Jetdirect printservers 52
HP Jetdirect-printservers
installeren 230
HP Web Jetadmin
controleren, toner-niveau 112
gebruiken voor het configureren van e-
mailwaarschuwingen 132
HP werkset
gebruiken 99
I
Informatie (menu) 28
ingebouwde webserver
benodigdheden bestellen 199
controleren, toner-niveau 112
gebruiken 96
gebruik voor waarschuwingen instellen 132
omschrijving 14
inktcartridge
beheer 110
controleren, tonerniveau 111
echte onderdelen van HP 112
echtheidscontrole 113
opslaan 112
van ander merk dan HP 113
vervangen 115
invoerladen
configureren 29, 41, 67
IP-adres 55
L
lettertypenlijst
afdrukken 95
M
menu's
afdrukken 30
Afdrukkwaliteit 32
diagnose 40
Herstel 38
I/O 37
informatie 28
papierverwerking 29
Systeeminstellingen 34
Menu I/O 37
menustructuur
afdrukken 92
N
netwerken
administratieve hulpmiddelen 15
AppleTalk 53
AppleTalk uitschakelen 59
configureren 54
DLC/LLC uitschakelen 60
I/O-interfaces 52
IP-adres 55
IPX/SPX uitschakelen 59
Novell NetWare 53
protocollen uitschakelen 59
software 13
standaardgateway 56
subnetmasker 55
syslog server 57
TCP/IP-parameters 54
time-out bij inactiviteit 58
UNIX/Linux 53
verbindingssnelheid 58
Windows 53
O
onderdelen
lokaliseren 10
onderhoudsovereenkomsten 206
P
pagina van papierbaantest 182
papier
plaatsen in Lade 1 69
Papierverwerking(menu) 29
parallelle configuratie 51
personality
instellen 43
PowerSave
tijd 42
uitschakelen 42
veranderen, instellingen 42
printerbenodigdheden bijna op
e-mailwaarschuwingen configureren 132
rapporteren 45
printerdrivers 11
printerinformatiepagina's 92, 195
printer opnieuw inpakken 207
printer-personality's 43
printer reinigen 131
238 Index NLWW
printserver-kaart
installeren 230
probleemoplossing
Afdrukkwaliteit 194
controlelijst 134
informatiepagina's 182
onjuiste printeruitvoer 190
overhead-transparanten 194
storingen 156
programma voor milieuvriendelijke producten 213
R
recycling
printerbenodigdheden 214
registratiepagina 182
S
serviceovereenkomsten 206
software
onderdelen en drivers 11
toepassingen 15
voor netwerken 13
speciale situaties
andere eerste pagina 88
speciale papierformaten 88
statuspagina printerbenodigdheden
afdrukken 93
storingen
e-mailwaarschuwingen configureren 132
herstel 156
locaties 156
veelvoorkomende oorzaken 158
storingsherstel
instellen 45
subnetmasker 55
Systeeminstellingen (menu) 34
T
taal
wijzigen 46
tweezijdig afdrukken 84
tweezijdig afdrukken (dubbelzijdig afdrukken)
bedieningspaneelinstellingen 84
bindoptiesafdruktaken 85
U
uitleesvenster
helderheid 43
V
VCCI-verklaring (Japan) 220
veiligheidsverklaringen
laserveiligheid 220
laserveiligheid voor Finland 221
verlengstuk van uitvoerbak 69
W
wetgeving
FCC 213
wisbare waarschuwingen
instellen, tijd in uitleesvenster 44
NLWW Index 239
240 Index NLWW
www.hp.com
Q5990-90945
*Q5990-90945*
*Q5990-90945*
© 2005 Hewlett-Packard Development Company, L.P.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248
  • Page 249 249
  • Page 250 250
  • Page 251 251
  • Page 252 252
  • Page 253 253
  • Page 254 254

HP Color LaserJet 3550 Printer series Gebruikershandleiding

Categorie
Afdrukken
Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor